Er zijn van die teksten in de Bijbel die roepen vrijwel direct een reactie op. Deze tekst is er een van. (plaatje) Wij hebben lief, omdat God ons heeft liefgehad. Eigenlijk heb je aan de halve zin al genoeg om even te stoppen. Wij hebben lief. Ja, daar ga je ook meteen door de mist in. Maar goed, zo gaat dat. Je hoort iets en dat roept zoveel bij je op dat de rest al niet meer tot je doordringt. Wij hebben lief? In mijn eerste gemeente klaagde een broeder over het gebrek aan liefde in de gemeente. Zondagsochtends kwam hij de kerk binnen, stak hij vriendelijk joviaal zijn hand op naar deze en gene maar er kon bij die stukken chagrijn die zich broeders en zusters noemden nauwelijks een glimlach vanaf. Geen liefde. Of ik maar wilde preken dat er liefde moest komen in de gemeente. Wij hebben lief, sneerde een ander? Ik heb het helemaal gehad met deze gemeente. Zij hebben blijkbaar niks met mij, anders hadden ze me al wel gemist al die tijd die ik niet ben geweest. Nu, ik heb ook niks met hen. De enige reden waarom ik af en toe nog eens kom is omdat ik in God geloof en ... Hij en ik, ja dat zit wel goed. Wij hebben lief? Waar heeft Joh het over. Nu laten we proberen dat maar eens te gaan ontdekken.(thema) Dat wij liefhebben omdat God ons heeft liefgehad is iets 1) Om persoonlijk tot je door te laten dringen 2) Om met elkaar te delen 3) Om samen te verkennen De twee voorbeelden die ik net gaf in de inleiding over het ervaren van een gebrek aan liefde in de gemeente, waren voor de betrokkenen wezenlijk. Heel pijnlijk. Menigeen heeft al wel eens zo’n schokkende ervaring gehad van een gebrek aan liefde. Of het soms net zo schokkende verwijt van een gebrek aan liefde. Zou Joh. niet zoiets moeten schrijven als: ‘wij hebben niet lief, ook al heeft God ons liefgehad’. Of misschien zelfs: ’ ik wel, maar zij hebben niet lief, ook al heeft God hen liefgehad’. Nu, dat het in de praktijk volledig verkeerd kan gaan in een christelijke gemeente, dat lees je niet alleen in de Bijbel. Dat is ook onze ervaring. Maar dat is nu het verschil met deze tekst, dit Schriftgedeelte. Dit Schriftgedeelte schrijft niet over liefde vanuit een bepaalde ervaring maar vanuit een overtuiging. En ik hoop dat u zo bereid bent te luisteren. Niet vanuit een bepaalde ervaring of vanuit uw visie op wat liefde is. Nogmaals, wat u aan pijnlijks hebt ervaren als het gaat om een gebrek aan liefde daar wil ik niets vanaf doen. Alhoewel, onze visie op wat liefde is en onze ervaring dus, is ook wel eens wat beperkt. Het boek van (plaatje) Gary Chapman de 5 talen van de liefde is wat dat betreft veelzeggend genoeg. Die 5 liefdestalen zijn. (klik) •Dienstbaarheid; •Goede tijd samen delen •Woorden; •Ontvangen/geven van geschenken; •Aanraking. Nu, als mijn liefdestaal is geschenken, ik vind het heerlijk om ze te geven en te krijgen, maar de liefdestaal die ik ontvang is die van liefdevolle woorden, dan is de kans groot dat ik me helemaal niet zo geliefd voel. Dat ik zelfs twijfel aan de liefde van die ander. Waarom voelt die ander niet aan dat ik met woorden geen kant op kan. Daarom, wij moeten ons beeld van wat liefde is niet baseren op onze ervaring of op onze visie van wat liefde zou moeten zijn maar in de eerste plaats op wat God daarover zegt. En dat niet als iets theoretisch van wat u nu in de kerk over liefde hoort. Maar als datgene wat u en jou is aangezegd en steeds weer wordt aangezegd. Wat je wordt verklaard. Bij de voorbereiding van de behandeling van dit thema stuitte ik weer op die tv-opnames van Henri Nouwen in the Crystal Cathedral.(plaatje) Hij maakt duidelijk dat wij mensen de neiging hebben om wie we zijn te laten bepalen door wat we doen, hoe andere mensen over ons denken en wat we hebben. Dat is wat we ook dag in dag uit inademen. Nee, zegt Nouwen, een christen moet zich dit eigen maken. Moet tot zich de woorden van God laten doordringen(klik): Je bent Gods geliefde kind. God houdt van jou. Dat is wie je bent, wat je identiteit bepaalt, (plaatje) Dat is wat u, jou wordt verklaard, aangezegd: God houdt van u, van jou. Jij bent zijn geliefd kind. Wat dat voor liefdesverklaring is? Nu, er is een God. En Joh. zegt van Hem: God is liefde. (plaatje) Dat is wezenlijk voor Hem. God de Vader, God de Zoon en God de heilige Geest zijn door een band van liefde verbonden waarin ze al hun liefde kwijt kunnen en kunnen ontvangen. 1
Dat is, om het zo te zeggen, een soort objectief gegeven. God is liefde. Maar wat is nu het bijzondere? Die God die niets of niemand nodig heeft om liefde te kennen, weg te geven of te ontvangen, die God heeft besloten een schepsel in zijn liefde te laten delen. (klik) Dat is wat je Joh. verwonderd hoort zeggen: Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat hij ons heeft liefgehad. Hoe is het mogelijk!? Dat is een liefde die God in ons giet. (klik) Een liefde die in ons is. En tegelijk een liefde waarin wij ook helemaal ondergedompeld worden De liefde is in ons en wij zijn in de liefde. Liefde dat is wat we inademen en uitademen. Liefde is onze levenssfeer, daarin voelen we ons als een vis in het water. En op twee punten blijkt die liefde die in ons is weer naar buiten toe te komen. (klik) Eerst in de liefde tot God. (klik) En vervolgens in de liefde tot elkaar. Collega Jos Douma heeft die verschillende uitspraken genummerd en zegt dan dat 3 het centrum vormt, waar God en mens in liefdevolle wederkerigheid met elkaar verbonden worden? En ziet u ook dat uitspraak 2 en 4 elkaars spiegelbeeld zijn: (klik) God heeft ons lief en Wij hebben God lief? En ziet u dan ook dat uitspraak 1 en 5 elkaars spiegelbeeld zijn? Elkaar liefhebben is de meest schitterende vorm van het tot uitdrukking brengen van Gods wezen. (thema) Waar we elkaar liefhebben openbaart God zichzelf in zijn liefde. Vergelijk het met de zon en de maan. De maan weerkaatst het licht van de zon. De maan wordt niet opgeroepen, krijgt niet de opdracht: Weerkaats dat licht. De maan heeft zelfs geen keus of hij dat licht zal weerkaatsen of niet. Nee, dat is nu eenmaal zijn wezen, zijn taak: het licht van de zon weerkaatsen. (plaatje) Brs. en zrs. U, jij bent Gods geliefde kind. U, jij hebt geen keus. Daarom maakt Joh. er ook geen opdracht van maar zegt hij: wij hebben lief omdat God ons heeft liefgehad. Dat is dus: Wij geven het zonlicht van Gods licht en liefde eenvoudigweg dóór. Dat is het wonder van de christelijke gemeente. (plaatje) O, vaak zat klinkt de opdracht: doe dit, doe dat. En ook: heb elkaar lief, heb de ander lief. Maar nu vanochtend is dit de tekst en daarmee het bemoedigende gegeven: wij hebben lief. Begrijpt u dat ik u vroeg om niet te praten vanuit uw ervaring maar te denken vanuit Gods openbaring. Dit is wat u, jij, ik, je eigen moet maken: ik ben Gods geliefde kind. Dit is wat wij ons eigen moeten maken: wij zijn Gods geliefde gemeente. En daarom is het dus zo belangrijk om in de kerk te komen, om God te ontmoeten, om elkaar te ontmoeten voor Gods aangezicht. Juist na een week of aan het begin van een week, net hoe je het bekijkt, een week waarin we constant inademen ‘je bent wat je zegt, je bent wat je hebt gedaan, je bent wat andere mensen over je denken’. Hier zegt God: jij bent mijn geliefde kind. Hier zegt God: u bent mijn geliefde gemeente. Hier komen we op adem om echt te kunnen doen wat onze roeping is: liefhebben. (thema) 2) Dat wij liefhebben omdat God ons heeft liefgehad is iets om met elkaar te delen. We zagen net dat een van de kenmerkende eigenschappen van Gods liefde is dat die overstroomt.(plaatje) D.w.z. dat is een liefde die je niet krijgt om dan voor jezelf te houden. Alhoewel die liefde mooi genoeg is, groot genoeg om er helemaal in je eentje in op te gaan. Die liefde wil gedeeld worden met anderen. Het is geen schat waar je in je eentje van kan genieten. Precies zoals er in de tekst staat: wij hebben lief omdat God ons heeft liefgehad. En dat is nu wat wij in deze kerkdienst vieren. Wij hebben lief omdat God ons heeft liefgehad. En we kijken elkaar aan en zeggen verwonderd: God laat ons delen in zijn liefde. Verwonderd omdat er veel plaatsen zijn waar we ons anders voordoen dan we in wezen zijn. Je past je kleding aan aan je beroep, je taal aan je omgeving, je gewoontes aan je sociale leefmilieu, noem maar op. Maar hier bij God weten we dat Hij ons ziet zoals we zijn. Hij doorgrondt ons. Hij prikt door onze façades, ons uiterlijk heen. Dat betekent dat Hij als geen ander onze zonden kent. Onze verkeerde gedachten, woorden en daden onze tekortkomingen. Niet alleen naar de mensen om ons heen maar ook naar Hem, naar God toe. Wat we voor elkaar verborgen kunnen houden, wat we voor onszelf misschien ook wel ontkennen omdat we er liever niet aan denken dat we echt zo hebben gedacht of gezegd of gedaan, hier bij de Here God kunnen we niet om heen. Hier staan we behoorlijk in ons nakie. Geen enkele aanleiding voor wie dan ook om ons lief te hebben. Nog het allerminst voor God die een en al liefde is. En daarom is onze verwonderde dankbaarheid juist hier zo groot. Dat God met het woord van zijn liefde naar ons toe komt en zegt: ik houd van jou; ik houd van jullie. Jullie zonden staan mijn liefde niet in de weg. 2
En kijk daarmee wordt ook al iets van die typisch goddelijke liefde duidelijk. (klik) Dat is geen liefde die je moet verdienen of waarvoor je aan bepaalde voorwaarden moet voldoen om die te kunnen krijgen. Nee, de liefde die God ons geeft is een liefde die Hij geeft ongeacht wie we zijn of wat we gedaan hebben. (klik) Het is dus een liefde waar we nooit aan hoeven twijfelen. Die vraag ’houdt God nog wel van me nu ik dit of dat heb gedaan?’ Ja, die vraag is op een bepaalde manier wel begrijpelijk. Omdat wij al snel denken over liefde als over iets wat je moet verdienen, die je kunt verpesten. Maar Gods liefde kun je niet verdienen of verpesten. (klik) Daarom schrijft Joh. dat we geen angst moeten kennen, niet bang moeten zijn voor Gods oordeel. Wat we hier dus vieren is: God houdt van ons. Hij houdt nog steeds van ons. En juist omdat we geloven dat Hij van ons houdt hebben we ruimte om vergeving van zonden te vragen. Die wil God juist graag geven als ik Hem er om vraag. Zo graag, dat Hij om ons te kunnen geven wat wij nodig hebben zijn Zoon heeft gegeven. (klik) Jezus Christus Gods Zoon naar deze aarde gekomen. God die mens werd. En zo de achterkant van Gods liefde heeft gedragen: Gods toorn. Die de straf heeft gedragen van Gods boosheid om onze zonden zodat wij in Gods liefde kunnen blijven delen. Zoals Joh. schrijft: Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden.(4,10) Gods liefde kent geen voorwaarden en is een liefde die alles wat pogingen heeft gedaan om die liefde kapot te maken graag vergeeft. Daar heeft die liefde alles voor over. Dus… als het gaat om de liefde waarmee wij liefhebben dan is dat dus die liefde. Wij hebben lief ongeacht wie die ander is of wat die heeft gedaan. (klik) Nu, daarmee wordt ook duidelijk dat die liefde niet een of andere emotie is die bij ons wordt opgeroepen door een ander. Zoals dat bijv. gaat met mensen of voorwerpen waar je verliefd op wordt. Die ander of dat andere brengt allerlei fantastische gevoelens naar boven. Het soort liefde dat vaak ook heel tijdelijk is en nogal eens inwisselbaar. Mensen rollen van de ene verliefdheid in de ander. Maar Gods liefde is geen liefde die op emoties is gebaseerd. Liefde heeft bij God wel te maken met gevoel, met emotie: maar dan met een gevoel dat blijft, dat wezenlijk is. Gods hart klopt voor de mensen en blijft voor de mensen kloppen. Dat gaat niet over. Zo is God. Eeuwig. Hij is een God van liefde voor mensen. Zijn hart, zijn wezen blijft altijd in liefde op de mensen gericht. Wij hebben dus lief met …. Ja, het klinkt wellicht een beetje raar maar wij hebben lief, met een onmenselijk liefde (klik) Een liefde die niet bij mensen maar bij God vandaan komt. En nu gaf ik net aan: wij kunnen niet anders. De maan kan niet anders dan het licht van de zon weerkaatsen. Wij kunnen niet anders. (thema) Maar dan kijk je naar de praktijk. De praktijk van je eigen leven, de praktijk van het leven van die ander en dan ontdek je: nou, ik kan wel anders. En ik heb het gedaan ook. En die ander kan ook anders. Ik heb het ervaren ook. Ja, inderdaad, de maan heeft geen keuze dan om de baan te lopen die God heeft bepaald. Wij wel. Wij kunnen ervoor kiezen om het zonlicht van Gods liefde te mijden. O, dan is Gods liefde, de zon van zijn liefde er nog steeds wel, maar wij staan dan in de schaduw ergens anders. Met alle gevolgen die dat heeft. Ja, Joh. maakt in ditzelfde hoofdstuk ook wel duidelijk dat we moeten liefhebben. En dat je het niet kunt scheiden, nl. wel God liefhebben maar niet de ander. Daarom is het goed om hier te zijn, om hier steeds weer te komen. Om samen God te ontmoeten. De oorsprong van liefde. De oorsprong van de liefde waarmee wij kunnen liefhebben. Hier waar het licht van Gods liefde ons zó beschijnt dat we niet meer kunnen zeggen: ja, God heb ik wel lief maar die br of zr…….Hier waar Hij met zoveel woorden en regelmatig ook metterdaad in de sacramenten het licht van zijn liefde over ons leven laat schijnen. Hier waar God tegen ons zegt:(plaatje) Gemeente, geliefd in onze Heer Jezus Christus. Wij ontmoeten elkaar met Jezus Christus in ons midden. Wie zou dan niet liefhebben vanwege zoveel liefde? Zoveel liefde… Ja, hoeveel is dat eigenlijk? Dat brengt ons bij pt 3 (thema) 3) Dat wij liefhebben omdat God ons heeft liefgehad is iets om samen te verkennen In Ef. 3 hebben we het gebed van Paulus voor de Efeziërs gelezen. Dat hun leven een huis is waar Christus in woont. Een huis dat geworteld en gegrondvest blijft in de liefde. P. gebruikt dus een beeld, maar maakt op dezelfde manier duidelijk dat liefde fundamenteel is voor ons leven. Een christen is door Christus een huis dat een stootje kan verdragen omdat het door 3
Christus ook zijn fundament heeft in de liefde.(plaatje) U begrijpt dat het dan in de eerste plaats gaat om de bodem van Gods liefde. Paulus gebruikt twee woorden. Ook het woord geworteld. (klik) Zoals wortels voeding uit de bodem halen en zo veel vruchten voortbrengen. Zo moet dat ook bij ons zijn. Wanneer we geworteld zijn in die allesomvattende liefde krijgen we daaruit ook de diverse uitingen van liefde. Liefde tussen man en vrouw moet uit die bodem komen. Liefde van ouders voor kinderen en kinderen voor ouders. Liefde voor de kerk van Christus om daar je partij mee te blazen. Liefde voor het werk dat de HERE je geeft. Paulus leert ons nu bidden dat we voorzien van de kracht van de H.G, bewoond door Christus, gefundeerd in de liefde, kunnen gaan bevatten wat we krijgen. Dat we er begrip van krijgen. Grip op krijgen. Grip op alle dimensies van de liefde. En P. noemt als dimensies de lengte, de breedte, de hoogte en de diepte: (plaatje)De lengte: Christus’ liefde zo ongelooflijk lang. Eindeloos. Al vanaf eeuwigheid. God zegt: ‘Ik heb je altijd liefgehad’ (Ef.2,11-18) Voordat jij geboren was, hield God al van jou. (klik) De breedte: De liefde van Christus is zo enorm breed. Je kunt er niet omheen. Uit de Joden en de heidenen worden er velen gered, uit alle werelddelen komen christenen: bruine, blanke, gele, zwarte… (klik) De hoogte: Zo hoog. Je kunt er niet overheen kijken. Je bent met Christus opgestaan in een nieuw leven. Hoger kan niet. (klik) De diepte: Zo diep dat je er niet onderdoor kunt. Christus’ liefde gaat ook zo diep. De straf dragen over de zonden van het hele menselijke ras en door God worden verlaten als je altijd een volmaakte band met Hem hebt gehad. Zó diep ging Christus om mij te redden. Die liefde van Christus is zo enorm groot, dat je die alléén nooit kan leren kennen. Daar heb je anderen voor nodig. Die je weer op nieuwe aspecten van Christus’ liefde wijzen. Dingen waar jij nog niet aan had gedacht. Die jij nog niet had gezien. (thema) En Paulus gaat ons voor in het gebed dat we daarmee aan het werk gaan. Samen. Want in die zoveel omvattende liefde sta je niet alleen. Als gelovige ben je wel, door de kracht van de Geest versterkt, een persoonlijk huis van Christus dat stevig staat. Maar wanneer je in die liefde bent gefundeerd merk je dat je niet alleen bent. Maar dat God zoveel anderen in zijn liefde heeft opgenomen. Dat je, wat je persoonlijk gelooft, ook deelt met anderen. Nu, Paulus leert ons bidden dat we samen met al die anderen nu proberen die liefde te gaan peilen. Samen met al de heiligen. Samen met al diegenen die de Here Jezus ook heeft uitgekozen om in te wonen. Je kunt dat heel breed zien, wereldwijd zelfs. Maar Paulus denkt hier zeer zeker ook aan de gemeente. Een gemeente telt heel veel verschillende gelovigen: je hebt mensen die graag zingen en praisen, je hebt de meer doeners, je hebt de Bijbelkenners en je hebt mensen die het vooral om de relaties gaat. God heeft ons zo verschillend gemaakt. God heeft ons aan elkaar gegeven om elkaar aan te vullen en van elkaar te leren. Om, in verbondenheid met elkaar, Gods liefde nog beter te leren peilen. Wij hebben lief. Wij vormen dus niet alleen persoonlijk maar ook samen een huis van God waar Christus woont. Een huis geworteld en gegrondvest in de liefde. (plaatje)Of zoals iemand het noemde: de kerk is de kathedraal van Gods liefde. En nu is het aan ons om samen die kathedraal van liefde te verkennen. Samen immers wij hebben lief omdat God ons heeft liefgehad. (thema) Geef bewust de liefde van God een hart, een stem, en handen en voeten aan elkaar, met elkaar. Geef jezelf aan de gemeente, aan je broeders en zusters. Geef jezelf in de wijk. Doe mee, zoek elkaar, bouw elkaar, geef elkaar veiligheid. Wij hebben lief, omdat God ons het eerst heeft liefgehad. Zo ís dat in de gemeente van Christus. Zegt Johannes. Dus: Laat je verwarmen door Gods liefde en maak elkaar warm met Gods liefde. Amen Liturgie zondagmorgen 11 september 2011 Krimpen Votum en groet Ps.33:1 Schuldbelijdenis Ps.33:5 Genadeverkondiging 4
Ps.33:8 Wet Romeinen 12: 9-17 en 13: 8-10 Ps.119:37,39 Gebed 1Joh.4,7-21 Lb.451 Ef.3,14-19 Ps.102:13 9 (Psvdwk) Kindermoment 1Joh.4,19 Bediening van het woord Lb.95 Gebed Inzameling van de gaven Ps.84:5,6 Slotzang
5