vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval
nadere toelichting vergoedingsgrondslag
11/12/2014
Inhoud 1
Inleiding
3
2
Grondslag voor de vergoeding voor inzameling en sortering en voor de vergoeding voor
vermarkting
4
3
5
Nadere toelichting 3.1
De vergoedingsafspraken dienen ter invulling van verplichtingen uit het Besluit beheer
verpakkingen en papier en karton 3.2
2
5
Verpakkingsafval bestaat alleen uit verpakkingen of verpakkingsmateriaal waarop het Besluit
van toepassing is
5
3.3
5
Aandeel niet-verpakkingen
11/12/2014
1
Inleiding
In december 2012 is de Raamovereenkomst Verpakkingen 2013-2022 gesloten door het ministerie van Infrastructuur en Milieu, het verpakkende bedrijfsleven en de VNG. Onderdeel van deze afspraken is dat gemeenten vanaf 1 januari 2015 de regierol voor de inzameling en sortering van het kunststof verpakkingsafval op zich nemen. In artikel 6 en artikel 7 van de Raamovereenkomst staat beschreven hoe de vergoeding, die hier tegenover staat, tot stand moet komen. In de Werkgroep Vergoedingen, Kwaliteit en Ketenregie hebben de 3 partijen van de Raamovereenkomst vergoedingsafspraken gemaakt. Deze afspraken zijn op 3 juli 2014 op de website van Nedvang gepubliceerd en door de VNG aan haar leden voorgelegd. Die leden hebben hier vervolgens mee ingestemd. Het blijkt dat enkele partijen behoefte hebben aan een nadere toelichting op de vergoedingsgrondslag, in het bijzonder in hoeverre de vergoeding door stichting Afvalfonds Verpakkingen ook zal worden uitgekeerd voor de inzameling en sortering en voor de vermarkting van kunststof niet-verpakkingen uit huishoudens. Een grondslag voor een dergelijke vergoeding is er onder de Raamovereenkomst Verpakkingen 2013 – 2022 niet. In dit document wordt dit verder toegelicht. Als zodanig moet dit document gezien worden als een nadere toelichting op de hiervoor genoemde vergoedingsafspraken.
11/12/2014
3
2
Grondslag voor de vergoeding voor inzameling en sortering en voor de vergoeding voor vermarkting
De afgesproken vergoeding in euro per ton wordt uitgekeerd voor 1. 2. 3. 4.
gerecycled kunststofverpakkingsafval afkomstig van huishoudens dat voldoet aan de afgesproken kwaliteitseisen.
Om voor vergoeding onder de Raamovereenkomst 2013 – 2022 in aanmerking te komen, moet aan al deze criteria worden voldaan. Deze criteria maken daarom ook onderdeel uit van het controleprotocol. Verpakkingsafval is conform het Uitvoeringsprotocol Huishoudens (Bijlage G) - waar de gemeenten via de Raamovereenkomst Verpakkingen en hun Deelnemersovereenkomst met Nedvang aan gebonden zijn - gedefinieerd als “afgedankte Verpakkingen of verpakkingsmateriaal waarop het Besluit van toepassing is met uitzondering van zwerfafval” Uit het voorgaande volgt dat gerecycled kunststof afval afkomstig van huishoudens dat geen verpakkingsafval is, niet voor vergoeding in aanmerking komt, ongeacht of dat afval al dan niet voldoet aan de afgesproken kwaliteitseisen (DKR-specificaties).
4
11/12/2014
3
Nadere toelichting
3.1
De vergoedingsafspraken dienen ter invulling van verplichtingen uit het Besluit beheer verpakkingen en papier en karton
Zoals blijkt uit overweging 1 van de Raamovereenkomst Verpakkingen 2013 – 2022 zijn de in die Raamovereenkomst Verpakkingen opgenomen afspraken gemaakt in het licht van (de uitvoering van) de producentenverantwoordelijkheid voor verpakkingen, zoals vastgelegd in het Besluit beheer verpakkingen en papier en karton (“het Besluit1”). Uit hoofde van artikel 2 van het Besluit dient de producent of importeur – kort gezegd – zorg te dragen voor de gescheiden inname of de inname en nascheiding van door hem in Nederland op de markt gebrachte verpakkingen en komen de kosten hiervan voor zijn rekening, tenzij dit als bedrijfsafval vrijkomt. Meer specifiek hebben vergoedingsafspraken voor kunststof verpakkingen betrekking op de vergoeding voor de ketenregie voor kunststof verpakkingsafval die per 1 januari 2015 bij gemeenten komt te berusten (artikel 8 lid 1 Raamovereenkomst Verpakkingen): “Gemeenten faciliteren het verpakkende bedrijfsleven bij het invullen van hun verantwoordelijkheid voor kunststof verpakkingsafval op grond van het Besluit.” De vergoedingsafspraken moeten dan ook binnen voornoemd kader worden uitgelegd: stichting Afvalfonds Verpakkingen betaalt aan gemeenten een vergoeding voor de inzameling en het realiseren van hergebruik van kunststof verpakkingen waarvan huishoudens zich ontdoen. Op die manier wordt door stichting Afvalfonds Verpakkingen invulling gegeven aan de verplichting uit hoofde van artikel 2 lid 1 en 2 van het Besluit met betrekking tot kunststof verpakkingsafval uit huishoudens. 3.2
Verpakkingsafval bestaat alleen uit verpakkingen of verpakkingsmateriaal waarop het Besluit van toepassing is
De definitie van het begrip verpakkingsafval in het Uitvoeringsprotocol Huishoudens (zoals hiervoor geciteerd) is – zoals volgt uit het Besluit en de Raamovereenkomst Verpakkingen - gericht op verpakkingen en verpakkingsmateriaal en niet op niet-verpakkingen. Artikel 9 Raamovereenkomst Verpakkingen, waar in de systematiek van de vergoeding is vastgelegd, sluit eveneens aan bij het Besluit. In de eerste twee leden van artikel 9 zijn voor onder meer de materiaalsoort kunststof de te behalen hergebruikpercentages verpakkingen vastgelegd en in het derde lid van artikel 9 is bevestigd dat die hergebruikpercentages ook in het Besluit zullen worden opgenomen. De betaling van de vergoeding in de daarop volgende leden 5 tot en met 7 is onlosmakelijk verbonden met het realiseren van dat hergebruik. De uit te keren vergoeding overeenkomstig de leden 5 tot en met 7 van artikel 9 – heeft dus slechts betrekking op hergebruik van verpakkingen en niet op hergebruik van niet-verpakkingen. 3.3
Aandeel niet-verpakkingen
Het komt in de praktijk voor dat verpakkingsafval in bepaalde mate vermengd is met ander afval, zoals niet-verpakkingsmateriaal. Conform het Besluit dient uitsluitend te worden gerapporteerd over (het hergebruik van) verpakkingen en niet over afval bestaande uit niet-verpakkingen. Indien verpakkingsafval vermengd is met ander afval (bijvoorbeeld een bepaalde hoeveelheid nietverpakkingen) dan dient hiervoor gecorrigeerd te worden. In het Basisdocument monitoring
1
met ingang van 1 januari 2015 wordt het Besluit vervangen door het Besluit Beheer verpakkingen 2014. Ten
aanzien van de vergoedingsafspraken als genoemd in deze nadere toelichting brengt dit voor gemeenten inhoudelijk geen wijzigingen met zich mee
11/12/2014
5
verpakkingen (2013-2022) Versie 1.0, augustus 2013 is daarover onder meer het navolgende bepaald (pagina 50/51): Voor de meeste verpakkingsmaterialen geldt dat deze stromen in de afvalfase een mengsel zijn van verpakkingen en niet-verpakkingen. Omdat het voor het Besluit uitsluitend gaat over verpakkingen dient er bij voorkeur zo vroeg mogelijk in de keten op partijniveau helder te worden wat het aandeel verpakkingen in een bepaalde partij is. (…)
Dit aandeel verpakkingen varieert tussen 0% en 100%. Als het in de praktijk niet mogelijk is om elke partij hierop te scoren, dan zal er een driedeling aangebracht moeten worden in aandelen verpakkingen: 0%, 100% of een mengvracht. De 0% en 100% zijn veelal op basis van de ontdoener in te schatten en in de praktijk te toetsen. Voor de mengvrachten (met een aandeel verpakkingen tussen 0 en 100%) kan met een kental (bijvoorbeeld per ontdoener) gewerkt worden. Zie ook bijlage 4 voor het gebruik van aannames, waaronder kentallen. (…)
Voor het totaal aan verpakkingen is het van belang alleen die stromen mee te nemen waarvan vast is komen te staan dat het ook daadwerkelijk om verpakkingen gaat. Bij twijfel dient een partij als 0% verpakkingen geclassificeerd te worden in de administratie van het (afval)bedrijf.
Uit het voorgaande volgt dat de rapportages over de verwerking van verpakkingsafval - zowel voor het bepalen van de uit te keren vergoeding, als voor de betrouwbaarheid en transparantie van de verslaglegging - betrekking moeten hebben op verpakkingen. Indien het kunststof verpakkingsafval een bepaalde mate van niet-verpakkingen bevat, dienen de door de gemeente en/of het afvalbedrijf op te geven hoeveelheden daar derhalve voor te worden gecorrigeerd. Het gaat bij (de verwerking van) het Nederlandse kunststof verpakkingsafval afkomstig uit huishoudens om een groot volume en de daarmee samenhangende logistiek. Het is daarom – zoals bedoeld in bovengenoemde tweede bullit uit het Basisdocument – voorstelbaar dat het in de praktijk niet mogelijk is van elke partij gerecycled huishoudelijk kunststof verpakkingsafval vast te stellen of dit een aandeel niet-verpakkingen bevat en hoe groot dit aandeel is. In het Basisdocument Monitoring Verpakkingen is (zie het citaat hierboven) beschreven dat in dat geval met kentallen kan worden gewerkt, een en ander conform Bijlage 4 bij het Basisdocument. Dit betekent kort gezegd dat er op basis van aannames en ervaringscijfers zo nauwkeurig mogelijk zou moeten worden vastgesteld welk aandeel de nietverpakkingen gemiddeld genomen uitmaken van het gerecyclede kunststof verpakkingsafval afkomstig uit huishoudens. Zo vastgestelde representatieve kentallen zouden dan in de praktijk kunnen worden gehanteerd om te corrigeren voor het aandeel niet-verpakkingen. Op dit moment is nog onvoldoende informatie beschikbaar om te bepalen of het noodzakelijk of wenselijk is om kentallen te gebruiken en – zo ja – om deze dan ook daadwerkelijk vast te stellen voor het aandeel niet-verpakkingen in het gerecyclede huishoudelijk kunststof verpakkingsafval. Daarom zal in de eerste helft van 2015 onderzocht worden welke kentallen – al dan niet per ontdoener, inzamelsysteem, of ander onderscheid – hiervoor zouden kunnen worden gebruikt. Het verpakkend bedrijfsleven en gemeenten zullen gezamenlijk de onderzoeksvragen formuleren, de onderzoeksopzet bepalen en het onderzoek (laten) uitvoeren. Daarbij staat centraal dat:
6
-
rekening moet worden gehouden met de operationele praktijk van de sortering en monitoring;
-
moet worden voldaan aan wet- en regelgeving, waaronder het Besluit en het Basisdocument.
11/12/2014
Samengevat: door stichting Afvalfonds Verpakkingen wordt alleen een vergoeding uitgekeerd indien en voor zover het gaat om: 1. 2. 3. 4.
gerecycled kunststofverpakkingsafval afkomstig van huishoudens dat voldoet aan de afgesproken kwaliteitseisen.
Voor het aandeel niet-verpakkingen in het verpakkingsafval zal geen vergoeding worden betaald door stichting Afvalfonds Verpakkingen.
11/12/2014
7