amen 02 verwantenblad van ‘s Heeren Loo
ver:tieveling op o c e Op d hte crea er in
Samen in Beeld
Maaike en Eveliene Maaike Kuiper woont in De Rank in Ermelo. Dit is een woonvorm voor cliënten die intensieve verpleegkundige zorg nodig hebben. De Rank biedt een thuis aan achttien cliënten. Zij zijn veelal op leeftijd en hebben naast een verstandelijke beperking ook een bijkomende beperking waarvoor zij intensieve verpleegzorg nodig hebben. Maaike heeft een mooie kamer met eigen badkamer. Tijdens de opening van de locatie – in december 2011 – mocht ze het nieuwe naambord presenteren. Ze houdt van knuffelen en vindt het fijn om met iemand samen te zingen. Vooral met de begeleiders die ze goed kent, zoals Eveliene Laarman. Als de sfeer goed is, kan ze zichtbaar genieten. Soms begint ze dan uitbundig te lachen of te zingen. Maaike is heel muzikaal en heeft gevoel voor ritme. Ze kan feilloos met de muziek meeklappen of tikken. Ze heeft lieve vrijwilligers met wie ze mee naar de kerk en naar het theehuis gaat. Doordeweeks gaat ze graag ’s middags naar dagbesteding. Maaike geniet dan van de gezelligheid, de aanwezigheid van anderen en de individuele aandacht die ze krijgt.
c es t r een e e Ze ag e Evy, ing D d e een d t t s e ie z b te dag . H oe Het is dwijk uit? r N oor e t es . e Ze a 10 bij D pagin p o n leze
Sociale integratie wint terrein Zelf een zintuiglijk voorleesboek maken Van tehuis naar thuis
20 12 juni
02
02 2012
amen
amen
verwantenblad van ’s Heeren Loo
02 2012 03
verwantenblad van ’s Heeren Loo
KORT NIEUWS
Nabij zijn
04
Dichtbij de cliënt zijn. Dat is niet alleen ons doel, maar ook onze gezamenlijke verantwoordelijkheid. Geografisch dichtbij, door nieuwe locaties te ontwikkelen in een levendige omgeving die uitnodigen tot contact en ontmoeting. En gevoelsmatig nabij, door goed te luisteren naar wat cliënten van ons – medewerkers en verwanten – verwachten. Meerdere artikelen in deze uitgave raken aan dit thema. Verder kunt u lezen over de overheveling van AWBZ naar Wmo, hoewel nog veel onduidelijk is. En we belden aan bij dagbesteding De Zeester in Noordwijk. Want ieder mens heeft een boeiend verhaal te vertellen. Je hoeft de verhalen alleen maar op te schrijven. Veel leesplezier!
Sociale integratie wint terrein
Alro Jansma, hoofdredacteur
08 16
Bekijk ons Jaarbeeld online ‘Samen in Beweging’. Dat is het thema van het Jaarbeeld 2011. In dit jaarbeeld leest u welke ontwikkelingen we het afgelopen jaar hebben doorgemaakt, samen met onze cliënten en verwanten. U vindt het Jaarbeeld op de website van ’s Heeren Loo. Het is een digitaal jaarbeeld, met mooie foto’s en leuke filmpjes. Voor cliënten is er korte, papieren versie met duidelijke illustraties. Deze versie is inmiddels verspreid op alle locaties. Ook de cliëntversie staat op onze website. Nieuwsgierig? Kijk op: www.sheerenloo.nl/jaarbeeld2011 Heeft u een iPad? Download dan de app in de App Store.
Hulp bij financiële zaken? Natuurlijk! Tot nu toe verzorgt de ’s Heeren Loo Zorggroep, in opdracht van wettelijk vertegenwoordigers, voor een groot gedeelte van haar cliënten de financiële administratie. Omdat het niet zuiver is dat ’s Heeren Loo zowel de zorg voor haar cliënten als het beheer van de financiën van cliënten heeft, wordt dit gescheiden. Hiervoor is de Stichting Cliënt Support (SCS) opgericht. Dit is een onafhankelijke stichting zonder winstoogmerk. In de ‘Samen’ van december 2011 kon u hier al meer over lezen. Om de overdracht van alle cliënten soepel te laten verlopen, stopt ’s Heeren Loo geleidelijk met haar financiële dienstverlening. Vanaf 1 juli 2012 start SCS met het overnemen van de diensten van ’s Heeren Loo. Per 31 december 2012 neemt SCS de financiële dienstverlening van ’s Heeren Loo helemaal over. De individuele cliëntbegroting en het verrekenen hiervan via het webkasbankboek op de woningen blijft wel een taak van ’s Heeren Loo. Alle wettelijk vertegenwoordigers die de financiële administratie aan ’s Heeren Loo hebben uitbesteed, zijn inmiddels per brief geïnformeerd over de veranderingen. Zij hebben nu de keuze: de financiën overlaten aan SCS of dit zelf doen. SCS neemt hierover met alle vertegenwoordigers contact op. Wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Susan Boogaarts,
[email protected]
Zelf een zintuiglijk boek maken Van tehuis naar thuis Colofon
En verder... Kennismaken met Kees Erends Aanbellen bij… Klantvolgend werken Judith ons zonnig zorgenkind Van AWBZ naar Wmo Column Samen in Beeld
Oproep: verwanten gezocht!
‘Samen’ verschijnt vier keer per jaar en wordt verspreid onder verwanten van cliënten van ’s Heeren Loo.
7 10 12 15 18 19 20
Hoofdredactie:
Alro Jansma
Eindredactie:
Jeroen Fidder
Redactie:
Bianca Baal, Iris Brummelhuis, Mariëlle Nienhuis en Anne Siebers
Fotografie:
Daniëlla van Bergen, Nelleke Boer, Ruben Eshuis, Inge Hondebrink, Marcel Verheggen
Vormgeving:
[DOKS] Ontwerpburo, Arnhem
Druk:
Koninklijke Drukkerij C.C. Callenbach BV, Nijkerk
en afdeling Communicatie & Fondsenwerving
Redactieadres:
Afdeling Communicatie & Fondsenwerving Berkenweg 11, 3818 LA Amersfoort
E-mail: Adresmutaties:
[email protected] Adreswijzigingen kunt u doorgeven bij de cliëntadministratie van uw eigen regio.
De redactie is op zoek naar verwanten die ons kunnen tippen over zaken die opvallen binnen ’s Heeren Loo. Als verwant ziet en hoort u veel over wat er speelt bij ’s Heeren Loo. Waarschijnlijk ook zaken die interessant zijn voor andere verwanten. Dit magazine is een goede plek om verhalen met elkaar te delen. Daarom kunt u correspondent worden van dit magazine. Met uw input kunnen we samen het blad nog beter maken. Meer (vrijblijvende) informatie over het zijn van een correspondent? Mail
[email protected]
Dit product is gedrukt op FSC papier ‘Samen’ verschijnt in een oplage van 14.000 exemplaren. Klachten? Neem dan contact op met de klachtencommissie, kijk op wwww.sheerenloo.nl.
Bianca Baal & Anne Siebers
04
02 2012
amen
verwantenblad van ’s Heeren Loo
02 2012 05
verwantenblad van ’s Heeren Loo
Sociale integratie wint terrein
Dichter bij elkaar
In meerdere regio’s van ’s Heeren Loo is sociale integratie aan een opmars bezig. Oude instellingsterreinen veranderen in gewone wijken. Hierdoor komen cliënten, medewerkers en buurtgenoten dichter bij elkaar te wonen. Met als resultaat dat je anders kijkt naar je buren. “Je groet elkaar, vindt elkaar en helpt elkaar als dat nodig is”, aldus projectleider huisvestingszaken Tineke Meeder. Jorrit Heins, Mieke Kerkhof en Menno de Goede, bewoners en medewerkster van De Goudplaat.
ange tijd lag Groot-Schuylenburg in Apeldoorn als een dorp verscholen in de bossen. De bewoners kenden vooral elkaar. Dat is nu anders in de wijk Groot Zonnehoeve. Bij de buren, op straat of op één van de vele ontmoetingsplekken komen mensen met en zonder verstandelijke beperking elkaar tegen. Tineke Meeder is vanuit haar functie verantwoordelijk voor de contacten tussen ’s Heeren Loo en buurtbewoners. Zij signaleert: “Als je samenwoont in een buurt, is het prettig als je elkaar ook kent en ontmoet. Net als in een oude dorpsgemeenschap eigenlijk.”
L
Speeltoestellen en pluktuin De gemeente Apeldoorn heeft ’s Heeren Loo gevraagd mee te denken over de invulling van een groenstrook. ’s Heeren Loo vindt het belangrijk dat mensen met en zonder verstandelijke beperking zich er thuis voelen. Zoals het er nu naar uitziet, komen er vanaf 2013 een schapenwei, een fruitbomenstrook, een pluktuin en een buurtontmoetingsplek met (water)speeltuin. “Speciaal voor cliënten met ernstige beperkingen komen er speeltoestellen gericht op zintuiglijke ervaringen, bijvoorbeeld praatpalen, verrekijkers, rotatieschijven, zoemstenen of klingelschijven”, vervolgt Meeder. “Cliënten van ’s Heeren Loo gaan samen met leerlingen van school De Bolster of cliënten van dagbesteding De Felua voor de schapen zorgen en de fruit- en pluktuin onderhouden.” Oude gewoonten “We hebben hier op het terrein in Apeldoorn zoveel geweldige faciliteiten die we graag delen met de wijk”, zegt Meeder. “Naast de nog te realiseren groenstrook en het Johan Cruyff Court hebben we een openbare brasserie, kopieerwinkel, bakkerij, papiermakerij, supermarkt en een kinderboerderij. We merken dat we bij het gebruik nog vaak denken vanuit onze oude gewoonten. De openingstijden sluiten bijvoorbeeld nog aan bij onze zorg en niet bij de vraag vanuit de wijk. Voor de buurt zou het fijn zijn als de kinderboerderij bijvoorbeeld ook open is na schooltijd.”
Samenwonen vraagt wel wat Binnen ’s Heeren Loo is een eigen leefwijze gegroeid. Een samenlevingspatroon met vrijheden binnen een beschutte omgeving. Wil je daadwerkelijk als buren met elkaar samenleven, dan vraagt dat om aanpassingen. Een besloten instelling ontwikkelt op een gegeven moment een blinde vlek; je ziet binnen de bestaande situatie niet meer dat dingen anders gaan dan anders. Cliënten hebben bijvoorbeeld de gewoonte om breeduit over straat te slenteren. In een wijk zonder verkeer kan dat. In Groot Zonnehoeve kan dat niet. Ook vinden cliënten het prettig om soms onaangekondigd te komen buurten, net als in meer besloten gemeenschappen. Veel mensen willen dat niet. “Buurtbewoners, maar ook deskundigen van buitenaf, houden ons scherp. Wij horen graag wat prettig is en wat niet”, aldus Meeder. “Want daar leren we van.” Methode Buurtbesef werpt vruchten af De Goudplaat in Hoofddorp is anderhalf jaar geleden gestart met de methode Buurtbesef. Deze locatie bestaat uit acht appartementen rond een steunpunt. “Onze jongeren wonen zelfstandig en een onderdeel daarvan is: hoe ga je om met je buren? Er is veel zwaai- en lachcontact en de buurmeisjes staan op de stoep met de kinderpostzegels”, vertelt Mieke Kerkhof, coördinator A&W (Avond-& Weekendhoofden). “Cliënten doen zelf boodschappen in de supermarkt en gaan naar de sportschool in de wijk. Het is vooral functioneel contact en dat komt door het verschil in leeftijd. Onze cliënten zijn tussen de 18 en 32 jaar en in deze wijk wonen vooral jonge gezinnen. “In die periode kregen wij een picknicktafel die wij in eerste instantie in de achtertuin wilden plaatsen. Vervolgens hebben we de picknicktafel in de voortuin neergezet. Je hebt dan namelijk veel sneller contact met buurtgenoten. In de zomer van 2010 zijn er leuke contacten met buren ontstaan. Helaas was de zomer van 2011 nogal regenachtig en zaten we meer binnen. Voor medewerkers is er ook het een en ander veranderd. Je bent niet alleen professional, maar ook buurtbewoner en het visitekaartje van ’s Heeren Loo.”
Buren zijn Kortom, sociale integratie begint bij gewoon buren zijn! Ontmoetingen en integratie kun je niet afdwingen, het is juist leuk als deze zich spontaan en geleidelijk voordoen. Dit artikel is deels gebaseerd op een artikel uit de jubileumkrant Groot-Schuylenburg. Mariëlle Nienhuis Op pagina 6 staat een artikel over dagbestedingslocatie De Klaproos in Den Helder. Een mooi voorbeeld van sociale integratie.
Visie op vastgoed In onze Visie op Vastgoed (2011) staan tien uitgangspunten waaraan een woning voor een cliënt moet voldoen. Eén daarvan is de volgende: Nieuwe locaties ontwikkelen we in een levendige omgeving, die uitnodigt tot contact en ontmoeting. We zijn open, leuke buren in een leuke, gezellige buurt. Liever plaatsen we geen hekken of hoge tuinmuren. Een hek hoeft echter niet altijd af te schermen, het kan ook vrijheid bieden. Wanneer een omheining nodig is, laten we die mee ontwerpen.
06
amen
02 2012
amen r Dichte ar bij elka
verwantenblad van ’s Heeren Loo
02 2012 07
verwantenblad van ’s Heeren Loo
De Klaproos opent deuren in Den Helder
“Ik geloof in een goede relatie met familie”
Dagbesteding in een winkelcentrum
weken heeft hij zijn gezicht al op veel locaties in Nederland laten zien. Wie is hij? En
Van de beschermde omgeving van het instellingsterrein naar de ‘gewone’ omgeving
wat kunt u als verwant van hem verwachten?
Kees Erends is op 1 maart jl. benoemd tot lid van de Raad van Bestuur bij ’s Heeren Loo Zorggroep. In zijn portefeuille zit zorg. Dat is een belangrijke taak. In de eerste
van een winkelcentrum. Die omslag maakten de cliënten van dagbestedingslocatie De Klaproos in september 2011. Deze locatie opende donderdag 19 april jl. officieel haar deuren in winkelcentrum Schooten Plaza in Den Helder. En wat blijkt? De cliënten voelen zich er uitstekend thuis. ettingen, papier-maché bakjes, mozaïeken en gebreide poppetjes… de cliënten maken op De Klaproos de meest uiteenlopende producten. Deze worden verkocht in cadeauwinkel De Boterbloem in Julianadorp. En als er in het winkelcentrum een markt is, doet De Klaproos natuurlijk mee. Hoewel De Klaproos zelf nog geen verkoopfunctie heeft, staan de deuren open voor iedereen die er graag eens een kijkje neemt. Steeds meer mensen brengen er spullen, zoals knopen, oude spijkerbroeken, stoffen en dergelijke. Daar maken de cliënten dan nieuwe producten van. Ze doen er overigens meer dan werken. De cliënten gaan regelmatig zwemmen of wandelen. En eens per maand krijgen ze bezoek van de kinderen van peuterspeelzaal Olleke Bolleke. Ze maken ook gebruik van de faciliteiten in de buurt, zoals ouderengym in een verzorgingshuis om de hoek. Kortom: de cliënten van De Klaproos – van jong tot oud – staan middenin de maatschappij.
K
Gestimuleerd De cliënten en medewerkers voelden zich snel thuis op De Klaproos, vertelt Sandra Kager, teammanager van de regio NoordHolland Oost. “Bijzonder is ook, dat we nu heel anders werken dan voorheen. Toen de cliënten nog dagbesteding op het terrein kregen, maakten ze geen producten. Ze
maakten tekeningen, werkten met duplo en met andere ontwikkelingsmaterialen. Maar nu we in het winkelcentrum werken, willen we ook producten laten zien. We hebben immers een mooie etalage. We zijn daarom begonnen met het maken van producten zonder dat we dat vooraf zo hadden afgesproken. We worden daartoe gestimuleerd door de omgeving waarin we werken.” Waardevol Iedere bezoeker wordt enthousiast verwelkomd door de cliënten. Ze laten graag de producten die ze maken zien en vertellen vol trots dat deze in de winkel worden verkocht. Cliënten voelen zich daardoor waardevol en gewaardeerd. Het werken in een winkelcentrum vergt ook iets met de
medewerkers. Sandra: “Medewerkers moeten de veiligheid en het welzijn van de cliënt goed in de gaten houden. Want hoewel je natuurlijk gastvrij wilt zijn, moeten bezoekers ook begrijpen dat ze op sommige momenten even niet welkom zijn. Bijvoorbeeld tijdens en vlak na de lunch; dan hebben de cliënten altijd een rustmoment. Het belang van de cliënt staat natuurlijk voorop. We doen dit voor hen. Zij moeten erbij gebaat zijn.” Jeroen Fidder
Kees Erends heeft al aardig wat jaren werkervaring in de zorg achter de rug. Het begon ooit met een bijbaantje in een verpleeghuis. Na zijn studie geneeskunde werd hij huisarts. Onder meer bij de Baalderborg Groep, een organisatie voor mensen met een verstandelijke beperking. Daar is de liefde voor de gehandicaptenzorg ontstaan. Na twaalf jaar gooide Kees het roer om; er volgde een periode waarin hij opklom tot directeur zorginkoop van Achmea Zorg. Toch besloot hij terug te gaan naar Baalderborg. “Het paste beter bij me. Hier draaide het weer om mensen in plaats van om geld.’’ Naar de werkvloer Om kennis op te doen over wat er leeft en waar zaken verbeterd kunnen worden, wil Kees graag veel contact hebben met medewerkers. Daarom heeft hij elke vrijdag ingeruimd voor het bezoeken van woningen, dagactiviteitencentra, diverse teams en allerlei onderdelen van de ’s Heeren Loo Zorggroep. Wat kunnen verwanten verwachten van Kees Erends? “Ik geloof erg in het belang van een goede relatie met ouders en vertegenwoordigers. Want zij kennen cliënten het beste en zijn vaak de continue factor in hun leven.’’ Natuurlijk zijn de regiomanagers en de managers in het primaire proces het eerste aanspreekpunt. Toch hoopt Kees – door overleg met de centrale cliëntenraad en het bezoeken van diverse locaties en ouder/ familiebijeenkomsten - een duidelijk gezicht te worden voor ouders.
Ontspanning “Een drukke baan houd je alleen vol als je ook ontspant. Roeien is mijn passie en voor mij een manier om mijn hoofd leeg te maken. Het leuke aan roeien vind ik dat je jezelf elke keer opnieuw verbetert. Ik hoef niet per se te winnen, maar vind het wel belangrijk dat iedereen zijn best doet.” Wat de overeenkomsten zijn in de boot en op het werk? “Het teamelement is iets dat bij mij past. Zonder elkaar red je het niet. Ik ben boeg, dat betekent dat ik het overzicht in de boot moet bewaken. Ik moet rustig blijven en zorgen dat we nergens tegenaan varen. Deze positie kan ik ook goed gebruiken bij de ‘s Heeren Loo Zorggroep.” Anne Siebers
De portefeuille Zorg ... Binnen de Raad van Bestuur is Kees Erends verantwoordelijk voor alles wat met directe zorg te maken heeft. Kees stuurt regiomanagers aan en houdt zich bezig met de ondersteuning en de kwaliteit van het zorgproces.
08
amen
02 2012
amen
verwantenblad van ’s Heeren Loo
02 2012 09
verwantenblad van ’s Heeren Loo
Zelf aan de slag
Een persoonlijk voorleesboek dat alle zintuigen prikkelt
Stap 4 het verhaalscript
EEN ZINTUIGLIJK BOEK MAKEN IS VOORAL DÓEN! Het is vaak lastig om voor te lezen aan mensen met een ernstig meervoudige beperking. Een gewoon voorleesboek voldoet dan niet. Met een zintuiglijk boek kan dit wel! In dit persoonlijke boek komen naast tekst ook tast, reuk, zicht en smaak aan bod. Harma Kiers, werkzaam bij ’s Heeren Loo, heeft een boek gemaakt voor haar cliënt. En het mooie is: u kunt ook zelf zo’n boek maken!
Wilt u zelf een zintuiglijk boek maken? Dat kan met dit handige stappenplan. Ter verduidelijking is het verhaal van Joyce van de Wijngaard als voorbeeld genomen. Voor haar is het verhaal ‘Joyce gaat in bad’ geschreven (zie ook de foto).
Stap 1 het onderwerp Kies een onderwerp. Bijvoorbeeld een moeilijke situatie waarmee u de cliënt vertrouwder wilt maken. Of juist een onderwerp ter ontspanning. Voorbeeld: Elke woensdagavond komen de ouders en broer van Joyce naar haar woning voor een badritueel. Dit is een gezellige avond. Daarom wordt het verhaal: Joyce gaat in bad.
Stap 2 het verhaal in tekst
Harma: “Het zintuiglijke boek dat ik heb gemaakt sluit volledig aan bij de behoefte en interesse van een cliënt. Wat een uitvinding! Op elke bladzijde is er een nieuwe verrassing. Als de cliënt het boek beter kent, wordt het een feest van herkenning. Of voorpret voor wat gaat komen. Het boek kan zorgen voor contact, een lach of een oogopslag. De cliënt komt even uit zijn eigen wereld. Het is mooi om samen te beleven, plezier te hebben of iets te leren.” Doordat het boek alle zintuigen prikkelt, kan de cliënt vaardigheden leren zoals concentreren, reageren, actief luisteren en ontspannen. Door het boek regelmatig voor te lezen, raakt de cliënt hiermee vertrouwd. Dit biedt herkenning en veiligheid. En het kan ervoor zorgen dat de luisteraar na een aantal keer voorlezen, reageert op de prikkels.
Joyce van de Wijngaard en haar moeder Anita. (Foto: Nelleke Boer, Voorlezen-plus)
“Op elke bladzijde een nieuwe verrassing.”
Het verhaal heeft zes tot acht pagina’s. Elke pagina bevat één of twee korte zinnen, afgestemd op het taalgebruik van de luisteraar. De belangrijkste acties komen aan de orde. Bij Joyce zijn dit: badkraag om, badeend mee, nat worden, (stevig) afdrogen, insmeren, haren föhnen en in de spiegel kijken. Voorbeeld: “De eend gaat mee, de eend kwaakt. Joyce, hoor jij dat ook?”
Stap 3 het verhaal in prikkels
Hoe kunt u het verhaal het beste voorlezen? En welke benadering vindt de luisteraar het prettigst? Ook de omgevingsfactoren en de manier van aanbieden van de prikkels worden meegenomen. Dan kan ook iemand die de luisteraar niet goed kent, het verhaal goed voorlezen. Voorbeeld: De voorlezer zit dichtbij Joyce en praat met een lage, rustige stem. De voorwerpen worden dichtbij aangeboden. Vaak heeft zij even tijd nodig om te reageren. In het verhaalscript staat de uitwerking van stap 3: De föhn aanzetten op de lichtste stand. Eerst op de handen laten voelen, dan zachtjes in het gezicht.
Stap 5 verpakking De prikkels worden opgeborgen in een doos. Dit is de kaft van het boek. Op de doos komt een verwijzer. Dit is een prikkel die wordt gebruikt wanneer het verhaal begint. De luisteraar kan zo het begin van het verhaal herkennen. Voorbeeld: Op het boek zit het badeendje geplakt. Elke keer als het verhaal begint maakt het eendje een kwakend geluid.
Voorbeeld van een zintuiglijk boek (Foto: Jan van Arkel, Voorlezen-plus)
Gratis handleiding: opvragen bij Universiteit van Groningen Samen met de Universiteit van Groningen onderzoekt ’s Heeren Loo hoe de boeken nog beter kunnen worden gemaakt. De Universiteit van Groningen heeft een online handleiding gemaakt, waarmee u zelf aan de slag kunt. Hierin zijn de stappen nog verder uitgewerkt met voorbeelden. De handleiding is gratis te downloaden. U kunt hiervoor een wachtwoord opvragen via Annet ten Brug (
[email protected]). Na het maken en voorlezen van het boek, kunt u een evaluatieformulier invullen. Zo helpt u mee aan het onderzoek naar de effecten van het zintuiglijk boek. Groningen gebruikt in de handleiding overigens de Engelstalige term: Multi-sensory storytelling book.
Stap 6 rapporteren
Kies geschikte prikkels die bij het verhaal passen. Alle zintuigen worden aangesproken om over te brengen waar het verhaal over gaat. Met bijvoorbeeld een voorwerp of geluid. In het totaal zijn er zes tot acht nodig. Voor elke pagina één. Deze plakt u op een witte plaat.
Na elke voorleessessie is het handig op te schrijven wat goed en minder goed ging. Zeker als er meerdere voorlezers zijn, is het belangrijk dit te rapporteren. Zo kunt u ook aanpassingen maken. Een goed zintuiglijk boek maken is vooral dóen! Zo wordt duidelijk wat er werkt voor de luisteraar.
Voorbeeld: Als u de luisteraar wind wilt laten voelen, kunt u bijvoorbeeld gebruikmaken van een föhn. Leidt dat teveel af, kies dan bijvoorbeeld voor een papieren waaier. De prikkel wordt op een witte plaat geplakt.
Anne Siebers
Volg een Voorlezen-plus workshop Een variatie van het zintuiglijk boek is het Voorlezen-plus boek, bedacht door Carla Wikkerman en Nelleke Boer. Zij geven cursussen, waarin u leert hoe u zo’n boek moet maken en voorlezen. De cursus bestaat uit drie workshops en is bestemd voor zowel verwanten als begeleiders. Medewerkers van de locatie Noordwijkerduin Zorg van ’s Heeren Loo hebben de cursus in het voorjaar van 2012 gevolgd. Meer informatie: www.voorlezen-plus.nl
10
amen
02 2012
amen
verwantenblad van ’s Heeren Loo
02 2012 11
verwantenblad van ’s Heeren Loo
DE ZEESTER Hoe ziet een dag bij ’s Heeren Loo er uit? Om dat te weten te komen belt de redactie in deze nieuwe rubriek aan bij ’s Heeren Loo’se voordeuren. Van noord naar
ij... Aanbellen b
zuid, van oost naar west. Dit keer bellen we aan bij dagbesteding De Zeester in Noordwijk. De Zeester in Noordwijk. Benieuwd wat de mensen er aan het doen zijn.
Diederik (8 jaar) zoekt naar zijn lievelings-DVD: die van Brum. In een handomdraai heeft hij alles aangesloten en speelt het vrolijke deuntje van de sprekende auto. “Brum is echt heel slim. Hij kan over het water rijden en zelfs vliegen, kijk maar!”, zegt Diederik trots. Met zijn Brum speelgoedauto doet hij precies na welke bewegingen Brum op de DVD maakt. Diederik helpt de speelgoedauto graag met vliegen. “Dat moet ook wel, want alle batterijen zijn op!”
Die d
Mart
Ro we
ijn
Martijn (18 jaar) is druk bezig als we binnenkomen. “Ik ben de radio aan het saboteren. Skyradio heeft alleen maar stomme Engelse liedjes. Geef mij maar 100% NL. Vooral De Havenzangers en de Zangeres Zonder Naam met Mexico, Mexicoooooo vind ik leuk.” In een rode map zitten de stencils taal, rekenen, wiskunde en woordenschat. “Hij is veel te dik, ik was net bezig met reorganiseren.” Wat doet Martijn in zijn vrije tijd? “Elke dinsdag ga ik naar de Soos in ’t Kruispunt. Daar hang ik dan met een colaatje en een chippie.”
Rowena’s (15 jaar) specialiteit is koken. “Nu maak ik pastasalade, maar ik ben ook heel goed in lasagne of lasagnette.” Als Rowena mag kiezen voor pasta of McDonald’s? “Dan ga ik toch voor de McDonald’s! Ik ben al een keer samen met m’n vriendje Ricardo gegaan. We hebben nu 66 dagen verkering.” Rowena gaat elke dag ook een uur naar school. In wiskunde is Rowena een ster. “Ik zit al op niveau VMBO 2e klas. Mijn leraar gaat nu proberen te regelen dat ik een deeldiploma kan halen.”
eri k
Evy
Ruben (17 jaar) vindt het maar gek dat we vragen wat hij aan het doen is. “Dat zie je toch. Ik ben een spoor aan het leggen!” Als zijn treinrails klaar is, zet hij er dinosaurussen omheen. “De stegosaurus is het allersterkste. Als hij voor de trein gaat staan, is dat dikke pech voor de trein. Deze dino is zelfs nog sterker dan mijn begeleider Robert.” Ruben vindt de muziek van K3 geweldig. “Maar alleen als er disco is dans ik hoor, anders niet.”
Rube
na
Evy (19 jaar) is naast covermodel van dit nummer een echte creatieveling. In het atelier maakt ze sleutelhangers en zeepkettingen. “De kettingen die kleuren hebben vind ik het allermooiste. We verkopen ze in de winkel Paspartoe. Maar ook op evenementen zoals Burendag of het Zomerwijkfeest stond ik achter een kraampje.” Evy kan de zeepkettingen inmiddels helemaal zelfstandig maken. Meer tijd om vragen te stellen is er niet. “Ik moet nu echt gaan. Rowena gaat naar school en dan loop ik altijd gezellig mee.”
n
Weet u een leuke locatie? Kent u ook een locatie die interessant is om bij aan te bellen? Laat het ons dan weten via
[email protected]. Wie weet staat de redactie daar dan binnenkort op de stoep.
12
amen
02 2012
amen
verwantenblad van ’s Heeren Loo
verwantenblad van ’s Heeren Loo
at bedoelt Menno nou precies? Is het financieel wel haalbaar dat Bianca elke dag wil zwemmen? Is het nou echt wel goed voor Bert om in een muziekles te zitten met al die prikkels? En Sabine? Zij vindt het prettig als haar persoonlijk begeleider even achter de computer vandaan komt als ze terugkomt van dagbesteding. Sabine wil dan namelijk graag direct haar verhaal kwijt. Het gekke is, dit staat niet in haar persoonlijk plan. Medewerkers zijn zich hier dan ook niet van bewust. Kortom, dat kan en moet beter.
W
Een deel van het team van dagbesteding De Werkschuur V.l.n.r. Pieter Wagemakers, Bert van de Bunt, Alex Koning en Joost Hageman.
Klantvolgend werken in de regio’s
HOE INSPELEN OP WENSEN EN DROMEN? Klantvolgend werken. Het is hét credo binnen de zorg. Een goed credo, want we geven daarmee de regie over het eigen leven terug aan cliënten. Daarmee komen medewerkers steeds meer naast en ook dichterbij hun cliënt te staan. Echter, in de uitvoering lopen we tegen obstakels aan. Steeds meer regio’s ontwikkelen daarom initiatieven om medewerkers op weg te helpen.
02 2012 13
Enthousiasme beloond Om medewerkers en cliënten handvatten te geven, is in de regio Midden-Nederland het programma klantvolgend werken gestart. De aanleiding was dat uit onderzoek bleek dat cliënten door ’s Heeren Loo vaak gezien werden als interne relaties. Projectleider Stieneke Ruitenbeek: “Dat beeld klopt natuurlijk niet. We moeten ons veel meer realiseren dat ’s Heeren Loo maar om één ding op aarde is, namelijk omdat er cliënten zijn die een beroep op ons doen! Het zijn feitelijk onze opdrachtgevers. Er is toen een ‘vacature’ uitgezet: Regio Midden-Nederland zoekt een team voor de pilot klantvolgend werken. Maar liefst twaalf teams hebben zich aangemeld! Zoveel enthousiasme moet beloond worden, we zijn direct met alle twaalf teams gestart. Cliënten betrekken Om blinde vlekken te vermijden, is er een externe coach aan de slag gegaan met de teams. Leidinggevenden hebben een eigen traject, namelijk: hoe ondersteun ik teams met professionals die klantvolgend werken? Het enthousiasme en de resultaten zijn zo verbluffend dat regiomanager Jan ter Loeke al heeft gezegd dat we met alle zestig teams aan de slag gaan. En wat dit project zo uniek maakt: cliënten worden vanaf het begin nauw betrokken. Elke bijeenkomst starten we met cliënten die ons vertellen wat zij onder klantvolgend werken verstaan.”
De Werkschuur Eén van de teams is De Klinkboerderij in Ermelo, waarvan dagbesteding De Werkschuur in Drie deel uitmaakt. De jongens van De Werkschuur werken in de winter in de bossen op de Veluwe en in de lente en zomer onderhouden ze het buitenterrein van conferentiecentrum Mennorode in Elspeet. Bert, Alex en Roy vertellen: “Het is leuk werken hier. We hebben veel contact met de medewerkers en gasten van Mennorode. Voor de gasten proberen we alles zo netjes mogelijk te maken, zodat ze het hier echt naar hun zin hebben.” Het is duidelijk dat het team naar klanten toe heel erg klantvolgend is. De directeur van Mennorode, Gert Eigenbrood, beaamt dit: ”De samenwerking met ’s Heeren Loo is buitengewoon! Ze voelen precies aan wat we willen. De jongens werken goed en integreren perfect in ons bedrijf. Dus als je het over klantvolgendheid hebt…” In je waarde laten Maar hoe klantvolgend is ’s Heeren Loo richting zijn belangrijkste klanten: de cliënten? Roy, die graag praat maar niet op de foto wil, vertelt: “Als ik aangeef dat ik het leuk vind om iets te doen, bladblazen of maaien, dan wordt daarnaar geluisterd. En ik vind het niet zo fijn om met de motorzaag te werken, dus dat hoeft niet. Je wordt in je waarde gelaten.” Alex vult aan: “In een vergadering heb ik gezegd dat het werken met boomstammen erg zwaar is. Nu is er een machine die het tillen lichter maakt. Ook heb ik gezegd dat ik het belangrijk vind dat er goed op veiligheid gelet wordt. Toen kregen we extra uitleg over veilig werken.” Activiteitencoördinator Pieter Wagemakers: ”Deze punten komen uit de vergaderingen met cliënten die we naar aanleiding van het programma klantvolgend werken hebben ingevoerd. Een ander pluspunt van het project is dat het ons bewust heeft gemaakt hoe we om kunnen gaan met alle regels en procedures. Die kunnen heel belemmerend werken. We vragen ons nu af: is het nodig om dit protocol te volgen? Wordt de cliënt er beter van? Dat laatste is leidend.”
Vrijuit praten Klaas Visser, managementondersteuner Advisium en coach cliëntenraden: ”In de regio Zuid-Holland Noord werden ‘broedplaatsen’ georganiseerd voor medewerkers en cliëntvertegenwoordigers, met als doel de dienstverlening richting cliënten te verbeteren. De cliëntenraad dacht toen: waarom geen bijeenkomsten voor cliënten zelf? Er zijn nu twee bijeenkomsten georganiseerd voor cliënten onder de naam ‘Zeg ’t maar’. Er werden vragen gesteld als: wat vind je goed gaan en waar baal je van? Daar is veel uitgekomen. Iemand vertelde dat hij het fijn zou vinden om uitleg te krijgen als hij een ‘nee’ te horen krijgt. Een ander gaf aan dat hij het vervelend vindt als begeleiders roddelen over collega’s. Een derde begrijpt zijn persoonlijk plan niet. Medewerkers zijn zich hier nu van bewust en kunnen dit soort situaties verbeteren.”
“Wordt de cliënt er beter van? Die vraag is leidend.”
14
amen
02 2012
amen
verwantenblad van ’s Heeren Loo
02 2012 15
verwantenblad van ’s Heeren Loo
“Een eerbetoon aan mijn gehandicapte dochter”
Jaarplan Maar het is niet bij deze twee bijeenkomsten gebleven. Klaas: “Het mooie is dat het management het initiatief zeer waardeert en de belangrijkste uitkomsten heeft opgenomen in het jaarplan. Daarnaast is besloten om de bijeenkomsten jaarlijks terug te laten komen en er zijn huisvergaderingen gestart voor cliënten op de dagbestedingslocaties en in de woningen. Dus klantvolgend werken wordt op deze manier steeds meer ingebed in deze regio’s.” Bram Slijkhuis, voorzitter van de cliëntenraad, is enthousiast: ”Ik vond het heel fijn om op deze manier eens andere cliënten te spreken over wat zij goed vinden in de begeleiding en wat er verbeterd moet worden. Het was goed dat er geen medewerkers bij waren, zodat we vrijuit konden praten.”
Judith, ons zonnig zorgenkind Marlies ter Doest werkte tien jaar in de gehandicaptenzorg. Tot ze zwanger raakte en stopte met werken. Ik dacht nog: “Als ik maar geen gehandicapt kind krijg.” Dat pakte echter anders uit. Judith raakte ernstig gehandicapt door zuurstofgebrek bij de geboorte. In het boek ‘Judith, ons zonnig zorgenkind’ vertelt Marlies haar verhaal. eer dan een jaar heeft ze keihard aan het boek gewerkt. En nu ligt het verhaal over haar ernstig meervoudig gehandicapte dochter Judith in de winkel. Een boek over onmacht, frustraties, het strijden om dingen voor elkaar te krijgen, pijn en verdriet. Maar het is geen treurig boek geworden, want Judith was geen treurig kind!
M
Brandweerman Ook in de regio Kind & Gezin konden kinderen hun wensen en dromen op tafel leggen. Klaas: “Zo is er een jongen die brandweerman wil worden. Misschien is brandweerman worden niet haalbaar, maar een taak als vrijwilliger misschien wel. Daarom moet zo’n wens wel in het persoonlijk plan. Dit geldt voor meer dromen die kinderen kenbaar maakten. Als cliëntenraad vragen we daar nu aandacht voor.”
Opgewekt kind “Haar eerste levensjaar was heel zwaar. Ze huilde veel, maar toen ze de juiste medicijnen kreeg, werd Judith een heel ander kind”, vertelt Marlies trots. Judith heeft nooit kunnen praten, zag niet veel door haar hersenbeschadigingen, was totaal afhankelijk van een ander, maar kon wel goed horen. Ze herkende bekende stemmen direct en was een heel leuk, vrolijk kind met humor.” Marlies en haar man Arnoud wilden hun dochter graag een zo ‘normaal’ mogelijk leven geven. Judith ging mee op visite en ze wandelden en fietsten regelmatig met haar. “Ze was een opgewekt kind en beloonde je vaak met een lach.”
Iris Brummelhuis
“Wat vind je goed gaan en wat niet?” Voorzitter cliëntenraad Bram Slijkhuis (r) en coach cliëntenraad Klaas Visser werken nauw samen in de bijeenkomsten ‘Zeg ‘t maar’.
Standvastig Marlies liep vaak tegen muren op. Bij de apotheek waar ze vroeg om vitamines in vloeibare vorm omdat Judith geen pillen kon slikken, kreeg ze te horen dat ze dat niet gewend waren. En bij de aanvraag van een rolstoel omdat ze te groot was voor de wandelwagen, keurde de ambtenaar Judith geen blik waardig.
De vitamines in vloeibare vorm en een tillift zijn er uiteindelijk wel gekomen. “Iedere ouder wil het beste voor zijn kind, dus ik was behoorlijk standvastig wanneer ik iets voor haar wilde bereiken.” Strijdvaardig In maart 2010 is Judith op zeventienjarige leeftijd overleden. “Door Judith ben ik een stuk strijdvaardiger geworden.” Met dit boek wil Marlies laten zien dat het niet alleen maar kommer en kwel is om voor een gehandicapt kind te zorgen. “Ze heeft ons heel veel mooie dingen gebracht.
Judith was ondanks haar beperkingen ons zonnetje in huis.” ‘Judith, ons zonnig zorgenkind’ is te verkrijgen bij de betere boekhandels of te bestellen bij Marlies ter Doest via
[email protected]. Prijs €16,95 Bianca Baal
16
amen
02 2012
amen
verwantenblad van ‘s Heeren Loo
’s Heeren Loo voert zorgvisie door in vastgoed
Van tehuis naar thuis Cliënten het gevoel geven dat ze niet op een instellingsterrein zijn, maar thuis. Dat is waar het Vastgoedbedrijf van ’s Heeren Loo voor staat. Het betekent dat we bij elk bouwproject op zoek gaan naar de kern van onze zorgverlening.
02 2012 17
verwantenblad van ‘s Heeren Loo
ooi en goed wonen vormt een wezenlijk onderdeel van het bestaan van cliënten. Als we praten over zorgvastgoed, dan gaat het niet alleen over het bouwen van stenen, maar om emotie. Over het creëren van een ‘thuisgevoel’ voor onze cliënten. Iedere cliënt is uniek en iedereen heeft recht op een eigen thuis waar je jezelf kan en mag zijn. Met de oprichting van het Vastgoedbedrijf in 2011 heeft ’s Heeren Loo flinke stappen gezet in de huisvesting van cliënten. Durk Kooistra, voormalig bestuurder Vastgoed van ’s Heeren Loo, stond aan het begin van deze professionaliseringsslag en heeft met zijn visie een flinke stempel gedrukt op zorgvastgoed van ’s Heeren Loo.
M
Spanningsveld Begin 2011 begon het Vastgoedbedrijf met de ontwikkeling van een zorgvastgoedvisie. Hierbij was de zorgvisie van ’s Heeren Loo het uitgangspunt. Deze zorgvisie komt erop neer dat ’s Heeren Loo wil bijdragen aan het welzijn van mensen met een verstandelijke beperking. Onze gebouwen moeten altijd bijdragen aan de doelstellingen van de zorg. ’s Heeren Loo blijft zoveel mogelijk weg van de typische zorginstellingen uit het verleden. Dus: geen gebouwen die vanuit bescherming en veiligheid zijn ontwikkeld, en waar warmte en geborgenheid ver te zoeken zijn. Gebouwen met sfeerloze lange gangen en hoge hekken, want stel je voor dat cliënten ‘ontsnappen’. Centraal staan nu de woonwensen van de cliënt. De uitdaging is om een thuis voor cliënten én een werkplek voor de zorg te creëren. De zorgfunctie moet als het ware op een natuurlijke wijze geïntegreerd zijn. Maar huisvesting moet ook functioneel, bruikbaar en duurzaam zijn. “Dat is het spanningsveld, waarin we ons begeven”, aldus Henk Prins, die de vastgoedportefeuille van Durk Kooistra heeft overgenomen. “De financiële middelen staan onder druk. Dit kan soms leiden tot lastige dilemma’s. Maar ook in goede tijden is er altijd een afweging tussen wat je wilt voor cliënten en wat financieel haalbaar is.”
Verbinding zoeken Om cliënten geen tehuisgevoel maar een thuisgevoel te geven, zoekt ’s Heeren Loo constant de verbinding op. Wat wil die cliënt nu eigenlijk? En welk mens schuilt er achter ‘die cliënt’? Want ieder mens is uniek. Dit betekent: goed nadenken, kijken naar de gedragingen, behoeften en mogelijkheden van de cliënt. Het is belangrijk om met de architect en het zorgteam in kaart te brengen voor wie je bouwt en welke zorg je er wilt geven. En soms zelf met behulp van specialisten. Om zo nog meer inzicht te krijgen in de belevingswereld van cliënten. Gebouwen nieuwe stijl Op diverse terreinen van ’s Heeren Loo verrijzen prachtige nieuwe gebouwen. In Noordwijk bijvoorbeeld, waar diverse dagbestedingslocaties in De Duinzone zijn genomineerd voor de Hedy d’Anconaprijs. Een prijs voor excellente zorgarchitectuur. Gebouwen waar architectuur en zorg hand in hand gaan. Achter de mooie buitenkant van een gebouw zit een overtuiging. Een pedagogievrije ruimte, waar de cliënt even tot zichzelf kan komen, zonder dat een medewerker meekijkt. Gesloten hofjes om cliënten een beschermde omgeving te bieden. Ruimten die flexibel kunnen worden ingezet. Drempels in plaats van traditionele beschermende hekken. Zoveel mogelijk wegblijven van het opgesloten karakter van gebouwen. Op zo’n plek voelt de cliënt zich daadwerkelijk thuis.
Bianca Baal
Tien bouwstenen voor ontwikkeling en herontwikkeling Om te borgen dat de zorgvisie bij elk bouwproject centraal staat, formuleerde het Vastgoedbedrijf tien uitgangspunten voor ontwikkeling en herontwikkeling van gebouwen. 1. Thuis. We bouwen een gezellig, warm thuis voor cliënten. 2. Zorg te gast. De zorg is te gast in de woning van de cliënt. Iemand die te gast is, belt of klopt eerst aan en vraagt of hij mag binnenkomen. 3. Eigen plekje. Een cliënt heeft een plek van en voor zichzelf, onherkenbaar voor de toeziende blik van medewerkers, waar de cliënt zelf kan bepalen wie binnen mag komen. 4. Groepsgrootte. We bouwen voor maximaal zes personen. Alleen met gegronde reden kan hiervan worden afgeweken. 5. Sanitair. Iedere cliënt beschikt over een eigen douche/bad en toilet. 6. Keuken. Elke woning heeft een keuken, zodat cliënten de bereiding van maaltijden op zijn minst kunnen meebeleven. 7. Huiskamer. Elke groepswoning heeft een gezamenlijke ruimte, waar cliënten elkaar en hun bezoek kunnen ontmoeten. 8. Buiten. Iedere cliënt beschikt over buitenruimte, al dan niet privé. 9. Omgeving. Nieuwe locaties ontwikkelen we in een levendige ruimte die uitnodigt tot contact en ontmoeten. We zijn open, leuke buren in een leuke, gezellige buurt. 10. Variatie. We realiseren een grote variëteit aan woningen, zodat cliënten die zich ontwikkelen na verloop van tijd wellicht naar een ander type woning kunnen doorgroeien.
amen
02 2012
amen
verwantenblad van ‘s Heeren Loo
02 2012 19
verwantenblad van ‘s Heeren Loo
Van AWBZ naar Wmo
“Een andere kijk op zorg”
Gewoon ongewoon
De zorg staat al enige tijd onder druk. De Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten
die hem voor de voeten lopen. En dan de
(AWBZ) dreigt onbetaalbaar te worden. Dat brengt allerlei ontwikkelingen met
voor hem niet. Naar het dorp voor een bood-
zich mee, zowel landelijk als in je eigen gemeente. De manier waarop de samenleving
van jongs af aan. Als ik alleen in de supermarkt
COLUMN
18
Tom houdt niet van winkelen. Al die mensen
winkels in om alleen maar te kijken. Dat hoeft
schap vindt hij prima. Hij gaat vaak mee, al
ben, vraagt ik waar hij is. Tom valt op in het
naar zorg kijkt en de wijze waarop zorg wordt verleend, verandert in snel tempo.
dorp. Hij maakt graag een praatje met iedereen
Niet langer het aanbod is bepalend, maar de vraag van de cliënt staat centraal.
en is ontwapenend eerlijk. Wat wij denken,
zegt hij. Ook met zijn ambulante begeleider
Eén van de stappen die de overheid zet, is het schrappen van begeleiding, vervoer en kortdurend verblijf uit de AWBZ. Deze diensten komen te vallen onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en worden uitgevoerd door de gemeenten. Wat betekent dit voor cliënten van ’s Heeren Loo Zorggroep?
Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)
maakt hij vaak een rondje. Hij eet bij de bakker een pizzabroodje of kijkt bij de
• Dekt alle medische kosten die niet onder de zorgverzekering vallen en die door bijna niemand op te brengen zijn. Het is een verzekerd recht. • De verschillende soorten zorg geregeld in de AWBZ zijn Persoonlijke Verzorging, Verpleging, Behandeling, Verblijf en tot 1 januari 2013 Begeleiding, Kortdurend Verblijf en Vervoer.
in de supermarkt. Tom kijkt gelijk of hij Ali
Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
voor hem is Ali ook zijn vriend. Hij begroet Ali
boekhandel in de voetbalblaadjes.
Het is woensdag en Tom is vrij. We zwemmen altijd en daarna is er tijd voor een boodschap
ziet, want Ali zegt dat Tom zijn vriend is, dus
p 1 januari 2013* worden de extramurale begeleiding, vervoer en kortdurend verblijf geschrapt uit de AWBZ. De gemeenten nemen de uitvoering over. Het gaat hier om diensten aan mensen die minder zelf redzaam zijn, waardoor ze er niet goed in slagen om mee te doen in de samenleving. Van ondersteuning thuis, op het werk- en de dagbesteding tot hulp binnen het onderwijs of logeren. Het doel van de Wmo is om mensen zo lang mogelijk zelfstandig te laten wonen. Dit kan bijvoorbeeld met dienstverlening in de vorm van huishoudelijke hulp, aanpassingen aan de woning, maaltijdverzorging of informatie en advies. De Wmo-gedachte is gestoeld op maatschappelijke betrokkenheid en zelfredzaamheid: eerst zelf doen, dan eventueel mantelzorg, vrijwilligers en als dat niet voldoende biedt, dan professionele hulp.
O
Compensatieplicht De gemeente heeft een bepaalde mate van vrijheid in de uitvoering van de Wmo. De overheid stelt de kaders vast, maar iedere gemeente mag zelf regels opstellen over welke voorzieningen ze aanbiedt en aan
welke voorwaarden iemand moet voldoen om in aanmerking te komen voor een voorziening. Gemeenten moeten zich echter wel houden aan de compensatieplicht. Dit houdt in dat de zorgvraag goed beantwoord moet worden. De gemeente bepaalt ook met welke zorgaanbieders zij samenwerkingsverbanden aangaan. De ene gemeente zal met meerdere zorginstellingen in zee gaan, een andere gemeente kiest voor een langdurige samenwerking met één organisatie. Keukentafelgesprek Voor veel cliënten van ’s Heeren Loo is het Wmo-loket van de gemeente in de toekomst het eerste aanspreekpunt bij een nieuwe ondersteuningsvraag. Tijdens het zogenaamde keukentafelgesprek brengt een Wmo-deskundige de hulpvraag samen met de cliënt en/of de vertegenwoordiger in kaart. Deze vraag is het uitgangspunt, niet langer het aanbod. Het gaat niet langer om het leveren van activiteiten, maar om het gewenste resultaat. Bij het onderzoeken van oplossingen zal een gemeente ook kijken naar wat iemand zelf en wat mensen in de directe omgeving, bijvoorbeeld familieleden, kunnen doen om moeilijkheden te
compenseren. Als dit niet voldoende oplossingen biedt, komen de collectieve en individuele voorzieningen in beeld. Meedenken in oplossingen Komend jaar staat in het teken van belangrijke veranderingen. Veranderingen die een omslag vergen in denken en doen. ’s Heeren Loo ziet de overgang naar Wmo als een kans en niet als een bedreiging en zoekt daarom zoveel mogelijk het contact en de samenwerking op met gemeenten. ’s Heeren Loo Zorggroep wil een betrouwbare en deskundige partner voor gemeenten zijn, die meedenkt en oplossingen biedt. Daarnaast gaan we het gesprek aan met andere zorgaanbieders. We hebben elkaar nodig om samen oplossingen te bieden aan gemeenten en cliënten. Met als uiteindelijke doel: onze kwaliteit van dienstverlening in stand houden, zodat cliënten bij ’s Heeren Loo Zorggroep goede ondersteuning blijven ontvangen.
• Zorgt ervoor dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en mee kunnen doen in de samenleving. Het is geen verzekerd recht, er is wel sprake van compensatieplicht. • Maatschappelijke ondersteuning op lokaal niveau.
Tom een praatje met Herman de caissière.
“Ben jij er volgende week woensdag ook?”, vraagt Tom.
“Nee”, antwoordt Herman, ”dan ben ik jarig.”
Extramurale begeleiding
Je ziet Tom denken: “Ik ben dinsdag jarig”,
• Begeleiding aan mensen met een beperking die thuis wonen (maar ook vervoer dat daarmee samenhangt en kortdurend verblijf)
zegt hij.
Herman vraagt: “En hoe oud word je dan?”
“22”, zegt Tom, en gelijk er achteraan: “en jij?” Even is het stil. Er klinkt gelach op van
Belangrijke data
mensen die in de rij achter ons staan.
“Die vraag kan ik verwachten”, zegt Herman, “ik word 47, wel wat ouder dan jij.”
Als we de winkel uitlopen, wensen ze elkaar
Vanaf 1 jan. 2013
In het jaar 2013
Vanaf 1 jan. 2014
Nieuwe cliënten met een (extramurale) begeleidingsvraag, bijkomende vervoersvragen en/of kortdurend verblijf kunnen bij de gemeente een beroep doen op de Wmo. Cliënten waarvan de bestaande AWBZ-indicatie voor bovenstaande vragen in 2013 wijzigt, kunnen bij de gemeente een beroep doen op de Wmo. Alle cliënten kunnen voor extramurale begeleiding, vervoer en kortdurend verblijf bij de gemeente een beroep doen op de Wmo.
een fijne verjaardag toe. En ik? Ik loop die dag met een glimlach rond. Van zulke
momenten word ik zo blij.Dat hij een glimlach op het gezicht van mensen kan toveren door gewoon ongewone vragen te stellen. Tom mag zijn gewoon zoals hij is.
Margreet werkt bij ’s Heeren Loo en is
getrouwd met Willem. Samen hebben ze vijf kinderen, waarvan Tom (20) en
Bianca Baal
* Door de val van het kabinet is nog onduidelijk hoe en wanneer de uitvoering plaats zal vinden..
en we lopen verder. Spreken doen ze elkaar
niet, want Ali heeft pauze. Bij de kassa begint
Meer weten? Voor meer informatie kunt u contact opnemen met een aandachtsfunctionaris Wmo bij u in de regio. Bianca Baal
Lianne (13) nog thuis wonen. Tom
heeft een verstandelijke beperking en een autistische stoornis.