Trends in Export 2006
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Trends in Export 2006 Een gezamenlijk initiatief van kredietverzekeraar Atradius en exportorganisatie Fenedex
3
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Index pagina
Belangrijkste resultaten Trends in Export 2006
4
1
Inleiding
7
2
Algemeen
8
3
Exportontwikkelingen
10
4
Exportbestemmingen
12
5
Nederlandse maakindustrie
17
6
Debiteurenrisico’s
19
7
Kansen en bedreigingen Nederlandse export
22
4
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Belangrijkste resultaten Trends in Export 2006 Het onderzoek Trends in Export, een initiatief van Fenedex en Atradius, is dit jaar voor de achtste maal uitgevoerd en brengt de exportverwachtingen van Nederlandse ondernemers voor 2006 in kaart. En wat blijkt? Optimisme onder exporteurs is blijvend terug Het optimisme is blijvend terug! Niet alleen het Centraal Plan Bureau schetst een rooskleurig beeld van de Nederlandse economie en de export in 2006, ook de Nederlandse exporteurs zelf verwachten het komende jaar een gemiddelde stijging van hun exportomzet ten opzichte van 2005 van 11%. Dit is het derde achtereenvolgende jaar dat exporteurs groei verwachten. Was het in 2004 nog een bescheiden groei van 2,9%, vorig jaar verwachtte men 10% en nu dus 11% groei. De groeiverwachting van 10% die de exporteurs deden aan het begin van 2005 is geheel in lijn met de groei van de totale Nederlandse export over 2005 die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) begin 2006 rapporteerde. De verwachte exportgroei voor 2006 is iets gematigder dan de groei die de respondenten in 2005 wisten te realiseren (12%). Na het pessimisme in het begin van het decennium hebben de exporteurs weer vertrouwen in de toekomst – al zijn zij duidelijk realistisch in hun verwachtingen. Frankrijk en Italië in 2006 als afzetmarkt in de belangstelling De belangrijkste exportbestemming binnen de Europese Unie (EU) blijft nog altijd Duitsland, al is dit minder overtuigend dan voorgaande jaren. Vorig jaar noemde 86% van de respondenten dit land als belangrijkste exportbestemming, nu is dat 78%. België blijft traditiegetrouw goede tweede en GrootBrittannië en Frankrijk ijveren om de derde en vierde plaats. Waar Spanje vorig jaar een opvallende groeier was en 63% van de respondenten aangaf dit als belangrijkste exportbestemming te beschouwen, moet zij nu haar plaats in de Top 5 van exportbestemmingen binnen de EU afstaan aan Italië. Ook voor 2006 verwacht 40% van de exporteurs een stijging van de export naar dit land te realiseren, al springt de verwachte exportstijging naar Frankrijk nog meer in het oog (57% van de respondenten verwacht een stijging van de export naar dit land te realiseren). Voor alle markten geldt dat de verwachtingen voor de verandering van de exportomzet voor 2006 veel positiever zijn dan die voor 2005. Verenigde Staten in hernieuwde belangstelling exporteur De Verenigde Staten (VS) heeft haar eerste plek als exportbestemming buiten de EU heroverd! 38% van de respondenten geeft aan hiernaar te exporteren. Vorig jaar stonden de VS nog op de vierde plaats. Een mogelijke verklaring voor de herstelde positie van dit land kan zijn de gunstigere Euro/Dollarwisselkoers. Na de VS en Zwitserland is Rusland de derde belangrijkste exportbestemming buiten de EU voor de Nederlandse exporteur. Ook voor 2006 verwacht maar liefst driekwart van de Nederlandse exporteurs een stijging van de export naar Rusland te realiseren. Daarnaast staat Turkije opvallend in de belangstelling (63% verwacht een toename van de export naar dit land). China en Rusland blijven de twee nieuwe exportmarkten Het lijkt erop dat de exporteurs zich meer en meer richten op verdieping van hun bestaande markten dan op het aanboren van nieuwe markten. De laatste drie jaar heeft een afnemend aantal respondenten aangegeven van plan te zijn nieuwe markten te gaan betreden. China en Rusland blijven de markten die het meest genoemd worden door de respondenten als nieuwe exportmarkten, alhoewel China in beduidend mindere mate wordt genoemd dan vorig jaar. Opvallend is dat Spanje uit de Top 5 van nieuwe exportmarkten is verdwenen en dat Roemenië hiervoor in de plaats is gekomen en de vijfde plaats inneemt in deze Top 5. Trend uitbesteding productie zet door Het meest in het oog springend is de voortzetting van de trend om productie uit te besteden naar het buitenland. Waar men in 2004 nog ruim driekwart van de productie (76%) in Nederland dacht te behouden, is dat voor 2005 55% en de verwachting van de exporteurs is dat in 2006 slechts 34% van de totale productie in Nederland behouden wordt. De productie wordt verspreid over de wereld, alhoewel
5
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
de focus op China blijft. Een ander opvallend resultaat is de gemiddelde omvang van de uitbesteding van de productie naar Duitsland en België die groter, dan wel even groot is, als het aandeel van de productie in Polen en in India. Meer betalingsachterstanden in EU, minder buiten EU Dit jaar zeggen exporteurs meer betalingsachterstanden te ervaren in Italië, Frankrijk, België, Duitsland en Groot-Brittannië. Polen is de slechtste betaler van de EU toetreders. Het slechte betalingsbedrag van Polen is in lijn met de betalingservaringen van Atradius met dit land. Opvallend is dat de markten die traditioneel als slechte betalers bekend stonden (Zuid- en Oost-Europa) dit jaar juist een verbeterde betalingsmoraal zien, met als enige uitzondering Italië. Voor landen buiten de EU zien exporteurs over de hele linie juist een sterk verbeterde betalingsmoraal, wederom met name in Oost-Europese landen. Om het risico af te dekken dat iemand niet betaalt, gebruikt tweederde van de ondervraagden vooruitbetaling gevolgd door een Letter of Credit en een kredietverzekering. Beduidend minder exporteurs geven dit jaar aan hun debiteurenrisico’s niet af te dekken. Een van de redenen hiervoor kan zijn dat veel minder exporteurs aangeven vertrouwen te hebben in hun (nieuwe) afnemers. Positief imago Nederlandse producten blijft belangrijkste stimulans export Net als voorgaande Trends in Export onderzoeken staat het positieve imago van de Nederlandse producten boven aan de lijst van belangrijke stimulans voor de Nederlandse export. Opvallend is hoe de respondenten de opkomst van de Chinese economie ervaren. Vorig jaar gaf ruim de helft (53%) aan dit als een bedreiging te zien, nu geeft 53% aan dit juist als een kans te ervaren. Stijging kostprijs van producten grootste bedreiging voor Nederlandse export Een nieuwe nummer één in de lijst van grootste bedreigingen voor de Nederlandse export is de stijging van de kostprijs van onze producten, gevolgd door de administratieve lasten. De stijging van de loonkosten wordt dit jaar door 57% van de respondenten als een bedreiging gezien, maar dit is veel minder dan vorig jaar toen 87% dat als nummer één bedreiging voor onze export noteerde. Een goed product en talenkennis blijven door veel van de exporteurs als belangrijkste randvoorwaarden voor de Nederlandse export beschouwd. Verantwoording In totaal zijn 4.000 vragenlijsten verstuurd naar leden en klanten van Fenedex. Hiervan zijn 337 vragenlijsten retour ontvangen, ofwel een respons van 8,4 %. De verdeling van de respons naar branche is redelijk goed vergelijkbaar met de Nederlandse export naar branche. Belangrijkste afwijking is dat de metaalbranche oververtegenwoordigd is. De machine- en elektronicabranche en de chemiebranche zijn in de steekproef ondervertegenwoordigd. Gemiddeld hebben de respondenten 143 medewerkers in dienst, waarvan 10 exportmedewerkers. De gemiddelde totale omzet is ¤ 56,7 en de gemiddelde totale exportomzet is ¤ 33,8. Per bedrijf wordt gemiddeld naar 24 landen geëxporteerd. De vragenlijsten zijn in de periode van januari tot en met februari 2006 ingevuld.
6
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
1
Inleiding Voor u ligt het rapport met de resultaten van het onderzoek naar de ontwikkelingen van de Nederlandse export, dat Atradius en Fenedex gezamenlijk hebben uitgevoerd in 2006. Het onderzoek ‘Trends in Export’ is voor de achtste keer in Nederland uitgevoerd. Net als voorgaande jaren hebben we Nederlandse exporteurs gevraagd wat de stijging of daling van de export per land in het afgelopen jaar is geweest en wat de verwachting is voor het komende jaar. Aanhakend op de voortschrijdende internationalisatie van veel Nederlandse bedrijven hebben wij de respondent sinds enkele jaren ook gevraagd naar de uitbesteding van zijn productie buiten Nederland. Dit jaar hebben we de enquête uitgebreid met vragen ten aanzien van de verwachtingen voor 2006 op dit vlak. Ook hebben we onderzoek gedaan naar het betalingsgedrag en het debiteurenrisico per land en de wijze waarop de respondenten zich tegen deze risico’s indekken. En hebben we gevraagd wat de Nederlandse exporteurs zien als de belangrijkste kansen, bedreigingen en voorwaarden voor de Nederlandse export. De resultaten van dit onderzoek zijn in hoge mate representatief voor de gehele Nederlandse export. In voorgaande jaren is gebleken dat de verwachtingen die de respondenten van dit onderzoek uitspraken in lijn waren met de gerealiseerde exportcijfers, zoals gerapporteerd door het CBS.
7
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
2
Algemeen In dit hoofdstuk lichten wij de achtergrondkenmerken van de respondenten toe. In onderstaande grafiek staat de verdeling van de respons naar branche weergegeven en in de grafiek daaronder de verdeling van de totale Nederlandse export naar branche.
Respons naar branche
Totale Nederlandse export en het aandeel per branche
De verdeling van de respons van dit onderzoek naar branche is redelijk goed vergelijkbaar met de verdeling van de totale Nederlandse export. Net als in voorgaande jaren is de metaalbranche oververtegenwoordigd en de chemiebranche en machine- en elektronicabranche ondervertegenwoordigd.
8
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Dit jaar hebben wij ook gevraagd naar de activiteit van het bedrijf. Is het bedrijf actief als producent, als handelsonderneming of vervult het beide functies? Onderstaande grafiek laat zien dat de helft van de respondenten producent is.
Respons naar activiteit
In de grafieken hieronder staan de verdelingen van de respondenten naar omzet en exportomzet weergegeven. Wat opvalt is dat er een goede spreiding te zien is over de diverse exportomzetklassen.
Respons naar omzetklasse (in miljoenen EUR)
Respons naar exportomzetklasse (in miljoenen EUR)
9
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
3
Exportontwikkelingen Onderstaande grafiek geeft de ontwikkeling weer van de totale exportomzet over de jaren 2003 tot en met 2006. Enerzijds geeft het de resultaten weer die behaald zijn door de respondenten ten opzichte van het jaar ervoor, anderzijds geeft het hun verwachtingen weer voor het lopende jaar.
Ontwikkeling exportomzet in de periode 2003-2006
Er is een duidelijke trend te zien in de toename van het aantal bedrijven dat een exportomzetgroei heeft kunnen realiseren en/of een exportomzetgroei verwacht. Opvallend is dat de exporteurs vaak optimistischer zijn over de toekomst dan de uiteindelijke resultaten van het verleden. Niettemin zegt 58% van de exporteurs in 2005 ook daadwerkelijk een stijging van hun exportomzet te hebben gerealiseerd. Aan het begin van dit decennium waren de exporteurs nog pessimistisch gestemd. Vanaf 2004 is de toon weer optimistisch en ook voor 2006 verwacht 67% van de respondenten een stijging van hun exportomzet. Slechts een zeer klein percentage, 3% van de respondenten, verwacht een daling in de exportomzet in 2006. Het optimisme is dus blijvend terug! Als reden voor de gerealiseerde stijging van de exportomzet in 2005 t.o.v. 2004 wordt door de meeste respondenten (63%) aangegeven dat dit door een verhoogde verkoopinspanning komt. Ook een verbeterde economische situatie en een beter productassortiment zijn voor een substantieel aantal respondenten (resp. 40% en 35%) belangrijke oorzaken, zoals blijkt uit onderstaande grafiek.
Redenen stijging exportomzet
10
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Van de respondenten die hebben aangegeven in 2005 een daling in de exportomzet te hebben gezien t.o.v. 2004 geeft bijna tweederde (65%) aan dat dit komt door een daling van de omzet op de voor het bedrijf belangrijkste exportmarkten. 21% van de respondenten geeft aan dat dit veroorzaakt werd door de Euro-Dollar verhouding in 2005.
Redenen daling exportomzet
Exporteurs hebben in 2005 iets beter gepresteerd dan zij verwachtten aan het begin van 2005. De totale verwachting voor 2005 was een toename van 10% exportomzet en het uiteindelijke resultaat is een stijging van 12%. Deze percentages zijn gewogen naar exportomzet. De groeiverwachting van 10% die onze respondenten deden aan het begin van 2005 is geheel in lijn met de groei van de totale Nederlandse export over 2005 die het CBS begin 2006 rapporteerde, te weten 10%. De respondenten van het onderzoek deden het net als in 2004 ook in 2005 dus beter dan de gemiddelde exporteur. Hoewel de exportomzetstijging van de respondenten in 2005 (12%) iets lager was dan in 2004 (15%). De verwachte exportstijging voor 2006 met 11% is iets gematigder dan de groei die de respondenten in 2005 wisten te realiseren (12%).
Verandering exportomzet in procenten gewogen naar exportomzet 2003-2006
11
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
4
Exportbestemmingen
Belangrijkste exportbestemmingen binnen de EU
Duitsland is voor de meeste exporteurs (78%) nog steeds de belangrijkste exportbestemming En ook België bezet zoals gebruikelijk de tweede plaats. Het eeuwige gevecht tussen Groot-Brittannië en Frankrijk om de derde en vierde plaats werd vorig jaar beslist in het voordeel van Frankrijk, dit jaar hebben zij een gedeelde derde plaats. In 2005 stond Spanje in de Top 5, dit jaar heeft Italië de vijfde plaats in de belangrijkste exportmarkten binnen de EU ingenomen. De Top 5 van exportbestemmingen binnen de EU is bijna hetzelfde als die van vorig jaar. We zien opvallende resultaten in de percentages van respondenten die in deze markten een stijging dan wel daling verwachten. Voor alle markten geldt dat de verwachtingen voor de verandering van de exportomzet voor 2006 veel positiever zijn dan die voor 2005. Uitschieter hierin is Frankrijk waar maar liefst 57% van de respondenten voor 2006 een exportomzetgroei verwacht. Dit was vorig jaar nog 46%. Slechts 5% van de respondenten verwacht in 2006 een exportomzetdaling naar Frankrijk, ten opzichte van 13% voor 2005.
12
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Top 5 EU exportbestemmingen verwachte export 2006 t.o.v. 2005
Top 5 EU exportbestemmingen verwachte export 2005 t.o.v. 2004
Top 5 EU exportbestemmingen verwachte export 2004 t.o.v. 2003
13
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Belangrijkste exportbestemmingen buiten de EU
In bovenstaande grafiek zijn de belangrijkste exportbestemmingen buiten de EU opgenomen, met het percentage van respondenten die die markt als exportbestemming heeft genoemd. Zwitserland heeft de eerste plaats moeten afstaan aan de VS, 38% van de respondenten heeft aangegeven hiernaar te exporteren. Vorig jaar werd dit land pas als vierde exportbestemming buiten de EU genoemd. Een mogelijke verklaring voor de herstelde positie van de VS kan de gunstigere Euro/Dollarwisselkoers zijn. Uit voorgaande Trends in Export onderzoeken bleek reeds dat Rusland voor steeds meer respondenten een exportmarkt is. Dit jaar is Rusland zelfs voor meer respondenten een exportmarkt dan Noorwegen. Turkije komt ook dit jaar in de Top 5 van belangrijkste exportbestemming buiten de EU voor. De Chinese markt is de afgelopen jaren in toenemende mate een exportbestemming geworden. In de rangorde van belangrijkste exportmarkten buiten de EU neemt China inmiddels een gedeelde 6de plaats in, in vergelijking met een 11de plaats vorig jaar. Ook voor de markten buiten de EU zien we dat voor alle markten in de Top 5 geldt dat de verwachtingen over de verandering van de exportomzet positiever zijn dan voor 2005. Zeer opvallend zijn hierbij de verwachtingen voor Rusland (75% verwacht een stijging van de export naar deze markt) en Turkije (63% verwacht een toename van de export naar deze markt). Dit zijn twee markten die ook door de Dutch Trade Board1 als focuslanden zijn aangemerkt voor 2006. De meer positieve verwachtingen voor de VS zetten ook door in 2006. ___________________ 1
De Dutch Trade Board is op 16 november 2004 van start gegaan met als doel versterking van de positie en concurrentie-kracht van Nederlandse ondernemingen in het buitenland. Daartoe werken publieke en private organisaties samen. In de raad zijn vertegenwoordigd: MKB-Nederland, VNO-NCW, de Nederlandse banken, de handelsbevorderende organisaties Fenedex, NCH en NEC, de EVD, de Kamers van Koophandel en de staatssecretaris van Economische Zaken.
14
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Top 5 niet EU exportbestemmingen verwachte export 2006 t.o.v. 2005
Top 5 niet EU exportbestemmingen verwachte export 2005 t.o.v. 2004
Top 5 niet EU exportbestemmingen verwachte export 2004 t.o.v. 2003
15
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Nieuwe markten betreden in 2006
In vorige onderzoeken was bijna de helft van de ondernemingen (44% in 2005 een 49% in 2004) van plan één of meer nieuwe buitenlandse markten te betreden. Dit jaar is wederom een iets lager percentage van de ondervraagden (40%) dit van plan te doen en zegt ongeveer een gelijk aantal als vorig jaar (38% in 2005 en nu 40%) dit misschien te doen. Het lijkt erop dat de exporteurs zich meer en meer richten op verdieping van hun bestaande markten dan op het aanboren van nieuwe markten. In onderstaande grafiek ziet u de Top 5 van de nieuwe exportbestemmingen van de afgelopen drie jaren onder elkaar. China en Rusland blijven de markten die door de respondenten het meest genoemd worden als nieuwe exportmarkten, alhoewel China in beduidend mindere mate genoemd wordt als nieuwe exportbestemming dan vorig jaar. Ook hierbij zien we dat de VS voor veel exporteurs aan belang winnen. Opvallend is dat Spanje uit de Top 5 van nieuwe exportmarkten is verdwenen en dat Roemenië hiervoor in de plaats is gekomen, en de vijfde plaats inneemt in deze Top 5.
Top 5 nieuwe exportbestemmingen
16
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
5
Nederlandse maakindustrie De export van de respondenten bestaat gemiddeld voor 65% uit eigen fabrikaat (in 2004 was dit nog 83%) en voor 35% uit wederuitvoer (in 2004: 17%). Deze percentages zijn gewogen naar exportomzet. De respondenten zijn gevraagd naar de verdeling van hun totale productie over de diverse landen. In onderstaande grafiek ziet u de gemiddelde percentages hiervan. Over de jaren 2003 tot en met 2005 betreft het de gerealiseerde productie, over 2006 gaat het om een verwachting van de exporteurs. Het meest in het oog springende resultaat is de voortzetting van de trend ten aanzien van de uitbesteding van productie naar het buitenland. Hierbij moet benadrukt worden dat de 34% van de totale productie die in Nederland blijft in 2006 slechts een verwachting van de respondenten is. Het resultaat hoeft niet te betekenen dat dit direct leidt tot een verlies van arbeidsplaatsen in Nederland. Het gaat hierbij om de totale productie. Indien een bedrijf extra productie gaat realiseren in 2006 of gerealiseerd heeft in 2005 en men besluit dit buiten Nederland te doen, betreft het geen verplaatsing van productie en daarmee verloren gaande arbeidsplaatsen maar om een realisatie van productiegroei buiten Nederland. Bijvoorbeeld vanwege strategische overwegingen om in een belangrijke afzetmarkt ook lokaal aanwezig te zijn. Eveneens hoeft dit resultaat niet te wijzen op verplaatsing van de gehele productie van een bedrijf maar kan het ook betrekking hebben op verplaatsing van een deel van de productie (bijvoorbeeld halffabrikaten, waarbij de assemblage in Nederland blijft plaats vinden.) Als laatste kan de verplaatsing van productie een overweging zijn om daarmee de continuïteit van werkgelegenheid in Nederland te waarborgen. Een ander opvallend resultaat in onderstaande grafiek is de gemiddelde omvang van de productie in Duitsland en België, die groter dan wel even groot is als het aandeel van de productie in Polen en in India.
Produktie in Nederland en daarbuiten
17
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
In voorgaande grafiek zien we ook een substantiële groei in de omvang van de productie die in de overige landen dan de in de grafiek vermelde landen wordt gerealiseerd. Onderstaande grafiek geeft een uitsplitsing van de landen die hierbij genoemd zijn.
Uitbesteding produktie naar overige landen
De respondenten hebben diverse stellingen voorgelegd gekregen. In onderstaande grafiek ziet u in hoeverre men het hiermee eens was. Een zeer overtuigende meerderheid (95%) is het eens met de stelling dat er ‘zonder innovatie geen maakindustrie is in Nederland’. 60% van de respondenten is het eens met de stelling dat er ‘voldoende geschoold technisch personeel is om de maakindustrie in Nederland te behouden’. Opvallend is de verdeelde mening onder Nederlandse exporteurs of de groeiende Chinese economie een bedreiging vormt voor onze export. De helft is het eens met deze stelling en de andere helft niet.
Diverse stellingen
18
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
6
Debiteurenrisico’s In onderstaande grafiek staat op welke landen de exporteurs betalingsachterstanden ervaren.
Betalingsachterstanden binnen de EU
Vorig jaar konden we melden dat over het algeheel minder betalingsachterstanden werden ervaren door de respondenten. Dit jaar kunnen we dit slechts ten dele constateren. In Italië, Frankrijk, België, Duitsland en Groot-Brittannië ervaarden de respondenten in 2005 juist weer meer betalingsachterstanden. Polen blijft de slechtste betaler van de Oost-Europese landen, gevolgd door Hongarije. Polen stond ook in voorgaande jaren boven aan de lijst van landen met betalingsachterstanden. Opvallend is dat de markten die traditioneel als slechte betalers bekend stonden (in Zuid- en Oost-Europa) dit jaar juist een verbeterde betalingsmoraal laten zien, met als enige uitzondering Italië. In het algemeen blijkt dat nog steeds meer betalingsachterstand wordt ervaren op afnemers uit landen binnen de EU dan buiten de EU. Uit voorgaande onderzoeken van Trends in Export blijkt dat exporteurs binnen de EU (behalve Griekenland) veel meer op open account leveren dan buiten de EU. Buiten de EU zoekt men kennelijk meer zekerheid voor het ontvangen van de betalingen door middel van passende betalingscondities. Dit zou een verklaring kunnen zijn voor het gegeven dat er (ook) meer betalingsachterstanden binnen de EU worden ervaren. Binnen de EU laten de Scandinavische landen wederom goed betalingsgedrag zien.
19
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Betalingsachterstanden buiten de EU
Voor landen buiten de EU zien exporteurs over de hele linie een verbeterde betalingsmoraal, wederom met name in de Oost-Europese landen (Roemenië, Rusland en de Oekraïne).
Methoden afdekken debiteurenrisico’s
20
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
De methode die de afgelopen twee jaar het meest genoemd is ter afdekking van de debiteurenrisico’s is vooruitbetaling (55% van de respondenten geeft dat dit jaar aan), gevolgd door de Letter of Credit en een exportkredietverzekering. Beduidend minder respondenten geven dit jaar aan hun debiteurenrisico’s niet af te dekken (12% in 2006 en 28% in 2005 en 2004). Meer bedrijven gebruiken een eigendomsvoorbehoud of een eigen voorziening als methode om debiteurenrisico’s af te dekken.
Redenen voor het niet afdekken debiteurenrisico’s
Als belangrijkste reden voor het niet afdekken van debiteurenrisico’s geeft, net als in voorgaande drie jaren, iets meer dan de helft van de exporteurs (54%) aan dat de klanten stabiel en bekend zijn. Als tweede reden wordt aangegeven dat de kosten voor risico-afdekking te hoog zijn, echter minder respondenten geven dit aan dan in 2005. Meer respondenten geven daarentegen aan dat het risico te klein is in verhouding tot hun totale omzet. De ondervraagden zijn klaarblijkelijk minder positief over hun klantenportefeuille, aangezien beduidend minder exporteurs hebben aangegeven ‘in het algemeen vertrouwen te hebben in hun afnemers’ en derhalve de debiteurenrisico’s niet af te dekken.
Belang krediettermijn als verkoopargument bij exporttransacties
Voor verreweg het grootste deel van de ondernemingen speelt de krediettermijn een belangrijke rol in de onderhandelingen van exporttransacties: 53% (ten opzicht van 57% in 2005 en 47% in 2004) vindt dit heel of vrij belangrijk.
21
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
7
Kansen en bedreigingen Nederlandse export Kansen Net als in voorgaande jaren staat het positieve imago van Nederlandse producten boven aan de lijst van belangrijke kansen voor de Nederlandse export. 87% van de respondenten geeft dit jaar aan dit als een kans te zien, hetzelfde percentage als in 2005, terwijl dat in 2004 nog 60% was. Opvallend is dat er een kanteling te zien is in hoe de respondenten de opkomst van de economie van China ervaren. Vorig jaar gaf meer dan de helft van de respondenten (53%) aan dit als een bedreiging te zien. Dit jaar geeft 53% van de respondenten aan dit juist als een kans te zien. Dit jaar geeft een beduidend hoger percentage van de bedrijven (36% in 2006 ten opzichte van 19% in 2005) aan de Euro/Dollar-wisselkoers als een kans te zien en een beduidend lager percentage (57% in 2006 ten opzichte van 73% in 2005) ziet het als een bedreiging. Bedreigingen Een overtuigende meerderheid van de respondenten (86%) geeft aan de stijging van de kostprijs van de producten als een bedreiging te zien, daarentegen geeft een beduidend lager percentage van de respondenten aan de stijging van de loonkosten als bedreiging te ervaren.
Kansen en bedreigingen voor de Nederlandse export in 2006
Kansen en bedreigingen voor de Nederlandse export in 2005
De stijging van de administratieve lasten bezet net als in eerdere rapporten van Trends in Export ook nu de tweede plaats in deze lijst. Meer respondenten beoordelen de talenkennis nog steeds als een bedreiging.
22
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
In grote lijnen is de volgorde van de belangrijkste randvoorwaarden voor de Nederlandse export gelijk aan die van vorig jaar. Het blijkt dat een goed product en talenkennis door de meeste exporteurs als belangrijke voorwaarden worden beschouwd. Dit jaar wordt door meer bedrijven aangegeven dat ondernemerschap een randvoorwaarde is dan een goede lokale partner. Waar in 2004 een beperkt aantal exporteurs (9%) een sterk exportbevorderend beleid van de Nederlandse overheid van belang vond, vond in 2005 een groeiend aantal exporteurs (37%) dit wel degelijk van belang. Deze trend zet door in 2006, 64% van de respondenten ervaart dit momenteel als randvoorwaarde.
Randvoorwaarden voor de Nederlandse export
23
Tr e n d s i n E x p o r t 2 0 0 6
Atradius Keizersgracht 281 1016 ED Amsterdam Tel. +31 (0) 20 553 9111 Fax +31 (0) 20 553 2811 www.atradius.nl Peter Sitskoorn en Carlinda Lengkeek Fenedex Raamweg 14 2596 HL Den Haag Tel. +31 (0)70 330 5600 Fax +31 (0)70 330 5656 www.fenedex.nl Frannie Flinterman-Rolff en Ime Duyfjes
24
Atradius Keizersgracht 281 Postbus 473 1000 AL Amsterdam www.atradius.nl
Fenedex Raamweg 14 Postbus 90409 2509 LK Den Haag www.fenedex.nl