r.k.basisschool Vlaanderenplein 1A 4551 DZ Sas van Gent Tel: 0115-460028 E-mail:
[email protected] Website: www.desassevaart.nl
Schoolgids 2011-2012 juni 2011
de Esdoornveste
Welkom op De Sasse Vaart
We heten u van harte welkom op De Sasse Vaart en hopen dat uw kind zich hier thuis zal voelen en zich goed mag ontwikkelen. Wij als team zullen daarvoor ons beste beentje voorzetten en de vaart er zeker in houden. In deze gids treft U allerlei informatie aan over onze school die voor u als ouder van belang is. We hopen natuurlijk dat de samenwerking tussen u en ons mede daardoor goed en prettig zal zijn. Heeft u na het lezen van deze gids nog vragen, neem dan gerust contact met ons op. Ons telefoonnummer is 0115-460028 Ons mailadres:
[email protected]
Namens het team van de school,
A. van Opdorp Directeur
2
Wat u achtereenvolgens aantreft
blz.
1. De Sasse Vaart: een katholieke basisschool 1.1 Waar staan we voor? 1.2 Wat willen we? 1.3 Doelen en resultaten 1.4 Onze methoden 1.5 Werken bij de kleuters 1.6 Werken in groep 3 t/m 8
4 4 6 6 7 12 13
2.1 Zorg voor onze kinderen 2.2 Overstappen naar een school voor speciaal (basis)onderwijs 2.3 De Pluslas 2.4 Onderwijs aan langdurig zieke kinderen 2.5 De intern begeleider/zorgcoördinator
13 13 13 15 15 16
3.1 Aanmelden 3.2 Aanmelding van een kind met een handicap 3.3 Naar een volgende groep 3.4 Van school gaan 3.5 Schorsing en verwijdering
16 16 17 17 18 18
4.1 Contact met ouders 4.2 Hulp van ouders
19 19 19
2. Zorg
3. Naar onze school en verder
4. Ouders en school
5. Voor de praktijk van elke dag 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10
Schooltijden OTV Toezicht Brengen en halen Met de fiets Overblijven Gymnastiek Verjaardag Fruit, melk of…? Speciaal voor kleuters
Blz. 20 20 20 21 21 21 22 22 22 23
5.11 5.12 5.13 5.14 5.15 5.16 5.17 5.18 5.19
Leerplicht Ontheffing les Vakanties/vrije dagen Bij wie zit uw kind? Huiswerk Opvang ICT Lezen en bibliotheek Observaties in de klas
6. Kosten: ouderbijdrage en schoolreis 7. Gezondheid en veiligheid
20 Blz. 23 23 24 25 26 26 26 27 27
27
7.1 Gezondheidszorg 7.2 Logopedische hulp 7.3 Roken 7.4 Veiligheid
28 28 28 28 29
8.1 Verzekeringen 8.2 Klachtenregeling 8.3 Sponsoring
29 29 30 31
9.1 Bestuur 9.2 (Gemeenschappelijke) Medezeggenschapsraad (G)MR 9.3 Ouderraad 9.4 Directie en personeel 9.5 Klachtenregeling bestuur 9.6 Inspectie basisonderwijs 9.7 Contactlijst Jeugdhulpverlening
32 31 31 32 32 33 33 33
8. Regelingen
9. Geledingen
3
1. De Sasse Vaart: een r.k.basisschool 1.1 Waar staan we voor? De 11 r.-k scholen in de Kanaalzone zijn verenigd onder het bestuur van Kapriom. De Sasse Vaart maakt hier deel vanuit. Alle Kapriom-scholen staan voor kwaliteit, betrokkenheid en open aannamebeleid. Kapriom beschouwt het als haar missie om het beste uit leerlingen te halen waarbij ieder individu zich optimaal kan ontplooien voor een goede toekomst. We zien het als onze kerntaak om onderwijs te geven dat is gericht op de totale ontwikkeling van het kind. Het moet een goede basis bieden voor de toekomst van dit kind in de maatschappij. Hoe de school hier vorm en inhoud aan geeft leest u in deze schoolgids.
Visie
Kwaliteit, betrokkenheid en professioneel handelen zijn de drijfveren. Iedere school ontwikkelt zich tot een goede school met een eigen gezicht en cultuur, waar kinderen zich thuis voelen en veel kunnen leren van en met elkaar. Leerlingen hebben een prettige en leerzame tijd in onze scholen. We werken aan een lerende gemeenschap waarin het gewoon is om van en met elkaar te leren.
Identiteit
In het vormingsconcept van iedere school wordt gezocht naar optimale leer- en ontwikkelingsmogelijkheden voor alle kinderen. De christelijke – de katholieke – geloofstraditie reikt daarvoor inspirerende en waardevolle elementen aan. Aandacht voor de mens als geheel, de balans/relatie tussen vrijheid en sturing en de kernwaarden van Kapriom geven een meerwaarde vanuit het perspectief van de geloofstraditie. Binnen Kapriom wordt het onderwijsaanbod en de ontwikkeling ervan gebaseerd op dat perspectief. Met het oog op regionale en maatschappelijke ontwikkelingen kiest elke school voor een eigentijdse, passende en adequate vormgeving van de katholieke identiteit.
Kernwaarden
De kernwaarden dragen we uit en laten zien wat we belangrijk vinden in onze scholen: Eigenheid Ontwikkeling wordt gestimuleerd door verantwoordelijkheid, ruimte en vrijheid te geven aan alle mensen in de Kapriom-organisatie. De vrijheid wordt mede bepaald door de grenzen die duidelijk worden aangegeven. Of dat nu op groepsniveau, op schoolniveau of op stichtingsniveau is: er zijn duidelijke kaders die de richting aangeven. Grenzen en vrijheid moeten ook een gevoel van veiligheid geven.
4
Professionaliteit We zijn transparant, open en duidelijk naar elkaar op alle niveaus in alle geledingen van de Kapriom-organisatie. We gaan op een professionele manier met elkaar om. Kwaliteit Kwaliteit staat voorop. We zijn gericht op kwaliteitsverbetering van ons onderwijs en willen het steeds beter doen. We evalueren regelmatig onze kwaliteit en verantwoorden ons ten opzichte van ouders en onze omgeving. Toekomstgericht In ons handelen zijn we toekomstgericht bezig en kijken vooruit met een open blik naar wat er zich afspeelt in de samenleving en de directe omgeving van onze scholen. We anticiperen op toekomstige ontwikkelingen en signalen uit de maatschappij. Verbondenheid Naast het gevoel voor eigenheid van iedere betrokkene (individu en school) streven we naar verbondenheid met elkaar, tussen leerlingen, ouders, leerkrachten en tussen scholen onderling. Daadkracht. We zijn daadkrachtig in ons handelen, tonen initiatief en schromen niet om knopen door te hakken. Gelijkwaardigheid. We handelen uit respect voor elkaar, in de dialoog zijn we gelijkwaardige gesprekspartners. Veelzijdige en brede ontwikkeling Leerlingen en personeel van Kapriom worden mogelijkheden geboden om zich op verschillende terreinen te ontwikkelen. Veelzijdig en breed.
5
1.2 Wat willen we? (de gewenste kwaliteit) In het schoolplan staat beschreven wat we in de komende vier jaar willen bereiken en hoe we de gewenste veranderingen zullen invoeren. Een belangrijk onderdeel is het waarborgen van de kwaliteit van ons onderwijs en daar waar nodig te streven naar verbetering ervan. Elke vier jaar onderzoeken we hoe het staat met ons onderwijs door de ouders, het team en de (oudste) leerlingen te bevragen. Ook tussentijds vragen wij de mening van ouders. Bovendien meten we de kwaliteit ook door de diverse toetsen die we afnemen. Belangrijke hulpmiddelen om onze kwaliteit te verbeteren zijn nascholing en schoolbegeleiding door diverse schoolbegeleidingsdiensten.
1.3 Doelen en resultaten Het ministerie van onderwijs heeft de kerndoelen voor het basisonderwijs uitgebreid beschreven. Het zou veel te ver voeren deze hier te omschrijven. We noemen er enkele: Het onderwijs op onze school: Is bestemd voor kinderen vanaf de leeftijd van 4 jaar Is zodanig ingericht, dat de kinderen in beginsel binnen een tijdvak van 8 aaneengesloten jaren de school kunnen doorlopen Legt mede de basis voor het volgen van aansluitend voortgezet onderwijs Is zodanig ingericht, dat de leerlingen zoveel mogelijk een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken Is afgestemd op de voortgang in ontwikkeling van de leerlingen Gaat er vanuit dat leerlingen opgroeien in een multiculturele samenleving Heeft aandacht voor de levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals die leven in onze samenlevingen met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. Wordt gegeven met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing, vanuit een christelijke inspiratiebron. De resultaten die de kinderen behalen worden vanaf groep 3 schriftelijk 3x per jaar middels een schoolrapport aan de ouders meegedeeld. Verder worden ze minstens 2 x per jaar met alle ouders besproken tijdens geplande ouderavonden. Via ons leerlingvolgsysteem van Cito worden de resultaten van o.a. rekenen, taal, spelling, woordenschat, leestempo en begrijpend lezen gevolgd. In groep 6 en 7 doen de kinderen mee aan de Entreetoets van Cito en in groep 8 doen de kinderen de Eindtoets van Cito. Tevens volgen we het zgn. dyslexieprotocol, om in een zo vroeg mogelijk stadium te kunnen vaststellen of er sprake van dyslexie bij uw kind zou kunnen zijn en in dat geval de nodige maatregelen te kunnen treffen. Al deze gegevens leiden uiteindelijk tot een aanmelding bij het voortgezet onderwijs na groep 8.
6
Deze aanmeldingen zagen er de afgelopen drie jaar als volgt uit:
Type LWOO/VSO VMBO VMBOt VMBOt-HAVO HAVO/VWO ATH/GYMN
Aantal 2009 1 4 2 4 8
Aantal 2010 2 2 1 1
Aantal 2011 1 4 3 2 2
Onze score van de eindtoets Cito was het afgelopen jaar 533,8. Cito maakt een vergelijking met scholen, die gelijkwaardig aan de onze zijn. Dan is onze score 535,3 en binnen de norm van wat verwacht mag worden van onze school.
1.4 De methoden die we gebruiken Vakken
Groep
Methode
Voorbereidend taal
1-2
Ik en Ko Taal: Alle activiteiten zijn gekaderd binnen een thema. Tijdens deze activiteiten wordt gewerkt aan de mondelinge taalvaardigheid, beginnende geletterdheid en taalbeschouwing. De woordenschatuitbreiding neemt een belangrijke plaats in. De activiteiten zijn verdeeld in de volgende categorieën: spel, ontdekken, hoek, expressie, prentenboek, knutselen en kring. Leeslijn: begint in groep 1 als een methode voor ontdekkend leren met een projectmatige werkwijze. De projecten moeten de ontwikkelingen van de kinderen voldoende stimulansen geven. Het doel is om de taalontwikkeling en de beginnende geletterdheid te stimuleren. Piramide: Deze methode heeft een aantal speciale uitwerkingen voor extra steun aan de kinderen. We gebruiken deze methode vooral voor taalstimulering en extra spel, vooral voor de groep als totaal. Bas: Dit programma wordt gebruikt tijdens de remedial teaching. Aan de hand van tekeningen praten de kinderen over bepaalde situaties en voorwerpen. Het is belangrijk dat kinderen die koppelen aan de eigen praktijk. Het kind leert zo steeds meer woorden kennen en gebruiken. Bij elke plaat is een verhaal met vragen, taalspelletjes, liedjes en versjes.
Voorbereidend rekenen
1-2
Ik en Ko rekenen sluit aan bij Ik en Ko taal. Er wordt gewerkt met dezelfde thema‟s. De volgende rekendomeinen komen aan bod: tellen (t/m 10), getalbegrip, meten, tijd en meetkunde. Alles Telt gebruiken we als voorloper op de methode in de andere groepen 7
Aanvankelijk en voortgezet technisch lezen
3 t/m 8
Leeslijn: Vanaf groep 3 bestaat Leeslijn uit twee gescheiden leerwegen: Leespad en Leesweg. Leespad is bedoeld voor taalvaardige kinderen die in groep 2 al gedeeltelijke of volledige letterkennis hebben verworven en al enkele woorden kunnen lezen. De kinderen die leesweg volgen, leren lezen met behulp van basiswoorden met een sturend instructie- en oefenprogramma. Leeslijn heeft een verdeling in AVIniveaus. Kinderen krijgen na elk niveau een lees- en woordkaart om te kijken of zij door kunnen stromen naar een volgend niveau. Wij hebben diverse toetsmomenten per jaar. Vanaf groep 5 gebruiken we Estafettelezen. Met Estafette bouwen leerlingen consequent aan een goede technische leesvaardigheid. De methode leert kinderen vlot, vloeiend en correct lezen. Natuurlijk moet de woordherkenning daarvoor direct en foutloos verlopen. Maar voor een goede leestechniek is oefenen op zins- en tekstniveau ook essentieel. Estafette oefent deelvaardigheden eerst geïsoleerd in de werkboeken en integreert ze daarna in het complexere geheel: de leesboeken. Per jaar zijn er twee toetsmomenten om te kijken of de leerlingen de doelen hebben gehaald en waar nog extra hulp geboden moet worden.
Begrijpend lezen
4 t/m 8
Goed gelezen: Begrijpend en studerend lezen traint de leesstrategieën intensief aan de hand van een stappenmodel. In deze stappen is er aandacht voor het activeren van de voorkennis, het controleren van de tekst op samenhang en consistentie, het onderscheid maken tussen hoofd- en bijzaken, trekken van conclusies en het stellen van vragen tijdens het lezen. Daarnaast gebruiken we de methode Nieuwsbegrip (groep 6 t/m 8) en Interesseverbredend lezen in samenwerking met de bibliotheek (groep 1 t/m 5).
Schrijven
1 t/m 6
Schrijf actief Bij de kleuters wordt het schrijven voorbereid aan de hand van losse werkbladen en schrijfoefeningen. Kinderen in groep 3 schrijven in het begin losse letters, woorden en zinnen. Na een tijdje leren ze ook het verbonden schrift. Vanaf groep 4 gaan we volledig over op verbonden schrift. Gelet wordt op de juiste pengreep, de goede schrijfrichting van de letters en netjes werken.
8
Rekenen
3 t/m 8
Alles Telt De methode is een realistische rekenmethode. Dit betekent dat de methode uitgaat van de praktijk en niet louter rijtjessommen aanbiedt. De methode is als volgt opgebouwd: leerkrachtgebonden lessen voor interactief onderwijs, leerkrachtvrije lessen voor zelfstandig werken en leren, en regelmatig toetsen om leerprocessen te evalueren.
Taal
4 t/m 8
Taalactief de allernieuwste versie: Per jaar wordt gewerkt rondom thema‟s. De thema‟s behandelen diverse taalaspecten, zoals luisteren/spreken, stellen/alfabet/woordenboek en taalbeschouwing. Aan het eind van elk thema is er een toets. Aan de hand van de toetsresultaten worden herhalings- of verrijkingsoefeningen gedaan. Er wordt dus gedifferentieerd gewerkt. Naast het taalboek is er ook nog een aparte leerlijn voor woordenschat. Per jaargroep worden 750 nieuwe woorden aangeboden. Bij elk taalthema horen zes lessen woordenschat. De kinderen oefenen nieuwe woorden in m.b.h.v. een bordplaat. Bij elke bordplaat hoort een werkblad in het werkboek om verder met de woorden te oefenen. Na twee thema‟s krijgen de kinderen een toets in het toetsboek woordenschat. De kinderen werken ook met het computerprogramma behorende bij de leerlijn woordenschat.
Spelling
4 t/m 8
De spellingcategorieën zijn het uitgangspunt van de spellinglessen. Bij werkwoordspelling zijn dat de veranderlijke woorden. In het beginverhaal in het taalboek zijn deze woorden verwerkt. Daarmee worden de woorden in een herkenbare en betekenisvolle context aangeboden. De spellingstrategieën worden als volgt aangeboden: Het luisteren naar een woord - Het woordbeeld inprenten - Een analogieredenering opzetten - Een spellingregel toepassen. Een thema duurt drie weken. Halverwege deze periode is er een signaaldictee. Aan hand van deze resultaten wordt er gedifferentieerd gewerkt tot het moment van het controledictee aan het eind van de drie weken.
Geschiedenis
5 t/m 8
Wijzer door de tijd In groep 5 wordt gewerkt aan de hand van thema‟s, waarbij geleidelijk het historisch besef van de kinderen wordt aangeleerd. Vanaf groep 6 wordt de leerstof wisselend per tijdsperiode aangeboden, zoals b.v. de Prehistorie, de Romeinen, de Middeleeuwen, de periode van 1500 tot 1800 enz. De canon van Nederland komt hierbij uiteraard aan bod
9
Aardrijkskunde
5 t/m 8
Natuurkunde
3-4
5 t/m 8
Engels
7-8
Sociaal-emotionele ontwikkeling Goed burgerschap
1 t/m 8
De Blauwe planeet Deze methode is opgebouwd rond de thema‟s: aarde, stad, platteland en verbindingen. Elk jaar worden deze thema‟s verder uitgediept aan de hand van verrassende vragen. Ieder jaar breidt de kennis van de kinderen zich zo uit. Inhoudelijk verschuift het accent in de thema‟s van de eigen omgeving naar de wereld en van concreet naar abstract. Daarnaast loopt het onderwerp “zorg voor natuur en milieu” als een rode draad door de thema‟s. De Blauwe Planeet leert de kinderen ook leren. De lesmaterialen zijn daar specifiek op ontwikkeld en daar zijn we blij mee. Speciale aandacht is er ook voor herhaling en oefening. Vanaf groep 6 oefenen de kinderen met het computerprogramma dat bij de methode hoort met de zgn. Kwismeester de behandelde leersto en topografie. In groep 3/4 wordt vooral gewerkt met tv. lessen van Huisje, Boompje, Beestje. In Vogelvlucht Er wordt gewerkt met thema‟s, waarbij steeds het accent ligt op één kennisgebied: natuur ( levend en nietlevend ), techniek, milieu, gezond en redzaam gedrag . De methode kent “leren kennen”- en “leren kiezen”thema‟s . De thema‟s zijn zo gekozen, dat een doorgaande ontwikkeling in kennis en vaardigheden gedurende de leerjaren gewaarborgd is. In de “leren kennen”-thema‟s leren de leerlingen onderzoeksvaardigheden: waarnemen, experimenteren, verslag leggen en concluderen . In de “leren kiezen”- thema‟s is er aandacht voor de morele ontwikkeling en ontwikkelen de leerlingen strategieën om tot doordachte keuzes te komen . Vanaf groep 6 zijn er themasites, gevuld met activiteiten bij de verschillende webvragen . Tv. lessen ondersteunen de lessen, met name in groep 5/6. Bubbles Er wordt gewerkt met luister- en invuloefeningen, liedjes en teksten. Jij en ik Het is een methode voor alle leerlingen. Er wordt gewerkt met verschillende thema‟s. Elk thema begint met een verhaal dat gaat over de JIJ EN IK-club. Deze kinderen, de leeftijd van de doelgroep, beleven een avontuur. Zo doen ze nieuwe ervaringen op, leuke en minder leuke. Samen leren ze daarvan. Na afloop van het verhaal volgt een gesprek. Jij en ik bevordert het sociaal gedrag, het moreel besef en gezonde emotionele ontwikkeling.
10
1 t/m 8
Leren samen leven (wordt incidenteel gebruikt, indien de situatie er om vraagt) De school is een oefenplaats voor goed burgerschap. In de klas en op het schoolplein krijgt de leerling te maken met processen, gedragingen en gebeurtenissen die ook voorkomen in de „echte‟ samenleving. Op school wordt de leerling gestimuleerd voor zijn mening uit te komen en respect te hebben voor mensen die anders zijn. Hij kan zijn sociale competenties verder ontwikkelen. Preventielessen 4u, vanuit de gemeente aangeboden in groep 7 en 8, leveren hier zeker ook een bijdrage aan.
Verkeer
1 t/m 8
Klaar….over! In de methode wordt rekening gehouden met de leefwereld van het kind. Kennis van de eigen situatie schept ruimte om problemen op waarde te schatten. Er wordt tijdens de lessen een relatie gelegd tussen de ervaringen en de kennis van de leerlingen. In de lessen worden veel verschillende leeractiviteiten aangeboden: introductieactiviteiten (voorkennis activeren), instructieactiviteiten (bevordering begripsvorming) en verwerkingsactiviteiten (vragen en opdrachten). In groep 5/6 maken we ook gebruik van “Op voeten en fietsen” en de groep 7/8 van de Jeugdverkeerskranten van Veilig Verkeer Nederland.
Catechese
1 t/m 8
Projecten van Hemel en Aarde Op onze school wordt aandacht geschonken aan de geloofsopvoeding. Dit vindt plaats met behulp van projecten van Hemel en Aarde. In deze projecten spelen de dagelijkse ervaringen van de kinderen een grote rol. De school wordt hierbij begeleid door een districtscatecheet. Tevens komen de andere wereldgodsdiensten aan bod. Daarnaast worden in groep 4 de kinderen voorbereid op de eerste Communie en in groep 7/8 tweejaarlijks op het vormsel. In overleg met de werkgroep ter voorbereiding wordt een project hiervoor uitgekozen en ingezet.
Expressie
1 t/m 8
Bij expressie denken we aan zaken als tekenen, handenarbeid, handwerken, muziek etc. Al deze vakken komen in de groepen aan bod. Deze vakken brengen evenwicht in het lesprogramma. Niet alleen het leren heeft nadruk, ook de creatieve vorming. Toch zien we deze vakken niet louter als ontspannend. Ook hier wordt er les gegeven en streven we kwaliteit na. Ons streven is gericht op het ontdekken van materialen en het ervaren van het plezierige van expressie.
11
Lichamelijke opvoeding
3 t/m 8
Basislessen bewegingsonderwijs Vanaf groep 5 krijgen de leerlingen twee maal per week gymles. Groep 3/4 één maal. In de lessen wordt aandacht besteed aan de verschillende bewegingsvormen zoals rollen, klimmen, duikelen, springen met en zonder toestellen. Daarnaast is er les in allerlei spelvormen. Accent daarbij ligt op samenspel en sociaal gedrag.
Techniek
1 t/m 8
Ontdekkasteel Het Ontdek Kasteel is een lesconcept voor techniek in het basisonderwijs. Elke groep gaat daar gedurende een beperkt aantal lessen incidenteel mee aan het werk. Bij elke activiteit horen materialen die de kinderen uitnodigen techniek te ontdekken. Elke activiteit is voorzien van lesbeschrijvingen voor leerkracht en leerling en alle benodigde materialen.
1.5 Werken bij de kleuters Gedurende het schooljaar wordt in groep 1 en 2 gewerkt aan de hand van een aantal thema‟s. De keuze voor de thema‟s wordt bepaald door een aantal methodes waar we in de kleutergroep mee werken. Dit zijn: Ik en Ko, Piramide, Leeslijn en Bas. De dagdelen beginnen meestal in de kring, waar veel aandacht wordt besteed aan taalontwikkeling, voorbereidende rekenactiviteiten, sociale redzaamheid en muzikale vorming. Om de taal- en de lees/schrijfontwikkeling te stimuleren, gebruiken we ook Ik en Ko, Piramide, Leeslijn en Bas. Bij taalontwikkeling denken we o.a. aan uitbreiding van de woordenschat, goede zinnen kunnen maken, luisteren naar elkaar, luisteren naar een verhaal, voorspellingen kunnen doen, verhaal navertellen enz. Voor de schrijfontwikkeling werken we met diverse speciale werkbladen, zodat de kinderen op een speelse manier allerlei schrijfpatronen en een goede pengreep aanleren. Bij de voorbereidende rekenactiviteiten maken we gebruik van Ik en Ko en Alles Telt. Met voorbereidende rekenactiviteiten bedoelen we o.a. het aanleren van begrippen (groot/klein, meer/minder, veel/weinig enz.), meten, wegen, en tijdoriëntatie. Naast deze kringactiviteiten wordt er ook gewerkt in groepjes. Kinderen werken met ontwikkelingsmateriaal en doen creatieve opdrachten. We differentiëren hierin, zodat alle kinderen materialen en opdrachten op eigen niveau aangeboden 12
krijgen. Naast de werkles, is er ook ruimte om in de hoeken te werken en te spelen. Ook hier ontwikkelen de kinderen zich weer op verschillende gebieden (o.a.. taalontwikkeling, sociaal-emotionele ontwikkeling). Twee keer per dag worden er bewegingsactiviteiten gedaan. Er kan buiten gespeeld worden met allerlei speelmateriaal of binnen in het lokaal. Er wordt aandacht besteed aan de motorische ontwikkeling door de kinderen b.v. in het speellokaal bepaalde opdrachten met de toestellen te laten uitvoeren. Ook maken de kinderen kennis met allerlei (kring)spelen.
1.6. Werken in de groepen 3 t/m 8 In de overige groepen wordt in hoofdzaak gewerkt volgens de werk-wijzen van de genoemde methodes. Daarbij maken we de lessen interactief waar dat kan. In de groepen wordt zoveel mogelijk gewerkt volgens Team Klassenmana-gement. Dat betekent o.a. dat kinderen in hoofdzaak in regelmatig wisselende groepjes aan het werk zijn. Soms is dat geheel zelfstandig, dan weer geza-menlijk, maar telkens volgens afgesproken regels. Zo leren kinderen een grotere zelfstandigheid, worden ze meer bij het leren betrokken, worden sociaal vaardiger en geeft het de mogelijkheid om extra hulp te geven aan kinderen of groepjes kinderen, die dat op dat moment nodig hebben. Speciale activiteiten om de samenwerking goed te laten verlopen komen geregeld aan bod en we gebruiken ook veel verschillende didactische structuren om kinderen op hun diverse intelligenties aan te kunnen spreken. Zo kunnen we de lessen boeiend maken en de betrokkenheid van de kinderen bevorderen. In de hogere groepen wordt gewerkt aan de zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid van kinderen, mede als voorbereiding op het middelbaar onderwijs. Dit betekent dat ze ook een deel van het werk zelf (moeten leren) nakijken. Natuurlijk is dat niet het geval bij werk, waarvoor cijfers worden gegeven, zoals toetsen. De leerkrcaht houdt wel vinger aan de pols door b.v. steekproefsgewijs werk te controleren. Ook wordt werk mondeling besproken in plaats van schriftelijk nagekeken. Dit vindt vooral plaats in groep 7 en 8. De kinderen krijgen van school uit schrijfmateriaal, een gewone balpen en vanaf groep 4 ook een vulpen. Ze mogen zelf kiezen waarmee ze schrijven. Indien ze een pen van thuis meenemen, mag dat alleen een vulpen of Stabilo zijn. In groep 7 krijgen ze, indien nodig, een nieuwe vulpen. Tussentijds niet.
2. Zorg 2.1 Zorg voor onze kinderen. Kinderen ontwikkelen zich van nature, ze zijn nieuwsgierig naar de wereld om hen heen en staan open voor nieuwe indrukken. Op de Sasse Vaart stimuleren we kinderen hier verder in, we dagen hen uit steeds nieuwe dingen te leren en te ontdekken. Voor de meeste kinderen verloopt de ontwikkeling als vanzelf, voor sommige 13
kinderen is dit echter niet het geval. Deze kinderen bieden we extra ondersteuning door zo goed mogelijk aan te sluiten bij hun eigen onderwijsbehoeften. Hoe krijgt deze extra ondersteuning vorm? Zodra de leerkracht ziet dat een kind extra ondersteuning nodig heeft, zal hij/zij in eerste instantie proberen deze ondersteuning binnen de groep te bieden. Dit kan bijvoorbeeld door het geven van verlengde/extra instructie, verlengde werktijd, aangepaste hoeveelheid werkstof, kiezen voor andere werkvormen, met een maatje samen laten werken, etc. Lukt het de leerkracht niet om zelf binnen de groep vooruitgang te boeken met een kind, dan wordt de intern begeleider ingeschakeld. In overleg wordt gekeken wat een kind nodig heeft en hoe daaraan tegemoet gekomen kan worden. De intern begeleider kan bijvoorbeeld nader onderzoek doen, extra materialen verzamelen, informatie inwinnen bij deskundigen, PAB-hulp aanvragen via het samenwerkingsverband WSNS (Weer Samen Naar School), etc. Na overleg met de intern begeleider gaat de leerkracht, indien mogelijk ondersteund door de remedial teacher, binnen de groep verder met het kind. Komt de leerkracht ondanks de hulp van de intern begeleider toch niet verder met het kind, dan kan het kind ingebracht worden tijdens de consultatie besprekingen met de begeleider van de school-begeleidingsdienst. Hierbij kan er bijvoorbeeld besloten worden tot het inschakelen van specialistische hulp (logopedie, fysiotherapie, sociale vaardigheidstraining, etc.) of tot het indienen van een aanvraag voor nader onderzoek (algemeen intelligentie onderzoek, rekenonderzoek, dyslexie onderzoek, etc.). De vorige stap leidt altijd tot handelingsadviezen voor in de groep. Kunnen de leerkracht en het kind hier binnen de groep goed mee uit de voeten, dan worden er geen verdere stappen gezet. Is dit echter niet het geval, dan moet de school concluderen dat zij niet bij machte is om het kind die hulp en ondersteuning te bieden die het nodig heeft. Er kan dan overwogen worden een rugzakje aan te vragen. Hierbij krijgt het kind ambulante begeleiding toegewezen vanuit één van de 4 vormen van speciaal onderwijs. Hier horen ook gelden bij voor de aanschaf van materialen. Een andere optie is het maken van een overstap naar een school voor speciaal basisonderwijs.
2.2 Overstappen naar een school voor speciaal basisonderwijs. Wordt in overleg met de ouders besloten dat een overstap naar het speciaal basisonderwijs wenselijk is, dan gaat de intern begeleider aan de slag met het verzamelen van alle gegevens die noodzakelijk zijn voor de aanmelding bij de PCL (Permanente Commissie Leerlingenzorg), een commissie vanuit het eerder genoemde samenwerkingsverband WSNS. Hiervoor dienen de ouders een aanmeldingsformulier in te vullen. De school voegt hier een onderwijskundig rapport aan toe. Het geheel wordt aangevuld met verslagen van de geboden hulp, uitgevoerde onderzoeken en eventueel ook van instanties waar het kind onder behandeling geweest is. Het totale dossier wordt opgestuurd naar de PCL, 14
waarna de commissie zich over de aanvraag buigt. Na maximaal 8 weken krijgen ouders en school uitsluitsel over het besluit van de PCL. Is het besluit positief, dan kunnen de ouders een school voor speciaal basisonderwijs in Hulst of Terneuzen kiezen. De gekozen school bepaalt zelf de eigenlijke toelating.
2.3 De plusklas Naast de kinderen die moeite hebben met het reguliere aanbod binnen de school kunnen er ook kinderen zijn die beduidend meer aankunnen dan hetgeen er gewoonlijk geboden wordt. Naast de extra uitdaging die hen binnen de groep geboden wordt, bestaat er de mogelijkheid om deel te nemen aan de plusklas. Binnen een centraal gelegen school kunnen deze kinderen op een aantal woensdagen aan de slag met speciaal voor hen ingerichte lessen. Hiervoor moet wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Zo moet het kind in groep 4 of hoger zitten en een IQ hebben van 130 of hoger. Om het IQ van een potentiële plusklas leerling te bepalen wordt een intelligentie onderzoek uitgevoerd. Dit wordt door de school betaald. Niet alle kinderen worden getest, er moet een duidelijke indicatie zijn van hogere intelligentie.
2.4 Langdurig zieke kinderen Het komt geregeld voor dat een kind niet helemaal fit is en door de ouders een dagje thuisgehouden wordt om even op adem te komen. Dit levert normaal gezien geen problemen op voor de verdere ontwikkeling van een kind. De groepsleerkracht zal per situatie bekijken of en hoe het kind de gemiste stof in moet/kan halen. Het wordt een ander verhaal wanneer een kind langdurig ziek is. We spreken over langdurig ziek zijn als een kind langer dan 2 weken ziek thuis is of in een ziekenhuis wordt opgenomen. In een dergelijke situatie is het belangrijk ervoor te zorgen dat het leerproces zo goed mogelijk doorloopt en dat het zieke kind het gevoel heeft „er nog steeds bij te horen‟. Dit gebeurt in goed overleg met de ouders en aan de hand van de volgende procedure: 1. Als blijkt dat een leerling langer dan 2 weken ziek thuis zal zijn of in een ziekenhuis wordt opgenomen, neemt de groepsleerkracht of de intern begeleider contact op met de ouders om de situatie door te spreken. 2. De groepsleerkracht en intern begeleider nemen in overleg met de directie en de ouders van het zieke kind een besluit omtrent het al dan niet inschakelen van externe hulp van de schoolbegeleidingsdienst. 3. De school ontwikkelt in overleg met de ouders een plan van aanpak voor het zieke kind. 4. De school blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van het plan van aanpak. Tijdens het uitvoeren van het plan vindt er regelmatig overleg plaats met de ouders. 5. Gedurende de afwezigheid van de leerling kan het contact met klasgenootjes op peil gehouden worden door het maken van b.v. video-opnamen in de klas en thuis/het ziekenhuis, door telefonisch contact met klasgenootjes of door het sturen van e-mailberichtjes, brieven, kaartjes etc.
15
2.5 De intern begeleider/zorgcoördinator. Binnen onze school wordt de zorg voor de kinderen gecoördineerd door de intern begeleider. Zij is het aanspreekpunt als het gaat om de zorg, zowel voor collega leerkrachten alsook voor ouders. Waar houdt de intern begeleider zich zoal mee bezig? Het voeren van groeps- en leerlingbesprekingen met de leerkrachten. Het voeren van overleg met de begeleider van de schoolbegeleidingsdienst. Contacten leggen en onderhouden met externe deskundigen.
Gesprekken voeren met ouders. Nader onderzoek doen bij leerlingen (onderdelen uit het verkort dyslexie onderzoek, rekenonderzoek, vragenlijsten m.b.t. gedrag afnemen). Onderzoek(en) aanvragen. Coachen van collega leerkrachten. Deelnemen aan de bijeenkomsten van de kenniskring (initiatief vanuit WSNS). Hierbij komen alle intern begeleiders vanuit onze stichting bij elkaar voor deskundigheidsbevordering, reflectie en ondersteuning. Plannen uitwerken m.b.t. de ontwikkeling van de zorg binnen de school.
3. Naar onze school en verder 3.1 Aanmelden Ouders die hun kind op onze school willen aanmelden, kunnen met ons contact opnemen. In een gesprek met de directeur of adjunct-directeur krijgen ze informatie over de school en worden ze door de school rondgeleid om kennis te kunnen maken met de school.
4-jarigen: wennen op school
Voor veel vierjarige kinderen is het hun eerste schoolervaring. Wel zijn een aantal kinderen al naar de kinderopvang of peuterspeelzaal geweest, waarmee we goed overleg voeren en in het kader van vroegschoolse educatie op elkaar afgestemde onderwijsprogramma‟s aanbieden. Ze kunnen, voordat ze vier jaar worden, gedurende vijf dagen (hele of halve) naar school komen om te wennen. Welke dagen dat zijn wordt afgesproken met de juf van de kleutergroep.
Oudere kinderen
Als kinderen ouder zijn en nieuw op school komen is dat meestal tengevolge van verhuizing. Dan, maar ook als het om andere redenen is, is het afhankelijk van het onderwijskundig rapport van de school waar het kind vandaan komt, in welke groep het geplaatst wordt. Normaal gesproken zullen aangemelde leerlingen ook toegelaten worden. Indien er echter bijzondere omstandigheden zijn, kan geweigerd worden de leerling toe te laten. Hierbij moet U denken aan b.v. een leerling afkomstig van een andere school waar de desbetreffende leerling verwijderd is, of een leerling die een 16
verwijzing heeft naar een school voor speciaal (basis)onderwijs of andere gewichtige omstandigheden. Bij het (mogelijk) weigeren van een leerling zal de directeur overleg plegen met het schoolbestuur.
3.2 Aanmelding van kinderen met een handicap (Al dan niet met een “rugzak”of leerling gebonden budget) Elk kind is uniek en heeft zijn/haar eigen onderwijsbehoeften. Op de Sasse Vaart willen we ons onderwijs zoveel mogelijk afstemmen op deze onderwijsbehoeften, zo ook op de onderwijsbehoeften van kinderen met een handicap. Ouders die een kind met een handicap bij ons op school aanmelden, zullen vanuit deze positieve grondhouding benaderd worden. Hierbij hanteren wij de volgende uitgangspunten: Een kind heeft in principe recht op het volgen van onderwijs in de eigen woonomgeving, samen met andere kinderen uit die omgeving. Een kind met een handicap heeft recht op integratie in het reguliere onderwijs. Ouders hebben keuzevrijheid als het gaat om het kiezen van een school voor hun kind. Om te bepalen of onze school al dan niet in staat is om het kind op een verantwoorde manier op te vangen, wordt gebruik gemaakt van zo objectief mogelijke criteria. Indien nodig wordt er gebruik gemaakt van externe ondersteuning om een gedegen afweging te kunnen maken. Ouders wordt expliciet betrokken bij dit proces. Er wordt gebruik gemaakt van een draaiboek, waarin de stappen in het afwegingsproces zijn beschreven. Ouders worden hiervan op de hoogte gebracht. Er zijn factoren die de besluitvorming kunnen beïnvloeden: Weigering van de ouders om de grondslag van de school te respecteren. De orde en veiligheid wordt te veel verstoord. Dit kan het geval zijn als er sprake is van grote gedragsproblematiek. De verzorging en/of behandeling van een kind heeft te grote invloed op het onderwijs in de groep. Het leerproces van de andere kinderen in de groep wordt verstoord. Er is te weinig opnamecapaciteit. Binnen 8 weken na aanmelding wordt een besluit genomen. Ouders worden in een persoonlijk gesprek door de directie op de hoogte gebracht van dit beslui. Voor een uitgebreidere beschrijving van de procedure van aanmelding, kunt u contact opnnemen met de directeur.
3.3 Naar een volgende groep Over het algemeen gaan de kinderen aan het eind van het schooljaar naar een volgende groep. Het kan voorkomen dat de voortgang in ontwikkeling zodanig is dat het team zich afvraagt of overgang naar de volgende groep wel een 17
verantwoorde stap is. De groepsleerkracht neemt dan tijdig contact op met de ouders. Samen met u wordt gezocht naar de beste oplossing. De uiteindelijke beslissing wordt door de directeur genomen. Bij de overgang van groep 2 naar groep 3 wordt ook gekeken naar de leeftijd: voor 15 oktober zes jaar zijn is een voorwaarde. Als een kind tussen 15 oktober en 1 januari zes jaar wordt, kan daarop een uitzondering worden gemaakt.
3.4. Van school gaan Normaal gaat een kind na 8 jaar basisonderwijs over naar een school voor voortgezet onderwijs. Dan wordt een onderwijskundig rapport gestuurd naar de school waar het kind naar toe gaat. Dat gebeurt ook als een kind eerder van school gaat b.v. bij verhuizing.
3.5 Schorsing en verwijdering Het komt jammer genoeg soms voor dat wangedrag van een leerling of de ouder tot ernstige verstoring van de rust of de veiligheid op school leidt. Hieraan valt bijvoorbeeld te denken bij herhaalde driftbuien of mishandeling. Soms kan ook een onherstelbare verstoorde relatie tussen de school en de leerling ontstaan. Het schoolbestuur kan besluiten een leerling te schorsen of in het ergste geval de leerling van school te verwijderen. Schorsing kan alleen voor een bepaalde periode. Hierbij kan gedacht worden aan b.v. enkele dagen of enkele weken. In uitzonderlijke gevallen voor een langere vastgestelde periode. Het besluit tot schorsing wordt schriftelijk meegedeeld aan de ouders, waarbij de redenen, de aanvang en de tijdsduur en eventuele andere maatregelen vermeld worden. Bovendien stelt de school de leerling in staat, door b.v. het meegeven van huiswerk, thuis werk te maken om zodoende geen achterstand op te lopen. De inspectie en de leerplichtambtenaar worden van een schorsing in kennis gesteld. In het uiterste geval kan het schoolbestuur besluiten een leerling definitief van school te verwijderen. Ook in dit geval worden zowel de ouders als de groepsleerkracht en de directie gehoord en krijgen de ouders schriftelijk bericht, waarbij hen gewezen wordt op de mogelijkheid om binnen zes weken bezwaar te maken tegen het besluit. Het bestuur neemt, indien de ouders bezwaar maken, binnen vier weken na ontvangst van dit bezwaarschrift een besluit. De leerplichtambtenaar en de inspectie worden bij verwijdering terstond ingelicht. Het bestuur is wettelijk verplicht er voor te zorgen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Wanneer het gedurende acht weken, gerekend vanaf het tijdstip waarop het besluit tot verwijdering aan de ouders is meegedeeld, niet lukt de leerling op een andere school te plaatsen, kan het bestuur de leerling verwijderen zonder vervolgonderwijs veilig te stellen.
18
4. Ouders en school 4.1 Contact met ouders Contacten met ouders achten wij van groot belang voor het goed functioneren van onze school. Daarom zijn er naast de incidentele contacten die we met u kunnen hebben, ook een aantal structurele contacten. Het gaat om het volgende: De ouderraad overlegt regelmatig met het schoolteam over de gang van zaken op school. Als bestuur van de oudervereniging houdt de ouderraad een algemene ouderavond in oktober. Die vergadering dient als jaarvergadering van de vereniging. Groepsouderavonden worden gehouden voor de ouders van een bepaalde groep. Zo is er een avond over de voorbereiding op de Communie in groep 4, om de twee jaar voor het Vormsel in groep 7/8 en over de overgang naar het voortgezet onderwijs van groep 8. Voor de groepen 1 en 3 zijn er kijkochtenden. Ook organiseren we zo nu en dan thema informatieavonden. Hierbij moet u bv. denken aan rekenen, lezen, taal, maar ook een inloopavond n.a.v. een projectweek. De 10-minutenouderavonden. Twee maal per jaar wordt u uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek met de groepsleerkracht over het gedrag van uw kind en de voortgang in de ontwikkeling. Als bevordering naar een volgende groep problematisch is, wordt daar uiterlijk in de maand mei/juni met u over gepraat; De rapporten. Van de vorderingen en het gedrag van de kinderen van groep 3 t/m 8 wordt drie maal per jaar ook schriftelijk verslag gedaan door middel van het rapport. Voor groep 3 is dat een woordrapport, voor de andere groepen een cijferrapport met daarbij gevoegd een deel dat de persoonskenmerken beschrijft. Een nieuwsbrief. Regelmatig verschijnt er een nieuwsbrief. Het is een communicatiekanaal om van tijd tot tijd allerlei wetenswaardigheden van school aan de ouders over te brengen. De schoolgids. Per schooljaar wordt dit boekje met allerlei praktische informatie over de school actueel gemaakt. Op onze website is ook informatie te vinden: http://www.desassevaart.nl We plaatsen op deze site ook regelmatig foto‟s van activiteiten, waarbij kinderen ook afgebeeld zijn. Mocht u daartegen bezwaar hebben, laat dit dan weten aan de directie.
4.2 Hulp van ouders Bij verschillende activiteiten op school helpen ouders ons. Zo helpt een werkgroep bij allerlei karweitjes die niet direct met het onderwijs verband houden. Maar bij echte onderwijsactiviteiten helpen ouders soms ook. Bijvoorbeeld bij handvaardigheid, lezen in groep 3/4en 5/6, werken met computers, verkeersexamens, enz. Wie daaraan wil meewerken, kan dat in het begin van het schooljaar aangeven middels een antwoordformulier dat we met de kinderen meegeven.
19
Ouders die meehelpen, vallen tijdens het helpen bij allerlei activiteiten in schoolverband onder de aansprakelijkheidsverzekering die door het bestuur is afgesloten. Onder punt 8.1 leest U meer over verzekeringen en school.
5. Voor de praktijk van elke dag 5.1 De schooltijden 's morgens:
-alle groepen van
8.30 -11.45 uur Op woensdag: 8.30 uur tot 12.15 uur 's middags: -alle groepen van 13.00 – tot 15.15 uur -op woensdagmiddag zijn alle groepen vrij. -op vrijdagmiddag is groep 1 t/m 4 vrij. Ook voor de kleuters is het belangrijk om op tijd op school te zijn, zodat het onderwijs om 8.30 uur kan starten. Elke ochtend is er 15 minuten pauze. De kleuters gebruiken die om samen hun kleuterhapje te nuttigen. De andere groepen spelen bij goed weer op het plein en kunnen bij slecht weer in de klas blijven. Bovenstaande schooltijden leiden - in combinatie met de in paragraaf 5.12 vermelde vakanties en vrije dagen - tot een gemiddelde van ruim 900 uur per jaar voor de onderbouw (gr. 1 t/m 4) en tot ruim 1000 per jaar voor de bovenbouw (gr. 5 t/m 8). Dit is meer dan wettelijk vereist is, maar wij vinden beperkte extra onderwijstijd belangrijk voor de (taal) ontwikkeling van de kinderen. Daarnaast vinden we uit het oogpunt van belastingsmogelijkheid, dat oudere kinderen langer naar school kunnen gaan, dan jongere. Mochten er voldoende uren over zijn – ook in de bovenbouw - in het komende schooljaar, dan zullen wij op de laatste schooldag de kinderen van groep 5/ t/m 8 (‟s middags) vrijaf geven.
5.2 Onderwijstijdverlenging Voor kinderen uit groep 5 t/m 8 bestaat de mogelijkheid om extra onderwijstijd te krijgen op woensdagmiddag van 12.30 tot 14.30 uur. We willen met deze onderwijstijdverlenging extra impulsen geven aan het onderwijs op gebied van taal en lezen. De kinderen kunnen deelnemen op vrijwillige basis, maar er wordt bij inschrijving verwacht dat ze de hele periode aanwezig zijn. Dus aanmelding is niet vrijblijvend. Inschrijvingsformulieren worden in deze groepen meegegeven met de kinderen en zijn tevens verkrijgbaar bij de directie.
5.3 Toezicht voor de aanvang van school Een kwartier voordat de school begint, gaat het schoolhek open. De kinderen van groep 3 t/m 8 gaan naar de grote speelplaats en blijven daar onder toezicht van een leerkracht tot de school begint. De kleuters gaan direct naar binnen via de kleine speelplaats. (De kinderen van groep 3 en 4 spelen in de ochtendpauze op de kleine speelplaats.) 20
5.4 Brengen en ophalen Dat kleuters naar school moeten worden gebracht vindt ieder nogal vanzelfsprekend. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat kinderen tot ongeveer hun achtste levensjaar niet op een verantwoorde manier zelfstandig aan het verkeer kunnen deelnemen. Dat betekent dat het dus heel goed is om ook de kinderen van groep 3 en 4 niet alleen naar school te laten gaan. Het betreft echter uw verantwoordelijkheid als ouder. Als school willen we u dan ook slechts adviseren in deze. Omwille van de veiligheid van uw kinderen willen wij u nog op twee zaken wijzen: 1. Als U de kinderen wegbrengt of ophaalt, vragen wij dat minstens tot aan het hek te doen. Wacht op uw kind op de stoep voor de school. Blijf niet (in de auto) wachten op uw kind en ook niet op straat, maar op de stoep. De kleuters en kinderen uit groep 3/4 mogen niet weg, voordat U of degene die U hebt gevraagd uw kind op te halen aanwezig is. Wilt U de kinderen daarom ook op tijd op (laten) halen. De leerkrachten kunnen dan op tijd verder gaan met het andere werk dat nog wacht. Als uw kind alleen naar huis mag, of als het met iemand anders dan gewoonlijk mee mag, wilt U dat dan even laten weten aan de juffrouw of de meester? 2. Als U uw kind met de auto brengt of haalt, willen wij U vragen niet aan de Westdam te parkeren, maar zoveel mogelijk gebruik te maken van de parkeerplaatsen bij de Vlaanderen. Bovendien vragen wij u in te rijden via de inrit bij de spoorlijn en uit te rijden via de grote beuk en het tuinhuisje daarbij. Zo krijgen we geen opstoppingen. Handig!
5.5 Met de fiets naar school? De kinderen kunnen met de fiets naar school komen. Daarbij willen we uw aandacht vragen voor twee praktische punten: 1. Ons plein is maar beperkt en de fietsenrekken kunnen niet de fietsen bergen van alle kinderen die op school zitten; laat de kinderen daarom te voet komen, als U niet zo ver van school woont (minder dan 5 minuten lopen b.v.) 2. Onze fietsenrekken zijn niet passend voor dikke banden zoals die van crossfietsen en mountainbikes. Een standaard aan de fiets is dan een handige oplossing
5.6 Overblijven De kinderen kunnen in de middagpauze op school overblijven. De overblijvers mogen de school niet zonder toestemming van de overblijfoppas verlaten. Overblijfkaarten zijn te koop bij juffrouw Maaike in groep 5/6. Er zijn "grote" en "kleine" overblijfkaarten. Met een grote kun je 20 maal overblijven; die kost € 15.00. Een 21
kleine kaart kost € 5,00 en geeft recht op vijf keer overblijven. Daarnaast is er ook nog een dubbele grote kaart te koop voor € 30,00 . Als uw kind overblijft, wordt dat op de kaart afgetekend. Als de kaart is opgebruikt, krijgt uw kind de kaart mee naar huis. U weet dan dat u een nieuwe moet kopen, als u uw kind weer wilt laten overblijven. Niet gebruikte stroken worden bij het verlaten van de school terugbetaald. De kaart staat op naam. Broertjes en/of zusjes kunnen gebruik maken van dezelfde kaart.
5.7 Gymnastiek groep 3 t/m 8 De gymnastieklessen voor groep 3 t/m 8 worden in de sporthal gegeven. Verwacht wordt dat de kinderen gymschoenen en gymkleding hebben: een korte broek en een shirt, of een turnpakje. Deze spullen dienen de kinderen telkens mee terug naar huis te nemen en niet op school achter te laten. Groep 5, 6, 7 en 8 hebben dat op donderdag- en vrijdagmiddag Groep 3 en 4 hebben op vrijdagochtend gymnastiek. De kinderen gaan te voet naar de gymzaal en terug.
5.8 Verjaardag Als kinderen jarig zijn mogen ze vaak trakteren. Wat ons betreft liever niet op snoep, "prik"-frisdrank of chips. Liever hebben we iets van fruit, kaas of worstjes. Ook rozijntjes e.d. zijn lekker en gezond. Lolly‟s vinden we ronduit gevaarlijk bij het spelen, dus geef die in ieder geval niet mee. Bovendien is het raadzaam even contact op te nemen met de leerkracht van de groep. Er zijn soms kinderen die i.v.m. hun gezondheid bepaalde stoffen (b.v. kleur- of zoetstoffen) niet mogen eten. Een alternatief is dan heel handig. Ook wij houden daar in de klas rekening mee. Als mamma, pappa, oma of opa of een andere goede bekende iets te vieren heeft, is het mogelijk dat de kinderen een wensje kleuren. Wilt u dat tijdig (laten) vragen? Kleine kinderen zijn daar niet zo snel mee klaar.
5.9 Fruit, melk of …. Veel kleuters nemen 's morgens fruit, melk, een boterham of iets dergelijks mee om tussendoor op te eten of te drinken. Wilt u een sinaasappel geschild meegeven? Ook oudere kinderen nemen vaak iets mee om in de pauze te gebruiken. Het komt nogal eens voor dat het deksel van een beker niet goed is vastgedraaid. Dat geeft veel narigheid (vieze tas, geen drinken meer). Wilt u erop letten dat de beker niet kan lekken? Ook hier geldt: geef a.u.b. iets gezonds i.p.v. snoep of chips.
22
5.10 Speciaal voor kleuters We vinden het erg prettig als iedere kleuter een plastic tasje op school heeft om eventuele werkjes of een natte broek in mee te nemen. Als een kind een natte broek heeft, krijgt het een droge aan. Mogen we u vragen de (gewassen) broek zo spoedig mogelijk terug te bezorgen?
5.11 Leerplicht Voor extra verlof buiten de normale vakanties en voor extra vrije dagen is een wettelijke regeling. Neemt U in ieder geval contact op met de directeur indien zich een dergelijke situatie voordoet. Extra vakantieverlof dient altijd minimaal een maand van tevoren aangevraagd te worden bij de directeur. Speciale formulieren zijn hiervoor beschikbaar. In sommige gevallen en bij gewichtige redenen, kan verlof zonder meer gegeven worden. Te denken valt hierbij aan jubileum, huwelijk, begrafenis van familie e.d. Verlof dat niet aangevraagd is, wordt aangemerkt als ongeoorloofd verzuim en kan tot een boete leiden. Bij extra verlof wordt in overleg met de ouders gekeken op welke wijze b.v. door middel van huiswerk of speciale taken de mogelijke leerachterstand ten gevolge van dit verlof beperkt kan worden tot een minimum. Laat U ons een berichtje als uw kind verhinderd is? Als U dat niet doet, geeft dat onzekerheid over uw kind. Wij beschouwen uw kind als "ongeoorloofd afwezig", totdat wij beter weten. Wij willen U ook vragen om afspraken voor uw kind met een dokter zoveel mogelijk buiten de schooltijden te maken.
5.12 Ontheffing van onderwijsactiviteiten Leerlingen moeten aan alle voor hen bedoelde onderwijsactiviteiten, zoals die bij ons op school worden aangeboden, deelnemen. Soms kunnen er dringende redenen zijn om kinderen (gedeeltelijk) vrij te stellen van bepaalde onderwijsactiviteiten. Hierbij moet U niet denken aan de gebruikelijke verlofregelingen zoals bij ziekte, het bijwonen van b.v. begrafenissen e.d., maar aan zeer uitzonderlijke omstandigheden, zoals b.v. het onder schooltijd moeten deelnemen aan trainingen voor een nationale sportselectie, een internationale uitwisseling van leerlingen, zeer persoonlijke omstandigheden e.d. Op verzoek van de ouders/verzorgers bestaat dan ook de mogelijkheid dat bij grote uitzondering door het bestuur een leerling wordt vrijgesteld van deelname aan een bepaalde activiteit. Indien deze toestemming wordt verleend, wordt bovendien bepaald welke vervangende activiteiten voor de leerling dan in de plaats komen van die waarvoor vrijstelling is verleend.
23
5.13 Vakanties, vrije dagen en bijzondere data * Eerste schooldag * Herfstvakantie: * Kerstvakantie: * Carnavalsvakantie: * Paasvakantie: * Koninginnedag * Meivakantie: * Hemelvaartvakantie: * Pinksteren: * Studiedag personeel: * Zomervakantie:
22 augustus 2011 24 t/m 28 oktober 2011 26 december t/m 6 januari '12 20 t/m 24 februari 2012 6 t/m 9 april 2012 30 april 2012 7 t/m 18 mei 2012 Valt in de meivakantie 28 mei 2012 Datum volgt 2 juli t/m 10 augustus 2012
Bijzondere data: (onder voorbehoud): -
Inloopmiddag Schoolfotograaf: Kinderpostzegelactie 7/8: Jaarvergadering ouderraad: Infoavond groep 8: Herdenking overledenen: 1e rapport groep 3 t/m 8: Ouderavonden: Sint: Kerstactiviteit: Eindtoets Cito: Carnavalsviering: 2e rapport groep 3 t/m 8 Ouderavonden: Paasviering: Inloopavond projectweek Sportdag groep 5 t/m 8:
- Speldag groep 1/2 : - Spel-sportdag groep 3/4: - Schoolreis groep 3/8: - Slotactiviteit: - 3e rapport:
Dinsdag 23 augustus 2011 na school Dinsdag 27 september 2011 28 september 2011 Oktober 2011 8 november 2011 In de week van 1 november 2011 24 november 2011 In de week van 28 november 2011 2 december 2011 22 december 2011 7, 8 en 9 februari 2012 17 februari 2012 22 maart 2012 In de week van 26 maart 2012 5 april 2012 3 mei 2012 22 mei 2012 gr. 1 t/m 4 de hele dag geen school! 5 juni 2012 7 juni 2012 14 juni 2012 Groep 1/2 de hele dag geen school ! 21 juni 2012 28 juni 2012
Wijzigingen worden steeds zo spoedig mogelijk doorgegeven via de nieuwsbrief of via een apart schrijven.
24
5.14
Bij wie zit uw kind
Groep 1/2 Juffrouw Marjolein de Vriend werkt als groepsverantwoordelijke van maandag t/m woensdag en op vrijdagochtend in deze groep. Extra ondersteuning is er bij haar door juffrouw Anneke Pardon-de Letter op een deel van de dinsdag. Juffrouw Marianne Wieles-Geilleit werkt met deze groep op donderdag. Juffrouw Judith Duerinck geeft dan op donderdagmiddag een uur extra ondersteuning. Groep 3 Juffrouw Marianne Oosterwijk-Leenderts is de groepsverantwoordelijke en werkt van maandag t/m donderdag in deze groep. Op vrijdagochtend werkt juffrouw Marianne Wieles-Geilleit in deze groep. Op donderdagmiddag werkt groep 3 samen met groep 4. Een van de leerkrachten is dan beschikbaar voor extra ondersteuning. Groep 4 Juffrouw Judith Duerinck werkt samen met juffrouw Anneke Pardon - de Letter in deze groep. Juffrouw Anneke Pardon-de Letter werkt op maandag en vrijdag in deze groep. De andere dagen juffrouw Judith Duerinck. Zij is de groepsverantwoordelijke. Groep 5/6: Juffrouw Maaike Blom-Nijssen is de groepsverantwoordelijke en werkt van maandag t/m vrijdag in deze groep. Op vrijdagmiddag zal juffrouw Anneke-Pardon-de Letter in deze groep werken. Zij geeft op dinsdag ook extra ondersteuning in deze groep. Juffrouw Marianne Wieles-Geilleit geeft op een deel van de woensdag extra ondersteuning in deze groep. Groep 7/8: Juffrouw Petra van der Klooster werkt de hele week in deze groep, met uitzondering van donderdagmiddag. Dan geeft meester André van Opdorp een enkele les en juffrouw Judith Duerinck de gymles. Juffrouw Alice van Waes-Smits geeft extra ondersteuning op maandagmiddag en dinsdagochtend. Zij neemt dan gedeeltelijk groep 8 voor haar rekening. Opmerking: Vanwege zwangerschap van juffrouw Anneke Pardon-de Letter zal er in het begin van het schooljaar voor haar vervanging zijn door juffrouw Judith Duerinck op vrijdag en op de andere dagen door een externe leerkracht. Vanwege ziekte van juffrouw Marianne Wieles-Geilleit wordt zij voorlopig vervangen door een externe leerkracht.
25
5.15 Huiswerk Vanaf groep 5 wordt structureel wekelijks huiswerk met de kinderen meegegeven. Veelal betreft het ondersteunend werk voor taal of rekenen. Daarnaast kunnen kinderen ook regelmatig thuis leren voor proefwerken van de zaakvakken en werken aan spreekbeurten of werkstukken. Soms wordt extra huiswerk meegegeven, ook in lagere groepen, als daar voor uw kind behoefte aan is. Dat wordt dan in overleg met u gedaan. Belangrijk is dat u uw kind de gelegenheid geeft op een rustig moment onder uw begeleiding aan het huiswerk te laten werken en dat het werk tijdig terug meegeven wordt naar school.
5.16 Opvang voor en na school Voor de opvang voor of na school kunt u o.a. terecht bij ‟t Zonnehuisje. Dit laatste is een onderdeel van de Stichting Kinderopvang Zeeuws-Vlaanderen. De Stichting Kinderopvang Zeeuws-Vlaanderen en ons schoolbestuur hebben een overeenkomst gesloten, waarbij gegarandeerd wordt dat er steeds opvang geregeld zal worden. Dit zal meestal in ‟t Zonnehuisje zijn, maar indien daar geen plaats meer is, kan er ook b.v. gebruik gemaakt worden van gastouders. ‟t Zonnehuisje van Kinderopvang Zeeuws-Vlaanderen vindt u op Bailleulstraat 14, het voormalige gebouw van basisschool de Valckeburcht. Het Hoofdkantoor/Gastouderbureau van Kinderopvang Zeeuws Vlaanderen kunt u bereiken op tel. 0115-612368
5.17 ICT Computers zijn ook uit ons onderwijs niet meer weg te denken. De kinderen gaan regelmatig aan de slag met computerprogramma‟s, die bij onze methodes horen. Daarnaast beschikken we over extra programma‟s ter ondersteuning. Met behulp van het programma Basisbits gaan de kinderen op individuele basis aan het werk om juist te leren werken met computers. Alles wat ze daarbij leren (gebruik toetsenbord, internet, diverse programma‟s, enz.) komt prima van pas om b.v. werkstukjes te maken of spreekbeurten voor te bereiden. Leerkrachten gebruiken de computer natuurlijk op vele manieren, zoals dat tegenwoordig gebruikelijk is. Ten behoeve van de leerlingen wil ik speciaal het toetsprogramma van Cito vermelden. De scores van de toetsen, die de kinderen door het jaar heen maken, worden ingevoerd in het administratiesysteem Parnassys. Dit geeft de mogelijkheid de gegevens te vergelijken met eerder gemaakte toetsen, met andere leerlingen, met landelijke gemiddelden, enz. enz. Tevens kunnen we als school deze gegevens ook prima gebruiken om de kwaliteit van ons onderwijs mede te evalueren en bij te stellen. 26
5.18 Lezen en bibliotheek Lezen is een van de belangrijkste vakken van de basisschool. Het kan niet los gezien worden van het taalonderwijs. * d.m.v. lezen kunnen we communiceren met elkaar en met anderen. * d.m.v. lezen kunnen we informatie opdoen, vastleggen en doorgeven. * Lezen is ook ontspanning en plezier. Goede jeugdlectuur is belangrijk. Op school kunnen de kinderen zich abonneren op enkele jeugdbladen. In het begin van het schooljaar ontvangt u daarover informatie. De plaatselijke bibliotheek in “De Speye" bezit een speciale jeugdafdeling. Om hier lid van te zijn kost helemaal niets.
5.19 Observaties in de klas Regelmatig komt het voor dat er een observant in de klas komt. Dat kan om allerlei redenen zijn. Hierbij moet u denken aan observaties i.v.m. de begeleiding van een kind, observaties in het kader van onze kwaliteitsverbetering, observaties vanwege het invoeren van andere werkwijzen, waarbij leerkrachten feedback krijgen of van elkaar willen leren, observaties in het kader van onze gesprekkencyclus, enz. Inhoudelijk worden over observaties geen mededelingen gedaan. Het betreft immers over het algemeen een interne aangelegenheid en het kan ook niet vanwege de privacy van leerkrachten en/of kinderen. Indien de observaties specifiek t.b.v. uw eigen kind zijn, wordt daar uiteraard wel eerst met u overleg over gevoerd. Indien observaties in een reeks na elkaar uitgevoerd worden, dan wordt daarvan mededeling gedaan aan de /verzorgers van de desbetreffende groep. Overigens zonder daarover specifieke inhoudelijke informatie te verstrekken.
6. Kosten
Ouderraad. Voor de ouderraad betaalt men vrijwillig een bedrag per kind. Mocht het betalen van deze vrijwillige bijdrage op problemen stuiten, dan is het in overleg met de directie ook mogelijk om b.v. in termijnen te betalen. Neem gerust contact op, indien U met de vrijwillige bijdrage problemen hebt, zeker als u de bijdrage niet kunt betalen. Als u de vrijwillige bijdrage wel kunt betalen, maar dit niet wilt, kan dat gevolgen hebben voor uw kind. U moet dan denken aan het niet kunnen deelnemen aan bepaalde activiteiten. Voor het vorige schooljaar werd een vrijwillige bijdrage gevraagd van € 14,00 voor het eerste kind en € 11,00 voor het volgende kind. In de vergadering in oktober wordt de bijdrage voor dit schooljaar weer vastgesteld. U krijgt daarover dan nog bericht. De ouderraad betaalt hiervan bijvoorbeeld het cadeau van de Sint, de paasmaaltijd, diverse traktaties en bijdragen aan vieringen e.d.
27
Daarom doen we een dringend beroep op alle ouders om ook daadwerkelijk en tijdig bij te dragen. Alvast hartelijk dank. Schoolreis. De kosten van de schoolreis die de groepen 3 t/m 8 maken zijn tegenwoordig best hoog. De ouderraad draagt jaarlijks bij in de kosten (zij krijgen van het schoolbestuur een flinke bijdrage), zodat de kosten voor de ouders beperkt bleven tot € 24,00 in het vorige schooljaar. Mochten de bedragen in het lopende schooljaar gewijzigd worden, dan krijgt U hiervan bericht via de Nieuwsbrief of een apart schrijven. Kinderen die niet meegaan op schoolreis, zijn niet automatisch vrijgesteld van school. Ze zijn immers leerplichtig.
7 Gezondheid en veiligheid 7.1 Gezondheidszorg Bij kinderen van 5 jaar voeren de jeugdarts en de jeugdartsassistente een Preventief Gezondheids Onderzoek uit. Dit onderzoek vindt plaats te Terneuzen De G.G.D. (Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst) Zeeland laat verder door een jeugdverpleegkundige periodiek onderzoek uitvoeren bij kinderen van 10 jaar. Dit onderzoek vindt plaats op school. Het schoolteam kan kinderen (na toestemming van de ouders) aanmelden voor onderzoek. Ook worden kinderen, waarbij in het verleden een gezondheidsrisico is vastgesteld, opnieuw onderzocht (hercontrole). Voordat de kinderen onderzocht worden, krijgen de ouders/verzorgers hiervan altijd bericht, zodat deze kunnen reageren, indien dat gewenst is. Daarnaast is het mogelijk om de jeugdarts, -verpleegkundige of de logopedist te benaderen als u denkt dat uw kind ergens problemen mee heeft of als u twijfelt aan de ontwikkeling van uw kind. Telefoonnummers vindt u achteraan in deze gids.
7.2 Logopedische hulp Bij kinderen van 5 jaar voeren logopedisten van de GGD, indien daar op indicatie van de leerkracht aanleiding toe bestaat, een spraak- en taalscreening uit. Voordat de kinderen onderzocht worden, krijgen de ouders/verzorgers hiervan ook weer bericht, zodat deze kunnen reageren, indien dat gewenst is. De logopediste behandelt niet op school. Daarvoor wordt doorverwezen naar particulier werkende logopedisten. Wel vindt controle plaats bij gesignaleerde problemen.
7.3 Roken Op school mag niet gerookt worden. Tevens willen we vragen dit op het plein en bij het hek ook niet te doen. We vinden het geen goed voorbeeld voor onze leerlingen. Bij voorbaat hartelijk dank. 28
7.4 Veiligheid Veiligheid van kinderen en personeel wordt door het bestuur van groot belang geacht. De schoolinrichting en de speelplaatsen voldoen aan de ARBO-normen. Regelmatig worden inspecties gedaan en veranderingen aangebracht om aan de steeds hogere normen op dit gebied te kunnen voldoen. Er is een ontruimingsplan dat door de brandweer is goedgekeurd. Elk jaar wordt het enkele keren geoefend. Van ons team zijn diverse mensen aangesteld als zogenaamde BHV-er. Deze afkorting staat voor Bedrijfs Hulp Verlener. De BHV-ers hebben speciale cursussen gevolgd op het gebied van hulpverlening bij ongelukken en brandbestrijding. Zij volgen daarvoor ook regelmatig herhalingscursussen. Ook onze schoolregels staan in het teken van veiligheid. Fietsen en rollerskaten op het schoolplein zijn b.v. verboden.
8. Regelingen 8.1 Verzekeringen Een school kan niet zonder verzekeringen bij ongevallen: daar waar mensen leven en werken kunnen ongelukken gebeuren. Daarom kan ook het onderstaande voor U van belang zijn. Op onze school onderscheiden we o.a. de volgende verzekeringen:
1.
De aansprakelijkheidsverzekering
Bij deze verzekering is iedereen die werkzaam is in dienst van de Stichting (leraren, schoonmaakpersoneel, meewerkende ouders, begeleiders, enz.) of werkzaam in hoedanigheid van bestuurder, verzekerd tegen de geldelijke gevolgen bij werkzaamheden voor de school.
2. De basisschoolongevallenverzekering, doorlopende reisverzekering en evenementenverzekering Iedere leerling is bovendien collectief verzekerd voor schoolongevallen. De premie hiervoor wordt door het bestuur voldaan. De geldigheid is als volgt: op school, onderweg van en naar school, tijdens schoolactiviteiten in geheel Europa en dus ook tijdens sportdagen, schoolreizen, excursies, evenementen vanuit school georganiseerd enz.
3.
De individuele schoolongevallenverzekering
Naast bovengenoemde verzekeringen kunnen ouders individueel, vrijwillig en op eigen kosten ook nog een zgn. 24-uurs schoolongevallenverzekering afsluiten. De kinderen zijn hierbij het hele jaar door, dus ook tijdens de vakanties, weekenden, vrije dagen etc. verzekerd. Let wel: ook dit is geen WA.-verzekering. Schade aan goederen of aan andere personen veroorzaakt, wordt dus niet vergoed! Indien u vrijblijvende informatie hierover wenst, neemt u dan contact op met de verzekeringsmaatschappij maatschappij (Aon) tel. 071-3643151 (Ruud van Houten). 29
4.
Eigendommenverzekering t.b.v. leerlingen
Hierbij is alle schade, waaronder diefstal, schade aan kleding en andere eigendommen van uw kind, ontstaan gedurende de schooluren en evenementen in schoolverband, verzekerd. Wel is er een eigen risico en is geld uitgesloten. Deze verzekering kunnen ouders afsluiten op vrijwillige basis. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met verzekeringsmaatschappij Aon tel 071-3643151 (Ruud van Houten).
5.
Overige verzekeringen
Stichting Kapriom heeft verder o.a. een eigendommenverzekering voor het personeel en vrijwilligers afgesloten en een schadeverzekering inzittenden.
8.2 Klachtenregeling Soms gaan er dingen mis op school. Meestal gebeurt dat heel onbewust of toevallig door omstandigheden, waarmee onvoldoende rekening is gehouden. Wij vinden het belangrijk dat klachten direct opgenomen worden met de betrokkenen. Vaak zal dat de leerkracht van uw kind zijn. Meestal kan het probleem dan snel uit de wereld geholpen worden. Mocht dit echter niet lukken dan kan contact worden opgenomen met de directeur of zijn plaatsvervanger, indien de directeur afwezig is, Ook deze zal in goed overleg met de betrokkenen proberen tot een oplossing te komen. Pas als ook dat niet tot tevredenheid heeft geleid, kan een beroep worden gedaan op de speciale klachtenregeling die door het bestuur is opgesteld en die ter inzage op school ligt. In hoofdlijnen komt het er op neer, dat U eerst de door het bestuur aangestelde contactpersoon benadert. Voor onze school is dat Dhr. L. Feyen, te bereiken via de huisartsenpraktijk, tel. 452525. Deze zal de klacht mogelijk doorverwijzen naar de vertrouwenspersoon, mw H. Meij, die is aangesteld door het schoolbestuur. Pas daarna komt het schoolbestuur en eventueel de door het bestuur ingestelde regionale klachtencommissie in beeld om zich over de klacht uit te spreken. De betreffende klachtencommissie voor Zuid-Nederland is samengesteld door het VBKO (Vereniging Besturenorganisaties Katholiek Onderwijs) en is gevestigd te Den Haag, Postbus 82324, postcode 2508 EH, tel. 070-3925508. Afhankelijk van de soort klacht worden de leden van de commissie gevormd. Deze commissie bestaat minstens uit een voorzitter en 2 leden. Natuurlijk is voorkomen beter dan genezen. Neem dan ook altijd contact op met de leerkracht of de directie, indien zich situaties voordoen die tot onduidelijkheid of klachten leiden.
30
8.3 Sponsoring We voeren een terughoudend beleid ten aanzien van sponsoring. We volgen daarin de afspraken en aanbevelingen, die op landelijk niveau t.a.v. sponsoring van scholen gemaakt zijn. Schenkingen kunnen natuurlijk wel.
9. Geledingen 9.1 Bestuur De stichting Kapriom (Katholiek Primair Onderwijs Midden-Zeeuws-Vlaanderen) vormt het bestuur van elf katholieke basisscholen in de gemeente Terneuzen: Axel - Antoniusschool, Biervliet - De Komme, Philippine - De Werf, Sas van Gent – De Sasse Vaart, „t Zand, Sluiskil - Antoniusschool, Terneuzen -De Geule, De Zeemeeuw, Op de Hoogte en De Kameleon, Westdorpe -de Kreeke De structuur van de stichting is per 1 februari 2010 gewijzigd. In deze nieuwe organisatiestructuur functioneert een bestuur op hoofdlijnen (toezichthoudend), een algemeen directeur en de schooldirecteuren. Nieuwe wetgeving (code goed bestuur) stelt een dergelijk model verplicht, waarin het intern toezicht gescheiden wordt van de uitvoering van beleid. Contact met bestuur en algemeen management: Stichting Kapriom Algemeen directeur a.i. Dhr. P. de Jong Postbus 404 4530 AK Terneuzen Telefoon: 0115-613667 Mail:
[email protected] Bezoekadres bestuurskantoor: Haarmanweg 52-54 (kamer 5 in het Facility center). Terneuzen
9.2 (Gemeenschappelijke) Medezeggenschapsraad De MR van de school vormt een wettelijk verplicht inspraakorgaan van ouders en personeel van de school voor het bestuur. Alle MR.‟n van de scholen onder ons bestuur samen vormen de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Elke school kan twee vertegenwoordigers afvaardigen in de GMR, één namens het personeel en één namens de ouders. De MR bestaat uit 4 leden, te weten 2 leden namens de ouders en 2 leden namens het personeel. De raad bestaat momenteel uit: Mw. M. Blom-Nijssen en mw. A. van Waes-Smits (tevens lid GMR) namens het personeel. Mw. S. Samijn-Geernaert is momenteel lid namens de ouders. 31
Mw. S. de Waele -Stoelinga is een aantal jaren lid geweeest, maar heeft de raad inmiddels verlaten. De procedure om een opvolger te benoemen start in de loop van het schooljaar.
9.3 Ouderraad De ouderraad bestaat uit gekozen vertegenwoordigers van elke groep. Over de werkzaamheden kunt u in hoofdstuk 4.1 lezen. De samenstelling is bij het verschijnen van deze gids als volgt: Mw. M. Coppejans-Kluijtenaar (secr.) Dhr. P. de Guchteneire (penningmeester) Mw. I van de Langkruis Mw. V. Peters-Sanderse Dhr. N. Samijn (voorzitter) Mw. I. Schauwvliege Mw. I. v.d. Slikke-Fatyga Mw. K. v.d. Vijver- van Puyvelde Mw. S. de Waele-Stoelinga
9.4 Directie en ander onderwijzend personeel Directeur:
De heer André van Opdorp 0115-460028 Mail:
[email protected]
Adjunct-directrice: Mw. Marjolein de Vriend
Overige leerkrachten: Mw. Maaike Blom-Nijssen Mw. Angeliek Coenen (intern begeleidster) Mw. Judith Duerinck Mw. Petra v.d. Klooster Mw. Marianne Oosterwijk- Leenderts Mw. Anneke Pardon- de Letter Mw. Alice van Waes-Smits Mw. Marianne Wieles-Geilleit
32
9.5 Klachtenregeling bestuur (zie ook 8.2) * contactpersoon (school): dhr. L. E.M.C. Feyen Huisartsenpraktijk Tel. 0115-452525 (werk) * klachtencommissie Klachtencommissie Zuid-Nederland Postbus 82324 2508 EH Den Haag Tel. 070-3925508
9.6 Inspectie Primair Onderwijs Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis) Klachtmelding over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld, radicalisering en discriminaties: Meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900-111 3 111 (lokaal tarief)
9.7 Contactlijst Jeugdhulpverlening WSNS (Weer Samen Naar School) GGD afdeling Jeugdgezondheidszorg AMV (Algemeen Maatschappelijk Werk) BJZ (Bureau Jeugdzorg) AMK (Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Zeeland) Steunpunt Huiselijk Geweld Zeeland MEE (beperkingen/stoornissen) Stichting Zorgzaam Thuis Terneuzen Opvoedbureau met gratis spreekuur C.I.Z. Emergis Groepspraktijk Biol. Psychiatrie (GBP) Juvent Raad voor de Kinderbescherming Informatie- en advieslijn ouders Kindertelefoon
33
0115-649200 0113-249406 0115-643300 /
[email protected] 0118-677600 /
[email protected] 0118-677688 /
[email protected] 0900-2220333 0115-675300 /
[email protected] 0115-674500 088-7891480 0115-696251 0117-391618 /
[email protected] 0118-635510 /
[email protected] 0118-673333 /
[email protected] 0800-5010 0800-0432/
[email protected]