INHOUDSOPGAVE
VOORWOORD
3
2010 IN ÉÉN OOGOPSLAG
4
ALGEMENE ONTWIKKELINGEN IN 2010
5
SPECIFIEKE ONTWIKKELINGEN
6
OVERIGE WERKZAAMHEDEN
10
HULPVERLENING VAN HET ALGEMEEN MAATSCHAPPELIJK WERK
11
DE HULPVERLENINGSCIJFERS AMW EN DE KERN PRESTATIE INDICATOREN UIT HET DIENSTENBOEK.
13
HULPVRAGER EN HULPVRAAG IN HET AMW NADER IN BEELD
15
SOCIAAL RAADSLIEDENWERK
17
JEUGDMAATSCHAPPELIJK WERK
19
ZORG VOOR JEUGD
20
JAARVERSLAG 2010
Pagina 2
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Voorwoord Het jaar 2010 is samengevat in het algemeen inhoudelijk jaarverslag en de jaarrekening die al eerder is vastgesteld. Ook nu verschijnt voor iedere gemeente in het werkgebied bovendien een deelverslag waarin uitgebreid wordt ingegaan op de lokale ontwikkelingen in het afgelopen jaar. Aanzet is een eerstelijns basisvoorziening voor algemeen maatschappelijk werk, sociaal raadsliedenwerk, schoolmaatschappelijk werk, jeugdpreventiewerk en bedrijfsmaatschappelijk werk in de gemeenten Bernheze, Boekel, Landerd, Maasdonk, Oss, Uden en Veghel. Samen vormen deze zeven gemeenten het werkgebied van Aanzet met in totaal 225.852 inwoners. Aanzet levert professionele hulp- en dienstverlening aan burgers die tijdelijk ondersteuning nodig hebben. Op 15 spreekuurpunten is Aanzet lokaal aanwezig en zonder verwijzing direct toegankelijk. Via HulpOnline wordt langs digitale weg hulp geboden. We helpen mensen die even vastzitten weer op weg, geven ze een duwtje in de rug, lopen een eindje met ze mee en zij gaan dan zelf aan de slag en op eigen kracht weer verder. Aanzet geeft mensen een aanzet, daarna zijn mensen zelf aan zet! In dit jaarverslag geven wij u eerst een compleet beeld van de ontwikkeling rondom Aanzet en haar dienstverlening. Daarna komen onze activiteiten één voor één aan bod. Bij het algemeen maatschappelijk werk wordt gerapporteerd over de uitgevoerde werkzaamheden aan de hand van Kern Prestatie Indicatoren (KPI’s). Deze zijn afkomstig uit het Dienstenboek dat Aanzet heeft ontwikkeld. In combinatie met de jaarrekening 2010 verzorgt dit jaarverslag het totaal overzicht 2010.
Oss,
Mr. M. T. Greidanus Bestuurder – directeur
Het centraal bureau van Aanzet is gevestigd: Schadewijkstraat 6, 5348 BC Oss met als postadres Postbus 322, 5340 AH Oss, telefoonnummer (0412) 62 38 80, telefax (0412) 62 49 55, e-mailadres
[email protected]. JAARVERSLAG 2010
Pagina 3
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
2010 in één oogopslag •
• • • • • • •
• • • •
• • •
•
•
•
In 2010 deden 4766 burgers een beroep op het algemeen maatschappelijk werk, 6126 burgers op het sociaal raadsliedenwerk en 982 op de verschillende vormen van jeugdmaatschappelijk werk. In totaal werden 11874 mensen bereikt. Er was sprake van een toename van het aantal dossiers amw met 5% en van het jeugdmaatschappelijk werk met 15%. Het Sociaal Raadsliedenwerk nam met 3% af. Het bereik van het algemeen maatschappelijk werk onder de bevolking was 2 % (inclusief korte kontakten). 102 medewerkers maakten het mogelijk om onze diensten in 7 gemeentes uit te voeren. Eind juni 2010 nam Aanzet afscheid van Paul Janssen die meer dan 25 jaar aan het roer van onze organisatie stond. Op 1 juni 2010 trad Thérèse Greidanus in dienst als bestuurder-directeur. In 2010 zijn de eerste stappen gezet om te komen tot integrale teams, dat wil zeggen teams waarin alle drie de vormen van de dienstverlening van Aanzet samenwerken. 2010 stond onder meer in het teken van verscherpte kostenbeheersing. De formatie van het maatschappelijk werk en het sociaal raadsliedenwerk verminderde iets. De toename van het aantal AMWdossiers met 5% veroorzaakte wachtlijsten. Er werden 4 spreekuurpunten AMW gesloten; in Erp, Megen, Nistelrode (het gesprek hierover is met de gemeente Bernheze nog gaande) en Oss Zuid. De beroepsregistratie voor maatschappelijk werkers die voor 2010 op de planning stond kon geen doorgang vinden en is uitgesteld tot 2012. Scherpe kostenbeheersing heeft als resultaat gehad dat we 2010 financieel gezond hebben kunnen afsluiten met zelfs een klein positief saldo. Vanaf november 2010 coördineert Aanzet CJG geeft antwoord in regio Leijgraaf. In het lokale jeugdbeleid voeren wij met onze diensten Jeugdmaatschappelijk werk en Jeugdpreventiewerk de functie van het CJG op locatie uit. De Sociaal Raadslieden voerden meer dienstverlening uit op locatie, op het Zorgplein in Oss, het werkplein in Veghel en bij de GGZ in Oss. De Cliëntenraad van Aanzet kon eind 2010 worden geïnstalleerd. De Raad is nog niet op volle sterkte, in 2011 wordt aan uitbreiding gewerkt. De dienst POH GGZ, waarvoor Aanzet in 2009 10 medewerkers opleidde kon slechts bij twee huisartsenpraktijken -waarvan één buiten de regio- worden ingezet. De oorzaak hiervan ligt in onvoldoende duidelijkheid over mogelijke Btw-heffing voor deze dienst van Aanzet. Met een dergelijke heffing prijzen we ons uit de markt ten opzichte van andere aanbieders die voor de dienst POH GGZ vrijgesteld zijn van Btw. In 2011 hopen we het aanbod van deze dienst financieel aantrekkelijk te kunnen offreren. Het ziekteverzuim bedroeg in 2010 7,69 % exclusief zwangerschap en ziekte ten gevolge van zwangerschap. Daarvan was 5,8 % langdurig ziekteverzuim (= langer dan 42 kalenderdagen) en grotendeels niet werkgerelateerd. Het management blijft extra aandacht besteden aan het ziekteverzuimbeleid. In 2010 heeft Aanzet een overeenkomst gesloten met een bedrijfsarts van Medicosa die op onze eigen locatie spreekuur houdt. Doelstelling voor 2010 was om op het gemiddeld verzuimpercentage van de branche, 5 %, uit te komen maar daar zijn we jammer genoeg niet in geslaagd. In het verslagjaar werden 2 klachten over de hulpverlening ingediend. Deze konden via het minnelijk traject naar tevredenheid worden opgelost, waardoor de externe klachtencommissie niet ingeschakeld hoefde te worden. Er werd in 2010 geen beroep gedaan op de externe vertrouwenspersoon voor het personeel.
JAARVERSLAG 2010
Pagina 4
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Algemene Ontwikkelingen in 2010 Welzijn nieuwe stijl Aanzet is betrokken bij de ontwikkeling van Welzijn Nieuwe Stijl. De wettelijke kaders weerspiegelen het nieuwe denken: van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving. Hulpverlening blijft een recht maar pas als mensen er zelf, met hun netwerk, vrijwilligers en collectieve interventies niet uitkomen. De uitgangspunten van vraaggericht werken en de verantwoordelijke burger onderschrijven wij van harte. Wel zal een andere kijk op dit punt zowel van de burger als van de hulpverlener noodzakelijk zijn. De burger was lang gewend dat zijn/haar problematiek door “deskundigen” werd opgelost. Nog veel mensen komen niet op het idee om inzage te vragen in de verwijsbrief die zij van hun huisarts meekrijgen en nog veel huisartsen hebben niet de gewoonte om zo’n brief samen met de patiënt op te stellen. Maar daar begint het mee; de regie verliezen over je eigen situatie en deze in handen leggen van “deskundigen”. Welzijn nieuwe stijl beoogt de regie terug te geven aan de burgers, de verantwoordelijkheid voor leven en keuzes bij de mens zelf te leggen, bij hem en zijn directe omgeving. Veel burgers zijn hier niet op ingesteld. Landelijk wordt er van uitgegaan dat 80% van de bevolking zich meestal prima redt, 15% heeft periodiek hulp/zorg nodig en voor 5% geldt dit voortdurend. Deze 5% zijn de kwetsbare burgers die nooit helemaal voor zichzelf kunnen zorgen. Wij staan voor een samenleving die een veilige plek biedt voor mensen die duurzame ondersteuning en een beschutte vorm van wonen en werk nodig hebben. Niet alleen als preventief beleid om overlast van ontspoorde onaangepasten te voorkomen maar 1 omdat dit een “fatsoenlijke samenleving” kenmerkt. Alleen inzetten op de 5% kwetsbare burgers is onvoldoende. Hulp en ondersteuning als het nodig is voor genoemde 15% voorkomt dat deze burgers terecht komen bij de 5% die niet buiten duurzame ondersteuning kan. Bij hulpvragers kun je drie varianten onderscheiden: 1. De opvatting: je zorgt voor jezelf en voor je naasten 2. Nood breekt wet: je vraagt om hulp als het niet anders kan 3. Deels zorg je voor jezelf, maar op bepaalde terreinen heb je de overheid of hulpverleningsinstanties nodig. Het valt op dat allochtone hulpvragers zich vaak in variant 1. en 2. bevinden terwijl in het westen opgegroeiden in 2. en 3. te vinden zijn. Dit is overigens ook een (deel van een) antwoord op de vraag waarom casussen hulpverlening aan allochtonen vaak gecompliceerd zijn: de hulpvrager heeft vaak erg lang gewacht voordat hij/zij zich meldde.
Visie- en methodiekontwikkeling In januari 2010 werden op een organisatiebrede visiedag de kernwaarden van Aanzet door alle medewerkers van concrete acties voorzien. Onze kernwaarden zijn: toegankelijk, betrouwbaar, meedenkend, professioneel, ondernemend. De medewerkers brachten nieuw aanbod, verbetering van de toegankelijkheid en snellere en efficiëntere hulp- en dienstverlening in kaart en verbonden deze met de speerpunten van organisatieontwikkeling die door het management waren geformuleerd. De afstemming en samenwerking tussen algemeen- en jeugdmaatschappelijk werk; jeugdpreventiewerk en sociaal raadsliedenwerk vonden hun vorm in het instellen van integrale teams die de oude teams per sector vanaf januari 2011 vervangen. De voorbereidingen hiertoe vonden plaats in 2010. Meer dossiers met minder hulpverleners maakt andere methodieken noodzakelijk. Vanuit de
1
De term ‘een fatsoenlijke samenleving’ is van de filosoof Avishai Margalit. Hij bepleit een samenleving die niet alleen rechtvaardig is maar waarin mensen op een fatsoenlijke en respectvolle manier met elkaar en hun omgeving omgaan en waarbij instituties en organisaties hierin het voorbeeld geven; de burger niet kleineren maar op een waardige manier met hem omgaan. JAARVERSLAG 2010
Pagina 5
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
aansturing is sinds enkele jaren de kortdurende hulpverlening geïntroduceerd, waarvoor wij een traject volgens een zogenaamd vijf-gesprekken-model hebben ontwikkeld. Na 5 gesprekken wordt pas op de plaats gemaakt, teruggekeken op de hulpvraag en het cliëntwerkplan bijgesteld. Cliënten worden zich hierdoor meer bewust van hun proces en vorderingen, wat vaak leidt tot een snellere afronding van de hulpverlening. In het jaar 2011 wordt deze ontwikkeling doorgezet. Maar we hebben ook nieuwe methodieken ontwikkeld om de wachtlijst tegen te gaan. Hiervan noemen we het clusteren van hulpvragen in Flitsgroepen; 4 á 5 cliënten werken onder begeleiding van een maatschappelijk werker gezamenlijk aan hun problematiek. Een Flitsgroep zit tussen individueel en hulpverlenend groepswerk in. Thema’s van Flitsgroepen in 2010 waren: Opvoedingsproblematiek; Communicatie van paren; en Assertiviteit jong volwassenen. De eerste ervaringen met Flitsgroepen leveren positieve resultaten op. In een lotgenotengroep worden cliënten op hun eigen kracht aangesproken, het proces is gericht op het delen van ervaringen en van elkaar leren, op participeren in plaats van consumeren. Deze werkwijze zal ook de komende periode verder worden ontwikkeld.
Organisatieontwikkeling In 2010 werd de eerder ingezette organisatieontwikkeling doorgezet. Formeel is er vanaf 1 januari 2011 sprake van een nieuwe organisatievorm, maar deze is in het najaar van 2010 al wel in praktijk gebracht. Er is een manager bedrijfsvoering benoemd met het doel om een aantal zakelijke taken in eigen beheer uit te voeren en minder gebruik te maken van externe deskundigen. Het managementteam is van 5 naar 3 gekrompen en de managers gaan met integraal samengestelde teams alle hulp- en dienstverleners van een regio aansturen: één team van algemeen en jeugdmaatschappelijk werkers, sociaal raadslieden en jeugdpreventiewerkers. Er zijn twee (halftime) stafmedewerkers benoemd die respectievelijk innovatie en werkontwikkeling en PR, communicatie en directieondersteuning in hun takenpakket hebben. Deze deelgebieden werden tevoren door managers “erbij gedaan”. Nu hebben ze een volwaardige plaats gekregen in onze organisatie. De invulling van de vacatures is door interne verschuivingen gerealiseerd.
Specifieke Ontwikkelingen Jeugdmaatschappelijk werk Aanzet voert in haar hele werkgebied diensten uit in het kader van het lokale jeugdbeleid: Schoolmaatschappelijk werk op alle basisscholen, voortgezet onderwijs en MBO en Jeugdpreventie werk. Daarnaast draagt Aanzet zorg voor de coördinatie van het Centrum Jeugd en Gezin Maasland (Oss, Bernheze, Maasdonk) en CJGgeeftantwoord (Uden, Veghel, Boekel, Landerd en St. Oedenrode). Het lokale jeugdbeleid maakt door de komst van de Centra Jeugd en Gezin een enorme ontwikkeling door. De gemeenten voeren de regie en Aanzet is als belangrijke partner in het lokale veld hier nauw bij betrokken. In 2010 hebben de gemeenten Boekel, Landerd, Uden en Veghel besloten het schoolmaatschappelijk werk uit te breiden tot 8 uur per maand op elke basisschool. Vooral de aansluiting op het CJGgeeftantwoord lag hieraan ten grondslag. Door extra middelen van de ROC’s is de formatie van het Schoolmaatschappelijk werk op ROC Uden, Veghel en Oss eveneens uitgebreid.
Plusvoorziening ROC de Leijgraaf voert de “Plusvoorziening” uit die voorziet in extra middelen om schooluitval van “kwetsbare” jongeren tussen 12-23 jaar te voorkomen. Aanzet maakt samen met “Sterk in werk” en het ROC deel uit van het multidisciplinair team Plusvoorziening, waarin de aanvragen worden besproken en toegekend. JAARVERSLAG 2010
Pagina 6
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Centra Jeugd en Gezin In 2010 heeft “Aanzet” de coördinatie gekregen van het CJGgeeftantwoord in Uden, Veghel, Boekel, Landerd en St. Oedenrode. Sinds 2007 heeft Aanzet al de coördinatie van het CJG Maasland waardoor we nu afgestemd op het lokale jeugdbeleid, in de regio op een eenduidige manier het Centrum Jeugd en Gezin kunnen vormgeven. De naderende Transitie Jeugdzorg vereist een regionale structuur voor het CJG Maasland, CJGgeeftantwoord en CJG Land van Cuijk. In 2010 is er een regionaal plan ontwikkeld waarin de nazorg vanuit de geïndiceerde jeugdzorg -GGZ- wordt geregeld via de Centra Jeugd en Gezin. In samenwerking met de gemeenten en CJG’s is ook het plan de juiste zorg op het juiste moment “Oost west thuis best” ontwikkeld door Aanzet, GGD, Thuiszorg, MEE en de geïndiceerde jeugdzorg. Hierdoor kan er de komende jaren extra lokaal preventief aanbod ingezet worden in regio Noordoost Brabant. ( Rap4; Regionaal actieplan 4 gesubsidieerd vanuit de provincie).
Jeugd Preventie Werk Aanzet voert in het hele werkgebied Jeugd preventie werk uit, aansluitend op de vindplaatsen bij politie, jongerenwerk, leerplicht, CJG en Halt. (In 2010 heeft de gemeente Landerd besloten het aantal trajecten van Jeugd Preventie Werk af te bouwen van 7 naar 4 in 2012). Vanaf de oprichting van het Veiligheidshuis heeft het jeugdpreventiewerk deelgenomen aan het CRJ ( casus overleg risicojeugd). In 2010 is echter door de gemeenten besloten het CRJ anders te positioneren; dit heeft geleid tot het instellen van het VAT ( Veiligheids AdviesTeam) in de CJG’s. In 2011 zal er in elk CJG een VAT functioneren waarin Politie, Leerplicht, Halt, Jongerenwerk en JPW overleggen onder voorzitterschap van het CJG. Het JPW maakt vanaf oktober 2010 geen deel meer uit van het CRJ. De coördinatoren van de CJG’s dragen zorg voor de afstemming met het Veiligheidshuis.
Coach+ Coach+ is een samenwerkingsproject van Vivaan, Aanzet en Oosterpoort dat vanaf 2010 in de gemeente Oss wordt uitgevoerd. Jongeren tussen de 16-23 jaar die risico lopen op crimineel gedrag krijgen outreachend een coachingstraject aangeboden. Een half jaar lang worden zij intensief begeleid door coaches van Vivaan en Aanzet. De interventies worden gecoördineerd door het Kernteam waarin Oosterpoort de voorzittersrol vervult. Vooral de intensieve samenwerking van Aanzet, Vivaan, Oosterpoort en het Verdihuis en de partners in de tweede schil is uniek te noemen. De coaches werken nauw samen met ketenpartners die zo nodig kunnen worden ingeschakeld. In 2011 worden coach+, 4-sure en C-coach samengevoegd tot één dienst.
Sociaal Raadsliedenwerk Het spreekuur op het Zorgplein in het gemeentehuis in Oss is na gebleken succes structureel voortgezet. SRW maakt onderdeel uit van het antwoord dat de aangesloten instellingen gezamenlijk bieden aan de vragende burger. Nadat in 2009 het Platform WAO in Oss was opgeheven zijn de sociaal raadslieden in overleg met de gemeente Oss in november een WAO/WIA- spreekuur gestart. Met 134 hulpvragen in dit eerste jaar kunnen we concluderen dat dit speciale spreekuur in een behoefte voorziet. SRW is steeds meer werkzaam in netwerken en niet meer los te zien van andere basisvoorzieningen in het kader van armoedebeleid zoals de voedselbank, PROTA en het Maatjesproject, de formulierenbrigade en budgetteringscursussen. Naast de spreekuren op locatie op het Zorgplein in Oss + voor WAO/WIA werd een spreekuur op het Werkplein in Veghel opgezet en bij de GGZ in Oss. Dit laatste spreekuur ging begin 2010 van start en werd medio 2010 opgeheven toen de huurovereenkomst met de GGZ werd opgezegd. Het spreekuur in Landerd is opgeheven omdat er te weinig gebruik van werd gemaakt. JAARVERSLAG 2010
Pagina 7
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
In totaal is het aantal hulpvragers dit jaar met 3% afgenomen. Het is goed om in herinnering te brengen dat sinds in 2004 Bureau Sociaal Raadslieden bij onze Stichting is aangesloten, de tendens naar verbetering van de professionele organisatie is ingezet. De inzet van vrijwilligers werd beperkt en is uiteindelijk verdwenen. Daarnaast is in deze jaren de formatie gekrompen. Minder bezetting betekent in drukke tijden wachttijden, bv. als de aangiftes voor de inkomstenbelasting of de aanvragen voor toeslagen de deur uit moeten. Vaak zoeken burgers een alternatief in hun eigen omgeving of bij andere instanties. De drukte op het Zorgplein neemt toe als er bij SRW een wachttijd is. Sociaal Raadsliedenwerk blijkt een efficiënte vorm van laagdrempelige sociaal juridische dienstverlening: 73% van de hulpvragers is binnen een half uur geholpen.
Signalering Het raadsliedenwerk vervult tevens een signalerende functie naar overheid en instanties op het gebied van (onjuiste) toepassing van wet- en regelgeving, maar ook over de wijze waarop gemeenten en publieke organisaties functioneren. Raadslieden werken hierin samen met hulpverleners. In 2010 heeft het Signaleringsteam de procedure rond signalering verbeterd. Er zijn in 2010 van het raadsliedenwerk en het maatschappelijk werk16 signalen ontvangen en hierop is adequaat gereageerd.
Ondersteuning mantelzorgers Op het gebied van mantelzorg heeft Aanzet al de nodige stappen gezet. In 2010 vond verdere uitbouw plaats. - Er is onder alle hulp- en dienstverleners onderzocht in hoeverre men bekend en ervaren is met de problematiek van mantelzorgers, hun hulpvraag en wat maatschappelijk werk en sociaal raadsliedenwerk hierin kan bieden. - In het voorjaar 2010 namen alle hulp- en dienstverleners deel aan een eenmalige training Familiezorg. - In alle teams maatschappelijk werk en sociaal raadsliedenwerk is een aandachtsfunctionaris mantelzorg aangesteld. Zij hebben een intensieve training Familiezorg gevolgd. Deze hulp-en dienstverleners maken intern deel uit van een - Werkgroep Mantelzorg en Ouderen die de problematiek van en de methodiek ten behoeve van genoemde doelgroep onder de aandacht houdt. - Aanzet geeft regelmatig een interne Nieuwsbrief Mantelzorgondersteuning uit en af en toe een externe Nieuwsbrief voor alle samenwerkingscontacten. - Aanzet heeft een ondersteuningsgroep mantelzorgers in het aanbod waarvan in 2010 in regio Uden/Veghel gebruik is gemaakt. In de regio werkten we ook op deze thematiek samen. - Aanzet neemt deel aan de Werkgroep mantelzorgondersteuning Oss die onder andere de dag voor de mantelzorg organiseerde. - Eveneens participeren we in het Mantelzorgoverleg Uden/Veghel/Landerd/Boekel/St. Oedenrode. - We leverden een bijdrage aan het ontwikkelen van de Beleidsnotitie Mantelzorg in de gemeente Uden. - We hebben ontspoorde zorg van ouderen bij het Veiligheidshuis op de agenda gezet.
Hulpverlening aan mensen met een niet-westerse achtergrond Nadat we enkele jaren veel hebben geïnvesteerd in de ontwikkeling van intercultureel werken stond in 2010 de implementatie hiervan centraal. De aandachtsfunctionaris hulpverlening aan allochtonen wordt vooral ingezet voor contacten en verbetering in samenwerking met het Taal- en Vertaalcentrum en consultatie aan de teams maatschappelijk werk en jeugd. Thema’s zijn daarbij vooral cultuurspecifieke aspecten en hierop passende methodieken. Deze laatste zijn vaak ook goed bruikbaar in de begeleiding van minder taalvaardige autochtonen, wat dit betreft biedt de expertise JAARVERSLAG 2010
Pagina 8
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
van de hulpverlening aan anderstaligen een meerwaarde voor het maatschappelijk werk in het algemeen. De aandachtsfunctionaris biedt ook individuele coaching aan collega’s bij hulpverlening aan niet-westerse hulpvragers als sprake is van cultuurspecifieke problematiek. De groep Turkse Vrouwen die wekelijks in Uden bijeen kwam is opgeheven. De naar verhouding forse investering -intensieve begeleiding van een hulpverlener + een tolk- was hiervan de reden. Met de deelneemsters is gezocht naar een passende overdracht naar o.a. de GGZ. Het tolkenbeleid is aangescherpt en de inzet van een face-to-face tolk in de hulpverlening is verminderd. De kosten van deze faciliteit zijn hoog terwijl het rendement niet altijd duidelijk is. Bovendien kwam het voor dat een cliënt niet kwam opdagen terwijl hulpverlener + ingehuurde tolk op hem/haar zaten te wachten. We blijven zo nodig de (telefonische) tolk inschakelen; het krijgen van hulp mag niet door gebrek aan taalvaardigheid worden belemmerd.
Aanpak van huiselijk geweld In het casusoverleg van het Regionaal Veiligheidshuis Maas en Leijgraaf werden 531 casussen (zaken) besproken. Vanuit het overleg zijn 94 cliënten naar Aanzet verwezen. Naast deze doorverwijzingen zijn 68 casussen langs andere weg bij Aanzet aangemeld voor hulpverlening. In totaal had Aanzet 162 casussen in begeleiding: 120 slachtoffers, 30 plegers, 10 kinderen/getuigen. Verder werden 2 maal interventies gepleegd in het kader van een tijdelijk huisverbod. Het in 2009 ingestelde team voor snelle interventies bij huiselijk geweld heeft zijn bestaansrecht bewezen. Bij dit team kunnen te allen tijde meldingen van huiselijk geweld worden gedaan. Binnen 48 uur vinden er interventies plaats. Het Regionaal Steunpunt Huiselijk Geweld waarvan dit team deel uitmaakt voert deze taak uit voor 20 Brabantse gemeenten. Aanzet heeft 4 getrainde maatschappelijk werkers die klaar staan om hulp te bieden als de snelle interventies door het maatschappelijk werk in onze regio gedaan moeten worden. De 90 snelle interventies waarin het budget voorziet zijn noodzakelijk gebleken. Gemiddeld is er 8 uur inzet gemoeid met een snelle interventie.
Project Nazorg ex-gedetineerden Maasland en Leijgraaf Vanaf de oprichting in 2008 maakt Aanzet deel uit van het Casusoverleg nazorg ex-gedetineerden. Aanvankelijk was het Casusoverleg alleen werkzaam in Maasland, vorig jaar sloot Land van Cuijk zich aan en vanaf september 2010 stapte regio Leijgraaf ook in. Het casusoverleg vindt per regio plaats en wordt voorgezeten door een maatschappelijk werker van Aanzet. Doel van de nazorg is het bewerkstelligen van een goede re-integratie van de gedetineerde medeburger op de gebieden van huisvesting, inkomen, identiteit en zorg. Dit alles moet de kans op recidive bij deze groep verkleinen en hiermee de maatschappelijke overlast die dit tot gevolg kan hebben. In 2010 heeft het casusoverleg Nazorg Maasland 161 nieuwe aanmeldingen behandeld die 151 unieke personen betroffen. 31 casussen van 2009 liepen nog door in 2010, dus er zijn in totaal 192 casussen besproken en behandeld. Voor district Leijgraaf werden 40 casussen behandeld en dit betrof 39 unieke personen. Het project Nazorg ex-gedetineerden is in 2010 gestart met de inzet van een personal coach voor de zeer hardnekkige veelpleger. Het principe hierbij is “vasthouden en niet meer loslaten”, mensen ínsluiten in plaats van úitsluiten. De coach volgt hen nauwgezet, ziet erop toe dat de ex-gedetineerde zich aan de afspraken houdt, dat hij en zijn netwerk worden versterkt en dat hij stap voor stap een vastere plaats in de samenleving krijgt. De gemeente Oss heeft een vijftal casussen gefinancierd.
Bemoeizorg Ook in het verslagjaar zijn de bemoeizorgteams in regio Oss en regio Uden/Veghel zeer actief geweest. Zorgwekkende zorgmijders, overlastgevende of vereenzaamde bewoners werden op actieve, outreachende wijze benaderd. Het winnen van vertrouwen van deze burgers vormt de sleutel om de hulpverlening op gang te krijgen. In 2010 voerde Aanzet de hulpverlening in 18 casussen uit, waarmee ruim 444 werkuren gemoeid was. Dat is ongeveer 23 uur per casus. In het bemoeizorgteam wordt intensief samengewerkt met GGZ Oost Brabant, Novadic-Kentron, Maatschappelijke Opvang Verdihuis, Dichterbij. JAARVERSLAG 2010
Pagina 9
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Bedrijfsmaatschappelijk werk In 2010 heeft Aanzet geen Bedrijfsmaatschappelijk werk meer uitgevoerd. We onderzoeken mogelijkheden om deze werksoort weer actief in ons aanbod op te nemen.
Overige werkzaamheden Vertrouwenspersonen Aanzet levert vertrouwenspersonen voor het personeel van Brabant Zorg, SKIPOV en Juvans. Op deze verzoektaak is in 2010 voor 7 situaties een beroep gedaan.
Sociale indicatiestelling Brabant Wonen Al vele jaren wordt op verzoek van woningcorporatie Brabant Wonen Oss de sociale indicatiestelling bij de urgentiebepaling voor de toewijzing van woningen door Aanzet uitgevoerd. Er werden 88 gesprekken uitgevoerd voor evenzoveel indicatiestellingen.
Project buurtbemiddeling Uden De succesvolle resultaten van dit project, gefinancierd door de gemeente Uden en woningcorporatie SVU zijn voortgezet. Opgeleide vrijwilligers blijken prima bemiddelaars bij burenruzies of ervaren overlast. In overleg met gemeente en SVU zijn de gegevens van 1 juni 2009 t/m 31 december 2010 in één verslag samengevoegd. In dit 1 ½ jaar werden 105 casussen bij Buurtbemiddeling Uden aangemeld. In ruim de helft van de aanmeldingen was geluidsoverlast de zwaarste problematiek. 40 bemiddelingen konden succesvol worden afgerond. 18 werden voor begeleiding doorverwezen en 25 bleken niet bemiddelbaar. De overige casussen zijn voortijdig zelfstandig opgelost of nog in begeleiding. Politie en SVU leverden elk bijna 30% van de verwijzingen.
PSHOR / PSHI Bij de psychosociale opvang bij ongevallen en rampen (PSHOR) of bij incidenten (PSHI), vastgelegd in proces 24 van de gemeentelijke rampenplannen, speelt maatschappelijk werk een actieve rol. Samen met GGZ Oost Brabant en Slachtofferhulp wordt in dit werkgebied PSHOR en PSHI uitgevoerd. In 2010 werden 3 nieuwe medewerkers getraind als lid van het Basis-opvangteam en 2 als leider van het Opvangteam Op 10 november 2010 vond een PSHORoefening plaats waaraan leden van Kernteam en Opvangteam deelnamen. Door de oefeningen zijn alle deelnemers opnieuw doordrongen van de noodzaak van goede samenwerking en communicatie en is de aanwezige kennis geactualiseerd.
JAARVERSLAG 2010
Pagina 10
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Hulpverlening van het algemeen maatschappelijk werk Aantal dossiers* algemeen maatschappelijk werk (AMW) Aantal Aantal Verschil Verschil Aantal Aantal Gemeente 2010 2009 2010-2009 in % 2008 2007 Bernheze 435 433 2 0% 414 419 Boekel 85 81 4 5% 114 111 Landerd 136 129 7 5% 152 146 Lith 59 56 3 5% 70 77 Maasdonk 117 113 4 4% 109 112 Oss 1.405 1.330 75 6% 1.332 1.358 Uden 604 606 2 0% 547 611 Veghel 570 528 42 8% 495 564 Buiten wg 34 18 16 89% 23 27 Online hulp 133 104 29 28% 39 Totaal 3.578 3.398 180 5% 3.295 3.425 * Een dossier bestaat uit één of meer personen die een hulpvraag stelde(n) en aan wie daadwerkelijk hulp werd verleend. Het betreft dossiers die in behandeling zijn.
Het aantal dossiers nam in 2010 toe met 5 % vergeleken met 2009. De stijgende lijn van toename van de hulpvraag die in 2009 werd ingezet wordt hiermee gecontinueerd. Zoals we in Jaarverslag 2009 aangaven zijn de economische ontwikkelingen hierop van invloed. Niet in alle gemeenten is sprake van dezelfde ontwikkeling. Bernheze en Uden bleven op hetzelfde aantal dossiers, in de andere gemeenten was er juist sprake van een toename. Ook valt op dat hulpverlening langs digitale weg een serieuzer deel van ons aanbod is geworden. Van 39 dossiers in 2008 werden het er via 104 dossiers in 2009 uiteindelijk 133 in 2010. Naar verwachting zullen steeds meer hulpvragers ons door middel van Hulp Online weten te vinden.
Totstandkoming contact
Initiatief client Verwezen door huisarts Verwezen overig Totaal
Perc. 2010 32% 37% 31% 100%
Perc. 2009 35% 25% 40% 100%
Perc. 2008 38% 38% 24% 100%
Perc. 2007 41% 40% 19% 100%
32% van onze cliënten vindt zijn weg naar het maatschappelijk werk op eigen initiatief, al dan niet hiertoe gemotiveerd door familie, buren of vrienden. Bijna tweederde wordt doorverwezen. Met de publicatie van deze cijfers is vorig jaar iets mis gegaan. Het leek er in 2009 op dat het aantal verwijzingen door de huisarts ernstig terug liep. Dit laatste blijkt echter niet het geval te zijn. De cijfers in bovenstaand overzicht zijn correct m u v het cijfer voor 2009 (25%). We betreuren het dat vorig jaar een onjuist cijfer is opgenomen.
Gemiddelde tijdsbesteding in uren per afgerond dossier Mutatie t.o.v. vorig jaar In % Vertaling naar aantal dossiers per fte
JAARVERSLAG 2010
2010 13,48 1,23 10,0% 134
2009 12,25 0,80 7,0% 131
2008 11,45 0,87 8,2% 123
2007 10,58 0,47 4,6% 130
Pagina 11
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
De tijdsbesteding in uren per afgerond dossier toont al enkele jaren een stijgende lijn. Onze hulpverleners noemen de toegenomen complexiteit van de hulpvragen als oorzaak. Een hulpvraag heeft steeds meer raakvlakken op verschillende probleemgebieden.
Aantal korte kontakten* AMW Aantal Aantal Aantal Aantal Aantal Gemeente 2010 2009 2008 2007 2006 Bernheze 250 220 99 161 146 Boekel 20 14 6 7 15 Landerd 51 39 30 40 46 Lith 37 30 27 18 28 Maasdonk 18 23 16 22 29 Oss 487 417 312 316 331 Uden 203 166 148 138 157 Veghel 156 90 74 86 107 Buiten wg 33 51 25 36 47 Totaal 1.255 1.050 737 824 906 Mutatie in % 20% 42% -11% -9% 15% *Een kort contact is hulpverlening die binnen 1 uur tijd is afgerond.
Het aantal korte kontakten is met 20 % toegenomen, een toename die bij praktisch alle gemeenten zichtbaar is. Een van de verklaringen kan liggen in het feit dat er meer wordt aangestuurd op het tijdig afsluiten van hulpverleningstrajecten. Hierdoor wordt voorkomen dat cliënten jarenlang in begeleiding blijven. Onder deze cliënten is er een aantal dat af en toe een gesprek nodig heeft om zich te kunnen handhaven. Als zo’n cliënt zich na langer dan 3 maanden meldt kan dit in de vorm van een kort contact worden geregistreerd.
Bereik van AMW Aantal Aantal Gemeente inw.2010 cl.2010 Bernheze 29.655 685 Boekel 9.772 105 Landerd 14.888 187 Lith 6.651 96 Maasdonk 11.268 135 Oss 77.392 1.892 Uden 40.536 807 Veghel 37.303 726 Totaal 1) 227.465 4.766 Excl.korte kontakten 1) Totaal incl.online hulpverlening
Bereik 2010 2,3% 1,1% 1,3% 1,4% 1,2% 2,4% 2,0% 1,9% 2,1% 1,6%
Bereik 2009 2,3% 1,7% 1,3% 1,7% 1,3% 2,4% 1,8% 1,7% 2,0% 1,7%
Bereik 2008 1,9% 1,7% 1,3% 1,7% 1,3% 2,3% 1,8% 1,7% 1,9% 1,6%
Bereik 2007 2,2% 1,6% 1,3% 1,7% 1,4% 2,4% 2,0% 1,9% 2,1% 1,7%
Het bereik wordt berekend door het aantal cliënten AMW incl. korte kontakten te delen door het aantal inwoners.
JAARVERSLAG 2010
Pagina 12
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
De hulpverleningscijfers AMW en de kern prestatie indicatoren uit het dienstenboek De stichting heeft in haar dienstenboek 7 Kern Prestatie Indicatoren (KPI’s) voor de basisdienst algemeen maatschappelijk werk geformuleerd. Voor het jaar 2010 zijn voor deze KPI’s, in overleg met de opdrachtgevers (gemeenten), na te streven normen vooraf geformuleerd, waarbij gebruik is gemaakt van de ervaringscijfers uit voorgaande jaren. Na afloop van een verslagjaar wordt gerapporteerd of deze KPI’s ook daadwerkelijk zijn behaald en worden deze, mede op basis van de geformuleerde kritische succesfactoren, beoordeeld. De uitkomst van de KPI’s over het jaar 2010 is als volgt.
De 7 kern prestatie indicatoren AMW en de resultaten in 2010 1. aantal cliëntdossiers: 3.578 ( + 5 % t.o.v. 2009 ) 2. aantal korte kontakten: 1.255 ( + 20 % t.o.v. 2009 ) 3. percentage cliëntdossiers binnen 4 weken met hulpverlening gestart, dus zonder wachttijd: 66 % ( 60 % in 2009 ) 4. rapportcijfer klanttevredenheid: 8 ( 8 in 2009 ) 5. percentage cliëntdossiers binnen 9 maanden afgerond: 77 % ( 78 % in 2009 ) 6. percentage cliëntdossiers succesvol afgerond: 83 % ( 80 % in 2009 ) 7. percentage herhalingscliënten, binnen 6 maanden na afsluiting: nog niet bekend In onderstaande overzichten worden per KPI de resultaten per gemeente en het instellingsresultaat gepresenteerd, uitgezonderd KPI 7 waarover nog geen gegevens bekend zijn. Daar waar opvallende verschillen zijn, worden deze toegelicht. In de deelverslagen 2010 per gemeente, wordt de plaatselijke situatie nader verklaard. De eerste 2 kpi’s, aantal cliëntdossiers en aantal korte kontakten, zijn al uitgebreid behandeld in de voorgaande paragrafen.
KPI 3: aantal cliëntdossiers gestart zonder wachttijd (dus binnen 4 weken na aanmelding) Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Totaal
Perc. 2010 84% 53% 67% 85% 87% 73% 42% 57% 66%
Perc. 2009 82% 44% 77% 63% 69% 57% 48% 53% 60%
Perc. 2008 74% 66% 71% 67% 80% 72% 54% 62% 68%
Perc. 2007 80% 26% 84% 73% 74% 68% 67% 39% 64%
De KPI dat 80% van de cliëntdossiers zonder wachttijd start, halen wij al enkele jaren niet meer. Na het dieptepunt van 60% in 2009 zien we nu een lichte groei maar het is nog onvoldoende. De vraag mag gesteld in hoeverre een KPI van 80% instellingsbreed realistisch is. Het primaire proces binnen Aanzet wordt nu geanalyseerd door een interne werkgroep van hulpverleners. Deze maakt een nieuw protocol met de bedoeling om de instroom sneller en adequater te doen verlopen en de wachtlijsten terug te dringen. Deze werkwijze zal in alle AMWteams worden ingevoerd. Het mag bekend zijn dat hulpvragen met een spoedeisend karakter altijd zonder wachttijd in behandeling worden genomen. JAARVERSLAG 2010
Pagina 13
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
KPI 4: rapportcijfer klanttevredenheid In 2008 is gestart met de meting van de klanttevredenheid. Uit de directiebeoordeling 2010 kwam naar voren dat zowel het proces als het resultaat (m.b.t. cliënttevredenheidsmetingen) naar tevredenheid verloopt. Er zijn geen aanvullende maatregelen getroffen. Het waarderingscijfer voor de hulpverlening van Aanzet blijft een ronde 8, wat we ook ambiëren. Het vergroten van de respons is nog wel een punt van aandacht.
KPI 5: cliëntdossier binnen 9 maanden afgerond Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Totaal
Perc. 2010 73% 89% 75% 83% 70% 80% 75% 78% 77%
Perc. 2009 71% 72% 70% 84% 79% 80% 77% 78% 78%
Perc. 2008 84% 92% 73% 85% 83% 81% 79% 77% 80%
Perc. 2007 79% 74% 79% 90% 73% 82% 81% 83% 81%
De KPI van 80% afronding binnen 9 maanden halen we de laatste twee jaar niet meer. Onze hulpverleners noemen de complexiteit van de problematiek waarmee het maatschappelijk werk in de loop der jaren wordt geconfronteerd als oorzaak. Van alle hulpverleningen is overigens wel 85% binnen één jaar afgerond. 15% van de cliënten is langer dan één jaar in begeleiding. Dit betekent niet dat deze hulpverleningen per definitie meer tijd kosten. Cliënten die duurzame ondersteuning behoeven komen vaak in een lage frequentie op gesprek. De samenleving kent altijd een groep mensen die het nooit alleen redt. Sporadische contacten met de vertrouwde hulpverlener kunnen voor hen nèt het verschil maken zodat zij een zelfstandig leven kunnen leiden waarbij een neerwaartse spiraal van toenemende problematieken wordt voorkomen.
KPI 6: cliëntdossier succesvol afgerond Onder succesvol wordt verstaan: 1. dat de hulpvrager(s) na afronding van de hulpverlening weer over voldoende psychosociale competenties beschikt/beschikken om zichzelf te redden in de persoonlijke en/of publieke levenssfeer. Dit wordt door de hulpverlener in overleg met de hulpvrager(s) vastgesteld. 2. de hulpvrager is doorverwezen naar de juiste instantie. Bij deze KPI gaat het over de afgesloten dossiers.
Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Totaal
Perc. 2010 87% 88% 88% 74% 89% 81% 84% 82% 83%
Perc. 2009 87% 79% 76% 82% 84% 78% 81% 82% 80%
Perc. 2008 77% 86% 76% 75% 84% 78% 74% 72% 77%
Perc. 2007 78% 79% 95% 81% 89% 79% 87% 72% 80%
Het instellingsresultaat “succesvol afgerond” is in 2010 met 3 % toegenomen vergeleken met 2009 en kwam hiermee boven de afgesproken norm van 80 %. Op Lith na scoren alle gemeentes hier boven. JAARVERSLAG 2010
Pagina 14
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Hulpvrager en hulpvraag in het AMW nader in beeld Wie vroegen hulp van het AMW? man 36% (35% in 2009), vrouw 64% (65% in 2009) De leeftijd van de hulpvragers was als volgt: leeftijd 0-25 jaar 13% (14% in 2009), 25-60 jaar 72% (71% in 2009) en ouder dan 60 jaar 15% (15% in 2009) Autochtoon 88% (89% in 2009), niet westerse achtergrond 12% (11% in 2009) Deze percentages zijn nagenoeg ongewijzigd. Het volgende overzicht geeft het bereik per gemeente aan in ten opzichte van het percentage inwoners met een niet-westerse achtergrond.
Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Totaal
% bevolk. 2010 7% 5% 6% 5% 5% 17% 15% 16% 13%
Perc. 2010 4% 0% 4% 2% 5% 20% 9% 10% 12%
Perc. 2009 3% 2% 7% 3% 2% 17% 11% 7% 11%
Perc. 2008 4% 2% 7% 5% 7% 17% 11% 12% 12%
Perc. 2007 8% 3% 4% 3% 2% 16% 16% 10% 13%
Het percentage hulpvragers met een niet westerse achtergrond komt ongeveer overeen met het aandeel van deze doelgroep in de bevolking van ons werkgebied. Er zijn wel lokale verschillen.
Met welke problematiek werd het AMW geconfronteerd? Het percentage multiproblemcasussen blijft stabiel op 2 %. Dit betekent dat Aanzet in dit verslagjaar 83 multiproblemhuishoudens in begeleiding had.
Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Werkgebied
Materieelsociale 12% 10% 19% 14% 16% 18% 11% 10% 14%
JAARVERSLAG 2010
Psychosociale 48% 38% 37% 24% 41% 40% 38% 46% 41%
Relationele 37% 52% 42% 60% 42% 40% 48% 42% 43%
MPH 3% 0% 2% 2% 1% 2% 3% 2% 2%
Totaal 2010 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100%
Pagina 15
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Hulpverlenend groepswerk Hulpverlenend groepswerk is een methodiek die bij bepaalde specifieke problemen zeer waardevol is. Soms is het met elkaar delen, herkennen en leren van elkaars aanpak een belangrijke succesfactor om zelf beter met een probleem om te kunnen gaan. In 2010 werden 10 groepen begeleid vanuit de basisdienst AMW. 5 Groepen assertiviteit 2 Groepen rouwverwerking 1 Opvoedingsgroep 1 Groep “in de put, uit de put” 1 Turkse vrouwengroep. Daarnaast werden in 2010 zeven groepen als keuzedienst aangeboden: 1 Autonomiegroep voor vrouwen (Uden/Veghel) 1 Groep sociale vaardigheden (Uden/Veghel) 1 Ondersteuningsgroep voor mantelzorgers van dementerenden (Uden/Veghel) 1 Vriendschapscursus (Uden/Veghel) 2 Groepen budgetteren (Oss) 1 Groep bewegen zonder zorgen (Uden) 111 cliënten werden door middel van hulpverlenend groepswerk geholpen: 12 uit Bernheze, 1 uit Boekel, 4 uit Landerd, 6 uit Maasdonk, 45 uit Oss, 22 uit Uden en 21 uit Veghel.
JAARVERSLAG 2010
Pagina 16
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Sociaal Raadsliedenwerk Aantal hulpvragers Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Buiten wg Totaal
Aantal 2010 167 21 37 20 19 3.830 903 1.012 117 6.126
Aantal 2009 295 24 67 28 30 4.005 844 955 93 6.341
Verschil 2010-2009 128 3 30 8 11 175 59 57 24 215
Verschil in % -43% -13% -45% -29% -37% -4% 7% 6% 26% -3%
Aantal 2008 265 30 47 23 21 4.564 810 723 13 6.496
Aantal 2007 232 65 52 26 16 4.266 1.010 1.002 42 6.711
In totaal nam het percentage hulpvragers met 3% af, waarmee de gestage daling van de laatste jaren zich voortzet.
Waar stelden hulpvragers hun hulpvraag?
Gemeente Heesch (Bernheze) Zeeland (Landerd) Oss Zorgplein Oss Spreekuur WIA/WAO GGZ Uden Veghel Werkplein Veghel Totaal
Aantal 2010 142 6 3.328 391 134 77 912 965 171 6.126
Aantal 2009 231 13 4.089 110 8 916 974 6.341
Aantal 2008 207 37 4.697 816 739 6.496
Aantal 2007 178 40 4.390 1.055 1.048 6.711
We zien een toename van het aantal hulpvragers bij het Zorgplein in Oss en het speciale spreekuur voor mensen met WIA of WAO. In totaal komen de vragen die inwoners van Oss in 2010 stelden hiermee uit op 3853, tegenover 4207 in 2009. Ook ons nieuwe spreekuur op het Werkplein in Veghel blijkt een schot in de roos. Van het spreekuur in Zeeland werd nauwelijks gebruik gemaakt, waarmee de dalende trend van de laatste jaren werd voortgezet. Dit leidde in overleg met de gemeente tot het sluiten van spreekuurpunt Zeeland.
JAARVERSLAG 2010
Pagina 17
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Aantal gestelde hulpvragen
Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Buiten wg Totaal
Aantal 2010 240 38 61 28 26 4.931 1.365 1.457 157 8.303
Aantal 2009 468 40 100 42 56 5.220 1.216 1.409 134 8.685
Verschil 2010-2009 228 2 39 14 30 289 149 48 23 382
Verschil in % -49% -5% -39% -33% -54% -6% 12% 3% 17% -4%
Aantal 2008 438 37 60 30 32 5.562 1.201 936 27 8.323
Aantal 2007 379 67 75 32 18 5.388 1.586 1.512 51 9.108
De 6126 mensen die een beroep deden op Sociaal Raadsliedenwerk stelden samen 8303 vragen, wat 4% lager uitkomt dan in 2010. Bij het type vragen dat werd gesteld zien we in de loop van de jaren schommelingen, maar geen grote verschuivingen, zoals onderstaand staatje laat zien.
Welke informatie- en adviesvragen werden gesteld?
Onderwerpen belastingen arbeidsrecht consumentenzaken juridische kwesties onderwijs personen- familierecht sociale zekerheid wonen overige onderwerpen Totaal
Aantal 2010 34% 4% 14% 7% 2% 5% 28% 2% 4% 100%
Aantal 2009 37% 5% 13% 5% 3% 5% 26% 2% 4% 100%
Aantal 2008 38% 5% 12% 6% 3% 5% 25% 3% 3% 100%
Aantal 2007 34% 5% 11% 7% 3% 5% 27% 3% 5% 100%
We zien over het algemeen een redelijk constant beeld van het soort vragen dat werd gesteld. De tijdsbesteding per hulpvrager was als volgt: 21 % tussen de 0 en 15 minuten (24 % in 2009) 52 % tussen de 15 en 30 minuten (47 % in 2009) 27 % langer dan 30 minuten (29 % in 2009) De tijdsbesteding per hulpvrager is redelijk constant gebleven.
JAARVERSLAG 2010
Pagina 18
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
augustus 2011
Jeugdmaatschappelijk werk Aanmeldingen schoolmaatschappelijk werk Basisonderwijs (SMW-BO) Hierbij is uitgegaan van de gemeente waarin de basisschool staat. Aantal 2010 Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss Uden Veghel Totaal
38 13 38 11 13 105 125 84 428
Aantal Verschil 2009 2009-2010 32 19 31 11 14 78 84 88 357
6 6 7 0 -1 27 41 -4 71
Het aantal aanmeldingen van basisschoolleerlingen voor hulpverlening door schoolmaatschappelijk werk is in 2010 flink toegenomen. Vooral de directe verbinding met het Centrum Jeugd en Gezin maakt dat kinderen/ouders sneller en directer geholpen kunnen worden.
Aanmeldingen schoolmaatschappelijk werk voortgezet onderwijs en MBO (SMW-VO) Hierbij zijn we uitgegaan van de gemeente waarin de school voor voortgezet onderwijs of MBO staat. Aantal 2010 Gemeente Bernheze Oss Uden Veghel Totaal
11 208 43 140 402
Aantal Verschil 2009 2009-2010 10 168 23 121 322
1 40 20 19 80
Het aantal aanmeldingen van leerlingen vanuit het voortgezet onderwijs voor hulpverlening door schoolmaatschappelijk werk is in 2010 opnieuw toegenomen. Ook hier maakt de directe verbinding met het Centrum Jeugd en Gezin dat jongeren/ouders sneller en directer geholpen kunnen worden.
Aanmeldingen jeugdpreventiewerk (JPW) Aantal 2010 Gemeente Bernheze Boekel Landerd Lith Maasdonk Oss JAARVERSLAG 2010
12 5 5 1 6 72
Aantal Verschil 2009 2009-2010 14 4 8 0 5 74
-2 1 -3 1 1 -2 Pagina 19
BETROKKEN, VERTROUWD, VERNIEUWEND
Uden Veghel Buiten WG Totaal
29 20 3 153
augustus 2011
27 35 5 172
2 -15 -2 -19
Bij JPW is sprake van een lichte afname van het aantal trajecten in regio Maasland. In alle gemeentes behalve Landerd wordt JPW gefinancierd op basis van personele ureninzet. Door gemeente Landerd wordt JPW gesubsidieerd op basis van een vastgesteld aantal trajecten.
Zorg voor Jeugd In overeenstemming met de regelgeving wordt bij Aanzet van alle kinderen tot 23 jaar melding gedaan in het registratiesysteem Zorg voor Jeugd. Dit geldt voor aangemelde kinderen én voor volwassenen met kinderen vanuit de gedachte: één gezin, één plan. Hiermee is duidelijk dat het kind bij ons in beeld is. We spreken van een ketenregistratie als kind, jongere of ouders in begeleiding zijn bij Aanzet. Wij geven een signaal af als wij overleg met andere instanties noodzakelijk achten om te voorkomen dat het kind bedreigd raakt in zijn/haar ontwikkeling. Als wij een signaal afgeven melden wij dit altijd aan de ouders.
Aantal afgegeven ketenregistraties en signalen door Aanzet in 2010 Aantal ketenregistraties
Aantal Signalen
Totaal
1407
22
1429
Aanzet voert de ketencoördinatie uit volgens de beslisregels van Zorg voor Jeugd. In 2010 is het aantal actieve coördinaties in vergelijking met 2009 (toen het systeem van start ging) fors toegenomen. De ketencoördinatie wordt betaald uit reguliere middelen van het Algemeen Maatschappelijk werk. Zorg voor Jeugd draagt hier niet in bij. Verwacht wordt dat door de transitie Jeugdzorg het aantal ketencoördinaties voor Aanzet zal toenemen.
Aantal ketencoördinaties 2010 ketencoördinaties 2010
aantal
Actieve coördinaties Passieve coördinaties
120 34
Opgestarte coördinaties 2010
154
JAARVERSLAG 2010
Pagina 20