Protocol Zelfstandig werken Bisschop Ernst. Bij het zelfstandig werken op onze school zijn er 3 documenten die bij elkaar horen. Ze zijn in de bovenbouw alle 3 met elkaar verbonden om een goede doorgaande lijn van het zelfstandig werken te bewerkstelligen. Daarbij gaat het om de groepen 5 t/m 8. Groep 5 zit nog in een tussenfase. Zij werken met een gedeeltelijke weektaak, terwijl de overige 3 groepen met een volledige weektaak werken. De groepen 1, 2 en 3, 4 werken op een andere manier die als voorloper op het zelfstandig werken in groep 5 t/m 8 kan worden gezien. Naast die 3 documenten is er ook nog sprake van een aantal management afspraken voor elke groep. Die management afspraken dienen in elke groep hetzelfde te zijn, dit om een doorgaande lijn door de school te bevorderen. Het gaat hierbij o.a. om het stilte teken, de klokafspraken, de fiches en het stoplicht of knuffelbeest. Stilte teken: wanneer de leerkracht de aandacht van de klas wil hebben, gaat zij met haar hand omhoog staan in de groep. De leerlingen die dat zien steken ook hun hand in de lucht en houden op met werken en praten. Ze maken de overige teamleden attent op het stilte teken. Wanneer alle leerlingen hun hand opgestoken hebben en stil zijn gaat de leerkracht haar verhaal vertellen. Niet eerder. Wanneer dit lang duurt in een groep, kun je d.m.v. timing met een stopwatch ze ertoe proberen te bewegen sneller te reageren met zijn allen. De klokafspraken. We werken met een dubbele klok in de klas. De eerste klok is een werkende klok die de actuele tijd aangeeft. De andere klok is er één die op de eindtijd van het zelfstandig werken gezet kan worden. De klok moet niet op de tijd gezet worden van de looprondjes die de leerkracht houdt. Die eindtijd van het blok zelfstandig werken is bedoeld om de leerling inzicht te geven in zijn mogelijkheden en onmogelijkheden voor dat deel van het zelfstandig werken. Het is de bedoeling dat ze gezien de nog beschikbare tijd een keuze leren maken voor de nog te maken opdracht. Dagritme pictogrammen. Deze worden in elke groep gebruikt om per dag aan te geven wat er aan bod komt. De leerkracht plakt ze op het zijbord en schrijft er eventueel bij wat er bij dat onderdeel gemaakt moet worden. Daarnaast kan er aangegeven of er een groepsinstructie of een individuele instructie plaats vindt op een bepaald moment. Die pictogrammen kunnen gevonden worden op de L- schijf. Je dient ze zelf uit te draaien en ze te plastificeren. Deze pictogrammen zijn met name belangrijk voor kinderen die veel structuur nodig hebben.
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004
1
De fiches. De fiches worden ingezet om lang wachten, ondoelmatig werken en onnodig loopverkeer door de klas te verhinderen. Elke leerling heeft tijdens de momenten van zelfstandig werk een fiche. Die fiche heeft een rode en een gele zijde. Op het moment dat de leerling tijdens het zelfstandig werken een vraag heeft, gaat hij niet met zijn vinger in de lucht zitten wachten totdat de leerkracht komt. Of loopt hij niet naar het bureau of instructietafel naar de leerkracht toe om daar in een rijtje te staan wachten. Dit zijn allemaal voorbeelden van ondoelmatig werk gedrag. De leerling draait gewoon zijn fiche op rood. En gaat verder werken aan een ander onderdeel waar hij wel mee verder kan. De leerkracht maakt ± om de 15 minuten een looprondje door de groep. Dit volgens een vast afgesproken route. Tijdens dat rondje gaat hij in op de vragen van kinderen die aangegeven worden door de rode fiches. De looproute. Tijdens het zelfstandig werken is er steeds sprake van een aantal looprondjes door de leerkracht. Dit wordt o.a. gedaan om het verkeer door de groep te beperken. De leerkracht is degene die vooral door de klas gaat en niet de leerlingen. Dit veroorzaakt minder onrust in de groep. De rondjes worden door de leerkracht aangekondigd en verlopen via een vaste route door de klas. Tijdens de looproutes is er dus geen sprake van uitgestelde aandacht. Dit wordt aangegeven door het stoplicht in groep 4 t/m 8 of het knuffelbeest in de groepen 1 t/m 3. Het symbool voor uitgestelde aandacht. Dit is een stoplicht in de groepen 4 t/m 8. Dit is een schijf met 2 kleuren. Groen en rood. Wanneer de rode zijnde zichtbaar is, dan is er sprake van uitgestelde aandacht. De leerlingen kunnen dan niets aan de leerkracht vragen. De leerkracht geeft ook aan het begin van het zelfstandig werken aan wat zij zelf gaat doen. Dat kan extra instructie aan leerlingen zijn, of afname van een toets, of het observeren van het zelfstandig werken in de groep. Wanneer het symbool op groen gedraaid wordt, geeft dat het startsein van een rondjes door de groep aan. Niet het startsein voor leerlingen om naar de leerkracht toe te lopen. In de onderbouw heeft het knuffelbeest die functie. Wanneer het voor de groep staat kan er niets aan de leerkracht gevraagd worden. Wanneer het weg is, is de leerkracht wel beschikbaar. Groeperingsvormen. De leerlingen zitten zoveel mogelijk in groep van 4 in het klaslokaal. Daar ligt o.a. de link naar het coöperatief leren. De leerlingen kunnen tijdens het zelfstandig werken vragen stellen aan de leden van hun team. Dit op een manier dat het de andere leerlingen in de groep en het team niet stoort. Per les mag er maar 2 keer iets aan dezelfde leerling gevraagd worden. Anders wordt die teveel belast. Wanneer er meer vragen zijn dan moet de fiche gedraaid worden en met iets anders verder gegaan. Tijdens een aantal lessen is het handig de leerlingen een andere plaats te geven. Op die manier kun je leerlingen die samen aan iets moeten werken naast elkaar zetten. Dat geeft je als leerkracht ook de gelegenheid om een verlengde instructie te geven aan een gedeelte van de groep. De overige leerlingen kunnen dan zelfstandig verder.
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004
2
De instructietafel. Vanaf groep 3 dient er in elke groep een instructietafel te staan. Deze moet zodanig neer gezet worden, zodat je de rest van de groep kunt blijven overzien. Het is vaak handig om die voorin de klas te hebben, zodat je het bord kunt gebruiken tijdens je instructie. Verder is ook het gebruik van een klein white board aan te bevelen Dit is voor het werken aan een instructietafel een handig hulpmiddel. De volgende documenten worden gebruikt m.b.t. het Zelfstandig werken bij ons op school. In groep 3 en 4 waar nog niet met een vorm van een weektaak gewerkt wordt, is het belangrijk om in ieder geval de structuur van de klassenmanagement onderdelen goed toe te passen. Daarnaast is voor het voor hen belangrijk om de momenten van zelfstandig werk in het weekrooster op te nemen en voor die momenten een weekplanning te maken. Op die manier zie je meteen wat er aan bod komt en wat je zelf in die tijd kunt ondernemen voor de leerlingen die het nodig hebben. Deze groepen werken wel met de dagritme pictogrammen. In groep 5 wordt gewerkt met een gedeeltelijke weektaak. Deze wordt 2 keer in de week gebruikt. Per keer staat daar een uur voor. Voor de leerkrachten van deze groep geldt ook het maken van een weekplanning en de opname van de momenten van zelfstandig werk in het weekrooster. Ook daar is het de bedoeling om met de dagritme pictogrammen te werken. Dit werken met de dagritme pictogrammen moet ook in de groepen 6 t/m 8 toegepast worden.
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004
3
Voor de groepen 6 t/m 8 gelden de volgende documenten. 1
Het weekrooster.
2
De weekplanning van de leerkracht.
3
De weektaak van de leerling.
Voor deze documenten is er een vaste opzet gemaakt die door alle hierboven genoemde groepen gehanteerd moet worden. Dit om een goede doorgaande lijn te waarborgen. Weekrooster van de klas. In het eerste document moet goed aangegeven worden wanneer er instructiemomenten zijn en wanneer er zelfstandig werkmomenten zijn. Per dag moet het meteen duidelijk zijn wanneer er door de leerkracht instructie gegeven wordt en wanneer de leerling zelfstandig of in groepen aan de slag kan. Die momenten van zelfstandig werk zijn belangrijk voor instructie aan de instructietafel. Op die manier kunnen kinderen die extra aandacht nodig hebben of in een ander niveau werken begeleiding krijgen. Vanuit het weekrooster wordt dan vervolgens de weekplanning van de leerkracht gemaakt.
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004
4
Voorbeeld van een gedeelte van het weekrooster.
Maandag. 08.45 – 09.00 09.00 – 09.15 09.15 – 09.45 09.45 – 10.15
uitleg weektaak. kringactiviteit. uitleg taal (voor maandag en dinsdag) zelfstandig werk taal.
10.15 – 10.30
pauze.
10.30 – 11.30 11.30 – 12.00
projecttaak rekenen. spelling (toetsen/herhaling/verdieping)
12.00 – 13.00
pauze
13.00 – 13.45 13.45 – 14.45 14.45 – 15.15
aardrijkskunde (I). zelfstandig werk ( Gs., Ak, Nk, Vk, topo, Schr) muziek/drama & dans.
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004
5
Weekplanning. In de weekplanning worden per vak alle onderdelen die in die week aanbod komen opgenomen. Tevens wordt er aangegeven welke instructieonderdelen erin zitten en welke onderdelen zelfstandig gemaakt moeten worden. Ook wordt daarin aangegeven wanneer een bepaald onderdeel aanbod komt. Dat wil zeggen: - op welke dag , - op welk moment, - en voor wie. Wanneer deze planning gemaakt is worden daaruit de weektaken voor de leerlingen gemaakt. Voorbeeld van een gedeelte van de weekplanning
Maandag
Taken 08.45 – 09.00 Uitleg weektaak 09.00 – 09.15 Kring 09.15 – 09.45 Uitleg taal 09.45 – 10.15 Zelfstandig werk 10.15 – 10.30 Pauze 10.30 – 11.30 Projecttaak rekenen 11.30 – 12.00 Spelling 12.00 – 12.45 Pauze 12.45 – 13.30 Aardrijkskunde 13.30 – 14.30 Zelfstandig werk 14.30 – 15.00 Muziek Computertaken voor de hele week.
Bisschop Ernstschool Goes
Weekplanning 5 juli t/m 9 juli 2004 Activiteiten leerkracht
Leerling activiteiten
Woorden totaal dictee pakket 52 Basis of schoolbits 10 minuten verder werken Rekensom: sommen tot 10.000/wat eten we/ plussommen/ tot 5000/ start. Topografie: wateren en gebieden 2 Muiswerk basisgrammatica of werkwoordspelling Kim: klokkijken en tafels / Roel en Renée: tafels 1 t/m 10
september 2004
6
Dinsdag
Taken
Activiteiten leerkracht
Leerling activiteiten
Woensdag
Taken
Activiteiten leerkracht
Leerling activiteiten
08.45 – 09.45 09.45 – 10.05 10.05 – 10.15 10.15 – 10.30 10.30 – 11.00 11.00 – 11.30 11.30 – 12.00 12.00 – 12.45 12.45 – 13.30 13.30 – 13.45 13.45 – 14.15 14.15 – 15.00
08.30 – 09.15 09.15 – 09.30 09.30 – 10.15 10.15 – 10.30 10.30 – 10.45 10.45 – 11.30 11.30 – 12.00
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004
7
Weektaak. In die weektaak staan de vakken met de onderdelen die de leerlingen moeten maken. Daarachter kleuren de leerlingen de dag in waarop de opdracht is afgemaakt. Voor elke dag is er een aparte kleur die bovenin de weektaak terug te vinden is. De planning wordt voor groep 6 het eerste half jaar samen met de leerkracht gedaan. Die geeft aan welke taken op welke dagen ingepland moeten worden. In de tweede helft van het schooljaar maken de leerlingen zelf op maandagmorgen een planning voor de hele week. Hij doet dat door het linkervak onder Dag in te kleuren. Het rechtervak onder Dag wordt pas ingekleurd wanneer de taak volbracht is. Niet elke leerling kan hier zelf meteen goed mee omgaan. Sommige leerlingen moeten hierbij geholpen worden. Zij hebben meer structuur nodig. Bij deze leerlingen moet er maandags aan de instructietafel een gezamenlijke planning ingevuld worden. Het is in sommige gevallen zelfs nodig om de taken per dag te nummeren. De cijfers geven dan de volgorde van maken aan. Voorbeeld van een weektaak.
! ! "#
"$
"#
"$ $ %
' )"*
(" +
Bisschop Ernstschool Goes
&$
$
$ , -
!
september 2004 8
("
$
. $$
/
$ !
Computertaak ! $###! "# % !"
#
"####!
!
&
( * *
!
!
'$ )
+ &
Informatie $ ! % &
!,!*
*
&
Bisschop Ernstschool Goes
september 2004 9