Voortgangsrapportage eerste helft 2015 CO2 prestatieladder
Korte Leidsedwarsstraat 45vkorte lijn
22 oktober 2015
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Verantwoording Titel Opdrachtgever Projectleider Auteur(s) Projectnummer Aantal pagina's Datum
Voortgangsrapportage eerste helft 2015 CO2 prestatieladder H. (Henk) Schepers (Tauw) Jurgen Ooms M. (Martine) Burgstaller, J. (Jurgen) Ooms en L. (Lise) Janmaat 0495501 21 (exclusief bijlagen) 22 oktober 2015
Handtekening
Colofon Tauw bv BU Industry Handelskade 37 Postbus 133 7400 AC Deventer Telefoon +31 57 06 99 91 1 Fax +31 57 06 99 66 6
Dit document is eigendom van de opdrachtgever en mag door hem worden gebruikt voor het doel waarvoor het is vervaardigd met inachtneming van de rechten die voortvloeien uit de wetgeving op het gebied van het intellectuele eigendom. De auteursrechten van dit document blijven berusten bij Tauw. Kwaliteit en verbetering van product en proces hebben bij Tauw hoge prioriteit. Tauw hanteert daartoe een managementsysteem dat is gecertificeerd dan wel geaccrediteerd volgens: -
NEN-EN-ISO 9001
3\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
4\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Inhoud Verantwoording en colofon .......................................................................................................... 3 1
Inleiding .......................................................................................................................... 7
2
Voortgang scope 1 en 2 emissies ................................................................................ 7
2.1
Voortgang in relatie tot de reductiedoelstellingen ........................................................... 8
2.2 2.3
Genomen maatregelen in 2015 ....................................................................................... 9 Plannen voor 2015-2016 ............................................................................................... 10
3
Voortgang scope 3 emissies over eerste helft 2015 ................................................ 11
3.1 3.2
Inleiding ......................................................................................................................... 11 Woon-werkverkeer ........................................................................................................ 11
3.2.1 3.2.2 3.2.3
Doelstelling .................................................................................................................... 11 Voortgang ...................................................................................................................... 11 Aandachtspunten .......................................................................................................... 14
3.3 3.3.1 3.3.2
Afval .............................................................................................................................. 14 Doelstelling .................................................................................................................... 14 Voortgang ...................................................................................................................... 14
3.3.3 3.4 3.5
Aandachtspunten .......................................................................................................... 16 Bodemprojecten ............................................................................................................ 16 Openbare verlichtingsprojecten ..................................................................................... 17
3.5.1
Doelstellingen 2015 ....................................................................................................... 17
4
CO2-emissie projecten met gunningsvoordeel ......................................................... 17
4.1 4.1.1 4.1.2
Omschrijving project (O)TB/MER A27 Houten – Hooipolder 1ste half jaar 2015 ............ 19 Omschrijving van de energiestromen en de verwachtte en werkelijke omvang ............ 19 Lijst met maatregelen .................................................................................................... 20
4.2
Omschrijving project SO-160 Plan-MER BPRW 1ste half jaar 2015 ............................. 21
5\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
1 Inleiding Tauw heeft zich eind 2011 laten certificeren voor de CO2-Prestatieladder. De Carbon Footprint van Tauw is voor het jaar 2014 opnieuw geverifieerd. Daarmee is 2014 het nieuwe referentie jaar voor de scope 1 en 2 analyse. Ook voor de scope 3 emissies vormt 2014 het referentiejaar. Deze rapportage geeft inzicht in de voortgang met betrekking tot CO2-reductie voor het eerste half jaar van 2015 voor scope 1, 2 en 3 emissies ten opzichte van het referentiejaar 2014. De voortgang van de scope 1 en 2 emissies wordt in hoofdstuk 2 beschreven en de voortgang van de scope 3 emissie in hoofdstuk 3.
2 Voortgang scope 1 en 2 emissies Dit hoofdstuk geeft inzicht in de voortgang met betrekking tot CO2-reductie voor scope 1 en 2 emissies voor het eerste half jaar van 2015 ten opzichte van het referentiejaar 2014. De twee scopes die de uitstoot van CO2 bepalen bestaat uit zes emissies, namelijk • Scope 1: aardgas en brandstofverbruik zakelijk verkeer leaseauto • Scope 2: elektriciteitsverbruik, ingekochte warmte, brandstofverbruik zakelijk verkeer privéauto en brandstofverbruik zakelijke vliegtuigreizen Deze voortgang beslaat het eerste half jaar van 2015. Naast inzicht geven in de voortgang op de CO2-reductiedoelstellingen komen ook de genomen maatregelen in het eerste half jaar van 2015 en de nieuwe maatregelen die gepland staan voor de laatste maanden van 2015 om de CO2uitstoot terug te dringen aan bod.
7\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Tabel 2.1 CO2-emissie Tauw t.o.v. aantal medewerkers en vierkante meter vloeroppervlak 2014 en eerste helft van 2015 Soort emissie
CO2 (ton/jr) 2014
CO2 (ton/jr) H1 2015*
% % 2014 2015
CO2 CO2 CO2 (ton/fte)# (ton/fte)% (ton/100 2014 1ste 2015* m2)# 2014
- Aardgasverbruik
247,64
120,79
11,52 11,52 0,346
0,172
- Brandstofverbruik zakelijk verkeer leaseauto’s
1.142,69 581,96
53,15 55,49 1,597
0,827
- Elektriciteitsverbruik
223,54
78,20
10,40 7,46
0,312
- Ingekochte warmte
9,28
7,56
0,43 0,72
- Brandstofverbruik zakelijk verkeer privéauto
461,47
- Brandstofverbruik zakelijke vliegtuigreizen
65,13
CO2 (ton/100 m2)% H1 2015*
Directe CO2-emissies 1,28
0,64
0,111
1,16
0,42
0,013
0,011
0,05
0,04
207,54
21,47 19,79 0,645
0,295
52,63
3,03 5,02
0,075
Indirecte CO2-emissies door energieopwekking
Overige indirecte CO2-emissies
0,091
Totaal 2.149,75 1.048,69 100 100 3,005 1,49 2,49 1,10 * Gegevens van 2015 gaan alleen over het eerst half jaar. De gegevens van 2014 hebben betrekking op het hele jaar. # Het aantal medewerkers staat in het referentiejaar 2014 gelijk aan 715,5 fte en het totaal verhuurbaar vloer oppervlak (VVO) staat gelijk aan 19.327 m2 % Het aantal medewerkers staat in 2015 gelijk aan 703,4 fte en het totaal verhuurbaar vloer oppervlak (VVO) staat gelijk aan 18.804 m2
De carbon footprint over het jaar 2014 is in 2015 opnieuw geverifieerd door KIWA. Tijdens de audit is gebleken dat de carbon footprint op twee punten aan gepast moest worden. Hierdoor verschillen de getallen over 2014 in deze voortgangsrapportage van de gegevens uit de voortgangsrapportage over het gehele jaar 2014.
2.1
Voortgang in relatie tot de reductiedoelstellingen
In 2015 zijn op basis van de emissies van 2014 reductiedoelstellingen voor scope 1 en 2 vastgesteld voor de jaren 2015 t/m 2020. De doelstellingen voor scope 1 en 2 zijn nu als volgt gedefinieerd:
8\21
•
Scope 1: Emissies van zakelijk vervoer en verstoken van aardgas in de gebouwen. Doelstelling is om in 2020 10 % minder CO2 per FTE uit te stoten ten opzichte van 2014.
•
Scope 2: Emissies van elektriciteitsgebruik, vervoer met privé voertuigen en vliegverkeer. Doelstelling is om in 2020 10 % minder CO2 per FTE uit te stoten ten opzichte van 2014.
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Tabel 2.2 Afname ten opzichte van referentiejaar scope 1 en 2 (ton CO2 / FTE)
Scope
2014
1ste half jaar 2015
2015 (schatting hele jaar)
Scope 1
1,94
1,00
2,00
3,00
Scope 2
1,06
0,49
0,98
-7,21
Totaal
3,00
1,49
2,98
-0,61
Af/toename 2015 in procent
Tabel 2.3 Afname ten opzichte van referentiejaar zakelijk verkeer en energieverbruik gebouwen (ton CO2 / FTE)
Onderdeel
2014 1ste half jaar 2015 2015 (schatting hele jaar)
Zakelijk verkeer
2,33
1,20
2,39
2,77
Energieverbruik gebouwen
0,67
0,29
0,59
-12,34
Totaal
3,00
1,49
2,98
-0,61
Af/toename 2015 in procent
Wanneer je kijkt naar de cijfers blijkt dat de verwachting voor het gehele jaar 2015 is dat de totale emissie CO2/FTE iets zal dalen. Scope 1 laten een lichte stijging zien en de scope 2 emissie een lichte daling zien ten opzichte van het referentiejaar 2014. De verwachting is dat de gestelde doelstelling voor scope 1 niet worden gehaald voor 2015 (gemiddelde daling van 2%). Tabel 2.3 laat goed zien dat de lichte daling voornamelijk veroorzaakt wordt door de afname van het energieverbruik van de verschillende gebouwen. De daling zal in de 2de helft van 2015 groter zijn omdat de locatie Assen is verhuisd naar een ander pand waar minder vloeroppervlakte wordt gehuurd. Het zakelijk verkeer laat een verwachte stijging zien van bijna 3 procent. Op basis van de gegevens van het 1ste half jaar van 2015 is de verwachting dat er meer liters brandstof getankt zal gaan worden. Uit gedetailleerde gegevens van de leasewagens blijkt wel dat er steeds zuiniger gereden wordt. Per liter brandstof worden meer kilometers gereden dan in voorgaande jaren. Met de verdere vergroening van het wagenpark zal deze trend zich doorzetten. Voor een verdere detaillering van de scope 1 en 2 emissies wordt verwezen naar de tabellen van de berekening van de uitstoot op SharePoint.
2.2
Genomen maatregelen in 2015
In 2015 heeft Tauw de volgende maatregelen genomen om de CO2 emissie te reduceren. • Assen
•
Per 1 augustus is de locatie Assen verhuisd naar de W.A. Scholtenstraat 3a. Ook de locatie Assen is overgegaan naar het flex-concept wat een vermindering van m2 heeft mee gebracht (van 1.201 naar 537m2). Capelle
9\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
-
Per 15 april 2015 is het vloeroppervlak in Capelle terug gebracht van 2.476 m2 naar
-
ongeveer 1.630 m2 De verlichting in het Tauw deel en in de algemene ruimtes van het pand is van TL naar LED gegaan
-
•
De koel- en verwarmingsinstallaties is aangepast en er is geïnvesteerd in een betere regeling Medewerkers die op de fiets naar het werk komen en voldoen aan bepaalde voorwaarden hebben de mogelijkheid om vanwege een fiscaal voordeel op voordelige wijze een fiets aan te schaffen. De regeling is opgezet in samenwerking met Nationale Fiets Projecten (NFP) uit Heerenveen
•
2.3
Jaarlijks wordt in overleg met Alphabet bekeken of normen voor uitstoot CO2 wagenpark nog verder naar beneden bij te stellen zijn
Plannen voor 2015-2016
Voor 2015 staat de onderstaande acties gepland om de CO2 emissie verder te laten dalen. De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van de maatregelen ligt bij de afdeling facilitair. • Deventer Handelskade Eventueel wordt de tweede verdieping gerenoveerd. Dan wordt ook • • •
10\21
de verlichting en ventilatie aangepakt. Dit is afhankelijk van de financiële positie van Tauw Utrecht Er wordt gekeken naar eventueel onderverhuren of mogelijkheden voor afstoten van een deel van het vloeroppervlak Eindhoven Er wordt wel gekeken of een gedeelte van het gehuurde oppervlak kan worden onderverhuurd of afgestoten Capelle Indien op alle verdiepingen de verlichting is vervangen, zal het gebouw een energielabel A verkrijgen
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
3 Voortgang scope 3 emissies over eerste helft 2015 3.1
Inleiding
Voor 2010 en de daar op volgende jaren is voor de scope 3 analyse gekeken naar het woonwerkverkeer en de afvalverwerking en zijn er op die gebieden stappen gezet. In deze voorgangsrapportage worden de emissies uit woon-werkverkeer en afvalverwerking inzichtelijk gemaakt voor de eerste helft van 2015. Naast de voortgang op deze onderwerpen staat ook de voortgang van het behalen van de doelstellingen die volgens de branchegerichte toelichting voor ingenieursbureaus zijn opgesteld. Het gaat dan om de invloed die Tauw in haar adviserende rol heeft op de CO2-emissies die vrijkomen in de projecten waarin wij werken. Deze doelstellingen zijn niet als harde emissie-eisen vastgelegd omdat Tauw daarvoor te weinig invloed op heeft, maar de doelstellingen zijn als inspanningsverplichting omschreven. De doelstellingen hebben betrekking op de bodemprojecten en op de openbare verlichtingsprojecten die wij als Tauw uitvoeren.
3.2
Woon-werkverkeer
Voor woon-werkverkeer ligt Tauw op koers om de doelstelling te halen. De emissies zijn licht gestegen als de emissies voor het eerste helft van het jaar worden vermenigvuldigd met twee en vergeleken met 2014. In de tweede helft van het jaar wordt over het algemeen meer verlof opgenomen waardoor we verwachten dat de emissies voor heel 2015 ongeveer gelijk blijven. 3.2.1
Doelstelling
De emissies van woon-werkverkeer is de afgelopen jaren sterk afgenomen, met name door betere administratie. De invloed die Tauw kan uitoefenen op het woon-werkverkeer is, naast de invloed die al is uitgeoefend, relatief beperkt. We gaan er daarom vanuit dat de emissies per FTE niet veel meer kunnen dalen. De doelstelling voor 2020 is dan ook om de emissies van het woonwerkverkeer per FTE gelijk te houden aan 2014. 3.2.2
Voortgang
In de onderstaande tabel staan de CO2-emissies voor de verschillende manieren van vervoer en de totale CO2-emissie van het woon-werkverkeer.
11\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Tabel 3.1 Woon-werkverkeer, kilometers en CO2-emissie Categorie
Totale
Totale
Totale
Totale
Totale Convers CO2- CO2- CO2- CO2- CO2-
afstand
afstand
afstand
afstand
afstand ie-factor emis. emis. emis. emis. emis.
(km/jr)
(km/jr)
(km/jr)
2011
2012
2013
(km/jr) (km/jr) H1 2014
gem (g (t/jr)
(t/jr)
(t/jr)
(t/jr)
2015 CO2/km) 2011 2012 2013 2014
(t/jr) H1 2015
Fiets/
369.200
372.069
135.027
223.136
100.892
0
0
0
0
0
0
2.022.274 2.034.002 1.952.993 1.977.584
982.102
65
131
132
127
129
64
2.858.149 2.792.659 2.392.214 2.293.086 1.162.825 210 (‘10)
578
565
484
464
235
532
518
498
240
118
1241 1215 1.109
833
417
lopend Openbaar vervoer Privéauto
202 (‘11/’12/’ 13) Leaseauto
2.687.608 2.637.687 2.150.424
977.481
444.959
210 (2010) 198 (2011) 196 (2012) 231 (2013) 216 (2014)*
Totaal
7.937.231 7.836.417 6.630.659 5.471.287 2.690.805
* De emissies per km zijn in 2010 op basis van het standaard kental. In 2011-2013 zijn de emissies op basis van de geschatte gereden woon-werkkilometers per voertuig berekend. In 2014 is de gemiddelde uitstoot per kilometer van alle Tauw voertuigen genomen.
Opvallend is dat over de hele linie minder kilometers worden gereden. Deze daling wordt waarschijnlijk grotendeels veroorzaakt door een daling van het aantal FTE’s. Er is ook een verschuiving van leaseauto’s naar privé auto’s. Dit is waarschijnlijk een gevolg van het gewijzigde leasebeleid. Mogelijk wordt er met lease auto’s ook vaker vanuit huis naar een klant wordt gereden of naar een andere vestiging. De kilometers die daarbij gereden worden vallen in scope 1 en niet bij het woon-werkverkeer.
12\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Tabel 3.2 Woon-werkverkeer, CO2-emissie per FTE
Grootheid FTE’s CO2 uitstoot CO2 uitstoot per
Eenheid (-)
2010
2011
2012
2013
2014
2015
833
814
789
701
688
680
ton/jaar
1.410
1.241
1.215
1.109
833
834
Ton/FTE
1,69
1,52
1,54
1,58
1,21
1,23
FTE
De CO2-uitstoot van woon-werkverkeer neemt in de eerste helft van 2015 licht af, per FTE neemt de uitstoot echter toe ten opzichte van 2014. De stijging per FTE is 1,7%. In 2014 is Atrivé door de Tauw Groep aangekocht en is een volle dochter geworden van Tauw bv Hieronder staat het woon-werkverkeer van Atrivé vermeld. Bij Atrivé kon op de korte termijn na opname in de Tauw groep de berekening van het woon-werk verkeer niet zo nauwkeurig worden uitgevoerd als bij Tauw bv. Een aantal gegevens zijn niet geregistreerd in de eerste helft van 2015. Naast de gegevens van Tauw kunnen de volgende woon-werkgegevens kunnen worden gerapporteerd op basis van de beschikbare gegevens.
Tabel 3.3 Woon-werkverkeer, CO2-emissie van Atrivé
Categorie
Fiets/
Totale afstand
Totale afstand
Conversie-factor
CO2-emis. (t/jr)
CO2-emis. (t/jr)
(km/jr) 2014
(km/jr) H1 2015
gem (g CO2/km)
2014
H12015
6.152
468
0
0
0
77.664
8.989
65
5
1
63.743
30.533
202
13
6
Onbekend
Onbekend
16% van de
21
10
39
17
lopend Openbaar vervoer Privéauto
Leaseauto
brandstof voor lease Totaal
Per FTE werd voor het woon-werkverkeer van Atrivé 0,66 ton CO2 uitgestoten in de eerste helft van 2015. Ter vergelijking in 2014 was de uitstoot 1,44 ton CO2/FTE. Uitgangspunten bij deze berekening zijn net als bij Tauw de volgende: • Bij woon-werkverkeer onder 9 km wordt er vanuit gegaan dat wordt gefietst.
13\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
•
Wanneer er een leaseauto ter beschikking is gesteld wordt er vanuit gegaan dat op en neer
•
wordt gereden met de leaseauto Wanneer er geen leaseauto is en er geen woon-werkkilometers zijn geregistreerd dan wordt er vanuit gegaan dat er met OV gereisd wordt
• • •
Er is geschat dat van het brandstofgebruik van de leaseauto’s voor ongeveer 16 % toe te schrijven is aan woon-werkverkeer. Gelijk aan Tauw bv Er worden even veel weken gewerkt bij Atrivé per FTE als bij Tauw bv De verhouding tussen woon-werk kilometers en werkkilometers voor de privé auto rijders is gelijk aan 2014
Nota bene: Atrivé is per 15 augustus 2014 onderdeel geworden van Tauw en de administratie is nog niet geïntegreerd. Omdat de basisgegevens anders zijn, is de CO2-uitstoot een beetje anders bepaald. Daarom zijn de gegevens van Atrivé niet geïntegreerd in tabel 3.2. 3.2.3
Aandachtspunten
De CO2-emissies voor het woon-werkverkeer zijn voor Tauw bv licht gestegen en voor Atrivé licht gedaald. Dit is gebaseerd op de aanname dat er in het tweede helft van het jaar even veel wordt gewerkt en gereden als in de eerste helft van het jaar. Omdat in de tweede helft van het jaar over het algemeen meer verlof op wordt genomen ligt het in de lijn der verwachting dat er minder uitstoot in de tweede helft van het jaar zal zijn. De emissies komen daarmee naar verwachting ongeveer op een waarde die gelijk is aan 2014. Het is ook mogelijk dat de emissies van de privé auto’s inmiddels zijn gedaald ten opzichte van 2010 toen de laatste enquête hierover is gehouden. In de tweede helft van 2015 wordt een nieuwe enquête gehouden om de emissies per kilometer van de auto’s die Tauw medewerkers privé rijden te bepalen.
3.3
Afval
Voor het afval lag Tauw een aantal jaren zeer ver voor op het beoogde schema. In 2014 was de hoeveelheid afval echter zeer hoog omdat er een grote verbouwing plaats heeft gevonden. Ook voor de eerste helft van 2015 geldt dat er verbouwd en verhuisd wordt op een aantal vestigingen van Tauw. De hoeveelheden afval zijn daarom in de eerste helft van 2015 nog relatief hoog. 3.3.1
Doelstelling
De emissies van het verwerken van afval zijn de afgelopen jaren sterk gedaald doordat er steeds minder afval is geproduceerd. De mogelijkheden om afval verder te reduceren zijn beperkt. De invloed van eenmalige zaken zoals verhuizingen/verbouwingen hebben een grote invloed op de hoeveelheid afval. De doelstelling voor 2020 is om de CO2-emissies van afvalverwerking per FTE gelijk te houden aan de gemiddelde emissie per FTE van de jaren 2012 & 2013. 3.3.2
Voortgang
In de afgelopen jaren is de hoeveelheid restafval sterk afgenomen. Hierdoor is de CO2-uitstoot ook afgenomen. In 2014 is er een piek geweest in de hoeveelheid afval omdat er veel verbouwd en verhuisd is. In de eerste helft van 2015 is de hoeveelheid afval weer gezakt, maar zij is relatief nog steeds hoog.
14\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Er is meer veel papierafval vrijgekomen doordat de vestiging Assen is verhuisd en er verbouwd is in Capelle. Ten opzichte van de eerste helft van 2013 is er een stijging te zien: van 75 ton CO2 in 2013 naar 94 ton CO2 in de eerste helft van 2015. Door de verhuizing van de vestiging in Assen en de verbouwing in Capelle is er een stijging te zien in het afval van papier. De verwachting is dat deze afvalstromen in de tweede helft van 2015 2015 weer minder zullen zijn en op een niveau uitkomen van 2013. In 2013 lag de CO2-uitstoot van afval ruim 38 % lager dan in 2010. Tabel 3.4 Afvalverwerking, hoeveelheden en CO2-emissie
Categorie
Massa Massa Massa Massa
Massa Conversie
afval
afval
afval
afval
(ton)
(ton)
(ton)
(ton) (ton) H1
afval
2012
2013
gem.
2014
CO2-
CO2-
(ton/j)
(ton/j)
(ton/j)
2015 ton afval)
2012
2013
gem.
Papier Bodem-
(ton/j)
(ton/j)
2014 H1 2015
2013
3,0
4,2
4,5
2,0
0,38
1,15
1,61
1,73
0,75
104,5
79,3
136,4
41,1
0,94
98,20
74,57
128,26
38,59
93,3
49,0
234,3
48,5
0,85
79,33
41,68
199,19
41,18
9,4
8,6
21,7
0,94
8,81
8,11
20,44
monsters Klein
CO2-
2012-
2013
Bedrijfsafval
CO2-
-factor emissie emissie emissie emissie emissie (ton CO2/
2012-
Glas
CO2-
3,4 0,4
0,3
1,1
3,23 0,94
0,34
0,24
1,01
chemisch afval
0,1
Asbest Bouw en
0,0
0,016
0,015
8,4
27,2
sloopafval 8,6
2,2
7,9
Oplosmiddel
0,5
0,0
0,3
(hal vrij)
0,00
0,02
0,01
0,94
0,00
7,90
25,61
6,8
0,94
8,04
2,11
7,38
0,94
0,47
0,00
0,25
1,50
0,1 0,00
0,05
0,03
Salpeterzuur 0,1
0,1
0,94
0,3
0,00
0,05
0,03 0,00
0,94
0,13
0,05
0,24
0,94
-
0,00
0,37
0,35
2,17
0,65
0,00
0,35
0,72
0,02 -
6,39
0,08
0,0
e emballage Datadragers
0,94
1,6
Olie/water/slib
Verontreinigd
0,11
0,02
-
0,4
Oud ijzer
6,2
1,9
0,0
RVS
2,1
Huisvuil grof
1,7
2,1
0,94
1,64
1,96
B-hout
1,7
0,0
-0,69
-1,15
0,00
vertrouwelijk
0,0
0,00
15\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Categorie
Massa Massa Massa Massa
Massa Conversie
afval
afval
afval
afval
(ton)
(ton)
(ton)
(ton) (ton) H1
afval
2012
2013
gem.
2014
CO2-
CO2-
(ton/j)
(ton/j)
2015 ton afval)
2012
2013
(ton/j) gem.
2012-
2012-
2013
2013
CO2-
(ton/j)
(ton/j)
2014 H1 2015
0,02
olie
3.3.3
CO2-
-factor emissie emissie emissie emissie emissie (ton CO2/
Afgewerkte
Totaal
CO2-
220 160,6
0,043
0,0
21,7
105,6
0,49
0,00 196,3
139,3
385,7
93,8
Aandachtspunten
Er heeft een verhuizing plaatsgevonden in Assen en een verbouwing in Capelle, dit heeft als gevolg dat er afgelopen halfjaar relatief veel papier en karton is afgevoerd. Maar ten opzichte van 2014, waarin de verhuizing en renovatie van Deventer heeft plaatsgevonden, is er daling te zien in de CO2 die is uitgestoten. Echter, de hoeveelheid afval, met name in de vorm van papier, is ten opzicht van het gemiddelde van 2012 en 2013 (168 ton CO2) wel toegenomen. Dit gaat om een stijging van bijna 12% die volledig is toe te schrijven aan het opruimen van papier en karton als gevolg van (interne) verhuizingen. Hierdoor is het onwaarschijnlijk dat de doelstelling om op een gelijk niveau te blijven als het gemiddelde van 2012 en 2013 behaald wordt.
3.4
Bodemprojecten
De doelstellingen voor bodemprojecten in 2015 zijn omschreven als inspanningsverplichtingen. De volgende acties worden voor 2015 voorzien. 1. In 90 % van de projecten > EUR 10.000 is de checklist gebruikt. Ingaand vanaf week 15, 2015. In week 15 is de checklist breed onder aandacht gebracht van zowel SG&E als MIA 2. Van de projecten waar de checklist positief is wordt voor 50 % de CO2-tool ingevuld. 3. Op basis van de resultaten worden in het eerste kwartaal van 2016 kentallen van een saneringstype per m3 bodemvolume berekend en intern gepubliceerd voor SG&E en MIA 4. De boorbedrijven/betonboorders worden weer per e-mail bevraagd over duurzaamheid CO2-uitstoot. De nieuwe vragenlijst zal op basis van de antwoorden op de voorgaande versie wat worden aangepast. Er zijn in de eerste helft van 2015 geen grote saneringsprojecten gaan lopen. Voor het volgende halfjaar wordt dit verder uitgewerkt wanneer er wel bodemsaneringsprojecten worden uitgevoerd. De boorbedrijven/betonboorders zijn nog niet bevraagd per e-mail. Dit staat nog op het programma voor de tweede helft van 2015.
16\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
3.5
Openbare verlichtingsprojecten
De doelstellingen voor openbare verlichtingsprojecten in 2015 zijn omschreven als inspanningsverplichtingen. De acties zijn grotendeels uitgevoerd. Aandachtspunt is de beperkte capaciteit binnen Tauw om openbare verlichtingsprojecten uit te voeren. Omdat de werkzaamheden voor de CO 2-prestatieladder door dezelfde mensen moeten worden uitgevoerd als die de projecten uitvoeren lopen de werkzaamheden voor de CO2-prestatieladder soms vertraging op. Voor de openbare verlichtingsprojecten zijn doelstellingen voor 2015 bepaald, gericht op drie onderwerpen. In de onderstaande paragrafen wordt de voortgang per onderwerp, een projectleider aannemen, tijdelijke ondersteuning van ervaren projectmanagers en het zorgen voor marktontwikkelingen en meer werk. 3.5.1
Doelstellingen 2015
Doelstelling 1 Projectleider Verlichting aannemen Om gedegen advies en projectleiding te geven aan projecten voor de openbare verlichting, is de doelstelling opgesteld om een ervaren projectleider met veel kennis en ervaring aan te nemen. Deze doelstelling is behaald. Er is half mei 2015 een nieuwe projectleider aangenomen voor projecten in de openbare verlichting. Doelstelling 2 Tijdelijke ondersteuning ervaren projectmanagers Inmiddels zijn er twee projectmanagers gestart en zij hebben zich bezig gehouden met het schrijven van een nieuw businessplan. Dit plan ligt inmiddels klaar en er worden marktacties verricht. Doelstelling 3 Nieuwe projectleider en tijdelijk projectmanagers zorgen voor werk Er worden marktacties verricht op basis van het businessplan. Hiernaast is een belangrijke samenwerking aangegaan met Montad, dat nu officieel is. Deze samenwerking moet in de toekomst zorgen voor meer marktontwikkelingen.
4 CO2-emissie projecten met gunningsvoordeel In 2014 heeft Tauw vier projecten gegund gekregen waarbij sprake is van gunningsvoordeel in verband met de CO2 prestatieladder. Deze projecten lopen nog. De projecten met beschrijving staan in tabel 4.1.
17\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Tabel 4.1 Projecten met gunningsvoordeel CO2 prestatieladder
Projecten
Omschrijving
FLOW 27, RWS SO2.0 SO001 Planuitwerking Opstellen Plan-MER om bij besluitvorming het milieu een volledige plaats te (O)TB MER A27 Houten-Hooipolder
geven en daarmee te voldoen aan het Besluit Milieueffectrapportage
Stroomlijn fase 3. Tranche 2 inschrijving
Het verwijderen van begroeiing in de stroombaan van Nederlandse rivieren.
perceel 3 en 5
Inschrijving vindt plaats in combinatie met Eelerwoude en Bruins & Kwast
SO-160 Plan-MER BPRW
Opstellen Plan-MER om bij besluitvorming over BPRW 2016-2021 het milieu een volledige plaats te geven en daarmee te voldoen aan het Besluit Milieueffectrapportage
SO-137 Conditioneringsonderzoeken Rijksweg Uitvoeren van diensten en het leveren van producten t.b.v. de doortrekking van A13 A16
de A16 richting de A13 ten noorden van Rotterdam
Voor projecten met gunningsvoordeel is een notitie opgesteld waarin wordt aangegeven welke stappen genomen moeten worden. Per project wordt een lijst van de energiestromen gemaakt met daarin bijvoorbeeld: 1. 2. 3. 4.
Energiegebruik van transport Energiegebruik van de werkzaamheden die door Tauw in het veld worden uitgevoerd Energiegebruik van de werkzaamheden van onderaannemers Energiegebruik van de werkzaamheden van eventuele combinanten
De Directie van Tauw heeft een CO2-emissiesdoelstelling vastgesteld voor projecten met een CO2-gunningsvoordeel. Deze doelstelling is per kilometer 1 % minder CO2 uit te stoten dan het gemiddelde van Tauw. Per project wordt bepaald welke maatregelen genomen kunnen worden om deze doelstelling te halen. De twee projecten zijn hieronder (paragraaf 4.1 en 4.2) verder uitgewerkt. Aan het einde van het jaar zal bepaald worden of de reductie doelstelling voor de projecten is gehaald. De uitstoot van CO2 voor projecten bestaat uit al het zakelijke verkeer. De verwarming van het gebouw en het elektraverbruik is niet apart uitgesplitst naar deze projecten. De onderstaande gegevens geven inzicht in de projecten met gunningsvoordeel. De totale gegevens van Tauw zijn inclusief de gegevens van het zakelijk verkeer van deze projecten. De hoeveelheid CO2-emissie van het brandstofverbruik zakelijk verkeer voor deze projecten bedraagt ruim 12 ton/jaar.
18\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
Tabel 4.2 Brandstofverbruik zakelijk verkeer projecten en CO2 in 1ste half jaar 2015 Tauw
Gereden kilometers
Conversiefactor CO2-emissie
(km/jaar)
(g CO2/km)*
(ton/jaar)
30.661
210
6,44
Stroomlijn fase 3. Tranche 2 inschrijving perceel 3 en 5
24.069
210
5,05
SO-160 Plan-MER BPRW
0
210
0,00
FLOW 27, RWS SO2.0 SO001 Planuitwerking (O)TB MER A27 Houten-Hooipolder
SO-137 Conditioneringsonderzoeken Rijksweg A13 A16 3.011
210
0,63
Totaal
-
12,13
*
Soort brandstof is onbekend
Omschrijving project (O)TB/MER A27 Houten – Hooipolder 1ste half jaar 2015
4.1
Het samenwerkingsverband Antea Group, Movares, Tauw en Goudappel Coffeng heeft begin 2015 de planuitwerking (O)TB/MER A27 Houten – Hooipolder verworven. Dit onder de naam ‘Flow27’. Antea Group geldt als formele inschrijver (penvoerder), ingeschreven is op trede 5 van de CO2-prestatieladder. Alle partijen voeren circa 1/3 deel van de werkzaamheden uit binnen dit project. Tauw is zelf gecertificeerd voor trede 4 van de CO2-prestatieladder, met bijbehorende verplichtingen. Het project heeft binnen Tauw het projectnummer 1226829. Als gevolg van het gunningsvoordeel zijn de volgende werkzaamheden voor dit project uitgevoerd: • •
Omschrijving van de energiestromen en de verwachtte1 en werkelijke omvang Lijst met genomen maatregelen.
4.1.1
Omschrijving van de energiestromen en de verwachtte en werkelijke omvang
Voor de planuitwerking (O)TB/MER A27 Houten – Hooipolder zijn de volgende energiestromen van het project in beeld gebracht. 1. Energiegebruik van transport Voor het project wordt (door een deel van het team) op een centrale projectlocatie gewerkt. Daarnaast vindt er regelmatig (deels periodiek, deels ingegeven door op dat moment relevante activiteiten in de planning) op locatie overleg plaats met de opdrachtgever (Rijkswaterstaat). Daarnaast vindt er intern binnen de samenwerkende bureaus afstemming plaats tussen de verschillende betrokken disciplines. Dit gebeurt op verschillende locaties. Voor de uitvoering van het project zijn experts van verschillende Tauw-vestigingen ingeschakeld. 1 Van de verwachtte omvang van het transport per auto en openbaar vervoer is van te voren geen begroting opgesteld. De transportkosten worden geacht te vallen onder de geraamde overall kosten van de verschillende werkpakketten (zoals projectmanagement, werkpakket ecologie, werkpakket ruimtelijke kwaliteit/landschap, et cetera.).
19\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
In de tabel 4.2 is de omvang van het energiegebruik van Tauw-medewerkers weergegeven in Q1 en Q2 2015. 4.1.2
Lijst met maatregelen
In dit project zijn in Q1 en Q2 2015 de volgende maatregelen genomen om energie te besparen: • In de zomerperiode is het aantal overleg-momenten vanuit projectmanagement tussen Flow en RWS ongeveer gehalveerd. Concreet vindt het wekelijkse voortgangsoverleg nu 2wekelijks plaats. In de tussen liggende weken vindt het reguliere inhoudelijk afstemmingsoverleg plaats • Flow27 stelt voor om ook na de zomerperiode 2015 het wekelijks voortgangsoverleg en het 2wekelijks inhoudelijk voortgangsoverleg efficiënter in te plannen; zodat er sprake is van minder overlegmomenten of deze overleggen op locatie van Flow te laten plaatsvinden om de reistijd/afstand te beperken. Het beperken van de frequentie van de overleggen leidt tot •
minder vervoersbewegingen De raakvlakken-afstemming rondom het inpassend ontwerp vinden wekelijks plaats bij Movares in Utrecht, omdat in Utrecht de meeste disciplines zijn vertegenwoordigd (Movares:
•
wegontwerp; ontwerp nieuwe kunstwerken, ruimtelijke kwaliteit/vormgeving, natuur. Tauw: water en bestaande kunstwerken) Waar mogelijk worden afstemmingsoverleggen tussen disciplines georganiseerd op een
•
plaats die voor iedereen dicht bij is (bijvoorbeeld Westraven Utrecht, Tauw Utrecht of Movares Utrecht) Zo mogelijk worden overleggen telefonisch of via Lync (Tauw-collega’s onderling) gevoerd. In
•
de praktijk gebeurt dit regelmatig door de projectleiding (Floris Eenink – Vincent Muis) en bij overleg binnen een Tauw-werkpakket (zoals bestaande kunstwerken) Meerdere overleggen of werksessies op 1 dag plannen zodat mensen maar 1 dag hoeven te reizen. Concreet gebeurt dit o.a. bij 2-wekelijks afstemmingsoverleggen (intern Flow27). Deze dagen starten met een plenair afstemmingsoverleg voor alle werkpakketten, waarna op dezelfde locatie de bilaterale afstemmingsoverleggen plaatsvinden
•
Zoveel mogelijk inzet van werknemers met standplaats Utrecht (gezien projectlocatie Flow27 in Oosterhout is gelegen, en de meeste overleggen met Rijkswaterstaat in Den Bosch plaatsvinden)
•
Waar mogelijk samen reizen met 1 auto. Dit gebeurt frequent door Tauw medewerkers die vanaf (locatie) Deventer/Utrecht naar de projectlocatie in Oosterhout reizen. Medewerkers van Tauw reizen maken veelvuldig gebruik van dienstauto’s (circa 1/3 deel van
• •
•
het totaal aantal afgelegde kilometers). Dit betreffen auto’s met het energielabel A Op 24 juni 2015 heeft Flow in het contractueel voortgangsoverleg met Rijkswaterstaat aan Rijkswaterstaat gevraagd welke duurzaamheidsambities zij nastreven met het project. Rijkswaterstaat heeft deze vraag momenteel in beraad. Vervolgens zal worden bezien op welke wijze hier binnen het project invulling aan gegeven kan worden Rijkswaterstaat heeft in het kader van het inbrengen van klanteisen (voor o.a. het ontwerp) aangegeven dat het ‘RWS verdient’ beleid relevant is voor de planuitwerking A27. Dit beleid
20\21
Kenmerk R011-0495501MBQ-ibs-V01-NL
draait erom rest-ruimtes die in het ontwerp ontstaan (bijvoorbeeld bij de aansluitingen of knooppunten) dusdanig vorm te geven / van enige omvang te laten zijn (c.q. rekening mee te houden in grondaankoop) dat deze nog geëxploiteerd kunnen worden. Bijvoorbeeld voor teelt van bepaalde gewassen of voor exploitatie van windmolens. In de planuitwerking (ontwerp, grondverwervingsplan en (O)TB kaarten wordt hier waar mogelijk rekening mee gehouden). Daarnaast is hiervoor een systeem-eis geformuleerd ten behoeve van het uitvoeringscontract voor de aannemer De maatregelen hebben als doel om de energiestromen zo veel als mogelijk te beperken. En daarnaast in de planuitwerking rekening te houden met de duurzaamheidsambities van Rijkswaterstaat voor dit project. Zoals is op te maken uit voorgaande beschouwing vinden er voor het project A27 HoutenHooipolder veelvuldig verplaatsingen per auto of openbaar vervoer plaats. Enerzijds is dit inherent aan een groot en multidisciplinair project, maar anderzijds wordt gepoogd middels een efficiënte inzet van mensen en middelen het aantal verplaatsingen zo beperkt mogelijk te houden. Ook voor Q3 en Q4 zal hierop de focus liggen.
4.2
Omschrijving project SO-160 Plan-MER BPRW 1ste half jaar 2015
In het eerste half jaar van 2015 zijn geen auto- en ook geen treinkilometers gemaakt. Deze kosten zijn vermeden door: • het voeren van 1 overleg bij Tauw Utrecht (1 collega Tauw Utrecht met 1 iemand van RWS); •
2,8 km het gebruik van de Tauw-fiets voor 2 overleggen (1 bij RWS Utrecht en 1 bij de Commissie voor de m.e.r. ok in Utrecht met 1 persoon van Tauw Utrecht en 1 van RWS). 2,8 + 7 km= 9,8 km
Het aantal vermeden km’s komt daarmee op: 12,6 km.
21\21