AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X . P608646
Vr ijuit
M A A N D B L A D VA N D E L I B E R A L E VA K B O N D
78
ste
jaargang
f e b r u a r i
2 0 0 7
3
LEEFTIJD
Een Europese richtlijn verplicht België komaf te maken met de discriminatie op basis van de leeftijd, bijvoorbeeld in collectieve arbeidsovereenkomsten.
4
BRUSSELS GEWESTSECRETARIS Philippe Vandenabeele werd met een meerderheid van 61 % verkozen tot Brussels Gewestsecretaris. Zijn verkiezing was een gevolg van de statutenwijziging waardoor een Brusselse regionale werd opgericht.
7
BRUGPENSIOEN
INTERPROFESSIONNEEL AKKOORD ONDERTEKEND OP 2 FEBRUARI De afgevaardigden van de verschillende ACLVB-zones kwamen op 18 januari in een Nationaal Comité samen en keurden het ontwerp van interprofessioneel akkoord 2007-2008 goed met een meerderheid van 91 %. “Het is een evenwichtig akkoord”, benadrukt Nationaal Secretaris Bernard Noël die de ACLVB vertegenwoordigde tijdens de onderhandelingen in de Groep van 10. “Het bevestigt de solidariteit tussen de werknemers. Het beste voorbeeld daarvan is de verhoging van het gemiddeld minimum maandinkomen.” De sociale partners zijn het eens geworden over een indicatieve loonnorm van 5 %, conform de bepalingen van de wet van 26 juli 1996 over de competitiviteit. Deze loonmarge omvat de kost van de inflatie en de loonbarema’s. Ze vragen trouwens opnieuw aan de sectoren die het nog niet gedaan hebben om, in het kader van het IPA 2007-2008, een correctiemechanisme te onderhandelen dat eventuele loonontsporingen voorkomt. Een aantal afgevaardigden lieten hun ongerustheid blijken over het feit dat een herziening van de loonbarema’s gebaseerd op leeftijd (een eis van Europa) tot een meerkost leidt die de loonmarge verkleint. Zal het akkoord evenwichtig blijven bij de uitvoering ervan ? De werkgevers hebben ook engagementen aangegaan die ze moeten respecteren, namelijk op het vlak van vorming en investeringen in onderzoek en ontwikkeling. Aan de sectoren wordt gevraagd om in het kader van de tweejaarlijkse sectorale onderhandelingen concrete pistes uit te werken om de inspanningen met 0,1 % per jaar te verhogen of om de participatiegraad aan vormingen met 5 % te doen stijgen. Alle sectoren moeten de inspanningen aanhouden zolang het algemene doel van 1,9 % niet bereikt is. Als ACLVB zullen wij erover waken dat deze engagementen gerespecteerd worden. De afgevaardigden van de ACLVB-zones hebben tot slot de beslissingen goedgekeurd die door de sociale partners genomen werden in de dossiers die door het Generatiepact opengelaten werden : tijdkrediet, gelijkgestelde periodes en de zware beroepen. De ACLVB zegt volmondig ja aan het ontwerp van interprofessioneel akkoord 2007-2008.
Het Generatiepact heeft het gebruik van het brugpensioen voor ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering sterk gewijzigd. Een overzicht van wat er verandert.
8
ZIEKTE Bij ziekte kan een werknemer in bepaalde gevallen aanspraak maken op gewaarborgd loon. Welke zijn echter die voorwaarden waaraan voldaan moet worden ?
12 SEPA
Na de invoering van de euro staat we begin volgend jaar voor een nieuwe belangrijke stap : het eengemaakt betalingsverkeer. We geven u alvast de eerste informatie.
30
OUDERE WERKLOZEN Oudere werklozen kunnen van bepaalde verplichtingen vrijgesteld worden waaraan andere werklozen wel moeten voldoen. Er bestaan 2 types : de mini- en de maxi-vrijstelling.
2internationaal MICROKREDIET VOOR TEXTIELVERFSTERS Yacine Koné, een goed opgeleide vrouw die een praktijk heeft in het regionaal hospitaal van Kaédi (regio Gorgol, Mauritanië) is voorzitster van een beheerseenheid van een syndicale kas voor microkrediet. Het geld dient voor de financiering van de aankoop van grondstoffen en materialen voor de textielverfsters.
De textielverfsters dragen bij aan het fonds om hun activiteiten te financieren. BIS heeft beslist om hen bijkomende hulp te bieden door een kas voor microkrediet op te richten. Help uzelf en de vakbond zal u helpen.
Ali Moktar : U bent reeds verschillende jaren aangesloten bij de vakbond en u hebt zelfs deelgenomen aan internationale seminaries, maar ik zie u nu om een andere reden : het syndicaal microkrediet. Wat schuilt er achter uw engagement ten aanzien van deze vrouwen die in schamele omstandigheden leven ? YK : Ik ben inderdaad bijna tien jaar geleden beginnen militeren in de syndicale beweging. Ik ben vooral in aanraking gekomen met mannen en vrouwen die werknemer zijn en die dus actief waren in betere arbeidsomstandigheden dan de textielverfsters. Hun zelfopoffering en pientere geest om te overleven, hebben zulk een indruk op mij gemaakt dat ik me afvroeg hoe ik die vrouwen kon helpen. Zij verdienen onze solidariteit en de gerechtigheid wil dat wij hen helpen. En dat doen we sedert 2002. De CGTM zet zich in voor de syndicalisatiecampagne voor vrouwen, daarmee speelt ze in op de IVV-campagne “de vakbonden voor de vrouwen en de vrouwen voor de vakbonden”. De start van de samenwerking met de vzw BIS van de ACLVB heeft de voorwaarden voor het realiseren van onze wens gecreëerd, te weten de organisatie van de werkneemsters die geen loon krijgen en het helpen in het promoten en beheren van hun activiteiten. Ali Moktar : Hoe bent u ertoe gekomen om deze syndicale kas voor microkrediet, deze sociale bank op te richten ? YK : In eerste instantie zijn we overeengekomen dat elke vrouw 200 UM per maand bijdraagt om een fonds op te richten dat ons later toeliet om activiteiten te ontplooien. De bijdragen zijn verder gezet, net zoals de verfpraktijken en de verkoop van de producten op de markt. Ik heb soms vastgesteld dat de vrouwen de financiële middelen niet hadden om basismaterialen
NAAIMACHINES In het kader van een ander project ten bate van een beter bestaan – via het werk - voor de vrouwen in de informele sector, gaan we in Mauritanië verder met de bedeling van de naaimachines die u ons bezorgde. V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
(stoffen, verfproducten en andere benodigdheden) aan te schaffen. We zijn dan op het idee gekomen om het door de bijdragen gespijsde fonds aan te wenden om deels deze problemen op te lossen. In januari 2006 is een gezamenlijke missie van het CGTM en BIS naar Kaédi gekomen. Als gevolg van een algemene vergadering in het jongerenhuis dat barstenvol zat (hoofdzakelijk met vrouwen), voelde de delegatie aan dat het mogelijk maken dat de vrouwen over een minimum aan middelen beschikten om zich te kunnen voorzien van basismaterialen, een goede piste was. BIS heeft, na evaluatie en overleg met CGTM, beslist om een bedrag ter beschikking te stellen om aan deze bezorgdheid, die trouwens wijd verspreid is in de andere regio’s van Mauritanië, het hoofd te bieden. In november 2006 heeft de CGTM ons laten weten dat een deel van het budget van BIS voor microprojecten in 2006 aan Kaédi werd toegekend. Een missie is langsgeweest om de fondsen af te geven en vorming te geven aan de beheerseenheid van de kas en andere syndicale kaderleden. Ali Moktar : Hoe werkt deze syndicale kas ? YK : Ze werkt onder de vorm van leningen met een lage interest (5 %) die door de leden in 4 maanden terugbetaald kunnen worden. Het plafondbedrag van elke lening is momenteel 20.000 UM. We zijn bezig met het uitwerken van een uitgebreider reglement voor het beheer van de kas (voorwaarden voor de lening, aanmaningen in het geval van niet-terugbetaling binnen de termijn, ...) en we gaan gebruikmaken van de ervaring van anderen om ons microproject te doen slagen. Ali Moktar : Waarom worden de leningen beperkt en dienen ze binnen de 4 maand terugbetaald te worden ? YK : Omdat het beschikbare bedrag niet iedereen op hetzelfde ogenblik kan bereiken en door de terugbetalingen kunnen we anderen de mogelijkheid geven om leningen aan te gaan. Ali Moktar : Is het moeilijk ? YK : Syndicale actie is zeker moeilijk, maar het is ook inspirerend wanneer het gaat over een deel van de werkneemsters uit de informele sector die over geen rechten vanuit regeringszijde beschikken en die door de politici en de andere actoren voor egoïstische doelstellingen gebruikt worden. We moeten aan hun zijde blijven en hen naar de vakbond leiden om hun situatie te verbeteren. Het is een plicht uit solidariteitsoverwegingen en we danken onze partners van de Liberale Vakbond in België die ons aanzienlijk helpen deze doelstelling te verwezenlijken. BA Ali MOCTAR BIS-projectleider in Mauritanië
actualiteit
3
Collectieve arbeidsovereenkomsten
GEDAAN MET DISCRIMINATIE OMWILLE VAN DE LEEFTIJD Een Europese richtlijn gebiedt ons komaf te maken met discriminatie op basis van iemands leeftijd, onder meer in collectieve arbeidsovereenkomsten. De sociale partners verbinden zich daartoe in het kader van het interprofessioneel akkoord. Tegen uiterlijk 2009 zullen oplossingen moeten gevonden worden.
H
Het is niet steeds gemakkelijk om logisch tegenover zichzelf te blijven. Van zodra we alle vormen van discriminatie onder werknemers uit de wereld willen helpen - of het nu gaat om discriminatie op basis van geslacht, ras, overtuigingen, een handicap, ...moeten we toestaan dat die vorm van “discriminatie” wordt geschrapt die in de cao’s voordelen aan de werknemers toekent omwille van hun leeftijd. Blijkt nu dat talrijke barema’s loonschalen voorzien die hoofdzakelijk gebaseerd zijn op de leeftijd. Meer bepaald stijgt het loon automatisch naargelang de leeftijd van de werknemer, zonder dat er verwezen wordt naar andere criteria, zoals beroepservaring of anciënniteit in de onderneming bijvoorbeeld.
Doos van Pandora Tijdens het Nationaal Comité van ACLVB dat het ontwerp van Interprofessioneel Akkoord heeft goedgekeurd, zorgde de kwestie voor een debat.
Bestendig Secretaris Guy Beckers (VlaamsBrabant) vroeg zich af of de herziening van de cao’s op dat precieze punt de werkgevers niet zou aanzetten om tal van andere verworvenheden in vraag te stellen. We weten wat er gebeurt als Pandora uit onbedwingbare nieuwsgierigheid de doos met alle onheil van de mensheid opent. U begrijpt best dat het op een drafje vervangen van een loonstructuur die werd uitgewerkt tijdens verschillende decennia van onderhandelingen en die rekening houdt met subtiele evenwichten, geen gemakkelijke klus is. Anderzijds mag het proces er niet toe leiden dat sommigen morgen minder verdienen dan vandaag.
Andere criteria Er zal dus aan vervangingscriteria moeten gedacht worden die billijk zijn en die rekening houden met het echte element dat telt voor de onderneming : de beroepservaring. De leeftijd is slechts een onvolledige weergave van dat element. Vanuit syndicaal oogpunt willen we die beroepservaring laten meetellen, ook - en vooral - wanneer de werknemer verandert van bedrijf of activiteitensector. Het systeem moet vandaag dringend hervormd worden. Maar dringend en overhaast zijn twee verschillende dingen. De barema’s vormen een factor van stabiliteit in de ondernemingen. De onderhandelaars zullen oplossingen op lange termijn moeten ontwikkelen. Op twee jaar zullen ze barema’s die als discriminerend worden beschouwd moeten veran-
deren in een systeem dat rekening houdt met meer gerechtvaardigde criteria.
Gelijke behandeling De Richtlijn 2000/78/EG heeft tot doel een algemeen kader te creëren voor de strijd tegen discriminatie gebaseerd op religie of overtuiging, een handicap, de leeftijd of de seksuele geaardheid, voor wat betreft werkgelegenheid en arbeid. België heeft die tekst omgezet in zijn wet van 25 februari 2003 ter bestrijding van discriminatie. De Richtlijn is namelijk van toepassing op de werkgelegenheids- en arbeidsvoorwaarden, met inbegrip van de ontslag- en verloningsmodaliteiten. Verschillen in behandeling op basis van de leeftijd kunnen slechts blijven bestaan indien ze gerechtvaardigd zijn. De lidstaten kunnen er zo voor zorgen dat verschillen in behandeling op basis van de leeftijd geen discriminatie vormen wanneer ze objectief en redelijk gerechtvaardigd worden in het kader van het nationaal recht, door legitieme doelstellingen, namelijk om het tewerkstellingsbeleid, de arbeidsmarkt en de beroepsopleiding te oriënteren, en dat de middelen om dat doel te realiseren daarop afgestemd en noodzakelijk zijn.
SALON 2007 BOIS & HABITAT 9DE EDITIE Bois & Habitat is de grootste Europese beurs rond de volgende thema’s : binnen- en buiteninrichting met hout, bouw en renovatie met hout, hernieuwbare energie voor gebruik in de woning. Ruim 250 zorgvuldig geselecteerde vaklui staan klaar om u concreet te helpen met al uw belangrijke plannen. Op ruim 12.000 m2 tentoonstellingsruimte tonen ze u alle nieuwigheden, laten ze u kennismaken met hun knowhow en geven ze u een flinke dosis advies. Tijdens vier uitzonderlijke dagen heeft BOIS & HABITAT voor u in petto : , diverse vrij toegankelijke lezingen (ecobouw, haalbare hernieuwbare energie, ...) , een tentoonstelling rond architectuur in hout , een tentoonstelling rond design in hout en de “Design-bois 2007 publieksprijs” , een gespecialiseerde boekhandel Praktisch Namen Expo - Avenue Sergent Vrithoff 2 - 5000 Namen Vrijdag 23 maart 2007 van 18 u. tot 21 u. nocturne voor het grote publiek. Zat. 24, zon. 25 en ma. 26 maart 2007 van 10 u. tot 19 u. Toegang : Volwassenen : € 8 - Studenten : € 4 - Kinderen (≤12 jaar) : gratis
50 VRIJKAARTEN TE WINNEN VIA ACLVB ! Gratis naar Bois & Habitat ? Vul onderstaande bon en stuur hem tegen uiterlijk 10 maart 2007 naar ACLVB, Wedstrijd Vrijuit, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent. WEDSTRIJD BOIS & HABITAT NAAM VOORNAAM ACLVB-LIDNUMMER STRAAT NR
POSTCODE
GEMEENTE
Meer info ? Tel.: 0900-10.689 (€ 0,45/min.) -
[email protected] - www.bois-habitat.com V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
4actualiteit Brusselse regionale
PHILIPPE VANDENABEELE VERKOZEN ALS GEWESTSECRETARIS Roger Mené - UCM
MISLUKKEN VAN IPA ZOU CATASTROFAAL GEWEEST ZIJN
Op 12 februari, amper een maand nadat de Brusselse Regionale officieel opgenomen werd in de statuten, konden de afgevaardigden ervan hun Gewestsecretaris verkiezen. Ondanks zijn palmares aan het hoofd van de zone ACLVB Brussels Hoofdstedelijk Gewest, besliste Philippe Vandenabeele om zijn huidige situatie op het spel te zetten in plaats van een eenvoudige bevestiging van zijn mandaat te vragen aan het Brussels regionaal comité.
O
Ook in dit geval besliste Frédéric De Clerck om zijn tegenkandidatuur te stellen. Met reden ging hij ervan uit dat een afgevaardigde afkomstig van de basis de organisatie kan doen genieten van zijn onderhandelingservaring op het terrein. Een meerderheid van 61 % koos voor Philippe Vandenabeele, terwijl Frédéric De Clercq kon rekenen op 39 % van de stemmen. In onze volgende editie geven we u meer gegevens, met name over de oprichting van nieuwe rondetafels om het debat rond drie thema’s te stimuleren : de sociale verkiezingen, de sectorale onderhandelingen in de nasleep van het interprofessioneel akkoord en de standpunten die de ACLVB zal verdedigen op het Brusselse socio-economische vlak.
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
Roger Mené is de ouderdomsdeken van de onderhandelaars van het jongste interprofessioneel akkoord. Als voorzitter van de Union des Classes Moyennes (UCM) verdedigde hij de belangen van de zelfstandigen en de kmo’s. “Het jongste overleg werd, meer dan anders, gekenmerkt door de hoffelijkheid waarmee men zich aan de afspraken heeft gehouden”, blikt hij terug. “Ik denk dat in de huidige economische omstandigheden iedereen veel goede wil aan de dag gelegd heeft om een mislukking te vermijden. Alle onderhandelaars zijn zo netjes geweest om het tijdens de onderhandelingen sereen te houden, wat bijgedragen heeft tot het succes.” Bovendien heeft het akkoord echt inhoud. “We hebben de problematiek van het minimumloon niet doorgespeeld naar de NAR. We hebben integendeel het bedrag van de verhogingen en de termijnen vastgelegd.” Een van de motto’s van Roger Mené is “liever overtuigen dan opdringen”. Hij is - om het over een gevoelig onderwerp te hebben – ‘uiteraard’ tegen de aanwezigheid van vakbondsafgevaardigden in kmo’s, maar hij is best bereid te luisteren naar onze argumenten en de discussie aan te gaan. “Het sociaal overleg heeft de verdienste dat het mensen met tegenovergestelde ideeën toelaat van gedachten te wisselen, op een hoffelijke manier, zoals ik al zei. We hebben het geluk in een vrije maatschappij te leven”. Voor hij zijn verwarmings- en huishoudtoestellenbedrijf oprichtte, was Mené als chemicus aan de slag bij Cockerill. Uit die beroepservaring onthield hij dat de vakbonden geen vijanden zijn, en dat ze zelfs onontbeerlijk zijn ... in grote ondernemingen.
actualiteit
5
Week van de sociale economie 2007
IEDEREEN WIN(S)T ! Op initiatief van de Staatssecretaris voor Duurzame Ontwikkeling en Sociale Economie gaat dit jaar van 9 tot 16 maart opnieuw de Week van de Sociale Economie door. De nadruk ligt op de rol die de producten en diensten van de sociale economie in ons leven kunnen spelen en op goed management. De slogan die aan de week gekoppeld werd is ‘Iedereen win(s)t !’ Bij de sociale economie staan immers de mens en de maatschappij centraal en dus niet de financiële winsten die in de normale economie het hoge woord voeren. Dat komt iedereen ten goede : de ondernemer, de werknemer en dus de ganse samenleving. Traditiegetrouw worden er tijdens deze week een aantal ambassadeurs voor de sociale economie naar voor geschoven. De keuze voor de ambassadeurs werd dit jaar ingegeven door het feit dat zij aantonen dat de producten en diensten van de sociale economie ook inspelen op de basisbehoeften van iedereen : vrije tijd (Loca Labora 2 vzw uit Beernem), gastronomie (Le Pont uit Sprimont), mode (Spullenhulp uit Brussel), energie (Koepel Vlaamse Kringloopcentra (KVK)/ Wonen en Werken vzw uit Leuven) en mobiliteit (Elektroboot uit Gent). Elk van de ambassadeurs krijgt € 15.000 en zet zich het ganse jaar in voor het promoten van de waarden van de sector. Bovendien zal Staatssecretaris van Weert tussen 12 en 16 maart in elk van de bedrijven kort stage lopen.
Nieuw dit jaar is de verkiezing van een Manager Sociale Economie van 2007. In samenwerking met de cel sociale economie van de Universiteit Antwerpen Management School werd een competentieprofiel voor zo een manager opgemaakt. Hij moet de waarden van de sociale economie verpersoonlijken en zich op een professionele manier voor de sector inzetten. De winnaar van de Manager Sociale Economie wordt bekendgemaakt tijdens het Feest voor de Sociale Economie op 9 maart. Ook in het hoger onderwijs wordt op initiatief van het Vlaams Overleg voor de Sociale Economie (VOSEC) en Febecoop tijdens deze week aandacht besteed aan de sociale economie. Op de universiteiten van Gent, Leuven, Antwerpen en Limburg en in een aantal hogescholen zullen de docenten in de lessen aandacht besteden aan het onderwerp, zal er een stagemarkt komen en zullen er workshops en seminaries georganiseerd worden. Meer informatie over de Week van de Sociale Economie kan u vinden op http://www.socialeeconomie.be/.
HUISELIJK GEWELD De ACLVB ondersteunt de campagne van Amnesty International “STOP Geweld Tegen Vrouwen”. U kan in uw plaatselijke ACLVB-secretariaaat een praktische folder vinden die door Amnesty werd uitgegeven. Wat te doen (praten, vertrekken, blijven, zich mengen in andermans zaken, klacht indienen) ? Wie contacteren ? Het vaststellen van alarmsignalen, het begrijpen van de geweldscyclus … De folder behandelt alle aspecten van het huiselijk geweld.
U HEEFT RECHTEN! Geweld binnen de relatie is een vergrijp dat door de wetgever wordt bestraft. Deze geeft aan dat geweld binnen een relatie strafrechterlijk strafbaar is, zelfs indien de partners niet met elkaar zijn getrouwd (artikel 410 Strafwetboek – wet van 24 november 1997).
Amnesty International Vlaanderen Kerkstraat 156 - B2060 Antwerpen tel.: +32 (0)3 271 16 16 - fax: +32 (0)3 235 78 12 e-mail:
[email protected] • website: http://www.amnesty.be rekening: 000-0000082-82
©Air
Ook stalking is strafbaar. Het geweld tussen echtgenoten wordt veroordeeld door de wet van 4 juli 1989.
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
6actualiteit NIEUWS UIT DE NATIONALE ARBEIDSRAAD 2007 zal zeker een jaar worden tijdens hetwelk er binnen de Nationale Arbeidsraad (NAR) veel collectieve arbeidsovereenkomsten zullen worden afgesloten. Het jaar is alvast goed begonnen met de plenaire zitting van 30 januari en dit ritme zal ook in de komende maanden aangehouden blijven. Een overzicht.
S
Sedert de wet van 5 december 1968 over de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités kunnen er binnen de Nationale Arbeidsraad cao’s afgesloten worden. Deze cao’s hebben een interprofessionele draagwijdte en zijn zonder onderscheid van toepassing op alle werkgevers uit de privé-sector in België en de werknemers die ze tewerkstellen. Ze bevatten fundamentele elementen, zowel voor de werknemers individueel (zoals het minimumloon, het brugpensioen, de verplaatsingskosten en de niet-discriminatie) als op een meer collectief niveau (ondernemingsraad, syndicale delegatie). In totaal zijn er ongeveer 90 cao’s en dan hebben we het nog niet over de talloze aanpassingen en de wijzigende overeenkomsten.
Controle werknemers Tijdens de plenaire zitting van de NAR op 30 januari werd de cao over de controle van de werknemers bij het verlaten van de onderneming ondertekend. De sociale partners hadden reeds een advies over deze materie gegeven in oktober 2006. Ze hadden zich geëngageerd een collectieve arbeidsovereenkomst erover af te sluiten van zodra de noodzakelijke wettelijke aanpassingen die er voor nodig waren effectief gebeurd waren. Gezien de wijziging in de wetgeving is dat dus nu een feit met het aannemen van cao nr. 89. Voor meer informatie verwijzen we u naar VRIJUIT van november 2006 waarin we een artikel gewijd hadden aan deze materie. Er is in tussentijd geen wijziging gebeurd. Een andere overeenkomst die op 30 januari 2007 werd afgesloten : cao nr. 88 over het ontwikke-
len van een statuut voor de Europese coöperatieve vennootschap, met name wat betreft de participatie van de werknemers. Naast de Europese naamloze vennootschap zal er dus een nieuwe mogelijke vorm van maatschappij met een transnationaal karakter bestaan. Ze zal slechts vorm kunnen krijgen met participatie van de werknemersvertegenwoordigers. Deze cao inspireert zich eveneens op datgene dat ontwikkeld werd voor de Europese ondernemingsraden. Dit soort coöperatieve kan misschien een groter succes kennen dan de Europese naamloze vennootschap die sinds haar ontstaan er niet in geslaagd is om veel bijval te verkrijgen noch is zij erin geslaagd om veel bedrijven te overtuigen van haar nut.
Andere te verwachten cao’s Het interprofessioneel akkoord is eindelijk ondertekend. Voor de periode 2007-2008 voorziet deze tekst een zeer gedetailleerde sociale programmatie en de Nationale Arbeidsraad zal de draaischijf vormen bij de uitwerking ervan. Het technische werk is reeds begonnen. Er wordt nu al gediscussieerd over de teksten van verschillende collectieve arbeidsovereenkomsten en, in eerste instantie, over het verhogen van het minimumloon (om het in juridische termen te zeggen : het gemiddeld minimum maandinkomen) dat nu bepaald wordt door cao nr. 43. Onder de discussie die op het punt staan om afgerond te worden vinden we de aanpassingen aan het tijdskrediet (CAO nr. 77 bis). Deze cao zou net zoals de aanpassing van het minimumloon van kracht moeten worden op 1 april 2007. Hetzelfde geldt voor outplacement (afwerken van een wijziging aan cao nr. 82) als voor het brugpensioen. Wat dat laatste betreft heeft het interprofessioneel akkoord gezorgd voor de creatie van een nieuwe categorie bruggepensioneerde : een mogelijk vertrek na een effectief gepresteerde loopbaan van 40 jaar waarbij men beginnen werken is op 14, 15 of 16 jaar. Kortom, er staan ons nog vele handtekeningen te wachten in voorbereiding op de tientallen andere onderwerpen die op korte termijn aangevat worden. Olivier VALENTIN
VERNIEUWDE WEBSITE FOD WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Op 1 februari lanceerde de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg een volledig nieuwe website. De vorige site dateerde grotendeels van 1998 en was volledig verouderd. De nieuwe website is gebruiksvriendelijker en biedt heel wat nieuwe functionaliteiten. De site is te vinden op een nieuw adres : http://werk.belgie.be. De informatie wordt nu ontsloten via tien thema’s, waaraan de module-informatie telkens gekoppeld is. Op de themapagina heeft de bezoeker via de rechternavigatie toegang tot de publicaties, gecoördineerde regelgeving, procedures en formulieren, ... over het gekozen onderwerp. Het blijft ook mogelijk om een overzicht te krijgen van een volledige module en er opzoekingen in te doen via trefwoord of per thema. Daarnaast zijn er voor de niet-gespecialiseerde bezoeker de informatiefiches, die toegankelijk zijn via een alfabetische trefwoordenlijst in de Gids van A tot Z (de V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
vroegere Metagids). Deze korte fiches bieden een voorstelling van het onderwerp en verwijzen naar de meer gedetailleerde informatie bij de thema’s of in de modules. Ook in de Gids van A tot Z kan gefilterd worden op thema. In “Over de FOD” bevindt zich de institutionele informatie van het departement en de minister. Naast de wijzigingen aan de structuur werden ook nieuwe functionaliteiten toegevoegd: , de zoekmotor werd geïntegreerd met de navigatiestructuur, zodat het nu op elke pagina mogelijk is om te zoeken in de volledige site of in het deel waar de bezoeker zich op dat moment bevindt; , aan de nieuwsrubriek werd een RSS-feed toegevoegd.; , er kan ingeschreven worden op een nieuwsbrief, waarvan een eerste editie eind februari zal verstuurd worden.
actualiteit
7
Hoe werkt het ?
BRUGPENSIOEN BIJ HERSTRUCTURERING Het geval Volkswagen toont aan in welke mate het brugpensioen een veiligheidsklep is om sociale explosies te voorkomen. Het Generatiepact heeft het gebruik van het brugpensioen voor ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering sterk gewijzigd. Een kleine opfrissing.
O
Op dit ogenblik bedraagt de “normale” leeftijd om met brugpensioen te gaan 60 jaar, uitgezonderd indien er een sectorale of bedrijfs-cao bestaat die de leeftijd op 58 jaar brengt. Er bestaat bovendien een mogelijkheid om op 56 jaar op brugpensioen te gaan na 20 jaar nachtarbeid of bij arbeidsongeschiktheid in de bouwsector. Er bestaan nog afwijkende leeftijdsgrenzen in andere sectoren, bijvoorbeeld 55 jaar in de metaalsector. Ook hierin zal het Generatiepact wijziging brengen vanaf 2008, in hoofdzaak voor wat betreft de anciënniteitsvoorwaarde.
In moeilijkheden of herstructurering Komen we aan de ondernemingen in moeilijkheden of in herstructurering die vallen onder de maatregelen voor het actief beheer van herstructureringen. De brugpensioenleeftijd kan er in uitzonderlijke omstandigheden tot 55, 52 of 50 jaar verlaagd worden (na advies van de commissie brugpensioen waarin vertegenwoordigers zitten van de werkgeversorganisaties en de vakbonden). Hij moet zich verplicht inschrijven in de tewerkstellingscel die opgericht wordt in het kader van de herstructurering om beroep te kunnen doen op brugpensioen.
Hij zal er gedurende 6 maanden actief aan moeten deelnemen. Indien hij geen werk vindt gedurende deze periode, zal hij effectief tot het brugpensioen worden toegelaten. Een andere nieuwigheid in het kader van het actief beheer van herstructureringen is dat de bruggepensioneerde beschikbaar zal moeten blijven voor de arbeidsmarkt. Dat betekent dat hij verplicht is in te gaan op een gepaste job die door de VDAB of de BGDA wordt aangeboden. Het ogenblik waarop de herstructurering wordt aangekondigd in de Ondernemingsraad is een belangrijke fase in het proces. Het is op die datum dat men de leeftijdsvoorwaarde beoordeelt in hoofde van de werknemer. Met andere woorden, hij moet op die dag de leeftijd bereikt hebben om op brugpensioen te kunnen vertrekken.
Courant verlies Onder een onderneming in moeilijkheden wordt een bedrijf verstaan dat in de jaarrekeningen van de twee jaar voorafgaand aan de periode waarin de erkenning werd gevraagd een courant verlies voor de belastingen leed, terwijl voor het laatste boekjaar dat verlies het bedrag overschreed van de afschrijvingen en de waardevermindering van de installatiekosten, de vaste en de vlottende activa. In erkende ondernemingen in moeilijkheden kan de brugpensioenleeftijd tot 52 jaar verlaagd worden. In uitzonderlijke omstandigheden en na advies van de commissie brugpensioen kan de leeftijd verder verlaagd worden tot 50 jaar.
Collectief ontslag
De bestaande informatie werd aangepast, uitgebreid en beter ontsloten : de cao’s (collectieve arbeidsovereenkomsten) en de administratieve interpretaties van de bevoegdheidsgebieden van de paritaire comités kunnen nu opgezocht worden via een uitgebreid zoekscherm. Daarnaast werden ook heel wat nieuwe teksten toegevoegd.
Onder een onderneming in herstructurering wordt dan weer een bedrijf verstaan dat overgaat tot collectief ontslag. Voor ondernemingen met meer dan 20 maar minder dan 100 werknemers is er sprake van collectief ontslag indien minstens 10 werknemers betrokken zijn. In ondernemingen met meer dan 100 werknemers moet 10 % onder hen getroffen te zijn. In ondernemingen met minder dan 20 werknemers is er sprake van collectief ontslag indien minstens 6 werknemers ontslagen worden (onderneming met 12 tot 20 werknemers) of minstens 50 % (onderneming met minder dan 12 werknemers). De brugpensioenleeftijd kan verlaagd worden tot 55 jaar in een onderneming die overgaat tot het ontslaan van minstens 10 % van de tewerkgestelde werknemers. De leeftijd kan verlaagd worden tot 52 jaar indien men overgaat tot het ontslaan van minstens 20 % van de werknemers. In uitzonderlijke omstandigheden en na advies van de commissie brugpensioen kan de toegangsleeftijd verlaagd worden tot 50 jaar. V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
8arbeidsrechtbank Verplichtingen werknemer
WAT TE DOEN IN GEVAL VAN ZIEKTE ? Indien een werknemer ziek wordt, kan hij in bepaalde gevallen aanspraak maken op gewaarborgd loon. Hiervoor dienen echter een aantal voorwaarden te worden vervuld. Bovendien is het mogelijk dat de werknemer in bepaalde omstandigheden geen aanspraak kan maken op gewaarborgd loon. In deze bijdrage wordt nagegaan welke verplichtingen de werknemer moet vervullen om aanspraak te maken op gewaarborgd loon in geval van ziekte. 1/ Werkgever verwittigen De werknemer is wettelijk verplicht de werkgever op de hoogte te brengen van zijn arbeidsongeschiktheid. Deze verwittiging moet onmiddellijk gebeuren, dus bij het begin van de arbeidsdag. In bepaalde arbeidsreglementen is trouwens uitdrukkelijk voorzien op welk tijdstip de werknemer moet verwittigen (bv. uiterlijk om 10 uur). In de wetgeving is niet bepaald op welke wijze die verwittiging moet gebeuren, doch in de meeste gevallen zal dat telefonisch zijn. Het is evenwel evident dat de melding de werkgever moet toelaten zich er duidelijk van te vergewissen dat de werknemer door ziekte of ongeval is weerhouden. Het toesturen van een uitsluitend in het Turks opgesteld stuk, vermoedelijk vanuit Turkije, laat de werkgever niet toe zich te vergewissen van de inhoud van dit schrijven (Arbeidsrechtbank Gent, 6 september 1999). De verwittigingsplicht geldt eveneens in geval van verlenging van de arbeidsongeschiktheid. Indien de werknemer niet of laattijdig verwittigt, verliest hij zijn recht op gewaarborgd loon voor de dagen die aan de verwittiging voorafgaan, tenzij in geval van overmacht (bv. plotse hospitalisatie, coma, alleenstaande zonder telefoon). In het arbeidsreglement kunnen desgevallend nog andere sancties ingebouwd zijn.
2/ Indienen medisch attest De Arbeidsovereenkomstenwet zelf voorziet niet in een verplichting tot voorlegging van een medisch attest. Een medisch attest moet slechts afgeleverd worden indien een cao of het arbeidsreglement zulks voorschrijft, of bij gebrek aan dergelijk voorschrift, op verzoek van de werkgever. Het medisch attest maakt melding van de identiteitsgegevens van de werknemer en zijn behandelende geneesheer, de arbeidsongeschiktheid, de vermoedelijke duur van de arbeidsongeschiktheid, en of de werknemer zich met het oog op controle al dan niet naar een andere plaats mag begeven. Dergelijk attest kan afgeleverd worden door geneesheren, tandartsen en vroedvrouwen. De werknemer zendt het medisch attest op of geeft het af op de onderneming binnen 2 werkdagen vanaf de dag van de ongeschiktheid of de dag van ontvangst van het verzoek, tenzij een cao of het arbeidsreglement een andere termijn voorziet. De bepalingen in het arbeidsreglement en de cao hebben dus voorrang op de termijn van twee werkdagen. Onder ‘werkdag’ wordt verstaan, elke dag van de week met uitzondering van zon- of feestdagen, zonder dat V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
effectief rekening wordt gehouden met de concrete situatie in de onderneming of met de arbeidsregeling van de betrokken werknemer. Wordt het attest na de voorgeschreven termijn overgelegd, dan kan aan de werknemer het gewaarborgd loon worden ontzegd voor de dagen ongeschiktheid die de dag van afgifte of verzending van het attest voorafgaan. Wanneer de laattijdige indiening van het attest echter het gevolg is van overmacht, verliest de werknemer niet het recht op gewaarborgd loon (Arbeidshof Luik, 14 november 1983). Hoe dit attest moet worden overgemaakt, is niet voorzien. De wet verplicht de werknemer niet het medisch attest aangetekend te verzenden (Arbeidshof Brussel, 13 december 1988). Het Arbeidshof van Brussel oordeelde bovendien dat het origineel attest niet moet opgestuurd worden, zodat ook een verzending per fax geldig is (Arbeidshof Brussel, 6 december 2004).
Controle arbeidsongeschiktheid De werkgever heeft het recht de arbeidsongeschiktheid te laten controleren gedurende de volledige periode van de arbeidsongeschiktheid, dus ook buiten de periode van het gewaarborgd loon (Hof van Cassatie, 17 januari 1973; Arbeidshof Gent, 10 april 1996). In principe is de werkgever volledig vrij in de keuze van de controlegeneesheer. Nochtans kan deze controle uitsluitend gebeuren door een geneesheer die minstens 5 jaar ervaring heeft als huisarts of een vergelijkbare praktijk. Bij elke opdracht moet de controlearts een verklaring van onafhankelijkheid ondertekenen die dient als garantie dat de controlearts volledig onafhankelijk is van de betrokken werkgever en werknemer. De kosten die verbonden zijn aan het controlerecht vallen volledig ten laste van de werkgever. Deze controle kan zowel bij de werknemer thuis als elders plaatsvinden. Voor werknemers waarvan het medisch attest bepaalt dat zij zich niet naar een andere plaats mogen begeven, moet de controle verplicht thuis gebeuren. Werknemers die zich daarentegen wel naar een andere plaats mogen begeven, zullen zich hetzij op verzoek van de werkgever of de controlegeneesheer hetzij spontaan, zonder dat enig verzoek nodig is, op grond van de bepalingen van hun arbeidsovereenkomst of het arbeidsreglement moeten aanbieden bij de controlegeneesheer (Hof van Cassatie, 25 november 1970). De verplaatsingskosten vallen dan ook ten laste van de werkgever. Ook op zaterdag, zon- of feestdagen of andere inactiviteitsdagen kan de controle plaatsvinden.
arbeidsrechtbank
De controlearts gaat na of de werknemer werkelijk arbeidsongeschikt is, verifieert de waarschijnlijke duur van de arbeidsongeschiktheid en de reden van de arbeidsongeschiktheid zoals ziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval, beroepsziekte, sportongeval. Alle andere vaststellingen vallen evenwel onder het beroepsgeheim. Echter, het beroepsgeheim van de controlegeneesheer heeft uitsluitend betrekking op elementen van medische aard zodat de mededeling van feitelijke gegevens of omstandigheden (bv. de werknemer was op zijn dak aan het werken) aan de werkgever toegelaten is (Arbeidshof Antwerpen, 21 december 1999). Vanaf de datum van het eerste controleonderzoek (en niet vroeger) waartoe de werknemer werd uitgenodigd of de datum van het eerste huisbezoek van de controlegeneesheer kan aan de werknemer het recht worden ontzegd op het gewaarborgd loon met uitzondering van de periode van arbeidsongeschiktheid waarover er geen betwisting is.
Controleweigering De werknemer mag niet weigeren zich aan de controle te onderwerpen. Hij dient alle maatregelen te nemen om de controle mogelijk te maken (Arbeidshof Bergen, 15 januari 1996). Dit betekent bv. dat hij zijn verblijfplaats moet kenbaar maken (Arbeidshof Brussel, 13 juli 1982) of bv. dat hij zijn hond dient te verwijderen wanneer diens aanwezigheid de controle totaal onmogelijk maakt (Arbeidshof Antwerpen, 16 oktober 1986). Ook de werknemer die toelating had van zijn behandelende geneesheer om de woning te verlaten, moet de nodige schikkingen treffen om de controle mogelijk te maken. Dit houdt in dat de werknemer niet de ganse dag afwezig kan blijven en er zich bij zijn thuiskomst moet van vergewissen of er boodschappen in de brievenbus zijn (Arbeidshof Gent, 10 april 1996; Arbeidshof Brussel, 7 februari 2001).
9
De weigering van controle is een feitenkwestie die in geval van betwisting overgelaten wordt aan de soevereine appreciatiebevoegdheid van de arbeidsgerechten. Hoe dan ook ligt de bewijslast bij de werkgever. In de praktijk moet wel vastgesteld worden dat wanneer de werknemer stelt geen oproepingsbrief van de controlegeneesheer in zijn brievenbus te hebben ontvangen, de arbeidsgerechten eerder geloof hechten aan de beweringen van de controlegeneesheer dan aan die van de betrokken werknemer. De controleweigering leidt tot verlies van het gewaarborgd loon en dit van bij de aanvang van de arbeidsongeschiktheid (Hof van Cassatie, 25 november 1970; Arbeidshof Antwerpen, 16 oktober 1986). Volgens sommige arbeidsgerechten kan controleweigering zelfs aanleiding geven tot ontslag om dringende reden (Arbeidshof Antwerpen, 22 oktober 1997; Arbeidshof Luik, 18 januari 1995).
Verlies van het recht op gewaarborgd loon Tot slot is de werkgever geen gewaarborgd loon verschuldigd aan de werknemer indien de arbeidsongeschiktheid te wijten is aan een door hem gepleegde zware fout of indien hij het slachtoffer is van een sportongeval opgelopen naar aanleiding van een lichaamsoefening uitgevoerd tijdens een sportcompetitie of -exhibitie waarvoor de inrichter toegangsgeld ontvangt en waarvoor de deelnemers in om het even welke vorm een loon ontvangen. Het Hof van Cassatie is echter van oordeel dat het feit dat de werknemer een bepaalde chirurgische ingreep heeft laten uitvoeren (sterilisatie) die om een andere reden werd uitgevoerd dan het herstel of het behoud van de gezondheid, niet belet dat hij recht heeft op gewaarborgd loon (Hof van Cassatie, 12 maart 1984). Sofie SCHOCKAERT V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
10 v r o u w e n v a k b o n d VROUW EN VAKBOND Mannen en vrouwen worden in het arbeidsmilieu helaas nog niet gelijkwaardig behandeld. Daarnaast zijn er te weinig vrouwen betrokken in het vakbondsgebeuren. Met Vrouw en Vakbond wil ACLVB het gelijkekansenbeleid helpen ondersteunen. Vrijuit laat opnieuw twee Vrouw vrouwelijke afgevaardigden aan het woord die kozen voor de combinatie van een & Vakbond beroepsloopbaan, een gezinsleven en een mandaat van werknemersafgevaardigde. Mogen ze vrouwelijke ACLVB-leden positief inspireren ! ACLVB – Vrouwen
www.vrouw-en-vakbond.be
Brigitte WOLKE
EEN TEGENMACHT VORMEN “De eerste keer dat ik me kandidaat gesteld heb bij de sociale verkiezingen, was het voor de bescherming”, bekent Brigitte Wolke. “Destijds, in 1995, hingen er afdankingen in de lucht bij Unisys System. De ACLVB was nog niet vertegenwoordigd in het bedrijf. We hebben dus een lijst ingediend en behaalden, met Martine de Groote, twee mandaten ... allebei uitgeoefend door een vrouw dus. Uiteindelijk zijn er niet zoveel ontslagen gevallen als verwacht. Het vakbondsengagement bestaat erin een tegenwicht van de werknemers te vormen tegenover de almacht van de werkgever. Daarom handelen we in gemeenschappelijk front.” Betekent het feit een vrouw te zijn een hinderpaal bij het uitoefenen van het vakbondswerk ? “Die vraag heb ik me eerlijk gezegd nooit gesteld ! De dagtaak van vrouwen zit er inderdaad nog niet op wanneer ze ‘s avonds naar huis gaan, waar het huishouden wacht of als ze gaan sporten of dansen om de stress van zich af te schudden. Nee, wat mij eerder afremt, is de aard van mijn job.” Brigitte Wolke is consultant, wat betekent dat ze bij het cliënteel werkt, soms voor een lange periode. In die omstandigheden is het niet eenvoudig de nodige tijd te vinden voor vakbondswerk.
“Het is moeilijk voor me om tijdens de normale kantooruren mijn arbeidspost te verlaten en de vakbond te promoten binnen het bedrijf. Unisys en de klant verwachten immers een maximale aanwezigheid van me om tijdig de voorgeschreven doelstellingen te behalen.” “Ik verlaat de klant wel even in geval van noodzaak of om bijvoorbeeld bij ontslagen de collega’s bij te staan. Ik doe dat tevens om deel te nemen aan de voorbereidende vergaderingen en de maandelijkse vergaderingen van de Ondernemingsraad.” Evenmin gemakkelijk is het onderhouden van de contacten met de collega’s. “Door het feit dat ik elders werk, ken ik de nieuwe personeelsleden niet snel en de ouderen verdwijnen dan weer op brugpensioen.”. Gedurende lange tijd liet Brigitte de vormingen vallen. “Deze keer heb ik me opnieuw ingeschreven, want ik heb ontdekt dat ik niet altijd meer mee ben met de sociale wetgeving.” Wie op de hoogte wil blijven van een materie die dermate complex is en voortdurend evolueert, moet inderdaad zijn kennis geregeld laten bijspijkeren.
Esther DELCOURT
GEEN TIJD VERLIEZEN AAN FUTILITEITEN Ze controleert de aanwending van de subsidies bij de Nationale Loterij, is goed van de tongriem gesneden en aarzelt niet om het woord te nemen : Esther Delcourt. “In het vakbondswerk stel ik vast dat vrouwen strijdlustiger zijn, problemen echt willen opgelost zien. Ze zijn, in het algemeen uiteraard, minder bekommerd om zichzelf en hebben meer oog voor de sociale en menselijke aspecten van problemen”. Haar ware vakbondsengagement ontstond in 2004, toen de Nationale Loterij voor het eerst sociale verkiezingen moest organiseren. Hoewel ze rotsvast overtuigd is van het nut van V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
vakbonden, blijkt Esther Delcourt de eerste om te vinden dat delegees noodgedwongen veel tijd en energie verspillen aan futiliteiten. “Sommigen creëren bewust onenigheid bij het personeel en tussen de vakbonden, volgens het aloude adagium : verdeel en heers.” Discriminaties jegens vrouwen ? “Neen, we worden behandeld zoals de mannen, zij het dat de directie volkomen uit mannen bestaat.” “Nog dit : een goed vakbondsafgevaardigde houdt zich niet bezig met politieke spelletjes”.
11 2007 : EUROPEES JAAR VAN DE GELIJKHEID VAN KANSEN VOOR ALLEN europa
Op 30 en 31 januari 2007 verzamelden in Berlijn 450 delegees, afkomstig uit alle hoeken van Europa, voor de eerste top van de Gelijkheid. Ze gaven er het startschot van het Europees Jaar van de Gelijkheid van Kansen voor allen.
R
Rechten, vertegenwoordiging, erkenning, respect ... de belangrijkste doelstellingen van het Europees Jaar zullen bestaan in het informeren van de burgers over hun recht op non-discriminatie en op gelijke behandeling, het bevorderen van de gelijkheid van kansen voor allen en het in de verf zetten van de voordelen van diversiteit. De activiteiten die georganiseerd worden in het kader van dit jaar, zullen dus draaien rond vier thema’s. De publieke opinie sensibiliseren omtrent het recht op de gelijkheid van behandeling en op non-discriminatie en omtrent de problematiek van de verschillende discriminaties is daar een eerste van. Tezelfdertijd zal men proberen een debat aan te zwengelen over de mogelijkheden om de maatschappelijke deelname te versterken van de groepen die het slachtoffer zijn van discriminatie, evenals een evenredige deelname van mannen en vrouwen. Tijdens het Jaar zal ook werk gemaakt worden van het betrekken van het grote publiek bij een open debat over de zin van diversiteit in het Europa van vandaag en de manier om de verschillen in de maatschappij te valoriseren. Tot slot zullen tijdens het Jaar volop inspanningen geleverd worden om de publieke opinie en de betrokken personen te sensibiliseren omtrent het belang van het overboord gooien van clichés, stereotypen en geweld en van het voorrang geven aan goede relaties tussen alle geledingen van de maatschappij en in het bijzonder bij de jongeren. Het zal ook gericht zijn op het bevorderen en verspreiden van de waarden van de gelijkheid van behandeling en van de strijd tegen de discriminatie.
Op het internet Teneinde resultaten op het terrein te behalen en zoveel mogelijk mensen te bereiken, zal de campagne van het Europees Jaar van de Gelijkheid van Kansen sterk gedecentraliseerd worden en zullen honderden activiteiten georganiseerd worden op alle niveaus. In dat verband zal de website http://ec.europa.eu/employment_social/eyeq/index.cfm die speciaal gewijd is aan dit Jaar informatie verstrekken over de activiteiten voor de burgers, verslag uitbrengen van de verschillende gerealiseerde projecten en het oprichten van netwerken ondersteunen. Een goede zichtbaarheid op het internet zou ook moeten toelaten om effecten op lange termijn te creëren en ideeën aan te reiken voor het nieuwe programma van de Europese Unie voor werkgelegenheid en solidariteit (PROGRESS) dat activiteiten op het vlak van de gelijkheid en de non-discriminatie zal financieren in de periode 2007-2013.
gelen worden genomen in de strijd tegen de discriminatie. Nochtans hebben al heel wat initiatieven waarbij partners betrokken worden vanuit diverse hoek, het levenslicht gezien, met name in België. Zo heeft de ACLVB, via de nationale werkgroep belast met de strijd tegen discriminatie, actief meegewerkt aan de totstandkoming van een brochure getiteld “Overzicht van de initiatieven voor de bevordering van de diversiteit op de Belgische arbeidsmarkt”. Dat document geeft in zekere zin een overzicht van de instrumenten die de werkgevers en de werknemers kunnen aanwenden bij het invoeren van een diversiteitsbeleid in de onderneming. In de stroom van wat reeds in 2006 op het getouw werd gezet in België en in Europa, zullen nog andere initiatieven het licht zien in 2007 teneinde te strijden tegen discriminatie en vooral het grote publiek beter te informeren. Verwijzen we bijvoorbeeld naar de stop-discriminatie-truck die Europa verder zal doorkruisen, een persprijs voor de beste campagne tegen discriminatie, een fotowedstrijd of nog de verdere uitbreiding van de website gewijd aan de campagne (www.stop-discrimination.info). De zaken evolueren dus in de goede zin. Hopelijk draagt ieder van ons zijn steentje bij.
De winnende affiche van de wedstrijd “Breaking Stereotypes” die in 2006 georgniseerd werd voor de studenten aan de Europese kunstacademies.
Dienst Europa
De logo’s van het Europese jaar en de Campgne tegen discriminatie.
Een zaak van allen Volgens een recente enquête, gerealiseerd in de aanloop naar het Europees Jaar van de Gelijkheid van Kansen voor allen, is een groot deel van de Europeanen (51 %) van oordeel dat in hun land te weinig maatreV R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
12 v e r b r u i k
SEPA, AN ACCIDENT WAITING TO HAPPEN ? Na de invoering van de euro in 2002, komt Europa opnieuw met een ambitieuze visie op het vlak van betalingen. In lijn met de Lissabon-agenda en de verdere uitbouw van een Europese Interne Markt, is het de bedoeling een gemeenschappelijk eurobetalingsgebied te creëren: SEPA (Single Euro Payment Area). Los van enig standpunt hieromtrent, leek het ons nuttig een eerste informatie te geven. Want als alles goed loopt, moet SEPA op 1/1/2008 al een feit zijn.
J
Januari 2002 was een mijlpaal voor Europa. Vanaf dat historische moment werd het mogelijk tussen de 12 landen van het eurogebied contante betalingen te verrichten met één enkele valuta, de euro, net zo gemakkelijk als met de vroegere nationale biljetten en munten. Zoals bij elke verandering van formaat is het heel belangrijk dat alle spelers zich betrokken voelen. Tal van acties en infocampagnes werden op poten gezet, een wedstrijd werd uitgeschreven, opleidingen georganiseerd, websites gelanceerd, ... Kortom, iedereen sprong wel ergens mee op de eurotrein : optimisme alom en vooral bij iedereen!
SEPA is een heel ander verhaal Het objectief is veelbelovend, maar de praktische uitwerking en vooral de betrokkenheid van alle spelers laat te wensen over! De filosofie is simpel : de vervolmaking van de interne markt zal pas voltooid zijn als ook de girale betalingen geharmoniseerd worden. Concreet betekent dit dat particulieren en onderneV R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
mingen de mogelijkheid moeten hebben binnen het gehele eurogebied girale betalingen te verrichten vanaf één enkele betaalrekening. Dit alles op net zo gemakkelijke, efficiënte en veilige wijze als thans mogelijk op nationaal niveau. Elke burger die al eens een buitenlandse overschrijving gedaan heeft weet dat dit omslachtiger is dan een binnenlandse overschrijving. Tot voor kort was dit ook kostelijker. Bij veelvuldig gebruik opteerde de consument dan ook meestal om een rekening in het buitenland te openen, met dito kosten. Sedert de Europese verordening 2560/2001 is dit prijsprobleem echter opgelost. Deze verordening bepaalt dat de prijs van euro-overschrijvingen en eurobetalingen per kaart voor alle landen uit de eurozone dezelfde moet zijn. Wat kan dan nog de meerwaarde zijn van een eengemaakte betaalmarkt ? Dergelijke projecten moeten we steeds in een toekomstperspectief bekijken. We kunnen er niet omheen, de cijfers bewijzen de alomtegenwoordige gedragsverandering; elektronische betalingen nemen de overhand op de cashbetalingen. Als we de cijfers moeten geloven circuleren in het
verbruik
eurogebied meer dan 350 miljoen kaarten, die samen goed zijn voor 12 miljard betalingen per jaar en 6 miljard geldafhalingen per jaar. De opmars van elektronische betaalen bankverrichtingen volgt gewoon dezelfde stroom van onze ‘digitaliserende maatschappij’.
Belgisch betaalsysteem Niemand staat er echt bij stil hoe dit nu allemaal in zijn werk gaat. Voor de consument is het vooral het resultaat dat telt en tot nu toe regelt elk land in de EU zijn betaalzaken apart, via een nationaal systeem. En we moeten toegeven; ons Belgisch betaalsysteem mag gezien worden. Ons klein Belgenland beschikt namelijk over een van de meest moderne en performante markten voor het betalingsverkeer en is daarom al jaren hiervan één van de pioniers. Deze aanpak heeft er dan ook voor gezorgd dat we ook een van de snelste en goedkoopste leerlingen ter wereld zijn. Om maar een aantal troeven op te noemen; de uniformisering zoals de rekeningnummers met 12 cijfers of uniforme documenten zoals overschrijvingen, uitbouw van betaalterminals en geldautomaten over het ganse grondgebied, ... Maar toch moeten we verder durven kijken dan het enkel naar het resultaat. Uit een recent rapport van de EU-commissie, blijkt dat er nog veel verbeteringen mogelijk zijn. De concurrentie tussen banken blijft beperkt en dus betalen de consumenten wellicht te veel voor hun elementaire bankdiensten én voor het gebruik van betaalkaarten en betaalsystemen. Ook de ‘primus’ België kent een aantal pijnpunten ... De belangrijkste pijnpunten zijn de fragmentarisering van de markt, de prijsrigiditeit en de afwezigheid van mobiliteit van de klanten. Of vertaald betekent dit dat elke instelling (of toch zeker elk land) een beetje haar eigen regels hanteert, dat de prijs niet direct de markt volgt en eerder berust op afspraken (als 1 bank haar basisrente wijzigt, volgt de rest...) en dat elke klant tenslotte gemiddeld levenslang bij dezelfde bank blijft. Op die manier is de concurrentie natuurlijk heel ver te zoeken. Als we er dan ook nog het quasi-monopolie van een aantal internationale betaalsystemen bijtellen (VISA, Maestro, Mastercard) is de cirkel rond.
Gemeenschappelijke instrumenten SEPA zou hier dus een mogelijk antwoord kunnen bieden. Naast het verbeteren van de efficiëntie van grensoverschrijdende betalingen, richt het zich tevens op het ontwikkelen van gemeenschappelijke instrumenten, standaarden, procedures en infrastructuren teneinde tot substantiële schaalvoordelen te komen. Dit kader moet het dan ook mogelijk maken verschillende (en vooral nieuwe) spelers op de markt toe te laten, zodat de concurrentie kan spelen en zo ook het consumentensurplus vergroten. Een adequate en vooruitstrevende regelgeving zal hiervoor primordiaal zijn. Als SEPA gelijkstaat met een transparanter en meer concurrentiële banksector, dan zijn we uiteraard vóór. (Want toegegeven, voor grensoverschrijdende betalingen die slechts 2 percent uitmaken van het betaalverkeer, moeten we toch geen dergelijke aardverschuivende maatregelen nemen ?) Maar dan lijkt de deadline toch wel overschat ! Want hoezeer de achterliggende filosofie als muziek in de oren klinkt, de overgangsfase zal niet zonder slag of stoot gaan. Denk bv. aan de verplichte IBAN en BIC code, waardoor je in totaal 24 karakters zal moeten ingeven bij een overschrijving, ook zullen heel wat bankkaarten moeten vervangen worden, terminals aangepast, om nog niet over gewijzigde tarieven te spreken ... Intuïtief kan je aanvoelen dat als je 27 landen op dezelfde lijn moet krijgen, de beste leerlingen zullen moeten inleveren ten koste van landen die minder ver staan. Anderzijds zullen we allemaal meegenieten van een verbeterd systeem, concurrentiëler, transparanter en dus ook beter controleerbaar. Vertaald betekent dat dus zeker en vast goedkoper ! Iedereen heeft natuurlijk zijn eigen verhaal, en op korte termijn zullen er zeker een aantal kosten moeten verteerd worden, maar op lange termijn moet iedereen erbij winnen. Als consumentenstem in dit debat zullen wij er vooral op toezien dat niet enkel de kosten, maar zeker ook de opbrengsten eerlijk verdeeld worden. Want als er één waarheid eens eindelijk de wereld uit moet, dan is het deze : “De bank wint altijd”.
13
Het Belgische formulier voor SEPA-overschrijvingen moet vanaf 1 januari 2008 gebruikt worden voor grensoverschrijdende overschrijvingen. Vanaf januari 2011 wordt ook het gewone overschrijvingsformulier hierdoor vervangen.
Caroline JONCKHEERE V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
14 b e d r i j v i g EURO GIFTS BELGIUM Wervik Het bedrijf is ontstaan begin de jaren '70 en gegroeid tot een van de belangrijkste leveranciers van bedrukte publiciteits-, relatie- en eindejaarsgeschenken, met als grootste specialiteit de kogelpen. Om te voldoen aan de eisen van de klanten, is de service een van de grootste pluspunten van Euro Gifts. Daarvoor zijn alle technieken van het personaliseren aanwezig, nl. zeefdruk, tampondruk, transfert, broderie, lasergravure, … Met zijn commerciële vestigingen in Nederland en Frankrijk en vertegenwoordiging in Groot-Brittannië is de firma Euro Gifts een Europees begrip op de markt van relatiegeschenken. De cataloog - met een oplage van honderdduizenden per jaar - is terug te vinden in vele firma’s, instellingen, verenigingen, … Bij de campagne in het kader van de sociale verkiezingen van 2004 mocht Euro Gifts voor de ACLVB als hoofdleverancier leveren. De vestiging in Wervik is representatief voor de ganse firma, want daar is zowel de volledige administratie, pre-press, voorraad en productie aanwezig. Via de website kan er optimaal kennis genomen worden van de activiteiten, mogelijkheden, contacten, … In 2000 waren de sociale verkiezingen een unieke kans om te starten met het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk. Met een beperkte ACLVB-vertegenwoordiging werden toch een drietal kandidaten op de lijst geplaatst, namelijk Yves Overbergh (rechtstreeks verkozen), Marijke Dumortier en Lydia Caveye. Er kon een waardevolle syndicale werking opgericht worden die vele positieve resultaten wist te bereiken voor de werknemers, en met de sociale verkiezingen in 2004 werd de inzet van voornoemde personen terug beloond met een rechtstreeks verkozene. De verkozen ACLVB-delegatie is duidelijk aanwezig op de firma, zowel voor arbeiders als voor bedienden en heeft tot op heden prachtig werk geleverd om de sociale omstandigheden op het werk te verbeteren. GD
Sociale verkiezingen
CURSUS “OPNIEUW OP WEG !” De voorbereiding van sociale verkiezingen start niet een week voordien, maar verdient voortdurende aandacht en vereist de nodige motivatie. Opkomen bij de sociale verkiezingen vergt moed en vereist misschien wel een of andere strategie. Wie dit in 2008 opnieuw wil proberen, is welkom op deze cursus !
Wat ? Een 5-daagse cursus met overnachtingen in Oostende (Ostend Hotel) van 12 tot 16 maart ‘07. Voor wie ? Alle werknemers verkozen in 2000, niet in 2004 en van plan zich terug kandidaat te stellen in 2008. Geïnteresseerd ? Neem vlug contact op met : Werknemerswelzijn tel.: 09-24.23.967 e-mail :
[email protected]
ZUID-WEST-VLAANDEREN Geslaagde cursus computer en Internet voor beginners te Menen Eindelijk, het was zover. De computer- en Internetcursus voor beginners werd opgestart in Menen. Het was één groot succes. Waarschijnlijk zal de cursus volgend cursusjaar opnieuw aangeboden worden. Iedereen die deze cursus gevolgd heeft, houdt er een goed gevoel aan over. De deelnemers zijn er veel slimmer uitgekomen, maar door het vele denkwerk zijn er wel enige “misvormingen” zichtbaar (zie foto). Gelukkig zat enkele uren later alles terug op zijn plaats. Ook bedankt aan de lesgevers van dienst. Doe zo verder ! GD V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
LVL
bedrijvig
15 Zoals elke maand komen de afgevaardigden van AXA en Winterthur bijeen om een debriefing te doen over alles wat besproken werd in de verschillende overlegorganen (CPBW, OR en SD). De maatregelen uit het plan voor de geografische mobiliteit werden gedetailleerd.
Integratie AXA-Winterthur
VOORAKKOORD GEOGRAFISCHE MOBILITEIT Bij de integratie van Winterthur in AXA is het dossier over de geografische mobiliteit van de werknemers een van de grote openstaande dossiers. Het voorakkoord behandelt thema’s als beroepsmobiliteit binnen de onderneming en het woonwerkverkeer.
men zouden worden volgens de procedure in cao nr. 32 bis, zoals het hoort, maar dat ze bovendien zouden kunnen blijven genieten van alle bestaande akkoorden in hun onderneming en die niet gedekt zijn door de bewuste cao.” De discussies zijn niet eenvoudig in die zin dat het de volledige syndicale delegatie is die onderhandelt, zijnde 80 afgevaardigden van AXA Belgium, AXA Bank en Winterthur Belgium.
Tijdens de herstructureringen die gepaard gingen met de concentratie in de verzekeringssector zijn de werknemers gewoon geworden te kunnen genieten van min of meer gunstige vertrekregelingen. Dat van AXA is nog niet volledig afgerond. “Veel collega’s zijn vragende partij”, zegt hoofdafgevaardigde Dominique Calistri. “Ze kunnen niet allemaal vertrekken, want ze zijn nodig om de onderneming draaiende te houden. Bovendien heeft het Generatiepact de mogelijkheden flink beperkt.” Er moet blijk gegeven worden van verbeeldingsvermogen binnen het kader van de bestaande wetgeving, het tijdskrediet en de cao nr. 17.
Werkgarantie
Verhuis In afwachting hebben de onderhandelaars van de ACLVB het voorakkoord over de geografische mobiliteit voorgesteld. De werknemers die individueel of omdat hun ganse dienst verhuist, moeten veranderen van arbeidsplaats, zullen compensaties krijgen onder de vorm van geld en tijd. AXA heeft beslist om diegenen die voorkeur geven aan het openbaar vervoer, carpooling of gebruik maken van de fiets of de motor om naar het werk te komen, financieel te bevoordelen. De langere duur van het traject zal gecompenseerd worden door bijkomende verlofdagen. Er zijn ook andere compensaties voorzien voor de bijkomende kosten voor kinderopvang en er is een tussenkomst in de verhuiskosten voor diegenen die aanmerkelijk dichter bij hun nieuwe werkplek gaan wonen.
Natuurlijk, zoals bij elke fusie, opslorping, integratie of wat men het ook noemt, creëert het een zekere vrees bij het personeel. De ontslagen hebben de hogere kaders geraakt omwille van een dubbele invulling van functies. “Er is geen onderscheid gemaakt tussen de mensen van AXA of Winterthur”, bevestigt Dominique Calistri. “De directie heeft gekozen voor de meest competente personen om de functies in kwestie in te vullen.” Het personeel heeft een werkgarantie tot 31 december 2009 tegen ontslagen om technische of economische redenen. Het werkgelegenheidsakkoord heeft stricto sensu geen betrekking op het globale volume na de integratie. De Syndicale Delegatie heeft het principe aanvaard dat het aantal jobs kan variëren naargelang de economische omstandigheden. Daarentegen moet elke variatie het onderwerp uitmaken van onderhandelingen om sociaal aanvaardbare oplossingen te vinden (interne herklassering, brugpensioen …). Vandaar het belang om een weldoordacht vertrekplan op punt te stellen.
Volledig Van bij aanvang van het integratieproces, eind oktober 2006, heeft de ploeg ACLVB-afgevaardigden bij AXA en Winterthur geen snipperdag genomen. Ze waren de eerste en de enigen om tegenvoorstellen te doen in november. “Alle discussies verlopen in een sereen klimaat”, erkent hoofdafgevaardigde Nadine Vranken. “Van bij de start hebben wij gevraagd dat de mensen van Winterthur overgenoV R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
16 d o s s i e r TUSSENKOMST VAN DE WERKGEVER IN DE VERPLAATSINGSKOSTEN VOOR WOON-WERKVERKEER
De werkgever is verplicht tussen te komen in de kosten die u maakt voor uw verplaatsingen van en naar het werk. De fiscus probeert natuurlijk ook een graantje hiervan mee te pikken.
H
Het woon-werkverkeer slaat op de verplaatsingen die u doet tussen uw woonplaats en uw werkplaats. Het traject tussen verschillende werkplaatsen valt hierbuiten. De regels kunnen soms verschillen per sector, beroep, statuut of frequentie van de verplaatsingen.
Weg naar het werk
Voor bepaalde beroepen is het moeilijk te bepalen wat nu de exacte werkplaats is, bijvoorbeeld voor bejaardenhelpers of leraars die op verschillende plaatsen lesgeven... De wet voorziet dat het moet gaan om een vaste werkplaats. In het geval van bejaardenhelpers is er dan ook geen sprake van woon-werkverkeer. De situatie in de bouwsector is een totaal andere constructie. Werven worden wel beschouwd als een vaste werkplaats waardoor het traject tussen woonplaats en werf beschouwd wordt als werktraject. Dit vormt echter de uitzondering die de regel bevestigt. Indien u gebruikmaakt van het openbaar vervoer (trein, tram, bus, metro), dan is uw werkgever ertoe gehouden om tussen te komen in de verplaatsingskosten. Daarenboven kennen bepaalde sectoren een vergoeding voor de verplaatsingskosten toe indien een privétransportmiddel wordt gebruikt.
Openbaar vervoer Geniet ik automatisch van een tussenkomst in mijn onkosten door mijn werkgever wanneer ik het openbaar vervoer gebruik om naar het werk te gaan ? V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
Arbeiders en bedienden met een abonnement of een verklaring waaruit het regelmatig gebruik van het openbaar vervoer blijkt, hebben recht op een financiële tegemoetkoming. Hoeveel bedraagt de tegemoetkoming ? Het bedrag hangt af van het aantal kilometer dat wordt afgelegd en van het type van openbaar vervoer : trein, tram, metro, bus of een combinatie ervan. In de tabel hiernaast geven we een aanduiding van de verplichte tegemoetkoming van de werkgever. Die is echter vrij om daarbovenop nog een bijkomende tegemoetkoming te doen.
Trein De bedragen van de tussenkomst zijn zoals gezegd afhankelijk van het aantal afgelegde kilometer en komen neer op gemiddeld 60 % van de prijs van het abonnement (zie tabel, geldig vanaf 01/02/2007). De vermelde tarieven hebben betrekking op het wekelijks, maandelijks, trimestrieel en jaarlijks abonnement en de Railflex-kaart. Die kaart biedt deeltijdse werknemers vijf heen- en terugritten in een periode van 15 kalenderdagen. De vermelde week- en maandtarieven gelden eveneens voor een gemengd parcours (NMBS en bus, tram of metro). In dat geval zijn de afstanden van het treinverkeer beperkt tot maximum 150 kilometer. Voor langere afstanden hanteert de NMBS hetzelfde tarief als dat voor 150 kilometer. Let wel : onder afstand wordt hier de enkele afstand tussen station van vertrek en station van aankomst verstaan; het tarief van de treinkaart en de daarmee overeenstemmende tussenkomst slaan daarentegen op de heen- én terugreis.
dossier WERKGEVERSTUSSENKOMST IN DE TREINKOSTEN (BEDRAGEN IN €) AFSTAND
TREINKAART
TREINKAART
TREINKAART
IN KM
VOOR 1 WEEK
VOOR 1 MAAND
VOOR 1 JAAR
0-3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 - 33 34 - 36 37 - 39 40 - 42 43 - 45 46 - 48 49 - 51 52 - 54 55 - 57 58 - 60 61 - 65 66 - 70 71 - 75 76 - 80 81 - 85 86 - 90 91 - 95 96 - 100 101 - 105 106 - 110 111 - 115 116 - 120 121 - 125 126 - 130 131 - 135 136 - 140 141 - 145 146 - 150 151 - 155 156 - 160 161 - 165 166 - 170 171 - 175 176 - 180 181 - 185 186 - 190 191 - 195 196 - 200
4,80 5,30 5,70 6,00 6,40 6,80 7,10 7,50 7,90 8,30 8,70 9,00 9,40 9,80 10,20 10,50 11,00 11,30 11,70 12,10 12,60 12,90 13,30 13,70 14,10 14,50 14,70 15,30 16,00 17,10 18,20 19,20 20,40 21,70 22,80 23,60 24,20 25,50 26,00 27,50 28,50 30,00 31,50 32,50 34,00 35,00 36,50 38,00 39,00 40,50 41,50 42,50 44,00 45,50 46,50 48,50 49,50 51,00 52,00 53,00 54,00 55,00 56,00 58,00 59,00 60,00
16,00 17,40 18,80 20,20 21,30 22,40 23,80 24,90 26,00 27,50 29,00 30,00 31,00 32,50 34,00 35,50 36,50 38,00 39,00 40,00 42,00 43,00 44,50 45,50 47,00 48,00 49,50 51,00 53,00 57,00 61,00 64,00 68,00 72,00 76,00 79,00 81,00 84,00 87,00 92,00 96,00 100,00 104,00 108,00 113,00 117,00 121,00 126,00 130,00 134,00 139,00 143,00 147,00 152,00 156,00 162,00 164,00 168,00 172,00 176,00 180,00 184,00 188,00 192,00 197,00 201,00
45,00 48,50 53,00 57,00 60,00 63,00 67,00 70,00 74,00 77,00 81,00 85,00 88,00 92,00 95,00 99,00 102,00 106,00 109,00 113,00 117,00 120,00 124,00 128,00 131,00 135,00 138,00 142,00 148,00 159,00 170,00 180,00 192,00 202,00 212,00 220,00 226,00 235,00 243,00 256,00 267,00 279,00 292,00 303,00 316,00 327,00 339,00 351,00 363,00 377,00 388,00 400,00 412,00 424,00 435,00 452,00 459,00 470,00 482,00 493,00 504,00 516,00 527,00 539,00 550,00 561,00
RAILFLEX
161,00 175,00 189,00 201,00 213,00 225,00 237,00 249,00 263,00 275,00 290,00 302,00 314,00 328,00 340,00 352,00 366,00 378,00 391,00 404,00 418,00 430,00 443,00 457,00 469,00 482,00 494,00 507,00 531,00 569,00 607,00 644,00 683,00 720,00 759,00 786,00 809,00 838,00 869,00 913,00 955,00 997,00 1.041,00 1.083,00 1.127,00 1.168,00 1.212,00 1.256,00 1.298,00 1.345,00 1.385,00 1.428,00 1.473,00 1.514,00 1.555,00 1.614,00 1.639,00 1.679,00 1.720,00 1.761,00 1.802,00 1.843,00 1.883,00 1.924,00 1.965,00 2.005,00
AFSTAND IN KM 0-3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 - 33 34 - 36 37 - 39 40 - 42 43 - 45 46 - 48 49 - 51 52 - 54 55 - 57 58 - 60 61 - 65 66 - 70 71 - 75 76 - 80 81 - 85 86 - 90 91 - 95 96 - 100 101 - 105 106 - 110 111 - 115 116 - 120 121 - 125 126 - 130 131 - 135 136 - 140 141 - 145 146 - 150 151 - 155 156 - 160 161 - 165 166 - 170 171 - 175 176 - 180 181 - 185 186 - 190 191 - 195 196 - 200
PER WEEK 8,60 9,40 10,10 10,80 11,40 12,10 12,70 13,40 14,00 14,70 15,30 15,90 16,60 17,20 17,90 18,50 19,20 19,80 20,50 21,10 21,80 22,40 23,10 23,70 24,40 25,00 25,50 26,50 27,50 29,00 30,50 32,00 33,50 35,50 37,00 38,00 39,00 40,50 42,00 43,50 45,50 47,50 49,50 51,00 53,00 55,00 57,00 59,00 61,00 63,00 64,00 66,00 68,00 70,00 72,00 75,00 76,00 78,00 80,00 81,00 83,00 85,00 87,00 89,00 91,00 93,00
17
PRIJS VAN DE TREINKAART PER PER PER DEELTIJDS MAAND TRIMISTER JAAR 28,50 80,00 287,00 9,50 31,00 87,00 312,00 11,00 33,50 94,00 337,00 12,20 36,00 101,00 359,00 13,20 38,00 107,00 381,00 14,10 40,00 113,00 402,00 14,80 42,50 119,00 424,00 15,50 44,50 125,00 445,00 16,10 46,50 131,00 467,00 16,70 49,00 137,00 488,00 17,30 51,00 143,00 510,00 17,90 53,00 149,00 532,00 18,50 55,00 155,00 553,00 19,10 57,00 161,00 575,00 19,60 60,00 167,00 596,00 20,20 62,00 173,00 618,00 20,70 64,00 179,00 640,00 21,30 66,00 185,00 661,00 21,80 68,00 191,00 683,00 22,40 70,00 197,00 704,00 22,90 73,00 203,00 726,00 23,40 75,00 209,00 747,00 24,00 77,00 215,00 769,00 24,50 79,00 221,00 791,00 25,00 81,00 227,00 812,00 25,50 83,00 233,00 834,00 26,00 86,00 239,00 855,00 26,50 88,00 246,00 877,00 27,00 91,00 255,00 912,00 28,00 97,00 270,00 965,00 30,00 102,00 285,00 1.018,00 31,50 107,00 300,00 1.071,00 33,00 112,00 315,00 1.124,00 34,50 118,00 330,00 1.177,00 36,00 123,00 344,00 1.230,00 37,50 127,00 355,00 1.268,00 39,00 131,00 365,00 1.305,00 40,50 134,00 376,00 1.343,00 41,50 139,00 390,00 1.393,00 43,50 146,00 408,00 1.456,00 46,00 152,00 425,00 1.519,00 48,00 158,00 443,00 1.582,00 50,00 164,00 461,00 1.645,00 53,00 171,00 478,00 1.708,00 55,00 177,00 496,00 1.770,00 57,00 183,00 513,00 1.833,00 59,00 190,00 531,00 1.896,00 61,00 196,00 548,00 1.959,00 63,00 202,00 566,00 2.022,00 65,00 208,00 584,00 2.085,00 67,00 215,00 601,00 2.147,00 68,00 221,00 619,00 2.210,00 70,00 227,00 636,00 2.273,00 72,00 234,00 654,00 2.336,00 74,00 240,00 672,00 2.399,00 75,00 249,00 696,00 2.487,00 77,00 252,00 707,00 2.525,00 259,00 724,00 2.587,00 265,00 742,00 2.650,00 271,00 760,00 2.713,00 278,00 777,00 2.776,00 284,00 795,00 2.839,00 290,00 812,00 2.902,00 296,00 830,00 2.965,00 303,00 848,00 3.027,00 309,00 865,00 3.090,00 -
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
18 d o s s i e r In bepaalde sectoren werd de werkgeverstussenkomst verhoogd : , terugwinning van papier (Paritair Comité 142.03) : 100 % van de treinkaart; , petroleumnijverheid en -handel (PC 211 en PC 117) : 100 % van de treinkaart; , Bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk (PC 214) : 100 % voor bedienden in overbruggingsploegen; , Hotelbedrijf (PC 302) : 70 % van de treinkaart; , Grote kleinhandelszaken (PC 311) : 66 % van de treinkaart; , Warenhuizen (PC 312) : 66 % van de treinkaart ; , Tandprothese (PC 305.03) : 100 % van de treinkaart.
Bus-tram-metro Om recht te hebben op een werkgeversbijdrage in de prijs van uw abonnement, moet de afstand tussen de vertrek- en eindhalte minstens 5 km bedragen (sommige sectoren wijken af van die voorwaarde). Wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, is de werkgeverstussenkomst gelijk aan de tussenkomst in de prijs van een treinabonnement voor dezelfde afstand, zonder echter 60 % van de werkelijke vervoerprijs te overschrijden. Is de prijs daarentegen een eenheidsprijs - ongeacht de afstand dan wordt de tussenkomst van de werkgever forfaitair vastgesteld en bedraagt ze 56 % van de effectief door de werknemer betaalde prijs. Dit zonder het bedrag van de werkgeverstussenkomst in de prijs van een trein-abonnement voor een afstand van 7 kilometer te overschrijden. Gecombineerd gemeenschappelijk openbaar vervoer Indien u gebruikmaakt van een combinatie van de trein en een of meer andere middelen van openbaar vervoer en u heeft slechts één vervoerbewijs voor de volledige afstand zonder dat in dit vervoerbewijs een onderscheid wordt gemaakt per gemeenschappelijk openbaar-vervoermiddel, dan zal de bijdrage van uw werkgever gelijk zijn aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart.
N
Worden er verschillende vervoerbewijzen afgeleverd, dan wordt de bijdrage van de werkgever als volgt berekend : voor ieder afzonderlijk vervoermiddel wordt de tussenkomst bepaald volgens de specifieke regels (zie hierboven) en de verschillende bijdragen worden opgeteld.
Individuele vervoermiddelen We hebben nu de regels gezien voor verplaatsingen met het openbaar vervoer. Maar hoe zit het indien u de wagen, de moto of de fiets gebruikt om naar het werk te gaan ? Hebt u dan recht op een tussenkomst van de werkgever ? Dat is afhankelijk van de situatie. De tussenkomst moet voorzien zijn in een collectieve of individuele overeenkomst. Die verschillen echter sterk. Er is echter geen enkele verplichting. Contacteer uw bestendig secretaris of verantwoordelijke syndicale ondersteuning indien u wil weten of uw bedrijf of sector in een dergelijke tussenkomst voorziet. Hetzelfde geldt voor diegenen die slechts sporadisch gebruik maken van het openbaar vervoer. Stel dat u recht heeft op een tussenkomst, hoe groot is die tussenkomst dan ? Ook hier hangt alles af van geval tot geval. Er bestaat geen algemene minimumvergoeding. Vaak wordt rekening gehouden met de afstand tussen de woonplaats en het werk en de barema’s die door de werkgever worden gehanteerd bij tussenkomt in het treinabonnement. In andere gevallen baseert men zich op de tarieven die van toepassing zijn bij ambtenaren. Tot slot : moeten er sociale bijdragen betaald worden op de tussenkomst door de werkgever ? In principe niet, tenminste voor zover de tussenkomst van de werkgever niet als buitensporig hoog wordt beoordeeld. In dat geval loopt u het risico dat de tussenkomst wordt beschouwd als een verdoken vorm van verloning die onderhevig is aan de afhouding van sociale bijdragen.
VERPLAATSINGEN VOOR HET WERK Na de regels met betrekking tot het woon-werkverkeer onder de loep te hebben genomen, richten we onze aandacht op de verplaatsingen die door de werknemer voor rekening van de werkgever gedaan worden met zijn privé-voertuig. De kilometervergoeding die u ontvangt voor het gebruik van uw voertuig voor professionele doeleinden wordt doorgaans niet beschouwd als voordeel van alle aard. Het wordt gezien als een beroepskost die door de werkgever wordt terugbetaald. Daardoor worden deze vergoedingen niet onderworpen aan socialezekerheidsbijdragen en vormen ze geen belastbaar beroepsinkomen. Tenzij het natuurlijk gaat om buitensporige bedragen die kunnen aanzien worden als verdoken loon. Om in aanmerking te komen als werkelijke beroepskost, moet niet alleen de echtheid, maar ook het bedrag en het professioneel karakter ervan worden gerechtvaardigd. De vergoeding moet ofwel overeenstemmen met de werkelijk gemaakte kosten, ofwel is het een forfaitair bedrag dat vastgelegd is bij overeenkomst, ofwel een bedrag gebaseerd op het tarief dat de Staat toekent aan zijn personeel. Dat is momenteel bepaald op € 0,2910 per kilometer, ongeacht de fiscale PK van de wagen.
En de belastingen ? De werkgeverstussenkomst in de verplaatsingsonkosten voor het woonwerkverkeer is in principe belastbaar. U kan het bedrag van de tussenkomst trouwens terugvinden op de fiscale fiche 281.10. In bepaalde gevallen bestaat er evenwel een gedeeltelijke of gehele vrijstelling. Indien u zich met de wagen verplaatst, geniet u van een nietbelastbaar bedrag van 160 euro, voor zover u niet uw werkelijke kosten aangeeft. V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
Indien u zich verplaatst met het openbaar vervoer, is de werkgeverstussenkomst in zijn geheel vrijgesteld, voor zover die de kosten gemaakt door de werknemer niet overschrijdt. Heeft u een abonnement, dan zal u overigens een attest van de openbaarvervoermaatschappij ontvangen om bij uw belastingaangifte te voegen. Indien u gebruikmaakt van gemeenschappelijk vervoer georganiseerd door de werkgever, dan is de tussenkomst vrijgesteld van belastingen voor een maximumbedrag gelijk aan de prijs voor een abonnement in eerste klas voor een zelfde afstand. Combineert u verschillende vervoermiddelen, dan moet de vrijstelling van de werkgeverstussenkomst gebaseerd worden per transportmiddel. Indien u zich met de wagen naar het werk begeeft, kan het interessant zijn om uw werkelijke kosten aan te geven. Concreet kan u € 0,15 per km woon-werkverkeer, vermenigvuldigd met het aantal werkdagen per jaar aftrekken. De kosten zelf moeten niet bewezen worden, wel het effectief gebruik van de wagen en de afgelegde kilometers. Merken we nog op dat de kosten voor gsm en financiering niet inbegrepen zijn in het forfait en apart in rekening gebracht kunnen worden. Voor de andere vervoermiddelen (te voet, per fiets, per trein, …) kan u eveneens € 0,15 per kilometer aanrekenen, maar slechts voor maximum 100 km enkele reis. Als u kan bewijzen dat de werkelijke kosten verbonden aan andere vervoermiddelen dan de auto hoger liggen, kunnen die hogere kosten (bv. voor moto, trein 1ste klas) worden ingebracht. Dit systeem is eveneens van toepassing in geval van carpooling. In dat geval kan elk van de meerijdenden € 0,15 per km (tot 100 km enkel) inbrengen.
bedrijvig
19
Volkswagen VORST
BEDIENDEN KEUREN AKKOORD GOED Tijdens de Ondernemingsraad van 8 februari kregen de vakbonden concrete voorstellen van de Volkswagen Groep met betrekking tot de productievolumes en de daaraan verbonden modellen voor de komende jaren. De productie in de jaren 2007, 2008 en 2009 zou 84.000 wagens per jaar bedragen. In de daaropvolgende jaren zouden jaarlijks meer dan 100.000 wagens geproduceerd worden. Wat de modellen betreft, plaatst de Duitse bedrijfsleiding het volgende in het vooruitzicht : voor het jaar 2007 het bouwen van de Volkswagen Polo, Volkswagen Golf en Audi A3, vanaf 2008 de Audi A3, de huidige Polo en het nieuwe model Polo, en vanaf 2009 de nieuwe Audi A1, eventueel aangevuld met andere modellen.
Toekomstscenario VW Vorst zou in de toekomst (vanaf dit voorjaar, officieel in 2009) onder het management van Audi komen. Om toekomst te bieden aan VW Vorst eist Audi als voorwaarde dat de arbeidskosten met 20 % naar omlaag moeten gaan en op internationaal competitief niveau worden gebracht. Enerzijds zouden de arbeiders 38 in plaats van 35 uur per week moeten werken, de bedienden 40 in plaats van 36 uur, telkens zonder looncompensatie. Anderzijds wenst Audi meer flexibiliteit, lees toepassing van het plus-minconto-principe in de automobielsector maar dit op jaarbasis, daar inbegrepen tot 6 op 7 dagen werken. Die flexibiliteit is in functie van wat de verkoop/de klant vraagt. De piekmomenten zijn van de lente tot herfst, die periodes dienen opgevangen te worden door overwerk weliswaar aan hetzelfde basisloon. In de dalmomenten van de productie wordt het basisloon gegarandeerd mits het recupereren van de meeruren. Dat wil zeggen, werken op warme/mooie dagen en thuis in de winter. De bijkomende meerkost van de verwarming baat de werknemers kopzorgen .Er zou
er een akkoord moeten totstandkomen over de details van de personeelsafbouw, dus over het sociaal plan. Onder de nieuwe voorwaarden zouden volgens de directie 2.200 jobs kunnen gegarandeerd worden (voor 1.900 arbeiders en 300 bedienden). Daarbij beloofde de onderneming dat ze bereid zou zijn de werknemers aanzienlijk te kwalificeren. “De directie zet het personeel onder druk om tot een groot princiepsakkoord over de arbeidskostvermindering te komen voor 7 maart. Eind februari wil ze immers de herstructurering afsluiten en de fabriek heropstarten”, weet Bestendig Secretaris Stephan De Muelenaere.
Marathononderhandeling Op 12 februari legden de bedienden het werk neer, nadat het sociaal overleg met de directie was vastgelopen. Vooral het prijskaartje van de maximaal honderd naakte ontslagen die bij de bedienden dienen doorgevoerd te worden, zorgde voor onenigheid. Voor de vakbonden was het duidelijk : iemand die ontslagen wordt, moet minstens evenveel krijgen als iemand die kiest voor een gouden handdruk. Ook de problematiek van de verregaande flexibiliteit vormde een struikelblok. Uiteindelijk werd de volgende ochtend – na een marathononderhandeling van 17 uur – toch een voorakkoord voor de bedienden bereikt. Dat werd vervolgens door de bedienden goedgekeurd. De vakbonden kregen van de directie de garantie dat er maximaal 100 bedienden zouden ontslagen worden.
Informatie- en begeleidingssessies Ondertussen vergaderden de leden van de Volkswagen-crisiscel op het kabinet van Benoît Cerexhe, Brussels Minister van Economie en Tewerkstelling. De partijen kwamen er tot een akkoord over een onmiddellijke informering en begeleiding van de nog niet ontslagen maar sedert verschillende weken economisch werkloze werknemers (ongeveer 1.900) en dat voor het afsluiten door de sociale partners van het sociaal plan van VW Vorst. De werknemers zouden eraan kunnen deelnemen op vrijwillige basis. Het initiatief, waarbij nauw samengewerkt zou worden met VDAB, BGDA en FOREM en waarvan VW de kosten draagt met inbegrip van de verplaatsingskosten van de werknemers, komt bovenop het sociaal plan en doet niets af aan het gegeven dat de werkgever zijn wettelijke verplichtingen moet nakomen. De werknemers die een job vinden, zullen geen nadeel ondervinden en zullen recht hebben op de voordelen die in het sociaal plan zijn opgenomen. Er zullen collectieve infosessies gehouden worden, in Brussel maar ook in Henegouwen en OostVlaanderen, twee regio’s waar het aantal door de herstructurering getroffen werknemers hoger ligt. Ook de toeleveringsbedrijven van VW Vorst zullen gecontacteerd worden om te onderzoeken of het opportuun is voor hun werknemers gelijkaardige informatie- en begeleidingssessies te organiseren.
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
20 b e d r i j v i g DHL/EXEL SUPPLY CHAIN Wommelgem Op 17 januari werd de sluiting van de vestiging in Wommelgem aangekondigd. Als reden wordt vermeld : een herstructurering bij de belangrijkste klant en het vertrek van 2 andere klanten. Momenteel wordt slechts 30 % van het magazijn benut en gezien de aard van de gestockeerde goederen is het niet mogelijk om de resterende ruimte onder te verhuren. Indien er geen maatregelen zouden getroffen worden, zouden er in 2007 gigantische verliezen geboekt worden. 64 werknemers zijn betrokken bij deze sluiting, maar het is de intentie om niet tot ontslag te moeten overgaan door herplaatsing binnen de groep met een minimum aan extra verplaatsingstijd en -kilometers. Voor de arbeiders zijn er vacatures in verschillende ‘supply chain’vestigingen in de nabijheid van de woonplaats die op korte termijn kunnen ingevuld worden. De directie is bereid om de loon- en arbeidsvoorwaarden te bespreken. Wat de bedienden betreft, moeten de vacatures nog in kaart gebracht worden binnen de DHL-groep. Dat zal hopelijk reeds gebeurd zijn bij het verschijnen van dit artikel. FVDB
SPINNERIJ UTEXBEL - Ronse Einde januari kondigde de directie van Utexbel aan dat ze de intentie heeft om in de spinnerij van Ronse over te gaan tot het collectief ontslag van maximaal 51 arbeiders van de 130, de 7 bedienden blijven verder in dienst. Utexbel is een geïntegreerd textielbedrijf met verschillende vestigingen in Ronse, Kluisbergen, Moeskroen, en Noord-Frankrijk. Er werken in totaal nog een 1.030 personeelsleden. Volgens de directie is de ingreep noodzakelijk en het gevolg van de enorme stijging van de prijzen van sommige grondstoffen, de energieprijzen, de prijsdruk uit de lagelonenlanden, de afschaffing van de importquota sedert 1 januari 2005 en de loonkostenhandicap.
Het collectief ontslag blijft beperkt tot de spinnerij in Ronse, en die spinnerij blijft verder bestaan, maar met een beperking van de activiteiten tot specialiteiten die hoofdzakelijk bestemd zijn om in eigen weefsels te gebruiken en als belangrijke leverancier van de weverij. Met de vakbonden en afgevaardigden werden een reeks data afgesproken om de verschillende fasen in de procedure collectief ontslag te doorlopen. Half februari kan vermoedelijk de eerste fase van informatie en consultatie worden afgesloten, waarna de onderhandelingen over het sociaal begeleidingsplan kunnen starten. DB
METAALGIETERIJ GIESEN - Hoboken De groep ‘Hayes Lemmerz International’, waartoe MGG behoort, heeft een rangorde (safety performance ranking) gemaakt van alle tot de groep behorende bedrijven inzake (on)veiligheidsresultaten. MGG scoort hier zéér slecht en wedijvert (sic) met de plant in Barcelona om de laatste plaats. Om tot een actief veiligheidsbeleid te komen, werd de idee geopperd om werkgroepen samen te stellen die ieder een apart ‘item’ onder handen zullen nemen. De deelname van de vakbonden wordt in deze erkend, zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van het Comité Preventie en Bescherming op het Werk. Het bedrijf koppelt hieraan een opleiding tot preventieadviseur niveau 3 voor de deelnemers aan deze werkgroepen. Evaluatiemomenten zullen duidelijkheid moeten scheppen in de continuering van dit project op langere termijn. FVDB V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
uit de sector
SYNDICALE PREMIES Automobielinspectie (PC 218) Jaar : 2006 Referteperiode/Aansluiting : 2006 Bedrag : € 125
Beschutte Werkplaatsen Vlaanderen (PC 327.01) Jaar : 2006 Referteperiode/Aansluiting : 01/01/2006 - 31/12/2006 Bedrag : - valide werknemers (volle bijdrage) = € 86,76 of € 7,23 per twaalfde - personen met een handicap (verlaagde en/of specifieke bijdrage beschutte werkplaatsen = € 54,54 of € 4,55 per twaalfde) Contracten van interim-arbeid of jobstudent komen niet in aanmerking.
Leerlooierijen (PC 128.01) Jaar : 2006 Referteperiode/Aansluiting : 1/10/2005 - 30/9/2006 Bedrag : € 128 voor een volledig jaar en € 10,66 per twaalfde Bijzondere voorwaarden : wie op 30/9/2006 in dienst is, heeft recht op de premie.
21
Lompennijverheid (PC 142.02)
Spaarbanken (PC 308)
Jaar : 2006 Referteperiode/Aansluiting : 2006 Bedrag : Syndicale premie : € 128 Aanvullende werkloosheidsvergoeding : € 4 per dag met een max. van 75 dagen Bijzondere voorwaarden : voor de syndicale premie dient men in dienst te zijn op 31/12/2006 of bij ontslag tijdens de referteperiode volledig en ononderbroken werkloos zijn geweest t.e.m 31/12/2006 (of brugpensioen)
Jaar : 2005 Referteperiode/Aansluiting : in de loop van het jaar 2005 ten minste 6 maanden tewerkgesteld (geweest) zijn in een onderneming van PC 308 uitgezonderd voor bruggepensioneerden en gepensioneerden. Vanaf 01/09/2005 lid zijn en op datum van betaling in orde zijn met de syndicale bijdragen. Bedrag : € 30 voor deeltijds en voltijds tewerkgestelden
Textiel bedienden (PC 214) Meester Kleermakers (PC 107) Jaar : 2006 Refertedatum/Aansluiting en prestaties : het jaar 2006 Bedrag : € 100
Schoennijverheid (PC 128.02) Jaar : 2006 Referteperiode/Aansluiting : 1/10/2005 - 30/9/2006 Bedrag : € 128 voor een volledig jaar en € 10,66 per twaalfde
Sociale Werkplaatsen Vlaanderen (PC 327.01)
Vormingstoelage Jaar : 2006 Referteperiode : 1/1/2006 - 31/12/2006 Aansluiting : 11/2006 Bedrag : € 100 Bijzondere voorwaarden : Bedienden die in 2006 nog tewerkgesteld waren in de textielsector gedurende ten minste één maand en daarop aansluitend werkloos werden, in voltijds tijdskrediet, met brugpensioen of met pensioen gingen, behouden hun recht op deze premie.
Vrij onderwijs (PC 152)
Jaar : 2006 Referteperiode/Aansluiting : 1/1/2006 - 31/12/2006 Bedrag : € 48 of € 4 per twaalfde Bijzondere voorwaarden : contracten van interimarbeid of jobstudent komen niet in aanmerking
Jaar : 2007 Referteperiode/Aansluiting : 1/1/2006 - 31/12/2006 Bedrag : € 82 of € 6,83 per maand
LOONAANPASSINGEN OP 01.02.07 P.C. 102.05 102.06 102.06.01 106.01 112 114 117 139
ACTIVITEIT Porseleinaarde- & zandgroeven in Wallonië Grind- & zandgroeven in Vlaanderen Witzandexploitaties in Vlaanderen Cementfabrieken Garagebedrijf Steenbakkerij Petroleumnijverheid & -handel Binnenscheepvaart (assistentie)
140.01 140.02 140.03 140.04
Openbare autobusdiensten (garagepersoneel) Speciale autobusdiensten (garagepersoneel) Autocardiensten (garagepersoneel) Goederenvervoer voor rekening van derden
140.04 140.05 140.08
Goederenvervoer voor rekening van derden (garagepersoneel) Verhuisondernemingen, meubelbewaring & aanverwante activiteiten (garagepersoneel) Afhandeling op luchthavens
140.09
Goederenbehandeling voor rekening van derden
140.09 148.05 149.02 149.04 326
Goederenbehandeling voor rekening van derden (garagepersoneel) Pelslooierijen Koetswerk Metaalhandel Gas- & elektriciteitsbedrijf
VERHOGING + 1% op de minimumlonen (index) + 2% (index) + 2% (index) + 0,1340% op de minimumlonen (index) + 1,92% (index) + 0,5% (index) + 0,1340% op de minimumlonen (index) + 2,50% op de basislonen (reële lonen verhogen met vaste bedragen)(index) + 1,92% (index) + 1,92% (index) + 1,92% (index) + 2% op de minimumlonen & het gelijk deel van de effectieve lonen (index) + 1,92% (index) + 1,92% (index) + 2% op de minimumlonen & het gelijk deel van de effectieve lonen (index) + 2% op de minimumlonen & het gelijk deel van de effectieve lonen (index) + 1,92% (index) + 0,0372 EUR (index) + 1,92% (index) + 1,92% (index) + 0,13% (index) V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
22 u i t
de sector
Interprofessioneel akkoord
EN NU DE TWEEDE ETAPPE : DE SECTORALE ONDERHANDELINGEN Nu het interprofessioneel akkoord (IPA) door alle organisaties werd goedgekeurd, is het de beurt aan de sectoren om collectieve arbeidsovereenkomsten te sluiten met betrekking tot de loon- en arbeidsvoorwaarden en dat voor de periode 2007-2008. Het hoeft dan ook geen betoog dat de drie vakbonden op dit moment druk bezig zijn met de opstelling van de eisenbundels.
U
Uiteraard dient rekening gehouden te worden met de aanbevelingen gedaan in het IPA. De uitdagingen zijn echter niet min : een weliswaar indicatieve loonnorm, flexibiliteit, werkzekerheid, syndicale aanwezigheid in kmo’s, eindeloopbaanproblematiek, enz ... . Vooral in de paritaire comités die bevoegd zijn voor de bedienden, wordt de door Europa opgelegde afschaffing van de leeftijdbarema’s het grote gespreksthema, maar ook in paritaire comités voor arbeiders bestaan er nog bijvoorbeeld jongerenbarema’s die eveneens onder druk staan. Uit het vorige IPA onthouden we dat er een wil bestond van de sociale partners om de statuten ‘arbeiders’ en ‘bedienden’ te harmoniseren. Dit resulteerde in een interprofessionele werkgroep van experten van werknemers- en werkgeverskant onder leiding van professor O. Vanachter. Uiteindelijk legde de professor een document neer ten aanzien van de Groep van 10 dat nu dient als aanbeveling in de sectoren. Ander zwaar discussiepunt dat thans ter advies ligt in de Nationale Arbeidsraad is de notie ‘zware beroepen’. In enkele sectoren is deze materie heel gevoelig. Zo voerden de waardevervoerders in december nog actie aan het VBO om hun eis tot erkenning kracht bij te zetten. Maar ook andere sectoren menen dat bepaalde functies in aanmerking komen om onder deze notie te vallen (vb. het werken met kankerverwekkende stoffen, gevaarlijke chemische stoffen, werken in koelruimtes met speciale beschermkledij, vuil werk enz... ).
Aandacht voor hoge werkdruk Tal van sectoren kenden heel wat herstructureringen en sluitingen in de afgelopen jaren waarbij vele mensen hun job verloren. Denken we maar aan Inbev, UCO, Volkswagen en toeleveringsbedrijven, alsook de talrijke kleinere bedrijven die minder in het nieuws kwamen. In deze optiek komen de thema’s verbetering bestaanszekerheid bij werkloosheid alsook allerlei werkzekerheidclausules in vele eisenbundels voor. Meer en meer wordt aandacht besteed aan de werkdruk op de werkplaats. Werkgevers streven naar een maximale productiviteit met een minimale bezetting, ze beschouwen overuren voor bediendefuncties als vanzelfsprekend. De ACLVB is tevreden over het feit dat het systeem van tijdkrediet bestaat, doch al te vlug wordt de situatie van de ‘blijvers’ vergeten. Veelal moeten die blijvers hun eigen werk combineren met het opvangen van het werk van de collega’s die in tijdV R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
krediet vertrokken. Dat leidt in sommige gevallen tot onhoudbare situaties. Daarom is de Liberale Vakbond vragende partij om te voorzien in een vervangingsplicht via een sectorale kaderovereenkomst bij een abnormale verhoging van de werkdruk.
Tweede pensioenpijler Enkele jaren terug wezen ministers op de problematiek van de negatieve effecten van de vergrijzing van de bevolking. Doordat we allen langer leven maar ook vroeger met werken stoppen, komt de betaalbaarheid van de pensioenen in gevaar. We willen allen uiteraard onze levensstandaard na onze professionele loopbaan behouden. Naar analogie met het bestaande systeem in de sectoren bouw en metaal werd opgeroepen om het systeem van een tweede pijler te veralgemenen. Een nieuwe wetgeving op een Wettelijk Aanvullend Pensioen (WAP) zette een aantal sectoren ertoe aan om dergelijk stelsel te organiseren (voeding arbeiders, elektriciens, vlas en maritiem transport e.a.). De ACLVB blijft grote voorstander van het invoeren van dergelijke systemen. Wel dient voldoende gesensibiliseerd te worden rond dit thema om ook jongere werknemers van de voordelen hiervan te overtuigen. Ook de werkgeversvertegenwoordigers moeten dienaangaande hun verantwoordelijkheid opnemen. Vanaf februari gaan in de meeste sectoren de onderhandelingen van start. Halfweg maart zullen vermoedelijk de eerste resultaten ter tafel liggen en volgen de consultaties van onze militanten. Regelmatig zult u via Vrijuit over het verloop van de sectorale besprekingen geïnformeerd worden. De Bestendig Secretarissen zullen geregeld gebrieft worden, zodat ook onze afgevaardigden in de bedrijven in de komende weken de evolutie van de onderhandelingen in hun sectoren mee kunnen volgen. Nadien volgen dan in de grotere ondernemingen met een syndicale afvaardiging nog bedrijfsonderhandelingen. Later op het jaar zal de Liberale Vakbond traditiegetrouw een aantal sectorale brochures publiceren met de geactualiseerde loon- en arbeidsvoorwaarden. Telkens een dergelijke brochure beschikbaar is in de secretariaten van uw zone, zal dat in Vrijuit vermeld worden. Erik DECOO
uit de sector
23
Beroepskrediet
DE KOGEL IS DOOR DE KERK, EINDELIJK !
Jean-Claude Noël , Dirk De Vriendt, Geert Casteleyn, Jurgen Bouwens, Ellie Lievens en Dirk Vanden Meerschaut.
De kogel is door de kerk bij Beroepskrediet : de integratie binnen de groep van de regionale banken FKBK (Kortrijk) en BKCP-Noord (zetel Zele en Mechelen) zal veel minder pijnlijk verlopen dan aanvankelijk werd gevreesd. Over enkele weken was de toon immers nog in mineur : er zouden een hoop jobs verdwijnen, het al dan niet bestaan van een vertrekpremie naargelang ‘vrijwillig’ en onvrijwillig vertrek, verlaagde vertrekpremies, ...
E
Echter, dankzij een positieve en proactieve onderhandelingspolitiek tussen de vakbonden en de directie kon het roer helemaal worden omgegooid. ACLVB, als absoluut grootste fractie binnen het bedrijf, ging resoluut voor het behoud van jobs en kreeg dan ook gehoor aan de overkant van de onderhandelingstafel. Het betrokken personeel moet bijgevolg nog wel steeds solliciteren voor een nieuwe job (al dan niet in Brussel), maar heeft een werkgarantie voor de komende drie jaar. Wie bijgevolg wil vertrekken, heeft dus een hele tijd de kans om dit te doen. Ook ‘bijna’-bruggepensioneerden plukken hier dus de vruchten van. Wie niet door de selectieprocedure voor een bepaalde functie geraakt, kan bovendien beroep doen op de vertrouwenscommissie, een orgaan dat de beslissing, indien gefundeerd, kan herroepen. Ook is er voor 45+’ers de kans om halftijds te gaan werken en wie ouder is dan 50 mag op brugpensioen vertrekken. Dankzij de harde inzet van onze mandatarissen (Dirk De Vriendt, Dirk Vanden Meerschaut, Ellie Lievens, Geert Casteleyn, Jurgen Bouwens) zowel in Mechelen, Kortrijk, Zele als in de hoofdzetel, is een pijnlijke zwanenzang omgebogen in een menselijke oplossing.
Resultaat Ziehier het behaalde resultaat: 1. De basisprincipes versterking van het commerciële en, door synergie, afbouw van de administratieve ondersteuning blijft behouden. 2. Men stapt af van het collectief ontslag en zal deze verschuiving slechts stapsgewijs doorvoeren over een periode van drie jaar. Bovendien zullen ondertussen tijdelijk gedecentraliseerde diensten blijven werken voor de groep (bijvoorbeeld interne audit). 3. Men vraagt wel een geografische mobiliteit en een functionele polyvalentie binnen redelijke grenzen. Een vertrouwenscommissie blijft bestaan voor de overgang naar het commerciële en de geografische mobiliteit wordt extra vergoed met 1,25 keer het abonnement van het openbaar vervoer. Personeelsleden die een redelijk aanbod weigeren, krijgen een verbrekingsvergoeding volgens de schaal Claeys. Iedereen die ontslagen wordt, heeft recht op outplacementbegeleiding. 4. Bij dit alles is het wel zo dat we tot één echt bedrijf komen met: - een eengemaakt personeelsstatuut en arbeidsreglement. Een werkgroep zal dit verder uitwerken.
- één overlegorgaan dat in de overgangsfase gefuseerd wordt en bij de sociale verkiezingen in 2008 uitgebreid wordt met 2 eenheden ondernemingsraad en 2 syndicale afgevaardigden voor de regio’s. 5. De werkgever biedt aan de werknemers een relatieve zekerheidsclausule. Dit betekent dat bij ontslag hij 1,5 keer de schaal Claeys wil betalen als schadevergoeding (1,5 maand per jaar anciënniteit, raadpleeg hiervoor onze diensten). Het werkgeversaandeel in de groepsverzekering zal ook gedurende die periode gestort worden. 6. Aanbod van conventioneel brugpensioen (vanaf 58 jaar) en halftijds tijdskrediet vanaf 50 jaar. Bij berekening van de verbrekingsvergoeding of opleg brugpensioen zal voor de tijdskredietnemers rekening gehouden worden met uw tewerkstelling voor het tijdskrediet. Hiermee hebben wij én de tewerkstelling maximaal kunnen behouden én de bescherming van het personeel in deze herstructurering geoptimaliseerd. Martine LEFÈVRE Tom VAN DROOGENBROECK
ZEEVISSERIJ Stichting Duurzame Visserijontwikkeling Alle bestuurders van de Raad van Bestuur SDVO werden/worden volgens de statuten aangesteld voor een periode van 6 jaar. Om de continuïteit van de werking van de Raad van Bestuur te bestendigen, werd beslist om het mandaat van alle huidige bestuurders te laten lopen voor een periode van 6 jaar met ingang van de vergadering van 27/11/2006. Voor de ACLVB zetelt Alex De Bock als secretaris. Zeevissersfonds - hernieuwing mandaten 2007 De raad van bestuur van het Zeevissersfonds besliste Alex De Bock als ondervoorzitter aan te stellen. De beheerders zijn het erover eens dat Alex De Bock, als uittredend voorzitter, het best geschikt is als ondersteuning voor de nieuwe voorzitter, die werd gekozen uit de werkgeversvertegenwoordiging, zoals de statuten van het Fonds dat voorzien. ADB V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
24 u i t
de sector
VSOA-ONDERWIJS BESTENDIGT EN VERANKERT PROVINCIALE WERKING VSOA-Onderwijs zet zijn aanwezigheid in de provincies verder en overweegt op termijn zelfs om de lokale dienstverlening nog verder uit te breiden.
Provinciale werking in de praktijk Het aanbod:
WIE ? WAAR ?
, Vragen betreffende alle regelgevingen i.v.m. onderwijs , info over verlofstelsels, loopbaanonderbreking, uitstapregeling… berekeningen van wedde, pensioen, TBS voorafgaand aan rustpensioen… , juridische bijstand bij conflicten, controle van toewijzing van vaste benoeming, Raad van State, Kamer/Raad van Beroep, behandeling van orde- of tuchtmaatregelen, bezwaarschriften…
Voor wie ? ANTWERPEN ACLVB-KANTOOR Galifortlei 114 - 2100 Deurne Secr.-begeleider Paulette Van Eeckhout GSM: 0478/640073
LIMBURG LIBERALE MUTUALITEIT LIMBURG Genkerbaan 34 - 3520 Zonhoven Secr.-begeleider Arlette Christiaens GSM: 0476/740133
, voor alle personeelsleden uit om het even welk onderwijsnet, in om het even welke categorie (van onderhoudspersoneel tot directeur) en op om het even welk niveau (van kleuteronderwijs tot volwassenenonderwijs) , voor alle personeelsleden tewerkgesteld in het onderwijs, de CLB’s, de internaten, de opvangcentra, de kinderdagverblijven, de inspectiediensten, de begeleidingsdiensten… , zowel actieve personeelsleden als pensioengerechtigde, maar ook voor werkzoekenden die een opdracht in het onderwijs beogen, en studenten in voorbereiding van een job in het onderwijs.
Wanneer ? OOST-VLAANDEREN ACLVB-KANTOOR Koning Albertlaan 95 - 9000 Gent Secr.-begeleider Karine De Dier GSM: 0478/640056
VL. BRABANT EN BRUSSEL ACLVB-KANTOOR Poincarélaan 72-74 - 1070 Brussel Adj.-alg. secretaris Frank Lefever GSM: 0475/474778
WEST-VLAANDEREN LIBERAAL ZIEKENFONDS Iepersestraat 110 - 8800 Roeselare Secr.-begeleider Miriam Van Laethem GSM: 0478/640072
Elke woensdagnamiddag (behalve tijdens schoolvakanties) van 13.30 u. tot 16.30 u. of op afspraak.
HO, LOP en het VSOA secretariaat / boekhouding Secretaris-begeleider Dirk De Vos is bevoegd voor HO en tertiair onderwijs. Met alle problemen inzake universiteiten en hogescholen kan u bij hem terecht. Dus bent u je tewerkgesteld in het hoger onderwijs, in welke functie dan ook, dan is Dirk uw aanspreekpunt. Leden uit het HO kunnen in verband met hun individuele problemen steeds rekenen op zijn bijstand, liefst na afspraak (gsm 0477-59.26.26, mail:
[email protected]) Dirk heeft geen vaste zitdag maar wel een werkplek in Brussel en een in Gent. Hij verplaatst zich tevens door het ganse gewest inclusief Brussel.
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
Francis De Vries is Lop-Begeleider binnen VSOA-Onderwijs. Zijn standplaats bevindt zich in de kantoren te Brussel. Hij beantwoordt al uw vragen in verband met LOP, GOK en alle aan diversiteit gerelateerde onderwerpen. Hij is bovendien het centrale aanspreekpunt voor LOPgemandateerden van VSOA. (gsm 0478-64.00.54, mail:
[email protected]) Annie Bogaert, de nieuwe secretariaatsmedewerkster, en Patricia Ballegeer bemannen samen het VSOAsecretariaat. Annie is ook verantwoordelijk voor het ledenbestand. Vragen van administratieve aard kunnen steeds aan een van beide dames voorgelegd. (Tel. 02-529.81.30, Fax 02-529.81.39 of
[email protected]). Johnny Hion is verantwoordelijk voor de afdeling boekhouding binnen VSOA-Onderwijs.
Waarom provinciale werking ? Wat houdt die provinciale werking nu juist in ? Alle vragen, in de brede zin van het woord, die leven bij de leden komen hierdoor rechtstreeks bij de verantwoordelijke secretaris-begeleider terecht. Beide partijen leren elkaar niet alleen beter kennen maar de problemen gerelateerd aan een school of aan een centrum worden op deze manier veel directer aangepakt. Ook het contact met de directies kan hier wel bij varen. Het meer en meer zichtbaar aanwezig zijn “in het veld” betekent bovendien meer steun voor de schoolafgevaardigden, wiens werk zo kan geherwaardeerd worden. Het bijwonen van de syndicale onderhandelingen is en blijft onze prioriteit. De secretarissen-begeleiders stellen dan ook alles in het werk om telkens aanwezig te zijn. Maar ze kunnen, spijtig genoeg, maar op één plaats tegelijk zijn. Daarom een warme oproep om bijstand. Kennis van de plaatselijke toestand is een enorme troef bij het zoeken naar oplossingen voor lokale problemen. Een goede samenwerking met de plaatselijke afdelingen die steeds op steun kunnen rekenen, en wiens hulp de secretarissen-begeleiders steeds naar waarde weten te schatten, kan de provinciale/gewestelijke werking alleen maar versterken. Voor VSOA-Onderwijs is er geen weg terug: in de toekomst wil het nog dichter bij zijn leden staan en zijn dienstverlening nog meer optimaliseren!
regionaal Evaluatierapport Vlaamse begroting 2007
25 Voor de SERV moet onder meer het innovatiebeleid dit voorjaar effectief onderwerp zijn van overleg tussen de Vlaamse sociale partners en de Vlaamse overheid.
SERV POSITIEF OVER REALISTISCHE BEGROTING De Vlaamse sociale partners verenigd in de SERV treden het Vlaams parlement en de media bij waar die zich lovend uitlaten over de Vlaamse begroting 2007. We hebben te maken met een bijzonder jaar.
De voorgenomen beleidsinitiatieven zullen kunnen gerealiseerd worden, zo blijkt uit de jongste begrotingsevaluatie van de SERV (SociaalEconomische Raad van Vlaanderen), en er blijken voldoende overschotten voor de geplande schuldafbouw. Er zijn zelfs middelen genoeg om een extraatje opzij te zetten voor de toekomst. Het puike resultaat – waaraan overigens geen opsmuk is te pas gekomen, de cijfers zijn wat ze zijn - is grotendeels te danken aan de expansieve groei van de ontvangsten, verkregen via gewestbelastingen en door federale overdrachten. “We zitten ruim in de kleren en vertrekken vanuit een luxepositie”, wist SERV-voorzitter Caroline Copers bij de voorstelling van het evaluatierapport vorige maand. “Maar 2007 is een uitzonderlijk jaar. De expansieve cijfers zullen in 2008 en 2009 duidelijk meer gematigd zijn.” Niet dat we ons daar al ongerust moeten over maken, een en ander is immers voorzien in de meerjarenbegroting. Al raadt de SERV wel aan
om bij de eerstvolgende actualisering van de meerjarenbegroting de impact na te gaan op de beleidsruimte voor de jaren in de volgende legislatuur.
Doorbraak voor alternatieve financiering Het evaluatierapport van de SERV bevat ditmaal ook een eerste analyse van de diverse alternatieve financieringsprogramma’s van de Vlaamse regering. Duidelijk wordt dat 2007 het jaar van de doorbraak zal betekenen voor alternatieve financiering, waardoor een aantal belangrijke doelstellingen op het vlak van het investeringsbeleid zullen kunnen gerealiseerd worden. Wel dringt de SERV bij de Vlaamse regering aan op meer transparantie en het systematisch bieden van een overzicht van (de verschillende aspecten van) alternatieve financiering, de draagwijdte ervan ten opzichte van de reguliere begroting en vooral de voortgang ervan.
2007 : VLAANDEREN IN ACTIE, MÉT DE SERV Sinds de Vlaamse Regering uitpakte met haar project “Vlaanderen in actie” is de SERV meer dan ooit van plan zijn rol te spelen. Het lijdt geen twijfel dat de Vlaamse sociale partners achter de ambitie van de Vlaamse Regering staan. Ze strookt immers met de aanbevelingen en adviezen om Vlaanderen sociaal-economisch op de kaart te houden. Maar de SERV wil de Vlaamse Regering er vooral aan herinneren dat het sociaal-economisch beleid het SERV-terrein bij uitstek is. In het sociaal-economisch overleg moet het Vesoc (het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité, waarin overheid, vakbonden en werkgevers zetelen) dan ook geherwaardeerd worden. Vandaar dat de sociale partners ook niet van plan zijn om een afwachtende houding aan te nemen, maar erover zullen waken dat de afgesproken agenda ook daadwerkelijk op tafel komt. Op die manier willen ze gegarandeerd zien dat thema’s als het preventief bedrijfsbeleid, het innovatiebeleid, het armoedebeleid en het aangekondigde fiscaal
beleid in het voorjaar effectief onderwerp zullen zijn van drieledig overleg. Een eerste belangrijk dossier is de competentieagenda, waarbij vooraf dient nagegaan of er onder de sociale partners voldoende eensgezindheid is omtrent de voorwaarden en de mogelijke speerpunten van dergelijke competentieagenda. Ander aspect dat aan belang wint, is het sectoroverleg rond regionale materies. Ook hier is de boodschap van de SERV aan de Regering om niet te veel parallelle circuits op te richten.
Accenten Caroline Copers, Algemeen Secretaris Vlaams ABVV en dit jaar ook voorzitter van de SERV, verwees in haar nieuwjaarsboodschap naar nog meer SERV-aandachtspunten voor 2007. In het Europees jaar van de gelijke kansen dringen de Vlaamse sociale partners aan op een herwaardering van de SERV-diversiteitscommissie, bijvoorbeeld door als forum voor dialoog met de bevoegde ministers te dienen en meer aan-
dacht te besteden aan bredere reflecties. In 2007 staat ook een tweede meting van de STVwerkbaarheidsmonitor op de agenda en wordt gestart met de monitoring van de werkbaarheid van zelfstandig werk. Verder gaat de SERV in het kader van “Vlaanderen in actie” graag in op de uitnodiging om in het najaar van 2007 een congres “maatschappelijk verantwoord ondernemen” te organiseren, samen met alle stakeholders. Tot slot is ondertussen het derde sociaal-economisch rapport Vlaanderen een feit, zet de SERV in 2007 zijn inspanningen rond klimaatbeleid verder en streeft de raad naar een betere regelgeving en een grondiger analyse van de regulering van nutssectoren. Ook wat het mobiliteitsbeleid en vervoersbeleid in Vlaanderen betreft, heeft de SERV - met de Mobiliteitsraad, de Vlaamse Havencommissie en de Vlaamse luchtvaartcommissie in huis – dit jaar alle troeven in handen voor de uitbouw van een stevig platform.
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
26 r e g i o n a a l MILIEURAPPORT VLAANDEREN : MIRA-T 2006 Donderdag 14 december 2006 werd het nieuwe milieurapport officieel overhandigd aan Kris Peeters, Vlaams minister van leefmilieu. Het milieurapport bestaat sinds 1994 en is een taak van de VMM, de Vlaamse Milieumaatschappij. In samenwerking met deskundigen uit verschillende vakgebieden wordt “een gedetailleerde wetenschappelijke studie die een totaalbeeld schetst van de huidige milieusituatie in Vlaanderen” samengesteld.
H
Het resultaat is betrouwbare en wetenschappelijk onderbouwde informatie voor beleidsmakers, maar ook voor iedereen die met het milieu begaan is. Op www.milieurapport.be kan men de verschillende onderdelen waaruit het rapport bestaat, raadplegen : de achtergronddocumenten voor alle thema’s, onderzoeksrapporten, een gratis te bestellen zakboekje en het focusrapport. Het focusrapport is nieuw sinds vorig jaar en vervangt het integrale (en tweemaal zo dikke) rapport dat vroeger werd afgeleverd. Het focust op een aantal onderwerpen die “veel aandacht verkrijgen en/of verdienen van het beleid en/of de media”. In dit en volgende nummers van Vrijuit zullen we telkens een onderwerp uit het milieurapport bespreken met de nadruk op sociaal-economische facetten. Deze maand : focus op Transport.
De wegens de dreiging van de klimaatverandering zo geroemde biobrandstoffen blijken minder efficiënt omdat er meer energie nodig is om ze te produceren in vergelijking met de klassieke brandstoffen. Tegen 2010 verwacht men geen kentering. Elektrische aandrijving en hybride-motoren (combinatie van benzinemotor en elektrische aandrijving) zijn de meest energie-efficiënte systemen. Tegen 2010 verwacht men dat daar nog het gebruik van waterstofgas in brandstofcellen bij komt, op voorwaarde dat het waterstofgas gemaakt wordt met aardgas of met elektriciteit van windmolens. Men moet natuurlijk niet wachten totdat een waterstofeconomie op gang komt of investeren in een dure hybride-wagen om verbruik te minderen. In de Vrijuit van september 2006 hebben we al gewezen op het potentieel van een aangepast rijgedrag (laag toerental, bandenspanning,...) dat tot 25 % besparing kan oplopen.
Transport Naast de gevolgen van milieuverstoring, zoals bijvoorbeeld klimaatverandering, worden ook oorzaken onderzocht in het rapport. Transport kreeg dit jaar een prominente plaats : het is het eerste hoofdstuk van het focusrapport. Energie-efficiëntie van transportmiddelen Voor zowel het personen- als het goederenvervoer wordt een vergelijking gemaakt van de verschillende transportmodi op het vlak van energie-efficiëntie. De efficiëntie wordt voor het personenvervoer uitgedrukt in kilowattuur per personenkilometer (kWh/pkm) en wordt berekend aan de hand van het gemiddeld verbruik, de gemiddelde bezettingsgraad (bv. voor de auto 1,37 persoon) en het aantal voertuigkilometers op basis van verkeerstellingen of gegevens van de vervoersmaatschappijen. De elektrische vervoersmiddelen tram, metro en elektrische trein verbruiken het minste energie. Met de motorfiets of de auto verbruik je tot zes keer meer energie dan met de tram. Bus en dieseltrein liggen tussen deze twee extremen. Voor vervoer op langere afstand blijkt de hogesnelheidstrein het meest efficiënt. De alternatieven, de wagen en het vliegtuig, verbruiken al gauw drie keer meer energie. Met de terreinwagen op reis kost verreweg het meest energie, bijna het dubbele van een familiewagen. Voor het goederenvervoer wordt er gerekend met tonkilometers i.p.v. personenkilometers. Elektrische trein, dieseltrein en binnenschip zijn hier ongeveer even efficiënt. Vervoer per vrachtwagen kost al twee keer meer energie en goederenvervoer per vliegtuig kost op zijn beurt tien keer meer energie dan per vrachtwagen. Het totale energiegebruik voor transport is vooral in de jaren negentig sterk gestegen (23 %), de laatste vijf jaar kwamen daar nog twee percent bij. Vooral bij het goederenvervoer over de weg blijft het verbruik stijgen. Het vervoer over de weg verbruikt 97 % van alle energie nodig voor transport. Internationale lucht- en scheepvaart wordt evenwel niet meegenomen in de statistieken. Die sectoren vallen immers ook niet onder het Kyoto-protocol.
Uitlaat De bespreking van de energie-efficiëntie wordt gevolgd door een bespreking van de eco-efficiëntie van de transportsector. Voor het broeikasgas CO2 is de link vlug gemaakt : hoe meer brandstofverbruik, hoe meer CO2-uitstoot (tussen de 24 en de 27 gram per liter brandstof). De totale emissie van broeikasgassen daalt dan ook niet, in tegenstelling tot de uitstoot van verzurende gassen, de gassen die aanleiding geven tot ozonvorming en het fijn stof. Nochtans spant de autosector zich in om de emissies van de wagens te verminderen. Het resultaat is dat nieuwe wagens steeds zuiniger worden en minder CO2 uitstoten. Het zou echter nog beter zijn, moesten ze stoppen steeds grotere en zwaardere voertuigen te maken. Koop een kleintje De federale regering staat sinds 2005 een vermindering op de inkomstenbelasting toe van 15 % op de aankoopprijs van een nieuwe wagen met een CO2-emissie lager of gelijk aan 105 g/km en 3 % voor voertuigen met een emissie tussen 105 en 115 g/km. Die emissies corresponderen respectievelijk met een benzineverbruik van 4,4 en 4,8 liter/100 km. Het maximale belastingvoordeel van 15 % is voorlopig alleen te krijgen bij bepaalde types SMART, de Volkswagen Polo Bluemotion en de Toyota Prius (hybride motor). Afgelopen jaar heeft de Vlaamse regering het principe goedgekeurd om de autofiscaliteit te hervormen van het systeem gebaseerd op fiscale pk naar een milieubelasting. Elk model krijgt dan een Ecoscore mee die de emissies van uitlaatgassen, stof en lawaai verrekent. Die Ecoscore moet dan de basis vormen om de bedragen van de belasting op inverkeerstelling en de jaarlijkse verkeersbelasting te bepalen. De Ecoscore voor gemotoriseerde voertuigen is al te raadplegen op http://emis.vito.be/autoverbruik (links doorklikken op databank MVV). De VW Passat uit 1995 waarmee ik me (zo min mogelijk) pleeg te verplaatsen, staat alvast niet in de databank, die slechts teruggaat tot bouwjaar 2000. Ik vermoed zowat het ergste. Timothy DE CLERCK
Wachten op waterstof ? Om het energiegebruik van het personenvervoer te verlagen, zou men moeten overstappen naar alternatieven voor benzine en diesel. V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
regionaal
27
DIVERSITEIT IN HET INTERPROFESSIONEEL AKKOORD 2007-2008 Graag even uw aandacht voor het interprofessioneel akkoord (IPA) voor de komende twee jaar waarin uitdrukkelijk aandacht is voor diversiteit. In het IPA worden er enkele ankers uitgeworpen die er mee voor moeten zorgen dat het Belgisch economisch én sociaal model beter verankerd wordt in deze geglobaliseerde wereld. Belangrijk is dat twee van die ankerpunten gaan over diversiteit, met name ankerpunt twee ‘genderproblematiek’ en ankerpunt vier ‘diversiteit en non-discriminatie’. Men vestigt hierdoor de aandacht op de verschillen in de gemiddelde lonen van mannen in vergelijking met vrouwen. Concreet wil dit zeggen dat men de bedrijven en sectoren vraagt om de loonclassificaties te toetsen aan de verplichting tot genderneutraliteit en indien nodig de noodzakelijke correcties aan te brengen. In ankerpunt vier roepen de sociale partners alle werkgevers en werknemers op om samen afspraken te maken en acties te ondernemen voor een sterkere diversiteit op de werkvloer. Als belangrijkste aandachtspunten schuift men naar voor : een non-discriminatiebeleid voeren, een beleid gericht op evenredige participatie met behulp van tewerkstellings- en vormingsinitiatieven, versterking van de instroom van werknemers uit kansengroepen en gelijke kansen voor mannen en vrouwen op alle niveaus. Hoewel deze ankerpunten nog geen concrete afspraken zijn, vinden wij het een positieve evolutie dat men ook in het interprofessioneel akkoord het belang van diversiteit op de arbeidsmarkt erkent als één van de speerpunten om ons sociaal-economisch model competitief te houden.
We moeten enigszins kritisch blijven en ons afvragen of ankerpunten (die niet afdwingbaar zijn) en vage noties (zoals kwaliteitsvolle werkgelegenheid) volstaan om daadwerkelijk iets te doen aan de oververtegenwoordiging van kansengroepen in de werkloosheid ? Moeten we niet voorbijgaan aan de vrijblijvendheid en kordaat de kaart van diversiteit trekken ? Want alleen met duidelijke afspraken en streefcijfers kunnen we de omkeer maken die nodig is. De ACLVB steunt de ankerpunten in het ontwerp van interprofessioneel akkoord en geeft daarom alle steun en ruimte aan de diversiteitsconsulenten en de vakbondssecretarissen om diversiteit bovenaan op de (bedrijfs)agenda te plaatsen. Ook onze Nationaal Sectoraal Verantwoordelijken nemen hun verantwoordelijkheid op en nemen diversiteit mee naar de onderhandelingen voor de sector cao’s. Enkel zo kan de aandacht voor diversiteit die in het IPA wordt gevraagd, ook in de praktijk een verankering krijgen. Annelies DE RIDDER
DIVERSITEITSCAFÉ IN SINT-TRUIDEN Niet iedereen heeft evenveel kansen om een plaats te verwerven op de arbeidsmarkt, en de ACLVB wil hiermee aan werken. Daarom heeft zij niet alleen bijblijfen diversiteitsconsulenten in dienst, maar wil de ACLVB ook tal van experimenten uittesten om hieraan iets te veranderen. In het kader hiervan opende Boutina Abrougui, diversiteitsconsulente bij de ACLVB, op 11 januari in Sint-Truiden het eerste diversiteitscafé. Vanaf nu kunnen werkzoekenden er elke donderdag terecht voor vragen en ondersteuning in hun zoektocht naar werk. Het idee is om aan de moeilijkst bemiddelbare werklozen, die vaak nog een ‘drempelvrees’ kennen om naar een officiële instantie zoals VDAB te stappen, een plek te geven waar ze zonder verplichtingen of druk informatie kunnen krijgen of enkele vaardigheden kunnen bijleren. We hopen op die manier een laagdrempelig alternatief aan te bieden en zodoende werklozen hun zelfvertrouwen op te krikken zodat ze sterker staan wanneer ze zich effectief op de arbeidsmarkt begeven. Voor meer informatie kan je terecht bij
[email protected]
BROCHURE MILIEUWETGEVING EN VERGUNNINGEN Het heeft enige tijd geduurd, maar uiteindelijk is ze er : de brochure “Milieuwetgeving & milieuvergunningen” van de ACLVB. Deze brochure sluit aan bij de milieuvorming voor leden van het CPBW gegeven in het seizoen 2005-2006 en kwam tot stand in het kader van het Intersyndicaal Milieu-initiatief, met steun van de Vlaamse Overheid. Het eerste deel van de brochure tracht klaarheid te scheppen in de structuur van het milieurecht en de milieuwetgeving, internationaal en meer gedetailleerd voor Vlaanderen. In het tweede deel wordt de Vlaamse wetgeving omtrent milieuvergunningen uit de doeken gedaan. De rechten en bevoegdheden van de vakbondsafgevaardigde en wat je met die rechten kan doen, komen aan bod in de laatste twee hoofdstukken. Alle effectieve Vlaamse leden van de comités voor preventie en bescherming hebben we inmiddels een exemplaar toegestuurd. Andere geïnteresseerden kunnen er een bestellen via onderstaande gegevens of raadplegen op www.aclvb.be (klikken op “milieu” en dan “brochures”). Aan de internauten toch nog dit : bezint eer ge print. Timothy DE CLERCK, Milieudesk ACLVB - Vlaamse Regionale Poincarélaan 72-74, 1070 Brussel
[email protected] tel.: 02-558.51.64
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
28 r e g i o n a a l U BENT HEUS NIET DE ENIGE DIE NIET ELKE DAG FLUITEND NAAR HET WERK GAAT... Ruim een jaar geleden is de ACLVB gestart met Perspectief, het project loopbaandienstverlening. In de loop van 2006 hebben we u maandelijks op de hoogte gehouden, via de Vrijuit en de nieuwsbrieven, van de evolutie van het project: de praktische uitwerking, de ontwikkeling van de instrumenten, de toenemende naamsbekendheid, enz.
Z
Zo konden we u ook, na een jaar hard werken, trots aankondigen dat we in het eerste jaar al meer dan honderd mensen hadden kunnen helpen in hun loopbaankeuzes. Voor 2007 leggen we de lat nog hoger en mikken we op 200 begeleidingen. Voorlopig ziet het er erg goed uit : de aanvragen stromen binnen. Alhoewel, goed ... het feit dat er zoveel aanvragen zijn, betekent ook dat er heel veel mensen zijn die zich niet goed voelen in hun job, en dat is op zich natuurlijk een spijtige zaak. Gelukkig zijn wij er om te helpen... Qua aantallen zit het project dus zeker op kruissnelheid, maar kwantiteit is natuurlijk niet alles. We wilden ook nagaan hoe onze tussenkomst kwalitatief werd geëvalueerd door onze cliënten. Daarom hebben we in het najaar van 2006 evaluatieformulieren rondgestuurd naar die cliënten die de begeleiding ondertussen hadden afgerond. Grosso modo kunnen we stellen dat de meeste cliënten erg tevreden zijn over de begeleiding die zij hebben gekregen bij de consulenten van Perspectief: de globale tevredenheidsscore bedraagt maar liefst 8,6 op 10. We waren natuurlijk ook geïnteresseerd in de tevredenheid op de verschillende aspecten van de begeleiding, en ook hier blijkt dat de deelnemers aan de loopbaanbegeleiding over het algemeen tevreden tot erg tevreden zijn. Daarnaast mochten we ons in december ook verheugen in het bezoek van twee auditoren van de Vlaamse regering. Deze kwamen onze werking tot in detail onder de loep nemen. Hoewel we eigenlijk nog niet zo lang bezig zijn, kregen we ook uit deze hoek een grotendeels positieve evaluatie. Het is uiteraard de bedoeling dat we deze evaluaties gaan gebruiken om onze dienstverlening kwalitatief nog verder uit te bouwen en meer af te stemmen op de verwachtingen van de deelnemers. Zo is
het belangrijk mensen vooraf goed te informeren over wat ze wel en niet kunnen verwachten. Het is bijvoorbeeld niet zo dat deelnemers de begeleiding altijd zullen afronden met een nieuwe job; wel zullen ze genoeg inzicht gekregen hebben in eigen kunnen, interesses, waarden en ambities, en in wat ze op de arbeidsmarkt waard zijn, om de juiste loopbaankeuzes te kunnen maken. Op termijn kan dit wel leiden tot een job waarin de betrokken persoon zich veel beter voelt, maar dit is ook niet altijd de uitkomst van een begeleiding. Soms kan een toegenomen inzicht in eigen functioneren al een heel verschil uitmaken. De conclusies van het eerste werkingjaar zijn in elk geval erg positief : we zijn goed bezig. Luc DE BIE
Contactgegevens , Voor Oost-Vlaanderen (Gent, Aalst, Sint-Niklaas en Oudenaarde) en West-Vlaanderen (Brugge en Menen) : Luc De Bie, te contacteren op 09-242.39.94 of
[email protected]. , Voor Antwerpen (Mechelen, Herentals en Antwerpen) en Brussel : Sara Backx, te contacteren op 015-28.89.84 of
[email protected]. , Voor Vlaams-Brabant (Leuven, Tienen, Halle en Asse) en Limburg (Sint-Truiden, Genk en Lommel) : Sarah Roosen, te contacteren op 016-22.47.29
[email protected]. , Ook meer info op het gratis nummer 0800-30.463 of op onze website: http://www.perspectief-lbb.be/
Limburg
AALST-NINOVE
WIJZIGING OPENINGSUREN De openingsuren van de ACLVB-secretariaten in Bilzen, Hasselt, Herk-de-stad en Tongeren zijn gewijzigd. Een overzicht van de nieuwe uren in deze secretariaten. DAG Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag DAG Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
BILZEN VOORMIDDAG 9–12 u. 9-12 u. HASSELT VOORMIDDAG 9-12 u. -
NAMIDDAG 14-18 u. -
DAG Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
NAMIDDAG -
DAG Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
HERK-DE-STAD VOORMIDDAG TONGEREN VOORMIDDAG 9–12 u. 9-12 u. 9-12 u.
NAMIDDAG 15-17 u. NAMIDDAG 14-18 u. -
Permanentie Herzele op nieuwe locatie De zitdag ACLVB te Herzele vindt voortaan plaats op het nieuwe adres : Kerkstraat 2 (in plaats van Groenlaan 71). Het telefoonnummer blijft ongewijzigd : 053-60.80.27. De openingsuren veranderen evenmin. YB
aclvb-voordeelkaart
Op het topje van de Cauberg in Valkenburg aan de Geul (Limburg - Nederland) ligt het bekende kuuroord Thermae 2OOO. Even helemaal ontspannen in een World of Wellness. Geniet een hele dag van het fraaie saunalandschap, het unieke thermenlandschap met thermaal water uit eigen bron en het open activiteitenprogramma. Tevens kunt u gratis gebruikmaken van shampoo/showergel en scrubzout. Wij wensen u alvast een ontspannen dag toe !
TUINBEURS 2007 IN DE HASSELTSE GRENSLANDHALLEN : GENIETEN VAN DE NATUUR IN DE GROOTSTE INDOORTUIN VAN BELGIË ! Van 9 tot en met 13 maart 2007 kan iedereen met groene vingers terecht in de Hasseltse Grenslandhallen voor de 20ste editie van de vermaarde Tuinbeurs ! Het is de uitgelezen plek om frisse ideeën op te doen, professioneel advies in te winnen of om gewoon een ontspannende wandeling te maken door de mooiste indoortuin van België. De Tuinbeurs staat garant voor een spectaculaire verzameling van alle nieuwe trends voor tuin en buitendecoratie. Op een totale oppervlakte van maar liefst 17.000 m2 tonen meer dan 150 exposanten het allerbeste dat ze in huis hebben. Speciaal voor deze editie worden er tal van extra bezienswaardigheden aan het rijk gevulde programma toegevoegd. Zo vindt u er binnen- en buitenlandse modeltuinen, tuin van de toekomst, de zuiderse tuin, buitenkamer, tuindecoratie, secret garden, tuinaanleg & -onderhoud, waterelementen, kruidentuintje en glazen tuinen.
HOBBY CREATIEF SALON : DE GROOTSTE CREATIVITEITSBEURS VAN HET VOORJAAR IN VLAANDEREN ! Het Hobby Creatief Salon biedt het ruimste aanbod van verschillende creatieve hobby’s onder één dak, voor het hele gezin, jong én oud. Men vindt hier de nodige artikelen & gereedschappen om zowat alle creatieve hobby’s te beoefenen. Alle creatieve technieken worden gedemonstreerd en men kan zelf creatief aan de slag gaan in de talrijke workshops. Daarnaast zijn er tal van exposities op de beursvloer met prachtige resultaten van diverse creatieve hobby’s. Zowel de traditionele als de nieuwste creatieve trends worden gepresenteerd : o.a. juwelen & wenskaarten maken, breien, scrapbooking, vilten, handwerken, bloemschikken, keramiek, schilderen, etc.
20ste editie TUINBEURS 2007 van 9 tot 13 maart in de Hasseltse Grenslandhallen , 50 vrijkaarten te winnen ! Data :
vrij. 9 maart van 15 tot 22 u. zat. 10 en zo 11 maart van 10 tot 20 u. ma. 12 en di. 13 maart van 13 tot 19 u. Locatie : Grenslandhallen, Gouverneur Verwilghensingel 70 (Grote ring) te Hasselt Toegang : volwassenen : 8,5 euro kinderen -12 jaar : gratis 60+ : 7 euro Meer info :EventsBuro A.R.T.O. bvba Wildetijmstraat 22, 3600 Genk Tel.: 089-84.53.57 of 089-38.64.93 e-mail:
[email protected] - www.detuinbeurs.be
1
THERMAE 2OOO : WORLD OF WELLNESS , 4 dagkaarten* te winnen ! Thermae 2000 Cauberg 27 6301 BT Valkenburg a/d Geul (op 10 km van Maastricht) www.thermae.nl Tel.: +31 (0)43-609.20.01
* waarde : € 27,50
HOBBY CREATIEF SALON , 40 vrijkaarten te winnen ! Donderdag 8 t/m zondag 11 maart Dagelijks geopend van 10 tot 18 u. Antwerp Expo ANTWERPEN (Bouwcentrum) Toegangsprijzen (incl. deelnemerslijst & beursplattegrond) : Normale toegangsprijs, volwassenen : € 8,50 p.p. 60+ : € 7,50 p.p. Groepen vanaf 10 personen : € 7,50 p.p. Kinderen t/m 12 jaar, onder begeleiding : GRATIS Leden Hobby Creatief Club : GRATIS GRATIS creatief magazine (t.w.v. € 4,90) voor elke bezoeker ! Meer info : E-mail :
[email protected] Tel. (gratis, vanaf vast toestel) : 00800-27.32.84.33 www.hobbysalon.be
KORTINGSBON
Ter waarde van € 1,00 p.p. op de normale toegangsprijs*! Eén bon is geldig voor maximaal 2 personen en niet verenigbaar met andere kortingen. In te leveren aan de kassa van het 6e Hobby Creatief Salon Antwerpen : 8 t/m 11 maart – Antwerp Expo.
2 3
* De normale toegangsprijs bedraagt € 8,50 p.p.
Vr i juit
COUNTDOWN DEELNAMECOUPON Ja, ik waag mijn kans en stuur deze antwoordkaart op een gele briefkaart naar Countdown, Customers Relations, Sint-Maartenstraat 10, 3000 Leuven of ik mail mijn keuze naar :
[email protected] NAAM:............................................................... VOORNAAM:................................................. ADRES: .................................................................................................................................. ACLVB-lidnummer: ................................... MIJN KEUZE : Meer voordelen : TUINBEURS 2007 ga naar THERMAE 2OOO : WORLD OF WELLNESS HOBBY CREATIEF SALON
www.countdown.be
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
OOK VIA E-MAIL
THERMAE 2OOO : WORLD OF WELLNESS
29
30 w e r k l o z e n w e r k i n g VRIJSTELLING VOOR OUDERE WERKLOZEN Oudere werklozen kunnen, indien zij voldoen aan bepaalde voorwaarden, vrijgesteld worden van enkele verplichtingen die rusten op werklozen. Er zijn 2 types vrijstellingen : de mini-vrijstelling en de maxi-vrijstelling. In dit artikel zullen we beide vrijstellingen, hun voorwaarden en gevolgen van naderbij bekijken. Voorwaarden waaraan u moet voldoen voor het verkrijgen van een vrijstelling Indien u 58 jaar bent, kan u de mini-vrijstelling bekomen zonder aan bijkomende voorwaarden te moeten voldoen. Heeft u de leeftijd van 58 jaar nog niet bereikt, dan kan u de mini-vrijstelling krijgen indien u : , volledig werkloos bent; , minstens 50 jaar oud bent; , en minstens 312 werkloosheids- of ziekte- en invaliditeitsuitkeringen ontvangen heeft in de loop van de 2 jaar die uw vrijstellingsaanvraag voorafgaan. Net zoals de mini-vrijstelling, kan ook de maxi-vrijstelling door 58-plussers zonder meer bekomen worden. Bent u echter tussen 50 en 58 jaar oud, dan zal u tegelijkertijd aan volgende voorwaarden moeten voldoen : , u bent volledig werkloos; , u heeft minstens 312 werkloosheidsuitkeringen ontvangen in de loop van de 2 jaar die uw aanvraag om de vrijstelling te bekomen voorafgaan; , en u bewijst een beroepsverleden van minstens 38 jaar. De maxi-vrijstelling kan ook verkregen worden door werklozen tussen 50 en 58 jaar die een beroepsverleden bewijzen van minstens 40 jaar in de zin van een sectorale cao die werd neegelegd voor 1 juli 2002 (het betreft hier de textielsector).
Wat moet u doen om een van deze vrijstellingen te bekomen ? Zowel de mini- als de maxi-vrijstelling moet vooraf aangevraagd worden bij de RVA via uw ACLVBsecretariaat. Deze aanvraag gebeurt door middel van een formulier C89.
NIEUW : DE SENIORVAKANTIE Sinds 1 januari 2007 bestaat voor oudere werklozen het recht op seniorvakantie. Dit houdt in dat oudere werklozen (vanaf 50 jaar) die het werk hervatten, recht kunnen hebben op een aantal dagen aanvullende vakantie indien zij door hun werkloosheid geen of geen volledig recht op wettelijke vakantie hebben opgebouwd. Voor deze seniorvakantiedagen zal een uitkering ten laste van de RVA worden betaald. Wij houden u hierover verder op de hoogte ! KDS
V R I J U I T / F E B R U A R I
Geniet u reeds de mini-vrijstelling, maar wenst u de maxi-vrijstelling te bekomen, dan zal u een nieuwe aanvraag moeten indienen. Ook deze aanvraag gebeurt aan de hand van een formulier C89. Zolang de directeur van het Werkloosheidsbureau van de RVA geen beslissing heeft genomen over de toekenning van een vrijstelling, zal u uw verplichtingen als werkloze verder moeten naleven. Wordt de vrijstelling geweigerd, dan kan u binnen de 3 maanden tegen deze beslissing in beroep gaan bij de arbeidsrechtbank.
Voor welke verplichtingen geldt de vrijstelling ? Indien u de mini-vrijstelling heeft bekomen, wordt u niet meer ambtshalve ingeschreven in een PWA. U moet zich echter nog steeds inschrijven als werkzoekende en u moet beschikbaar zijn of blijven voor de arbeidsmarkt. Indien u de maxi-vrijstelling geniet, bent u vrijgesteld van volgende verplichtingen : , u wordt niet meer ambtshalve ingeschreven in een PWA; , u moet niet langer ingeschreven zijn als werkzoekende; , u moet niet beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt; , en u mag een aangeboden dienstbetrekking weigeren. Beide vrijstellingen laten u toe een bijberoep aan te vatten tijdens uw werkloosheid en elke activiteit uit te oefenen met betrekking tot uw eigen bezit. Zo kan u bijvoorbeeld onderhouds- of aanpassingswerken uitvoeren aan uw woning (op voorwaarde dat dit niet kadert in de verkoop of verhuur ervan).
2 0 0 7
Enkele opmerkingen De leeftijdsvoorwaarde van 50 of 58 jaar moet bereikt zijn ten laatste in de maand waarvoor de vrijstelling wordt aangevraagd. Bent u bijvoorbeeld geboren op 12 maart 1949, dan zal de maxi-vrijstelling ten vroegste kunnen ingaan vanaf 1 maart 2007. De periode van 2 jaar waarin u 312 uitkeringen moet bewijzen, wordt berekend van datum tot datum en kan niet verlengd worden. Voor de berekening van uw beroepsverleden worden volgende dagen in aanmerking genomen : , arbeids- en gelijkgestelde dagen; , militaire dienst of burgerdienst; , loopbaanonderbreking, tijdskrediet en onderbreking van de arbeid voor de opvoeding van een eerste kind jonger dan 6 jaar (samen gelijkgesteld voor een maximum van 3 jaar); , onderbreking van arbeid voor de opvoeding van andere kinderen jonger dan 6 jaar (maximum 3 jaar); , werkloosheidsdagen (maximum 5 jaar). Indien u een vrijstelling geniet, moet u in het bezit zijn van een controlekaart C3D mini of C3D maxi, naargelang u een mini- dan wel een maxi-vrijstelling geniet. Verricht u arbeid die niet cumuleerbaar is met werkloosheiduitkeringen, dan zal u de desbetreffende vakjes op de controlekaart zwart moeten maken. Op het einde van de maand dient u deze kaart in bij uw ACLVB-secretariaat. Het is belangrijk de instructies op de controlekaart te lezen, het niet naleven ervan kan immers tot sancties leiden. Kim DE SCHAMPHELEIRE
werklozenwerking
31
Open School
TRUCKERS EN KINDERVERZORGSTERS OP DE SCHOOLBANKEN “Stilstaan is achteruitgaan”, stelt Jan al meteen bij het begin van ons gesprek. “Daarom volg ik bij Open School een cursus ‘Taal op het werk’. Samen met tien andere cursisten leer ik er vlotter omgaan met taal in een werksituatie. Drie maanden lang komen we één avond in de week samen. We zijn dan een paar uur aan de slag met lees- en schrijfoefeningen. Ik vind de lessen boeiend en op mijn werk sta ik een stuk steviger in mijn schoenen.” Jan is 38 en woont samen met vriendin Sofie en dochtertje Ans. Hij houdt van sport en heeft als oudscoutsleider een grote vriendenkring. Jan heeft een leidinggevende functie in een atelier waar houtwerk op maat wordt gemaakt. Hij overlegt met klanten en zorgt ervoor dat de opdrachten correct worden doorgegeven aan medewerkers en leveranciers. “Het is belangrijk dat alles duidelijk op papier staat”, legt hij uit. “Tijdens de les leren we onder meer werkinstructies opstellen en gebruiken. We schrijven werkverslagen en nemen notities tijdens een telefoongesprek. En natuurlijk wordt ook de nodige aandacht besteed aan solliciteren.” Net zoals Jan kunnen ook schippers, truckers, schoonmaaksters, kinderverzorgsters, bejaardenhelpsters en werkzoekenden opnieuw naar de schoolbanken. Of het niet moeilijk is de cursus te combineren met een voltijdse job en de zorg voor een jong gezin ? “Dat valt best mee”, aldus Jan. “Het is vooral een kwestie van plannen en goede afspraken maken. Mijn vriendin sport op maandagavond, dinsdag volg ik les en vrijdag is mijn basketavond. Zo maken we de nodige tijd voor onszelf én houden we energie over voor ons gezin en voor ons dochtertje.” Na een drukke werkdag nog een paar uur les volgen lijkt misschien wel zwaar, maar in de praktijk valt dat volgens Jan best mee. “Ik kijk er altijd weer naar uit”, vertelt hij. “De sfeer in onze lesgroep is echt tof. Ieder heeft zijn eigen interesses en studeert op zijn manier. En als het nodig is steunen we elkaar door dik en dun.” Binnenkort start Open School Noord-Antwerpen een nieuwe cursus ‘Taal op het werk’ Wanneer ? 12 lessen op dinsdagavond Start 20 maart, 19.00 - 22.00 uur Waar ? Hoogboomsesteenweg 113, Kapellen Prijs ? 2,5 kopiekosten. Hoe inschrijven ? Bel naar 03-605.00.09. Ook in andere regio’s organiseert Open School cursussen voor volwassenen die in hun jeugd door allerlei omstandigheden onvoldoende kansen hebben gekregen. Er zijn in Vlaanderen en Brussel 29 centra voor basiseducatie. Volwassenen die bijvoorbeeld geen diploma middelbaar onderwijs hebben, kunnen hier les volgen. Zij volgen cursussen Lezen en schrijven, Nederlands opfrissen, Rekenen, Computer, Frans,
Zeker van jezelf, Bijblijven, Leren kan je leren, Theorie van het rijbewijs of Nederlands voor anderstaligen.
Hoe leert men ? Bij basiseducatie volgt men een cursus in groep. Meestal zijn dat kleine groepen. Men leert er veel van elkaar. Men leert ook zelfstandig werken, op het eigen tempo en op het eigen niveau. Wat men leert is praktisch bruikbaar : thuis, op het werk, in het dagelijks leven. Als men meer wil oefenen, kan dat in het open leercentrum. In een apart lokaal, los van de groep, kan men individueel komen werken. Er is altijd een lesgever aanwezig die de cursisten verder helpt indien nodig. De startdata en adresgegevens van alle centra in Vlaanderen en Brussel zijn te vinden op volgende website : www.basiseducatie.be
Stagewebsite
DE GEKNIPTE STAGEPLAATS VIA WWW.STAGEFORUM.BE Het is vaak niet eenvoudig om een geschikte stageplaats of leerwerkplaats te vinden. Voor bedrijven of organisaties is het evenmin gemakkelijk om een geschikte stagiair te vinden. Om hieraan tegemoet te komen heeft DIVA vzw met de steun van de Vlaamse Gemeenschap een stagewebsite ontwikkeld. Welke studierichting je ook volgt - technisch, administratief, verzorgend ... - een vak leren, doe je niet alleen via de theorie- en praktijklessen op school. Een stage of leerwerkervaring is de ideale manier om de kneepjes van het vak onder de knie te krijgen. In een échte werkomgeving én met ervaren mensen die je begeleiden. Maar een stageplaats vinden is niet altijd eenvoudig. Hoe begin je aan je zoektocht ? Hoe weet je of een bedrijf of organisatie een stageof leerwerkplaats aanbiedt ? www.stageforum.be is een nieuwe website waar vragers en aanbieders van stageplaatsen elkaar kunnen ontmoeten. Nu kun je zelf actief op zoek gaan naar een bedrijf dat je een stage- of leerwerkplaats kan aanbieden. Of je kunt ook je gegevens en een stageaanvraag achterlaten. Een bedrijf of een organisatie die op zoek is naar een stagiair, kan dan contact met je opnemen. Op www.stageforum.be heb je verschillende opties. - Je kunt aan de hand van verschillende criteria vrij zoeken naar een geschikte stageplaats. - Als je zelf je kandidatuur ingeeft, dan kan een bedrijf dat op zoek is naar iemand met jouw profiel contact met je opnemen. - Je kunt via e-mail op de hoogte gehouden worden van nieuwe stageplaatsen die beantwoorden aan je zoekcriteria. Zo vind je met enkele muisklikken de weg naar de geknipte stageplaats. Meer info : www.stageforum.be
V R I J U I T / F E B R U A R I
2 0 0 7
32 e d i t o r i a a l IPA 2007/2008
DE WERKGEVERS MOETEN HUN ENGAGEMENT VOOR VORMING HOUDEN De competitiviteit van onze economie wordt niet bereikt door het inkrimpen van de lonen, het onzeker maken van de tewerkstelling of het in vraag stellen van de sociale bescherming. Niemand in West-Europa wil minder goed te leven, niemand wil dat zijn kinderen een minder goed leven hebben onder het voorwendsel dat het minder duur is om mensen in andere delen van de wereld tewerk te stellen die niet over dezelfde sociale bescherming beschikken. Niemand wil dat en zeker niet de mensen die het nu al zeer slecht hebben in ons land.
D
De competitiviteit van de Belgische economie moet steunen op de waarde van de werknemers en het innovatievermogen van de ondernemingen. Het interprofessioneel akkoord omvat twee belangrijke hoofdstukken over vorming en investeringen in onderzoek en ontwikkeling. De sectoren wordt gevraagd om, in het kader van de tweejaarlijkse sectorale onderhandelingen, concrete pistes uit te werken om ofwel de beloofde inspanningen met 0,1 % per jaar te verhogen ofwel om de participatiegraad aan vormingen met 5 % te verhogen. Alle sectoren zullen deze inspanning doorzetten zolang het algemene doel van 1,9 % niet bereikt is geworden. De Liberale Vakbond zal zelf beginnen met het goede voorbeeld te geven. Naast het inrichten van algemene vormingen voor onze militanten, ben ik voorstander van sectorale vormingen en bedrijfsvormingen op maat van onze leden en afgevaardigden. Zeker voor deze laatste groep zijn assertiviteitstrainingen, vormingen in onderhandelingstechnieken en in communicatie met de media nuttig en noodzakelijk. Dat alles zal natuurlijk een omkadering en ondersteuning van onze diensten vergen. Er zullen voor onze medewerkers in de zones en de centrale diensten gepaste opleidingen georganiseerd moeten worden. Het leveren van individuele diensten, rechtskundige bijstand, ondersteuning voor niet-actieven en syndicale ondersteuning kunnen slechts gegeven worden door medewerkers die goed opgeleid zijn. De doelstelling om 1,9 % van de loonmassa aan vormingsinspanningen te wijden, zal duidelijk bereikt en zelfs overschreden worden in onze organisatie. De onderhandelingen voor de collectieve arbeidsovereenkomsten zullen weldra van start gaan. Het komt aan onze afgevaardigden in de paritaire comités en de verschillende ondernemingsorganen (ondernemingsraad, comité preventie en bescherming op het werk, syndicale delegatie) toe om maatregelen ten voordele van vorming en innovatie te stimuleren. Over het algemeen zal de nadruk gelegd moeten worden op alle eisen die de tevredenheid van de werknemers kunnen verbeteren die zij kunnen ondervinden bij het werken, om zo productief te blijven. Bij de Liberale Vakbond denken we niet dat de vormingen beperkt moeten blijven tot de kennis die in direct verband staat met het beroep van de werknemer. Iedereen moet de mogelijkheid hebben om algemene vormingen voor zijn persoonlijke ontwikkeling te volgen of om zich om te scholen naar een ander beroep. Om die reden gaan we van zeer nabij een dossier volgen dat door het interprofessioneel akkoord werd opengelaten : de hervorming van het betaald educatief verlof. Dit jaar hebben budgettaire moeilijkheden de regering ertoe gebracht om het aantal toegestane uren te verminderen. In het kader van het interprofessioneel akkoord zijn de sociale partners het eens geworden om de structurele problemen van het fonds voor het betaald educatief verlof in twee stappen op te lossen. Ten eerste door het regime voor het schooljaar 2007-2008 veilig te stellen en vervolgens door voor juni 2007 fundamentelere hervormingsvoorstellen te formuleren. Vorming brengt zeker een kost met zich mee, maar dat moet gezien worden als een investering die ons echter veel kan opleveren.
Vr ijuit
Maandblad van de Liberale Vakbond ACLVB Koning Albertlaan 95 9000 GENT Tel. : 09-222.57.51 E-mail :
[email protected] http://www.aclvb.be
V R I J U I T / F E B R U A R I
Verantwoordelijke Uitgever Jan VERCAMST Koning Albertlaan 95 9000 GENT Coördinatie Hugo VAN LANCKER
2 0 0 7
Redactie Annick COLPAERT Didier SEGHIN Hugo VAN LANCKER Dimitri VERSTRAETEN E-mail :
[email protected]
Verschijnt niet in augustus. Prepress & druk Creative Plus Production & Nevada-Nimifi ISSN 0778-8517
De polyethyleen wikkel van dit magazine is biologisch afbreekbaar en 100 % recycleerbaar.
Jan VERCAMST, Nationaal Voorzitter