Veiligheids- en gezondheidsdossier

audits procesregie projectondersteuning speciale technieken technisch advies veiligheidscoördinatie Onze ref. 121V-Vlaamse Gemeenschapscommissie-VGV-0705-FM.doc - 1/15

Vlaamse Gemeenschapscommissie E. Jacqmainlaan 135 1000 Brussel

Veiligheids- en gezondheidsdossier Algemene inhoud 1. Algemene projectgegevens 2. Administratieve gegevens 3. Planning 4. Algemene info V&G-plan, werfsignalisatie en inrichtingsplan. 5. Bouwplaatsreglement 6. V&G-plan 7. Specifieke Risicoanalyses 8. Intentieverklaringen 9. Noodprocedures

Ontwerper Tom Thys Arduinkaai 37 bus 23 1000 Brussel

Project Renovatie van de gebouwen 14 en 15 van Elishout Grysonlaan 1 te 1070 Brussel (Anderlecht)

5 juli 2012

Begeleidende nota bij aanbestedingsdossier veiligheid

Het aanbestedingsdossier veiligheid is opgebouwd uit 2 delen: 1. Het bestek veiligheid 2. Het veiligheids- en gezondheidsdossier

Beide delen zijn van toepassing voor elke aannemer die werkzaam zal zijn op dit project. De algemene bepalingen in bestek en V&G dossier zijn bijgevolg geldig voor alle aannemers. In Deel 6 V&G-plan vindt u de risicoanalyse opgesteld door de veiligheidscoördinator. In de laatste kolom staat gespecificeerd voor welke aannemer de risico’s en te treffen maatregelen van toepassing zijn. Onderaan het tabblad vindt u de verwijzing naar de verschillende percelen. De delen “inrichting en organisatiewerf” en “coördinatieve maatregelen” zijn door iedereen te lezen en toe te passen. Eenieder dient in te staan voor zijn eigen veiligheid. Voor zover mogelijk is inde kolommen beschreven welke aannemer dient in te staan voor de specifieke elementen.

Wij vragen volgende documenten te overhandigen en in te vullen bij aanbesteding (zie ook bestek veiligheid): − Intentieverklaring , waarin u zich akkoord verklaart met het bouwplaatsreglement en het V&G-plan. − Risicoanalyse , waarin de specifieke risico’s van uw werkzaamheden voor dit project beschreven dienen te worden

2/15

Onze ref. 121V-Vlaamse Gemeenschapscommissie-VGV-0705-FM.doc -

1. Algemene projectgegevens 1.01 Beschrijving van het te realiseren bouwwerk a. Volgens de bestemming: Grysonlaan 1 te 1070 Brussel (Anderlecht)

b. Bouwwerken zoals beschreven in art.2 §1 van KB. 25/01/2001: NR

c.

BOUWACTIVITEIT

01

Graafwerken

02

Grondwerken

03

Funderings- en verstevigingswerken

04

Waterbouwkundige werken

05

Wegenwerken

06

Plaatsing van nutsleidingen, inzonderheid, riolen, gasleidingen, elektriciteitskabels, en tussenkomsten op deze leidingen, voorafgegaan door andere hier vermelde werken

07

Bouwwerken

08

Montage en demontage van, geprefabriceerde elementen, liggers en kolommen

09

Inrichtings- of uitrustingswerken

10

Verbouwingswerken

11

Vernieuwbouw

12

Herstellingswerken

13

Ontmantelingswerken

14

Sloopwerken

15

Instandhoudingswerken

16

Onderhouds-, schilder- en reinigingswerken

17

Saneringswerken

18

Afwerkingswerkzaamheden behorende bij één of meer hiervoor vermelde werken

Adres bouwplaats Naam Adres:

: Renovatie van de gebouwen 14 en 15 van Elishout : Grysonlaan 1 : 1070 Brussel (Anderlecht)

VT

X

X

X

3/15


4/15

1.02 Gegevens tussenkomende partijen ontwerp/verwezenlijking/andere partijen Functie Bouwheer

Naam + adres Vlaamse Gemeenschapscommissie Lieven Baro

Telefoon GSM

Fax

Email

+32 (0) 2 563 03 00

E. Jacqmainlaan 135 1000 Brussel Gebruiker

Vlaamse Gemeenschapscommissie Frederik Scharpé

+32 (0)2 563 04 +32 (0)2 563 04 [email protected] 33 49 frederik.scharp [email protected]

Grysonlaan 1 1070 Brussel (Anderlecht) Bouwdirectie Tom Thys belast met het Tom Thys ontwerp – controle op de Arduinkaai 37 bus 23 verwezenlijking 1000 Brussel

02 219 07 63

[email protected]

0486 65 90 02

Bijgestaan Bureau Bouwtechniek door Dorien De Bonte bouwdirectie belast met het Freya Michiels ontwerp – Kammenstraat 18 controle op de verwezenlijking 2000 Antwerpen

03/ 231.53.95

CoördinatieBureau Bouwtechniek ontwerpMevr. Freya Michiels verwezenlijking Dhr; Ken Coolsaet

03/ 231.53.95

03/ 232.78.82

[email protected]

0478 73 10 67

[email protected]

0476 55 00 69

Freya [email protected]

03/ 232.78.82

[email protected]

0476/ 55.00.69

Freya [email protected]

0486/078.127

[email protected]

Kammenstraat 18 2000 Antwerpen FOD WASO TWW

Brussel Ernest Blerotstraat 1

Luc Van Hamme 02/ 233.45.46

02/ 223.45.23

[email protected]

02/ 552.05.00

02/ 552.05.05

[email protected]

1070 Brussel NAVB

Koningsstraat 132/4 1000 Brussel

1.03 Gegevens intervenanten Elke aannemer dient de door de veiligheidscoördinator gevraagde gegevens, zijnde adres, contactpersoon, telefoon, fax en RSZ-nummer door te geven van al zijn onderaannemers. De lijst van alle betrokken aannemers wordt hierna bijgevoegd.


5/15

2. Administratieve gegevens 2.01 Meldingsformulier (zie hierna) Vanaf 4 november 2011 moeten de bouwondernemingen hun werven verplicht elektronisch melden aan het navb via de UWM-toepassing op het portaal van de Sociale Zekerheid www.socialsecurity.be. Het is niet langer mogelijk om een melding te doen op papier.

Het navb-luik "Melding inzake veiligheid en hygiëne" is geschrapt uit de toepassing. Werken die niet onder het toepassingsgebied van het luik “Werken 30bis” vallen, maar toch gemeld moeten worden aan het navb, zullen gemeld kunnen worden via het luik “Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen”. De melding moet nog altijd ingediend worden voor aanvang van de werken, maar niet meer 15 dagen op voorhand. De gegevens met betrekking tot de werf, de aannemer(s) en de opdrachtgever zullen het navb automatisch elektronisch bereiken op de dag van de melding. De aannemer blijft wel verplicht om de meldingspagina die gegenereerd wordt door het nieuwe systeem (af te drukken pdf), op een toegankelijke plaats ter beschikking te stellen van het personeel en andere belanghebbenden.

In uitvoering van de welzijnsreglementering krijgt de aannemer bovendien de mogelijkheid om een elektronisch formulier met nuttige preventie-info voor de werf in te vullen. Hij kan dit formulier veld per veld invullen en bewaren als PDF-bestand.

Dit formulier kan samen met de werfmelding ter beschikking gesteld worden op de bouwplaats. De formulieren zijn ook beschikbaar via de beroepsverenigingen.

Om tot deze ingrijpende vereenvoudiging te komen, werd een nieuwe cao "Meldingsplicht aan het navb-cnac Constructiv" goedgekeurd door het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf (PC 124). (Deze cao vervangt de gelijknamige cao van 10 februari 2011, die zelf de cao "Meldingsplicht inzake veiligheid en hygiëne" van 14 februari 1980, gewijzigd door de cao van 29 maart 1984, verving.)


2.02 Vergunningsaanvragen en bekomen vergunningen Vergunning

VT / NVT

1

Bouwvergunning

NVT

2

Milieuvergunning

NVT

3

Uitbatingsvergunning

NVT

4

Lozingsvergunning

NVT

5 6

7 8

Verantwoordelijk

Datum van ontvangst

Vergunning voor verwijderen van NVT afvalstoffen Vergunningen voor NVT vernietiging van giftig afval Vergunningen voor activiteiten die het NVT grondwater kunnen verontreinigen Verslag brandweer

NVT

2.03 Aanvragen liggingsplannen nutsleidingen VT / NVT Elektriciteit

NVT

Telefoon

NVT

Teledistributie

NVT

Water

NVT

Riolering

NVT

Gas

NVT

Verantwoordelijk

Datum van ontvangst

6/15


7/15

3. Planning Gelieve een planning op te maken. …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …….…………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………….………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ………………………….……………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………….…………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………….………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………

4. Algemene info V&G-plan, werfsignalisatie en inrichtingsplan. Gelieve een schets te maken waar de hierna vermelde gegevens zullen ingeplant worden (indien van toepassing): -

Omheining + schutting Bezetting openbare weg + verkeersborden Nutsaanduidingen, zoals elektrische kast Ondergrondse leidingen Werfweg + toegangswegen Vluchtwegen + nooduitgangen Werflokalen + kleedkamers + sanitaire installatie Afvalcontainers Kranen + andere heftoestellen Belangrijke installaties en machines EHBO + verbanddoos + draagberrie Brandblusapparaten


5. Bouwplaatsreglement DEFINITIES 1. Coördinatiedossier:de synthese van alle documenten i.v.m. welzijn op het werk, samengebracht door alle tussenkomende partijen: opdrachtgever, architect, studiebureau, coördinatorontwerp, coördinator-verwezenlijking, de bouwdirecties uitvoering, aannnemers… 2. Bouwplaatsreglement:een standaarddocument als addendum aan het contract/de bestelling. Het omvat een geheel van elementen die invloed hebben op de veiligheid, de gezondheid, de hygiëne en het milieu en die op bouwplaatsen van toepassing is. 3. Onderneming:elke werkgever die personen tewerkstelt op de bouwplaats of elke zelfstandige die op de bouwplaats werken uitvoert. 4. Resultaten van de risicoanalyse:een document dat opgesteld wordt door de onderneming en een gedetailleerde opsomming geeft van de maatregelen die de onderneming heeft voorzien om de veiligheid en gezondheid te verzekeren. Het omvat ten minste de volgorde van de activiteiten, de gebruikte uitrusting en producten, de mogelijke risico’s, de risico-evaluatie en de te nemen preventiemaatregelen. 5. C.B.M.: collectieve beschermingsmiddelen 6. P.B.M.: persoonlijke beschermingsmiddelen 7. Arbeidsmiddelen: alle op de arbeidsplaats gebruikte machines, apparaten, gereedschappen en installaties.

1.ORGANISATIE VAN DE PREVENTIE EN BESCHERMING 1. Onverminderd de verplichtingen volgend uit de welzijns- en milieuwetgeving moet elke onderneming (werkgever of zelfstandige) die op de bouwplaats werken uitvoert en/of laat uitvoeren en iedere persoon die op de bouwplaats aanwezig is, dit bouwplaatsreglement naleven. 2. De bouwdirectie uitvoering of de coördinator verwezenlijking zit de coördinatievergadering met betrekking de welzijnsaspecten voor het geheel van de werkzaamheden voor. De onderlinge overeenkomsten tussen verschillende ondernemingen i.v.m. veiligheid en gezondheid op de bouwplaats moeten worden voorgelegd. 3. Elke onderneming moet, vooraleer met de werken te starten, aan de coörodinator verwezenlijking, de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde een document bezorgen waarin zijn werkmethoden en de specifieke preventiemaatregelen duidelijk vermeld staan. 4. De tussenkomende partijen verbinden zich ertoe aanwezig te zijn op de periodieke COÖRDINATIEVERGADERING Welzijn gehouden door de coördinator-verwezenlijking of de bouwdirectie uitvoering als zij hiertoe worden uitgenodigd. 5. Elke onderneming aan wie een werk wordt toegewezen, is verplicht een aanspreekbare persoon, die de streektaal machtig is, aan te duiden die gedurende de werkzaamheden op de bouwplaats aanwezig is. 6. Elke onderneming voorziet in het houden van werkplekgebonden opleidingen op de bouwplaats, met al haar personeel, waarbij specifieke veiligheidsonderwerpen periodiek worden besproken. Zij overhandigt een kopie van het verslag aan de bouwdirectie uitvoering. 7. Elke onderneming verklaart dat de werknemers de nodige opleiding/beroepservaring en lichamelijke geschiktheid bezitten om de hen opgelegde taken (incl. verantwoordelijkheden in veiligheidsfunctie) uit te voeren en het bijhorend materieel te gebruiken en te bedienen op volstrekt veilige wijze. Op vraag

8/15

van de bouwdirectie uitvoering legt zij de nodige stukken ter staving voor. 8. De werknemers mogen slechts worden aangetroffen op de voor hen voorziene werkplaatsen en de wegen die naar deze werkplekken leiden. 9. Indien een werkvergunning (graafvergunning, vuurvergunning, koudwerkvergunning) vereist is, zal de onderneming deze aanvragen bij de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde. 10. Ingeval van inbreuk op de veiligheidsregels door een specifiek persoon, kan deze de toegang tot de bouwplaats worden ontzegd door de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde.

2.BOUWPLAATSINRICHTING 1. Het inplantingsplan zit ter inzage in het coördinatiedossier welzijn op de bouwplaats. De bouwplaatsinrichting kan de volgende gegevens bevatten: •

ligging van nutsleidingen (H.S., L.S., telefoon, water, gas…) • toegangen, wegen, rijrichting en parkings • zones voor gezondheidsinrichtingen, opslaan van materieel, werkplaatsen… • inplanting hijstoestellen en draaicirkel (nummering van de toestellen en inplanting draaistellen) • opgestelde elektrische verdeelborden • Laad- en loszones • E.H.B.O.-post 2. Elke onderneming is verplicht voor haar werknemers de wettelijk voorziene gezondheidsinrichtingen ter beschikking te stellen (C.A.O. van 5/1/84 – K.B. van 1/5/84 – A.R.A.B. art. 76 evt.) en deze dagelijks te onderhouden. Maaltijden mogen enkel in de daartoe voorziene inrichtingen worden gebruikt. 3. Het gebruik van de installaties en voorzieningen van andere bouwdirecties is in principe verboden voor derden , tenzij onderling schriftelijk overeengekomen. 4. Het opstellen van werfburelen, refters, kleedkamers, sanitaire installaties, opslagplaatsen, … mag enkel conform het inplantingsplan en in overleg met de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde gebeuren. 5. Het gebruik van alcoholhoudende dranken en /of ‘stimulerende producten’ op de bouwplaats is verboden. Bij het gebruik hiervan door een bepaalde persoon, kan aan deze laatste de toegang tot de bouwplaats worden ontzegd door de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde.

3.COLLECTIEVE BESCHERMINGSMIDDELEN (C.B.M.) 1. Het plaatsen en/of wegnemen van C.B.M. wordt geregeld IN SAMENSPRAAK met de bouwdirectie verwzenlijking, de opdrachtgever of zijn aangestelde. Geplaatste C.B.M. mogen NOOIT verwijderd worden zonder dat vervangende of definitieve beschermingen worden aangebracht. 2. Elke onderneming geeft de voorkeur aan het gebruik van collectieve beschermingen boven persoonlijke beschermingsmiddelen. 3. Elke op de bouwplaats vastgestelde gevaarlijke of ongezonde toestand moet onmiddellijk aan de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde gemeld worden.

4.PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN (P.B.M.)


1. Het dragen van aan het werk aangepaste P.B.M. conform de geldende wetgeving en de werfgebonden risico’s is op de bouwplaats voor IEDEREEN verplicht. 2. Elke onderneming moet op haar kosten P.B.M. ter beschikking stellen van haar personeel en/of bezoekers. Zij moet eveneens toezien op het gebruik ervan. Tevens moet zij ten gepaste tijde zorgen voor de vernieuwing. 3. De werknemers van een onderneming die niet ingaat op de verplichting tot het ter beschikking stellen van de nodige PBM, zullen deze ter beschikking worden gesteld door de bouwdirectie uitvoering en dit op kosten van de ingebreke blijvende onderneming. De werknemers zijn verplicht de ter beschikking gestelde PBM te gebruiken volgens de gegeven instructies en ze na gebruik weer op te bergen en te onderhouden.

5.ORDE EN NETHEID

9/15

4. Bij ongevraagd gebruik van arbeidsmiddelen van derden is DE GEBRUIKER verantwoordelijk voor de veiligheid. 5. Bij het gebruik van heftoestellen gelden de volgende specifieke bepalingen: •

Alle heftoestellen en hijstoebehoren, evenals heftoestellen die als hijstoestel worden gebruikt om lasten te hijsen, die op de bouwplaats binnengebracht worden, moeten voorzien zijn van een geldig keuringsattest.

•

Het keuringsattest is op de werf ter beschikking. Bij ontstentenis heeft de bouwdirectie-uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde het recht het gebruik van de toestellen of de accessoires te verbieden.

•

Bij het gebruik van meerdere heftoestellen met overlappend werkbereik moet, in overleg met de coördinator-verwezenlijking, een gebruiksprocedure opgesteld worden.

1. Elke onderneming moet ten minste dagelijks zijn werkposten opruimen en het afval afvoeren. De bouwdirectie uitvoering kan, op kosten van de onderneming die in gebreke blijft, de opdracht 6. Ladders zijn steeds in goede staat (zonder beschadigingen geven aan derden de werkposten op te ruimen. en stabiel) en uitgerust met aangepaste 2. De wegen, doorgangen en trappen moeten steeds vrij zijn van antislipvoorzieningen. Zij worden opgesteld op een goede, obstakels en hindernissen. Leidingen en kabels mogen de stevige ondergrond. Zij worden steeds vastgemaakt, tenzij dit doorgang niet belemmeren. Kruisen zij een doorgang, dan in de werkmethode anders wordt vermeld. moeten ze zichtbaar en/of beschermd worden tegen 7. Bij het gebruik van stellingen gelden volgende specifieke beschadiging. bepalingen: 3. Bouwmaterialen en materieel moeten ordelijk en stabiel, in de • Elke stelling vanaf 2 meter hoog moet voorzien zijn voorziene zones worden gestapeld. van leuningen, tussenleuningen en plinten. De 4. Parkeren van voertuigen en rijdend materieel worden werkvloer moet aaneensluitend zijn, d.w.z. zonder afgesloten achtergelaten op de voorziene plaatsen. gevaarlijke ruimten tussen de planken en de voldoende stevig, rekening houdend met de 6.ELEKTRISCHE INSTALLATIE belasting. 1. De elektrische installatie moet door een externe dienst voor technische controle gekeurd (EDTC) worden conform het A.R.E.I. Elk ernstig defect en elk effect met risico’s voor derden moet ONMIDDELLIJK aan de coördinator-verwezenlijking en aan de bouwdirectie uitvoering worden gemeld. Elke elektrische installatie of onderdeel is vergezeld van een nog geldig verslag van een EDTC zonder opmerkingen. 2. Verdeelborden moeten steeds gesloten blijven. Het aansluiten kan enkel met aangepaste stekkers. Alle verbindingen (stekker/stopcontact) moeten geschikt zijn voor gebruik in vochtige omstandigheden, minimum IP44. Verlengkabels moeten een minimale doorsnede van 2,5mm² hebben.

•

De toegang tot de werkvloeren van een hogergelegen niveau gebeurt door middel van trappen of ladders.

•

Voor de ingebruikname en minstens één maal per week wordt de stelling nagekeken door een bevoegd persoon van de gebruikende onderneming.

•

Voor stellingen hoger dan 8 meter of voor stellingen blootgesteld aan buitengewone krachten moeten de nodige berekeningsnota’s of referentie van norm voorgelegd worden aan de coördinatorverwezenlijking

3. Kabels moeten steeds opgehangen en/of afgeschermd worden tegen mogelijke beschadiging.

8.GEVAARLIJKE PRODUCTEN

4. Elke onderneming staat zelf in voor de verlichting van haar werkposten. Deze verlichting en de noodverlichting moet worden uitgevoerd volgens de geldende wetgeving.

1. Alle producten op de bouwplaats moeten reglementaire etiketten hebben of krijgen. Het gebruik van brandbare, toxische of andere gevaarlijke producten moet in de werkmethode van de onderneming vermeld staan.

5. Voor afspraken in verband met stroomvoorziening moet de onderneming zich voorafgaandelijk richten tot de bouwdirectie uitvoering

7.ARBEIDSMIDDELEN EN TOEBEHOREN 1. Enkel arbeidsmiddelen conform het KB arbeidsmiddelen en de machinerichtlijn. mogen op de bouwplaats aanwezig zijn 2. Elke onderneming moet zijn arbeidsmiddelen identificeren. 3. De arbeidsmiddelen moeten geschikt zijn voor het uit te voeren werk en regelmatig gekeurd door een bevoegd persoon zodat bij het gebruik de veiligheid en gezondheid steeds gewaarborgd zijn.

2. Het opslaan van producten en verwijderen van de verpakking dient volgens de geldende wetgeving en in samenspraak met de bouwdirectie uitvoering, de opdrachtgever of zijn aangestelde te gebeuren. 3. Een kopie van de veiligheids- en gezondheidssteekkaart (chemische fiche of M.S.D.S.-fiche) van de gevaarlijke producten moet op de werf ter beschikking zijn 4. Indien werken worden uitgevoerd waarbij schadelijke of hinderlijke dampen/gassen vrijkomen, moet dit worden gemeld aan de bouwdirectie uitvoering en de opdrachtgever of zijn aangestelde.

9.WERKEN MET OPEN VLAM


1. Het behandelen van gasflessen gebeurt met de grootste zorg. Lege gasflessen en gasflessen die niet worden gebruikt, worden op in een goed verluchte ruimte, rechtop opgeslagen, vastgemaakt en voorzien van de beschermkap en beschermd tegen de zon. 2. De zuurstof- en brandgasflessen worden bij gebruik verticaal of schuin onder een hoek van minimum 35° geplaatst. Op het einde van de dagtaak worden de gaskranen dichtgedraaid en de slangen en manometers ontspannen. 3. Bij werken met open vlam hoort een ABC-blusapparaat van minimum 6 kg.

10.MILIEU 1. Het verbranden van elk afval op de bouwplaats is steeds verboden. 2. Het verwijderen van afval en/of verpakkingen gebeurt volgens aanwijzingen van de bouwdirectie uitvoering. 3. Er moeten maatregelen worden genomen tegen bodem-, luchten watervervuiling, alsook tegen geluidshinder

11.NOODPROCEDURES 1. Elke onderneming zal de procedures inzake E.H.B.O. en arbeidsongevallen, opgesteld door de coördinator-ontwerp, respecteren 2. Elk ernstig arbeidsongeval, incident of schadegeval moet de dag van het voorval worden vermeld in het coördinatiedagboek door de werkgever van de betrokken werknemer. Voor de arbeidsongevallen moet daarenboven een arbeidsongevallenrelaas aan de bouwdirectie-uitvoering worden overhandigd en besproken op het eerstvolgend coördinatieoverleg 3. Elke onderneming rust zijn lokalen uit met de wettelijke voorzieningen inzake brandblussers en E.H.B.O.-materiaal. 4. De bouwdirectie uitvoering zorgt er voor dat ten minste één E.H.B.O.-hulpverlener permanent aanwezig. 5. Elke onderneming moet over voldoende, aangepaste en conforme brandbestrijdingsmiddelen beschikken.. 6. De brandevacuatieprocedure moet worden opgemaakt door de coördinator verwezenlijking in samenspraak met de bouwdirectie uitvoering en de opdrachtgever of zijn aangestelde. Deze procedure moet door elke aannemer worden opgevolgd.

10/15


11/15

6. V&G-plan Dit Veiligheids- en Gezondheidsplan (V&G-plan) werd opgesteld door de coördinator-ontwerp met de medewerking van de bouwheer en de ontwerper. Het heeft tot doel alle betrokken partijen aangaande het project Renovatie

van de

gebouwen 14 en 15 van Elishout in te lichten over de te nemen preventiemaatregelingen volgende uit een analyse van elke fase van de werkzaamheden. De preventieprincipes betreffen de beroepsrisico’s en maken deel uit van de contractuele documenten met betrekking tot de toewijzing van de werken. Dit V&G-plan is de basis voor de inschrijver om zijn evaluatiefiches in te vullen. Dit V&G-plan kan evolueren en aangepast worden naargelang de uitvoeringswijzen en de omstandigheden tijdens de verwezenlijking van de werken en de bouwplaatsomgeving.

Elke nevenaannemer en aannemer rekening te houden met de door de pilootaannemer gerealiseerde werforganisatie en de door de veiligheidscoördinator geformuleerde adviezen. Alles blijft echter bespreekbaar! De elementen “coördinatieve maatregelen” en “inrichting en organisatie werf” belangen elke aannemer aan. Daarnaast dient elke aannemer zich te houden aan dat deel van het VGV-plan dat hem aanbelangt. Onderaan de bladen is het onderwerp weergegeven.


12/15

7. Specifieke Risicoanalyses De hoofdaannemer is tegenover het bouwdirectie verantwoordelijk voor zijn onderaannemers en bijgevolg ook voor het opstellen en doen naleven van de verschillende V&G-plannen. Er wordt benadrukt dat de verschillende V&G-plannen op elkaar afgestemd zijn en elke aannemer verantwoordelijk blijft voor de algehele veiligheid. Elke aannemer dient zijn specifiek risicoanalyse op te stellen dat rechtstreeks de uit te voeren werken beschrijft met de bijbehorende middelen, risico’s en preventiemaatregelen die dienen genomen te worden. De verschillende V&G-plannen en risico-evaluaties dienen opgesteld worden door personen die voldoende inzicht hebben in de praktische uitvoering van het uit te voeren werk. Zij dienen hierin bijgestaan te worden door hun respectievelijke preventieadviseurs. De V&G-plannen dienen ten minste twee weken voor aanvang van de werken overhandigd te worden aan de veiligheidscoördinator, zodat de efficiëntie kan geëvalueerd worden en er indien nodig coördinatieve maatregelen kunnen genomen worden die het werk van andere aannemers kunnen beïnvloeden. Deze risicoanalyse dient volgende elementen te bevatten. (i) Uit te voeren werk Na vermelding van de hoofduitvoeringsfase worden de verschillende fases in het proces uitgediept, waardoor een opsomming van de van elkaar te onderscheiden werkzaamheden bekomen wordt. Bij elk van deze posten wordt beschreven hoe de werknemers van start zullen gaan. Indien het gaat om werkzaamheden in de diepte of op hoogte dient eveneens vermeld te worden op welke wijze de werknemers op hun post geraken. (ii) Gebruikte middelen Hierin dient beschreven te worden welke middelen aangewend zullen worden om de taak uit te voeren. We doelen hier op de machines evenals specifieke toestellen zoals graafmachines, hoogtewerkers, … . De aannemer dient eveneens te vermelden welke ruimte deze specifieke toestellen in beslag nemen en/of werkingsruimte de uitvoerders nodig hebben, evenals de nodige ruimte voor aanvoer, opslag en voorbewerking. (iii) Mogelijke risicoposten Hierin dient beschreven te worden welke directe risico’s verbonden zijn aan de desbetreffende arbeidspost en de gebruikte middelen. Voorbeelden zijn valgevaar van personen en materiaal, gevaar voor verbranding, gevaar voor irritaties, gevaar voor vergiftiging en/of verstikking, gevaar voor klemming, gevaar voor snijwonden, ... . Deze kolom vermeldt tevens de risico’s die zich kunnen voordoen bij gelijktijdige uitvoering van bepaalde werken, evenals een eventueel blijvend gevaar na voltooiing van de werken. Er dient eveneens vermeld te worden welke de risico’s zijn voor derden. Bijvoorbeeld het wegspringen van gensters bij het lassen van de wapening. (iv) Maatregelen Per fase dient vermeld te worden welke voorkomings- en beschermingsmaatregelen zijn die getroffen worden teneinde de gevolgen van de mogelijke risicoposten uit te sluiten. (v) Opmerkingen Hierin dient verwezen te worden naar de nodige documenten zoals A.R.A.B., Codex, instructierichtlijnen van de fabrikant, interne procedures,… . Indien een bepaalde persoon aangewezen wordt om toezicht te houden bij een bepaalde uitvoeringsfase dient dit ook hier vermeld te worden. Elke aannemer dient een MSDS-fiche in te dienen van de gevaarlijke producten die door hem aangewend worden. De hieraan verbonden risicoanalyse dient opgenomen in het specifieke V&G-plan.


Aannemer Werfleider Preventieadviseur Uitvoeringsfase

: : :

13/15

Pag.

:

Risicoanalyse Project:Renovatie van de gebouwen 14 en 15 van Elishout Werkfase / Middelen / Mogelijke risicoposten Risico-evaluatie Volgorde technieken der activiteiten W B E R

Beschermin Opmerkingen gsmiddelen / Maatregelen


14/15

8. Intentieverklaringen Project:

Grysonlaan 1 te 1070 Brussel (Anderlecht) Grysonlaan 1, 1070 Anderlecht

-

O Aannemer / O Onderaannemer / O Nevenaannemer: Naam:

....................................

Adres:

.................................... .....................

Tel:

. . . ./ . . . . . . . . . . .

Fax:

Werkt met onderaannemers: Werkt met zelfstandigen:

JA JA

. . . ./ . . . . . . . . . . .

NEEN NEEN

A. ALGEMENE INFORMATIE: Diensthoofd V&G:

..............................

Veiligheidsverantwoordelijke op de bouwplaats: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . EHBO hulpverleners:

..............................

Arbeidsgeneeskunde: Dienst:

..............................

Geneesheer:

..............................

Arbeidsongevallen: Wetverzekeraar:

..............................

Tel.:

..............................

Omschrijving uit te voeren werken: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Maximaal aantal werknemers op de werf: ............

Uitvoeringsperiode van.......................tot................................ B. VERKLARING: Ondergetekende verklaart het bouwplaatsreglement ontvangen te hebben van de hoofdaannemer en de verantwoordelijkheid te zullen nemen om al zijn werknemers die voor hem werken te informeren over de inhoud van dit bouwplaatsreglement, en hen de aangepaste instructies te geven. Eveneens bevestigt ondergetekende dat deze voorschriften, naast deze van het ARAB, zijn bijlagen, de codex over het welzijn op het werk en het AREI, die door zijn werknemers en zijn onderaannemers dienen gevolgd te worden, door hem duidelijk begrepen zijn. Ondergetekende verklaart dat hij het Algemeen Coördinatieplan voor Veiligheid en Gezondheid op de bouwplaats doorgenomen heeft en akkoord gaat met het naleven ervan. Ondergetekende verklaart zijn specifiek V&G-plan d.m.v. een toolbox toe te lichten aan zijn arbeiders.

C. VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN: Specifiek veiligheids en gezondheidsplan: zie bijlage

Voor akkoord,

Voor akkoord,

Veiligheidsverantwoordelijke op de bouwplaats

Ondernemingshoofd


15/15

9. Noodprocedures Volgende documenten dienen duidelijk zichtbaar op de bouwplaats uitgehangen te worden, bij voorkeur in elke werfkeet. De inhoud ervan dient toegelicht te worden aan de arbeiders.

NUTTIGE NUMMERS en RAADGEVINGEN ZIEKENHUIS Tel.: 100 GSM.: 112

•

Maximaal beroep doen op de dienst 100 voor vervoer van gekwetste personen. Reden: risico op shock tijdens vervoer

•

Bij levensgevaar meteen via de 100 bijstand vragen van de MUG (Medische urgentie groep).

(Algemeen nummer)

Erasmus Ziekenhuis ........................ Lenniksebaan 808 ........................... 1070 Brussel (Anderlecht) ............... Tel.: 02 555 31 11 ................. ...................................... Spoed.:

•

Vermeldt: - Uw naam + naam van de firma - Werfadres: Grysonlaan 1, 1070 Anderlecht - Aard van de verwonding - Ademhaling slachtoffer in orde? - Hartslag slachtoffer in orde?

•

Vermeldt: - Uw naam + naam van de firma - Werfadres: Grysonlaan 1, 1070 Anderlecht - Aard van de brand (gas, vloeistof, vaste stoffen,…) - Beschikbaarheid bluswater - Aanwezigheid EHBO

•

Voer uit: - Tracht de brand te blussen met de beschikbare middelen - Verzamel op de hiervoor afgesproken plaats - Maak de weg vrij voor de brandweer

ANTIGIFCENTRUM

•

Wacht niet op ziekteverschijnselen vooraleer te bellen

070/ 245.245

•

Geen melk toedienen, melk is geen tegengif

DOKTER Dr. M. Roex. ................................... Vogelenzangstraat 89...................... 1070 Brussel (Anderlecht) ............... Tel.: 02 522 74 54 ......................

BRANDWEER Tel.: 100 GSM.: 112

(Algemeen nummer)

Brandweer Brussel .......................... Helihavenlaan 15 1000 Brussel.................................... Tel.: 02 208 81 11 .......................

BRANDWONDENCENTRUM Tel.:

02 268 62 00

Militair Hospitaal .............................. Bruynsstraat .................................... 1120 Neder Over Heembeek...........

Tel.:

Militair Hospitaal .............................. De Brynstraat 1................................ 1120 BRUSSEL............................... Tel.: 02/ 264.96.36 ......................

POLITIE Tel.: 101

(Algemeen nummer) Demosthenesstraat 36..................... 1000 Brussel.................................... Tel.: 02 559 80 00 .......................

•

Niet laten braken! Meestal is braken niet aangewezen, bel eerst

•

Spoel overvloedig met water na spatten van een schadelijke stof in de ogen of op de huid

•

Verlucht de ruimte goed als er irriterend of giftig gas vrijgekomen is

Veiligheids- en gezondheidsdossier

Recommend Documents