Het ECP-EPN als platform voor de informatiesamenleving in Nederland en de Commissie hebben veel gemeen. We delen een visie, een probleem analyse en ervaren gelijksoortige uitdagingen bij de uitvoering van onze plannen. Samenvattend: ICT is niet alleen een belangrijke factor in het verhogen van onze productiviteit, zonder technologie component zullen we niet kunnen voldoen aan onze klimaat doelstellingen, zal onze zorg niet duurzaam te financieren zijn, slippen onze steden en infrastructuren dicht. Daarnaast biedt ICT ongekende mogelijkheden aan mensen, overheden, bedrijven en organisaties, om te communiceren, relaties aan te gaan, nieuwe markten te openen, te innoveren, te ontplooien, etc. Die mogelijkheden willen we ontsluiten voor iedereen, om Europa concurrerender te maken en te zorgen dat niemand wordt uitgesloten. De virtuele ruimte moet daarom open, toegankelijk en veilig zijn. Omdat ICT in alles zit en we steeds meer verbonden raken is een holistische agenda noodzakelijk. Het gaat daarbij niet om de technologie per se maar wat we ermee doen en hoe die ingebed wordt in onze maatschappij. Voorlopig niets nieuws voor een zaal als deze…. Ik zal U deze 20 minuten daarom niet lastig vallen met een uiteenzetting van onze strategie: De Digitale Agenda voor Europa. Die kunt U op het internet vinden. Graag zou ik vanuit de verschillende peilers van de Digitale Agenda een blik willen werpen op Nederland, en tevens ervaringen met U willen wisselen over het eerste half jaar, waarin we de mooie ambities proberen om te zetten in concrete resultaten. Als Europese Commissie kunnen we op dit gebied weinig zelf beslissen en uitvoeren. We moeten met en door anderen
werken die we soms eerst moeten overtuigen van het belang van de investeringen in ICT. Alle terreinen en sectoren die de DAE betreffen krijgen te maken met vergaande veranderingen, waardoor gevestigde posities wankelen en nieuwe verdienmodellen nodig zijn. Verandering is meestal pijnlijk en genereert weerstand, maar het is ook onvermijdelijk en dus is een goede anticipatie van de verandering noodzakelijk. De diepte van de verandering wordt door veel mensen en organisaties nog onderschat, evenals het belang van ICT in de zich ontvouwende kennis maatschappij. Dit werd ook duidelijk in de eerste reacties op de portefeuille van Neelie, alsof dit een onbeduidend gebied zou zijn. Degenen die het belang wel begrijpen en de kansen pakken, kunnen een enorme voorsprong nemen, kijk naar Korea, maar ook Malta, Oostenrijk en Estland. Nederland heeft een geweldig potentieel om tot de toplanden in de wereld te horen, maar moet dit potentieel nog waarmaken. Het heeft 1 van de beste BB infrastructuren, en een grote internet dichtheid. Het is een laboratorium voor innovatie, vooral op lokaal niveau. De sensor netwerken rond Lofar in Twente, zorg innovatie in Brabant, en Noord Nederland, virtuele steden als Helmond in Second Life, etc. Eindeloos veel voorbeelden van lokaal vernuft, energie en innovatiekracht. Nederland staat op een drempel en moet er nu een springplank van maken. Daarvoor is een coherent en holistisch ICT beleid nodig dat de randvoorwaarde schept voor investering, innovatie, en ondernemerschap; die worden doorvertaald naar de belangrijke toepassingsgebieden als de zorg, vervoer, en energie. In zo‟n strategie passen ook voldoende investeringen in onderwijs en onderzoek en het waarborgen van een open economie en een open maatschappij die ons in staat stelt top
talent van de wereld aan te trekken. Ik meen dat de volgende spreker ons allen gerust gaat stellen dat een dergelijke holistische strategie in de steigers staat. De overheid kan ook veel doen om zichzelf effectiever en efficiënter te maken en de regeldruk terug te dringen. Hiervoor is politiek leiderschap onontbeerlijk. Het potentieel ligt er voor Nederland en ook voor Europa. Beiden zouden elkaar moeten kunnen versterken. De DAE is onze strategie om dat te bewerkstelligen. Deze DAE bestrijkt 7 prioriteiten, bevat 101 acties, 16 kern doelstellingen en een heel aantal targets. Wees niet bang. Ik zal ze niet allemaal opsommen. Ik zal op hoofdlijnen de strategie afmeten aan de Nederlandse context en aangeven wat mijn ervaringen zijn in de uitvoering: 1) Super snel Internet: Een goede breedband infrastructuur, met voldoende concurrentie is een eerste en misschien wel belangrijkste randvoorwaarde voor de invoering van een digitale economie en kennis maatschappij. Nederland behoort hierin tot de wereldleiders met 2 concurrerende vaste BB infrastructuren, en groeiend mobiel internet. Maar juist om die voorsprong zo veel mogelijk uit te buiten is het nodig te blijven investeren zodat het een wereldspeler kan worden in 'Cloud' en 'content'. Vanuit een Europees perspectief is het belangrijk te erkennen dat alle landen baat hebben bij de snelheid van de netwerken van buurlanden. Hoe beter en sneller verbonden met anderen, des te waardevoller het eigen netwerk wordt.
Maar het blijkt moeilijk om netwerk eigenaren te bewegen om verder te investeren nu het business model van vaste netwerken onder druk staat. Dit is niet los te zien van andere inkomsten stromen zoals voice en data roaming. Ook ons spectrum beleid speelt hier een rol en de manier hoe we in de toekomst gaan betalen voor de kwaliteit van data diensten, i.e. netwerk neutraliteit. We moeten werken aan een holistische benadering om uiteindelijk tot een interne Europese telecom markt te komen die een dekkende snelle infrastructuur biedt tegen redelijke prijzen. Lokale en nationale overheden overal in Europa verkiezen te investeren in oude infrastructuur als rails, bruggen en andere belangwekkende zaken als publieke zwembaden, boven bijvoorbeeld FTTH. Daar liggen uitdagingen voor ons om structuurfondsen beter aan te wenden, ook in Nederland. 2) Veiligheid en vertrouwen – Ook op dit punt scoort Nederland goed, zowel in de opsporing, en beheer, als ook in preventie. Niet lang geleden is door toedoen van Nederlandse cyber opsporingsambtenaren een cyber crimineel opgepakt die 30M geïnfecteerde computers beheerde. Op het gebied van internet veiligheid van de overheidssystemen geniet de Nederlandse Gov Cert veel aanzien. Vooral interessant is de platform benadering hier, waarbij verschillende overheden en alle relevante marktpartijen samenwerken om afspraken te maken in de aanpak. Daarnaast is NL is koploper in preventie (gemeten naar effect), oa als partner in het Europese Safer Internet Programme. Op dit vlaak zou de voorlichting in scholen versterkt kunnen worden kan nederland baat hebben bij een Europese uitwisseling van ervaringen en leereffecten. 3) Digitale vaardigheden and eInclusion
Als we in Nederland ergens trots op mogen zijn is het wel de Nederlander, die voorop gaat in Europa als het gaat om Internet gebruik. Hyves is 1 van de grootste communities van de wereld. We hebben over het algemeen veel computers, mobieltjes, PDA's etc. tot onze beschikking en we zijn erg actief. Toch lijkt het erop of we vooral veel spelen en communiceren op het Internet. We doen relatief weinig zaken on line en de waarde creatie op het internet door Nederlanders staat niet in verhouding tot de hoge Internet penetratie. Misschien heeft dit te maken met een ander zwak punt: het relatief lage het niveau van professionele ICT vaardigheden en het totaal aantal opgeleide ICT professionals in Nederland. Ondanks het hoge aantal internet gebruikers zijn er desondanks rond 1.5 miljoen digibeten. Voor Europa als geheel is het percentage boven 30%. Vanuit Europa kunnen weinig anders doen dan het ondersteunen van nationale campagnes en het bevorderen van de uitwisseling van ideeen. Het VK heeft net de Rush Online campagne gevoerd, onder leiding van Marthe Lane Fox – oprichtster van 'Last Minute.com. Digivaardigen werden uitgedaagd minstens 1 Digibeet uit hun omgeving online te krijgen. In Denemarken bestaat het e-Day concept waarbij op 1 specifieke datum een bepaalde publieke ICT doelstelling gehaald moet zijn. De ECP campagne “Digivaardig en digibewust” geldt ook als 1 van de „good practices‟.Van Nederland leren we hoe bedrijven en instellingen betrokken kunnen worden en ook meebetalen. 4) Standaarden en interoperabiliteit Bij de NL overheid gebeurt er veel op dit gebied, en Min EZ heeft met veel verve in Europa open source en open standaarden bevorderd. Uit eigen ervaring weet ik dat interoperabiliteit binnen de overheid in Nederland niet altijd
even vanzelfsprekend is. Daar hebben we het Forum Standaardisatie voor. Soms echter zijn harde beslissingen nodig om standaarden vast te leggen, wat niet altijd te verenigen is in de Nederlandse consensus cultuur vooral niet in de gedecentraliseerde overheid. In Europa maken we ons vooral zorgen over de traagheid van het standaardiseringsproces, en het feit dat we teveel gericht zijn op Europa en te weinig op de mondiale context, waarin standaarden strategisch ingezet (kunnen) worden. We moeten meer internationaal samenwerken en ook andere standaarden toelaten die niet dor de formele Europese standaardiseringsinstellingen zijn vast gesteld. Ook proberen we meer begrip te krijgen voor de rol van de overheid als launching customer. Het ontwikkelen van een standaard rond bijvoorbeeld de aanlevering van een elektronische factuur of een identificatie-stelsel kan een geweldig effect hebben op aanpalende domeinen als B2B of B2C. 5) Onderzoek en innovatie Hier is Nederland minder sterk. We geven gemiddeld minder uit aan RTD dan andere landen in Europa. Dit komt door de lagere publieke bestedingen, maar ook omdat we minder R&D intensieve bedrijven hebben. We lijken ook achterop te raken in de innovatiekracht van ons bedrijfsleven. De trend lijkt niet te verbeteren, maar misschien dat Europa hier enig soelaas biedt door geld en onderzoeksdoelen te klusteren en hierdoor meer schaal grootte te creëren. Europa verliest de concurrentieslag met China en de VS. Onze start ups groeien te langzaam, ze vinden te weinig risico
kapitaal, overheden zijn te conservatief in het aanbesteden van nieuwe technologieën, de Interne markt in Europa blijft te versnipperd. Voor een deel ligt het ook aan het ontbreken van een ondernemerscultuur, ons onderwijs en de hoge arbeidskosten. Deze problemen zien we in overal maar vooral in software, social networks, in de ICT toepassingen in de zorg, en in de nieuwe applicaties rond Internet of Things. Europa heeft nog steeds de beste onderzoekers en de creatiefste ondernemers alleen je moet ze zoeken in Silicon Valley, Harvard, MIT, Caltech. In onderzoek valt het nog mee. Daar speelt Europa nog steeds mee aan de top, maar onze technologien worden niet vermarkt door Europese bedrijven. Zo hebben we veel baanbrekend onderzoek gedaan naar semantiek en automatische vertaling, en Google maakt er een gratis dienst van. De nieuwe interface van MS is in het VK ontwikkeld, Options in Belgie heeft zijn radio technologie net aan het Chinese Huawei verkocht. Overheden spelen een cruciale rol maar zien dit nog onvoldoende in. Zij kunnen de kleine innovatieve bedrijven helpen door hun producten en diensten af te nemen, door groei kapitaal ter beschikking te stellen en door een goed ondernemersklimaat te scheppen. Allemaal zaken die in de VS heel gewoon zijn, maar niet in Europa. 6) Digitale interne markt – Dit is een typische Europese prioriteit. De grenzen die we met moeite hebben weten te beslechten in de fysieke wereld keren terug in de virtuele wereld. Ieder land houdt er eigen regeltjes op na, of eigen interpretaties van gemeenschappelijke regels zoals in het geval van privacy. Mijn baas Neelie wijst altijd op het feit dat de enige digitale interne markt een illegale is. Zo is
het stelsel van patenten en copyrights nog steeds nationaal geregeld, met alle versnippering en schaal nadelen van dien. Deze situatie is niet alleen onacceptabel voor consumenten die in Europa vaak niet over de grens diensten en producten kunnen kopen; het is vooral een ramp voor onze Europese start ups die door de versnippering van de markt niet snel genoeg kunnen groeien en daardoor of failliet gaan of hun technologieën verkocht zien worden aan meestal Amerikaanse spelers en nu regelmatig ook Chinese bedrijven. 7) ICT en maatschappij Het beeld van de toepassing van ICT in allerlei maatschappelijke sectoren in Nederland is heel gevarieerd net als in veel andere Europese landen. In de elektronische overheid hebben we veel goede concepten maar de uitvoering is erg versnipperd. Er gebeurt heel veel maar het samenbrengen van de vele goede initiatieven om meer schaal te creëren en om tot geïntegreerde diensten te komen in de zorg, de overheid, op het gebied van mobiliteit, etc. blijft lastig. Er wordt nog teveel in silos gedacht en de ketenbenadering wordt vooral in woord beleden. Met de benoeming van een Rijks CIO volgt Nederland het voorbeeld van de succesvolle landen op dit gebied. Ook de iStrategie ziet er heel hoopvol uit. Deze ontwikkelingen zouden een positieve kentering kunnen betekenen. De DEA kan als voorbeeld dienen. Het is een platform waar alle departementen en stakeholders hun beleid samenbrengen om gemeenschappelijk doelen te verwezenlijken. Als gezegd, op al deze gebieden moeten we tegelijk voorgang boeken. Zonder breedband, privacy, en standaarden krijgen we geen slimme zorg. Als we geen digitale interne markt hebben
vinden de mooie technologieën en applicaties die we in onze Onderzoeks- en innovatie programma's ontwikkeld hebben hun weg niet naar de markt. eOverheid met digibeten heeft geen zin, etc. In Europa bestaan nog grote verschillen in ontwikkeling, ook hier vinden we een bonte verzameling van fantastische en inventieve steden en regio's en zelfs landen waar ook Nederland nog veel van kan leren. Landen als Oostenrijk, Malta en Estland, maar ook Belgie tonen aan wat er bereikt kan worden op het gebied van de elektronische overheid en elektronische identificatie als er politieke wil is. Zweden rolt net een online patiënten dossier uit. Steden als Zaragossa hebben uitgebreide sensor netwerken om publieke dienstverlening slimmer te maken. Odense heeft Euro 500M van de Deense regering gekregen om het Europese centrum te worden voor innovatieve zorg en oplossingen om ouderen langer zelfstadig te laten leven. De Veneto regio, maar ook Birmingham, Jena, Saarbruecken, Geneve, etc hebben geïnvesteerd in automatisering van ziekenhuizen door effectief gebruik van RFID technologie. Het VK, maar ook veel lokale overheden zoals Eindhoven, Valencia, Cataluna, etc hebben open data strategien om mensen en bedrijven instaat te stellen zelf publieke diensten te ontwikkelen op grond van ontsloten publieke informatie. Ook in onderwijs, smart metering, smart mobility and smart grids zien we overal initiatieven opkomen. Het is aan de Commissie om de collectieve waarde van al deze excellente initiatieven te vergroten door het uitwisselen van best practices; ontwikkelen van gemeenschappelijke diensten en infrastructuur, bevorderen van interoperabiliteit en het poolen van onderzoeks- en innovatie gelden om meer impact te genereren. De Commissie heeft zich ook expliciet
gecommitteerd aan 2 principes: Leading by example, practice what you preach. We willen niet anderen vertellen wat te doen zonder zelf het voorbeeld te stellen. Die verplichting zou iedere overheid zichzelf moeten opleggen. Kortom een hele klus. Maar wel een spannende en zelfs historische. Als overheden en politici zouden beseffen welke cruciale rol ze speelden in het versterken van innovatie en concurrentiekracht van hun land dan waren de ICT agenda en eOverheid overal top prioriteit. Vanuit mijn ivoren toren in Brussel kan ik Nederland moeilijk iets voorhouden, maar wil toch afsluiten met een paar aanbevelingen: ●
●
●
●
●
We zullen zo meteen horen van de heer Veilbrief welke plannen de regering heeft voor ICT beleid. Wat ik heb gezien ziet er veel belovend uit, als de juiste keuzes worden gemaakt en NL ondanks de economische crisis nog durft te investeren. In de “eOverheid” is een belangrijke kentering te zien in NL: de instelling van een RijksCIO en een omvattende iStrategie zijn belangrijke stappen voorwaarts naar een meer coherente benadering; maar succes hangt af van effectief leiderschap en doortastende implementatie. De Agenda's van NL en de EU sluiten naadloos op elkaar aan. Mijn verzoek aan NL: voer de plannen uit! En blijf druk zetten op de EU en de lidstaten om het ambitie peil hoog te houden. Denk groter dan Nederland en groter dan Europa. Internet is mondiaal, de concurrentie ook. Mensen zijn belangrijker dan ICT, dus blijf investeren in eigen talent en in het aantrekken van talent uit de rest van de wereld, door de maatschappij en economie open te houden.
●
Europa biedt een platform en investeert middelen om lidstaten te laten samenwerken en te excelleren. Nederland heeft de potentie naar de kop van het peleton te gaan. Laat die kans niet schieten.
Ik wens het ECP-EPN veel succes en kijk uit naar een constructieve en productieve samenwerking!!