veredeling en manipulatie
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 1
21-01-2009 14:10:26
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 2
21-01-2009 14:10:26
Philip van Lelyveld
Veredeling en manipulatie Tumult rond biotechnologie in industrie, wetenschap en politiek
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 3
21-01-2009 14:10:26
In 2000 verspreidde Greenpeace posters die suggereerden dat het Zwitserse Novartis schorpioengenen in de maïs stopte. Daardoor zouden de cornflakes zo heerlijk knapperig zijn. De actie greep terug naar het jaar 1991. Ciba-Geigy combineerde toen, in samenwerking met de Universiteit van Californië en de Nehru Universiteit van New Delhi, het gen voor een schorpioenvergif met een in de natuur voorkomende ziekteverwekker, in dit geval een virus dat de naam ‘baculovirus’ draagt. Maar dat er ooit schorpioengenen in de maïs terecht zouden zijn gekomen, is wat men tegenwoordig een ‘broodje aap’-verhaal noemt.
Copyright © 2009 Philip van Lelyveld / Uitgeverij Balans, Amsterdam Van dit boek verscheen in 2008 in een speciale, niet voor de handel bestemde editie onder de titel Schorpioenen in de maïs Concept, interviews, redactie: Philip van Lelyveld, Don Croonenberg Alle rechten voorbehouden. Omslagontwerp Studio Jan de Boer, Amsterdam Boekverzorging Jos Bruystens, Maastricht Foto auteur © Julia de Boer Druk Wilco, Amersfoort isbn 978 94 600 3013 0 nur 740 www.uitgeverijbalans.nl
Uitgeverij Balans stelt alles in het werk om op milieuvriendelijke en duurzame wijze met natuurlijke bronnen om te gaan. Bij de productie van dit boek is gebruikgemaakt van papier dat het keurmerk van de Forest Stewardship Council (fsc) mag dragen. Bij dit papier is het zeker dat de productie niet tot bosvernietiging heeft geleid.
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 4
21-01-2009 14:10:26
Inhoud
Voorwoord 7 Mooi werk 9 Wijzer 11 Heerlijk om na jaren in Nederland terug te zijn 14 Wie lust er dna? 22 – Ab van Ooyen – Het wonder van BioVision 30 – Adeline Farrelly Over ideologie en de vredesmier 39 – Rio Praaning – Jaren van tumult 50 Schorpioenen in de maïs 59 – Jan Madlener – De halve waarheid en niets dan de halve waarheid 64 – Kees Noome – Mogen en de Razende Rooiers 72 – Oscar Goddijn –
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 5
21-01-2009 14:10:26
Sta op 79 – Jens Katzek – Lijn versus nuance 88 – Edith Lammerts van Bueren – Blond haar, blauwe ogen? 95 Een daverende mislukking 100 – Michiel Linskens – Als ik het opnieuw zou doen 107 Als ik het opnieuw zou doen Wie nergens heen wil, komt nergens uit 116 – Marcel Schuttelaar & Rutger Schilpzand – Denk daar maar eens over na 124 – Benny Haerlin – De uitzondering die Europa heet 134 – Feike Sijbesma – Een ongekende revolutie 142 – Johan Vanhemelrijck –
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 6
21-01-2009 14:10:26
Voorwoord
Dit boek, laten we het een milde bloemlezing noemen, geeft een impressie van het vaak tumultueuze biotechdebat zoals zich dat in Europa vanaf de jaren ’80 tot kort na de millenniumwisseling heeft afgespeeld. Vele partijen van uiteenlopende pluimage deden een duit in het zakje, ieder met zijn eigen motieven en op zijn eigen manier, zoals uit de diverse interviews die biotechprominenten op persoonlijke titel gaven duidelijk naar voren komt. Mijn voornaamste drijfveer om dit boek samen te stellen is gelegen in de verwondering over hoe het biotechnologiedebat zich in Europa heeft ontwikkeld en, minstens zo belangrijk, of we er iets mee zijn opgeschoten. Ik laat het antwoord op deze vraag graag over aan de lezer. En hoop tegelijk dat de gedachtevorming in dit boek als inspiratie kan dienen om met een frisse blik tegen de problematiek aan te kijken. Biotechnologie lijkt na enkele jaren van relatieve stilte weer teruggekeerd in het brandpunt van de maatschappelijke en politieke belangstelling – volkomen terecht wat mij betreft – en heeft ook alweer tot enige verhitting der gemoederen geleid. Graag dank ik iedereen die in woord, geschrift of anderszins heeft bijgedragen aan de totstandkoming van dit boek. Met veel mensen heb ik in de zomer van 2008 gesprekken kunnen voeren, waarvan in dit boek verslag wordt gedaan. Mijn speciale dank gaat uit naar dsm, het bedrijf waar ik vele jaren actief was en dat het mogelijk heeft gemaakt tot deze uitgave te komen. Er worden in dit boek diverse kritische noten gekraakt, ook aan het adres van de industrie. Dat heeft dsm niet belet aan dit project alle ruimte te geven, waarvoor ik het zeer erkentelijk ben. 7
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 7
21-01-2009 14:10:26
Bij het samenstellen van dit boek zijn vele verhalen verteld en werden de geheugens van betrokkenen zo nu en dan flink op de proef gesteld. Daarmee wil meteen gezegd zijn dat dit boek geen aanspraak kan maken op volledigheid of wetenschappelijke accuratesse. Dat was ook niet de bedoeling. Het doel is vanuit het perspectief van voor- en tegenstanders een levensecht beeld te scheppen van een tamelijk rumoerige periode, van ‘het gesprek’ dat op uiteenlopende toonhoogtes werd gevoerd, en van de vragen waar we eigenlijk tot op de dag van vandaag mee zijn blijven worstelen. Philip van Lelyveld
8
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 8
21-01-2009 14:10:26
Mooi werk
Passie voor de wetenschap begint met nieuwsgierigheid, met de wil om te weten hoe de wereld in elkaar zit. Die eigenschap moet in je karakter zitten, maar je hebt in je jonge jaren ook een beetje voeding en sturing nodig. Mijn vader was directeur van een natuurwetenschappelijke uitgeverij. In zijn boekenkast vond ik boeken over paleontologie, over het ontstaan van de mens, maar ook oude boeken met prachtige aquarellen van dinosauriërs. Dat prikkelde mijn fantasie. Ik denk dat mijn fascinatie voor de evolutie daar begonnen is. Philip van Lelyveld groeide op in een apotheek. Dat moet een nog veel mooiere omgeving zijn om je wetenschappelijke zinnen te prikkelen. Spannende instrumenten, donkerbruine stopflessen met geheimzinnige opschriften, allerlei poedertjes en pillen, merkwaardige luchtjes: een ‘Harry Potter’-achtige omgeving die de aangeboren nieuwsgierigheid van kinderen prikkelt. Dat is bij Philip goed gelukt. De appel is niet ver van de boom gevallen en die fascinatie voor de ‘magie’ van de wereld is hij ook nooit meer kwijtgeraakt. Tot en met Schorpioenen in de maïs, zijn boek over twintig jaar gentechdebat in Europa, dat nu voor u ligt. Philip, bedankt voor je mooie werk! Dr. Ronald H.A. Plasterk Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
9
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 9
21-01-2009 14:10:26
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 10
21-01-2009 14:10:26
Wijzer
Ik groeide op in een apotheek. Mijn moeder deed soms ouder wetse experimentjes om de binnengekomen medicijnen en grondstoffen te testen. Het mooiste vond ik het zilverspiegeltje. Met een beetje zilverzout en een vlammetje kon je controleren of grondstoffen een bepaalde werking hadden; dan ging namelijk het zilver plakken tegen de binnenkant van het glazen buisje en dan had je zo’n spiegeltje. Ooit kwam ze thuis, gefascineerd door een professor die had verteld over grote moleculen, staarten van wel honderdduizenden atomen. dna, eiwit, plastic, heel spannend. Tijdens de schoolpauzes roeide ik op de IJssel in Zutphen. De boten lagen in een klein haventje, waar het vreselijk stonk. Dat moet tolueen of een ander aromaat geweest zijn, afkomstig van een klein chemisch fabriekje. Gewoon in een jachthaventje. De industrie had de vrije hand in 1960. Naast spectaculaire vooruitgang in plastics, kunstmest, meer en beter voedsel en nieuwe medicijnen, allemaal zaken die ons leven comfortabeler maakten dan we ooit durfden dromen, gebeurden er ook de verschrikkelijkste dingen. Er werd Softenon verkocht, als slaapmiddeltje, dat samen met de onvoorziene bijwerkingen van een ander stofje leidde tot afschuwelijke afwijkingen bij baby’s. Natuurlijk was er oppositie, gelukkig wel. Toch gebeurde het in 1984, ruim twintig jaar later, dat fabrieken van Union Carbide in het Indiase Bhopal ontploften door slordig onderhoud, met duizenden doden en invaliden tot gevolg. Later deden zich ook in andere landen ongelukken voor in chemische fabrieken, met geregeld ernstige gevolgen. En dichter bij huis voor de individuele consument: men ontdekte dat spuit11
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 11
21-01-2009 14:10:26
bussen slecht zijn voor de ozonlaag. Deze ontdekking was een knappe actie van de inmiddels ontstane milieuwetenschappers. Het was ook een knappe lobbyactie om de industrie te dwingen de gassen te vervangen door alternatieven die minder of helemaal niet meer schadelijk zijn. En, eerlijk is eerlijk, de industrie deed het. Als jongen wist ik dit allemaal nog niet. Ik ging chemie studeren, biotechnologie. Machtig interessant vond ik het om te onderzoeken hoe de wereld en wijzelf in elkaar zitten. Ik werd niet teleurgesteld. Ik ging werken bij universiteiten, onderzoeksinstellingen, de overheid en ten slotte bij Gist-brocades, dat in 1998 deel werd van dsm. Toen ik bij het ministerie van Economische Zaken zat, kon ik veel bedrijven bezoeken die met moderne technieken bezig waren. Ik hoorde hun enthousiasme, hun wensdromen, hun beloftes. En dat ging niet alleen over veel geld verdienen. Steeds sprak de wens mee om dat vreselijke landbouwvergif te vervangen door iets anders. Om chemische processen schoner te krijgen. Om nieuwe medicijnen te maken. Telkens weer zag ik mijn eigen enthousiasme weerspiegeld in de ogen van mijn gesprekspartners. Dit boek kijkt terug op de afgelopen twintig jaar. Industrie en wetenschap zijn die vrije hand uit 1960 voorgoed kwijtgeraakt en ook de biotechnologen in Europa hebben dat aan den lijve mogen ondervinden. In dit boek wordt een aantal deelnemers en hoofdrolspelers van toen geïnterviewd. Die allemaal op persoonlijke titel hun visies geven, zoals ik dat ook doe. Sommige deelnemers zijn moe: ‘Ik wil gene peace,’ verzucht een collega uit Brussel. De wetenschappers willen wel vooruit, maar lijken soms nog wat beduusd na al die maatschappelijke discussie die eigenlijk al sinds eind jaren ’60 woedt. Veel industriemensen zien Amerika als het land waar wetenschap en industrie veel meer ruimte krijgen en wijzen op de groeiende kloof met het ‘oude continent’. Ondertussen wordt de aardbol steeds kleiner, lijkt het. Ener12
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 12
21-01-2009 14:10:26
gie en eten worden steeds duurder, en er zijn ook allerlei andere problemen. Toch wil iedereen gezond blijven leven. Hadden we onszelf twintig, dertig jaar geleden niet beloofd dat biotechnologie op deze gebieden een belangrijke rol zou gaan spelen? Rode biotech voor de menselijke gezondheid en medicijnen, groene voor de landbouw, en witte voor meer milieuvriendelijke productieprocessen? De beloftes van de biotech hangen nog altijd in de lucht, alsof er niets gebeurd is. Van de andere kant: er is natuurlijk heel veel gebeurd en te melden, vaak verborgen in het geheugen van deelnemers of in oude krantenknipsels. Er waren ook veel meningen, zoveel dat ze soms de feiten leken te overstemmen. Ik heb geprobeerd er orde in aan te brengen en ze te vergelijken met mijn eigen ervaringen van de afgelopen jaren. Ik oordeel zo min mogelijk. Ik ben aan dit project begonnen met het vaste voornemen om een mild boek te maken. Het lijkt alsof bedrijven tot inkeer zijn gekomen. Je kunt niet meer volstaan met geld verdienen. Je moet ook goed voor mensen zorgen, én voor het milieu. People, planet, profit. En als je dat echt vindt, maak dan ook voldoende grote stappen. Een beetje schoner produceren is niet altijd zinvol. Ontwerp processen en producten zo dat ze heel lang mee kunnen. Maak voedsel dat goed is én goedkoop. Maak effectievere medicijnen. Dat zou biotechnologie toch allemaal moeten kunnen waarmaken? Sommige mensen zeggen van niet. In dit boek vraag ik waarom niet en probeer te begrijpen waarom ze dat zeggen. Ik hoop dat we daarvan wijzer worden.
13
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 13
21-01-2009 14:10:26
Heerlijk om na jaren in Nederland terug te zijn
Fris weertje Wat is het toch heerlijk, zo’n Nederlandse heldere dag met stapelwolken, een lekker temperatuurtje en een frisse wind. Zo was het toen ik met mijn gezin in juli 1981 terugkwam uit de Verenigde Staten en landde op vliegveld Eelde. Op het asfalt stonden mijn schoonouders te wachten totdat wij, jong gezin, van het vliegtuigtrapje waren afgestapt. Fris Nederland. Zulke frisse lucht had ik node moeten missen in Cleveland, Ohio – waar aan de westzijde, prachtig zichtbaar vanuit mijn laboratorium bij ondergaande zon, de staalbedrijven stonden te roken. Dag in dag uit. Wonder Enkele jaren eerder was ik in Groningen gepromoveerd op de stofwisseling in ratten tijdens de geboorte. Fantastisch geregeld door de natuur. Of door God, wie weet. Om te groeien krijgt het kleine diertje als het nog in de baarmoeder zit, naast allerlei voedingsstoffen, voornamelijk suiker van de moeder. En dan, binnen een paar uur, schakelt het jonkie over op vet uit de moedermelk, waaruit het dan weer zijn eigen suiker maakt. Een gecompliceerde overstap met allerlei enzymen voor suikerstofwisseling – sommige van die enzymen zijn niet meer nodig, terwijl andere juist moeten worden aangemaakt. Samen zorgen die enzymen ervoor, onder regie van insuline en andere hormonen, dat zo’n wurmpje van vijf gram de afkoeling na de geboorte overleeft, drinkt en groeit. In Amerika had ik een enzym onderzocht dat een moeilijke chemische reactie mogelijk maakt in de lever van het kleintje. Het enzym moet namelijk appelzuur 14
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 14
21-01-2009 14:10:26
omzetten in druivenzuur, en dat is lastig omdat er ook een fosforatoom aan vastgemaakt moet worden – daardoor kan het druivenzuur door weer andere enzymen uiteindelijk in suiker worden omgezet. Het gen hadden we uit het dna kunnen isoleren. Vervolgens kun je weer verder kijken hoe dat gen door de insuline precies wordt aangezet om de overstap naar de moedermelk mogelijk te maken. Ik stond er paf van. Je ontrafelt een mysterie, maar echt begrijpen doe je het niet. Je moet tevreden zijn met de technische uitleg. Genetische manipulatie Nederland lonkte. Ik had vanuit Amerika diverse Nederlandse bedrijven aangeschreven. Kan ik bij jullie komen werken? Ik kreeg voorzichtige afwijzende brieven terug die mij deden twijfelen aan mezelf. Was ik wel goed genoeg? Had ik moeten proberen om meer te publiceren? Want als wetenschapper denk je dat publicaties noodzakelijk zijn voor je carrière. Maar nee, er bleek iets anders aan de hand. Er was in Nederland een moratorium op genetische manipulatie (gm). Voor het ontrafelen van mysteries was even geen gelegenheid. In plaats daarvan stond Nederland bol van de boycots, demonstraties en verboden. De ambtenarensalarissen gingen met drie procent naar beneden en een half miljoen mensen demonstreerden op het Museumplein tegen kruisraketten. Vond ik het nog steeds heerlijk om in Nederland terug te komen? Ik kreeg spijt dat ik naar Nederland was teruggekeerd, ondanks die frisse wolkenlucht in Groningen. Crimineel Ab van Ooyen, ook in Groningen gepromoveerd maar in Zü rich met de wetenschap doorgegaan, was een van de wetenschappers van het eerste uur. Hij wordt in dit boek geïnterviewd over die tijd. ‘Ik werd gezien als een halve crimineel als ik op een verjaardagsfeestje zei dat ik moleculaire biologie deed.’ 15
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 15
21-01-2009 14:10:26
De industrie gebruikte die techniek in die tijd om suikerstroop uit zetmeel te maken, om de kwaliteit van brooddeeg te verbeteren, en voor de Biotex. Een bacil met de passende naam Bacillus subtilis kun je kweken in grote vaten. Zo’n bacterie is een minifabriekje met ongeveer duizend werknemertjes, de enzymen, tot zijn beschikking om suiker af te breken, te groeien, te delen, te zwemmen en te bewegen. Deze bacterie gebruikt ook enkele enzymen om zich in de natuur te handhaven. Hij scheidt die enzymen uit om eiwitten af te breken van andere bacteriën. En die hebben daar last van omdat hun celwand uit eiwit bestaat. Wat je met dergelijke enzymen aan moet? Zulke enzymen kunnen wij in de wasmachine gebruiken om onze overhemden schoon te krijgen. En zo geschiedde. De industrie isoleerde het gen voor het desbetreffende enzym, plakte het honderd keer achter elkaar en plaatste het weer terug in dezelfde bacil met de mooie naam. Door deze aanpak maakt de bacil een voldoende grote hoeveelheid bruibare enzymen. En betaalbaar. Zonder deze methode zouden de vaten waarin de bacteriën worden gekweekt vreselijk groot worden en het enzym peperduur. Maar inderdaad, dit is allemaal genetische manipulatie. Veel mensen vinden dat niet prettig. Niet prettig? Doodeng! Genetische manipulatie werd en wordt eng gevonden. Aan voorbeelden daarvan is geen gebrek, en de gevolgen logen er vaak ook niet om. De Duitse firma Hoechst wilde begin jaren tachtig een proeffabriek bouwen in Duitsland voor de fabricage van insuline door bacteriën. Die fabriek heeft jaren leeggestaan en is nooit tot productie gekomen vanwege de protesten van omwonenden en actiegroepen. Een daarvan was bund, de Duitse tak van Friends of the Earth. Jens Katzek, waar we voor dit boek een goed gesprek mee voerden, had zich na zijn biochemiestudie bij hen aangesloten. Hij verhaalt over zijn vroege opvattingen over genetische modificatie, hoe hij geleidelijk los16
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 16
21-01-2009 14:10:26
raakte van de actiegroep en een opmerkelijke overstap maakte naar de industrie. Nog altijd wordt Katzek door sommigen als een verrader beschouwd. En om nog even op die bacteriën en de insuline terug te komen: ze werden uiteindelijk wel geaccepteerd, maar er ging een zware strijd aan vooraf en Hoechst heeft het er uiteindelijk niet mee gered. Insuline wordt nu al jaren gemaakt in precies zo’n fabriek als die van Hoechst, maar dan door andere bedrijven. Veel wetenschappers, ik ook, vinden dat een goede situatie. Waarom? Als je vandaag de dag insuline op de traditionele manier zou maken, dan zouden daarvoor vijfhonderd miljoen varkens per jaar nodig zijn. Bovendien is met de moderne productiemethode de kwaliteit van dit middel voor suikerziekte veel beter. De olie-eter Het was begin jaren ’80. Ik zat in Groningen en ging bacteriën manipuleren. In de natuur komt een bacterie voor die olie eet. Olie is een natuurlijke stof. De natuur zou de natuur niet zijn als er niet een of ander organisme zou wezen dat die olie kon eten. En die bacterie is er inderdaad, oleovorans, de olie-eter. Hij kan van olie stoffen maken waar de mens wat aan heeft. Na enkele jaren hard werken hadden we in Groningen het alkoperon in handen. Een mooie naam die precies aangeeft wat het doet. Het is een groep genen die een hele operatie uitvoert met alkanen, olie dus. De pineut Collega-wetenschapper Ab van Ooyen was niet helemaal gerust op de veiligheid van wat hij en zijn collega’s deden, in de jaren ’70. ‘We deden toch maar een labjas aan, weet je. Voordien rookten we gezellig in het lab en als er iemand jarig was, dan aten we een gebakje. Maar als er iets misging dan wist je toch wel dat je zelf het eerst de pineut was.’ Die enigszins luchthartige benadering werd niet door ieder17
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 17
21-01-2009 14:10:26
een gedeeld. Er waren genoeg biochemici en genetici die vreesden dat dingen, bijvoorbeeld in een laboratorium, helemaal fout zouden kunnen gaan. In Amerika was, en is, de Food and Drug Administration alert. De fda vaardigde regels uit nadat er een vrijwillig moratorium voor de periode van één jaar was ingesteld door de wetenschappers zelf. In Europa werd veel later een moratorium ingesteld, pas in de beginjaren ’90. Zonder daar al te diep op in te willen gaan, moet toch gezegd dat het voor buitenstaanders ook allemaal niet eenvoudig te begrijpen was. Een voorbeeld. Als je met een bacterie wilde werken die normaal in je voedsel voorkomt, heb je meer vrijheden dan met bijvoorbeeld een salmonellabacterie. Daarom werkt dan ook vrijwel niemand met salmonella, tenzij het echt niet anders kan. Maar als je genen uit salmonella wilde verplaatsen naar een bacterie die normaal in voedsel voorkomt, dan liep je meteen tegen een verbod aan. Tja, eigenlijk wel logisch en duidelijk. Maar het moest allemaal goed en gedetailleerd opgeschreven worden en er waren altijd complicaties omdat twaalf Europese landen mee moesten doen. Wat in de praktijk ook onhandig was: die regels moesten per land worden uitgevoerd en gecontroleerd. Ondertussen zat men in Brussel niet stil. Er werd een tweede wet in het leven geroepen voor genetisch gemanipuleerde levende wezens die in de vrije natuur voorkomen, zoals planten en dieren. Ze hadden wel nagedacht over de aanpak. Zo was er ook een industrievertegenwoordiging nodig, want affaires zoals die met Hoechst vroegen om deugdelijke wetgeving die de industrie niet voor de voeten zou lopen. Vanuit Brussel werd toen aan de chemische branchevereniging gevraagd om een adviesgroep in te stellen, en daarmee was de Senior Advisory Group Biotechnology (sagb) een feit. Ik was er enthousiast over. In mijn eerste gesprek met Piet Strijkert van de raad van bestuur van Gist-brocades zei ik dat ook. Later ontdekte ik dat Strijkert ook in die adviesgroep zat, en ik kreeg een baan bij hem. Soms doet een mens handige dingen. 18
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 18
21-01-2009 14:10:26
De sherpa Piet Strijkert vond dat ik ook aan die adviesgroep moest deelnemen. Op een zomeravond in 1993 was ik daarvoor naar Luzern afgereisd en zat in een hotel dat mijn moeder een suikertaart genoemd zou hebben. In dat hotel gaf ik een presentatie over een kaasenzym van Gist-brocades. We zaten bij elkaar met de collega’s van Nestlé, Monsanto en Nutrasweet. Brian Ager, een voormalig Brits ambtenaar en nu secretaris-generaal van de groep, was er ook. Ik hoorde over de ervaringen met de zoetstof aspartaam, ook een biotechnologieproduct, en die leken erg veel op wat wij ook hadden meegemaakt. Heel veel aarzelingen bij afnemers in een aantal landen en zo nu en dan ook felle acties tegen biotechnologie en genetische modificatie. Daar zaten we, in dat hotel. We kregen geen plan voor elkaar en wisten niet welke kant we ermee uitmoesten. Waarmee de kant die mijn leven op zou gaan juist wel duidelijk werd. Mijn leven als sherpa was begonnen. Bazen zitten in raden van bestuur, nemen beslissingen op hoofdlijnen en voor de concrete plannen kijken ze naar de sherpa’s. Die sherpa’s zijn de secondanten, moeten steeds voor tekst en uitleg zorgen en als de plannen er eenmaal zijn, mogen ze die nog uitvoeren ook. Niet elke baas is vreselijk onder de indruk van allerlei adviesgroepen. Voor een sherpa kan dat vervelend zijn. Zonder ruggensteun van zijn of haar eigen hoogste baas dreigt isolement. Ik heb ooit eens een baas gehad die zei dat hij naar Brussel zou gaan, maar op het laatste moment liet hij via zijn secretaresse weten dat er iets anders belangrijks tussen gekomen was. Ik heb me toen, met succes, ingespannen om hem van gedachten te doen veranderen. De sagb, zo nu en dan kritisch bekeken door de industrie zelf, was wel een goede gesprekspartner voor de Brusselse ambtenarij, die werd geleid door secretaris-generaal Derek Williamson. Hij had een lastige taak. In de Europese Commissie had je felle tegenstanders van biotechnologie, vooral de milieumensen. 19
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 19
21-01-2009 14:10:26
De Commissie, destijds een paar duizend ambtenaren groot, had echter ook de ambitie om naar Amerikaans voorbeeld Europese researchfondsen in te stellen. Door de nationale brancheverenigingen erbij te halen groeide de sagb uit tot de Europese brancheorganisatie EuropaBio. Niettemin bleef het Europees, ingewikkeld dus. Gist-brocades was lid van de Nederlandse biotechassociatie Niaba en van EuropaBio. Piet Strijkert zat in de board van Gist-brocades en ik zat ik een soort uitvoerende werkgroep. Het was niet erg efficiënt. Kostprijs Wij ploeterden voort en halverwege de jaren ’90 deed zich een situatie voor die voor de nodige veranderingen zou gaan zorgen. Ik kreeg een subsidieaanvraag onder ogen voor een nieuw proces. Als Gist-brocades zouden wij mogelijk op steun vanuit Den Haag kunnen rekenen omdat een nieuw biotechnologisch productieproces veel minder CO2 uitstootte dan het traditionele proces. Niet alleen minder CO2-uitstoot, maar er waren ook minder oplosmiddelen nodig, minder water en minder andere chemicaliën. Gist-brocades ontving inderdaad de subsidie en toen de fabriek in 2001 geopend werd was minister Annemarie Jorritsma van Economische Zaken daarbij. Onze directeur Nico Gerardu vermeldde in zijn toespraak de voordelen van de nieuwe technologie en dankte de minister voor de subsidie. Gerardu durfde te zeggen dat de kostprijs van het nieuwe proces 40 procent lager was dan het vorige. Dat was opmerkelijk. Ik mocht verdedigen dat Gist-brocades genetische technieken gebruikte, maar kon daar nooit bij vertellen dat door die nieuwe technologie de kostprijs flink naar beneden ging. Klanten zouden dat horen en natuurlijk aandringen op een lagere prijs. Maar door daar niet of nauwelijks op in te kunnen gaan, en dus ook het bedrijfsmatige voordeel niet goed voor het voetlicht te kunnen brengen, bleef het biotechnologieverhaal altijd een beetje steriel. Van de andere kant, steriel verhaal of niet, we 20
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 20
21-01-2009 14:10:26
hadden het gevoel dat we op een goed spoor zaten. Een veel beter productieproces, een enthousiaste minister en bedrijfsmanagement dat er echt iets in zag. Zouden we daar niet meer mee moeten doen? Mijn nieuwe baas Feike Sijbesma, die later voorzitter van EuropaBio zou worden, zag het zitten en vroeg om een plan van aanpak. We gingen aan de slag met de verdere uitwerking en de gevolgen zouden niet mis zijn – Adeline Farrelly, destijds bij EuropaBio, vertelt er een paar bladzijdes verder meer over.
21
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 21
21-01-2009 14:10:26
Wie lust er dna? Ab van Ooyen
Na een periode van wetenschappelijk onderzoek bij het Nederlandse Kankerinstituut werkte Ab van Ooyen vele jaren bij Gist-brocades – later dsm – als senior onderzoeker genetica en later als science manager. Hij was ook hoogleraar aan de Wageningen Universiteit, waar hij toegepaste microbiële genetica doceerde. Van Ooyens inaugurale rede haalde de media omdat hij een bekertje in water opgelost dna leegdronk alvorens hij zijn lezing uitsprak. Waar signaleerde jij de eerste tekenen van zorgen in Europa? ‘Toen ik medio jaren ’70 met mijn moleculair-biologisch onderzoek begon, waren het vooral de wetenschappers zelf die zorgen hadden. De Amerikanen werkten met een systeem van vrijwillige regelgeving dat in elkaar was gezet door het National Institute of Health. In Europa wilden alle landen het wiel opnieuw uitvinden en was het heel moeizaam om proeven te doen. Gelukkig zat ik in die tijd, van 1976 tot 1980, in Zwitserland. Dat land hield zich overal buiten zodat de wetenschappelijke toppers die daar toen zaten hun gang konden gaan. De latere Nobelprijswinnaars Tonegawa en Arber zaten daarbij. Als mijn toenmalige baas een proef wilde doen met het kloneren van genen, dan overlegde hij met andere onderzoekers of ze dachten dat het kwaad zou kunnen. Op die manier ging men daar toen met de risico’s om. Wij hebben in die periode diverse wetenschappers uit Nederland op bezoek gehad die bij ons in Zwitserland proeven kwamen doen. Het was gedurende een bepaalde tijd blijkbaar vrijwel onmogelijk in Nederland om ook maar de simpelste dingen te doen. Overigens waren de on22
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 22
21-01-2009 14:10:26
derzoekers in die tijd heel voorzichtig. Walter Gilbert, ook een latere Nobelprijswinnaar, die op Harvard zat, ging naar Engeland om daar in een extreem beveiligd p4-lab van het leger onderzoek te doen naar het kloneren van insulinegenen. Dat mislukte, maar dat die man zijn toevlucht zocht tot zo’n laboratorium zegt wel wat. Men was serieus bezorgd over de risico’s. Ik was dat zelf ook. Want je wist: als er iets mis zou gaan ben je zelf als eerste de pineut.’ Ooit echt gevaarlijke dingen meegemaakt? ‘Zelf heb ik nooit echt gevaarlijke dingen meegemaakt, maar er gebeurde natuurlijk wel eens wat. Dat had echter nooit met de recombinant dna-techniek zelf te maken. Als je virussen onderzoekt, wordt het niet gevaarlijker omdat je met recombinant dna werkt. Maar fouten of onvoorzichtigheid kun je niet uitsluiten, en we hebben daarvan ernstige gevolgen gezien. Denk aan het ontsnappen van een pokkenvirus uit een lab in Engeland. Ook zijn er vervelende effecten van gedroogde enzymen gevonden in wat men de ‘bakkersziekte’ is gaan noemen. Anno 2008 ken ik geen enkele dna-onderzoeker die denkt dat hij of zij met iets gevaarlijks bezig is, tenzij ze met iets werken wat van nature gevaarlijk is, zoals het hiv-virus.’ Er was in die tijd veel te doen over de risico’s van kankervirussen? ‘Dat klopt. Een vriend me, Willem Roskam, werkte bij het Pasteurinstituut in Frankrijk en is aan leukemie overleden. Het is niet gezegd dat hij de ziekte op het lab heeft opgelopen, maar er stierven in die tijd opvallend veel mensen van dat instituut aan leukemie. De angst van veel mensen was dat kankervirussen konden overspringen van dieren op mensen, zoals er nu ook wordt aangenomen dat het hiv-virus van apen afkomstig is. De discussie ging toen vooral over een kippenleukemievirus. In mijn Zwitserse tijd stond genetische modificatie nog in de kin23
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 23
21-01-2009 14:10:26
derschoenen: je moest als onderzoeker veel zelf doen. Zo hadden wij in de diepvries van het laboratorium allerlei rare bacteriën die in dat p4-lab in Engeland waren opgekweekt. Daaruit moesten wij zelf enzymen isoleren want die waren nog niet te koop. Daarvoor hadden wij in de kelder een stel kippen zitten die met een tumorvirus werden geïnfecteerd. Het virus werd dan uit de kippen geïsoleerd, waarna wij uit het virus dan weer het enzym konden halen. Wat de veiligheid betrof deden we wat we konden. We deden onze proeven in de zuurkast, verpakten alle materialen luchtdicht in speciale folie, wasten de pakjes met formaldehyde en incubeerden alles vervolgens in een warme kamer – in die dampen zaten we dan te werken, het middel was erger dan de kwaal. De regels voor het werken in laboratoria zijn uiteraard steeds scherper geworden: in het lab een gebakje eten tijdens een verjaardag is er echt niet meer bij. Naarmate we meer kennis kregen, namen de zorgen echter geleidelijk af en konden we dankzij nieuwe technologie sneller en veiliger werken. Het was een tijd waarin grote doorbraken zijn gerealiseerd, maar het beeld dat wetenschappers onverschillig met veiligheid omgingen klopt niet. En dat virusonderzoek levensgevaarlijk kon zijn, hoefde niemand ons te vertellen.’ Wat waren de ontwikkelingen in Amerika en in Europa? ‘In Amerika is in de beginjaren onderzoek gedaan naar risicobeperking. Zo werd er een bepaalde bacterie ontwikkeld voor het doen van risicovolle proeven. Die was echter zo kreupel dat er niet mee te werken viel. Al snel brak het inzicht door dat de onderzoekers in de beginjaren overbezorgd waren geweest. Het licht sprong definitief op groen toen wetenschapper Paul Berg op een congres in Californië een voordracht hield waarin hij betoogde dat er van serieuze risico’s geen sprake was. Die speech, toepasselijk getiteld ‘De Bergrede’, maakte de weg vrij voor nieuw onderzoek naar een veelheid aan nieuwe toepassingen. Zoals ik al zei, in Europa zocht elk land het voor zichzelf 24
VEREDELING EN MANIPULATIE.indd 24
21-01-2009 14:10:26