WELCOME TO MARLBORO COUNTY. ('It beats the shit outta you !')
Yves Vandezande. t'Lijkt h ier wel 'Galaxy' met al die binnen - en buitenwapperen de editors. Na amper tien n ummers heeft Uw tro uwe dienaar Guido Eekhaut immers beslo ten er een pun t achter te zetten en z'n geliefde magazin e o ver te dragen in de (ongure) han den van ondergetek ende. Laat ik vooral niet vergeten Guido, in naam van SFAN, nogmaals een hartelijk woo rdje van dank o p de dekplaten te druk k en voo r geleverde prestaties, alsmede voor het grootmaken van RIGEL, Belgium's leadin g magazine, als het ware. Wriggle met het han djes dus. Inhoudelijk zullen er, uiteraard, geen al te grote veran derin gen plaatsgrijpen. Wat nieuwe rubriek jes, een iets an dere aanpak ... maar dat merkt U zelf wel. Een korte blik op de inhoudstafel zal U zeker doen o pmerk en wat voo r 'n pijnlijk e zaak het voo r mij is, net n ù RIGEL te moeten o vernemen. Juist, er ko men nogal wat Yves Vandezande-items in voor. Laat me 't even uitleggen. Het verhaal 'Voor de nach t, zal ik van je houden ' was, net als het uitsteken de Son Tyberg stuk, reeds door Guido voo r dit nummer voorbehouden . En ik kon het natuurlijk niet o ver m'n gro te egoïstisch e hart k rijgen o m het te sch rappen. Ook de 'Dope' column moet eruit. Graag zou ik die in een con currerend tijdsch rift zien verschijn en, maar het blijft wach ten op het hoogste bod... De eerste ondoo rdachte daad is inmiddels ook gesteld, nl. het in h uis halen van Eddy Bertin die on ze film- en muziek rubriek en zal verzo rgen. Liever h ad ik Miss Bren dall in de redactie gezien , maar Edith schijnt ergen s in het Zuiden te zitten. Shak e what Mama gave ya, Eddy !!! Ook heb ik me de diensten van ene Frank Ro ger verzekerd. (Weggekaapt, fluistert men ! Steekpenningen , fluistert men !) O , die column k ende U al ? No u. De rest laat zich raden en zal wel vertro uwd lijk en. Geen artikels o f in tervieuws deze keer. Ho ewel er een paar goeie in voo rbereiding zijn . Kijk maar es achteraan !
3
4
Er werd gebeld. Maar ik was n iet th uis. Ik wilde niet th uis zijn. To en ging ik o pendo en, omdat ik toch niet thuis was en er dus niets kon gebeuren. De mieren hielden me nog steeds gezelsch ap. Heel de dag al. Want thuis had ik de vro uw moeten verbergen, ze on der de gron d stoppen en laten verdwijn en onder een alledaags uitzicnt van een tuin wildernis, en dat vond ik iets bean gstigends. Zelfs al leek het zo gewoon. Maar ik had die radeloze blik in mijn o gen gezien, en dus zat ik zo maar wat in het bo s. Te wach ten tot alles voo rbij zou zijn . Naar de mieren te kijken die gangetjes liepen , en vreselijk mijn best doen d o m alleen maar die mieren te zien. Maar ik dwaalde steeds af...
De morgen van de laatste dag : De k uil was al groo t. Ik trapte met al mijn k racht o p de spa, die met kleine ruk jes in de harde, levenlo ze laag aarde dron g. No g een paar steken en Een mier ruk te aan de strohalm die ik als een slagboo m o ver zijn pad hield. Hij gaf niet mee, en de mier bleef maar trek k en. Het begon me te vervelen. Ik zat me af te vragen of ik de halm zou weghalen, of De vro uw lag n u in de k uil. Het mes stak nog altijd in haar borst. Zou ik het eruit halen ? Ik buk te me, maar aarzelde. En als h et n u een s beter was het mes mee te laten verdwijn en ? dacht ik . Misschien hoort dat zo , hier ? Misschien trap ik beter die mier dood, en de an dere ook, waarom niet ? en laat ik het lich aam o p zijn in stincten han delen.
Honderden identiek e lijk jes maak te ik. En er gebeurde niets. De overlevenden en bedreigden vielen me niet aan. Ze wisten zich o p geen enk ele manier te verdedigen. Hun enige levensdoel leek wel het aanhouden de gewriemel waarmee ze wilden bewijzen dat ze er waren. Dat ze er to ch waren. Net als die anderen , al hadden die iets meer meegek regen... Cogito ergo sum, zeggen die an deren. Ze moesten een s weten hoe waar dat is. Ik had ze an ders nooit ontdekt. En dan zou alles vergeefs geweest zijn . Dan was ik verlo ren op een wereld die veel te groot voor me is. Maar nu had ik een gids. Hij zou me... K ijk , daar liep er weer een mier het rijtje uit. Een o rdeverstoo rder. Alsof ie Alleen het mespunt stak nog uit. Van de vro uw was n iets meer te zien. Ze was dood. Geslo ten. Net als de mieren. O f eigenlijk erger nog. Ze was een kamer waaruit je niet meer weg kun t. Maar een s ston d de deur open. Ik ben er binnen geweest. Geluk kig maar voor even. An ders... Dat was het verschil met de mieren. In hun kamer kon je nooit o pgesloten raken... Ik heb dus het mes to ch laten zitten, zag ik. Waarschijn lijk hoo rt het zo . Ik had geleerd o p in stin cten te vertro uwen . Ik mo est wel af en toe mijn gedach ten lo slaten (so ms ging het van zelf, maar dat pro beerde ik te vermijden. Verstrooidheid kon in mijn geval fatale gevo lgen hebben ), en ik h ad gemerk t dat het lich aam nog redelijk in staat was o m voo r zich zelf te zo rgen, zelfs zon der mijn hulp. Zo had ik bijvoo rbeeld nooit honger, zelfs niet als mijn gedach ten op Arix vertoef-
5
den en ik me maar met moeite en pas na lange tijd kon lo srukk en van de herinneringen die ik van daar had meegebracht. Ik was nooit moe, zelfs n iet als ik een s een excursie naar een an der lichaam maak te, o mdat een verblijf o p één plek , al is het dan nog zo boeiend, o p de lan gen duur to ch wel gaat vervelen. Nee, ik had geleerd dat een lichaam zich zelf wel in stand kan ho uden. Althan s voor een tijdje. Ik kon natuurlijk niet weten wat er zo u gebeuren als ik te lan g wegbleef. Maar dat riskeerde ik niet. Ik moest af en toe terugk eren, al was het maar ter controle. Ja, het werk je was opgeknapt. Ik kon no g nauwelijk s zien waar de grond was omgewoeld. En nu was ik binnen. Ik lag te slapen o p het bed, de mond wijdo pen , de neusvleugels trillend onder de zware ademstoten . Mijn ogen waren geslo ten , en ik wist dat het goed was zo. Wan t ik was bang geweest. O m wat er de vorige dag gebeurd was. Gisteren : 'Wat heb je to ch?' vroeg de vrouw. De man k eek haar van ach ter zijn bier verdwaasd aan . Toen scho ten zijn o gen van link s naar rechts en terug, alsof hij zich iets moest herinneren , iets dat hij in zijn o mgevin g zo u vin den. En hij zei : 'Ik ? Niets. Lekker biertje, n iet?' Ze haalde geërgerd haar veel te smalle scho uders o p. Had hij haar niet meteen zijn go edgevulde portefeuille getoond, ze was nooit met hem meegegaan. Hij zag er onverzo rgd uit, zijn adem stonk naar een rottende maag, hij liep met drongen passen hoewel hij er voo r de rest helemaal niet bezopen uitzag, en hij had iets in zijn gezicht dat... het was iets met zijn o gen, dacht ze. Also f die iets an ders zagen . Iets dat er niet was, to ch niet voor haar. Alsof zijn o gen niet van hem waren. 'Vind je niet dat het een lekk er biertje is ?' herhaalde hij, o p conversatietoon. 'Gaat wel,' antwoordde ze. Ze k eek ongeduldig o p haar horlo ge. Al elf uur doo r. Het had geen zin n u nog een andere te pro beren. Op dit uur... Ten zij die ene, daar aan de tapkast. Die zat daar al de hele avon d alleen. Maar hij had haar niet een maal bekek en. Ze keek weer naar de man tegenover haar. 'Zullen we nu maar?' Weer die verdwaasde blik , die rondspurtende o gen. 'Je wilt to ch naar bed met me? Of denk je dat ik m'n hele avond opo ffer voor vijf biertjes? Maar zo ko m je er niet tussenuit! Ofwel neuk je me, o fwel betaal je so wieso m'n tarief! Je hebt te kiezen.'
6
Hij glimlachte haar welwillend toe. Alsof ze hem net haar leven sloop had verteld en hij h aar wilde wijzen op de goede kan ten van het leven. Want het leven is to ch prettig, niet? Zo met z'n beidjes van een lek ker biertje slurpen, met muziek o p de achtergrond en de lichten gedempt, zo dat al wat er te veel was in de sch aduw bleef. Alleen maar n u en hier. En misschien vergeleek hij h et wel met to en en ginder, want zijn ogen gleden weer in de schaduw, en hij zag niet dat ze weer o p haar horlo ge k eek . Maar opeen s stond hij o p en trok haar wild van haar sto el. Ze schrok van de veran derin g in hem. 'Voo ruit,' zei hij. Het was een heel ein d lo pen , en hij hield haar stevig vast. 'Ben je ban g dat ik er van door ga?' vro eg ze, terwijl ze zich trachtte lo s te wringen. Maar hij liet haar niet lo s en sleurde haar mee alsof ze doo r iets achterna werden gezeten. Ze verloo r een hak van haar scho en to en die bleef stek en tussen de tralies van een kelderroo ster, maar hij lette niet o p haar gejammer dat ze het hem zo u aan rek enen. Hij liep als een o pgejaagd dier, met gladde sprongen, de mond een spleet, de o gen alert, de adem in een trio mferen de cadan s. En dan opeen s liet hij haar to ch lo s, zo dat ze languit o p de grond viel. 'Je bent gevallen ?' zei hij. Klonk het verbaasd? 'Ja, verdo rie! Wat bezielt je o m...' Ze nam de han d die hij haar toestak. 'Je liep also f je...' 'Heb ik gelo pen ?' 'Is het nog ver?' vro eg ze, terwijl ze haar jurk gladstreek en een po gin g deed o m on dank s haar hak loze linkervo et in even wicht te blijven. 'Ik ...' Zijn ogen schoten ro llen d rond maar leken geen ander herk enningspunt te vinden dan de vro uw die naast hem stond en die... Wat wilde die vro uw? 'Misschien die k ant uit,' zei hij, en zijn arm wees. Zomaar. Ze had sterk de in druk dat het er niet to e deed welke richtin g hij aan wees. 'Jamaar, hoor es! Je gaat toch n iet den k en dat ik ... M'n hak is stuk en ik heb geen zin o m no g -' Ze voelde weer die wurgende greep om haar arm en 'Oh!' deed ze, maar ze was alweer zijn prooi. Hij liet haar niet meer los. Ook niet nadat hij haar op haar knieën had gedwongen en haar o p h et matje van de gang langs achter was besprongen . Haar nylon
bro ek je was gescheurd n a de eerste stoot en de pin van zijn broek sriem boo rde steeds dieper in haar vel. Ze sch reeuwde het uit van de pijn en zag onder de boog van haar lichaam door hoe ro de druppels het grijze matje k leurden, maar hij bleef haar vastho uden en beuken , beuk en, beuk en... En haar pijnk reten werden k reten van genot, maar dan no g bleef ze bang. Ze was bang, en dan weer niet. En dan was ze wéér ban g, maar alles was al voorbij.
Ze lag op haar buik op het matje, en ze wist dat ze ondank s alles een orgasme had gehad, maar waaro m had ze het dan niet gevoeld? Was ze flauwgevallen ? Net op dat o genblik ? Vreemd... En hij keek haar lachen d aan. Blij. En hij stak haar een han d to e en trok haar voorzichtig o vereind. 'Het was prettig,' zei hij. 'Het is de eerste maal... ik wist niet dat h et zo ging. Misschien dat jij... maar jij had ook die pijn nog. En je zag het blo ed druppelen. Het duurde even voor je -' Ze slo eg hem met de vlakke hand tegen de wan g. Ze wank elden beiden. 'Je wist het! Je deed het o pzettelijk! Die pin! Je had 'm o pzettelijk rechto p gezet!' 'Nee, n ee, dat wist ik niet. Niet voo r ik -' 'Je bent een pervert! Maar je zult ervoor betalen! Een voor een nieuwe hak !' En voor hij het besefte had ze zijn po rtefeuille in de hand en griste ze er Beuk en! Rammen! Po mpen! Het gat wordt gro ter. En k lein er. Gro ter en k leiner, gro ter en kleiner. Alles k lopt en stuwt. Steeds dieper en Hij wilde protesteren, maar zijn handen Harder en harder en h arder. Alles wo rdt gevuld, is warm, is voch tig. De vulkaan verhit en bo rrelt en zijn lava stroo mt, stroo mt, stroo mt Ze had de po rtefeuille op de grond gesmeten en stak het bundeltje biljetten tussen Beuk en! Rammen! Po mpen! Harder en h arder en harder. Het gat wordt groter, en k leiner, het is warm, en vo chtig, het klo pt en het stuwt, en de stroom vult en vlo eit o ver... blijft overvloeien O peen s had hij een mes vast en stak.
Gisteravon d : Ik had me to en niet mogen laten gaan. Ik had me moeten concentreren , dat lichaam leiden , desnoo ds ook het hare, maar ik wilde even alleen zijn, in dat broeierige vo cht, alleen , en opn ieuw vo elen. Dus lo ste ik hem en trok me terug n aar m'n plek je in het bo s. Ik liet het lichaam alleen en suste mijn geweten (en een beetje ook mijn angst) door mezelf voo r te houden dat het lichaam wel zichzelf in stand zou houden. Zoals dat ook eerder al gebeurd was.
Wel, het lichaam had zich zelf in stand gehouden . Dat merkte ik toen ik een tijdje later, nadat ik alle emoties verwerkt had, terug naar h uis gin g. Ik zat aan tafel en dronk water. Ik liet het water o ver mijn kin en borst vlo eien en vo elde hoe fris het was. En zij lag dood op de vlo er. Gesloten. Het mes had het slo t vernietigd. En dat vond ik wel jammer. Ik had het haar no g een s willen laten meemak en. Ze had zo genoten, zelfs met die pin erbij. Nu kon dat niet meer. O f zo u ze...
Ik pro beerde even o ver te wippen, maar stoo tte o p een betonnen muur. Gesloten, zoals ik al dacht. En o mkijken d zag ik de radelo ze blik van dat lichaam dat ik even alleen had gelaten . Die k rampachtige handen ron d dat lege glas. Was er an gst? Ik zette het glas weg. Waaro m zo u ik bang zijn ? Ik keek naar de dode vro uw. Mijn lichaam is sterk er, dacht ik. Maar ik wist dat het dàt niet was. Zij was meer dan alleen maar een lichaam geweest, en daarom had zij niet... Ze had niet gevo chten, nee. Ik had zelf niet één sch rammetje. Waaro m heeft zij zich niet verweerd? Waarom heeft zij niets gedaan o m zichzelf in stan d te ho uden ? Is er een wet die ik niet k en? Een wet die niet van het lichaam is maar...
Toen werd ik ook bang. Ik keek radeloo s rond en mijn handen grepen k rampachtig het glas. Er lag een dode vrouw in mijn kamer. Ik wist niet wat ik ermee moest doen. Ze was dood, en to ch was ik bang. Er was iets, iets dat ik niet kon grijpen. Iets van deze wereld. Voorzichtig maakte ik me lo s van het lich aam, en achtero m kijk end trok ik me terug naar m'n plek je in het bo s. Nieman d zo u me daar vinden. Ik was niet th uis die dag.
7
Ik k eek naar de mieren en zag de vro uw verdwijn en onder bruine brokk elige aarde. Ik pro beerde een mier te volgen in haar geo rdende maatschappij, en zag dat ik op het bed in slaap was gevallen. En ik droomde. Ik gro ef een put, een bro eierige vo chtige put die steeds dieper werd. Nog dieper, met een kleine lichte vlek heel hoog bo ven me. Ik was die lichte vlek die in de put priemde. Ik was het gat dat groter en kleiner werd, groter en k leiner, en ik spoot glo eiende lavastro men naar beneden en ik vo elde gloeiende lava in me stro men. Tot ik barstte, en vol was. En luide k lokken galmden bonzende akkoo rden die de wan den van de put deden daveren. Er werd gebeld. De avond van de laatste dag : Er werd gebeld. Maar ik was n iet th uis. Ik wilde niet th uis zijn. To en ging ik o pendo en, omdat ik toch niet thuis was en er dus niets kon gebeuren. De mieren hielden me nog steeds gezelschap. Ik zag hoe ik naar buiten k wam, hoe ik de twee mannen voorgin g naar de tuin, naar de vo lle put.
En weer was ik ban g. Die mier Die mannen Ik nam een stok je en Ik wees ze de o mgewoelde gron d Ze k ropen langs het stok je o mhoog naar De ogen van de mannen gingen van de put naar mij Ik ben ban g, dacht ik. En dat bevreesde me. Ik was n iet th uis en to ch vo elde ik de vingers van de angst mijn keel toeknijpen. Ik vo elde zweet op mijn lippen en proefde zout, zelfs als was ik niet th uis en keek ik naar de mieren. Ik voelde mijn vingers krampachtig o pen en toe gaan , terwijl ik met de zuiger van mijn tentakel het stok je stevig vasthield. Mieren, mannen, zuigers, vin gers, m'n pulser stok te, m'n k eel die to egeknepen werd. Was ik hier, o f daar?
8
Ik wilde vluchten. Ik zag het hek van de tuin en de o mgevallen boo mstam een eindje verder. Daar kon ik o verwippen. Ik wilde terugkeren. M'n reis n am een wen din g die ik niet voo rzien had. Vluchten . Er was iets mis. De mieren grepen me bij de arm. Nee, niet de mieren . Het waren de mannen. Ze hadden een wapen in de han d. Geen mes, dat ken de ik. Maar ik wist dat het een wapen was. Want ik was bang. Ik had iets gedaan dat slecht was. Maar ik had to ch alleen maar naar de mieren gekek en? Ik zat to ch nog altijd op m'n plek je in het bo s? O f niet? Ik was hier to ch nooit weggegaan ? Het gras was helemaal platgedrukt daar waar ik mijn nest had gemaak t. Vluchten. Het tuinhek was niet hoog. Ik zo u ero ver kunnen sprin gen. En me in het bo s versto ppen. Ik k ende het bo s. De mieren zo uden me niets do en. Vluchten. Ik verzette een vo et. Met één ruk was mijn arm lo s. Ik ren de. Ik spron g o ver het hek hoorde een knal Nacht : Alles is zwart en glad. Ik zoek naar een contactpunt om mijn ubis in te steken, maar vind er geen. Ik pro beer een aan sluitin g te mak en met de gladde wan d, maar er vo lgt geen ontlading. Ik doe het o pnieuw, tastend en glijden d langs de zwartheid, maar mijn ubis blijft doo d. Het en ige wat ik bereik is dat m'n eigen en ergie vermindert. Ik vo el h et. M'n pulser verzwakt. En ik besef : het slot is vernietigd. Nog glijden mijn zuigers over de gladheid, maar ik begin te duizelen. Ik zit gevan gen in een zwarte draaikolk die me spiralend steeds dieper voert, in een put die... En ik beuk en ram en po mp. Alles is warm, vo chtig. Zwart en glad. Klo ppen d en stuwen d en ik stroo m en wo rdt gevuld en barst. Barst. Ba... Enkele dagen later : En in het bo s vinden twee kinderen het rottende lijfje van een Arixis. Een of an der dier, menen ze. En ze graven een k uil en sto ppen het lijk je erin . Heel gewoon. Er is geen angst in h un blik. (c) 1979 by Son Tyberg
Een tweemaandelijkse column van YVES VANDEZANDE.
*********************************** O m h et no g maar eventjes o ver Lo vancon 1 te hebben , n u alweer een maan d o f zes terug. U h eeft waarschijn lijk nergen s een degelijk verslag van dit evenemen t k unnen lezen , o m de eenvo udige reden dat niemand nog in staat is om zich alle gebeurtenissen in de juiste volgorde te herinneren. Een reden hiervoo r is niet ver te zoek en, n atuurlijk: onze h uisbro uwerij Artois presen teerde on s een flink factuurtje naderh and. Vreemd eigenlijk , de gecon sumeerde liters azijn kon ik n ergens terugvinden. To ch sch ijnt een bepaalde Nederlandse redactrice zich o p een uitbun dige manier hieraan tegoed te hebben gedaan. Dat meen ik althan s te mogen afleiden uit haar gebrachte verslag bij Holland-SF. Laat ik jullie dadelijk geruststellen , Lo van con 1 was in alle o pzichten een succes. Niet alleen staat Rigel Magazine weer voor een jaartje finan cieel veilig, ook kunnen er bovendien nog enkele 'specials' gefinan cieerd wo rden. Ho ewel, gulzige honden die we zijn , we kijken alweer vol spanning & entho usiasme uit naar Sfan con 10 in An twerpen , o p 27 en 28 April. 't Zal er a.h.w. een ware vrouwen dag wo rden met als eregasten Anne McCafrey en Annemarie K indt (ben ieuwd wat voo r k ritieken dat zal k rijgen in de Nederlandse pers). En fin, kijkt U maar naar de advertentie verdero p.
Lo van con stelselmatig beschrijven lijkt me onbegonnen werk (hoewel, tot 'n uur o f tien weet ik het no g wel), wel had ik de in druk dat het eigenlijke pro gramma een beetje bijzaak was en het allemaal meer o m 'a goo d time' ging. Waarmee onze verwachtingen dan weer helemaal in gelo st zijn. De opkomst was, eerlijk gezegd, gro ter dan verwacht. Waar de in richters baden & smeek ten o m toch maar honderd fans bij elkaar te krijgen , mo chten we ons verheugen o p 130 betaalde entrees (ho reca perso neel n iet in begrepen , o f co urse... ). O pmerk elijk was wel het grote aantal Nederlanders die voo r deze ene dag afgezak t zijn o m mee te genieten van Het Beste Van on ze Bo dem. Lan gs deze weg no g graag 'n woo rdje van dank aan hen . ('k vraag me nog altijd af hoe, later diezelfde nacht, Ro b Vooren's spaghetti gesmaakt moet hebben!) Nee eerlijk men sen, Lovan con 1 was best leuk (gezien het on ze eerste zelfingerichte con was zeker), ik heb me uitstek end geamuseerd en de rest van de aanwezigen (nou ja, enk ele uitzonderin gen misschien.. ) ook. Moeten we beslist nog es herhalen! N.B. Korte DO PE deze k eer. Redactionele zo rgen weerhouden de auteur, en z...
9
Een membraan-gedicht, geïnspireerd door en opgedragen aan Eddy C. Bertin.
Ja, jij was er ook, Doriac, je dacht de membranen weg en zwierf eenzaam door Nieuw-Berlijn. Ik liep je eeuwig achterna, maar kreeg je nooit te pakken, alsof je niet was te vatten. Ja, jij was er ook, Doriac, ik heb je gezien zoals je was, gelaten en doorzichtig als de wind. Hoewel, soms vraag ik me af, was jij het wel, Doriac, of was het enkel je schaduw die zo zacht door de stilte zwierf, terwijl jijzelf, niet ver daar vandaan, voor eeuwig in de membranen stierf ?
Peter Pauwels
10
Vertaling :
YVES
VANDEZANDE.
"THE PERSISTENCE O F VISIO N" (Q uantum, $ 9.95) is John Varley's eerste verhalen bun del, en iedereen die nog meer aan beveling nodig h eeft dan dat, getuigt ervan de laatste jaren SF niet meer van dichtbij gevolgd te hebben. De jaren zeventig zijn een bijzonder vruchtbare decade geweest voor nieuw talent in het gen re. Do zijnen jon ge sch rijvers zijn doorgebrok en en begonnen een reputatie voor zichzelf o p te bo uwen, en verschillende on der hen -Von da N.McIntyre, Michael Bishop, Greg Ben ford en wijlen Tom Reamy- hebben zich zelf al gevestigd als artiesten van eerste magnitude. En John Varley is gemakkelijk de beste en belangrijk ste on der hen . Varley's werk verscheen pas in 1974, maar sin ds die tijd heeft hij al bijna de wereld veroverd. On danks h et feit dat hij nog altijd één der grote awards moet k rijgen, is h ij al meer finalist geweest dan o m h et even welk e an dere schrijver van zijn generatie; zijn verh alen stonden met twee o f drie op elk e Hugo en Nebula no minatie van de laatste jaren . Hij is
12
twee k eer geno mineerd voo r de John W. Campbell Award voor de beste jonge schrijver; in 1975 verloo r hij hem aan P.J.Plauger en in 1976 aan Tom Reamy, wat hem ontegen sprekelijk de beste jonge schrijver maakt die nooit de John W.Campbell Award won. Hij is een vast onderdeel gewo rden van de jaarlijk se 'Best of the year' antholo gieën , meestal met meer dan één verhaal; iets dat wein ig an dere auteurs ooit verwezenlijkten. Zijn eerste ro man , "THE O PCHIUCHI HOTLINE", was een impressionant debuut, vindingrijkheid, co mplex en zeer ambitieus. Het k reeg gemen gde kritiek en en raak te niet o p de Hugo of Nebula no minatie, maar binnen tien jaar zal het waarsch ijnlijk nog gelezen wo rden, daar waar an dere ro man s van 1977 vergeten en niet langer verk rijgbaar zullen zijn. Ko rto m, John Varley is GO ED. Zijn werk moet je k ennen , als je de schijn wil o phouden de hedendaagse SF te vo lgen. Dit gezegd zijn de, rijst onmiddellijk de vraag : waarom is Varley go ed ? Wat doet hij zo goed ? Waaro m is hij de beste en
meest belangrijke schrijver van de zeven tiger jaren ? Hij heeft zek er heel wat co mpetitie voo r die titel, en Varley zelf is nog steeds geen perfect auteur. Zijn pro za bijvoo rbeeld, is glad en co mpetent, maar zelden meer dan dat. O p een woo rd-voo r-woord basis, ko mt hij zelden in de buurt van het rijk e en het welsprek ende dat wo rdt ten toon gespreid doo r een Michael Bishop of een Gardner Do zois. Zijn personages zijn goed o mlijn d, maar niet echt herinnerbaar; de protagonist in het bijzon der, lijk t telken s uit dezelfde materie te ko men. O p hun beste, hebben McIntyre, Reamy en Benfo rd een k arak teruitdiepin g bereikt die nog steeds boven Varley's mo gelijkheden ligt. In deze gebieden, bereik t Varley's werk slechts het teveel gebruik te co mpliment, 'veelbelo ven d'. Maar in de waaier van ideeën , heeft Varley meer gedaan dan dat : daar komt hij er gemakk elijk .
Wollheim noemt (in zijn kritisch bo ek "THE UNIVERSE MAK ERS") : de ko smologie van de toekomst. Zijn opeen volging van intergalactisch e rijk en/In sto rtingen /Wedero pbouw, zo u tallo ze varianten kennen van latere sch rijvers, so mmigen al beter dan anderen. Maar de basisidee is nooit verbeterd. Po ul An derson's 'Technic Civilization ' bracht on s twee in sto rtingen voor de prijs van één enk ele, Jerry Po urnelle voo rzag twee Rijk en en een Co Do min ium, Marion Zimmer Bradley vormde Darko ver in een succesvol Rijk , terwijl Harry Harrison zijn Death wo rlds tek ende na een ineensto rting. Andere auteurs, met min der galactische smaken , vervingen dit alles door republieken en federaties, maar het was moeilijk o m een 'future histo ry' te schetsen zonder iets over te n emen van hetgeen Asimov al beschreven had. Zelfs Ursula LeGuin capituleerde: haar Hainish boek en, met h un 'League o f All Wo rlds', de val en de tran sformatie in de Ek umen , geven blijk van geken de in gredien ten.
Science Fiction beroemt er zichzelf reeds lang op de 'literatuur van ideeën ' te zijn. Dit werd doo r so mmigen beschouwd als go ed, terwijl anderen het zagen als een benadruk ken van h et intellectuele, met de uitsluitin g van de emo ties. Maar beide zijden hebben de stelling aanvaard, dat SF in derdaad rijk is aan ideeën .
Ik moet bek ennen, voor ieman d mij gaat besch uldigen, dat de achtergrond waartegen ik mijn eigen verhalen plaats, eveneen s ko mt uit dezelfde bron als al die anderen; ik hoop dat ze gedeeltelijk o rigineel en in teressant zijn , maar toch komen zij van dezelfde bron van o ude ideeën.
Bij nader inzien echter, taant deze stelling vlug. Vele van de betere ideeën van het gen re, zijn veertig, vijftig en zelfs honderd jaar oud. Vele reuzen uit h et gen re h ebben hun carrière toegespitst o p het aanbren gen van veran derin gen aan o ude basiscon cepten, echt nieuwe ideeën waren zelden, en meestal werden ze geen een s goed onthaald.
Het was nergen s zo duidelijk als in de 'future histo ry' theo rieën. Sinds het verschijnen van Robert Heinlein 's toeko mstmap, die doo r John W.Campbell werd uitgebracht, zijn de 'future history' scenarios en thousiast onthaald door sch rijvers en lezers. Sch rijvers k unnen de verleidin g niet weerstaan o m een goed uitgewerk te achtergrond n iet te gebruiken, en de lezers schijnen te genieten van het feit dat de to eko mstgeschiedenis een zek ere diepte geeft aan een collectie verhalen. So mmigen vin den er ook plezier in te zo eken n aar referenties en contradicties. Hein lein 's 'future histo ry' was een zwak bro ertje vergelek en bij de vo lgende; een eerder wank ele con structie waarin de verbindingen van verhaal tot verhaal zelden voor de han d lagen. Het was niet Heinlein, maar Asimov die mo del zo u staan voor de velen die zo uden volgen . Met de Fo undation -serie, vestigde hij, wat Donald A.
John Varley echter, werk t met NIEUWE ideeën . Daar ligt zijn sterk te en de reden waaro m ik ero p aandring dat Varley zo wel belan grijk als on derhouden d is. Het is geen klein bier o m de 'future histo ry'-theo rie helemaal te verwerpen -vele jon ge sch rijvers deden dat, en de afwezigheid ervan k an gezien wo rden als één der k arakterestieken van de New Wave van die perio de- maar o m dat o ude literaire con cept o m te vo rmen tot iets to taal nieuws, is een belangrijk genoeg feit. En dat is precies wat Varley gedaan heeft. Hij was natuurlijk niet de eerste. Cordwainer Smith weefde een tapijt dat onmisk enbaar het zijne was; Jack Van ce speelde met meerdere. Maar de h erziene en ontegen sprekelijk nieuwe 'future histo ry' die Varley ontwik keld heeft met zijn verhalen ging veel verder dan één van beide. Iedereen die reeds proefde van Varley's fictie, weet waarover ik h et h eb. Voo r diegenen die dat nog niet weten , is "THE PERSISTENCE OF VISIO N" een fijn e intro ductie in de Varley cosmo s. Zes van de negen verhalen werden gesitueerd tegen de achtergrond van Varley's Eight Wo rlds, die ook dienden als decor voor zijn ro man. De zes verhalen alleen al bevatten waarsch ijnlijk meer nieuwe ideeën dan het volledige werk van de reeds eerder genoemde sch rijvers: cloning, geheugenban -
13
k en, sexveranderingen, symbs, de Invaders, de Opchiuchi hotline, disneylands, nieuwe k un sten, n ieuwe moraal, nieuwe gemeenschappen. Varley is er niet voo r diegenen die zich gerust vo elen bij h et oude en het gek ende, noch voor diegenen die één nieuwigheid per verhaal al genoeg vin den. Varley is origineel. Zelfs in de drie verhalen die zijn 'future histo ry' niet gebruiken , ko mt hij zeer fris over; het is moeilijk o m iemand an ders te bedenk en die met de idee o p de pro ppen zo u komen dat gebruikt wordt in h et titelverhaal, bijvoo rbeeld. Maar zelfs zon der deze o riginaliteit, heeft hij al de ken merk en van een gebo ren verhaalverteller. Ondank s de den siteit van zijn vreemde ideeën, wil
14
Varley nooit belerend n aar voren ko men, hij verveelt tro uwen s nooit. Hij onderhoudt voortduren d, betro uwbaar. John Varley's stijl en karak terisering mag dan nog maar 'belo ven d' genoemd wo rden , maar o m datzelfde etik et op zijn werk als geheel te plak ken , zo u te ver gaan. Het werk zelf is de echte maat, en met "THE O PCHIUCHI HOTLINE" en de "THE PERSISTENCE O F VISION", voegde Varley reeds meer aan het gen re toe, dan so mmige gro ten in hun gan se carrière deden. Het mag dan nog niet allemaal perfect zijn , het is to ch al veel meer dan enk el belo vend. De waarheid is dat Varley reeds verder was dan enk el maar belo ven d, met zijn eerste gepubliceerde verhaal.
Goed dan, ik heb me alweer laten strik k en, en vanaf dit n ummer verzorg ik dus een vaste filmrubriek in RIGEL. Daar het (terwijl ik dit schrijf) naar het nieuwe jaar toegaat (1979 bedo el ik , maar tegen dat jullie dit lezen gaat het misschien al naar 1980 toe) en dit de perio de is van go ede voo rnemen s (je weet wel, die weg naar de hel die geplaveid is, en z.), neem ik dus het vaste voornemen mijn leven te beteren en de gelegen heden tot zonde te... ho , wacht even , dit is niét het stuk je voor het Parochieblad. Sorry, even herbeginnen dus. Wat ik wo u zeggen is dat ik zal proberen de verho uding tussen SF en fantasy/horrorfilms in even wicht te houden , maar men bedenke dan wel even (voo raleer bo mbrieven te sturen ) dat in on s lan dje méér horro rfilms uitgebracht worden dan zuivere SF, dus... Verder zal ik niet dé beste, dé belan grijk ste films besprek en : ik kan enkel déze bespreken die ik zélf gezien heb. Tro uwen s, die 'beste'k atego rie is ook zeer relatief. Ten slo tte zal ik ook proberen deze rubriek en mijn eigen filmrubriek CAMERA in 'SF-Gids' uit elk aars vaarwater te houden . Wanneer ik één zelfde film dan al een s in beide rubrieken zal bespreken , zal ik toch proberen in elk tijdsch rift specifiek verschillende aspek ten van die film te belichten. Zover de inleidin g. Daar gaan we dan.
DAMIEN : O MEN II, een produk tie van Harvey Bernhard onder regie van Don Taylo r is natuurlijk het tweede deel van de trilo gie rond de Antich rist, de zoon van Satan; Damien Thorn . Damien is bijn a dertien bij het begin van de film, en gaat naar de militaire academie. Na de dood van zijn ouders is hij geado pteerd door zijn oom, Rich ard Thorn , die de leidin g heeft o ver een internationaal in dustrieel concern en die als dusdanig sterke in vloed h eeft o p de wereldpolitiek. Hetgeen natuurlijk datgene is wat on s duivelskindek e nodig heeft. Zoals te vrezen was geven de scenario sch rijvers (viér, zo maar even tjes : Stanley Mann, Michael Ho dges, Al Ramsus en John Shan er, die zich baseerden o p het oo rspronk elijk e verhaal van Harbey Bernhard) blijk van een schitteren d gemis aan een der welk e o riginaliteit. De jon gen wo rdt zich bewust van demonische natuur, ontdek t wie blijkbaar o p aarde geplaatst werd o m hem te h elpen, en leert zijn k rachten gebruiken o m diegenen uit de weg te ruimen die hem in de weg staan. Het verhaal en de aard van de moo rden volgen min of meer een gelijkaardig patroon als in de eerste film, met wel een ko rte verwijzin g naar twee o rigin ele gruwelijke mo menten uit de film : de wijze waaro p een jonge vro uw doo r een raaf de dood ingedreven wordt, en de 'bo vennatuurlijk e' moord o p een man die on der een ijslaag van een bevroren meer terecht komt en door de stroo m onder het
15
Eijs meegesleurd wordt. De knaap die Damien verto lkt do et zijn best, maar slaagt er nooit in on s te o vertuigen van zijn boo saardigheid. Met zijn klein e oogjes en zijn ietwat pafferige gezicht met blo zen de wangetjes deed hij mij voo rtduren d aan Little Jimmy O smond denken terwijl die 'I'm yo ur long-h aired o ver fro m Liverpoo l' aan het zingen is. In enkele scenes in sin ueert men dat Damien innerlijk in verzet is tegen zijn eigen boo saardigheid, en tegen de duistere lotsbestemmin g die hem o pgedwongen wordt, maar hier wordt niet dieper o p ingegaan. Jammer, wan t precies dit zo u de film een onverwachte en interessan ter wending k unnen geven h ebben (zoals dit gebeurde in 'Exo rcist II: The Heretic'). Maar misschien heeft men dit plo t-elemen t gereserveerd voor OMEN III ? DAMIEN in elk geval is een massapro dukt dat slech ts in enkele taferelen bo ven de middelmaat van de horro rfilm uitstijgt. William Holden en Lee Grant in de hoofdro llen, en een stevige Muzik ale sco re van Jerry Goldsmith : zwaar, bo mbastisch en o verladen en dus go ed geschik t voor dit pro dukt. Ach ja, Jo seph Ho ward schreef de ro man gebaseerd o p het draaibo ek, DAMIEN: O MEN II, uitgegeven doo r Futura, Lon don, 192 blz. voo r 75 pen ce.
Iets an ders waar zelfs kinderen binnen mogen : 'A So un d of Th under Revisited', ofte THE LAST DYNOSAUR (De laatste Dinosaurus), naar een scenario van Ray Brad... so rry, van William O vergard. Gezien de titel aan duidelijkheid n iets te wen sen o verlaat hoeven we de 'verrassing' van de film niet te verbergen. Een groot bedrijf finan ciert speurtoch ten naar olie doo r middel van een soo rt duik boot/landmol/boor. Een dergelijke expeditie is gevierendeeld teruggeko men, wan t ze hebben een soo rt tropische oase onder het poolijs aangeboord, en zijn daar aan gevallen doo r... rara, raad een s ? Neen , niét h et K erstmannetje, en neen, niet door André van Duin , maar door ... no u, ko mt het nog ? Vooruit, doe je best, stel je voor dat dit Macro minicro of zoiets is... juist, doo r een dino saurus. Natuurlijk is deze ontdekk ing zeer belangrijk , en dus wordt (na enkele woo rden wisselingen en vrijpartijtjes die bedoeld zijn o m ons de personnages in psycho logische diepgan g voor te stellen ) een nieuwe expeditie uitgezonden . Aan boord : een jager o p groot wild, een vro uwelijke jo urnaliste (uitgerust met alle attributen nodig voo r haar ro l : lang haar, twee cameras en twee-je-weetwel-wat), de jonge mannelijk e o verlevende van de eerste expeditie (en zo weet je maar al dadelijk wie wie dient te k rijgen o p het einde van de film) en een o ude
16
Ejapan se bioloog (wien s funktie is zich o p de grond te laten in poten door de dino saurus). Al dadelijk bij h un aankomst geven de expeditieleden blijk van h un hoog intelligentiepeil, door de ene absurde stommiteit na de an dere te begaan. Men zo u denk en dat ze o p eekhoorn tjesjach t gingen... en onze dino , een Tyranno saurus Rex, laat natuurlijk niet met zich spotten. Al vlug zijn de drie o verlevende hoogdpersonnages gestrand, h un duik boot is verdwen en (doo r Tyrano in een dino sauruskerkhof gedeponeerd) en ze wo rden belaagd doo r een stam o ermensen. De rest is voorspelbaar : on s jong koppeltje vertrekt terug naar de beschaving, en on ze grootwild-jager, enkel gewapend met wat hij k an mak en met eigen han den, blijft achter voor het laatste duel tussen hem en dino. Dit laatste deel is wel het in teressantste : twee natuurwezen s die met blote han den /poten tegenover elkaar zullen ko men te staan. Maar dat zien we natuurlijk niet meer. Wel, o rigineel is het niet, maar het is wel kn ap gemaakt en de dinosaurus is degelijk (al moest er natuurlijk weer een duel tyrano saurus vs. tricerato ps in ko men ... je zo u beginnen denk en dat er ooit maar twéé dinosauriers het met elk aar aan de sto k k regen... tro uwen s, mo esten de filmmakers h et n iet weten , een triceratops is óók een dinosaurus. Het verhaaltje is vlot en weet te bo eien , on dank s de bannaliteiten en ergerlijk e do mheden. Kan er wel doo r voor een zuivere ontspanningsn amiddag. Met Richard Boone (ja, Daniel was ten slotte ook een jager), Juan van Ark, Steven K eats en Luther Rackley in de hoofdrollen, muziek van Maury Laws, gedirigeerd door Ken Hiro se, pro duk tie Arth ur Ran k in Jr. en Jules Bass, regie van Alex Grasshoff en Tom Kotani.
Laten we er om te beginnen dadelijk ko rtaf mee mak en :'SF muziek' als dusdanig bestaat niet, kan ook niet bestaan, ten zij alle fan s, lezers en sch rijvers (o m van de k ritisi nog n iet te sprek en ) zich akkoord verklaren met één definitie van wat SF is. Uto pie dus. We hebben echter wél : muziek van SF/fantasy films (so un dtrack s), gebaseerd op SF (War of the Wo rlds) o f fantasy-verh alen (The K ing o f Elfland's Daughter), kon sept-LPs die een SF-thema gebruiken (The Aventures of the Astral Pirates) of horror aansn ijden (Alice Coo per goes to e Hell). In de ran dgebieden hebben we dan artisten die zich een specifiek e SF-ak t aan meten (Space, Droids) o f die bewust futuristisch-progressief (Devo ) o f griezelig (K iss) aando en, of die in hun albums SFgeïn spireerde tek sten gebruiken (Pink Floyd, Rundgrenn, Black Sabbath) of wien s muziek een SF-so und heeft, zo wel o p disco -terrein (Cerron e, Giorgio Morro der) als o p hard-ro ch (Deep Purple, Black Wido w) als o p elektronische to er (Tangerine Dream, Nektar, Schulze), plus de grooto rkest produk ties (O ldfield, Bedford). Als laatste reek s h ebben we dan de auteurs die hun eigen verh alen vertellen o p de plaat, o f de opnamen van lezingen tijden s congressen en zo. En dan vergaten we nog de geëngageerden van destijds (Reed, Nico ) en nu (diverse punkgroepen ) wien s tek sten ook vaak de SF-stro min g in gaan. In elke aflevering van KLANK BEELD zal ik gewoon een willekeurige greep doen
in de stapels van LPs die regelmatig op de mark t ko men, en een zo gevarieerd mo gelijk e selektie presenteren . Prijzen ga ik niet vermelden , deze variëren van winkel to t winkel.
MEAT LOAF : BAT OUT O F HELL (Epic EPC 82419, 1977). Meat Loaf is natuurlijk de 130 -k g. wegen de harde rocker die sen satie veroorzaak te door zijn vrijpartijen o p de scène tijden s so mmige van zijn nummers. Een uitstek ende rauwe stem, een harde stevige rock -soun d en degelijk e tek sten maken dit to t een der beste ro ck -LPs van de laatste jaren. Niet te verwonderen ook met tek sten van Jim Stein man en Todd Rundgren als producer. (Rundgren , voo r wie het niet zo u weten, zorgde met zijn eigen gro ep Uto pia voor enkele SF-con sept albums). Ondank s het feit dat deze plaat reeds an derhalf jaar op de markt is, breekt Meatloaf pas nu bij on s door met de single (een trilogie eigenlijk ) 'Paradise by the dashbo ard ligh t'. Verder opmerk elijk zijn voo ral de titelsong en de weerwolf-intro duktie (zelf-parodiëren d) bij 'Yo u took the wo rdt right o ut of my mo uth' en n atuurlijk mag ik niet vergeten te vermelden dat de hoes een prach twerk je is, gesigneerd Ricrard Co rben.
17
JEAN-MICHEL JARRE : EQ UINOX E (Polydo r 2344-120 ), 1978. K ant 1 : Equinoxe parts 1-4, K ant 2 : Eq uinoxe parts 5-3.
Als je de doordringende aan zwellende zoemtoon hoo rt waarmee de plaat begin t, denk je even dat je '2001/Also sprach Zarath ustra' gaat horen, maar dan breekt een eenzame synthesizer door die het ritme overneemt, versterkt, vooraleer hij versterk ing krijgt. Jarre vervo lgt met deze uitstek ende elek tronische konsept-LP het sukses van zijn 'O xygène'. Kan t 1 is overwegen d traag en wint pas n aar het einde aan in ten siteit in Mik e Oldfield-stijl. Kant 2 is vlugger-geritmeerd, en doet vaak denk en aan Michael Roth er. Zeer melo dieus en aan genaam beluisterbaar geheel.
K LAUS SCHULZE : 'X ' (dubbel-LP; Ariola 26 376 X 8T), 1978. Schulze's tiende album, zoals gewoonlijk 'co mpo sed, arranged, performed, recorded, mixed and pro duced by Klaus Schulze'. Het bevat zes 'muzikale bio grafies' van o.a. Friedrich Nietzsche; Ludwig II. Van Bayern , Heinrich Von K leist en Frank Herbert (to ch niet on ze 'Duin'-Herbert?) maar die namen neemt men maar voo r wat ze zijn . Voo r het eerst gebruikt Schulze ook een koo r, en deze werk en zijn zo wat integraal h et konsert getiteld 'Het Lucifer Pro jek t' dat hij in Oo stende in premiere gaf en dat volgen s oorgetuigen werk elijk prachtig was. De eerste plaat
18
is overwegen d vlug ritmisch, terwijl de tweede veel trager en zwaarder is, also f Schulze hier o p zoek was naar nieuwe mogelijkheden. Voo r liefh ebbers natuurlijk een must, beginnelin gen toch even luisteren eerst. Voo r mij is het wel Schulze's beste plaat, veel minder'zweverig' dan so mmige van zijn vro egere co mpo sities die vaak o p zeer lichte sch ro even ston den.
HARLAN ELLISO N : HARLAN ELLISO N LIVE AND VERY ANNOYING (1978, Alternate World Reco rdings, Inc. 148 East 74th Street,New York, N.Y. 10021, USA; enkel o p casette, $ 7.95 plus $ 1 po rto )
Iedereens kan s om Harlan Ellison een s aan het woo rd te houden tijden s 'The Ellison Roast' (90 min.), fragmenten uit twee lezingen die hij hield in november 1977. Hij vertelt, scheldt, maakt grappen , vloekt, beantwoordt vragen , k affert luisteraars uit, steek t de draak met an dere auteurs, maakt zijn en gagementen k enbaar, ko rto m, hij is Ellison. Over SF wo rdt er ook aleen s gepraat, en verder k rijg je nog ko rte stuk jes doo r Alfred Bester, Charles Platt (die o p grappige manier Ellison zelf de das o mdoet door uit te leggen hoe hij in werkelijkheid al Ellison s verhalen sch reef, waarbij hij parodies voo rleest o p o .a. A Bo y and his Do g), No rman Spinrad, Nancy Weber en Roy Torgeson. Uiterst in teressant, maar de k waliteit van de o pname/weergave is verre van perfek t, stemmen verschuiven van link s naar rechts, de k lank verzwakt so ms onverwacht en de casette eindigt zèer abrubt.
Luid bejubeld en afzich telijk beflo ten , dat zo u men op kunnen vatten als de lijfspreuk ingebo rduurd in het vaandel van de plaatselijke muziek vereniging "Epro Sucidem" uit Nusneep, die zich de welluidende status van kamerork est had to egeëigend, do ch in k waliteit van de gebrachte werk en meer overeenko msten vertoon de met een goed musicerende fanfare waarin enkele verdwaalde strijk jes verdwaasd wat maten invulden. De dirigent, een ko rte heer met k alende schedel en ver voo ruitgestoken buik , h ad het vaak genoeg naar voren gebracht: Het crescen do voldeed nog lang niet aan de eisen die hij eraan wilde stellen. Het groepje, dat to ch nog 'n vijftien man omvatte, k wam niet verder dan halverwege h et doo r de dirigent uitgestippelde geluidsn iveau. Wanneer hij vol vervoering zijn armen wild zwaaiend o mhoog bracht teneinde meer geluid te vragen werd hieraan tot o p zekere hoogte gevolg gegeven. To tdat zijn handen o p gelijke hoogte met het paarsbevlek te gezicht en de donkerrode pimpelneus waren gekomen ; daar lag de uiterste gren s, verder dan hier ging het niet. De violisten lagen zo wat ón der hun stoelen en hun handen bewo gen in snelle slagen de strijk stok over de gek welde kattedarmen, terwijl deze bijna
brak en onder de spannin g. Hun han den werden bijna onzichtbaar bij het naderen van het uiterste geluidsniveau, dat onherroepelijk bereikt werd, hoe hard de dirigen t ook met zijn armen zwaaide en tussen zijn tanden doo r siste. To t daar en niet verder. De tro mpettist, de enige die het strijk je rijk was, blies zijn verhitte adem (niet in het min st verhit door de uitwerk ing van gro te hoeveelheden alcoholiën , die naar zijn zeggen de toon van het in strument zuiverden ) met paarse opgezwollen wangen doo r h et kleine gaatje in het mon dstuk , terwijl zijn lippen zo wat barstten bij de vereiste spierspan ning. De man achter de cello, een k alm personage die zich onmogelijk liet overhalen meer dan no rmaal crescendo te leveren en die daardoo r vele malen het mik punt werd van k wade opmerkin gen van zijn mede-muzikanten, was de enige die er k alm bij bleef. Zijn in strument bevond zich in een prettige stand, met hemzelf er ontspannen achter zittend terwijl zijn sto k melodieus o ver de snaren gleed, een zacht achtergrond-geluid pro ducerend, dat deson dank s bo ven de zes violen uit duidelijk hoorbaar was.
19
Was de rest van het o rk est het to ppunt van o pwin ding bij een n aderend crescendo grandio so, en de cellist het uiterste van k almte en beheersing (hoogsten s o p het nerveuze trek je in zijn rechtermondhoek na); de tro mbonist verslo eg ze allen glan srijk. Zijn felro de wangen kleurden go ed bij het goudk leurige in strumen t, dat als was in zijn handen lag en zich schijn baar moeiteloo s de ingewikk elde passages liet ontlok ken , het publiek in vervoering meeslepen d. Hij had dan ook steevast de meeste solo 's voo r zijn rek enin g te nemen , waardoor zijn to ch al zo ro de wangen opglo eiden als ziedend haardvuur. Zo ook nu, tijdens het spelen van een razend mo eilijk e partij uit de 'Broquet Suite'. De ko perk leurige schuif van zijn tro mbone bewoo g bijn a niet te volgen van voo r naar achteren en zijn lippen k rulden zich telken s anders wanneer hij van ok taven veranderde in tien den van secon den , hetgeen to ch een aardige in spanning moest zijn. Daarvan was ech ter, buiten de toename van de kleur roo d in zijn gelaat, niets te merken. Geen enk ele k eer n am het geluid in sterkte af, waardoo r het hele orkest o p de been werd gehouden wanneer het an ders zo u zijn verzwakt van pure uitputting. De dirigent k rulde tevreden zijn mondhoek en terwijl hij bewonderend knik te in de richtin g van de tro mbonist, die daardoor nog verder aangemoedigd werd zijn geluid in een razend crescendo fo rta-gran dio so te do en to enemen , waardoor de longen van een normaal men s zo uden zijn gescheurd, maar die
deze jon geman met zijn talent n iet een s een spierkrimp ko stte. De toon van het in strument werd hoe lan ger hoe fraaier en de toehoorders vo elden zich dan ook als naar de hemel o mhoo gzweven d, zich in het paradijs tussen de musiceren de en gelen bevin den d en het lo flied van h en aan Pan , de zoon van Hermes met zijn herdersfluit, aanhorend, zo zacht (ondank s het geluidsniveau) en zo mooi dat het Zeus' stenen hart verweek te en h et de joo d met de fascist deed samensmelten. Iedereen sloo t in o pperste verrukk ing de o gen, en daardoo r bemerkte nieman d het vertrekken de gezicht van de jong go d met zijn vuurrode gelaat, waar n u het zweet van o p de grond stroo mde, terwijl deze langzaam schijn baar vermo eid onderuit zakte, zijn in strument als een laatste strohalm nog tegen zijn lippen persend. De paradijselijk e so lo ein digde in een ziekelijke piep toen de laatste adem van de tro mbonist h emelwaarts sn elde en diens handen eindelijk het tot dan toe verk rampt vastgeho uden in strument lieten ontsnappen , dat k letterend op het hout viel. Het duurde een tijdje voordat iedereen uit de hoogste sferen was teruggek eerd en tot zich kon laten doordringen dat de tro mbonist niet langer onder zijn medeschepselen was, doch in de rijken verto efde die hij zo juist muzikaal had bejubeld. Uiteindelijk was het de eerste k larinettist die de drukfo ut in het muziek werk je ontdek te. De arme tro mbonist had het vetgedruk te 'Crescen do Mortalis' te letterlijk en te serieus o pgevat...
(c) by Remco Meisner, alle rechten voo rbehouden.
20
* Ro bert Silverberg is k laar met de eerste versie van 'Lord Valentine's Castle', de ro man waarvoo r hij reeds enkele miljoenen mo cht o pstrijken voo r er ook maar één woo rd op papier stond. De lengte bedraaagt 60 3 pagin a's. Het boek zal als hardco ver gepubliceerd worden doo r Harper & Ro w (U.S. en Gollancz (U.K .). De Britse paperback rech ten gin gen n aar Pan.
bert eindelijk zijn 'Duin ' verfilmd zal zien. Dino DeLauren tis zo u de rechten geko cht hebben , en Herbert zo u hiervoo r $ 1.000.000 gein casseerd hebben, plus een percentage o p de verkoop. Verder heeft hij aanvaard het script te doen voor deze drie uur duren de mon sterpro ductie die het eerste Duin -boek vo lledig zou beslaan.
* * Twee van Silverberg's vo rige ro mans gaan naar alle waarschijn lijkheid verfilmd wo rden. Filmrechten voor 'Dying In side' werden verko cht doo r Michael Grusko ff, producer van o.a. 'Yo ung Franken stein '. De rechten van 'The book o f skulls' werden geko cht doo r H-T Production s, een onafhan k elijke maatschappij.
* Met O rson Scott Card, vorig jaar winnaar van de John W. Campbell Award, gaat h et goed. Van hem zijn een tweetal ro mans, 'Ho t sleep' en 'A planet called treason' o p ko mst, alsook 'Capito l' (bun del). Verder verko cht hij aan Dell een ro man -o pstapel, 'Mik al's son gbird' die gebaseerd is op het ko rtverhaal met dezelfde titel. Dit verhaal werd genomineerd voor de Nebula.
* Het ziet er ook naar uit dat Frank Her-
'Venus on the half-shell' van Kilgo re Tro ut is terug o p de mark t. In de States alleen al zijn er 300.000 van verko cht. * Ted White, edito r van Fantastic en Amazing heeft er de brui aan gegeven. Het januari '79 nummer van Fantastic en het februari '79 nummer van Amazing zijn de laatsten die hij samenstelde. Ted White stond bek end voor zijn grillige edito rpo litiek. Regelmatig 'vergat' hij auteurs te betalen o f publiceerde verhalen zonder betrok ken schrijvers h iervan o p de hoogte te bren gen. Gevolg was dat de betere auteurs geen verhalen meer in zonden en het zeer slech t ging met White's magazin es.
O eps, bijne vergeten ! Terwijl diegenen die in geschreven zijn voo r Seacon binnen ko rt hun stemformulieren voo r de Hugo Awards gaan k rijgen, zijn hier on dertussen al de Nebula Award nominaties :
21
Ro man
: - Dreamsnake - Vonda McIntyre - Strangers Do zois
Gardner
- Th e faded sun - Kesrith C.J.Cherryh - K alk i - Go re Vidal - Blin d voices - To m Reamy Novella
: - Th e persisten ce of vision - John Varley - Seven american nights Gen e Wolfe
Novelette
Zoals jullie zien , een mager jaar, zonder bek ende namen, zon der auteurs die jaarlijks geno mineerd worden (Silverberg, Tiptree, Ellison ). Ook valt het o p hoe racistisch de amerikanen tewerk gaan bij deze no minaties. Een Ch ristopher Priest bijvoo rbeeld, die dit afgelo pen jaar to ch prachtige din gen publiceerde (de ro man 'A dream of Wessex', de verhalen 'Th e watched' in F&SF en 'The cremation' in Andro meda 3) wo rdt doodeen voudig overgeslagen. Maar dat geeft niet hoo r, hopelijk staat ie wel genomineerd voo r een Hugo o f twee en dan k unnen we hem die no g altijd geven. De Nebula Awards zullen wo rden bek end gemaak t o p 21 april '79 op het Nebula banket te New York.
: - A glo w o f can dles, a unicorn 's eye - Charles L. Grant - Devil yo u don't kno w Dean In g - Mik al's songbird - O rson Scott Card
Sho rts
: - Stone - Edward Bryant - A quiet revolution for death - Jack Dann - Cassandra - C.J.Cherryh
* Van Harry Harrison versch ijnt er eerlang bij Bantam het vierde deel in de 'Roestvrij Stalen Rat'-reeks. On der de titel 'The stainless steel rat wants yo u' versch een het reeds in het eerste nummer van Isaac Asimo v's Adventure Magazine. Een tip voor Meulenhoff wellicht ?
U LEEST RIGEL, NATUURLIJK! TENSLOTTE HOUDT U VAN SF, FANTASTIEK, OF MISSCHIEN ZELFS GRIEZELEN. MAAR... TWEE BLADEN ZIJN ALTIJD BETER DAN EEN ENKEL. PROBEER EENS DE 'SF-GIDS': tweemaandelijks tijdschrift voor SF, fantastiek en horror. Net als RIGEL vindt U ook dààrin verhalen en artikels, recensies, van boek, film en plaat, kartoens, diverse nieuwtjes, en vooral... RIGEL en SF-GIDS vullen elkaar aan op hun manier. Abonnement: 300 BF per jaargang van 6 nummers, te storten op rekening 290-0098409-72 bij de Generale Bankmaatschappij, Gent op naam van Eddy C. Bertin, Res. Murillo, Dr. Van Bockstaelstraat 80, B-9218 Gent (Ledeberg). Of stort 60 BF voor een proefnummer. Het januari '79-nummer bevat zomaar eventjes 56 blz. met verhalen van Tyberg en Glenmoor, en een speciale rubriek die publikaties van onze eigen auteurs recenseert
22
Later datzelfde jaar nam hij zijn besluit. Hij zo u de berg verlaten en terugk eren naar de stad. Zijn stad. De lange win termaanden die hij in meditatie en ontbering had doorgebracht, hadden hem veranderd, maar niet beter gemaakt. Haar gezicht was er nog steeds, ach ter zijn geslo ten oo gleden. Als hij neerk eek op de witte vlakten onder hem, zag hij Haar groene ogen in elk e rots en haar blanke huid op elk e gletsjer. Zij hield nooit op hem te wenk en. Zijn ziel was hij verlo ren en nu zwierf een stuk je van zijn wezen nog steeds over het met sneeuw bedek te oppervlak van de berg. Wellich t o m nooit meer terug te ko men . Het eerste, jonge groen van de lente begon zich langzaam doorh een de eeuwige sneeuw te wo rstelen en hij daalde van zijn konink rijk o p de berg af n aar de wereld ben eden; een wereld die niet op hem wachtte en onversch illig zijn terugk eer gade slo eg. De stad, zijn stad, begro ette de ko mende lente met nieuwe en frisse moed. Maar hem liet zij link s liggen. En nieman d k ende hem nog. En hij k ende niemand. Hij liep door de drukke straten en k eek
in de gezichten die hij tegenk wam, zo ek end, hopend zijn naam te horen, gero epen achter zijn rug. De gezichten waren die van blije lui en allen spo edden zich voo rt, gedreven doo r de alo ude k racht van de warme zon. Gezichten die een doel voor ogen hadden en geen tijd, no ch belangstelling voor hem. Wan t niemand riep zijn naam en hij gebaarde naar nieman d. Het was zinloo s en ook een beetje zielig, want de stad was veran derd. Het huis dat hij bewoond had, stond er niet meer en de intieme, verbo rgen plek jes die hij voor zich alleen geho uden had, waren ook verdwen en. De stad was de zijne niet lan ger. Maar Haar gezicht was er nog wel. Hij herkende stuk ken ervan in al die andere, vro lijke gezichten. Ogen van een schoolmeisje die de Hare waren. Het lange, geoliede zwarte haar van de hoer dat het Hare was. Nergen s echter zag hij Haar zo als ze echt geweest was. En nooit meer zo u zijn. Behalve achter zijn geslo ten oo gleden. Slechts één keer... Nog later begon hij te dwalen in de nacht,
23
o p zoek naar iets tastbaars, iets dat hij k ende. Een man zonder ziel was h ij n u, in een nach t die de zijn e niet was. Zijn ziel had hem ko ud gemaakt, vroeger, to en hij enk el voo r zich zelf geleefd had. Maar hij had hem mee op de berg geno men, o m dichter bij h et ijs en de sneeuw te zijn. O m een splintertje van die eerdere kilte terug te vinden, die verdwen en was to en hij haar on tmo et had. Die ene k eer.. Hij had zijn ziel daar achtergelaten, wan t door hem vrij te laten was hij hem k wijtgeraak t. En n u was hij nog killer en kouder als to en en had niets meer dat hem diende. Zijn lichaam gebruikte hij niet lan ger, enk el nog o m te zwerven in de nach t. Hij vo edde het ook niet meer en het werd mager, maar daar gaf hij niet o m. Hij was niet langer verplicht de beeltenis van hemzelf in stand te houden, wan t men ken de hem niet meer. Hij was Niemand geworden. Slechts één k eer...
Slechts één keer had Hij Haar ontmo et en het was net echt geweest. Die en e k eer was zijn trip té echt geweest, h ij had Haar nooit kunnen vergeten. Maar hij moest wel, hij zo u nooit meer terug k unnen. De k ruideman , zijn won derdokter, was weggegaan na die eerste, glorieuze k eer dat Hij Haar gevonden had in zijn dro men. Hij was weggegaan en had zijn geheim meegenomen. In h et graf. Vele verhalen had hij reeds gehoord o ver Haar. Vroeger. An dere speedo's hadden hem verteld over die mysterieuze vro uw die hen de liefde gaf, in een neven wereld die zij voo rdien nooit hadden bezo cht. Een lichamelijk e liefde die alle lusten bevredigde, die zij allen als echt hadden ervaren en die to ch niet had vo lstaan. Wan t geen enk ele van hen had Haar ooit weergevonden , het was altijd bij die ene k eer gebleven. Maar hij had hen nooit geloo fd. Meerdere namen hadden ze Haar gegeven. So mmigen noemden Haar 'La Belle Dame san s merci', anderen ken den haar als 'De Dame met de Witte Huid'. Maar hij h ad hen nooit geloofd. Tot ze bij hem geko men was... Nadien had hij dik wijls met de k ruiden geëxperimenteerd, nooit had hij die ene, gouden weg naar Haar teruggevonden. Zijn droo mreizen waren versch rikkin gen gewo rden , nachtmerries die hem sch reeuwend van k rank zinnigheid en pijn hadden meegenomen naar al die zwarte plaatsen waar het halfleven en an dere uitwassen van de geest domineerden . Maar Zij was niet gekomen , had zelfs geen glimp van Haar zachte lichaam meer getoon d. Zij was gebleven in Haar go uden
24
en hemelsblauwe wereld, waar niets de sereniteit van Haar Zijn verstoorde. En to ch had Ze hem toegefluisterd : "Voo r de nacht, zal Ik van je houden." En het waren die woo rden , die hem hielpen door te gaan met zijn lichaam steeds vol te po mpen met gif. Want doo rgaan mo est hij, tot de doo d ero p volgde. Maar de dag was geko men , dat hij, brullend van onmacht en frustratie, had moeten toegeven dat zijn droo mwegen niet meer naar Haar zo uden leiden. Zijn laatste restje gezon d verstand had hem toen verteld dat het beter zo u zijn, als hij de eenzaamheid ging beoefen en. En hij was de berg o pgegaan. Maar niet voor lang, wan t na slechts en k ele maanden was haar ro ep weer sterker gewo rden en had hij zich laten leiden door Haar zo ete stem, die hem weer naar de stad had gebrach t. Terug naar de speedo 's.
Tijdens zijn dwalin gen door de mazen van de stad, ontmo ette h ij so ms andere man nen , dwalend, zoek end, ho pen d, net als hij. Hij kende ze niet, maar in hun o gen , als hij daar al een glimp van kon o pvangen, zag hij diezelfde maniakale drang, die hij ook in zijn eigen o gen terugvond. Zag hij dat de lo mpen die zij dro egen niets anders verborgen dan vel en been. Net als zijn eigen rafelige jas. Zag hij aan h un witte wan gen , waar blauwe aders wild in k lopten, dat ook zij o p zoek waren naar een genezer die hen kon terugbrengen naar hun enige streefdoel. Zij. Maar hij zo u de eerste zijn! Hij MO EST de eerste zijn! Niemand zou Haar no g k unnen bezitten als hij een maal de weg terug gevon den had. Als... Ten slo tte moest hij het no gmaals o pgeven. Zijn handen gehoo rzaamden de bevelen van zijn brein niet langer en zijn lichaam was nog slechts een loo s o mh ulsel dat voor verder gebruik ongeschik t was gewo rden. De muren van het k leine kamertje dat hij bewoonde, waren de gren zen van zijn dwalingen gewo rden. De Gesloten deur was als een stalen poort, vergrendeld en bewaak t. Slechts een oude vro uw on tfermde zich o ver hem en bracht hem voedzame spijzen en versterk ende k ruiden . Maar ook zij k ende hem niet. In haar ogen was hij de zoveelste speedo die aan het einde van de lijn was geko men. Zij wist niet wie hij was en wat hij zo cht. Eerst wilde hij alleen maar sterven. De k racht die hij no dig had om zijn do el te bereiken , was uit hem weggegaan en h et licht uit zijn ogen verdwenen. Dat was zijn eigen sto mme schuld geweest en hij had zich erbij n eergelegd. Zijn o bsessie
was een mislukkin g, en hij wilde niet meer herbeginnen. Hij wo u enkel nog sterven. De k ruiden soep die de o ude vrouw hem bracht, liet hij onaangeroerd. Hij staarde slechts in de donkere brei en hoopte nog een laatste glimp van Haar erin op te vangen. Slechts toen Haar fluisterende woorden hem n iet bereikten, besloot hij no g een laatste poging te do en. Hij zou weer beter wo rden. De o ude vrouw moest hem helpen bij h et drinken van het vo cht, hij was te zwak. Later was hij weer in staat o m zijn lich aam te bewegen to t enk ele eenvo udige handelingen. En hij werd elk e dag beter en sterker.
De o ude vrouw sprak niet met hem, sprak nooit. Maar telken s zij een nieuwe ko m voedsel bracht, bleef ze bij hem en keek to e hoe hij at. Slechts als hij de bo dem van de ko m had leeggeschraapt, glimlachte ze en ging weer weg. Maar hij wist dat hij, met de simpele daad van het eten , haar plezierde en n a een tijd begon hij ook h et vreugdevolle ervan in te zien. Het ogenblik k wam dat hij o pston d van het bed dat hem voo r een zo lange tijd geko esterd h ad en de kamer verliet. De o ude vrouw wachtte o p de gang en zij uitte geen woord, maak te geen enkel gebaar. To ch wist zij dat hij nooit meer zo u terugko men. Slechts drie woo rden sprak h ij tot haar. "Dank je, mo eder." En dan gin g hij weg. ZIJ Beeld voor beeld kon hij zich no g voor de ogen halen. Hoe het geweest was, die en e k eer bij Haar. Hij had Haar gevon den in de tuin van Haar Eden. Nooit had hij een zo zachtblauwe lucht mo gen aan schouwen , on gestoord door de wind en de an dere elementen. Slechts een rode zon bekroon de de h emel. De atmo sfeer was warm geweest en zacht, toch had zijn huid droo g aangevoeld en was het er niet te h eet. De rotsentuin rees zonder enige merkbare onderbrekin g uit het pad dat hij belopen had. Het en e mo ment had hij nog op het melk witte strook je gestaan , aan beide kanten o mgeven door mist. Het bek ende begin van elke trip. Dan was hij o p zachte, bruine aarde gestapt en had hij o pgekeken. Voor hem, had zich een paradijs uitgestrekt, dat h em een o gen blik verblind had door de schittering die het uitstraalde.
25
Bomen en planten en struiken waren er in de grootste harmonie bijeen gebracht en de bloemen hadden er oo gverblindende k leuren. De stilte werd doo r niets verstoord, geen vo gel die o pvloog uit het struikgewas, niet h et min ste zuchtje wind dat de bladeren en struiken deed ruisen.
maakte, het soo rt dronken schap dat je en k el kan ondergaan als alle zo rgen van je afgevallen zijn. In wendig sprak hij dank voo r de ervaring en wen ste dat dit mo men t voor eeuwig het zijn e blijven mo cht. In het midden van de tuin , waar de bo men en struik en zich o penden tot een kleine, met ko rt gras begroeide plek , stond, in sterk contrast tot het idyllische gro en, een gouden hemelbed. Hemelsblauwe baldak ijnen glooiden van de to p ervan naar beneden en waren teruggeslagen. En o p het bed lag Zij. Haar zeegroene ogen gin gen schattend o ver zijn lichaam, o p en neer, en Haar ro de mon d plooide zich tot een flauwe glimlach. Zij sch udde Haar raven zwarte haren die in een golvende beweging o ver Haar smalle naak te rug vloeiden. Zij was helemaal n aak t en droeg geen enk el sierraad. Maar dat hoefde ook niet. Haar eigen vo lmaakte lichaam was als een o paal, als een hoge-k araats diamant, en zij droeg enk el dat, met de gratie van een godin en de o vertuigin g van h et o pperste wezen. Ze was mooi, verblin den d mooi, en meer hoefde er niet gezegd te wo rden. En met één enkele beweging van Haar blanke han d, wenk te Ze hem. Hij ging. En het was goed geweest. Een besch rijving ervan , zo u enkel maar afbreuk doen aan zijn herinnerin g, daaro m pro beerde hij het niet een s. Maar de liefdesdaad bleef in zijn geheugen gebran d en er was geen moment dat h ij er niet aan terugdacht. "Voo r de nacht, zal ik van je houden," had Zij hem to egefluisterd, en dat was precies wat Zij h ad gedaan. Maar het moment van zijn terugk eer naar die an dere wereld was n iet uitgebleven en met de belofte dat hij terug zo u komen , had hij Haar verlaten. Ze had slechts geglimlacht.
De stilte was er volko men en niets bewoog, en to ch leek het hem helemaal natuurlijk. Hij stapte de tuin in . Lange tijd liep hij errond. Zon der doel, zonder besef van enig tijdsverloo p. Hij k eek in o pperste verwondering naar de bo men en de bloemen, raak te ze voo rzichtig aan, als was hij niet zeker dat ze wel echt waren . Hij bevingerde tak jes en bloemblaadjes, snoof het stuifmeel op uit de kelken van grote tulpachtige gewassen. So mmige k ende hij bij naam, andere weer waren volko men nieuw voor hem en lan g to efde hij bij deze soo rten, genietend van h un overweldigend aroma. Diep inhaleerde hij de lucht die een co mbinatie was van alle blo emen en die hem dronk en
26
HIJ liep weg van de stad en was de oude vro uw die hem genezen had reeds vergeten. Zijn lichaam droeg hem doo r de straten van de stad die eens de zijn e was geweest, en weer ging hij weg. O m nooit meer terug te ko men. Want hij ken de hem en nieman d zo u hem ooit nog herk ennen. Hij ging weer de berg o p. Niet o m zijn verloren ziel terug te h alen, daar hoo pte hij niet op, maar o mdat iets hem terug naar de gro t,waar hij die lange maanden in een zaamheid had doo rgebracht, dreef. Iets sterker dan hemzelf, vertelde h em dat hij terug mo est naar die ko ude, wit-
te vlakte, hoog bo ven de gletsjers, hoog boven de n aak te, bevro ren rotsen. Het vertelde hem ook dat het zijn laatste to cht zo u zijn, op deze aarde. Maar dat geloo fde hij niet, want h ij mo est nog naar haar toe. Enk el dat, telde nog. En daaro m ploegde hij verder, door de sneeuw en lan gs de bevro ren ro tsen , die Haar groen e ogen weerspiegelden. Tot hij zijn doel bereikt had. Voor de ingan g van zijn grot stond een man , geh uld in een zwarte pij. Hij herk ende hem dadelijk. Het was zijn k ruiden man. Toen hij hem bereik te, groette de man hem n iet en ook hij maakte geen enkel gebaar. Hij had enk el maar koud en wou de grot in o p zoek naar warmte en beschermin g, voo raleer hij zijn ultieme trip aan vin g. Maar de man versperde hem de weg en uit zijn zwarte pij verscheen een magere, lijk blek e arm die zich uitstrekte. In de k lein e, klauwachtige hand lagen vijf ijsk ristallen .
Hij staarde ernaar en vervolgen s naar de o penin g in h et kleed waar de k ruidenman's gezicht moest zitten. "Is dat de o plo ssin g?" vroeg hij de kleine gedaante. De k ruiden man stond onbeweeglijk , misschien een rillin g van de grote kou onderdrukken d. De ijsk ristallen weerk aatsten het ganse spectrum van de regenboog en de flauwe zon die plots van achter het wolk endek verscheen. Het werd er niet warmer doo r. Hij smachtte n aar de warmte van de grot, wan t zijn ko ude botten waren stijf gewo rdenen h ij voelde zich niet in de juiste stemmin g o m n u te gaan trippen. Maar de onverbiddelijk e han d van de kleine man vertelde hem dat er geen tijd meer te verliezen was. Hij aanvaardde ten slo tte de vijf kleine kristallen en slikte ze door, met behulp van wat bevro ren sneeuw. De k ruiden man trok zijn arm terug in de bescherming van zijn dikk e k leed en wachtte. Ook hij wachtte o p wat ko men mo est en sloo t de ogen. (c) 1978 by Yves Vandezan de.
In het originele nummer RIGEL 67 ontbrak hier het einde van het verhaal dat in een volgend nummer op een apart blad werd bijgevoegd . U vindt dit blad op de extra pagina 43.
27
H E T B E ST E U I T ' 7 8 .
Dit(té ko rte) lijstje vertegen woordigt niet meteen al het beste wat er in 1978 o p de markt geko men is. Het is eerder een persoonlijke leidraad, samen gesteld door de RIGEL-redaktie.
RO MANS Greg Ben ford - The stars in schro ud. (Berk ley/Putnam) Ben Bo va - Colony. (Po ck et) Marion Zimmer Bradley - Stormq ueen. (DAW) Richard Co wper - The road to Co rlay. (Gollan cz) Go rdon R.Dick son - The far Call. (Dial) Gardner Do zois - Strangers. (Berk ley/Putnam) Vonda McIntyre - Dreamsnak e. (Houghton Mifflin ) Tom Reamy - Blind voices. (Berk ley/Putnam) Charles Sheffield - Sight of Pro teus. (Ace)
28
Chelsea Q uinn Yarbro - Hotel Tran sylvania. (St. Martin s's) Ro ger Zelazn y - The courts o f chao s. (Do ubleday).
BUNDELS Harlan Ellison - Strange wine. (Harper & Ro w) Jo e Haldeman - Infinite dreams. (St. Martin 's) Edgar Pan gbo rn - Still I persist in wondering. (Dell) John Varley - The persisten ce of vision. (Dial) Jo an D.Vin ge - Fireship. (Dell)
ANTHO LO GIEËN Ben Bo va - Th e best o f Analo g. (Baronet) Terry Carr - Universe 9. (Do ubleday) Jack Dann - Immo rtal. (Harper & Ro w)
Go rdon Dick son - Nebula winners 12. (Harper & Ro w) Judy-Lynn del Rey - Stellar 4. (Ballan tine) Ro bert Silverberg - Alpha 9. (Berk ley) Peter Weston - An dromeda 3. (O rbit) Donald Wo llheim - The 1978 annual wo rld's best SF. (DAW)
teels the time. (O mni - december) Chris Priest - Whores. (New Dimen sion s 8) Richard Co wper - Drink me, Francesca. (F&SF - april) Go rdon Eklund - Vermeer's windo w. (Universe 8) Edward Bryant - Stone. (F&SF - februari) Jo an D.Vin ge - Vieuw fro m a height. (Analog - september) O rson Scott Card - A thousand deaths. (O mni - december)
REFERENCE WO RKS Colin Lester - The international yearbook o f SF. (Pierro t) Fred Pohl - The way the future was. (Ballan tine) Paul Walker - Speaking o f SF. (Luna) Ro b Holdsto ck - Th e encyclopedia o f SF. (O cto pus) Franson & DeVore - A histo ry of the Hugo, Nebula & In ternational Fantasy awards. Misfit... Herziene versie !!! Samuel Delany - The american shore. (Dragon )
NOVELLAS Chris Priest - The watched. (F&SF - april) John Varley - The persisten ce of vision. (F&SF - maart) Gen e Wolfe - The do cto r o f death islan d. (Immo rtal)
Misschien n iet zo dringend, maar toch in teressant o m weten : Het rockendste uit '78 !
ELPEES NOVELLETTES
Bruce Springsteen - Darkn ess on the edge of to wn. (CBS)
John Varley - The Barbie murders. (Asimov's - januari) Fritz Leiber - Black glass. (An dromeda 3) Tho mas Disch - The man who had no idea. (F&SF - okto ber)
Graham Parker & the Rumour - The Park erilla. (Vertigo )
Greg Ben ford - In alien flesh. (F&SF september)
Elvis Co stello - This year's mo del. (Radar)
Greg Ben ford - Starswarmer. (An alog september)
Geo rge Tho rogoo d & the Destroyers. (Ro under)
R.A. Lafferty - Selenium ghosts o f the eigh teen seven ties. (Un iverse 8) Po ul Anderson - Hunter's moon. (Analo g november)
Nick Lo we - The Jesus of Cool. (Radar)
SHO RT STO RIES Harlan Ellison - Co unt the clo ck that
Dire Straits.
(Vertigo )
Ro bert Gordon with Link Wray - Fresh fish special. (Private Stock )
So uth side Johnny & the Ash bury Juk es Hearts o f stone. (Epic) Dave Edmun ds - Trax on wax 4. (Swan song) Talking Heads - Mo re songs about building an d food. (WEA) Pere Ubu - The mo dern dan ce. (Ch rysalis) X TC - White music...
29
* De 1978 Elvis Costello Award : J.P.Léwy voor zijn single 'Do the Léwy' * De I'm a man / Steve Winwood Award : Marc voor z'n eenmalige show 'Macho at the Roma, Borgerhout'. * De Devo Award : Annemarie Kindt, per definitie. * De Debbie Harry Award : Rob Vooren, met dank. * De Wayne Country Award : Eddy C.Bertin voor z'n phanton appearance op de live-elpee 'Take no prisoners'. * De Kate Bush Award (aanmoedigingsprijs) : M. Dela Forêt. * De Lou Grauwels Award : Hal Clement voor z'n roman 'Een zaak van gewicht'.
Sein tjes
* GEZO CHT Holland-SF : de vo lledige jaargangen 1 t/m 5, en van jrg 6 de nummers 1 en 3. In fo -Sfan / : de nrs 1 t/m 37, behalve de SF Mag. nrs 18, 25 en 29 Toeko mst 1 : de nrs 1 t/m 14 Tegen elk e redelijke finan ciële vergo eding RO B VOO REN HO GE RIJNDIJK 14-A LEIDEN - NEDERLAND
30
* TE KOO P Peter Steyaert en Bart Muylaert hebben 'n stapel SF-ro mans die ze, tegen redelijk e prijzen, k wijt willen. PETER STEYAERT SCHEPEN EYLENBOSCHPLEIN 29 9000 GENT
TUSSEN TIJD EN SCHADUW ********************** Vlaamse SF en Fan tastiek , 1978 Danny De Laet So ethoudt, 1978.
173pp.
(G.E.) Hoewel De Laet als ondertitel aan zijn boek meegeeft, "Vlaamse SF en fantastiek ", zijn de meeste verhalen zuivere fantastiek en sommigen zelfs alleen maar een soo rt o vertrokken 'Reële' fictie. Voo rbeelden van dat laatste zijn K arel Biddeloo 's korte stukk en "Helden van de straat" en "Griezelk raam", het en e zuivere satire, het an dere een soo rt van gemuteerde griezel-sto ry zonder diepgang. Ook is De Laets enthousiasme o ver sommige auteurs
niet altijd te vatten : hij hemelt bvb Van Malder (met "Erfenis") op, terwijl deze er alleen in slaagt een stupied dieren fabeltje te brengen. Ook voo r Rudy De Rijbel ("Meester-Magiër Isk ander") h eeft hij mooie woorden. Deze laatste staat misschien wel een zekere toeko mst te wach ten, maar dat beweren aan de hand van deze tek st is onzin. Hij heeft een mooie stijl, to egegeven , maar qua inhoud stelt hij niet veel voo r.
31
Ech te SF is er n iet veel in deze bun del : John Vermeulen met "De absolute rem" brengt een leesbaar en leuk stuk zonder meer, dat een technisch idee als plot gebruikt. In dat o pzicht zou men h et SF k unnen noemen : een on-klassieke jonge geleerde bo uwt de in de titel genoemde absolute rem, en wil daarmee een rivaal de loef afstek en. Het ein de is bijzon der leuk ... Ook Julien Raasveld vin den we hier terug, nadat deze auteur eerder dit jaar zijn eerste bundel zag versch ijnen (in een uiterst smak elo ze presentatie, maar daar k an hij niets aan doen...). Raasveld is ieman d die zeer goed kan sch rijven, maar ook de k ans laat voo rbijgaan o m een verhaal goed te mak en. In dit geval zitten we o p de valreep, want zijn experimentele stijl getuigt van een zeer gro te taalkun digheid, terwijl het idee/plot zelf min der is. (de idee/plot m.w.) Andere SF is "Ouwe" van Paul van Herck (waarin de
auteur een so ciaal thema durft aan te snijden, nl. dat van de euthanasie), en ook "On der de handen van Destaine" van G.E. Met ko p en schouder steken twee bijzon dere verhalen bo ven de ander uit : "Het Vreemde wedervaren van Manfred K rohne" van William Vananderoye en "Il Vit!" van Mark Ruyffelaert. Beiden zijn fantasy verhalen : Vananderoye herneemt o p afdoende wijze het vampierthema, terwijl Ruyffelaert bijn a-Lo vecraftiaanse invlo eden gaat vertonen in zijn verhaal van de verteller, die door de geest van Jean Ray wo rdt bezeten... Dit is een verh aal uit Ruyffelaert's nieuwe bun del, die we verwachtingsvol tegemo et zien. Twee an dere verhalen, "De Ontwenningsk uur" van Fran s Buyens en "De speelplaats" van Ludo Noen s, sluiten de bundel af. Een niet on verdienstelijk e samen stelling, hoewel weinig ho mogeen. En dan is er natuurlijk nog De Laet's voorwoord...
NACHTWANDELING ************** Nightwalk, 1967 Bob Shaw Gradivus SF.
213 pp.
(R.S.)
Bob Shaw streeft ern aar pro fession eel valabele sf. te brengen, dwz. vlot leesbaar avontuur zonder metafo rische beko mmernissen ,en hierin werkelijk nieuwere technisch e vondsten te verwerken. Wat men een k lassiek e o pvatting over sf. zou k unnen noemen . 'Nightwalk ' (1967) was zijn eerste ro man (en dateert dus van de periode, die bv. ook 'Camp Con centration' zag ontstaan) en verhaalt de avontuurlijke ontsnapping van een aards geheim agent die op de planeet Emm Luther wo rdt gevangen geno men en blin d gemaakt. Hij on tsnapt aan de hand van een zelf ontwo rpen oog-set, die hem toelaat door de o gen van an deren te k ijk en, men sen of dieren of zelfs zijn aan valler, in dien nodig, en ontdekt terloops bo ven dien enk ele van de grootste geheimen van het heelal. Hoewel o mstandig uit de do eken gedaan,
32
lijk t me zijn vondst weinig o vertuigend, terwijl het no chtan s boordevol verwikk elingen steken d verhaal erg voorspelbaar verloo pt, met vele bek ende clichés. Uiteraard ho udt de held het lo t van de gan se beschaafde wereld in handen , rook t hij pak jes sigaretten alsof er al die eeuwen niets veranderd was en h uwt h ij zijn eerst-vijan dige tegen speelster.. Shaw k ruidt h et geheel met een sn uifje ideolo gie (een lutheriaan se wereld, met fo lteraars etc., je bent Noo rd-Ier of je bent het niet..) en met de suggestie dat je, met door iemands ogen te kijken , ook iets van diens gedragscode o verneemt. Erg handig wanneer je met de blote han d je beul o mbren gt.. Weinig enthoesiasme, o verbodig het te preciseren.
FATALE VLUCHT ************* Harry Harrison Fon tein , 1978.
240 pp.
(E.C.B.) Een technisch -po litiek SF-katastrofeverhaal dat, wat technisch e en psycholo gisch -men selijk e benadering te vergelijk en is met Martin Caidin 's "Marooned", en dus een sterk kontiast met de lichte ontspannings-SF die we van Harrison gewen d raak ten. Amerika en Rusland werken samen om de Pro meth eus, een ruimteschip ter grootte van een slagschip in orbit ron d de aarde te bren gen. De Prometheus zal de zonneen ergie o pvangen en gebundeld naar de aarde zenden , waardoor zo wel de en ergie-
K risis als h et pollutiepro bleem zullen o pgelo st wo rden. Maar er gaat iets mis: een lo sgewo rpen mo tor slaat in o p een dorpje in England en maakt 20.000 doden.. .. en nu dreigt h et schip zelf ook neer te sto rten , met de impakt van de grootste atoo mbom ooit vervaardigd. Alternatief beleven we de reakties, de wanhoop en de heldenmo ed van de zesko ppige bemannin g, en de po litieke kuiperuien en machtsstrijd o p aarde. Zo wel strengtechnische als men selijke roman, vaardig en bo eiend gesch reven.
GANYMEDES 3 *********** Vin cent van der Linden Bruna, 1978,
pp. 283.
(Y.V.) De Nederlandse uitgeverij Bruna lijkt goed o p weg om mijn , verleden jaar uitgesprok en, wen s waarheid te maken. Niet alleen versch een ein d '78 een derde Ganymedes afleverin g, de k waliteit is er bo ven dien met rasse schreden o p vooruitgegaan. Hallelujah ! Maar waaro m n iet eerst enige k ritiek uitten, zodat we vervolgen s zo wel wierook als champjgne k unnen laten aanrukk en. Ik vraag mij tot op heden no g altijd af wat in go dsnaam die drie ongelukk ig geko zen shorts in deze bundel uitrich ten. Ik heb het o ver de twee Julien van Remoortere -en het ene Johan Nuiten stuk je, die samen nog geen acht bladzijden beslaan. Met an dere woo rden, net geno eg voo r één degelijk verhaal. Niet dat ik gebruikte ideeën wil afbreken , nee hoo r, maar je kan zó zien dat langere versies on getwijfeld gun stiger zo uden uitgevallen zijn. OoK zijn er dit k eer enkele zwakk ere verhalen bij, maar, en dat moet bek lemtoond, lang niet zo veel als in de vo rige bun dels. Man uel van Lo ggem , uitblinker vo rig jaar, slaat dit k eer met z'n t.v. spel 'De tweede man' de bal volledig mis. Nauwelijk s SF. Ook Guido Eekhaut, die hier voo r h et eerst in een pro -publikatie verschijnt met 'Rust na de sto rm', kon me niet bo eien . Teveel lo sse eindjes.
En Piet Valkman's 'Zwarte terreur' was ook niet je dat. De rest is vrij goed, hoewel namen als Paul van Herck en Eddy C. Bertin (noem Reed to ch Reed en Bo wie, Bo wie, Eddy !) niet in h un beste dagje leken . 't valt moeilijk te beslissen wie nu precies met de palm aan de haal mag. Dan maar subjectief. Ik ho u het bij een drietal : 'Bedo rven vlees' van John Vermeulen , een verhaal dat je meteen uitleest, 'Alfa en O mega' van C.E. Peeters met z'n prachtig einde en' 'De sq uatters' van Alex Reuffels, een auteur die ik reeds eerder smaakte en die eindelijk de juiste weg gevonden schijnt te hebben. Ook Peter Cuijpers ('Het eeuwige leven '), Wim Burk unk ('Waar is de tijd gebleven') - blijvende k waliteit ook, deze man - ,Léon van der Plas ('Dok ter, ik voel mij niet zo go ed'), Frank Roger ('De blauwdruk ken') -stuk ken beter dan z'n vo rige- en Bertin ('Berlijn , ze branden je muren neer'), mag je, wat mij betreft gerust bij de top rek enen. Zelfs de o verblijvers ('Dit zijn mijn geboden' - K atty Lensen, 'Een nieuwe oekel' - Tho mas Wintner en 'Po ppen spel' - P.Sanders) h ebben hun k waliteiten.
33
Vin cent van der Linden, redacteur van deze Gan ymedes serie, lijk t me, gezien de hoge k waliteit van dit derde deeltje, go ed o p weg naar een zekere succesformule, die,
binnen afzienbare tijd, niet alleen zal uitgroeien tot een prima staalkaart van on ze Benelux auteurs, maar bovendien moeiteloo s met buitenlan dse an thologieën zal k unnen konk urreren.
O MNIVOO R ******** O mnivore, 1968 Piers An thony Luitin gh SF, 178 pp. (R.S.)
Met een versregel van de Rubayat als leidraad on dervraagt een cybo rg-onderzo eker (?) ach tereenvolgen s drie personen , die dagenlang samen een voetto cht o ver de planeet Nacre o verleefden, naar de aard van de plaatselijke faun a en naar de juiste natuur van hun belevenis. On willekeurig ga je aan Lévy-Strauss den k en, wanneer Piers Anthony binnen zijn verhaal een hele reeks driehoek jes o pbouwt, waarin vooral ook de alimentaire gewoonten van de respektieve person ages en dieren belan grijk zijn : man -vro uw-?/ k racht-emotie-in tellect/ plant-dier-zwam/ herbivoor-carnivoo r-o mnivoor/.. O p Nacre vo egt zich een 'manta' bij de gro ep en o p Aarde vo egt zich de onderzoek er bij hen en beiden verhogen en co mpliceren de reeds bestaande spannin gen bin nen de triade(n ), waarvan je ook niet juist weet hoe ze elkaar o verdekk en, m.a. w., wie waar hoort en wat je daar dient uit te besluiten.. voor hen zelf én voo r de toekomst van deze uit zijn evenwich t gebrachte wereld.
Een ongewoon , wetenschappelijk getint gegeven , dat ook vern unftig werd uitgewerk t in drie even wijdig verlo pen de delen ( k rachtmetin g-demon stratie-verh aal), die de elementen aanbrengen voo r de finale ontkno ping.. Eén en ander is m.i. minder geslaagd : de wat convention ele niet-weten schappelijke delen (gevecht in I, po ses in 2..), de wat didactisch aando ende dialoo g (p. 100 / volg.: het lijk t wel een jeugddok umentaire..), het feit dat de ontkno ping nogmaals een k rachtmeting inhoudt (zij het dan op meerdere vlakk en ) en ook de vaststelling dat je ten slo tte méér benieuwd bent naar het patroon van h et verhaal, dan wel overtuigd doo r het gebrachte betoog. On dank s deze zwakheden toch een verrassend fris en intelligent boek, waarin bo eiende en zinnige vragen wo rden o pgewo rpen en waarbij je - de verhoudingen in acht geno men - ook wel enigszin s aan Lem h erinnerd wo rdt, wat alleszin s een 'begin van bewijs' vormt.
EILAND IN BETO N *************** J.G. Ballard Bruna SF 92, 1978, 188 pp. (G.E.) Ware het niet voo r zijn visionaire beelden , zo u men Ballard allan g niet meer
34
to t de SF rek enen, en zelfs nu stelt men zich noodgedwongen vragen. Naarmate hij
meer en meer de innerlijke ruimte van de moderne mens is gaan herontdekken , k wam hij steeds lager o p mijn voo rkeurlijstje te staan, wat wel erg jammer is. Maar dat is erg subjectief en persoonlijk (ik hield bvb wel van "High Rise"), en n aar men zegt mag een besprek er zich daardoo r niet altijd laten leiden. Per slot van rek ening zijn er bepaalde vaststaan de criteria waarmee men een literair werk dient te beoordelen... Zelfs al is het dan vrij middelmatig. Van alle Ballardro man s (ook die uit zijn 'vroegere' perio de) beschouw ik deze als zijn zwak ste, o mdat in de eerste het basisgegeven al niet veel te bieden heeft : een man verongeluk t met zijn wagen en ko mt terecht
o p een stuk braak lan d tussen verschillende auto snelwegen, waar niemand hem o pmerk t o f ko mt helpen. Hij ontmo et daar enk ele vreemdsoo rtige personages, die de ro man nog moeilijker te pruimen maken ... Het boek is trouwen s een soo rt vervolg (nou ja..) op "Crash', waarin Ballard wagens (en autoöngelukk en ) een ero tische bijklank gaf (en zelfs meer dan dat..). De vraag is in welke mate dit SF is, en k an gerust gesteld worden. Ballard is, net als enkele andere beruch te sch rijfgenoten dit genre ontgro eid (ontvlucht, zullen so mmige men sen zeggen), en hij beweegt zich nu op andere paden. Een reden waarom ik het wat jammer von d dat Bruna dit boek in haar SF-reek s o pnam.
DE RUIMTEVAMPIERS ***************** oo rspr. Th e Space Vampires, 1976 Colin Wilson Gottmer sf. 5.
200 blz.
(R.S.) Nog maar een s een kluif, veronderstel ik, voor een aantal men sen, die Jack th e Ripper toch zo fascinerend vinden en ook van vampirisme niet genoeg k unnen k rijgen. Ko smonauten ontdek ken een eeuweno ud, kilometerlang ruimte-wrak , waarvan ze de hiberneren de passagiers tot leven wek ken en er ook een drietal met zich mee terugbren gen. Het blijken ruimte-vampiers (vampieren ?), die-zo als het hoo rt- binnen sexuele relaties en ergie betrekk en uit hun slachtoffers. Ze ontko men , wo rden o pgespoord en ontmaskerd, volgen s alle terzak e gebruikelijke fo rmules, zonder dat de to t-op-de-draad-versleten middeleeuwse graven, noch de mooie en slaafse jonge meisjes, noch de onvermijdelijk e von Dänik en iets nieuws toevoegen. Betrekk elijk ambitieus, zoals uit het voorwoo rd blijkt, zet Wilson terloops the-
o rieën uiteen over leven svelden en lambdametin gen, sado -maso chistische energie-o verdrachten , misdadig en weldadig vampirisme. Mij persoonlijk bevestigt dit slechts de in druk dat het achterste uit de la dien de gehaald om dit (weliswaar vakk un dig geschreven, maar) ho peloo s stereo tiepe en do mme verhaal engiszin s te actualiseren. Het soo rt lek tuur, korto m, waarvan de enige rech tvaardiging in de wet van vraag en aanbo d ligt. Een schrale rechtvaardiging, akkoord, maar aangezien we deze glorierijk e decade 'Emmanuelle' verko zen bo ven de culturele revolutie, hoeven we on s n u ook niet te bek lagen, dacht ik zo . Boordknoopjes dich t, beste vrienden. Het staat netjes, en het is ook veel veiliger.
ENEMIES OF THE SYSTEM ********************* Brian Aldiss Jonathan Cape, London, 1978 119 pp.
(G.E.)
Elk nieuw boek van Brian Aldiss is een
ongewoon even ement, niet alleen o mdat
35
deze auteur bijzon der interessante zaken brengt, maar o mdat hij themas aanboo rt die an deren nauwelijks aank unnen. Zijn 'klassieke' periode is allang voo rbij, en hij evolueert parallel aan auteurs als Ballard en Disch naar een tussenvo rm van main stream en SF. Men zou dit bo ek dan ook eerder een dysto pie k unnen noemen dan zuivere SF. Het gegeven is zo wel eenvo udig als ingewikkeld : h et verhaal speelt binnen een miljoen jaar, wanneer de homo uniformis al een lange maar weinig spectaculaire ontwikkeling achter zich heeft. Deze homo unifo rmis ontstond uit de ho mo sapiens, doo rdat genetisch e en psychologisch e experimenten alle gevoelswaarden , dro men en subjectieve ho udingen in het men selijke wezen uitsch akelden. Wat homo sapien s niet kon voorzien gebeurde echter : homo unifo rmis n am het volledig van hem over, en deze nieuwe mensen gin gen h un 'voo rvaderen ' beschouwen als verdorven kapitalisten (een woo rd dat later, een onbegrepen mythisch e betekenis zou k rijgen ), die slechts mogen leven als in teressante dieren in de zoo. De ho mo sapien s sterft dan volledig uit, terwijl de homo uniformis zijn sterrenkolonisatie verderzet. O p de planeet Lysenk a II ech ter verongeluk te, in die voorbije duistere tijden , een ko lonieschip van de homo sapien s. In de miljoenen jaren daaro p evo lueerden de nako melin gen van de overlevenden (ondank s de schaarsheid van de plan eet) tot versch illende leven svormen , waarvan de meesten gewoon dierlijke vormen hebben aangeno men o m te k unnen overleven. Wanneer de groep toeristen , de elite van de regeren de ho mo unifo rmis, verdwaald geraakt op de planeet, en gevangen geno men wordt doo r een groep inboo rlingen (die de meeste van h un men selijk e k en merk en hebben weten te beho uden ), ontwikkelen zich dialo gen tegen de heersende systemen , die de men sen doo r het hele sterren rijk beheersen. Het zo geroemde Uto pia dat door slo gan s à la O rwell wordt verzin nebeeld, blijk t niet zo 'n fo rtuinlijke
zaak te zijn . Afgesn eden van het alzien d oog van strakk e bestuurssystemen en een ongenadige elitaire politiemacht, ko men enk ele der verdwaalde toeristen in o pstand, en geven hun ketterse mening ten beste. Waar Aldiss de nadruk o p legt is het duidelijk e verschil tussen de zo genaamde 'kapitalistisch e' in stelling van de inboo rlingen (hoewel het woo rd zelf zeer vaag als o mschrijving dienst doet, zonder écht begrepen te worden), en de super-so cialistisch e tenden sen van de Uto pisten. Wanneer deze laatste concludeert dat deze inboorlingen zo veel beter af zijn dan zij, al leven ze in erbarmeijke o mstandigheden , raakt Aldiss de kern van het pro bleem : is de zgn. n ieuwe 'volmaakte' men s werkelijk vo lmaakt, o f houdt hij zich dat alleen maar voo r ? Zelfs h et slot biedt hier geen uitko mst, wan t de strak ke meedogenloo sheid van h et systeem wo rdt hierdoor nog meer on derstreept. Waar laat on s dat de auteur situeren in dit alles ? Hij is zeker geen voo rstander van een utopisch so cialisme, zoals hij het hier voo rstelt. Zoals een personage zegt, de homo sapien s heeft in enkele eeuwen moeizame beschaving meer gepresteerd dan de homo uniformis in een miljoen jaar, o mdat de homo sapien s zich to t men s verhief, en daarmee zich van de dieren on derscheidde. Dit is uiteraard een ketterse mening: door zijn irrationaliteit en subjectieve waarden kan de ho mo sapien s in de o gen van de go ede Uto pist geen men selijk wezen zijn ... Zij die een an dere menin g aankleven zijn de vijan den van het Systeem, verwerpelijk e on derk ruipers met wie geen dialoog aangevat kan wo rden en die tot zwijgen dienen gebracht. Aldiss verwerpt de to talitaire staat ten voordele van h et individualisme, hoewel hij ook niet noodzak elijk tevreden is over het heden daagse k apitalisme. Maar er moet een keuze gemaakt wo rden, meent hij, ten allen prijze. Dat doen ook zijn personages, en het is hun ondergang. Uiteindelijk wo rdt niemand gespaard doo r het systeem, zelfs niet dezen die alleen maar twijfelden. Wan t ook twijfelen maak van een goed volger een vijand van het Systeem.
SPEAKING O F SCIENCE FICTIO N *************************** Paul Walker Luna Publication s, O radell N.J., 1978 Pb. 425 pp.
(G.E.)
Bijzon der leesbaar en genietbaar is deze verzamelin g van interviews en gesprekk en die Paul Walker had over de loop van versch illende jaren met gro ten uit de SF-we-
36
reld. Ik h eb een zwak voor dergelijke boek en, die me -- voor de veran derin g -een s de binnenzijde van de zaken laten zien. Jarenlan g k ijk je al tegen de
sch rijvers en hun bo ek en aan, en ondertussen ben je flink nieuwsgierig gewo rden o ver hoe die knapen (en dames) er wel mo gen uitzien, en wat h un ideeën zijn en zo. Hoe sch rijft een auteur ? Liggend, zittend of staan... Op wat voo r papier, met wat voo r machin e, welk e uren werken ze, wat eten ze... Ik veron derstel dat dit gewoon een soo rt van voyeurisme is, maar het is me te sterk . Een reek s in tervieuws geleid door een desk undig on dervrager maakt dan wel één en an der duidelijk . Het geeft je een achtergrondidee, een nieuwe dimen sie, en je k rijgt (denk
ik ) zin zelf te gaan schrijven... In "Speak ing o f science fiction " zitten zo 'n dertig interviews met de Big Names : Silverberg, Joanna Russ, Ellison , Brunner, Aldiss, Leguin, Leiber, An derson, Asimo v, Terry Carr en vele an deren. De meeste in terviews dateren van een paar jaartjes terug (71-76), maar daar waarsch uwt Walker dan ook voo r in zijn inleiding : de meningen van vele van deze men sen k unnen ondertussen veran derd zijn, hoewel deze stukk en (misschien ook juist daaro m) van vaste waarde blijven...
ANTICIPATIONS ************* Chris Priest Faber, 1978, pp 214 (Y.V.) We beseffen allemaal wel dat het hoog tijd wo rdt de 'nieuwe' En gelse lichtin g SF-auteurs als vol te gaan beschouwen. Er ko mt stilaan een eind aan de tijd dat alles wat de k lok slo eg uit de States k wam, en de Britten het enk el mo esten doen met steun pilaren als Brian Aldiss, A.C. Clarke en Jim Ballard. De nieuwste generatie is er en dwingt, onder leidin g van Ch ris Priest en Ian Watson, reeds een zeker respect af. Maar bij die twee blijft het niet; ik denk dat we nog veel mogen verwachten van anderen, zoals Ro bert Ho ldsto ck , Andrew Stephenson , Dave Langford en Ritchie Smith. Ho ewel ze dat nog mo eten bewijzen. Daarom was het ook interessant o m een s te k ijk en wat soo rt werk Priest zo u brengen in zijn eerste antholo gie. Helaas, echter, heeft Chris veilig gespeeld en, n aast bijdragen van hemzelf en , Ian Watson, enkele bek ende namen gevraagd voor 'Anticipation s'. Jammer. De auteurs wo rden o mgekeerd alfabetisch geran gschikt, zo dat Watson o pent met 'The very slo w time machine', een uiterst zwak -
k e bedoenin g zoals tro uwen s al zijn kortverhalen. Ian Watson, is, ik zei het vro eger al, een prima ro man sch rijver, maar hij moet van het ko rte genre wegblijven . Sheck ley ('Is that what peo ple do?') is Sheck ley, goed en geestig en Shaw ('Amphith eatre')is... lust ik dus niet. Chris Priest's eigen 'Th e negation ' is zek er niet zijn beste, cfr. 'Th e watched' in F & SF van april 1978. Harry Harrison, no rmaal goed voo r een lach en een traan, maak t dat deze k eer ook niet waar met 'The green ing o f th e green ', en Tom Dish vond niet beter dan een stuk je ro man ('Mutabilityi) in te zenden. Brian Aldiss, no u ja... Enkel nog J.G. Ballard levert enig degelijk werk ('One afternoon at Utah Beach') en mag, samen met Ro bert Sheck ley, to t de 'hoo gtepunten' van deze 'Anticipation s' gerek end worden. No u duidelijk ? 't Doet me pijn maar Chris Priest als samen steller valt lelijk doo r de man d. Zelfs een doorsnee 'New writin gs in SF' is nog beter dan dit.
ASIMOV'S SF ADVENTURE MAGAZINE Vol. 1. No . 1, 1978 ****************************** (Y.V.)
Hoewel het niet onze gewoonte is o m in de recen sierubriek Magazin es te bespreken ,
k unnen we hier to ch wel een s een uitzon derin g o p maken.
37
De Amerikaanse Magazinemark t werd jaren lang gedo mineerd door Analo g, F & SF en Galaxy. Nu is daar vrij recent veran dering in geko men door het verschijn en van een nieuw magazine, nl. Isaac Asimo v's Science Fiction Magazin e. Daar The Good Do cto r zich de gewoonte heeft aan gemeten o m alles wat zijn naam draagt in go ud te veran deren , gebeurde het hier ook dat zijn eigen magazine na amper een jaar de to ppo sitie op de markt overnam, dit ten nadele van Analog. Maar hij wil nog verder. Zijn Adventure Magazine is, zoals hij zelf beweert, een poging o m het avontuur terug te brengen in de SF, daarnaast nog een homage te brengen aan vergane glo riën als Wonder Sto ries en andere. Dat is n u met enige vertragin g gelukt, wan t half november was h et eerste nummer er. Het fo rmaat is wel iets groter dan dat van de gewone magazines, Rigel's groo tte ongeveer, en het bevat vijf verhalen, een gedicht en een 'pun '. Asimo v en Geo rge Scithers, zijn editor, hebben er uiteraard voor gezo rgd enig stevig ma-
teriaal in h uis te halen voo r dit n ummer. De twee blockbusters zijn Po ul Anderson 's 'Captive o f the Cen taurian ess', een verhaal dat in 1951 in Plan et Sto ries versch een en speciaal voo r dit n ummer werd herwerk t. Je merkt h et. Maar de reden waaro m ik Asimo v's SF Adventure Magazine eigenlijk besteld heb is wel voo r het vierde deel in de Stalen Ratserie van Harry Harrison. 'The Stainless Steel Rat wants yo u' is een onberispelijk e voortzetting van de drie vo rige delen (die onlan gs gebundeld verschenen ), natuurlijk voo rzien van de nodige Harrison humo r. Asimov zelf contribueert natuurlijk ook een stuk je ('Fairexchange?') alsoo k Alan Dean Fo steer ('Bystander'). Maar of dit Adventure Magazin e nu wel hoefde, laat ik in h et midden. Ik h eb er mijn twijfels o ver. Maar zoals ik al eerder zei, Asimov's naam alleen al zal wel voo r voldoende verkoop zorgen, on dank s h et onhan dige fo rmaat.
ALL MY SINS REMEMBERED ********************** Jo e Haldeman O rbit 1978
pp.184.
(Y.V.) Ik zat al een tijdje te wachten op dit boek . U weet h et missch ien niet, maar Haldeman heb ik vlak na 'The fo rever War' o p m'n lijstje Nieuwe Helden gezet. Als we zijn Star Trek ro man 'Planet of judgemen t' even buiten beschouwing laten (een tweede is, hemeltje!, op ko mst), dan is deze 'All, my sin s remembered' de waardige derde opvolger van 'Mindbridge'. O f 'All my sins remembered' al dan niet een volwaardige ro man is, valt mo eilijk te beoordelen. Er zitten drie vo lledige ko rtverhalen in het boek ('To fit the crime', 'Th e only war we've go t' en 'All my sin s remembered') met als centrale figuur ene O tto McGavin , Prime O perato r
K EEP THE GIRAFFE BURNING ************************ John T. Sladek Pan ther sf. (Granada, 1977) (R.S.)
38
20 5 pp.
voor de Confederación. De verhalen zijn ch ronolo gisch geplaatst, met daartussen in terviews met en contro les o p de bedoelde agent. In de verh alen wordt het duidelijk wat voor een moo rdmachin e McGavin wel is, terwijl de interludia on s laten zien hoe de agen t langzaam ten onder gaat aan zijn gedwongen beroep. K ijk , Greg Benfo rd stelde zijn 'In the o cean of nigh t' ook samen uit verschillende verh alen en viel daarbij door de mand. Als je 'All my sin s remembered' daarentegen wil bescho uwen als bundel i.p.v. ro man , dan zit je wel goed. Aanbevo len, hoewel niet zo sterk als de eerste twee ro man s
Land-en streek genoot van Thomas Disch , met wie hij samen één detective en enk ele ko rtverh alen sch reef, blijft Sladek een buitenbeentje in de sf., voo ral waar zijn eerste in tentie satirisch en paro disch is. Twee ro mans "The Reproductive System" ( = Mechasm) en "Th e Müller-Fok k er Effect"), een anti-von Dänik en ("Th e New Apo crypha") en twee verhalen bun dels, nl. "The Steam-driven Boy" en deze, vatten zijn pro ductie samen. O mvatte de eerste bundel hoofdzak elijk meesterlijke parodiën van beken de sf.auteurs, dan gaat Sladek in deze reek s uiterst verscheiden gallerij personnages te lijf, van Conan Doyle ("The Lock ed Roo m") to t ex-president Nixon ("The Great Wall o f Mexico "), terwijl ook de k ritiek en de psychiatrie en de apocriefen en het bij Sladek k lassiek e militaire-economische apparaat terloops hun deel krijgen , in bijzonder scherpe paro diën boo rdevol absurde en surrealistisch e h umor. "Keep th e Giraffe burning" is echter o verwegend een erg moeilijk lezen de verzameling gewo rden , o mdat Sladek niet enk el q ua inhoud maar ook qua vormgevin g graag experimenteert. De titel verwijst o verduidelijk naar Dali en surrealistisch e sch rijftechnieken zijn hier fre-
quent. Maar ook het roman -abrégé wo rdt herhaaldelijk toegepast, en de fictieve k ritiek en het in korte stuk jes opgesn eden verhaal en z. "The Master Plan" o mvat negen 'layters ' (verhaalniveaus) door elkaar, zij het telken s in andere typographie (o m h et over de eerste en laatste twee letters niet te hebben..), terwijl "A Game of Jump" met een basis woo rden schat van driehonderd woo rden werd gesch reven (plus zeven voorn amen, weliswaar..). Voortduren d struikel je o verigen s o ver spelletjes en parado xen allerhan de, terwijl je als lezer wel o ver een ruime algemene k ennis moet besch ikk en o m ook maar een deel van de woo rdspelin gen en verwijzin gen en dubbele bo dems te vatten. Surrealistische Woo dy Allen, met andere woo rden. Een briljante verzameling, vaak meesterlijk e tek sten en erg co rro sieve humo r, waarbij ik misschien best in Sladek 's stijl k an besluiten met een andere (o udere) paradox aan te halen , nl. die van de man die voor een erg smalle loo pbrug staat, waarop je niet met meer dan één persoon tegelijk mag ko men . Nieman d in de buurt, dus begeeft hij zich o p de brug en sto rt o mlaag. In derdaad, een verwittigd man..
THE STO CHASTIC MAN ****************** Ro bert Silverberg Fawcett 13570 , 1975
240 pp.
(R.S.)
Zo , je weet dus niet wat 'stochastisch' betek ent ? Wel, ik even min , en ten behoeve van ons beiden haalt Silverberg er p. 10 even het woo rdenboek bij, waarbij blijkt dat dit gewoon een o uderwetse term is voor 'helderzien d'. De hoofdfiguur van deze roman is nl. helderziend en beleeft een aan tal onaan gename ervarin gen wanneer hij zijn k ennis beroepshalve te pas brengt (hij is in de 'pro gnoses', do ch raakt betrok ken bij het mak en van een president, ca. 2000 ) én wan neer hij zijn eigen doo d gaat voo rvo elen . Persoonlijk sta ik sterk achter Silverberg 's recentere werk als "Dying In side", The Book o f Sk ulls" o f "Born with the Dead", doch ditmaal sloot ik het boek met gemen gde gevo elens. Enerzijds lijk t het gegeven te sterk op een re-mak e van "Dying In side" dacht ik , terwijl de uitwerk ing anderzijds iets te 'fashionable' o verko mt. "The Can-
didate", weet je wel, of "Wahington behin d clo sed doo rs..", plus wat mo dieuze toeko msttruuk jes : groepshuwelijk en, Kama sutra, Black Power met tank s in de straten van New-Yo rk en zomeer. Niet do m, natuurlijk , en af en toe bijzonder scherp, maar gewoon, iets te plaatselijk en iets te voorspelbaar. Bo vendien is er het thema van de onveranderlijke to eko mst, dat voo r monumentale onwaarschijn lijkh eden zo rgt, in die mate zelfs dat Silverberg zelf, p. 157, plo ts o p de pro ppen ko mt met een : "There are parado xes inherent in all this, but I prefer not to examine them too clo sely.." Nou, reken maar, en geloo fwaardiger wordt een en an der er niet op. Spijtig, uiteraard, dat je ironisch gaat doen o ver een auteur, die je nauw aan het hart ligt, maar was Silverberg's pro bleem initiaal al niet dat hij in feite té gemak kelijk schreef ?
39
NEW WRITINGS IN SF 30 ********************* K en Bulmer Co rgi book s 1978
pp. 20 3
(Y.V.) Het gerucht dat zich mo menteel in onze contreien verspreidt, is o p het o gen blik dat U dit leest misschien (helaas) al waarheid gewo rden. Boze ton gen fluisteren nl. dat K en Bulmer van plan is zijn succesvolle en zeer gewaardeerde New Writings serie te sto ppen, hetzij na dit nummer, of zek er na het volgende. Droefenis alo m, kortom. New Writin gs schro k er zek er niet voo r terug o m elk n ummer een fik se stoot nieuwe namen mee te geven , en het was precies dat wat de lezers zo aantrok. En vergeten we ook niet dat deze Britse serie regelmatig Europese auteurs (Bertin, Van Lo ggem, Van Laerho ven ) publiceerde. Ho ewel Bulmer er in zijn voorwoo rd niet o ver rept, heb ik deze in fo rmatie toch uit een zeer betro uwbare bron , en mogen we best aannemen dat het zo is. New Writings 30 werd, o p de Canadese Marie Jako ber na, uitsluiten d volgeschreven door Britten.
Het zijn meestal wel auteurs die we k ennen , hoewel ze het niet allemaal even goed doen. Een verassin g (voor mij dan ) is wel Ian Watson's 'The Röntgen refugees', dat ik tot de besten uit de antho lo gie durf te rek enen. Verassing (voo r mij dan ), o mdat het de eerste keer is dat ik een Watson ko rtverhaal weet te appreciëren. Ook Keith Ro berts ('The shack at Great Cro ss Halt') en E.C. Tubb ('Read me this riddle') blijken uitsteken d o p dreef te zijn . Brian Aldiss daaren tegen ko mt weer erg k ryptisch o ver met z'n 'The game with the big heavy ball' en ook Ritchie Smith valt een ietsje tegen met 'Amsterdam'. Van hem staat in New Writin gs 28 een véél beter verhaal. An dere bijdragen zijn er van Martin Rickets, Chris Morgan , en Marie Jako ber. New Writings in SF heeft nooit de preten tie willen hebben een volledig geslaagde an thologie te zijn , maar zij heeft zek er en vast altijd voo r elk wat wils gebracht.
ROADSIDE PICNIC *************** A.&.B. Strugatsk i, 1972 Gollan cz, London , 1978
143 pp.
(R.S.) De Strugatski's gen ieten plo ts méér aan dacht in de Angelsak siche lan den , te oordelen althan s aan de elkaar snel opvolgen de vertalingen en zelfs aan een nominatie, voo r Campbell-award, wat uiteraard niet van nature is om on s te mishagen. Men weet (o f men weet niet, en dan weet men zo dadelijk ) dat het werk van beide bro ers, als dat van Picasso , in perio des wo rdt o pgedeeld. De eerste omvat klassiek e sf., met idealistische ondertoon, de tweede meer satirisch werk ("De maan dag begin t 's zaterdags", "De Troik a"..) en de recentste weer meer weten schappelijk , zij het vaak erg so mber werk, dat on s in vertalin g nog slechts onvo lledig bereikte, maar waarmee we reeds kennismaakten in "Un gars de l'enfer", 1974, bij "Présen ce du futur".
40
Als in laatsgeno emd werk is het basisgegeven ook in "Picnic" niet bijzonder origineel. Aliens bezo chten de aarde en lieten er ro mmel achter, of zijn het bijzon dere giften , die on s dienen vooruit te helpen ? Nieman d weet het, en na enk ele sen sationele ongevallen wo rdt het doo r de regeringen zelfs verbo den ter plaatse te gaan speuren. Van zelfsprekend ontstaat er een bloeiende (zij het leven sgevaarlijk e) han del o mheen de afgesperde gebieden, en hierbij vo lgen we de hoofdfiguur tijden s een viertal korte episo des, die nauwelijk s meer licht o p het gebeurde werpen. In dat opzicht is de lezer een tijdlang teleurgesteld, tot hij in ziet dat het de sch rijvers minder o m spectaculaire evenemen ten te do en is dan o m het schetsen van
een teleurgesteld en beproefd man, die met een mo gelijk wonder wo rdt geconfronteerd. Vooral de laatste bladzijden van deze ko rte ro man zijn in dat opzicht bijzonder sterk. Daar staat tegeno ver dat de ch ronologie van het boek betrekk elijk onlogisch /ver-
warren d is en enk ele on waarschijn lijkheden to ch te opvallen d : de gemakk elijkheid bv. waarmee de bewak ing wo rdt o mzeild. Ook het gewilde 'amerikanisme' do et wat geforceerd aan. Niettemin te lezen. Ik meen overigen s dat er een po chet-uitgave bestaat, samen met "De Troïk a".
THE MARTIAN INCA **************** V. Go llancz, Ltd., London, 1977. Ian Watson Granada (Panth er), 1978 20 3 pp. (R.S.)
"Martian..?" vro eg ik verbaasd, toen Watson me, juli '76, van zijn nieuwste bo ek sprak , "A Martian In ca..?" Waarop hij me begon uit te leggen wie de In ca's waren , o m na enk ele seconden in te zien dat het eerder de on gebruikele co mbinatie was, die me verbaasde. Was de auteur van "The Embedding" en van "The Jonah Kit" op von Dänik en-n iveau vervallen ? Ik had de naam niet uitgesprok en, toen hij hem zelf fier oprak elde : "Een Martiaan se Inca.. en zon der beroep te do en o p von Dänik en of vliegende schotels.." In derdaad, maar oo rdeel zelf. Een Amerik aan s team is op weg naar Mars, waar de noordelijke poo lkap zal wo rden gesmo lten o m latere kolonisatie mo gelijk te maken. Midderwijl is een Russische sonde echter al met bo demstalen o p de terugweg, do ch er loo pt iets verk eerd bij de lan ding, en in plaats van in K azakh stan landt dit tuig hoog in de Boliviaan se Andes. Wanneer de bevo lkin g van het k leine plaatselijk e dorpje daarop grotendeels o mko mt en een tweetal o verleven den een nieuw In ca-rijk zo ekt te stich ten, wo rdt het voor Ho uston en voo r het ruimte-drietal plots kapitaal belangrijk te weten wat er met de Martiaan se grond en met de 'Martiaan se' Inca aan de hand is.. Dit k an immers de gan se kolonisatie in het gedrang brengen . Volgen s een reeds ietwat beken de fo rmule verhaalt Watson afwisselen d de gebeurtenissen in Bolivia, te Houston, in de capsule en later op de rode planeet zelf en bouwt hij o p deze manier aan een harde dramatische climax, die - zoals in zijn vorige werken - een tragische afloop ken t. Ook benut hij ook zijn verhaal om ons een beeld te schetsen van h edendaagse men sen
en toestan den : de arme In diaan se campesino s, die zich doo r hun 'vo lk sregerin g' benadeeld voelen t.o .v. mijn werkers en stadsarbeiders en dit afreageren met eeuweno ude gebruik en en wreedh eden, po litici en CIA, die maar al te graag misbruik mak en van deze buiten de tijd staande en bij voorbaat tot mislukk en gedoemde revo lte, wetenschapsmen sen, wier prioriteiten onduidelijk zijn , maar ook de drie astronauten zelf, die meer blijken dan lo uter fun ctionele robo ts. Hard-scien ce ook, want Watson weidt ruim uit o ver ko lonisatie-techniek en en o ver 'an dere' evolutie-schema's en verwaarloo st hierbij ook niet op een aantal stimulerende aspecten in te gaan. Een bijzonder veelzijdig werk derhalve, waarin Watson verder bouwt aan zijn stelling dat we n iet buiten het genre moeten zoek en te treden , o m 'litteratuur' te gaan mak en, maar integen deel deze heel eigen uitdrukk ingswijze beter dienen te ben utten, o mdat juist no g zo veel te explo reren valt o mtren t on ze to eko mst en on ze mo gelijkheden en hierin ook de uitzonderlijke waarde van betere sf. ligt, in vergelijkin g met 'letteren ', die doo rgaan s eerder op het verleden zijn gericht, zij het bij het beschrijven van histo risch e toestanden o f bij h et herinneren van voorbije emoties. Voor wie van k lassementen houdt, o f van relatieve waarde-oordelen, wil ik wel zeggen dat ik persoonlijk 'The Jonah K it' iets hoger zou aan slaan dan deze "Martian In ca", doch uiteraard is dit oordeel erg subjectief en blijft dit een boek op een zeldzaam hoog niveau, dat het lezen (en herlezen )o verwaard is, en heel wat n ieuwe in zichten k an bieden , in zake evolutie én in zake sf.
41
KALK I ***** Go re Vidal Pan ther 0 -586-0 4694-I
1978
286 pp.
(R.S.)
Vidal k en je (o f hoorde je te kennen ) van het controversiële "The City and the Pillar", van "Messiah " of "Myra Breckin ridge" of nog van zijn uitstek ende histo rische ro man s als "Julian ", "Burr" o f "1876". Een uiterst belezen , gesofistik eerd auteur, met een bijzonder gevoelige smaak (cfr. zijn recen te "Matters o f fact an d fiction" ..) en een wat gedesillusionneerde leven svisie, ko rto m wat H.V. Weiss (zie "Kalki") 'de aristo craat van de Amerik aan se letteren ' zo u noemen. Een man die echter n iet aarzelde o p so ms uitdagende wijze stekelige onderwerpen te behan delen , als godsdiensten allerhande, homo sexualiteit of het eigen Amerikaan s verleden en heden. K alk i van zijn k ant is de ultieme avatar (= verschijn ingsvo rm) van de Hinduistische godheid Vishnu, bestemd te verschijn en wanneer op drastische wijze een ein de dient gemaakt aan het 'tijdperk van Kali'. Het einde van de wereld, als je wil, en in dit geval wo rdt dit aan gekon digd door een Amerikaan se jongeman, Vietn am-Veteraan en drugpeddler, die vreemd genoeg door heel wat volgelin gen werkelijk voor de incarn atie van Vishnu (en Shiva) wordt gehouden . Scepticisme, uiteraard, zo wel van CIA en 'n arco tics bureau' als van de ex-testpilo lo te die nu als jo urnaliste o p 'Kalki'
42
wo rdt afgestuurd, maar die nauwer bij de sekte en bij het ein de van de wereld betrokk en raakt, dan lo gisch te verwachten viel. K alk i maakt zijn voorspelling n amelijk waar. Een apo calyptische ro man derhalve, ook al begint hij als een jo urnalistiek e thriller, waarin we vele van Vidal's karakteristiek en weervinden : de feministische (en o verigen bisexuele) jo urnasiste, allerlei indiscreties aan gaan de de Amerik aan se pers en tv.-wereld, cynisch /realistische bedenk ingen (als 'back wards nature spells dinner'..), in side-jok es ('In Paris, I was beyond judgemen t') plus, natuurlijk , een merk waardige parafrase van de In dische mythe, die hier bepaald 'diabolisch ' wordt doorgetrokk en.
Daar staat tegeno ver dat de lezer waarsch ijnlijk minder onder de indruk zal zijn van de wat lo sse weten schappelijk e (en po litieke) verklarin gen van de auteur; persoonlijk zal ik zeker niet ontk ennen dat het hier om een bijzon der 'clevere' plot gaat, maar von d in dit werk to ch iets aan diepgang missen , wat de slotpagina's, afgezien van hun misantropische aspect, wat 'gratuit' doen o verko men . Een excursie, laten we zeggen.
OM ORGANISATORISCHE EN TECHNISCHE REDEN IS HET SLOT VAN YVES VANDEZANDE 'S VERHAAL ' VOOR DE NACHT, ZAL IK VAN JE HOUDEN ' WEGGEVALLEN. DAAROM DIT LOS BLAD MET VERVOLG EN SLOT, ZODAT U NU HET HELE VERHAAL HEBT.
-----------------------------
LATER voelde hij zijn geest wegglijden uit zijn ko ude lichaam en het melk witte pad betreden dat hem naar h et onbek ende moest leiden. Een onbedwingbare haast maak te zich meester van hem en dwong hen verder o p de weg. De grijze mist aan weersk anten dwarrelde in verblinden de spiralen langs hem h een en hij trachtte er n iet in te k ijk en. De inten se lich tflitsen die erin voork wamen , maakten zijn geest haast blin d.
Haar zachte, ro de lippen waren hard en ko ud to en hij ze met de zijn e bero erden , Haar bo rsten vormden twee levenlo ze hoopjes vlees, de een s zo fiere tepels wit afgetrok ken. Een dun laagje witte rijp had zich tussen Haar dijen gevo rmd. Haar gan se lichaam had een , nauwelijk s merk bare, blauwach tige kleur.
Hij liet zich o ver de witte strook voortglijden, en verdedigde zich zo goed mo gelijk tegen de gek mak ende illusies die zijn to cht teisterden.
Machteloo s en aan geslagen, richtte hij zich weer o p en ston d lange tijd n aar Haar te staren. Hij liet zijn tranen de vrije loo p. Van wo ede en onmacht. Dan knoopte hij zijn zware tuniek lo s en liet hem van zijn lichaam glijden. 'Te lang heb ik gewacht, liefste.' fluisterde hij Haar to e en bek lo m o pnieuw het bed. Hij opende Haar kille dijen en stootte zich zelf met al zijn k racht diep in Haar. Na de climax, blijf hij nog lan g o p Haar ko ude lichaam liggen , terwijl zijn slappe penis langzaam uit Haar gleed. Hij pro beerde met zijn eigen lichaamswarmte Haar weer tot leven te wekk en. Maar hij voelde hoe hij langzaam de strijd verloor en hoe Haar eigen temperatuur zich in zijn bo tten begon te dringen. Ten slo tte richtte hij zich op en k eek naar Haar gezicht. Haar groen e ogen waren weer geo pen d en kek en hem minachtend aan. O m Haar mond speelde een misselijk e glimlach.
Ten slo tte zag hij dat het pad breder werd en in de verte uitmondde in een strook blauw. Zijn doel lag binnen bereik . Langzaam vertraagde het pad en zijn geest k wam to t stilstan d net voor de eerste bruine aarde van de bloementuin. Hij zag dat zijn lichaam zich reeds tussen de blo emen en struik en bevond en, zonder aarzelen, dwong hij zijn geest er naartoe en nam weer bezit van zijn eigen vlees. Ditmaal verloor hij geen tijd met het opdrinken van de atmo sfeer, maar drong zich door het struik gewas naar de o pen plek . Doo rnen, die hij niet eerder had o pgemerk t dron gen n u diep in zijn vlees en lieten bloedende schrammen ach ter op zijn armen en benen. Maar daar gaf hij niet o m, hij spoedde zich voo rt. Een lach verscheen op zijn lippen en een vreugdekreet ontsnapte zijn mond to en hij het bed zag. Zij was er nog. En wach tte. Haar blanke lichaam lag er nog precies zoals hij het achtergelaten had. Geen spier, geen haar was veranderd. Enk el Haar zeegroene ogen had Zij geslo ten. Hij ston d voor het bed en k eek neer op Haar Goddelijke lichaam, dat weldra weer het zijn e zo u zijn. Hij raakte voorzich tig Haar dij. Ze was ijsk oud. In paniek begon hij met beide handen Haar gan se lichaam te betasten, maar overal voelde zij even doods aan.
* De felle pijn scheuten die o ver zijn rug dan sten, brachten hem ertoe zijn ogen te o penen. Hij lag naakt voor de ingan g van zijn gro t o p de berg. Naast hem, in zijn zwarte k leed, zat de k ruiden man. Deze on dersteunde het hoofd van de naakte man en liefkoosde met trage bewegingen zijn haar. 'Haar wegen zijn ondoorgrondelijk , maar altijd wreed.' zei de k lein e, zwarte k ruiden dokter. Dan drukte hij, met een finaal gebaar, de bevriezende oo gleden van de naakte man voorzichtig dicht.
43