Verborgen in God Christologie na hemelvaart Prof. dr. B. Kamphuis
Verborgen in God Christologie na hemelvaart
3
Afbeelding voorkant: Meester van Vyssi Brod, ca. 1350
Verborgen in God Christologie na hemelvaart Rede, uitgesproken bij het afscheid als hoogleraar Systematische Theologie aan de Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken in Nederland op 3 september 2015.
Prof. dr. B. Kamphuis
Theologische Universiteit Kampen 2015
5
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
6
Inleiding Bijna 30 jaar geleden, in 1986, schreef ik
ook ten aanzien van het mysterie van de
mijn doctoraalscriptie over het debat over
Christologie kies ik maar een van de moge-
de zogenaamde ‘onpersoonlijke menselijke
lijke benaderingen. Zoals aangekondigd wil
natuur van Christus’ in de jaren dertig van
ik nagaan wat hierover te zeggen is vanuit
de vorige eeuw binnen de Gereformeerde
de hemelvaart van Jezus Christus. Mijn
Kerken in Nederland. Sindsdien ben ik
vraagstelling is dus:
voortdurend met de Christologie bezig geweest: voor mijn dissertatie, in lezingen
Wat leert de hemelvaart ons over het karak-
en artikelen, en voor colleges, zowel hier
ter van de Christologie als verborgenheid?
in Kampen als in het buitenland. In die jaren heb ik ervaren dat de Christologie
Eerst wil ik kort iets over de hemelvaart als
een onuitputtelijk onderwerp is. Veel heb ik
zodanig zeggen. Dan ga ik nader in op Bij-
geleerd van allerlei theologen als Johan-
belplaatsen die de hemelvaart in het kader
nes Calvijn, Herman Bavinck, Karl Barth,
van verborgenheid plaatsen. Van daaruit wil
Klaas Schilder, Gerrit Berkouwer, Dietrich
ik verder ingaan op de aard van die verbor-
Bonhoeffer en Bram van de Beek. Tegelijk
genheid. Vanwege de nauwe verbinding tus-
had ik bij niemand van hen het gevoel dat
sen hemelvaart en Pinksteren wil ik het ook
ze het laatste woord erover gezegd hadden.
daarover hebben: doorbreekt de Geest die
Ze duidden het geheim van Gods openba-
op Pinksteren is uitgestort niet die verbor-
ring in Christus aan, zonder het definitief te
genheid en op welke wijze doet hij dat dan?
doorgronden. Bij mezelf heb ik gemerkt dat
De volgende vraag is wat dit over ons zegt:
hoe meer ik de Christologie bestudeerde,
het geheim van Christus is nauw verbonden
hoe minder ik er eigenlijk van begreep. Ik
met het geheim van de christen. Tenslotte
heb de confessioneel gereformeerde leer
wil ik een enkele conclusie trekken.
over Christus steeds meer lief gekregen. Ik heb ook steeds meer de beperkingen ervan
1. Vragen rond de hemelvaart
leren inzien. Ook de gereformeerde theolo-
In mei 2012 verscheen in het Nederlands
gie biedt niet meer dan een benadering.
Dagblad een artikel onder de titel ‘Christe-
Graag wil ik in dit afscheidscollege met u
nen verlegen met Hemelvaart’1 . Het artikel
nadenken over de Christologie als geheim.
is gebaseerd op een enquête die door
Ik maak dus geen definitieve balans op van dertig jaar onderzoek in de Christologie. En
1
aurice Hoogendoorn, ‘Christenen verlegen met M Hemelvaart’, Nederlands Dagblad, 12 mei 2012.
7
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
meer dan duizend predikanten is ingevuld.
Daarmee wordt het ruimtelijk karakter van
Meer dan de helft herkent verlegenheid bij
hemel en hemelvaart gewaarborgd, zonder
gemeenteleden met de Hemelvaart. En bij
dat het afhankelijk wordt gemaakt van
vijftien procent leeft die verlegenheid ook
wijzigingen in het wereldbeeld.
zelf.
Het eerste struikelblok is, denk ik, moeilijker
Uit het artikel blijkt dat er eigenlijk twee
te vermijden. Waarom was het vertrek van
struikelblokken zijn. De eerste staat al in de
Jezus ‘beter voor ons’, zoals Jezus zelf zegt
onderkop vermeld. ‘Elke keer moet je weer
in Johannes 16, 7? In de genoemde enquête
duidelijk maken dat het vertrek van Jezus
van het Nederlands Dagblad worden aan
beter voor ons is’. Dat is een opmerking van
de predikanten een aantal traditionele
een van de ondervraagde predikanten. Wat
antwoorden op de vraag naar de beteke-
Kerst, Pasen of Pinksteren betekenen is veel
nis van de Hemelvaart voorgelegd, onder
duidelijker. Maar wat valt er te vieren bij het
meer: ‘Jezus bereidt de wederkomst voor’;
afscheid van Jezus? Wat is daar voor moois
‘Jezus pleit bij de Vader’; ‘Jezus regeert als
aan?
Koning’. Het laatste antwoord genoot de
Het tweede struikelblok ligt in het veran-
meeste populariteit. Het werd door 42,5 %
derde wereldbeeld. Als we ons de hemel als
van de respondenten ingevuld. Maar het
plaats voorstellen, waar ligt die dan in het
biedt toch niet echt een oplossing voor de
ons bekende heelal? Was de hemelvaart van
vraag waarom Jezus’ vertrek gevierd moet
Jezus een soort ruimtereis, ‘bij Mars rechtsaf
worden. Probleem blijkt namelijk te zijn
en dan nog een eeuwigheid verder’, zoals
dat de meeste mensen niet of niet altijd dit
een van de predikanten het formuleert?
koningschap van Jezus werkelijk ervaren.
Op dit tweede struikelblok wil ik in dit af-
In een groot deel van de christenheid wordt
scheidscollege niet verder ingaan. Daar zijn
Hemelvaartsdag trouwens helemaal niet
in de nieuwere theologie bruikbare voor-
gevierd. Dit voorjaar waren mijn vrouw
stellen voor gedaan, denk ik. Luco van den
Zwanet en ik in Zuid-Korea tijdens Hemel-
Brom bijvoorbeeld heeft in zijn dissertatie
vaartsdag. De kerken daar grijpen bijkans
over de alomtegenwoordigheid van God de
iedere gelegenheid aan om weer een kerk-
hemelvaart beschreven als ‘een onttrokken
dienst te beleggen. Maar Hemelvaartsdag
worden van het lichaam van Jezus aan het
bleek daar niet bij te zijn.
driedimensionaal systeem van de geschapen
Wellicht is dat toch niet zo vreemd. In
werkelijkheid en opgenomen worden in het
de bijbel wordt de betekenis van Jezus’
dimensionaal systeem van Gods ruimte’2.
hemelvaart namelijk ook als verborgenheid, als geheim, onder woorden gebracht.
2
8
L.J. van den Brom, God alomtegenwoordig (Dissertationes neerlandicae. Series theologica 7), Kampen: Kok 1982, 231.
Een geheim bewaar je, maar je viert het niet zomaar. De verlegenheid rond Hemel-
vaartsdag heeft dus misschien wel een heel
heid aangeduid door een wolk. Denk aan de
Schriftuurlijke oorzaak.
wolk die met de Israelieten door de woestijn reisde en die rustte op de ontmoetingstent
2. Hemelvaart als verborgenheid
(Ex. 40, 34-38). Ook de tempel van Salomo
‘En nadat hij dit gesproken had, werd Hij
wordt door zo’n wolk gevuld bij de inwijding
opgenomen, terwijl zij het zagen, en een
(1 Kon. 8, 10). De Psalmen bezingen God,
wolk onttrok Hem aan hun ogen’ (NBG 1951).
gehuld in wolken (Ps. 97, 2) of rijdend op
Zo vertelt Lucas in Hand. 1, 9 de hemelvaart.
wolken (Ps. 104, 3).
Daaraan vooraf gaat de opdracht aan de
Maar tegelijk speelt iets anders in het Oude
discipelen om getuigen te zijn. Daarbij past
Testament: de wolk verbergt ook Gods
prachtig dat zij direct al ooggetuigen mogen
heerlijkheid. Mozes kan de ontmoetingstent
zijn van de hemelvaart. Of eigenlijk, ze zijn
niet binnen als de wolk erop rust (Ex. 40,
ooggetuigen van het opgenomen worden
35). De priesters konden hun dienst niet
van Jezus. Dat hij naar de hemel gaat, zien
verrichten in de tempel, als Gods majesteit
ze niet: ‘een wolk onttrok Hem aan hun
die vult in de vorm van een wolk (1 Kon. 8,
ogen’. In vers 9 wordt het perspectief van
11). Salomo zegt dan: ‘HEER, u hebt gezegd in
de discipelen aangehouden3: verder dan de
een donkere wolk te willen wonen’ (1 Kon. 8,
wolk kunnen ze niet kijken. Daarna staan ze
12 NBV). Gods heerlijkheid wordt niet alleen
volgens vers 10 wel naar de hemel te staren,
geopenbaard, maar ook afgeschermd door
maar pas de engelen die dan verschijnen
de wolk. Nog een keer Psalm 97, 2: ‘In wolk en
vertellen, in vers 11, dat Jezus is opgenomen
duisternis is hij gehuld’ (NBV).
‘in de hemel’.
Als in Jezus Christus Gods heerlijkheid wordt
De lezers van Lucas’ evangelie hebben al
geopenbaard, is dat anders: de discipelen
eerder over een wolk kunnen lezen. Bij de
zien hem op de berg stralend in luister. Maar
verheerlijking op de berg was er een wolk,
dat is weer afgelopen bij de hemelvaart.
waaruit Gods stem klonk (Luc. 9, 34.35): De
De wolk doet weer hetzelfde als hij vroeger
wolk dus als teken van Gods aanwezigheid,
deed: hij schermt Gods heerlijkheid af, ook
van Gods heerlijkheid. Ook als Jezus zijn we-
Gods heerlijkheid in Jezus. Hemelvaart is
derkomst aankondigt, komt weer zo’n wolk
verberging. Sinds de hemelvaart zien wij de
ter sprake: de mensen zullen de Mensenzoon
glorie van Jezus niet meer, tenminste niet
op een wolk zien komen, ‘bekleed met macht
met onze lichamelijke ogen. Als de schrijver
en grote luister’ (Luc. 21, 27 NBV).
van de brief aan de Hebreeën zegt dat wij
Al in het Oude Testament werd Gods heerlijk-
zien dat Jezus ‘met eer en luister is gekroond’ (Heb. 2, 9 NBV), dan heeft hij het over zien
3
Simon J. Kistemaker, Exposition of the Acts of the Apostles (New Testament Commentary), Grand Rapids, Mi.: Baker 1990, 55.
met andere ogen. Calvijn schrijft bij het bericht over de hemel-
9
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
vaart in Handelingen: ‘Dat nu een wolk Hem
richten op Christus, die boven is, aan de
aan hun blikken onttrokken heeft, voordat
rechterhand van God, en niet op wat op de
Hij de hemelse heerlijkheid binnen ging,
aarde is. Paulus geeft daarvoor de volgende
dit schijnt daarom geschied te zijn, dat zij,
argumentatie: ‘U bent immers gestorven,
tevreden met wat zij konden begrijpen (suo
en uw leven ligt met Christus verborgen
modulo contenti), niet zouden verlangen
in God. (4) En wanneer Christus, uw leven,
dieper door te dringen. Wij worden ook in
verschijnt, zult ook u, samen met hem, in
hun personen geleerd, dat ons inzicht nooit
luister verschijnen’ (NBV).
zoo groot is, dat het op kan stijgen tot de
Vers 3 en 4 vormen een, gedeeltelijk antithe-
hoogte van de heerlijkheid van Christus.
tische, parallel6. In beide verzen gaat het om
Daarom behoort deze wolk ons een toom te
‘uw leven’, en dat leven is nauw verbonden
zijn om onze vermetelheid te bedwingen:
met Christus, zozeer dat in vers 4 ‘uw leven’
zoals onder de wet een damp de tabernakel
en Christus geïdentificeerd worden. Maar
vervulde’4 . Calvijn is overigens een van de
in vers 3 is dat leven niet zichtbaar. Want
weinige uitleggers dit aan dit verband, de
‘U bent gestorven’. Het leven is er wel, met
wolk als verberging, aandacht besteed5 .
Christus, maar verborgen in God: het is niet
In Kol. 3, 3 wordt uitdrukkelijk de verbor-
waarneembaar, niet aantoonbaar, net zoals
genheid van Christus in de hemel aan de
Christus’ heerlijkheid niet waarneembaar of
orde gesteld. Dat is in een gedeelte waarin
aantoonbaar is. In vers 4 wordt dat anders,
de lezers worden opgeroepen om zich te
maar dat is toekomstmuziek. Dan verschijnt Christus en dan verschijnt ook ‘uw leven’,
4
5
10
Ioannis Calvini, Commentarius in Acta Apostolorum (CO 48), 12: ‘Quod autem nubis eius conspectum prius abstulit quam in coelestem gloriam intraret, ideo factum videtur, ut suo modulo contenti altius inquirere desinerint. Nos quoque docemur sub eorum persona, non esse tantam mentis nostrae perspicaciam, ut ad gloriae Christi altitudinem conscendat. Nubes igitur ista sit coercendae nostrae audaciae obstaculum: non secus ac fumus tabernaculi atrium occupans sub lege’. De Nederlandse vertaling in de tekst is gebaseerd op die uit Johannes Calvijn, De Handelingen der apostelen (vert. G. Wielenga), deel 1, Goudriaan: De Groot 19702, 24-25 (met een enkele wijziging). Alleen in John van Eck, Handelingen. De wereld in het geding (CNT3), Kampen: Kok 2003, 40 vond ik nog de opmerking: ‘Dat hij tegelijk aan menselijke blikken werd onttrokken is niet zonder betekenis’. Het snijdt volgens Van Eck speculaties over een reis door de sterren, zoals die over Caesars vermeende hemelvaart de ronde deden, af en geeft ruimte aan geloof en verwachting.
in luister. ‘In luister’ aan het eind van vers 4, staat parallel met ‘in God’, aan het eind van vers 3. Het wijst naar hetzelfde, naar dezelfde, God. Christus’ luister is goddelijke heerlijkheid. Nu verborgen, straks openbaar. De luister van de gelovigen is ook de heerlijkheid van God waarin zij mogen delen, nu onzichtbaar, straks voor ieders oog. Later in dit college zal ik nog iets zeggen over wat dit voor de gelovigen betekent. Nu richt ik mij eerst op wat dit zegt over Christus. Hij is dus ook verborgen in God. Dat hij 6
Peter O’Brien, Colossians. Philemon (World Biblical Commentary 44), Waco, Texas: Word Books 1982, 159.
‘in God’ is, dat is zijn heerlijkheid. Maar hij
ten, als hij op reis gaat naar Jeruzalem om
laat die luister niet zien. Met de hemelvaart
daar te sterven, juist dan vindt de verheer-
brak de tijd aan van de verborgenheid van
lijking plaats, op de berg. Het kruis van
onze Heiland.
Christus, het dieptepunt van vernedering,
In de gereformeerde theologie wordt een
wordt in het evangelie naar Johannes zelfs
scherp onderscheid gemaakt tussen de
als verhoging getekend. Omgekeerd: In zijn
staat van de vernedering van Christus, van
verhoging blijft sprake van vernedering.
Bethlehem tot Golgotha en de begrafenis,
Want hij is verborgen. Hij kan nog steeds
en zijn staat van verhoging, te beginnen
miskend worden, en uitgelachen. Zelfs zijn
met de opstanding. Het mooie van dat
lijden vindt nog aanvulling, in het leed van
onderscheid is dat de beslissende betekenis
de zijnen. Dat heeft Paulus even eerder in
van de dood van Christus duidelijk wordt:
Kolossenzen gezegd (Kol. 1, 24). Zijn lichaam
daar ligt de breuk. Er wordt ook recht
op aarde, de gemeente, vertoont geen
gedaan aan de historische voortgang van
hemelse heerlijkheid. Eens wordt Christus’
het werk van Christus. Er was werkelijk een
heerlijkheid openbaar. Nu is ze nog verbor-
beweging van vernedering naar verhoging.
gen8. Eens zullen we ‘hem zien zoals hij is’ (1
Maar het is met dit schema als met ieder
Joh. 3, 2). Nu hebben we nog geen idee.
ander dogmatisch schema: het is ook niet meer dan een benadering. Want er is niet al-
3. Het grote mysterie van ons geloof
leen die historische voortgang, er is ook een
‘Ongetwijfeld is dit het grote mysterie van
dialectische verhouding van vernedering en
ons geloof:
verheerlijking7, een spanning tussen beide.
Hij is geopenbaard in een sterfelijk
Als Christus vernedering echt gaat doorzet-
7
Michael S. Horton, Lord and Servant. A Covenant Christology, Louisville, KY: Westminster John Knox Press 2005, 258: ‘So we see not simply a progression from the state of humiliation to that of exaltation, or from prophet to priest and finally king, but a dialectic of cross and glory’. Herman Bavinck, Gereformeerde dogmatiek 3, Kampen: Kok 19675, 427 stelt dat in de staat van de vernedering de heerlijkheid van Christus alleen ‘met het oog des geloofs’ was te zien. ‘Maar nu in de staat der verhooging, straalt zijne Goddelijke heerlijkheid een ieder in de oogen’. Dit doet geen recht aan genoemde dialectiek. In de staat van de vernedering straalde de heerlijkheid van Christus op de berg niet alleen voor het geloof, in de staat van de verhoging is nog steeds geloof nodig om de heerlijkheid te ‘zien’.
lichaam,
in het gelijk gesteld door de Geest,
is verschenen aan de engelen,
verkondigd onder de volken,
vond geloof in de wereld,
is opgenomen in heerlijkheid’ (1 Tim. 3, 16 NBV)
8
gl. Oliver O’Donovan, The desire of the nations. V Rediscovering the roots of political theology, Cambridge: Cambridge University Press 1996, 146 over de hemelvaart als ‘secret foundation’, omdat het Koninkrijk nog niet ‘is published universally’ (145).
11
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
De opname in heerlijkheid is het sluitstuk
oordelen en hoe onbegrijpelijk zijn wegen’
van het mysterie van het geloof. Waarom
(Rom. 11, 33). Het gaat, om met de titel van
een mysterie?
de dissertatie van Dolf te Velde te spreken,
In de bijbel worden allerlei aspecten van
om Paths beyond tracing out 9 . God is altijd
het mysterie van Christus duidelijk. Er is
groter, Deus semper maior.
in de eerste plaats een historisch aspect:
Herman Bavinck begint zijn Godsleer in deel
het was heel lang verborgen, maar is nu ein-
2 van zijn dogmatiek met een paragraaf over
delijk bekend geworden. In Rom. 16, 25.26
de onbegrijpelijkheid Gods. De eerste zin
spreekt Paulus over het mysterie waarover
daarvan luidt: ‘Het mysterie is het levens-
eeuwenlang gezwegen is, maar dat nu ge-
element der dogmatiek’10. Bij het begin van
openbaard is. Als dit het enige was, zou het
haar arbeid staat de dogmatiek ‘voor den
geen mysterie meer zijn, na de onthulling
Onbegrijpelijke’. Bavinck betoogt dat er
ervan. Maar er is ook, in de tweede plaats,
geen adequate kennis van God mogelijk is.
een epistemologisch aspect, een aspect
Dankzij de openbaring kan de kennis van
dat met de grenzen van onze kennis te
God waar en zuiver zijn, maar deze kennis ‘is
maken heeft. De kennis van Jezus Christus
altijd zeer relatief en sluit het begrijpen niet
is geen product van menselijke wijsheid
in, maar uit’11 . Dit alles geldt ook voor de
of ervaring. ‘Wat het oog niet heeft gezien
kennis van Christus na zijn hemelvaart. Hij is
en het oor niet heeft gehoord, wat in geen
aan onze ogen onttrokken door de wolk van
mensenhart is opgekomen, dat heeft God
Gods heerlijkheid. Hij is verborgen in God en
bestemd voor wie hem liefheeft’ (1 Kor. 2, 9
deelt in het geheim van Gods wezen.
NBV). Het is kennis die van de andere kant
In een belangrijke studie over Paradox
komt, van de Geest van God. Je kunt het
in Christian Theology toonde de Schotse
nooit bewijzen, je moet het aanvaarden.
theoloog James Anderson in 2007 aan dat de
Het is ook, in de derde plaats, een geheim
twee centrale dogma’s van de christelijke
omdat het om persoonlijke kennis gaat. De
kerk een paradoxaal karakter hebben: het
kennis van Christus is niet een waarheid, of
dogma van de triniteit en dat van de mens-
een aantal waarheden bij elkaar. Christus
wording van God. Hij analyseert daartoe het
zelf in eigen Persoon is de waarheid (Joh.
ontstaan van beide dogma’s, waarin schijn-
14, 6). Kennis van een persoon is altijd ac-
baar onverenigbare belangen met elkaar
cepteren van het geheim van die persoon. En dan is er nog een vierde aspect: het theologische. Jezus Christus is verborgen in God. En God is ondoorgrondelijk, onbegrijpelijk. ‘Hoe onuitputtelijk zijn Gods rijkdom, wijsheid en kennis, hoe ondoorgrondelijk zijn
12
9
oelf T. te Velde, Paths beyond Tracing Out: The R Connection of Method and Content in the Doctrine of God, Examined in Reformed Orthodoxy, Karl Barth, and the Utrecht School, Delft: Eburon 2010. 10 Herman Bavinck, Gereformeerde dogmatiek 2, Kampen: Kok 19675, 1. 11 Herman Bavinck, Gereformeerde dogmatiek 2, 25.
verzoend moesten worden. Hij analyseert
Ik kan Anderson volgen in zijn stelling over
ook hedendaagse pogingen om aan het
de paradoxaliteit van de grote dogma’s en
paradoxaal karakter van deze dogma’s te
ook in zijn bewering dat het daarbij gaat om
ontkomen en laat zien hoezeer deze pogin-
een schijnbare inconsistentie. Zijn betoog
gen tekort schieten. Conclusie moet zijn dat
ten aanzien van die MACRUE’s overtuigt mij
de grote oud-kerkelijke leeruitspraken, het
minder. Er zal inderdaad in een aantal geval-
Niceno-Constantinopolitanum, de definitie
len sprake van zijn. Maar het lijkt mij toch
van Chalcedon en het Athanasianum leiden
een wat rationele oplossing van een pro-
tot metaphysische claims die niet met
bleem dat veel meer existentieel is. Zoals ik
elkaar verzoend kunnen worden en dus een
aangaf heeft het mysterie van Christus ook
paradoxaal karakter hebben12. Anderson be-
een persoonlijke kant. Hij is een persoon, die
toogt dan vervolgens dat het hierbij gaat om
niet gevangen kan worden in ware formules.
schijnbare, niet om reële inconsistentie. In
Dat geldt zelfs onder mensen al. Hoe beter
feite gaat het bij die paradoxaliteit volgens
je iemand persoonlijk leert kennen, hoe
hem om een MACRUE: ‘a Merely Apparent
meer je het raadsel van zijn persoon leert
Contradiction Resulting from Unarticulated
respecteren. Dat mijn vrouw een mysterie is
Equivocation’13 . We noemen twee uitdruk-
voor mij, dat is geen MACRUE, dat is omdat
kingen ‘equivook’ als dezelfde term wordt
ik haar in meer dan veertig jaar heb leren
gebruikt in verschillende betekenissen. Als
kennen als een ander, wier andersheid en
je bijvoorbeeld zegt: ‘Christus kent de datum
eigenheid ik alleen maar kan respecteren. Zo
van de wederkomst, want hij is de alweten-
is het nog meer met Christus als de waar-
de God’, en ‘Christus kent de datum van de
heid in Persoon.
wederkomst niet, zoals hijzelf zegt in Mat.
Dit geldt ook voor het theologische aspect
24, 36’, dan gebruik je volgens Anderson het
van het mysterie. Gods onbegrijpelijkheid is
woord ‘kennen’ equivook14 . Het betekent in
niet op formule te brengen als een kwestie
beide gevallen iets anders. Daardoor is de
van equivook woordgebruik. ‘Zo hoog als
contradictie slechts schijn. Probleem is dan
de hemel is boven de aarde, zo ver gaan
dat wij niet in staat zijn die verschillende
mijn wegen jullie wegen te boven, en mijn
betekenissen van het woord ‘kennen’ te
plannen jullie plannen’ (Jes. 55, 9 NBV). Hij
articuleren.
is te hoog en te groot voor ons om ooit te doorgronden. Ergens las ik het beeld van de
12 James Anderson, Paradox in Christian Theology. An Analysis of Its Presence, Character, and Epistemic Status, Milton Keynes, UK/Waynesboro, GA: Paternoster 2007 (Paternoster Theological Monographs), 80. 13 James Anderson, Paradox, 222vv. 14 James Anderson, Paradox, 231.
kaartprojectie15 en dat sprak mij wel aan.
15 O liver Crisp, Revisioning Christology. Theology in the Reformed Tradition, Farnham (etc.): Ashgate 2011, 9, met een verwijzing naar Donald Baillie, van wie dit beeld afkomstig is.
13
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
Het is onmogelijk het oppervlak van de
Dan zouden de slimmeriken in de kerk het
aarde zonder vervormingen weer te geven
doorhebben, en de kinderen staan aan
op een plat vlak. Je kiest voor een bepaalde
de kant. Maar vreemd genoeg, het is juist
projectie die het best aan je behoefte
andersom. Als je het door zou hebben, dan
voldoet, maar daarbij offer je altijd het een
zou de lofzang verstommen en de taal
en ander. Je moet bijvoorbeeld kiezen of je
van het geloof vervangen worden door de
verhouding van de oppervlakten overeen-
taal van de wetenschap. Maar nu blijven
komstig de werkelijkheid wilt hebben, of
we stamelen over het grote mysterie van
de verhouding van de afstanden. Beide kan
ons geloof. Als we de oplossing paraat
niet tegelijk. Zo offeren wij in ons spreken
hebben zouden hebben, dan hadden we
over Christus altijd een deel van de waar-
het antwoord op de ‘wat-vraag’ en op de
heid op. We willen vasthouden aan het
‘hoe-vraag’: wat is Jezus precies, hoe is hij
volledig menszijn van Christus. Maar als we
mogelijk? Maar in de kerk stellen we, zoals
dat consequent doen, gaat dat ten koste
Dietrich Bonhoeffer ons heeft geleerd, een
van de belijdenis van zijn godheid of van
andere vraag, de wie-vraag16: wie is Jezus
de eenheid van zijn persoon. Dat Christus
Christus vandaag voor ons, wie is hij voor
God en mens is in één Persoon is inderdaad
jou, wie is hij voor mij na 30 studie in de
paradoxaal. Niet omdat de werkelijkheid
christologie? Die vraag leert ons de verbor-
van zijn bestaan inconsistent is, maar
genheid van de Heer te respecteren, zijn
omdat wij die ons verre te boven gaande
verborgenheid in de luister van God.
werkelijkheid afbeelden op het platte vlak van onze confessionele en dogmatische
4. Hemelvaart en Pinksteren
formules.
Tien dagen nadat de Heer ten hemel voer,
Is dit erg? Ja, je zou het wonder van de
werd de Heilige Geest uitgestort: Pinkste-
menswording van God nog veel beter wil-
ren. Betekent dat niet dat de verborgen-
len begrijpen en verwoorden. Wat schiet
heid toen op de een of andere manier werd
ons begrip tekort, wat schieten onze
beëindigd? Nu zijn we immers gezalfd
woorden en onze liederen, onze belijdenis-
door de Geest en weten we alles (1 Joh. 2,
sen en onze dogmatieken hopeloos tekort.
20 Byz). Jezus heeft de Geest beloofd als
Is dit erg? Ja, wat heeft ons onbegrip al niet
degene die ons de weg zal wijzen naar de
een schade opgeleverd, verkettering, kerk-
volle waarheid (Joh. 16, 13). Juist daarom
scheuringen, eeuwen van strijd rond Hem
was het volgens hem beter dat hij van ons
die onze vrede is.
heenging, want zo kon hij de Geest naar
Is dit erg? Nee, toch niet. Stel je voor dat je hem wel zou kunnen snappen alsof hij een wiskundesom was, die je hebt opgelost.
14
16 D ietrich Bonhoeffer, Berlin 1932-1933 (Dietrich Bonhoeffer Werke 12, ed. Carsten Nicolaisen e.a.), Gütersloh: Kaiser 1997, 282-285.
ons toesturen (Joh. 16, 7). We bedrijven niet
Geest doet niets anders dan ons wijzen op
alleen christologie na Hemelvaart, maar
Hem18 .
ook na Pinksteren.
In Romeinen 8 schrijft Paulus over het zuch-
Het is duidelijk dat de Jezus de Geest
tende lijden van de schepping, in afwach-
schenkt om ons te helpen gedurende zijn
ting van de volkomen verlossing. Maar niet
afwezigheid. Maar de aanwezigheid van
alleen de schepping zucht, ‘ook wijzelf, die
de Geest heft de afwezigheid van Jezus
als voorschot de Geest hebben ontvangen,
niet op17. Integendeel, het is eerder zo dat
ook wij zuchten in onszelf in afwachting
de Geest de lege plaats van Jezus bij ons
van de openbaring dat we kinderen van
open houdt, ons het gemis laat voelen,
God zijn, de verlossing van ons sterfelijk
en ons des te meer laat verlangen naar
bestaan’ (Rom 8, 23 NBV). De Geest is een
de terugkomst van Jezus. In de gerefor-
voorschot, een voorlopige gave als garantie
meerde theologie is altijd veel aandacht
van de volkomen verlossing. Maar juist
geweest voor de realiteit van de hemel-
die voorsmaak van de eeuwigheid laat ons
vaart. Hemelvaart betekent volgens de
ernaar smachten. De Heer is de Geest (2 Kor.
gereformeerden niet dat Christus als mens
3, 17). En juist daarom mis je de Heer zo erg
alomtegenwoordig is geworden, zoals de
als je de Geest hebt. ‘De Geest zelf pleit voor
lutherse theologie stelt. Nee, hemelvaart
ons met woordeloze zuchten’ (Rom. 8, 26):
betekent dat Christus naar zijn menselijke
vervuld zijn met de Geest betekent dat je
natuur werkelijk van de ene plaats naar
vervuld bent met verlangen naar Jezus.
de andere, van de aarde naar de hemel is
Dat is dan ook precies waar de bijbel op
gegaan. De Geest heft dat niet op, de Geest
uitloopt: ‘De Geest en de bruid zeggen:
zorgt er juist voor dat we ons dat realise-
‘Kom’ (Openb. 22, 17), dat betekent ‘Kom,
ren.
Heer Jezus’. De bruid, dat is de christelijke
De Amerikaanse theoloog Michael Horton
gemeente, verlangt naar de komst van haar
zegt terecht dat de Geest Christus niet
bruidegom, Jezus. Het is niet zo dat de Geest
vervangt. Hij is geen parallelle Heiland. Er
dat verlangen vervult. Hij wakkert het juist
is maar één Heiland, Jezus Christus. En de
17 In Joh. 14, 18 staat: ‘Ik laat jullie niet als wezen achter. Ik kom bij jullie terug’ (NBV). P.H.R. van Houwelingen laat in Johannes. Het evangelie van het Woord (CNT3), Kampen: Kok 1997, 300, zien dat dit niet op de komst van de Geest kan slaan, zoals herhaaldelijk is betoogd: het gaat om een persoonlijke komst van Jezus en het weerzien van zijn vrienden. Van Houwelingen betrekt dit vers op de wederkomst van Jezus.
18 M ichael S. Horton, People and Place. A Covenant Ecclesiology, Louisville, KY: Westminster John Knox Press 2008, 22: ‘It is … crucial to recognize that the Spirit is not a replacement for Jesus nor a parallel redeemer. The Spirit does not fill up the gap between the Jesus history and our history; on the contrary. The Spirit’s presence causes us to deeply sense that difference precisely to the degree that the Spirit generates communion with Christ. The Spirit’s work both measures and mediates the eschatological difference between the head and his members’.
15
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
aan: ook hij zegt ‘Kom’. De Geest geeft ons
Christus verborgen is in God, maar wij met
liefde voor Jezus. Die liefde neemt niet de
hem. ‘Met hem’, ‘met Christus’ is een soort
plaats in van Jezus, maar doet ons beseffen
sleutelbegrip in de brief aan de Kolossenzen.
hoezeer we Hem missen. De bruid heeft niet
2, 12: ‘Toen u gedoopt werd bent u … met
genoeg aan haar liefde. Ze verlangt naar de
hem begraven, en met hem bent u ook tot
vervulling van haar liefde. Dat zal zijn als de
leven gewekt’; 2, 13: ‘God heeft u samen met
bruidegom uit zijn verborgenheid tevoor-
Christus levend gemaakt’; 2, 20: ‘Als u met
schijn komt.
Christus dood bent … waarom laat u zich
De Geest heft de verborgenheid van Jezus
nog geboden opleggen’; en dan 3, 3.4: ‘met
niet op, maar doet ons juist die verborgen-
Christus verborgen in God … samen met hem
heid beseffen. Omdat hij de Geest van Jezus
in luister verschijnen’.
is, deelt hij zelfs op een bepaalde wijze in die
Hans Burger heeft in zijn dissertatie20 laten
verborgenheid. Hij is ongrijpbaar, onbegrij-
zien dat deze uitdrukking het mogelijk maakt
pelijk, niet vast te leggen, niet te manipule-
verschillende momenten uit het leven van
ren. Jezus vergelijkt de Geest met de wind:
Christus te verbinden aan dat van de gelovi-
‘je hoort zijn geluid, maar je weet niet waar
gen. We participeren in de werkelijkheid van
hij vandaan komt en waar hij heen gaat’
Christus. Daarbij gaat het om verleden, he-
(Joh. 3, 8 NBV). Verrassend genoeg vervolgt
den en toekomst. Wat het verleden betreft:
hij dan met ‘Zo is het ook met iedereen die
we zijn met Christus gestorven en begraven
uit de Geest geboren is’. Je zou verwachten
– dat is het uitgangspunt dat het christen-
dat hij zou vervolgen met ‘zo is het ook met
zijn bepaald. Voor het heden geldt: we zijn
de Geest’. Maar het gaat nog verder: ook
met Christus opgewekt, levend gemaakt,
wedergeboorte en wedergeborenen zijn niet
en verborgen in God. Voor de toekomst
registreerbaar19 . Niet alleen de Geest Zelf,
verwachten we dat we samen met hem in
maar ook zijn werk deelt in de ongrijpbaar-
luister zullen verschijnen. Vergeleken met de
heid, de verborgenheid, het mysterie van ons
andere brieven valt in Kolossenzen (en ook
geloof.
in de vergelijkbare brief aan de Efeziërs) op
Mijn conclusie is dat de verborgenheid van
dat Paulus grote nadruk legt op de presente
Hemelvaart door Pinksteren niet wordt
werkelijkheid van de verlossing: kennelijk
opgeheven, maar geïntensiveerd.
nodig om de angst voor kosmische machten te doorbreken. Maar bij die presente werke-
5. Onze verborgenheid
lijkheid van de verlossing hoort dus ook het
Daarmee ben ik bij het volgende punt aangekomen. Kol. 3, 3 zegt niet alleen dat 19 A . van de Beek, God doet recht. Eschatologie als Christologie, Zoetermeer: Meinema 2008, 161.
16
20 H ans Burger, Being in Christ. A biblical and systematic investigation in a reformed perspective, Eugene: Oregon: Wipf & Stock 2008, 213-224.
met Christus verborgen zijn in God21 .
niet aan, proef dat niet, blijf daarvan af’.
Het nieuwe leven is werkelijkheid. We zijn
Paulus zegt daarvan (2, 22): dat gaat over
met Christus opgewekt en we leven met
zaken die vergaan. Daarop kun je niet steu-
hem. Blijkens Ef. 2, 6 kun je zelfs zeggen
nen. Richt je dus op wat boven is, je ware
dat we met Christus ten hemel gevaren
leven dat met Christus verborgen is.
zijn: ‘Hij (God) heeft … ons samen met
Het is niet makkelijk hiermee te leven:
hem (Christus) een plaats gegeven in de
dat het eigenlijke van onze existentie een
hemelsferen’. Maar als we participeren in
geheim is, onkenbaar voor anderen, en
Christus’ hemelvaart, dan participeren we
voor onszelf alleen in geloof te kennen.
ook in zijn verborgenheid. Ook de waarheid
Keer op keer zie je christenen hun zeker-
over ons bestaan, wordt als door een wolk
heid zoeken in bewijs van geloof, of van
onttrokken aan de waarneming.
wedergeboorte, of van doop met de Geest,
Dat geldt naar anderen toe: de bron en de
of waarin dan ook. Maar altijd weer wor-
realiteit van ons ware leven met Jezus in
den we hierop terug geworpen: we hebben
God is niet demonstreerbaar. Het geldt
geen andere zekerheid dan de belofte van
ook voor onszelf als christenen: ook voor
God over onze hemelse Heer, niets anders
ons is de waarheid over ons leven verbor-
dan het geloof in hem, niemand anders dan
gen22. We kunnen het alleen maar geloven.
zijn Geest.
Daarom moeten we volgens Kol. 3, 2 ons
Toch zit hier ook een andere kant aan.
richten op wat boven is, niet op wat op
Verborgenheid is geborgenheid. Wat
aarde is. Dat is geen waarschuwing tegen
verborgen is, is veilig, onaantastbaar. Het
materialisme of zo. Dat is een waarschu-
is onvindbaar, daarom kan het ook niet
wing tegen het zoeken van je zekerheid in
worden geroofd of aangetast. Dank aan
het zichtbare. Zoals de Kolossenzen deden
wat Jezus zegt in de Bergrede: ‘Verzamel
volgens 2, 21 met hun verboden: ‘Raak dit
voor jezelf geen schatten op aarde: mot en roest vreten ze weg en dieven breken in om
21 Karl Barth, Kirchliche Dogmatik 4/3/2, ZollikonZürich: Evangelischer Verlag 1959, 864 betoogt dat Christus er niet slechts is, doordat zijn gemeente er is. Hij is Zoon van God, Verlosser etc. ‘nicht mit der Menschheit und auch nicht mit seiner Gemeinde zusammen … das Alles ist er … droben, im Himmel, zur Rechten Gottes des Vaters, allein, d.h. nur mit ihm, in Gott verborgen‘. Terecht legt Barth grote nadruk op de exclusiviteit van Christus. Maar dat dreigt hier ten koste te gaan van zijn inclusiviteit. 22 Peter O’Brien, Colossians, 171: ‘For the moment their heavenly life remains hidden, secure with Christ in God … not visible to others, and, in some measure … hidden from themselves’.
te stelen. Verzamel schatten in de hemel, daar vreten mot nog roest ze weg, daar breken geen dieven in om ze te stelen. Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn’ (Mat. 6, 19-21 NBV). Paulus’ vermaning in Kol. 3, 2-4 is een soort toepassing van dit woord van Jezus. Het verzamelen van schatten op aarde is gevaarlijk, zelfs van religieuze schatten. Onze ware schat, het eeuwige leven, is al in de hemel, met Christus, in
17
Verborgen in God. Christologie na hemelvaart.
God. Verborgen en daarom volstrekt veilig.
leringen. De werkelijkheid van Christus
Laat daar ons hart zijn23 .
zelf is niet paradoxaal. Maar het is een werkelijkheid die ons begrip te boven gaat
6. Conclusies
en aan onze waarneming onttrokken is.
De vraagstelling voor dit afscheidscollege
Het hoeft ons ook niet te verbazen dat er
was:
zoveel verschillende benaderingen zijn
Wat leert de hemelvaart ons over het karak-
in de Christologie, en dat ze allemaal hun
ter van de Christologie als verborgenheid?
beperkingen hebben. Zoals er vele metho-
Het antwoord luidt dat in de Bijbel ver-
den van kaartprojectie zijn, die elkaar niet
borgenheid inderdaad een van de conse-
uitsluiten, maar die ook niet te combineren
quenties van de hemelvaart is. Ik heb vier
zijn, zo zijn er ook vele Christologieën.
aspecten genoemd van die verborgenheid:
Dat is niet grenzeloos. De grote dogma’s
een historisch, een epistemologisch, een
trekken grenzen. De eenheid van God, de
persoonlijk, en een theologisch. Bij de
godheid van Christus, de integriteit van zijn
hemelvaart speelt vooral het epistemologi-
menselijke natuur, de eenheid van zijn Per-
sche en het theologische een rol. Het epis-
soon: duidelijke grenzen. Maar binnen die
temologische: Christus is onttrokken aan
grenzen zijn er vele mogelijkheden om Jezus
onze waarneming, want hij is naar de hemel
Christus te belijden als Heer en Verlosser.
waarin wij niet kunnen doordingen. Alles
Nu is de Christologie het hart van de theolo-
wat wij over hem weten, weten we krach-
gie24 . ‘Niemand heeft ooit God gezien, maar
tens openbaring en alleen door het geloof.
de enige Zoon … heeft Hem doen kennen’
Het theologische: Christus is opgenomen
(Joh. 1, 18 NBV). De kern van onze kennis
in de goddelijke luister, waarvan de wolk
van God wordt gevormd door Christus. De
het teken is. Hij is niet zomaar verborgen,
hemelvaart van Christus leert ons dat heel
maar hij is ‘verborgen in God’. Hij deelt in de
onze theologie een kwetsbare aangelegen-
onbegrijpelijkheid van God.
heid is. De ware bron van Godskennis is
Voor de Christologie betekent dit dat alle
Christus en die bron is niet zomaar toegan-
pogingen om het geheim van Christus te
kelijk. Wij mogen uit die bron drinken door
omschrijven, nooit meer dan benaderingen
het geloof en daar volop van genieten. Maar
kunnen zijn. Het hoeft ons niet te verbazen
we kunnen de bron nooit peilen en zeker
dat we uitkomen bij paradoxale formu-
niet in beheer nemen. Theologie maakt een mens bescheiden. Je bent voortdurend
23 Vgl. 1 Joh. 3, 2 ‘wat we zullen zijn is nog niet geopenbaard (verborgenheid BK) maar we weten dat we aan hem geluk zullen zijn’ (geborgenheid). Daarom spreekt vers 3 over het verwachten vol vertrouwen en de levenshouding die daaruit voortvloeit: jezelf rein maken als Jezus.
18
bezig te stamelen aan de rand van je begrip. 24 A . van de Beek, Jezus Kurios. De Christologie als hart van de theologie (Spreken over God 1,1), Kampen: Kok 1998.
Tenslotte nog een conclusie met betrekking
formuleringen bewust is, leert de verschil-
tot de katholiciteit van de theologie. Juist
len te relativeren. De waarheid in eigen Per-
de Christologie heeft vaak diepe scheuren
soon is door een wolk onttrokken aan onze
getrokken. Wederzijdse verkettering en
ogen. De waarheid valt dus nooit samen
uitsluiting was het gevolg. Nestorianen en
met onze leerstellingen. Daarmee worden
monofysieten kwamen buiten de katholieke
niet alle geschilpunten onbelangrijk. Het is
christenheid te staan. Het grote schisma
heel zinnig om na te gaan welke belangen
van 1054 draaide dogmatisch om het filio-
in het geding waren en hoe daaraan recht
que: de relatie van Christus tot de Geest. In
gedaan kan worden. Maar het laatste woord
de Reformatietijd konden nauw verwante
daarover zal pas gesproken worden als
Lutheranen en Calvinisten elkaar niet vin-
Christus verschijnt in heerlijkheid, en wij
den vanwege verschillen over de relatie van
met hem; Christus, ons leven, onze waar-
godheid en mensheid in Christus. Wie zich
heid, onze vreugde, voor altijd.
de beperktheid van onze Christologische
19
Bezoekadres Broederweg 15 8261 GS Kampen Postadres Postbus 5026 8260 GA Kampen Tel. 038 4471710 E-mail
[email protected]