RUIMTELIJKE ONDERBOUWING
Foarwei 190 te Kollumerzwaag
Kadastrale kaart Foarwei 190 te Kollumerzwaag
Verzoek om omgevingsvergunning met daarbij ‘handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening” voor het tijdelijk plaatsen van twee woonunits voor een periode van 3 jaar op het perceel Foarwei 190 te Kollumerzwaag met toepassing van artikel 2.1, 1e lid onder a Wabo (bouwen) en artikel 2.1, 1e lid, sub c Wabo (planologisch strijdige activiteit).
Inhoudsopgave
1. Inleiding……………………………………………………………………………3 1.1 Omschrijving verzoek ………………………………………………………..3 2. Planologische situatie ……………………………………………………………4 2.1 Toetsing aan het bestemmingsplan…………………………………………5 2.2 Strijdigheid aan het bestemmingsplan…………………………………… 5 3. Ruimtelijk beleid……………………………………………………………………6 3.1 uitgebreide Wabo procedure…………………………………………………….7 4. Stedenbouwkundige beoordeling………………………………………………..8 4.1 Landschappelijke inpassing………………………………………………….8 5. Milieuaspecten…………………………………………………………………… 9 5.1 Bodem en milieuvergunning…………………………………………………9 5.2 Water………………………………………………………………………… 9 5.3 Geluid…………………………………………………………………………..9 5.4 Luchtkwaliteit…………………………………………………………………10 5.5 Kabels en leidingen………………………………………………………… 10 6. Overige ruimtelijke aspecten…………………………………………………… 11 6.1 Archeologie…………………………………………………………………. 11 6.2 Ecologie…………………………………………………………………… 11 6.3 Externe veiligheid……………………………………………………………11 7. Economische uitvoerbaarheid…………………………………………………. 11 7.1 Grondexploitatiewet………………………………………………………… 11 8. Procedure en inspraak………………………………………………………… . 12 8.1 Vooroverleg…………………………………………………………………. 12 8.2 Ontwerp beschikking……………………………………………………….. 12 8.3 Vaststelling beschikking ………………………………………………… 12
1. Inleiding Op het perceel kadastraal bekend gemeente Westergeest, sectie F, nummer 932, plaatselijk bekend Foarwei 190 te Kollumerzwaag staat al geruime tijd een woning met schuur en tuin. Het perceel is in juni 2012 verkocht aan de familie K.J. Solle. 1.1 Omschrijving van het verzoek Door de heer K.J. Solle wonende te Lutjegast is op 7 mei 2012 een omgevingsvergunning met een verzoek voor ‘handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening’ ingediend voor het tijdelijk plaatsen van twee woonunits en een schuur op het perceel Foarwei 190 te Kollumerzwaag. De bestaande woning die onlangs verkocht is, voldoet niet meer aan de wooneisen van deze tijd. De aanvrager heeft het voornemen om de woning te gaan verbouwen en te moderniseren. Tevens zal de woning voor een gedeelte uitgebreid worden. Het is niet mogelijk om in de woning te gaan wonen en tegelijkertijd de woning te gaan verbouwen. Hierdoor is de wens van de aanvrager om ten tijde van de verbouwing gestart kan worden wil de aanvrager graag in een tijdelijke woonunit op het perceel te gaan wonen op het perceel waardoor er elke dag aan de verbouwing gewerkt kan worden. Op dit moment is aanvrager nog woonachtig in Lutjegast. Met de aanvraag omgevingsvergunning wordt toestemming gevraagd om tijdelijk de woonunits te mogen bewonen en een schuur te plaatsen voor opslag voor een periode van 3 jaar. Aangevraagd zijn het plaatsen van twee woonunits met elk een oppervlakte van 25,20m2. De tijdelijke schuur heeft een oppervlakte van 24,50m2. De goothoogte en bouwhoogte zijn standaard bij een container, voormalig kantoor/opslagruimte.
2. Planologische situatie
Het perceel valt in het geldende bestemmingsplan Buitengebied partiële herziening. Dit bestemmingsplan is op 18-06-1998 vastgesteld door de gemeenteraad en op 2701-1999 goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Fryslân. Tevens is het “facet bestemmingsplan Ondergeschikte woonbestemmingen” van toepassing. Het perceel heeft in het bestemmingsplan de bestemming “Woondoeleinden, kategorie EO”. De gronden op de kaart zoals aangewezen in artikel 4 zijn bestemd voor; a. Woondoeleinden, kategorie EO; b. Vrijstaande eengezinshuizen met de daarin voorkomende winkels, uitsluitend waar de kaart een aanduiding “winkels toegestaan” aangeeft; c. Een aan huis verbonden beroep zoals genoemd in de bijlage van de voorschriften; d. Ondergeschikte bebouwing, andere bouwwerken en andere werken;
Omgeving plangebied Foarwei 190 te Kollumerzwaag
2.1 Toetsing aan het geldende bestemmingsplan Op het perceel wordt al jarenlang gewoond, de woonbestemming is hierdoor passend bij het gebruik van het perceel. De twee woonunits en de schuur zijn gesitueerd buiten de bestemming woondoeleinden en vallen in de bestemming “Tuin”. In de bestemming “Tuin” kunnen geen bouwwerken opgericht worden. Binnen de voorschriften van het bestemmingsplan mag maximaal 1 woning per perceel aanwezig zijn, door het toestaan van een tweede woonmogelijkheid ontstaat er een strijdigheid met het geldende bestemmingsplan.
2.2 Strijdigheid met het bestemmingsplan Er is een strijdigheid met het geldende bestemmingsplan omdat er geen twee woningen op een perceel mogen worden bewoond. Binnen het bestemmingsplan is er geen ontheffingsmogelijkheid aanwezig waar gebruik van kan worden gemaakt. In artikel 4 van de Bor, Besluit omgevingsrecht, staan categorieën van gevallen waarin voor planologische gebruiksactiviteiten een omgevingsvergunning kan worden verleend. In deze categorie is geen mogelijkheid opgenomen voor het plaatsen van een woonunit met schuur.
Conclusie: De aanvraag om tijdelijke omgevingsvergunning is in strijd met het geldende bestemmingsplan.
3. Ruimtelijk beleid Rijksbeleid Op 23 april 2004 is de Nota Ruimte door de Ministerraad vastgesteld. De nota geeft de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkelingen van Nederland weer. Het beleid kent vier pijlers, bundeling van verstedelijking en economische activiteiten, bundeling van infrastructuur, aansluiting van Nederland op de internationale netwerken van luchtvaart en zeevaart en borging van milieukwaliteit en externe veiligheid. Belangrijk is dat nieuwe ontwikkelingen op een goede manier ingepast worden in de totale ruimtelijke en sociaaleconomische ontwikkeling van de Noordelijke wouden. Dit komt neer op een integrale benadering van het uitgangspunt ‘behoud door ontwikkeling’. Streekplan Fryslân Provinciale Staten hebben in 2006 het streekplan Fryslân vastgesteld. Het streekplan vormt de schakel tussen het abstracte rijksbeleid en het concrete gemeentelijke beleid. In het streekplan wordt de gewenste ruimtelijke ontwikkeling tot en met 2015 aangegeven. Het uitgangspunt is het ontwikkelingsgerichte beleid met een ruimtelijke kwaliteit. Het streekplan is zowel sturend als ontwikkelingsgericht. Door de provincie worden ontwikkelingen ondersteund waar sprake is van een verhoging van de ruimtelijke kwaliteit van bouwvlakken. Verordening Romte Provincie Fryslân Door Provinciale Staten is op 15 juni 2011 de Verordening Romte vastgesteld. De verordening stelt regels die er voor moeten zorgen dat de provinciale ruimtelijke belangen doorwerken in de gemeentelijke ruimtelijke plannen. De verordening voorziet niet in nieuw beleid. Nota ruimtelijk beleid buitengebied Kollumerland 2010-2020 De nota ruimtelijk beleid buitengebied Kollumerland is door de gemeenteraad vastgesteld in de vergadering van 8 september 2011.
3.1 Uitgebreide Wabo procedure Uitgebreide Wabo procedure Het college van B&W heeft in zijn vergadering op 26 juni 2012 besloten in principe akkoord te gaan met het plaatsen van twee woonunits en een schuur voor een periode van maximaal 3 jaar op het perceel. Om medewerking te kunnen verlenen aan het verzoek dient de uitgebreide procedure te worden doorlopen. In de toekomst als er een wetswijziging heeft plaatsgevonden is het de bedoeling dat deze relatief kleine strijdigheden met het bestemmingsplan een kortere procedure kunnen doorlopen. De aanvraag heeft voor een periode van zes weken met ingang van 5 juli 2012 ter inzage gelegen. Er zijn geen zienswijzen ingediend, hierdoor kan de omgevingsvergunning worden verleend. In artikel 2.23 Wabo is bepaald dat een omgevingsvergunning kan worden afgegeven voor een bepaalde termijn. De bouwwerken mogen tot en met augustus 2015 op het perceel worden geplaatst, hierna dient het perceel weer in de oorspronkelijke staat te worden terug gebracht. Tijdelijk plaatsen woonunit en schuur Het voornemen voor het tijdelijk realiseren van twee woonunits en een schuur is mogelijk met het doorlopen van een uitgebreide Wabo procedure met toepassing van artikel 2.1, lid 1 onder a en c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
4. Stedenbouwkundige beoordeling 4.1 Landschappelijke inpassing Het perceel is gelegen aan de rand van de kern van Kollumerzwaag. Het perceel is gelegen in de lintbebouwing en omringd met bomen, bossages, en ander plantgoed. Doordat de bouwwerken maximaal 3 jaar op het perceel Foarwei 190 te Kollumerzwaag zullen staan is een landschappelijke inpassing van de bouwwerken niet noodzakelijk. Conclusie Het perceel hoeft voor de tijdelijke bebouwing niet nader landschappelijk ingepast te worden.
5.Milieuaspecten In het kader van de procedure ex artikel 2.12, 1e lid, sub 3 Wabo, dient in de ruimtelijke onderbouwing aandacht geschonken te worden aan alle relevante milieuaspecten. Omliggende percelen hebben allemaal een woonbestemming en worden ook zo gebruikt. Aan de overkant ligt het perceel Foarwei 207 gesitueerd, dit is een agrarisch bedrijf welke een agrarische bestemming heeft met een agrarisch bouwvlak. De afstand tussen het bedrijf en de te plaatsen woonunits en schuur bedraagt ca. 60 meter. Vanwege de tijdelijkheid van de bouwwerken kan voldaan worden aan het aspect geur, stof en geluid. 5.1 Bodem Het perceel wordt al geruime tijd gebruikt voor woondoeleinden. Op de signaleringskaart wordt (mogelijke) bodemverontreiniging van de provincie Fryslân weergegeven. Voor de tijdelijke bouwwerken is geen bodemonderzoek noodzakelijk. Conclusie Een bodemonderzoek is in dit geval niet noodzakelijk en hoeft niet te worden uitgevoerd. De omgevingsvergunning ten aanzien van het aspect bodem kan uitvoerbaar worden geacht. 5.2 Watertoets De watertoets- zoals deze in het kader van ruimtelijke plannen dient te worden uitgevoerd- is het gehele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en uiteindelijk beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. In het kader van de benodigde procedure, ex artikel 3.1.1./3.1.6. van het Bro dient er vooroverleg gepleegd te worden met het Wetterskip Fryslân. Gelet op het feit dat er tijdelijk bebouwing wordt geplaatst vindt er in principe geen vergroting van oppervlakteverharding plaats, hierdoor kan een watertoets achterwege blijven. 5.3 Geluid Het verzoek heeft betrekking op het tijdelijk plaatsen van bebouwing tijdens de verbouwing van de bestaande woning. In de Wet geluidhinder wordt de geluidsbelasting geregeld. De Wet geluidhinder bepaald dat de ‘geluidsbelasting’ op gevels van woningen en andere geluidsgevoelige objecten niet hoger mag zijn dan een in de wet bepaalde norm. In veel van deze gevallen is deze norm 48 dB. Met het plan voor de tijdelijke bebouwing wordt geen geluidsgevoelige bebouwing opgericht. Daarom is voor wat betreft wegverkeerslawaai geen nader onderzoek naar geluidhinder benodigd. Het verzoek kan voldoen aan de voorschriften van de Wet geluidhinder.
5.4 Luchtkwaliteit De regels ten aanzien van de luchtkwaliteit zijn geïmplementeerd in de Wet milieubeheer op 15 november 2007. Kern van de wet is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Hierin staat wanneer en hoe overschrijdingen van de luchtkwaliteit moeten worden aangepakt. Het programma houdt rekening met nieuwe ontwikkelingen zoals bouwprojecten of de aanleg van infrastructuur. Projecten die passen in dit programma, hoeven niet meer getoetst te worden aan de normen (grenswaarden) voor luchtkwaliteit. Ook projecten die ‘niet in betekende mate’ (nibm) van invloed zijn op de luchtkwaliteit hoeven niet meer te worden getoetst aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit. De criteria om te kunnen beoordelen of er voor een project sprake is van nibm, zijn vastgelegd in de AMvB-nibm. In de AMvB-nibm is vastgelegd dat na vaststelling van het NSL of een regionaal programma een grens van 3% verslechtering van de luchtkwaliteit (een toename van maximaal 1,2 ug/m3 NO2 of PM10) als ‘niet in betekende mate’ wordt beschouwd. Het voorliggend bouwplan is ondergeschikt, waardoor er geen nader onderzoek noodzakelijk is. 5.5 Kabels en leidingen Aanvrager dient onderzoek te doen of er kabels en leidingen op de bouwplaats geraakt kunnen worden. Door een click melding te doen kan schade voorkomen worden.
5. Overige ruimtelijke aspecten 6.1 Archeologie Uitgangspunten van het verdrag van Malta zijn het vroegtijdig betrekken van archeologische belangen in de planvorming, het behoud van archeologische waarden ter plaatse en introductie van de zogenaamde ‘veroorzakerprincipe’. De provincie Fryslân heeft een cultuurhistorische advieskaart uitgebracht waar informatie is te vinden over de te verwachten archeologische waarden. De informatie is weergeven op de zogenaamde FAMKE kaart. Het bouwen van de tijdelijk bebouwing voor een periode van 3 jaar is ondergeschikt aan een archeologisch onderzoek. De tijdelijke planologische wijziging vormt geen bedreiging voor de eventueel in de bodem aanwezige archeologische waarden. 6.2 Ecologie Het perceel is op een afstand van circa 11,60 km gelegen van het Vogelrichtlijngebied Lauwersmeer. De voorliggende aanvraag betreft tijdelijke bebouwing. Ten aanzien van het Vogelrichtlijngebied zijn er geen negatieve effecten op de planologische verandering. Doordat het perceel al jaren een woonbestemming heeft, zal dit geen gevolgen hebben voor de plantensoorten in het kader van de floraen faunawet die beschermd zijn. Hierdoor gaan wij ervan uit dat er geen sprake zal zijn van een negatief effect op het Vogelrichtlijngebied Lauwersmeer.
6.3 Externe veiligheid Voor de uitvoering van de bebouwing zijn er geen belemmeringen in het kader van externe veiligheid te verwachten. Het perceel ligt in de lintbebouwing van Kollumerzwaag. in het plangebied en in de directe nabijheid van het plangebied zijn geen risicovolle inrichtingen aanwezig die de gewenste bouwmogelijkheden onmogelijk zouden kunnen maken. Er is geen nader onderzoek benodigd.
7. Economische uitvoerbaarheid 7.1 Grondexploitatiewet Om dit plan te realiseren zijn er geen kosten voor de gemeente Kollumerland c.a. die op de initiatiefnemer verhaald moeten worden. Het betreft hier geen plan zoals genoemd in artikel 6.2.1 Bro.
8.1 Procedure en inspraak 8.1 Vooroverleg In het kader van het wettelijke overleg dient het plan te worden aangeboden aan het Wetterskip Fryslân, provincie Fryslân en het Ministerie van I & M. Vanwege het tijdelijke karakter van de bouwwerken voor een periode van maximaal 3 jaar is het plan niet toegezonden voor overleg. 8.2 Ontwerp uitgebreide omgevingsvergunning Het voornemen is kenbaar gemaakt op woensdag 5 juli 2012 in het huis-aanhuisblad Kollumer Courant. Tevens zijn de stukken digitaal te raadplegen op; - www.kollumerland.nl De ontwerp omgevingsvergunning heeft voor een ieder tijdens de periode van 5 juli 2012 voor een periode van zes weken ter inzage gelegen. Een ieder heeft tijdens deze periode de mogelijkheid gehad om een zienswijze in te dienen. Er zijn gedurende periode geen zienswijzen ingediend.
8.3 Verlenen uitgebreide omgevingsvergunning De vastgestelde uitgebreide omgevingsvergunning zal voor belanghebbenden voor een periode van zes weken ter inzage worden gelegd. Dit zal bekend gemaakt worden in de huis-aan-huiskrant en op de gemeentelijke website. Belanghebbenden kunnen in deze periode beroep indienen bij de rechtbank. Tevens zijn de stukken digitaal te raadplegen op; - www.kollumerland.nl