6 | Vrijwillige Inzet Onderzocht
1
Van affiniteit en actie naar participatie en betrokkenheid; een casusbeschrijving van online vrijwilligerswerk
Online vrijwilligerswerk is een groeiend fenomeen. Mensen zijn niet meer
plaatsbepaling
altijd fysiek aanwezig als ze vrijwilligerswerk doen. Steeds vaker zetten vrijwilligers zich op afstand in. Dat levert voor vrijwilligers keuzevrijheid op voor het tijdstip en de plaats van uitvoering van hun vrijwilligerswerk. Deze nieu-
Margit van der Meulen,
we keuzevrijheid kan een motief zijn voor mensen om vrijwilligerswerk aan
adviseur Kennisstromen bij MOVISIE
te pakken. Vrijwilligerswerk verandert daardoor van karakter. En dat heeft gevolgen voor vrijwilligersorganisaties. Het artikel ‘Van affiniteit en actie naar participatie’ van Linda Bridges Karr en Sandra Kamerbeek onderzoekt deze gevolgen aan de hand van een casus. Tevens geven zij adviezen over hoe om te gaan met deze verandering binnen het vrijwilligerswerk. Waar komt online vrijwilligerswerk vandaan? Er zijn twee relevante internetontwikkelingen gaande. Zo is er het afgelopen decennium een toename van het internetgebruik in Europa en Nederland. In Nederland heeft in 2008 86 procent van de huishoudens toegang tot internet. Nederlanders hebben daarmee ruimschoots de mogelijkheid om online te zijn. Met als gevolg dat mensen hun vrije tijd ook anders besteden dan vroeger. De tweede internetontwikkeling is dat de aard van het internetgebruik is veranderd. Voorheen was het internet vooral gericht op het zoeken naar statische informatie. Nu ontwikkelt het web zich tot een verzameling van interactieve, inputvragende websites. Denk aan toepassingen als Wikipedia of een virtueel kantoor. Hier kunnen meerdere mensen tegelijkertijd aan werken en samenwerken. Deze trend heet Web 2.0. Ook nieuw zijn sociale netwerksites, zoals Hyves en LinkedIn. Gebruikers maken zelf een profiel aan, die ze vervolgens koppelen aan de profielen van anderen binnen hun sociaal netwerk (uit: Wikipedia). De huidige internetontwikkelingen maken het makkelijker om vrijwilligerswerk online aan te bieden en vrijwilligers te werven, maar ook om het online uit te voeren. Ook de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) doet een groot appèl op burgers om onder andere vrijwilligerswerk te doen. Het kan zodoende veel voordelen bieden om als vrijwilligersorganisatie te kijken of er klussen online aan te bieden zijn. Er zijn op deze wijze mogelijkheden andere groepen potentiële vrijwilligers te (be)trekken. Maar hoe is deze specifieke vorm van vrijwilligerswerk te managen? Linda Bridges Karr en Sandra Kamerbeek houden zich in hun artikel met deze vraag bezig. Zij benoemen verschillende problemen die het managen van online vrijwilligers met zich meebrengt en die afwijken van het managen van offline vrijwilligers. Geconstateerd wordt dat het lastig is om online vrijwilligers die participeren zich ook betrokken te laten voelen bij de vrijwilligersorganisatie. De letterlijke afstand of afwezigheid heeft zeker gevolgen. Bridges Karr en Kamerbeek geven een aanzet richting vrijwilligersorganisaties hoe de vrijwilligers te betrekken die van groot belang is voor het laten slagen van een relatief nieuw fenomeen.
Vrijwillige Inzet Onderzocht
|7
Van affiniteit en actie naar participatie en betrokkenheid; een casusbeschrijving van online vrijwilligerswerk
1 Linda Bridges Karr Sandra Kamerbeek
Inleiding
Casus: Vrienden4Vrienden, online de wereld
Het internet biedt makkelijke toegang aan tal van ‘onli-
beter maken
ne vrijwilligers’. Omdat er geen beperkingen zijn met
In het voorjaar van 2006 werd de tweede auteur (SK)
betrekking tot waar en wanneer vrijwilligers ingezet
benaderd door een manager van Vrienden4Vrienden
kunnen worden, is het voor velen heel eenvoudig om
(V4V)1 om de organisatie te ondersteunen.
zich via internet op te geven om vrijwilligerswerk te
Vrienden4Vrienden is één van een groeiend aantal or-
doen. Echter, wat gebeurt er in een organisatie als vele
ganisaties die zich bezig houden met de koppeling van
vrijwilligers zich in laten schrijven en daarna alleen
vrijwilligers uit alle werelddelen met mensen die aan
maar ‘spookvrijwilligers’ worden; vrijwilligers die
verschillende diensten behoefte hebben, vooral men-
aangemeld, maar niet actief zijn? Kan er van deze vrij-
sen uit ontwikkelingslanden (zie bijvoorbeeld Cravens,
willigers verwacht worden dat zij toch op een minder
2006; Peña-López, 2007). Vanuit hun basis in Neder-
losbandige wijze bij de organisatie (of het doel) betrok-
land werkt V4V internationaal om kennisdragers (onli-
ken worden? Hoe kan een organisatie de juiste balans
ne vrijwilligers) te koppelen aan kennisvragers. Dit
vinden tussen het vinden van nieuwe online vrijwilli-
zijn groepen uit verschillende plaatsen, wijken of ge-
gers en de activering van de bestaande spookvrijwilli-
bieden in ontwikkelingslanden en worden plaatselijke
gers? Op basis van een casusbeschrijving uit de prak-
gemeenschappen genoemd. Deze hebben problemen
tijk bespreken we in dit artikel een aantal kwesties die
of uitdagingen waarin ze graag ondersteund willen
in het werven, selecteren en activeren van online vrij-
worden. Kennisdragers (‘online vrienden’ of OV’s) be-
willigers een rol kunnen spelen. Daarin komen vragen
schikken over een breed scala van kennis en vaardig-
van vrijwilligersmanagement en de motivatie van vrij-
heden (o.a. planning, talen, ontwerpen, analyse, ken-
willigers aan de orde. De casus laat zien hoe een vrij-
nis van bedrijfsprocessen), die ze inzetten om de plaat-
willigersorganisatie met verschillende niveaus van be-
selijke gemeenschappen te ondersteunen bij het
trokkenheid om kan gaan. Na een intermezzo over on-
oplossen van hun problemen. Het werk van deze orga-
line vrijwilligerswerk in het algemeen bespreken we
nisatie kan getypeerd worden als online assessment and
twee adviezen die uit de casus voortkwamen en de im-
consultancy (zie Peña-López, 2007).
plicaties van deze adviezen voor het bevorderen van
De manier waarop de organisatie online vrijwilligers-
participatie en betrokkenheid online. We sluiten af
werk inzet, komt overeen met de door Cravens (2007)
met een aantal aandachtspunten voor de praktijk en
beschreven ‘vooruitlopende praktijken’. De organisatie
voor nader onderzoek.
biedt een platform voor sociale netwerkactiviteiten
1 Uit vertrouwelijkheidsoverwegingen zijn de naam en enkele identificerende kenmerken van de organisatie in dit artikel veranderd.
8 | Vrijwillige Inzet Onderzocht
Casusbeschrijving online vrijwilligerswerk vrijwilliger van de toekomst een professional?
aan en het grootste deel van het werk van de organisa-
ze krijgen een online training voor hun functie. Daar-
tie vindt online plaats.
naast worden ze in hun werk door de staf ondersteund.
De plaatselijke gemeenschappen
zijn in ontwikke-
Begin 2006 telde de organisatie ongeveer 125 bemidde-
lingslanden gesitueerd. De OV’s zijn over de hele we-
laars, die verantwoordelijkheid droegen voor verschil-
reld verspreid. Elke plaatselijke gemeenschap wordt
lende projecten. Online vrijwilligers die samen aan
door een contactpersoon vertegenwoordigd die met de
een project voor een plaatselijke gemeenschap wer-
organisatie communiceert. Op het V4V-platform wor-
ken, verzamelen zich online in een projectgroep. Begin
den projectgroepen gevormd, bestaande uit de contact-
2006 waren er ruim 60 projectgroepen actief.
persoon, een vrijwillige bemiddelaar en een aantal OV’s.
Knelpunten en verder groeien
De organisatie werkt met een kleine betaalde staf, be-
Deze casus wordt op informatie en aantekeningen uit
staande uit een directeur en vijftien, vooral parttime
een serie adviesgesprekken gebaseerd. Aan de hand
werkende ondersteunende personeelsleden. Betaalde
van een aantal gesprekken verdiepte Kamerbeek zich
krachten zorgen voor de financiële en administratieve
in de organisatie en diens werk om mogelijke proble-
gezondheid van de organisatie, houden contact met de
men te signaleren en daarover advies uit te brengen.
PV-contactpersonen, sturen de online communicaties
Eén probleempunt was dat de organisatie het streef-
aan, geven trainingen en proberen de OV’s en andere
doel had om verder te groeien, maar dat er met de hui-
vrijwilligers zo optimaal mogelijk de plaatselijke ge-
dige mogelijkheden de maximale capaciteit was be-
meenschappen te helpen bij hun ondersteuning. De
reikt. Er bleef ook specifieke vragen over het motive-
betaalde staf ondersteunt op zijn beurt de structuur
ren, activeren en behouden van vrijwilligers. De
van bemiddelaars, die zich met de coördinatie van de
volgende twee knelpunten werden gesignaleerd:
verschillende projecten en het faciliteren van het con-
• Hoewel de organisatie veel succes had gehad in het
tact tussen OV’s en plaatselijke gemeenschappen (en
aantrekken van OV’s, stond het vrijwilligersbestand
tussen de OV’s onderling) bezig houden.
vol met zogenaamde ‘spookvrijwilligers’ die wel ge-
Verreweg de grootste groep binnen de organisatie be-
registreerd waren zonder actief te zijn. Slechts een
staat uit de OV’s, die zich via de V4V-website aanmel-
kleine tien procent van de 6.000 OV’s had ooit een
den. Aan het begin van het adviestraject stonden er
bijdrage gemaakt; maar vier procent was echt actief
ruim 6.000 OV’s in het vrijwilligersbestand geregi-
(dat wil zeggen dat ze één of meerdere bijdragen per
streerd. Iedereen die de website bezoekt kan meteen
maand maakten).
een OV worden door het invullen van een digitaal for-
• Het motiveren van de vrijwilligers bleek erg lastig te
mulier. Nadat ze ingeschreven zijn, kunnen OV’s pro-
zijn, waardoor actieve OV’s maar kort betrokken ble-
jecten waar ze graag aan mee willen werken, uitkie-
ven bij de projectgroepen, of na afronding van een
zen. Een OV wordt actief door online bijdragen te leve-
klus niet doorstroomden naar een nieuwe klus bij
ren aan een specifieke vraag van een plaatselijke
een andere projectgroep. Verder was de uitval onder
gemeenschap. Dat hoeft niet meteen, en vele OV’s la-
bemiddelaars zeer hoog, met een gemiddelde van
ten hun betrokkenheid bij de organisatie alleen bij een
vijf per maand.
inschrijving. Het grootste deel van de OV’s maakt nooit een bijdrage.
Een strategie was gewenst om de OV’s zowel op korte
Geïnteresseerde OV’s kunnen zich opgeven om bemid-
als lange termijn aan de organisatie te binden. De kor-
delaars te worden. Enerzijds ondersteunen bemidde-
te-termijnstrategie richtte zich voornamelijk op het
laars OV’s die zich voor een bepaald project willen in-
activeren van de ‘spookvrijwilligers’ en het behouden
zetten. Ze begeleiden de communicatie tussen de OV’s
van de bemiddelaars, terwijl de lange-termijnstrategie
en plaatselijke gemeenschappen, betrekken de OV’s
als doel had het management en de motivatie van de
actief bij een project en volgen deadlines op. Ander-
vrijwilligers zelforganiserend te maken.
zijds is een bemiddelaar het eerste aanspreekpunt voor
De organisatie bleek nauwelijks zicht te hebben op de
de contactpersoon. Bemiddelaars kunnen meerdere
redenen waarom mensen zich voor V4V inzetten en
projecten op deze wijze begeleiden, vaak in dezelfde
wat ze voor hun inzet terugverwachtten. Het in kaart
regio. Ze worden na een selectieproces aangesteld en
brengen van de motieven van de OV’s en de bemidde-
Vrijwillige Inzet Onderzocht
|9
laars zou een belangrijke eerste stap zijn in het succes-
vrijwillige inzet plaatsvindt. Deze trend heet online
vol binden van de vrijwilligers.
vrijwilligerswerk. Specifieker, we verstaan onder onli-
Op nadere zicht bleek dat er voor bemiddelaars wel se-
ne vrijwilligerswerk: ‘taken die verricht worden zonder
lectiecriteria waren, maar voor OV’s niet. Iedere OV
marktconforme compensatie, zonder dwang, in georgani-
was welkom; er waren geen eisen gesteld. De manager
seerd verband en grotendeels ten behoeve van andere men-
werd geadviseerd om kritisch te kijken naar de selec-
sen of voor de samenleving, en die geheel of gedeeltelijk
tiecriteria die gehanteerd worden bij bemiddelaars en
verricht worden via internet’.2 Dit is in tegenstelling tot
te bedenken waar de ideale OV aan zou moeten vol-
‘offline vrijwilligerswerk’ (vrijwillige taken die men
doen. Daarnaast werd de vraag gesteld of echt ieder-
zonder internet verricht). Online vrijwilligerswerk is
een welkom zou moeten zijn. Vervolgstappen werden
één manier waarop ict wordt gebruikt in de context
op de volgende vragen gebaseerd:
van vrijwilligerswerk. Andere voorbeelden zijn het ge-
• Wanneer komen OV’s in actie? Wat is daar voor nodig?
bruik van de computer thuis voor schrijfklussen en het
• Wat zijn mogelijke motiverende en antimotiverende
bieden van online vacaturebanken. Deze activiteiten
factoren in het werk van de bemiddelaars en de OV’s?
worden onder onze definitie echter niet als online vrij-
• Zijn er verschillende typen en bijbehorende motieven
willigerswerk verstaan. Hoewel online vrijwilligers-
te onderscheiden onder bemiddelaars en OV’s? • Welke rollen en onderlinge relaties zijn er bij deze manier van vrijwillige inzet te onderscheiden en wat bete-
werk onderwerp is van een toenemende literatuur, zowel academisch als praktijk, blijft het een onderbelicht terrein (zie o.a. Brudney, 2005; Cravens, 2006).
kent dat voor de verwachtingen van de verschillende stakeholders (OV’s, bemiddelaars, plaatselijke gemeen-
Omvang en kenmerken
schappen en projectgroepen)?
Tot nu toe is er weinig cijfermatige informatie over de
• Welke kenmerken zou een lokaal project moeten heb-
omvang en de aard van online vrijwilligerswerk – niet
ben om als zelfsturend team/proces te kunnen opere-
internationaal en ook niet binnen specifieke landen.
ren?
Onderzoek laat zien dat het aantal organisaties in de VS dat gebruik maakt van internet bij hun vrijwilli-
Informatie uit ervaring met (offline) vrijwilligersma-
gersactiviteiten is toegenomen van nog geen 200 in
nagement werd ingebracht om te laten zien dat bin-
1995 tot enkele duizenden in het najaar 2005 (Ellis &
ding niet gegenereerd wordt door resultaten alleen; het
Cravens, 2000).
is een proces dat op gang komt als mensen de resulta-
In de VS blijft het gebruik van ict in de context van vrij-
ten van hun inspanningen zien. Door de afstanden die
willigerswerk gericht op het vinden van vrijwilligers of
met online vrijwilligerswerk geassocieerd kunnen
het vinden van vrijwilligerswerk (Ellis & Cravens,
worden, vragen communicatie en cultuur bij online
2000). Toch worden deze technologieën ook toegepast
vrijwilligerswerk wellicht meer aandacht dan bij off-
om allerlei vormen van democratische participatie te
line vrijwilligerswerk om betrokkenheid te creëren en
bevorderen. Andere studies (o.a. Smith e.a., 2005) laat
in stand te houden.
zien hoe de opmars van het internet het landschap van
De organisatie nam een aantal stappen om beter zicht
maatschappelijke participatie heeft beïnvloed en veran-
te krijgen op de motivatie van de vrijwilligers. Een
derd. De grootste trend lijkt een verschuiving in de toe-
marketing expert, aangesteld om een onderzoek onder
passing van ict door maatschappelijke organisaties en
de vrijwilligers uit te voeren en de organisatie, is meer
bewegingen van het delen van statische informatie (bij-
aandacht gaan geven aan wie ze in huis had, en waar ze
voorbeeld door de website), naar interactie tussen orga-
in de werving van nieuwe vrijwilligers hun aandacht
nisaties en hun leden (door interactieve communicatie
op moet richten.
en verschillende vormen van online vrijwilligerswerk). Uit een eenvoudige inventarisatie onder vrijwilligers-
Intermezzo: online vrijwilligerswerk
organisaties in Nederland3 blijkt dat ongeveer één op
Sinds langer dan twee decennia ontwikkelt zich een
vier van de responderende organisaties (N=111) op
trend waarbij het internet een domein wordt waarin
een of andere manier met online vrijwilligers werkt. In
2 Deze definitie wordt gebaseerd op de meest gangbare definities uit de literatuur (zie Peña-López, 2007). 3 Deze inventarisatie werd in het najaar 2007 door de auteurs uitgevoerd als onderdeel van een project van MOVISIE over online volunteering. De enquête was niet bedoeld om uitputtend te zijn en de betrouwbaarheid is niet groot, vanwege de selectie (alleen het bestaande netwerk) en een lage respons. Toch geven deze resultaten wel een eerste overzicht van online vrijwilligerswerk in Nederland. Informatie uit andere landen lijdt ook onder dergelijke betrouwbaarheidsproblemen (zie o.a. Murray & Harrison, 2005; Smith et al., 2005).
10 | Vrijwillige Inzet Onderzocht
Casusbeschrijving online vrijwilligerswerk
de meeste van de organisaties die met online vrijwilli-
Advies 1. Inschrijfvrijwilligerswerk: van affiniteit
gers werken, hebben de taken zowel online als offline
naar participatie
elementen. Voorbeelden hiervan zijn de uitvoerende
Het management van vrijwilligers bestaat in grote lij-
activiteiten die op het internet worden verricht, terwijl
nen uit het vinden (werven), begeleiden (selectie,
training plaatsvindt bij de organisatie. De werkzaam-
plaatsen, trainen) en behouden (motiveren, ondersteu-
heden die online uitgevoerd worden zijn grofweg in
nen) van vrijwilligers (zie o.a. Meijs, 1997). Voor vele
vijf categorieën te verdelen: schrijftaken, webonder-
organisaties die met vrijwilligers werken heeft het vin-
houd, secretariële werkzaamheden, online communi-
den van vrijwilligers de hoogste prioriteit (zie Karr &
catie en het geven van sociale en emotionele onder-
Meijs, 2006). Hetzelfde was geldig voor V4V. In het ad-
steuning aan de doelgroep.
viestraject werd de nadruk van de werving naar de se-
Onderzoek naar online vrijwilligerswerk in Canada
lectie en de activering van vrijwilligers verschoven.
(Murray & Harrison 2005) toont een aantal verschillen
De organisatie bleek weinig moeite te hebben met de
aan tussen de kenmerken van online en offline vrijwil-
werving van online vrijwilligers. Met de mogelijkheid
ligers. Naar verhouding hadden meer online dan off-
om nationaal en zelfs internationaal te werven, had de
line vrijwilligers geen betaalde baan, maar dit resultaat
organisatie geen gebrek aan belangstelling van potenti-
werd waarschijnlijk vertekend door de leeftijdsver-
ele vrijwilligers. Ze kregen ook vele aanmeldingen,
schillen: veel van de online vrijwilligers studeerden
hoewel de overgrote meerderheid van de ingeschreven
nog. Hier werd een relatie gevonden met een verschil
vrijwilligers nooit actief werden. Overigens zijn deze
in motivatie, waarin meer online dan offline vrijwilli-
'spookvrijwilligers' waardevol, omdat zij een beeld ge-
gers zeggen hun inzet als route naar betaald werk te
ven van het draagvlak van de organisatie en haar werk.
willen gebruiken.
Daarnaast was het echter belangrijk om de juiste mensen voor de juiste klussen te selecteren en nieuwe vrij-
Mogelijkheden
willigers actief te laten worden in het bijdragen aan het
Ondanks het ontbreken van een algemeen beeld van
werk van de organisatie. Juist doordat in veel gevallen
de omvang van online vrijwilligerswerk of een alge-
de drempel om via internet zich als vrijwilliger aan te
meen profiel van online vrijwilligers, is het duidelijk
melden zo laag is, wordt het belang van selectie groter.
dat online vrijwilligerswerk mogelijkheden biedt. In
Daardoor moet een organisatie meer moeite steken in
lijn met trends die elders aangegeven zijn (zie o.a. Mur-
het begeleiden en activeren van nieuwe vrijwilligers.
ray & Harrison, 2005), steeg het aantal huishoudens in
De selectie van online vrijwilligers kan een grote uitda-
de 15 lidstaten van de EU dat toegang heeft tot het in-
ging worden. Zonder persoonlijk contact wordt het
ternet van 39% in 2002 naar 54% in 2004 (Eurostat, ge-
nog moeilijker om in te schatten of iemand geschikt en
raadpleegd 29 maart 2007). Er wordt verwacht dat
voldoende gemotiveerd is om een klus tot een goed
deze trend zich in de toekomst zal voortzetten. Naar-
einde te brengen. Hetzelfde geldt wellicht voor het in-
mate ict steeds meer doordringt in alle lagen en secto-
werken en training van nieuwe vrijwilligers, zeker bij
ren van de samenleving, worden deze technologieën
een organisatie die met online vrijwilligers uit de hele
ook steeds belangrijker voor zowel vrijwilligers als
wereld werkt. Het is dan niet mogelijk om fysieke ken-
vrijwilligersorganisaties.
nismakingsgesprekken of trainingsdagen te organiseren voor nieuwe of potentiële vrijwilligers. De selectie
Discussie: activering en behoud
moet ook via internet plaatsvinden en wordt een be-
Op basis van de bestaande literatuur, de adviesge-
langrijke stap in het activeren van de (potentiële) vrij-
sprekken en de acties die door de organisatie genomen
willigers.
werden, bespreken we hier een aantal aandachtspun-
De organisatie heeft dit probleem aangepakt door twee
ten naar aanleiding van de knelpunten die op het begin
medewerkers aan te stellen, die zich uitsluitend met de
van het adviestraject benoemd werden.
coördinatie van de online vrijwilligers bezig hielden. Eén van deze coördinatoren richt zich geheel op de ‘spookvrijwilligers’. De taken bestaan voornamelijk uit het proactief opnemen van contact met deze groep en het bieden van persoonlijke begeleiding naar een ge-
Vrijwillige Inzet Onderzocht
| 11
schikte klus. Vrijwilligers die niet reageren of niet
Als de missie van de organisatie ook uit concrete doe-
meer geïnteresseerd zijn, worden van de lijst van actie-
len bestaat, voldoet het echter niet om alleen maar
ve OV’s geschrapt. Dit bespaart de energie van de orga-
aanmeldingen te verzamelen van geïnteresseerde of
nisatie om meer aandacht te geven aan de vrijwilligers
gelijkgestemde mensen. Tenzij de organisatie de activi-
die wellicht bereid zijn om een bijdrage te leveren.
teiten uitsluitend door betaalde krachten laat uitvoe-
De tweede coördinator richt zich op alle nieuwe aan-
ren, dan moet er op een gegeven moment een deel van
meldingen. Iedereen die zich als online vrijwilliger
deze mensen ingezet kunnen worden. Het proces
aanmeldt, ontvangt een persoonlijke e-mail van deze
waardoor iemand na inschrijving kiest om verdere
medewerker. In deze e-mail wordt de nieuwe vrijwilli-
(concrete) stappen te nemen, kunnen we zien als een
ger welkom geheten, wordt er informatie verstrekt
transitie van actie naar participatie.
over de werkwijze en communicatie van de organisatie
In deze stap spelen de principes van vrijwilligersma-
en wordt de mogelijkheid aangeboden om ondersteu-
nagement (o.a. het afstemmen van werkzaamheden
ning te krijgen bij het vinden van een geschikte klus.
aan de interesses en mogelijkheden van de vrijwilliger)
Ook werd er bij de aanmeldingsprocedure een profiel
een belangrijke rol. Hierdoor vormt de context van on-
toegevoegd, waardoor nieuwe vrijwilligers informatie
line vrijwilligerswerk een extra uitdaging met betrek-
over hun kennis, vaardigheden en interesses opgeven.
king tot het achterhalen van de motieven van vrijwilli-
Deze informatie wordt gebruikt om uit de beschikbare
gers en de aansturing daarop. Deze uitdaging vormt de
klussen een afgestemd aanbod te maken (persoonlijke
basis voor het tweede advies.
matching). Op deze wijze hoopt de organisatie het aantal spookvrijwilligers te verminderen en nieuwe vrij-
Advies 2. Motivatie op afstand: van participatie
willigers sneller te activeren. Op moment van schrij-
naar betrokkenheid
ven zijn kwantitatieve data over deze nieuwe aanpak
De motivatie van vrijwilligers is een onderwerp dat
nog niet bekend.
veel aandacht krijgt in de literatuur (zie o.a. Clary e.a., 1998; Liao-Troth, 2005). Hoewel er geen sprake is van
Van affiniteit naar actie en participatie
consensus over een standaard pakket aan drijfveren
Dit advies brengt een proces in beeld, waardoor affini-
waardoor vrijwilligers zich inzetten en betrokken blij-
teit met een ideaal of een doel naar actie kan leiden en
ven, wordt er in vele studies herkend dat een belangrij-
deze actie kan in sommige gevallen in een vorm van
ke bron van motivatie bestaat uit het gevoel dat men
participatie uitmonden. Mensen, die al op zoek zijn
iets nuttigs gedaan heeft (zie o.a. Bekkers & Karr, 2008;
naar informatie over ontwikkelingshulp, komen de
Karr, 2008). Dit gevoel wordt versterkt als vrijwilligers
website van V4V (en dergelijke organisaties) al snel te-
de resultaten van hun inspanning kunnen zien. Dit
gen. De website staat vol met pakkende beelden over
bleek één van de redenen waarom V4V het zo moeilijk
de vele projecten die door de organisatie op gang zijn
vond om de online vrijwilligers (vooral de OV’s) blij-
gezet, waardoor in deze gebieden belangrijke verande-
vend en succesvol te motiveren.
ringen op gang worden gebracht. Via een prominente
Eén reden waarom het lastig was om duurzame moti-
link laat de bezoeker zich opgeven als iemand die ook
vatie en betrokkenheid te kweken, was een gebrek aan
wil helpen. Die hulp hoeft uit weinig meer te bestaan
communicatie over voortgang en succes. De OV’s had-
dan het invullen van een paar basisgegevens. Het grote
den niet of nauwelijks contact met het doel van hun in-
aantal OV’s dat op de website staat, geeft aan dat er
zet, namelijk de plaatselijke gemeenschappen. Ook
veel interesse is en ook veel steun. In deze zin is elke
hadden de vrijwilligers niet of nauwelijks zicht op de
nieuwe naam weer één. Zo kunnen we het inschrijven
resultaten en successen die behaald werden. Hierdoor
als OV zien als een vertaling van interesse in een vorm
kwam het voor dat een groep OV’s actief bezig was in
van actie. Een organisatie die voornamelijk bestaat om
de oplossing van een vraagstuk en er nooit aan hen
bewustzijn en steun te genereren voor een bepaald
werd teruggerapporteerd of de plaatselijke gemeen-
standpunt of ideologie (met andere woorden: een cam-
schap hier iets mee kon en wat de vervolgacties waren.
paigning organisatie), heeft hier al wat aan (zie Meijs,
Deels had dit te maken met de rol van de bemiddelaar,
1997). Het internet is uitermate geschikt als context
die de communicatie tussen OV’s en plaatselijke ge-
waarin deze vorm van actie aangeboden kan worden
meenschappen onderhoudt. Het belang van deze com-
(zie o.a. Brunsting & Postmes, 2002; Peña-Lopéz, 2007).
municatie voor de motivatie van de OV’s had de orga-
12 | Vrijwillige Inzet Onderzocht
Casusbeschrijving online vrijwilligerswerk
nisatie over het hoofd gezien. In veel gevallen commu-
Van participatie naar betrokkenheid
niceerde de bemiddelaar met zowel de contactpersoon
Dit advies laat het proces zien waardoor eenmalige of
als met de OV’s, maar met weinig terugkoppeling tus-
kortdurige participatie in een bepaalde activiteit omge-
sen de twee partijen. In de training werd dit punt niet
zet kan worden in een diepere betrokkenheid bij een
behandeld en de bemiddelaars werden hier ook niet op
groep of organisatie. Vele van de OV’s zijn maar korte
aangestuurd. Als eerste stap naar verbetering ging de
tijd actief bij een project of blijven niet betrokken bij
organisatie speciale aandacht aan terugkoppeling tus-
de organisatie, waardoor ze stoppen met hun inzet na-
sen OV’s en plaatselijke gemeenschappen besteden tij-
dat hun klus is afgerond. In sommige gevallen is dat
dens de training van bemiddelaars.
echter geen probleem. De eerder genoemde ‘uitvoe-
Soms werd de communicatie verder bemoeilijkt door
rende’ taken zijn prima geschikt voor de ‘nieuwe vrij-
de moeilijke toegankelijkheid van sommige PV-groe-
willigers’ – mensen die een bijdrage willen leveren
pen, die vaak over weinig computers beschikten en
zonder zich vast te binden voor een langere tijd of aan
een onberekenbare internetvoorziening. Deze proble-
één organisatie (zie o.a. Hustinx & Lammertyn, 2003).
men zijn echter niet door de principes van vrijwilli-
Uit de literatuur over vrijwilligersmanagement is het
gersmanagement te verhelpen. Een ander probleem
echter bekend dat het aanbieden van korte, afgebaken-
had hier wel mee te maken. Het betrof de formulering
de klussen en contexten die weinig of geen betrokken-
van de klussen, problemen en uitdagingen door de
heid vragen, geen duurzaam vrijwilligersbeleid vor-
contactpersonen. De vragen van de plaatselijke ge-
men (zie o.a. Kuperus et al., 2007). Een organisatie die
meenschappen bestonden vaak uit verschillende klus-
vooral deze werkwijze hanteert moet dan veel energie
sen die gericht zijn aan de uitvoering: schrijfklussen
stoppen in het organiseren en coördineren van de vele
voor een ondernemingsplan, projectplan of bouwplan,
klussen en in vrijwilligers die komen, maar niet blij-
of het werven van fondsen. Zulke formuleringen lieten
ven. Dat was niet de bedoeling bij V4V. De organisatie
weinig ruimte voor wederzijdse communicatie: het ei-
wilde groeien, maar vooral door het versterken en uit-
genaarschap van de klus werd helemaal bij de OV ge-
breiden van haar vrijwilligersstructuur. Ze geloofden
legd. Niet alleen was er slecht zicht op de voortgang en
niet dat het zinvol zou zijn om de groei van het aantal
resultaten van een probleem, de OV kon het probleem
projecten gepaard te laten gaan met een groeiend aan-
ook nog eens helemaal zelf gaan oplossen zonder bij-
tal beroepskrachten. De ideale situatie voor de organi-
drage of verantwoordelijkheid van de plaatselijke ge-
satie was dat de projectgroepen nagenoeg zelforganise-
meenschap. Voor vrijwilligers die voornamelijk gemo-
rend, zelfsturend en zelfreinigend zouden zijn, zonder
tiveerd zijn om het verschil uit te maken, zou deze situ-
veel interventie van de staf. In deze situatie zou het
atie weinig tevredenheid opleveren, waardoor vele
aantal betaalde krachten minimaal blijven, en vooral
vrijwilligers hun motivatie kunnen verliezen. Deze si-
gericht op de ondersteuning van de vrijwilligers en de
tuatie zou een deel van het afhaakgedrag van de OV’s
ontwikkeling van de online omgeving waarin het werk
kunnen verklaren.
gedaan werd. Deze doelstelling vraagt een redelijk
De organisatie is vervolgens de contactpersonen extra
hoge mate van betrokkenheid van zowel bemiddelaars
ondersteuning gaan geven in het formuleren van hun
als OV’s.
vragen aan online vrijwilligers. De nadruk kwam hierbij te liggen op het halen en brengen van kennis, zoals
Conclusies en aanbevelingen
bij de vraag om mee te denken over het schrijven van
De casus van V4V laat zien hoe online vrijwilligers-
een ondernemingsplan, projectplan of bouwplan, of
werk verschillende niveaus van engagement op gang
het bieden van ondersteuning bij het werven van fond-
kan brengen en hoe een organisatie actie kan onderne-
sen. Naast een aantal ‘eenzijdige’ klussen, kunnen
men om betrokkenheid te bevorderen. Bij de aanmel-
deze formuleringen daadwerkelijk aan structurele on-
dingsprocedure van V4V laat men zijn affiniteit in ont-
dersteuning en verbetering werken en een groter ge-
wikkelingshulp omzetten in actie. Vervolgens kan men
meenschapsgevoel tussen OV’s en PV’s bevorderen.
nog actiever worden door zijn actie (inschrijving) om te
Hierdoor kan motivatie ontstaan en groeien, waar
zetten in tastbare participatie (klussen). Daarna bestaat
OV’s op aangestuurd kunnen worden.
de kans dat deze participatie door zal gaan en eventueel uit zal breiden. Zo kan participatie omgezet worden in (duurzame) betrokkenheid.
Vrijwillige Inzet Onderzocht
| 13
De rol van vrijwilligersmanagement
stellen van twee vrijwilligerscoördinatoren); aandacht
Het proces gaat echter niet vanzelf. Het vraagt wel
voor de formulering van taken (bijvoorbeeld het bege-
aandacht en aansturing van de organisatie. Uit de lite-
leiding van de contactpersonen op dit gebied); het in-
ratuur (zie o.a. Cravens, 2006) blijkt dat de grootste uit-
zetten van vrijwilligers om het werk te organiseren
daging in online vrijwilligerswerk bestaat uit een ge-
(bijvoorbeeld de bemiddelaars) en aandacht voor per-
brek aan de capaciteit om vrijwilligers (zowel online
soonlijke communicatie met de vrijwilligers.
als offline) op een effectieve manier te betrekken. De
In de tabel worden de drie stappen van affiniteit naar
principes van vrijwilligersmanagement komen in deze
betrokkenheid afgezet tegen de drie elementen van
context aan de orde.
vrijwilligersmanagement. In de verschillende cellen
De acties die de organisatie ondernam om online vrij-
worden activiteiten genoemd, die door de organisatie
willigers effectiever in te zetten, komen voor een groot
ingezet (of gepland) werden om de gewenste transitie
deel overeen met een aantal best practices van organisa-
te bevorderen. Wat opvalt is dat de doelgroep zich spe-
ties die met internationale online vrijwilligers werken
cificeert al naar gelang de mate van betrokkenheid ho-
(zie Cravens, 2006). Voorbeelden zijn: het ontwikkelen
ger wordt, en dat het belang van persoonlijk contact
van een ondersteuningssysteem (bijvoorbeeld het aan-
toeneemt.
Tabel 1. Vrijwilligersmanagement en de transitie van affiniteit tot betrokkenheid bij V4V
Doelgroep
Affiniteit ➠actie
Actie ➠ participatie
Participatie ➠ betrokkenheid
Iedereen
Ingeschreven vrijwilligers (OV’s) Actieve vrijwilligers (OV’s)
Actieve vrijwilligers (OV’s en bemiddelaars)
Doel
Zichtbaar draagvlak
Concrete taken
Pakkende beelden Breed bereik Lage drempels
Aanbod concrete vraagstukken/klussen Zoekmogelijkheden op basis van interesses Persoonlijk contact/intake pro-
Doorgaande participatie (meerdere klussen)
Intensieve en duurzame participatie (meerdere klussen; faciliterende taken)
Werven
Persoonlijk contact Aanbod concrete vraagstukken/klussen Zoekmogelijkheid op basis van interesses
cedure Begeleiden
Behouden
Minimaal Technische ondersteuning om toegang te waarborgen
Duidelijke taakbeschrijving Afspraken over tijdsplanning
Minimaal Bestand bijhouden
Eventuele technische ondersteuning Feedback over resultaten Aanbod vervolgklussen Persoonlijke contact Waardering
e.d. Eventuele technische ondersteuning
Persoonlijke vraag (bijv. om bemiddelaar te worden) Aanbod ondersteunende/ faciliterende functies Duidelijk aanmeldingsprocedure
Duidelijke taakbeschrijving Selectie op basis van Afspraken over tijdplanning kwalificaties e.d. Training voor functie Ontwikkelingsmogelijkheden Aansturing op motivatie Feedback Eventueel technische ondersteuning Betrekking bij projectgroep Feedback over resultaten Aanbod vervolgklussen Zicht op/communicatie met doelgroep Persoonlijk contact Waardering
Communicatie met projectgroep en doelgroep Ondersteuning als nodig Persoonlijk contact Waardering
14 | Vrijwillige Inzet Onderzocht
Casusbeschrijving online vrijwilligerswerk
Verder onderzoek
ven van vrijwilligers te kennen en hierop aan te sturen.
Deze casus betreft één specifieke context van online
Hoewel er al behoorlijk veel geschreven is over vrijwil-
vrijwilligerswerk. Deze context kan getypeerd worden
ligersmotivatie (zie o.a. Clary et al., 1998; Liao-Troth,
in termen van sector (ontwikkelingshulp), locatie (in-
2003), bestaat er tot nog toe geen duidelijk profiel van
ternationaal), vorm van online vrijwilligerswerk (puur
de online vrijwilliger waaruit de meest gangbare ken-
online; zie Murray & Harrison, 2005), aard van de acti-
merken en drijfveren afgeleid kunnen worden. Be-
viteiten (online assessment & consultancy; zie Peña-Ló-
staande literatuur geeft wel voorlopige aanwijzingen
pez, 2007) en niveau van ict-inzet (vooruitlopend; zie
dat online vrijwilligers anders gemotiveerd zijn dan
Cravens, 2007). Verder onderzoek moet inzicht geven
offline vrijwilligers (zie o.a. Brunsting & Postmes,
in de processen die in andere contexten afspelen, bij-
2002). Verder onderzoek is nodig om de motieven van
voorbeeld als het om intensief contact met hulpbehoe-
online vrijwilligers in kaart te brengen en deze met de
venden gaat (bijvoorbeeld een chatline van de kinder-
motieven van offline vrijwilligers te vergelijken.
telefoon of een elektronisch maatjesproject).
Online vrijwilligerswerk heeft de potentie om partici-
Bij de analyse in deze casus werd er vanuit gegaan dat
patie en betrokkenheid aan te wakkeren, ongeacht tra-
de principes van vrijwilligersmanagement even toe-
ditionele grenzen. Door de werkzaamheden los te kop-
pasbaar zijn voor online als voor offline vrijwilligers.
pelen van tijd en plaats kan het internet uitkomst bie-
Hoewel deze veronderstelling niet volstrekt ongegrond
den aan mensen die wel bereid zijn zich voor een
is (zie o.a. Cravens, 2006), blijft de vraag welke invloed
ander in te zetten, maar die door omstandigheden be-
de verschillende aspecten van de online context speci-
lemmerd zijn om naar een bepaalde locatie te komen
fieke aandacht nodig hebben met betrekking tot dat
of op een bepaalde tijd te werken. Hoewel de opmars
management. Verder onderzoek is nodig om in ver-
van online vrijwilligerswerk duidelijk ook exclusieve
schillende contexten factoren in kaart te brengen die
effecten kan hebben (bijvoorbeeld voor mensen die
implicaties hebben voor het werven, begeleiden en be-
weinig computervaardigheden hebben of geen toegang
houden van online vrijwilligers.
tot het internet), is het duidelijk dat het ook mogelijk-
Zoals eerder gemerkt, hangt vrijwilligersmanagement
heden biedt om sociale participatie te bevorderen.
voor een groot deel af van de capaciteit om de motie-
Referenties Bekkers, R. & Karr, L.B. (2008). Evaluatieonderzoek maatschappelijke stage. Utrecht: Faculty of Social Sciences. Gedownload 0105-2008 van: www.fss.uu.nl/soc/homes/bekkers/ems.htm. Brudney, J. (2005). (ed.) Emerging Areas of Volunteering. ARNOVA Occasional Paper Series. 1:2. Indianapolis, IN: ARNOVA. Brunsting, S. & T. Postmes (2002). Social movement participation in the digital age: Predicting offline and online collective action. Small Group Research. 33:5, 525-554. Clary, E.G., Snyder, M., Ridge, R.D., Copeland, J., Stukas, A.A., Haugen, J. (1998). Understanding and assessing the motivations`of volunteers: A functional approach. Journal of Personality and Social Psychology. 74:6, 1516-1530. Cravens, J. (2006). Involving international online volunteers: Factors for success, organizational benefits, and new views of community. The International Journal of Volunteer Administration. 24:1; pp. 15-23. Cravens, J. (2007). Online volunteering enters middle age - and changes management paradigms, Nonprofit Quarterly. 14 (Spring): 65-68. Ellis, S. J & J. Cravens (2000). The Virtual Volunteering Guidebook. Impact Online, Inc. www.serviceleader.org/new/virtual/2003/04/000109print.php (last accessed 29 March 2007). Eurostat (Statistical Office of the European Union). http://epp.eurostat.ec.europa.eu. Hustinx, L. & F. Lammertyn (2003). Collective and reflexive styles of volunteering: A sociological modernization perspective. Voluntas: International Journal of Voluntary and Nonprofit Organizations. 14:2, pp. 167-187.
Kamerbeek, S. (2007). 's Nachts in je pyjama vrijwilligerswerk doen; De mogelijkheden van online vrijwilligerswerk. Vakwerk, tijdschrift voor vrijwilligerswerk. pag. 10-12. Karr, L.B. (2008). Reflectie; een brug tussen de stage en de maatschappij. Beilen: Bridges-Karr Consultancy. Gedownload 01-052008 van: www.fss.uu.nl/soc/homes/bekkers/ems.htm. Karr, L.B., en Meijs, L.C.P.M. (2006). Sustaining the motivation to volunteer in organizations. pp. 157-172 in Fetchenhauer, D., Flache, A., Buunk, B. en Lindenberg, S. (editors). 2006. Solidarity and Prosocial Behavior: An integration of sociological and psychological perspectives. New York: Springer Science+Business Media, Inc., p. 157-172. Kuperus, M., L. Meijs., J. Brudney & M. Tschirhart (2007). Vrijwilligers als hout of als vis. Een verkenning van de toekomst van vrijwilligerswerk. Vrijwillige Inzet Onderzocht. 4S: pp. 131-138. Liao-Troth, M.A. (2005). Are they here for the long haul?: The effects of functional motives and personality factors on the psychological contracts of volunteers. Nonprofit and Voluntary Sector Quarterly. 34:4, 510-530. Meijs, L.C.P.M. (1997). Management van vrijwilligersorganisaties. Utrecht: NOV Publicaties. Murray, V. & Y. Harrison (2005). Virtual volunteering. pp. 31-47 in Brudney, J. (ed.) Emerging Areas of Volunteering. ARNOVA Occasional Paper Series. 1:2. Indianapolis, IN: ARNOVA. Peña-López, I. (2007). Online volunteers: Knowledge managers in nonprofits. The Journal of Information Technology in Social Change. 1: 142-159. Gedownload 23-02-2008 van http://ictlogy.net/articles/20070405_ismael_pena_online_volunteers_knowledge_managers_nonprofits.pdf] Smith, J., K. Martins & A. Fine (2005). Power to the Edges: Trends and opportunities in online civic engagement. Denver: Philanthropy for Active Civic Engagement (PACE). Gedownload 23-02-2008 van www.pacefunders.org/pdf/42705%20Version%201.0.pdf