Onderzoek kostendekkendheid leges & tarieven
Rapport maart 2015 Gemeente Hengelo
Inhoudsopgave SAMENVATTING .....................................................................................................................................4 1. INLEIDING ............................................................................................................................................5 1.1 Achtergrond in de gemeente Hengelo ............................................................................................5 1.2 Leges en tarieven opgenomen in dit onderzoek ............................................................................5 1.3 Regelgeving en richtlijnen ..............................................................................................................6 1.3.1 Kruissubsidiëring .....................................................................................................................6 1.3.2 Kostenverdeelsystematiek ......................................................................................................7 1.3.3 BTW en BTW compensatiefonds ............................................................................................8 1.3.4 Perceptiekosten .......................................................................................................................8 1.4 Effect voor de burger ......................................................................................................................8 2. OPZET ONDERZOEK ..........................................................................................................................9 2.1 Onderzoek kostendekkendheid leges & tarieven ...........................................................................9 2.2 Benchmark belastingen & tarieven .................................................................................................9 3. LEGESVERORDENING .................................................................................................................... 10 3.1 Titel I Algemene Dienstverlening ................................................................................................. 10 3.1.1 Huwelijken ............................................................................................................................ 10 3.1.2 Reisdocumenten................................................................................................................... 11 3.1.3 Rijbewijzen ........................................................................................................................... 12 3.2 Titel II Omgevingsvergunningen .................................................................................................. 13 3.2.1 Totaaloverzicht omgevingsvergunningen ............................................................................. 13 3.2.2 Kostenonderbouwing uitgelicht: 3 voorbeelden voor de benchmark .................................. 14 3.3 Titel III Dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn .......................................... 15 3.3.1 Drank- en Horecawet ........................................................................................................... 15 3.3.2 Evenementen. ...................................................................................................................... 15 3.3.3 Prostitutiebedrijven ............................................................................................................... 17 4. AFVALSTOFFENHEFFING............................................................................................................... 18 4.1 Zorgplicht van Nederlandse gemeenten ..................................................................................... 18 4.2 Kostenonderbouwing van de afvalstoffenheffing ......................................................................... 18 5. RIOOLHEFFING ................................................................................................................................ 21 6. MARKTGELDEN ............................................................................................................................... 23 7. HAVENGELDEN ............................................................................................................................... 24 8. BEGRAAFRECHTEN ........................................................................................................................ 25
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
2
REFERENTIES...................................................................................................................................... 26 BIJLAGE 1
BENCHMARK TARIEVEN ........................................................................................... 27
1.1 Inleiding ....................................................................................................................................... 27 1.2 Benchmark leges en tarieven ...................................................................................................... 27 1.3 Benchmark belastingen ............................................................................................................... 29
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
3
SAMENVATTING Nader onderzoek wijst uit dat hoewel de gemeente Hengelo naar maximale kostendekkendheid streeft, niet alle leges en tarieven een dekkingspercentage van 100% halen. In sommige gevallen wordt dit veroorzaakt doordat niet alle kosten die verhaald kunnen worden in leges en tarieven, in beeld zijn gebracht. In enkele gevallen hangt het afwijken van de maximaal kostendekkende tarieven samen met bewuste keuzes die in het verleden zijn gemaakt. Zo worden niet alle kosten doorberekend in de tarieven van de horecavergunningen en vergunningen voor evenementen, aangezien horecagelegenheden en evenementen zorgen voor “reuring” in de stad en de gemeente Hengelo het belangrijk vindt dat dit blijft. Echter is het doel van dit rapport alle mogelijkheden voor het extra toerekenen van kosten inzichtelijk te maken. De kostenonderbouwingen die per onderdeel zijn opgesteld, zijn gebaseerd op cijfers uit de begroting 2015. Alle mogelijkheden voor extra kostentoerekening zijn weergeven in onderstaand totaaloverzicht. In kolom twee worden de extra toe te rekenen kosten weergeven; dit zijn kosten uit de begroting 2015 die niet zijn opgenomen in de huidige onderbouwing, maar wel verhaald kunnen worden in de tarieven. Kolom drie geeft de extra inkomsten weer wanneer maximaal kostendekkende tarieven worden gehanteerd. In kolom vier is het effect van de extra toe te rekenen kosten (kolom twee) doorgerekend in een stijging van het tarief (het effect voor de burger). Tabel 1. Totaaloverzicht mogelijkheden extra kostentoerekening Leges & tarieven
Extra toe te rekenen
Dekkingspercentage 100%
€ 2.520 n.v.t. n.v.t. -
€ 44.780 n.v.t. n.v.t. € 20.230
Evenementen
-
€ 140.560
Prostitutiebedrijven
-
€
Afvalstoffenheffing
Huwelijken Reisdocumenten Rijbewijzen Omgevingsvergunningen Drank- en Horecawet
Stijging tarief e (o.b.v. 2 kolom) Per huwelijk € 20,15 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.
200
n.v.t.
€ 631.540
-
Per huishouden € 17,50
Rioolheffing
€ 177.570
-
Per huishouden € 4,95
Marktgelden
€ 46.300
€
Havengelden
€ 27.950
€ 25.515
Jaarlijks € 38,20 per strekkende meter Per schip € 9,30
Begraafrechten
€ 39.350
€ 377.700
n.t.b.
Totaal
€ 925.230
€ 612.500
3.515
Als haalbaar bezuinigingsvoorstel betekent dit dat er ruim € 900.000 meer aan de heffingen en leges kan worden toegerekend dan tot nu toe wordt gedaan. Daarnaast is er binnen de marge van maximale kostendekkendheid ruimte om de tarieven te verhogen. Wanneer een dekkingspercentage van 100% wordt gehanteerd voor alle leges en tarieven, leidt dit tot een totaal van ruim € 600.000 extra inkomsten. De vergelijking met andere Twentse gemeenten en landelijk vergelijkbare gemeenten, laat zien dat de tarieven die de gemeente Hengelo vraagt niet veel afwijken van het gemiddelde. Alleen het tarief van de afvalstoffenheffing voor de eenpersoonshuishoudens ligt flink lager dan het gemiddelde van de regio gemeenten en de vergelijkbare gemeenten; dit lag in de lijn der verwachting aangezien de gemeente Hengelo gebruik maakt van diftar. Verdere uitzondering zijn de vrij lage tarieven voor de omgevingsvergunningen. De gemeente Hengelo vraagt het op één na laagste tarief van de gemeenten uit de benchmark. De volledige benchmark is opgenomen in bijlage 1.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
4
1. INLEIDING 1.1 Achtergrond in de gemeente Hengelo Dit rapport geeft inzicht in de kostenonderbouwing van de vigerende leges en tarieven in de gemeente Hengelo. Een duidelijke kostenonderbouwing is nodig, aangezien burgers bezwaar kunnen aantekenen tegen de gevraagde tarieven binnen de gemeente. Wanneer dat gebeurt zal de gemeente een heldere onderbouwing moet geven van de opbouw van het tarief, met een duidelijk overzicht van de baten en lasten. Kan de gemeente hier niet aan voldoen, dan kan de rechter de verordening onverbindend verklaren. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties onderzoekt of het mogelijk is om de kostenonderbouwing van de gemeentelijke legestarieven op te nemen in het Besluit Begroting en Verantwoording, waarin ook de begrotingsregels zijn opgenomen. Dit verplicht de gemeenten om jaarlijks een kostenonderbouwing te publiceren in de paragraaf lokale lasten. In principe streeft de gemeente Hengelo naar volledige kostendekkendheid; dit houdt in dat alle gemaakte kosten die rechtstreeks samenhangen met of veroorzaakt zijn door een verrichte dienstverlening, worden doorberekend in de leges en tarieven. Deze doelstelling is opgenomen in het coalitieakkoord (2014-2018). Hierin staat ook dat de gemeente streeft naar een gematigde ontwikkeling van de totale reële lokale lastendruk en dat er jaarlijks in ieder geval gecorrigeerd wordt voor inflatie (van lonen en prijzen). Alleen in het uiterste geval overweegt de gemeente de tarieven, heffingen en belastingen bij te stellen naast de trendmatige verhoging. Door de nog te voeren maatschappelijke takenverkenning worden alle mogelijkheden voor bezuinigingen bekeken. Dit betekent dat ook met een kritische blik naar de leges en tarieven wordt gekeken. Dit rapport kan daarom als onderliggend document bij het traject van de maatschappelijke takenverkenning worden gebruikt.
1.2. Leges en tarieven opgenomen in dit onderzoek In dit rapport is onderzoek gedaan naar een aantal leges en tarieven die in de gemeente Hengelo gehanteerd worden. Deze heffingen en leges zijn opgenomen in onderstaande tabel. Tabel 2. Leges & Tarieven Verordening Legesverordening
Titel I Algemene dienstverlening
II Omgevingsvergunningen III Dienstverlening vallend onder EU dienstenrichtlijn
Hoofdstuk Huwelijken Reisdocumenten Rijbewijzen Drank- en Horecawet Evenementen Prostitutiebedrijven
Afvalstoffenheffing Rioolaanleg- en aansluitrecht Rioolheffing Marktgelden Havengelden Begraafrechten
Binnen titel I van de legesverordening wordt alleen ingegaan op de onderwerpen huwelijken, reisdocumenten en rijbewijzen. Dit is gedaan omdat deze producten het meest worden aangevraagd en in verhouding de meeste kosten met zich mee brengen. Daarnaast vraagt de gemeente voor veel andere onderdelen binnen titel I van de legesverordening de maximale tarieven, die zijn vastgesteld door het Rijk.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
5
1.3 Regelgeving en richtlijnen In de wetgeving is vastgelegd welke belastingen, leges en tarieven een gemeente mag heffen. Hieronder worden de wettelijke grondslagen per onderdeel kort genoemd. De rioolheffing is vastgelegd in artikel 228a van de Gemeentewet. In dit artikel staat dat de gemeente een belasting mag heffen om kosten van de inzameling en transport van afvalwater, inzameling en verwerking van hemelwater en het treffen van maatregelen tegen grondwateroverlast, te bestrijden. Verdere invulling van de rioolheffing, waaronder het bepalen van de heffingsgrondslag, de heffingsmaatstaf en het bepalen van de belastingplichtige (gebruiker, eigenaar of beiden), wordt overgelaten aan de gemeente. De wettelijke grondslag van de leges algemene dienstverlening (titel I van de legesverordening) is opgenomen in artikel 229, eerste lid, onderdeel b van de Gemeentewet. Dit artikel zegt dat: “rechten kunnen worden geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten”. Op basis van dit artikel mag de gemeente de kosten van dienstverlening in rekening brengen bij de mensen die deze dienst vragen. De omgevingsvergunningen (titel II van de legesverordening) worden sinds 1 oktober 2010 geregeld op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). In deze Wabo zijn ongeveer 25 voormalige regelingen onder gebracht die allemaal betrekking hebben op de fysieke leefomgeving. Het gaat hier om vergunningen voor bouwen, ruimte, natuur en milieu (Handreiking kostentoerekening, 2014). De leges en vergunningen rond horeca, evenementen en prostitutiebedrijven (titel III van de legesverordening), zijn vastgelegd in de Europese Dienstenrichtlijn. Tenslotte wordt de afvalstoffenheffing geheven op grond van artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer. Op basis van dit artikel mag de gemeente een heffing instellen om kosten voor het inzamelen van huishoudelijk afval te verhalen op de aanbieder van het afval. Net zoals bij de rioolheffing heeft een gemeente vrijheid bij de invulling van de afvalstoffenheffing. Het gemeentebestuur mag de heffingsgrondslag en de heffingsmaatstaf bijvoorbeeld zelf bepalen . Verder worden in dit rapport de handreikingen en modellen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Rijksoverheid als richtlijnen gebruikt. In deze stukken is opgenomen dat tenzij in een wet anders is aangegeven, alleen de begrote kosten van een dienstverlening mogen worden verhaald in de leges en tarieven. Alle kosten die worden opgenomen in de onderbouwing moeten dus terug te vinden zijn in de begroting 2015. Uitzondering hierop is de BTW, deze mag extra comptabel worden bijgehouden (zie 1.3.3). Daarnaast mag het totaal aan leges dat een gemeente vraagt niet meer dan 100% kostendekkend zijn (op begrotingsbasis). Voor de bestemmingsheffingen en leges geldt ook dat de inkomsten alleen mogen worden gebruikt voor de producten en diensten waarvoor de tarieven worden gevraagd. 1.3.1 Kruissubsidiëring Binnen de legesverordening wordt kruissubsidiëring vaak toegepast. Kruissubsidiëring houdt in dat een overdekking binnen de ene groep diensten wordt gebruikt voor de onderdekking van een andere groep diensten. Over het algemeen is kruissubsidiëring binnen de legesverordening toegestaan, maar bij voorkeur alleen binnen gelijke diensten of groepen van diensten. Echter raadt het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten het gebruik van kruissubsidiëring zoveel mogelijk af (Handreiking Kostentoerekening, 2014). Na het ingaan van de Wabo zijn de mogelijkheden tot kruissubsidiëring binnen de legesverordening verder beperkt. Echter is in de jurisprudentie nog niet vastgesteld of na invoering van de Wabo kruissubsidiëring tussen tarieven die onder de omgevingsvergunning vallen en tarieven die niet onder de omgevingsvergunning vallen, niet meer is toegestaan. De Hoge Raad heeft zelfs op 13 februari van dit jaar bevestigd dat kruissubsidiëring binnen de Legesverordening nog is toegestaan, aangezien het kabinet nog geen wijzigingen in de wetgeving heeft doorgevoerd die kruissubsidiëring niet langer
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
6
mogelijk maken. Echter blijft de gemeente Hengelo uitgaan van maximaal 100% kostendekking per titel van de verordening, omdat een aanpassing van de wetgeving op korte termijn te verwachten is en de gemeente graag een stabiel beleid wil hanteren. Het kostendekkingspercentage wordt in dit rapport in principe per titel behandeld. Uitzondering hierop zijn titel I en titel III van de legesverordening. Binnen titel I van de legesverordening is in dit rapport gekeken naar de kostendekkendheid van de meest voor de hand liggende onderdelen (zie paragraaf 1.2). Voor de vergunningen binnen titel III van de legesverordening gelden de regels van de Europese Dienstenrichtlijn: kruissubsidiëring met andere titels is verboden en kruissubsidiëring binnen de titel mag alleen als de vergunningen sterk met elkaar samenhangen. Vandaar dat voor deze vergunningen het dekkingspercentage ook per tarief is berekend. 1.3.2 Kostenverdeelsystematiek De Handreiking Kostentoerekening 2014 geeft aan dat alleen de directe kosten en overhead als kosten kunnen worden doorberekend in de tarieven. Onderstaand kader geeft de definities van deze kosten, met enkele voorbeelden: Directe kosten zijn kosten die rechtstreeks samenhangen met of veroorzaakt zijn door een verrichte dienstverlening. Het gaat in dit geval om loonkosten, huisvestingskosten, specifieke automatiseringskosten of materiële kosten. En ondanks niet expliciet in wet- en regelgeving benoemd, kunnen ook de kosten van afschrijving, bijdragen aan voorzieningen en reserves, rentekosten, perceptiekosten en kosten van kwijtschelding worden verhaald. Overheadkosten zijn kosten die niet rechtstreeks samenhangen met de betreffende dienst, maar wel in verband staan met die dienstverlening. Deze kosten kunnen naar verhouding worden doorberekend in de tarieven. Voorbeelden van toe te rekenen overheadkosten zijn kosten van ondersteunende diensten en huisvesting. Indirecte kosten mogen niet worden doorberekend in de leges en tarieven, aangezien deze kosten op geen enkele wijze in verband zijn te brengen met de geleverde dienst. Deze kosten zullen via de algemene middelen of op andere manieren moeten worden gedekt. Voorbeelden van indirecte kosten zijn: beleidskosten, kosten voor handhaving, inspraak-, bezwaar- en beroepsprocedures. Uitzondering hierop zijn de kosten van beleidsuitvoering, beleidsvoorbereiding en de eerste controle bij handhaving. Deze kosten mogen wel worden doorberekend in de tarieven.
Zoals in voorgaand kader is aangegeven, kunnen de overheadkosten naar verhouding worden doorberekend in de leges en tarieven. Voor de doorberekening van de overheadkosten maakt de gemeente Hengelo gebruik van verdeelsleutels. De kosten van de ondersteunende diensten die in verband staan met de geleverde dienst, worden op basis van fte’s (enkele uitzonderingen daargelaten) doorbelast naar de overige sectoren. Doorbelasting naar de uiteindelijke producten vindt plaats door het aantal productieve uren uit de Personeels-matrix te vermenigvuldigen met het sectorspecifieke uurtarief. Dit betreft een uniform uurtarief dat geen onderscheid maakt in loonschalen. Aangezien de huidige kostenverdeelsystematiek uit gaat van tarieven op sectorniveau, kan deze verdeelsystematiek niet gebruikt worden voor het berekenen van de integrale kostprijs. Echter is het rekenen met sectortarieven gebruikelijk binnen de gemeente Hengelo, vandaar dat deze tarieven ook zijn gebruikt in dit onderzoek. In deze sectortarieven zijn de overheadkosten van onder andere huisvesting, ICT en andere ondersteunende diensten al opgenomen.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
7
Figuur 1. Schematische weergave kostenverdeelsystematiek
1.3.3 BTW en BTW-compensatiefonds Op het moment dat een gemeente handelt als overheid of niet-ondernemer (op grond van een wettelijke bepaling) kan zij de BTW die is betaald over ingekochte goederen en diensten terugvorderen via het BTW-compensatiefonds. Gemeenten mogen deze compensabele BTW meenemen als kosten in de kostenonderbouwing van de leges en tarieven. Het BTWcompensatiefonds wordt namelijk gevuld met geld uit het gemeentefonds, zodat door de BTW compensatie de gemeente uiteindelijk een lagere uitkering uit het gemeentefonds ontvangt. In de kostenonderbouwing per onderdeel wordt gekeken of de BTW volledig is opgenomen. Is dit niet het geval dan wordt gekeken over welke kosten BTW wordt betaald. Van dit totaal bedrag kan vervolgens 21% worden doorberekend in de tarieven. 1.3.4 Perceptiekosten De kosten van heffing en vordering van belastingen en leges behoren ook tot de verhaalbare kosten. Hieronder vallen ook de verliezen op inkomsten door oninbaarheid, de invoeringskosten en de kosten van communicatie en voorlichting over de invordering van heffingen. Dit worden ook wel de perceptiekosten genoemd.
1.4 Effect voor de burger De raad heeft als uitgangspunt genomen dat leges die wordt geheven kostendekkend moeten zijn, tenzij er maatschappelijke argumenten zijn om dit niet te doen. Kostendekkendheid wordt niet gezien als middel ter verhoging van inkomsten, maar als uitvoering van het uitgangspunt dat de "gebruiker betaalt". Anders wordt de rekening immers bij alle burgers neergelegd. Uiteraard kan er niet alleen vanuit kostenoogpunt gekeken worden naar de leges en tarieven. Verhoging van de tarieven heeft een maatschappelijk effect, aangezien het toerekenen van extra kosten leidt tot hogere leges en tarieven. Om dit effect voor de burger specifiek in beeld te brengen, wordt een eventuele extra toerekening van kosten uitgedrukt in een tariefsverhoging.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
8
2. OPZET ONDERZOEK 2.1 Onderzoek kostendekkendheid leges & tarieven In dit onderzoek wordt er gekeken naar de huidige kostentoerekening en het dekkingspercentage van de leges en tarieven. Per onderdeel wordt de huidige situatie in kaart gebracht en wordt er gekeken naar de kostenonderbouwing van de leges en tarieven voor 2015. Om een goed inzicht te krijgen in de opbouw van de tarieven, zijn interviews afgenomen met financieel adviseurs en beleidsmedewerkers op het betreffende vakgebied. Aan de hand van de informatie die in deze gesprekken is verzameld, kan een inzicht worden gegeven in de kostenonderbouwing en kan getoetst worden of de kosten die worden toegerekend aan de eindproducten ook wettelijk toegerekend mogen worden. Vervolgens worden de aandachtspunten en mogelijkheden in beeld gebracht. Hierin staat de mate van kostendekkendheid centraal; worden alle kosten die mogen worden toegerekend aan de geleverde dienst, ook daadwerkelijk toegerekend? Uit de analyse moet duidelijk worden of er andere kosten die elders in de begroting genoemd staan, ook kunnen worden toegerekend aan de tarieven. Er moet worden opgemerkt dat dit rapport zicht richt op de huidige kostentoerekening en het huidige dekkingspercentage van de leges en tarieven. Efficiency in werkzaamheden wordt in dit rapport niet behandeld.
2.2 Benchmark belastingen & tarieven Naast het onderzoek naar de huidige situatie binnen de gemeente Hengelo, wordt gekeken naar de leges en tarieven die in andere gemeenten worden gehanteerd. Deze benchmark met landelijke vergelijkbare gemeenten en gemeenten uit de regio, moet meer inzicht geven in de positie van de gemeente Hengelo. Voor de benchmark met andere gemeenten wordt gebruik gemaakt van de tarieven uit 2014 (aangezien voor sommige van deze gemeenten geen recenter cijfermateriaal voorhanden is). De benchmark richt zich naast de leges en tarieven ook op diverse belastingen. In tegenstelling tot de leges en tarieven, zijn de opbrengsten van de belastingen onderdeel van de algemene middelen van de gemeente en dus vrij besteedbaar. De gemeente mag echter alleen belastingen heffen die genoemd zijn in de wet. De hoogte van deze belastingen wordt jaarlijks vastgesteld door de gemeenteraad. De benchmark in opgenomen in de bijlage. Naast de genoemde leges en tarieven uit tabel 2 wordt er gekeken naar de onroerendezaakbelasting, de toeristenbelasting en de hondenbelasting.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
9
3. LEGESVERORDENING 3.1 Titel I Algemene dienstverlening In deze paragraaf wordt de kostenonderbouwing van de huwelijken, reisdocumenten en rijbewijzen behandeld. In de afgelopen jaren was er nog geen kostenonderbouwing voor de leges rond burgerzaken beschikbaar. Binnen de gemeente Hengelo wordt geen gebruik gemaakt van tijdschrijven bij de afdeling Burgerzaken. Er is daarom geen helder inzicht in de werkelijke tijdbesteding per product. Voor het opstellen van de kostenonderbouwing voor 2015 is daarom gebruik gemaakt van historische aantallen, een prognose van de aantallen voor 2015 en een inschatting van de verdeling van de formatie over de verschillende eindproducten. 3.1.1 Huwelijken De kosten voor een huwelijksvoltrekking bestaan uit personeelskosten, kosten van de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand en overige kosten. Binnen de gemeente Hengelo wordt gerekend met een sectorspecifiek uurtarief, waarin de overheadkosten zoals kosten voor huisvesting, ICT en ondersteunende diensten zijn doorberekend (zie ook 1.3.2). Er wordt dus geen opslagpercentage voor overheadkosten meegenomen. Tabel 3. Kostenonderbouwing Huwelijken Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Kosten huwelijken
12.020
Huwelijk maandag t/m vrijdag Stadhuis
Uren sector PSZ
94.468
Huwelijk op zaterdag Stadhuis
3.426
Huwelijk maandag t/m vrijdag op locatie Huwelijk op zaterdag op locatie Totaal
106.488
29.344 22.332 6.598
Totaal
61.700
In bovenstaande tabel zijn de bedragen uit de begroting 2015 opgenomen als begrote kosten, de verwachte inkomsten zijn berekend aan de hand van de prognose voor 2015 en de tarieven uit de legesverordening 2015. Voor de inkomsten is uitgegaan van de gemiddelde tarieven; de tarieven voor trouwen op maandag zijn buiten beschouwing gelaten en voor huwelijken op locatie zijn de tarieven voor een vast aangewezen trouwlocatie gebruikt. Op basis van bovenstaande cijfers is het huidige dekkingspercentage voor huwelijken binnen de gemeente Hengelo 58%. Er zijn diverse kosten die de gemeente niet meeneemt in de kostenonderbouwing, maar die wel doorberekend kunnen worden. Ten eerste mag de gemeente de BTW voor kosten rond huwelijken verhalen doormiddel van de tarieven. Bij een BTW percentage van 21% kan er op dit moment € 2.520 extra worden toegerekend aan de kostenonderbouwing van huwelijken. Daarnaast kan de gemeente huur voor de trouwzaal in rekening brengen. Dit gebeurt bijvoorbeeld ook al in de gemeente Enschede en de gemeente Rijssen-Holten; de laatste gemeente brengt voor de huwelijken in het stadhuis € 150 in rekening voor de huur van de trouwzaal. Als de gemeente Hengelo een tarief van € 100 per huwelijk zou hanteren, kan er € 7.500 extra in rekening worden gebracht. Deze optie is echter niet opgenomen in bezuinigingsformat 8.2.3, Leges & Tarieven. Ook wordt er nu een vast aantal uren in de begroting opgenomen voor de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand. Deze uren zijn verwerkt in de uren sector PSZ. Het aantal uren zou ook jaarlijks berekend kunnen worden aan de hand van de prognosecijfers. Per huwelijk wordt standaard 4 uur geraamd voor de BABSen; hierin wordt geen onderscheid gemaakt tussen huwelijken in het Stadhuis en huwelijken op locatie (inclusief huisbezoeken). Ook kan een deel van de uren die nu aan het GBA wordt toegerekend, worden doorberekend in de uren voor huwelijken. Om de mogelijkheden van deze laatste twee opties verder uit te zoeken, is een meer gedetailleerde verdeling van de uren over de producten nodig.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
10
Aandachtspunten en mogelijkheden Toerekenen BTW Totaal extra toe te rekenen aan huwelijken:
€ 2.520 € 2.520
Binnen de marge van maximale kostendekkendheid is er ruimte om de tarieven te verhogen. Bij een dekkingspercentage van 100% leidt dit tot maximale extra inkomsten van € 44.780. Maatschappelijk effect Een verhoging van € 20,15 per huwelijk is nodig om de BTW kosten in de tarieven te verrekenen. Wanneer de tarieven zouden worden verhoogd om maximale kostendekkendheid te bereiken, moeten de tarieven voor huwelijken gemiddeld met € 358,20 per huwelijk worden verhoogd.
3.1.2 Reisdocumenten Gemeente Hengelo hanteert de maximumtarieven die door het Rijk zijn vastgesteld. Dit houdt in dat naast de rijkskosten voor het reisdocument, de maximale bijdrage voor de gemeente wordt gevraagd. Daarnaast is het mogelijk om een reisdocument met spoed aan te vragen. De kosten die een burger hiervoor betaalt zijn landelijk vastgesteld. De gemeente mag naast dit vastgestelde bedrag geen extra kosten voor een spoedlevering in rekening brengen, vandaar dat deze tarieven niet zijn meegenomen in onderstaande kostenonderbouwing. Sinds maart 2014 is de geldigheidsduur van een paspoort verlengd naar tien jaar. Het Rijk verwacht dat vanaf het jaar 2019 het aantal aanvragen van paspoorten en identiteitskaarten hierdoor sterk zal afnemen. Om de vaste lasten op te vangen en schommelingen in de tarieven te voorkomen, zijn de maximumtarieven bijgesteld (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 2014). De uren van de sector PSZ zijn berekend aan de hand van een verdeling van de formatie over de diverse eindproducten die in 2012 is opgesteld. Deze verdeling is omgezet naar 2015, aan de hand van percentuele verdeling in 2012 en de huidige formatie van de afdeling Burgerzaken. Tabel 4. Kostenonderbouwing reisdocumenten Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Kosten reisdocumenten Uren sector PSZ Rijkskosten paspoort > 18 jaar Rijkskosten Zakenpaspoort Rijkskosten Vreemdelingen paspoort
5.090 477.160 333.990 742 742
Rijkskosten Vluchtelingen paspoort
742
Rijkskosten Ned. ID-kaart > 18 jaar
179.340
Totaal
997.806
Paspoort > 18 jaar Zakenpaspoort Vreemdelingenpaspoort Vluchtelingenpaspoort Ned. ID-kaart > 18 jaar
603.900 1.342 1.792 1.792 318.300
Totaal
927.126
Wederom zijn de bedragen uit de begroting 2015 opgenomen als begrote kosten en zijn de verwachte * inkomsten berekend aan de hand van de prognose voor 2015 . Op basis van bovenstaande totaal cijfers is het huidige dekkingspercentage voor reisdocumenten 93%. De huidige onderbouwing laat zien dat compensabele BTW niet wordt doorberekend. Doordat wettelijk vastgestelde maximumtarieven worden gehanteerd, is het extra toerekenen van deze kosten niet mogelijk .
*
De prognosecijfers zijn vergeleken met het bedrag voor legesopbrengsten dat is geraamd in de begroting 2015. Op basis van deze vergelijking lijken de prognose cijfers realistisch.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
11
Aandachtspunten en mogelijkheden Aangezien maximumtarieven worden gehanteerd, is het toerekenen van extra kosten en het verhogen van de tarieven niet mogelijk. In het bijgesteld financieel perspectief van medio maart 2015 is al rekening gehouden met de verwachte afname van de aantallen reisdocumenten vanaf het jaar 2019, zowel aan de lasten als aan de batenzijde in de begroting. Geadviseerd wordt om de verdeling van de uren over de diensten van burgerzaken jaarlijks, of om het jaar, goed inzichtelijk te maken. Dit omdat de uren op dit moment een grote kostenpost vormt en dit voor de gemeente een beïnvloedbare factor is. Een actuele verdeling van de uren en een nauwkeurige raming dragen bij aan een duidelijke en betrouwbare kostenonderbouwing.
3.1.3 Rijbewijzen Voor het aanvragen van een rijbewijs wordt in de gemeente Hengelo ook het door het Rijk vastgestelde maximumtarief gevraagd. Tevens is een spoedlevering mogelijk, maar net zoals bij de reisdocumenten mag de gemeente hiervoor geen extra kosten bovenop het vastgestelde tarief in rekening brengen. Daarom is dit laatst genoemde tarief niet meegenomen in de kostenonderbouwing in tabel 5. De uren van de sector PSZ zijn wederom gebaseerd op een inschatting van de verdeling van de formatie over de eindproducten die is opgesteld. De verwachte inkomsten zijn gebaseerd op * prognosecijfers voor 2015 . Tabel 5. Kostenonderbouwing rijbewijzen Begrote kosten Kosten Rijbewijzen
Verwachte inkomsten 6.000
Uren sector PSZ
Afgifte rijbewijs voor 10 jaar
194.000
277.540
Rijkskosten rijbewijs
48.500 Totaal
332.040
Totaal
194.000
Op basis van de cijfers uit de tabel blijkt dat het dekkingspercentage voor rijbewijzen 58% is. Wederom kan de gemeente door de vastgestelde maximumtarieven de verwachte inkomsten niet beïnvloeden door extra kosten toe te rekenen. Dit heeft alleen effect op het dekkingspercentage. Aandachtspunten en mogelijkheden Het opvragen en afgeven van een eigen verklaring is nu niet meegenomen in de kostenonderbouwing. Voor het totaalbeeld zal het opnemen van deze kosten en inkomsten geen verschil maken, aangezien de gemeente hier geen extra kosten voor mag rekenen. Voor de volledigheid is het duidelijker de eigen verklaringen hierin wel op te nemen. Tenslotte wederom het advies om de verdeling van de formatie over de eindproducten regelmatig te controleren en indien nodig bij te stellen, aangezien de begrote uren de enige factor is die de gemeente zelf kan beïnvloeden.
*
De prognosecijfers zijn vergeleken met het bedrag voor legesopbrengsten dat is geraamd in de begroting 2015. Op basis van deze vergelijking lijken de prognose cijfers realistisch.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
12
3.2 Titel II Omgevingsvergunningen Zoals in de inleiding van dit rapport is genoemd, zijn de omgevingsvergunningen sinds 2010 geregeld in de Wabo. Ondanks de onduidelijkheid in de jurisprudentie heeft de gemeente aangegeven het dekkingspercentage voor dit onderdeel ook op titel niveau te willen berekenen. Hieronder wordt daarom eerst een totaaloverzicht van de begrote kosten en verwachte inkomsten rond de omgevingsvergunningen weergeven. Omdat er veel verschillende vergunningsaanvragen binnen deze titel vallen, worden vervolgens drie voorbeelden verder uitgewerkt. Dit zijn de standaardvoorbeelden die onder andere door het COELO worden gehanteerd in de benchmark.
3.2.1 Totaaloverzicht omgevingsvergunningen Om de kosten die doorberekend kunnen worden in beeld te krijgen, wordt gekeken naar de activiteiten die direct dan wel indirect verhaald kunnen worden in de omgevingsvergunning. Ter controle wordt een lijst met activiteiten gebruikt die is opgesteld door de Vereniging Bouw- en Woningtoezicht Nederland. De uren van de verschillende sectoren die in tabel 6 zijn opgenomen, zijn uren die zijn besteed aan het geven van advies rond de aanvragen van bouwvergunningen. De adviezen van de brandweer en het advies van wijkbeheer voor de aanvraag van kapvergunningen zijn niet rechtstreeks in de begroting opgenomen op het product omgevingsvergunningen. Met de brandweer is afgestemd dat ongeveer een halve fte adviseert bij de omgevingsvergunningen, deze aanname is gehanteerd in onderstaande berekening. Voor kapvergunningen die de gemeente zelf aanvraagt, vindt een correctie plaats. Dit omdat hiervoor geen leges in rekening worden gebracht. Tabel 6. Kostenonderbouwing totale Wabo vergunningen Begrote kosten Vergunningverlening openbare ruimte; kap- en inritvergunningen Niet toerekenbaar: gemeentelijke kap Bouwvergunningen advertentiekosten Bouwvergunningen kosten derden Bouwvergunningen uren sector IF
Verwachte inkomsten 92.460
Opbrengsten bouwleges
2.132.925
- 25.332 5.980 15.180 125.000
Oninbare bouwleges Vergoeding van het Rijk
0 20.000
Bouwvergunningen uren sector RU
38.242
Bouwvergunningen uren sector SB
42.837
Bouwvergunningen uren sector WVL
904.600
Vrijstellingen uren sector WVL
53.620
Werkz. Welstand kosten dienst derden
40.110
Werkz. Welstand uren sector WVL
8.870
Toetsing bestemmingsplannen derden Toetsing bestemmingsplannen uren sector WVL Advisering DUBO (duurzaam bouwen)
700 203.080
Toezicht bouwfase uren sector WVL
549.280
3.250
Advies brandweer bouw
30.208
Advies brandweer gebruik
30.162
Advies kapvergunning
9.849
BTW compensatiefonds
13.014
Perceptiekosten
16.327 Totaal
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
2.157.438
Totaal
2.152.925
13
Het huidige dekkingspercentage voor het totaal aan de omgevingsvergunningen is afgerond 100%. Aandachtspunten en mogelijkheden Er zijn op dit moment geen extra kosten in beeld die toegerekend zouden kunnen worden aan de tarieven voor omgevingsvergunningen.
3.2.2 Kostenonderbouwing uitgelicht: 3 voorbeelden voor de benchmark Zoals hiervoor al is aangegeven, wordt het dekkingspercentage op titelniveau bepaald. Dit betekent dat niet alle tarieven voor vergunningen maximaal kostendekkend zullen zijn. Voor het in behandeling nemen van een conceptaanvraag bijvoorbeeld, hanteert de gemeente een tarief van € 100. Dit is een symbolisch bedrag en in de meeste gevallen niet kostendekkend. De kosten voor het indienen van een aanvraag worden uiteindelijk verrekend, mocht er daadwerkelijk een vergunning worden afgegeven. Dit vaste tarief werkt op deze manier als een financiële prikkel voor burgers om niet ‘zomaar’ een conceptaanvraag in te dienen. Daarentegen zullen er ook tarieven zijn die boven het maximale dekkingspercentage van 100% uitkomen. Dit werd al aangegeven in het interview; de grote projecten betalen mee aan de kleine projecten. In onderstaande drie tabellen wordt dit verduidelijkt. Er wordt een analyse gemaakt van drie verschillende categorieën aanvragen; te beginnen met een aanvraag voor een dakkapel van € 10.000, vervolgens een vergunningaanvraag voor een uitbouw van € 45.000 en tenslotte een aanvraag voor nieuwbouw van € 140.000. Tabel 7 bevestigt dat niet alle bouwleges van de verschillende categorieën kostendekkend zijn; de percentages variëren van 34% tot 107%. Aangezien kruissubsidiëring binnen titel II mogelijk is, is een percentage boven de 100% op onderdelen toegestaan. In dit geval betaalt een aanvrager voor een bouwvergunning voor uitbouw van een woning een deel van de kosten die worden gemaakt bij een vergunningaanvraag voor een dakkapel. Tabel 7. Kostenonderbouwing vergunningaanvraag drie categorieën Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Vergunningaanvraag dakkapel Uren afdeling vergunningen Uren eerstelijnstoezicht
Tarief vergunning
Totaal
676 84 760
Tarief vergunning
Totaal
676 253 169 1.098
1.013 1.520 844 844 4.222
Tarief vergunning
260 Totaal
260
Dekkingspercentage: 34% Vergunningaanvraag uitbouw Uren afdeling vergunningen Uren eerstelijnstoezicht Uren constructie
1.170
Totaal
1.170
Dekkingspercentage: 107% Vergunningaanvraag nieuwbouw Uren afdeling vergunningen Uren juridisch advies Uren eerstelijnstoezicht Uren constructie Totaal Dekkingspercentage: 86%
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
3.625
Totaal
3.625
14
3.3 Titel III Dienstverlening vallend onder de Europese dienstenrichtlijn In de gemeente Hengelo zijn drie hoofdstukken opgenomen onder titel III van de algemene legesverordening. Het gaat hier om de onderwerpen horeca, evenementen en prostitutiebedrijven. Uit een interview met de financieel adviseur en beleidsmedewerker komt naar voren dat de tarieven voor de vergunningen uit titel III voor een groot deel gelijk zijn gebleven met de tarieven die gehanteerd zijn in 2014. Er is bekend dat deze leges in de meeste gevallen niet kostendekkend zijn.
3.3.1 Drank- en Horecawet Binnen de gemeente Hengelo vindt over het algemeen geen uitbreiding van horeca plaats, met uitzondering van het gebied Lange Wemen. Het aantal aanvragen voor een drank of horeca vergunning is daarom afhankelijk van wisseling binnen het bestaande horecabestand, wat ervoor zorgt dat het aantal vergunningaanvragen moeilijk in te schatten is. Daarom wordt in onderstaande kostenonderbouwing het gemiddelde aantal aanvragen uit het verleden gebruikt. Tabel 8. Kostenonderbouwing Drank- en Horecawet Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Uren sector WVL Terras vergunningen; uren sector SB
40.530 2.720
Vergunning horecabedrijf Vergunning slijtersbedrijf Ontheffing sluitingstijd Ontheffing drank- en horecawet Melding wijzigen vergunning
4.488 1.056 2.816 1.848 1.056
Alcoholvrij verlof
Totaal
43.250
396
Ontheffing verbod verstrekken alcohol
5.280
Terrasvergunning
2.130
Bibobonderzoek (gemeentelijk)
1.620
Bibobonderzoek (landelijk)
2.330 Totaal
23.020
Op basis van bovenstaande gegevens is het huidige dekkingspercentage voor vergunningen binnen de drank- en horecawet 53%. Dit betekend dat alle tarieven rond de drank- en horecawet ongeveer zouden moeten verdubbelen om maximaal kostendekkend te zijn. Aandachtspunten en mogelijkheden Wanneer maximaal kostendekkende tarieven worden gehanteerd, kan de gemeente Hengelo € 20.230 extra kosten doorberekenen in de tarieven. Maatschappelijk effect Het hanteren van kostendekkende leges zou betekenen dat de tarieven van de vergunningen bijna zouden moeten verdubbelen; een verhoging van de tarieven met 87% is nodig om kostendekkend te zijn. Een verhoging van de leges voor drank- en horecavergunningen kan zorgen voor een hogere drempel voor startende (horeca) ondernemers. Hierdoor kan bedrijvigheid in de stad afnemen, wat vervolgens kan leiden tot minder economische activiteit.
3.3.2 Evenementen Evenementen worden in de gemeente ingedeeld in drie categorieën, A, B of C. In de categorie A vallen de kleinere evenementen met een laag risico en in categorie B horen de middelgrote evenementen met een gemiddeld risico. Onder categorie C vallen de grote evenementen met een hoog risico, aangezien deze evenementen veel publiek trekken.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
15
Kosten van vergunningverlening worden geboekt op een gezamenlijke kostenplaats ‘werkzaamheden APV’. Het gaat hier hoofdzakelijk om vergunningen voor kleine en grote evenementen. In onderstaande kostenonderbouwing wordt uitgegaan van 2.203 uren. Activiteiten die onder deze uren vallen zijn het ontvangen en inboeken van de aanvraag, de ontvankelijkheidstoets, het opvragen van advies, beoordeling van de aanvraag en het opstellen en ondertekenen van het besluit. In voorgaande jaren was een taakstelling van € 25.000 opgenomen. Deze taakstelling bleek in de praktijk moeilijk realiseerbaar, gelet op de beperkte financiële middelen die organisatoren van evenementen voorhanden hebben. Hierdoor komt het organiseren van evenementen onder druk te staan, wat er toe kan leiden dat evenementen niet langer plaatsvinden en de “reuring” uit de stad verdwijnt (Globale update financieel perspectief 2016-2019, januari 2015). Mede hierom is deze taakstelling teruggedraaid. Tabel 9. Kostenonderbouwing Evenementen Begrote kosten Werkzaamheden APV; uren sector WVL Totaal
Verwachte inkomsten 186.021
Leges APV vergunningen
45.460
186.021
Totaal
45.460
Het dekkingspercentage voor de evenementen komt nu uit op slechts 25%. In deze berekening zijn alleen de uren van vergunningverleners opgenomen. De uren van adviseurs mogen in principe worden doorberekend in de tarieven, maar zijn hier buiten beschouwing gelaten. Daarnaast werden er tot en met 2014 uren van de sector SB voor evenementen opgenomen in de begroting. Voor 2015 is dit niet langer het geval. Echter zijn ook alleen de kosten van vergunningverlening via de leges te verhalen, de kosten die het evenement zelf met zich meebrengt kan de gemeente niet via de leges op de organisatie verhalen. Wel zouden deze kosten achteraf bij de organisatie van het evenement in rekening kunnen worden gebracht. Te denken valt aan schoonmaakkosten, kosten van stroomverbruik, kosten voor het afsluiten van wegen of het nemen van verkeersmaatregelen. Aandachtspunten en mogelijkheden De uren die adviseurs besteden aan het beoordelen van de vergunningaanvraag mogen worden doorberekend in de tarieven voor de vergunningaanvraag. Het in beeld brengen van deze uren geeft extra mogelijkheden om de tarieven naar boven bij te stellen. Daarnaast zouden eventuele kosten die tijdens of na het evenement gemaakt worden, kunnen worden verhaald op de organisator. Deze kosten mogen niet worden doorberekend in de tarieven van de leges. Binnen de marge van maximale kostendekkendheid is er nu ruimte om de tarieven maximaal met € 140.560 te verhogen. Maatschappelijk effect Wanneer de gemeente maximaal kostendekkende leges zou willen hanteren, betekent dit dat de tarieven van de vergunningen met 300% zouden moeten stijgen. Door een stijging van de tarieven komt het organiseren van evenementen verder onder druk te staan. Het kan er zelfs toe leiden dat evenementen niet meer plaatsvinden en de “reuring” uit de stad verdwijnt.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
16
3.3.3 Prostitutiebedrijven In de gemeente Hengelo zijn maximaal vijf prostitutiebedrijven toegestaan. Op dit moment zijn er drie, en is er geen interesse in uitbreiding. De vergunning wordt verleend voor een periode van drie jaar. Voor 2015 loopt er één aanvraag voor verlening, voor in totaal 2 zaken. Aangezien het hier om een verlenging gaat, zullen de leges kostendekkend zijn. Over het algemeen komen vergunningsaanvragen voor prostitutiebedrijven eens in de vijf jaar voor. De uren voor vergunningverlening worden geboekt op de kostenplaats werkzaamheden APV, waar ook de uren voor vergunningverlening van evenementen wordt geboekt. Ondanks dat het hier om een minimaal aantal uren voor prostitutiebedrijven gaat, is het van belang om inzichtelijk te hebben voor welke vergunning de uren gemaakt zijn. Dit omdat evenementen en prostitutiebedrijven elk een eigen hoofdstuk hebben binnen titel III van de legesverordening, en kruissubsidiëring tussen deze hoofdstukken verboden is. Hieronder wordt de kostprijs berekening van de vergunningaanvraag voor een prostitutiebedrijf weergeven. Tabel 10. Kostprijsberekening voor vergunningaanvraag prostitutiebedrijven Begrote kosten Uren vergunningaanvraag; sector WVL Advies landelijk bureau inzake Bibob Totaal
Verwachte inkomsten 654 500 1154
Tarief vergunning
928 Totaal
928
Op basis van de cijfers uit bovenstaand overzicht blijkt dat voor de vergunningaanvraag voor prostitutiebedrijven op dit moment een dekkingspercentage van 80% geldt. Deze vergunningaanvraag wordt echter nog verhoogd door een toeslag gebaseerd op het aantal werkkamers, dit op basis van artikel 2.1 van de nadere regels seksinrichtingen en escortbedrijven. Aandachtspunten en mogelijkheden Op basis van bovenstaande cijfers kan het dekkingspercentage naar maximaal kostendekkend worden gebracht. In dit geval kan er ruim € 200 per aanvraag meer worden doorberekend in de tarieven. Dit bedrag is ook de jaarlijkse marge, aangezien er drie prostitutiebedrijven in Hengelo zijn en een vergunning wordt afgegeven voor een periode van drie jaar.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
17
4. AFVALSTOFFENHEFFING
4.1 Zorgplicht van Nederlandse gemeenten Nederlandse gemeenten hebben een zorgplicht voor het beheer van huishoudelijk afval. De kosten die zij maken voor het uitvoeren van deze zorgplicht, mogen zij verhalen door middel van een heffing. De afvalstoffenheffing mag maximaal kostendekkend zijn, ofwel de geraamde opbrengsten van deze bestemmingsheffing mogen de geraamde lasten niet overschrijden. Alle opbrengsten van de heffing moeten aan de zorgplicht worden uitgegeven. Daarnaast mag een gemeente reinigingsrechten heffen voor het beheer van ander afval dan huishoudelijk afval, dit is alleen niet verplicht. Reinigingsrechten mogen alleen gevraagd worden wanneer een burger of bedrijf gebruik maakt van de dienstverlening. Aangezien de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten niet dezelfde wettelijke grondslag hebben (afvalstoffen op grond van artikel 15.33 Wet Milieubeheer en de reinigingsrechten op grond van artikel 229 van de Gemeentewet), is kruissubsidiëring verboden. In dit hoofdstuk wordt alleen ingegaan op de onderbouwing van de afvalstoffenheffing (de verplichte gemeentelijke taak).
4.2 Kostenonderbouwing van de afvalstoffenheffing Sinds 1 januari 2012 is de gemeente Hengelo overgestapt op Diftar. Deze gedifferentieerde tarieven voor de afvalstoffenheffing gaan uit van het principe ‘de vervuiler betaalt, de voorkomer bespaart’. De inwoners van Hengelo betalen nu voor het aantal keren dat ze de container aanbieden. Burgers hebben op deze manier deels invloed op de hoogte van de afvalstoffenheffing. De gemeente heeft de inzameling van afval in de gemeente uitbesteed; dit wordt verzorgt door Twentemilieu. De kosten voor inzameling, tractie, kapitaallasten en personeelskosten worden door Twentemilieu doorberekend aan de gemeente. Verwerking van het afval gebeurt deels door Twentemilieu en deels door Twence. Door het afval zoveel mogelijk al voor inzameling te scheiden, kan een deel worden verkocht als grondstof. Op de begroting worden daarom zowel baten als lasten op de afvalstromen geboekt. Voor het beoordelen van de kostenonderbouwing is een controlelijst van het VNG gebruikt. Deze lijst bevat de activiteiten die direct dan wel indirect verhaald kunnen worden via de afvalstoffenheffing. De VNG hanteert in deze lijst de volgende hoofdonderdelen: inzameling, verwerking, beleidskosten, communicatie, handhaving en overige activiteiten (de controlelijst is opgenomen in de bijlage). Onderstaande tabel geeft de kostenonderbouwing van de afvalstoffenheffing. Onder de begrote kosten worden binnen ‘afvalbeheer beleid’ uren van de sector WVL meegenomen. Het gaat hier om een totaal van 1.993 uren gemaakt door twee beleidsmedewerkers. Het is van belang dat deze uren volledig toe te schrijven zijn aan beleidsvoorbereiding of aan uitvoering van de gemeentelijke zorgplicht, aangezien de Handreiking Kostentoerekening van het ministerie van BZK aangeeft dat beleidskosten verder niet mogen worden doorberekend in de heffing en gedekt moeten worden uit de algemene middelen. Daarnaast zijn sinds de invoering van Diftar twee extra personen aangesteld bij stadstoezicht. Deze twee fte’s voor afvalinspectie komen volledig ten laste van de reserve afvalverwerking. Naast deze twee personen wordt er nog één fte toegerekend voor handhaving. In de meerjarenbegroting worden de in totaal 3 fte’s voor handhaving en afvalinspectie afgebouwd; in 2017 wordt er nog maar één fte voor handhaving doorberekend. Het Hof Amsterdam heeft bepaald dat een derde van de totale kosten van straatreiniging en reinigingspolitie mag worden toegerekend aan de afvalstoffenheffing. Dit omdat het aanbieden van afvalstoffen nevenvervuiling met zich mee brengt en omdat controle op het juist aanbieden van afval nodig is (Handreiking Kostentoerekening, 2014). De gemeente Hengelo moet
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
18
kunnen aantonen dat het aandeel van afvalinspectie en straatreiniging binnen deze vastgestelde norm blijft. Tabel 11. Kostenonderbouwing afvalstoffenheffing Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Afvalbeheer beleid Aandeel veegdienst Communicatie derden voorlichting Inzamelmiddelen Afvalbrengpunt bemensing
320.533 515.000 95.000 977.538 875.550
Afvalbrengpunt materialen
35.000
Afvalbrengpunt vaste lasten
25.750
Inzameling per stroom
64.404
Bijdrage kringloop
110.000
Transportkosten egalisatie
47.000
Fijn huishoudelijk restafval
2.354.000
Grof huishoudelijk restafval
303.500
GFT afval
790.000
Oud papier en karton
93.000
Kunststof verpakkingen
45.000
Plaagdierbestrijding
106.000
Dump
145.000
Overige afval- en grondstoffen
108.700
Handhaving; uren sector WVL
112.220
Afvalinspectie; uren sector WVL
224.440
BTW compensatiefonds
866.094
Perceptiekosten GBT (incl. Diftar)
286.500
Totaal
8.500.229
Bijdrage afvalinzameling Borne Bijdrage afvalinzameling derden Bijdrage zwerfafvalvergoeding Bruto: afvalstoffenheffing Kwijtschelding
150.000 135.000 96.343 8.250.000 - 700.000
Mutaties bestemmingen reserves: Afvalinspectie; uren sector WVL
224.440
Overige/ egalisatie
344.446
Totaal
8.500.229
Op basis van bovenstaande kostenonderbouwing is het tarief voor de afvalstoffenheffing op dit moment maximaal kostendekkend. Wel blijkt dat er meer kosten aan de afvalstoffenheffing kunnen worden toegerekend dan nu het geval is. Het aandeel voor straatreiniging is berekend op basis van een notitie uit 2012. Herberekening van dit aandeel, aan de hand van de vastgestelde percentages uit de notitie en begrote cijfers voor 2015, laat zien dat een hoger aandeel mag worden verhaald in de afvalstoffenheffing. In de notitie zijn de kosten opgenomen van activiteiten die direct verband hebben met de afvalstoffenheffing. Echter wordt nu ook een deel van het zwerfvuil toegerekend, terwijl jurisprudentie aangeeft dat de kosten van algemeen zwerfafval niet verhaalbaar zijn doormiddel van de afvalstoffenheffing. In plaats daarvan kan beter een aandeel (in jurisprudentie wordt 33% gehanteerd) van vegen worden doorberekend. Verder wordt nu ongeveer 60% van de BTW doorberekend in de afvalstoffenheffing, een bewuste keuze uit het verleden. Herberekening van de verwachte BTW geeft aan dat er € 362.290 extra kan worden doorberekend in de tarieven. Ook voor de perceptiekosten is de afgelopen jaren een vast bedrag opgenomen. Uit een nieuwe specificatie van de perceptiekosten blijkt dat er € 66.600 meer kosten kunnen worden toegerekend aan de afvalstoffenheffing.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
19
Aandachtspunten en mogelijkheden Extra toe te rekenen bijdrage voor veegdienst (schoonhouden wegen): Extra bijdrage BTW compensatiefonds Extra toe te rekenen perceptiekosten Totaal extra door te berekenen in de afvalstoffenheffing:
€ 202.590 € 362.290 € 66.660 € 631.540
De huidige kostenonderbouwing van de afvalstoffenheffing laat het belang zien van realistisch ramen, voor zowel de begrote kosten als de verwachte inkomsten. Aan de hand van herberekeningen kunnen deze bedragen nu naar boven worden bijgesteld. Maatschappelijk effect Bovenstaande extra kosten kunnen worden doorberekend door het vaste tarief van de heffing te verhogen met € 17,50 per huishouden per jaar. Echter kan een verhoging van de afvalstoffenheffing leiden tot negatief en ongewenst gedrag. Voorbeelden hiervan zijn het ‘verkeerd’ aanbieden van huisafval; het plaatsen van vuilniszakken naast containers, meer zwerfafval, etc. Ook moet er rekening worden gehouden met de totale woonlastendruk.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
20
5. RIOOLHEFFING Net zoals bij de afvalstoffenheffing, heeft de gemeente ook de zorgplicht voor inzameling en transport van afvalwater, inzameling en verwerking van hemelwater en het treffen van maatregelen tegen grondwateroverlast. Deze kosten mogen wederom door middel van een bestemmingsbelasting worden verhaald. Ook bij de rioolheffing geldt dat het tarief maximaal kostendekkend mag zijn. De gemeente Hengelo hanteert twee verschillende tarieven voor de rioolheffing; dit onderscheid in de 3 tarieven is gemaakt om het kleinverbruik van het grootverbruik te scheiden. Voor de eerst 500 m 3 wordt een tarief geheven van € 193,80, voor elke volgende 500 m (of een gedeelte daarvan) geldt een tarief van € 343,92. Bedrijven of grootverbruikers worden op deze manier (naar rato) zwaarder belast. Wederom is de kostenonderbouwing van de heffing vooral gebaseerd op de activiteiten die een gemeente verricht om haar zorgplicht uit te voeren. De lijst met activiteiten die door de VNG is opgesteld, is opnieuw gebruikt als controlelijst om te bepalen of de activiteiten die aan de rioolheffing zijn verbonden juist zijn opgenomen. De VNG hanteert de volgende hoofdonderdelen: vervanging/ aanleg en verbetering, renovatie, onderhoud en reparatie, begeleiding en opdrachtgeving en overige activiteiten. Tabel 12. Kostenonderbouwing rioolheffing Begrote kosten Kapitaallasten riolering Storting in voorziening riolering Interne bijdrage; bezuinigingen (waaronder straatreiniging) Vervangingsinvestering riolering
Verwachte inkomsten 1.855.657 1.614.157 1.390.000 (150.000) 0
Adviezen water
20.619
Dienstverlening water
50.997
Wet gemeentelijke watertaken
26.759
Hydr. maatr./ monitoren grondwater
82.000
Maatregelen grondwaterplan
32.000
Tractie onderhoud rioolstelsel
69.710
Gemengd riool
319.409
Rioolaansluitingen
130.184
Reparaties n.a.v. inspecties
199.500
Kolken
159.328
Gemalen
433.921
Drainage
25.874
Bergbezinkstations
33.819
Riolering overig 3
Wion t.l.v. GRP
7.064.360 867.600 -65.000 -575.000
5.810 23.730
BTW compensatiefonds
440.854
Perceptiekosten GBT
253.500
Totaal 7.289.744 3 Wion: Wet informatie uitwisseling ondergrondse netten
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
Bruto: rioolheffing gebruik woningen Bruto: rioolheffing gebruik bedrijven Oninbaar Kwijtscheldingen
Totaal
7.291.960
21
Op basis van gegevens uit tabel 12 blijkt dat de rioolheffing op dit moment afgerond een dekkingspercentage van 100% heeft. Echter zijn er opnieuw extra kosten die meegenomen kunnen worden in de bepaling van de tarieven. Er wordt in bovenstaande berekening € 150.000 vanuit schoonhouden wegen toegerekend aan de rioolheffing (Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017, januari 2013). In jurisprudentie wordt over het algemeen een percentage van 33% van vegen of straatreinigen doorberekend, net zoals bij de afvalstoffenheffing. Dit betekent dat er € 115.070 extra kosten voor straatreinigen kan worden toegerekend aan de rioolheffing. Verder geeft de notitie Riolering 2014 van de Commissie BBV aan dat de geraamde BTW op zowel goederen als diensten en investeringen mag worden meegenomen in de riooltarieven (dus ook de BTW over geactiveerde investeringen en investeringen vanuit de voorziening). Om het BTW aandeel in de investeringen te kunnen bepalen is nader onderzoek nodig. Aangezien ook uren zijn verdisconteerd in de investeringen, moeten de kosten worden gesplitst in materiële kosten en uren alvorens een BTW component kan worden bepaald. Daarbij komt dat de gemeente met ingang van 2016 de omslagrente wil verlagen. Door de verlaging van de omslagrente dalen de (kapitaal) lasten, die voortvloeien uit de rioleringsinvestering. Aangezien de kostendekking niet meer dan 100% mag zijn, moet het tarief voor de rioolheffing zodanig worden verlaagd dat de lastendaling wordt gecompenseerd. Deze lastendaling kan de gemeente dan opvangen door het toerekenen van extra BTW aan het product riolering als gevolg van met name het BTW aandeel in investeringen. Belangrijk uitgangspunt hierbij is dat er voor de burger niets veranderd in de tariefstelling. Vandaar de p.m. raming bij de toe te rekenen BTW bij het onderdeel rioolheffing. Tenslotte zijn wederom de perceptiekosten bijgesteld aan de hand van de nieuwe specificatie. Aandachtspunten en mogelijkheden Extra bijdrage BTW compensatiefonds Extra toe te rekenen bijdrage voor straatreiniging: Extra toe te rekenen perceptiekosten Totaal extra door te berekenen in het rioolaanleg- aansluitrecht:
p.m. € 115.070 € 62.500 € 177.570
In de interviews is aangegeven dat de ‘eigenarenheffing’, bedoeld om ook inkomsten te genereren uit leegstand, nog niet is doorgevoerd in 2015. Deze eigenarenheffing is dus nog een optie om meer inkomsten te verkrijgen. Daarnaast opnieuw het advies om realistischer te ramen; zowel de begrote kosten en inkomsten als de perceptiekosten en de BTW component. Maatschappelijk effect Het doorvoeren van bovenstaande extra kosten leidt tot een verhoging van de rioolheffing met € 4,95 per huishouden per jaar. Er moet wel rekening worden gehouden met de totale woonlastendruk. Een ‘eigenarenheffing’ kan door een woningstichting worden doorberekend in de huur van huurwoningen, wanneer deze heffing zou worden ingevoerd.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
22
6. MARKTGELDEN In dit hoofdstuk worden de begrote kosten en verwachte inkomsten van de marktgelden inzichtelijk gemaakt. Onderstaande tabel 13 geeft een overzicht. Tabel 13. Kostenonderbouwing marktgelden Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Markt organisatie; kosten derden Kapitaallasten Organisatie; uren sector SB Organisatie; uren sector WVL Doorbetaling reclamegelden
270 24.173 5.440 56.830 20.200
Schoonhouden markt; kosten derden
35.150
Onderhoud marktverlichting
Tarief marktgelden Verlichtingsgelden Reclamegelden
110.777 35.160 20.200
27.590 Totaal
169.653
Totaal
166.137
Op dit moment geldt voor marktgelden in de gemeente Hengelo een dekkingspercentage van 98%. Volgens bovenstaand overzicht zouden de marktgelden dus bijna kostendekkend zijn. Echter worden de uren van de marktmeester (organisatie uren sector WVL) niet volledig opgenomen in de huidige kostenonderbouwing; de marktmeester wordt maar voor 0,5 fte wordt opgenomen in de begroting, terwijl dit eigenlijk kan worden verhoogd naar 0,8 fte. Dit betekent dat er € 32.050 extra kan worden doorberekend in de marktgelden. Verder worden de interne uren voor het schoonhouden van de markt niet langer doorberekend in de tarieven. Met de marktlieden zijn afspraken gemaakt dat zij voortaan zelf verantwoordelijk zijn voor het schoon achter laten van het marktterrein. Tenslotte kunnen net zoals bij de omgevingsvergunningen, afvalstoffenheffing en de rioolheffing, de perceptiekosten en compensabele BTW worden toegerekend aan de marktgelden. Aandachtspunten en mogelijkheden Extra toe te rekenen uren marktmeester (0,3 fte) Extra toe te rekenen BTW Toe te rekenen perceptiekosten Totaal extra door te berekenen in de marktgelden:
€ 32.050 € 13.230 € 1.020 € 46.300
Binnen de marge van maximale kostendekkendheid is een kleine ruimte om de tarieven te verhogen. Bij een dekkingspercentage van 100% leidt dit tot maximale extra inkomsten van € 3.515. Wederom is in de onderbouwing het belang van realistisch ramen te zien; er zitten grote verschillen tussen de begrote kosten en de kosten die werkelijk gemaakt worden. Dit kan worden voorkomen door de bedragen jaarlijks of om het jaar bij te stellen. Maatschappelijk effect Het toerekenen van bovenstaande extra kosten leidt tot een verhoging van de marktgelden van € 38,20 per strekkende meter frontbreedte per jaar. Om de marge naar maximale kostendekkendheid te dichten zullen de marktgelden met € 2,90 per strekkende meter frontbreedte per jaar moeten worden verhoogd. Met de marktbond is een paar jaar geleden afgesproken dat jaarlijks een indexering van maximaal 2% plaatsvindt. Bij een voorstel voor tariefsverhoging dienen daarom nieuwe afspraken met de marktbond te worden gemaakt.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
23
7. HAVENGELDEN Voor de havengelden in Hengelo is het dekkingspercentage op dit moment 92%. De totstandkoming van dit percentage wordt in tabel 14 gegeven. De interne bijdrage in onderstaand overzicht bestaat uit € 10.608 voor machinaal vegen, € 21.080 voor de netheid (schoonhouden van de stad) en € 20.400 voor onderhoud wegen. De reserve Twentehaven wordt gebruikt voor groot onderhoud. Tabel 14. Kostenonderbouwing havengelden Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Havenbeheer derden Havenbeheer; uren sector WVL Interne bijdrage Onderhoud havenkantoor Mutaties reserve Twentehaven
28.310 175.550 52.088 27.480 44.750
GBT perceptiekosten
Bruto: havengelden
312.360
9.700 Totaal
337.878
Totaal
312.360
Een kostenpost die nog niet meegenomen is, maar wel toegerekend mag worden, is de compensabele BTW. Daarnaast laat de nieuwe specificatie van het GBT zien dat er extra perceptiekosten mogen worden doorberekend. Daarnaast is gekeken of het mogelijk is een deel van de kosten voor baggerwerkzaamheden door te berekenen in de havengelden. Echter blijkt dat het wat betreft de haven gaat om incidentele baggerwerkzaamheden. Deze worden over het algemeen opgevangen door de reserve van de haven. Soms wordt er gebruik gemaakt van het budget baggerwerkzaamheden, maar dan gaat dit om een incidentele en lage bijdrage. Aangezien een goede onderbouwing lastig te geven is, worden er geen gelden voor de baggerwerkzaamheden toegerekend aan de havengelden. Aandachtspunten en mogelijkheden Extra toe te rekenen perceptiekosten Compensabele BTW Totaal extra door te berekenen in de havengelden:
€ 16.820 € 11.130 € 27.950
Binnen de marge van maximale kostendekkendheid is er ruimte om de tarieven te verhogen. Bij een dekkingspercentage van 100% leidt dit tot maximale extra inkomsten van € 25.515. Maatschappelijk effect Gezien de nieuwe grondslagen voor het vaststellen van de havengelden, moeten deze extra toe te rekenen kosten met de samenwerkende gemeenten worden afgestemd. Het toerekenen van bovengenoemde extra kosten leidt tot een verhoging van € 9,30 per schip. Het tarief zal verhoogt moeten worden met € 8,50 per schip om kostendekkende tarieven te hanteren (voor beide berekeningen is uitgegaan van 3.000 schepen per jaar). Sinds 2015 werkt de gemeente samen met het gezamenlijk havenbeheer Twentekanalen. Een eventuele stijging van het tarief zal met de regio afgestemd moeten worden.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
24
8. BEGRAAFRECHTEN Sinds 1 juli 2014 geldt dat gemeenten bij het verrichten van economische activiteiten niet langer gebruik mogen maken van concurrentievoordelen. De Wet Markt en Overheid bepaalt dat gemeente voor economische activiteiten minimaal de integrale kostprijs in rekening moeten brengen. Om hieraan te voldoen moeten de maximaal kostendekkende tarieven worden gehanteerd. Binnen de verordening van de begraafrechten is kruissubsidiëring mogelijk. Het dekkingspercentage wordt daarom beoordeeld over de gehele verordening, niet per onderdeel. Er kan van deze regeling worden afgeweken als er door de raad is vastgesteld dat de activiteiten plaatsvinden in het kader van een publiek of algemeen belang (Handreiking Wet Markt en Overheid, 2012). In de gemeente Hengelo heeft de raad vastgesteld dat de begraafplaats ook een parkfunctie heeft; er hoeft in dit geval niet te worden voldaan aan de regelgeving van de Wet Markt en Overheid. Ook voor de tarieven van begraafrechten heeft het VNG een model voor de kostenonderbouwing opgesteld. De activiteitenlijst die hierin opgenomen is, is wederom gebruikt als controlelijst om te bepalen of alle kosten zijn doorberekend in de tarieven (lijst is opgenomen in de bijlage). Tabel 15. Kostenonderbouwing begraafrechten Begrote kosten
Verwachte inkomsten
Tractie begraafplaatsen Deurningerstraat Oldenzaalsestraat Joodse begraafplaats Begraven op kosten gemeente
31.418 432.780 420.153 16.811 2.280
Begrafenisrechten Uitgifte graven Uitgifte urnenkelder/-nis Jaaronderhoudsbijdragen Jaaronderhoudsbijdragen oninbaar
214.460 182.770 58.614 69.470 0
Gebruik aula
3.560
Kwijtschelding Totaal
903.442
- 3.130 Totaal
525.774
Het huidige dekkingspercentage voor de begraafrechten is 58%. Opnieuw is er de mogelijkheid om de BTW kosten en perceptiekosten door te rekenen in de tarieven. Daarnaast wordt een deel van de begraafplaatsadministratie nu gedaan door de afdeling burgerzaken; deze uren zijn niet opgenomen in de kostenonderbouwing. Wanneer deze uren worden bijgehouden en rechtstreeks op de begraafplaats worden geboekt, kunnen deze voortaan in de tarieven worden doorberekend. Aandachtspunten en mogelijkheden Uren burgerzaken Toe te rekenen perceptiekosten Compensabele BTW Totaal extra door te berekenen in de begraafrechten:
p.m. € 24.680 € 14.670 € 39.350
Op basis van bovenstaande kostenonderbouwing en dekkingspercentage kunnen de tarieven naar maximaal kostendekkend worden gebracht. In dit geval kan er € 377.700 aan extra kosten worden doorberekend in de tarieven. Maatschappelijk effect Voor het doorbereken van de kosten per tarief is nader onderzoek nodig naar de uitsplitsing van deze kosten over de diverse tarieven (rechten, uitgiftes, onderhoudsbijdrages, etc.). Hierbij dient rekening te worden gehouden met benchmarkgegevens.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
25
REFERENTIES
Coalitieakkoord (2014–2018). Samen aan de slag voor een energiek en aangenaam Hengelo. COELO (2014). Gegevens gemeenten 2014 (excel). Commissie BBV (2014). Notitie riolering, november, pp 1–23 Gemeente Hengelo (2012). Onderbouwing kosten wijkbeheer t.b.v. afvalstoffenheffing. Gemeente Hengelo (2012). Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2013-2017: Hoofdrapport en Bijlagenrapport, december, pp 1–33 Gemeente Hengelo (2014). Globale update van het financieel perspectief, pp 4 Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2014). Handreiking kostentoerekening heffingen, rechten en tarieven, oktober, pp 1–188 Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (2014). Onderbouwing van de nieuwe tarieven in Besluit paspoortgelden, maart, pp 1–5 Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (2012). Handreiking Wet Markt en Overheid, juli, pp 1–47 Vereniging van Nederlandse Gemeenten (2010). Model kostenonderbouwing omgevingsvergunning (versie 1.0): Transparantie in zeven stappen, april, pp 1-43
leges
Vereniging van Nederlandse Gemeenten (2010). Model kostenonderbouwing afvalstoffenheffing (versie 1.0): Transparantie in zeven stappen, februari, pp 1-30 Vereniging van Nederlandse Gemeenten (2010). Model kostenonderbouwing rioolheffing (versie 1.0): Transparantie in zeven stappen, januari, pp 1-28 Vereniging van Nederlandse Gemeenten (2010). Model kostenonderbouwing lijkbezorgingsrechten (versie 0.9): Transparantie in zeven stappen, juni, pp 1–26 Vereniging van Nederlandse Gemeenten (2011). Model kostenonderbouwing leges algemene dienstverlening, pp 1-25
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
26
BIJLAGE 1
BENCHMARK TARIEVEN
1.1 Inleiding Om een inzicht te krijgen in hoe de huidige leges en tarieven in Hengelo zich verhouden tot de tarieven in andere gemeenten, is een benchmark opgesteld. Voor de vergelijking is gekeken naar twee verschillende categorieën gemeenten: gemeenten uit de regio en landelijk vergelijkbare gemeenten. De vergelijking is gebaseerd op de tarieven uit de verordeningen van 2014 en de cijfers van het COELO 2014 (gegevens gemeenten 2014). Voor de Twentse gemeenten uit de regio wordt gekeken naar de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Losser en Oldenzaal. Voor de landelijke benchmarkgemeenten wordt de uitslag van de Vitaliteitsscan gebruikt die de gemeente Hengelo het voorgaande jaar heeft laten uitvoeren. Naar aanleiding van deze scan is uitgebreid gekeken naar de beste benchmarkgemeenten voor de gemeente Hengelo. Deze gemeenten worden dan ook in deze benchmark gebruikt; het gaat hier om de gemeenten Hoorn, Purmerend, Helmond, Oss, Roosendaal en Heerlen. De tabellen in deze bijlage laten de tarieven voor bovengenoemde gemeenten zien. Daarnaast wordt een gemiddelde van de regio gegeven (gemiddelde van de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser en Oldenzaal) en een gemiddelde van de vergelijkbare gemeenten (gemeenten Hengelo, Hoorn, Purmerend, Helmond, Oss, Roosendaal en Heerlen). Tenslotte wordt ook het landelijk gemiddelde gegeven ter vergelijking. 1.2 Benchmark leges en tarieven In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de tarieven uit de legesverordening die in het rapport zijn onderzocht. Onder huwelijken staan de tarieven die gevraagd worden voor trouwen op het stadhuis. Het landelijke gemiddelde is hiervoor niet beschikbaar. Alle bedragen staan in euro’s. Tabel 1. Overzicht tarieven Legesverordening Huwelijken Reisdocument Ma t/m Zaterdag Paspoort ID vr kaart Hengelo 413,00 675,00 66,95 52,95
Rijbewijs
38,45
Omgevingsvergunningen Dakkapel Uitbouw Nieuwbouw (10.000) (45.000) (140.000) 240,00 1.080,00 3.220,00
Almelo Borne Enschede Haaksbergen Losser Oldenzaal Hoorn Purmerend Helmond Oss Roosendaal Heerlen
282,70 303,60 480,00 547,00 279,00 294,30 378,00 436,00 403,00 370,00 523,00 212,30
565,40 356,90 811,40 595,00 558,00 999,10 1.171,00 798,80 891,00 700,00 670,00 -
66,95 66,95 66,95 66,95 66,95 66,95 66,95 66,95 66,90 66,95 66,95 66,95
52,95 52,95 52,95 52,95 52,95 52,95 52,95 52,95 52,90 52,95 52,95 52,95
38,45 38,45 38,45 38,45 38,45 35,00 38,48 38,45 38,48 38,45 38,45 38,45
250,00 240,00 280,00 336,00 569,00 329,00 297,00 403,00 350,00 426,00 179,00 551,00
1.125,00 1.080,00 1.260,00 1.463,00 1.444,00 1.174,00 770,00 1.768,00 1.575,00 1.692,00 806,00 1.637,00
3.500,00 3.360,00 3.920,00 4.550,00 3.956,00 3.551,00 2.394,00 5.473,00 4.900,00 4.589,00 2.686,00 4.504,00
Gem. regio Gem. vergelijkbaar Gem. landelijk
371,37 390,76 -
651,54 817,63 -
66,95 66,94 66,72
52,95 52,94 52,79
37,96 38,46 38,01
320,57 349,43 343,78
1.232,29 1.332,57 1.285,46
3.722,43 3.966,57 3.772,23
In de gemeenten Enschede en Hoorn wordt de huur van de trouwzaal verwerkt in het tarief, dit geldt alleen voor huwelijken die op zaterdagen plaatsvinden. In de gemeente Heerlen is het niet mogelijk om op zaterdag in het stadhuis te trouwen, vandaar dat dit tarief niet opgenomen is.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
27
Uit de tabel blijkt dat het tarief voor trouwen op een doordeweekse dag in de gemeente Hengelo hoger ligt dan het regio gemiddelde en het gemiddelde van de vergelijkbare gemeenten. Daarentegen is het tarief voor het sluiten van een huwelijk op zaterdag redelijk gemiddeld gezien de andere Twentse gemeenten. In vergelijking met de overige benchmarkgemeenten heeft de gemeente Hengelo zelfs een laag tarief voor de zaterdag. Voor de tarieven voor reisdocumenten en rijbewijzen geldt dat vrijwel alle gemeente de maximum tarieven hanteren. Alleen de gemeente Oldenzaal vraagt een lager tarief voor het aanvragen van een rijbewijs. Voor de aanvraag van een omgevingsvergunning geldt dat de gemeente Hengelo de op één na laagste tarieven hanteert, alleen de gemeente Roosendaal vraagt een lager tarief. In tabel 2 staan de tarieven voor afvalstoffen- en rioolheffing. Het tarief voor de afvalstoffenheffing is opgesplitst voor eenpersoons- en meerpersoonshuishoudens. Bij de rioolheffing wordt onderscheid gemaakt tussen klein en groot verbruik. Alle genoemde bedragen zijn gegeven in euro’s. Tabel 2. Overzicht tarieven bestemmingsheffingen Afvalstoffenheffing Eenpersoons Meerpersoons
Rioolheffing Kleinverbruik Groot verbruik *
Hengelo
187,00
274,00
187,00
1.183,00
Almelo Borne Enschede Haaksbergen Losser Oldenzaal Hoorn Purmerend Helmond Oss Roosendaal Heerlen
274,00 252,00 276,00 188,00 194,00 216,00 239,00 323,00 212,00 266,00 175,00 177,00
274,00 252,00 310,00 188,00 194,00 275,00 319,00 323,00 212,00 266,00 282,00 304,00
195,00 194,00 187,00 271,00 214,00 166,00 141,00 172,00 237,00 168,00 283,00 170,00
781,00 983,00 475,00 708,00 1.071,00 166,00 297,00 550,00 613,00 615,00 2.475,00 829,00
Gem. regio 226,71 252,43 202,00 Gem. vergelijkbaar 225,57 282,86 194,00 Gem. landelijk 181,37 245,37 185,28 3 * Voor de definitie grootverbruik is een verbruik van 2.100 m gehanteerd.
766,71 937,43 1.136,53
In bovenstaand overzicht hanteren de gemeenten Hengelo, Enschede, Oldenzaal, Hoorn, Roosendaal en Heerlen verschillende tarieven voor eenpersoonshuishoudens en meerpersoonshuishoudens. De gemeente Hengelo en de gemeente Heerlen hanteren diftar; hier is het tarief afhankelijk van de hoeveelheid afval dat aangeboden wordt. Om deze verschillende tariefsoorten te kunnen vergelijken is in tabel 2 uitgegaan van het gemiddelde afvalaanbod door huishoudens volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (gecorrigeerd voor het verminderde afvalaanbod door huishoudens wanneer een gemeente diftar hanteert). De tabel laat zien dat de gemeente Hengelo wat eenpersoonshuishoudens betreft onder het regio gemiddelde ligt en onder het gemiddelde van de vergelijkbare gemeenten. Het tarief voor meerpersoonshuishoudens ligt boven het regionaal gemiddelde, maar onder het gemiddelde van de vergelijkbare gemeenten. Kijkend naar de rioolheffing laat de tabel zien dat de gemeente Hengelo voor huishoudens lage tarieven vraagt ten opzichte van het gemiddelde van de regio en van de vergelijkbare gemeenten. Het tarief voor groot verbruik daarentegen is het op één na hoogste, alleen de gemeente Roosendaal hanteert een hoger tarief voor grootverbruikers. Landelijk gezien wijkt het tarief voor groot verbruik niet heel veel af van het gemiddelde.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
28
1.3 Benchmark belastingen Tenslotte zijn een aantal belastingtarieven meegenomen in deze vergelijking. In tabel 3 wordt een overzicht gegeven van de tarieven voor de onroerendezaakbelasting, de toeristenbelasting en de hondenbelasting. Tabel 3. Overzicht belastingtarieven Toeristen belasting
OZB
Honden belasting
Eigenaar woning % 0,1428
Eigenaar niet woning %
Gebruiker niet woning %
0,3117
0,2495
1,00
74,00
Almelo Borne Enschede Haaksbergen Losser Oldenzaal Hoorn Purmerend Helmond Oss Roosendaal Heerlen
0,1570 0,1523 0,1654 0,1188 0,1617 0,1178 0,1060 0,1169 0,1221 0,1117 0,1076 0,1775
0,3181 0,2721 0,3512 0,1755 0,2378 0,2280 0,1584 0,2003 0,2101 0,2041 0,1524 0,2372
0,2527 0,2175 0,2889 0,1412 0,1859 0,1821 0,1319 0,1940 0,1681 0,1650 0,1076 0,1765
1,03 1,00 1,43 0,70 1,60 1,09 1,15
69,00 53,00 72,00 58,00 97,00 101,00 65,00 68,00 57,00 56,00 59,00 74,00
Gem. regio Gem. vergelijkbaar Gem. landelijk
0,1451 0,1264 0,1234
0,2706 0,2106 0,2027
0,2168 0,1704 0,1619
1,03 1,21 1,36
74,86 64,71 67,62
Hengelo
De OZB is uitgesplitst in het tarief voor eigenaar van een woning, eigenaar van een niet woning en gebruiker van een niet woning. Het tarief is een percentage van de WOZ waarde. Regionaal gezien vraagt de gemeente Hengelo een gemiddeld tarief voor de OZB, al ligt het gemiddelde van de Twentse gemeenten hoger dan die van de vergelijkbare gemeenten. Wanneer naar het landelijk gemiddelde gekeken wordt, liggen de tarieven in Hengelo vrij hoog (met name voor de eigenaar niet woning). Het bedrag voor de toeristenbelasting is gebaseerd op het bedrag voor één persoon per hotelovernachting (wanneer dit tarief afhangt van de overnachtingsprijs, is uitgegaan van een bedrag dat jaarlijks wordt verhoogd op basis van de consumentenprijsindex voor accommodaties van het Centraal Bureau voor de Statistiek). In een aantal gemeenten in het overzicht wordt geen toeristenbelasting gehanteerd; deze gemeente zijn buiten de berekening van het gemiddelde gelaten. De gemeente Hengelo zit met het tarief van 1 euro rond het gemiddelde van de regio, maar dit bedrag ligt lager dan het landelijk gemiddelde. Bij de hondenbelasting is uitgegaan van het tarief dat wordt betaald voor de eerste hond. Wederom zijn de gemeenten die geen belasting vragen buiten beschouwing gelaten bij het berekenen van de gemiddelden. In Hengelo wordt het gemiddelde tarief van de regio gevraagd. Er moet wel opgemerkt worden dat dit tarief hoger is dan het landelijk gemiddelde. 1.4 Conclusie Over het algemeen wijken de tarieven die in de gemeente Hengelo gevraagd worden niet veel af van de regionale of landelijke gemiddelden. Geheel in lijn der verwachting ligt het tarief van de afvalstoffenheffing voor de eenpersoonshuishoudens flink lager dan het gemiddelde van de regio en de vergelijkbare gemeenten, aangezien de gemeente Hengelo gebruik maakt van diftar.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
29
Uitzondering zijn de vrij hoge tarieven voor de OZB voor eigenaar niet woning en de lage tarieven voor alle drie de categorieën omgevingsvergunningen. Bij de omgevingsvergunningen vraagt alleen de gemeente Roosendaal gemiddeld een lager tarief dan de gemeente Hengelo.
Kostendekkendheid leges & tarieven, 2015
30