dinsdag 10 september 2013 - jaargang 16 nummer 7 | Energie Actueel verschijnt 10 keer per jaar | Oplage 3.000 | Abonneren via www.energieactueel.nl
‘Bij Joulz staan mens en vakmanschap nog centraal’
6 Windpark van 1 miljard euro De bouw van het Windpark Noordoostpolder bij Urk en Creil is in volle gang. De 86 windmolens komen deels in het IJsselmeer en deels binnendijks. Initiatiefnemers zijn NOP Agrowind, energiebedrijf Essent en Westermeerwind. Met een jaaropbrengst van 1,4 miljard kWh aan stroom gaat het om het grootste windpark van Nederland op land en in het water. De totale investering bedraagt ongeveer 1 miljard euro.
Bianca Bok, Vestigingsdirecteur Specials Joulz
‘Problemen bij Vattenfall niet alleen in verband brengen met Nuon’
3
Bert den Ouden, scheidend CEO van APX-ENDEX ‘Zonder consensus waren we nooit zo ver gekomen’
4
Haags Greentech bedrijf ontwikkelt app voor lager energieverbruik
Zweedse minister Peter Norman
2
Uitwerking en uitvoering afspraken Energieakkoord cruciaal DOOR FRANK KOOLS
Het nationale Energieakkoord voor Duurzame Groei is een feit. Nadat begin juli al ‘overeenstemming op hoofdlijnen’ was bereikt, werden afgelopen vrijdag bij de Sociaal-Economische Raad (SER) de handtekeningen gezet onder het uitgewerkte slotakkoord. Het komt nu aan op de uitwerking en uitvoering. Hoe hard is het akkoord? Die vraag is voor een deel van het akkoord gemakkelijk te beantwoorden. De overheid, die maandenlang met meer dan 40 organisaties om de tafel zat, vertaalt een deel van de afspraken in wet- en regelgeving.
Zij zorgt voor de implementatie, uitvoering en evaluatie van die regels. ‘Geen extra toezicht of controle gewenst’
Maar een ander deel van het akkoord betreft slechts ‘moreel bindende
afspraken’, waarbij bonden, werkgevers, milieuorganisaties en andere belanghebbenden elkaar bij de les moeten houden. Het uitgangspunt is “dat partijen verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de aan hen toebedachte onderdelen; hiervoor is geen extra toezicht of controle
Energieproducenten strijdbaar ondanks berichten over naderende shake out Goedkope kolen, hoge aardgasprijzen, een zwakke economie, een dalende energievraag, een haperend emissie-handelssysteem (ETS) en import van goedkope stroom uit Duitsland vormen samen een grote bedreiging voor de toekomst van Nederlandse elektriciteitscentrales. Toch menen energieproducenten dat conventionele centrales de komende decennia de ruggengraat zullen blijven van onze energievoorziening. Ondanks sombere berichten over een naderende shake out stellen zij zich strijdbaar op. Dit blijkt uit een rondgang van Energie Actueel langs de energiebedrijven E.On, GDF SUEZ, Essent, Eneco en DELTA. Aanleiding hiervoor is het onlangs verschenen rapport van Pricewaterhouse Coopers (PwC) over de toekomst van
Gedragscode Nederland
Om het consumentenvertrouwen te waarborgen, passen de Nederlandse energieleveranciers de door hun brancheorganisatie opgestelde Gedragscode toe. De leveranciers zeggen daarin toe consumenten goed voor te lichten, bij werving klanten op een goede en eerlijke manier te benaderen, en een overstap van een consument naar een andere leverancier zo goed mogelijk af te wikkelen.
elektriciteitscentrales in ons land. PwC schetst een donker beeld van de levensvatbaarheid van een groot aantal conventionele centrales. In opdracht van Energie-Nederland verrichtte zij onderzoek naar het Nederlandse
gewenst”, zo kwamen de partijen overeen. Wel komt er een ‘permanente commissie’, waarin de deelnemers betrokken worden. In 2016 vindt een eerste evaluatie plaats. Daarbij kunnen de partijen aanvullende maatregelen overeenkomen, als die nodig blijken om de doelstellingen voor 2020 en 2030 te halen. Het kabinet neemt het voortouw voor die evaluatie. Inhoudelijk gezien zit er weinig licht tussen de ‘overeenstemming op
energielandschap tot 2020. Daaruit komt naar voren dat een totaalvermogen van 7.300 MW (zo’n 12 kolen- en gascentrales binnen nu en zeven jaar het waarschijnlijk niet zullen overleven.
relatief laag. Vooral gascentrales hebben het zwaar te verduren. Zij worden geconfronteerd met relatief duur aardgas, waardoor de winstgevendheid van de stroomproductie onder sterke druk staat. Steenkool is juist relatief goedkoop. Maar ook kolencentrales kampen met veel tegenwind, omdat de winstmarges gering zijn.
Tegenwind
Perfect storm
De fi nanciële vooruitzichten voor energiecentrales zijn dermate slecht, dat dit leidt tot een sanering van het huidige productiepark, liet EnergieNederland eerder dit jaar al weten. Door de fi nanciële crisis is de vraag
De combinatie van goedkope kolen, duur gas, een slecht functionerend ETS, lage economische groei en import van Duitse duurzame energie heeft voor gascentrales ‘the perfect storm’ en daarmee een slechte
hoofdlijnen’ en de slottekst. In die laatste is sprake van één nieuwe pijler: energietransportnetten. Daarvan wordt in feite alleen maar afgesproken dat die netwerken klaargemaakt moeten worden voor de duurzame toekomst. Bij andere pijlers, zoals decentrale opwekking en energiebesparing, bleven de afspraken in grote lijnen hetzelfde. De slottekst werd overwegend positief ontvangen. Ook door Energie-Nederland. Voorzitter Hans Alders stelde in een reactie: “Voor de energiesector is het van groot belang dat er eindelijk een stabiel beleid tot stand komt. Het Energieakkoord voorziet daarin. Ik zie het akkoord als realistisch uitvoeringsplan om te voldoen aan de taakstellingen die Nederland in Europa heeft afgesproken. Zonder te overdrijven kun je spreken van een echte transitie.”
fi nanciële positie gecreëerd. Dat zegt Eneco-bestuurder Rameau. “De gevolgen zijn in de praktijk al zichtbaar in de vorm van sluiting en ‘mothballing’ van gas- en warmte-krachtcentrales.” De afspraken zoals die zijn vastgelegd in het SER-energieakkoord (16% duurzame energie in 2022), betekenen dat we met een totaal andere energiemix te maken zullen krijgen, zegt Rameau. Hij is ervan overtuigd dat in zo’n energiemix een belangrijke rol blijft weggelegd voor gascentrales. Maar dan wel centrales met een hoge mate van flexibiliteit.” Lees meer op pagina 5.
Zweden krijgen buikpijn van onserieuze stroomleveranciers DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN
Onserieuze verkoopmethoden bij het aanbieden van stroomleverantiecontracten zijn een doorn in het oog van de Zweedse overheid. Volgens de consumentendienst van de rijksoverheid neemt het aantal klachten van mensen toe, die zich hebben laten verleiden tot contracten waar ze achteraf spijt van hebben gekregen.
Brancheorganisatie Svensk Energi is er ook niet blij mee. Beide instanties ergeren zich onder meer aan telefonische verkoopacties. Ook het venten op markten en op straat vinden zij geen goede zaak, omdat er te vaak verkopers blijken te worden ingezet met een gebrek aan kennis. Veel klanten komen in de klem door ondermaatse prijsinformatie, onbedoelde switches en schadeclaims.
Met de pet
De dienst zelf noch de energiemarkttoezichthouder hebben echter middelen om er wat tegen te doen. Aan de regelgeving van de branche zelf ligt het niet, meent Svensk Energi. “We hebben een heel arsenaal aan richtlijnen, maar als men zich daaraan niet blijkt te houden ontbreekt het kennelijk aan wettelijke instrumenten. Het aantal leveranciers dat
er met de pet naar gooit bij de zorgplicht is klein, maar de schade die zij toebrengen aan het vertrouwen in de branche is groot”, aldus Svensk Energi. De Zweedse rijksdienst consumenten stelt dat ze de regering al diverse keren heeft verzocht om aanvullende wetgeving. Vastgelegd zou moeten worden dat een bestelling door een klant eerst schriftelijk dient te worden bevestigd.
2 ECONOMIE markt & bedrijven Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
‘Problemen bij Vattenfall niet alleen in verband brengen met Nuon’ Zweeds parlement zoekt naar zwarte piet in ‘Nuon-affaire’
Over de te hoge prijs - ruim 11 miljard euro - die Vattenfall heeft betaald voor Nuon is het Zweedse parlement nog niet uitgepraat. De zaak komt aan de orde in de zogenoemde constitutiecommissie, waarbij het om zal gaan of – en zo ja waar - binnen de regering de verantwoordelijkheid kan worden geplaatst. Bewindsman Peter Norman vindt dat prima, maar voor de overheidsfinanciën heeft Vattenfall en daarmee ook de Nuon-kwestie volgens hem uiteindelijk maar een marginale betekenis. Van de totale inkomsten voor de Zweedse staatskas van ruim 90 miljard euro per jaar komt maar een slordige 3% van de dividenden van de staatsbedrijven. Hiervan heeft Zweden er bij elkaar 54. Norman meent niettemin dat men over de verrichtingen van Vattenfall tot en met vorig jaar niet heeft mogen mopperen. Tussen 2001 en 2006 leverde Vattenfall in totaal 230 miljoen euro aan dividend op. Tussen 2007 en 2012 was het dubbel zoveel. Afgezien van het dividend betaalde het concern sinds de millenniumwisseling ook nog eens een kleine 9 miljard euro aan belastingen. Norman: “Het is best mogelijk dat de koop van Nuon in het licht van vandaag als een twijfelachtige zaak kan worden beschouwd en vanuit een kort perspectief zelfs als een slechte zaak. Maar men kan de Nuonzaak niet beschouwen als een poging om snelle winst te scoren. Volgens Vattenfall zelf gaat het in wezen om een inkomsten genererende aankoop die toegang geeft tot een markt met 2,6 miljoen elektriciteitsafnemers en 2 miljoen gasklanten. Het gaat ook en niet op de laatste plaats om risicospreiding tussen verschillende energiesoorten, wat de onderneming in de grond van de zaak minder kwetsbaar maakt. Op lange termijn kan het best wel eens zo blijken te zijn dat de acquisitie helemaal niet zo slecht was.”
DOOR WIM VERSEPUT, KOPENHAGEN De Zweedse regering erkent dat staatsbedrijf Vattenfall achteraf bekeken een te hoge prijs heeft betaald voor Nuon. De problemen bij het energieconcern en de uitdagingen waarvoor het staat, moeten echter niet alleen in verband worden gebracht met de afschrijvingen op deze Nederlandse dochter. Dat heeft de Zweedse minister van Financiële markten, Peter Norman, duidelijk gemaakt.
Volgens Norman zijn het de conjuncturele en structurele veranderingen op de energiemarkt die de grote uitdagingen vormen voor Vattenfall. Van die uitdagingen is Nuon slechts een onderdeel. De bewindsman wees in een interpellatiedebat in het parlement van de hand dat de verwerving van Nuon in 2009 moet worden gekwalificeerd als een miskleun die te voorzien zou zijn geweest. Norman: “Er worden goede en slechte zaken gedaan, niet alleen door staatsbedrijven, ook door private. Het zou merkwaardig zijn als Vattenfall daarop een uitzondering zou zijn.” Afboeken
Vattenfall maakte eind juli bekend dat het nogmaals fors moet gaan afboeken op de waarde van het concern. In totaal gaat het om een bedrag van 3,4 miljard euro. De meeste afschrijvingen (krap 1,7 miljard euro) betreffen de gas- en kolencentrales in Nederland. Het resultaat van Vattenfall belandde door deze manoeuvre in het tweede kwartaal diep in het rood. De nieuwe afschrijvingen zijn een onverwacht vervolg op de afschrijving
Zware zomer voor RWE, zon breekt door voor Veolia DOOR PETER WESTHOF
RWE heeft een zware zomer achter de rug. Een flinke daling van de halfjaarwinst, de lage stroomprijs en afwaarderingen van kredietagentschappen zorgden voor een negatief sentiment rond het Duitse energieconcern. Ook Veolia Environment noteerde in het eerste halfjaar van 2013 een flinke winstdaling. Toch zijn analisten positief over dit Franse bedrijf gestemd, omdat de afvalbranche als een groeimarkt wordt beschouwd.
kredietvoorwaarden voor RWE en E.On ver-slechteren. Volgens Standard & Poor’s zijn de marktomstandigheden voor de Duitse energiebedrijven zwak, is de winstgevendheid gering en heeft de verkoop van bepaalde onderdelen nog weinig zoden aan de dijk gezet. De opbrengst hiervan zou benut moeten worden voor de aanpassing aan de nieuwe marktomstandigheden. RWE en E.On moeten overschakelen van nucleaire naar duurzame energie.
Peter Terium, de Nederlandse topman van RWE, zette in juli de toon in een interview met het zakenblad Manager magazine. Volgens Terium bevindt de Duitse energiemarkt zich in een grote crisis en draait 30 tot 40% van de centrales van RWE rode cijfers door de sterke daling van de stroomprijs. Daarnaast sluit hij niet uit dat de lonen van het personeel van RWE moeten worden verlaagd. Daarover zou al worden onderhandeld met de vakbonden. Er verdwijnen verder duizenden arbeidsplaatsen bij RWE, aldus Terium.
Sluiten elektriciteitscentrales
Kredietwaardigheid afgewaardeerd
Eind juli volgde het slechte nieuws dat de ratingbureaus Fitch en Standard & Poors hun kredietwaardigheid voor zowel RWE als E.On hebben verlaagd. Een dergelijke verlaging kan ervoor zorgen dat de
Half augustus kwam hier voor RWE nog meer slecht nieuws overheen. Bij de presentatie van de halfjaarcijfers kondigde het bedrijf aan de capaciteit van zijn elektriciteitsproductie met 6% terug te brengen, vanwege de dalende vraag naar elektriciteit en concurrentie van duurzame energie. Het concern is van plan centrales te sluiten met een gezamenlijke productiecapaciteit van ongeveer 3,1 gigawatt. Het merendeel van de sluitingen betreft gasgestookte elektriciteitscentrales. “Vanwege de opkomst van duurzame energie zijn veel centrales in de sector in Europa niet langer winstgevend”, aldus RWE. Over de eerste zes maanden van het jaar rapporteerde RWE een daling van de nettowinst met 38% tot 979 miljoen euro, in verband met een eenmalige
last van circa 800 miljoen euro op de Nederlandse energiecentrales van het bedrijf. Dit resultaat was in lijn met de verwachting van analisten. ‘Het aanhoudend lage niveau’ van de prijzen op de stroommarkt heeft volgens RWE een sterk negatief effect op de gehele energiesector en daarmee ook op RWE. De stroom aan slechte berichten zorgde voor een fl inke koersval van het aandeel RWE op de Duitse beurs. Concurrent E.On bleef hiervoor gespaard. Verbeterd sentiment
Veolia Environnement is de laatste jaren druk bezig geweest om de hoge schuldenlast te verlichten. Het bedrijf is daar al deels in geslaagd. Eind 2012 was de schuld 11,3 miljard euro tegenover 14,7 miljard euro het jaar daarvoor. Eind dit jaar moet de schuldenlast uitkomen tussen de 8 en 9 miljard euro. Om de doelstellingen te verwezenlijken, zijn inmiddels diverse onderdelen verkocht. Over het eerste halfjaar van 2013 nam de nettowinst van het afvalbedrijf fl ink af. In de eerste zes maanden van 2012 werd nog 162 miljoen euro verdiend, maar in het eerste halfjaar van 2013 was dit nog slechts 3,6 miljoen euro. Dit had voornamelijk te maken met afschrijvingen op de Duitse activiteiten van Veolia Environnement. “Er was sprake van
van omgerekend bijna 1 miljard euro die het concern vorig jaar al toepaste. In 2011 schreef Vattenfall 500 miljoen euro af op de waarde van Nuon.
analisten in Zweden in, dat niet alleen bedrijfsonderdelen maar zelfs alle Vattenfall-activiteiten buiten NoordEuropa in de etalage zijn gezet. Besparingen
Verder worden ook de besparingsinspanningen opgevoerd. Aanvankelijk was het de bedoeling volgend jaar ruim 170 miljoen euro te snoeien, maar dat wordt nu tegen de 290 miljoen euro. Voor 2015 is de bezuinigingsdoelstelling nogmaals 230 miljoen euro. Dat dit arbeidsplaatsen zal gaan vergen is volgens Løseth zeker, maar aantallen noemde hij nog niet. Wel is duidelijk dat er alvast een vacaturestop is ingesteld. Ook zal er minder worden geïnvesteerd in het bedrijf.
Organisatie op de schop
Het Zweedse energieconcern maakte tegen de achtergrond van de nieuwe afschrijvingen tevens bekend dat de organisatie op de schop gaat. Als gevolg daarvan wordt de onderneming gesplitst in twee bedrijfseenheden, één voor Scandinavië en één voor continentaal Europa. In Scandinavië zijn de problemen volgens bestuur en directie minder groot dan op de continentaal Europese markten. Hier is de productie van het concern voor het grootste deel gebaseerd op gas en kolen. Op de Scandinavische markten wordt de productiecapaciteit vooral ingevuld door waterkracht en atoomcentrales. Splitsing verbetert de mogelijkheden om de risico’s in continentaal Europa op termijn te delen met partners, verklaarden de concerntoplieden Lars G. Nordström en Øystein Løseth. Dat houdt volgens financiële
Minister Peter Norman: “Er worden goede en slechte zaken gedaan, niet alleen door staatsbedrijven, ook door private. Het zou merkwaardig zijn als Vattenfall daarop een uitzondering zou zijn.”
Tabel stijgers en dalers Periode 24 juni t/m 2 september 2013 best presterende
Veolia Env
29.34 %
GdF Suez/International Power
11.30 %
Endesa
11.15 %
EDP
10.74 %
Centrica
10.11 %
minst presterende
National Grid Group
3.39 %
Gasnatural - Union Fenosa
0.66 %
EVN
-0.20 %
E.On
-0.74 %
RWE
-14.27 %
een sterke terugval op de Duitse markt”, stelde CFO Pierre-Francois Riolacci. De omzetten liepen hier terug en bovendien is er een grotere concurrentie in een aantal Duitse steden om contracten op het gebied van afval-verwerking binnen te slepen. Toch zijn analisten
positiever geworden over het aandeel Veolia Environnement. Zij zien de afvalbranche als een groeimarkt, met name in de ontwikkelingslanden. Het aandeel heeft door dit verbeterde sentiment op de Parijse beurs ook weer de weg omhoog gevonden.
3 INTERVIEW energiehandel Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
“Als facilitator word je als beurs een belangrijke component van de vrije markt.”
Bert den Ouden scheidend CEO van APX-ENDEX
Bert den Ouden, scheidend CEO van APX-ENDEX
‘Zonder consensus waren we nooit zo ver gekomen’ DOOR ALEXANDER HAJE Bert den Ouden stond in 1999 aan de wieg van de elektriciteits- en gasbeurs APX-ENDEX. Onder zijn leiding groeide die uit tot een Europees handelsplatform, waar vraag en aanbod elkaar treffen. Vorige maand stapte Den Ouden op als CEO van de APX Group, die 1 maart dit jaar werd gesplitst in een elektriciteitsdeel en een gastak. “Zonder consensus waren we nooit zo ver gekomen.”
‘Een beurs is een beurs. Die is van iedereen. En die moet breed gedragen zijn’ Bert den Ouden (56) studeerde natuurkunde in Leiden en begon zijn loopbaan bij het onderzoek- en adviesbureau CE Delft. Vervolgens stapte hij over naar het ministerie van Economische Zaken en aansluitend trad hij in dienst van EnergieNed (nu Energie-Nederland, brancheorganisatie van energiebedrijven). Den Ouden: “Ik weet nog dat we vanuit het ministerie met EnergieNed in gesprek waren over het initiatief om een energiebeurs op te zetten. EnergieNed heeft mij toen gevraagd om dat traject te gaan trekken. Het opzetten van een beurs moest een breed gedragen initiatief zijn met de toenmalige productiesector en eindverbruikers. Daarover moest volledige
consensus zijn. Het moest niet louter een aangelegenheid worden van de energiedistributiebedrijven. Een beurs is een beurs. Dat is iets van iedereen.” Rode draad
Den Ouden: “Ik ben telkens in dat traject naar de consensus teruggekeerd. Dat is in al die jaren de rode draad geweest bij alle beursinitiatieven die werden genomen. Ook de politiek was ervan overtuigd dat een elektriciteitsbeurs naar Scandinavisch model zinvol en gewenst was. Diezelfde consensus was er ook bij de eenwording van de Noordwest-Europese elektriciteitsmarkt, waarbij ook landelijk hoogspanningsnetbeheerder TenneT ons meteen het vertrouwen gaf.” Het was in het begin echt pionieren, zegt den Ouden. “Het liefst wilde je snel dingen realiseren. Maar de ervaring leerde ons dat ontwikkelingen tijd vragen. Vier jaar na het ontstaan van de PX werd 15% van het Nederlandse elektriciteitsverbruik op de beurs verhandeld. In 2009 was dat meer dan 25% en nu is dat al 40%.
‘Succes APX is te danken aan goede samenwerking’ Het succes van APX-ENDEX sinds de oprichting van de beurs in 1999 is volledig te danken aan een goede samenwerking tussen álle marktpartijen, aldus Den Ouden. “De integratie van de Noordwest-Europese energiemarkten is van cruciaal belang geweest. Veertien jaar geleden ontstond die samenwerking met de netbeheerders. De dag dat APX startte met de spotprijs voor elektriciteit, begon TenneT met zijn systeem van programmaverantwoordelijkheid. Daardoor kon iedereen op de energiemarkt acteren, niet alleen op de beurs maar ook bilateraal. Vanaf dat moment was er sprake van een
hechte samenwerking tussen de beurs, netbeheerders en marktpartijen.” De liberalisering van de elektriciteitsmarkt en privatisering van de sector jaren geleden heeft slechts gedeeltelijk invloed gehad op de APX-handel, zegt hij. “Cross-border fusies zijn juist goed voor de markt. Bij consolidaties binnen hetzelfde prijsgebied hangt het er maar net vanaf of het om short of long constructies gaat.” Den Ouden memoreert de overname van het Utrechtse energiebedrijf REMU door Eneco. “Die was niet nadelig voor de beurs, omdat beide bedrijven opereerden op de korte termijnhandel.”
Betrek je daar Engeland en België bij, dan verhandelt APX meer stroom dan er in Nederland wordt verkocht. Op zeker moment heeft APX de gasbeurs in Engeland overgenomen. Dat is achteraf gezien een van de beste zetten die we gedaan hebben, want het was de opmaat naar de Nederlandse gasmarkt, die eind 2008 werd gecompleteerd met de overname van ENDEX. Ook dat gebeurde in volledige consensus: de gassector ondersteunde de overname volledig.”
‘Een van de mooiste momenten was de trilaterale marktkoppeling in 2006’ Vrije markt
Den Ouden: “Als facilitator word je als beurs een belangrijke component van de vrije markt. Een van de mooiste momenten was in 2006 toen de trilaterale marktkoppeling tot stand kwam tussen
Nederland, Engeland en België. Je zag daardoor de prijsverschillen van elektriciteit tussen de verschillende landen ineenschrompelen van 10 tot 0 euro. Die koppeling werkte in de praktijk dus heel goed. Een ander memorabel moment, daaraan voorafgaand, was een presentatie die ik in het Scheveningse Kurhaus hield over de marktkoppeling. Michiel Boersma, destijds CEO van Essent, zei toen: ‘Die Noordwest-Europese elektriciteitsmarkt moet er komen’. En hij heeft woord gehouden. Want later steunde hij de marktkoppeling en bovendien de aanleg van de NorNedkabel, de elektriciteitsverbinding tussen Noorwegen en Nederland. En dan te bedenken dat dit voor Essent als elektriciteitsproducent misschien niet zo vanzelfsprekend was.”
‘We hebben in al die veertien jaar als beurs nooit één dag verzuimd’ Goed
Die Noordwest-Europese energiemarkt was er eigenlijk meteen al na de trilaterale marktkoppeling eind 2006, zegt Den Ouden. “In 2010 kwam daar nog de totale convergentie met Duitsland bij. Een aantal jaren lang heeft dat zeer goed gefunctioneerd. Dat doet het als mechanisme nog steeds, maar de laatste tijd zien we wel dat de prijsverschillen weer oplopen, door de verschillen in energiepolitiek.” Natuurlijk waren er ook hick ups, zegt de afgetreden CEO. “Als APX wilden we heel graag met België de marktkoppeling doen. Maar ook de Fransen toonden interesse. Uiteindelijk is dat door België opgelost: Frankrijk kreeg een stuk van de business en wij kregen een stuk van de business. En de Belgen kregen een nieuwe markt.” Het zijn diezelfde Belgen die in 2010 een cruciale rol hebben gespeeld toen de Noordwest-Europese elektriciteitsmarkt compleet werd met de toetreding van Duitsland, zegt Den Ouden. “De Belgen hebben toen het marktkoppelingssysteem ontworpen. Later zijn APX en de Belgische beurs Belpex ook gefuseerd. Dat heeft de Belgen en ons heel dicht bij elkaar gebracht.” Gasmarkt
Een andere hick up was de gasmarkt, weet hij nog. “Toen APX de Engelse gasbeurs kocht, dachten we die snel te kunnen implementeren in Nederland. Maar uiteindelijk duurde de gasliberalisering toch langer dan we dachten.” Het was overigens heel goed dat de gas- en
‘Tijd voor nieuwe koers met iemand anders aan het roer’ Veertien jaar lang was Bert den Ouden ‘Mister APX’. Een periode die hij per 1 augustus heeft afgesloten. Was hij niet graag nog een aantal jaren als CEO van de APX Group aangebleven? Den Ouden: “Met het splitsen van de elektriciteits- en gasbeurs wordt het ook tijd voor een nieuwe CEO aan het roer. Natuurlijk was ik graag doorgegaan. Maar wat ik nu ga doen als voorzitter van het Flexiblepower Alliance Network, FAN, vind ik opnieuw een grote uitdaging. Ik wil mij graag met nieuwe,duurzame energievraagstukken bezig gaan houden. En mij daarnaast richten op energie-advies in Europa, over de energievoorziening van de toekomst, wat in steeds sterkere mate gaat spelen. ”FAN is een netwerk van bedrijven en instellingen die samen de interna-tionale FAN-standaard ontwikkelen en beheren, legt Den Ouden uit. “We helpen huishoudens, bedrijven, fabrikanten, energiebedrijven en softwareleveranciers om samen de duurzame energietoekomst te versnellen. Ooit begon ik mijn maatschappelijke loopbaan als fysicus bij het onderzoek- en adviesbureau CE Delft. Daar hield ik mij bezig met energiebesparing en duurzame energiebronnen, waaronder warmtekrachtkoppeling. Nu kom ik na veertien jaar eigenlijk weer terug op het punt waar ik ooit begonnen ben. Ik moet zeggen: dat voelt goed. Daarmee is de cirkel rond. Er staan mij nieuwe uitdagingen te wachten.”
elektriciteitsmarkt bij elkaar kwamen, blikt hij terug. “Maar het toekomstpad ziet er voor gas heel anders uit dan voor elektriciteit. Dat is ook de reden waarom de beurs zich nu weer splitst in APX en Endex. De jaren dat gas en elektriciteit samengingen heeft ons de kritische massa gegeven. Die kritische massa hadden we als Nederland nodig. Maar het is ook goed dat het nu weer splitst in twee separate beurzen. Elk heeft nu voldoende eigen massa om zelfstandig verder te gaan.”
‘Europa moet werken aan zijn eigen zelfvoorzienendheid’ Den Ouden: “De huidige marktsituatie kun je het beste definiëren als duurzaam versus CO2. Kleinschalig versus centraal opgewekte energie. Je hebt Europa en de rest van de wereld. Er spelen issues die niet zomaar even zijn opgelost. Ik denk dat lokale duurzame initiatieven hun rol zullen gaan claimen. Er komt een ander voorzieningsmodel. Energie wordt veel meer een zaak van de community. Dat zal tot andere commerciële modellen voor de spelers op die markt leiden. Ik denk ook dat Europa moet werken aan zijn eigen zelfvoorzienendheid. Kijk naar wat de VS gedaan heeft, maar dan wel op de Europese manier. Gas en gaswinning horen daarbij. De energievoorziening moet flexibeler worden. Vooral duurzaam speelt daarin voor Europa een grote rol. Maar dan wel op een efficiënte en finan-
cierbare leest geschoeid: het moet ook financieel duurzaam zijn.” Den Ouden is onlangs benoemd tot deeltijdvoorzitter van FAN, het Flexiblepower Alliance Network. “Auto’s opladen op zonnepanelen als de zon schijnt. Warmte opslaan. Het bedenken van slimme technische en financiële systemen”, zegt hij. “Daar houdt FAN zich mee bezig. Zo was de marktkoppeling destijds een slim systeem om landen aan elkaar te koppelen tegen lagere kosten en een optimaal gebruik van de infrastructuur.” Stapsgewijs
Hij denkt dat Europa zich stapsgewijs kan verbeteren en kan komen tot een grotere zelfvoorzienendheid op
energiegebied. “Daarbij kijk ik naar de inherente economische rentabiliteiten der dingen. Hoe kan het nu dat het energiebeleid van al die Europese lidstaten zo verschillend is, terwijl die rentabiliteit hetzelfde is? Zonnepanelen zijn toch even goed in Duitsland en Nederland? Ik denk dat het goed is om iedereen die spiegel voor te houden. Waarom kiest het ene land in Europa voor kerncentrales en bouwt het andere land ze juist af? Die discrepanties kosten miljarden. Dat geld kun je veel beter ergens anders voor inzetten. Als je dat in duurzaam steekt, dan komt een zelfvoorzienend Europa een stuk dichterbij.”
4 BINNENLAND achtergrond Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
raties, gaat op 18 december 2012 failliet. Het kost de coöperatie zo’n 75.000 euro, enerzijds het voorschot dat GP al aan Trianel had betaald, anderzijds de juridische kosten. Door voor en tijdens de Kerstperiode alle zeilen bij te zetten en de administratie en facturering bij programmaverantwoordelijke Anode Energie uit Barendrecht onder te brengen, slaagt Grunneger Power erin om gas en stroom aan haar klanten te blijven beleveren. Een noodkrediet van de provincie, waarmee de coöperatie een uitstekende relatie onderhoudt, is inmiddels vrijwel terugbetaald.
Noordelijke coöperaties starten leveringsbedrijf DOOR TSEARD ZOETHOUT
Na de zomer beginnen enkele noordelijke energiecoöperaties met leveringsbedrijf NLD ENERGIE, een innovatieve bedrijfsvorm die via de drie provinciale koepels duurzame elektriciteit en gas gaat verzorgen. “We kunnen met 4 à 5.000 klanten binnen drie jaar break even draaien. In volumeonderhandelingen aan de achterkant zijn we messscherp. Het doel is immers zoveel mogelijk geld naar lokale initiatieven te genereren. De directie krijgt een fatsoenlijk salaris. Als je de sociale component vergeet, heb je namelijk echt wat te verliezen.”
Dat zegt Jos Bijkersma, directeur van Grunneger Power en beoogd directeur van NLD ENERGIE. Bijkersma is afkomstig uit de handel in stroom en gas, eerst bij Gasunie en Nuon Energy Trading, later op de beurs bij APX Endex. Toen zijn vriendin een baan als arts kreeg, verhuisde hij naar het noorden. Na een sabbatical gaat Bijkersma, ditmaal op vrijwillige basis, de portfolio voor de (groot)zakelijke markt van Grunneger Power vormgeven. Het is september 2012. Vanuit basis
Enkele maanden later valt hij met de neus in de boter. Topdrukte. Trianel, white label leverancier voor twintig Nederlandse duurzame energiecoöpe-
Volgens Bijkersma heeft de klant van die overgang weinig gemerkt. “Stomtoevallig kwamen we in contact met SEPA Green Energy uit Enschede. Dat had december 2012 een leveringsvergunning gekregen. Omdat de codes voor levering in zo’n korte tijd moeilijk waren in te regelen, hebben we onze klanten tijdelijk gestald bij Anode. En op Oudjaarsdag tekende SEPA het leveringscontract met GasTerra. Zo ben je niet langer afhankelijk van één partij. Want als die omvalt, heb je een groot probleem”, aldus Bijkersma. Ondertussen was directeur Bijkersma, opvolger van aanjager Peter Breithaupt in april 2013, druk bezig om een nieuw leveringsbedrijf op te zetten. Volgens hem is de structuur van NLD ENERGIE een driehoek op z’n kop. Lokale initiatieven zijn de motor, provinciale koepelorganisaties coördineren en leveringsbedrijf NLD ENERGIE voert uit. “Nu we een back-office hadden gevonden en stroom en gas gescheiden waren, raakten we in gesprek met Us Koöperaasje (Fryslân), EC Ameland en EC Noordse veld (Drenthe). Waarom zouden we alleen voor Groningen leveringsvergunning aanvragen? Met drie noordelijke
provincies is het goedkoper. De schaalvoordelen komen zoveel mogelijk bij lokale initiatieven terecht. Door scheiding van competenties in het bestuur van de NLD ENERGIE, rechtstreeks verkozen vanuit de koepels, kunnen we expertise waarborgen.” Noord, Lokaal, Duurzaam
De structuur van NLD ENERGIE is volgens Bijkersma niets anders dan een aardappelschilmesje voor inkoop en verkoop. “NLD was een sticker op de bumper van een auto”, zegt de directeur. “Noordelijk, lokaal, duurzaam. Ook wij staan voor de kernwaarden fatsoenlijk, duurzaam, lokaal en coöperatief. Wederverkopersvergoeding komt zoveel mogelijk bij lokale initiatieven terecht. Dat kan een dorpshuis zijn, een wijkvereniging, een gemeente. Overwinsten zijn voor hen. Onder het bestuur, waarvan de leden het onbezoldigd doen, staat een directie met een fatsoenlijk salaris zonder bonussen of andere financiële prikkels.” Daarvoor is nog wel enig kapitaal nodig, geeft Bijkesma toe. Het bedrijfsplan is voorgelegd aan PricewaterhouseCoopers, dat geen fouten kon vinden. De overheden in Friesland, Groningen en Drenthe zijn na een presentatie dit voorjaar enthousiast. Voordat NLD ENERGIE echter een volledige aanvraag voor leveringsvergunning bij de ACM (de eerdere NMa) indient - naar verwachting deze herfst - wil het eerst gelden uit overheid en van particulieren aantrekken. “Het lijkt misschien geitenwollensokken, maar aan de achterkant voeren we wel degelijk scherpe onderhandelingen om gunstige contracten voor coöperaties binnen te slepen. Bij de drie noordelijke provincies - die hierin ‘een voor allen, allen voor een’ als motto hanteren – ligt 4,5 ton euro aan aanvragen voor financiering van leveringsbedrijf NLD ENERGIE.
Jos Bijkersma (NLD ENERGIE): “Tenslotte gaat het niet alleen om versnelling van duurzame energieopwekking. Het gaat ook om het versterken van de sociale cohesie in dorpen en steden.”
Dat gaat vooral op aan startkosten in contracten en volumes.” Een tweede pad dat NLD ENERGIE voor financiering bewandelt, loopt via ledenobligaties met jaarlijks vijf procent rentevergoeding over een looptijd van vier jaar. Bijkesma is ervan overtuigd dat het break even point wel sneller dan drie jaar bereikt wordt. “Grunneger Power heeft bijvoorbeeld nu al ruim 450 klanten, EC Ameland een dikke 1.200 en EC Noordse Veld pakweg 150. Door de leden is al 200.000 euro toegezegd. Tenslotte gaat het niet alleen om versnelling van duurzame energieopwekking. Het gaat ook om het versterken van de sociale cohesie in dorpen en steden. Dat zal de politiek zeker moeten aanspreken”, besluit hij.
Haags Greentech bedrijf ontwikkelt app voor lager energieverbruik DOOR ALEXANDER HAJE
Het Haagse Greentech bedrijf Greeniant komt eind dit jaar met een app voor smartphones en tablets op de markt, die data uit de slimme meter analyseert en herkent welke apparaten thuis worden gebruikt. Daarmee wordt het stroomverbruik van huishoudelijke apparatuur inzichtelijk gemaakt, zegt Geert Jan Dirven, oprichter van Greeniant. “Energieverslinders worden zo moeiteloos opgespoord. En dat kan resulteren in een substantieel lager energieverbruik.”
Geert Jan Dirven (Greeniant): “Als mensen weten dat hun oude koelkast op jaarbasis 200 euro aan stroom wegvreet, zullen ze sneller geneigd zijn om een nieuwe aan te schaffen.”
Met de grootschalige uitrol van de slimme meter wordt het energieverbruik straks een stuk inzichtelijker voor huishoudens. Op dit moment zijn er zo’n 700.000 slimme meters door netbeheerders in den lande geïnstalleerd. Daar komen de komende jaren telkens enkele honderdduizenden bij, zegt Dirven. “Volgend jaar zullen er circa 1,2 miljoen slimme meters bij huishoudelijke energieklanten hun werk doen. In 2020, zo is het streven, maken zeven miljoen huishoudens gebruik van de slimme meter.” Zichtbaar
Deze ontwikkeling kan Greentech startup Greeniant niet snel genoeg gaan, grapt Dirven. “De soft ware die wij hebben bedacht en ontwikkeld, haakt nu eenmaal aan op die slimme meter. De app waarvan consumenten straks gebruik kunnen maken, is gekoppeld aan de soft ware van de slimme meter. Wij zijn er daarom bij gebaat dat de uitrol van die meter de komende jaren vlot en soepel verloopt.” Want wie een slimme meter en smartphone of tablet heeft, kan binnenkort met de app van Greeniant zien hoe we thuis omgaan met energie, zegt Dirven. “Dat betekent dat het verschil tussen dagen nachtverbruik, tussen doordeweek en in het weekend, en hoeveel of hoe weinig stroom we verbruiken vergeleken met vergelijkbare huishoudens
voor iedereen zichtbaar wordt.” Stroomvreters
Dirven: “De combinatie slimme meter en app zorgt ervoor dat je als consument heel gericht op je stroomverbruik kunt gaan sturen. Het belangrijkste onderdeel van ons product is dat het alle huishoudelijke apparaten op elektriciteitsverbruik individueel onder de loep legt. Daardoor weet je precies wat een koelkast, magnetron of televisie jaarlijks aan stroomverbruik kost. En welke apparaten grote stroomvreters zijn. Een oude koelkast die bijvoorbeeld zo’n tweehonderd euro per jaar aan elektriciteit ‘verslindt’, kun je dan heel gericht vervangen. En daarmee voer je een besparingsmaatregel uit die fl ink kan schelen in je portemonnee.” Te weinig
Greeniant werd anderhalf jaar geleden opgericht, vertelt Dirven. “In 2011 begon ik na te denken over het ontwikkelen van soft ware die gekoppeld kan worden aan de slimme meter en die consumenten helpt hun energieverbruik omlaag te brengen.” De grote energiebedrijven in ons land doen volgens hem op IT-gebied te weinig voor consumenten. “Zij richten zich vooral op energieproductie en zijn minder bezig met dit soort innovaties. De echte baanbrekende vernieuwingen komen uit de koker van kleine bedrijven. Wat je ziet is dat de digitale infrastructuur zich de laatste jaren sterk ontwikkelt. Dat resulteert
in nieuwe technologische vindingen die perspectieven bieden voor de toekomst.” Managen
Consumenten hebben nu nog relatief weinig aandacht voor hun energieconsumptie, zegt Dirven. Maar dat gaat veranderen, voorziet hij. “Duurzaamheid is een groeiend besef. Het percentage van het besteedbaar inkomen dat aan energie wordt uitgegeven, zal de komende jaren verder stijgen. Het wordt daardoor steeds belang-rijker om het energieverbruik te kunnen monitoren en sturen. De band die consumenten met energie hebben verandert. Elektrisch rijden groeit aan populariteit. Steeds meer mensen kiezen ervoor om niet afhankelijk meer te zijn van een energieleverancier. Men legt zonnepanelen op daken. De consument wordt ook producent. Wij denken dat de behoefte aan juist díe nieuwe technologie groeit, die consumenten in staat stelt hun energieverbruik optimaal te managen. De soft ware en app die wij nu op de markt gaan brengen, sluit op die ontwikkeling aan.”
Crowdfunding
Het benodigde kapitaal voor het ontwikkelen van de benodigde soft ware en marktrijp maken van de app komt deels uit eigen gelederen, zegt Dirven. “Daarnaast zijn we gestart met een crowdfunding initiatief. Daar staat de teller nu op bijna 106.000 euro.” Hij vertelt dat banken niet erg welwillend waren om hun nek uit te steken voor financiering. “Je bent daardoor als startend bedrijf noodgedwongen aangewezen op andere bronnen.” Als de app straks een succes wordt, wat Dirven natuurlijk vurig hoopt, denkt hij dat die een impuls kan geven aan de economie. “Met name de bruin- en witgoedsector kan daar profijt van hebben. Want als mensen weten dat hun oude koelkast op jaarbasis 200 euro aan stroom wegvreet, zullen ze sneller geneigd zijn om een nieuwe aan te schaffen. Vooral in tijden van crisis kan dat een welkome en belangrijke prikkel zijn.”
5 THEMA energiemarkt Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
Huidige marktsituatie zet flinke druk op bestaande elektriciteitscentrales DOOR ALEXANDER HAJE
Hoe kijken producenten aan tegen het huidige energielandschap waarin elektriciteitscentrales het moeilijk hebben? Welke toekomst zien zij voor conventionele centrales weggelegd? Ondanks alle problemen zijn energiebedrijven van mening dat grootschalige stroomcentrales in de nabije toekomst onmisbaar blijven. Maar een andere marktstrategie is volgens hen noodzakelijk, omdat de winstgevendheid van conventionele centrales sterk onder druk staat.
‘Flexibiliteit gascentrales van groot belang’ Kees Jan Rameau, lid van de Raad van Bestuur van Eneco: “In 2022 moet zo’n 40% van onze elektriciteitsproductie duurzaam worden opgewekt. In zo’n energiemix is een belangrijke rol weggelegd voor flexibele gascentrales. De vraag naar flexibiliteit en snel beschikbare back-up neemt toe, waardoor het business model van gascentrales verschuift richting flexibiliteit. Moderne gascentrales, zoals onze Enecogen-centrale, hebben dan een voordeel omdat ze snel kunnen op- en afregelen.” Hij laat weten dat Eneco en DONG een van de twee generatoren uit de gascentrale tegen vergoeding hebben overgedaan aan het Israëlische bedrijf IEC. Enecogen is daarmee voorlopig voor 50% operationeel. Voor de Nederlandse gascentrale is wel meteen een nieuwe generator besteld. Wat de effecten op CO2-uitstoot betreft, zijn moderne gascentrales ook goed gepositioneerd ten opzichte van kolencentrales, meent Rameau. “Weliswaar worden er pogingen gedaan om kolencentrales ‘schoner’ te maken door het bijstoken van biomassa, maar een moderne gascentrale stoot aanzienlijk minder CO2 uit dan een moderne kolencentrale met bij- en meestook. Daarnaast moet steeds kritisch worden gekeken naar de totale milieueffecten van het grootschalig verstoken van biomassa als brandstof. In dat licht is het verstandig dat in het SER-akkoord is overeengekomen dat niet alleen de NTA8080-norm moet worden toegepast, maar dat er ook aanvullende eisen zullen komen voor de carbon debt-effecten van biomassa en voor de effecten op het gebruik van land en bossen. Ook beperkt het SER-akkoord de totale bijdrage van bij- en meestoken van biomassa aan de 2020-doelstelling, en wordt meer ingezet op structurele vormen van duurzame energie zoals wind en zon.” Rameau acht het gunstig dat in het kader van CO2-uitstootreductie in het SER-akkoord de afspraak is opgenomen om de oudste en meest vervuilende kolencentrales versneld te sluiten. “Uiteraard zou de beste oplossing zijn als het emissiehandelssysteem ETS op Europees niveau zou worden gerepareerd, zodat de CO2-prijs structureel naar een hoger niveau gaat. Maar politiek draagvlak hiervoor lijkt nu te ontbreken.”
‘Kolencentrales voorlopig onmisbaar’ E.On voorziet dat kolencentrales voorlopig een belangrijke rol blijven spelen in ons land. “Het is duidelijk dat kolencentrales bij een actuele duurzame productie van 4% en hoge gasprijzen de komende tijd nog een belangrijke rol zullen spelen bij een betaalbare en betrouwbare energievoorziening in Nederland”, zegt Edwin Kotylak van E.On Benelux.
“Daarnaast spelen ze een belangrijke rol in de transitie naar een duurzame energievoorziening. Dit gebeurt door middel van meestoken van biomassa en co-siting, waarbij op een slimme manier reststromen van omliggende bedrijven en E.On zelf hergebruikt worden voor productie van zowel warmte als elektriciteit.”
‘Productie-installaties steeds meer inzetten als achtervang’ GDF SUEZ betreurt het dat er in Europa nog geen gelijk speelveld is voor de stroomsector: De stroomnetten zijn weliswaar gekoppeld, maar er is geen gezamenlijke Europese politiek, aldus Stefan Wesselink van het Franse energieconcern. “Sterker nog: sinds de crisis voeren overheden met name een nationale politiek. Voor Nederlandse energieproducenten komt hier nog het nadeel bij dat wij als gasland door de relatief hoge gasprijzen momenteel te kampen hebben met stilstaande centrales.” Het SER-akkoord acht GDF SUEZ van groot belang. Wesselink: “Het is weliswaar een nationaal akkoord, maar toch uiterst belangrijk omdat het aanzet tot de noodzakelijke verduurzaming. Daarnaast levert het akkoord meerjarig beleid op dat nodig is om investeringszekerheid te hebben. Die zekerheid is onmisbaar in ons streven naar een betaalbare, betrouwbare en duurzame energievoorziening.”
‘Geloof in schoon en flexibel gasvermogen’ De conventionele energieproductieeenheden van DELTA staan, net als alle andere energieproductieeenheden in Nederland, onder druk, laat Erik Schwartz van het Zeeuwse energiebedrijf weten. “De marges op de korte en middellange termijn zijn laag, waardoor de integrale kostprijs zich niet terugverdient in de markt. Toch geloven wij op lange termijn in schoon en flexibel gasvermogen.” De oorzaken van deze lage marges zijn een toename van gesubsidieerde, duurzame productiecapaciteit, zoals wind- en zonne-energie, zegt hij. “Daarnaast stagneert de vraag naar elektriciteit. Een derde oorzaak zijn de globale ontwikkelingen op de kolenmarkt als gevolg van schaliegaswinning in de Verenigde Staten. En er is sprake van lage CO2-prijzen door een overschot aan emissierechten als gevolg van de economische crisis.” Strategische keuzes
DELTA beraadt zich op dit moment op de strategische keuzes die op korte en middellange termijn gemaakt moeten worden. Voor de lange termijn gelooft het energiebedrijf zoals gezegd in schoon en flexibel gasvermogen.
Dit in combinatie met de verdere ontwikkeling van duurzame decentrale opwekmethoden, aldus Schwartz. “De huidige conventionele productie van DELTA bestaat uit op gas en steenkool gestookte centrales: De kolencentrale van EPZ in Borssele, de gasgestookte Sloecentrale en de warmtekrachtcentrale Elsta bij Terneuzen. Die van EPZ draait nu op volledig vermogen, maar is een van de centrales die in het SERakkoord gepland staan om in 2016 uit bedrijf genomen te worden. DELTA en EPZ willen deze centrale graag ombouwen tot een 100% duurzame biomassacentrale. Onderzoek heeft uitgewezen dat dit technisch mogelijk is en een vergunning is inmiddels verleend. Het enige dat nog ontbreekt is een passende stimuleringsregeling.” Passende oplossing
De Sloecentrale is een moderne, flexibele gascentrale met het hoogste rendement in de markt, zegt Schwartz. “Deze draait momenteel nog dagelijks, maar krijgt op korte termijn concurrentie van nieuwe kolencentrales. DELTA bekijkt op dit moment welke maatregelen genomen moeten worden.” De Elsta-centrale is gekoppeld aan het Dow-complex in Terneuzen en levert elektriciteit en stoom. Het totale energetisch rendement is daardoor hoog, zegt Schwartz. “De centrale is inmiddels vijft ien jaar oud. Het toenmalige concept is niet meer geschikt voor de huidige markt. Ook voor deze centrale zoeken wij naar een passende oplossing.”
‘Elektriciteit uit gas en kolen blijft noodzakelijk’
CEO van Essent. “Gasgestookte centrales hebben het op dit moment moeilijk, omdat ze moeten concurreren met andere gesubsidieerde en niet regelbare energiebronnen, zoals wind en zon. Omdat wij de verantwoordelijkheid nemen om, ook als de zon niet schijnt en de wind niet waait, betaalbare en beschikbare energie te leveren, zetten we breed in en kiezen voor conventionele en duurzame energieproductie in een brede mix, met kolen, gas en biomassa.” Biomassa
“Biomassa is een belangrijke brandstof, waarmee wij duurzame energie produceren”, zegt Van Laethem. “Het betekent dat Essent een belangrijke rol weggelegd ziet voor haar kolencentrales. Sterker nog, zonder de inzet van biomassa - en wind - kan de kabinetsdoelstelling niet worden gehaald. In de transitie naar een 16% duurzame energievoorziening in 2022 neemt het efficiënt gebruik van fossiele energie nog altijd een substantiële positie in. Daarbij is het niet verstandig om ‘op één paard te wedden’ en alleen voor gas te kiezen. Moderne kolencentrales kunnen, bijvoorbeeld als het hard waait, dus veel windenergie, de elektriciteitsproductie snel en flexibel aanpassen.” Nederland moet inzetten op een brede energiemix, aldus Van Laethem. “Daarvoor is elektriciteit opgewekt met gas en kolen noodzakelijk. Die kan immers op elk moment van de dag worden geleverd en bijgeregeld al naar gelang de productie van duurzame energie.”
Essent produceert elektriciteit en warmte met behulp van kolen, gas, biomassa en wind, en zet in op én centrale én decentrale energieopwekking, zegt Erwin van Laethem,
Sluiting
GDF SUEZ zal haar op kolen/biomassa gestookte Centrale Gelderland sluiten bij de bekrachtiging van het SER-akkoord, zegt Wesselink. “De sluiting zal leiden tot een aanpassing van onze planning. Onze productie-installaties - vooral gasgestookt - zullen steeds meer worden ingezet als achtervang voor andere vormen van energie en daardoor minder produceren. Kostenbeheersing en flexibiliteit worden voor centrales, zoals verwacht, steeds belangrijker.” In buurlanden ondersteunen overheden centrales om beschikbaar te zijn voor de momenten dat de energie van wind en zon wegvalt, zegt hij. “Als Nederland niet meegaat met deze ontwikkeling is dit slecht nieuws voor ons investeringsklimaat. Daarnaast kijken wij samen met de klant welke energieoplossingen hij wil in deze veranderende energiemarkt. Het beeld dat wij hier zien, is dat vraag en aanbod steeds verder gediversifieerd worden en dat decentrale opwek, kleinschaligheid en duurzame initiatieven een steeds grotere rol spelen bij deze oplossingen. Wij spelen in op de vraag van de klant. In Nederland doen we dat onder andere met een nieuwe joint venture, GDF SUEZ LNG Solutions. Die ontwikkelt een duurzame totaaloplossing voor klanten in de transportsector om over te stappen van vervuilende diesel op het veel schonere en stillere LNG.”
PwC-rapport schetst somber maar realistisch beeld Zo’n twaalf conventionele elektriciteitscentrales zullen 2020 waarschijnlijk niet halen en hun deuren moeten sluiten. Dat concludeert onderzoeksbureau PwC in een studie naar de toekomst van het Nederlandse energielandschap tot 2020, dat in april dit jaar verscheen. Het PWCrapport is weliswaar een prognose, maar is een sterke indicatie dat er zwaar weer op komst is en een shake out onvermijdelijk is.
Minister Kamp van Economische Zaken beantwoordde in mei Kamervragen over de impact van de veranderende energiemarkt. Hij zei onder meer dat uit signalen van de markt blijkt dat met name gascentrales minder draaiuren kunnen maken. “Die worden daardoor als eerste uit de markt geduwd.” Kamp noemt de prognose van PwC
over een sanering in het Nederlandse productiepark reëel. In hoeverre die sanering daadwerkelijk zal plaatsvinden, op welke termijn en in welke omvang, is een zaak van de markt, zei hij. Over de voorzieningszekerheid maakt de minister zich geen zorgen: Uit het meest recente rapport van TenneT blijkt dat de voorzieningszekerheid tot en met 2019 is gewaarborgd.
6 SERIE fresh energy Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
De toekomst van de energievoorziening Ze zijn jong en ambitieus en geven mede richting aan een duurzame, betrouwbare en betaalbare energievoorziening van de toekomst. Wat drijft deze nieuwe lichting medewerkers van energiebedrijven? Waarom hebben ze voor deze dynamische sector gekozen? En hoe geven zij op hun terrein vorm aan oplossingen voor de essentiële energievraagstukken? In deze serie laat Energie Actueel de aanstormende top van de Nederlandse energiesector aan het woord over hun werk, hun doelen en hun visie op het energielandschap van straks. In dit twaalfde deel Bianca Bok van Joulz.
DOOR SANDER SCHILDERS “Ik houd van ontwikkelen. Het ontwikkelen van mensen, diensten en sectoren. Na ruim tien jaar bij KPN te hebben gewerkt, leek het me leuk om een heel andere sector te gaan bekijken. Na de telecomsector verandert nu de energiesector ingrijpend. Joulz paste dan ook ontzettend goed. Bij Joulz staan de mens en het vakmanschap nog helemaal centraal. Er wordt continu veel geïnvesteerd in het opleiden van mensen en dat spreekt mij enorm aan.”
“Vanaf het moment dat ik hier binnenkwam, was er een heel duidelijke klik. Net zoals de telecomsector bestaat deze organisatie van oorsprong voornamelijk uit techneuten. Ik vind het mooie van techneuten dat ze altijd heel erg trots zijn op hun vak. Het zijn vaak ook heel open en hulpvaardige mensen. En dat is bijzonder prettig. Een verschil is dat we in de energiesector in een totaal andere fase zijn van ontwikkeling. Joulz is een bedrijf dat van oudsher één klant had: netbeheerder Stedin. Terwijl KPN een heleboel klanten heeft. In de jaren dat Joulz alleen voor de netbeheerder werkte, heeft zij vanuit de storingsproblematiek heel veel ervaring en kennis opgedaan over de netten en de mensen thuis. Die storingservaring is dé feedback op de kwaliteit van het ontwerp en de aanleg van de Nederlandse netten. Het zorgt ervoor dat onze kennis op dit terrein continu scherper wordt. Joulz is nog in de eerste fase van commercialisering, maar komt met haar specifieke vakmanschap als energiespecialist binnen bij klanten in de zakelijke markt.”
‘Er was voor mij direct een duidelijke klik met Joulz’ Diensten Specials
“Ik geef binnen Joulz leiding aan de afdeling Specials; een club van 250 mensen, die zeer uiteenlopende activiteiten verricht. We doen dingen voor het hele bedrijf, maar ook speciaal voor de service provider, een onderdeel binnen Joulz dat zich bezighoudt met het onderhouden en aanleggen van de middenspannings- en gasnetten. Activiteiten die we centraal willen oppakken, zijn ondergebracht bij Specials. Bijvoorbeeld bepaalde business development-activiteiten. Zo kijken
we wat we kunnen doen om de uitrol van slimme meters in Nederland te faciliteren. Daarnaast zorgen we voor tijdelijke energievoorzieningen, zoals aggregaten die we dan binnen twee uur ter plekke kunnen hebben op het moment dat een storing niet meteen te verhelpen is. Of als stroomvoorziening bij evenementen. Joulz is een bedrijf dat zijn oorsprong heeft in beheer. Vanuit die beheerkennis zijn we ook goed in staat om te ontwerpen, aan te leggen en te bouwen. Een gedeelte van deze ‘bouwpoot’, zeg maar het eigen aannemersbedrijf, is ook ondergebracht bij Specials.” Katalysator
“We helpen zakelijke klanten ook met het borgen van de veilige werking van hun energie-installaties. Er staat namelijk in de wet dat je als directeur verantwoordelijk bent voor de veilige werking van je energie-installatie. Omdat de meeste directeuren begrijpelijkerwijs te weinig verstand hebben van de werking van zo’n installatie, bieden we aan die verantwoordelijkheid met hen te delen We hebben enige tijd geleden een seminar gehouden waarbij we ziekenhuizen en bedrijven uit de telecomsector met elkaar in gesprek lieten gaan. Deze organisaties zijn enorm afhankelijk van de werking van hun energie-installatie en hun energievoorziening. Toch blijkt dat er maar weinig met elkaar gesproken wordt over dit onderwerp. Terwijl men wel ontzettend geïnteresseerd is in elkaars kennis daarover, hoe je dat moet organiseren. Ik denk dat Joulz een katalysator kan zijn in het delen van kennis en het ontwikkelen van vakgebieden. En tegelijkertijd kunnen we uiteraard ook nog onze dienstverlening verkopen. Omdat we bij meerdere sectoren en bij meerdere netbeheerders komen,
CV Bianca Bok 1975: 1993: 2001: 2001 - 2012: 2012 - heden:
geboren te Brummen diploma RS Het Rhedens, Dieren diploma Industrial Design Engineering, Innovation Management, TU Delft diverse management functies op het gebied van business development, innovatie en marketing bij KPN vestigingsdirecteur Specials Joulz
kunnen wij de kennis van verschillende partijen terugkoppelen aan de markt. En die kennis kunnen we gebruiken, bijvoorbeeld bij de uitrol van slimme meters, maar ook bij dossiers als gelijkspanning. Daar voeren we op het moment bepaalde experimenten uit om te kijken of je kantooromgevingen energiezuiniger kunt maken. Met de uitkomsten daarvan kun je naar de netbeheerders terug en hen adviseren.”
‘Techniek helpt je problemen op te lossen’ Bedrijfsschool
“Om die nieuw ontwikkelde diensten te leveren, heb je een continue instroom van nieuwe monteurs nodig. En de huidige mbo-opleidingen sluiten helaas nog onvoldoende aan op de werkzaamheden die wij verrichten. Daarom hebben we onze eigen bedrijfsschool, waar we, samen met ROC’s, praktijk- en theorielessen geven voor allerlei niveaus. Leerlingen op mbo 2-niveau – het opleidingsniveau van een monteur gas of elektriciteit – werken nog niet, maar moeten het vak wel leren. Dus we zijn ook een leerbedrijf. Mijn afdeling selecteert speciale projecten die aansluiten bij de competenties die de leerlingen op dat moment moeten leren. Die projecten worden ook begeleid. De leerlingen worden ondersteund door speciaal geselecteerde mensen die het leuk vinden om jonge mensen op weg te helpen en te begeleiden in hun werk. We doen aan strategische personeelsplanning, dus we proberen vooruit te kijken. We geloven er ook echt in dat je nu jonge mensen moet opleiden, omdat je er straks anders tekort komt. Op dit moment breiden we dit uit met verschillende soorten leerlingen,. Bijvoorbeeld zij-instromers: mensen die al wel een vakopleiding hebben genoten en die met een klein beetje bijscholing hier ook zo aan de slag kunnen. En we werken ook met doorstromers, dus dat betekent dat mensen die op niveau 2 in het bedrijf werkzaam zijn op een gegeven moment door mogen groeien en meer verantwoordelijkheden krijgen.”
‘Ik vind werken met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt geweldig’ Maatschappelijke verantwoordelijkheid
“Joulz is bovendien als enige bedrijf in Nederland MVO 5 gecertificeerd.
‘Bij Joulz staan mens en vakmanschap nog centraal’
Bianca Bok, Vestigingsdirecteur Specials Joulz
Kortom, een bedrijf dat heel hoog scoort op het vlak van het nemen van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Bijvoorbeeld omdat wij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een leer/ werkplek bieden. Dat doen we sinds een half jaar in een samenwerking met de gemeente Amsterdam, en binnenkort ook in Rotterdam. Die mensen geven we veel extra begeleiding, zodat ze niet alleen een vak leren – op mbo 1-niveau –, maar ook meer structuur in hun leven krijgen. De kandidaten in deze trajecten hebben zeer uiteenlopende achtergronden en we werken daarom ook samen met jobcoaches vanuit de gemeente. Zo doe je ook ervaring op met wat complexere opleidingstrajecten. Juist dat ontwikkelen van mensen en iets terugdoen voor de maatschappij geeft mij veel voldoening in mijn werk.” “Mijn ambitie is vooral om dit nog een aantal jaren te doen, totdat ik deze club naar een bepaald niveau gebracht heb. Ik ben niet alleen maar carrièregericht, ik vind het ook belangrijk om in mijn werk iets terug te doen voor de BV Nederland. Zo vind ik werken met mensen met een afstand tot de
arbeidsmarkt geweldig. Ik geloof gewoon dat je als bedrijf veel makkelijker iets kunt betekenen en structuur aan jongeren kan geven, dan wanneer je bijvoorbeeld een ambtenaar bent bij de sociale dienst. Nee, mijn opdracht hier is nog lang niet klaar.”
Bianca Bok: “Juist het ontwikkelen van mensen en iets terugdoen voor Nederland, zijn zaken die mij voldoening geven in mijn werk”.
7 BUITENLAND achtergrond Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
Russen nemen gashandel van Wingas in Nederland over
door Gazprom en Wintershall, 100% eigendom van BASF, gaat het om maar liefst 274 miljard kuub aardgas. Jaarlijks hoopt men daar vanaf 2016 8 miljard m3 te winnen. Wintershall krijgt daarvan een aandeel van 25% plus een optie om dat tot 50% uit te breiden. Partnerschap
DOOR JAN VAN HOOF, FRANKFURT
De Europese gasvoorziening krijgt er een machtige speler bij. Gazprom, ‘s werelds grootste energieconcern in Rusland, gaat voor het eind van dit jaar de gashandel van Wingas, dochter van het grote Duitse concern BASF, in Nederland en nog veel andere Europese landen overnemen. Daarnaast zal Gazprom ook voor 50% aan de Wintershall Noordzee BV deelnemen die in de Nederlandse, Engelse en Deense Noordzee naar aardolie en aardgas zoekt. BASF wil zich meer op de winning van olie en gas toeleggen en doet daarom volledig afstand van de handel en opslag van gas.
Dit alles is onderdeel van de uitruil van activiteiten tussen beide concerns, waar-voor eind vorig jaar al de basis werd gelegd en nu uitgevoerd wordt. De betrokken overheidsinstanties moeten hun toestemming nog geven. Daaronder ook de EU, die het de Russen in Europa steeds moeilijker maakt. Begin september krijgt de Europese Commissie de overname door Gazprom voorgelegd. Helemaal verrassend is de jongste overeenkomst van BASF en Gazprom overigens niet, want beide concerns hebben al meer dan twintig jaar een zeer nauwe zakelijke band en daarbij gaat het meestal om spectaculaire zaken. Bij de gezamenlijke ontsluiting van twee nieuwe aardgasbronnen in West-Siberië
“Met deze stap ontwikkelen we onze meer dan 20-jarige partnerschap verder”, stelt Kurt Bock, directievoorzitter van BASF. “De technologische competentie en samenwerking met nationale olieconcerns zijn voor ons steeds belangrijker wordende concurrentievoordelen bij het zoeken naar en winnen van olie en gas.” Bock wijst op de uitbreiding van de activiteiten en de duidelijke resultaten van andere bronnen tussen de jaren 2000 en 2012, van 80 tot 140 miljoen barrel equivalent. “De klassieke aardgashandel daarentegen biedt voor Wintershall slechts geringe mogelijkheden voor differentiatie.” Voor Gazprom spelen andere zaken een rol: het concern probeert al jaren meer greep op de gashandel in Europa te krijgen. Voorheen werd dat geprobeerd met E.On en dochter Ruhrgas. Die hadden een aandeel in Gazprom en konden voor de gaslevering ongetwijfeld profiteren van die contacten. Maar de Russen wilden ook tegenprestaties, zoals toegang tot de markt van gasverbruikers in Europa. Daar kwam E.On /Ruhrgas
Column
Europese elektriciteitsmarkt functioneert niet meer verkiezingen in 2014 niets structureels gebeuren en moeten we daarna nog maar afwachten. Gascentrales in zwaar weer
De Europese elektriciteitsmarkt functioneert niet meer. Alleen met subsidies en door regulering wordt er nog geïnvesteerd. Ondernemingen maken miljardenverliezen. Politieke sturing ontbreekt. Zonder politieke ingreep wordt de energietransitie enorm bemoeilijkt of wordt deze onnodig kostbaar. De afgelopen weken publiceerden de grote Europerse elektriciteitsbedrijven hun halfjaarberichten. De een meldde een nog groter verlies dan de ander. Reorganisaties zijn aangekondigd en investeringen teruggeschroefd. Achterliggende oorzaak is een disfunctioneren van de Europese elektriciteitsmarkt. Hieraan zitten drie kanten. Falen ETS
Veel aandacht is al geschonken aan het
falen van het emissiehandelssysteem. De symptomen zijn bekend. Door een overschot aan emissierechten vanwege royale toekenning in de vorige handelsperiode en lager dan verwachte economische groei is de CO2-prijs van een verwachte 20-30 euro per ton in de bandbreedte van 3-5 euro terechtgekomen. Zelfs een kleine aanpassing van het systeem door de Europese instituties is erg moeilijk. Bekend is hoe een structurele verbetering eruit zou moeten zien: de jaarlijkse uitgifte van emissierechten gaat dan omlaag, liefst gecombineerd met een minimumprijs. Interessant is ook de suggestie om het systeem te splitsen in een deel voor de elektriciteitssector waar geen internationale concurrentieproblemen zijn en een voor de zware industrie waar dit vaak wel relevant is. Maar ondanks alle goede suggesties zal er tot de Europese
Ten tweede zijn het vooral de gascentrales die in zwaar weer zijn gekomen. Door toenemend aanbod van winden zonne-energie gaat de elektriciteits groothandelsprijs omlaag en kunnen gascentrales minder uren draaien. Oude gaan in de mottenballen of sluiten. In Engeland wordt een groot capaciteitstekort al op korte termijn voorzien en onduidelijk is hoe de flexibele back-up voor het fluctuerende wind- en zonaanbod gestalte kan krijgen. Ten derde en minder zichtbaar is dat dit tot hogere subsidies voor hernieuwbare energie gaat leiden. Deze worden immers bepaald door het verschil tussen de kostprijs van hernieuwbare energiebronnen en de groothandelsprijs. Door innovatie wordt de opwekking van hernieuwbare energie goedkoper, maar de groothandelsprijs daalt ook snel. Hierdoor wordt de financiering van toeslagen of subsidies duurder. Bij elkaar kan je niet langer spreken van een goed functionerende markt. In nieuwe conventionele centrales wordt, op uitzonderingen na, niet meer geïnvesteerd. De investeringen die nog wel plaatsvinden zijn financieel ondersteund (hernieuwbaar) of gereguleerd (netten).
Gazprom breidt invloed steeds verder uit Gazprom is al 20 jaar actief in Duitsland. Het Russische gasbedrijf wordt daar vertegenwoordigd door Gazprom Germania en bouwt van daaruit ook in de rest van Europa, Centraal-Azië, de VS en Mexico zijn invloed steeds verder uit. Op de internationale activiteiten heeft Gazprom nu 1.200 werknemers gezet, van wie 200 in het kantoor in Berlijn. Dit uiteraard onder toezicht van het moederconcern in Moskou en nog sterker onder dat van de dochter daarvan, Gazprom Export. Inmiddels wordt in Europa al een kwart van de behoefte aan gas gedekt door Gazprom, overigens via grootafnemers als E.On, Verbundnetz Gas en zelfs concurrent Wingas. Voor de steeds belangrijker wordende ondergrondse opslag van aardgas wordt samengewerkt met ondernemingen in landen als Turkije en Tsjechië. In Duitsland bouwt Gazprom Germania nu ook aan meer eigen tankstations. In totaal heeft de Duitse dochter al 40 ondernemingen in 20 landen. Wende
Makkelijk heeft Gazprom Germania het in Duitsland momenteel overigens niet als gevolg van de Energiewende. Vooral gas is daarbij een probleem, vanwege het overaanbod en financiële steun die groene energie geniet. Ook de Russen in Duitsland staan daarvoor onder toezicht van ambtelijke instanties en de Europese Unie. Gascentrales worden uitgeschakeld in plaats van nieuw gebouwd. Eigen gastransportleidingen mag Gazprom vanwege de concurrentieverhoudingen zelf slechts voor de helft gebruiken. Niettemin steeg de omzet van de Gazprom Germania-groep in 2012 met 27% in vergelijking met het voorgaande jaar, maar de winst lag met 270 miljoen euro onder de 356 miljoen euro van 2011.
onder een eerdere directie niet volledig aan tegemoet. BASF en zijn dochters Wintershall en Wingas deden dat eerder al beter en zijn al meerdere jaren bevoorrechte partners van de Russische gasgigant. Ze werken in Rusland al langer samen met Gazprom aan de gasproductie en waarderen vooral de technologische kennis. De aardgas-
handel en –opslag in Europa wordt al langer gemeenschappelijk met Gazprom uitgevoerd . “Door de verhoging van het aandeel in de gashandel en de opslagondernemingen zetten we onze succesvolle activiteiten voor zekerstelling van de gasvoorziening in Europa voort”, zei Alexej Miller, topman van Gazprom, bij de presentatie van de overeenkomst met BASF.
In de IEA-prognoses is nog maar 10% van de investeringen in de Europese elektriciteitsvoorziening marktgedreven en de rest gesubsidieerd of gereguleerd – en dan veronderstelt men nog een substantiële emissieprijs. Politieke interventies
Een afwisselende ‘boom’ en ‘bust’ is inherent aan veel markten. Natuurlijk is de elektriciteitsmarkt altijd al verweven gebleven met politieke interventies. Maar nu komt erbij dat er geen helder idee is over het geheel van de gewenste aanpak en dat verschillende landen hun eigen weg gaan: wat zijn de politieke doelen en hoe worden die bereikt? Een land als Engeland lijkt in paniek geraakt. Er is een buitengewoon ingewikkeld systeem van door de overheid beïnvloede prijzen bedacht, waarvan de crux is dat nieuwe kerncentrales op vaste prijzen kunnen rekenen en dat er tenders komen voor piekcapaciteit van gascentrales. Duitsland wacht op de verkiezingen van september, maar realiseert zich dat de subsidies voor hernieuwbaar niet eindeloos verder kunnen stijgen. Frankrijk heeft een centrale aanpak van voorzieningszekerheid ingevoerd, maar het op ons eigen SER-proces lijkende nationale debat over de lange termijnaanpak heeft geen gemeenschappelijke tekst opgeleverd en men wacht op de voorstellen van president Hollande op 20 september. In Nederland hebben we nog een royaal aanbod van nieuwe centrales waartoe in andere tijden was besloten en kunnen we ons daarom vervroegde sluiting van de oudere kolencentrales in 2016 en 2017 permitteren.
Pieter Boot is verbonden aan het Planbureau voor de Leefomgeving. Gemeenschappelijke aanpak
De diversiteit aan nationale oplossingsrichtingen maakt een gemeenschappelijke aanpak alleen maar moeilijker. De Engelse aanpak ondermijnt de Europese emissiehandel. De Duitse en Franse ondersteuning van beschik-bare capaciteit maken een verschil tussen nationale en buitenlandse markten, wat natuurlijk niet de Europese opzet was. Toch ligt in die Europese aanpak perspectief, maar het is bijna tegen beter weten in. Second best is dan in elk geval samenwerking tussen naburige landen. EZminister Kamp heeft het Pentalateraal Forum met onze buurlanden nieuw leven in geroepen. PBL en Clingendael (CIEP) zijn een project gestart om te doordenken hoe een markt, gericht op schone investeringen, eruit zou kunnen zien. Flexibiliteit (technisch inspelen op variabel aanbod), aanpassingsvermogen (adequate regulering in onzekerheid) en toekomstgerichtheid (ondersteunend aan de energietransitie) zijn daarbij essentieel.
8 OPINIE energie Energie Actueel
|
jaargang 16, nummer 7
|
dinsdag 10 september 2013
Column
Onze auto als elektriciteitscentrale
Ad van Wijk is duurzaam energieondernemer, adviseur en professor in Future Energy Systems aan de TU Delft. Wat is de energie-efficiëntie om ons in onze auto van A naar B te verplaatsen? Een kleine berekening. De benzinemotor heeft een rendement tussen de 15 en 20%, waarbij benzine wordt omgezet in een draaiende beweging. De rest van de energie in de benzine wordt omgezet in warmte, dus 80-85% van de energie-inhoud van benzine moet worden weggekoeld. Nu moet die draaiende beweging via de versnellingsbak overgebracht worden op de wielen, dat gebeurt met een efficiëntie van 50%. Dus dan zitten we op ongeveer 7-10%. De auto ondervindt weerstand van de weg en van de lucht, die overwonnen moet worden en dit leidt weer tot energieverlies en zitten we op een efficiëntie van 3-5%. Veel analyses houden hier op, maar het is nog erger, want we verplaatsen ons in een auto van 1000 kilo om in mijn geval iemand van 100 kilo van A naar B te verplaatsen.
We gebruiken onze auto voor ons werk, boodschappen te doen, vakantie, onze kinderen naar school te brengen of voor vriendenbezoek. De auto is voor velen een onmisbaar apparaat geworden, comfortabel en veilig, maar een energieslurper, eigenlijk niet meer dan een rijdende kachel. Wereldwijd wordt ongeveer een kwart van ons energiegebruik in deze rijdende kachels verstookt. Dus uiteindelijk komt de energieefficiëntie uit op minder dan 0,5%. Treurig toch! Kan dat beter? Ja, en dat betekent elektrisch rijden. We zien nu de introductie van de elektrische auto die bestaat uit een elektromotor en een groot batterijpakket waar stroom in wordt opgeslagen. De rest van de auto is nog steeds hetzelfde. Maar zelfs dat geeft al een efficiëntieverbetering. De elektromotor heeft een efficiëntie van 95%, het op- en ontladen van de batterij een efficiëntie van 80% en het gemiddelde elektriciteitsopwekrendement in Nederland is 40%. Dus het gemiddelde motorrendement komt daarmee op 30% in plaats van de 15-20% van de benzinemotor. Dat is al een stuk beter, maar die elektromotoren kunnen uiteindelijk ook in de wielen worden geplaatst en dan heb je het verlies van de versnellingsbak
Column
niet meer. En als we dan ook nog in een auto van bioplastic gaan rijden, die de helft lichter is, komen we op een totale energie efficiëntie van zo’n 5%. Dit klinkt nog steeds niet veel, maar is uiteindelijk een factor 10 beter en betekent dus ook 10 keer minder energiegebruik. Maar het kan met dat elektrisch rijden nog mooier: we kunnen er ons niet alleen veel energie-efficiënter in verplaatsen, maar we kunnen in de toekomst de elektrische auto met brandstofcel ook gebruiken om onze stroom mee op te wekken. De brandstofcel als automotor produceert elektriciteit uit waterstof met 60% rendement. Dat waterstof moeten we maken, bijvoorbeeld uit aardgas of biogas met een rendement van 75%. Maar dan hebben we nog steeds een elektriciteitsprodutierendement van 45%. Dat is beter dan het gemiddelde rendement van 40% van
De procedure kent nog veel stappen en het is belangrijk voor alle stakeholders dat deze zorgvuldig worden genomen. De vele schoten voor de boeg, soms uit de heup, soms goed gericht, laten zien dat het een belangrijk onderwerp is, maar ook dat vele zaken en agenda’s door elkaar lopen. Niet alleen in Nederland en Duitsland, ook in veel landen wordt er heft ig gediscussieerd over de route en richting van de energievoorziening, waarbij de emoties soms hoog oplopen.
Hectiek
Overdenken
De meteorologische zomer is weer voorbij en een vermoedelijk hectisch najaar is begonnen. Overheid en ondernemingen worden uitgedaagd om de ingezette veranderingen aan het energiesysteem in goede banen te leiden. Onverwachte gebeurtenissen of uitkomsten kunnen de verhoudingen tussen verschillende stakeholders aardig op scherp zetten. De oplopende spanningen over een mogelijk ingrijpen in Syrië deed bijvoorbeeld de olieprijzen even pieken. De terughoudendheid van het Engelse parlement en de gang van Obama naar het Congres schuiven de besluitvorming vooruit. De olieprijzen daalden prompt. Echter, de angst voor uitbreiding van de onrust in de regio blijft. Vooral China, dat naar verwachting de VS in oktober van dit jaar voorbij zal streven als grootste olie-importerende land, zal de berichten nauwlettend in de gaten houden. De afhankelijkheid van het land van importen uit de regio is aanzienlijk. Bij de presentatie van de halfjaarcijfers van de elektriciteitsbedrijven werd ook het nieuws over te sluiten en in de mottenballen te stoppen opwekcapaciteit naar buiten gebracht. Ongetwijfeld is een ingewikkelde discussie over het markt-
model voor variabele duurzame en conventionele opwek aanstaande in Europa. De uitrol van zonne- en windenergie in Duitsland laat zien dat het verstandig is om de krimp en groeiprocessen goed te bestieren, zodat alle prioriteiten van het energiebeleid tot zijn recht kunnen komen. Dit is ook belangrijk om te zorgen dat alle inspanningen op het gebied van duurzame energie leiden tot een duurzamer energiesysteem en niet alleen van de losse onderdelen, terwijl ook het prijskaartje niet onbelangrijk is, getuige de discussies. In Nederland bracht de zomer toch nog de rust van een energieakkoord, maar raakten de gemoederen al gauw weer verhit door de presentatie van het langverwachte schaliegasrapport en de te volgen procedure richting besluitvorming over testboringen.
Veel ontwikkelingen en processen lopen door elkaar heen. Bovendien laat de economische crisis structurele sporen na en staan de stakeholders in verschillende landen lijnrecht tegenover elkaar als het gaat over het energiebeleid. Ook in de VS woedt een hevige energiediscussie tussen de verschillende stakeholders. Ondanks de opleving van de olie- en gasindustrie in het land, de effecten van de striktere eisen op het gebied van energie-efficiëntie op de vraag en de vorderingen van de duurzame energieproductie worstelt men ook in de VS met de energieagenda. Dat klinkt misschien vreemd in onze Europese oren, omdat we de laatste tijd alleen horen over de Amerikaanse schaliegaswinning. We doen daarmee onrecht aan de ontwikkelingen in de energiesector in het land.
de Nederlandse elektriciteitscentrales. Als we dan in onze auto’s zo’n efficiënte centrale hebben, zou die dan niet, als de auto stil staat, onze elektriciteit kunnen produceren? Eens even uitzoeken, we gebruiken onze auto maar zo’n 5% van de tijd, de rest van de tijd staat die stil. Het vermogen van een automotor is tegenwoordig zo’n 100 kW. Hé, een auto kan makkelijk de elektriciteit produceren voor wel 100 woningen en dan kunnen we er ook nog gewoon in rijden. Wat als we nu een parkeergarage bouwen, waar we automatisch onze auto parkeren, aansluiten op een waterstofnet, het elektriciteitsnet en een warmtenet. We maken aan de poort van de parkeergarage uit aardgas of biogas waterstof, tanken onze tank vol zodat we met een volle tank uit de parkeergarage rijden. Maar als de auto toch stil staat, kan de brandstofcel in de auto ook elektriciteit voor het net produceren met een hoog rendement. Een parkeergarage met 500 auto’s verandert op deze manier in een elektriciteitscentrale van 50 MW, die met gemak 50.000 woningen van elektriciteit kan voorzien,
Ongelooflijk, met één parkeergarage. Hebben we dan nog wel elektriciteitscentrales nodig in de toekomst? Het antwoord is nee. We kunnen met gemak met onze auto’s alle elektriciteitscentrales in Nederland vervangen. Er zijn in Nederland 8 miljoen auto’s die met elkaar zo’n 100 miljard kilometer per jaar rijden. Elk jaar kopen we meer dan een half miljoen nieuwe auto’s. Dus elk jaar zouden we 50.000 MW aan nieuw vermogen op wielen kopen. In Nederland staat aan elektriciteitscentrales zo’n 25.000 MW opgesteld. Dus elk jaar kopen we meer dan 2 keer zoveel elektriciteitsproductie vermogen op wielen dan dat er is opgesteld. Elk jaar? Ja, elk jaar! En die auto’s zijn van u en mij. Als we die in de parkeergarage laten gebruiken voor elektriciteitsproductie dan hoeven we niet te betalen voor parkeren, maar dan krijgen we betaald voor parkeren. Zou dat niet mooi zijn?
The car is parked automatically
die hier toch vooral bekend is om zijn olie-industrie. Een andere grotere verandering vindt plaats in de vraag naar olie en de veranderingen in de transportsector. Energie-efficiëntie en technologische vindingen zorgen ook in de VS voor nieuwe dynamiek in de energievoorziening. In de VS zijn de tegenstellingen soms scherp en lijkt het onmogelijk om vooruitgang te boeken zonder de een of de andere groep voor het hoofd te stoten of belangen in het nauw te drukken. Levi probeert echter aan te tonen dat de (technologische) ontwikkelingen in de conventionele én de duurzame energiesector hand in hand kunnen gaan en elkaar soms ook nodig hebben om de prioriteiten van het energiebeleid te realiseren; namelijk schoon, betaalbaar en veilig. Verder wijst hij op het belang van de verschillende groepen om akkoorden te sluiten, zodat de stappen die gezet kunnen worden groter zijn dan zonder samenwerking. Het gaat namelijk om de samenhang van de afspraken zodat de verschillende belangen kunnen worden gediend. Het Nederlandse akkoord lijkt te passen in de gedachtegang van Levi om met de verschillende stakeholders samen voortgang te boeken.
Aanrader
De dilemma’s van de VS zijn fraai samengebracht in een boek van Michael Levi, The Power Surge, Energy, Opportunity, and the Battle for America’s Future (Council on Foreign Relations Book, Oxford University Press, 2013). In het boek maakt hij een rondgang door alle ‘krochten’ van de energiediscussie. Zowel de olie- als gasrevolutie komt aan de orde, maar ook de opmars van windenergie in een staat als Texas,
zie http://www.youtube.com/watch?v=qq0N-OixMo. Dus met een parkeergarage kunnen we alle woningen in de stad Delft van stroom voorzien!
Colofon Energie Actueel is een uitgave van de Vereniging Energie-Nederland. Energie Actueel biedt achtergronden en opinies uit de wereld van energie en klimaat. De krant verschijnt 10 keer per jaar. Daarnaast is Energie Actueel digitaal beschikbaar, met binnen- en buitenlands nieuws en een scala aan columnisten: energieactueel.nl Redactieadres Energie-Nederland, Lange Houtstraat 2 2511 CW Den Haag T: 070 311 4350 E:
[email protected] Hoofdredactie Anne Sypkens Smit Bladmanagement & eindredactie PACT Public Affairs, Den Haag Redactie Noud Köper, Sjoerd Marbus, Sander Schilders Medewerkers Alexander Haje, Peter Westhof Columnisten Pieter Boot, Aad Correljé, Frank van den Heuvel, Coby van der Linde, Han Slootweg, Ad van Wijk Correspondenten Elro van den Burg (Polen), Jan van Etten (Frankrijk), Jan van Hoof (Duitsland), Frank Kools (Noord-Amerika), Jan Schils (Europese Unie, België), Arjan Schippers (Groot-Brittannië), Wim Verseput (Scandinavië), Marcel Vink (China) Vormgeving & opmaak Aandagt reclame & marketing, Almelo Druk & distributie Senefelder Misset Grafisch Bedrijf, Doetinchem Abonnementen Energie Actueel wordt kosteloos toegezonden aan personen in dienst van bedrijven die lid zijn van Energie-Nederland, in dienst van de rijksoverheid of een hoger onderwijsinstelling. Zij en overige geïnteresseerden kunnen zich abonneren via de website energieactueel.nl. Daar kunnen ook abonnementen worden opgezegd. Een betaald jaarabonnement kost € 75,-. Abonnementsgelden worden namens de uitgever geïnd door Abonnementenland, Heemskerk. Adreswijzigingen www.energieactueel.nl Opzeggingen - Per post: Energie-Nederland / Energie Actueel Antwoordnummer 24603, 2490 WB Den Haag - Of per email:
[email protected]
Coby van der Linde is hoofd van het Clingendael International Energy Programme en hoogleraar Geopolitiek en Energiemanagement aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Advertentie-exploitatie Recent André van Beveren, Postbus 17229 1001 JE Amsterdam T: 020 330 8998 F: 020 420 4005 E:
[email protected] Overname van artikelen uitsluitend toegestaan na toestemming van de hoofdredactie.