TIJDSCHRIFT UITGEGEVEN DOOR STICHTING L’ABRI - NEDERLAND jaargang 17 nr. 1 2012
Rust van arbeid (Van Gogh, 1890)
De vakantietijd is voorbij en het werk wacht. Hebben we de rust kunnen vinden, die we nodig hebben? Ook in l’Abri hebben wij een heel nieuw programma opgezet voor het komende najaar. Het gevaar bestaat nu dat wij er weer zo helemaal in opgaan, dat de boven dit artikel staande zin op ons van toepassing wordt: geen plaats voor ontspanning. ‘Zodra ik mij ontspan voel ik me schuldig’. Dat is de vertaling van de titel van een Engels boekje van Tim Hansel
I I NN HH OO UU D D HOE VIND IK MIJN RUST? Christa Ludwick-Rietkerk pagina 3
HET NAJAARSPROGRAMMA pagina 6
HET GEHEIM VAN PSALM 131 Robb Ludwick pagina 10
‘Werk aan de winkel’? dat ik op een werkweekend besprak. Als je je daarin herkent, pas op: er is werk aan de winkel. Van een ander soort dan je denkt. Het wordt tijd dat je je afvraagt wat daarachter zit. Als ik antwoord: een calvinistische werkethiek, ben ik bang dat er alweer een proces gestart is om mijzelf te rechtvaardigen. Een duidelijker vraag is: welke plaats heeft dat werk in mijn leven? Is het, met de carrière die eraan verbonden is, niet een soort afgod aan het worden? Een mens is meer dan zijn werk. Als je aan een typemachine zou vragen: wie ben je?, zou hij antwoorden: een typemachine. Op gelijke wijze ondervraagd, antwoordt een dokter: ik ben een dokter. Als dat echt zo gebeurt, zit er iets fout. Dan ben je vergeten wie je eigenlijk bent, wie je ten diepste bent. Dat je meer bent. Nieuwe energie, nieuwe ideeën, een gevoel van mijzelf te mogen zijn, zo je wilt: authentiek zijn, het zit allemaal vast aan: weten wie ik ben en mij daarnaar gedragen. In ons najaarsprogramma bieden wij opscherpingscursussen aan die daarbij behulpzaam zijn. Wij
hebben heling, genezing, nodig en die kan er alleen komen als wij heel de mens gaan ontdekken. Heel de mens. De wetenschap dat wij meer zijn dan ons geld, ons bezit, ons beroep. Wij zijn dragers van een geheim. Maar er is nog iets. Israël kon geen rust vinden. God verwijt hen dat. De rust lag voor je, waarom zijn jullie je rust niet binnengegaan?, wordt heel cryptisch gevraagd (Hebreeën 4). Heeft dat nu echt ook iets te maken met ontspanning en rust kunnen vinden? In dit nummer van LEV gaan Christa en Robb op die vragen in. Misschien lijkt het mosterd na de maaltijd, je zo direct na de vakantie alweer richten op ‘rust’... maar deze rust heeft alles te maken met het reisdoel in het oog houden. Anders gezegd: je laten meevoeren op de weg van de navolging, die je steeds meer doet toegroeien naar de mens zoals God je bedoeld heeft. Want zijn werkstuk zijn wij, zegt de apostel. Dat ontdekken en vieren is de beste garantie tegen werkverslaving en de postvakantiedip. Wim Rietkerk
LIEVE VRIENDEN... De zomertermijn zit er bijna op en we kijken met plezier terug. Zoals vaker in de zomer lag het tempo redelijk hoog omdat er veel doorstroom van gasten was. Riana zei al een paar weken geleden: ik kan me niet eens meer alle namen van de gasten uit het eerste deel van de termijn voor de geest halen! Wat ons opviel was hoeveel mensen hier te gast waren die worstelden met de meest basale geloofsvragen: Hoe handelt God in het hier en nu? Is Hij wel persoonlijk? Heeft de kerk wat te bieden? De Heer gebruikt ons werk zichtbaar en daarbij weten we ons gezegend L’Abri medewerker zijn is erg dankbaar werk. We voelen ons ook haast schuldig over de mate waarin er goed voor de praktische noden gezorgd wordt. In alle jaren dat ik nu bij het Nederlandse l’Abri betrokken ben, is er nooit een cent tekort geweest. Het is geen vetpot, maar we ontvangen precies wat nodig is. En dat, terwijl we met enige regelmaat van collega’s uit andere takken van l’Abri horen dat ze hun maandsalaris moesten korten. Een hartelijk woord van dank aan allen die ons werk zo trouw steunen. De Heer heeft jullie inzet tot zegen gemaakt.
CC OO LL OO FF OO NN LEV WORDT UITGEGEVEN DOOR STICHTING L’ABRI – NEDERLAND. IEDEREEN DIE HET WIL KRIJGT LEV 3X PER JAAR TOEGESTUURD. GIFTEN VOOR LEV ZIJN WELKOM. STORTING DAARVAN KAN OP HET ONDERSTAANDE GIRO– OF BANKNUMMER, o.v.v. LEV. L’ ABRI IS EEN CHRISTELIJK STUDIECENTRUM, WAAR WE EEN PLEK GEVEN AAN IEDEREEN DIE MET DE KERNVRAGEN VAN HET LEVEN BEZIG WIL ZIJN. L’ABRI – ECK EN WIEL HUIZE KORTENHOEVE BURG.VERBRUGHWEG 40 4024 HR ECK EN WIEL TELEFOON: 0344 – 691914 L’ABRI – UTRECHT KROMME NIEUWEGRACHT 90 3512 HM UTRECHT TELEFOON: 030 – 2316933 INTERNET: WWW.LABRI.NL E–MAIL:
[email protected] ING: 2069742 (L’ABRI TE UTRECHT) RABO: 34.11.03.586 (L’ABRI TE ECK EN WIEL) TECHNISCHE REALISATIE: Scholma B.V. te Bedum
In Utrecht is aan de Kromme Nieuwe Gracht in de achtertuin een middeleeuwse muur omgevallen, met een onvoorstelbare ravage tot gevolg. Greta zei laatst tegen me dat het haar paradoxaal genoeg hielp om het reilen en zeilen van de benedenverdieping en de tuin wat los te laten, nu de tuin helemaal weggevaagd is. Wij zijn met een groep van onze gasten een aantal
keren naar Utrecht gegaan om mee te helpen met het opruimen van de ravage. Omdat het waardevolle ‘kloostermoppen’ betrof, bikten we die schoon zodat ze opnieuw gebruikt kunnen worden voor de herbouw. Best een grappig gezicht: een tuin vol bikkende gasten. Opnieuw zijn wij goed voorzien geweest van hulp met de gewillig handen van onze
MEER OVER L’ABRI L’Abri is het Franse woord voor ‘schuilplaats’. l’Abri is een plek waar mensen naar antwoorden kunnen zoeken op hun persoonlijke vragen over geloof en leven. Iedereen is welkom: zowel christenen als nietchristenen. Het Nederlandse werk begon in 1971. L’Abri zelf begon echter in 1955, toen Dr. Francis en Edith Schaeffer in het bergdorpje Huémoz (Zwitserland) hun huis openstelden voor een ieder die zocht naar eerlijke antwoorden op eerlijke vragen. L’Abri Eck en Wiel is qua opzet en karakter gelijk aan de l’Abri’s in de andere landen. Het is hier mogelijk om voor een weekend, week(en) of maand(en) te verblijven voor studie en gesprek. Ook zijn hier thema–weekenden. In Utrecht worden lezingen en filmavonden gehouden. Wim en Greta Rietkerk leiden het werk. In Eck en Wiel wonen Beryl Gibbins, Robb en Christa Ludwick, en Henk en Riana Reitsema. L’Abri biedt een vrije studievorm, waarin ieders eigen vragen centraal kunnen staan. Voor iedere gast wordt er onder begelei-
helper Erin, die binnenkort gaat trouwen. In de laatste fase heeft Saskia ook even meegeholpen. Dat was een heerlijk weerzien na zes jaar, toen ze hier ook een termijn lang helper was. De kinderen zijn allemaal in opperste vakantiestemming, des te meer omdat ze terug mogen kijken op een succesvol schooljaar. Een van de favoriete activiteiten voor hen is om te luisteren naar de verhalen die Folkert vertelt – die heeft een fabelachtig talent om bijvoorbeeld de hele trilogie van Tolkien na te vertellen. Wij nemen nu een wat langer zomerreces in het kader van een kleine sabatical om zo ook een wat langere overlap met de schoolvakantie van de kinderen te hebben. Robb en Christa en de kinderen gaan voor een bezoek naar zijn ouders in Amerika, wij gaan naar Zuid-Afrika om Riana’s vader op te zoeken en Beryl gaat op stap met een vriendin. Wij wensen jullie een gezegend najaar toe, Henk Reitsema P.S. Ter recitificatie ...We worden nu in het huis in Utrecht geholpen door Joop en Liselot Zuur-van Delden (en niet van Velsen zoals eerder werd vermeld).
ding van één van de medewerkers een studieprogramma samengesteld. In elk van de l’Abri’s zul je niet alleen mensen in de studiekamer vinden, maar ook in discussie rondom de open haard, schilderend, onkruid wiedend of bezig met de afwas. Naast de gezamelijke maaltijden krijgt iedereen een dagdeel voor eigen studie en helpt een dagdeel met korvee. De sfeer in l’Abri is persoonlijk en informeel. Het zijn vaak 20-ers en 30-ers die komen, maar mensen van alle leeftijden zijn welkom.Vaak zijn er mensen van verschillende nationaliteit en levensbeschouwelijke achtergronden. MEER INFORMATIE? Bel voor meer informatie of aanmelding naar Eck en Wiel (0344–691914). De Nederlandse adressen staan in het colofon. Voor meer informatie over l’Abri in het buitenland zie de internationale website: http://www.labri.org. Hun contactinformatie en de data van hun termijnen staan daar vermeld.
Waar vind ik mijn rust? Christa Ludwick-Rietkerk Onlangs heb ik in een blad gelezen: ‘In deze tijd zijn we als cultuur zo expliciet bezig met het organiseren en maximaliseren van vrije tijd, maar we hebben ons nog nooit zo moe gevoeld.’ Het is waar. We zijn zo rijk dat we geregeld op vakantie kunnen. Velen van ons werken parttime, om ook tijd te hebben voor andere leuke dingen.We hebben twee dagen voor een weekend, wat in vroeger tijden niet zo was. En toch! We zijn nog steeds moe en rusteloos. Waarom? Wat zit daar nou achter, dat we ondanks onze vele vrije tijd en vakanties toch moe blijven? Om een beginnetje te maken een antwoord op deze vraag te vinden, heb ik het thema ‘rust’ onder de Bijbelse loep genomen. Ik heb gekeken wat de Bijbel zegt over rust, en ik heb ook geprobeerd na te denken hoe dat nou bij mijzelf werkt. Schepping We beginnen in onze l´Abri-setting vaak met de schepping, omdat we daar kunnen zien hoe we bedoeld waren te zijn, volgens Bijbels perspectief. Hoe heeft God ons geschapen? Welke plek nam rust daar in? Als we beginnen met Genesis 1-2:3, dan zien we dat we geschapen zijn met lichamen, dus fysiek. God gaf de mens groenten, zaden en fruit om te eten (1:11-12) en ook de opdracht om op het land te werken en vruchtbaar te zijn (1:28). God schiep daarvoor een ritme van nacht en dag (1:14-18), met een ritme van zes dagen werk en rust op de zevende dag (1:31 – 2:3). Waarom ik hier begin, is omdat het ons laat zien dat er vóór de zondeval een manier was waarop God ons gemaakt heeft, waarop we zouden moeten leven.Voordat we met gebrokenheid, ziekte en de dood te maken hadden, waren deze ritmes al geldig. Deze manier van leven past dus bij hoe wij in elkaar zitten. En er staat: ‘En God zag dat het goed was!’ Wat precies? Het is goed om voor je lichaam te zorgen, door te eten wat God liet groeien op de aarde. Het is goed om te werken (op het land) en om er genoegdoening uit te krij-
gen. En we waren geplaatst in een ritme van activiteit en rust! De dag met licht, om actief te zijn, en de nacht om onze lichamen weer op kracht te laten komen. En heel bijzonder: wat mij opviel, toen ik dit bekende hoofdstuk weer eens las, was dat God niet alleen op de zondag rustte van al zijn werk. Hij rustte iedere dag! Iedere dag stopte Hij, leunde Hij achterover, en reflecteerde Hij: ‘En het was goed’! Dat gebeurt dan op een uitgebreide manier op de zevende dag. God stopte en keek naar zijn werk en was tevreden. ‘Hij zegende de zevende dag en verklaarde die heilig, want op die dag rustte hij van al Zijn scheppingswerk’ (2:3). Het heilig verklaren, dat betekent dat hij de zevende dag als een dag apart van die andere zag, om het een ander soort dag
voor de bank of op het internet nog even de e-mails checken of iets opzoeken. Het houdt niet op. Ook al weet ik zo goed dat dit niet gezond is, ga ik zo door. Ik geef dus mijn lichaam en geest daarmee niet de juiste rust, terwijl het die wel nodig heeft. En dat heeft een consequentie: ik ben de volgende dag moe, en dus sneller prikkelbaar, sneller chagrijnig, sneller boos, sneller down, sneller geïrriteerd. En mijn innerlijke weerstand tegen negatieve gedachten, leugens en onware angsten gaat ook omlaag. Hoe kan ik hiermee leren omgaan, vanuit de scheppingsorde? Wat ik uit deze geschapen orde haal is dat het belangrijk is om een afwisseling te hebben in onze dag en in onze week: werk, niet-werk (dat wil zeggen, andere dingen dan werk maar niet
te laten zijn. Dan is het dus goed voor ons om dat ook zo te doen. Zo wordt het ook later gezegd in het geven van Gods wet. Maar nu is het al alsof God het ons voorleeft. In deze geschapen orde, met deze richtlijnen, waren we bedoeld om te leven. Als we zo leven werkt dat dus goed voor ons lichaam en geest. Als we zo leven, functioneren we goed; als we het niet doen, functioneren we dus niet goed.
slapen), en rust. Laten we deze drie elementen bekijken. Ten eerste: werk.Werk is goed! God vraagt ons om samen met Hem te werken hier op aarde. We hebben allemaal gaven en talenten gekregen en een eigen plek waar we het verschil kunnen maken. Het hoort bij wie we zijn om te werken. Ten tweede: niet-werk. Dit heeft met twee dingen te maken: reflecteren en ‘spelen’. Eerst het reflecteren. Aan het eind van iedere dag, en aan het eind van iedere week, moeten we stoppen. Leun achterover, en kijk terug! Evalueer, net zoals God, de dag. Trek een conclusie. Nou schiep God een perfecte wereld, dus was Hij perfect tevre-
Ritme Voor mij persoonlijk gebeurt het te gemakkelijk dat ik door blijf rennen, zeven dagen per week. Zelfs ‘s avonds laat vind het moeilijk om te stoppen en naar bed te gaan. Er is altijd nog wel iets wat ik wil doen: een laatste wasje ophangen of wegruimen, het huis opruimen, zaken regelen
3
den. Wij leven in een gebroken wereld, maar toch kunnen we even stoppen, stilstaan en terugkijken: Wat is er deze dag gebeurd? Wat was er goed? Wat niet? Hoe kan ik, lerend uit deze dag, weer door naar de volgende? Dit is een belangrijke manier van ontspannen, met onszelf, soms met anderen, maar vooral kunnen we dit ook met God doen. In deze niet-werktijd is het ook goed om tijd te nemen om te spelen. Daarmee bedoel ik het geven van aandacht aan andere dingen dan werk. Iedereen doet dit anders: sommigen lezen graag een boek, anderen gaan een stuk wandelen, of sporten of zijn bezig met een hobby. Sommigen vinden het prettig om dit alleen te doen, anderen willen het juist met vrienden of nieuwe mensen beleven. Concreet Zelf vind ik het heerlijk om overdag even in te tuin bezig te zijn. Of als de dag heel druk is, dan ’s avonds een kop thee te zetten, het nieuws te kijken, bij voorkeur met Robb, en wat mails of Facebook te doen. Soms ga ik ook weg, om te sporten of om uit te gaan met een vriendin. Het is belangrijk dat iedereen zijn eigen manieren vindt om te ontspannen. Experimenteer hiermee, zodat je ontdekt hoe je een deel van de dag een ‘mental break’ kan nemen en je hoofd laat uitwaaien, alleen of met anderen. En dan natuurlijk aan het eind van de dag: slapen! Een heel belangrijk onderdeel van rust, ook volgens de scheppingsorde. Sommigen nemen dat serieuzer dan anderen. Maar eigenlijk moeten we allemaal ons lichaam en onze geest de kans geven om te kunnen herstellen, fysiek. Zo heeft God de structuur van de dag in elkaar gezet. En er is ook een wekelijks ritme: aan het eind van de week komt de sabbatsrust. Wij doen dat tegenwoordig op zondag: een dag apart gezet om anders in te vullen. De bedoeling hiervan is een soort herhaling van wat we aan het eind van iedere dag mogen doen, maar dan nemen we er een hele dag voor. Een dag apart gezet, waarop we meer tijd kunnen nemen heel bewust met God (in een samenkomst met anderen) om te reflecteren, om dankbaar te zijn, en opnieuw geïnspireerd te worden. Maar ook om die andere manieren van ontspanning te vinden, om bezig te zijn met iets anders dan werk.
4
Hoe werkt dat voor mij? Alles makkelijker gezegd dan gedaan, natuurlijk. Ook op zondag moet er in l’Abri gewerkt worden, en vaak is het gewoon handig om dan ook huishoudelijke taken af te maken. Het is dus moeilijk om de sabbat te nemen. Maar ik weet uit ervaring: als ik het wel doe, vind ik het heerlijk en doet het goed, voor mezelf en de mensen om me heen. Ik zie het heil. En als ik het niet doe, dan blijf je maar doorrennen en ligt onrust en ontevredenheid op de loer. Ik proef dat het leven naar de geschapen orde goed is. Last Maar er speelt natuurlijk meer in ons leven dan alleen de geschapen orde. Er was helaas niet alleen de perfecte schepping, maar ook de zondeval. Daarom, als we terugkijken op onze dag, zijn we hopelijk wel tevreden en blij met bepaalde dingen die gebeurden, maar waarschijnlijk zijn we
Als Jezus zegt: ‘Mijn juk is zacht en mijn last is licht’, onder welk juk lijden we dan? vaak ook bezorgd, gestrest, ontevreden en gewoon niet gelukkig. We weten van de hoofdstukken die na het scheppingsverhaal komen, dat op alle niveaus van het plaatje een kras kwam. Zonde en gebrokenheid werden onderdeel van de schepping. En vanaf dat moment (Genesis 3) hebben we moeite op het gebied van ons werk (‘Je zult zwoegen en zweten tussen de dorens en distels’), van onze relaties met elkaar (Adam begint Eva meteen van alles te verwijten) en van onze relatie met onszelf (‘Ze voelden zich naakt’ – in schaamte, schuld en angst, en vanaf dat moment gaat het ook fysiek mis, als ze ‘tot stof wederkeren’). En deze worsteling maakt ons MOE. Heel, heel moe! Ik denk dat de stress die we ervaren op al deze niveaus ons nog veel meer vermoeit dan een slechte nachtrust. Interessant dan dat Jezus zegt in Mattheüs 11:28-30:‘Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik je rust geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werke-
lijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’ Toen ik over het thema rust ging nadenken was dit vers het eerste dat me in gedachten kwam. En toen ik het nauwkeuriger las, realiseerde ik me: hier gaat het niet over vermoeidheid door te weinig slaap. Het gaat niet over te weinig vakantie of vrije tijd of zo. Deze zaken kunnen wel goed zijn om fysiek uit te rusten. Dat was onderdeel van de geschapen orde. Maar hier gaat het over hoe Jezus ons uitnodigt als gebroken en zondige mensen. Er wordt gesproken tegen mensen die gebukt gaan onder een zware last. Maar Jezus zegt: Dit is niet mijn last voor jou! Mijn juk is zacht en mijn last is licht. In het Engels staat er zelfs ‘My yoke is easy!’ Dan is de vraag: onder welk juk lijden we dan? Met welke last laten we ons zo zwaar belasten? Angst Zo zie ik het: we leggen deze lasten op onszelf, of we laten anderen een last op ons leggen. Er werd mij eens verteld dat een juk op je gelegd wordt, zoals bij een os, maar dat je een last zelf opneemt. Ik denk dat dat allebei waar is. We dragen zowel lasten die van buiten komen als van binnen. We belasten onszelf met allerlei soorten taken, verwachtingen, plichten, angsten, en bezorgdheden, die NIET van God zijn. Wat dan? Als ik voor mezelf praat: ik weet dat ik graag wil dat anderen me waarderen voor het werk dat ik doe, en voor wie ik ben. Ik weet dat ik wil dat God mij waardeert voor hoe ik leef, zo goed als ik maar kan. Maar het probleem is: ik doe niet het goede wat ik eigenlijk wil dat ik moet doen. Dat komt door het maken van gewone fouten, maar ook door mijn eigen zonden. Ik zie dat ik te kort schiet. Dus dan word ik bang, maak ik me zorgen en krijg gedachten als: ik doe mijn werk vast niet goed genoeg; Ik ben niet aardig genoeg, niet attent genoeg, niet wat-danook genoeg; anderen zien vast ook dat ik tekort schiet, en dus: anderen vinden mij dan ook vast niet goed genoeg, niet aardig, attent, competent. Ik ga soms zelfs nog een stap verder, om mezelf te beschermen tegen hun afwijzende houding: Nou, zij zijn ook heus niet altijd goed genoeg! Zij schieten ook te kort! Dus als ik bang ben dat zij mij gaan afwijzen, dan wijs ik hen gewoon eerst af. (vervolg op pagina 9)
Najaarsprogramma Utrecht NIEUW INITIATIEF ! De volledige naam van het werk van l’Abri is: l’Abri Fellowship Nederland. In het kader van een gemeenschap ontmoeten wij mensen en zetten ons in om hen verder te helpen op hun levensweg. Wij hebben ontdekt dat dit tegemoetkomt aan een behoefte die in het kader van school, beroepsopleiding of universiteit niet wordt vervuld. De laatste jaren in Utrecht hebben we ons beperkt tot film- en lezingavonden. Om deze kant van ons werk meer van het ‘gemeenschappelijke’ mee te geven, willen we in het najaar beginnen met een ander soort aanpak: een aantal ‘pakketten’ van (soms) een simpele maaltijd + korte serie lezingen + gesprek + huiswerk. Deze pakketten zijn rond verschillende onderwerpen georganiseerd. Het is de bedoeling dat mensen zich opgeven voor zo’n pakket als geheel, zodat we als groep iets kunnen opbouwen. Geef je dus snel op via de mail (
[email protected]) of per telefoon (0344691914). Het programma van verblijf- en themaweekenden in Eck en Wiel gaat gewoon door - zie de volgende pagina’s.
HEEL DE MENS In opleiding en werk ontplooit men meestal maar één kant van de persoonlijkheid. Daarbij vallen vaak heel belangrijke aspecten van ons mens-zijn weg. Wij hebben dan ook voor ons najaarsprogramma de titel gekozen: Heel de mens. Wie ben ik? Wat is echt? Wat is groei? Hoe ga ik om met angst, schaamte, woede? Wanneer heb ik een zinvol leven? Hier kan je niet uitkomen zonder je af te vragen wat je ten diepste gelooft. Dat gaan we aanpakken met de volgende pakketten: Lezingserie: Creativiteit, geweld, verlangen Op 11, 18 en 25 september. Een drieluik aan de hand van filmfragmenten die de bekende trio van schepping, zondeval en verlossing betrekken op ons dagelijks leven. 1) De kostbare creativiteit: Schepping. Creativiteit is en blijft het ondergeschoven kindje van een maatschappij waar opvoeding in de schoolbanken plaatsvindt en digitale media vertier verschaffen. 2) Geweld: Zondeval. Welke plaats heeft geweld bij het handhaven van de vrede? Onze honger naar gerechtigheid brengt ons in een tweestrijd – hoe moet een gelovig mens zijn of haar houding hierin bepalen? 3) Verlangens: Verlossing. Onze diepste verlangens zijn een dorgeefluik voor de hunkering naar verlossing. Aan de hand van een aantal beelden van hoop, wordt er gekeken naar hoezeer onze verlngens de werkelijkheid ontsluiten. Deze avonden beginnen om 19.00 uur met een simpele maaltijd en gaan verder met lezing en gesprek. Geleid door Henk Reitsema.
PPG (Project Persoonlijkheidsgroei) Op zes avonden in oktober en november.Wat heeft het heil met mij als mens te maken? Is het waar dat Jezus kwam niet om ‘christenen’ van ons te maken, maar om ons tot ons recht te laten komen als mensen? Hoe werkt dat dan? Met andere woorden: hoe begrijpen we persoonlijkheidsgroei in het kader van een bijbels mensbeeld? Op 2 oktober: Wat betekent ‘authentiek zijn’?; 9 oktober: Vrijheid van leugens; 16 oktober: Ik wou dat ik kon geloven; 30 oktober: Zelfverloochening is zelfontkenning?; 6 november: Loslaten als levenskunst; 13 november: Omgaan met manipulatie. Maximaal 25 deelnemers. Deze avonden beginnen om 20.00 uur met koffie en de lezing, het gesprek volgt. Geleid door Christa Ludwick en Wim Rietkerk. Hart voor de stad Op zaterdag 10 november gaat het gebeuren: tussen 11 en 16 uur in het huis van l’Abri aan de voet van de Dom: wat motiveert mij/jou/ons om ons in te zetten voor stad en maatschappij? Wat moet je ervoor overwinnen? Wat geeft het je? Wim Rietkerk deelt zijn ervaring van bijna zes jaar inzet voor de stad in de gemeenteraad van Utrecht. Om 11 uur de eerste lezing: Informatie en inspiratie. Na een simpele lunch met elkaar gaan we om 13.00 verder met: Wat heeft dit met je geloof te maken? Tot slot, als klap op de vuurpijl: een meditatieve stadswandeling (of bij regen, muziek in de Dom). Wij sluiten om 16.00 af. Opgeven van te voren, liefst via email:
[email protected]. Zonde! Een verse blik op een oud onderwerp Driedelige serie gegeven op 20 november, 26 november en 4 december.‘Zonde’ blijft een lastig onderwerp. Is het voornamelijk een zaak van regels, onderdrukking en schuld, of gaat het om een constructieve levensvisie? We pleiten voor de tweede. 1) Het probleem van ‘het probleem van het kwaad’. Morele zorgen hebben we allemaal. Maar op welke basis noemen we iets verkeerd? Kunnen we dat zonder een vorm van universele wetten? 2) Geen ‘zonde’ zonder Schepping. De kern van zonde volgens de bijbel gaat niet om regels maar om relatie.Wat maakt zonde ‘zonde’? 3) Alive & kicking! Ver van alleen maar oordeel en kritiek, zou de bijbelse visie op zonde eigenlijk de sleutel kunnen zijn tot een concrete visie op groei en herstel. Deze avonden beginnen om 19.00 uur met een simpele maaltijd, dan volgt koffie, lezing en gesprek. Geen minimum aantal deelnemers. Wel een beetje huiswerk. Gegeven door Robb Ludwick. Filmavonden Zeven filmavonden volgens de bekende formule: om 19.30 uur koffie en film, discussie volgt. De filmtitels staan op onze website: www.labri.nl. 21 september, 5 oktober, 19 oktober, 2 november, 16 november, 30 november, 14 december. Begeleid door Robb Ludwick en Henk Reitsema. Locatie: Kromme Nieuwegracht 90. Als u zich voor een bepaalde serie wil opgeven (of vragen heeft) mail of bel gerust:
[email protected], 0344-691914 of 030-2316933.
Najaarsprogramma Eck en Wiel HUIS L’ABRI STUDIEGEMEENSCHAP Open van 17 september tot 17 december (Gesloten 21-28 oktober) Temidden van de Betuwse fruitbomen ligt Huize Kortenhoeve. Hier wonen Henk & Riana Reitsema, Robb & Christa Ludwick en Beryl Gibbins. Mensen met levens- en geloofsvragen kunnen hier voor kortere of langere tijd meedraaien. Bezinning, verdieping en gesprek vullen de dag, die uiteenvalt in een halve dag begeleide studie en een halve dag meehelpen met korvee in en rond het huis. Voor meer informatie kijk op pag. 2 naar ‘Meer over l’Abri’ of naar onze website, www.labri.nl. Je kunt natuurlijk ook bellen (0344 - 691914) of emailen:
[email protected]. PROGRAMMA
HEEL DE MENS Naast ons nieuwe initiatief in Utrecht willen we dezelfde thematiek in Eck en Wiel aanbieden. Maar in plaats van een cursus-achtige serie doen we het in Eck en Wiel volgens de bekende formule van een themaweekend: een aantal lezingen, filmbespreking en zondagse dienst, met in de tijd ertussen gesprekken, maaltijden en natuurlijk een beetje rust. We blijven dit najaar inhoudelijk gezien op één lijn: in opleiding en werk ontplooit men meestal maar één kant van de persoonlijkheid. Daarbij vallen vaak heel belangrijke aspecten van ons mens-zijn weg. Wij hebben dan ook voor ons najaarsprogramma de titel gekozen: Heel de mens. Wie ben ik? Wat is echt? Wat is groei? Hoe ga ik om met angst, schaamte, woede? Wanneer heb ik een zinvol leven? Hier kan je niet uitkomen zonder je af te vragen wat je ten diepste gelooft.
28 – 30 september Verlangens Verlangens kennen we allemaal. Maar wat hebben ze met waarheid te maken? Het betoog van Henk Reitsema staat in dit weekend centraal. Na een korte inleiding van Robb op vrijdag gaat Henk verder op zaterdag naar aanleiding van filmfragmenten. Van het bekende trio ‘geloof, hoop en liefde’ is hoop vaak het ondergeschoven kindje. Veel meer dan een synoniem voor geloof, is hoop een eigen dynamiek van het leven. Wim sluit zondag af met de dienst. vrijdag: zaterdag:
zondag:
5 – 7 oktober Werkweekend Handen uit de mouwen steken en meewerken! We gaan dit weekend aan de slag in het bos, in de tuin en in onze huizen. Er zijn geen kosten aan dit weekend verbonden, maar we gaan wel gebruik van je maken! vrijdag zaterdag zondag
20.00 Bijbelstudie. Henk Reitsema 9.00 werk! 10.30 Dienst o.l.v. Robb Ludwick
19 – 21 oktober Heel de mens In dit weekend horen we primair van Wim Rietkerk en Christa Ludwick-Rietkerk.Wat heeft het heil met mij als mens te maken? Is het waar dat Jezus kwam niet om ‘christenen’ van ons te maken, maar om ons tot ons recht te laten komen als mensen? Hoe werkt dat dan? Wat heeft dat ook met het hiernamaals te maken? Kortom: verschillende aspecten van een bijbels mensbeeld. vrijdag: zaterdag:
zondag:
Kersen ontpitten!
20.00 De zin en onzin van verlangens Robb Ludwick 10.00 Verlangens als doorgeefluik ten leven Henk Reitsema 15.00 Beelden van hoop Henk Reitsema 20.00 filmdiscussie 10.30 dienst olv Wim Rietkerk
20.00 Heel de mens: hoe zijn wij Gods werkstuk? Wim Rietkerk 11.00 Zelfverloochening is zelfontkenning? Christa Ludwick-Rietkerk 15.00 Is met de dood alles afgelopen? Wim Rietkerk 20.00 filmdiscussie 10.30 dienst olv Robb Ludwick
21 – 28 oktober: Gesloten Halverwege in de loop van de termijn nemen we in Huize Kortenhoeve een pauze. In deze periode zijn we niet open voor verblijf. We zullen gelijk op de 28e de draad weer oppakken met een gewoon open weekend.
ROUTE Per trein: - naar NS station Tiel. Vandaar bus 44 (http://www.92920v.nl). Vanaf de halte ‘Muziektent’ in Eck en Wiel is het 5 minuten lopen naar Huize Kortenhoeve. Loop de Burg. Verbrughweg af en dan met een bocht naar rechts deze weg blijven volgen richting Ingen. Net voorbij de dorpsgrens de oprijlaan in aan de rechterkant. Anders kan men van Tiel met de regio-taxi komen. U moet minstens 1 uur van tevoren reserveren: tel. 0900 0276. Kosten voor de regio-taxi zijn € 7,50.
Huize Kortenhoeve (Veronica Seagren, 2009)
23 – 25 november Zonde! De materie van Robb Ludwick is de focus van dit weekend. Na een inleiding van Beryl over existentiele zekerheid in het geloof, gaat Robb op zaterdag verder.‘Zonde’ blijft een lastig onderwerp. Is het voornamelijk een zaak van regels, onderdrukking en schuld, of gaat het eigenlijk om een positieve en constructieve levensvisie? Henk sluit het weekend zondag af met de dienst. vrijdag: zaterdag:
zondag:
20.00 De Heer nodigt mij aan zijn tafel ... Over Jonathan Edwards. Beryl Gibbins 11.00 Is ‘zonde’ niet te negatief? Ons echte probleem van het kwaad. Robb Ludwick 15.00 Is ‘zonde’ niet te negatief? De sleutel tot echte groei en sjalom. Robb Ludwick 20.00 filmdiscussie 10.30 dienst olv Henk Reitsema
Per auto: - vanaf de A12: afslag Maarsbergen, richting Leersum. De veerpont bij Amerongen nemen richting Tiel (zie verder kaartje). - of vanaf de A 15: afslag Tiel, richting Maurik/ Amerongen. Bij de derde rotonde (vlak voor Eck en Wiel) rechtsaf (zie kaart).
WINTER 2013 We zullen in het begin van 2013 open zijn van 7 januari - 8 april, met een break van 19 - 25 februari. Je kunt dan weer voor kortere of langere tijd bij ons in Eck en Wiel terecht. In de volgende LEV, die in december zal verschijnen, vind je meer informatie over het programma.
INFO 7 – 9 december Filmweekend: ‘Het probleem van het goede’ De gebrokenheid van dit leven is soms al te duidelijk. Onze relaties met elkaar, met ons werk, met onze omgeving zijn allemaal kwetsbaar en gaan vaak kapot. Een sterk verlangen naar vrijheid, naar verbetering, en zelfs naar verlossing wordt in ons opgeroepen. Maar op welke basis kunnen we deze hoop hebben? Is het een absurd verlangen? Hebben we dus een ‘probleem van het goede’? In deze drie indrukwekkende buitenlandse films maken we dit spanningsveld mee. We gaan ze samen bekijken en er gesprekken over houden. Iedereen is welkom! vrijdag: zaterdag:
zondag:
20.00 Het probleem van het goede. Robb Ludwick 10.00 A Separation (A. Farhadi, 2011) 15.00 The Return (A. Zvyagintzev, 2003) 20.00 The Banishment (A. Zvyagintsev, 2012) 10.30 dienst olv Henk Reitsema
De kosten van de themaweekenden zijn: €50 (voor studenten en uitkeringsgerechtigden: €40). Door de week zijn de kosten per dag €20 bij een verblijf van 4 dagen of minder en €15 per dag bij een langer verblijf. Dit sluit logies, ontbijt, lunch en avondeten in. De kosten moeten echter geen belemmering vormen om te komen.Voor opgave: bel 0344-691914. Neem een slaapzak of lakens en een handdoek mee.
ADRES Huize Kortenhoeve Burg. Verbrughweg 40 4024 HR Eck en Wiel Telefoon: 0344-691914 E-mail:
[email protected]
7
In de peiling ... JEZUS VERGISSING Dit boek van een niet-theoloog beschrijft de ontwikkeling van de toekomstverwachting in de kerk sinds de woorden van Jezus uit onder andere Lucas 9:27: ‘Ik verzeker jullie dat sommigen die hier aanwezig zijn niet zullen sterven voor ze het koninkrijk van God hebben gezien.’ Jezus heeft zich vergist, zegt Leupen. Hij zegt dat zijn invalshoek om het Nieuwe Testament te bestuderen een zuiver historische is, en dat hij niet kan oordelen over de kernvraag of Jezus nu echt de Messias is, de Zoon van God, omdat God zelf uit zijn voorstellingswereld is verdwenen (267-9). Deze eerlijke ontboezemingen aan het slot van het boek maken wel nieuwsgierig naar de onderbouwing van de stelling die de titel van het boek vormt. Zijn conclusie is vooral gebaseerd op de Dode Zeerollen van Qumran die ons een beeld schetsen van Jezus’ tijd, waarin in een periode van 250 jaar een enorme opleving van heilstijdverwachting een rol speelde. Jezus was daar een deel van. Geen van die heilstijdverwachtingen zijn uitgekomen. De vroege christenen en de latere kerk waren zich bewust van dat uitstel, maar zij bogen de apocalyptische verwachtingen om in een eschatologische, wat zoveel wil zeggen als dat zij Jezus’ terugkeer en de komst van het koninkrijk naar de verre toekomst verplaatsten en als troost voor dit uitstel verwezen naar het heden waar het koninkrijk al heel reëel zichtbaar was (en is) in de kerk, het sacrament, op heilige plaatsen, bij genezingen, enzovoort. Dit laatste illustreert de schrijver met een heel boeiend verslag van de Europese middeleeuwen met de kathedralen en relikwieën. Hij heeft hier een punt: de presentie van het koninkrijk hier en nu droeg soms wel een (al te) menselijk karakter. Mijn hoofdbezwaar tegen dit boek is dat het net doet alsof hier een nieuwe historische ontdekking gedaan wordt: nu weten we het, dankzij de Qumran-wetenschap: Jezus heeft zich vergist. Dat doet mij een beetje aan Dan Brown denken. De spanning tussen Jezus’ directe verwachting en de onthulling van de al aanwezige realiteit
van het koninkrijk is altijd al overdacht en op grootse wijze door Cullman uitgelegd als de spanning ‘tussen D-day en V-day’, ‘het alreeds en het nog niet’. Dat is niet een uitvinding van latere teleurgestelde gelovigen zoals Leupen het wil doen voorkomen, maar een al door Jezus zelf gegeven inzicht. De meeste gelijkenissen gaan over dit ‘geheim’ van het nu nog verborgen koninkrijk, dat nu al onder ons is (Lucas 17:21). Inderdaad een inzicht over de condition humaine waar Leupen zich liever even buiten houdt. Zolang God uit zijn voorstellingswereld is verdwenen, zal hij daarop ook geen zicht krijgen. De beperking die dit hem oplegt en waar hij zich van bewust is, ontneemt hem de bril om de teksten goed te lezen en in het juiste licht te plaatsen en daarvan is hij zich niet bewust. Dat geeft zijn boek een naar het geloof toe negatieve uitstraling. Ondanks de vaak eerlijke en interessante beschrijvingen. Het uur van Jezus’ laatste komst is inderdaad veel later dan Jezus zelf wellicht ook gedacht heeft. Zelf vond hij daar vrede in met de woorden:‘Van dat uur weet niemand, zelfs de Zoon niet, alleen de Vader’. Maar ja, van die woorden zal Leupen dan wel weer gaan zeggen dat zij hem later in de mond gelegd zijn. Als je zo mag argumenteren dan doe ik het ook: die tekst uit Lucas 9 is hem gewoon in de mond gelegd door de apocalyptici uit zijn tijd. Ik wil maar zeggen: laat staan wat er staat, en zie de tegenstellingen niet als een vergissing maar als een paradox. Wim Rietkerk De vergissing van Jezus P. Leupen (Bert Bakker, 2012) DIEPE VRAGEN De Iraanse regisseur Asghar Farhadi brengt een subtiliteit in het film-maken die wij niet gewend zijn. Vanwege zijn Iraanse context mogen mannelijke en vrouwelijke hoofdrolspelers elkaar niet aanraken om affiniteit en genegenheid te tonen, dus communiceert hij dit met de lage camerahoek en gedimde lichten. Dat doet hij met veel resultaat. De verbondenheid en conflicten die spelen zijn intens te voelen. En hoewel de film zich afspeelt in een door religie bepaalde samenleving die heel anders is dan de onze, zijn de thema’s en
beweegredenen heel herkenbaar. Het is een modern verhaal van twee mensen die de duw- en trekkrachten voelen van een wereld waarin zelfontplooiing, opleiding en het vrijheidsideaal evenzeer belangrijk zijn als de relationele verplichtingen: na veertien jaar huwelijk willen Simin en Nader van elkaar scheiden. Ze wonen in een flat met hun intelligente en gevoelige 11-jarige dochter Termeh en met Nader’s oude vader die lijdt aan alzheimer en continu zorg nodig heeft. Nader wil naar het buitenland vertrekken ter wille van haar dochter om haar betere kansen te bieden dan ze in Iran zal hebben. Simin wil blijven en voor zijn vader zorgen. Wat volgt zijn allerlei vreselijke dingen die onbedoeld het gevolg zijn van vroeger genomen beslissingen.Wat verfrissend is in Farhadi’s aanpak is dat hij niet de spanningen oplost door de relationele verplichtingen (waarden) te laten verwateren. Zo blijven bijvoorbeeld een ongeboren kind en een dementerende vader mensenlevens waarmee rekening gehouden moet worden. Sterker nog laat Farhadi ons gebroken (zondige) en gekwetste mensen zien die tegelijk een sterk appèl doen op gerechtigheid en het goede. Deze asymmetrie wordt des te meer confronterend voor de kijker, omdat Farhadi de magistraat weinig in beeld brengt zodat wij als kijker uitgedaagd worden om voor rechter te spelen. In een interview nadat zijn film de Oscar voor de beste buitenlandse film kreeg zei Farhadi het volgende: ‘More than anything else, I think today’s world needs more questions than answers’. Hij gaat verder met toe te lichten dat hij niet probeert om de antwoorden voor zijn kijker te verbergen, maar dat hij ze simpelweg niet heeft. Het belang van de vraag en het zieldodende effect van het te snelle antwoord zijn diepe inzichten die voor menig christelijke filmmaker een nuttige uitdaging kunnen zijn, maar zijn onvermogen om een bevredigende uitweg te vinden roept echter om verlossing. Henk Reitsema A Separation (A. Farhadi, 2011)
(vervolg van pagina 4) Zo! Niet zo mooi... Ik ga dus van een last die ik mijzelf geef (een hoog ideaal zonder Gods genade), naar een afwijzing van mezelf (want het lukt me niet), naar een angst voor de afwijzing, naar een zelfbeschermende afwijzing van de ander. En natuurlijk word ik dus moe! Heel moe. Ik voel me belast. Ik kan het niet meer. Altijd ditzelfde rondje. En dan denk ik snel: Ik heb rust nodig! Ik wil weg! Een break! En ja, het is waar dat een gezond levensritme hierin een rol spelen. Maar is dit nou echt de ‘rust’ die ik nu nodig heb? Een vakantie? Een vrije dag met vrienden? Nee, het gaat dieper. Verlossing Het helpt soms dus om de vragen te stellen: Waarom ren ik zo hard? Wat is mijn motivatie, waar doe ik het voor? Wiens respect hoop ik daarmee te verdienen? En wat als ik faal? Wat concludeer ik dan? En hoe ga ik dan met anderen om, als ik me bang en bezorgd voel en neerslachtig over mezelf? We maken dan juist snel verwijten, worden boos op anderen, of gaan ons juist verbergen, bang dat anderen ons zullen afwijzen. Dit wordt niet met vakantie opgelost. Dat kan zelfs een afleiding zijn van de kern van het probleem. Maar hier komt Jezus! En Hij zegt: ‘Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik je rust geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’ Laat dat eens tot je doordringen! Wat een verlichting! Jezus’ juk is zacht, en zijn last is licht! Hij vraagt ons helemaal niet om maar te blijven rennen, zoals we zelf vaak denken. We hoeven ons helemaal niet te bewijzen voor Hem, voordat Hij ons accepteert en liefheeft! Hij doet dat al voordat we ook maar iets zelf doen! Onze verkeerde gedachten moeten worden vervangen door zijn Waarheid. Ik hoef niet te denken: ‘Ik hoop dat ik het maar goed genoeg kan doen, in mijn werk, in mijn relaties met anderen, of voor Gods Koninkrijk zelfs, want anders schiet ik te kort’ – met andere woorden: anders ben ik niet goed genoeg. Maar ik mag van Jezus leren, die zegt: Ik hou van jou voordat je ook maar enig werk voor mij doet! Ik hou van jou zoals je bent. En deze nieuwe waarheid maakt je vrij: vrij om dat te doen
Vakantie is heerlijk en nodig, maar is dit waar?
wat goed is, niet omdat het moet, maar omdat het mag. Omdat het mooi en goed is. Vrij om zelfs… te gaan werken, omdat werk goed is! Weg Dit mogen we dag na dag, al fouten makend, weer zo leven – wetend dat je weer vergeven bent en altijd weer opnieuw mag beginnen. We hoeven onszelf niet te bewijzen aan Jezus. We hoeven die zware jukken niet te accepteren, en hoeven geen zware lasten op ons te nemen, omdat we
Iedereen heeft zijn eigen moeiten, omdat iedereen zijn eigen afgoden heeft ... Dit wordt niet met vakantie opgelost maar hopen dat we de moeite waard en geliefd zijn. We zijn al geliefd en gewaardeerd, gratis, voor niks! En nu zien we: op zich is hard rennen, hard werken, prima. Maar doe het uit vrijheid! Uit liefde voor het doel zelf en niet uit angst. De waarheid maakt ons vrij, en dit kan een enorm gevoel van rust geven. We mogen deze waarheid beetje bij beetje leren van Jezus, want Hij is zachtmoedig
en nederig van hart (vers 29). Dan zul je werkelijk rust vinden! Iedereen heeft zijn eigen moeiten, omdat iedereen zijn eigen afgoden heeft: iets waar hij hard voor werkt, gaat rennen, hopend dat het je vervult. En waar dit gebeurt, worden we ongezond moe. Wat ons kan verlichten en vrij maken is als we Jezus in de ogen kijken en accepteren hoe Hij naar ons kijkt. Tot slot: om rust te vinden moeten we aandacht geven aan de geschapen orde maar ook aan onze afgoden. We hebben allemaal ons eigen pakketje. Ieder zijn eigen stress, zorgen, en omstandigheden, sommigen met een zwaarder juk dan anderen.Vergeet niet dat sommigen ook een ziekte kunnen hebben die vermoeidheid veroorzaakt, en als we ouder worden hebben we allemaal ook meer last van vermoeidheid. Anderen hebben kleine kinderen, of ouders die ziek worden. Anderen beginnen net aan een nieuwe baan of studie.Allemaal bronnen van zorgen die onze vermoeidheid erger maken. In relatie met God mogen we leren: werk is goed! Het geeft ons een doel en voldoening. Ontspannen is ook goed, elke dag, elke week! Om terug te kijken, met God, met anderen, om te zien waar je staat. Maar ook om te ‘spelen’, te ontspannen zoals het jou past. Slaap en rust zijn vitaal volgens deze geschapen orde, zelfs dus al voor de zondeval. Maar weet dat het, zelfs al neem je deze fysieke en mentale rust, nog niet genoeg zal zijn. We kunnen vakanties nemen, maar als we niet onder ogen zien wat ons verder in ons dagelijks leven moe maakt, als we niet zien hoe we onszelf belasten met jukken die niet van God zijn, dan zijn we net zo moe als voorheen, zelfs na een heel lange vakantie! Schepping en verlossing zijn de kaders waarin wij rust mogen zoeken, volgens God. Beide vinden wij in een relatie met Hem; een relatie die in stapjes mag groeien. Waarom beginnen we er niet gewoon aan? Als afsluiting deze psalm: Zoek rust, mijn ziel, bij God alleen, Van hem blijf ik alles verwachten. Hij alleen is mijn rots en mijn redding, Mijn burcht, ik zal niet wankelen. Bij God is mijn redding en eer, Mijn machtige rots, mijn schuilplaats is God. Vertrouw op hem, mijn volk, te allen tijde, Open voor Hem uw hart, God is onze schuilplaats. Psalm 62: 6-9
9
Het geheim van Psalm 131 Robb Ludwick Wie onder ons zou nog een klein beetje rust in zijn leven kunnen gebruiken? In deze psalm vinden we bijzondere bemoediging… en ook uitdaging. In onze tijd hebben wij meer dan in alle tijdperken in de geschiedenis veel manieren uitgevonden om tot rust te komen in ons bestaan en het rustig aan te doen: tijdbesparende technologieën, goed ingevulde vakanties, gezonde werkschema’s, aandacht voor een holistische houding op de werkvloer, ergonomische meubels, enzovoort. Ironisch genoeg zijn we toch een erg gestreste en vermoeide generatie. Hoe komt dat? Hoe kan het dat wij, als mensen die heel goed geleerd hebben om naar ons eigen lichaam en onze geest te luisteren en allerlei gepaste gewoontes en gereedschappen hebben ontwikkeld om een gebalanceerd leven te mogen leiden, ons toch heel vaak gejaagd voelen; geleefd en gebruikt? Zelfs tot het punt dat we nog allerlei dingen moeten aanpassingen voordat het echt zover komt, tot een burnout? Dit is geen nieuwe vraag. Talloze onderzoeken gaan erover: sociologische, psychologische, zelfs biologische. En ergens hebben we daar allemaal mee te maken, persoonlijk in ons eigen bestaan, of dat van een kennis of collega of familielid. Het is gewoon een feit dat we in een onrustige tijd leven, en dat we in het algemeen onrustige mensen zijn. Geheim Er is hierover veel te zeggen, veel te veel voor één artikeltje. Ik vind het interessant dat dit vraagstuk niet alleen ‘niet nieuw’ is, maar al eeuwen oud! Al drie millennia geleden was er in het land van Israël een koning, een man met heel veel verantwoordelijkheid, die heel veel rollen moest spelen als zowel juridisch als militair als ook geestelijke leider van het land. Hij had vele vijanden en ook veel kinderen, in een redelijk ingewikkelde gezinssituatie. En deze man had ook een gevoelig hart,
10
want hij was ook dichter. In zijn Psalmen die we in de Bijbel vinden, kunnen wij het teruglezen: voor deze figuur, koning David, was het fenomeen ‘stress’ niet onbekend! Dat woord gebruikt hij nooit, maar in alle poëtische beschrijvingen van zijn worsteling, zijn angsten en zijn frustratie, kunnen we zien en horen en meevoelen dat ja, David in alle opzichte kende wat wij vandaag stress noemen. En toch beschrijft deze Davis ook iets an-
Psalm 131 (Gay P. Cox, 2011)
ders. Soms, in het midden of aan het eind van een psalm, komt een heel ander geluid: een geluid van troost, van hoop, en ook van rust. En van al die psalmen waarin we ook die andere geluiden mogen horen, springt er voor mij één uit: Psalm 131.Want daarin krijgen wij een heel bijzonder beeld van rust. En niet alleen een beeld, maar ook – in hoe het gebracht en beschreven wordt – een geheim. Een geheim van hoe
ik, zoals hij het zegt, mijn ziel tot rust kan brengen. Wat is dat? Hoe bracht deze koning en leider, deze echtgenoot en vader, deze dichter en rechter en worstelaar, zijn ziel tot rust? En mag ik hierover iets van hem leren? Trots Waar begint David in deze psalm? Eigenlijk begint hij zijn betoog over zijn rust, met een beschrijving van wat hij niet is: ‘niet trots is mijn hart’, zegt hij,‘niet hoogmoedig mijn blik’. Niet arrogant, met andere woorden – ik denk niet te veel van mezelf, in mijn hart, in mijn kijken naar mezelf. Maar ook ben ik niet trots, zegt hij, in mijn blik naar buiten toe, in hoe ik naar anderen kijk. Twee soorten (en richtingen) van trots noemt hij dus. Een interne, dat ik in mijn hart arrogant kan worden als ik kijk naar wat ik gedaan heb, wat ik kan, hoe ik eruitzie of wat ik van mijn leven gemaakt heb. Deze soort uit zich in het willen of proberen alles in eigen kracht te bereiken, in het waarnemen van onze bekwaamheden alsof ze helemaal met onszelf beginnen en eindigen. In het denken dat waar we uiteindelijk op kunnen rekenen en vertrouwen eigen inzet en vermogen is. Dit soort interne trots manifesteert zich soms als duidelijke arrogantie, maar soms ook gewoon als angst – dat andere mensen, en misschien God ook, te langzaam zijn, te afwezig of te zwak, te afstandelijk, te zorgeloos of te onzichtbaar, en dat ik dus alleen op mezelf kan rekenen. En dan is er ook de tweede richting, naar buiten: het kijken naar anderen in een ongezonde vergelijking. Dit kan ook arrogantie zijn, dat ik mezelf beter vind dan de ander. Maar het uit zich vaak ook in de vorm van angst: dat als ik rondkijk, naar haar prestatie, zijn erkenning, haar uiterlijk, of naar zijn facebookpagina met allerlei leuke beelden, en dat ik mezelf eigenlijk wat minder ga vinden… En in reactie toon ik dan een soort trots waarin ik de ander wil afbreken, of mijn eigen positie op een gekke manier ga opkrikken om mezelf toch oké te vinden. Meestal lossen we dit op door de ander een beetje neer te halen. Misschien hardop – ik laat ze weten dat ze niet zo bijzonder zijn, of door een beetje roddel met mijn buurman of collega. Of misschien in stilte
– in een gemene (maar wel lekkere) fantasie over hun zwakke punten of zelfs over hun ondergang of verlies. Met zo’n trotse blik kijk ik dan rond. Controle Elders in de Bijbel, bijvoorbeeld in Psalm 101 vers 5, worden beide soorten trots door God verboden.Waarom? Omdat God ons klein en onderdanig wil houden? Nee, het is puur omdat deze vormen van trots destructief zijn. Ze zijn niet in dienst van sjalom, de zegen waarin en waardoor onze relaties met elkaar en met onszelf kunnen bloeien en groeien. Deze vormen van trots leveren niets op, behalve vervreemding en afstand van onze naaste en ook van onszelf; verwarring en verlies. En deze vormen van trots heb ik niet, verkondigt David, als inleiding van zijn beeld van rust. Interessant. Maar hij gaat verder, en eigenlijk noemt hij in het tweede stuk van Psalm 131 nog een aspect van trots: het zoeken of reiken naar iets wat te groot is of te hoog gegrepen. Dat doe ik ook niet, stelt hij. Letterlijk zegt hij hier: ik ga er niet achteraan hollen, alsof ik dat zelf moet hebben of kunnen pakken, voordat ik kan zeggen dat ik rust ken. Dat doe ik niet. Want als het te hoog gegrepen is, dan bezorg ik mezelf hoofdpijn en onnodige stress wanneer ik het toch probeer te bereiken. In Psalm 139 horen we iets vergelijkbaars. Daar laat David het verlangen los om meer te willen weten dan wat mogelijk is. Hij laat niet alles los, niet alle verlangen om dingen te begrijpen. Maar hij erkent zijn grenzen. Net als Job, die aan het eind van zijn verhaal in hoofdstuk 42 vers 3, zegt: Wie was ik, dat ik door mijn onverstand over wonderen sprak, te groot voor mij om te bevatten. Met andere woorden: wat deed ik mezelf daardoor onnodig ellende aan. Er was nog meer aan de hand in zijn lijden, maar dit geeft hij tenminste ook toe. Het is niet verkeerd volgens Gods openbaring om te zoeken, te kloppen, te vragen, te vechten, en daarop een antwoord te willen krijgen. Maar er is ook een grens. Ik ben een beperkt mens; een schepsel, en niet de Schepper. Ik kan niet – en dit is het punt in Psalm 139 – bij dergelijke ongepaste kennis komen, en dus hoef ik het niet. Mijn grens is ook een bescherming. Ik hoef niet de goddelijke controle over mijn leven te gaan zoeken, om rust te vinden. Boeiend dus, dat David als inleiding voor zijn mooie en bekende beeld van rust, eerst wil zeggen dat de sleutel niet in het her-
ordenen van onze agenda ligt, dat het niet ten eerste te maken heeft met hoeveel we werken, of hoeveel we op ons bord nemen. Maar ten diepste heeft het iets met trots te maken – een trots die alle aspecten van ons leven kan aantasten. Geheim Trots. En wat hebben we hier? Weer zo’n beeld van de oordelende, onderdrukkende God, die mij met zijn dogma over de menselijke trots wil breken? Heeft David het hierover? Volgens mij niet. Want nu komt dat bijzondere beeld van rust, en hierin ligt het bijzondere geheim. Kijk, zegt David, ik ben niet trots op al deze verleidelijke manieren, maar ik ben … stil geworden. Niet stil in de zin van onderdrukt, maar rustig. Hetzelfde woord zien we in het eerste vers van Psalm 62: stil ben ik, in rust. Maar dan op een bijzondere manier, want wat zegt hij over deze rust? ‘Ik heb mijn ziel tot rust gebracht’, zegt hij. Ik. Ik heb dat gedaan. Opmerkelijk. Hij zegt niet: God heeft mij stilte geschonken, of ik heb het ontvangen. Nee, hij zegt: ik heb mijn ziel tot rust gebracht. Hij kan daar kennelijk zelf iets aan doen. En dan gebruikt hij het beeld van het kind. En des te interessanter – het idee dat David zelf actief is in het verkrijgen van die rust, wordt alleen nog maar versterkt door dit
De psalmist zegt: ik heb mijn ziel tot rust gebracht. Hij kan daar kennelijk zelf iets aan doen. beeld. David beschrijft hier een kind dat geen baby meer is en geen moedermelk meer nodig heeft. Het kind zit rustig op schoot, of letterlijk in het Hebreeuws, hij leunt op z’n moeder, of tegen haar aan. Zonder te klagen of te zoeken, maar ook niet tevreden drinkend. Hij is gewoon stil. Niet per se lachend of slapend, gewoon rustig. Misschien hebben we de neiging om te denken dat wij dus ook zo op schoot bij God moeten willen zitten. In rust, niet te veel van Hem eisen of zoeken, maar gewoon tegen zijn borst leren leunen. Maar
volgens mij verwijst David met dit beeld van de moeder niet naar God. Het is gewoon een scene, of een metafoor, van rust. Want het woord ‘tegen’ of ‘op’, in de betekenis van ‘leunen tegen’ of ‘leunen op’, verschijnt weer in de tweede helft van het vers. Soms wordt dat vertaald met ‘Als een kind is mijn ziel in mij’, maar eigenlijk staat er: als een kind leunt mijn ziel tegen mij aan, of op mij. En dan letterlijk, zoals dat kind tegen of op de moeder leunt, zo leunt mijn ziel tegen of op mij. In mijzelf. En dan sluit David af met: Israël, hoop op de Heer, nu en voor altijd. En ik vraag me af: Hé, wat is hier aan de hand? Na alle uitspraken over hoe hij niet trots of zelfstandig wil zijn, wil hij blijkbaar toch iets voor of in zichzelf doen, maar dan wel weer in het kader van zijn hoop op de Heer.Waar heeft hij het over? En ja, hierin ligt dat geheim. Genade Net hiervoor, aan het eind van Psalm 130, vinden wij precies dezelfde woorden: ‘Israël, hoop op de Heer!’ Maar daar wordt iets meer verteld over wat voor hoop dit is. Het is niet alleen hoop in de zin van: wacht maar, het komt allemaal goed, of: wees gerust, de Heer ziet wat wij niet kunnen zien met onze beperkte blik, of: God heeft alles onder controle, vertrouw daar maar op en accepteer het. Dat komt wel eens voor in de Bijbel, maar in dit geval gaat het daar niet om. Hier wordt het direct verbonden aan Gods genade. Vers 7: ‘Bij de Heer is genade, bij Hem is bevrijding, altijd weer’. En dan heel direct, ‘Hij zal Israël bevrijden uit al zijn zonden’. En weer zouden we kunnen denken: ja hoor, daar gaan we weer met al die zware concepten van genade en zonde en zo. Maar vergeet niet waar David begonnen is: met de beschrijving van de verschillende vormen van trots die we kunnen tonen. Een trots die God zonde noemt – niet ten eerste of alleen omdat die Hem boos maakt of omdat die zijn regels overtreedt, niet alleen omdat het opstandig is en dat niet hoort. Nee, God noemt het een zonde omdat het tot schade leidt. Het brengt moeite en onrust in onze relaties, in plaats van zegen en sjalom. David lijkt hier te zeggen dat het ten diepste de menselijke neiging naar hoogmoed en jaloezie is, naar een ongepaste zelfstandigheid en hebzucht, die onze rust in de weg staat. Hoop op de Heer, zegt hij dan, want God kan – en wil – en zal – je bevrijden. Laat deze trotse neigingen los, met
andere woorden. Ze staan onze rust alleen maar in de weg. Er is een God die leeft, die ons maakt en dus kent, en die ons hierin wil vergeven. Waarom? Niet om ons op een beledigend manier als kind te benaderen: onrustig en ongemakkelijk, of helemaal afhankelijke van de moedermelk als zuigeling. Maar wel om een rust aan mij te schenken, als de persoon die ik ben – zodat mij ziel, als een kind op de moederschoot, ook rustig in mij zelf terug kan leunen. Zodat ik weer kan ontdekken wie ik ben als zijn beelddrager. Zodat ik opnieuw in de rust van zijn genade aan de slag kan gaan met het leven. Belijden In het belijden van hoe ik misbruik maak van mezelf, om het met andere woorden te zeggen, kom ik vrij. Dat kan ik doen, omdat God mij hierin tegemoet zal komen. Om het voorgaande concreet te maken heb ik een leuke manier geleerd van de Amerikaan David Powlison, een klinisch psycholoog die veel schrijft over de rol van het geloof in therapie. Hij zegt: als je de sleutel van deze Psalm echt wilt vinden, moet je hem andersom lezen. Hem helemaal op zijn kop gooien, en zien wat er uitkomt. Zo gaat het dan: O Heer, heel trots is mijn hart, en hoogmoedig mijn blik. Ik zoek altijd wat te groot is voor mij, en te hoog gegrepen. Ja, ik maak mezelf onrustig en geef mezelf veel stress. Zoals een zuigeling worstelt en krijst op de moederschoot, zo worstelt en krijst mijn ziel in mij. O Israël, hoop op alles en op wat dan ook behalve op de Heer, nu en voor altijd. En nu horen we hoe het soms gaat. Als het waar is dat wij op deze manieren trots zijn – dan willen we inderdaad liever geen hulp vragen, van God of van de ander; dan willen we alle kritiek en zwakheid en kwetsbaarheid vermijden in ons leven; dan doen we liever dingen op eigen kracht, wat het ook kost. Dan kijken we met jaloerse en hebzuchtige ogen naar anderen en willen op basis daarvan allerlei oordelen over onszelf en de ander vellen. Dan denken we inderdaad dat we nu alles onder eigen controle moeten krijgen en dat we alles moeten begrijpen om rust te kunnen vinden. Áls het zo gaat, laten we in plaats daarvan dan vol hoop en vol vertrouwen gaan naar
12
de God die zegt ons te willen bevrijden. Die zegt ons tegemoet te komen in het vinden van rust voor ons ziel in wie we zijn. Hij zal het horen. Hij zal het doen, zo vaak als we het nodig hebben. Zo breng ik mijn ziel tot rust. Voorbeeld In dit geheim van vergeving vind ik twee dingen: ten eerste is er geen oordeel dat het laatste woord over mij mag hebben – geen oordeel dat ik over mezelf kan verzinnen, geen oordeel van anderen waar ik bang voor ben, geen oordeel van God zelfs. Ten tweede: als ik actief mijn hoop in de Heer uitleef in het belijden van deze verschillende vormen van trots, heb ik de kans om te ontdekken wat het betekent om weer als mezelf op te staan. In alle rust. Als slot vind ik in een ander boek van de Bijbel een heel mooi voorbeeld van dit soort rust. Dit voorbeeld kan een beetje gevaarlijk zijn, want er is altijd de kans dat we onszelf hiermee gaan vergelijken en in allerlei ongezonde patronen van oordeel vallen… maar daar hebben we net wat over geleerd, toch? Daarom: het voorbeeld is de vrouw van Spreuken 31. De vrouw die van alles en nog wat doet en maakt en bewaart en beschermt. Ze heeft het dus heel druk! En ze wordt daarin en daardoor geprezen, als een mooi voorbeeld – niet van stress, maar waarvan dan? Vers 25: ‘Uit haar verschijning spreken kracht en waardigheid, de dag van morgen ziet ze lachend tegemoet’. Mooi is dat, hè? Dit is geen trots, maar waardigheid. Het is geen hoogmoed, maar
Geen trots, maar waardigheid. Geen hoogmoed, maar kracht kracht. En het is geen stress, maar een lachend bestaan van hard werk. Zij is vrij. Zij kent van binnen de rust dat het kwaad niet het laatste woord over haar mag hebben, en ze heeft haar hoop in de Heer lang geoefend. En zo komt zij tot haar recht. Hoe zulke kracht en waardigheid eruitziet is voor elk persoon anders, en hoe die lach vorm krijgt is ook voor iedereen verschillend. Maar als David gelijk heeft, mogen we dit geheim willen ontdekken en daarin groeien: voor mijn ziel in mij. Het is voor ons!
Pizzadeeg Pizzadeeg zelf maken is echt niet moeilijk! Hierbij een recept – met deze bodem kan je dus naar smaak of eigen fantasie de pizza beleggen met lekkere dingen. Een halve kilo (500 g) witte tarwebloem 1 theelepel zout 1 zakje gedroogde gist (of 1 eetlepel) 350 ml lauwwarm water 3 eetlepels olijfolie Meng ongeveer de helft van de bloem
met de rest van de ingrediënten in een ruime kom.Voeg dan de rest van de bloem gedoseerd toe. Kneed het deeg tot het elastisch aanvoelt en niet te plakkerig is (soms is een extra handje bloem wel nodig). Laat het ten minste een halfuur rijzen. Spreid het deeg uit (voorzichtig uit- ‘rekken’ en niet breken) op een ingevet bakblik. Beleg de pizza en laat hem een beetje rijzen (een kwartier is al genoeg). Verwarm de oven voor op 200 graden Celsius en bak de pizza ongeveer 30 minuten (misschien ietsje korter wanneer je er minder beleg op gedaan hebt). Ik vind het lekker als de onderkant van de pizza een beetje knapperig is en je hem makkelijk met je hand kan oppakken. Het is ook lekker om het simpel te houden en de bodem te gebruiken als een soort ‘pizzabrood’ bij een pastagerecht of soep: smeer dan gewoon een beetje olijfolie op het deeg en garneer het met wat knoflook, grofgemalen zout, rozemarijn, dunne ringetjes rode ui, lekkere olijven ... Veel plezier! Riana Reitsema