vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval
controleprotocol sorteerders
2
V1.0 19/1/15
Inhoud 1.
Inleiding
4
1.1
Achtergrond controleprotocol
4
1.2
Scope controleprotocol sorteerders
4
1.3
Opzet controleprotocol
4
2.
Criteria controleprotocol sorteerders
5
2.1
Vergoedingscriteria
5
2.2
Vastlegging aanvullende relevante informatie
5
3.
Proces controleprotocol sorteerders
6
3.1
Voorbereiding
6
3.2
Tijdens de controle
6
3.3
Na de controle
7
3.4
Algemeen
7
Bijlage A.
Rapportageformulier
9
Bijlage B.
Kwaliteitsformulieren
11
Bijlage B1
Kwaliteitsformulier PET
13
Bijlage B2
Kwaliteitsformulier PE
15
Bijlage B3
Kwaliteitsformulier PP
17
Bijlage B4
Kwaliteitsformulier Folie
19
Bijlage B5
Kwaliteitsformulier EPS
21
Bijlage B6
Kwaliteitsformulier Gemengde kunststoffen (͂mix̓)
23
Bijlage C.
V1.0 19/1/15
Kunststof verpakkingen
25
3
1.
Inleiding
1.1
Achtergrond controleprotocol
Vanaf 1 januari 2015 zijn de Nederlandse gemeenten verantwoordelijk voor de keten van inzameling, eventuele op- en overslag, sortering en vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval. Daarvoor krijgen gemeenten vergoedingen van de stichting Afvalfonds Verpakkingen. Om voor vergoeding in aanmerking te komen, declareren gemeenten het door of in opdracht van hen gerecyclede materiaal bij Nedvang in Wastetool. Voor de uitvoering schakelen gemeenten veelal derde partijen in. 1.2
Scope controleprotocol sorteerders
Dit protocol betreft controles bij de partij die het kunststofverpakkingsafval sorteert in kunststofsoorten die daarna aan recyclers worden geleverd. Het controleprotocol richt zich op het door deze sorteerder uitgesorteerde materiaal, verder in dit protocol ook aangeduid als de ¶output·. Gecontroleerd wordt of dit materiaal voldoet aan afgesproken vergoedingscriteria. Zie voor deze criteria hoofdstuk 2. Een gemeente kan de output van een sorteerder pas declareren als deze daadwerkelijk aan een recycler is aangeleverd. Dit is tijdens de controle bij een sorteerder niet te beoordelen. 1.3
Opzet controleprotocol
Hoofdstuk 2 van dit protocol beschrijft de criteria die binnen de scope van dit controleprotocol vallen. In hoofdstuk 3 wordt het proces van een controle beschreven. Vervolgens bevatten de bijlagen van dit protocol het rapportageformulier, inclusief onderliggende formulieren, die gebruikt worden om waarnemingen tijdens een controle vast te leggen en te rapporteren. De opzet van eerdere onderzoeken zijn de basis van dit controleprotocol, dat doorontwikkeld zal worden op basis van de ervaringen in de eerste maanden van 2015. De controle wordt uitgevoerd door KIWA, ten einde de transparantie en onafhankelijkheid van de controle te waarborgen. KIWA stelt het controleprogramma vast in samenspraak met Nedvang. In het eerste kwartaal van 2015 worden alle sorteerders tenminste één maal per maand bezocht. De frequentie kan daarna aangepast worden, afhankelijk van het niveau van het operationele kwaliteitssysteem bij de sorteerder, en de resultaten van de eerste controles.
4
V1.0 19/1/15
2.
Criteria controleprotocol sorteerders
2.1
Vergoedingscriteria
De afgesproken vergoeding in euro per ton wordt uitgekeerd voor 1.
gerecycled
2.
kunststofverpakkingsafval
3.
afkomstig van huishoudens
4.
dat voldoet aan de afgesproken kwaliteitseisen1.
Om voor vergoeding onder de Raamovereenkomst 2013 ² 2022 in aanmerking te komen, moet aan al deze criteria worden voldaan. De in de tekst hieronder onderstreepte criteria maken onderdeel uit van dit controleprotocol sorteerders. 1.
Gerecycled
Of het gecontroleerde materiaal daadwerkelijk aan een recycler is geleverd, is niet bij de sorteerder vast te stellen. Dit criterium valt daarom buiten de scope van dit protocol. 2.
x
Kunststofverpakkingsafval
Op het criterium kunststof wordt gecontroleerd middels een visuele inspectie en apparatuur zoals een NIR scanner.
x x
Bij de beoordeling of het daadwerkelijk verpakkingen betreft, wordt de lijst in Bijlage C gebruikt. Op het criterium afval is het van belang dat de verpakkingen daadwerkelijk gebruikt zijn, en bijvoorbeeld geen productieafval betreffen. 3.
Afkomstig van huishoudens
Bij de beoordeling of het kunststofverpakkingsafval afkomstig is van huishoudens, wordt gekeken naar objecten waarvan aannemelijk is dat ze bedrijfsmatig afval zijn, en waarvan omvang en frequentie gerede twijfel geven over de huishoudelijkheid ervan of over de herkomst uit gemeentelijke inzameling. 4.
Dat voldoet aan de afgesproken kwaliteitseisen.
De controle op de kwaliteitseisen valt uiteen in twee onderdelen. Eerste criterium is dat het materiaal aan de afgesproken DKR-specificaties voldoet. Tweede criterium is dat de output uit minimaal 45% monostromen bestaat. Dit wordt beoordeeld over de periode van een kalenderjaar voor al het door een gemeente gedeclareerde kunststof verpakkingsafval. Controle op dit criterium valt daarom buiten de scope van dit protocol. 2.2
Vastlegging aanvullende relevante informatie
Naast deze specifieke criteria zal de controle eveneens aanvullende informatie verzamelen en vastleggen. Deze informatie wordt gebruikt om eventuele trends te kunnen ontdekken over de relatie tussen de inzamelmethodiek (bv PMD inzameling, nascheiding) en de kwaliteit van de output. Dit betreft informatie over x
het inzamel- en aanleversysteem;
x
processen, voorzieningen en kwaliteitsborging, waaronder een eigen (intern) auditsysteem bij de sorteerder. 1 Zie http://www.nedvang.nl/uploads/Toelichting_vergoedingsafpraken_kunststof.pdf
V1.0 19/1/15
5
3.
Proces controleprotocol sorteerders
3.1
Voorbereiding 1.
De sorteerder maakt zich het protocol eigen.
2.
De sorteerder benoemt een contactpersoon en maakt deze bekend, inclusief bereikbaarheidsgegevens (telefoon, e-mail) via
[email protected].
3.
KIWA brengt de contactpersoon op de hoogte van de specificaties waaraan de door de sorteerder ter beschikking te stellen controleruimte en apparatuur moeten voldoen en welke middelen beschikbaar moeten zijn. De benodigde voorzieningen bestaan uit een NIR-scanner, een balans op 100 gram nauwkeurig voor de controle, de beschikbaarheid van mensen en middelen (bv. een heftruck, bakken, sanitair) om monsters en balen naar en van de controleruimte (zie hieronder 3.2.1. punt 3) te brengen.
4.
Controles kunnen door KIWA aangekondigd en onaangekondigd worden uitgevoerd. In beide gevallen zorgt de sorteerder ervoor dat de voorzieningen voor de inspecteurs op orde zijn.
5.
Voor vragen omtrent productie, procedures, planning en dergelijke, kunnen de inspecteurs terecht bij de contactpersoon (lees ook: of zijn vervanger)
6.
De contactpersoon brengt bij aankondiging de inspecteur van KIWA op de hoogte van de beschikbaarheid van huishoudelijk verpakkingsafval.
7.
Productiestops worden in alle gevallen door de sorteerder aan de inspecteurs van KIWA gemeld via
[email protected].
3.2
Tijdens de controle
3.2.1
Start
1.
De inspecteurs van KIWA melden zich bij de contactpersoon (per telefoon of receptie).
2.
Zij kunnen zich bij hun contactpersoon identificeren als inspecteur van KIWA.
3.
De contactpersoon wijst KIWA een controleruimte toe waar de controles uitgevoerd kunnen worden. Deze ruimte beschikt over de onder 3.1 punt 3 genoemde meetapparatuur, is schoon en kan afgesloten worden.
4.
De contactpersoon brengt de inspecteurs op de hoogte van de bij de sorteerder geldende
5.
De contactpersoon brengt de inspecteurs op de hoogte van eventuele speciale
6.
De inspecteurs geven aan waar (in de lijn of als finale output/baal) zij welke monsters willen
7.
KIWA brengt de contactpersoon op de hoogte van de duur van de controle (1 of 2 dagen).
veiligheidsprocedures en ²regels. omstandigheden (bv andersoortig materiaal, verbouwingen). nemen. De contactpersoon faciliteert de monsterneming.
3.2.2 1.
Uitvoering De inspecteurs hebben onder begeleiding van de sorteerder vrij toegang tot de locatie om hun taak goed te kunnen uitvoeren (bv. monsterneming, of toezicht daarop, het bekijken van het sorteerproces e.d.).
2.
Het door de inspecteurs gewenste materiaal wordt naar de controleruimte gebracht. De
3.
De inspecteurs nemen daarvan een monster (kan 100% van het materiaal zijn) en identificeren
sorteerder stelt daarvoor onder 3.1 punt 3 genoemde mensen en middelen ter beschikking. het monster (naam, datum e.d.).
6
V1.0 19/1/15
4.
De inspecteurs meten de criteria zoals beschreven in hoofdstuk 2 en leggen de resultaten vast in een rapportageformulier, eventueel aangevuld met fotomateriaal of andere aanvullende documentatie.
5.
Op aangeven van de inspecteurs worden door de sorteerder delen van of het gehele materiaal van de monsterneming bewaard.
3.2.3
Afronding
1.
KIWA licht de contactpersoon in over het afronden van de controle.
2.
De KIWA inspecteurs laten de controleruimte achter zoals aangetroffen.
3.
KIWA beantwoordt eventuele vragen van de contactpersoon over de uitgevoerde controle.
4.
Dit afrondende gesprek wordt opgenomen in de rapportage.
5.
Vragen waarop de inspecteurs geen antwoord kunnen geven, kunnen gericht worden aan Nedvang via
[email protected].
3.3
Na de controle 1.
KIWA rapporteert aan Nedvang.
2.
Rapportage vindt schriftelijk plaats, onderbouwd, waar nodig, met IRWR·Vof ander aanvullende
3.
Nedvang verstrekt aan de sorteerder een kopie van het rapport over de uitgevoerde controle.
documentatie. 4.
Nedvang bespreekt de rapporten met de sorteerders.
5.
In de rapportage worden vermeld waarnemingen betreffende de onder hoofdstuk 2 genoemde criteria en de bevindingen betreffende de aanvullende informatie (inzamelsysteem, kwaliteit- en auditsysteem).
3.4 x
Algemeen
De KIWA inspecteurs beantwoorden eventuele vragen van de contactpersoon over de controle, voor zover binnen hun mogelijkheden.
x
De KIWA inspecteurs houden zich aan de bij de sorteerder geldende veiligheidsprocedures en ²regels.
x
KIWA medewerkers zijn verplicht tot geheimhouding tegenover derden over alle gegevens waarvan zij kennis nemen als gevolg van de uitvoering van inspectiewerkzaamheden, uitgezonderd wettelijke verplichtingen.
x
De contactpersoon stelt de benodigde informatie beschikbaar aan en beantwoordt vragen van de inspecteurs.
x
De sorteerder kan eigen waarnemingen en bevindingen laten opnemen in het rapportageformulier.
V1.0 19/1/15
7
8
V1.0 19/1/15
Bijlage A.
V1.0 19/1/15
Rapportageformulier
9
10
V1.0 19/1/15
Bijlage B.
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulieren
11
12
V1.0 19/1/15
Bijlage B1
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulier PET
13
14
V1.0 19/1/15
Bijlage B2
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulier PE
15
16
V1.0 19/1/15
Bijlage B3
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulier PP
17
18
V1.0 19/1/15
Bijlage B4
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulier Folie
19
20
V1.0 19/1/15
Bijlage B5
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulier EPS
21
22
V1.0 19/1/15
Bijlage B6
V1.0 19/1/15
Kwaliteitsformulier Gemengde kunststoffen ¶PL[·
23
24
V1.0 19/1/15
Bijlage C.
Kunststof verpakkingen
Als leidraad voor wat een verpakking is, geldt dat het artikelen betreft die voldoen aan de definitie van verpakkingen, zie ook http://www.afvalfondsverpakkingen.nl/home/verpakkingen/. Onderstaande toelichtende lijst is niet uitputtend en wordt op basis van de ervaringen tijdens de uitvoering van dit protocol geactualiseerd.
Categorie
Uitleg en voorbeelden
Flessen
Verpakking voor dranken; frisdrank, water, sappen, etc.
Flacons
Verpakking voor vloeistoffen die geen drank zijn; schoonmaakmiddel, schuurmiddel, wasmiddel, shampoo, douchegel, etc.
Overige vormvaste kunststoffen
Alle vormvaste verpakkingen die geen fles of flacon zijn: kuipjes, schalen, bekers, potjes
Flexibele verpakkingen
Folieverpakkingen als krimpfolie, zakken, draagtassen, netten
Flexibele laminaatverpakkingen
Meerlaagse folieverpakkingen: vacuuࡇmzakken, koffiepakken, vleeswaarfolie, etc.
Overige kunststof verpakkingen
Kunststof verpakkingen kunnen ook bestaan uit bijvoorbeeld zwarte kunststoffen die niet met NIR gesorteerd kunnen worden, uit verpakkingen van biopolymeren, polycarbonaat, PMMA, etc.
Kunststof niet-verpakkingen
Artikelen, zoals gebruiksartikelen en speelgoed van kunststof, die niet voldoen aan de definitie van verpakkingen. Sommige verpakkingen worden ook als product verkocht aan consumenten, bijv. bloempotten. In het afvalstadium is hiervan niet te achterhalen of deze als product of als verpakking op de markt zijn gezet. Als er tijdens controles twijfel is of deze wel of niet als verpakkingen moeten worden gezien, worden deze artikelen in het kader van dit controleprotocol gezien als verpakkingen. Bij twijfel wordt er naar de verwachte gebruiksduur gekeken. Is deze langer dan 1 jaar dan is het geen verpakking.
Niet-kunststof verpakkingen en rest
Verpakkingen en niet-verpakkingen van andere materiaalsoorten, zoals oud-papier & karton, organisch afval, metaal, glas, textiel, etc.
V1.0 19/1/15
25