Rit uelenRaadsel
Lespakket over rituelen rondom de dood Lerarenhandleiding
Rit uelen
Rituelen markeren belangrijke momenten in het leven die te maken hebben met grensovergangen, zoals geboorte, huwelijk en dood. In dit lesproject staan rituelen rondom de dood centraal. Rituelen kunnen verbonden zijn met een cultuur of religie, maar mensen ontwikkelen ook zelf rituelen.
Waarom dit lespakket Elke dag gaan er mensen dood. De dood is onlosmakelijk verbonden met het leven. Dat feit alleen al kan voor u als leerkracht aanleiding zijn aandacht te besteden aan de dood en rituelen die hierbij een rol spelen. Uiteraard kan een sterfgeval in de directe omgeving van uw leerlingen ook als aanknopingspunt dienen voor de inzet van dit lesproject. Dat kan gaan om de dood van een familielid of bekende van een leerling, een leerling zelf of bijvoorbeeld iemand die op school werkt.
Het lesproject RituelenRaadsel leert kinderen wat rituelen in het algemeen zijn, welke rituelen er rondom de dood zijn en hoe deze per religie en cultuur verschillen. U kunt het onderwerp ‘rituelen rondom de dood’ in de klas behandelen aan de hand van het verhaal van professor Van Asch. Na een korte inleiding vertelt Van Asch over zijn ontdekkingstocht naar hindoe, christelijke, islamitische en joodse rituelen.
RituelenRaadsel - In de lerarenhandleiding staat het verhaal van professor Van Asch centraal. Deze professor doet over de hele wereld onderzoek naar rituelen rond de dood. Van een viertal culturen en religies wordt beschreven welke rituelen een rol spelen wanneer iemand overlijdt. Internetopdracht RituelenMaker - Professor Van Asch moet alleen in Nederland nog onderzoek doen. Kinderen kunnen hem daarbij helpen door op internet een ritueel samen te stellen voor een virtueel huisdier dat net overleden is. Van hun ritueel maken ze een poster. Deze kunnen ze uitprinten, meenemen naar school en opsturen naar de professor.
Omdat in dit lesproject aandacht wordt besteed aan de rituelen van verschillende religies en culturen, kunnen de thema’s ‘culturele verschillen’, ‘multiculturele samenleving’ of ‘religie’ eveneens als aanleiding worden gebruikt om met dit lesproject te werken.
Het materiaal is zo opgesteld dat u met een minimale tijdsinspanning het onderwerp met de leerlingen kunt bespreken. Het biedt echter ook de mogelijkheid om er verschillende lessen mee te werken. De RituelenMaker op internet kan door leerlingen individueel doorlopen worden, thuis of op school. De tijdsduur hiervan bedraagt ongeveer 10 tot 15 minuten.
Het lespakket is in principe bedoeld voor leerlingen uit groep 7.
Dit lespakket bestaat uit een lerarenhandleiding met een verhaal, achtergrondinformatie en lessuggesties. Daarnaast is er een verwerkingsopdracht op internet.
•3•
Het verhaal van Professor Van Asch
Iedereen droeg speciale kleren, er werd heel plechtig en mooi gesproken, soms zelfs in het Latijn! Bijna elke cultuur heeft speciale rituelen voor belangrijke gebeurtenissen als een geboorte, huwelijk of verjaardag. Vaak zijn die rituelen verbonden met een bepaalde religie, maar dat hoeft niet. Soms wordt er gezongen en gedanst, andere keren is een ritueel juist heel stil en ingetogen.”
Sommige rituelen lijken op vaste gewoonten. Zo kan een wandelingetje voor het slapen gaan een vaste gewoonte zijn. Als men gaat denken dat men zonder dat blokje om niet goed zou kunnen slapen, wordt het een ritueel. Belangrijker zijn rituelen die een speciale gebeurtenis markeren, zoals rituelen rond het huwelijk, volwassen worden of rituelen rond de dood. Rituelen zijn heel belangrijk. Het vertrouwde karakter van een ritueel is van belang voor zowel een individueel persoon, die zich erdoor op zijn of haar gemak voelt, als voor een samenleving, waarbinnen de (gedeelde) rituelen een bindmiddel tussen de personen vormen.
Bespreek met de leerlingen wat ze weten over rituelen. Welke rituelen zijn er op school, bijvoorbeeld rond belangrijke momenten en vanuit de thuissituatie; verjaardagen, trouwerijen, begroetingen, oud en nieuw, overlijden, religieuze rituelen op feestdagen (kerst, ramadan, grote verzoendag etc.). Maak met de leerlingen een woordveld rond het begrip rituelen.
Lees het verhaal van professor Van Asch voor. Aansluitend maakt u met de leerlingen een woordveld rond het begrip ‘rituelen’. “Mijn naam is professor Van Asch. Ik doe al mijn hele leven onderzoek naar rituelen. Misschien heb je geen idee wat rituelen zijn, of misschien heb je er wel eens van gehoord. Je hebt vast je eigen rituelen, net als ik en iedereen. Een ritueel geeft je grip op de werkelijkheid. Tenminste, dat is de bedoeling. Een ritueel is iets wat je doet bij een bepaalde gebeurtenis of situatie, op een bepaalde manier en meestal met een bepaalde volgorde. Hm, dat maakt het misschien niet veel duidelijker ... Een ander voorbeeld. Elke ochtend gaat bij mij om kwart voor zeven de wekker. Dan ga ik douchen, scheer ik me, kleed me aan, pak de krant, zet een kop koffie, smeer een beschuitje - altijd met jam - en ga dan aan tafel met m’n krantje ontbijten. Elke dag, altijd in deze vaste volgorde, want daar voel ik me nu eenmaal lekker bij. Dat is wat je noemt een ochtendritueel. Een ander voorbeeld van een ritueel. Toen ik werd benoemd tot professor bij de universiteit had men een hele poppenkast voor me georganiseerd. Als je denkt dat ze je een hand geven (ook een ritueel trouwens!) en zeggen gefeliciteerd, u bent nu professor, dan heb je het mis. O nee, het was een stuk ingewikkelder.
“De laatste jaren heb ik me vooral gericht op rituelen rond de dood, misschien omdat ik zelf ook een dagje ouder word. Ik heb de hele wereld rondgereisd, van Azië tot de Zuidpool. Ik heb veel geleerd over hoe men overal ter wereld omgaat met de dood. Bij moslims gaat het weer heel anders dan bij hindoes. In de meeste culturen is er een droevige stemming als iemand sterft. Maar in sommige culturen zijn ze juist blij omdat ze geloven dat je na de dood een nieuw en beter leven krijgt. Mijn onderzoek naar de rituelen rond de dood in Nederland heb ik tot het laatst bewaard. Gaan we in Nederland heel anders om met de dood, of komen veel van de rituelen die ik elders in de wereld heb gezien, ook hier in Nederland voor? Misschien dat jullie mij willen helpen bij dit laatste raadsel?”
•4•
Bespreek met de leerlingen wat ze weten over de dood en welke rituelen ze kennen rondom de dood. Maak met de leerlingen ook een woordveld over ‘rituelen rond de dood’.
Achtergrondinformat ie
Na het overlijden wordt een overledene gewassen en gekleed. Met een aantal andere handelingen heet dit ‘de laatste verzorging’, ook wel ‘afleggen’ genoemd. Nabestaanden kunnen dit overlaten aan de uitvaartondernemer, maar kunnen dit ook samen met hem doen.
lichaam en de omgeving aanwezige bacteriën, die voor het ontbindingsproces zorgen.
Sinds 1 januari 2010 is het licht balsemen van overledenen in Nederland toegestaan. Voorheen mochten alleen leden van het Koninklijk Huis gebalsemd worden. Bij balsemen wordt er via het intacte bloedvatenstelsel een conserverende vloeistof in het lichaam ingebracht. Door de conserverende werking blijft de conditie van het lichaam op peil. Afhankelijk van de concentratie kan een lichaam korte of langere tijd geconserveerd worden. De lichte vorm van balseming houdt in dat het natuurlijke ontbindingsproces van het lichaam na 10 dagen op gang komt. De concentratie van de vloeistof is in dit geval minder sterk dan die bij een lid van koninklijk Huis.
Na de plechtigheid in de aula brengt een medewerker van het crematorium de kist naar de ovenruimte. Elke overledene wordt afzonderlijk gecremeerd op de dag van de plechtigheid. De kist wordt op een invoerwagen geplaatst en bij een temperatuur van circa 800 graden Celsius ingevoerd in de oven. Het crematieproces is computergestuurd en duurt ongeveer 7075 minuten. De temperatuur loopt op tot circa 1100 graden. Om te zorgen dat er geen verwisseling van de as plaatsvindt, wordt er voor het invoeren in de oven een identificatiesteentje met het unieke persoonlijke crematienummer op de kist gelegd. Dit steentje wordt pas van de as gescheiden als er wordt overgegaan tot verstrooiing.
Opbaren kan thuis of in een rouwcentrum gebeuren. De overleden moet gekoeld (tenzij deze is gebalsemd) worden. Bij een opbaring thuis kan daarvoor een speciale koeling geplaatst worden. De overledene kan in of in de kist opgebaard worden. Nabestaanden kunnen ook besluiten de overledene de eerste dag of dagen thuis op te baren en pas de laatste dagen in een rouwcentrum.
Na de crematie wordt de as opgevangen in een metalen bak om af te koelen. Er blijft tussen 2,5 en 3,5 kg as per overledene over. In de asverwerkingsruimte worden metalen (schroeven en nieten van de kist, chirurgische metalen etc.) uit de as verwijderd. De as wordt fijngemaakt in een cremulator (een machine met grote metalen bollen) en vervolgens samen met het identificatiesteentje geborgen in een asbus. Op de asbus staan de noodzakelijke gegevens van de overledene vermeld (naam, datum van crematie en crematienummer).
Een kist is niet meer wettelijk verplicht, al wordt er bij crematie wel de voorkeur aan gegeven; sommige crematoria accepteren geen overledenen zonder kist. Wanneer men geen kist wil, is een lijkwade of ander omhulsel volgens de wet verplicht. Het lichaam moet dan op een baar worden geplaatst. Dat is een plank met handvatten aan de zijkant.
Normaal gesproken moet iemand uiterlijk de zesde werkdag na de dag van overlijden begraven (of gecremeerd) worden. Uitstel wordt in bepaalde gevallen nog wel toegestaan, bijvoorbeeld als een overledene uit het buitenland gerepatrieerd moet worden. De wet schrijft voor dat een lichaam ten minste 65 centimeter onder de aarde moet liggen. Dat het lichaam voer is voor wormen is een misverstand. Het is de zuurstof in de grond, in combinatie met de in het
Een tableau vivant is een levend schilderij. De mensen in het schilderij mogen niet bewegen en niet praten, ze beelden met elkaar een situatie uit. Het is alsof je een foto bekijkt. Laat de kinderen in groepjes een tableau verzinnen waarin ze een ritueel uitbeelden. Ze kunnen ook een serie maken waarin de beelden elkaar opvolgen. De leerlingen beelden hun tableau voor de rest van de klas uit. Als ze een serie maken, laat dan tijdens de wisseling van het ene naar het andere beeld de overige leerlingen hun ogen sluiten. Als de leerlingen klaar zijn mag de rest van de klas raden wat ze uitgebeeld hebben.
•5•
Hindoe rit uelen
De hindoe cultuur kent speciale rituelen tijdens de stervensfase. Deze rituelen staan centraal in dit onderdeel. De professor vertelt:
“Ik had jullie al eerder verteld dat iedere cultuur en geloof op zijn eigen manier omgaat met de dood. Graag zou ik van een paar grote religies willen vertellen wat er gebeurt als iemand sterft. Ik kwam een paar jaar geleden op het idee om rituelen rond de dood te gaan onderzoeken. Ik reisde door het enorme India, een land waar de meeste hindoes wonen. Er wonen in India meer dan één miljard mensen, waarvan ruim 80 procent hindoeïstisch is. Op een dag tijdens mijn reis maakte ik een wandeling langs de Ganges, voor de hindoes een heilige rivier. Veel mensen waren zich in de rivier aan het wassen, want ze geloven dat je met het water je zonden van je afwast. Een jongen van een jaar of elf schepte water van de Ganges in een kan. Ik vroeg hem, waarom hij dat deed. En hij zei: ‘Ik haal water uit deze rivier, zodat ik de ziel van mijn opa kan helpen het lichaam te verlaten’. Toen ik hem vroeg wat hij bedoelde, nodigde hij me uit hem te volgen. Bij het huis van de jongen aangekomen, zag ik dat de familie van de jongen rondom een laag bed stond. In het bed lag de overleden opa van de jongen. Het hoofd van de oude man was naar het zuiden gekeerd. Hierdoor zou hij gemakkelijker kunnen terugkeren naar de schoot van Moeder Aarde. Er was heilige as aangebracht op het voorhoofd van de grootvader. Zijn zoon schonk heel voorzichtig een druppel water uit de Ganges in de mond van zijn vader. De kleinzoon vertelde me fluisterend waarom zijn vader dat deed. ‘Wij geloven dat het water uit de Ganges de ziel losmaakt van het lichaam, zodat deze kan herleven in een nieuw lichaam.’ De hindoes geloven dat de ziel na de dood het lichaam verlaat om een nieuw lichaam te vinden of, na een aantal reïncarnaties, te worden opgenomen in het Brahman (spreek uit: bragman), de oerenergie. Dat moet zo snel mogelijk gebeuren, daarom wordt het lichaam direct naar een uitvaartcentrum gebracht. De hindoepriester, de pandit, bidt met de familie. Er wordt een kaarsje aangestoken en water in een bokaal geschonken.
De meeste hindoes worden gecremeerd, omdat ze denken dat dit de snelste manier is om het lichaam te verlaten. Ook de grootvader van de jongen werd gecremeerd. Na afloop werd de as van zijn lichaam uitgestrooid over de Ganges. Ik vroeg de jongen of hij bedroefd was. ‘Ik zal mijn opa missen, maar misschien kom ik zijn ziel wel weer tegen in een nieuw lichaam.’”
Teken met de leerlingen een mandala als herdenkingsteken. Een mandala is een van oorsprong hindoeïstische magische cirkel die de kosmos uitbeeldt. De enige ‘regels’ die er zijn voor het tekenen van een mandala, is dat je de tekening maakt binnen een cirkel en dat je begint met tekenen in het midden van die cirkel. De cirkel wordt gevuld met repeterende (grafische) figuren. U geeft de leerlingen een cirkel of laat ze deze zelf tekenen. U kunt ze hulplijnen laten trekken (zoals een spinnenweb) of u kunt ze vormen laten knippen die ze kunnen omtrekken. Bij het omtrekken van vormen hebben de leerlingen meer dan één cirkel nodig. Hierboven ziet u een voorbeeld. Maak partjes, knip een partje uit, vouw het dubbel, teken een lijn, vouw de driehoek open, leg de vorm op de hele cirkel en trek hem om, herhaal dit de hele cirkel rond. Knip nu een nieuw figuur uit en doe precies hetzelfde. Net zolang tot de cirkel mooi gevuld is. Kies dan de kleuren en kleur de vakjes in.
•6•
Christelijke rit uelen
Er zijn wereldwijd veel verschillende christelijke stromingen, die allemaal geloven in een leven na de dood. Toch zijn er ook duidelijke verschillen. Neem bijvoorbeeld de twee grootste christelijke stromingen in de westerse wereld, de protestanten en de katholieken. De professor vertelt: “Op mijn zoektocht naar rituelen rondom de dood heb ik natuurlijk ook door Europa gereisd. Het belangrijkste religieuze centrum in Europa (en volgens sommigen van de wereld) is het Vaticaan in Rome. Jullie hebben vast wel eens van het Vaticaan gehoord en anders ken je wel zijn belangrijkste bewoner, de paus. De paus is de leider van alle katholieke christenen in de wereld. Dus als er een paus sterft, dan wordt er flink uitgepakt. Toen op 8 april 2005 de vorige paus Johannes Paulus II werd begraven, was ik in Rome. Dat was een hele gebeurtenis, kan ik je vertellen! Ontelbaar veel mensen kwamen afscheid nemen in Rome en miljarden mensen zagen het op de televisie. Natuurlijk is zo’n grote begrafenis niet hoe het er gewoonlijk aan toegaat bij christenen. Hoewel alle christenen geloven dat er een leven is na de dood, is er een verschil tussen twee belangrijke christelijke stromingen, de protestanten en de katholieken. Bij de katholieken leidt de priester meestal de uitvaartdienst, bij de protestanten is dat de predikant. Bij de begrafenis van een oom van mij, sprak ik met een protestantse predikant. Ik vroeg hem waarom de uitvaartdienst bij protestanten zoveel soberder is dan bij de katholieken. De predikant glimlachte en zei: ‘Protestanten denken dat God niet zo’n behoefte heeft aan allerlei rituelen en mooie dingen. Katholieken zien deze pracht en praal en rituelen juist als een eerbetoon aan God.’ Op de avond voor de uitvaart van een katholiek wordt soms een avondwake gehouden. Dat is een speciale kerkdienst waarin het leven van de overledene wordt herdacht. Ook wordt er voor hem of haar gebeden, voorgelezen uit de Bijbel en worden liederen gezongen. Op de dag van de uitvaart houden de katholieken vaak een uitgebreide mis, met wierook, het besprenkelen van de kist met wijwater (gezegend water), het zingen van liederen en branden van kaarsen. De predikant kende het katholieke ritueel. ‘Bij ons is de dienst vaak veel eenvoudiger. Ook de kist is heel sober. Maar ook al denken we over sommige dingen
anders, we doen veel dingen hetzelfde, hoor. Zowel de katholieke priester als de protestantse predikant staat bij de begrafenis stil bij de hoogte- en dieptepunten in het leven van de overledene. Soms gebeurt dat in de kerk, soms in de aula van het uitvaartcentrum of crematorium.’ Ik bedankte de predikant voor zijn uitleg en liep naar het graf van mijn oom om mijn laatste eer te bewijzen.”
•7•
Schrijf met de leerlingen een gedicht over afscheid, over een mooie plek met een bijzondere betekenis of over de dood. Een bruikbare vorm is het schrijven van een elfje. Hoe schrijf je een elfje? De eerste regel heeft een woord, de tweede twee enz. De vijfde regel heeft weer een woord en bevat een samenvatting van het geheel. Een elfje is dus een woordentellend vers. • De vorm is: 1 woord; 2 woorden; 3 woorden; 4 woorden en weer 1 woord. • Het aantal lettergrepen is onbelangrijk en speelt absoluut géén rol. • Vaak zijn het eerste en het laatste woord tegengesteld of hebben ze juist sterk met elkaar te maken. • Het laatste woord is een samenvatting van het bovenstaande. • Elke regel staat op zichzelf, het mag niet een in stukken gehakte zin zijn. Voorbeeld: Hond Mijn hond Geen adem meer Hij wordt langzaam koud Dood.
Islamit ische rit uelen
Van de islamitische rituelen wordt in dit onderdeel de nadruk gelegd op rituelen rondom de begrafenis zelf. De professor vertelt:
“Weet je wie ook een prachtig ritueel hebben rond de dood? Moslims. Ik heb het met eigen ogen gezien in Marokko, bij een heuse islamitische begrafenis. Ik was uitgenodigd door mijn vriend Hamid, een Marokkaanse professor in de stad Fez, een van de vier koningssteden. Hij had gehoord van mijn onderzoek naar rituelen rond de dood en vond dat ik maar eens een echte islamitische begrafenis moest meemaken. Hamid nam me mee door een prachtig versierde blauwe poort naar de Medina, de oude stadswijk. We liepen door een doolhof van kleine steegjes totdat we bij een moskee aankwamen van wel meer dan duizend jaar oud. Het was een prachtig gebouw. Hamid verzocht me mijn schoenen uit te doen en we gingen stilletjes de moskee binnen. In de moskee lag een lichaam op zijn rechterzijde, gewikkeld in witte doeken. De imam, de moslimpriester, bad tot Allah, hun god. Hij sprak het djanazah of dodengebed uit en eindigde met een vredesgroet.
Hamid vertelde me dat de man kort geleden was overleden. Zijn ogen waren vlak na de dood gesloten door één van de aanwezigen. Daarna waste men driemaal zijn lichaam volgens bepaalde regels, want de overledene moet rein voor Allah komen. Tijdens het wassen sprak men teksten uit de Koran. ‘Voor moslims is het erg belangrijk dat het lichaam binnen 24 uur wordt begraven’, fluisterde Hamid. ‘Cremeren is verboden. Dan maak je de schepping van Allah kapot.’ Toen was het tijd voor de begrafenis. Het dode lichaam werd door mannen gedragen en naar het graf gebracht. Dat was een indrukwekkend schouwspel! Zo veel mogelijk mannen probeerden het lichaam aan te raken tijdens de stoet. Waarom probeert iedereen een stukje te dragen, vroeg ik. ‘Dat is traditie’, wist Hamid. ‘Zo eren we de dode.’ Ondertussen riepen de mannen: ‘Allahu Akbar, Allahu Akbar!’ Dat betekent: ‘God is de grootste.’ Bij het graf werd het lichaam van de draagbaar getild en in het graf gelegd, met het gezicht naar de heilige stad Mekka. Toen gooiden de nabestaanden met hun handen aarde in het graf, terwijl ze tegelijkertijd een gebed uitspraken. ‘Door dit gebed zal de dode weer kunnen opstaan en naar de hemel gaan’, wist Hamid. Er werden twee kleine heuveltjes gemaakt van de overgebleven aarde. Verder had het graf, op een simpele grafsteen na, geen versieringen. ‘Dit graf is voor eeuwig’, aldus Hamid. ‘Het mag nooit worden geruimd.’”
Laat de leerlingen uit kranten en op internet foto’s zoeken van begrafenisrituelen uit verschillende culturen. Maak in de klas een fotowand per religie of neem de wereldkaart als uitgangspunt en laat de leerlingen daarop aangeven welke foto’s waarvandaan komen. Laat ze een kort verslag maken van de rituelen die ze ontdekt hebben tijdens het zoeken.
•8•
Joodse rit uelen
De joodse cultuur kent uitgebreide rouwrituelen na de uitvaart. In dit onderdeel staan deze rouwrituelen centraal. De professor vertelt: “Jullie hebben nu van een aantal grote religies gehoord hoe bij hen een begrafenis of crematie gaat. Iedere cultuur heeft eigen gebruiken en regels, die soms heel strikt worden toegepast, maar dat hoeft niet. Moderne gelovigen gaan vaak veel losser met de regels om dan traditionele gelovigen. Ik zal jullie nu vertellen over een traditionele joodse uitvaart die ik ooit heb meegemaakt in Israël (de joodse staat in het Midden-Oosten). Een oude joodse vrouw werd door haar zeven kinderen en achttien kleinkinderen begraven. Een van de dochters was Iza, een goede vriendin die ik al ken sinds mijn studietijd. Ze was speciaal naar haar geboorteland teruggevlogen om haar moeder te begraven. Iza had mij gevraagd haar te vergezellen. Opvallend aan het joodse ritueel is dat het in veel opzichten erg lijkt op dat van de moslims. Niet gek, als je je bedenkt dat moslims en joden voor een groot deel dezelfde godsdienstige geschiedenis delen. Het wikkelen in doeken, het zo snel mogelijk begraven, het verbod op crematie, het ritueel reinigen van het lichaam en het gezamenlijk begraven door familie en vrienden; het zijn allemaal overeenkomsten tussen de twee religies. Iza vertelde me dat het niet is toegestaan dingen vooraf te regelen bij traditionele joden. ‘Een ademend mens maakt namelijk deel uit van het leven’, legde ze uit, ’en behoort daarom toe aan die wereld. Bezig zijn met de begrafenis getuigt dan van weinig respect.’ Toen Iza’s moeder stierf werd haar lichaam direct bedekt met doeken. ‘Ik heb daardoor helaas het gezicht van mijn moeder niet meer gezien’, zei Iza treurig. Vervolgens ontstak de rabbijn, een joodse geestelijke, een licht boven het hoofd, dat zou blijven branden tot de oude vrouw was begraven. Het licht staat symbool voor de aanwezigheid van de geest van de overledene.
•9•
Nadat het lichaam was gewassen, werd ze gekleed in een simpel katoenen gewaad. Daarna strooide men wat aarde van Israël over haar uit. ‘Dat staat voor verbondenheid met het heilige land’, verklaarde Iza. De stoet op weg naar het graf was heel rustig. Er werd onderweg driemaal gestopt, om te laten zien dat er geen haast is. Zeven van de naaste familieleden maakten een scheur in hun kleren. Later vertelde Iza me dat die scheur een teken van verdriet is. Men liet de kist in het graf zakken, waarna ieder drie scheppen aarde op de kist schepte als eerbetoon aan de overledene. Toen verliet de familie, onder wie Iza, het graf tussen twee rijen vrienden. De vrienden spraken een traditioneel troostgebed uit. Thuisgekomen aten we een troostmaaltijd van brood en ei. De familie rouwde daarna nog een heel jaar. Ik heb jaren later nog eens het graf bezocht van de oude vrouw. Ik had van Iza geleerd dat het van respect voor de dode getuigt als je een steentje achterlaat op het graf. Zo kon men zien dat ik was geweest.”
Bespreek met de leerlingen wat ze doen als ze verdrietig of boos zijn. Zitten ze stil in een hoekje? Of praten ze juist veel, draaien ze muziek, of tekenen of schrijven ze misschien wel? Laat de leerlingen een portret van zichzelf maken zoals ze eruitzien als ze verdrietig of boos zijn. Laat ze erbij schrijven waar ze heel verdrietig of boos van worden, maar ook wat hen troost. Waar worden ze weer vrolijk van?
Rit uelenRaadsel op internet “Mijn onderzoek is bijna klaar. Alleen in Nederland wil ik nog onderzoeken hoe mensen omgaan met de dood. Jullie kunnen mij helpen door op www.rituelenraadsel .nl zelf een ritueel te maken. Uiteraard ontvang ik een verslag van jullie ritueel.”
Deze schoolopdracht kunnen de leerlingen zelfstandig op school of thuis maken. Op www. rituelenraadsel.nl kiezen de leerlingen een huisdier. Dit beestje verzorgen ze goed, maar zoals dat nou eenmaal gaat na een lang en gelukkig leven, sterft het huisdier van ouderdom. Dan moet de uitvaart geregeld worden. De Leerling kiest de sfeer van de ceremonie, een kist of een mandje, de laatste verzorging et cetera. Dit kost ongeveer 10-15 minuten. Een verslag van de keuzes kan worden opgeslagen op de site. Het ritueel kan worden verzonden naar de professor, maar natuurlijk ook worden afgedrukt en besproken in de klas.
Kringgesprek over rouwrituelen in een multiculturele samenleving
• 10 •
Het is mogelijk een gastspreker bij u op school uit te nodigen. Deze persoon kan dan wat meer vertellen over wat er allemaal komt kijken bij een uitvaart in een crematorium of uitvaartcentrum. Ook kunnen zij vragen van de kinderen beantwoorden. Dit is bijvoorbeeld iemand van een uitvaartcentrum bij u in de buurt. U kunt hiervoor contact opnemen met het Yarden Contactcentrum, telefoonnummer 0800 1292.
• 11 •
Huilen mag, lachen ook is gemaakt voor kinderen van groep 7 en 8 van de basisschool. De voorstelling gaat over afscheid nemen in het algemeen en de dood in het bijzonder. Zie voor meer informatie: www.theaterproducties.com.
www.yarden.nl/voorlichting www.uitvaart.nl http://nl.wikipedia.org/wiki/Begrafenis
Colofon Het RituelenRaadsel is een uitgave van:
www.yarden.nl Het RituelenRaadsel is ontwikkeld door: PODIUM, Bureau voor educatieve communicatie bv, Utrecht Vormgeving: Lijn 76, Amsterdam Illustraties: Studio Carambolas, Utrecht © April 2007 Alle rechten voorbehouden Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.