Vrijdag 5 juni 2015
jaargang 9 nummer 421 € 2,50
}<(l(tp$=adbcb <
Het Plein
Cultuur in de Dublin Docklands
8/9 Nederlands Dans Theat
Maar liefst neg er en wereldpremiere in het nieuwe s seizoen
Paul de Leeuw
“Pas als de zaal geen interess e meer heeft, gaat deze kiloknalle r stoppen”
6/7
Extra bijlage Zuiderstrand
Z
RA
ND
T RS
Vriend
13
R
TE A E
DE UI
TH
11
Jan Willem de
Een theater aan zee, waa r vind je dat in Europa?
6 201 15-
20
Wijsmuller: geen Spui Haven, wel water 3
theater
Oorlogsboek
ers
nd
to:
Fo
Nieuwe column
k Pe
Fran
7 Jan D. Swart is terug in Den Haag advertentie
7 Studenten redden gevluchte Joden in reddingsbootje
2|
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
archeologie
den haag laag voor laag
Een Romeins fortje op Ockenburgh
T
oen ik in 1995 bij de afdeling Archeologie van de gemeente Den Haag kwam werken, was de afdeling al jaren aan het opgraven op Ockenburgh. Ter plekke werd het vakantiepark Kijkduinpark gerealiseerd dat inmiddels eigendom van Roompot is. Vlak voor mijn start bij de gemeente werd een Romeins paard gevonden dat tijdens Open Monumentendag dat jaar op veel belangstelling kon rekenen. Zelfs in een Braziliaanse krant werd aandacht aan deze speciale vondst besteed. In de jaren dertig van de 20ste eeuw is door de archeoloog Holwerda ook al eens opgegraven op die plek. Hij verwachtte daar iets groots aan te treffen maar werd wat teleurgesteld, zijn conclusie was indertijd dat hij ‘een kleine armzalige Bataafsche nederzetting’ had blootgelegd. Maar 60 jaar later kwamen de archeologen van de gemeente Den Haag tot een andere conclusie: er lag geen boerennederzetting maar een klein fort en een dorp met bewoners die niet uit deze omgeving kwamen. De archeologen kwamen tot deze ontdekking doordat zij sporen van een spitsgracht herkenden, die typisch zijn voor militaire versterkingen uit de Romeinse tijd. Uit de opgegraven sporen kwamen vondsten tevoorschijn die op de aanwezigheid van Romeinse soldaten wijzen. Zoals
bijvoorbeeld aardewerk waarin namen gekerfd waren en concentraties spijkertjes, die bij de restanten van bespijkerde schoenen van Romeinen horen. Ook de drie opgegraven paardenskeletten en paardentuig wijzen op de aanwezigheid van Romeinse soldaten in een ver verleden. Uit de opgegraven sporen blijkt dat er ter plekke een vierkant fort heeft gestaan van 42 bij 44,5 meter met rondom een wal en een spitsgracht. Bovenop die aarden wal stond een houten palissade. Binnen de omheining stond een gebouw in U-vorm. In Nederland is tot nu toe maar één ander vergelijkbaar fortje ontdekt, in Valkenburg (Z-H), maar in Duitsland zijn meer vergelijkbare fortjes gevonden. De bebouwing betreft daar twee langwerpige barakken die aan één kant met elkaar verbonden zijn. De wanden waren van vlechtwerk en leem gemaakt en de daken waren bedekt met bakstenen en dakpannen. We denken dat het fortje van Ockenburgh er ook ongeveer zo heeft uitgezien. Het fortje lag zo’n kilometer van de kust verwijderd. De soldaten sliepen in de barakken en ze stalden er ook hun paarden. Op de binnenplaats werd een waterput gevonden. De tekenaar Kelvin Wilson heeft een prachtige reconstructie van ons fortje gemaakt op
Reconstructie van het fortje op Ockenburgh. | Illustratie: Kevin Wilson
grond van de aanwijzingen die de archeologen hebben gegeven. U ziet de reconstructie op de bijgaande foto. Het fortje maakte waarschijnlijk deel uit van een uitgebreid verdedigingssysteem, dat de Romeinen langs de kust hadden aangelegd om invallen uit zee te voorkomen. Er woonden niet alleen militairen op Ockenburgh. Zoals gebruikelijk in de Romeinse tijd ontstond vlakbij het fort een dorpje
waarin allerlei handelaren en handwerkslieden een plaats vonden. Zij zorgden ervoor dat het de soldaten aan weinig ontbrak. Aan de hand van het aardewerk kunnen we concluderen dat het fort maar zo’n dertig jaar gebruikt is tussen 150 en 180 na Christus. In het Museon kunt u in de Romeinenzaal veel van de opgegraven materialen zien. Binnenkort wordt de laatste publicatie over Ocken-
burgh gepresenteerd en wordt een bord met informatie over het Romeinse verleden van Kijkduinpark onthuld. Zie voor meer informatie de website van Archeologie : www.denhaag.nl/archeologie
Corien Bakker stadsarcheoloog
advertentie
Belastingadvies in het hart van Den Haag Smit en de Wolf is hèt accountants- en belastingadvies-
de Wolf de kwaliteitsslag kunnen maken die heden ten
kantoor in Den Haag. Van starter tot middelgroot
dage van een accountantskantoor mag worden verwacht.
MKB-ondernemer bent u voor accountancydiensten, administratieve werkzaamheden of gedegen belasting-
Bent u benieuwd hoe Smit en de Wolf ook u of uw
advies bij Smit en de Wolf aan het juiste adres.
onderneming kan bijstaan in uitdagende tijden? Neem gerust contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek.
Smit en de Wolf is door haar meer dan 35-jarige historie een betrouwbare en deskundige partner van ondernemend
Met een gerust hart ondernemen begint hier.
Den Haag en omstreken gebleken. Door investeringen in jonge en ondernemende specialisten met ervaring bij verscheidene grotere accountantskantoren, heeft Smit en
Scheveningseweg 10 • 2517 KT Den Haag 070 356 07 95 •
[email protected]
www.smitwolf.nl
actueel |
Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
3
Wijsmuller wijst plan Spui Haven af Door Jan van der Ven
Het plan Spui Haven als alternatief voor de ontwikkeling van het Spuikwartier is niet haalbaar. Het idee van stedenbouwkundige René Strijland is niet in overeenstemming te brengen met de eerder vastgelegde uitgangspunten voor het bouwen in dit deel van het centrum. En de kosten ervan maken zijn alternatief niet realistisch. Dit betoogde wethouder Joris Wijsmuller (Haagse Stadspartij) vorige week donderdagavond tijdens de behandeling in de gemeenteraad van het bestemmingsplan voor het Spuikwartier. Het plan Spui Haven is geen officiële kandidaat voor de bouw van het alternatief voor het Spuiforum. Drie geselecteerde consortia ontwikkelen momenteel onafhankelijk van elkaar plannen. Die worden vervolgens beoordeeld door een commissie en deze keuze wordt voorgelegd aan het gemeentebestuur. In de loop van de zomer moet duidelijk zijn wie van de drie gewonnen heeft. Wethouder Wijsmuller sprak vorige week de hoop uit dat de consortia zich laten inspireren door de kern van het plan Spui Haven: de terug-
keer van water als aandacht trekkend element op het Spuiplein. “Want water is een prachtig instrument om mensen te verleiden”, aldus de wethouder. Het ontwerp van Strijland zelf is echter te duur, voegde hij eraan toe. Wijsmuller somde de nadelen op. Het idee om het Koninklijk Conservatorium te huisvesten in de lege achterste vleugel van het stadhuis lijkt leuk, maar de werkelijkheid is anders. Wijsmuller: “De gemeente moet het pand dan van de eigenaar, een belegger, kopen”. Het aantal vierkante meters in de vleugel is te weinig: 10.000 meter. Maar het conservatorium heeft 15.000 vierkante meter nodig, waaronder grote oefenruimtes. Een ander financieel obstakel vormt de parkeergarage onder het Spuiplein, waar dus waterpartijen zijn voorzien. In dat geval moet de parkeergarage verdwijnen. “En dan moet je dus de eigenaar van die garage financieel compenseren”, aldus de wethouder. Bouwprijs De vijf coalitiepartijen D66, PvdA, Haagse Stadspartij, VVD en CDA steunen het bestemmingsplan voor het Spuikwartier. Het bestem-
mingsplan is gebaseerd op de contouren van het Spuikwartier, waar dezelfde fracties in november al mee akkoord gingen. Die contouren behelzen onder meer maximale bouwhoogte, vierkante meters commerciële ruimten (winkels en woningen), de stedenbouwkundige effecten ervan en een maximale bouwprijs van bijna 180 miljoen euro. De uiteindelijke bouwer neemt alle financiële risico’s op zich. Wijsmuller heeft haast. In het college-akkoord is afgesproken dat de ontwikkeling van het Spuikwartier een jaar langer mag duren dan het oorspronkelijke plan voor het Spuiforum. Zijn tijdschema biedt geen ruimte voor vertragingen. Hij waarschuwde daar vorige week nog eens voor. Spel De oppositie herhaalde net als tijdens het raadsdebat in november, dat met de gekozen aanpak van drie consortia de gemeenteraad buiten spel is komen te staan. Maar volgens de fractie van VVD is er later wel degelijk een controlerende taak voor de gemeenteraad weggelegd. Dat is namelijk het geval wanneer het college van B en W het gekozen plan voorlegt aan de gemeenteraad. “Op dat moment heeft de ge-
meenteraad een controlerende taak”, aldus VVD-raadslid Lakerveld. “Als in het gekozen plan niet aan de gestelde randvoorwaarden wordt voldaan, heeft de wethouder een serieus probleem”, voegde hij eraan toe. Een gevoelig punt blijft de bezonning van de terrassen, met name dat van café Van Beek. De oppositie vreest dat een bouwplan de hoogte in schiet, om zodoende veel vierkante meters bouwoppervlakte te creëren. Dit weer als reactie op de vastgelegde bepaling dat het Spuiplein niet mag worden bebouwd. Een hoog gebouw zal echter, vreest de oppositie, veel zonlicht wegnemen aan de terraskant. Wijsmuller kon voor de terrassen geen zongarantie bieden, omdat hij niet weet hoe de bebouwing eruit gaat zien. Hij gaat ervan uit dat het Spuiplein uiteindelijk niet overschaduwd wordt door een bouwtoren van 90 meter hoog. De wethouder maakte duidelijk niet bevreesd te zijn voor de financiële nood waarin bouwers als Heijmans en Ballast Nedam verkeren. Ze zijn alle twee onderdeel van een consortium met daarin sterke bouwers. En, zo voegde hij eraan toe, inmiddels zien de cijfer van de beide bouwers er aanzienlijk minder somber uit.
Nieuwe vormgeving Zoals u ziet heeft de opmaak van de voorpagina een verandering ondergaan. Het nieuwe ontwerp van de titel ‘Den Haag Centraal’ is het begin van een restyling van de krant, die voor de zomer stap voor stap zal worden doorgevoerd. We hopen en verwachten dat het ontwerp van vormgeefster Anneke de Zwaan een nieuwe impuls zal geven aan de groei die de krant het afgelopen jaar heeft doorgemaakt.
Casper Postmaa Hoofdredacteur
René Wagemaker Uitgever
650 nieuwe woningen bij HS
De haring is nog ondermaats. | Foto: Jewgienij Bal
Nieuwe haring twee weken later door koude lente Het eerste vaatje Hollandse Nieuwe wordt, twee weken later dan gepland, op 19 juni geveild. De haring is volgens het Nederlands Visbureau nog niet van de gewenste kwaliteit. Oorzaak is het slechte weer. Door het ontbreken van voldoende zonlicht heeft de groei van plankton – het voedsel
voor de haring – zich laat ontwikkeld, waardoor de vis nog niet vet genoeg is. Het uitstel heeft fikse consequenties, zo laat het Visbureau weten. ‘Diverse haringparty’s zullen de datum aanpassen en na de veiling van het eerst vaatje volgen’. Ook de werknemers bij haringgroothandels zullen het ver-
schil merken. ‘Die zitten daar twee weken te niksen’, aldus de voorzitter. Vlaggetjesdag in Scheveningen gaat wel door op 8 juni, omdat het evenement te groot is om op een andere datum te plannen. Liefhebbers proeven daar dan noodgedwongen haringen van het vorige seizoen.
Achter station Hollands Spoor, vlak naast de Haagse Hogeschool en ROC Mondriaan, worden 650 studenten- en starterswoningen gebouwd. De overeenkomst daarvoor is ondertekend op de jaarlijkse vastgoedbeurs Provada in Amsterdam, in aanwezigheid van wethouder Joris Wijsmuller (HSP, stadsontwikkeling). “Den Haag groeit met zo’n zes duizend inwoners per jaar”,
zegt hij. “Het Haagse woonbeleid is gericht op het realiseren van een aantrekkelijke en gevarieerde stad met voldoende mogelijkheden voor alle inkomensgroepen”. Beoogd huurder voor het bouwproject aan het Leemansplein is woonstichting DUWO. De eerste bouwfase, een woontoren met ongeveer 400 studentenwoningen, begint mogelijk al in december.
Advertentie
Exclusieve brilmode
Werk garage Tournooiveld direct gestopt Wethouder Revis heeft het werk aan de ondergrondse parkeergarage aan het Tournooiveld deze week laten stilleggen. Aanleiding is de schade die de bouwer toebracht aan de wortels van twee acacia’s. Voor één boom was de schade onherstelbaar, de acacia moest gekapt worden. De tweede boom moest drastisch worden gesnoeid, in de hoop op overleven. De VVD-wethouder heeft de ge-
meenteraad laten weten ‘zeer ontstemd’ te zijn over de gemaakte fouten. Hij spreekt van ‘grove onherstelbare’ beschadigingen. Het werk in de grond was nodig om de buizen van de stadsverwarming te verplaatsen. De twee getroffen bomen staan ter hoogte van Korte Voorhout nummer 1. GroenLinks heeft een spoeddebat aangevraagd. Fractievoorzitter Vianen noemt het bizar dat twee bo-
men zo zwaar zijn beschadigd dat er één moest worden gekapt. Niet lang geleden kwam wethouder Revis in de problemen toen hij voor de bouw van dezelfde ondergrondse garage vijf oude kastanjes en drie lindes liet kappen. De gemeenteraad nam een motie van D66 aan waarin staat dat de wethouder in het vervolg beter moet communiceren met bewoners en omwonenden over een voorgenomen bomenkap.
Hoogstraat 37 2513 AP Den Haag www.hofstede-optiek.nl
4|
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
stadsmens
Tina Batistuta promoot vanuit Voorburg haar land Slovenië De Sloveense Tina Batistuta kwam in 2013 voor de liefde naar Nederland en ze voelt zich hier intussen thuis. “Ik vind Nederland een heerlijk land en ik houd van de directheid van de Nederlanders”, zegt ze en kijkt opgetogen. Toch wordt haar blik net ietsje sprankelender als ze spreekt over haar geboorteland. Ze pakt een pen en schrijft in ons blocnote ‘sLOVEnië’. “Het is het enige land ter wereld dat het woord liefde in zijn naam heeft”, verklaart ze. “En onze hoofdstad Ljubljana draagt in de Sloveense taal het woord geliefde in zich”. Sinds communicatiedeskundige Tina Batistuta in Voorburg woont bij haar partner, de waterpoloër en oud-international Michael Bach, is zij vrijwel dagelijks in de weer voor Slovenië. Tina, in haar eigen land al werkzaam in het toerisme, zorgt onder meer dat Nederlandse journalisten Slovenië bezoeken om bekendheid aan het land te geven. Dat geldt voor verslaggevers van kranten en de sociale media en voor bloggers. Sloveense toeristische organisaties zijn haar cliënten. Op 15 oktober vorig jaar opende zij daartoe
Michael Bach kijkt dankzij Tina Batistuta met andere ogen naar Nederland. | Foto: Eveline van Egdom
haar bureau Mooie besede. Ook in die naam speelt taal een rol. “Mooie betekent in het Sloveens ‘mijn’ en besede ‘woorden’. Het heeft alles te maken met de kwaliteit van communicatie. Als je dat goed doet, kun je mensen naar een mooi land trekken”. En Slovenië ís mooi, tonen foto’s en video’s. “Met woorden kun je de schoonheid niet helemaal vatten. Daarom gebruik ik meestal dit materiaal, zodat mensen zich een
betere voorstelling kunnen maken”. Op tafel komt een foto van de smaragdgroene river Soca. Die nodigt uit tot avontuur. Zo is raften, het in een (rubber)vlot met meerdere mensen varen, een van de gewilde activiteiten, weet Michael Bach. “Kajakken is ook heel populair. Dat is net iets avontuurlijker dan kanoën”. Tina is vlak bij de rivier geboren. “Ons dorp Tolmin ligt met een aantal andere dorpen, zoals Bovec, in een vallei.
Je zou ze ook een stadje kunnen noemen. Alles in Slovenië is relatief klein. De hoofdstad heeft 300.000 inwoners. In heel Slovenië wonen twee miljoen mensen. Er is heel veel ongerepte natuur, de helft van het land bestaat uit bos, er is veel water, maar we hebben bijvoorbeeld ook prachtige kastelen”, klinkt het wervend. Bach is inmiddels fan van Slovenië. “Naast allerlei sportieve activiteiten, zoals bergbeklimmen,wandelen en mountainbiken, zijn er in heuvelachtige landschappen wijngebieden, bijvoorbeeld Brda, die je kunt bezoeken. Er zijn ook spa’s voor het hele gezin”. En: “Ik verbaas me er steeds over dat dit kleine land zoveel variatie biedt. De ene dag kun je naar de bergen, de andere dag naar de kust, een wijngebied of bijvoorbeeld naar grotten, zoals Postojna. Dat is de meest bezochte grot in Europa”. Michael, die als waterpoloër twee keer in Slovenië was, ontmoette Tina niet daar maar in Hongarije tijdens een festival voor elektronische muziek. Het was liefde op het eerste gezicht. Toch besloten
ze na enige tijd te stoppen. De afstand was te groot. Bach: “Na drie maanden stuurde Tina een mailtje. Ze kwam naar Utrecht voor een vakantiebeurs. Of we elkaar konden ontmoeten”. De liefde bleek sterker. Maar wie kwam waar wonen? Voor Bach, die accountmanager re-integratie is bij Haag Werk Bedrijf, was het moeilijk zijn baan op te geven. Jindra de Baat, die met haar bedrijf Guestmanship Nederlandse zakenmensen assisteert als zij hier buitenlandse businesspartners ontvangen, hielp Tina op weg. “Ik kon bij haar stage lopen en kreeg daarvoor een Europese beurs. Zo had ik toch een inkomen en ik kon dankzij haar een netwerk opbouwen”. Michael Bach heeft door Tina Batistuta zijn eigen land inmiddels beter leren kennen. “Ik was bijvoorbeeld nog nooit in Groningen geweest en naar de Oosterscheldekering. Door de ogen van Tina ga ik ineens op een andere manier naar Nederland kijken”. Joke Korving Informatie: www.mijnslovenie.com
advertentie
ontdek de wereld
Den Haag en de
Atlantik wall ZATERDAG
13 JUNI
CANTO OSTINATO XL
Met oa @tmos4 kwartet, Aart Bergwerff, Rondane kwartet, Piano Ensemble, pianoduo LP en Sandra & Jeroen van Veen
ZUIDER STR A NDTHE ATER.NL 070 8 8 0 0 3 3 3
oorlog in de stad van vrede tm 1 nov 2015
actueel |
Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
5
Geheim advies aan wethouder Karsten Klein:
‘Stop subsidie groepswonen na ruzies’ Door Jan van der Ven
Wethouder Karsten Klein moet een gemeentelijke subsidie van 265.000 euro stopzetten aan een stichting die het groepswonen in Den Haag moet stimuleren. Want sinds de oprichting van de stichting, in 2008, is het slechts één keer gelukt een project voor groepswonen te realiseren. Het falen moet vooral gezocht worden in ruzies en incompetentie van de directie. Het advies aan de CDA-wethouder voor ouderenbeleid om de subsidiekraan dicht te draaien, staat in een vertrouwelijk rapport van een topambtenaar van de gemeente die de gang van zaken rond de stichting heeft onderzocht. Het gaat om de Stichting innovatie van groepswonen, Sing. Al sinds de oprichting van Sing is sprake van fikse ruzies. In het rapport van de top-
ambtenaar staat: ‘Heibel in het nieuwe bestuur vanaf aanvang’. En hij schrijft ook: ‘Vanaf de oprichting presteert de stichting naar mijn mening onvoldoende’. Daarom concludeert hij dat de gemeentelijke subsidie stopgezet moet worden. De stichting Sing is in 2008 met volle steun van de gemeente opgericht. Drs. Sandvliet is de directeur. Sing moet onder zijn leiding de belangen dienen van de vereniging Groepswonen door Ouderen (GDO) en de Humanistische stichting beschut groepswonen Den Haag (HSBG). Het idee was dat Sing allerlei ballast zou overnemen van de beide ondersteunende verenigingen. Sing ontving vervolgens alle gemeentelijke subsidies. Groepswonen wordt steeds belangrijker, zeker voor ouderen. De bezuinigingen op tal van zorgvoorzieningen voor ouderen leiden tot een toe-
nemende vraag naar groepswonen voor ouderen. Onder groepswonen wordt verstaan: iedere (oudere) bewoner heeft een eigen woonruimte maar kan daarnaast gebruik maken van gezamenlijke voorzieningen. Zo kunnen ouderen langer op zichzelf blijven wonen. Groepswonen wordt daarnaast gezien als medicijn tegen de meest voorkomende kwaal onder ouderen: eenzaamheid. Ruzie De beide verenigingen kregen steeds vaker ruzie met Sing, met de directeur ervan en de voorzitter van de Raad van Toezicht. In 2010 besloot Humanitas uit Sing te stappen, begin dit jaar deed Groepswonen door Ouderen hetzelfde. De ruzie draait om de vraag hoe het groepswonen gestimuleerd moet worden. Er ontstond daarover een patstelling. Sing wil groepswonen pas
steunen als zich kandidaten hebben gemeld. De twee verenigingen vinden dat er eerst woonruimte moet zijn en vervolgens moet gezocht worden naar kandidaat-bewoners. Op verzoek van wethouder Karsten Klein heeft de inspecteur subsidies van de gemeente Den Haag het slepende conflict onderzocht. Zijn vertrouwelijk rapport schetst een vernietigend beeld van Sing. Zo stelt de ambtenaar dat Sing er niet in geslaagd is nieuwe woonvormen in de stad te realiseren, terwijl de vraag ernaar alleen maar toeneemt. ‘Vanaf de oprichting in 2008 tot anno nu zijn slechts twee woongroepen gerealiseerd, waarvan één ook nog is mislukt’. Blik De ambtelijk onderzoeker stelt verder dat de Raad van Toezicht niet kritisch naar directeur Sandvliet van Sing kijkt. Hij krijgt de vrije hand en
er zijn met hem nooit functioneringsgesprekken gevoerd. Daarover schrijft de topambtenaar: ‘Ik oordeel het kritisch en onafhankelijk functioneren van de Raad van Toezicht op genoemde punten als ontoereikend’. In januari schreef het bestuur van de vereniging Groepswonen door Ouderen een brief op poten aan de voorzitter van de Raad van Toezicht van Sing, mevrouw Bink. “Nu we terugkijken zien we dat er al meer signalen waren dat u toen het groepswonen bepaald geen warm hart toedroeg”, aldus de brief. D66 en de Groep de Mos hebben zich eerder dit jaar bezorgd getoond over de problemen rond het groepswonen. De Groep de Mos stelde er een week geleden schriftelijke vragen over aan wethouder Klein. De directeur en de voorzitter van de Raad van Toezicht van Sing waren niet bereikbaar voor commentaar.
Raad van State buigt zich over boete kinderopvang De Raad van State moet beslissen of de gemeente al dan niet terecht een stevige boete heeft uitgedeeld aan kindercentrum De Rakkers in Scheveningen. De boete van 8000 euro volgde na een controle door de GGD al weer enkele jaren geleden.
Overzichtkaart route watertaxi. | Illustratie: Gemeente Den Haag
De kinderopvang zou een groep peuters hebben toevertrouwd aan een niet voldoende gekwalificeerde leidster. Er volgde ook een boete voor het feit dat de wel gekwalificeerde leidsters meer peuters onder hun hoede hadden dan is toegestaan. Maar de directrice van De Rakkers ontkent de beschuldiging van de gemeente. Volgens haar heeft de leidster wel voldoende opleiding voor dit werk. Daarnaast was de directrice als
gediplomeerde altijd samen met de leidster aanwezig. Voordat de Raad van State beslist wie er gelijk heeft, moet de Raad eerst beoordelen of de directrice wel op tijd via de post bezwaar heeft gemaakt tegen de boete. Volgens de gemeente was zij te laat en dat zou betekenen dat de boete definitief is en niet meer kan worden aangevochten. De Haagse rechtbank zag die te late indiening van haar bezwaar door de vingers. De directrice had namelijk al eerder via een mailbericht bezwaar aangetekend. Officieel mag alleen bezwaar worden gemaakt via de post of via de website van de gemeente. Maar de gemeente had zelf ook de boete via de mail aan het kindercentrum bekendgemaakt, omdat
het via aangetekende post niet lukte. Volgens de directrice legt de gemeente anderen regels op waar zij zich zelf ook niet aan houdt. Een klassiek voorbeeld van de pot verwijt de ketel dat die zwart ziet. De rechtbank haalde daarom de boete van 8000 euro onderuit en besliste dat de gemeente alsnog het bezwaar van het kindercentrum in behandeling moest nemen. Vervolgens besliste de gemeente dat de boete toch wel kon worden verminderd. En dat verbaasde de Raad van State weer, omdat de gemeente enerzijds pleit voor handhaving van de boete van 8000 euro en anderzijds een lagere boete van 6000 euro blijkbaar ook goed vindt. De Raad doet over zes weken uitspraak.
|Foto: Gemeente Den Haag
Watertaxi voor Scheveningen Haven Binnenkort kunnen Hagenaars een rondje met de watertaxi varen in de Scheveningen Haven. Deze taxi, een initiatief van de gemeente, biedt vanaf 6 juni ruimte aan twaalf personen. De inzittenden maken een klein rondje langs de Eerste, Tweede en Derde Haven en kunnen op vier locaties inof uitstappen. In de maand juni vaart de watertaxi alleen op zaterdag en
zondag van 11.00 tot 20.00 uur en vanaf 1 juli dagelijks. Elk heel uur vertrekt de boot vanaf de Doctor Lelykade langs de overige op- en afstaplocaties: Jachthaven, Eerste Haven en het Zuiderstrandtheater. Een kaartje kost € 2,00 per persoon. De dienstregeling duurt voorlopig tot 1 november. Na die datum volgt een evaluatie en een eventueel vervolg.
Kindercentrum De Rakkers zou een groep peuters hebben toevertrouwd aan een onvoldoende gekwalificeerde leidster. De Raad van State buigt zich erover | Foto: DHC/Liza Letsch
6|
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
terugblik
foto’s uit het haags gemeentearchief
Richard Strauss in Den Haag
De foto van Pauline Strauss-de Ahna heeft een opdracht met als datering Den Haag, 29 maart 1905 voor ‘Frau Mengelberg in treuer Freundschaft’. Op die dag werkte Pauline mee aan het concert dat haar man, de componist Richard Strauss, dirigeerde bij het Concertgebouworkest dat in Den Haag, in het Gebouw voor K&W, plaatsvond, en waarbij ze enkele van zijn liederen zong: ‘Das Rosenband’, ‘Morgen’ en ‘Caecilie’. Het echtpaar Strauss was in Nederland op uitnodiging van de dirigent Willem Mengelberg. Vanwege zijn geweldige capaciteiten als dirigent had Strauss als eerbewijs aan Mengelberg en het Concertgebouworkest zijn symfonisch gedicht ‘Ein Heldenleben’ opgedragen. Er was al eerder met het kunstenaarsechtpaar samengewerkt. In 1903 had het Concertgebouworkest op een Strauss-Festival in Londen gespeeld. Afwisselend hadden Strauss en Mengelberg toen het orkest gedirigeerd. Ook daar had Pauline liederen van haar man gezongen, zowel met orkest- als met pianobegeleiding. Voor enkele concerten in Nederland
in oktober 1904 had Mengelberg niet alleen Strauss uitgenodigd, maar ook Pauline. Daarop schreef Strauss: ‘Aangezien het U genoegen doet om ook mijn vrouw in Amsterdam te laten optreden, komt ze graag uit vriendschap voor U. Ze wil in alle drie de concerten zingen’. Zij zou, net als in Engeland, orkestliederen en liederen met pianobegeleiding van Strauss zingen. Verder had Mengelberg in de samenstelling van het programma geheel de vrije hand. Het maakte Strauss niet uit wat hij zou dirigeren en hij liet Mengelberg de keuze. Mengelberg probeerde Strauss opnieuw te engageren voor concerten in januari 1905, in combinatie met concerten in Den Haag. Het kan niet moeilijk geweest zijn om het bestuur van het Concertgebouw over te halen daarmee akkoord te gaan. Kort daarvoor was namelijk op een van de bestuursvergaderingen opgemerkt, dat uit de opbrengsten van de concerten die Strauss en Mahler hadden gedirigeerd, bleek, dat van die twee gastoptredens ‘Strauss het meest had getrokken’. Dat was uiteindelijk ook van groot belang.
De uitnodiging voor de concerten met het Concertgebouworkest in Arnhem, Den Haag, Amsterdam en Rotterdam in 1905, waarover Strauss door Mengelberg telegrafisch was gepolst, nam hij ook weer met kennelijk genoegen aan. Mengelberg had zich verontschuldigd dat hij er niet bij kon zijn, wat Strauss helemaal niet nodig vond: “Hoe kunt U nu denken dat ik het U kwalijk neem als U naar Brussel moet om een concert te dirigeren”. Hij doelde op het concert dat Mengelberg daar op 2 april zou leiden. Hoe het ook zij, Strauss dirigeerde op 28 en 29 maart in Arnhem en Den Haag. Het lukte blijkbaar niet het kunstenaarsechtpaar Strauss ook in Amsterdam en Rotterdam te engageren. Aan het bijschrift van de foto valt op te maken dat Mengelbergs vrouw Tilly een belangrijke rol in de ontvangst had gespeeld. Dat kwam doordat Tilly de honneurs waarnam en meereisde naar Arnhem en Den Haag. Behalve een Ouverture van Mozart dirigeerde Strauss alleen werken van eigen hand: ‘Don Juan’, ‘Tod und Verklärung’ en de ‘Sinfonia Domestica’. In die jaren kort na 1900 gold Strauss als een ‘modernist’. Zijn programma was dus wel ‘een harde noot’ voor het Haagse publiek. Frits Zwart Pauline Strauss-de Ahna, met opdracht aan Tilly Mengelberg 29 maart 1905. | Fotograaf K. Bayer, Berlijn
www.denhaag.nl/haagsgemeentearchief www.nederlandsmuziekinstituut.nl
advertentie
Uniek en eenmalig Wereldberoemd zanger en jazzbassist Richard Bona speelt zaterdag 6 juni samen met het Residentie Orkest in de Dr Anton Philipszaal. Dit is tevens het openingsconcert van The Hague African Festival, het festival dat Den Haag drie dagen lang onderdompelt in Afrikaanse sferen.
ZOVEEL BEGINT BIJ EEN KIND ALS WIJ HET KANSEN GEVEN Welke kansen heb jij gekregen waardoor je verder bent gekomen in het leven? Waar heb jij je talenten ontdekt? UNICEF vindt dat elk kind, kind moet kunnen zijn, want dan kan het later bergen verzetten. En daarom steunt Den Haag -de stad van vrede en recht- in 2015 UNICEF.
HOEVEEL BEGINT BIJ JOU? DEN HAAGVOORUNICEF.NL
www.philipszaal.nl
actueel |
Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
7
Vlucht uit 1940 nauwgezet gereconstrueerd
Illustratie: Diederik Gerlach
Ongelooflijke ontsnapping met een reddingsboot
God bless you, ik ben terug Te veel nek geperst rond een strakke gouden ketting met daarboven zo’n weldadig vetgemeste kop. Maatschappelijk ‘low spirit’ natuurlijk, want anders kan je niet zo opzwellen. Die ketting zal ook wel gejat zijn. Net als die auto waarmee hij op de Laakkade wegreed. Thuis hoorde ik die auto’s altijd al in de verte aankomen. Met ruftend harde beat als bewijs van een comfortabel geslaagd diefstalletje. Bij de Trekvlietbrug was de verwarde agent op de fiets de steuntrekkende autocowboys al uit het oog verloren. Ja, hè, hè. Het is negentien jaar geleden. Het was het jaar waarin ik Den Haag verliet in een fluïdum van ergernis. Ik verhuisde in een kleine cabrio, want de rest was ondertussen onder m’n reet weggejat. God keek me medelijdend aan, maar stak geen hand uit. Ik was columnist bij De Haagsche Courant. Twaalf jaar lang had ik uw stad laten ruiken aan de eerste rottende moraal in Nederland. Ik tikte met een pistool in een holster. Twee keer ben ik door mijn hoofdredacteur teruggefloten. De eerste keer toen ik werd bekeurd door een vrouwelijke agent, die ik beschreef als een omgebouwde man. Ik loog geen letter, maar werd berispt. Later nog een keer intern, omdat mijn favoriete prins Bernhard als vertegenwoordiger van het Wereldnatuurfonds met een buks over zijn schouder zijn oudste kleinzoon had voorgedaan hoe je een paar herten de stuipen op het lijf moest jagen totdat ze zich dood overgaven. Dat mocht ik niet schrijven. Ik was gek met Gommert de Kok, maar je moest niet aan zijn Koningshuis komen. Ik was recalcitrant, onpeilbaar, en onzichtbaar. Dat kon niet anders, want ik durfde mijn huis niet uit. Ik woonde te midden van kolossale, fluorescerende fietskettingen en was omringd door die nekken met hangsloten waaraan hun grote handen draaiden om het gaatje te vinden. Dat ging nooit ineens, dat was pielen, want ze stalen elke dag een ander. Op een slechte morgen was ik het zat en ben op het platteland gaan wonen. Daarmee verramsjte ik m’n pensioenopbouw, maar ik had mijn tophumeur terug. Het was het jaar dat in Nederland de eerste email werd verstuurd. Dat jaar. FC Den Haag eindigde op de vijftiende plaats in de eerste divisie, dus op de boerenwegen was het lachen niet van de lucht. Maar ik ben er weer. Den Haag Centraal vond me terug toen ik midden in de stad mijn boek over Wim Landman (SHS) zat te signeren. Ze vonden me oud geworden. Ja, dank je de koekoek. Roken, zuipen en alle ongehoorde exquise faciliteiten die me in de grote stad ten deel waren gevallen, braken me op bij de herbronning in het weidse land. Maar ik zat niet stil. De I-pod, de I-pad, de hele systeemwereld heb ik zonder enige deelstudie inmiddels tot de mijne gemaakt en ik kan zelfs de politie draadloos hacken. Dat is hard nodig, want ik was nog geen dag terug of ik las dat er in het speeltuintje in de groenstrook van de Laakkade en de Laakweg een 85-jarige rollatorbejaarde was beroofd door waarschijnlijk zo’n geperste nek met een hangslot. Het enige verschil met negentien jaar terug is dat alle schijndooien van vroeger nu op karate zitten. Die vent is z’n ballen kwijt. Toen ik eindelijk was uitgelachen ben ik dit stukje gaan schrijven. Ik ben terug. God bless you.
Wanneer Nederland op 14 mei 1940 besluit te capituleren voor het Duitse leger, proberen veel Joodse echtparen en gezinnen naar Engeland te ontkomen. In de haven van Scheveningen voelen vissers er niets voor om uit te varen, maar er blijken ook vier studenten rond te lopen. Zij willen eveneens weg, stelen reddingsboot de Zeemanshoop en zien kans om met 42 vluchtelingen de Noordzee over te steken. Dat het lukt, mag een wonder heten, want het scheepje is nog geen dertien meter lang en dus veel te vol. Bovendien draait de motor slechts op halve kracht
en weet niemand hoeveel brandstof aan boord is. Ook ligt de zee vol mijnen, terwijl een ontdekking door de Duitsers fatale gevolgen zal hebben. De opvarenden waren opgelucht en blij toen ze vertrokken, maar op zee maakte al snel angst zich van velen meester. Het is een ongelooflijk verhaal dat vijfenzeventig jaar na dato nauwgezet is gereconstrueerd door de Haagse journalist/auteur Danny Verbaan. Aan de hand van interviews, uitgebreid archiefonderzoek en getuigenissen ging hij na wie de opvarenden waren en wat zich precies heeft afgespeeld. Dit resulteer-
de in het onlangs verschenen boek ‘Weg! Ontsnapt aan de Duitse bezetting’. De eerste exemplaren overhandigde de auteur op 14 mei aan twee overlevenden: de 95-jarige oud-student Karel Dahmen en de drie jaar jongere, toenmalige Joodse vluchteling Loet Velmans. Zij wonen beiden in Amerika. ‘Voordat we in het vliegtuig terug naar huis zaten, had ik het boek uit’, schreef daarna Velmans. ‘I could not lay it down’. Hieronder enkele fragmenten uit het boek.
Stormloop na het starten van de motor
D
e Zeemanshoop laat zich niet zomaar verleiden om tot actie over te gaan. Het op gang brengen van de Kromhout-motor vergt diverse handelingen die één voor één moeten worden uitgevoerd. Het is niet een kwestie van een sleuteltje omdraaien en klaar. Eerst moet gedurende minstens een minuut of vijf een deel van de kop van de beide cilinders worden verhit. Dat gebeurt met een losse ‘lucht- of blaaslamp’ die, anders dan deze aanduiding doet vermoeden, min of meer te vergelijken is met een brander die loodgieters gebruiken. Het gaat gepaard met griezelig grote vlammen. Ook is het zaak dat een bepaald vliegwiel in de goede positie staat. Is de motorkop eenmaal warm genoeg, dan wordt een luchtkraan opengedraaid. Een verstuiver zorgt voor het vernevelen van de brandstof. Pas dan kan eindelijk de motor worden gestart. Het klinkt ingewikkeld en dat is het ook. Student Harry Hack heeft er op de Technische Hogeschool college over gehad. De praktijk is weerbarstiger. Dat breekt hem op. Wat meespeelt, is dat hij niet in alle rust kan blijven prutsen en rommelen. Er is haast geboden, niet alleen omdat het donker wordt, maar ook omdat formeel geen toestemming van de reddingsmaatschappij is verkregen om er met het schip vandoor te gaan. Het getob in de machinekamer brengt de studenten op het idee om de hulp in te roepen van de vissers op de kade. Daar staan toevallig Tinus Rog en zijn neef Jacob Pronk met een aantal anderen te kletsen. ‘Kunt ú de motor aangooien?’, is de vraag die Rog krijgt voorgelegd. Hij knikt. Ook op de schokker van zijn vader staat een ‘Kromhout’, dus Tinus weet er wel raad mee. De activiteiten op de reddingsboot trekken intussen volop de aandacht van het publiek op de kade. Wanneer eenmaal een vriendelijk puffend geluid klinkt en Rog met een voldaan gevoel alles nog eens naloopt, loopt het storm. Iedereen realiseert zich dat er tóch een schip vertrekt. De studenten Karel Dahmen, Jo Bongaerts en Lou
Meijers worden bestookt met vragen van mensen die mee willen. Velen wachten het antwoord niet af. Student Harry Hack zit nog in de machinekamer wanneer hij het plotselinge tumult op het dek hoort. Wanneer hij uit het mangat klautert, kan hij zijn ogen niet geloven. ‘Wel verdomme’, is zijn eerste reactie. Hij wilde in zijn eentje zien weg te komen, daarna dienden zich drie andere studenten aan. Dat is nog wel te overzien. Maar met die meute erbij wordt het een heel ander verhaal. (...) Ook de 35-jarige Wim en zijn zes jaar jongere zus Ada Belinfante hebben kans gezien om aan boord te komen. Wim is jurist en werkt op een advocatenkantoor, Ada heeft een baan in de bibliotheek van het Vredespaleis. Bij hun ouders hoorden ze het radiobericht over de capitulatie van de Nederlandse krijgsmacht. ‘Jij moet weg’, zei Ada meteen tegen haar broer. ‘Maar dan moet jij mee’, krijgt ze als reactie. Het lijkt ze de moeite waard om het erop te wagen. Rond kwart voor negen arriveren de twee in het havengebied om, aldus Wim Belinfante, ‘te kijken of er iets wou varen’. Wim en Ada vallen met hun neus in de boter. Waar anderen lange tijd wanhopig en veelal vergeefs zijn bezig geweest een schip te vinden, zien zij bij aankomst hoe de Zeemanshoop op het punt staat te vertrekken. Zich realiserend dat haast is geboden, gooien ze meteen hun fietsen aan de kant. Voor de zekerheid informeert Wim nog wel bij één van de omstanders waar de reis naartoe gaat. Het einddoel blijkt hetzelfde te zijn als dat wat zijn zus en hij in gedachten hebben. ‘Is er nog plaats?’, is zijn volgende vraag. Het antwoord is kort en zal hun leven blijvend veranderen: ‘Ik zou er maar op springen’. Dat laten broer en zus Belinfante zich geen tweede keer zeggen. ‘Weg! Ontsnapt aan de Duitse bezetting’, door Danny Verbaan, uitgegeven door Scriptum te Schiedam. 160 pagina’s, 16 euro
Jan D. Swart P.S. Een actuele foto vond ik onverenigbaar met de beschaving. Ze hebben m’n kop laten tekenen. Zelfs mijn allerlaatste kans op verkering met Joke Korving, de grande dame van de Hofstad, is dus nu voorbij.
De studenten en joodse vluchtelingen van de Zeemanshoop worden opgepikt door de torpedobootjager Venomous. Het Britse oorlogsschip zet ze af in Dover. | Foto: Peter Kershaw
8 | Het plein
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
HET PLEIN Deel 2 Door Jasper Gramsma
Achter de schermen woedt een felle strijd om de bouwopdracht voor het nieuwe Spuikwartier. En wat de stad er ook van vindt, het winnende ontwerp wordt uitgevoerd. Over het nieuwe Spuiplein mag Den Haag vooralsnog wel meepraten. Daarom trekt DHC de wereld in op zoek naar voorbeelden – goed en slecht – waarvan we kunnen leren. Deze week Dublin.
Grand Canal Square
Theaterplein aan het water
H
et lijkt niet voor de hand te liggen naar de Ierse hoofdstad af te reizen voor een plein. Dublin staat immers eerder bekend om zijn vele pubs dan om de state of the art- architectuur of een luisterrijke historie. Toch werd daar, in de Docklands op zo’n achthonderd meter van het centrum, iets omvangrijks verricht. Vergelijkbaar met de operatie waar Den Haag voor staat in het Spuikwartier, nee, zelfs groter. Het voormalige havengebied langs de rivier de Liffey was tot voor kort een verpauperde no-go area. Arm, gevaarlijk en met hogere sterftecijfers dan Calcutta. Alleen de bandleden van de nationale trots U2 durfden zich er nog te begeven. Zij hadden in één van de dokken ooit hun opnamestudio. Rond het jaar 2000 krijgt dit deel van de stad een impuls onder leiding van de daartoe in het leven geroepen Dublin Docklands Development Authority (DDDA). Vervallen pakhuizen worden opgeknapt en in onbruik geraakte loodsen maken plaats voor flitsende appartementen en dito kantoren. Met belangrijke vestigingen van onder meer Google, Facebook, LinkedIn en Yahoo zijn de Docklands inmiddels uitgegroeid tot het Silicon Valley van Europa. In het hart van dat opgebloeide gebied ligt – hoe toevallig – een theaterplein: het Grand Canal Square van één hectare op de hoek van een Lvormig dok. De eyecatchers in dit ontwerp van landschapsarchitect Martha Schwartz zijn zonder twijfel de rode lantaarns. Ze staan schots en scheef op de rode loper die het plein doormidden snijdt en tot in het water reikt als aanlegsteiger. De objecten geven de suggestie van Venetiaanse meerpalen, een knipoog die voor samenspel met de omgeving zorgt. De groene loper, bestaande uit met beton omzoomde ophogingen waar beurtelings gras en duingewassen op groeien, kruist de rode. Ook aan een waterpartij is gedacht, al heeft die sinds de aanleg nauwelijks naar behoren gefunctioneerd. Dat laatste klinkt ons bekend in de oren.
Alle elementen zijn opgebouwd uit diagonalen, in harmonie met het ontwerp van het Bord Gáis Energy Theatre. Dit nu vijf jaar oude gebouw van de deconstructivistische Amerikaanse architect Daniel Libeskind (One World Trade Center, New York) is de spil van het plein. Het complex is het resultaat van een deal waarbij de DDDA de omliggende percelen aan een ontwikkelaar schonk in ruil voor de bouw van een ruim tweeduizend stoelen tellend theater. Zo kan het natuurlijk ook. De grillige glazen gevel doet denken aan een gespleten bergkristal, maar is in werkelijkheid geïnspireerd op een vallend theaterdoek. De kleine kier tussen de ‘gordijnen’ vormt de ingang. Een kantoorgebouw met spiegelende pui en een hotel met dambordgevel bakenen het plein aan weerszijden af. Cool Aan goede papieren ontbreekt het dit Grand Canal Square dus niet. Een centrale ligging, een gebouw van een sterarchitect en een inrichting waar een concept achter zit. Maar hoe is de realiteit? We treffen het plein aan onder voor Ierse begrippen uitzonderlijk goede weersomstandigheden: in de voorjaarszon. Liggend op één van de verhoogde grasveldjes genieten wat hippe nerds van hun lunchpauze. Over de wandelpaden tussen het groen flaneert een jonge moeder met haar kinderwagen. Langs de verder nogal gesloten plint bevinden zich een kapper, een food store en een Aziatisch restaurant. Druppelsgewijs lopen er mensen in en uit. Een mountainbiker zit op een bankje en kijkt over het water waarin met surfpakken uitgeruste pubers een duik nemen. Hoewel het Grand Canal Square door zijn ligging op de hoek geen echte doorloopfunctie heeft, is het kennelijk een plek waar men graag gezien wordt. Bruisend is niet het juiste woord, ‘cool’ dekt de lading beter. Die sfeer wordt nog eens versterkt door de industrieel ogende woontorens in de verte, waarop het plein uitzicht biedt. Knap hoe die in hun moderniteit weten te refereren aan het oorspronkelijke ruwe karakter van het oude havengebied.
Zodra de avond valt, transformeert het plein echter in een futuristische lichtoase. De knalrode toortsen ontbranden en de LED-strook langs de contouren van de beplanting hullen een deel van het Grand Canal Square in een felgroen schijnsel. Het theater opent de deuren vanavond voor de bezoekers van de operaklassieker ‘Madama Butterfly’. Geleidelijk vullen de hoog gehakte dames en strak gepakte heren de foyers op de vijf verdiepingen. Het levert een mooi schouwspel op vanaf het plein. Verblijven Dat de praktijk weerbarstiger is dan dit bezoek aan de dag legt, vertelt theaterdirecteur Stephen Faloon wanneer hij ons rondleidt voor aanvang van de show. Hij kan zich niet voorstellen dat we voor dit plein uit Holland zijn gekomen, maar hij is evenwel bereid er zijn visie op te geven. De kleine, driftige doch goedlachse veertiger kijkt al sinds 2010 uit op het Grand Canal Square en ziet veel ruimte voor verbetering. “Om eerlijk te zijn ben ik geen fan van dit plein”, steekt hij van wal op het dakterras van het theater. “De interactie met het water is mooi. Zeker als je met de boot komt, wat in de praktijk niet gebeurt, begint de ervaring van het theater al op het plein. Maar als het gaat om de stedelijke functie is de plek niet geslaagd. Het is een betonnen omgeving met veel open ruimte. Geen plek waar mensen naartoe komen om te verblijven. Vandaag is het exceptioneel mooi weer met weinig wind, dat geeft een vertekend beeld”. Stuk voor stuk loopt Faloon de elementen op het plein af om er vervolgens zijn ongezouten mening over te geven, te beginnen bij het groen dat hij gekscherend ‘designer weeds’ noemt. “Deze planten zijn speciaal van het strand gehaald. Dat heeft veel geld gekost, wat frappant is voor onkruid. Ze zien er trouwens alleen in het vroege voorjaar mooi uit, de rest van het jaar zijn ze dor”. En over de Venetiaanse meerpalen: “Die beginnen er nu, na zeven jaar, al vermoeid uit te zien. De verf komt eraf en de kleur wordt steeds valer”. Maar het meest onaantrekkelijke aan het
theaterplein vindt de directeur wel de fonteinen waar op het moment een grote bouwschutting omheen staat. “Een drama”, vat hij grinnikend samen. “Ze hebben het in al die jaren drie weken gedaan. De fabrikant is aangeklaagd en in de tussentijd hebben spelende kinderen zich verwond aan het beton op de drooggevallen fontein. Ook daarover loopt nu een gerechtelijke procedure”. Dan slaakt Faloon een diepe zucht. “Afgelopen Kerst zou alles opgelost zijn, maar de schutting staat er nog”. Het zijn wat hem betreft deze ogenschijnlijk kleine onderhoudsaspecten waardoor het Grand Canal Square glans verliest. “Het plein wordt niet op de juiste manier gehandhaafd terwijl dat essentieel is. Wij doen in elk geval ons best om het theater netjes te houden”.
Aan goede papieren ontbreekt het dit Grand Canal Square niet. Een centrale ligging, een gebouw van een sterarchitect en een inrichting waar een concept achter zit. Aantrekkingskracht Toch heeft Faloon weinig reden tot klagen. Zijn theater trekt jaarlijks een half miljoen bezoekers, een behoorlijke prestatie. En dan te bedenken dat de keuze voor het oude havengebied op een pure gok berust. “De stad had meer culturele ruimte nodig. Aanvankelijk wilde men het Abbey Theatre in het centrum een andere plek geven, maar uiteindelijk is er gekozen voor een nieuw extra theater op deze locatie. Niemand wist hoe dat zou uitpakken”, licht hij toe. Het blijkt achteraf relatief een-
voudig de Dubliner te verleiden zich buiten het historisch centrum te begeven voor een avond uit. “Zo ver is het ook weer niet; tien minuten lopen vanaf Trinity College. Daarnaast is er goed openbaar vervoer, naar Ierse maatstaven, en bieden de garage onder het plein en de omliggende straten veel parkeerruimte”. Dankzij het theater heeft de buurt nu nog meer aantrekkingskracht volgens de directeur. “De horeca in de buurt heeft er profijt van. Sommige bars hebben doelbewust slechte tijden uitgezeten tot wij hier zouden komen. Sinds twee jaar is ook het hotel hiernaast open, waardoor het meer is dan alleen een kantorengebied. De Docklands hebben echt bekendheid gekregen”. Eén wens ziet Faloon als theaterdirecteur nog dolgraag in vervulling gaan, wellicht een tip voor het Spuikwartier: het plein als verlengstuk voor culturele activiteiten. “Ik kan evenementen genoeg bedenken, maar al die obstakels maken dat helaas heel moeilijk. Drie jaar geleden hebben we het geprobeerd toen Aung San Suu Kyi hier de Freedom of the City Award ontving tijdens een concert met onder meer U2. Een centraal podium bouwen was eigenlijk niet mogelijk. We deden het toch, met als gevolg dat niet meer dan duizend van de tienduizend bezoekers de optredens konden zien vanwege de slechte zichtlijnen. Dat was geen succes”. Om een uur of elf die avond gaat het doek neer bij Madama Butterfly. Napraten in de foyer zit er zoals gewoonlijk niet in. De theaterbar blijft dicht en de gasten worden linea recta richting uitgang gedirigeerd. Op onze weg – die overigens niet naar het plein, maar naar de zijuitgang leidt – treffen we Faloon. “De ervaring leert dat mensen na de voorstelling niet op het plein blijven, ze gaan allemaal naar huis”, is zijn reactie op onze zichtbare verbazing. “Het heeft met de wind en het klimaat te maken. En ach, het is ook slechts een stad met één miljoen inwoners”. Half zo groot, maar even winderig Den Haag is gewaarschuwd.
Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
het plein |
9
’s Avonds verandert het Grand Canal Square in een futuristische lichtoase. | Foto’s: DHC
Door de aanlegsteiger is het zelfs mogelijk per boot naar het Bord Gáis Energy Theatre te komen, al gebeurt dat in de praktijk niet.
Van bovenaf is goed te zien hoe de rode en groene loper op het plein elkaar doorkruisen.
Plaats
10 | interview
Elke week bespreekt Marcel Verreck heden en verleden van een bijzondere Haagse plek.
Pension Walda
Sonny Boy is overleden. Op 85-jarige leeftijd. Hij heette Waldemar Nods, net als zijn Surinaamse vader. Zijn moeder was de Hollandse Rika (een stuk ouder, getrouwd, moeder van vier kinderen). Ik was één van de weinigen die zijn hartverscheurende levensverhaal niet kende. Natuurlijk wist ik van het boek van Annejet van der Zijl, het had zich al vaak op een presenteerblaadje aangeboden. In het vakantiehuis op Bonaire stond het in de boekenkast. Mijn gezellin las het en was diep onder de indruk. Ik had een stapel boeken weg te werken en kwam er niet aan toe. Inmiddels heb ik het boek al enige jaren in huis, ik erfde het van mijn zus, wier boeken in mijn bibliotheek staan uitgestald. Dat vergroot haar aanwezigheid, terwijl het ook haar pijnlijke afwezigheid accentueert. Soms ga ik in die aan haar gewijde ruimte zitten lezen. Sonny Boy lag al tijden op het leestafeltje klaar, maar er waren eerst nog andere werken die gelezen en ook geschreven moesten worden. Het boek is verfilmd en, geheel tegen mijn gewoonte, maar door urgentie en tijdgebrek gedwongen, kijk ik die film eerst. Hij is in 2012 op televisie uitgezonden en je kan hem nog steeds vinden op ‘uitzending gemist’. Zonder al te grote ontsporingen, de Nederlandse cinema eigen, ontrolt zich het verhaal. Een helder sprookje vol gruwelijkheden maar ook vol hoop- en liefdevolle momenten en ontroering. Juist omdat het bijna de allure van een kinderfilm heeft, komt het zo hard binnen. Al heb je het als vader van een lief, bijna achtjarig jongetje al gauw te kwaad. Later lees ik het boek en weer treft het me hoe Haags het verhaal is. Het speelde zich bij mij om de hoek af, al was ik er nog lang niet. Maar de plekken wel, zoals de Azaleastraat waar de ouders van Sonny Boy elkaar leerden kennen. In de film is dat huis zo te zien gesitueerd in het Renbaankwartier. Op de Gevers Deynootweg en aan de Zeekant waren de locaties van ‘Pension Walda’, waarmee Waldemar, Rika en hun zoontje voor de oorlog in hun levensonderhoud voorzagen. Vanwege de bouw van de Atlantikwall wordt het pension (in de film) verplaatst naar een ogenschijnlijk Duinoordse straat. Maar het was de Pijnboomstraat, zo meldt ook het knipsel dat mijn zus als een stille boodschap in het boek gevouwen heeft. Marcel Verreck
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
De toevallige mediacarrière van Adeline van Lier
‘Ik werd gewoon gebeld’ Adeline van Lier wilde dolgraag aan het toneel, maar doorliep een min of meer toevallige carrière bij televisie en radio. Haar inmiddels gestopte ‘Nacht van het Goede Leven’, waarin kunst en cultuur in de breedste zin des woords centraal stonden, zet ze in ‘AdelinesRadioshow’ voort op internet. Als rustgevend tegenwicht tegen de jachtige radiowereld maakt de voormalig kunstacademiestudente daarnaast van kilo’s scherven prachtige, kleurrijke mozaïeken.
A
Door Jimmy Tigges
‘Toen we de werkkamer van Hans Wiegel in gluurden, zagen we alleen maar foto’s van hemzelf hangen’
deline, ‘Ado’ voor intimi, presenteert in haar Amsterdamse woning overheerlijke koekjes bij de koffie. Van patissier Cees Holtkamp, van de Vijzelgracht. Een van haar vaste gasten in AdelinesRadioshow. “Cees komt oorspronkelijk uit Schipluiden. Elke zondag komt hij met zelfgebakken lekkers langs, waar hij prachtig over kan vertellen. Hij heeft heel veel kennis van zaken”. Laatst nam hij op speciaal verzoek Sachertorte mee. Zoete herinnering: vroeger, in Den Haag, haalde haar vader elke week Sachertaart in de Wiener Konditorei op de Korte Poten, voor in het weekend. Het gezin woonde in de chique Vogelwijk, waar ze in 1956 werd geboren vlak naast het in aanbouw zijnde Rode Kruis Ziekenhuis, het huidige HagaZiekenhuis, aan de Sportlaan. Vanwege gezinsuitbreiding verhuisde de familie naar een grotere woning verderop in de straat, waar zij van haar tweede tot haar negentiende woonde. Vader Theo van Lier zat van 1952 tot 1973 in de Tweede Kamer voor de PvdA. “Begin jaren 70 hing een groot affiche van Joop den Uyl voor het raam. Kregen we een steen door de ruit met een papiertje eraan: of we ergens anders wilden gaan wonen. Het was een echte VVD-buurt. Mijn vader was de enige die zijn Kamerlidmaatschap vanaf het begin als een volledige baan beschouwde en er niets naast deed. Daarna heeft hij nog dertien jaar in de Raad van State gezeten. Hij zat ook in het schaduwkabinet van Den Uyl dat niks is geworden, als minister van Sociale Zaken”. Haar vader overleed in 1992, haar hoogbejaarde moeder leeft nog en was zelfs aanwezig bij de opname van de laatste ‘Nacht van het Goede Leven’ op 28 december 2014. Eenmaal uit huis kwam ze na twee andere adressen te wonen aan de Haagse Zwarteweg. “Tegenover het HOT-theater. Er stonden drie statige panden naast elkaar waar heel veel kunstacademiestudenten woonden. Ik betaalde 150 gulden per maand. In onze achtertuin
werd het ministerie van OC & W gebouwd. Bij de opening van het gebouw mochten we als directe buren naar binnen. Toen we de werkkamer van Hans Wiegel in gluurden, zagen we alleen maar foto’s van hemzelf hangen”. Ze deed grafische en typografische vormgeving aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Eigenlijk had ze naar de Academie voor Expressie door Woord en Gebaar in Utrecht gewild. Ze tekende graag, maar had een grote voorliefde voor toneel. Als leerling zesde klas atheneum op het Dalton Lyceum had ze er toelatingsexamen gedaan. “Ik werd positief beoordeeld, maar werd uitgeloot. De democratische gedachte: iedereen evenveel kansen. Toen koos ik voor de kunstacademie”. Ze zat ook nog even op de Willem de Kooning Academie in Rotterdam. “Ik wilde liever niet bij mijn broer in de klas, die op de Haagse kunstacademie was blijven zitten, maar met je lover in één
bliekstheater in de Stadsschouwburg. “Pa zei: ‘Ik heb vijf kinderen, dit is je derde studie, deze moet je gaan halen’. Ik sputterde nog tegen dat ik het deed voor mijn algemene vorming, maar ben toch maar werk gaan zoeken als administratief medewerker bij Politicologie, om mijn studie Nederlands mede te bekostigen”. ‘Puur natuur’ Gedurende een halfjaartje wierp ze zich daarna ook nog even op de kersverse richting Culturele Studies, tot ze plots gevraagd werd voor een nieuw televisieprogramma van de VPRO. “Ik werd gebeld door Ruud van Hemert. Of ik met IJf Blokker het programma ‘Puur Natuur’ wilde presenteren, interviews doen en zo. Ik zei dat ik dat nog nooit gedaan had. ‘Spreek je Frans?’, vroeg hij, ‘Duits, Engels?’ Ik zei: ‘Alleen steenkolenversies’. Het programma ging over natuur. Ik weer: ‘Daar weet ik ook niks
‘Ik werd cum laude aangenomen en er na een jaar ook weer ‘cum laude’ uitgegooid. Kort gezegd was ik veel te brutaal’ klas in Rotterdam bleek toch erger”. Na drie jaar Haagse academie gaf zij zich op bij de toneelopleiding aan de Studio Herman Teirlinck in Antwerpen”. Stiekem, want haar vader moest al die studies financieren. “Ik werd cum laude aangenomen en er na een jaar ook weer ‘cum laude’ uitgegooid. Kort gezegd was ik veel te brutaal”. Na Antwerpen wist ze het even niet meer. Een tijdje werkte ze op het ministerie van Justitie, afdeling gratieverzoeken. “Daar kwamen brieven binnen: ‘Lieve Koningin, moeder van het vaderland, mag mijn man vrij?’ Daarna ben ik in Amsterdam Nederlands gaan studeren en daar gaan wonen”. Ze vond taal en literatuur interessant, tegelijkertijd kon ze haar toneelambities kwijt bij de Theaterunie en het Pu-
van’. Dat vond hij allemaal geen probleem. Eigenlijk ging het hem vooral om het telefoonnummer van mijn vriendin Willeke, die hij bij een eerdere zangauditie had ontmoet. Het was een ontzettend leuke tijd, ik heb er heel veel geleerd”. Ze werd steeds weer gevraagd voor dingen die ze niet eerder had gedaan. Toen ze met een hernia in het ziekenhuis lag, kreeg ze bezoek van producent Harry de Winter, een vriendje van haar vriendin. “Hij vroeg of ik de laatste vier afleveringen van ‘De Clipparade’ wilde presenteren. De presentator was eruit gegooid en het seizoen moest af. Dat was halverwege de jaren 80. Het was het enige clipprogramma op de tv, MTV bestond hier nog niet. Ik deed interviews op Pinkpop en ging naar pluggersbijeenkomsten, maar
interview |
Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
11
|Foto: Piet Gispen
eigenlijk vond ik al die jaren 80-muziek vreselijk. Harry mocht nog een tweede seizoen produceren. Die heb ik gepresenteerd vanuit de kamers van kinderen door het hele land”. Er volgde een hele rits programma’s, waaronder ‘Afwas in de ijskast’ (voorloper van ‘Het Klokhuis’), ‘Adrenaline met Adeline’, een muziekprogramma met interviews dat door omstandigheden maar één uitzending duurde, en ‘Antipasta’ dat ze samen met Michiel Romeyn presenteerde. Met regisseur Paul Ruven, later Pieter Kramer, bedacht ze scènes en interviewde ze bekenden als Theo van Gogh, Jip Golsteyn, Anton Corbijn, Jan Wolkers en Peter Tuinman. Ze kreeg een plaatje opgestuurd van ene Extince, 16 jaar oud. “Rap Around The Clock, dat werd zijn allereerste tv-optreden. Een heel bescheiden jongetje uit Brabant. De opnames waren hier vlakbij. Als we klaar waren gingen we met zijn allen lekker slempen bij mij thuis. Met kratjes bier en wijn”. Naast tv-programma’s als ‘Kijk op techniek’ en een serie over weidevogelbeheer met John Appel presenteerde zij ook diverse bedrijfsfilms. Voor Philips bijvoorbeeld, in drie talen. Stond ze ineens overdreven Italiaans te praten voor de camera: ‘Ciao!, I sono Adel-í-í-í-ne’. “Dat vonden die Italianen prachtig”. Net zo toevallig als ze bij de televisie was gekomen, begon haar radiocarrière. “Ik werd gewoon gebeld”, zegt ze. “Door de KRO, of ik ‘Alleen op vrijdag’ op Radio 2 wilde presenteren, met een tafelheer erbij”. Iedereen kwam langs, van André Hazes, Paul de Leeuw en Willeke Alber-
ti tot Trafassi en Pater Moeskroen. Een ‘ontzettend leuk damesprogramma’ naar eigen zeggen was ‘Wat zegt ze’, dat ze voor de VPRO maakte met Heleen Hartman. In ‘Montaigne’, een highbrow cultuurprogramma met Louis Huet op Radio 5, kon ze het een uur lang over dingen als Japanse poëzie hebben: “Heerlijk”. In Dolce Vita had ze een vaste column die ze vanuit huis voordroeg via een ISDN-lijn. “Ach, ik vind bijna alles wat ik gedaan heb leuk”. Er lijkt een vast patroon te zitten in de aanbiedingen die haar ten deel vielen. “Mensen bellen mij, vragen mij ergens voor. Dan zeg ik: ‘Dat kan ik helemaal niet’. En dan zegt zo iemand: ‘Natuurlijk kan jij dat!’ En dan ga ik het doen. Ik bied mijzelf niet aan, mijn enige ‘planning’ was een toneelcarrière”. Een carrière die niet helemaal uit de verf kwam. Het kwam erop neer dat ze ‘te veel Adeline’ was. Ze had ook nog kleine rolletjes in drie films, waaronder ‘Sprong naar de liefde’. “Toen ik met mijn toenmalige vriend uit de première kwam zei hij: ‘De film is als stront die je niet van je schoen krijgt’. Zo slecht was die”. In Vals Licht van Theo van Gogh, naar het boek van Joost Zwagerman, sprak zij in haar rol van temeier de legendarische plat-Amsterdamse zin: ‘Weet je móéder dat je hier bent?’ Heringericht Aan haar column in ‘Dolce Vita’ kwam een eind toen ‘Hilversum’ weer eens helemaal heringericht moest worden. “Radio 5 moest een nostalgiezender worden, ‘voor de maatschappelijk te-
leurgestelden’ als doelgroep. Zo stond dat letterlijk in een rapport”. Als vaste werkneemster van de KRO werd haar aangeboden op Radio 1 de nacht van zondag op maandag een eigen invulling te geven. Voortbordurend op ‘Dolce Vita’ werd dat ‘De Nacht van het Goede Leven’. Een programma waarin kunst en cultuur centraal stonden in de breedste zin des woords. Met gasten, interviews, zelfgemaakte reportages en vaste bijdragen van een flinke groep vrienden. Haar arbeidsethos was groot. “Ik kreeg voor 20 uur betaald, maar was er gemiddeld 40 uur mee bezig. Ik ging heel veel naar toneelvoorstellingen, nam alles op vanaf de voorste rij. Met een richtmicrofoon, dus niet zo’n beste kwaliteit, maar ik deed het met heel veel liefde. Dan ging ik thuis monteren. Eerst duurde De Nacht van 1 tot 6. Toen Powned zendtijd kreeg verschoof het
de gierende lach en chaotische presentatiestijl (‘O shit, ik ben mijn tas kwijt!’) was zij ruim acht jaar voor haar vaste luisterschare van nachtvogels en vroege opstaanders ‘een baken in de nacht’. Vorige zomer hoorde ze dat ze aan het eind van het jaar moest stoppen. “Op een feestje kwam ik de gepensioneerde journalist Paul Arnoldussen tegen. Die zei: ‘Dan gaan we toch ‘De Zondag van het Goede Leven’ doen?’ Daar ben ik in november mee begonnen. Een liveshow met gasten en optredende artiesten, hier in Amsterdam in het Torpedotheater. Dat neem ik op en is als AdelinesRadioshow te beluisteren via mixcloud.com (streaming) of te downloaden via yourlisten.com”. Niet dat het meevalt om haar luisteraars terug te krijgen. “Dat klopt, maar ik vind het te leuk om te doen. Het is een soort visitekaartje, een open sollicitatie.
‘Ik ben nu 58, ik ben bang dat het een illusie is dat ik nog bij de radio terugkom’ naar 2 tot 6. Dat scheelde mij ontzettend veel luisteraars. Ik had toch vaste luisteraantallen van 20.000 tot 24.000 in het eerste uur en ook weer in het laatste uur. In het derde uur zond ik een luisterboek uit of een hoorspel. Ik heb heel wat oude hoorspelen opgeduikeld”. Met haar belangstellende, altijd positieve insteek, haar regelmatig opklinken-
Ik ben nu 58, ik ben bang dat het een illusie is dat ik nog bij de radio terugkom. Er zijn zoveel goede radiomakers weg. Er is weinig plaats meer voor cultuur, ik zie weinig geschikte banen langskomen. Momenteel ben ik mij aan het bekwamen in monteren op hoger niveau. Daarmee zou ik mooie radiodocumentaires kunnen gaan maken”.
Den Haag is na al die Amsterdamse jaren nog steeds een geliefde stad. “Mijn broer woont er en mijn beste vriendin van vroeger uit de Vogelwijk. De zee mis ik ook heel erg. Als we vroeger uit waren geweest, naar de Marathon of het Paard, gingen we daarna naar het strand. Den Haag is een mooie groene stad. In de Vogelwijk hadden we de Bosjes van Pex voor ons en de duinen achter ons. Geweldig”. Ze pendelt tussen Amsterdam en haar huis in noordoost-Frankrijk. Daar maakt ze mooie mozaïeken in haar atelier naast de werkplaats van haar man, meubelmaker Martijn Brouwer. “Ik ben daarmee begonnen toen er een gaatje in de badkamermuur overbleef waarvoor we geen tegel hadden. Ik zei: Weet je wat, dan doe ik er wat scherfjes in”. Het werken aan mozaïeken die ze vervaardigt van partijen gebroken serviesgoed, bleek een uitstekende remedie tegen haar ietwat chaotische levensstijl. Het bracht rust. “Jarenlang deed ik dat voor de lol, totdat Martijn zei: ‘Waarom ga je geen panelen maken?’ Na een jaar had ik een expositie, verkocht ik alles”. Haar mozaïekkunst is ook geïntegreerd in de door haar man vervaardigde keukenblokken in zowel Frankrijk als Amsterdam. “Het liefst zouden Martijn en ik samen mooie keukens maken, maar wij zijn geen van beiden het type om onszelf te verkopen. Mijn vader kan in elk geval tevreden zijn, want ik maak nu toch iets met mijn handen. Heeft zijn financiering van de kunstacademieopleiding toch nog iets opgeleverd”.
12 | opinie
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
Theater aan het Spui-directeur Cees Debets, zakelijk directeur Nationale Toneel Walter Ligthart en drs. Marjet van Zuijlen bijeen bij de première van voorstelling ‘Genesis’ in het Zuiderstrandtheater. Ook de Koninklijke Schouwburg werkte hieraan mee. | Foto: Janiek Dam
Mag cultuur ook gewoon mooi zijn? Het is tijd om een stevig debat te voeren binnen gemeenten over hoe we aankijken tegen cultuur. Afgelopen decennia hebben diverse politieke stromingen verschillende wensen omgezet in beleid. Hier is de culturele sector niet beter van geworden. Mijn stelling is dan ook: stop met het inzetten van cultuur als instrument om sociale (neven) doelstellingen te bereiken. Cultuur mag ook gewoon mooi, inspirerend en spraakmakend zijn! Door Arjen Lakerveld
Veel gemeenten hebben afgelopen jaren bezuinigd. De culturele sector heeft een ongekende veerkracht laten zien. Deze is zich anders gaan organiseren en speelt slimmer in op veranderingen en wensen vanuit de maatschappij en politiek. Zo heeft het Residentie Orkest een zeer indrukwekkende verandering doorgemaakt. Het orkest is door forse bezuinigingen gekrompen en werkt met een flexibele bezetting. Nieuwe artistieke vormen hebben geleid tot een andere programmering. En met succes, want er worden veel meer bezoekers getrokken. De succesvolle concerten in poptempel Paard van Troje zijn daar een mooi voorbeeld van. Succesvolle samenwerkingen Door de bezuinigingen is samenwerking noodzakelijk geworden. Samenwerkingen van de Haagse toneelgezelschappen waren jarenlang ondenkbaar, maar zijn nu succesvol. Datzelfde geldt voor dansgezel-
schappen en verschillende musea. Bezoekersaantallen stijgen, nieuwe type voorstellingen ontstaan en het bedrijfsleven wordt erbij betrokken! Daarmee is de kous niet af. Integendeel. Afgelopen decennia hebben vele politieke partijen hun eigen wensen toegevoegd aan wat zij van cultuur verlangen. Daarmee is de cultuursector belast geraakt met functies waar deze niet voor is bedoeld. Omdat de overheid via subsidies stuurt op het bereiken van haar doelstellingen, heeft de cultuursector zich vanzelfsprekend vol overgave ingezet om de verschillende doelen tegen betaling te realiseren. We moeten daar kritisch naar kijken.
Verheffingsidealen PvdA Als eerste is cultuur de afgelopen decennia volop ingezet als emancipatie-instrument. Zo werd in Den Haag onder leiding van PvdA-wethouders gewerkt aan verheffingsidealen om iedere Hagenaar kennis te laten maken met cultuur. Cultuur zou in wijken leiden tot het aangaan van de broodnodige sociale verbanden en mensen in staat stellen hun blik te verruimen. Volgens de PvdA zou je daardoor een beter mens worden. Cultuur werd dus een verlengstuk van welzijnsbeleid. Het gevolg hiervan is de wens om in elke wijk een theater te openen. Als de mensen niet naar cultuur gaan, dan gaat de cultuur wel naar mensen toe, moet men hebben gedacht. Er ontstond een betuttelende drang om besturen van culturele instellingen te verplichten een afspiegeling van de samenleving te zijn én etnisch te
programmeren. Culturele diversiteit werd een doelstelling op zich.
Cultuureducatie D66 In de periode daarna legden bestuurders van D66 het accent op cultuureducatie. Cultuur werd een verlengstuk van het onderwijs. Dit is logisch voor D66. Via subsidiestromen zijn culturele instellingen afgelopen jaren volop aan de slag gegaan op scholen. Culturele instellingen in Den Haag moeten minimaal vijf procent van hun subsidie besteden aan cultuureducatie, waarvoor zogenoemde cultuurmakelaars zijn aangesteld om te bemiddelen tussen vraag en aanbod. En weer speciaal gespecialiseerde cultuurcoaches leiden docenten in het onderwijs op om cultuur in het onderwijsplan van de school op te nemen. Echter, deskundigen op het gebied van cultuureducatie geven aan dat docenten tegenwoordig niet meer in staat zijn om op een goede manier over kunst en cultuur de doceren, door gebrek aan kennis of tijd. We kunnen er daarom beter voor zorgen dat de kwaliteit van het reguliere onderwijs verbetert en dat we aandacht voor kunst en cultuur overlaten aan ouders of de kinderen zelf. Politiek en cultuur Directeuren van culturele instellingen vraag ik tijdens mijn vele werkbezoeken vaak hoe het bij hen gaat. Opvallend is dat de meeste directeuren direct vertellen over hun projecten met scholen, over de manier waarop ze in kwetsbare wijken projecten van de grond krijgen of hoe ze
proberen om Turkse of Hindoestaanse groepen aan zich te binden met nieuwe programmeringsvormen. Dit voldoet exact aan de politieke opdracht die wordt meegegeven, maar waarom hoor ik minder over de ontwikkeling van de programmering en artistieke ontwikkeling van de instelling? Is het zo dat subsidie de inhoud bepaalt? Volgen ideeën het geld? Naar mijn mening legt dit precies bloot wat er niet goed gaat tussen politiek en cultuur. We vragen de verkeerde dingen van de sector. De Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid (WRR) publiceerde onlangs zijn rapportage ‘Cultuur herwaarderen’. In de gedegen analyse benoemt de Raad het bovenstaande probleem. We hebben vanuit de politiek te veel subdoelen toegevoegd aan cultuur. Het is de vraag of niet andere instrumenten beter zijn in te zetten om op z’n minst hetzelfde of een beter effect te bereiken. De Raad noemt tot slot het gevaar dat de sector overvraagd wordt met diverse doelstellingen die niet of nauwelijks waar te maken zijn.
Een onsje minder Het mag ‘een onsje minder’ met al die maatschappelijke doelstellingen in de culturele sector. Het is belangrijk om een goede cultuursector in een stad als Den Haag te hebben, we geven daar dan ook 75 miljoen euro per jaar aan uit. En dat moet wat mij betreft besteed worden aan de eigen ontwikkeling van cultuur, om cultuur mooi, inspirerend en spraakmakend te laten zijn. Dat is namelijk precies wat de cultuursector zo bij-
zonder maakt en wat bezoekers trekt. Laten we daar weer de focus op leggen en stoppen met verheffingsidealen en cultuureducatie. Van een cultuurinstelling mag verwacht worden dat zij in staat zijn om onderscheidende en aansprekende cultuur te maken. Daar trekken zij, hoe specialistisch of nichegericht ook, verschillende doelgroepen mee aan, zodat de zalen zijn gevuld en musea druk worden bezocht. Sommigen zullen daarvoor met scholen mooie programma’s maken, anderen zullen zich richten op nieuwe doelgroepen. Maar dat gebeurt wat ons betreft op éígen initiatief. Voorop moet staan dat je een aansprekende en artistiek interessante programmering hebt. Dit alles gebracht in een setting en omgeving die aansprekend is voor bezoekers. Dat is waar we op moeten sturen. Vrijheid en verantwoordelijkheid voor eigen invulling leiden dan vanzelf tot creativiteit en succes. Van scholen en ouders vragen we aandacht aan kunst en cultuur te besteden. Cultuurinstellingen kunnen daar eventueel op inspelen en – al dan niet op school – kindervoorstellingen maken. Laten we lering trekken uit de adviezen van de WRR en terughoudend zijn met het verbinden van sociale doelstellingen aan cultuur. De waarde van cultuur is op zichzelf voldoende. Daar moeten we voor staan en van genieten! Arjen Lakerveld is sinds 2006 lid van de Haagse gemeenteraad voor de VVD
Citylight | Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
13
Het andere nieuws over de stad
eten | design | bouwen | en meer....
Weinig enthousiasme over compromis Verhulstplein
Haags OBJECT | Albert Chapel ontdekte zijn
passie voor hout op elfjarige leeftijd toen hij werkte bij een restaurateur. Na de opkomst van de wegwerpmaatschappij begon hij duurzaamheid te waarderen. Hij patenteerde technieken om hout te bewerken zodat een onderhoudsarme vloer ontstond. In zijn studio is onder andere dit zacht aanvoelende houten karpet te bewonderen. Ook is het mogelijk een karpet te laten ontwerpen naar persoonlijk budget. Prijs: vanaf € 750,00 Voor meer informatie: www.albertchapel.com
Als het aan de gemeente en projectontwikkelaars ligt, zal er een geheel nieuw Verhulstplein ontstaan met twee woontorens van vijftig meter hoog en alles bij elkaar 400 woningen. Het plein wordt omsloten door de President Kennedylaan, de 2e Sweelinckstraat. De Dunkler/ Lubeckstraat en de Conradkade | Foto: gemeente Den Haag
Door Casper Postmaa Aan het Verhulstplein in Duinoord mogen vierhonderd woningen komen, terwijl op de hoeken, aan de kant van President Kennedylaan, plaats is voor torens van vijftig meter hoog. De laagbouw aan het plein krijgt een maximale hoogte van dertig meter. Die stedenbouwkundige voorwaarden staan in een concept-nota van de gemeente. Het Verhulstplein is al jaren een hoofdpijndossier van de gemeente. De drie kantoren die er staan zijn verloederd en nieuwe huurders worden niet meer verwacht. Gemeente en projectwikkelaars smeedden plannen voor een nieuw plein, maar stuitten daarbij op heftig verzet van de omwonenden. Zij waren vooral gekant tegen de hoogte van de nieuwbouw. De toenmalige wethouder Norder (PvdA, stadsontwikkeling) wilde honderd meter toestaan. De bekende architect Jo Coenen had al een ontwerp gemaakt. Toen de bewoners hem op het plein rondleidden kwam Norder tot inkeer. “Hij schrok van de omvang van het plein”, vertelt Dorothee van de Donk van de werkgroep Verhulstplein van wijkvereniging Duinoord. “Op papier leek het plein groter dan het in werkelijkheid was, zei hij. Honderd meter vond hij toen ook wel te hoog”. Het is inmiddels jaren later en donderdag 11 juni legt de gemeente de nieuwe stedenbouwkundige voorwaarden aan de bewoners voor. Die voorzien in, zoals de gemeente het noemt, een harde buitenkant en een zachte binnenkant. “Op enkele punten zijn verbeteringen aangebracht”, stelt Van de Donk vast. “De nieuwbouw houdt meer afstand van de bestaande bebouwing, het middendeel van het plein blijft vrij, er komt veel meer
groen dan aanvankelijk was gepland en de torens zijn opgeschoven naar de President Kennedylaan. Maar vijftig meter is nog steeds hoog en het volume is hetzelfde gebleven. Nog steeds vierhonderd woningen, dat is echt heel veel”. Scholen Ook komen er twee scholen aan het plein en een dagopvang. “Dan hebben we het over duizend leerlingen, een lerarenkorps en al die mensen in die nieuwe woningen. Dat betekent dat er sprake zal zijn van ongelooflijk veel verkeersbewegingen. De gemeente zegt dat het allemaal wel kan, maar wij hebben onze twijfels”. De verbeteringen, die de gemeente voor ogen heeft, zijn betere oversteekplaatsen, ‘kiss-and-ride’ plaatsen bij de scholen en betere loop- en fietsroutes. Ook wil de gemeente dat het benzinestation van het plein verdwijnt. Het voorlopige oordeel van de Werkgroep Verhulstplein wijst dan ook niet in de richting van volmondige steun voor de nieuwe uitgangspunten. “We hebben er gemengde gevoelens over”, concludeert Van de Donk. “We hebben ons altijd coöperatief opgesteld, want we begrijpen ook wel dat er iets met die verloederde kantoren moet gebeuren, maar eigenlijk ben ik teleurgesteld. Soms vraag ik me af: ben ik daar nu acht jaar mee bezig geweest”.
Woontorens van vijftig meter hoog, nog steeds 400 woningen, meer groen
Informatie Donderdag 11 juni houdt de gemeente van 19.00 tot 21.00 uur voor omwonenden een informatiebijeenkomst over het Verhulstplein in de Maranathakerk aan de 2e Sweelinckstraat 156. Reacties uit de buurt kunnen nog van invloed zijn op de definitieve stedenbouwkundige voorwaarden, aldus de gemeente.
14
Citylight | Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
Sterrenlunch.
Column: medisch
Euthanasie
Enkele weken geleden heb ik het leven van een van mijn patiënten, mevr. A., mee mogen beëindigen. Voorwaar geen makkelijke bezigheid. We zijn als dokters niet opgeleid om het leven te beëindigen , maar juist om het leven van een mens zo optimaal mogelijk te maken. Desalniettemin is het mogen begeleiden als huisarts van een euthanasie of hulp bij zelfdoding een mooi en waardevol traject, waaruit ik veel voldoening haal. In de 28 jaar dat ik haar kende, hadden we vaker gesproken over eventueel euthanasie of hulp bij zelfdoding. Toch overviel ze mij vorig jaar met deze vraag. Duidelijk was dat zij er al langer over nagedacht had, haar besluit genomen had en mij nu het verzoek deed. Ik liep tien stappen achter haar. Analyserend met haar kwam ik tot de conclusie dat zij voornamelijk ‘klaar met het leven’ was. Op zich kan dit een van de criteria zijn voor euthanasie maar het moet wel onderbouwd zijn. Mevr. A. was 86, had geen familie meer. Haar enige zus, die een stuk jonger was, overleed een paar jaar geleden na een kort ziekbed. In de flat waar mevrouw A. woonde had ze een familie leren kennen die heel goed voor haar zorgde. Ze vond dat ze hun eigenlijk te veel tot last was. Ze voelde dat ze toenemend afhankelijk werd van anderen door ernstige botontkalking. Ze was helemaal in elkaar gezakt en kon zich ternauwernood zelf verzorgen. Ze wilde geen hulp, ze was kraakhelder. Ooit was ze in een verzorgingshuis terechtgekomen, waar ze gillend gek werd. Ze ging weer zelfstandig wonen en wilde nooit meer naar een instelling. Ik begreep haar angst, dat ze haar zelfstandigheid aan het verliezen was. Om te kunnen vaststellen of ze wilsbekwaam was en niet depressief, schakelde ik een sociaal geriater in om dit te beoordelen. Na een aantal gesprekken door deze collega was er in dit opzicht geen belemmering. Langzamerhand groeide ik ook naar mijn besluit toe. Na een paar maanden nam ik de beslissing dat ik achter haar wens kon staan. We planden een datum. Ik had nog een week nodig om alles te regelen en om een rustig moment uit te kiezen in mijn drukke agenda. Mevr. A. vond dit erg lang. Op een mooie lenteavond (ik kies het liefst voor het moment van schemeren) fietste ik naar haar toe. In mijn tas het drankje voor de hulp bij zelfdoding en voor het geval dit niet mocht lukken een set voor de euthanasie. ’s Middags hadden wij al afscheid van elkaar genomen en nog een keer het scenario besproken. Toen ik ’s avonds binnenkwam wilde ze niet meer wachten. Nog één keer werd haar lievelingsmuziek gespeeld. De familie uit de flat las nog wat laatste gebeden en min of meer voordat ik haar nog een keer kon vragen ‘Weet u het zeker’, had ze de beker met het gifdrankje al uit mijn handen gepakt. Even was ze bang dat het niet zou lukken, maar al snel gleed ze weg in een diep coma. Na een halfuurtje overleed ze. Een mooie afsluiting van een niet altijd even makkelijk leven. Mevr. A. had moeten vechten en bikkelen als kind en later in haar huwelijk en nog weer later als weduwe. Ze had nu de rust gekregen waar ze naar verlangde. Emilie Bolsius Huisarts
Toekomstige krantenlezers prikten ook een visje mee. | Foto’s: DHC
‘Champagne maakt vrouwen mooier en mannen
S
Eerste editie DHC-Soc smaakt naar mee
lechte weersomstandigheden zijn dikwijls funest voor een evenement. Maar trouwe lezers van deze krant trokken zich afgelopen zondag niets aan van alle druilerigheid. De eerste editie van de DHC-sociëteit leek niemand te willen missen. Al dan niet voorbereid met regenhoedje op het hoofd werd de klim richting Zeekant genomen, waar eenmaal binnen in restaurant Seinpost een warme entree wachtte. Met een glas Kleine Schorre Blanc van vaderlandse bodem zakte ieder tevreden achterover in zijn witte kuipstoeltje. Hè hè, even ontspannen. En wat een uitzicht. Weer of geen weer, een blik over de oneindige zee met dreigende lucht heeft ook iets fascinerends. Rond half een was de sterrenzaak tot de nok toe gevuld, het meegebrachte kroost kreeg zelfs een eigen kindertafel toebedeeld. Gastsprekers, Benno Tempel, directeur van het Gemeentemuseum, en Frederic Zeimett, directeur van champagnehuis LeclercBriant maakten van tevoren even kennis met elkaar. “Do you know what the Dutch artist Kees van Dongen always said about champagne?”, vroeg Tempel aan de Fransman zonder een antwoord af te wachten. “It makes women more beautiful and men funnier”. De toon was gezet. Nadat
Door Annerieke Simeone
Benno Tempel hield een lezing over schilders van de Haagse School.
hoofdredacteur Casper Postmaa de gasten welkom had geheten, vloeiden de champagnes deze middag rijkelijk. En ja, het had een vrolijk effect op Zeimett die ons aanraadde om planten als mensen te behandelen. “The best way to treat plants is to talk to them”. Chef-kok Gert-Jan Cieremans had ondertussen een juweeltje van een voorgerecht geprepareerd: lauwwarme paling op een brioche met crème fraîche, Amsterdamse ui, groene appel en pepermelange. Daar paste wel een drankje bij: de huischampagne van LeclercBriant. Aan de tafel van de hoofdredacteur ontstond daarop een discussie
over wat nu beter was: de champagne in een flute of een coupe schenken? We vroegen het sommelier Allard Sieburgh die ons uitlegde dat in de betere kringen een coupe de voorkeur kreeg, omdat daarin het koolzuur sneller verdwijnt en dus minder kans op boeren geeft. Tegelijkertijd schuilt in het ondiepe glas het gevaar dat de aroma sneller verdwijnt en de mooie bubbels uit het glas schieten. Seinpost hield het daarom op iets er tussen in: wijnglazen. Na het hoofdgerecht, een met panko (Japans paneermeel) gebakken rode poon met zwarte Venus rijst in een zurige Japanse tosadressing, was het
15
Citylight | Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
Eten.
Stadsgroen.
‘De Sierkan’ krijgt een nieuw leven
Van obscuur café naar levendige brasserie Door Annerieke Simeone De 31-jarige Anna Jansen Schoonhoven opende zes weken geleden De Sierkan aan het Koningin Emmaplein 3. Haar eerste eigen restaurant. “Ik werk al vanaf mijn vijftiende in de horeca, dus het werd wel eens tijd”, vertelt de hoogblonde dame. Toch duurde het even voor ze een geschikte plek vond. “Soms zag ik wel wat, maar dan vroeg men een hoge prijs voor de goodwill”. Ze bleef zoeken. Tijdens haar dagelijkse fietstocht naar de stad viel haar oog op een dag op het lege pand naast café De Asplaag. Ze informeerde bij de buurman, die de eigenaar van beide zaken bleek. Zo kwam ze erachter dat er hiervoor een duister café zat dat door de gemeente was gesloten vanwege een schietpartij. “En omdat de buurman geen gedoe meer wilde, hield-ie de zaak gesloten”. Maar voor de plannen van Jansen Schoonhoven maakte hij een uitzondering. Ze mocht het pand waar vroeger zuivelfabriek ’s-Gravenhaagsche Melkinrichting De Sierkan zat helemaal verbouwen. Onder het dichtgetimmerde hout, kwamen mooie glas-in-lood ramen en houten ornamenten te voorschijn.
n geestiger’
ciëteit er woord aan Benno Tempel. Hij vertelde over de schilders van de Haagse School. “Wat maar weinig mensen weten”, zei hij, “is dat deze kunstenaars onderlinge afspraken maakten over wie wat mocht schilderen”. Anton Mauve deed schapen, Hendrik Willem Mesdag de zee, Willem Maris koeien en zijn broer Jacob Maris stadsgezichten. Maar één thema was van hen allen: Scheveningen. We staarden weer even verliefd naar de grijs-bruine kleuren buiten. Na het dessert en de koffie met friandises liep Casper Postmaa alle tafeltjes langs en concludeerde bij terugkomst dat iedereen het akelig naar zijn zin had gehad. Snel maakten we daarom een afspraak met Nico McGough, eigenaar van BosmanWijnkopers, voor de volgende editie. Om alvast in de agenda te noteren: zondag 5 juli, thema: de duistere kanten van de Tour de France, uiteraard met gerechten en dranken uit de plaatsen die de wielrenners passeren. Tot dan!
Veldbloemen Nu is de Sierkan een frisse en levendige brasserie waar verse veldbloemen op de tafels staan, waar een smoothie Summer Red Pep met aardbeien, bosvruchten en cranberries in de blender ratelt en waar je op het zonnige terras kunt neerploffen met een frisse prosecco en Marokkaanse pasteitjes. Drie keer per week struint Jansen Schoonhoven de Haagse markt af op zoek naar mooie producten en om inspiratie op te doen. Bijna elke avond zit ze vol. Daarom heeft ze naast de kaart ook een lijst met specials. Op Facebook post de blonde Haagse regelmatig gerechten, zoals vorige week van de zarzuela, de Spaanse visstoof gevuld met kabeljauw, zeebaars zalm en garnalen. Het restaurant trekt veel buurtbewoners, vooral jonge gezinnen. “Als ik langs de tafels loop, zie ik allemaal smartphones liggen met een babyfoonapp. Binnen een bepaald aantal meters kun je zo je kind in de gaten houden”. Ook voor de doelgroep met wat oudere kinderen heeft de eigenaresse wat bedacht: elke woensdagmiddag bakken de koks American pancakes en wentelteefjes.
| Foto: DHC
Smaakvol Wassenaar in voortuin De Paauw De voortuin van Raadhuis De Paauw, met een historie die teruggaat tot halverwege de 16de eeuw, vormt het schilderachtig decor van het culinaire festival Smaakvol Wassenaar. Het evenement start vrijdag 5 juni om 16.00 uur met optredens van het B&W Combo en DJ Luc. Daarna kunnen gasten tot in de kleine uurtjes gerechtjes proberen van diverse Wassenaarse restaurants. Denk aan een broodje kalfsburger met truffelmayonaise van Herberg ’t Hoekje, phad thai-kip van Warung Asia of kreeftensoep van De Wassenaarsche Viswinkel. En toe een koude lekkernij van meesterijsbereider Luciano.
Gebakken rode poon met zwarte Venus rijst
De entree van Smaakvol Wassenaar is gratis. Gerechten en drankjes kunnen worden betaald met ‘Kakkertjes’ (€ 1,25 per stuk). Smaakvol Wassenaar, 5, 6 en 7 juni. www.smaakvolwassenaar.nl
Iedereen boert!
De Dag van de Stadslandbouw is een jaarlijkse dag die inmiddels voor de derde keer georganiseerd wordt. Overal in het land hebben zaterdag 6 juni activiteiten plaats die met eten uit uw eigen buurt te maken hebben. Dat kan een proeverij, een streekmarkt, een meewerkdag, een workshop of een discussiemiddag zijn, en alle bijeenkomsten zijn gratis te bezoeken. Stadslandbouw is al een paar jaar hot, overal schieten de lokale projecten uit de grond en er komen alleen maar steeds meer vragen van bewoners, verenigingen en scholen om ‘iets’ te mogen doen in de openbare ruimte. Een aantal initiatieven is zaterdag te bezoeken. In Hof van Seghwaert in Zoetermeer bijvoorbeeld wordt een oude perenboomgaard tot een sociaal groen trefpunt omgebouwd, met een natuurbelevingstuin, een bijenstal, een moestuin en een kleine wijngaard. Ook in Zoetermeer, in Noordhove, wordt er vergroend. Hier komt een permacultuurtuin en wordt er geüpcycled. In de Samentuin de Mariahof in Den Haag wordt gebuurtcomposteerd, in het Eetbaar Park wordt gepermacultuurd en bij Natuurlijk Haags, nog maar een week geleden geopend, vindt u de Stadsboer en De Gave Bijentuin. Onze andere Stadsboer, die boert in de tuin achter De Ketel, gaat u laten zien welke groenten
hij verbouwt en wat hij nog meer van plan is. Bij Mens en Tuin ten slotte, een zorgtuin aan de rand van Moerwijk voor mensen die wat ondersteuning of extra hulp nodig hebben, groeien naast bloemen en groenten ook sociale vaardigheden, zelfredzaamheid en zelfvertrouwen. De maar liefst 2000 vierkante meter grote biodynamische stadskwekerij vol inheemse planten (waarvan er veel met een hoge nectar- en pollenwaarde, voor de bijen!) realiseert op dit moment ook een biologische moestuinwinkel, de eerste in Den Haag. Hier worden biologische planten en eetbare bloemen verkocht, naast veel groente, kruiden en fruit. Ook zijn er rozen en tuinproducten te koop. Er is echter, voor men van start kan gaan, nog wel wat hulp nodig, die u kunt bieden. Middels crowdfunding hoopt men binnenkort een kassa-pinsysteem aan te schaffen en een voorraad producten in te kopen. Mens en Tuin heet u van harte welkom en hoopt een boel nieuwe vrienden te maken op de Dag van de Stadslandbouw, om zo het laatste restje van de benodigde 5000 euro op te halen. En vrienden... krijgen natuurlijk een uniek kadootje! Sowieso kunt u deze dag, ook zonder vriend te worden, gratis een workshop zaadbommen maken volgen (voor een explosie aan bloemen!), deelnemen aan een workshop minimoestuinieren en een biodynamische rondleiding door de grote moestuin krijgen. Kom vooral ideeën opdoen en genieten, de natuur is op zijn mooist dit weekend! Wendy Hendriksen Meer informatie, over onder meer de adressen en de exacte openingstijden per locatie, vindt u op: www.dagvandestadslandbouw.nl/ publieksdag
Handige winkelrollator
Zit-wandelstok Flipstick
Met deze handige combinatie van een rollator en een boodschappentrolley is het probleem van te weinig bergruimte voorgoed verleden tijd. Deze comfortabele begeleider zorgt voor meer veiligheid en mobiliteit en heeft een grote, robuuste winkelmand met extra veel opbergruimte. Max. gebruikersgewicht 120 kg. Max. boodschappengewicht 20 kg. Inclusief wandelstokhouder, rugband, loop- en parkeerrem.
In hoogte verstelbare aluminium wandelstok met zadelzitting. Kan gebruikt worden als steun bij het lopen of als zithulp om uit te rusten. Eenvoudig inen uit te klappen.
Van
Kleur zitting zwart, in hoogte verstelbaar van 87,5 – 91,5 cm. Maximaal gebruikersgewicht 130kg.
Korting Voor
Van
€149,95 10% €134,10
10%
extra korting voor lezers van DHC
Korting Voor
€ 54,95 10% €49,95
Altijd voordeel bij Comfortland Het grootste assortiment van Nederland Achteraf betalen Gratis retourneren Deskundige helpdesk
Bel & Bestel
038 - 4600023 Big Button telefoonset
Tuin knie-zitbankje De set Fysic FX-5725 bestaat uit twee toestellen, één vaste telefoon en één DECT draadloze telefoon. Beiden hebben met extra grote toetsen en een groot scherm. De telefoons zijn tevens uitgerust met een bellamp, zodat u niet alleen hoort dat de telefoon overgaat, maar dit ook ziet. Met groot verlicht dot matrix display
Van
Dit opvouwbare bankje heeft een stevig metalen frame met zacht kussen en zorgt voor comfort tijdens het geknield werken in de tuin. De opstaande zijsteunen zijn op de geschikte hoogte om zich recht te duwen zonder rugpijn. Omgekeerd kan hij gebruikt worden als zitje of opstap.
Korting Voor
Van
€ 99,95 10% € 89,95
Korting Voor
€ 39,95 10% € 35,95
Opblaasbare badlift
Leestafel voor stoel en bed
Met deze badlift kunt u genieten van een aangenaam bad. Eenvoudiger kan het niet; druk op de tiptoets van de handbediening en u wordt rustig op een luchtkussen tot op de bodem van uw bad neergelaten.
Met deze leestafel kunt u comfortabel lezen, eten of bijvoorbeeld uw laptop gebruiken terwijl u op bed ligt.
Deze badlift werkt op een accu dus u hoeft geen elektriciteit in de badkamer te gebruiken. • Werkt op een accu. • Eenvoudige bediening. • Comfortabel en veilig met rugsteun. Van
Korting Voor
€ 1295,- 15% € 1095,-
Het blad is in hoogte instelbaar en de hoek van het blad is in 8 posities in te stellen. Door de speciale constructie ook voor uw stoel te zetten terwijl het blad dan toch dicht bij u komt. Van
Verzendkosten per bestelling € 6,95. Uw bestelling wordt geleverd met PostNl, betaling achteraf
Korting Voor
€159,95 10% €143,95 www.comfortland.nl
17
Citylight | Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
Koken met ...
Paul van Waarden Paul van Waarden is één van de bekendste Haagse chef-koks. Jarenlang zwaaide hij de scepter in zijn gelijknamige sterrenrestaurant in Rijswijk, restaurant At Sea in Scheveningen en De Keuken Van Waarden-Azië. Momenteel is hij culinair adviseur en geeft hij les op de Horeca Academie aan het Esperantoplein 5. Voor Den Haag Centraal schrijft hij wekelijks eenvoudig te bereiden recepten.
Adres Grote Markt 19 Telefoon 070 - 363 66 23 Info www.irodiondenhaag.nl Geopend Iedere dag van 11.30 tot 23.00 uur Voorgerechten vanaf € 4,75 Hoofdgerechten vanaf € 12,75 Nagerechten vanaf € 5,75
Dadar Isi, maar dan iets aangepast. Nodig voor 4 personen:
Bereidingswijze: Klop de eieren los met de kokosroom en voeg er 3 teentjes gehakte knoflook, de gesneden ui, prei en de harissa aan toe. Bak er twee platte omeletten van die niet te veel gekleurd zijn; bewaar ze op een bord. Bak het gehakt in een pan en maak het klein met een vork. Voer er alle ingrediënten aan toe die nu nog over zijn en bak het helemaal droog. Proef of het lekker is en voeg er peper en zout aan toe. Leg een omelet plat op een schaal en smeer hem helemaal in met de culinaire ketchup. Verdeel het gebakken gehakt daar weer over en bedek het geheel af met de andere omelet. Snij er met een scherp mes taartpunten van en garneer het af met wat fijngesneden bosuitjes. Mijn zak met tempé is inmiddels leeg, maar u kunt gaan genieten…
advertentie
Een kwestie van smaak met ...
Marius van der Vliet Sinds Marius van der Vliet in oktober 2005 zijn zaak Marius, Jouw Wijnvriend! opende aan de Piet Heinstraat, weten buurtbewoners en horecazaken hem te vinden. Hij werkt het liefst met ambachtelijk werkende wijnboeren. En dat die meestal beperkt produceren, vindt Marius juist prima. Die kleine oplagen treft u aan in zijn wijnwinkel.
Godellodruif, de verfrissende nieuwkomer uit Spanje
Bodega Santa Marta, Abadía de Nostín 2014 – Valdeorras
O
ndanks – of misschien wel dankzij – de dominantie van de albariñodruif in Galicië is er ruimte voor alternatieven. Bijvoorbeeld in de wijnstreek Valdeorras, waar de inheemse godellodruif furore maakt. Deze druif is bezig aan een stevige opmars: veel Spaanse restaurateurs en sommeliers zoeken naar Galicische wijn van goede, maar betaalbare kwaliteit. De wijngaarden van Abadía de Nostín liggen op ruim 600 meter hoogte en zijn koel genoeg om deze bijzondere en weinig verspreide druif optimaal te laten rijpen. De producent, Bodega Santa Marta, is een familiebedrijf met 12 hectare eigen wijngaarden. De godellodruif vergist koel en rijpt korte tijd in roestvrijstalen tanks, waarbij de natuurlijke gist niet wordt verwijderd. Mede hierdoor ontstaat een prachtige balans tussen frisheid en een rijpe smaak. Een prima uitdager van duurdere Rías Baixas-wijnen en een bijzondere specialiteit in ons assortiment. Fraaie, fruitige, droge witte wijn met frisse citrus- en perzikgeuren en een zachte, milddroge smaak. De afdronk is geurig, rond en aanhoudend. Heerlijk bij: bij schaal- en schelpdieren, salades en gestoofde vis. Nu al prima op dronk; goed houdbaar tot twee à drie jaar na de oogst. Prijs:normaal € 9,40, in de maand juni € 7,95 Bestellen bij: Marius, Jouw Wijnvriend! Piet Heinstraat 93, 2518 CD Den Haag.
[email protected] of 070 3633100
Contant & pin
Eetrubriek
◯ 8 eieren ◯ 2 keer 3 teentjes knoflook fijngehakt ◯ 150 gram kokosroom ◯ 1 prei heel fijn gesneden ◯ 1 rode ui heel fijn gesneden ◯ 2 theelepels harissa ◯ 500 gram rundergehakt ◯ 100 gram gerapte kokos ◯ 1 theelepel gula djawa ◯ 2 theelepels gemalen ketumbar ◯ 1 theelepel gemalen sereh ◯ 1 theelepel gemalen djinten ◯ 1 theelepel gemalen koenjit ◯ 1 theelepel gemalen laos ◯ 1 theelepel sambal badjak ◯ 2 eetlepels culinaire ketchup ◯ 2 bosuitjes, fijn gesneden
Ik was deze week op de Tong Tong Fair. Het blijft altijd leuk om daar urenlang rond te dwalen en er de sfeer van het verre Indië op te snuiven. Al had ik dit jaar het idee dat veel Indische verkopers plaatsgemaakt hadden voor Indiërs. Die ook van alles en nog wat probeerden aan de man te brengen. Ik heb me er toch kostelijk vermaakt, maar het was anders dan voorgaande jaren. Wat gelukkig wel gebleven was, zijn de geur en het heerlijke eten. En daar hebben we dan ook uitgebreid van geproefd. Terwijl ik dit stukje aan het schrijven ben, geniet ik nog na van een meegebrachte zak ‘Borrel Tempé’. Ik vrees dat deze allang leeg is voordat ik klaar ben met dit recept. Mijn moeder is in Indonesië geboren, dus ik heb de liefde voor deze keuken van huis uit meegekregen. Er zijn in Den Haag veel goede adresjes om deze keuken te kunnen proeven; wat een feest om hier te wonen! Geniet u van dit eenvoudige gerecht uit het land van de duizenden eilanden.
+ uitzicht + lamsvlees - auberginesalade
Irodion Grieks
I
rodion is verhuisd. Na zevenentwintig jaar moest de familie Lois wijken voor het gerenoveerde City Sythoff-gebouw aan de Grote Marktstraat. De gemeente, die van deze straat een wereldse winkelboulevard wil maken, gaf de voorkeur aan retailers met metropolitische allure. Niet leuk voor de Griekse familie zou je denken, maar ze hebben er een goede plek voor teruggekregen: even verderop in de voormalige lampenzaak van Gebroeders de Borst. De inrichting van de pita giros is moderner en het uitzicht van het restaurant dat zich op de eerste etage bevindt, indrukwekkend: door de grote ramen kijk je de hele avond uit over de drukke terrassen van de Grote Markt. Prachtig vindt ook mijn tafelgenote die in haar vrije tijd altijd naar Griekenland afreist, en bovendien een boek over Griekse wijnen schreef. De kenner loopt de lijst met schotels door. “Grieken eten echt geen Bifteki of een Zorbaschotel”, zegt ze hoofdschuddend. “Dat kennen ze daar helemaal niet, het zijn gerechten bedacht voor Nederlanders”. De specialiteiten van het huis, onder meer spaghetti met kalfsvlees en de huisgemaakte hamburger, laat ze ook aan zich voorbijgaan. Terwijl ik de grote muurschildering bekijk van het eiland Santorini met zijn uit de vulkaan gehakte witte huisjes en ronde blauwe daken, neemt de vriendelijke gastdame de bestelling op. “Graag zoals we het in Griekenland doen, dus alles in één keer”, zegt mijn eetpartner. Zo gezegd, zo gedaan. Binnen een half uur staat onze hele tafel vol met schoteltjes en bordjes: auberginesalade, mosselen uit de oven, dolmades, een boerensalade en een nog nasissende stoofschotel. Ik pak een stukje pitabrood en dip het in één van de drie bolletjes auberginesalade (€ 6,50). Ai, wat zit daar veel knoflook in. Ook mijn tafelgenote kijkt bedenkelijk. Je proeft de aubergine bijna niet meer. Gelukkig zijn de dolmades € 6,50) wel lekker. De drie wijnbladeren, gevuld met rijst en gehakt, zijn overgoten met een bechamelsausje. De mosselen uit de oven (7,50) liggen in een schaaltje met lichtzurige tomatensaus, die qua smaak versterkt wordt door de stukjes feta. De Exochiko (€ 18,50), de stoofschotel van het Griekse platteland, is het huzarenstukje van vanavond. Het gekruide lamsvlees, in de oven bereid, valt al uit elkaar voordat je je vork erin prikt. Een aromatisch gerecht, op smaak gebracht met onder meer peterselie, aardappels, doperwten, aubergine en paprika. Voor de vorm is er nog een bord vettige patat met mayo bijgezet. Had niet gehoeven, bovenop de stoof ligt al een bolletje rijst. In de boerensalade zijn de komkommer en tomaatschijfje wel wat koud en volgens de kenner had de sla achterwege kunnen blijven. Van de huiswijn Kleoni proberen we zowel de droge witte (€ 3,50) als de rosé (€ 3,50). De eerste is waterig, de tweede iets beter, maar toch nog type slobber. Tot slot, de desserts. Ik kies voor ‘koum quat’ (€ 6,75), vanille- en sinaasappelijsbolletjes overgoten met een mierzoete mandarijnenlikeur. Een lange vinger is in het ijs gepriemd, en bovenop een dikke spuit slagroom en een halve aardbei. Lekker ordinair toetje. De baklava (€ 6,50) is van een heel ander niveau. Deze lekkernij uit het Midden-Oosten, opgebouwd uit vliesdunne deegblaadjes, is om je vingers bij af te likken. Tussen de blaadjes ligt een mengsel van geroosterde amandelen, gehakte walnoten, honing en kaneel. De Griekse koffie (€ 2,25) valt wat tegen, al in het begin proef je de drap. Nadat we afrekenen (€ 90,50 inclusief een fles water en twee glazen rosé) zien we, voor de deur de eigenaar met een Italiaanse restaurateur zitten. De Mediterrane mannen kijken naar het terras: de lichtjes in de bomen zijn aangegaan, jongeren buigen zich over hun biertje of cocktail. En als ze trek hebben, lopen ze zo de pita giros binnen. Irodion zit nu op een veel betere plek dan eerst. Stadser ook. Annerieke Simeone
18 | sport
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
Hans
Het grote failliet
Met de herverkiezing van Sepp Blatter als voorzitter, heeft de mondiale voetbalbond FIFA het voetbal geen dienst bewezen. Het werd door de voorstemmers gevierd. Logisch, want het is leuk om bij het winnende kamp te horen en met een geheime stemming, kan praktisch iedereen het glas heffen, als ware hij persoonlijk een triomfator. De criticasters, die het openlijk opnamen tegen Blatter en de zijnen, dropen vergeven ‒ maar niet vergeten ‒ af. Het ging echter om meer dan een verkiezingsnederlaag of -winst. Het ging over corruptie. Daags voor de verkiezingen, werd immers een aantal mensen uit de top van de FIFA van hun luxe hotelbed gelicht en op verzoek van de FBI door de Zwitserse politie gearresteerd. Hun uitlevering werd door de Amerikaanse inlichtingendienst verzocht op aanklachten van corruptie en omkoperij. Maar Blatter was slim en kwam na veertien uur (!) met een verklaring dat dit goed was voor de FIFA en dat hij zou gaan bouwen aan een sterke en smetvrije bond. Alsof hij dat in de afgelopen zeventien jaar van zijn voorzitterschap niet al had moeten doen. Dit geeft alleen maar aan hoe verrot de FIFA is. Daarbij vraag ik mij af, of de voorstemmende landen niet bang zijn om zelf in corruptieschandalen te worden genoemd. Zou dat de reden zijn, dat ze liever trouw blijven aan een discutabele voorman, die zelf al jaren onder verdenking staat en kennelijk malversaties – ondanks vele waarschuwingssignalen – niet heeft kunnen of willen zien. Weggekropen in zijn schaduw is het immers goed toeven. “Hij heeft veel gedaan voor het voetbal in de derde wereld”, zei een Pakistaanse vazal van Blatter. “We hebben een hele infrastructuur aan hem te danken”. Frankrijk had ongeveer dezelfde beweegredenen om voor Blatter te stemmen. En ziedaar: de wortel van het kwaad. Blatter regeerde inmiddels zo lang, dat men zijn persoon vereenzelvigde met de FIFA en nu dacht dat alles wat de FIFA deed, een persoonlijke gunst was van Blatter. Met de herverkiezing van Blatter kwam het mondiale voetbal in feite op een absoluut dieptepunt. Daar doet zijn terugtreding enkele dagen later niets aan af. Werd de spelverruwing van de topvoetballers al overgenomen door de mindere goden en de jeugd (inclusief aanstellerij als je niet eens bent geraakt), nu moeten we vrezen dat dit voorbeeld van beloning bij wanbestuur ook zijn weg vindt naar de lagere echelons. Het morele failliet van het voetbal lijkt onafwendbaar. Hans Willink
Hylke van der Zweep in de weer als coach: “Wij zijn bezig met opleiden, terwijl die academies alleen maar aan winnen denken”. | Foto: Bert Tielemans
Lokomotief troeft gerenommeerde basketbalacademies af
De talentenfabriek van Nederland Waarin een kleine club groot kan zijn. Dé talentenfabriek in het Nederlandse basketbal staat in Rijswijk. Keer op keer troeft Lokomotief de gevestigde orde bij de jeugd af. En dat terwijl ze, anders dan de basketbalacademies, geen eredivisieploeg hebben. Wat is het geheim? “Goed opleiden”.
H
Door Klaas-Jan Droppert
eel even stond het op de website van de basketbalbond. Hooguit een halfuurtje, niet langer. Toen was het er al weer van afgehaald. Maar het stond er lang genoeg om een screenshot voor je mobiele telefoon te maken: ‘Lokomotief heeft de beste jeugd van Nederland’. “Jammer, dat het er zo snel weer vanaf is gehaald”, zegt Hylke van der Zweep. “Naar de reden moeten we gissen, al hebben we wel een vermoeden. Als je als bond via basketbalacademies het niveau wilt verbeteren en er is een amateurclub de beste, dan is dat wel een beetje gezichtsverlies”. Dat kan wel gesteld worden. De basketbalacademies zijn de jeugdopleidingen van de clubs in de Eredivisie, terwijl Lokomotief geen basketbalacademie heeft en niet eens Eredivisie speelt. Op dit moment bivakkeren de Rijswijkers, nadat promotie op het nippertje is mislukt, zelfs twee klassen lager. Toch heeft de Rijswijkse club bij de jeugd sinds 2007 dertien landstitels gehaald. En alle teams uit de verschillende leeftijdscategorieën halen elk jaar minstens de halve finales. Moeiteloos. Hoe kan dat? “Tja, er zal wel iets in het Rijswijkse water zitten”, grapt Van der Zweep, die de jeugd op
alle niveaus heeft getraind en als coach van het eerste herenteam in de finale net promotie heeft gemist. De waarheid is natuurlijk anders en eigenlijk ook heel eenvoudig. “Wij zijn bezig met opleiden, terwijl die academies alleen maar aan winnen denken. Goed opleiden, dat is ons fundament. Vanaf het moment dat ze bij ons binnenkomen, leren ze schieten, met links en rechts te dribbelen. Wij zorgen ervoor dat iedereen kan basketballen. Winnen is het gevolg van goed kunnen basketballen. Het is geen doel op zich”.
Vroeg beginnen Maar er is nog een verschil met de basketbalacademies. “Jongens en meisjes komen hier als vijf- of zesjarigen binnendruppelen. Wij hebben al een team bij onder 8, terwijl de basketbalacademies pas bij onder 12 beginnen. Daarmee pakken we een voorsprong. En negentig procent van de kinderen die zich aanmelden, blijft minstens tot onder 16, zodat ze jaren met elkaar samenspelen. Daarnaast hanteren we voor alle teams hetzelfde speltype. Van de onder 12 tot het eerste team. Dat betekent dat als iemand het eerste team bereikt hij of zij al tien jaar weet hoe er gespeeld moet worden. En een ander belangrijk aspect is dat we onze eigen trainers opleiden. Die weten dus precies wat er verlangd wordt”. En dat terwijl Lokomotief lang niet zoveel mogelijkheden heeft als de basketbalacademies. “Lokomotief is een vereniging en stuurt dus niemand weg. Wij moeten het doen met de spelers die we hebben en trekken niet iemand van buiten aan. Dan kan het voorkomen dat we met een lichting te maken hebben waarbij alleen maar spelers van 1.80 meter in het veld staan. De basketbalacademies
selecteren wel. Zij halen rustig een speler van 2.00 meter voor een bepaalde positie. Die luxe hebben we niet. Onze spelers komen allemaal uit de buurt, worden niet van ver gehaald. Dat geldt ook voor trainers. Er zijn er veel die bij ons willen werken, maar we betalen niks. Zelfs geen reiskosten. Lokomotief is en blijft een vereniging”.
‘Kleine schuur’ En met die filosofie is Lokomotief dus heel succesvol. Het lijkt erop dat alles wat Johan Cruijff met Ajax voor ogen heeft, bij Lokomotief in de praktijk wordt gebracht. Misschien moet ‘De Verlosser’ nu de Fluwelen Revolutie dreigt te verzanden eens een bezoekje aan de Van Zweedenzaal brengen. Temeer daar Lokomotief zeker niet over de beste faciliteiten beschikt. De afmetingen van het veld van de thuishaven zijn bijvoorbeeld te klein. “Dat is zeker vier meter te kort. We hebben wel twee meter uitloop, maar daarna raak je wel een betonnen muur. Bij andere clubs heb je meer ruimte. Tribunes staan bij ons op vloer, dat zie je nergens. Tegenstanders noemen onze accommodatie ‘een kleine schuur’. Ook klagen ze vaak over zachte ballen. Als je bij ons op het bord gooit, stuit de bal niet terug”. Die omstandigheden zijn zowel een voordeel als een nadeel. “Door die zachtere ballen word je wel technisch een betere basketballer. Maar als je dan met hardere speelt in een wedstrijd, kan het weer een nadeel zijn. Ook kunnen wij nooit zoveel aan conditietraining doen. Daarvoor is de zaal te klein, zeker als je bedenkt dat deze op trainingsavonden nog eens in tweeën wordt gedeeld. Een ander voordeel is wel dat je praktisch met de situatie omgaat en je de
kleine ruimte heel goed leert te benutten”. Plannen om de Van Zweedenzaal te verlaten zijn er wel. Maar veel hangt af van de bouw van de nieuwe Sportcampus in het Haagse Zuiderpark en het project van St4r. Die organisatie wil de krachten van de basketbalteams in Haaglanden bundelen, zodat op termijn deze regio een volwaardig Eredivisieteam heeft. Cruciaal Tot die tijd moet Lokomotief zijn faam als talentenfabriek hoog houden. Levert de Rijswijkse club opnieuw een Vincent Krieger (de beste spelverdeler die Nederland ooit heeft gehad) of een Zera Butter (speelster van het Nederlands team en al twee keer tot beste speelster van de Eredivisie gekozen) af? Houden de Rijswijkers in de nieuw opgezette ‘onder 24’- competitie als enige amateurclub opnieuw negen basketbalacademies achter zich? Met opnieuw een Nederlands kampioen bij de onder 16 lijkt de toekomst verzekerd. “Maar de komende twee jaar worden cruciaal”, zegt Van der Zweep, die vertrekt naar de Basketbal Academie Limburg om zijn droom als fulltimecoach na te jagen. “Er zullen nieuwe mensen moeten opstaan om de kar te trekken. Naast mij zie je namelijk langzaamaan de mensen die het altijd hebben opgepakt, vertrekken. Het is veel werk en dat moet goed gedaan worden. Als er nieuwe mensen opstaan, kan Lokomotief de talentenfabriek blijven. Dan kunnen we van onder 12 tot en met onder 24 mee. Ook al trainen de academies drie keer zoveel, dan nog moeten we die race kunnen volhouden. Wat wij bij Lokomotief hebben is bijzonder en dat zullen we zeker niet snel verkwanselen”.
sport |
Vrijdag 5 juni 2015 | Den Haag Centraal
19
Uitdagende tijden voor management in De Uithof
HIJS Hokij start volgend seizoen in vernieuwde Eredivisie In de periode dat de temperaturen naar zomerse hoogten beginnen te stijgen, worden in de wintersporten de belangrijkste beleidsmatige slagen gemaakt. Na bijna opgedoekt te zijn richtte HIJS zich vorig seizoen in de Eerste Divisie op indrukwekkende wijze weer op. Het werd zelfs kampioen. Wat dat betreft logisch dat ze komende jaargang in de Eredivisie uitkomen. Al is dat wel een Eredivisie met een nieuwe opzet. Door Martin van Zaanen
gen elkaar. De top vier plaatst zich voor de halve finale, de winnaars van de halve finale plaatsen zich voor de eindstrijd. Streven is om de bekerfinales in België en Nederland in hetzelfde weekend te spelen. Vanwege de te hoge belasting voor de spelers, hun werk en gezin, besloot HIJS Hokij hier overigens niet aan mee te doen. Belgische deelnemers aan de bekercompetitie zijn: Antwerpen, Heist, Herentals, Leuven, Luik en Turnhout. De Nederlandse zijn: Dordrecht, Eindhoven, Geleen, Heerenveen, Nijmegen en Tilburg.
Er werd aan de Jaap Edenweg 10 al Imports een tijdje over gespeculeerd, maar nu Om te voorkomen dat de ijshockeyis het dan echt gebeurd: de Koninklij- clubs zich – zoals in het verleden zo ke Belgische IJshockey Federatie en vaak het geval is geweest – weer op de Nederlandse IJshockey Bond sloe- onverantwoorde kosten jagen, mogen de handen ineen en organiseren gen in het nieuwe seizoen slechts vanaf seizoen 2015-2016 een geza- twee ‘imports’ (spelers van buiten menlijke competitie op het hoogste België of Nederland) per club meeniveau. Werktitel: de BeNe-league. doen. Daarnaast is een onbeperkt Achttien teams schreven zich in. Zij aantal statusspelers toegestaan. Dat zullen in het eerste jaar in twee pou- zijn ijshockeyers die vanaf hun vijfles om het landskampioenschap tiende onafgebroken of bij aanvang strijden. Vanaf seizoen 2016-2017 van enig seizoen minimaal vier jaar worden er twee divisies, gebaseerd onafgebroken in Nederland of België op de resultaten van de jaargang er- speelden. voor, op sterkte ingedeeld. Als het waar is dat je de Tour de France Komend seizoen wordt in beide pou- in bed wint, in het voetbal landskamles een enkele compioen tegen de petitie met voor iekleintjes wordt, der team zestien du- De teams van 2015/’16 geldt bij winterels afgewerkt. De sporten ook dat in nummers 1 tot en Poule A: Amsterdam, Zoeterde periode dat de met 4 van beide meer, Den Haag, Dordrecht, temperaturen naar groepen strijden in Groningen, Heerenveen en de zomerse hoogten de play-offs door Belgische teams Herentals, Turn- beginnen te stijgen, middel van kruisfi- hout en Antwerpen. beleidsmatig de benales (kwartfinale), Poule B: Den Bosch, Eindholangrijkste slagen daarna volgen halve ven, Geleen, Nijmegen, Tilburg, worden gemaakt. finale en finale. Voor Utrecht en de Belgische teams Het zijn voor het de nummers 8 en 9 Heist op den Berg, Leuven en Luik. management van eindigt de jaargang HIJS momenteel na afloop van de enkele ronde. Num- dan ook even drukke als uitdagende mers 5 tot en met 7 uit elke poule wor- tijden. den samengevoegd in één competitie. “Ten eerste willen we het succesvolIeder van deze ploegen speelt tegen de le team van afgelopen seizoen zoveel drie teams uit de andere poule (uit en mogelijk intact houden,” legt prthuis). Er wordt een aparte stand opge- vrouw Jacqueline Stolze uit. “Daarmaakt, waarbij de onderlinge resulta- naast willen we Haagse spelers die in ten uit de reguliere poule-indeling de loop der jaren naar andere vereniworden meegenomen. De hoogst ein- gingen verkasten naar De Uithof ladigende clubs worden in seizoen 2016- ten terugkeren. Plus de huidige spon2017 ingedeeld in de sterkste poule, de sors vasthouden, maar vooral probeoverige gaan naar de tweede poule. ren nieuwe aan te trekken”. Het Voor de bekercompetitie hebben laatste zal met alle aandacht en de zich, zowel in België als in Neder- opvallend gestegen toeschouwersland, zes teams aangemeld. Zij spe- aantallen van vorig jaar makkelijker len afzonderlijk ieder uit en thuis te- gaan dan de voorgaande jaargangen.
Team Brunel: betrekkelijke stilte voor de storm. | Foto: PR
De aantrekkingskracht van de Volvo Ocean Race:
‘Teamwork, avontuur, afzien, vechten en vrienden maken’ Het is niet voor niets dat wanneer de Volvo Ocean Race tussen 18 en 20 juni in Scheveningen aanlegt, er honderdduizend bezoekers worden verwacht. De mondiale oceaanrace spreekt reusachtig tot de verbeelding: ‘Heb je weer het gevoel dat je een zwembad over je heen krijgt’. Door Martin van Zaanen
Opvallend gestegen toeschouwersaantallen vorig seizoen bij HIJS in De Uithof. | Foto: Bert Tielemans.
De Volvo Ocean Race vindt om de drie jaar plaats. Zeven teams, negentien nationaliteiten in een bijna negen maanden durende slopende hightechtocht. Ondernomen door types met zout in hun aderen. Dapper genoeg om de elementen te trotseren en tegelijkertijd in staat de meest hectische en gevaarlijke situaties het hoofd te bieden. Er zijn elf aanlegsteden, met plekken als Newport, Alicante, Lissabon, Abu Dhabi en Kaapstad. Al gaat 2015 de boeken in als het jaar dat ook Scheveningen zich in dat rijtje mocht voegen. Tijdens de laatste etappe, die van Lorient naar Gothenburg. Die twee liggen zo’n 2000 kilometer uit elkaar en hebben een route die niet anders kan voeren dan via het Kanaal en de Noordzee waardoor een Neder-
lands tussendoortje een even heldere als eenvoudige gedachte is. Rond de 24-uurs pitsstop in de derde haven worden honderdduizend mensen verwacht, zowel op de havenhoofden en de boulevard als op het water, waar veel bootjes het van zo dichtbij mogelijk willen meemaken. De aantrekkingskracht van de oceaantocht is reusachtig. Zelfs bij niet-zeilliefhebbers valt de mond open als ze zien welke snelheden er worden ontwikkeld, hoe groot de natuurkrachten zijn die een rol spelen en de enorme bedrijvigheid die de geen seconde stilzittende bemanning aan de dag moet leggen om alles in goede banen en naar de veilige haven te leiden. En dan is er de toegevoegde waarde van een Nederlandse deelnemer: Team Brunel. “Met minder dan de eindoverwinning nemen we geen genoegen”, zei schipper Bouwe Bekking (bezig aan zijn zevende editie) voorafgaand aan de start. Maar helaas, vooral voor al die mensen die de race via de Live Tracker op de racewebsite en -app volgen, zit de eerste plek er inmiddels niet meer in. Derde, misschien nog tweede, is het hoogst haalbare.
De complete race duurt zo’n 250 dagen, waarvan ongeveer de helft op zee wordt doorgebracht. ‘Voordekker’ Gerd-Jan Poortman (39) verricht zijn werk op ‘code rood’, de plaats waar de klappen vallen. “We zitten er niet continu, maar bij een zeilwissel is het voordek ons domein. Op het puntje van de boot komen de golven het hardst. Heb je weer het gevoel dat je een zwembad over je heen krijgt. Je moet echt met verschillende lijnen vastzitten, anders gaat het fout”. Nee, de boys van Team Brunel zijn geen doetjes. “Het is de drang naar avontuur die er, vaak al van jongs af aan, in zit. Ja, je moet een beetje gek zijn. Maar ik ben nu eenmaal bezeten van de sport en wil die op het hoogste niveau uitvoeren. Voor mij blijft dit de ultieme droom, vooral omdat het meer is dan alleen maar zeilen. Het is teamwork, avontuur, afzien, vechten en vrienden maken”. Aan boord wordt alleen gevriesdroogd voedsel gegeten, waardoor een oceaanzeiler tijdens een etappe gemiddeld vier kilo verliest. Daarom staan er in iedere aanlegplaats direct veel hamburgers en koude biertjes klaar: “Elke keer is de aankomst weer het mooiste deel”.
20 | de achterpagina
Den Haag Centraal | Vrijdag 5 juni 2015
| Foto: Eveline van Egdom
1
Bjørn Aris
Door Caroline Ludwig
Buurt “Het plezierige van Scheveningen vind ik de frisse zeewind, de duinen en het Westbroekpark. Ik ken de Scheveningers als buren en klanten. Ze zijn recht door zee en er is een prettige sociale controle. Twee keer per dag eb en vloed en dat herinnert me eraan dat je niet tegen de wetten van de natuur in moet gaan. De natuur heeft namelijk altijd gelijk”.
kaaskoekjes maak ik graag een ritje naar Maison Kelder. Ze zijn wel een beetje vet, maar echt lekker”.
2
Gebouw “ ‘t Goude Hooft <4> aan de Dagelijkse Groenmarkt vind ik een markant Haags gebouw. En een goede plek om een biertje te drinken”.
| Foto: Den Haag Marketing/ Jurjen Drenth
Werkplek “Solbeach <2> is mijn kantoor. Ik kan me geen betere office managers voorstellen dan Marcel en Tom. Ik houd er intakegesprekken en wandel graag met cliënten over het strand. Ik ben er van maart tot november. Afgelopen winter zat ik vaak in de serre van het Kurhaus”.
Restaurant “Bij Indonesisch restaurant Poentjak vind ik het eten erg goed. Ik ken de eigenaar al heel lang; in mijn jeugd werkte ik er als afwasser. Ik eet minimaal twee keer per week Indisch. Vaak ga ik na het trainen nog wat halen”.
Afbreken “Het hele Zwolsmanverhaal op Scheveningen, dat begrijpt iedereen. Zwolsman was de projectontwikkelaar die de nieuwe Pier bouwde en hij zat ook achter de hoogbouw rond het Kurhaus”. Typisch “Er is geen stad met zoveel humor als Den Haag. Dat vond ik als Wassenaars jongetje al charmant. De Haagse humor paart rijkdom en relativering aan wijsheid en plezier. Eén sterke grap en mijn dag is goed”.
3
Uitgaan “Mijn favoriete avondje uit begint met een biertje in het Hofkwartier, daarna mediterraan of Aziatisch eten. Bijvoorbeeld bij Little V <3> op het Rabbijn Maarsenplein. Het is gezond en ik hou van scherp. Een leuke Japanner – al is de eigenaar een Chinees – is Sumo. Niet die in het centrum, maar op Scheveningen, die is veel beter”. Lekkernij “Voor de saucijzenbroodjes en
advertentie
lezersaanbieding
| Foto: PR
Ter plekke
Festival “Iedere herfstvakantie neem ik mijn kinderen mee naar theaterfestival De Betovering. Het type voorstelling maakt niet uit, het is er altijd leuk”.
4
ouder en treedt nog steeds op, bijvoorbeeld op de Tong Tong Fair.” Sportplek “Ikuru is mijn dojo in het Statenkwartier. Dat is het Japanse woord voor leven. Iedere zondagochtend loop ik een rondje over de Scheveningse boulevard. Liefst zo vroeg mogelijk, er zit dan veel chi – spirituele energie – in de lucht”. Lunchroom “Walong op de Frederik Hendriklaan zit vlak bij mijn dojo. Ik eet er zeker twee keer per week, meestal een lekker noodle-gerecht”.
| Foto: Pauline van Till
Meditatief “De Scheveningseweg is lang, groen, breed en oud. Een goede plek voor een meditatieve wandeling. Je ziet onderweg een schakering van landschappen en mooie vergezichten. Aan de ene kant de Keizerstraat en de zee en aan de andere kant het Vredespaleis. Ook kom ik graag in de Japanse Tuin”. Hagenaar m “Haagse Harry is grof, maar ik kan er hard om lachen. Zijn manier van denken vind ik heel origineel. Knap om de realiteit zo spits en grappig te moduleren. Echt een ambacht en dat beheerste Marnix Rueb heel goed”. Hagenaar v “Wieteke van Dort <5> is bijzonder in al haar performances. Ik ken haar via Poentjak. Een Haagse dame die voor mij het oude Indië vertegenwoordigt. Dat hoort bij de historie van de stad. Ze is al wat
Ondergewaardeerd “De Lange Vijverberg vind ik één van de mooiste plekken van de stad. Daar zouden alleen maar terrassen moeten zijn. Hup de auto’s weg en nog een mooi schelpenpad erbij. Iedereen heeft het altijd over het Voorhout, maar dit zou nog veel mooier zijn”. Geheimtip “Restaurant Suzuran aan de Wagenstraat is van Hans san en zijn Japanse vrouw. Op smaak kan het gemakkelijk de vergelijking aan met een sterrenrestaurant”.
5
Bjørn Aris <1> (Wassenaar, 1965) is zwaardkunstenaar en verandercoach. Op zijn twintigste betrok hij een kamer naast de Koningspoort in de Molenstraat. Even studeerde hij rechten in Leiden, daarna werd hij investment banker. Op z’n 32ste zei hij zijn baan en vriendin vaarwel en wandelde hij drie maanden door Afrika. Na een intensieve studie ‘menskunde’ begon hij als coach. Daarnaast behoorde hij lange tijd tot de Europese top-3 zwaardkunstenaars. Nog steeds is Bjørn gelukkig getrouwd met het zwaard. Hij is vader van twee kinderen (6 en 9 jaar) en woont sinds 1993 op Scheveningen Bad.
| Foto: PR
the hague african festival EXCLUSIEF CONCERT RICHARD BONA & HET RESIDENTIE ORKEST Richard Bona staat bekend als één van de beste en meest enerverende jazz gitaristen ter wereld. Tijdens The Hague African Festival, dat van 5 t/m 7 juni wordt gehouden aan het Spuiplein, gaat hij een unieke samenwerking aan met het Residentie Orkest waarbij de klassieke wereld van het Residentie Orkest samensmelt met de jazz van Richard Bona. Mis dit exclusieve optreden niet!
RICHARD BONA & HET RESIDENTIE ORKEST 6 JUNI, 20.15 UUR DR ANTON PHILIPSZAAL
U kunt nu 1e rangs kaarten voor dit concert bestellen met 7,50 korting onder vermelding van de actiecode Den Haag Centraal. Kaarten zijn te bestellen aan de kassa van de Dr Anton Philipszaal, via 070 88 00 333 en online via www.philipszaal.nl.