Schakel-Kontakt O r g a a n va n d e N e derlandse Kerk in Duit sland
37e jaargang nr. 1 · februari 2011 _www.nkid.kerknet.de
Geachte lezer
2
Meditatie: De pop van de Joegoslaaf en de zoon van de herenboer
2
Column: Hij sloeg bruggen tussen de culturen
3
Financiën
4
Kerknieuws
5
Meditatie: Even stoppen.
6
Nieuwe man – frisse wind
7
Kerkdiensten
8
Adressen
8
Colofon
8
2
Ge achte lezer
B
ij het schrijven van dit ‘van de redactie’ ligt de jaarwisseling mij nog vers in het geheugen. Wanneer u dit onder ogen krijgt, is het nieuwe jaar echter alweer een maand oud. Daarom is het eigenlijk al haast te laat om u daarvoor nog het allerbeste te wensen. Toch hopen wij van harte dat 2011 voor een ieder van u een goed, gezond en voorspoedig jaar mag zijn. Datzelfde wensen we ook onze Nederlandse Kerk in Duitsland in haar totaliteit en in al haar kernen toe. Vanzelf spreekt het niet want financieel gezien staan we er nog altijd niet florisant voor. Wanneer de vrijwillige bijdrages niet noemenswaardig omhoog gaan, hebben we in de nabije toekomst een groot probleem. Wij betreuren het ten zeerste meteen aan het begin alweer op de cijfertjes te moeten hameren. We komen er evenwel niet omheen dat er iets moet gebeuren en willen u daarom alvast naar de artikelen onder het kopje financiën verwijzen met het vriendelijk verzoek deze ter harte te nemen. Een ieder van ons zal voor zichzelf, afhankelijk natuurlijk van zijn of haar draagkracht, de vraag moeten beantwoorden wat de kerk hem of haar waard is. Gelukkig is het niet het slechte nieuws maar zijn het de positieve berichten die dit nummer beheersen. Zo kunt u lezen dat de nieuwe predikant in Zuid zijn intrede heeft gedaan en voortvarend aan de slag is gegaan. Dat is overigens ook de reden waarom dit nummer extra dik is. Daarnaast is in alle kernen, op enkele uitzonderingen na, omdat vanwege hevige sneeuwval en spiegelgladde wegen de dienst niet kon plaats vinden, Kerst gevierd. En dat resulteerde in sfeervolle diensten, gezellig bijeenzijn rond allerlei lekkers en in goede ontmoetingen. Inmiddels zijn de eerste activiteiten van het nieuwe jaar, vooropgezet dat de winter niet opnieuw heeft toegeslagen, van start gegaan of in de planning. Wie de berichten uit de kernen leest, krijgt in ieder geval de indruk dat er heel wat gebeurt in onze kerk. Niet overal tiert het kerkelijk leven even welig, maar over het geheel genomen mogen we er, al zeggen we het zelf, best zijn. Laten we er wat van maken in dit niet meer geheel prille maar nog altijd verse jaar. We zullen dat met elkaar moeten doen. Want de kerk, dat zijn niet de predikanten, hoewel zij een niet onbelangrijke rol in het geheel spelen, maar dat zijn wij allen samen. In die zin spreken wij de hoop uit dat u dit jaar iets aan de kerk en de kerk op haar beurt tevens iets aan u mag hebben in goede en in slechte dagen. Kom in de kerk, bezoek de gespreksavonden, trek aan de bel wanneer u zelf of iemand anders op een bezoek zit te wachten, en leef met elkaar mee in vreugde en verdriet. Pieter Roggeband |
meditatie
De pop van de Joegoslaaf en de zoon van de herenboer H
ij stond in een etalage nabij het centraal station van Frankfurt. Uiteindelijk heb ik mij niet bedwongen; ik heb hem aangeschaft. Hij is van plastic, from a barbie world, zo zuiver is hij van roze plastic. Hij is overbodig en vermoedelijk slecht voor het milieu. Hij is zo goedkoop, dat ik probeer me niets voor te stellen bij de plek waar hij is gemaakt. Een tientje kostte hij – zonder batterijen, om precies te zijn. Nu staat hij op mijn bureau te schitteren: een dansende babypop in camouflagekleding, met munitie en een automatisch wapen om zijn plastic lijf gebonden. ‘Bruut ding, hè?’, zou ik retorisch constaterend tegen mijn broers of tegen vrienden zeggen. Dat vind ik het ook gewoon: een bruut ding. Zo fout en lelijk, dat het weer mooi en goed is. En dan te bedenken, dat ik hem in de zaak van een ex-Joegoslaaf heb gekocht, vast gevlucht ten tijde van de Balkanoorlogen. En dan te bedenken, dat hij daar als een soort ideaal werd verkocht: in dezelfde serie is er een meisje in roze baljurk, is er een cowboy en is er een jongen in een keurig pak verkrijgbaar. En dan te bedenken dat hij voor mij door een keurige Duitse winkelbediende zonder blikken of blozen in een tasje werd gestopt. Dit product heeft iets zo macabers, het is zo fout, dat ik er gniffelend om moet lachen – omdat ik de treurigheid ervan onmogelijk volledig op me kan toelaten. Toen deze pop eenmaal van mij was, ben ik gaan bedenken waarom juist hij onder de eerste goederen is die ik in Frankfurt heb verworven. Ik heb een voorkeur voor dingen die edgy zijn, zoals de Engelsen met één woord zeggen: op of net over het randje. Die persoonlijke voorkeur rechtvaardigt echter nog niet dat ik aan mijn pop een meditatie in dit blad wijd. Met dat ik wist dat ik hier over mijn pop zou schrijven, wist ik echter ook waarom ik over hem zou schrijven: omdat hij zo pijnlijk aan de treurigheid van het bestaan herinnert. Iemand in China zet de hele dag in een vermoedelijk moordend tempo zulke poppen in elkaar om de westerse (en in dit geval: mijn) goederenhonger te kunnen stillen, iemand op de Balkan geeft zo’n pop wellicht als een welgemeend cadeau op de vijfde verjaardag van zijn oudste zoon. Herinneren aan de treurigheid van het bestaan – dat doet deze pop, op de manier waarop ik hem nu op mijn schrijftafel heb staan, natuurlijk met een knipoog. Hij doet dat met de knipoog die onmogelijk is, als verdriet ons direct en persoonlijk raakt. Over zulke droefenis, die niet om een knipoog maar om ernst en aandacht vraagt, heb ik het hier uiteraard niet. Ik heb het over wat chic de conditio humana heet, de moeiten, de zwaarte, de verlokkingen waaraan mensen in hun bestaan onontkoombaar zijn onderworpen. Zelfs een gewaarschuwd mens telt niet altijd voor twee: mijn Joegoslaaf zou toch ook zijn bedenkingen kunnen hebben bij de verkoop van babypoppen in camouflagekleding. Er is een gelijkenis over pachters, die door medewerkers van een herenboer drie keer op hun achterstallige betalingen worden gewezen. Met een even macaber gevoel voor humor als waarvan mijn pop getuigt, zegt de Schrift het in een gelijkenis in Marcus 12 zo: ‘Ten slotte was alleen de geliefde zoon van de herenboer nog over; die stuurde hij als laatste naar hen toe, met de gedachte: voor mijn zoon zullen ze wel ontzag hebben.’ Enfin, als u niet weet hoe het eindigt, dan kunt u het wel raden. U en ik weten hoe mensen kunnen zijn. Is dat alles? Nee, dat is gelukkig maar het halve verhaal dat ons geloof ons voorhoudt. Maar het is wel het halve verhaal. De onoverkomelijkheid van het menselijk tekort, dat het nog niet goed gaat, of – en meestal door overmoedig of egoïstisch menselijk handelen – gaat het alweer fout, dat is een structurele factor in het leven, waarvoor in de bijbel opvallend grote en aanhoudende aandacht bestaat. Veel theologen hebben een poging ondernomen om in de bijbel één rode draad aan te wijzen. De Nederlandse theoloog Erik Borgman heeft in een recente poging de kwetsbaarheid van de mens als de rode draad van de bijbel aangewezen. De bijbel is wellicht te veelzijdig om zo’n poging te kunnen laten welslagen, maar ik denk dat Borgman iets gezien heeft (en ik zou een ieder willen uitdagen een beter alternatief te bedenken). De kwetsbaarheid van de mens is enerzijds diens onbedachtzaamheid, diens onvermogen om onverstandige dingen te laten; ze is anderzijds diens weerloosheid, diens onvermogen om zich tegen het kwaad dat anderen doen teweer te stellen. De bijbel, zegt Borgman, doet twee dingen: hij praat niet om de kwetsbaarheid van de mens heen, maar accepteert die evenmin als een gegevenheid. Enfin, met deze meditatie heb ik u willen bepalen bij het eerste van die twee dingen. In het jaar van de kerk is het de tijd van epifanie, van de verschijning van Jezus als mens. Zijn kwetsbaarheid en de kwetsbaarheid van diegenen met wie hij op zijn levensweg van doen kreeg, dringt zich daarmee als thema op. Ook in de komende uitgave van dit blad zijn mij een paar kolommen toebedacht. Dan ligt Pasen in het verschiet. Ik wil dan bij het tweede stilstaan. Tim van de Griend | Reageren? Stuur een mail naar
[email protected]
3
column
Hij sloeg bruggen tussen de culturen Een tentoonstelling over Daniel Ernst Jablonski
S
edert de eerste helft van de negentiende eeuw zijn er in Duitsland maar weinig gereformeerde kerken meer over. De meeste gingen op in zogenaamde “unierte Kirchen”. Dat is jammer, want de gereformeerden hebben in Duitsland in de loop van de zestiende tot de achtiende eeuw vele belangrijke en interessante persoonlijkheden voortgebracht, die nu veelal vergeten zijn. Slechts zelden verschijnen boeken over hen en tentoonstellingen zijn al helemaal een zeldzaamheid. Maar toch gebeurt er soms een klein wonder. Zo is in de beroemde Dom van Berlijn, aan de Unter den Linden, van 25 november 2010 tot 24 februari een tentoonstelling te zien over Daniel Ernst Jablonski, die 350 jaar geleden, in 1670, werd geboren. De meeste Berlijners kennen wel de straat, die naar hem is genoemd, maar hebben geen idee, dat deze Jablonski maar liefst 38 jaar, van 1693 tot aan zijn dood in 1741 hofprediker is geweest aan de Dom van Berlijn, die toentertijd een gereformeerde kerk was. De (gereformeerde) koning van Pruisen kwam regelmatig naar Jablonskis preken luisteren. De titel van de tentoonstelling luidt “Brückenschläge”. Deze titel slaat de spijker op de kop. Jablonski sloeg bruggen tussen de verschillende culturen in Europa. Hij was de kleinzoon van de beroemde Tschechische theoloog en pedagoog Johan Amos Comenius, de laatste bisschop van de oude Boheemse Broederuniteit, een protestantse kerk, die nog was voortgekomen uit de hussitische beweging. Zijn ouders moesten, toen zij nog kinderen waren, voor de vervolgingen vluchten en zo werd Jablonski in het Poolse deel van
Pruisen geboren. Zijn vader werd bisschop van Broederuniteit in Polen, die grotendeels uit vluchtelingen uit Tsjechië bestond. Jablonski studeerde eerst in Frankfurt/ Oder, daarna in Oxford – wat toen heel bijzonder was; bijna geen enkele Duitser ging in Engeland studeren en ook Engels kon vrijwel niemand. Latijn en Frans waren rond 1700 de internationale talen. In Oxford leerde hij bovendien de Anglikaanse kerk kennen en bewonderen – ook dat was in Centraal-Europa eerder ongebruikelijk. In Berlijn bestonden toendertijd grote spanningen tussen de kleine gereformeerde minderheid en de Lutherse meerderheid. Maar binnen de Lutherse wereld zelf heerste hevige strijd, waaraan Jablonski zich niet onttrekken kon. De heersende orthodoxie kwam van twee kanten in de verdrukking. Enerzijds door piëtisten als Spener en Francke, die een gelovige wetenschap wilden, anderzijds door filosofen als Thomasius en Wolff, die de wetenschap wilden bevrijden van de kerkelijke vooronderstellingen. Jablonski probeerde in al deze conflicten bruggen tussen de partijen te slaan en greep daarbij terug op zijn eigen rijke persoonlijke ervaringen. Hij pleitte bijvoorbeeld voor de invoering van het bisschopsambt in Brandenburg-Pruisen, zoals hij dat in de Broederuniteit en in de Anglikaanse kerk had leren kennen, in de hoop zo de tegenstelling tussen gereformeerden en luthersen te overbruggen. Hij vond echter geen gehoor. Tegen het eind van zijn leven leerde Jablonski de edelman Nikolaus von Zinzendorf kennen, die vooral bekend is,
omdat hij de Herrnhutter broedergemeente heeft opgericht. Jablonski wijdde Zinzendorf tot bisschop van deze gemeente. Hij kon dat doen, omdat hij zelf al in 1699 tot bisschop van de Broederuniteit in Polen was gewijd. Jablonski was dus dominee en bisschop tegelijk. Het is onmogelijk in dit kort bestek Jablonskis leven en werk recht te doen. Mij persoonlijk boeit het, hoe onvermoeibaar hij zich voor het recht op godsdienstvrijheid van de onderdrukte protestantse minderheden in Oost-Europa heeft ingezet. De tentoonstelling over Jablonski doet na februari de ronde in Duitsland. In ieder geval wordt hij van 8 mei tot eind juni 2011 in Herrnhut getoond. Gepland is dat hij vanaf september in Stuttgart te zien is (actuele informatie: www.kulturforum.info). Een bezoek is een prachtige gelegenheid om te ontdekken, hoe modern onze voorvaders soms waren. Albert de Lange |
Catalogus: Brückenschläge. Daniel Ernst Jablonski im Europa de Frühaufklärung, uitgegeven door Joachim Bahlcke e.a., Döbel 2010 (ISBN: 978-3-89923-259-2). 439 pagina’s met talloze illustraties. Euro 24,90
Financiën
4
B
ij U komt het beslist ook wel eens voor: “Dat ben ik vergeten”. Toen wij het merkten was het te laat. In het laatste nummer van de Schakel ontbrak namelijk ‘t “Überweisungsformular”. Viel het U ook op ? Aan het eind van de maand waren desondanks toch 9.000 Euro binnengekomen aan giften. Heel hartelijk dank hiervoor. Vorig jaar in december: 14.000 Euro. In deze Schakel vindt U het formulier wat U alsnog gebruiken kunt om een late of heel vroege gift aan de NkiD te geven. Het afgelopen jaar waren onze inkomsten 282.347,51 euro en onze uitgaven 283.929,31 euro. Het resultaat was dus een licht tekort van 1.581,80 euro. U ziet het: Veel Speelruimte hebben wij niet, maar door Uw gave in de vorm van collecten en giften kunnen wij ons hoofd boven water houden. In de volgende Schakel wil ik U nog een overzicht geven hoe het het afgelopen jaar financieel precies gegaan is. Ik ben van mening dat U dat moet weten. Dit was dan tevens mijn laatste “column” in de Schakel als penningmeester/boekhouder. Vanaf 1 januari 2011 neemt Peter Schoon het van mij over. Zijn adres vindt U op de laatste bladzijde van de Schakel. Met dank voor uw belangstelling. Het ga U en de Nederlandse kerk goed. Met hartelijke groet, Henri van der Mieden, penningmeester |
Verhoging van inkomsten nodig De Nederlandse Kerk in Duitsland (NKiD) neemt in vele opzichten een bijzondere positie in, ook financieel. Waar andere gemeenten van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) voor hun eigen inkomsten moeten zorgen, krijgt de NKiD een groot deel van haar inkomsten van de Evangelische Kirche in Deutschland (EKD).
D
e EKD financiert momenteel 2,5 formatieplaatsen voor verkondiging en pastoraat. Met hulp uit Nederland hebben we het afgelopen jaar onze financiële positie grondig doorgelicht. Er is gekeken naar de verwachtingen voor de komende jaren, de bijdrage van de EKD en wat we zelf moeten opbrengen. De EKD geeft haar bijdrage omdat wij allen (als het goed is tenminste) Kirchensteuer betalen. De EKD heeft ons ook laten weten dat de opbrengst van de Kirchensteuer terugloopt en er bezuinigd zal worden. Als we daarbij bedenken dat de overeenkomst met de EKD 2 formatieplaatsen garandeert, dan weten we dat de huidige subsidie over enige jaren in het slechtste scenario met 20% af zal nemen, naast de verlaging vanwege de lagere opbrengst van de Kirchensteuer. In 2009 heeft de EKD weliswaar 60.000 euro extra gegeven, maar tevens verschillende keren benadrukt dat dit een eenmalig bedrag is en wij dit ‘extraatje’ voortaan zelf moeten opbrengen. De bijdrage van de EKD is gebaseerd op de salarissen van hun eigen predikanten. Onze predikanten kosten iets meer. Bovendien zijn de kosten die ze maken vanwege de grote afstanden niet meegerekend. Daarnaast hebben we nog andere uitgaven. Schakel-Kontakt is er één van, maar er zijn tevens vergader- en reiskosten van kerkenraadsleden, administratiekosten, etc. U ziet ze in onderstaand overzicht. Dit overzicht is de begroting voor 2011. Voor de duidelijkheid hebben wij de eindcijfers van 2012 en 2013 onderaan opgenomen. In de begroting zijn de predikantskosten exact begroot t/m het voorjaar 2012. Er is geen rekening gehouden met normale kostenstijgingen omdat wij hopen dat deze gecompenseerd worden
budget 2011
door jaarlijkse verhogingen van giften en collecten. Niet in het overzicht opgenomen is een schuld aan de PKN van 76.225 euro. 16.100 euro daarvan zijn wij schuldig vanwege de in het jaar 2004 losgemaakte predikant, waarvoor wij jarenlang een deel van het wachtgeld hebben moeten betalen. Het resterende deel van 60.125 euro betreft achterstallige pensioenpremies, sociale lasten en aanvullingsbijdragen van de predikantskosten tot en met juni 2010. We kunnen de schuld niet in één keer aflossen, omdat we een aantal jaren meer hebben uitgegeven aan predikantensalarissen dan de bijdrage van de EKD eigenlijk toeliet. Als gevolg daarvan zijn onze reserves zodanig geslonken, dat we na aflossing van de gehele schuld aan de PKN aan het begin van het kalenderjaar niet voldoende geld in kas (zouden) hebben om de voorgangers tijdig te betalen. De bijdrage van de EKD komt namelijk pas in het voorjaar. Om te houden wat we hebben, is een strukturele verhoging van onze inkomsten nodig. Verdere bezuiniging op het totaal aan formatieplaatsen helpt niet, want dan verlaagt de EKD haar bijdrage. Daarnaast moeten we een keer van de schuld aan de PKN af. Nu in Zuid een beginnend predikant zijn intrede heeft gedaan, verwachten we in 2011 en 2012 een overschot, maar in 2013 komt alweer een tekort in zicht. We proberen hier en daar te bezuinigen, maar om als NKiD te kunnen blijven functioneren, is een verhoging van de inkomsten noodzakelijk. Er is een beperkt bedrag begroot, maar de giften en collecten zouden de komende 3 jaren minimaal 6.000 euro per jaar hoger moeten zijn. Indien dit gerealiseerd wordt is het mogelijk onze schulden te betalen en onze predikanten in de eerste maanden van het jaar tijdig te kunnen betalen. In oktober hebben we gemeld dat er 160 giften zijn binnengekomen en we hebben gezegd dankbaar te zijn voor het bedrag. Dit blad kent echter meer lezers. In Nederland wordt van elk gemeentelid 2 à 3% van het inkomen voor de kerk gevraagd. U kunt zelf uitrekenen welk percentage u geeft. En u weet zelf het beste wat u geven kunt. Als Algemene Kerkenraad en College van Kerkrentmeesters (CvK) in het bijzonder, doen we een beroep op ieders verantwoordelijkheid en mogelijkheden om als Kerk met een bijzondere positie in een bijzondere situatie te kunnen voortbestaan. Wanneer we onze NKiD willen behouden, dan is de volgende vraag wat we er met elkaar voor over hebben. Namens het CvK, Suzanne Oonk-Reilink |
kerknieuws
Islamnota PKN Half november besprak de synode een rapport overde islam. Vandaag de dag is dat hypergevoelige materie, zeg maar gerust de open zenuw van deze tijd. Toch heeft de kerk zich eraan gewaagd.
T
erecht. Binnen en buiten de kerk is immers sprake van onwetendheid en onzekerheid. Hoog tijd dus dat de synode er eens over nadenkt. De kerkordeverplicht ons daartoe ook. Artikel XVI, 4 spreekt uit dat de kerk ‘haar arbeid verricht in respectvolle omgang met andere godsdiensten’. Op het moment dat ik deze regels schrijf, heeft de synode de nota nog niet behandeld en ik weet dus ook niet wat de synode ervan vindt. Maar ik ben van mening dat de nota een verstandige eerste stap zet: zij kijkt om te beginnen naar het christelijk geloof. Wie immers een positie zoekt ten opzichte van een andere godsdienst, moet eerst maar eens weten waar hij zelf staat. Er wordt daarover in het rapport natuurlijk meer gezegd, maar cruciaal is dat de kerk zichzelf alleen maar kan verstaan als gemeenschap van Christus. Jezus is voor christenen onopgeefbaar. Daarin verschilt het christendom dan ook van de islam. Voor moslims is Isa een belangrijke profeet, maar niet dé openbaring van God. Het is goed en eerlijk om vast te stellen dat christenen en moslims op dit kardinale punt dus van elkaar verschillen. Overeenkomsten zijn er echter ook. Net als het jodendom belijden christendom en islam dat er maar één God is. Allen zijn kinderen van Abraham. Zowel God als Allah wordt gezien als Schepper van hemel en aarde. Beiden oordelen en vergeven en wonen in de hemel. Om eens een paar overeenkomsten te noemen. Het rapport schuwt ook de schaduwzijden niet. Extremisme en geweld als moeilijke kant van de islam worden niet verzwegen (evenmin trouwens als het bruine verleden van het christendom in dit opzicht). Ik denk dat het goed is om dat helder te benoemen. Godsdienst kan tot waanzin leiden. De kerk kan daar niet duidelijk genoeg over zijn. Extremisme en geweld zijn fout, fout, fout. Ze zijn strijdig met het wezen van de godsdienst en dienen bestreden te worden. Op basis van een evenwich-
tige analyse komt de nota gaandeweg tot een conclusie. Christendom en islam zijn niet zo maar gelijk te stellen, net zo min als God en Allah. Daarvoor zijn de verschillen te wezenlijk. De kerk houdt daarom in het gesprek met de moskee haar eigen identiteit als gemeenschap van Christus recht overeind. En de kerk heeft ook oog voor angst die de islam bij sommigen oproept. Dat noemen wij integriteit. Daarnaast is de kerk ook een leerling van Jezus die ons voorging op de weg van liefde, ook als dat tegen de stroom in was. Daarom streeft de kerk naar waardevolle relaties met de moslims. De kerk wil stereotypen en vooroordelen dan ook proberen te doorbreken door werkelijke ontmoeting. Dat heet respect. En daarmee heeft u dan ten slotte ook de titel van de nota: Integriteit en respect. Een protestantse visie op de islam. Goed om te lezen. Peter Verhoeff preses van de generale synode |
Overgenomen uit Uit Kerkinformatie, december 2010. Toevoegingen uit datzelfde nummer van Kerkinformatie: „De islamnota ‘Integriteit en respect’ is geschikt als bouwsteen voor beleid, maar zal wel op een aantal onderdelen worden aangepast.“ Dat besloot de generale synode unaniem op 12 november. De synode zal de aangepaste versie voorleggen aan een groot aantal organisaties. Met verwerking van de reacties zal een vervolgrapport worden samengesteld, dat in april 2013 wordt geagendeerd. (blz 19) De nota ‘Spreken over God’ (waarover we de vorige keer in Schakel berichtten: P.R.) is door de generale synode unaniem aanvaard als pastorale handreiking voor bezinning in de kerk in haar geheel over dit onderwerp. Wel wordt de nota nog redactioneel bewerkt. (blz 21) Zie voor de volledige nota ‘Integriteit en respect’: www.pkn.nl > Bestuur en Organisatie > Generale synode > Recente vergaderingen > Agenda 11 en 12 november, bij 12 november, 9.15 uur.
AK vergadering in maart 26 maart a.s. wordt er vergaderd. De Algemene Kerkenraad komt in het gemeentecentrum tegenover de Auferstehungskirche (Auferstehunskirchweg) in Köln-Sürth bijeen en buigt zich daar onder meer over het huishoudelijk regelement (zie de kolom hiernaast) om dat boekwerkje eindelijk (tenminste voorlopig) dicht te kunnen doen. Daarnaast zal het thema ‘veel kerk voor zo min mogelijk geld’ hoog op de agenda genoteerd staan. Alle kernen zijn door een kernraadslid vertegenwoordigd dus een ieders belangen worden behartigd. Voor niet-kernraadsleden bestaat evenwel de mogelijkheid de vergadering als toehoorder bij te wonen. We beginnen om 11.00 uur en hopen op een vruchtbare samenkomst.
5
Veranderingen in het Huishoudelijk regelement (HhR) Voordat de tekst van het HhR op de volgende AK-vergadering (in maart) definitief vastgesteld kan worden, dient u als gemeentelid te worden gehoord. U wordt daarom bij deze gevraagd eventuele opof aanmerkingen bij de wijzigingsvoorstellen de scriba van uw wijkkerkenraad te doen toekomen. De wijkkerkenraden brengen uw commentaar vervolgens op de Algemene kerkenraadsvergadering van 26 maart a.s in. Het concept „2010 aangepast huishoudelijk regelement“ is op de website van de NKiD onder de rubriek „News“ geplaatst. Wie een gedrukt exemplaar wenst, kan dat bij mevrouw Schilder aanvragen: Mevr D. Schilder-van der Heide, Cuxhavener Straße 145, 21765 Nordleda, 04758/722825 Fax 04758/722829. U kunt ook een email sturen naar:
[email protected]
Op de eerste pagina van het concept zijn enkele opmerkingen te lezen. Hier wordt in het kort duidelijk gemaakt hoe de voorgestelde wijzigingen van de (oorspronkelijke) tekst en van de aanvullende informatie vanuit de kerkorde van de PKN te onderscheiden zijn. Niet alle wijzigingen zijn inhoudelijke veranderingen. De wijzigingsvoorstellen hebben voornamelijk betrekking op: 1. paragraaf 3.2.2. Moderamen (van de wijkkerkenraad) en 3.7 Commissies 2. paragraaf 6. Vergaderingen en stemmingen (van het College van Kerkrentmeesters) 3. aanhang 3. Verkiezing en beroeping van een predikant in de NKiD 4. aanhang 4. Notulering van de vergaderingen; zie hiervoor ook 2.4. Taken en bevoegdheden van de kernraad, 3.6. Taken en bevoegdheden van de scriba (van de wijkkerkenraad) en 4.5. De scriba (van de algemene kerkenraad). Pieter Roggeband Voorzitter NKiD |
6
meditatie
wijk zuid
Even stoppen. Wij allen leven in een „snelle tijd“. Zo ook de „succesvolle jonge zakenman“ in maatkleding met rolex en in een rode cabrio. Daarin reed hij nooit langzaam, integendeel, „tempo“ was zijn devies. Dat bracht hem vaak in konflikt met de verkeerspolitie, maar dat deerde hem niet in het minst. Op een dag veegde hij weer eens door de straten. Plotseling hoorde hij een geweldige klap tegen de rechter deur van zijn auto. Hij remde onmiddellijk, wat hem, vanwege zijn grote snelheid bijna tegen een lantarenpaal deed belanden. Hij stapte uit en keek om zich heen. Een kleine jongen stond op de stoep, naast hem lagen twee bakstenen. De „yuppie“, zo noemt men vadaag-de-dag zulke „veelbelovende lieden“, begon deze jongen geweldig uit te kafferen. De jongen viel hem echter in de rede. „Meneer, meneer, ik weet het, het is heel erg wat ik heb gedaan, het spijt mij ook zeer, luistert u toch even naar mij, het is dringend. Mijn broertje moet altijd in een rolstoel zitten, hij kan zich niet bewegen. Ik duw hem over de straten om een wandeling met hem te maken. Nu is hij met zijn stoel van de stoeprand afgevallen en ik krijg hem niet meer omhoog. Hij is te zwaar. Ik zag geen andere mogelijkheid om u tot stoppen te bewegen dan door een steen te gooien, anders wordt hij nog overreden. U ziet zelf hoe iedereen hier voorbijraast“. De man had stomverbaasd geluisterd. Toen hielp hij de jongen om de rolstoel met zijn broertje omhoog te krijgen. Gelukkig was er niets ernstiges gebeurd. Hij droogde de tranen van hen beiden en bleef nog lange tijd troostend bij hen staan. „En die deuk in de auto“, zei hij, „was helemaal geen probleem, dat komt wel goed“. Daarna reed hij langzaam weg. Een eindje verderop was een café. Hij dronk daar een koffie. Het had meer indruk op hem gemaakt dan hij aanvankelijk had gedacht. Ja! In het vervolg zou hij toch veel langsamer rijden en meer op zijn omgeving letten, in plaats van dat de omgeving op hem moest letten. „Misschien kan ik de mensen af en toe van dienst zijn en hen niet meer behandelen alsof niemand iets over mij te vertellen heeft“, zo dacht hij. Ja! Hij was er erg dankbaar voor dat iemand hem „gestopt“ had. Gestopt in zijn haastige manier van doen. Misschien was het een „teken“, van een tot dusver onbekende macht. Maar nu had hij het begrepen. Hij nam zich voor om zondag eens naar de kerk te gaan. Edward Remeyn |
_Bij de diensten
E
lk van de vier evangelisten heeft zijn eigen manier om het levensverhaal van Jezus te vertellen. Die eigenheid vormt de rode draad in de diensten die tussen Kerst en Pasen in de kernen van de wijk Zuid zullen worden gehouden. Johannes schrijft in zijn evangelie over ‘tekenen’ in plaats van over ‘wonderen’ en laat Jezus meer dan eens naar Jeruzalem gaan. Als enige evangelist opent Marcus zijn evangelie zonder enige vorm van kerstverhaal. Marcus heeft bovendien veel oog voor de twijfels en twisten onder Jezus’ leerlingen. In Lucas’ evangelie zijn opvallende toevoe-gingen bij het verhaal van Jezus’ roeping opgenomen. Bovendien kent het veel meer gelijkenissen dan de drie andere evangeliën. Mattheüs, ten slotte, heeft in zijn evangelie veel oog voor op het eerste gezicht triviale details en laat Jezus een aantal grote redevoeringen houden. Elk van deze eigenheden komt in de periode tot en met Pasen aan bod. Voor een exact overzicht van de ‘bepreekte’ verhalen verwijs ik u naar de kernberichten en naar de website van de Nederlandse Kerk. Niet alle thema’s komen in elke kern aan bod. Wie de hele lezingencyclus wil volgen, verwijs ik ook naar de website van de Nederlandse Kerk. ds. Tim van de Griend |
7
wijk zuid
Nieuwe man – frisse wind Bevestiging en intrede van ds. T. M. van de Griend
Overwegingen bij de intrede van Tim van de Griend
D
T
e eerste adventszondag, 28 november 2010, is het dan zover: voor wijk Zuid gaat de ‘domineeloze’ tijd officieel ten einde. In het oude kerkje van Stuttgart-Hedelfingen vindt de feestelijke dienst plaats waarin Tim van de Griend wordt bevestigd als predikant en intrede doet in onze wijkgemeente. Veel kerkbezoekers hebben een lange reis door een winters landschap achter zich. Ds. Roel Visser, die tot juli van het afgelopen jaar voorganger van wijk Zuid was, begint de dienst. Hij bevestigt zijn jonge opvolger Tim van de Griend in het ambt van dienaar des Woords en overhandigt hem – zoals hij zegt – ‘de herderstaf’. Meerdere buitenlandse predikanten uit Stuttgart en omgeving en een studievriend van de nieuwe dominee nemen aan de inzegening en handoplegging deel. De zoeven bevestigde predikant zet de dienst dan voort. Het onderwerp van diens intredepreek is de worsteling van Jakob aan de Jabbok, voorafgaand aan de gevreesde ontmoeting met zijn broer Ezau (Genesis 32:20-33). Aan de strijd met de/het Onbekende kan Jakob zich niet onttrekken, hij moet die wel aangaan, er voert geen weg aan voorbij. De worsteling eindigt met een nieuwe naam voor Jakob. ‘Daarop zei de ander: “Voortaan zal je naam niet Jakob zijn maar Israël, want je hebt met God en mensen gestreden en je hebt gewonnen.”’ De dienst werd gevolgd door toespraken van verschillende predikanten. Namens de ‘gastgevende’ gemeente sprak ds. Wilhelm Kautter, dan was het woord aan ds. Gabriella Costabel, die de Evangelische Landeskirche van Württemberg vertegenwoordigde. Namens de Nederlandse Kerk in Duitsland sprak drs. Hanneke Allewijn uit Berlijn. Tot slot richtte namens wijk Zuid Jan Visser het woord tot de gemeente en tot de nieuwe voorganger. Omdat zijn toespraak overwegingen en verwachtingen onder woorden bracht, die zowel de beroepingscommissie als meelevende gemeenteleden bezighielden, vindt u een groot deel daarvan in de kolom hiernaast terug. Na de lange zit was er in een door de kern Stuttgart keurig gedekte zaal een uitgebreid buffet opgebouwd, waar genoeg te eten en te drinken was en men met elkaar kon spreken. Janie de Boer, Karlsruhe |
im van de Griend is de nieuwe man in wijk Zuid: aanzienlijk jonger dan Roel, met een ander postuur, een andere kleur toga en een andere liturgie. Er zal nog wel meer anders zijn en veranderen. Toch is er voor hem gekozen, nadat de beroepingscommissie in goede harmonie een voorselectie had gemaakt. Naast Tim was er een dozijn kandidaten, die kort voor hun emeritaat een nieuwe uitdaging zochten. Ook een van hen leek de commissie geschikt. Tim viel echter op. Hij was veruit de jongste sollicitant. Gekleed in een blauw-wit T-shirt en een vlot jasje leek hij nog meer een student dan een dominee. Het gesprek met hem verliep zeer positief. Hij gaf blijk van een duidelijke en aangename positie, waar het de kern van het geloof betrof. Toch bleven er twijfels rond zijn leeftijd en het logische gebrek aan ervaring. Hoe zou de gemeente daarop reageren? Inmiddels is het antwoord daarop duidelijk: Tim werd gekozen. Moge in de toekomst blijken, dat hij de juiste keus is. Met zijn aanstelling zullen er veranderingen komen, al was het maar omdat de klok verder tikt. Sommige veranderingen zijn verbeteringen. Andere veranderingen zijn alleen maar anders. Een zwarte toga of een witte toga, bijvoorbeeld. De een houdt meer van kaas, de ander meer van worst; de hoofdzaak blijft, dat we genoeg te eten hebben. Misschien komen er wel veranderingen, die slechter zijn. Spreek het aan. Een ieder maakt fouten, zelfs de dominee. Er is bij ons behoefte aan frisse wind. Tim is jong en enthousiast. Elke kerk is een bijzonderheid, maar de NKiD is toch wel heel bijzonder. Lange afstanden, weinig vergaderingen, veel overleg per telefoon en e-mail. Besluiten laten soms op zich wachten. Dat maakt een goede planning noodzakelijk. Namens de beroepingscommissie spreek ik de hoop en de verwachting uit, dat dat geen belemmering zal vormen voor Tims spontaniteit en enthousiasme. Tim wens ik alle succes bij ons, zijn eerste gemeente en vooral Gods rijke zegen bij het werk. Dat het vrucht moge dragen, dertig-, zestig-, ja honderdvoudig! Jan Visser, lid van de beroepingscommissie, Herzogenaurach |
Kerkdiensten in de ma anden februari en ma art 2011 _BALJE Scheune Balje, 14.00 uur 20.02. ds. Rens Dijkman-Kuhn _BELLIN Agrarzentrum Bellin, 10.30 uur 03.04. ds. Rens Dijkman-Kuhn met Avondmaal _BERLIJN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Hugenottenkirche, Joachim-Friedrich-Straße 4, Berlin-Halensee (Charlottenburg) 20.02. drs. Hanneke Allewijn 20.03. drs. Hanne Allewijn _DÜSSELDORF 3e zondag van de maand, 10.30 uur, PaulGerhardt-Haus, Heerdter Landstraße 30 20.02. ds. Pieter Roggeband 20.03. ds. Pieter Roggeband met Avondmaal _DUISBURG-RUHRORT iedere zondag, 10.30 uur, Rheinallee 14 06.02. ds. P. Roggeband 13.02. ds. G. van Zeben 20.02. ds. Verburg 27.02. ds. G van Zeben 06.03. ds. P. Roggeband 13.03. ds. G. van Zeben 20.03. NN 27.03. ds. G. van Zeben _FRANKFURT 1e zondag van de maand, 11.15 uur, Ev.reform. Kirche, Freiherr-vom-Stein-Straße 8 (bovenzaal) 06.02. ds. Tim van de Griend met Avondmaal 06.03. ds. Tim van de Griend _HAMBURG 11.00 uur, kapel Winterhuderweg 06.03. ds. Rens Dijkman-Kuhn met Avondmaal _KARLSRUHE 2e zondag van de even maand, 16.00 uur Simeonkapelle, Insterburger Straße 13 13.02. ds. Tim van de Griend met Avondmaal
_KEULEN/BONN 10.15 uur, Auferstehungskirche (Gemeindehaus), Auferstehungskirchweg 7, Köln-Sürth 27.02. ds. Pieter Roggeband 27.03. ds. Pieter Roggeband met Avondmaal _MANNHEIM iedere zondag, 11.00 uur, Hafenkirche, Kirchenstraße 15 06.02. ds. G. van Zeben 13.02. ds H. van der Ham 20.02. ds. M.B. Nieuwkoop 27.02. ds. P. Prins 06.03. ds. G. van Zeben 13.03. ds C. van Vliet 20.03. ds L. Krüger 27.03. ds J.R. Jonk _MÜNCHEN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Ev.-reform. Kirche, Reisingerstraße 11 20.2. ds. Tim van de Griend; Doopdienst 20.3. ds. Tim van de Griend _MÜNSTER 2e zondag van de maand, 10.30 uur, Johannes-Kapelle, Bergstraße 36, Münster 13.02. ds. Pieter Roggeband 20.02. ds. Pieter Roggeband met Avondmaal _SCHWEI St.-Sekundus-Kirche Schwei, 10.30 uur 30.01. ds. Rens Dijkman-Kuhn 20.03. ds. Rens Dijkman-Kuhn met Avondmaal _STUTTGART 2e en 4e zondag van de maand, 11.15 uur, Alte Ev. Kirche, Amstetter Straße 5, Stuttgart-Hedelfingen 13.02. ds. Tim van de Griend met Avondmaal 27.02. ds. Tim van de Griend 13.03. ds. Tim van de Griend 27.03. ds. Tim van de Griend met Avondmaal
NEDERLANDSE KERK IN DUITSLAND www.nkid.kerknet.de Predikanten_ Noord: ds. Rens Dijkman-Kuhn Ebert-Allee 5, 22607 Hamburg Tel./Fax 040.65681329 Handy 0176.26020233 E-mail:
[email protected] Oost: Pastorale Werker: drs. Hanneke Allewijn Schererstraße 12, 13347 Berlin Tel. 030.21983327, Handy 0151.21648129 E-mail:
[email protected] West: ds. Pieter Roggeband Bandstraße 21, 45359 Essen Tel. 0201.52 39136 E-mail:
[email protected] Zuid: ds. Tim van de Griend Baseler Platz 1, 60329 Frankfurt am Main Tel. 0151.41639646 E-mail:
[email protected] Voorzitter_ ds. Pieter Roggeband Scriba_ Netty van Rijssen Voorzitter Verein_ Suzanne Oonk-Reilink Penningmeester/Boekhouder_ Pieter Schoon
COLOFON_ Schakel-Kontakt 37e jaargang · nr. 1 · februari 2011 Uitgever: Kerkenraad van de Nederlandse Kerk in Duitsland · Redactie: Marjolijn Kranse, Dr. Albert de Lange, Edward Remeyn, Pieter Roggeband (v.i.S.d.P.) Kerkelijk Bureau, Mevr. Janie de Boer, Dekan-Hofheinz-Str. 26, 76229 Karlsruhe Tel. en Fax 0721.460517 Fotos: p. 1: 4028mdk09 CC BY-SA 3.0; p.3: maxgreene GFDL + Unitätsarchiv Herrnhut Realisering: DIGNUS n DE
Bankrekeningen_ Bank für Kirche und Diakonie Duisburg Ktnr. 101 202 0011 · BLZ 35060190 BIC: GENODED 1 DKD IBAN: DE65 3506 0190 1012 0200 11 t.n.v. Nederlandse Kerk in Duitsland Kerkelijk Bureau_ Janie de Boer E-mail:
[email protected] Kerkelijk Centrum_ Rheinallee 14, 47119 Duisburg
Schakel-Kontakt O r g a a n va n d e N e derlandse Kerk in Duit sland
37e jaargang nr. 2 · april 2011 _www.nkid.kerknet.de
Geachte lezer
10
Meditatie: De Heer is opgestaan ... 10 Column: Lof van het overbodige
11
Kerknieuws
11
Financiën
12
Financiën: Henri, bedankt!
13
Meditatie: Een verhaal voor jong en oud ....
13
Uit de Ebertallee: Afscheid
13
Kerkdiensten
14
Adressen
14
Colofon
14
Hij is waarlijk opgestaan!
_Christus verschijnt aan Maria Magdalena. Fresko in San Nazaro (Milaan),14e eeuw
10
meditatie
Ge achte lezer
M
et deze uitgave van Schakel houdt u ons Paasnummer in handen. Pasen is het feest waar het in de de Kerk om, en waar de Kerk eveneens op draait. Zonder Pasen geen kerk. In zekere zin geldt dat natuurlijk eveneens voor Pinksteren en Kerst. In zoverre willen we onze feesten niet tegen elkaar uitspelen. Dat laat echter onverlet dat met Kruis en Opstanding de Kerk staat of valt. We zullen er in dit nummer daarom in ruime mate aandacht aan schenken, zowel in de overweging alsook in de column. Misschien mag je, in alle voorzichtigheid, trouwens wel zeggen dat iets van Pasen te herkennen valt, en zijn weerslag vindt, in de huidige ontwikkelingen die ons op dit ogenblik vermoedelijk allemaal nog in adem houden. Ik doel daarmee op de stormachtige gebeurtenissen in het midden Oosten en in Noord-Afrika, waar mensen zich niet langer monddood laten maken maar opstaan tegen machthebbers die hen tot nog toe hebben onderdrukt en geknecht. Is het wonder van een geslaagde opstand tegen een, naar het tot nog toe scheen, almachtig staatsapparaat niet ook een vorm van opstanding? Verder vingen wij onlangs wat geluiden op dat mensen het een beetje beu zijn dat er telkens weer een beroep op hun goedgeefsheid wordt gedaan. Kan het niet een keer om wat anders gaan, dan om geld? Op zich hebben wij wel begrip voor deze reactie. Wij hopen met dit nummer daarom hoofdzakelijk in een geestelijke behoefte te voorzien. Anderzijds is ons er wel aan gelegen dat u op de hoogte blijft van de financiële toestand van onze kerk. Zonder u daarmee moreel onder druk te willen zetten, achten wij het noodzakelijk en beschouwen wij het als onze plicht en verantwoordelijkheid u te informeren over wat er binnenkomt en uitgaat. Niet alleen op die momenten dat wij dringend om geld verlegen zitten maar ook dan wanneer de balans meer in evenwicht is. Vandaar dat er in dit nummer opnieuw een financieel overzichtje is geplaatst. Wij wensen u een goede Veertigdagentijd, gezegende Paasdagen en veel leesplezier met deze nieuwe Schakel. Pieter Roggeband |
De Heer is opgestaan ... Donderdag 3 maart 2011. Het is, toevallig of niet, precies 11.11 uur. Overal in het Rheinland en ver daarbuiten worden op dit ogenblik de stadhuizen door vrouwelijke ‘Jecken’ en ‘Narren’ bestormd en ingenomen.
W
eiberfastnacht en daarmee het carneval, ook wel gekscherend het vijfde jaargetijde genoemd, is ingeluid. Een dag lang wordt de wereld volledig op zijn kop gezet en zijn de vrouwen de baas. Wanneer zich onder de zogenaamde ‘Herren der Schöpfung’ iemand bevindt die daar niet aan gedacht heeft en nietsvermoedend z’n goeie stropdas om heeft gedaan dan loopt deze straks groot gevaar. Vervolgens wordt een paar dagen lang gefeest en komen mensen in alle opzichten helemaal los. Daarna begint de Veertigdagentijd, een periode van vasten en ingetogen toeleven naar Pasen. Of dat besef onder al die carnevalisten leeft, waag ik sterk te betwijfelen. Jammer eigenlijk. Als rechtgeaarde Calvinist heb ik met carneval weliswaar niets, maar na bijna 20 jaar in Duitsland te wonen heb ik er op zich ook niets op tegen. Mits het tenminste niet met een kater eindigt maar een vervolg krijgt in de vorm van een bezonnen gang naar Pasen. Maar goed dat is verder niet mijn zorg. Feit is dat ik mijzelf, nog voor het begin van wat in reformatorische kringen in plaats van Veertigdagen- graag Lijdenstijd wordt genoemd, al genoodzaakt zie mijn gedachten op Pasen te richten. Terwille van een goed Paasfeest is een periode van bewuste voorbereiding, hoe je die verder ook wilt noemen, echter van groot belang. Pasen komt immers niet uit de lucht vallen, maar heeft een lange voorgeschiedenis die in de evangeliën valt na te gaan. En dat willen we de komende dagen doen. Zeven weken lang. Wanneer u dit onder ogen krijgt zitten we daar midden in, in die tijd van voorbereiding. Misschien bent u zelfs wel op een of andere manier aan het vasten. De laatste decennia is het in Duitsland, ook in de protstantse kerk, in zwang gekomen ‘Sieben Wochen ohne’ te leven. Wie gedurende deze Veertig Dagen van een geneugte of genotsmiddel afziet, wordt op deze wijze telkens bij het kerkelijk jaargetijde waarin hij zich bevindt, bepaald. Uiteindelijk gaat het naar Pasen toe. Zojuist heb ik er de Paasverhalen uit de Bijbel nog maar eens op nagelezen. Dat wil zeggen de verhalen uit het Nieuwe Testament. Wat eigenlijk niet geheel juist is omdat zonder het Oudtestamentische boek Exodus, Pasen eigenlijk niet te begrijpen valt. Met kruis en opstanding komt de bevrijding uit de knechtschap, die al in Egypte begint, tot voltooiing. Althans uit christelijk gezichtspunt. De Paasverhalen zelf zeggen dat trouwens niet zo, althans niet met zoveel woorden. Zij verhalen het Paasgebeuren meer dan dat ze het duiden. Wil je vatten wat Pasen betekent moet je bij Paulus te rade gaan of heel goed tussen de regels kunnen lezen. Maar misschien is het helemaal niet nodig om Pasen meteen te willen begrijpen. Is het niet beter om het te vieren, zonder allerlei vragen op te werpen en kanttekeningen te plaatsen? Dat kan later, als de feestroes voorbij is, altijd nog. Als we bij Pasen stil blijven staan, nog voordat we het echt gevierd hebben, lopen we het risico het zodanig te problematiseren dat we aan het feest niet meer toe komen. Voor je het weet bekruipt je dan de gedachte dat het eigenlijk helemaal niet kan, ja onmogelijk is en wordt je door twijfels overmand. Opstanding uit de dood! Is het niet te gek voor woorden? Overigens blijkt in de Paasverhalen, zeker als je iets verder doorleest voor twijfel wel degelijk plaats te worden in geruimd. Het is beslist geen schande wanneer wij onze oren nauwelijks kunnen of durven geloven wanneer het Paasevangelie klinkt. In de reacties op het lege graf en de ontmoeting met de Opgestane klinkt in de evangelieën echter meer verbijstering en onsteltenis dan twijfel en scepsis door. Daarom denk ik dat wij moeten zien te voorkomen in de valkuil van moderne, al dan niet wetenschappelijke kritiek, te vallen. Laten we ons aan de Paasverhalen en -liederen houden. Zonder geheel en al te willen vatten wat we te horen krijgen en zingend in de mond nemen. Laten we ons blij verwonderd door de woorden van de engelen in het lege graf gezeggen : „Waarom zoekt u de Levende bij de doden. Hij is hier niet, maar hij is opgewekt.“ (lucas 24, 5 en 6). Laten we dankbaar instemmen in de liederen die ons vanuit de traditie worden aangereikt. Bijvoorbeeld in gezang 218: „Ik zeg het allen dat hij leeft, dat hij is opgestaan (1)“, en „t’ is feest omdat hij bij ons is, de Heer die eeuwig leeft en die in zijn verrijzenis alles herschapen heeft (8).“ Voordat we als mondige mensen vragen wat dit nu allemaal precies te betekenen heeft (en wat niet) mogen we elkaar op Pasen volmondig -noem het als je wilt, naief- begroeten met de aloude woorden die boven deze overdenking staan geschreven. Om elkaar vervolgens even volmondig -en even naief misschien- te antwoorden met de daarbij passende wedergroet:
... Hij is waarlijk opgestaan!
Pieter Roggeband |
kerknieuws
column
Lof van het overbodige E
en Amerikaans pioniersgezin stuurt de zusjes Anna I en Anna II erop uit om geld te verdienen. De basstemmen van het gezin daveren over het podium. Aangevuurd door de levenswijsheid dat ‘Müßiggang aller Laster Anfang’ is, reizen de zusjes van stad naar stad en liegen en bedriegen het vermogen bij elkaar dat nodig is om een eigen huis voor de familie te bouwen. Dat geldt als het hoogste goed, en dit doel heiligt alle middelen. Dat is het verhaal van het ballet ‘De zeven doodzonden’, en met dit verhaal veegt de dichter en toneelschrijver Bertold Brecht de vloer aan met wat hij als kleinburgerlijke moraal ziet: maatschappelijk aanzien is van zulk groot belang, dat het om het even is wat buiten het zicht van de gemeenschap om voor grotere en kleinere misdaden worden gepleegd. Het is natuurlijk een karikatuur, en wel een karikatuur die voortborduurt op wat de socioloog Max Weber ‘de protestantse ethiek’ noemde: op Gods oordeel kan een protestant zo weinig staat maken, dat het enige wat hem of haar rest, niet is om te werken aan je zielenheil maar aan je aardse vermogen. Daarom kwam het kapitalisme ook in het protestantse Europa en Amerika op, zo Weber: je moet eerst nog maar op het idee komen, dat het opsparen van geld en goederen een interessante
bezigheid is. Protestanten hebben dat idee, aldus Weber. De God van Abraham, Izaäk en Jakob is voor hen zo ver weg, zo onberekenbaar en daarmee zo weinig zeggend, dat ze een alternatieve God zoeken om te gehoorzamen: die van het geld, die van de meetbare prestatie. Dat het kapitalisme ook buiten Europa prima gedijt, is een reden om aan de these van Weber te twijfelen. Wie nagaat welk percentage van de Olympische medailles in de twintigste eeuw aan landen met een protestantse Leitkultur is te beurt gevallen (er is iemand die dat heeft gedaan, vast een protestant), die staat echter verbaasd. Presteren, en voor een deel vermoedelijk blind presteren, het nastreven van ‘wereldlijke’ doelen – daar zit een heel protestants luchtje aan. De Nederlandse variant van ‘Müßiggang ist aller Laster Anfang’ luidt ‘Ledigheid is des duivels oorkussen’. Mijn – toegegeven – moralistische wedervraag zou zijn: en volheid dan? Ik kan de vraag hier alleen voor mezelf beantwoorden: ja, volheid evenzeer. De duivel, whoever he may be, komt met zijn verleidelijke oorkussen waarschijnlijk het minst ver op de wijze middenweg, tussen volheid en leegte. Als u dit leest zijn de veertig dagen voor Pasen ingegaan. Als een mens, waar het zijn eigen welbevinden en zijn vermogen tot zorg voor het welbevinden van anderen betreft, het meest kwetsbaar is, in een leeg of in een overvol bestaan, dan vindt hij of zij het meeste van zijn kracht op de zoektocht naar het juiste midden. In de volheid van het bestaan ga ik – hoe verleidelijk het oorkussen van de duivel ook is – gedurende veertig dagen trachten, zoveel leegte in te bouwen, dat de wijze middenweg als een bijproduct te voorschijn. Wat ik zelf doe, adviseer ik in dit geval ook graag aan anderen. ‘Een bijproduct’, enfin, ik spreek alweer van een product. De nijverige protestantse geest kruipt waar hij niet gaan kan. Tim van de Griend |
11
Uit de EKD _ In de eerste plaats werd in het kader van de Lutherdekade en in aanloop naar het 500jarig jubileum van de reformatie in 2017, het jaar 2011 door de EKD tot ‘jaar van de doop’ uitgeroepen. Onder het motto „Jahr der Taufe und der Freiheit“ wil de evangelische Kirche dit sakrament weer sterker in het bewustzijn van mensen verankeren. In dit verband zij gewezen op een brochure die de EKD met het oog daarop heeft uitgegeven: ‘Taufe und Freiheit’. Deze brochure (de EKD heeft het over Themenheft) kan worden besteld op het volgende adres: jessica.Fischer@ekd. Ik vermoed dat daar, behalve porto misschien, verder geen kosten aan verbonden zullen zijn. In de tweede plaats staat de 33e Deutsche Evangelische Kirchentag voor de deur. Dit jaar vindt deze van 1 tot 5 Juni in Dresden plaats. Dit is de tweede Evangelische Kirchentag in Oostduitsland na de ‘Wiedervereinigung’. Het motto, ontleend aan (Matthäusevangelium Kapitel 6, Vers 21) luidt „… da wird auch dein Herz sein“. Als u tijd en gelegenheid hebt, en nog enigszins goed ter been bent, is de Kichentag een aanrader. Het programma is zo omvangrijk dat er voor een ieder wel iets van zijn gading bij is. Bovendien is het altijd weer een opsteker zoveel Christenen bij elkaar te beleven. Het enthousiasme en de goede sfeer die deze dagen kenmerken en die in de plaatselijke kerk wel eens ontbreken, werken aanstekelijk. Natuurlijk heeft het ook iets van een ‘happening’ maar zolang het nog zoveel diepgang heeft kunnen we dit evenement in mijn ogen niet als nietszeggend ‘event’ afdoen. Integendeel, ik denk dat (met name) jong en (zeer zeer ook) oud er geinspireerd en gesterkt vandaan zullen komen. Voor verdere informatie zij naar de website verwezen: www.kirchentag.de |
Wijkherstructurering: Overgang van kerngemeente Bellin naar Wijk Oost _ Na lang en rijp beraad binnen de kerkelijke vergaderingen van de Nederlandse Kerk in Duitsland is de geplande Wijkherstructurering van Wijk Noord en Wijk Oost tijdens de AKvergadering van 26 maart jl. goedgekeurd. Deze houdt in, dat de kerngemeente Bellin van Wijk Noord naar Wijk Oost zal overgaan. Voor deze overgang zijn er verschillende redenen. In de eerste plaats is reeds lang duidelijk, dat Wijk Noord met vier kerngemeenten en een predikantsbezetting van 50% sterk onderbezet is. In de tweede plaats is het niet mogelijk gebleken, Wijk Oost uit te breiden met een nieuwe kerngemeente in Dresden of Leipzig, zoals oorsponkelijk gepland. Op deze wijze ontstond er binnen Wijk Oost de ruimte voor de aangrenzende kerngemeente Bellin. Wijk Oost zal met een predikantsbezetting van 40% uit de twee kerngemeenten Berlijn en Bellin bestaan, terwijl Wijk Noord met een predikantsbezetting van 50% de drie kerngemeenten Schwei, Balje en Hamburg zal omvatten. De Wijkherstructurering zal per 1 april 2011 van kracht worden. |
12
Financiën
Bericht van de „oude penningmeester“ In de vorige Schakel heb ik U nog beloofd om een overzicht te geven over het afgelopen jaar. Hieruit kunt U zien, hoe belangrijk de collektes en giften van U zijn! Inkomsten Uitgaven EKD 185.000,– Allgem. Kosten PKN 21.014,– Schakel Spenden 53.576,– Verzekeringen Kollekten 11.799,– Admin. Kosten Ev. Köln 4.373,– Spenden Ev. Düsseldorf 6.000,– PKN Zinsen 586,– Bankspesen Personalk. Pfarrer 282.348,–
11.553,– 13.659,– 1.665,– 2.069,– 5.824,– 12.101,– 78,– 236.980,– 283.929,–
Bij de Personalkosten/Pfarrer zijn ook de twee auto’s inbegrepen, die in de herfst 2010 werden aangeschaft (36.000,–). Afschrijving in 5 jaar. 950 adressen ontvangen de Schakel. 248 daarvan hebben in het jaar 2010 een gift overgemaakt. Hiervoor hartelijk dank! In de maanden januari en februari is, de opbrengst uit Karslruhe van februari niet meerekend, aan collectes binnengekomen een bedrag van 1924,62 cent. Alle gevers en geefsters worden hartelijk bedankt voor hun bijdrage. Henri P. van der Mieden | > Zie ook pagina 10
Wisseling van de wacht
I
n de goede stad Groningen bevindt zich schuin achter het stadhuis aan de Groote Markt het z.g. Goudkantoor, een fraai gerenoveerd renaissancegebouwtje waar in vroeger tijden de belastingontvanger kantoor hield. Aan de gevel ervan bevindt zich (in het Latijn) het eerste deel van het bekende woord van Jezus uit Matth. 22:23: „Geeft dan den Keizer wat des Keizers is.“ Hier vallen twee dingen op. In de eerste plaats is de Latijnse spreuk een typisch voorbeeld van een „terugvertaalde“ spreuk, want de eigenlijke Latijnse tekst gebruikt niet het werkwoord geven (dare), maar het werkwoord teruggeven (reddere). In de tweede plaats wordt hier het tweede deel van de tekst achterwege gelaten want in een profaan belastingkantoor wordt toch kennelijk maar liever niet gesproken over de dingen die je aan God zou moeten geven (of teruggeven). Deze mijmering schoot mij te binnen, hoe weet ik niet, toen ik nadacht over een stukje in de Schakel over de „wisseling van de wacht“ in het penningmeesterschap. U heeft het natuurlijk al gemerkt op de achterzijde van de Schakel: Henri van der Mieden heeft zijn functie van penningmeester van de kerk per 1.1.2011 neergelegd en ik ben zijn opvolger. Vanaf deze plaats wil ik Henri hartelijk danken voor al het werk dat hij in de voorbije jaren als penningmeester voor de kerk heeft gedaan, en niet alleen hem, maar ook zijn vrouw, want ze hebben het veelal samen gedaan. Nu ik zelf sinds januari dit werk doe, weet ik dat het geen sinecure is: je
moet doorlopend alert zijn en daarom ben ik ook temeer Henri dank verschuldigd omdat hij zich bereid heeft verklaard mij nog enige tijd te „coachen“. Het werk heeft ook een zodanige omvang dat het moeilijk te doen is voor iemand met een normale baan. Wie ben ik? Ik ben geboren in 1943, dus de rekenmeesters onder ons weten dat ik nu ook tot de gepensioneerden behoor. Ik heb elektrotechniek aan de TU Delft gestudeerd en ben in het patentwezen terecht gekomen, eerst bij de Nederlandse Octrooiraad en sinds 1982 bij het Europeese Octrooibureau in München waar ik ook na mijn pensionering ben blijven wonen (Neubiberg is een dorp grenzend aan München). Ik ben (overigens met een onderbreking) ook sinds 1982 bij de Nederlandse Kerk, heb in Kernraad (destijds nog Comité geheten), Wijkraad en Alg. Kerkenraad gezeten. Ik ben van gereformeerden huize. In mijn Nederlandse tijd was ik lid van de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt. Het was tijdens een gesprekskring in maart 2010 dat ik een keer Ds. Visser vroeg of de Nederlandse Kerk niet iets te doen had voor mij, nu ik zoveel vrije tijd had. Om met de overleden cabaretier Wim Sonneveld te spreken: En zóóó is‘t gekóóómen. Wat heeft bovenstaande mijmering nu met mij of deze baan te doen? Eigenlijk weinig, maar het is een van de weinige keren dat Jezus over geld spreekt. Geld is niet zeer belangrijk in het Koninkrijk Gods, het lastige is alleen dat de kerk op aarde er toch niet zonder kan. Ik hoop dat ik daar een weinig aan kan bijdragen. Pieter Schoon |
Henri, bedankt!
O
p grond van het feit dat Henri van der Mieden zijn opvolger nog even is blijven ‘coachen’ zoals deze elders schrijft, weet ik niet helemaal zeker of we in ons kerkblad al officieel afscheid van onze ‘oude’ penningmeester hebben genomen. In de gauwigheid kon ik dat in de laatste drie uitgaven van Schakel in ieder geval niet terugvinden. Vandaar dat ik, ondanks het risico dat nog eens dunnetjes over te doen (maar: doppelt gemoppelt hält besser) bij deze, namens Moderamen, Algemene Kerkenraad en College van Kerkrentmeesters, onze dank en waardering wil uitspreken voor het werk dat hij, samen met zijn Brunhilde de afgelopen jaren heeft verzet. De tijd waarin Henri de penningen moest beheren was een periode van financiële turbulenties. Dat heeft hem heel wat hoofdbrekens, verzuchtingen en slapeloze nachten bezorgd. Toch is Henri aan boord gebleven. En dat rekenen we hem nog altijd hoog aan. Mede aan Henri hebben we het te danken dat we zaak financieel weer enigszins op de rails hebben gekregen. Persoonlijk heb ik Henri leren kennen als een gezellig en beminnelijk mens die tegelijkertijd onomwonden zijn mening kan zeggen. Je hoeft bij hem nooit tussen de regels te lezen. In de Schakel herinnerde hij de lezers er bovendien keer op keer aan dat het bij de giften en collecten best een beetje meer mocht zijn. De verantwoordelijkheid van alle leden voor de financiële draagkracht van de kerk, daar beet hij zich in vast en die liet hij vervolgens niet meer los. Henri, hartelijk dank voor jouw inzet en toewijding! Wij wensen jou Gods zegen, niet alleen voor je verdere activiteiten als penningmeester van Zuid maar ook in je priveleven samen met je vrouw. Onze dank en waardering voor jou geldt indirekt ook haar. Bij deze heten we meteen de nieuwe penningemeester van harte welkom in ons team. Hoewel hij, zoals hij zelf schrijft, eigenlijk al heel lang als passagier en bemanningslid meevaart, begroeten we hem bij deze nog eens uitdrukkelijk aan boord van het schip dat zich Nederlandse kerk in Duitsland noemt. Pieter, we zijn blij dat jij de taak van penningmeester, ondanks de hoeveelheid werk die daarmee op je afkomt, op je hebt willen nemen en wensen je daarbij veel uithoudingsvermogen en vindingrijkheid, maar bovenal veel plezier en een goede samenwerking in het CvK, Moderamen en de AK toe. Namens bovengenoemde gremia, Pieter Roggeband |
meditatie
13
Een verhaal voor jong en oud ... Het verband tussen de kleur van koolzaad en Pasen.
W
anneer in het voorjaar, korte tijd na Pasen, de koolzaadvelden beginnen te bloeien, vraagt een ieder zich af, hoe het mogelijk is, dat deze zo stralend geel zijn. Ik, de boerenkooldwerg, weet het antwoord! Kort geleden ontmoette ik tijdens een wandeling in een koolzaadveld een koolzaaddwerg. Koolzaaddwergen wonen niet op de koolzaadvelden, maar in holtes onder de grond. Zij leven, net als de boerenkooldwergen in onderaardse woningen, die wij door mollen voor ons laten bouwen. De koolzaaddwerg vertelde mij, dat zij het na Pasen heel druk hebben. Zij moeten dan alle boerderijen bezoeken, om bij de kippen de eieren af te halen, die door de mensen niet gekocht werden.
Wanneer Pasen nadert, beginnen de kippen overuren te maken. Dag en nacht leggen zij eieren. Als een kip wil slapen, neemt een andere kip haar plaats in. Alle kippen sluiten voor Pasen weddenschappen af, wie de meeste eieren kan leggen en zo kan het gebeuren, dat er na Pasen een groot overschot aan eieren is. Dan is het de beurt aan de koolzaaddwergen. ‘s Nachts halen zij de resterende eieren op. Thuis, onder de koolzaadvelden, scheiden zij de dooier van het eiwit. Het eitwit gebruiken zij, om hun woningen te witten. Vervolgens gaan zij met emmertjes vol eigeel naar het koolzaad en verven de koolzaadplanten ermee. Vooral de bovenste spitsen worden geel gekleurd.
De koolzaaddwergen werken zo lang, totdat de koolzaadvelden stralend geel oplichten. De boerenkooldwerg vertelde daarop: „Ik doe hetzelfde in de winter met mijn dwergfamilie. Vlak voor de winter gaan wij naar de boerenkoolvelden en daar verven wij met het sap, dat wij uit de paardebloemenbladeren persen, de boerenkool. Deze boerenkool wordt door de mensen in de winter graag gegeten.“ Nu hebben jullie het antwoord op de vraag, hoe het komt, dat de koolzaadvelden zo stralend geel zijn. Het zijn de koolzaaddwergen, die de eieren, die met Pasen overgebleven zijn, gebruiken om te verven. De kleur van het koozaad is werkelijk ‚das gelbe vom Ei‘! Willemina Ebbink, Otterndorf Uit: ‚Neue Märchen aus dem dritten Jahrtausend‘, 2010
UIT DE EBERTALLEE
Afscheid
H
et zal vast en zeker met weemoed gepaard gaan, mijn afscheid van Bellin. Zeven jaren van kerkdiensten en persoonlijke ontmoetingen gaan niet spoorloos aan iemand voorbij. Op 3 april zal er een einde komen aan mijn dienst in Mecklenburg-Vorpommern. Over de redenen van dit afscheid en de overgang van de kern Bellin naar Wijk Oost gaat het hier niet. Daarover is het afgelopen jaar op de gemeente- en kerkelijke vergaderingen al veel gezegd. En ook in dit kerkblad geeft het Moderamen van Wijk Noord en Wijk Oost nog eens uitleg over de gang van zaken. Hier, op deze plaats, gaat het om de gevoelige kant van de zaak. Want afscheid nemen is nu eenmaal een gevoelig iets. En het roept herinneringen op. Op 7 maart 2004 deed ik mijn ‚intrede‘ in Bellin. Ik weet het nog goed. Omdat Mecklenburg-Vorpommern voor mij tot dan toe onbekend gebied was, nam ik graag het
aanbod van ons kernraadslid Jacob de Vries en zijn vrouw Leentje aan, van zaterdag op zondag in hun gastvrije huis in Dadow te overnachten. Zij brachten mij op die zondag langs de besneeuwde wegen, via de kleine dorpjes met de betekenisrijke namen Rom en Lutheran, veilig naar de kerk in Bellin. De kerk. Niet zomaar een kerk. Geen kerk met hoge toren en klokken, maar een nuchter agrarisch centrum. In de afgelopen jaren heb ik gemerkt, dat het er niet op aankomt, waar je kerkdienst viert. Wanneer er een bijbel op tafel ligt, er genoeg stoelen staan en er drie of meer mensen bij elkaar komen, kun je spreken van een kerkdienst. En als je deze dan nog aankleedt met een liturgische kaars, een keyboard en liedboeken, dan ontbreekt er niets. Helemaal niet, wanneer je een actief kostersechtpaar hebt, dat er voor zorgt, dat het lekker warm is en de koffie klaar staat. Piet Ritsema en Heleen Vermij staan er al jaren borg voor, dat op hun bedrijf het geloof beleefd en gevierd kan worden. Hun gastvrijheid is hartverwarmend. Net als de gastvrijheid van gemeenteleden op de Buitendagen. Open deuren, open
huizen, open harten. Hartverwarmend ook waren de onderlinge gesprekken. Samen mochten we lief en leed met elkaar delen. Thuis, maar ook tijdens kerkdiensten goede, maar ook moeilijke tijden van leven voor God brengen. Verbonden in het vertrouwen, dat God ons allen in zijn hand houdt. Hierbij zeg ik Bellin dank voor zeven jaren van samen op weg zijn naar Gods Rijk. Voor al het in mij gestelde vertrouwen. Voor al het in de afgelopen zeven jaren verrichte gemeentewerk van de kernraadsleden Jacob de Vries, Gerrit en Hilda van der Velde, Hinke Poortinga, Suzanne Oonk, Menno Kirghof en André Kors. Voor al de eigen inzet ook van de gemeenteleden in Bellin zelf. Mijn afscheid op 3 april zal verbonden zijn met weemoed. Maar ook met vertrouwen. Want het kerk-zijn gaat door in Bellin. Het gaat door met Hanneke Allewijn, die vanaf april in Bellins dienst wil staan en voorgaan. Daarom mogen de vreugde en dankbaarheid overheersen op de dag van afscheid. Want deze is tegelijk nieuw begin ... Met de hartelijke groeten van Rens Dijkman-Kuhn |
Kerkdiensten in de ma anden april en mei 2011 _BALJE Scheune Balje, 14.00 uur 17.04. ds. Rens Dijkman-Kuhn; met Avondmaal
_KARLSRUHE 2e zondag van de even maand, 16.00 uur Simeonkapelle, Insterburger Straße 13 10.04. ds. Tim van de Griend
_BELLIN Agrarzentrum Bellin, 10.30 uur 03.04. afscheid ds. R. Dijkman-Kuhn en voorstelling drs. H. Allewijn; met Avondmaal Ev.-ref. Kirche Bützow, Ellernburch 6-8 08.05. 11.00 uur. drs. H. Allewijn en ds. R. Dijkman-Kuhn; Oecumenische dienst met Doop
_KEULEN/BONN 10.15 uur, Auferstehungskirche (Gemeindehaus), Auferstehungskirchweg 7, Köln-Sürth 24.04. ds. Pieter Roggeband 29.05. ds. Pieter Roggeband
_BERLIJN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Hugenottenkirche, Joachim-Friedrich-Straße 4, Berlin-Halensee (Charlottenburg) 17.04. drs. Hanneke Allewijn 15.05. drs. Hanneke Allewijn _DÜSSELDORF 3e zondag van de maand, 10.30 uur, PaulGerhardt-Haus, Heerdter Landstraße 30 17.04. ds. Pieter Roggeband 15.05. ds. A.S.J. Smilde _DUISBURG-RUHRORT (NKadR) iedere zondag, 10.30 uur, Rheinallee 14 03.04. ds. L. Rasser 10.04. ds. P. Prins 17.04. ds. G. van Zeben 22.04. ds. G. van Zeben en ds. P. Rogge band; Goede Vrijdag, 19.00 uur 24.04. ds. G. van Zeben en Pfr. Fleckner; Pasen 01.05. ds. Waagmeester, Nijmegen 08.05. N.N. 15.05. ds. G. van Zeben 22.05. ds. H. v,d, Ham, Dordrecht 29.05. ds. G. v. Zeben _FRANKFURT 1e zondag van de maand, 11.15 uur, Ev.reform. Kirche, Freiherr-vom-Stein-Straße 8 (bovenzaal) 03.04. ds. Tim van de Griend 01.05. Präd. Gerrit Jan van den Brink _HAMBURG 11.00 uur, kapel Winterhuderweg 01.05. ds. Rens Dijkman-Kuhn
_MANNHEIM iedere zondag, 11.00 uur, Hafenkirche, Kirchenstraße 15 03.04. ds. G. van Zeben 10.04. ds. L. Krüger 17.04. ds. H. Perfors 24.04. Lo. C. Hondius 01.05. ds. G. van Zeben 08.05. ds. H. v.d. Ham 15.05. ds. L. Krüger 22.05. ds J.H. v. Osch 29.05. ds. J. de Rooij _MÜNCHEN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Ev.-reform. Kirche, Reisingerstraße 11 17.04. ds. Tim van de Griend 15.05. ds. Tim van de Griend met Avondmaal _MÜNSTER 2e zondag van de maand, 10.30 uur, Johannes-Kapelle, Bergstraße 36, Münster 10.04. ds. Pieter Roggeband 08.05. ds. Pieter Roggeband en Pfr’in Monika Kindsgrab
NEDERLANDSE KERK IN DUITSLAND www.nkid.kerknet.de Predikanten_ Noord: ds. Rens Dijkman-Kuhn Ebert-Allee 5, 22607 Hamburg Tel./Fax 040.65681329 Handy 0176.26020233 E-mail:
[email protected] Oost: Pastorale Werker: drs. Hanneke Allewijn Schererstraße 12, 13347 Berlin Tel. 030.21983327, Handy 0151.21648129 E-mail:
[email protected] West: ds. Pieter Roggeband Bandstraße 21, 45359 Essen Tel. 0201.52 39136 E-mail:
[email protected] Zuid: ds. Tim van de Griend Baseler Platz 1, 60329 Frankfurt am Main Tel. 0151.41639646 E-mail:
[email protected]
_SCHWEI St.-Sekundus-Kirche Schwei, 10.30 uur 29.05. ds. Rens Dijkman-Kuhn
Voorzitter_
_STUTTGART 2e en 4e zondag van de maand, 11.15 uur, Alte Ev. Kirche, Amstetter Straße 5, Stuttgart-Hedelfingen 10.04. ds. Tim van de Griend, met Avondmaal 24.04. ds. Tim van de Griend, 08.05. Pfr. Wilhelm Kautter en ds. Tim van de Griend; Avondmaalsdienst met de Duitse gemeente, 10.00 uur 22.05. N.N., 10.00 uur
Scriba_
ds. Pieter Roggeband
Netty van Rijssen Voorzitter Verein_ Suzanne Oonk-Reilink Penningmeester/Boekhouder_ Pieter Schoon Bankrekeningen_ Bank für Kirche und Diakonie Duisburg Ktnr. 101 202 0011 · BLZ 35060190 BIC: GENODED 1 DKD IBAN: DE65 3506 0190 1012 0200 11 t.n.v. Nederlandse Kerk in Duitsland
COLOFON_ Schakel-Kontakt 37e jaargang · nr. 2 · april 2011 Uitgever: Kerkenraad van de Nederlandse Kerk in Duitsland · Redactie: Marjolein Kranse, Dr. Albert de Lange, Edward Remeyn, Pieter Roggeband (v.i.S.d.P.) Kerkelijk Bureau, Mevr. Janie de Boer, Dekan-Hofheinz-Str. 26, 76229 Karlsruhe Tel. en Fax 0721.460517 Fotos: p.9 en 10: Giovanni Dall’Orto; p.11: Sterilgutassistentin GFDL Realisering: DIGNUS n DE
Kerkelijk Bureau_ Janie de Boer E-mail:
[email protected] Kerkelijk Centrum_ Rheinallee 14, 47119 Duisburg
Schakel-Kontakt O r g a a n va n d e N e derlandse Kerk in Duit sland
37e jaargang nr. 3 · juni 2011 _www.nkid.kerknet.de
Geachte lezer
16
Meditatie: Stem geven aan de Geest van Pinksteren ...
16
Column: Zin en betekenis van Jezus’ dood
17
Uit de kerk
18
Uit de Ebertallee: Vakantie
18
Wijk Zuid: Woorden
19
Meditatie: Warmte
19
Kerkdiensten
20
Adressen
20
Colofon
20
Stem geven aan de Geest van Pinksteren ...
16
meditatie
Ge achte lezer
A
an het begin van de zomertijd, althans gevoeld, want officieel duurt het nog een paar weken voor het zover is, bieden wij u dit nieuwe nummer van Schakel-Kontakt aan. In deze alweer derde uitgave van het jaar 2011 zien wij met Rens Dijkman-Kuhn uit naar het op handen zijnde Pinksterfeest: het feest van de Geest die ons, zo hopen wij, in elke situatie opnieuw de juiste woorden laat vinden om God op geloofwaardige wijze ter sprake te brengen. Wanneer we van God, d.w.z. van Zijn woorden en daden, spreken, schieten menselijke woorden in principe tekort zoals Tim van de Griend in zijn meditatief getinte inleiding op de berichten uit de kernen terecht opmerkt. Tegelijkertijd mogen we, in de hoop dat de Geest ons eigen menselijke spreken, hoe beperkt dat ook mag zijn, naar Gods tegenwoordigheid in de wereld en ons eigen leven doet verwijzen, niet zwijgen. Ook met de wind van de Geest in de rug blijft ons spreken van God echter een waag- en kunststuk. Want hoe God ter sprake te brengen tegen de actuele achtergrond van bijvoorbeeld de opstand in Noordafrika en het Midden Oosten die met bruut geweld de kop in wordt gedrukt, of ten overstaan van de aardbeving en tsunami in Japan die niet alleen duizenden slachtoffers eisten maar eveneens een nucleaire catastrofe met onafzienbare gevolgen veroorzaakte. En toch. Ondanks al het slechte nieuws dat ons spreken van God af en toe dreigt te overschaduwen en te verstikken stijgt er soms, als vanzelf en onweerstaanbaar een loflied in ons op vanwege al het goede dat wij ontmoeten. Met name in het jaargetijde waarin we ons op het moment van schrijven nog bevinden en er getuige van mogen zijn hoe de natuurontluikt en tot bloei komt. Paul Gerhardt schreef er, hoewel ook hij in zijn tijd heel wat verschrikkingen van nabij heeft moeten aanzien, een prachtig lied over: „Ga uit o mens en zoek uw vreugd, nu in de lente zich verheugt al wat er leeft op aarde. De gaarden zijn op ‘t schoonst gesierd, opdat gij ‘t lieve leven viert, dat God u openbaarde“ (Gz 425, 1). Moge u bij het lezen van dit nummer veel inspiratie opdoen. Daarnaast wensen wij u zowel een zonnige afsluiting van de lente alsmede een goed begin van de zomer. Namens de redactie, Pieter Roggeband |
Totaalopbrengst collectes De definitieve opbrengst van de collectes: januari en februari: 2048,62 Euro maart en april: 2061,61 Euro
Stem geven aan de Geest van Pinksteren ... Het is de oeroude droom van de profeet Joël. En het is de belofte van Jezus bij zijn Hemelvaart.
D
at God aan het eind der tijden over alle mensen zijn Geest zal uitgieten. Dat zonen en dochters zullen profeteren, jongeren visioenen zullen zien en oude mensen droomgezichten. Dat God over al de dienaren en dienaressen zijn Geest zal uitgieten, zodat ze zullen profeteren (Joël 3, 1-2). Oeroude droom en belofte. Dat Gods Geest mensen de ogen zal openen voor de komst van Gods Rijk op aarde. En dat mensen bij monde van de Geest dit Rijk uitdragen en in heel de wereld verkondigen. De profeet Joël heeft niet tevergeefs gedroomd en Jezus niet teveel beloofd. Want het is op de dag van het joodse Oogstfeest, zeven maal zeven weken na het feest van de Opstanding, dat de vrienden van Jezus bij elkaar zitten en plotseling in vuur en vlam staan. Helemaal enthousiast worden. In de waarste zin van het woord. Want enthousiast, dat betekent letterlijk ‚in God zijnde‘. Plotseling klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag, dat het huis waar ze zich bevonden geheel vulde. Er verschenen aan hen een soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreidden en op ieder van hen neerzetten en allen werden vervuld van de Heilige Geest, zo omschrijft Lucas in Handelingen 2, 2-4 dit geestdriftige gebeuren. Een gebeuren, zo inspirerend en veelbelovend. Want wanneer je bezield raakt door de Geest van God, dan zie je de wereld anders. Met nieuwe ogen. Dan zie je verder dan je huis groot is. Verder dan de wereld groot is. Dan licht het Rijk van God op. En als het goed is, praat je dan ook anders. Want in de droom van Joel en in de belofte van Jezus klinkt meer dan belofte alleen. Er is ook heel duidelijk een opdracht te horen. Natuurlijk, alles staat en valt met de Geest van God, die mensen bezielt. Maar zonder de mond en zonder de stem van mensen kan die Geest in onze wereld zijn werk maar half doen. Is de Geest in wezen sprakeloos en het Rijk van God onhoorbaar. De Geest is op mensen aangewezen. En daarom vervolgt Lucas: en zij begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals hun door de Geest werd ingegeven. Droom en belofte, zij krijgen met Pinksteren een menselijke stem. Op het Pinksterfeest zijn het mensen, die het blijde nieuws brengen, zo schrijft ds. Jaap Zijlstra in zijn bijbels dagboek. En heel treffend stelt hij vast, dat het Pinksterfeest het enige bijbelse feest is, waaraan geen hemelse boodschappers te pas komen. Met Kerst zijn het engelen, die de geboorte van Jezus verkondigen. Op het Paasfeest zijn het eveneens engelen, die de goede tijding van de Opstanding van Jezus brengen. En ook met Hemelvaart is er sprake van engelen, die de volgelingen van Jezus bij zijn afscheid van de wereld troost en moed toespreken. Deze boodschappers, deze engelen, zij schitteren met Pinsteren door afwezigheid. Opdat wij mensen door aanwezigheid stralen. En zij begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals door de Geest werd ingegeven. De volgelingen van Jezus geven stem aan de Geest van Pinksteren. En ook wij worden daartoe vandaag geroepen. Dat wij onomwonden vertellen op Wie wij vertrouwen. Dat wij anderen doen delen in onze vreugdevolle verwachting van Gods Rijk op aarde. Op een wijze, die zo aanstekend en geloofwaardig is, dat anderen wel geinspireerd moeten worden. En in vreemde talen. Dat wil zeggen, dat wij ons geloof vertalen. Zo vertalen, dat wij onze eigen grenzen overschrijden om bij de die ander uit te komen. Want het Pinksterfeest wil niet alleen geboortefeest van onze kerk, maar ook geboortefeest van de oecumene zijn. Uiteindelijk geboortefeest van een wereldwijde dialoog. Pinksteren. Dat is het feest van de Geest in onze wereld, die mensen het Rijk van God doet zien. En het feest van mensen, aangewakkerd en aangevuurd, om in deze wereld spreekbuis van die Geest te zijn. Pinksteren. Dat is de spraakverwarrende toren van Babel in onze wereld afbreken. Om taal van God en taal voor elkaar te worden. Taal van Gods Koninkrijk. Rens Dijkman-Kuhn |
17
column
Zin en betekenis van Jezus’ dood De verzoeningsleer ter discussie
V
orig jaar publiceerde de Evangelische Kirche im Rheinland (EKiR) de brochure ‘Kreuzestheologie’ met de bedoeling oriëntatie in de discussie over de betekenis van Jezus’ dood te verschaffen. Over de zin daarvan bestaat immers, niet alleen in de Rheinische Kirche en evenmin pas sinds vorig jaar, verschil van mening. De directe aanleiding om een zogenaamde Orientierungshilfe aan te bieden vormde een serie radiotoespraken waarin de klassieke verzoeningsleer, in het bijzonder de gedachte dat Jezus voor onze zonden moest sterven, werd bestreden. Zo vreselijk nieuw en opzienbarend was dat weliswaar niet, maar het feit dat dergelijke gedachten door een voormalig Superintendent van de EKiR in alle openheid werden uitgesproken, deed nogal wat stof opwaaien. Bovendien waren daaraan reeds andere, soortgelijke publicaties van toonaangevende figuren binnen de EKD aan vooraf gegaan. Bijvoorbeeld het boek van Klaus Peter Jörns, ‘Notwendige Abschiede’ waarin eveneens wordt afgerekend met de verzoeningsleer zoals velen van ons die vroeger waarschijnlijk met de paplepel is ingegoten.
Onzekerheid De reden waarom ik nu in Schakel op deze problematiek in wil gaan, is tweeërlei. In de eerste plaats werd ik er onlangs in de gemeente op aangesproken en proef ik dat mensen er onzeker van worden wanneer dit dogma, dat voor velen nog altijd het hartstuk van hun geloof vormt, ter discussie wordt gesteld. In de tweede plaats rijd ik elk jaar na Pasen naar Knesebeck om daar samen met anderen, grotendeels theologen en dominees, een bijbelboek of delen daaruit te lezen. Deze jaarlijkse bijscholing levert telkens weer nieuwe gedachten en frisse inzichten op. Dit jaar lazen wij de lijdensverhalen uit Marcus en Lucas naast elkaar, tegen de achtergrond van de vraag naar de zin van Jezus dood.
De evangelisten... Daarbij viel mij opnieuw op hoe weinig de evangelisten Jezus’ dood duiden. Zijn lijden en sterven krijgen in alle evangeliën weliswaar de nodige ruimte en aandacht; wat die lijdensweg ten dode toe te betekenen heeft, zeggen zij daarentegen niet of nauwelijks. Daarin zijn ze stuk voor stuk nogal terughoudend. Lucas en Marcus leggen tussen de vergeving van zonden en Jezus’ sterven aan het kruis (vrijwel) geen verband. Zelfs in ‘hun’ avondmaalswoorden niet. Matteüs, waar we niet aan toe zijn gekomen, doet dat daar op zich wel, maar zonder nadere uitleg te verschaffen. Kortom, hadden we alleen over de evangeliën beschikt,
zou de klassieke verzoeningsleer nooit hebben kunnen ontstaan. Die is gebaseerd op wat we de apostolische geschriften noemen, de brieven van de apostelen, Petrus, Johannes, Jakobus en vooral van Paulus en diens leerlingen. Met name de laatstgenoemde moet het ontgelden wanneer de verzoeningsleer wordt bestreden.
...en Paulus Ofschoon ik het verzet tegen de verzoeningsleer op zich wel meen te snappen, moeten we ons realiseren dat de oudste christelijke geschriften die we bezitten de brieven van Paulus zijn. We kunnen zijn epistels daarom niet gewoon maar links laten liggen. Zij zouden wel eens oorspronkelijker kunnen zijn dan de evangeliën. Dat Paulus Jezus’ leer achteraf zou hebben vervalst of vervormd snijdt in ieder geval geen hout. Toch blijft het opvallend dat Paulus zich vooral op Jezus’ sterven (en opstanding!) concentreert en diens leven weinig gewicht geeft. Daarmee spreekt de apostel de evangeliën echter niet tegen maar vult hij ze aan. De evangelisten vertellen heel menselijk en aannemelijk over Jezus’ leven dat uiteindelijk een lijdensweg werd omdat zijn woorden en daden grote weerstand opriepen bij de geestelijke autoriteiten, die – ten dele misschien zelfs noodgedwongen – met de bezetter heulden. De evangeliën verkondigen overigens eveneens dat Jezus’ levensweg niet aan het kruis eindigt maar tot op de dag van vandaag van betekenis is. Zij besluiten allemaal met de opwekking van de gekruisigde.
Gods toorn... Het duiden van Jezus’ sterven laten de evangelisten echter aan Paulus over, zou je kunnen zeggen. Waarbij de evangeliën nadrukkelijk onderstrepen dat Jezus zijn lijdensweg ondanks de verzoeking in Getsemane bewust op zich heeft genomen. Hoewel hem dat zijn leven kostte, bleef Jezus willens en wetens trouw aan de wil van God en zijn eigen roeping. Dat Jezus’ dood Gods bedoeling zou zijn geweest, is daarmee niet gezegd. En al helemaal niet dat Jezus door God zou zijn geofferd om Zijn toorn te stillen. Die voorstelling, dat Jezus moest sterven om Gods toorn tot bedaren te brengen, is waarschijnlijk het meest aanstootgevende aan de verzoeningsleer zoals velen die hebben leren kennen. Daarmee wordt immers een godsbegrip gelanceerd dat vloekt met het geloof dat God nu juist het goede, het leven en het heil van men-
sen wil. Een god die een mensenoffer eist om zijn woede te koelen staat haaks op een God die liefde heet te zijn.
...is het branden van zijn liefde Dat wil niet zeggen dat God niet toornig zou kunnen zijn. Maar die toorn is niets anders dan het branden van Zijn liefde. Voor de wereld en de mensheid. Niet God moet met de wereld, maar omgekeerd, de wereld moet met Hem worden verzoend. Het herstel van het verbond tussen God en mens gaat echter niet vanzelf. Dat kost Jezus uiteindelijk zelfs zijn leven en, anders geformuleerd, God zijn eniggeboren zoon. Niet omdat God de offerdood van een mens nodig zou hebben om gekalmeerd te worden, maar omdat de wereld, de mensheid, (wij?) zich tegen dat herstel verzet. Jezus sterft in de eerste plaats door onze zonden. ‘Onze’ in die zin dat het verraad, de verloochening, de vlucht, de spot en hoon, die Jezus in het lijdensverhaal moet ondergaan, niet alleen zijn tijdgenoten maar ook ons, die de ‘Gnade der späten Geburt’ koesteren, ontmaskeren als degenen die we zijn. In dit eenzame sterven gaat God zelf echter mee, als ik Paulus goed begrijp. Tegelijkertijd wordt het ‘door ons’ op wonderbaarlijke wijze omgebogen in een ‘voor ons’. Dat mogen we achteraf, terugkijkend, met Paulus constateren. Zonder het geheim daarvan geheel en al te kunnen doorgronden.
Verbond als uitgangspunt Teruglezende besef ik heel goed dat deze ruwe pennenstreken slechts een onbeholpen poging zijn, enigszins vat op Jezus’ lijden en sterven te krijgen. Een gebeuren dat op zichzelf gezien één groot en afschuwelijk drama en tegelijkertijd tevens onze redding is geweest. Mijn hoop en opzet is het dat de verzoeningsleer en Paulus niet worden afgedaan, maar opnieuw worden gelezen en doordacht. Schaffen we de verzoeningsleer af, dan gooien we met het badwater eveneens het kind weg. Dan wordt de Schrift geamputeerd en muteert God in ‘den lieben Gott’ ofwel ‘onze-lieve-Heer.’ De groeiende weerstand tegen de verzoeningsleer is een reden dit leerstuk opnieuw en nog eens goed tegen het licht van de Schrift zelf te houden. Dan zal blijken dat we haar niet eenvoudigweg kunnen herhalen maar naar een nieuw verstaan en andere formuleringen zullen moeten zoeken. Een bijbelgetrouwe verzoeningsleer zal bouwen en voortborduren op het besef dat God barmhartig en genadig is en het goede met de wereld, de mensheid en met ons persoonlijk voor heeft. God wil Zijn verbond met ons hoe dan ook tot gelding te bregen. Dat is de rode draad door de hele Schrift, en, daar ben ik van overtuigd, ook in de brieven van Paulus. P. R. |
18
uit de kerk
Nieuws uit de EKD
Wereld
Vanaf 1 t/m 5 juni vindt in Dresden de 33e Deutsche Evangelische Kirchentag plaats. In de vorige Schakel hebben we daar al kort op gewezen. In dit nummer doen we dat iets uitgebreider. Dat kan, aangezien dit evenement exact op 1 juni a.s. begint nog net. Het motto van deze Kirchentag „... da wird auch dein Herz sein“ is een zinsnede uit Matteüs 6, 21. Generalsekretärin Dr. Ellen Ueberschär schrijft daarover het volgende: Die Losung ist ein Wort aus der Bergpredigt, der großen Rede Jesu, die seit zwei Jahrtausenden provoziert, die die Welt verändert hat, weil sie Menschen verändert hat. Jesus ruft dazu auf, die geltenden und die eigenen Werte zu überprüfen. Und da ist das Herz das entscheidende Organ: In der Bibel wird es weniger als Sitz der Gefühle verstanden, sondern vielmehr als Ort menschlichen Denkens und Planens. Was ist die Leitperspektive des eigenen Lebens und der gesamten Gesellschaft? Wonach richten wir uns? Martin Luther sagt es mit seinen Worten: Woran du dein Herz hängst und worauf du dich verlässt, da ist dein Schatz. Die Losung ist ein offener Satz, der zum bohrenden Stachel wird: Binden wir uns an das Geld oder an Gott?
Hoeveel groei is voor een globaal geworden economie van node? Welke verantwoordelijkheden dragen ondernemingen en financiële hoofrdolspelers? Aan welke regels dienen zij te worden onderworpen? Kunnen belastingsystemen zowel internationaal als nationaal tot meer Gerechtigkeit bijdragen? Een bijzonder thema vormen de betrekkingen met de buren in het oosten van Europa. Waar ligt eigenlijk precies het centrum van Europa? Welke veranderingen in de politieke, economische en sociale verhoudingen hebben zich sinds de val van het ijzeren gordijn voorgedaan? Hoe kunnen ontwikkelingssamenwerking en veiligheidspolitiek beter op elkaar worden afgestemd om conflicten met succes het hoofd te bieden? Al deze informatie en nog veel meer is op de website van de Kirchentag terug te vinden: www.kirchentag.de. Indien u van plan bent deel te nemen valt het, om niet in het overweldigende aanbod onder te gaan, aan te raden om, liefst van tevoren, een bewuste keuze uit deze veelheid van evenementen te maken.
Ongeveer 2200 ‘Veranstaltungen’: kerkdiensten, Feierabendmahle, bijbelstudies en wat dies meer zij, staan op stapel, rondom drie grote thema’s:
Geloof Hoe kunnen christenen hun geloof zo ter sprake brengen dat ze vandaag de dag ook door de buitenwacht worden begrepen? Hoe verstaan ze hun geloof zelf, als protestanten, katholieken, als orthodoxen en methodisten? Wat is de kern van het christen-zijn? En hoe gaan we daarover het gesprek met moslims aan? Of met mensen die met kerk en geloof niets hebben of kunnen beginnen? Welke bijdrage behoren christelijke kerken tenslotte te leveren als het om sociale gerechtigheid, om levenskunst of een bestaan in vrijheid gaat?
Maatschappij De Duitse maatschappij is aan grote veranderingen onderhevig, niet alleen in de democratie en economie, maar ook demografisch. Hoe ziet de toekomst van de sociale ‘Solidarsysteme’ eruit? Kan Duitsland zich gezondheid voor iedereen nog wel veroorloven? Wat zullen de kenmerken van de ‘Bürgergesellschaft’ en het economische systeem van morgen zijn? Welke waarden houden het ‘Gemeinwesen’ bij elkaar? Kunnen kerken in actuele crises de weg wijzen?
Uit de PKN 14 en 15 april jl. kwam de Generale Synode van de PKN bijeen. Onder meer werd besloten om in november over een nieuwe visienota te spreken die in de plaats komt van de visienota ‘Leren leven van de verwondering – Visie op het leven en werken van de kerk in haar geheel’ uit 2005. Volgens scriba Arjan Plaisier moet in de nieuwe visienota opnieuw de kern van het geloof onder woorden gebracht worden: “Het belangrijkste is misschien wel, dat we ons opnieuw bewust worden waarom er een kerk is. In de gemeente kan gemakkelijk een ‘leeg midden’ ontstaan: we doen van alles, maar verliezen het vermogen de kern van het geloof te verwoorden. Dat is niet iets dat we uit de eigen tenen trekken. Wij leven van wat ons wordt geschonken. We zijn bijeen op de dag van de opstanding en leven van de aanwezigheid van de levende Heer. Daarover moeten we ook weer leren spreken, in de duizenden tongen die onze kerk rijk is.” De (voorlopige) thema’s die in de nieuwe visienota aan de orde gaan komen zijn: Kerk en vorm(en) van gemeente-zijn Kerk en inhoud Kerk en dienst aan de samenleving Kerk en de (nieuwe) oecumene Scriba Plaisier gaf in de vergadering een schets van de weg die afgelegd wordt om tot een nieuwe visienota te komen. Er is een projectgroep samengesteld die in overleg is met verschillende kerkenraden en classes, verschillende organisaties en deskundigen. Met deze groepen worden de opzet en eerste aanzet(ten) besproken, gaandeweg ontstaat zo een document. Vanuit de synode werd positief gereageerd op de eerste opzet die scriba Plaisier voorlegde. De besluiten zijn na te lezen via de website van de PKN: www.pkn.nl (bestuur en organisatie).
UIT DE EBERTALLEE
Vakantie ...
D
e zomer staat voor de deur. En daarmee de zomervakantie. Eind juni sluiten de scholen in Hamburg, begin juli krijgen de kinderen van Schleswig-Holstein en Niedersachsen vrij. Ook in Nederland kunnen de kinderen en bouwvakkers in de komende weken even opademen. Vakantie. Het woord stamt uit het Latijn en betekent ‚vrijstelling‘. Tijdens de vakantie heb je vrijstelling van je dagelijkse werk. Je bent vrij van de verplichtingen van alledag. In het Duits bestaan er voor deze vrije tijd twee begrippen. Terwijl de kinderen van de ‚Ferien‘ genieten, spreken volwassenen van een verdiende ‚Urlaub‘. Net als het Nederlandse woord ‚vakantie‘ heeft het begrip ‚Ferien‘ zijn wortels in het Latijn. Daarin klinkt het woord ‚Feier‘ door, hetgeen als zodanig vrije tijd impliceert. Vanaf de 16e eeuw gebruikt in de rechtswereld om de dagen aan te geven, waarop er geen rechtsspraak plaatsvond, kwamen de ‚Ferien‘ uiteindelijk terecht in het schoolwezen en vormen zij vandaag de dag voor de meeste kinderen de mooiste tijd van het schooljaar! Het woord ‚Urlaub‘ heeft zijn oorsprong in de tijd van de ridders, die aan hun heren en hofdames om ‚Verlaub‘ of ‚Erlaubnis‘, dat wil zeggen om toestemming moesten vragen, wilden zij een tijdelijke vrijstelling van hun dienst verkrijgen. Gelukkig is dit onderdanige verzoek vandaag niet meer nodig. Als burgers van een moderne maatschappij hebben wij allen recht op een tijdelijke vrijstelling van onze dagelijkse verplichtingen. Recht op vakantie. Want zij dient onze gezondheid en ons welbevinden. Aan de vrije tijd kunnen wij op heel verschillende manieren invulling geven. Sommigen gaan erop uit. Zij boeken een verre reis naar een warm land, om aan het strand door de zon en het water verwend te worden. Anderen zoeken eerder een sportieve uitdaging. Zij stappen op de fiets, lopen een wandelroute of maken een zeiltocht. Weer anderen prefereren Balkonien of Gardenien. Ook dit zijn schitterende plaatsen van ontspanning. Ze zijn niet in een reisatlas opgetekend, maar heel gemakkelijk te vinden. En het grote voordeel is, dat er aan deze vakantiebestemmingen geen lange reistijden of files verbonden zijn. Voor hen, die zelfstandig zijn, waaronder ook de melkveehouders, is het niet altijd even gemakkelijk, vrijaf te nemen. Uit gesprekken weet ik, dat er vooraf veel geregeld moet worden, voordat je je dagelijks werk los kunt laten. Toch hoop ik van harte, dat het ons allen mogelijk wordt, in de komende zomerweken een periode van vrije tijd te vieren. Dat wij even vrij worden van het alledaagse, los raken van het gewone. Om in alle rust vervuld te worden van nieuwe indrukken. Van een nieuwe kijk op de dingen allicht. En om daarna met frisse moed het dagelijkse leven weer in te gaan. Een goede zomertijd wenst jullie allen Rens Dijkman-Kuhn |
meditatie
wijk zuid
Woorden H
et christelijke spreken over God staat onder druk. In de afgelopen decennia heeft het veel van zijn vanzelfsprekendheid verloren. ‘Waarvan men niet spreken kan, daarover moet mijn zwijgen,’ schreef de Oostenrijkse denker Ludwig Wittgenstein aan het einde van zijn Tractatus. Wittgenstein doelde met die woorden op het domein van het mystieke, van God, al gebruikte hij dat laatste woord hier niet direct. Anders dan de meeste van zijn toenmalige vakgenoten wilde hij ruimte openlaten voor de aanwezigheid van datgene wat je niet kunt denken, wat ontsnapt aan de mogelijkheid om in woorden te worden ondergebracht. Is dat genoeg? Het is in elk geval iets, maar vraagt de zoektocht van het geloof niet toch ook om woorden? Ik pleit voor een positief antwoord op die vraag. Zonder dat positieve antwoord is trouwens sowieso niet begrijpelijk, waarom wij in een kerk zouden samenkomen. (U zou kunnen denken: ‘Hij houdt zijn baan graag’, maar er is – kan ik u verzekeren – meer aan de hand.) Er is een wereld ontstaan van ‘multiple overwhelmings’, zoals de Britse theoloog David Ford het noemde, van een veelheid van impulsen en ervaringen. Allerlei wereldbeschouwingen dienen zich aan. Een ieder van ons – als hoe orthodox of liberaal zij of hij zich ook zou willen betitelen – ontkomt er daarmee niet aan om zich bewust te zijn van de voorlopigheid van onze antwoorden. Dat geldt ook voor de kerk als geheel, maar tezelfdertijd is het ook aan haar om – in alle voorzichtigheid en voorlopigheid – antwoord te geven op de vraag, wat het betekent om met Jezus Christus te leven (als boodschap naar binnen toe) en waarom het van waarde is om ons oog op hem te houden (als uitleg naar de buitenwacht). Ik introduceer u nog een derde naam: die van de Duitse nieuwtestamenticus Rudolf Bultmann. Bultmann zei dat je weliswaar niet over
19
Warmte God kunt spreken, maar wel van Hem. Om zo’n fijn onderscheid te kunnen bedenken moet je ongetwijfeld lang in de gangen van een Duitse universiteit vertoeven, maar wie een tijdje op deze zin kauwt, komt al gauw op het spoor wat Bultmann bedoelde. Algemeen geldende woorden kun je niet voor God vinden: je kunt niet over Hem spreken, je kunt niet zeggen dat Hij definitief zo en zo moet zijn. Je kunt Hem wel schroomvallig op het spoor zijn, proberen uit te maken waar in je bestaan je iets van Hem denkt te hebben ontdekt, van wie Hij is en wat Hij betekent en vervolgens proberen daarvan een getuigenis af te leggen – voorzichtig en op eigen titel daaraan woorden te geven. Om die woorden te vinden reikt de geloofstraditie een reservoir van mogelijkheden aan. Als er waarheid in het christendom is gelegen, is die niet met sprakeloosheid gediend. Een vierde naam: opnieuw die van een man (excuseer!) en ditmaal van de Nederlander Klaas Hendrikse, de predikant die het bestaan van God ontkent. Hendrikse mag zijn werk ten behoeve van de kerk voortzetten. Hij wordt niet uit zijn ambt gezet. Dat mag wellicht menigeen verbazen, maar het hangt voor mijn gevoel af van de intentie waarmee hij zijn boekje heeft geschreven. Ook Hendrikse wil de sprakeloosheid over God doorbreken, hij zoekt woorden voor een getuigenis en meent dat het woord ‘bestaan’ hem en de christelijke traditie daarbij in de weg zit. Dat is een provocatieve stelling. Ze verdient het naar mijn overtuiging echter om te worden beproefd in een geloofsgesprek. Dat wordt in de kernen Karlsruhe, Stuttgart en München in de komende weken aangegaan. De grote feesten van Hemelvaart en Pinksteren bieden daarvoor overigens een goede aanleiding. Ze gaan over de vraag wat Gods afwezigheid en aanwezigheid inhoudt, als wie en wat God onder ons is. Heil en zegen wenst Tim van de Griend
Op een schilderij van onze kunstschilder van Gogh heeft vooral de „Zaaier“ mijn aandacht getrokken. De wijduithalende manier waarop het zaad wordt verdeeld en de avondzon in de verte, die als een grote vuurbal boven de akker staat, heeft ons veel te zeggen. De boom en de zaaier zelf vertellen ons dat het lente is, tijd om de akker te bewerken. Ook in de Bijbel komt vaak een zaaiende boer voor. De manier van doen, hoe het zaad uitgestrooid wordt, valt daarin op de eerste gezicht zonder bedenken te lezen. Want het zaad, zo staat geschreven, daarvan viel een deel op de stenen en bleef onvruchtbaar, andere zaden werden door de vogels opgegeten. Maar een groot deel van het zaad viel in goede aarde en bracht later rijke oogst op. Deze manier van schijnbaar achteloos zaaien op de akker (God`s akker), betekent in werkelijkheid een groot vertrouwen voor het dagelijkse leven. De boer immers, strooit de korreltjes, die van de laatste oogst zijn overgebleven, op het veld en kan nu niets meer doen als wachten op de oogst, die, met God`s hulp, komt. Zou het ook dit jaar weer duizendmaal zo rijk worden als ingezaaid? Ja! Ook met behulp van de zon, natuurlijk. Zo kunnen wij allen de stralen van de zon als een geschenk van God aanvaarden: op elk oogstfeest, wanneer de kinderen de gaven binnenbrengen, komt dat o.a. ook door de warmte van de zon. Want de zonnenwarmte helpt ons niet alleen om het brood uit de aarde te trekken, maar geeft ons tevens een deel van de energie welke wij voor ons dagelijks leven benodigen. Zij is vol van overvloed, produceerd geen kooldioxide en laat geen atoomafval achter. De oeroude gedaante van de zaaiende boer herinnert ons aan het vertrouwen in het leven. De Hemel en de aarde geven ons beide het dagelijks brood, laten wij dit niet als „vanzelfsprekend“ aannemen, maar God daarvoor danken. Edward Remeyn |
Kerkdiensten in de ma anden juni en juli 2011 _BALJE Scheune Balje, 14.00 uur 19.06. ds. Rens Dijkman-Kuhn _BELLIN Agrarzentrum Bellin, 10.30 uur geen diensten in juni en juli _BERLIJN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Hugenottenkirche, Joachim-Friedrich-Straße 4, Berlin-Halensee (Charlottenburg) 19.06. drs. Hanneke Allewijn 17.07. ds. Tim van de Griend _DÜSSELDORF 3e zondag van de maand, 10.30 uur, PaulGerhardt-Haus, Heerdter Landstraße 30 19.06. ds. Pieter Roggeband en Pfarrerin Monika Kindsgrab; Buitendag 17.07. ds. Pieter Roggeband; 17.30 uur ! _DUISBURG-RUHRORT (NKadR) iedere zondag, 10.30 uur, Rheinallee 14 05.06. ds. Pieter Roggeband 12.06. ds. G. v. Zeben; Doop 19.06. dhr. T. Aukes 26.06. dhr. C. Verburg 03.07. dhr. P. Riegelmeyer 10.07. ds. Ligtenberg 17.07. ds. G. van Zeben 24.07. ds. G.van Zeben 31.07. dhr. Tim Aukes _FRANKFURT 1e zondag van de maand, 11.15 uur, Ev.reform. Kirche, Freiherr-vom-Stein-Straße 8 (bovenzaal) 05.06. ds. Tim van de Griend 03.07. ds. Tim van de Griend _HAMBURG 11.00 uur, kapel Winterhuderweg 26.06. ds. Rens Dijkman-Kuhn _KARLSRUHE 2e zondag van de even maand, 16.00 uur Simeonkapelle, Insterburger Straße 13 12.06. ds. Tim van de Griend; met Avondmaal _KEULEN/BONN 10.15 uur, Auferstehungskirche (Gemeindehaus), Auferstehungskirchweg 7, Köln-Sürth 26.06. dr. Lothar Weiß 31.07. ds. Pieter Roggeband; Buitendag
_MANNHEIM iedere zondag, 11.00 uur, Hafenkirche, Kirchenstraße 15 05.06. ds. T. Koelewijn 12.06. ds. L.Rasser 19.06. ds. P.F. Boomsma 26.06. ds. L. Krüger 03.07. ds. J. de Bruijn 10.07. ds. G. van Zeben 17.07. ds. M.H. Baan 24.07. ds. H. v.d Ham 31.07. ds. T. Koelewijn _MÜNCHEN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Ev.-reform. Kirche, Reisingerstraße 11 19.06. ds. Tim van de Griend; met Avondmaal 17.07. dhr. Jan Visser _MÜNSTER 2e zondag van de maand, 10.30 uur, Johannes-Kapelle, Bergstraße 36, Münster 12.06. ds. Pieter Roggeband; Pinksteren 10.07. ds. Pieter Roggeband _SCHWEI St.-Sekundus-Kirche Schwei, 10.30 uur 10.07. ds. Rens Dijkman-Kuhn _STUTTGART 2e en 4e zondag van de maand, 11.15 uur, Alte Ev. Kirche, Amstetter Straße 5, Stuttgart-Hedelfingen 12.06. ds. Tim van de Griend; doopdienst 26.06. dr. Peter van der Veen 10.07. ds. Tim van de Griend; met Avondmaal 24.07. N.N. SAUERLAND _MEDEBACH 11.30 uur, Ev. Kirche, Hauptstraße 24.07. ds. Wiekeraad 31.07. ds. Wiekeraad 07.08. ds. Wiekeraad 14.08. ds. Wiekeraad _HALLENBERG 19.30 uur, Ev. Gemeindezentrum, Heiligenhausstraße 03.07. ds. Wiekeraad 10.07. ds. Wiekeraad 17.07. ds. Wiekeraad 24.07. ds. Wiekeraad 31.07. ds. Wiekeraad 07.08. ds. Wiekeraad 14.08. ds. Wiekeraad 21.08. ds. Wiekeraad 28.08. ds. Wiekeraad
NEDERLANDSE KERK IN DUITSLAND www.nkid.kerknet.de Predikanten_ Noord: ds. Rens Dijkman-Kuhn Ebert-Allee 5, 22607 Hamburg Tel./Fax 040.65681329 Handy 0176.26020233 E-mail:
[email protected] Oost: Pastorale Werker: drs. Hanneke Allewijn Schererstraße 12, 13347 Berlin Tel. 030.21983327, Handy 0151.21648129 E-mail:
[email protected] West: ds. Pieter Roggeband Bandstraße 21, 45359 Essen Tel. 0201.52 39136 E-mail:
[email protected] Zuid: ds. Tim van de Griend Baseler Platz 1, 60329 Frankfurt am Main Tel. 0151.41639646 E-mail:
[email protected] Voorzitter_ ds. Pieter Roggeband Scriba_ Netty van Rijssen Voorzitter Verein_ Suzanne Oonk-Reilink Penningmeester/Boekhouder_ Pieter Schoon Bankrekeningen_ Bank für Kirche und Diakonie Duisburg Ktnr. 101 202 0011 · BLZ 35060190 BIC: GENODED 1 DKD IBAN: DE65 3506 0190 1012 0200 11 t.n.v. Nederlandse Kerk in Duitsland Kerkelijk Bureau_
COLOFON_ Schakel-Kontakt 37e jaargang · nr. 3 · juni 2011 Uitgever: Kerkenraad van de Nederlandse Kerk in Duitsland · Redactie: Marjolein Kranse, Dr. Albert de Lange, Edward Remeyn, Pieter Roggeband (v.i.S.d.P.) Kerkelijk Bureau, Mevr. Janie de Boer, Dekan-Hofheinz-Str. 26, 76229 Karlsruhe Tel. en Fax 0721.460517 Fotos: p.15: GFreihalter CC-SA-3.0; p.16: Wolfgang Sauber GFDL Realisering: DIGNUS n DE
Janie de Boer E-mail:
[email protected] Kerkelijk Centrum_ Rheinallee 14, 47119 Duisburg
Schakel-Kontakt 37e jaargang nr. 4 · augustus 2011 _www.nkid.kerknet.de
Geachte lezer
22
Column: Vrouwen in de bijbel
22
Meditatie: Mozes bezingt Gods grootheid
24
Fundraising
25
Dringend gezocht
25
Uit de kerk
25
Kerkdiensten
26
Adressen
26
Colofon
26
Vrouwen in de bijbel
O r g a a n va n d e N e derlandse Kerk in Duit sland
_ Maria Magdalena
22
column
Ge achte lezer
Graag willen we u bij deze informeren over het volgende. Wij hebben de afgelopen tijd regelmatig een beroep gedaan op uw goedgeefsheid omdat de financiele situatie van onze kerk niet rooskleurig is. Ook in de toekomst zullen we u daar mee lastig blijven vallen. Op dit ogenblik staan we er weliswaar nog redelijk goed voor, maar we moeten er rekening mee houden dat de EKD in de nabije toekomst onze subsidie zal korten. Wij begrijpen echter dat uw budget niet onbeperkt is, en zoeken daarom naar mogelijkheden de kosten te drukken. Dat is niet eenvoudig. Een grote kostenpost waar eventueel wel iets op te beknibbelen valt, is in onze ogen het blad Schakel-Kontakt. Veel geld gaat zitten in de portokosten. Daar doen we op zicn niets aan, tenzij we het blad alleen nog maar digitaal zouden verzenden. Wij vinden dat echter geen optie en overwegen daarom het aantal uitgaven (nu nog zes per jaar) te reduceren en vanaf december 2011 jaarlijks vier uitgaves uit te brengen. Daarmee wordt Schakel dus een kwartaalblad. Wij gaan er vanuit dat u de noodzaak van deze operatie zult inzien en ermee kun leven dat het blad iets minder vaak op de mat of in de brievenbus ligt. In dat verband willen we u meteen informeren over het feit dat zowel onze website alsook Schakel-Kontakt, inclusief ons logo in een nieuw fris jasje zullen worden gestoken. Het geld daarvoor wordt door een, voor ons anonieme gever, uit de wijk Oost ter beschikking gesteld. Met dit nummer wensen wij u veel leesplezier. Hopelijk steekt u er bovendien nog wat van op. Een goede voortzetting van de zomer en een onspannende vakantie gewenst. Namens de redactie, Pieter Roggeband |
Vrouwen in de bijbel Schrijft de bijbel over vrouwen? Een interessante vraag. Omstreden ook. In de afgelopen decennia heeft zij de gemoederen vaak in beroering gebracht. En tot vandaag de dag zorgt de bezinning op de vrouw in de bijbel voor polarisatie ...
Is de bijbel een vrouw-onvriendelijk boek? Wij vinden in de bijbel voorstellingen over de vrouw, die voor de moderne mens, en in het bijzonder voor de moderne vrouw, toch wel zeer vrouw-onvriendelijk klinken.Volgens het (tweede) scheppingsbericht in Genesis 2 wordt de vrouw uit de rib van de man geschapen. Daarmee wordt zij als schepsel neergezet, dat in zekere zin tweederangs en de man onderdanig is. Vervolgens is zij het, die naar Genesis 3 de hoofdverantwoording voor de zondeval draagt. Deze kwalijke rol, maar ook haar ondergeschikte positie wordt in andere OT-ische teksten bevestigd. Een aantal NT-ische brieven (1 Kor.11 en Ef. 5) beschouwt de ondergeschikte rol van de vrouw als de door God gewilde orde. Zo moeten de vrouwen in de gemeente zwijgen (1 Kor. 14, 1 Tim. 2). Naast deze duidelijke woorden komen er in de bijbel ook passages voor die aan het bestaan van de vrouwen gewoonweg voorbijgaan. Het laatste gebod van de tien geboden is enkel aan mannen geadresseerd. De vrouwen daarentegen worden benoemd en opgesomd als onderdeel van het bezit van de man. (Ex. 20,17 en Dt. 5,21). Deze bezitsverhouding speelt schijnbaar ook op sexueel gebied een rol (o.a. Gen. 19). Er zijn stemmen, die beweren, dat de bijbel vrouwen tot onreine, rechteloze en aan de
Tamar en Judas (Genesis 38)
mannen onderdanige wezens degradeert. Dat de bijbel ten diepste vrouw-onvriendelijk is. Is dat waar? Is de bijbel in haar intentie een vrouw-onvriendelijk boek?
Patriarchale maatschappij Wanneer wij deze vraag willen beantwoorden, dan moeten wij in de eerste plaats bedenken, dat de bijbel in een volstrekt patriarchale cultuur ontstaan is. Heel het maatschappelijk leven van Israël en de aangrenzende landen werd door mannen bepaald. Zij waren het, die de leidinggevende functies vervulden. In de huishouding en bij de opvoeding hadden vrouwen een zekere zelfstandigheid, maar zij waren en bleven een leven lang afhankelijk van de beslissingen van hun vader, man en zonen. Dat gold ook voor het religieuze leven. In de tempel, de synagoge en in de vroege kerk hadden de mannen het voor het zeggen. Het is geen wonder, dat deze patriarchale structuren uit de tijd van het onstaan van de bijbel hun weerspiegeling in de bijbelse verhalen en voorstellingen van vrouwen gevonden hebben. De vraag luidt echter, hoeveel gewicht deze mogen hebben. De theologe Claire Powell * wijst er op, dat het tijdgebonden, cultureel gedachtengoed in de uitleg geen bijzonder gewicht verdient,
Deborah (Richteren 5)
column
omdat de bijbel dit niet uitdrukkelijk verkondigt en proclameert. In de omgang met de bijbel moeten wij ons dan ook steeds afvragen, welke uitspraken algemene geldigheid bezitten en welke betrekking hebben op de culturele situatie van de bijbelse tijd.
Vrouw-onvriendelijke uitleg en omgang met de bijbel Wanneer bijbelteksten ongedifferentieerd uitgelegd worden, d.w.z. uit hun cultureel tijdsverband getrokken worden, dan kan de bijbel inderdaad tot een instrument van vrouw-onvriendelijkheid worden, aldus dr. Gerlinde Baumann **. Dit is in het verleden dan ook zeer zeker gebeurd. Maar ook de huidige omgang met de bijbel kan volgens Baumann vrouw-onvriendelijk zijn. Zij wijst erop, dat vrouwenverhalen in de bijbel sterk ondervertegenwoordigd zijn. Dit heeft te maken met de bovengenoemde patriarchale setting van het ontstaan van de bijbel. Wanneer evenwel in het huidige keuzepatroon van preekteksten deze dan ook nog nauwelijks voorkomen, wordt de genoemde ondervertegenwoordiging niet gecorrigeerd, maar juist versterkt. De uitleg van en omgang met de bijbel kunnen dus vrouw-onvriendelijke tendenzen met zich mee brengen. Maar dat betekent niet, zo Baumann, dat de bijbel per se, naar haar boodschap, vrouw-onvriendelijk is.
Vrouw-vriendelijkheid in de bijbel Het is de feministische theologie, die op heel eigen wijze laat zien, dat de bijbel met
het oog op de vrouw ook heel anders begrepen kan worden, aldus dr. Gerlinde Baumann. In de eerste plaats is het de verdienste van de feministische theologie, de bijbelteksten over de vrouw van een eenzijdige, kwalijke uitleg te scheiden. Zo hoeft Eva in Genesis 3 bijv. niet meer als het kwaad in persona beschouwd te worden, maar kan zij vooral ook als zelfbewuste vrouw begrepen worden, die i.t.t. Adam een theologisch, ethisch gesprek met de slang aandurft. In de tweede plaats verstaat het de feministische theologie, uitlegkundige vanzelfsprekendheden uit de weg te ruimen. Zo opent zij ons de ogen voor het inclusieve taalgebruik in de bijbel. Wanneer deze bijv. woordelijk over ‚al het manlijke onder de zonen van Aaron‘ (Lev. 6,11) spreekt, dan sluit het begrip ‚zonen‘ blijkbaar ook vrouwen in. Het spreekt vanzelf, dat een dergelijk inclusief taalgebruik consequenties heeft. Want dan zou de priesterstand, die aangeduid wordt met ‚zonen van Aaron‘, ook uit vrouwen kunnen bestaan! In de ‚Bibel in gerechter Sprache‘ is men er ten zeerste op bedacht, juist ook aan dat verstrekkende inclusieve taalgebruik met het oog op de vrouw recht te doen. In de derde plaats brengt de feministische theologie juist ook die bijbelse vrouwen onder de aandacht, die vrijwel onbekend zijn en een onverwacht verrassend positief beeld van de vrouw vertonen. Zij zoekt en vindt in de bijbel vrouwen, die als geen ander (man!) moed en kracht
23
vertonen en zo tot huidige identificatiefiguren voor vrouwen kunnen worden. Daarbij is bijv. te denken aan Jael (Ri 4 en 5), Abigail (1 Sam. 25) of Chulda (2. Kon. 22). Ook wijst zij op de typisch vrouwelijke attributen, die in de bijbel aan God toegeschreven worden, zoals bron, zon of moeder (Jesaja).
Mannen en vrouwen gelijkwaardig Dat de bijbel niet per se vrouw-onvriendelijk is, maar integendeel juist ook vrouw-vriendelijke tendenzen heeft, wordt overduidelijk in het optreden van Jezus. Hij was het, die als geen ander met de tijdgebonden, culturele normen in de omgang met vrouwen brak, door hen als theologische gesprekspartners serieus te nemen, hen in hun positie te sterken en de ritueel ‚onreine‘ vrouwen aan te raken. Als geen ander maakte hij het (eerste) scheppingsverhaal in Genesis 1 waar. God schiep de mens als zijn evenbeeld, mannelijk en vrouwelijk schiep hij hen. (26). Man en vrouw zonder onderscheid als Gods evenbeeld. Gelijkwaardig. Evenveel waard. Van deze, uiteindelijk diepste bijbelse waarheid, getuigt Paulus dan ook in zijn brief aan de Galaten (3,28), wanneer hij schrijft : Er zijn geen Joden en Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus. Rens Dijkman-Kuhn | * Claire Powell, uit: ‚Die Bibel mit den Augen einer Frau gesehen‘, ‚Das große Handbuch zur Bibel‘ ** Gerlinde Baumann, uit: ‚Die Bibel – Wissen was stimmt‘, Was die patriarchale Entstehungszeit der Bibel für Frauen heute bedeutet.
_ Rebekka (Genesis 24)
_ Martha (Lucas 10 / Johannes 11) _ Eva (Genesis 2-5) _ Esther (Boek Esther)
24
meditatie
Mozes bezingt Gods grootheid “Als een arend die zijn broedsel opwekt, over zijn jongen zweeft, zijn wieken uitspreidt, er een opneemt en draagt op zijn vlerken, zo heeft de Here hem geleid, en geen vreemde God stond hem terzijde.” Op deze manier bezingt Mozes de grootheid van God. (Deut 32:11-12)
ls God ons nabij is, zijn er momenten van overgave, gelatenA heid, en vrede in het geloof. Het is alsof je hart vervuld, alsof je drinkt uit de bron des levens en je dorst gelest wordt. Misschien ervaart u dat ook zo. Maar geloven in God kan ook spanningen met zich mee brengen, strijd, moeite onzekerheid. Deze ervaringen moeten zeker niet als een achteruitgang of een tekort in het geloof worden gezien, integendeel, ze zijn er soms rechtstreeks een voortvloeisel uit. We zijn niet altijd tevreden met ons lot, en we kunnen onszelf bevelen onze zielenroerselen aan God te geven, ons gedragen te weten in moeilijk tijden, maar dan nog ... we ervaren het soms zo anders. Soms helpt een goed gesprek meer dan: “Rust mijn ziel, uw God is koning.” Ons geloof wordt wel eens op de proef gesteld. Geloven is dynamisch. En de geweldige zang van Mozes waarmee het boek Deuteronomium eindigt, roept de hemel en aarde op tot luisteren. Mozes bezingt Gods grootheid niet zozeer uit, maar met behulp van de natuur. De beeldspraak die Mozes gebruikt is ontleend aan de natuur, en met deze beeldspraak wordt Gods handelen met zijn volk beschreven. Gods beschikking, bewaring en zorg zijn omgang met zijn volk en hun reactie daarop. God is als rots, de volhardende God, een sterke God die storm en wind trotseert. Een God die trouw is, zonder onrecht. Zijn wegen zijn recht, zijn werk is volkomen en er bestaat geen teleurstelling, omdat alles bij hem mogelijk is. En een ander van die ontleende beelden is de adelaar. God als een arend. Mozes heeft goed gekeken,
want nauwkeurig vertelt hij over het nest dat hij heeft gebouwd hoog op de rots, aan de rand van een diepe afgrond. De eieren zijn gebroed, de jongen groeien flink en ze beginnen elkaar te verdringen. De oude vogels kunnen niet meer genoeg voedsel aanslepen. En dat is het moment dat de jongen uit huis gaan. Misschien doet u dat denken aan het moment waarop u het ouderlijk huis verliet. Zelf leren vliegen. Maar op het randje van hun nest aarzelen ze of ze wel in staat zijn het nest op eigen kracht te verlaten. Maar zoals u weet, komt er een moment dat je niet meer kan aarzelen, dat je een beslissing moet nemen.
de vogels dreigt neer te storten, dan schiet de arend sneller dan de vogel de diepte in, tot hij onder het jong is gekomen, het op de uitgespreide vleugels opvangt, en het weer omhoog in het nest draagt, waar het rusten kan. Zo deed en doet God met de zijnen. In zijn omgang met de mensen is hij raadselachtig. Hij laat de mensen niet in de geborgenheid van het veilige nest, maar stoot hen het leven in. Het leven is gevaarlijk, en als je echt leeft loop je ook grote risico’s, maar we moeten op onze eigen vleugels vertrouwen. Het leven is verantwoordelijkheid nemen van taak tot taak. Zo moeten we leren leven in het geloof, dat God daar waakzaam bij is. En God wil dat we dit moment van onrust leren aanvaarden.
Opdat we blijven geloven dat er geen mislukken bestaat dat niet resulteert in een nieuw begin, geen donkerheid waar het licht niet op geschenen kan worden, geen vertwijfeling die niet in vertrouwen omgezet kan worden, geen verstarring die niet die niet in nieuwe levendigheid kan uitbreken. Er is geen wanhoop die niet in hoop omgezet kan worden. Er bestaat geen doemdenken, die niet in een positieve instelling veranderd kan worden. Er is geen eenzaamheid die niet kan veranderen in een leven met je zelf, met anderen en met God. En dan doet de oude arend iets wonderlijks: met een scherpe pikken gaat hij de jongen opjagen. Hij stoot ze zelf over Lof zij de Heer, Hij omringt met zijn liefde uw leven; de rand, één voor één. Ze vallen of zweven angstig, fladderen snel, krampachtig Heeft u in ’t licht als op adelaarsvleulen geheven. met ongecontroleerde bewegingen van de vleugels in de hoop dat de lucht hen Hij die u leidt, draagt. Je kunt nog niet spreken van een Zodat uw hart zich verblijdt, vlucht, het is meer een vallen. Maar de Hij heeft zijn woord u gegeven. arend is er bij. Hij blijft in de omgeving (gez. 434:2) Hanneke Allewijn | zweven en als een van de jonge vermoei-
uit de kerk
Fundr aising
I
k wend mij aan u met een stukje over financiën. Weinigen onder u kennen mij, daarom is een korte voorstelling wellicht op zijn plaats. Ik ben Suzanne Oonk-Reilink, 35 jaar oud, getrouwd en heb een zoon van acht jaar. Met mijn gezin woon ik met vele andere Nederlanders in de grensstreek, in Rhauderfehn. Dat ligt tussen Leer en Papenburg in Niedersachsen. Werkzaam ben ik als financieel adviseur. In deze schakel wil ik een ander onderwerp aanspreken, dat bij het thema financiën aansluit, namelijk fundraising. Hierover heeft het bestuur van de vereniging, de algemene kerkenraad en het college van kerkrentmeesters onlangs een voordracht gehoord. Wat denkt u bij het woord: Fundraising? Misschien aan geldwerving? Dat is ten dele juist. Het is echter meer dan dat. Fundraising is geldwerving dat strategisch voor een lange periode gepland is. Daarbij hoort mensen te informeren en op de hoogte te houden; een langdurig proces dus. In deze bijeenkomst hebben we voor elke kern een analyse gemaakt. We hebben de sterke en zwakke kanten bekeken en de kansen en risico’s voor de toekomst op een rijtje gezet. Hierbij is duidelijk geworden dat er tussen de verschillende kernen in Duitsland grote ver-
schillen kunnen bestaan. Met name tussen kernen in een grote stad en kernen op het platteland. Bij fundraising kun je denken aan verschillende mogelijkheden, zoals mailings, kollekten, (online)nieuwsbrief, oprichten van Förderverein of een stichting, erfenissen. Ook giften in produktvorm vallen hieronder. Daaronder kunt u zich voorstellen het herstellen van een kerktoren. De plaatselijke aannemer stelt twee werknemers beschikbaar en levert het materiaal. De werknemers coachen een groep vrijwilligers die dan de kerktoren herstellen. Dat voorbeeld past weliswaar niet helemaal bij onze praktijk, omdat wij niet over eigen kerkgebouwen beschikken, maar geeft wellicht aan in welke richting we zouden kunnen denken. Wij moeten als kerkgemeenschap de moed hebben om nieuwe wegen in te slaan. Hiervoor zijn nodig: enthousiasme, moed, nieuwsgierigheid, kennis van Fundraising, medestrijders en ‘last but not least’ het vertrouwen in God! Beste mensen, ik hoop het thema iets te hebben kunnen verduidelijken. Mocht u ideeën of vragen hebben, spreek uw kernraadsleden aan. Suzanne Oonk-Reilink, voorzitster Verein zur Förderung der NKID |
dringend gezocht
A
angezien de huidige beheerster van ons kerkelijk bureau, mevrouw Janie de Boer, heeft aangekondigd er in november (dit jaar!) definitief mee te stoppen, zoeken wij min of meer per direkt een man of vrouw die per 1 december 2011 haar taken zou kunnen en willen overnemen. Op zich valt het takenpakket te overzien: 1. adressen Schakel-Kontakt nauwkeurig bijhouden en op tijd naar de uitgeverij sturen 2. adreswijzgingen doorgeven naar predikanten 3. Patenbriefe en Taufscheine maken en versturen. 4. informatie verstrekken(telefonisch en email) 5. kerkelijke ambtshandelingen zoals doop en belijdenis in een lijst bijhouden 6. het archief verzorgen Tot nog toe heeft mevrouw de Boer echter ook de publicatie van het jaarverslag en de verspreiding van de jaarlijkse geldwervingsbrief plus alles wat daar bij komt kijken, verzorgd. Met deze twee taken is beduidend meer tijd en energie gemoeid. Vandaar dat het ons goed lijkt dit in de toekomst niet meer automatisch het kerkelijk bureau toe te schuiven maar hetzij uit te besteden en ons wat te laat te kosten, of als project aan een werkgroep over te laten. Wie bereid is het kerkelijk bureau te beheren, neemt daarmee dus de bovenstaande 6 opgaven op zich maar verplicht zich niet ook voor het jaarverslag en de ‘bedelbrief’ te zorgen. Het mag natuurlijk wel -graag zelfs- maar het hoeft niet. Het is voor het functioneren van de NKiD heel belangrijk dat we één of meerdere personen vinden die zich van deze taken willen kwijten. Dus zegt u niet te snel dat het niets voor u is. Mocht u zich geroepen voelen de verantwoordelijkheid voor het beheer van het kerkelijk bureau op u te nemen, aarzelt u dan niet maar meldt u zich a.u.b. bij de scriba van de NKiD (adres: zie achterkant Schakel) aan. |
25
A
ctueel nieuws uit de PKN of EKD heb ik deze keer niet kunnen ontdekken. Ik wil niet uitsluiten dat ik zelf iets over het hoofd heb gezien, maar ik vermoed dat de zomer(vakantie) daaraan wel debet zal zijn. Wat mij echter onaangenaam getroffen heeft en zorgen baart zijn recente politieke ontwikkelingen in Nederland. Ik hoop en verwacht dat de kerk (PKN) daar nog op zal reageren. Ik bedoel de vrijspraak van Geert Wilders en het verbod op onverdoofd slachten. Wat het betreft het eerste, dat viel te verwachten. Taktisch gezien was het een domme zet om de PVV op deze wijze zoveel extra publiciteit te verschaffen. Bij monde, of liever gezegd door middel van de pen van de scriba heeft de PKN daarop via de website gereageerd. Niet zo heel gelukkig overigens, vind ik. Hoe je een religie zo hard en grof kunt bekritiseren zonder de aanhangers daarvan te beledigen en te kwetsen is mij in ieder geval een raadsel. Dat als het doorbreken van taboes positief te waarderen, zoals dr Arjan Plaisier in zijn kommentaar deed, lijkt mij erg gewaagd. Anderzijds moet je als gelovige misschien tegen een stootje kunnen en leren om boven bespottingen te staan. Zeker wanneer ze kant nog wal raken. Toch vrees ik dat er hier meer aan de hand is dan dat we er schouderophalend aan voorbij zouden kunnen gaan. Het nieuws van Wilders vrijspraak was nog niet koud of er werd in de tweede kamer een wetsvoorstel ingediend, om het het onverdoofd ritueel slachten te verbieden. Dat behaalde bovendien een brede meerderheid. Op zich is er natuurlijk niets op tegen om het dierenleed in te perken en te verzachten. Maar als dat werkelijk de intentie zou zijn geweest, had men de zogenaamde bioindustrie aangepakt en bijvoorbeeld megastallen verboden. Onder het mom van het edele motief ‘dierenliefde’ wordt echter met dit wetsvoorstel vooral de Islam, en in dit geval ook het (orthodoxe) Jodendom, op de korrel genomen. Tot nog toe heb ik van de kant van de PKN nog niets vernomen in deze kwestie. Althans niet digitaal. Ik hoop dat onze kerk het niet bij dit zwijgen zal laten. Dat zou niet alleen getuigen van een gebrek aan solidariteit, maar eveneens van kortzichtigheid. Wie denkt dat bij deze gerichte aanvallen op de vrijheid van godsdienst de kerk op den duur buiten schot zal blijven, koestert in mijn ogen een illusie. P.R. |
Met nog twee collectes uitstaand is in mei en juni binnengekomen
1661,76 euro.
Kerkdiensten in de ma anden augustus en september 2011 _BALJE Scheune Balje, 14.00 uur 04.09. 10.30 uur Buitendag ds. Rens Dijkman-Kuhn _BELLIN Agrarzentrum Bellin, 10.30 uur 02.09. drs. Hanneke Allewijn _BERLIJN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Hugenottenkirche, Joachim-Friedrich-Straße 4, Berlin-Halensee (Charlottenburg) 21.08. mevr. dr. J. Blokland 18.09. drs. Hanneke Allewijn _DÜSSELDORF 3e zondag van de maand, 10.30 uur, PaulGerhardt-Haus, Heerdter Landstraße 30 augustus geen dienst 18.09. ds P. Roggeband, Pfr J. Jerzembeck-Kuhlmann, Oecumenische dienst _DUISBURG-RUHRORT (NKadR) iedere zondag, 10.30 uur, Rheinallee 14 07.08. ds. P.F. Boomsma 14.08. ds. G van Zeben 21.08. ds. Brezet 28.08. ds. van Zeben 04.09. ds. P. Roggeband 11.09. ds. L. Rasser 18.09. ds. Boiten 25.09. ds. G. van Zeben _FRANKFURT 1e zondag van de maand, 11.15 uur, Ev.reform. Kirche, Freiherr-vom-Stein-Straße 8 (bovenzaal) 04.09. ds. Tim van de Griend 02.10. ds. T.M. van de Griend, Heilig Avondmaal _HAMBURG 11.00 uur, kapel Winterhuderweg 04.09. 10.30 u, Buitendag te Balje ds. Rens Dijkman-Kuhn _KARLSRUHE 2e zondag van de even maand, 16.00 uur Simeonkapelle, Insterburger Straße 13 Geen diensten in augustus en september
_KEULEN/BONN 10.15 uur, Auferstehungskirche (Gemeindehaus), Auferstehungskirchweg 7, Köln-Sürth 25.09. ds. Pieter Roggeband, Heilig Avondmaal _MANNHEIM iedere zondag, 11.00 uur, Hafenkirche, Kirchenstraße 15 07.08. G. van Zeben 14.08. J. de Rooij 21.08. L. Krüger 28.08. T.v.d Griend 04.09. P. Prins 11.09. J. de Bruijn 18.09. L. Krüger 25.09. H. Perfors _MÜNCHEN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Ev.-reform. Kirche, Reisingerstraße 11 21.08. ds. Tim van de Griend 18.09. ds. Tim van de Griend, in de Kapelle van Magnetsried _MÜNSTER 2e zondag van de maand, 10.30 uur, Johannes-Kapelle, Bergstraße 36, Münster 14.08. ds. Wilco van Wakeren 11.09. ds. Pieter Roggeband, Heilig Avondmaal _SCHWEI St.-Sekundus-Kirche Schwei, 10.30 uur 11.09. 10.30 uur, Buitendag bij de famillie Elgersma, Dornumerstr. 46, 26556 Westerholt, ds. Rens Dijkman-Kuhn _STUTTGART 2e en 4e zondag van de maand, 11.15 uur, Alte Ev. Kirche, Amstetter Straße 5, Stuttgart-Hedelfingen 28.08. 17.00 uur, ds. Tim van de Griend 09.09. 10.00 uur, ds. Tim. van de Griend 25.09. 11.15 uur, N.N. SAUERLAND _MEDEBACH 11.30 uur, Ev. Kirche, Hauptstraße 31.07. ds. Wiekeraad 07.08. ds. Wiekeraad 14.08. ds. Wiekeraad _HALLENBERG 19.30 uur, Ev. Gemeindezentrum, Heiligenhausstraße 07.08. ds. Wiekeraad 14.08. ds. Wiekeraad 21.08. ds. Wiekeraad 28.08. ds. Wiekeraad
NEDERLANDSE KERK IN DUITSLAND www.nkid.kerknet.de Predikanten_ Noord: ds. Rens Dijkman-Kuhn Ebert-Allee 5, 22607 Hamburg Tel./Fax 040.65681329 Handy 0176.26020233 E-mail:
[email protected] Oost: Pastorale Werker: drs. Hanneke Allewijn Schererstraße 12, 13347 Berlin Tel. 030.21983327, Handy 0151.21648129 E-mail:
[email protected] West: ds. Pieter Roggeband Bandstraße 21, 45359 Essen Tel. 0201.52 39136 E-mail:
[email protected] Zuid: ds. Tim van de Griend Baseler Platz 1, 60329 Frankfurt am Main Tel. 0151.41639646 E-mail:
[email protected] Voorzitter_ ds. Pieter Roggeband Scriba_ Netty van Rijssen Voorzitter Verein_ Suzanne Oonk-Reilink Penningmeester/Boekhouder_ Pieter Schoon Bankrekeningen_
COLOFON_ Schakel-Kontakt 37e jaargang · nr. 4 · augustus 2011 Uitgever: Kerkenraad van de Nederlandse Kerk in Duitsland · Redactie: Marjolein Kranse, Dr. Albert de Lange, Edward Remeyn, Pieter Roggeband (v.i.S.d.P.) Kerkelijk Bureau, Mevr. Janie de Boer, Dekan-Hofheinz-Str. 26, 76229 Karlsruhe Tel. en Fax 0721.460517 Fotos: zvg.; p25: Sebastiaan ter Burg CC-by-SA-2.0 Realisering: DIGNUS n DE
Bank für Kirche und Diakonie Duisburg Ktnr. 101 202 0011 · BLZ 35060190 BIC: GENODED 1 DKD IBAN: DE65 3506 0190 1012 0200 11 t.n.v. Nederlandse Kerk in Duitsland Kerkelijk Bureau_ Janie de Boer E-mail:
[email protected] Kerkelijk Centrum_ Rheinallee 14, 47119 Duisburg
Schakel-Kontakt O r g a a n va n d e N e derlandse Kerk in Duit sland
37e jaargang nr. 5 · oktober 2011 _www.nkid.kerknet.de
Geachte lezer
28
Column: Tegenwoordigheid van lichaam
28
Meditatie: „Daar zal ook uw hart zijn“
29
Van de Penningmeester Uit de kerk
30 30
Uit de Ebertallee
31
Meditatie: Wat geeft het leven waarde?
31
Kerkdiensten
32
Adressen
32
Colofon
32
„Daar zal ook uw hart zijn“ Oecumene en wat dies meer zij ... Wat geeft het leven waarde?
28
column
Ge achte lezer
H
et nummer dat u nu in handen houdt is de laatste Schakel in deze opmaak. De volgende uitgave zal in een nieuw en, naar wij hopen, iets frisser jasje zijn gestoken. Niet dat het huidige jasje geheel en al versleten is, maar het leek ons aardig zowel de website, het logo en Schakel een iets modernere vorm te geven zodat ook de jongere generatie zich meer aangesproken voelt, zonder daarbij de oude(re) garde, waaronder ondergetekende zichzelf langzamerhand ook begint te rekenen, te verliezen. Wij zijn benieuwd of ons deze spagaat lukt en wat u er van zult vinden. Maar nog is het niet zover. Bij deze bent u echter alvast gewaarschuwd. Wat voor de meesten vermoedelijk ingrijpender zal zijn dan de nieuwe verschijningsvorm, is de regelmaat waarmee ons gemeenteblad vanaf december a.s. zal verschijen. Niet meer zes keer per jaar maar één keer per kwartaal. Hoe je het ook wendt of keert, dat is een vermindering. Wij beseffen dat dit voor sommigen een bittere pil is, maar we kunnen u verzekeren dat wij niet over een nacht ijs zijn gegaan. Het voordeel is een aanzienlijke besparing in de (porto)kosten. Een nadeel dat er mogelijk aan kleeft is dat het blad, wat de berichten uit de kernen betreft, aan actualiteit zal inboeten. Dat laatste vangen we op door de website zodanig te vernieuwen en aan te passen dat de ‘predikanten’ en vrijwilligers uit de kernen gemakkelijk en snel berichtjes en foto’s (en filmpjes) op onze site kunnen plaatsen. Naar het zich laat aanzien zal de homepage van de NKiD in de toekomst belangrijker en vooral actueler worden en, in ieder geval voor diegenen die reeds ‘online’ zijn, de aangekondigde bezuinigingsmaatregel meer dan compenseren. Tot slot mag ik nog met vreugde berichten dat wij op onze advertentie in het vorige nummer van Schakel, waarin wij een nieuwe persoon voor het beheer van het kerkelijk bureau zochten, positieve respons hebben ontvangen, zodat het er nu naar uitziet dat deze functie in november ‘lückenlos’ kan worden herbezet. U allen een goede herfsttijd gewenst. Namens de redactie, Pieter Roggeband |
_ Zo zal het logo er in de nabije toekomst uit gaan zien. Het is ontworpen door Sjoerd Oudman.
Tegenwoordigheid van lichaam In de Remonstrantse Gemeente in de stad Groningen werd tussen 1884 en 1938 geen Avondmaal gevierd. Niet nodig. Wie Jezus was, kun je je ook zonder een stukje brood en een slok wijn herinneren. Wat Jezus wilde zijn, hoef je niet uit te beelden. Je moet het preken en daarna vooral zelf doen. Er moet zich onder de remonstranten in Groningen een stevig onbehagen met het sacrament hebben verbreid, een vorm van afkeer. Ik kan me althans anders niet voorstellen, dat een gemeente zich zo nadrukkelijk verwijdert van toen nog 1850 jaar christelijke traditie.
I
k ben er niet om de remonstranten van Groningen 70 jaar na dato een kerkhistorische les te lezen. Ik las de anekdote in een artikel, en vond haar in de eerste plaats fascinerend. Hoe kan dat, hoe kan de weerstand tegen het Avondmaal in een kerk zo groot worden, dat het simpelweg niet meer wordt gevierd? Het moet iets te maken hebben met het lichamelijke karakter van het Avondmaal. Het is iets, je neemt iets in je, je neemt iets tot je – en dat is welbeschouwd niet gering. Anders dan bij de doop blijft dat ‘iets’ niet buiten: het Avondmaal is intiem. Het plaatst de gelovige in de rol, dat hij of zij iets moet ontvangen, wil hij of zij helemaal onderdeel zijn van de liturgie. Ik vermoed maar dat dat die remonstranten daar in Groningen in de weg heeft gezeten. Remonstranten zijn de christelijke meesters van menselijke autonomie. Christus ontvangen? Nee, ik moet mezelf in verbinding met hem stellen. God overkomt mij niet. Ik stel hem me voor, ik roep gedachten aan hem bij mezelf op. Als ik dat met enig dédain schrijf, is het omdat ik het herken. Graag zie ik het Avondmaal in de geest van de Zwitserse reformator Huldrych Zwingli als een louter herinneringsmaal. Ik herinner me en brood en wijn zijn behulpzaam om mijn gedachten geconcentreerd bij Jezus Christus te houden. Ik doe het. Goed – iets van ontvangst klinkt daarin door. ‘Behulpzaam’ is alvast wat, maar ‘behulpzaam’ is niet hetzelfde als ‘nodig’. Zijn brood en wijn niet nodig om dat te kunnen ontvangen, wat het Avondmaal is? Zijn het niet de fysieke elementen die met Christus verbinden? Die vraag is dynamiet. Over de precieze onderlinge relatie van Christus, brood, wijn en de gelovige wordt theologisch al eeuwen gehakketakt. Dat rooms-katholieken en protestanten niet met elkaar aan één tafel gaan, heeft voor een belangrijk deel met het precieze antwoord op deze vraag te maken. Dat is spijtig – to say the least. Ik wil hier op een grondintuïtie, een basisgevoel wijzen, dat achter de theologische fijnheden schuilgaat. Daaraan werd ik herinnerd op de eerste gespreksavond van dit seizoen, in Stuttgart. Het is het basisgevoel dat de gereformeerde tak van het protestantisme (calvinisten, remonstran_ Remonstrantse kerk van Groningen.
ten en zwinglianen) wat verder staat, maar bij lutheranen en katholieken gemeenschappelijk leeft: het Avondmaal heeft niet voor niets een fysieke vorm. Dat is niet behulpzaam, dat is nodig. Bij het napeinzen over het gesprek over het Avondmaal dacht ik dit: tussen ‘ontvangen’ en ‘lichamelijk’ bestaat een natuurlijke band. Juist een ander lichaam, een ander ding, kun je niet uit jezelf voortbrengen. Het moet je gegeven worden. Gedachten, herinneringen, voorstellingen zijn niet-lichamelijk. Ze zijn geestelijk. Zulke geestelijke dingen kun je wel uit jezelf voortbrengen. Tussen ‘uit mezelf’ en ‘geestelijk’ bestaat zo bezien ook een natuurlijke band. Gaat het in het Avondmaal niet inderdaad om dat wat niet uit jezelf komt, maar ‘van de overzij’, om het andere dat ik moet krijgen, moet ontvangen? Ik kan mijzelf niet dragen. Ik spreek tot mijzelf, maar wellicht ook tegen u. Met brood en wijn Christus ontvangen, brood en wijn als uitdrukking van hem te zien – mijn autonome geest wil er maar moeizaam aan. Die autonome geest wil herinneren, denken, voorstellen. Mijn (en wellicht ook uw) lichaam en ziel zouden bij een meer ontvangende beleving van de Maaltijd van de Heer echter wel eens kunnen welvaren. Tim van de Griend |
29
meditatie
„Daar zal ook uw hart zijn“ Zo luidde het motto van de Kirchentag in Dresden dit jaar, dat ontleend was aan een gedeelte uit de bergrede van Jezus. In hoofdstuk zes, vers 21 in het evangelie volgens Matteüs lezen we: „waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.” Deze woorden roepen de vraag op: „waar is mijn hart?“, en „wat is mijn schat?“
J
ezus suggereert dat het ons geld, bezit en vermogen is waar ons hart het meest aan hangt. Het zou mij echter niet verbazen wanneer dat niet door iedereen beaamd wordt. Ik kan me voorstellen dat velen van ons geneigd zijn, eerder hun gezin of partner en in het bijzonder hun kinderen als hun schat te beschouwen. Geld, bezit en vermogen spelen voor ons waarschijnlijk een minder grote rol. In zoverre zal zich lang niet iedereen direkt aangesproken voelen door de vermaning die Jezus in het vervolg van Mt 6 uitspreekt: „je kunt niet God en de mammon dienen“. Maatschappelijk gesproken valt het weliswaar niet te ontkennen dat we ons met z’n allen in de greep van de mammon bevinden. De financiële crisis en het speculeren op het falliet van een aantal Europese landen en de val van de Euro, openbaren hoezeer onze wereld onder het juk van de mammon zucht. Zodra wij echter persoonlijk op die ‘verslaving’ worden aangesproken zijn we geneigd het te ontkennen en naar anderen te wijzen. De mammonverslaafden dat zijn de banken en de bankiers. Daar horen wij niet bij. Zonder nu de suggestie willen te wekken dat we allemaal in dezelfde mate schuldig zouden zijn aan de financiële crisis, valt het te betwijfelen dat de mammon op ons in het geheel geen vat zou hebben. Het feit dat we dat het anders zien en ervaren ligt misschien daaraan dat de meesten van ons in voldoende mate over geld beschikken. In dat geval is geld een handig gebruiksvoorwerp. Zonder kunnen we niet. Maar dat betekent nog niet dat we er verslaafd aan zijn. Zit je daarentegen krap, speelt de mammon als vanzelf een grotere rol. Wie elke cent drie keer om moet draaien voor hij hem uit kan geven, wie bij wijze van spreken vandaag nog niet weet waar hij morgen van moet leven, diens bestaan wordt grotendeels door de mammon geregeerd. Of hij wil of niet. Aangezien de meesten van ons het echter redelijk goed hebben, verkeren we in de luxe positie de mammon te kunnen negeren. Daarom is het niet vreemd wanneer wij oprecht de mening zijn toegedaan de mammon niet te dienen. Toch is het maar zeer de vraag of deze indruk ook klopt. Het zou weleens kunnen zijn dat je al slaaf van de mammon bent voordat dat je je daarvan bewust wordt. Uit de tekst in Matteüs 6 valt op maken dat het heel onschuldig en heel natuurlijk begint. Jezus herkent het begin reeds in de zorgen die we ons maken en de voorzorg die we daarom treffen.
Die vasstelling roept vermoedelijk irritatie op. Geen mens ontkomt immers aan de zorg voor morgen. En welk weldenkend mens zal niet zijn of haar voorzorgsmaatregelen treffen? Zijn we slecht wanneer we ons zorgen maken en verkeerd bezig als we vóórzorgen? Nu schuilt er wel degelijk kritiek in Jezus woorden. Niet voor niets noemt hij ons in bovengenoemde gedeelte uit de bergrede kleingelovigen. Die kritiek is evenwel niet datgene waar het hem op aankomt. Jezus wil ons niet ontmaskeren als mensen die nergens toe deugen. Het is niet zijn bedoeling ons met ons onvermogen te confronteren. Veeleer is het zijn opzet ons ervoor te bewaren verslaafd aan de mammon raken en ons uit deze knechtschap te bevrijden. Daarom roept hij ons ertoe op ons geen zorgen te maken en evenmin, door het vergaren van bezit, sparen van geld, opbouwen van vermogen, voor te zorgen. „Wehret den Anfängen“. Dat beluister ik in Jezus vermaningen. Aan het begin mag de ach zo begrijpelijke zorg en het o zo legitieme voorzorgen staan. Maar voor je het weet nemen de zorgen voor morgen en het treffen van voorzorgsmaatregelen voor de toekomst je geheel en al in beslag. Dan staat het zorgen niet meer ten dienste van het overleven, maar zijn we aan ons zorgen en voorzorgen, in de gestalte van: geld, bezit, eigendom, vermogen, kapitaal, overgeleverd. Dat valt te voorkomen wanneer we ons hart richten op waar het volgens Jezus op aan komt, op Gods komend koninkrijk. Hoewel dat makkelijker gezegd is dan gedaan, klinkt deze aansporing uit Jezus’ mond niet goedkoop maar volstrekt geloofwaardig. Zo leeft hij immers zelf. Geheel en al gericht op de komst van Gods heerschappij op aarde, levend van wat hem hier endaar wordt toegestopt. Met zijn radicale woorden en zijn evenzo radicale manier van leven, voert Jezus ons voor ogen
wat centraal behoort te staan in ons leven. De neiging is groot om de eigen bestaanszekerheid bovenaan te stellen en de belofte van de komst van een rechtvaardige wereld onder Gods heerschappij daaraan ondergeschikt te maken. Die volgorde moeten we om zien te keren. Niet alleen om God daarmee de eer te geven die Hem toekomt maar ook en vooral omdat wij daar zelf bij gebaat zijn. Beginnen we bij de zorg om en voor onszelf, komen we aan Gods Koninkrijk niet of nauwelijks meer toe. Op de een of andere manier lijkt er nooit een eind te komen aan de zorgen voor morgen en het voorzorgen voor de toekomst. Zelfs al hebben we een levensstandaard bereikt waar anderen slechts van kunnen dromen, verlaten de zorgen ons niet. In plaats van de zorg om het naakte bestaan treedt dan de zorg onze levensstandaard te verliezen, in armoede te vervallen, niet meer autonoom, zelfstandig, het luxe leven te kunnen leiden dat we gewend zijn. Onze zorgen binden ons aan de mammon. Als gevolg daarvan komen we niet tot onszelf. Want dat doel bereiken we pas dan, hoe eigenaardig dat ook mag klinken, wanneer we ons ten dienste stellen van God, van zijn gerechtigheid van zijn komende heerschappij. Als we ons met heel ons hart daar op richten komt al het andere eveneens goed. Wat niet wil zeggen dat het geloof ons van ongeluk en ongeval vrij zou waren. Op zich zijn onze zorgen best begrijpelijk. Stellen we Gods heerschappij over de aarde en de gerechtigheid die daarbij hoort centraal in ons doen en laten, zullen die zorgen echter aan dringendheid, scherpte en gewicht verliezen. Niet van vandaag op morgen, maar gaandeweg. Laten we ons daarom richten op Gods komende heerschappij. Met andere woorden, onze schatten in de hemel zoeken waar vandaan die toekomst mag worden verwacht. Dan zal ons hart in de hemel, bij God zijn en worden we vrij. Vrij van de zorg voor morgen. Vrij van de mammon die ons slechts tot slaven maakt. PR |
30
Van de penningmeester
Een plekje in het hart
I
n juli hebben wij opnieuw onze Spendenactie gestart. U heeft van mij in de maand juli een brief ontvangen met het verzoek de Nederlandse Kerk een gift te doen toekomen. Het resultaat is verheugend. Er is in de laatste week van juli en de hele maand augustus een bedrag van ruim 12.000 euro binnengekomen, waarbij het gemiddelde van de voorgaande maanden van 2011 iets boven 2.000 euro lag. Namens de NKiD wil ik van deze plaats alle gevers en geefsters heel hartelijk danken voor hun weldadige giften. Het was hartverwarmend om te ervaren dat de Nederlandse Kerk in Duitsland een plekje in het hart van velen ingenomen heeft. Toch is er niet enkel vreugde. Op het moment dat ik dit schrijf is het 1 september en ik heb juist de laatste bijschrijvingen t/m 31 augustus ingeboekt. Ik moet helaas constateren dat de giften toch wat achterblijven bij die van vorig jaar. We zijn er dus nog niet. Ik weet: er is veel nood in de wereld. De beelden uit Oost Afrika zijn hartverscheurend en spreken voor zich. Ik kan mij goed voorstellen dat er mensen zijn die, als er dan prioriteiten gesteld moeten worden, de Nederlandse Kerk niet de eerste prioriteit geven. Dit
is volledig legitiem. Wij allen, en dat geldt juist in deze tijd, kunnen ons geld slechts een keer uitgeven en ik zal nooit zeggen dat de Kerk het enige doel moet zijn. Ik vraag u alleen, mocht u om welke reden dan ook de goedheid van uw hart willen laten spreken, daarbij de Nederlandse Kerk niet te vergeten. Nogmaals hartelijk dank en Gods zegen toegewenst Pieter Schoon, penningmeester
|
uit de kerk
E
en blik in ‘Trouw’, of liever gezegd op de website van deze krant en vervolgens op de site van de PKN leverde twee aardige berichtjes op, die weliswaar heel verschillend van aard waren, maar in feite toch dezelfde achtergrond hadden: de teloorgang van de PKN als volkskerk. Het berichtje op de homepage van de PKN was een ‘commentaar bij de tijd’ van de scriba dr. Arjan Plaisier van 5 september jl., en betrof de sluiting en herbesteming van kergebouwen in Nederland. Ik citeer hem in het onderstaande met een paar weglatingen. _ Grote Markt, Den Haag
Binnen 10 jaar zal een kwart van de kerken worden gesloten, zo wordt verwacht. Ze worden afgebroken of krijgen een andere bestemming. Een stuk geschiedenis wordt afgesloten. Een plaats van godsverering, waar is gedoopt, getrouwd, gerouwd, gebeden, gezongen en gepreekt, houdt op te bestaan. Niet alles is even dramatisch. Er zijn teveel kerken gebouwd. Kerkscheuringen brachten een hausse aan kerkbouw voort; we hebben dit recentelijk nog weer gezien. Als dan twee gemeenten – gelukkig - bij elkaar komen, kan één kerkgebouw afgestoten worden. Dat laat onverlet dat met elke kerksluiting verdriet gepaard gaat. Ooit droegen mensen hun steentje bij en zo verrees een kerk. Met veel geloof gebouwd, plechtig geopend, met vreugde gebruikt. Dat is voorbij. Dat gaat gepaard met een gevoel van ontheemding. Het beschermende dak boven het hoofd verdwijnt, de koesterende muren zijn verdwenen, de ziel is voor even naakt. Intussen is er een dringende opdracht. Kerken kunnen musea worden, ook als ze nog open zijn. Het is de Geest die levend maakt. Om de Geest moeten we bidden. Om ons te vervullen met geloof, hoop en liefde. Om ons in te wijden in het leven met de opgestane Heer. Om de woorden van de Schrift in ons te laten worden als woorden van geest en leven. Om ons toe te rusten volgelingen van Jezus te zijn. Het ergste is dat, voordat het kerkgebouw wordt verlaten, de ziel al is gestorven. Dat verhoede God. Volgens Trouw reageerde diezelfde dr Plaisier, eveneens in zijn functie als scriba van de PKN zeer verbolgen op de aantijgingen van een zekere Albert Mohler, een vermaard baptistische predikant in Amerika, die Nederland onlangs een experiment voor de sloop van het Christendom noemde. Arjan Plaisier ziet dat als een goedkope banvloek van iemand die vanuit de verte slechts in staat is zwart-wit te zien. Hoe-wel ik deze repliek op zijn plaats acht, kreeg ik de indruk dat deze invloedrijke theoloog niet helemaal ongelijk heeft, wanneer hij beweert dat de kerndoctrines van het christendom op een zijspoor dreigen te worden gezet. Waarbij ik er voor alle duidelijkheid aan toe zou willen voegen dat het geen zin heeft om domweg te herhalen wat ons eeuwen lang is voorgekauwd maar dat het er op aankomt hedendaagse woorden en begrippen te vinden die datgene wat de kern van de zaak uitmaakt opnieuw tot uitdrukking brengen. P.R. |
meditatie
UIT DE EBERTALLEE
31
Oecumene en wat dies meer zij ...
A
ls Nederlandse Kerk in Duitsland zijn wij rijk aan oecumene. In de eerste plaats is onze kerk zelf alleen al een forum van oecumene, omdat onder het dakverband van de NKiD verschillende Nederlandse kerkelijke gezindten ‚samen op weg‘ zijn, om een oud begrip voor oecumene in Nederland te gebruiken. Maar naast deze vorm van oecumene mogen wij ons ook rijk schatten aan oecumenische contacten met zoveel andere kerken en gemeenten in Duitsland. Deze contacten betreffen de Evangelische Kirche in Deutschland, de verschillende Landeskirchen, de verschillende plaatselijke Duitse gemeenten in onze Kerngemeenten, van welke confessionele couleur dan ook, en ‚last bur not least‘ de verschillende andere buitenlandse kerken in Duitsland. Oecumene komt van het Griekse ‚Oikoumene‘ en betekent woordelijk ‚bewoonde aarde‘. Bij de oecumene gaat het erom, dat de verschillende kerken van onze ‚bewoonde aarde‘ samenwerken en met elkaar tot een ‚bewoonbaar huis‘ voor alle mensen van de wereld zijn. Oecumene maakt rijk. Het relativeert in zekere zin de eigen traditie, verbreedt deze door uitwisseling met andere tradities en heeft ‚éénheid in verscheidenheid‘ tot doel, juist ook met het oog op het heil van de hele wereld. Een heel bijzondere gestalte van oecumene zijn de oecumenische kerkdiensten. Ook in de noordelijke Kerngemeenten vinden deze diensten jaarlijks plaats. Zo is de eerstvolgende dienst op 16 oktober in Schwei gepland. Deze diensten met de plaatselijke Duitse kerken brengen naast de kerkelijke uitwisseling ook nog eens een uitwisseling aan talen met zich mee. De oecumenische diensten in Duitsland zijn natuurlijk tweetalig. Het begrip oecumene wordt tot ‚Ökumene‘ en de oecumenische kerkdiensten heten ‚ökumenische Gottesdienste‘. Nu is het mijn ervaring, dat het Duitse begrip voor kerkelijke eenheid in verscheidenheid eerder een ‚Zungenbrecher‘ is dan het Nederlandse woord oecumene. ‚Ökumenisch‘ is een nabije buurman of buurvrouw van de Duitse economie. Vorig jaar heette ik dan ook de Duitse bezoekers van de oecumenische kerkdienst te Schwei van harte welkom in deze ‚Ökonomischen Gottesdienst‘! Ik herinner me, dat we allemaal moesten glimlachen. Maar eigenlijk zit er ook een kern van waarheid in de vergissing. Want heeft niet juist ook elke oecumenische kerkdienst met economie te maken?! Zij leidt, als het goed is, tot een faire handelswijze. In de waarste zin van het woord. Tot een leven in gerechtigheid, omwille van een bewoonbare aarde. Er is trouwens nog een ander Duits woord, dat in de buurt van ‚ökumenisch‘ komt en bijna gelijkluidend begint: ‚ökologisch‘. Maar verdient niet ook dat woord een grote plaats binnen de oecumene ... ?! Gezegende oecumenische kerkdiensten toegewenst! Rens Dijkman-Kuhn |
Wat geeft het leven waarde?
W
anneer je aan arbeid denkt, komen er soms gedachten op van „moeite“, „energie“, „troosteloos- en eentonigheid“. Toch is het zo, dat in onze huidige samenleving iemand alleen maar iets betekent, wanneer hij of zij op eerlijke wijze zijn brood verdient. De meeste mensen, die zonder werk zijn voelen zich minderwaardig en ontbreekt het aan levensvreugde. Werk geeft je een gevoel van zekerheid, een plaats in de maatschappij en een bepaalde status, hoe dan ook. Een bepaalde ‘waarde(ring)’ heeft zich doorgezet. Alleen hard werken en een (hoog) inkomen vormen de maatstaf; niet wat je doet en of dat ook voor de gemeenschap voor betekenis is. Dat laatste is niet altijd te realiseren. De mensen staan vandaag de dag onder een soort dwang geld te „moeten“ hebben. Ze voelen zich gedwongen elke vorm van werk aan te nemen, ook al is het nog zo zinloos en onwaardig. Vaak ook werk, dat steeds minder geld opbrengt om van te kunnen leven. Werken omwille van het werk zelf, daarvan is vandaag weinig te zien. Eigenlijk teleurstellend. Want de mensen zouden veel meer plezier in hun werk hebben, wanneer zij dat konden doen, waar ze talent voor hebben. Wanneer ze veel meer tijd en gelegenheid hadden voor het eigenlijke leven, hun oereigenste interesses en ook voor hun medemensen. De mens is niet het middelpunt van het universum, maar, wat veel belangrijker is, de top van de grote biologische synthese. Ook kunnen wij ons leven niet van God afkoppelen. God deelt ons toch dagelijks mede, wanneer Hij ons met onze naam aanspreekt. Velen willen of kunnen het niet horen. Maar ons wordt gezegd: „Jij, mens, jij bent een ongelooflijk belangrijk schepsel met alles wat je kan en niet kunt, wat je bent en niet bent.“ Ja, wij zijn kinderen van God, dit is het woord van Hem aan ons mensen, voor het licht bestemd. Wanneer het ons niet goed gaat in het leven, denken wij dan toch even aan deze woorden. God wil er voor ons zijn. Wij kunnen altijd bij Hem terecht met al onze zorgen, in gebed. Laten wij er nu mee beginnen. Edward Remeyn |
Kerkdiensten in de ma anden ok tober en november 2011 _BALJE Scheune Balje, 14.00 uur Geen dienst _BELLIN Agrarzentrum Bellin, 10.30 uur 02.10. drs. Hanneke Allewijn 11.12. drs. Hanneke Allewijn _BERLIJN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Hugenottenkirche, Joachim-Friedrich-Straße 4, Berlin-Halensee (Charlottenburg) 16.10. drs. Hanneke Allewijn 20.11. drs. Hanneke Allewijn _DÜSSELDORF 3e zondag van de maand, 10.30 uur, PaulGerhardt-Haus, Heerdter Landstraße 30 16.10. ds. Pieter Roggeband, Heilig Avondmaal; aansluitend gemeen tevergadering 20.11. ds. Pieter Roggeband; 18.00 u. _DUISBURG-RUHRORT (NKadR) iedere zondag, 10.30 uur, Rheinallee 14 02.10. ds. Pieter Roggeband 09.10. ds. Gert van Zeben; Heilig Avondmaal 16.10. ds. Brezet 23.10. ds Gert van Zeben 30.10. ds. H. van der Ham 06.11. ds. Pieter Roggeband 13.11. ds. J. H. Kip 20.11. ds. Gert van Zeben; Herdenking ontslapenen 27.11. ds. Gert van Zeben _FRANKFURT AM MAIN 1e zondag van de maand, 11.15 uur, Ev.reform. Kirche, Freiherr-vom-Stein-Straße 8 (bovenzaal) 02.10. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal 06.11. ds. Tim van de Griend en Pfr. Udo Köhnen, gezamenlijke dienst en buitendag _HAMBURG 11.00 uur, kapel Winterhuderweg 23.10. ds. Rens Dijkman-Kuhn
_KARLSRUHE 2e zondag van de even maand, 16.00 uur Simeonkapelle, Insterburger Straße 13 30.10. ds. Tim van de Griend en Pfr. M. Paetzholdt, Waldstadt; 17.00 uur _KEULEN/BONN 10.15 uur, Auferstehungskirche (Gemeindehaus), Auferstehungskirchweg 7, Köln-Sürth 30.10. ds. Pieter Roggeband 27.11. ds. Pieter Roggeband _MANNHEIM iedere zondag, 11.00 uur, Hafenkirche, Kirchenstraße 15 02.10. ds. R.J. Visser 09.10. ds. H. van der Ham 16.10. ds. C. Legemaate 23.10. Lo C. Hondius 30.10. ds. HC Mijnders 06.11. ds. C. Hendriksen 13.11. ds. G. van Zeben 20.11. ds. M.H. Baan 27.11. ds. L. Krüger _MÜNCHEN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Ev.-reform. Kirche, Reisingerstraße 11 15.10. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal 30.10. ds. Tim. van de Griend en Pfr. H. Blikslager, Reformatiedag; 10.00 u. 20.11. ds. Tim. van de Griend _MÜNSTER-HAMM 2e zondag van de maand, 10.30 uur, Johannes-Kapelle, Bergstraße 36, Münster 09.10. ds Pieter Roggeband 13.11. ds Pieter Roggeband _SCHWEI St.-Sekundus-Kirche Schwei, 10.30 uur 16.10. Oecumenische dienst met de Ev. luth. Gemeenten Schwei en Schweiburg, P. Heike Jakubeit en ds. Rens Dijkman-Kuhn _STUTTGART 2e en 4e zondag van de maand, 11.15 uur, Alte Ev. Kirche, Amstetter Straße 5, Stuttgart-Hedelfingen Aanvang in herfst en winter: 11.15 uur 09.10. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal 23.10. dhr. M. Hartman 13.11. ds. Tim van de Griend 27.11. NN
NEDERLANDSE KERK IN DUITSLAND www.nkid.kerknet.de Predikanten_ Noord: ds. Rens Dijkman-Kuhn Ebert-Allee 5, 22607 Hamburg Tel./Fax 040.65681329 Handy 0176.26020233 E-mail:
[email protected] Oost: Pastorale Werker: drs. Hanneke Allewijn Schererstraße 12, 13347 Berlin Tel. 030.21983327, Handy 0151.21648129 E-mail:
[email protected] West: ds. Pieter Roggeband Bandstraße 21, 45359 Essen Tel. 0201.52 39136 E-mail:
[email protected] Zuid: ds. Tim van de Griend Baseler Platz 1, 60329 Frankfurt am Main Tel. 0151.41639646 E-mail:
[email protected] Voorzitter_ ds. Pieter Roggeband Scriba_ Netty van Rijssen Voorzitter Verein_ Suzanne Oonk-Reilink Penningmeester/Boekhouder_ Pieter Schoon Bankrekeningen_
COLOFON_ Schakel-Kontakt 37e jaargang · nr. 5 · oktober 2011 Uitgever: Kerkenraad van de Nederlandse Kerk in Duitsland · Redactie: Marjolein Kranse, Dr. Albert de Lange, Edward Remeyn, Pieter Roggeband (v.i.S.d.P.) Kerkelijk Bureau, Mevr. Janie de Boer, Dekan-Hofheinz-Str. 26, 76229 Karlsruhe Tel. en Fax 0721.460517
Bank für Kirche und Diakonie Duisburg Ktnr. 101 202 0011 · BLZ 35060190 BIC: GENODED 1 DKD IBAN: DE65 3506 0190 1012 0200 11 t.n.v. Nederlandse Kerk in Duitsland Kerkelijk Bureau_ Janie de Boer E-mail:
[email protected]
Fotos: zvg.; p.29: DEKT; p.30: Arno Bachert/Pixelio; Joris1919/GFDL
Kerkelijk Centrum_
Realisering: DIGNUS n DE
Rheinallee 14, 47119 Duisburg
Schakel-Kontakt O r g a a n va n d e N e derlandse Kerk in Duit sland
37e jaargang nr. 6 · december 2011 _www.nkid.kerknet.de Geachte lezer
34
Meditatie: Een ontwapenend tentje
34
Vanuit de kerk kerkelijk bureau
35 35
Meditatie: Getuigenis
36
Van de Penningmeester: Een Samaritaanse in China
36
Spel zonder grenzen
36
Collectes voor de Dr. Reijntjesdovenschool in Sri Lanka
37
Uit de Ebertallee
38
Column: Tjeetje, Klaas
38
Column: Één heilige kerk ...
39
Kerkdiensten
40
Adressen
40
Colofon
40
34
Ge achte lezer
I
n de twee voorgaande nummers van Schakel hadden we u alvast op enige veranderingen voorbereid. Aangezien wij echter graag groen licht van de Algemene Kerkenraadsvergadering willen hebben voordat we die aangekondigde veranderingen ook daadwerkelijk invoeren, hebben we besloten het voorlopig nog even bij het oude te laten. Wij hopen u in het volgende nummer van het nieuwe jaar definitief mee te kunnen delen wat u voortaan van Schakel-Kontakt en de website van de NKiD kunt en mag verwachten. Dit is in ieder geval, zoveel staat vast, de laatste uitgave van Schakel in 2011. Dat wil zeggen dat u het zogenaamde Kerstnummer in handen houdt. Nu neemt dat Kerstfeest een minder prominente plaats in dan u misschien had verwacht. Dat is geen opzet geweest maar heeft vooral te maken met de vroege deadline, eind oktober, waardoor niet elke auteur zich gerealiseerd heeft dat het bij het verschijnen van dit nummer alweer zover was. Persoonlijk vind ik dat niet erg. Integendeel, ik ervaar het eerder als een weldaad dan als gemis dat ons blad niet boordevol met Kerst is. Want zegt u nu zelf, is het langzamerhand niet een beetje teveel van het goede al dat gedoe rond het Kerstfeest? Ontegenzeggelijk is het een belangrijk en mooi feest. Ik zou het dan ook voor geen goud willen missen, maar kan het niet een beetje minder? Het feit dat Kerst pas relatief laat ontstaan is (zie ‘uit de Ebertallee‘ van Rens Dijkman-Kuhn) geeft te denken. Is het wel te verantwoorden dat dit lichtfeest het feest bij uitstek, Pasen dus, in de schaduw heeft gesteld? Wat mij betreft is het een geluk bij een ongelukje dat Kerst deze laatste uitgave van het jaar niet domineert. Dat neemt niet weg dat wij u bij deze graag gezegende Kerstdagen willen wensen. Wij hopen dat de goede boodschap van Kerst, ondanks alle toeters en bellen die dit feest begeleiden, zich een weg zal weten te banen naar uw harten. De goede boodschap dat God zich zo betrokken weet op de wereld en zo verbonden voelt met de mensen dat Hij onder ons is komen wonen – kamperen of bivakkeren noemt Tim v.d. Griend het in zijn meditatie. Een sterk verhaal, te gek voor woorden. En toch mogen wij dat binnenkort met elkaar vieren en de geboorte van Jezus van Nazareth, Gods Zoon, in onze diensten gedenken. Namens de redactie, Pieter Roggeband |
meditatie
Een ontwapenend tentje In de gemiddelde kerststal staan ze onafscheidelijk naast elkaar: de herders en de drie koningen. De armen ontmoeten de rijken; voor kleine en gewone mensen is Jezus er net zo goed als voor de groten der aarde. In de evangeliën blijkt dat telkens opnieuw.
D
e meeste mensen die Jezus ontmoet, zijn de ‘kleine luyden’ uit de buurt van Nazareth. Er duiken echter telkens weer uitzonderingen op: de rijke en aanzienlijke jongeling, de rijke maar gehate Zacheüs, de vooraanstaande Nicodemus. De ontmoetingen met de jongeling en Nicodemus zijn niet succesvol, maar Jezus wist niet alleen zijn ‘eigen mensen’ uit Galilea te boeien. Jezus was er voor beiden: machtigen en onmondigen. Aardig is nu, dat het beeld van de stal niet klopt. Inhoudelijk klopt het wel (rijk ontmoet arm, Jezus is er in de evangeliën voor joodse herders en heidense koningen), maar de herders hebben de drie koningen nooit ontmoet. De herders komen alleen in het evangelie naar Lucas voor. Alleen in dat evangelie wordt Jezus ook in een stal geboren. De koningen komen uitsluitend in het evangelie naar Mattheüs. In dat evangelie wordt Jezus gewoon thuis geboren: zijn ouders wonen eerst in Bethlehem en verhuizen later naar Nazareth. De vrome fantasie schuift die twee beelden in elkaar: Jezus verbindt en verenigt de hele mensheid (arm en rijk, dichtbij en ver), en hij deed dat vanaf het begin van zijn leven. Het evangelie naar Marcus heeft geen kerstverhaal. Het evangelie naar Johannes voegt heel verborgen een derde beeld aan dat van de stal en het huis toe: het beeld van de tent. Over dat derde beeld wil ik het hebben. Johannes heeft een kerstverhaal met grote woorden: Jezus is het licht dat in het duister van de wereld komt. Jezus is het enige ware woord waardoor God de wereld schiep, maar dat in de wereld ook onbegrepen blijft. In Johannes 1:14 staat nu dat dat woord, dat van den beginne bij God was, een lichaam aannam en ‘onder ons woonde’, ‘onder ons verbleef’ of ‘onder ons zijn intrek nam’. Zo wordt het althans meestal vertaald. Het Griekse woord voor ‘wonen’ dat hier gebruikt wordt, duidt alleen niet het wonen in een huis aan. Het Griekse woord dat hier staat, is een afleiding van ‘skènè’. ‘Skènè’ betekent ‘tent’. Woonde Jezus dan niet onder ons, maar kampeerde hij onder ons, en dat om te beginnen in de koude decemberdagen? Natuurlijk gaat het beeld mank als je het zo uitlegt: kampeervakanties waren de mensen in zijn tijd vreemd. In de oertijden van het volk Israël was de tent een normale woonplaats. In de tijd van het Nieuwe Testament waren de meeste Israëlieten echter bewoners van eenvoudige huizen. Als in het Nieuwe Testament van een tent wordt gesproken, duidt dat iets aan van het feit dat Jezus maar even op aarde is geweest. Hij was een vreemdeling
en een bijwoner, om bijbelse woorden te gebruiken. Hij zou nooit helemaal thuis geraken in de wereld, hij zou altijd een vreemde steen des aanstoots blijven. Daarbij past het beeld van de tent heel goed: als iemand naast je huis of in je stad opeens een tent opslaat, dan geeft dat direct te denken. Het letterlijk ‘gevestigde’ leven wordt dan ontregeld. De Occupy-beweging – wat je er ook van moge denken – heeft van deze truc gebruik gemaakt.
Jezus sloeg zijn tent onder ons op. Al zeg ik het zelf: ik vind het een kleine, maar aangename ontdekking in de grondtekst van de bijbel. Wat zijn inhoud betreft, is het beeld van de tent overigens oorspronkelijk niet zo veel anders dan dat van het huis en de stal. Het gaat om ‘ontwapening’: het kind in de kribbe of op Maria’s arm ontroert en ontwapent. Het vernieuwt ons – als het goed is – door ons te bepalen bij de zachte kanten van het leven, bij die kanten die uiteindelijk de belangrijkste zijn. Of van een kerststal onder de kerstboom alleen die boodschap nog uitgaat, kun je je afvragen. De stal heeft die functie van ‘ontwapenaar’ een beetje verloren. Juist de kerststal is deel van onze inventaris, van ons gevestigde leven in een huis. We halen ‘m van zolder of uit de kelder. Hij draagt vooral bij aan de knusheid, aan de huiselijkheid van de kerstdagen. Niets mis mee, maar het alternatief van het Evangelie: dat klinkt wellicht wat luider door naast of in plaats van die stal ook nog een tentje onder de kerstboom te plaatsen. Een gezegende adventstijd en zegen brengende kerstdagen wenst u Tim van de Griend |
Vanuit de kerk
E
en blik op de websites van PKN en EKD leert mij dat de PKN, bij monde van de scriba, zich momenteel ergert aan het tweede boek van de ‘rebelse’ predikant Klaas Hendrikse, getiteld: ‘God bestaat niet en Jezus is zijn zoon’. Voor de buitenwacht is dit echter een spraakmakende theoloog, die, zo werd mij onlangs op een feestje treffend gezegd, tenminste volle kerken weten te trekken. „Ja, alleen jammer dat het blijkbaar zo moet,“ denk ik dan, zonder overigens gehinderd te worden door enige kennis van de boeken van ds. Hendrikse. Wat je er zo over hoort en leest, animeert mij niet om mij erin te verdiepen en er geld voor uit te geven. Voor een gedegenere en diepgaandere kritiek beveel ik echter de column van Tim van de Griend, ‘Tjeetje, Klaas’, aan. Het gesprek met randkerkelijken en mensen die nog verder van kerk en geloof af staan, of zijn komen te staan, is thema op de synodevergadering van de EKD van 3 t/m 9 november jl. . Vermoedelijk zullen daarover nu, wanneer u dit leest, berichten op de website van de EKD te vinden zijn. Het gaat overigens om meer dan om een gesprek alleen, het doel is het bedrijven van evangelisatie. Een sleutelthema wordt het genoemd. Onder het motto “Was hindert’s, dass ich Christ werde?” zullen 126 Kirchenparlamentarier daarover in debat gaan. Sinds de veelgeprezen Leipziger Missionssynode in 1999, waar protestanten door middel van het thema “Reden von Gott in der Welt” hun missionaire opdracht nog eens in herinnering riepen, heeft het thema zending (Mission) steeds meer gewicht gekregen. “Es braucht eine Antwort des Glaubens, die auf die tiefen Verlusterfahrungen und Ängste zu antworten weiß”, schetste der EKD-Ratsvorsitzende Nikolaus Schneider de centrale doelstelling van evangelisatie. Tegelijkertijd probeerde hij de zorg weg te nemen dat een missionaire kerk zich uit haar verantwoordelijkheid voor de wereld terug zou kunnen trekken: “Eine missionarische Kirche scheut nicht davor zurück, sich für Frieden, Gerechtigkeit und Bewahrung der Schöpfung zu engagieren, und sie hat einen langen Atem.” Naast de behandeling van dit thema zal de ‘Ratsvorsitzende’ bij de opening van de synode in zijn ‘Ratsbericht’ zoals gebruikelijk een blik terug en vooruit op de maatschappelijkpolitieke uitdagingen en kerkpolitieke ontwikkelingen werpen. De evaluatie van de oecumenische ontmoeting met paus Benedictus XIV, september jl., in het Erfurter Augustinerkloster zal daarin vermoedelijk een prominente plaats innemen. Tijdens deze ontmoeting tussen de EKD-delegatie en Benedikt had Schneider er met het oog op het Reformationsjubiläum 2017 voor gepleit de herinneringen aan wederzijdse kwetsuren uit de tijd van de reformatie en de daarop volgende kerkgeschiedenis te helen en naar wegen te zoeken om tot verzoening te komen.
Op de assemblee van de katholieke bisschoppen maakte Erzbischof Robert Zollitsch begin oktober duidelijk, dat het nu de taak van de beide kerken in Duitsland is, in regelmatige ontmoetingen concrete oecumenische doelen overeen te komen, in het bijzonder met het oog op de ‘500. Jahrestag der Reformation 2017’. “Der Papst hat sich in Erfurt auf den Reformator Luther zubewegt und ihn anerkannt”, aldus Zollitsch. Voor de ‘evangelische Kirche’ komt het er op aan bij deze gesprekken de balans te vinden tussen ‘konfessioneller Identitätsvergewisserung’ en ‘ökumenischer Offenheit’. Het met rasse schreden naderende Reformatiejubileum ontwikkelt zich overigens langzamerhand tot ‘megathema’ op de agenda van de EKD. De eerste plannen zijn reeds schematisch in kaart gebracht. Met het beroepen van de voormalige ‘hannoversche Landesbischöfin’ Margot Käßmann tot ‘Lutherbotschafterin’ werd een duidelijk accent geplaatst. Het is de bedoeling dat de vroegere EKD-Ratsvorsitzende in het voorjaar 2012 met behulp van haar grote populariteit nieuwsgierigheid naar dit ‘Großereignis’ gaat wekken en internationale contacten zal leggen. Ook ‘Altbischof’ Huber ziet, volgens zijn bijdrage in de “Zeit”-Beilage “Christ und Welt”, in het Reformatiejubileum kansen voor de oecumene en spoort beide kerken aan de samenwerking te verbreden en te verdiepen. Het plan om sleutelteksten van de reformatie, zoals de 95 Thesen of Martin Luthers boekje ‘Die Freiheit eines Christenmenschen’, gemeenschappelijk te becommentariëren zou volgens de voormalig Ratsvorsitzende van de Evangelische Kirche in Deutschland de oecumenische toenadering kunnen dienen. Huber untersteunde eveneens het voorstel van de EKD-Ratsvorsitzende Nikolaus Schneider, met het oog op de ‘500. Jahrestag der Reformation’ wederzijdse kwetsuren uit het verleden te helen. Het Pausbezoek beoordeelt hij als gemiste kans voor de oecumene. Benedictus XVI heeft de indruk bevestigd dat de “Konsens-Ökumene” van theologische gesprekken, tenminste voorlopig, ten einde is. “Protestanten werden anerkennen müssen, dass wegen der Amtsfrage eine größere Nähe zwischen den Kirchen auf absehbare Zeit nach menschlichen Maßstäben schwer möglich ist”, concludeert Huber. Wat niet betekent dat we daarin zouden moeten berusten: “Wir sollten die Kraft entwickeln, auf große Herausforderungen gemeinsam zu reagieren”, raadt de vroegere Berliner Bischof katholieken en protestanten aan. Beide kerken zetten zich gemeenschappelijk in voor de armen en voor de levensperspectieven van toekomstige generaties evenals voor de mensenrechten. Tevens zouden ze zich samen voor vrijheid van religie sterk kunnen maken. Daar waar ze verschillende accenten plaatsen, bijvoorbeeld inzake bio-ethiek, zouden ze hun meningsverschil-
kerkelijk bure au
35
I
n de Schakeluitgave van augustus 2011 stond een „dringend gezocht“ oproep. Dat heb ik gelezen en heb daarop gereageerd. Daardoor mag ik me nu voorstellen als nieuwe beheerster van het kerkelijk bureau. Mijn naam is Annie Wagenaar. Ik ben 48 jaar oud, getrouwd met Lammert Wagenaar en moeder van 5 kinderen. Wij leven en werken sinds 1986 in Duitsland. Eerst 12 jaar in Lüdinghausen (NRW), sinds 1998 in Elsfleth (NI). Toen wij in Lüdinghausen woonden, bezochten wij de kerkdiensten in Münster. Nu gaan we naar Schwei. Wij bewerken een landbouwbedrijf met melkkoeien en alles wat daar zo mee samengaat. Omdat het grootste gedeelte van onze kinderen zo goed als op eigen benen staat, dacht ik bij mezelf dat het nu wel weer eens tijd werd, iets voor de Nederlandse Kerk in Duitsland te doen. In zoverre kwam de oproep dus als geroepen! De administratieve kant van dit werk lokt me wel. Vroeger was ik administratief medewerkster op een scholengemeenschap. Alhoewel het boerenbedrijf tegenwoordig ook erg veel administratie met zich meebrengt, lijkt het me leuk dit werk eveneens voor de kerk te gaan doen. Ik hoop dat ik de kerk niet teleurstel en zal mijn best doen, de zaken net zo “reibungslos” te organiseren als mevrouw De Boer dat jarenlang heeft gedaan. Met hartelijke groet, Annie Wagenaar | Bij deze willen we Janie de Boer die dit werk lange jaren trouw en secuur heeft gedaan kort maar krachtig heel hartelijk danken voor haar inzet. Het heeft haar niet alleen veel inspanning maar soms ook heel wat zenuwen gekost om alles op tijd klaar en geregeld te krijgen. Dat lag eigenlijk nooit aan haarzelf maar vrijwel altijd aan ‘die predikanten’ die meestal op het allerlaatste moment hun bijdrages aanleverden. Janie, bedankt voor je geduld en zorgvuldigheid, in het bijzonder bij het samenstellen van de jaarverslagen. Voor de toekomst wensen we jou en je man, die jou vaak met raad en daad terzijde stond, vooral als het pc-kuren betrof, Gods zegen toe. Moge het jullie goed gaan! P.R. |
len openlijk moeten bespreken. “Was wir gemeinsam sagen, gewinnt an Glaubwürdigkeit, wenn wir Diskussionen über Differenzen vorbildhaft führen.” “Wir brauchen eine Ökumene des Respekts und der Freundschaft”, stelde Huber voor. Dat houdt in dat de kerken elkaar ‘in ihrem jeweiligen Kirchesein achten’. “Wir müssen eine Sprache überwinden, in der die einen die eigentliche Kirche und die anderen im besten Fall die uneigentliche Kirche sind.” Uit protestants gezichtspunt zijn de ‘evangelische’ en de ‘katholische Kirche’ zusters. Bron: www.ekd.de – P.R. |
36
Getuigenis
B
Van de penningmeester
meditatie
ent u wel eens als getuige bij een rechtszaak geweest? Daar moet u de waarheid spreken, beloven de waarheid en niets anders dan de waarheid mede te delen, zonder er iets aan toe te voegen of weg te laten. U moet vertellen wat u zeker weet; niet wat u „gelooft“. De rechter luistert naar u opdat hij later zijn oordeel kan vellen, soms alleen op grond van wat u heeft gezegd. Wanneer u met gewone mensen spreekt, bekend of onbekend en u geeft uw oordeel over God, de Bijbel enz, dan bent u er beslist van overtuigd, dat u de waarheid spreekt. Want u bent een gelovige kerkganger, neemt deel aan gesprekskringen enz., enz. Mensen, die u niet zo goed kent en bijvoorbeeld geen regelmatige kerkgangers zijn, zullen u echter niet altijd op uw woord geloven. Het is allemaal een „beetje vreemd“ voor hen. Niet schrikken, lieve mensen, maar ik moet u wel vragen: „Weet u wel heel zeker dat..., bent u daar getuige van geweest, wat u meedeelt of ‘gelooft’ u hetgeen u vertelt? Nu staat u even stil. Ja, natuurlijk geloven wij het Woord Gods. Wat is dit voor een vraag? Ziet u, u „gelooft“ het, maar absoluut zeker bent u niet, misschien wel, zoals wij Christenen allemaal, daarvan overtuigd. Maar toch? Geloven is een relatie hebben met God en betekent iets anders dan „Ik gelóóf dat het gaat regenen“. Dat is slechts een vermoeden. Het zou kunnen, het zou ook niet kunnen. Wanneer u gelooft, bent u er dan zeker van dat u er ook naar leeft? Zijn de 10 Geboden voor u bindend? Heel eerlijk, wie van ons heeft nooit een appeltje gestolen, nooit een keer zonder te betalen met de tram gereden? Dan gelooft u wel in God, maar geeft u er geen goed getuigenis van, het past niet bij elkaar. U bent dan het vertrouwen in uw eigen woorden kwijt, zie Exodus 20,16 en Deuteronomium 5, 20. Blijft u daarom maar liever zoals u bent, met de Kracht van de Heer in u. „Hij, die komt in de Naam van de Heer is gezegend (Ps 118, 26 en Mt 21,9). God`s Zegen voor u allen, waar u ook mag zijn. Edward Remeyn |
Een Samaritaanse in China
I
n deze uitgave van Schakel-Kontakt, de laatste van het ten einde lopende jaar 2011, treft u evenals in voorgaande jaren weer een overschrijvingsformulier aan, dat ik hartelijk in uw aandacht wil aanbevelen. U herinnert zich waarschijnlijk nog wel onze “Spendenaktion” van afgelopen juli die een verheugende respons heeft gehad. Toch wil ik nogmaals dit jaar een beroep op u doen voor een gift aan de NKiD. In de vorige uitgave van Schakel-Kontakt heb ik in mijn dankwoord er op gewezen dat bij alle blijdschap over uw milde gaven wij er toch nog niet zijn. De giften die tot nu toe in dit jaar binnengekomen zijn lopen nog wat achter bij die van vorig jaar. Dat is jammer want ze zouden eigenlijk omhoog moeten om gelijke tred te houden met de gestegen kosten. Nadenkend over een begeleidend stukje schoot mij een recente gebeurtenis te binnen van dat kleine meisje Yue Yue in China dat door een auto aangereden werd en even later door een tweede auto overreden werd. De beelden zijn in ieder televisiejournaal over de hele wereld te zien geweest. Men kon zien hoe 18 mensen gewoon aan het midden op straat liggende, zwaar gewonde meisje voorbijgingen en hoe eerst na verloop van 10 minuten de 19e passant, een oudere vrouw, volgens de Duitse pers een “Müllsammlerin”, staan bleef, het meisje naar de kant sleepte en hulp haalde. Ik heb boven dit stukje gezet: een Samaritaanse in China omdat de parallel met de bekende
gelijkenis van Jezus in Lucas 10:25-37 evident is. Jezus gaat in deze gelijkenis in op de vraag van een bij hem komende schriftgeleerde: wie is mijn naaste. Misschien hebben de gelijkenis aan de ene en mijn giftenverhaal aan de andere kant niet zo veel met elkaar gemeen. Toch zie ik een verbinding. Jezus geeft aan de vraagsteller een onverwacht antwoord. Dat onverwachte van het antwoord wil ik vasthouden. De gebruikelijke uitleg van de gelijkenis is dat de naaste ook heel ver kan zijn. Inderdaad kan die naaste in Oost Afrika of in Bangladesh of waar dan ook wonen. Maar dat hoeft niet. Hij kan ook in uw dorp of stad wonen of in uw straat en zelfs kan hij naast u zitten in de kerk. Het is niet altijd wat wij verwachten. In deze zin vraag ik u, als de NKiD en haar werk u aan het hart ligt, om haar bij uw giften niet te vergeten en zeg u daarvoor reeds bij voorbaat dank. Rest mij nog, u ook van deze plaats een gezegende Advents- en Kerstviering toe te wensen en Gods zegen voor het komende jaar 2012. Pieter Schoon, penningmeester | De collectes van juli en augustus brachten 1107,55 Euro op. Die van september en oktober geven we met voorbehoud: in oktober komen nog twee collectes en van de eerdere kerkdiensten ontbreken ook nog een aantal gegevens. Voorlopig staat de teller op 1777,06 Euro. Tot nog toe hebben de collectes in de eerste negen maanden van 2011 in totaal 8446,08 Euro opgebracht.
Nederlandse Kerk in Duitsland · Duitse kerken · Voetbalvereniging (VFB) Rajen Op 03 Juni 2012 · Voetbalveld VFB Rajen · 4e Südwieke in 26817 Rhauderfehn Ten behoeve van: „Leukin“ (Vereniging voor kinderen met leukemie); Evangelisch Lutherische Kirche Westrhauderfehn en Nederlandse Kerk in Duitsland (NKiD) · · · · · · · ·
De dag begint om 10.00 uur met een oecumenische kerkdienst Aanmelden van de teams tot 29 mei 2012 Startgeld 20 Euro De teams bestaan uit 5 personen Eten en drinken is voldoende aanwezig Heel belangrijk: de kleintjes onder ons komen niets tekort Grote verloting met een verrassende hoofdprijs Muziek voor jong en oud
Voor vragen en aanmelding kunt u zich aan ons wenden: Nicole Meyer (D) +49 4952-829344
[email protected] Suzanne Oonk-Reilink (NLD) + 49 4952-6105421
[email protected]
37
wijk noord
Collectes voor de Dr. Reijntjesdovenschool in Sri Lanka Vanaf 2006 hebben de Kerngemeenten in Wijk Noord met collectes de Dr. Reijntjesdovenschool in Sri Lanka ondersteund.
A
anvankelijk werd er binnen de Kerngemeenten één keer in het jaar een speciale doelcollecte voor de school gehouden, maar in 2009 werd door de Wijkkerkenraad Noord besloten, van alle collecten binnen Wijk Noord 10% voor de Dr. Reijntjesdovenschool in Sri Lanka te bestemmen. Een belangrijk argument voor deze veranderde vorm van financiële ondersteuning zag men daarin, dat de gemeente zich zo elke dienst opnieuw van haar diaconale verantwoordelijkheid bewust zou kunnen maken en de Dr. Reijntjesdovenschool vaker onder de aandacht gebracht zou kunnen worden. Het contact tussen Wijk Noord en de Dr. Reijntjesdovenschool ontstond in 2005 door bemiddeling van Wilhelmina Ebbink uit Otterndorf. Wilma Ebbink, gemeentelid van de Kerngemeente Balje, is al sinds jaren bevriend met de oprichtster en leidster van de school, Tineke de Silva-Nijkamp. Via haar konden wij in de afgelopen jaren dan ook op heel persoonlijke wijze van het sinds 1984 zo zegenrijk verrichte werk van Tineke, haar man Susiri en de overige medewerkers van de school ervaren. Eind oktober ontving Wijk Noord een bedankbrief van Tineke de Silva-Nijkamp. Aan de bedankbrief werden een nieuwsbrief en foto’s toegevoegd.
monteur, metselaar of houtbewerking. Een van de jongens helpt zijn vader die visser is. Twee van onze leerlingen, die nog bruikbare gehoorresten hebben, gingen naar het gewone basisonderwijs omdat ze inmiddels genoeg taal en kennis hadden vergaard om het normale onderwijs te kunnen volgen. We blijven contact met hen houden, ook in verband met de service van hun hoortoestellen. Op de 27ste verjaardag van de Dr. Reijntjesdovenschool (2 februari) kregen we een leuke uitnodiging van de Roteract Club uit Colombo voor een feestelijk muzikaal programma. De dove leerlingen genoten van alle optredens, hapjes en drankjes die voor hen waren georganiseerd in een theater in Colombo. Tot slot kregen ze allen nog een tas met verrassingen mee als kadootje. De Wereldkampioenschappen Cricket werden vanaf 19 februari gedeeltelijk in Sri Lanka gespeeld. Met onze leerlingen volgden we zoveel mogelijk wedstrijden op de TV. Het Nederlandse Cricket Team (onze kinderen vonden hen geweldig) viel helaas al snel af, maar Sri Lanka bleef tot de eindstrijd aanwezig. India won de beker, maar Sri Lanka won een verdiende tweede plaats!
Aan de mensen van de Nederlandse Kerk in Duitsland, Wijk Noord, graag wil ik u al-
len hartelijk bedanken voor uw financiële bijdrage voor de Dr. Reijntjesdovenschool in Sri Lanka. Uw donaties aan onze dovenschool zijn erg belangrijk. Ze geven onze kansarme dove leerlingen de kans om gratis een schoolopleiding te volgen. Na de basisschool volgt een vakopleiding en de meeste leerlingen krijgen daarna een baan. Ons doel is dat ze in de toekomst als volwaardige mensen worden geïntegreerd in de maatschappij. Met hartelijke groeten uit Sri Lanka, ook namens de dove leerlingen en stafleden, Tineke de Silva-Nijkamp |
Nieuwsbrief periode januari t/m oktober 2011 Beste vrienden, sponsors en belangstellenden, het nieuwe schooljaar startte op 9 ja-
nuari met een ouderdag met lunch voor de ouders en leerlingen. Daarna was het eerst even wennen aan de drie nieuwe personeelsleden in de schoolkeuken, omdat hun voorgangers meer dan 20 jaar bij ons in dienst waren geweest. Er begonnen 6 nieuwe jonge dove kinderen in groep 1. Het is altijd ontroerend om te zien hoe de oudste leerlingen hen op hun gemak stellen en helpen. Negen van onze oudste leerlingen begonnen aan een nieuwe vakopleiding buiten onze dovenschool. Sommigen doen een computercursus, anderen een opleiding voor de confectie-industrie, auto-
Dit voorjaar kregen we opvallend veel Nederlands bezoek. De buitenlanders durven gelukkig weer naar Sri Lanka te reizen nu er vrede is in het land! De verjaardag van Tineke de Silva werd weer op een uitbundige, gezellige manier gevierd op 5 maart met een pretpark vol activiteiten. Een draaimolen, springkastelen, suikerspin, goochelaar, ballonnenman etc. Onze dovenschool deed weer mee met de tekenwedstrijd en een verhaal schrijven, een competitie tussen alle dovenscholen in Sri Lanka. Er was een maand later een leuke dag in Colombo georganiseerd voor alle deelnemende scholen met een tentoonstelling van alle werk en diverse dansgroepen traden op. Drie van onze leerlingen kregen een prijs voor hun schrijftalent, uitgereikt door een minister. Het verhaal kwam zelfs in de krant. In april werd het Singhalese en Tamil Nieuwjaar gevierd met alle tradities die erbij horen. Het was tevens het begin van de moessonregens, de tijd dat er veel kinderziektes uitbreken. We kregen dit jaar te maken met waterpokken. Vijf dove leerlingen en twee onderwijzeressen waren deze keer aan de beurt! Chintha, de juf van groep 7 nam afscheid in mei omdat ze een baby verwacht. Ze werkte
13 jaar in onze dovenschool. Daar ze op een afstand van 6 uur reizen van onze school woont, was het helaas onmogelijk om te blijven werken. Inmiddels zijn er 2 nieuwe leerkrachten aangenomen, Chanika en Ashani. Ze studeren allebei nog part time aan de universiteit in Colombo voor een degree. Op 17 en 18 mei vierden we in Sri Lanka dat het 2600 jaar was geleden dat de Buddha werd geboren. De tempels, huizen, scholen, gebouwen, straten: alles was feestelijk versierd en verlicht om de geboorte, de verlichting en dood van de Buddha te herdenken. Zo uitbundig als deze keer had ik het in al die jaren nog nooit meegemaakt. Ook onze dovenschool zag er prachtig versierd uit met lampions, die door de leerlingen waren gemaakt. Onze Nederlandse ambassadeur, Mrs. Leoni Cueleneare, is de Patron van de Dr. Reijntjesdovenschool. Helaas moesten we afscheid van haar nemen omdat ze m.i.v. 1 juni werd overgeplaatst naar Jemen. De komende Nederlandse ambassadeur wordt dan onze nieuwe Patron (beschermheer). Midden juni kwamen 2 vrijwilligers uit Groningen naar onze dovenschool. Dat waren Matthijs, een dove jongen van 20 jaar met zijn tolk Esther. In Nederland is dit een extra service voor doven, fantastisch! Ze voelden zich erg op hun gemak tussen onze dove leerlingen en Matthijs had meteen contact via de gebarentaal, terwijl de Nederlandse gebarentaal totaal verschillend is van de Sri Lankaanse! Matthijs had in Groningen geld verzameld voor een schoolreis en we besloten deze keer naar Kandy te gaan. Het werd een prachtige schoolreis met veel plezier onderweg in de 2 bussen, een bezoek aan de oude tempel in Kandy waar de tand van Buddha wordt bewaard, een bezoek aan het nieuwe Museum en aan de Botanische Tuin in Peradeniya. In juli kwam er een nieuwe danslerares om de leerlingen voor te bereiden op het concert in december a.s., waar onze leerlingen 9 verschillende dansen laten zien in compleet nieuwe kostuums die door de moeders samen met de stafleden worden gemaakt. Op deze dag is er tevens een tentoonstelling met al het werk van de leerlingen over het afgelopen jaar. In September begonnen we met een nieuw tuinproject: een plantenkwekerij voor anthuriums en orchideeën etc. We starten binnenkort ook met een paddestoelenkwekerij, zodra het huisje voor dit doel klaar is. Een nieuw fotografieproject ging van start voor de oudste leerlingen. Hartelijke dank voor uw steun. Zonder de bijdrage van de sponsors zouden we het niet redden! Tineke de Silva-Nijkamp |
Bekijk ook onze nieuwe schoolwebsite: www.schoolforthedeaf.lk
38
column
UIT DE EBERTALLEE
Kerstnacht ...
I
n de donkerste tijd van het jaar vieren wij het feest van het licht. Op de eerste zondag van Advent steken wij in de kerk en in onze huizen een eerste kaars aan, die in een donkere wereld aarzelend haar licht verspreidt. En tijdens de volgende Adventsweken straalt steeds meer Licht de wereld in. Om in de nacht van 24 op 25 december tot een waar feest van licht te worden. Kerstfeest. Het toppunt van licht. In een donkere wereld. Wij vieren het feest van de geboorte van Jezus. In onze romantische belevingswereld rond Kerst zijn wij geneigd, ons deze geboorte in een donkere, koude nacht en in een winters, met sneeuw bedekt landschap van Bethlehem voor te stellen. Ook al weten wij best, dat het in Israël uiterst zelden sneeuwt. En ook al weten wij allicht ook best, dat Jezus historisch gezien niet in de donkere nacht van 24 op 25 december geboren is. Waarom wij dan in de nacht van 24 op 25 december Kerst vieren? Het antwoord op deze vraag vinden wij in het gekerstende Romeinse Rijk van de 4e eeuw na Christus. Het was onder de heerschappij van keizer Constantijn, dat het geboortefeest van Jezus met de datum van 25 december verbonden werd. In dit verband is het belangrijk ons te realiseren, dat de christenheid tot dan toe helemaal geen bijzonder feest kende, om de geboorte van Jezus te vieren. Naast Pasen, voor de eerste christenen het feest bij uitstek, gedachten zij op 6 januari Jezus’ doop en daarmee zijn eerste optreden op aarde, zijn verschijning, zijn epifanie. Op het concilie van Nicea in 325 evenwel kwam het dogma van de menswording van God in Jezus centraal te staan. Deze leer wilde de ketterse gedachte ondermijnen, dat Jezus bij zijn doop door God als zoon geadopteerd zou zijn. Met de leer van de menswording van God in Jezus ontstond ook de behoefte, de geboorte van Jezus met een bijzonder geboortefeest te vieren. Het Kerstfeest ontstond en zou van nu af aan op 25 december plaatsvinden. Het was de dag, waarop tot dan toe het heidense feest van de zonnewende gevierd werd. De dag, waarop de aarde zo jegens de zon geneigd staat, dat de nacht het langst en de dag het kortst is. De nacht het langst. Maar uiteindelijk moet zij het onderspit delven. Want op hetzelfde moment, dat de nacht het langst is, vindt de wende plaats. Wordt het licht sterker dan alle duister. Naar heidense overlevering brak de onoverwinbare zonnegod, de Sol invictus, baan. Steeds meer baan. Zo werd het heidense feest van de zonnewende gevierd. En het was dit heidense feest, dat in de 4e eeuw na Christus in het Romeinse Rijk plaats ging maken voor het geboortefeest van Jezus. In plaats van de zonnegod werd nu Jezus vereerd als de Zon van ons bestaan. Als het Licht der wereld. Want met zijn geboorte, zo beleed de kerk, kwam het Licht in onze duistere wereld. Kerstfeest. Het toppunt van het Licht. In een duistere wereld. Ook al is Jezus historisch gezien niet in de nacht van 24 op 25 december geboren, wij hebben alle grond, om zijn geboorte in deze nacht te vieren. Want hij komt ons nabij op het moment, waarop onze nacht het langst is. Om ons dan tot een onoverwinnelijk Licht te zijn. Een nieuwe Morgen. Een gezegend Kerstfeest toegewenst! Rens Dijkman-Kuhn |
Tjeetje, Klaas Als iets verenigt, is het een gezamenlijke vijand. Bij mannen tot een bepaalde leeftijd (bij sommigen schijnt het nooit over te gaan), is de vijand bij voorkeur ook van het mannelijk geslacht en van een generatie ouder – zo wil althans de psychologie van de koude grond, maar een kern van waarheid zit erin. De vijand is de vader.
D
e tweede publicatie van Klaas Hendrikse, zelfverklaard atheïstisch predikant te Middelburg en omstreken, heeft de Protestantse Kerk andermaal in beroering gebracht. Klaas Hendrikse heeft de leeftijd van mijn vader. Ik moet zijn tweede boekje nog lezen. Uit overwegingen van valse zuinigheid laat ik Nederlandse boeken naar – jawel – mijn vader (en moeder) sturen, waar ik ze dan na een tijdje afhaal. Scheelt een euro in de porto; bij hen ligt de nieuwe Hendrikse nu op de mat. Moet mij dat van een oordeel afhouden? Nee, en als ik te vroeg heb geoordeeld, corrigeer ik dat in de volgende Schakel. Ik las deze week een interview op de website van Trouw, en dacht: ‘Tjeetje, Klaas’. Ik had het niet gewild, maar ik vrees dat ik je toch nog tot de afbraaktheologen moet rekenen. Afbraaktheologie – dat was de gezamenlijke vijand tijdens mijn theologiestudie. Afbraaktheologen – dat waren de boze vaders, Kuitert voorop, hoewel die mijn opa had kunnen zijn. En ze zijn het wat mij betreft nog steeds, hoewel ik denk dat ik wel zo’n beetje uit de puberteit ben. ‘De leidsmensen van de Protestante Kerk hadden me er vanwege mijn uitspraken uit moet gooien’, ‘Jezus was niet uniek’, ‘De christelijke traditie heeft een supermens en een God van hem gemaakt’ – ik vat het interview met Klaas Hendrikse in Trouw even samen. (Wat dat ‘eruit gooien’ betreft: het lijkt me voor een wannabe-rebel de ultieme straf, dat hij er niet wordt uitgegooid – maar dat terzijde.) Waarom is dit afbraaktheologie en wat is daar zo verkeerd aan? En waarom dacht ik ‘Tjeetje, Klaas’, met andere woorden: waarom was ik met Hendrikses eerste boek nog zoveel blijer? ‘Gewone’ gelovigen mogen van hun predikant verwachten, dat zij of hij kan uitleggen, wat de bijbelse boodschap en de christelijke traditie betekenen. Een predikant hoort in elk geval te proberen om dat in woorden en daden uit te leggen – of dat lukt is een tweede. Zo versta ik althans mijn eigen beroep. En Hendrikses eerste boek liet zich wat mij betreft ook nog zó lezen: het was een omstreden poging om de betekenis van het woord ‘God’ te onderzoeken, om woorden te geven aan wat ‘God’ voor moderne mensen kan betekenen. Het was een omstreden poging om het potentieel van met name het Oude Testament te onderzoeken. God is niet als een ding, maar hoe is Hij dan wél? Hendrikse zocht naar een positief antwoord op een vraag die uiterst moeilijk geworden is.
Hoe dan wél – dat wil ik horen. In het eerste boek las ik nog over ‘volwassen afhankelijkheid’ die juist voor het aangezicht van God ontstaat. In het eerste boek las ik nog over het beschermende besef dat er iemand op je levensweg met je meegaat. Ik heb het in het toch uitgebreide interview niet gehoord en vond dat in de eerste plaats wat tragisch. Tjeetje, Klaas, dan is het toch nog tot afbraak en schoppen geworden. Over Jezus gaat het tweede boek, en ik las in het interview slechts dat de kerk hem ten onrechte heeft opgehemeld. En dat er in die kerk een spruitjesgeur hangt. Het mag allemaal waar zijn, het is wellicht allemaal waar. Maar ik wil iets anders horen. Ik wil horen, dat Jezus ons heeft geboden om radicaal in te staan voor de zwakke – omdat God geen standaard kent waaraan wordt afgemeten wat levenswaardig zou zijn. Ik wil horen, dat zijn beweging er in weerwil van de omgeving voor streed om etnische en sociale grenzen te doorbreken – omdat die voor God ook niet van belang zijn. Ik wil horen, dat hij liefde voor de vijand preekte in een tijd waarin dat als verraad kon worden begrepen – omdat God boven allen staat. Die boodschap is niet evenzeer bij Plato of de Boeddha te halen, geloof ik nog altijd. Ik weet wat Jezus en wat zijn Evangelie allemaal niet uniek maakt. Daarvoor is een universitaire theologiestudie: om jaren te ontnuchteren. ’s Zondags wil ik iets anders horen: waarom deze Jezus en dit Evangelie toch uniek zouden zijn. Misschien is het daarom dat zonen vaders als hun vijanden hebben: ze zijn van hen afhankelijk voor goede raad en voor levensadvies. Vaders zijn diegenen van wie ze nooit helemaal kunnen winnen. Maar wat als die vaders niet meer willen winnen, als ze het spel van de zonen voor belachelijk verklaren? Dan rest de zonen meewarigheid en vertwijfeling. En verontwaardiging en grotere boosheid: ze willen van hun vaders kunnen leren om het vervolgens nadrukkelijk anders te doen. Ik heb het bange vermoeden, dat Hendrikse in zijn nieuwe boek voor mij die vaderrol niet meer kan spelen. Tjeetje, Klaas, wat jammer. Tim van de Griend |
column
39
Één heilige kerk ... In Berlijn staat de volkswijk Wedding heden ten dagen bekend om haar multiculturele karakter. In de laatste 25 jaar is het aantal buitenlanders dat er woont sterk toegenomen. De dominee van de gemeente ‘an der Panke’ heeft het straatbeeld zien veranderen en ook de leegloop van ‘zijn’ kerk ervaren.
N
og een handjevol mensen komen op zondag naar de kerk en daarom moesten drie gemeentes fuseren met als gevolg dat één kerk (een prachtige kerk van Schinkel) op zondag gebruikt wordt en de andere twee leeg staan. Zo af en toe worden deze kerken gebruikt. De Stephanuskerk is een grote kerk in nieuw gotische stijl, in het gebouw hangt de grootste kroonluchter van Europa wat een een imposante indruk maakt. Er zijn glas in loodramen en ook het romantische orgel van de firma Schlag & Söhne (gebouwd in het jaar 1904) is prachtig. Inmiddels wordt de kerk nauwelijks gebruikt, slechts voor culturele aangelegenheden, of een extra kerkdienst. De kerkbanken zijn er aan de kant geschoven en hebben plaats gemaakt voor stoelen, alsof de kerk nu echt als theater is ingewijd. Ook in Nederland is men bekend met dit fenomeen: de kerk die een herbestemming krijgt als discotheek of supermarkt. Sommige Christen zouden liever zien dat een kerk die aan de eredienst onttrokken is, gesloopt wordt. Daarbij wordt vergeten dat een kerk ons herinnert aan de christelijke wortels van de samenleving. Op deze manier pronkt de grote Stephanuskirche in volle glorie in de Soldiner Ecke, een gedeelte van Wedding waar veel criminaliteit is en armoede. “Stond er een moskee, dan zou die goed bezocht worden”, aldus de dominee. In de uitspraak van de dominee, is een lichte teleurstelling merkbaar. Zo ook het verhaal van de wekelijkse ‘Laib und Seele’. Elke week kunnen mensen die van het minimum moeten leven, voedsel ophalen bij de kerk. Toen de dominee een keer aansluitend aan het uitdelen van het eten een kerkdienst wilde houden rondom het thema ‘geestelijk brood’, kwam slechts één persoon van de circa 120 mensen die daar wekelijks voedsel ophalen. “Men is blijkbaar niet geïnteresseerd meer aan het geestelijke voedsel”, aldus de dominee.
We leven in een tijd waarin de het aantal kerkbezoekers per jaar terugloopt. Natuurlijk is het mooi wanneer de gemeente groeit, wanneer vele mensen begroet mogen worden in een kerkdienst, wanneer een gebouw als de Stephanuskirche tenvolle wordt ‘benut’. Getallen zijn voor ons meetbaar, geven ons een houvast. Vaak zeggen we na afloop van een dienst: ‘het was goed bezocht’, alsof we met deze uitspraak iets zeggen over het al dan niet geslaagd zijn van de kerkdienst. Maar het aantal kerkgangers is niet het beslissende van de dienst. “Want waar er twee of drie in mijn naam bijeen zijn, daar ben Ik in hun midden”, aldus het evangelie naar Mattheüs 18:20. Dit is geen woord van troost voor kleine gemeenten, die graag meer mensen in een kerkdienst zouden begroeten of voor een gemeente die haar leegstaande kerk graag zou gebruiken. Nee, het gaat om gemeenschap. En gemeenschap ontstaat al wanneer twee mensen bij elkaar komen. Een kerkdienst is geslaagd, wanneer mensen in Zijn naam bijeenkomen en daardoor een ontmoeting met elkaar en met God mogelijk wordt. Dat is de werkelijke maat waarmee gemeten wordt. Daarvoor heeft men ook geen mooi gebouw nodig. Christelijke gemeentes kunnen elkaar onderling de ogen uitsteken met het aantal mensen dat “HUN” kerk bezoekt. Vergeten wordt, dat iedere geloofsrichting met veel of weinig gemeenteleden binnen het Christendom een vergadering vormt van gelovigen in Jezus Christus. We zijn als Christenen verbonden met elkaar, doordat we geloven aan God, hoe Hij door Jezus Christus gesproken heeft. Onderlinge verdeeldheid is een factor die door het het Christendom bemoeilijkt geloofwaar-
_ Stephanuskirche
_ St. Paulskirche
dig te zijn. “Naastenliefde preken, maar haat zaaien”, wordt het Christendom verweten, waarbij vaak gedacht wordt aan de kruistochten, en de vele afsplitsingen die de (Nederlandse) kerkgeschiedenis kent of heeft gekend. Gelukkig zijn er in Nederland, maar ook hier in Duitsland veel initiatieven op het gebied van de oecumene, zijn er genoeg kerken die willen uitdragen dat in Jezus Christus menselijke scheidslijnen er niet meer toe doen. Gelukkig zijn er gemeentes die bereid zijn om naar andere geluiden te luisteren, open staan voor het gesprek met mensen uit andere confessionele hoeken. Zo ook in Berlijn. In 1970 werd de Ökumenische Rat BerlinBrandenbrug (ÖRBB) opgericht die tot op de dag van vandaag gevormd is met de bereidheid naar elkaar te luisteren en met elkaar kerkdiensten te vieren. De kerken die zich aangesloten hebben bij de ÖRBB weten en willen dat uitdragen. Zo ook de kerngemeente Berlijn (NKID). Ook het Internationale Konvent vormt een platform waar verschillende ambtsdragers uit verschillende geloofsrichtingen uit verschillende landen elkaar ontmoeten. Eens per jaar viert het Internationale Konvent tijdens de ‘Gebetswoche’ een oecumenische kerkdienst voor de éénheid der Christenen. Een positief geluid, in de tijd van de ontkerkelijking. We zijn één in Christus, en we hoeven andere religies, of gemeentes met ‘veel bezoekers’ niet te vrezen. Bouwen aan het koninkrijk Gods betekent de communicatie blijven zoeken, gespreksthema’s niet uit de weg gaan, maar op zoek te gaan naar dat wat ons verbindt, met onszelf, met elkaar, met God. Opdat we het goede mogen behouden! Hartelijke groet uit Wedding, Berlijn, Hanneke Allewijn
Kerkdiensten in de ma anden december 2011 en januari 2012 _BALJE Scheune Balje, 14.00 uur 11. 12. ds. Rens Dijkman-Kuhn, Advents en Kerstdienst, Ev.-luth. kerk, Balje 26. 02. ds. Rens Dijkman-Kuhn, Avond maalsviering, Gemeentecentrum Ev.-luth. kerk Balje _BELLIN Agrarzentrum Bellin, 10.30 uur 11. 12. drs. Hanneke Allewijn 25. 03. drs. Hanneke Allewijn _BERLIJN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Hugenottenkirche, Joachim-Friedrich-Straße 4, Berlin-Halensee (Charlottenburg) 30. 12. (Zaterdag!) 14.30 u. Kerkdienst met de Französische Gemeinde, aansluitend feestelijk samenzijn 18. 12. drs. Hanneke Allewijn 15. 01. drs. Hanneke Allewijn 19. 02. NN. _DÜSSELDORF 3e zondag van de maand, 10.30 uur, PaulGerhardt-Haus, Heerdter Landstraße 30 18. 12. ds. Pieter Roggeband, Advents dienst plus Kerstviering 15. 01. ds. Pieter Roggeband 19. 02. ds. Pieter Roggeband _DUISBURG-RUHRORT (NKadR) iedere zondag, 10.30 uur, Rheinallee 14 04. 12 ds. Pieter Roggeband 11. 12. ds. Gert van Zeben 18. 12. ds. Berend Ligtenberg 25. 12. ds. Gert van Zeben; Laar 26. 12. ds. Gert van Zeben; Familiekerst feest in laar, aanvang 14.00 u. 01. 01. geen dienst 08. 01. ds. Gert van Zeben 15. 01. NN. 22. 01. ds. P.F. Boomsma 29. 01. ds. Gert van Zeben 05. 02. ds. Pieter Roggeband 12. 02. ds. Gert van Zeben 19. 02. ds. B.J. Ligtenberg 26. 02. ds. Gert van Zeben _FRANKFURT AM MAIN 1e zondag van de maand, 11.15 uur, Ev.reform. Kirche, Freiherr-vom-Stein-Straße 8 (bovenzaal) 04. 12. ds. Jisk Steetskamp, Oberhöchstadt/Taunus 26. 12. ds. Tim van de Griend, Kerstdienst 01. 01. geen dienst 05. 02. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal
COLOFON_ Schakel-Kontakt 37e jaargang · nr. 6 · december 2011 Uitgever: Kerkenraad van de Nederlandse Kerk in Duitsland · Redactie: Marjolein Kranse, Dr. Albert de Lange, Edward Remeyn, Pieter Roggeband (v.i.S.d.P.) Kerkelijk Bureau, Annie Wagenaar Lienen 1, 26931 Elsfleth, Tel.04404-960296 Fotos: p.33+34: Margret Hofheinz-Döring/ Galerie Brigitte Mauch Göppingen CCBY-SA 3.0; p.39: Silberwolf CC-by-SA 3.0; Andreas Praefcke GFDL Realisering: DIGNUS n DE
_HAMBURG 11.00 uur, kapel Winterhuderweg 04. 12. ds. Rens Dijkman-Kuhn, Advents- en Kerstdienst 22. 01. ds. Rens Dijkman-Kuhn _KARLSRUHE 1e zondag van de even maand, 17.00 uur Simeonkapelle, Insterburger Straße 13 04. 12. ds. Tim van de Griend, Advents dienst met muzikaal ensemble 05. 02. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal _KEULEN/BONN 10.15 uur, Auferstehungskirche (Gemeindehaus), Auferstehungskirchweg 7, Köln-Sürth 26. 12. ds. Pieter Roggeband 11.00 u. 29. 01. ds. Pieter Roggeband 26. 02. ds. Pieter Roggeband _MANNHEIM iedere zondag, 11.00 uur, Hafenkirche, Kirchenstraße 15 04. 12. ds. G. van Zeben 11. 12. ds. H. v. d. Ham 18. 12. ds. P. F. Boomsma 25. 12. geen dienst 01. 01. geen dienst 08. 01. NN. 15. 01. ds. L. Kruger 22. 01. ds. P. Prins 29. 01. ds. H. v.d. Ham 05. 02. ds. H. v.d. Ham 12. 02. ds. L. Kruger 19. 02. ds. M. B. Nieuwkoop 26. 02. ds. J. de Wit _MÜNCHEN 3e zondag van de maand, 11.30 uur, Ev.-reform. Kirche, Reisingerstraße 11 18. 12. ds. Tim van de Griend 15. 01. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal 19. 02. ds. Tim van de Griend, Adventsdienst _MÜNSTER-HAMM 2e zondag van de maand, 10.30 uur, Johannes-Kapelle, Bergstraße 36, Münster 11. 12. ds. Pieter Roggeband, Adventsdienst en Kerstviering 08. 01. ds. Pieter Roggeband 12. 02. ds. Pieter Roggeband _SCHWEI Ev.-luth. kerk Schwei, 10.30 uur 18. 12. ds. Rens Dijkman-Kuhn, Advents- en Kerstdienst 05. 02. ds. Rens Dijkman-Kuhn _STUTTGART 2e en 4e zondag van de maand, 11.15 uur, Alte Ev. Kirche, Amstetter Straße 5, Stuttgart-Hedelfingen 11. 12. ds. Tim van de Griend, Adventsdienst 25. 12. ds. Tim van de Griend, Kerstdienst 08. 01. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal 22. 01. ds. Tim van de Griend 12. 02. ds. Tim van de Griend 26. 02. ds. Tim van de Griend, Heilig Avondmaal _Hallenberg Ev. Gemeindezentrum, Heiligenhausstraße 24. 12. 19.30 u. ds. P. E. G. Wiekeraad 25. 12. 11.30 u. ds. P. E. G. Wiekeraad 31. 12. 15.30 u. ds. P. E. G. Wiekeraad 01. 01. 15.00 u. ds. P. E. G. Wiekeraad, Pfarrer U. Buss
NEDERLANDSE KERK IN DUITSLAND www.nkid.kerknet.de Predikanten_ Noord: ds. Rens Dijkman-Kuhn Ebert-Allee 5, 22607 Hamburg Tel./Fax 040.65681329 Handy 0176.26020233 E-mail:
[email protected] Oost: Pastorale Werker: drs. Hanneke Allewijn Schererstraße 12, 13347 Berlin Tel. 030.21983327, Handy 0151.21648129 E-mail:
[email protected] West: ds. Pieter Roggeband Bandstraße 21, 45359 Essen Tel. 0201.52 39136 E-mail:
[email protected] Zuid: ds. Tim van de Griend Baseler Platz 1, 60329 Frankfurt am Main Tel. 0151.41639646 E-mail:
[email protected] Voorzitter_ ds. Pieter Roggeband Scriba_ Netty van Rijssen Voorzitter Verein_ Suzanne Oonk-Reilink Penningmeester/Boekhouder_ Pieter Schoon Bankrekeningen_ Bank für Kirche und Diakonie Duisburg Ktnr. 101 202 0011 · BLZ 35060190 BIC: GENODED 1 DKD IBAN: DE65 3506 0190 1012 0200 11 t.n.v. Nederlandse Kerk in Duitsland Kerkelijk Bureau_ Annie Wagenaar E-mail:
[email protected] Kerkelijk Centrum_ Rheinallee 14, 47119 Duisburg