Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_I_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
Inhoudsopgave
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
DOEL........................................................................................3 BELEIDSVERKLARING. ..........................................................3 ALGEMENE VERPLICHTINGEN.............................................3 VERBODEN OP ONZE TERREINEN ......................................4 PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN .....................5 COLLECTIEVE BESCHERMINGSMIDDELEN........................5 VERKEER ................................................................................6 WERKEN MET KRANEN EN HIJSMIDDELEN........................6 VERGUNNINGEN ....................................................................6 WERKEN OP HOOGTE...........................................................6 ELEKTRISCHE INSTALLATIES ..............................................6 GASLEIDINGEN EN GASFLESSEN .......................................6 BEWEGENDE MACHINES ......................................................6 WERKEN IN BESLOTEN RUIMTEN .......................................6 GRAAFWERKEN .....................................................................6 DOORBOREN VAN MUREN, PLAFONDS EN VLOEREN......6 WERKEN MET GEVAARLIJKE PRODUCTEN........................6 EINDE VAN DE WERKEN .......................................................6 BEDRIJFSNOODPLAN............................................................6 SANCTIES ...............................................................................6
Bijlagen
2 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
1. DOEL Dit document heeft als doel de veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voor contractanten nader te beschrijven. De contractant vindt hierin regels, waarvan de naleving tot ieders verantwoordelijkheid behoort. De contractant is verplicht deze informatie aan zijn werknemers en eventuele subcontractanten door te geven zodat alle werkzaamheden in veilige omstandigheden en conform dit document kunnen verlopen. De contractant dient te tekenen voor het gelezen te hebben van de inhoud van deze voorschriften (zie bijlage 1: veiligheidsbrief naar contractanten)
2. BELEIDSVERKLARING. In bijlage 2 vindt u een uittreksel van de geldige beleidsverklaring.
3. ALGEMENE VERPLICHTINGEN -
De contractant is verantwoordelijk voor de veiligheid, de gezondheid en het welzijn bij de werkzaamheden die hem worden toevertrouwd.
-
De nationale, wettelijke voorschriften m.b.t. veiligheid en welzijn, die de werkzaamheden met zich meebrengen moeten gekend zijn en beschouwd worden als de minimumeis.
-
Indien de contractant gebruik maakt van onderaannemers, dan is het de verantwoordelijkheid van de contractant de onderaannemers in kennis te stellen van de nodige informatie.
-
De contractant heeft de leiding en het gezag over zijn medewerkers en eventuele onderaannemers.
-
Risico's dienen, voor zover dat redelijkerwijs gevergd kan worden, bij de bron bestreden te worden. Anders dienen collectieve of persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt te worden.
-
De contractant dient met de nodige voorzichtigheid en zorgvuldigheid zijn werk te doen ter vermijding van gevaar voor zichzelf en anderen.
-
De contractant is verplicht om: voor de start van de werkzaamheden een preventieplan op te stellen of er aan mee te werken. Dit omvat oa het opstellen van een risicoanalyse van de
3 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
-
-
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
uit te voeren werken, het bepalen van de beschermingsmaatregelen, de bepaling van de werkzone en de toegangswegen, …; zich te houden aan de interne regels van de vestiging; enkel gereedschappen te gebruiken die aan de wettelijke eisen voldoen; machines, werktuigen, gevaarlijke stoffen en transportmiddelen juist te gebruiken; persoonlijke beschermingsmiddelen, waarvoor hij zelf dient in te staan, op de juiste manier te gebruiken en op de aangegeven plaatsen te dragen; op werktuigen en machines de aangebrachte veiligheidsvoorzieningen niet te veranderen of weg te halen; de inbeslagname procedure van de vestiging toe te passen indien nodig; de gepaste opleidingen te hebben genoten of mee te werken aan georganiseerd onderricht om voldoende bekwaam te zijn om de werkzaamheden uit te voeren. Bij twijfel dient advies te worden gevraagd bij de lokale veiligheidsverantwoordelijke of preventieadviseur; gevaarlijke situaties, gevaarlijke handelingen of incidenten te melden aan de aangeduide verantwoordelijke van de vestiging; ongevallen te melden aan de aangeduide verantwoordelijke van de vestiging.
-
Bij aanvang van de werken moet ieder individu zich melden bij de aangeduide verantwoordelijke van de vestiging.
-
De contractant is volledig aansprakelijk in geval van gebreken, schade, verlies of in geval van alle lichamelijke, materiële of immateriële schade die hij berokkent aan de vestiging.
-
4. VERBODEN OP ONZE TERREINEN
4 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
5. PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN In het magazijn of productiehal is het dragen van de volgende persoonlijke beschermingsmiddelen verplicht:
Veiligheids helm
Veiligheids bril
Veiligheids schoenen
Handschoenen
Werkkledij*
* Werkkledij: overall of lange broek en vest (lange mouwen verplicht) Daar waar nodig, kunnen bijkomende eisen worden gesteld oa:
Gehoor bescherming
Gelaats scherm
Stofmasker
Lasschort
Bij werken buiten het magazijn worden de te dragen persoonlijke beschermingsmiddelen besproken voorafgaand de werken.
6. COLLECTIEVE BESCHERMINGSMIDDELEN De contractant is verplicht tot – en verantwoordelijk voor - het aanbrengen van de nodige signalisatie en versperringen zoals leuningen en veiligheidsnetten. Indien dit technisch niet mogelijk is, moet de contractant vervangende persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking stellen. Na de werken is de contractant verplicht om alle collectieve beschermingsmiddelen in hun oorspronkelijke toestand terug te plaatsen, tenzij anders overeengekomen met de vestiging.
5 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
7. VERKEER
8. WERKEN MET KRANEN EN HIJSMIDDELEN Het gebruik van kranen en hijsmiddelen door de contractant is verboden tenzij expliciet overeengekomen door de vestiging en beschreven in het preventieplan. Alleen daartoe aangesteld personeel is het toegestaan de kranen te bedienen.
Het is verboden onder de last staan!
6 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
9. VERGUNNINGEN Voor de volgende werken met een verhoogd risico kan een werkvergunning nodig zijn: -
Werken in besloten ruimten Werken met gevaarlijke stoffen Uitvoeren van brandgevaarlijk werk (slijpen, branden, lassen) (vuurvergunning) Graafwerken Werken op hoogte Werken aan elektriciteit
Een werkvergunning moet worden uitgegeven door een bevoegd persoon van de vestiging aan een competent persoon van de contractant. In een werkvergunning staat: - Een beschrijving van de uit te voeren werken - Een aanduiding van de vastgestelde gevaren, de te nemen preventiemaatregelen en de vereiste procedures en instructies voor veilig werken - Datum + tijdstip van aanvang en beëindiging van de werken De werkvergunning moet door de site manager van de vestiging worden nagezien en worden heruitgegeven na wijzigingen in de omstandigheden op het werkterrein of de omvang van het werk. De werkvergunning moet begrepen worden door iedere persoon die bij het werk betrokken is. De werkvergunning moet tijdens de werken steeds ter plaatse ter beschikking zijn.
10. WERKEN OP HOOGTE Basisregel: wanneer u werkt op een plek met een valhoogte van meer dan 1,8 meter (6-voet) is gebruik van valbeveiligingsmiddelen verplicht. Voorbeelden van werkzaamheden waarbij valbeveiligingsmiddelen verplicht zijn: • werkzaamheden binnen 2 meter van een onbeveiligde dakrand; • werkzaamheden op ladders en stellingen; • werkzaamheden buiten de normale klimvoorzieningen zoals in het vakwerk van masten; • werkzaamheden met verplichting om aan te lijnen op platformen en stalen roosters onder werkzaamheden wordt hierbij ook verstaan bezoek en inspecties. U mag alleen werken op hoogte als u bekend bent met de gevaren. 7 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
Valpreventie: • • •
Telkens wanneer dit praktisch haalbaar is, moet men door middel van werkplatforms of stellingen een veilige werkplaats inrichten. Werkplatforms en stellingen moeten volledige vloeren, leuningen en plinten hebben. Er moet een veilige toegang en uitweg worden voorzien. Er moet een opgeleid / bekwaam iemand worden aangeduid om het werkplatform, de schaarlift of de hoogwerker te controleren. Deze persoon (intern of extern) moet hiertoe over de vereiste kwalificaties beschikken die door de (lokale) regelgeving worden opgelegd.
Valbescherming: Basisregel: Werk mag niet worden uitgevoerd zonder de noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen. Draag alle voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen op gevaarlijke locaties of bij gevaarlijke werkzaamheden. • • • • •
•
• • • •
Gebruik een goede ladder of trap om een hoger niveau te bereiken. Scherm gebieden af waarin objecten kunnen vallen. Afschermen kan gedaan worden met gekleurd lint of hekken. Zeker u met uw veiligheidsharnas door middel van een veiligheidslijn aan een veilig ankerpunt als u in een zone met valgevaar werkt. Veiligheidslijnen: u mag de veiligheidslijn alleen aanhaken aan de daartoe geschikte verankeringoog van het harnas en aan een geschikt verankeringpunt. Verstelbare veiligheidslijnen moeten zo kort mogelijk worden gehouden (geen slip). Klaphaken en karabijnhaken mogen niet door andere lasten belast worden. Bovendien moeten veiligheidslijnen een valdempingssysteem hebben. Aanlijnverplichting: Op platforms en daken geldt een aanlijnverplichting. Op platforms en daken met permanente veiligheidsrailing geldt geen aanlijnverplichting. U moet u altijd aanlijnen op locaties waarin het werk binnen een zone met valgevaar wordt uitgevoerd, zoals binnen 2 meter van een onbeveiligde dakrand. Een aanlijnverplichting is er niet als het werk wordt uitgevoerd op een vlak met een helling van minder dan 20 graden en meer dan 2 meter van de rand. Zekering op verticale ladders zonder klimbeveiliging: Wanneer u klimt op verticale ladders zonder klimbeveiliging, moet u zich zekeren met een vallijn. Inspecteer voor gebruik uw persoonlijke beschermingsmiddelen en verzeker uzelf ervan dat ze in een perfecte conditie zijn. Losse gereedschappen moet u bij voorkeur vastmaken aan een riem of gereedschaphouder. Alle andere zaken die worden meegenomen moet u zodanig vastmaken dat ze niet kunnen vallen.
8 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
Werken met de hoogwerker. • Al het materieel moet bekwaam bediend worden en gekeurd worden volgens de eisen van de wetgeving. • Gebruikers van de hoogwerker moeten geïnformeerd zijn over de risico’s en bekend worden gemaakt met de veiligheidsmaatregelen. • Draag altijd een veiligheidsharnas tijdens het werken in kranen met manbak en hoogwerkers. • Haak de veiligheidslijn van het harnas altijd aan de manbak. • De werkbak betreden of verlaten mag alleen op een vaste ondergrond. Ladders. • Vermijd het gebruik van ladders daar waar mogelijk. • Gebruik ladders alleen om te klimmen of voor kortdurende werkzaamheden. • Ladders moeten voldoen aan de geldige normen. • Ladders moeten minimaal 1 meter boven de opstapplaats uitsteken. • Ze moeten stabiel geplaatst worden aan de onder- en bovenkant. • Plaats de ladder onder een hoek van 65 tot 75 graden. • Wanneer ladders steiler worden geplaatst, moeten ze worden vastgemaakt aan de constructie en voorzien worden van een kooi of een veiligheidslijn. • Klim nooit hoger dan de vierde trede van boven behalve wanneer de entree is voorzien van een greep of een rail. Werkomgeving (bij buitenwerkzaamheden). Omdat weersomstandigheden snel kunnen wijzigen moet u snel kunnen beslissen of het nog veilig genoeg is. Enige richtlijnen zijn: • Klim niet op ladders of werk niet in valgevaarlijke zones boven windkracht 6. • Werk niet in valgevaarlijke zones als de toegangsroutes zijn bedekt met sneeuw en ijs; • Bij extreme weeromstandigheden zoals storm, onweer en ijzel is werken op hoogte verboden. • Bevroren klim- en valbeveiligingssystemen mogen niet worden gebruikt. • Indien werkzaamheden door snel veranderende weersomstandigheden gevaarlijk worden, moet het werk onmiddellijk gestopt worden. • Werken in het donker is alleen toegestaan als de toegangswegen en werkplek voldoende verlicht zijn.
11. ELEKTRISCHE INSTALLATIES Zonder uitdrukkelijke toestemming is het de contractant verboden om de elektrische stroom uit te schakelen of aan een installatie onder spanning te werken. Deze handeling kan enkel uitgevoerd worden door de verantwoordelijke van de inbeslagname en is gedefinieerd in het preventieplan. De verantwoordelijke voor de inbeslagname is ook ter plaatse bij het terug onder stroom brengen. 9 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
De contractant moet de geldende regels en nationale normen strikt volgen.
12. GASLEIDINGEN EN GASFLESSEN a) Zonder uitdrukkelijke toestemming is het de contractant verboden om de gastoevoer af te snijden. Deze handeling kan enkel uitgevoerd worden door de aangeduide verantwoordelijke van de site of door de verantwoordelijke van de onderhoudsdienst en is gedefinieerd in het preventieplan. De verantwoordelijke is ook ter plaatse bij het terug onder druk brengen van de gasleiding. De werken aan de gasleidingen mogen enkel gebeuren na afscherming, purgeren en het inert maken van de leiding. b) De gasflessen moeten tijdens het gebruik rechtop staan en gestut worden De manometer, flexibels en verbindingen moeten in goede staat zijn. De brander moet uitgerust zijn met een terugslagklep.
13.
BEWEGENDE MACHINES
Geen enkel werk mag uitgevoerd worden in de nabijheid van bewegende machines, machines die zich in beweging kunnen zetten of in de nabijheid van installaties in werking zolang er geen afdoende beschermingsmaatregelen zijn genomen die gedefinieerd zijn in het preventieplan. Hetzelfde geldt voor het werken aan de rolbruggen en in de werkingszone van deze bruggen. Als er werkzaamheden binnen de veiligheidshekken dienen uitgevoerd te worden moet de machine via de officiële procedure in beslag genomen worden. Deze handeling kan enkel uitgevoerd worden door de verantwoordelijke van de inbeslagname en is gedefinieerd in het preventieplan
14.
WERKEN IN BESLOTEN RUIMTEN
De toegang tot besloten ruimten is verboden zonder de nodige maatregelen, beschreven in het preventieplan, te treffen.
15. WERKEN MET OPEN VUUR, BLANKE VLAM OF HITTEPUNT. Alvorens zulke werken aan te vatten kan de contractant: a) Een vuurvergunning aanvragen en respecteren. b) Alle maatregelen nemen om het begin van vuur of van een explosie te verhinderen.
10 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
c) De aangeduide verantwoordelijke van de vestiging verwittigen als een brandblusapparaat is gebruikt. d) Op de werf zijn eigen brandblusapparaten meebrengen. Elk verkeerd gebruikt brandblusapparaat van de vestiging zal worden gefactureerd. De vestiging heeft het recht om de kosten van een hervulling door te rekenen aan de contractant.
16. GRAAFWERKEN Alvorens de graafwerken aan te vangen, moeten onderzoeken uitgevoerd worden naar eventuele aanwezige leidingen van water, gas, elektriciteit, hoogspanning. Men moet de voorgeschreven regels in het preventieplan volgen.
17. DOORBOREN VAN MUREN, PLAFONDS EN VLOEREN De contractant moet, ten einde alle risico’s te vermijden dat een brand zich kan voortzetten, alle doorboringen van vloeren, plafonds, tussenschotten en muren, om buizen, elektrische kabels of andere leidingen te leggen, dichten met onbrandbaar materiaal.
18. WERKEN MET GEVAARLIJKE PRODUCTEN Indien de opdracht leidt tot de aanwending van gevaarlijke producten, dient de contractant te werken volgens de regels van de wetgeving. De contractant kan overgaan tot het gebruik van een ander product, wat niet of minder gevaarlijk kan zijn voor de gezondheid van zowel zijn werknemers als deze van de vestiging. Indien er producten worden aangewend die nog niet bekend zijn bij de vestiging, dient de contractant een MSDS-fiche en een productveiligheidskaart te voorzien. Daarnaast dienen de producten conform de geldende wetgeving en de MSDS-fiche opgeslagen te worden. De tijdelijke opslagplaats en de hoeveelheid van gevaarlijke producten moet door de contractant gemeld worden aan de aangeduide verantwoordelijke van de vestiging.
19. EINDE VAN DE WERKEN Op het einde van de werken moet de contractant: a) De opdrachtgever inlichten, b) Samen met de opdrachtgever een controle uitvoeren, c) De werf proper achter laten, het afval afvoeren
11 / 12
Distribution Solutions Benelux AMDSBNL_BP_HS_F_047.0
Veiligheidsvoorschriften voor contractanten
d) De schermen, loopplanken, afdekplaten en andere collectieve beschermingsmiddelen, die tijdens de werken werden verwijderd, terug plaatsen of monteren.
20. BEDRIJFSNOODPLAN In bijlage 3 vindt u een uittreksel van het bedrijfsnoodplan van de vestiging.
21. E.H.B.O. De contractant is verantwoordelijk om zelf in E.H.B.O. te voorzien.
22. SANCTIES Wanneer deze voorschriften niet worden nageleefd, kan dit leiden tot een mondelinge waarschuwing of tot het stilleggen van de werken, waarbij de contractant de terreinen van de vestiging dient te verlaten, zonder kosten voor de vestiging. De bedrijfsleiding van de contractant zal dan schriftelijk op de hoogte worden gesteld. Tevens kan de contractant geschrapt worden van de lijst met gekwalificeerde leveranciers.
Bijlagen Bijlage 1: veiligheidsbrief naar contractanten Bijlage 2: beleidsverklaring Bijlage 3: bedrijfsnoodplan
12 / 12