WAT DOET DE ARCHITECT (NOG) IN 2024? een tweedaagse bijeenkomst over de toekomst van de nederlandse architectuur tijdens de architectuur biënnale van venetië 20–21 november, 2014
AMO
Op 20 en 21 november 2014 organiseert AMO in samenwerking met het Gieskes-Strijbis Fonds en La Biennale di Venezia een tweedaagse bijeenkomst voor architecten. De deelnemers worden uitgenodigd om in Venetië hun eigen agenda’s voor de toekomst van architectuur op tafel te leggen. De centrale vraag is waar de architect over tien jaar staat. Onderdeel van de bijeenkomst is een rondleiding en een uitgebreid discussie programma met Reinier de Graaf en Rem Koolhaas. Hiervoor zijn we op zoek naar 30 Nederlandse, met name jonge, architecten. De bijeenkomst zal plaatsvinden in de Arsenale tijdens de Architectuur Biënnale van Venetië. Er zullen ook deelnemers uit andere architectuur gerelateerde disciplines worden uitgenodigd, zoals vastgoed, het rijk, de wetenschap, de bouw. Van iedere deelnemer wordt een presentatie van maximaal zeven minuten verwacht. Het format van de presentatie staat vrij, denk aan: een betoog, een film of een PowerPoint presentatie. Alle geselecteerde deelnemers ontvangen een onkostenvergoeding van 350 Euro. Aanmelden kan tot uiterlijk 17 oktober, door een mail met een motivatie te sturen naar
[email protected]
G F E’ E D C B A Locatie: Venetië, Arsenale Monditalia – Stage D
2004 SUPERDUTCH Het jaar 2004 is waarschijnlijk het hoogtepunt van ‘superdutch’. De in 2000 gelanceerde term is de erkenning van een internationaal succesvolle branding van conceptuele Nederlandse architectuur.1 Architectuur is dankzij de ondersteuning van een veelheid aan fondsen, overheidsopdrachten en publicaties een trots onderdeel van het Nederlandse rijksbeleid.2 Aaron Betsky, directeur van het NAi, schrijft in 2004 een impressionistische bejubeling van de Nederlandse ontwerpcultuur.3 De inzending voor het Nederlands paviljoen op de Biënnale van Venetië door Linda Vlassenrood is een gedetailleerde toelichting op en uitwerking van Betsky’s lofzang. Mels Crouwel lost Jo Coenen af als rijksbouwmeester. Crouwel onderstreept het belang van architectuurbeleid vanuit de overheid. Het beleid is volgens hem bepalend voor het succes van een Nederlandse architectuur “die herkenbaar en zelfverzekerd is”.4 Er verschijnt een brede selectie boeken over jonge architecten en monografieën van Nederlandse architectenbureaus.5 In 2004 wordt er één miljoen vierkante meter extra kantoor ruimte opgeleverd.6 65.000 woningen komen gereed, de huizenprijs stijgt met 2.5% – beide stijgende lijnen sinds midden jaren 90.7 De in 1988 aangewezen VINEX-locaties zijn zo goed als af. Rotterdam mikt voor uitbreiding op de Kop van Zuid (in aanleg), Eindhoven op Strijp (Philips vertrekt), Amsterdam heeft de Zuidas (in aanleg) en IJburg (in aanleg), Utrecht heeft Leidsche Rijn (in planning), Den Haag Ypenburg (in aanleg), en Groningen Blauwestad (in aanleg). 5% van alle Nederlandse retail- en kantoorruimte staat leeg.8 Mobiliteitsplannen van het Rijk leggen de kiem voor de uitbreidingen van de stations in Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Arnhem, Delft en Amsterdam.9 Verbouwingen van culturele centra zijn in volle gang: het Rijksmuseum (hoofdgebouw gesloten), Stedelijk Museum (prijsvraag, tijdelijk in Post-CS), Boijmans Van Beuningen (net verbouwd), CODA (opent), Hermitage Amsterdam (opent), Vredenburg (planning), Melkweg (planning). In de opvolger van de VINEX nota, de Nota Ruimte, kondigt het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer een nieuwe vorm van planning aan:“decentraal wat kan, centraal wat moet”.10 De auteurs van het Architectuur in Nederland Jaarboek 2004/05 concluderen uit de nieuwe nota dat de overheid zijn interesse in architectuur begint te verliezen en dat de vetste jaren voor architecten voorbij zijn.11 Nederland verkeert onder leiding van Balkenende II in 2004 in een periode van economische recessie.12 Er worden bezuinigingsrondes aangekondigd in architectuur ondersteunende instellingen. Het nieuwe cultuurbeleid verlangt meer cultureel ondernemerschap van architecten.13 Economisch gaat het nog goed met architectuur in Nederland. De netto omzet van architecten stijgt in 2004 met 6,4%. Architecten zijn positief over de nabije toekomst: 44,6% gaat uit van een omzetgroei in 2005 van 5% of meer en 34,5% verwacht dat de omzet op een vergelijkbaar niveau als dan van 2004 zal blijven.14 De werkgelegenheid neemt toe, de werkeloosheid is onbekend.15 De scholen zitten vol.16 Kortom: ondanks malaise en eerste haarscheuren floreert de beroepsgroep.
1 Bart Lootsma (2000) Superdutch. Princeton: Princeton Architectural Press. Lootsma’s boek wordt door verschillende internationale media als de Atlantic en NY Times besproken. Na 2004 is er in toenemende mate kritiek op de term, met name in Nederland en in verschillende fora. In onder meer Het Architectuur in Nederland Jaarboek 2008/09 wordt ‘superdutch’ tot het verleden verklaart. 2 Dit komt onder meer aan de orde in de Cultuurnota 2001-2004 van het Rijk gepubliceerd in 2000: “De Raad voor Cultuur constateert dat het architectuurbeleid vruchten afwerpt. De doorwerking van de architectuurnota’s zal daar ongetwijfeld aan hebben bijgedragen. De raad is in zijn algemeenheid positief over de ‘jonge’ cultuursector bouwkunst. De gesubsidieerde architectuurinstellingen zijn zonder uitzondering zeer recent opgericht, hetgeen doorklinkt in de ambities van hun plannen. Het aantal structureel gesubsidieerde instellingen groeit in deze beleidsperiode van zeven tot tien. Ter vergelijking: tijdens het eerste Kunstenplan 1988-1992, waren er slechts twee instellingen, namelijk Stichting Wonen, opgegaan in het Nederlands Architectuurinstituut, en het Fonds BKVB dat individuele subsidies toekent aan architecten. Het is verheugend te constateren dat het NAi zich positief ontwikkelt en het bezoekersaantal zich herstelt. Het instituut heeft inmiddels nationaal en internationaal een hechte positie verworven. Steeds meer aanvragers weten ook de weg te vinden naar het Stimuleringsfonds voor Architectuur. Via projectsubsidies geeft het fonds inhoud aan de aanjaagfunctie die bij de oprichting werd beoogd [...] Architectuur Lokaal heeft zich inmiddels ontwikkeld tot een gevestigde waarde binnen het architectuurbeleid. Ik ben het met de raad eens dat het Berlage Instituut een moeilijke periode doormaakt. De plannen om de moeilijkheden het hoofd te bieden en het instituut een meer open karakter te geven zijn hoopvol. Een activiteit, die volgens de raad financieel ruimhartig zou moeten worden ondersteund, is het initiatief van het NAi voor een Internationale Architectuurbiënnale.” p.34 3 Aaron Betsky (2004) False Flat. London: Phaidon. Met name in zijn introductie”Surfing the False Flat” beschrijft Betsky met een tocht van zijn huis naar kantoor, de karakteristieke en stereotype heldendicht op Nederland. 4 “De Rijksbouwmeester is de constante factor die het overzicht behoudt,” interview met Rijksbouwmeester Mels Crouwel / Harm Tilman in De Architect 35 (2004) p. 22-25 5 Onder andere: Lars Spuybroek, NOX. Machining Architecture (Thames&Hudson, London); Aaron Betsky et al. Simply Droog: 10+1 year of creating, innovation and discussion (Droog, Amsterdam); Linda Lee UN Studio: Erasmus Bridge (Princeton Architectural Press, New York); Wan Herk & De Kleijn. Tools and Architecture 1966-2004 ( NAi uitgevers, Rotterdam); Maurice Nio et al, Unseen I slipped away (010 uitgevers, Rotterdam); Veronique Patteeuw Wat is OMA (NAi Uitgevers, Rotterdam); Geert Bekaert et al. Wiel Arets: works and projects (Electa Architecture, Milaan); ZZDP. ZZDP: architecten – ondernemers (010 Uitgevers, Rotterdam) Herman Herzberger, Cultuur onder dak (010 Uitgevers, Rotterdam); Hilde de Haan et al. Jo Coenen: van stadsontwerp tot architectonisch detail (NAi Uitgevers, Rotterdam); OMA, Content (Keulen: Taschen); 51N4E. Space Producers (NAi uitgevers, Rotterdam); Aedes. Atelier Kempe Thill: Specific neutrality (Aedes, Berlijn) 6 CBS Statline data, 2014. Ongeveer 40 miljoen m2 kantoor vloer oppervlak is in gebruik. 7 CBS Statline data, 2014. 8 Compendium voor de Leefomgeving (1991-2014) op http://www.compendiumvoordeleefomgeving.nl/indicatoren 9 Nota Mobiliteit, gepresenteerd in September 2004. 10 Nota Ruimte, gepresenteerd in April 2004. 11 Piet Vollaard et al. (2004) Architectuur in Nederland Jaarboek 2004/05. Rotterdam: NAi uitgevers. In de introductie Game Over, p.14: “Op het vlak van het overheidsbeleid ten aanzien van de architectuur culmineerde een afnemende interesse in 2004 in de voorpublicatie van de Nota Ruimte. Onderdeel van deze nota is een ‘Actieprogramma Ruimte en Cultuur,” dat zich voornamelijk lijkt bezig te houden met het behoud van cultureel erfgoed en landschappelijke waarden. Van een progressief en anticiperend architectuurbeleid is weinig over. Daarmee komt een einde aan een stimulerend beleid dat met de Nota Ruimte voor Architectuur in 1991 was ingezet. Dertien jaar later is het woord ‘architectuur’ niet alleen uit de titel verwijderd, maar ook uit de nota zelf. Onder het mom van ‘vrij baan voor de economie’ wordt van elke inhoudelijke visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland afgezien.” 12 Na de geflopte LPF coalitie, treed in 2003 Balkenende II aan onder het motto “meedoen, meer werk, minder regels.” 13 Met name in de Cultuurnota Meer dan de Som door het Ministerie van OCW en de Raad voor Cultuur, gepresenteerd in november 2003: “De kwaliteit van het Nederlands industrieel ontwerp staat volgens de raad buiten kijf. Over de mate waarin de prestaties van Nederlandse vormgevers opdrachtgevers of producenten weten te overtuigen, is de raad minder positief [...] Functionaliteit, gebruiksvriendelijkheid en inspelen op productiemogelijkheden hoeven, aldus de raad, niet per se op gespannen voet te staan met de artistieke of culturele kwaliteit van een ontwerp, zoals de Premsela Stichting in het beleidsplan doet voorkomen [...] Volgens de raad is vaak juist een vindingrijke combinatie van deze factoren bepalend voor zowel artistieke kwaliteit als commercieel succes. Het lopend overleg met het ministerie van Economische Zaken over de raakvlakken tussen cultuur en economie zal op korte termijn uitwijzen welke aanpak effectief is om de succesvolle Nederlandse vormgevingspraktijk verder te versterken.” p.34 14 BNA Brancheverkenning Architectenbureaus 2004 (SEO Economisch Onderzoek). 21% van de architecten verwacht een omzetdaling. 15 Idem; Werkloosheid onder architecten wordt gemeten door het CBS per kwartaal vanaf 2007, door UWV vanaf 2010. 16 Volgens het Jaarboek 2004 van TU Delft zijn er in 2003 20% meer eerstejaars studenten bouwkunde dan in het jaar ervoor. De groei bij bouwkunde wordt expliciet genoemd in het voorwoord. Bij de TU/e zijn er 15% meer eerstejaars studenten dan in het jaar 2002-2003.
2014 DOUBLE DUTCH Het jaar 2014 is waarschijnlijk het hoogtepunt van ‘doubledutch’. De in 2013 gelanceerde term stelt dat recente Nederlandse architectuur niet alleen uit ‘superdutch’ bestaat, maar minstens twee gezichten kent.1 Historiserend postmodernisme is volgens Bernard Hulsman de echte en onbezongen held van Nederlandse architectuur.2 Binnen het overheidsbeleid is architectuur onderdeel geworden van de topsector creatieve industrie. Het NAi is samen met een aantal instellingen opgegaan in Het Nieuwe Instituut, met een fors gekrompen budget en grotere nadruk op cultureel ondernemerschap.3 De term creatieve industrie blijft onwennig.4 De inzending voor het Nederlands paviljoen op de Biënnale van Venetië door Dirk van den Heuvel en Guus Beumer herinnert aan het succes van de moderne sociaal betrokken architect. Rijksbouwmeester Frits van Dongen stelt dat het gedaan is met bouwen in Nederland en noemt herbestemmen de grote opgave voor de komende jaren.5 Er verschijnt één boek over jonge architecten en een bescheiden aantal monografieën van Nederlandse architectenbureaus.6 Sinds 2013 worden er in de kantorenmarkt meer vierkante meters onttrokken dan toegevoegd.7 53.000 huizen komen gereed, de huizenprijs stijgt licht. 2013 zou het dieptepunt moeten zijn geweest van een lange neergaande lijn.8 Rotterdam heeft de plannen voor de Kop van Zuid grotendeels maar sterk vertraagd uitgevoerd, in Eindhoven is Strijp S een succes, aan de Zuidas worden nog de laatste gebouwen toegevoegd, Ypenburg is af, de ontwikkeling van Leidsche Rijn en IJburg is vertraagd onderweg. Veel nieuwe grote plannen zijn er niet. Respectievelijk 9% en 17% van alle Nederlanderslande retail- en kantoorruimte staat leeg.9 De grote stations zijn bijna allemaal klaar, voor een aantal kleinere stations zijn nieuwe plannen.10 De grote culturele centra zijn weer open. Voor nieuwe musea lijkt vanuit de overheid geen geld of enthousiasme.11 Vanuit het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, waar Ruimtelijkeordening nu onder valt, is geen nieuw plan voor Nederland.12 Er is een lappendeken van kleinere goedbedoelende ambities over duurzaamheid, maar verder moet de markt zoveel mogelijk zijn werk doen. Het Rijk moderniseert zijn eigen kantoorruimtes en brengt ze met de introductie van flexplekken terug in oppervlakte.13 De auteurs van het Architectuur in Nederland Jaarboek 2013/14 zijn voorzichtig in hun oordeel.14 De redactie debatteert over de relevantie van de XS architectuur. Er wordt gewacht op een lakmoesproef voor de nieuwe, jongste lichting architecten. Na jaren van recessie zijn er voorzichtig positieve geluiden te horen over de economie.15 De mogelijke financiële meevallers komen echter niet terecht bij architecten. Vanuit verschillende organisaties wordt er sinds 2008 specifiek onderzoek gedaan naar de economische omstandigheden van architecten in Nederland.16 De beroepsgroep is sterk uitgedund: de economische crisis halveerde de werkgelegenheid onder architecten en hun omzet.17 Architectenbureaus worden, met enkele grotere uitzonderingen kleiner, en individueler in project gerelateerde samenwerkingsverbanden.18 Na jarenlange krimp wordt verwacht dat de omzet van architecten in 2014 groeit met zo’n 1.3%.19 In 2013 daalt het aantal architectuurstudenten met 10% t.o.v. 2012- als enige van de technische studies. Kortom: iedereen wacht af wat de toekomst brengt.
1 Bernard Hulsman (2013) Double Dutch Nederlandse architectuur na 1985. Rotterdam: nai010, p.5: “In de gouden kwarteeuw van de Nederlandse architectuur sprak de tijdgeest geen duidelijke taal. Zo deden zowel de deconstructivisten als de computerarchitecten twintig jaar geleden een beroep op de tijdgeest om hun architectuur te rechtvaardigen, maar konden hun stijlen niet meer van elkaar verschillen. En hoewel het Wilde Wonen perfect paste bij de heersende neoliberale tijdgeest, kwam het in de jaren voor en na 2000 toch niet van de grond. Juist het doodverklaarde postmodernisme bleek het heel goed te doen in de Nederlandse woningbouw, die toen werd geliberaliseerd. Als de zeitgeist de afgelopen al iets dicteerde, dan was het ‘double Dutch’, koeterwaals.”2 Het planbureau voor de leefomgeving levert‘bewijs’ in 2014 dat historiserende architectuur financieel meer oplevert dan moderne. Edwin Buitelaar, Frans Schilder, Like Bijlsma, Joeri Bellaard. (2014) De waarde van stijl. Den Haag Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en Amsterdam School of Real Estate (ASRE) 3 In 2013 komt een nieuwe landelijke basisinfrastructuur in werking op basis van de Cultuur nota Meer dan kwaliteit: een nieuwe visie op cultuurbeleid: “Architectuur, design en nieuwe media: het Rijk stimuleert onder meer talent en ondernemerschap. De rol van het Rijk is beperkt omdat deze sectoren sterk gericht zijn op de markt.” De verschillende fondsen voor ondersteuning van architectuur zijn opgegaan in het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie. Daarnaast is er een Actieagenda architectuur en ruimtelijk ontwerp 2013-2016, uitgegeven door het Rijk in 2012, die grotendeels aansluit bij het in het cultuurbeleid gestelde kader. 4 Onder meer uit zich dat in het debat “De nieuwe werkelijkheid van de creatieve industrie” dat door het Nieuwe Instituut georganiseerd is in Februari 2013. 5 Interview met Frits van Dongen “Nederland is Uitgebouwd”, Financieel Dagblad, 21 september 2013. 6 Onder andere Ilka Ruby, Andreas Ruby MVRDV Buildings (nai010 uitgevers, Rotterdam); Eric-Jan Pleijster et al. Lost Landscapes. Lola Landscape Architects (nai010 uitgevers, Rotterdam); Herman Herzberger. The Future of Architecture (nai010 uitgevers, Rotterdam); Indra van ‘t Klooster. Reactivate! Vernieuwers van Nederlandse Architectuur (trancity*valiz, Amsterdam); Wouter Davids et al. Luc Deleu. T.O.P. office. Orban Space (Valiz, Amsterdam) 7 Er is een kleine afname van de kantorenvoorraad van 20.000m2. Bron: Compendium voor de Leefomgeving, 2014. 8 CBS Statline data, 2014. 9 Compendium voor de Leefomgeving, 2014. 10 Onder meer de stations van Breda, Tilburg, Alkmaar, Assen, Eindhoven en Heerlen. 11 Onder meer de stroeve besluitvorming over het Spuiforum in Den Haag lijkt symbolisch. Voorzichtig lijkt er meer schot in particulier initiatief in de cultuur sector met de bouw van MORE, met de voormalige collectie van Dirk Scheringa en de eerdere verbouwing van het DeLaMar theater door de VandenEnde Foundation. 12 Het rijk geeft jaarlijks een Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport boek (MIRT) uit dat inzicht geeft in de achtergrond, de stand van zaken en de planning van de fysiek ruimtelijke rijksprojecten en -programma’s. 13 Verschillende nieuwe rijkskantoren zijn gerealiseerd en in de planning in Den Haag, Utrecht en Amersfoort. De rijkskantoren zijn gebasseerd op flexwerken waardoor er minder ruimte per medewerker wordt gebruikt. 14 Tom Avermaete, et al.(2014) Architectuur in Nederland Jaarboek 2013/14. Rotterdam: nai010 uitgevers. Introductie, p.5 15 Op Prinsjesdag 2014 wordt een bescheiden meevaller gepresenteerd door het Kabinet Rutte II. 16 Met name door de UWV, ING, Kamer van Koophandel en The Architects Council of Europe 17 BNA Brancheverkenning Architectenbureaus 2014 (SEO Economisch Onderzoek) 18 [...] “CBS: aantal architectenbureaus bijna verdubbeld”, 4 November 2012, architectenweb.nl 19 Gebaseerd op onderzoek van ING uit Maart 2014.
2024 In 2024 zijn de meeste van ons nog aan ‘t werk. Volgens een Brits onderzoek gepubliceerd in The Economist is er een kans van 1 op 55 dat het werk van architecten geautomatiseerd zal worden.1 49% van de architecten in Europa ziet zichzelf tot na hun 70ste werken.2 Wat doet u in 2024?
1 […] “The onrushing wave” in The Economist, Jan 18th 2014 citeert uit “The Future Of Employment: How Susceptible Are Jobs To Computerisation? door Carl Benedikt Frey† and Michael A. Osborne, uit September 2013 2 Architects’ Council of Europe (2012) The Architectural Profession in Europe 2012 p.61: “Architects now expect to retire at an older age than they did in the 2010 or 2008 surveys. In 2008, 16% thought they would retire from age 70 onwards; now the proportion is 26%. And the proportion expecting to retire in their fifties has fallen from 11 per cent in 2008 to 3% now. More architects expect ‘never’ to retire: the proportion has almost doubled, from 12% in 2008 to 23% in 2012. Overall, including those who respond ‘never,’ 49% of architects plan to work until at least age 70, compared with 28% in 2008.”