Van geslacht op geslacht (1): ouders en kinderen
Met de Oudtestamentische tekst van vanmorgen krijgen we een kijkje in de keuken van een familie, de familie waaruit het oude Israël ontstaan is. Een schitterende familie. Eén man is na driemaal zeven jaar hard werken uitgegroeid tot een gezin met twee vrouwen (eigenlijk vier), met twaalf kinderen (niet meegerekend dochter Dina, en waarschijnlijk ook nog wel andere dochters), met veel vee (geiten en schapen, witte, zwarte en gespikkelde..) en met heel wat bezittingen. Toen Jacob het beloofde land uit vluchtte, naar zijn oom in Syrië, had hij dit niet kunnen dromen. Velen van ons zullen hierin het éen en ander kunnen herkennen, denk ik. Eerst als vader en moeder, en vervolgens als grootouders, zie je bv op een verjaardag al die jonge mensen met hun eigen have en goed om je heen en denk je verrast: is dit allemaal uit mij geboren? Dat ik mijn vrouw of man vond was al een wondertje, maar er zijn nog zoveel wondertjes gevolgd! Toch is dit niet het hele verhaal. Wanneer er een heerlijke maaltijd wordt geserveerd, ziet het er in de keuken vaak toch anders uit. Bijbelverhalen zijn ongemeen realistisch. Als Jacob met zijn schitterende familie weer voor de grens van het beloofde land staat, komt hij óók voor een verleden te staan. Elke familie heeft een verleden. Jacob moest indertijd vluchten omdat hij bang was voor zijn broer Ezau. Hij was bang omdat hij zijn broer met een list het eerstgeboorterecht afhandig had gemaakt. Als tweede broer had hij de plaats van de eerste ingenomen. Ezau heeft nu alle recht om zijn broertje nog een keer terug te pakken. Jacob knijpt ‘m. Maar er is meer. In Syrië heeft zijn oom hem eigenlijk ook al teruggepakt. Zonder het te weten overigens. De oom deed met Jacob wat Jacob met zijn broer deed: hij bedroog hem. Merkwaardig: door Jacob te bedriegen voorkwam Laban, dat Jacob voor de tweede keer tot een vergelijkbaar bedrog zou komen. Jacobs oog was immers op zijn mooie nicht Rachel gevallen, maar Rachel was, net als hijzelf, de tweede op rij, er was nog een eerste, oudste dochter, die volgens plaatselijke gewoonte als eerste mocht trouwen. Jacob had moeten wachten. Oom Laban zet dat recht met een list. En zo voelt de bedrieger nu zelf wat het is om bedrogen te worden. En ook dit is nog niet alles. Het bedrog heeft verstoorde relaties gecreëerd, allereerst bij de direct betrokkenen, maar ook bij hun partners. Het zijn niet alleen broer Ezau (en zijn vader Isaac) die door Jacobs eerste list gekwetst waren. Het is niet alleen oom Laban die zich door Jacobs voorkeur voor Rachel niet geëerd voelde. Het is ook moeder Rebecca, die indertijd Jacobs zijde koos en zo medeplichtig werd in zijn eerste list; dat zal haar verhouding met haar man niet ten goede zijn gekomen. En wat moet Lea, Jacobs eerste vrouw, door haar vader Laban aan Jacob verbonden, niet gevoeld hebben tegenover haar zus, de mooiere Rachel, die Jacob eigenlijk had willen hebben. Labans list bracht jaloezie tussen de zussen. –Wat een spanningen. De tweede die tot eerste verkozen is, de eerste die teruggezet wordt, het werkt onder alle betrokkenen door. En als dit soort dingen in dit soort relaties gebeuren, in familierelaties, is dat niet voor even, maar vaak een leven lang. En nog is dit niet alles. De rivaliteit tussen de vrouwen van Jacob riep rivaliteit tussen zijn kinderen op. Lea kreeg de meeste kinderen, maar Jacob hield toch meer van de kinderen die hij uiteindelijk van Rachel kreeg. De zonen van Lea – Ruben, Levi, Simeon en de anderen – voelen zich achtergesteld, hun jonge broertjes Jozef en Benjamin worden voorgetrokken. Dat zet kwaad bloed. U weet hoe dat tenslotte zal escaleren. De oudste broers zullen Jozef pakken en verkopen naar Egypte.
Wat ik tot nu toe verteld heb, is een hoofdlijn, die laat zien hoe een scheve schaats bij de ouders doorwerkt bij de kinderen en kleinkinderen. Er zijn ook nog zijlijnen. In onze tekst hoorden we er éen. Jacobs oudste zoon, Ruben, heeft seks met een bijvrouw van zijn vader. Mannen mochten in die tijd niet alleen meerdere vrouwen hebben, zij mochten ook slavinnen van die vrouwen als vrouw beschouwen. De kinderen uit deze vereniging geboren werden als eigen kinderen beschouwd. De helft van Israëls stamhoofden is uit dit type relatie geboren. Soms waren die slavinnen een stuk jonger. Ruben slaapt met éen van deze vrouwen van zijn vader. Jacob hoort ervan, het zal hem gestoken hebben, maar hij straft niet… Bij het ouder worden zie je dat Jacob meer en meer gaat lijden en tegelijkertijd milder worden in zijn liefde. We kennen, denk ik, allemaal die zin uit de Tien Geboden: ‘Die de ongerechtigheid der vaderen bezoekt aan de kinderen en kindskinderen, tot in het derde en vierde geslacht’. Als jongen vond ik deze zin zeer onrechtvaardig. De God van het Oude Testament lijkt een wraakzuchtige God, ik kon hem niet hoogachten. Tot ik ging zien wat hiermee bedoeld werd. Ja, patronen van wangedrag werken in families door. Wat de ouders doen heeft gevolgen voor de kinderen. Zij gaan dat op hun wijze vaak ook doen. Jacob en Ezau, Rachel en Lea, de oudste en de jongste broers: alsof er een repeterende breuk door het familieleven gaat. Die kan verzwakken en verdwijnen, maar ook versterkt worden en nog veel grotere gevolgen krijgen. Het is niet dat God dit doet, als straf, het is een ongerechtigheid in het handelen van de (groot)ouders waarvan God de doorwerking niet stopt. Hij láat daden hun gevolgen hebben. Hóe gevolgen doorwerken hangt af van de aard van de relaties. Partnerrelaties, familierelaties zijn de meest gevoelige, de meest omvattende in persoonlijke levens. Nu moet ik iets toevoegen, want wat ik zei moet nog een slag genuanceerder gezegd worden. Israël is een schitterende familie, dat blijft waar, met structurele problemen, ook dat is waar, maar in die problemen is niet alles verkeerd. Het is niet allemaal zonde wat daar speelt. Denken we maar weer aan Jacob: dat hij het eerstgeboorterecht krijgt is tegen de culturele gewoonte, maar op zich niet verkeerd. Sterker nog, God heeft hem dat altijd willen geven, dat blijkt uit het verhaal van Jacobs geboorte. Wat verkeerd is, is dat Jacob het van Ezau op wat slinkse wijze afpakt. Dat Jacob Rachel verkiest, is op zich niet verkeerd. Ook Laban verbiedt hem niet met Rachel te trouwen. Maar daarvoor mag, volgens toenmalige gewoonte, de oudste dochter niet gepasseerd worden. En dat Jozef droomt van zijn leiderschap over alle andere broers, ook dat is op zich niet verkeerd. Die droom was niet alleen maar verzonnen, god heeft hem dat leiderschap altijd al willen geven. Maar zijn arrogantie als dromer, en de groeiende agressie van de broers, waren wel verkeerd. Die maakten dat God zijn oorspronkelijke wil alleen door een familieramp heen kon realiseren. Dat had Hij graag anders gedaan. Ziet u? In die voorkeuren zit niet het probleem. Daar kan zelfs God zelf achter zitten. Het probleem zit in de wijze waarop wij mensen met die voorkeuren, van ons en van God, omgaan. En wat daarin vooral voor problemen zorgt, is de gretigheid. We willen iets zo graag dat we daarvoor het volle rechtdoen loslaten. Dat maakt ons gewelddadig. We lopen vooruit op wat God ons wil geven. – Natuurlijk roept dit ook de vraag op, of er een omgaan mogelijk is waarin niet ongelukkig of verkeerd wordt omgegaan met deze voorkeuren. Kan het ook anders? Ik maak nu een sprong, naar de tweede tekst die we vanmorgen hoorden. Openbaring spreekt van een groep mensen die rond de troon van God staan. De tekst zegt: 12000 mensen uit elk van de 12 stammen. U merkt, Israëls familie komt terug. Alle zonen van Jacob worden vermeld. In het Nieuwe Testament is het volk van God opgebouwd rond de kern van de eerste familie die Hij samenriep. Er is
éen belangrijk verschil: dit volk is geheiligd. Allen die rond de troon staan zijn geheiligd, dat wil zeggen: zij hebben hun verkeerde omgaan met Gods gaven afgelegd, ze hebben daar spijt van gekregen. Zij hebben Gods voorkeur, zijn verkiezing ruimte gegeven en hebben geleerd daar goed mee om te gaan. Om hen heen staat nog een schare die niemand tellen kan, ook die staat rond de troon. Allemaal mensen die hun kleden hebben laten wassen in het bloed van het lam. Mensen die óok tot Gods volk behoren. Die zich óok hebben laten reinigen, laten heiligen. Die 12.000 mensen uit elke stam van Israël zijn niet alle mensen uit elke stam. Die schare die niemand tellen kan, is niet de hele mensheid. Het zijn er wel een flink aantal, een volheid. Een deel heeft zich niet laten heiligen, deze mensen hebben hun kleren – dat wil zeggen: hun denken en doen, hun verlangen en handelen – niet laten wassen. Zij hebben zich niet omgekeerd van hun verkeerde omgaan met Gods gaven bv in het familieleven. Ze hebben zich er niet uit laten roepen zoals Abraham, die zijn land en familie moest verlaten om met de Heer op weg te gaan. Zij staan niet rond de troon. Het is vandaag volgens de traditie van de kerk Allerheiligen. We beginnen met een aantal zondagen die uitlopen op Allerzielen, de Gedachtenis van onze overledenen. Dit jaar wil ik ook de Gedachtenisdienst in het teken van de familie stellen. Ieder van ons heeft een familie, hoe klein misschien ook. Ieder van ons leeft ook in een andere familie, anders zouden we niet hier zitten: we leven ook allemaal in de familie van de kinderen van God, die pas helemaal zichtbaar zal worden rond de troon. Daartussenin staat die gekke familie die we kerk noemen. Een gemeenschap die vaak leidt aan allerlei euvels die ook het natuurlijke familieleven plagen. Al was het maar omdat het natuurlijke leven bij gelovige ouders in het kerkelijk leven wordt opgenomen en meegenomen. En dat wil de Heer ook. Maar de kerk is en blijft de gemeenschap van hen die de roep van de Heer gehoord hebben en bereid zijn om de natuurlijke familie te verlaten, met Hem op weg te gaan en meer en meer zijn wil te doen. De wil van God, waar kunnen we die het beste inoefenen en uittesten dan – in onze families? Wij die hier zitten laten ons dus wegroepen uit de familie om opnieuw in haar ingeleid te worden met de hoop haar te kunnen meenemen naar de troon. En is dat niet ook wat we het liefste zouden willen? Ligt daar niet ons diepste verlangen: onze dierbaren te kunnen behouden? Wel, behouden kunnen we onszelf en hen alleen als gewassen mensen, als heiligen. Dat dit zo is, en wat daarvoor nodig is, is juist ook vader Jacob, denk ik, bij het ouder worden gaan beseffen.
UIT DE LITURGIE Gebeden voor de nood van de wereld Van het keervers, Lied 103c, zingen we na elke intentie steeds één regel.
Heer, het einde van het jaar is begonnen, het Najaar kleurt de natuur om ons heen. Ook in de kerk is het einde van het jaar begonnen, met de zondagen van Voleinding. We zullen binnenkort de doden van onze gemeente herdenken, de bladeren die van onze levensboom gevallen zijn. En onze doden, dat zijn onze dierbaren, onze familieleden. Daarom bidden wij U vanmorgen voor alle families op aarde. Weest U met hen, U hebt ons mensen zo geschapen dat we uit mensen geboren worden. We bidden U, wees in de vreugden en pijn van families, in de geboortevreugde en geboortepijn, in de stervenspijn en misschien ook stervensvreugde. Zo bidden wij U allen tezamen… We leggen U de nood voor die in families voorkomt. Allereerst de nood die van buitenaf komt, bv door oorlog. We bidden U voor verscheurde families, voor vluchtelinggezinnen waarvan de leden uit elkaar gerukt zijn. Zo bidden wij U… En we bidden U voor de familienood die van binnenuit komt, door economische of sociale of psychische problemen, door nood die vaak ook tot schuld leidt en schuld die vaak tot nood leidt, zoals bij kindermisbruik, of bij oudermisbruik. Zo bidden wij U allen…
Kinderverhaal Kennen jullie deze bijbel? De Kijkbijbel. Daar staan de verhalen van de bijbel in waaruit we elke zondag hier voorlezen omdat God juist deze verhalen gebruikt om iets tegen ons te zeggen. Maar soms zijn die verhalen best wel moeilijk, dan is het fijn als ze wat begrijpelijker verteld worden. Ik lees het begin van het verhaal over Jacob en Ezau, en dan het begin van het verhaal over Jozef. Het gaat over éen familie, eerst de vader en dan de kinderen. Als je goed luistert hoor je dat de opa en oma er ook in zitten – net als hier bij ons: van sommigen van jullie zie ik niet alleen een broertje of zusje, en niet alleen moeder of vader, maar ook opa en oma. (…) Als je deze twee stukjes hoort, wat valt je dan op? Lijken de verhalen een beetje op elkaar? –Jacob is jaloers op Ezau omdat Ezau de oudste broer is. En die tijd wordt de oudste broer later de baas van de familie. Veel later, als Jacob zelf kinderen heeft, trekt hij Jozef voor, van Jozef houdt hij het meest. Maar nu zijn de andere kinderen natuurlijk jaloers. Dus ja, de twee verhalen lijken op elkaar. Kinderen lijken op hun ouders, zeggen we wel eens, soms ook in niet zulke leuke dingen. Jullie gaan nu naar je eigen dienst, met het licht van Christus. Aan wie is beloofd om het aan te steken en wie zal het dragen?
Dankgebed en voorbeden God, we danken U voor onze ouders, en ook voor onze grootouders. Sommigen zijn misschien niet meer in leven. Hoeveel hebben onze ouders en grootouders ons niet gegeven? We danken U ook voor onze kinderen als we die hebben, en voor onze kleinkinderen, als we die inmiddels ook hebben. We willen U bovenal danken voor de hoop die U onze families geeft. We mogen ons optrekken aan
de rode draad die in bijbelverhalen dwars door alle sores in de familie heen naar uw Koninkrijk getrokken worden. Die rode draad die zegt dat U het bent die als eerste ons als ouders en kinderen wilt behouden en daaraan werkt. Ook als wij dingen doen die vervelende en soms blijvende gevolgen hebben, gebruikt U die voor ons ten goede. Zo bidden wij U allen tezamen…. Heer, ieder van ons kent families die door ongelukkige patronen getekend zijn zoals de familie van Jacob. We hoeven eigenlijk maar naar onze eigen familie te kijken. We hebben U allemaal nodig. Maar omdat ieder van ons, en elke familie daar op eigenwijze in staat en te kampen heeft met eigen lastige patronen, kunnen wij sommige dingen alleen zelf aan U voorleggen. Hoor ons bidden of stil zijn in de stilte…. Stil gebed, Onze Vader