PASTORAAT
con†act special najaar 2003
WAT: EEN INFORMATIEKRANT OVER ONTWIKKELINGEN IN HET PASTORAAT EN LEVENSERVARINGEN WAARDOOR PASTORES MEER INZICHT KRIJGEN IN WAT EN HOE MENSEN HULP EN STEUN NODIG HEBBEN . VOOR: IEDER DIE WERKT ALS OF STEUN GEEFT AAN PASTORAAL WERKENDEN
ONTWIKKELINGEN IN DE PASTORALE GEMEENTE
Pastoraat verandert en dat moet ook! Pastorale assistenten, wijkdames, contactpersonen, zusterkring, vrijwilligers in het pastoraat, bezoekmedewerkers. De kring van mensen die zich bezig houdt met pastorale zorg beperkt zich allang niet meer tot de dominee en de ouderling. De verscheidenheid aan namen geeft ook aan dat het vaak nog zoeken is naar de juiste invalshoek. Dat is goed. We zouden best iets meer zoekgedrag mogen vertonen als het gaat om de vraag waar mensen zijn en waar zij naar zoeken.
hische vragen door de ontwikkelingen in de biotechniek, maar ook aan samenlevingsvraagstukken als omgaan met vreemdelingen en anders gelovigen. • In de samenleving en de cultuur zien we ontwikkelingen, die zich ook doen gelden binnen de geloofsgemeenschap. Denk aan secularisatie en individualisering. Wat heeft dat voor éffecten op het bereiken en het aanspreekbaar zijn van mensen? • Natuurlijk zijn er ook ontwikkelingen in gemeenten zelf, die dwingen tot bezinning op pastoraat aan wie, door wie en hoe. Al is het alleen al vanwege de vergrijzing en de toename van het aantal kleine gemeenten. • Een belangrijke vraag bij de ontwikkelingen in de afgelopen jaren is ook, of er niet te veel naar binnen gerichte aandacht is voor mensen. Hoe kan de gemeente in haar pastorale dienstbaarheid meer open worden voor de mensen rondom?
Drie motieven Bij alle zoeken zijn er tenminste drie motieven die als een rode draad door alle veranderingen heenlopen; er een vloertje en richting aan geven. Als we pastoraat even beperken tot bezoekwerk, dan gaat het er om dat er • belangeloze aandacht is voor de ander. Dat is een schaars goed aan het worden, terwijl elk mens het nodig heeft om gekend te worden (algemeen menselijk); • gerichte aandacht is voor mensen in bijzondere levensomstandigheden vanwege het ‘omzien naar elkaar’ (pastoraal); • contact is tussen de mensen in de gemeente onderling en tussen kerkenraad en leden van de gemeente (gemeenteopbouw). Bezoeken in soorten Tegen die achtergrond is te zien hoe toch geprobeerd wordt om aan wezenlijke motieven recht te doen. In bezoekwerk zijn immers verschillende soorten bezoeken te onderscheiden met ook elk eigen bedoelingen. Globaal kan gesproken worden over bijvoorbeeld kennismakings- en contactbezoeken, aandachtgevende bezoeken; helpende bezoeken en crisisbezoeken. Wie enigszins vertrouwd is met wat er in gemeenten gebeurt, ziet meteen dat het ene soort bezoek meer bij dit motief past en het andere meer bij dat; maar ook dat in veel gemeenten verschillende men-
Pastoraat via de ANWB-paal. Zou de toekomst van het pastoraat liggen in een groot aantal verschillende kringen in de kerk met alarmpost?. 2
U als lezer wordt uitgenodigd om mee te denken en aan te vullen. Graag zelfs, want we zullen creativiteit en geestkracht hard nodig hebben. Het gaat immers om mensen.
sen als medewerkers verschillende soorten van bezoeken doen. Terwijl toch binnen het geheel van het gemeenteleven elk een eigen plaats en waarde heeft. Gerichte aandacht Het pastorale werk is op die manier veel meer iets van de mensen samen geworden. Vanuit de gedachte dat dienstbaarheid iets van de geloofsgemeenschap zelf is. Maar ook, dat op die manier meer
recht gedaan kan worden aan de behoeften onder de mensen, én aan de talenten binnen de gemeente. Zo is in veel gemeenten gericht aandacht gegeven aan de ontwikkeling van een contactstructuur, waarin aandacht en zorg voor mensen en voor de opbouw van de gemeente een centrale plaats in nam en in neemt. Bezinning op verandering Toch is het goed om na te blijven
Niemand is los verkrijgbaar Dat is de kern van ‘contextueel pastoraat’. Dat is in tijd en inspanning ongeveer het tegenover van pagina 2 3
nadenken over hoe ingespeeld kan worden op veranderingen, zowel in de samenleving als ook in de gemeente. Juist om recht te blijven doen aan de basismotieven van de pastorale gemeente. Puntsgewijs stip ik een paar terreinen aan: • In onze samenleving komen nieuwe vragen en problemen op, die ook een pastorale component hebben. Gedacht kan bijvoorbeeld worden nieuwe et-
Toerusting Bij dat alles is toerusting onmisbaar. Het belang van cursussen, ontmoetingsdagen van bezinning en uitwisseling is dan ook buiten kijf. Ook is er ondertussen veel (op de praktijk gerichte) literatuur. Daaronder ook het Ouderlingenblad, het maandblad voor pastoraat en gemeenteopbouw (uitg. Kok Kampen). Het biedt én bezinnende én praktijkgerichte artikelen en themanummers, waarin ontwikkelingen gevolgd worden en gezocht wordt naar invalshoeken en suggesties voor de praktijk. Jaap de Lange
Sekse-verschil in het pastoraat? Vrouwen in het ambt bestaat nog niet zo lang. Een katholieke terugblik en analyse of er verschil is. 5 en 9
ERVARINGSLEREN: BIDDEN EN PSALMEN IN HET PASTORAAT 4 HOMOSEKSUALITEIT - DEPRESSIE 6. ME-PATIENTE EN ERNSTIG ZIEK 7 GAAN STERVEN 7 DOOD EN ROUW VOOR KLEIN EN GROOT 8. IKON-PASTORAAT EN NCRV-INFORMATIE 10 LITERATUUR EN ADRESSEN. 11
2 con†act
PASTORAAT
HOE ZOU HET KUNNEN?
Pastoraat via de ANWB-paal De laatste jaren kent het pastoraat regelmatig de volgende problemen: • de signaleringsstructuur (contactpersoon/wijkbezoeker geeft signalen door aan ouderling of predikant) werkt niet meer. • Het contact dat veelal nodig is om een vertrouwensrelatie op te bouwen is vaak weggevallen. Het verlies aan contact komt o.a. vanwege het feit dat er vacatures zijn. • Als besloten wordt het categoriale bezoekwerk (bezoeken per doelgroep zoals nieuw-ingekomenen, zieken, ouderen, geboorten en jubilea) op te heffen, worden veelal de aantallen adressen per bezoekmedewerker groter. • Veelal wordt er dan gepeild of men bezoek van een pastoraal werker op prijs stelt. • De bezoekadressen zelf zitten ook niet te springen om contact. De postmoderne mens heeft een druk leven. • Het delen van persoonlijke aangelegenheden doet de postmoderne mens in een kleine kring van vrienden en familieleden Uit het bovenstaande blijkt dat er nog al wat aan het veranderen is rondom het bezoekwerk. Moeten we doorgaan met het traditionele bezoekwerk en niet wachten tot de mensen zelf komen? We legden de vraag voor aan Anja Bruijkers, adviseur gemeente-opbouw van het Regionaal Diensten Centrum Zuid-Holland. Niet om van haar het enig juiste alternatief te krijgen, maar gedachten en ervaringen vanuit de praktijk waar u plaatselijk over door kunt praten.
O
mzien naar... is niet alleen een taak is van de wijkbezoekers, pastorale medewerkers of de ouderlingen, maar “de gemeente is de draagster van de bedoelingen van God in deze wereld” en met de woorden van Paulus uit 1 Cor. 12 (allen leden van één lichaam) onderbouwden we dat. Nog steeds vind ik dat we als gemeenteleden moeten omzien naar de ander en daarom is het goed het onderlinge pastoraat te bevorderen. Daarom zou de “Kerk met een aanbod” (Ploeger) ook in die zin betekenis kunnen hebben. Zet zoveel mogelijk kringen en/of groepen op. Dat zijn niet alleen bijbel- of gesprekskringen, maar ook literatuur- of poëziekringen, eetgroepen, zanggroepen, kunst en kerk groepen, samen naar de film… en gesprek daarna, geloofsopvoeding-kringen, enz. Juist in een groep waar je elkaar beter leert kennen, deel je meer je zorgen over bijv. de ziekte van je moeder, de problemen met je dochter, de relatie met je man. Men gaat meer en meer met elkaar meeleven en zoekt elkaar soms ook op buiten de groep. Ook dit weet ik uit ervaring. Een voorwaarde hiervoor is wel dat de groep niet te groot moet zijn, maar ook dan kan het. Het enorme grote koor in mijn woonplaats vormt tal van subgroepjes en het wel en wee van elk koorlid staat “met toestemming” van degene in hun eigen zangclubblad. Op deze manier worden er bijvoorbeeld heel wat kaarten verstuurd naar het betreffende koorlid. Natuurlijk kan en wil niet iedereen lid zijn van dat koor of die kring, maar wanneer er zoveel mogelijk activiteiten/kringen georganiseerd worden, beslaat dit meestal een groot deel van de gemeente. Daarbij zijn het groepen en/of activiteiten waarvoor men zelf gekozen heeft, passend bij de levens-
stijl van een ieder, maar juist ook bij de geloofsidentiteit van een ieder. De vertrouwensrelatie die je opbouwt in zo’n groep kan een waarborg zijn voor het delen van elkaars wel en wee. Door dit onderlinge pastoraat duidelijker te benoemen en de verantwoordelijkheid te leggen bij de groep, kun je aan elk gemeentelid duidelijk maken: je bent in het omzien naar elkaar verantwoorde-
lijk voor elkaar. De leiding van elke groep zou dit a.h.w. op de agenda van hun bestuursvergadering/ hun organisatie kunnen zetten. Een praktijkvoorbeeld. In het aanloophuis De Groene Luiken te Vlaardingen, maak ik deel uit van een begeleidersgroep van vrijwilligers. Dat zijn er zo’n 60 in getal, soms behorend bij een kerk, soms ook niet, maar allemaal waardevolle mensen, die we hard nodig hebben om ons aanloophuis elke dag open te hebben. In totaal komen er per jaar zo’n 9700 bezoekers. Onze stelling is: wanneer we in het meeleven goed voor onze vrijwilligers zorgen, dan leven onze vrijwilligers goed mee met onze gasten in het aanloophuis! Op onze vergadering van begeleiders staat daarom vast op de agenda: wel en wee van de vrijwilligers. De vrijwilligers zorgen soms ook voor elkaar, maar wij als begeleiders houden een extra oogje in het zeil. We sturen een kaart als iemand een jubileum heeft of plegen een bezoekje als iemand ziek is. We gaan naar de begrafenis als iemand overlijdt (of van zijn/haar partner) en gaan ook thuis bij mensen langs. Soms wanneer wij zelf niet in staat zijn te helpen, vragen we - met toestemming van diegene die het betreft - de pastorale hulp in van een
predikant, verbonden aan het aanloophuis. Op deze manier zouden ook andere groepen “pastorale bearbeiding” van hun leden op hun programma kunnen zetten. Soms gaat dat vanzelf, maar als de wijkwerkgroepen of wel wijksecties wegvallen met hun pastorale zorg, dan zou dit een structuur kunnen zijn. De ANWB paal Wat nu als iemand nergens aan mee doet in een kring, club of zangkoor en toch lid is van de gemeente? Dan kan juist hiervoor een pastoraal team van nut zijn. Zij bezoeken juist die mensen, die geen ander lijntje hebben dan alleen de kaartenbak, om het zo plastisch mogelijk te verwoorden. Zij bezoeken degenen, die daarom vragen en zonodig n.a.v. een tip van anderen. Soms moet er juist een ander zijn, die je op weg helpt naar iemand toe. Via het schoolhek of via Albert Heijn, kom je soms ook veel te weten zei een pastoraal medewerkster mij en dat klopt. In de trainingen noem ik dat ook het AH pastoraat en vlak dat niet uit. In Vinex locaties zijn juist dat de locaties waar je mensen ontmoet, want daarnaast is het operatie “stofwolk”. ‘s Morgens stuift iedereen de wijk uit en ’s avonds komt iedereen weer met vaart de wijk in. Vroeger werd in de trainingen gewaarschuwd voor de roddellijn en nog steeds moeten we daarvoor uitkijken, maar soms moet je juist gebruik maken van bepaalde verbindingen en locaties. Dat doet mij denken aan de Disneyfilm 101 Dalmatiërs Vijftien dalmatiër puppies worden gestolen en de mensen roepen dan de officiële zoek- en hulplijnen in, zoals b.v. de politie. Dat blijkt niet te helpen en de honden starten dan de hondenblaflijn. Over heuvels en dalen start het geblaf en wordt het bericht verspreid, maar er komt ook antwoord terug! Dan helpen er verschillende dieren, andere honden, katten, paarden, koeien mee om deze hondjes terug te krijgen en ze redden er nog veel meer! Soms moet er een speciale lijn ingezet worden om daadwerkelijk tot raad en daad te kunnen komen. In het nadenken over het pastoraat in de toekomst in Schiedam Noord werd een voorbeeld ge-
noemd van het openstellen van de kerk voor anderhalf uur per ochtend, met aanwezigheid van een pastoraal werker. Via allerlei communicatiekanalen werd duidelijk gemaakt dat mensen dan op dat tijdstip kunnen bellen of langskomen. Daar is dan ook een facilitair bureau bij, mensen kunnen daar dan kopiëren voor hun groep etc. Zo laagdrempelig mogelijk. Feit blijft wel dat de mensen zelf moeten bellen of komen. Als het ware zelf naar de ANWB paal moeten lopen om pastorale aandacht te vragen. Daarna kan iemand van het pastoraal team op bezoek gaan. Het is meer van deze tijd, passend bij de postmoderne mens. Een voorwaarde is wel dat die kerk ook elke dag op hetzelfde tijdstip open moet zijn en dat er ook overal flyers zijn met wie, wat, waar en hoe voor het pastoraal bezoekwerk. In de meeste gevallen werkt het crisispastoraat in vele steden al vaak zo, maar dan wordt de predikant opgebeld. Je zou met zo’n ANWB paal functie het pastorale team een meer duidelijker gezicht kunnen geven. In dit pastorale team heeft de predikant een zeer duidelijke functie, maar dit alles is wel wijk/sectie overstijgend en niet territoriaal gericht! Wat blijft over? Nagedacht zou moeten worden hoe de kerk nog een functie kan hebben voor de buurt/ wijk of plaats op het gebied van meeleven met de buitenkerkelijken. De mensen die niet in de kaartenbak staan en dat zijn er steeds meer… De werkgroep Verbinding in Vlaardingen vormt één van de mogelijkheden als een antwoord hierop, maar ook het openstellen van het kerkgebouw als koffie-/lunchcafe en/of stiltecentrum, tweedehandskleding markt, boekenmarkt, zoals de nokki-beurs in de Nieuwe Oosterkerk in Vlaardingen kunnen antwoorden zijn op “Kerk zijn in de buurt”! Een andere mogelijkheid zou zijn een e-mail – pastoraat op te zetten met linken naar de website van de plaatselijke kerk Ik verheug mij op de creativiteit die nodig is om het ‘pastoraat’ ook in de toekomst levend te houden. Anja Bruijkers
con†act 3
PASTORAAT
WAT IS CONTEXTUEEL PASTORAAT?
Niemand is los verkrijgbaar
Z
o kun je het uitgangspunt van contextueel pastoraat verwoorden. Voor God staat een mens nooit alleen en dat is heel persoonlijk. De werkwijze van contextueel pastoraat is afgeleid van het werk van Ivan Boszormenyi-Nagy (kortweg: Nagy, spreek uit: Nodzj), een Hongaarse psychiater die in de Verenigde Staten woont. Hij werkte met families, soms met ernstige moeilijkheden, soms met minder grote problemen. Hem viel op, dat tussen familieleden vaak een verbinding bestaat die taaier is dan de moeilijkheden. Die verbinding noemde hij loyaliteit. Vooral tussen ouders en (volwassen) kinderen is loyaliteit merkbaar. Voor de goede verstaander tenminste, want vaak is de verbondenheid tamelijk bedekt of zelfs weggestopt.
Ontmoeting Nagy heeft naar eigen zeggen veel geleerd van de Joodse denker Martin Buber (1878-1965). Voor Buber is een goede relatie een ont-
moeting waarin de een de een blijft en de ander de ander. Geen versmelting. Je kunt zelfs zeggen: waarin de een en de ander beiden
zichzelf worden: twee verschillende mensen. Belangrijker dan de gevoelens van de een voor de ander – en misschien andersom –
Email in het pastoraat Sommige boeken blijken onbedoeld opeens ook een ander verhaal in zich te hebben. Zo ook met Ongelofelijk, boek over een doodzieke jongen in een Amerikaans ziekenhuis. Hoe leest een geestelijk verzorgen in eenNederlands ziekenhuis dit? Ds. Nico van Tellingen schreef een ontroerend en spiritueel boek over de tijd dat zijn zoon Maarten-Paul tussen leven en dood zweefde en weken in een aantal Amerikaanse ziekenhuizen was opgenomen. Een boek dat veel superlatieven verdient qua inhoud en stijl. Kortom een prachtig boek. Eén item wil ik er uitlichten: het gebruik van email door de ouders Nico en Annie, die bijna dag en nacht in het ziekenhuis aanwezig waren. Zij ondervonden veel steun van familie, vrienden en gemeenteleden die hen o.a. via email bemoedigden en nabij waren. Een goede manier om elkaar wederzijds te informeren. Email is niet meer weg te denken uit onze samenleving. Het blijkt een laagdrempelig communicatiemiddel te zijn. Men stuurt eerder een email dan een brief. Ook in het pastoraat kan email een goede mogelijkheid zijn om meeleven te tonen en ervaringen uit te wisselen. Na enig zoeken vond Nico van Tellingen in het Mount Sinai-ziekenhuis in Miami een punt waarop hij emails kon ontvangen en versturen. Dat was niet een vanzelfsprekende faciliteit. Vanuit de ervaringen van Nico en Annie is er voor te pleiten dat elk ziekenhuis voor patiënten en hun naaststaanden de mogelijkheid biedt om emails te ontvangen en te versturen. Die faciliteit lijkt mij minder noodzakelijk voor patiënten die kort zijn opgenomen en waarvan de familie in de buurt woont. Toch kan die behoefte ontstaan, waarschijnlijk eerder vanuit de partners en de familie dan vanuit de patiënt. Met name voor hen die vele uren onafgebroken aanwezig zijn bij een partner of familielid die in het ziekenhuis verblijft, kan het ontvangen en versturen van emails een welkome ondersteuning bieden. In een relatief klein streekziekenhuis zal het vaak gaan om ouders van kinderen die vele uren aanwezig zijn of familie die waakt bij een doodzieke patiënt. Het meest zal de behoefte gevoeld worden in grote ziekenhuizen waar mensen uit alle delen van het land voor een behandeling opgenomen worden en waar ook familie in de buurt van het ziekenhuis zijn intrek neemt. Email is een eigentijdse mogelijkheid die in het pastoraat en de geestelijke ondersteuning zijn waarde heeft.
Zorgvuldigheid Ik wil nog wel een kanttekening plaatsen bij het gebruik van email in het pastoraat. De laagdrempeligheid van de email maakt dat er vaak slordig gebruik gemaakt wordt van dit communicatiemiddel. De grote hoeveelheden emails die men verzendt en de vele taal- en spellingsfouten die men zich permitteert duiden op grote snelheid en vaak slordige onnadenkendheid. Als er iets is wat in het pastoraat vermeden dient te worden is het slordigheid en onnadenkendheid. Email in het pastoraat, zeker als het gaat om zieke en ontwortelde mensen vraagt dezelfde zorgvuldigheid als een bezoek en een brief. Als die zorgvuldigheid in acht wordt genomen is het een waardevol communicatiemiddel. Lammie Stel Dit artikel verscheen eerder in he tzomernummer van het tijdschrift ‘conTact’
is dat twee personen elkaar aanspreken, ook letterlijk. In die ontmoeting kan de een door de ander verrast worden. Anders gezegd: ik kan niet voorspellen wat de ander doet of zegt of hoe zij reageert. En daardoor ben ik ook zelf niet (meer) ‘voorgeprogrammeerd’. Maar hoe werkt dit tussen mensen die elkaar zo goed (denken te) kennen, dat (bijna) alles tussen hen voorspelbaar is geworden? De verhouding tussen ouders en kinderen is vaak getekend door loyaliteitsconflicten. Ook in veel andere verhoudingen is dit merkbaar. We hebben in ons leven met meerdere ‘anderen’ van doen. Dus we moeten vergelijken en keuzes maken. Niet gemakkelijk. Een mensenleven lang wordt er gevraagd om met (verschillende) anderen fair om te gaan, in geven en nemen en ontvangen. De werkwijze van Nagy geeft handvaten aan hulpverleners, bijvoorbeeld rond echtscheiding. Er zijn ook in Nederland inmiddels contextuele hulpverleners opgeleid. Maar het is niet altijd nodig om vanwege relationele verwikkelingen in therapie te gaan. En de opdracht van pastoraat is anders dan die van hulpverlening, namelijk: het bijstaan van mensen in het licht van de Woorden van Tenach en Evangelie. Mensen leven ‘van geslacht op geslacht’ èn ze zijn ieder een nieuw begin. Dat is meer dan een schakeltje in een ketting van generaties. Het bijbelboek Genesis getuigt ervan hoe het familiale leven onder kritiek staat, omwille van onderlinge rechtvaardigheid tussen die heel verschillende vrouwen en mannen die elkaar in een familie treffen, en omwille van recht doen aan mensen daarbuiten (‘de vreemdeling’), opdat er steeds een nieuw begin mogelijk is. Die kritische maar niet verwerpende benadering kenmerkt dit pastoraat. Veelzijdige partijdigheid is een sleutelwoord.
Cursussen Sinds een tiental jaren bestaan er cursussen contextueel pastoraat
voor predikanten, geestelijk verzorgers en pastoraal werkers (vooral gegeven op het theologisch seminarium Hydepark). Daarnaast zijn er steeds vaker regionaal of plaatselijk cursussen voor vrijwilligers en ambtsdragers. Wie kan hiermee (leren) werken? Vrouwen en mannen die nadenken over (verschillen tussen) ouders en kinderen, over de gevolgen (voor een kind) van hoe ouders met elkaar omgaan. Het belangrijkste is misschien wel: gevoel hebben voor die moeilijke klus die het grootbrengen van een nieuwe generatie was en is. Dat geldt uiteraard ook voor wie kinderloos is. Want het bijdragen aan een (meer) betrouwbare wereld voor komende geslachten, geldt voor ieder - naar vermogen. Samen met Aat van Rhijn - in herinnering, schreef ik hierover De context en de ander – Nagy herlezen in het spoor van Levinas met het oog op pastoraat. Toegankelijker is van ons De onvermoede derde – inleiding in contextueel pastoraat. Contextueel pastoraat rust ook toe voor specifieke gebieden. Zo verscheen van Rein Hoekstra: Oneindig loyaal - een contextuele kijk op de situatie van mensen die zorgen voor een ernstig belemmerd kind. Binnenkort verschijnt: Marianne Thans en Annet Lampe, Balans tussen werk en thuis – werkboek voor contextuele loopbaanbegeleiding. (Uitgaven van Meinema, Zoetermeer.) Contextuele Berichten Deze auteurs en anderen publiceren ook in het tijdschrift (vier afleveringen per jaar) dat wordt uitgegeven door NARRATIO met de Stichting Contextueel Pastoraat in Nederland: Contextuele Berichten (vier maal per jaar). Van harte aanbevolen voor ieder die in dit gedachtegoed belang stelt en van opleiding en studiedagen e.d. op de hoogte wil blijven. Hanneke Meulink-Korf
4 con†act
PASTORAAT
Bidden in het pastoraat
D
e gebedsverlegenheid waar we in het pastoraat op stuiten is een complex verschijnsel. Hoe hierop reageren? Leren bidden is: Bidden van onderop. Bidden als ontmoeting met God vanuit een luisterend leven. Bidden is de ademhaling van het geloof: inademen en uitademen. Ik geef deze weg aan in drie stappen. De eerste stap: Bidden is tot jezelf komen, luisterend leven. Dat is openstaan voor wat op je toekomt, de vele stemmen in jezelf tot zwijgen laten komen, je concentreren, mediteren, stil zijn voor Gods aangezicht. Voor katholieken zijn deze woorden vanuit hun traditie meer herkenbaar dan voor protestanten. Ze herinneren aan de spirituele of mystieke weg. Die vraagt introspectie, oog krijgen voor de schaduwkanten van jezelf, je bewust worden hoe je in het leven staat. De christelijke traditie spreekt hier van zonde, dat is vervreemding. Het ziet op de vervreemding van de mens van God en zijn bedoelingen met ons leven. Bidden is tot jezelf komen, als de verloren zoon in een ver land, van wie we lezen: ‘Toen
kwam hij (Lc.15:17).
tot
zichzelf...’
Dat is goed voor mensen. In die zin heeft bidden ook een therapeutische werking. Ik noteer dat zonder problemen, wetend hoe dicht op het gebied van de geestelijke gezondheid zielzorg en therapie bij elkaar liggen. Bidden betekent opnieuw met jezelf in contact komen, in het reine komen. Want wat baat het een mens als hij heel de wereld wint, maar schade lijdt aan zijn ziel (Matth.16:26)? Zo komen we in onszelf de vruchten van de Geest op het spoor: liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtmoedigheid, zelfbeheersing (Gal.5:22). Daaruit reeds blijkt dat ik niet met mijzelf alleen ben, maar dat Gods heilzame aanwezigheid heel mijn leven doortrekt. De tweede stap, want als vanzelf gaan we verder: Bidden is de ander in je leven betrekken. Hoe zou het anders kunnen? Dit mediterend inademen leert ons met andere ogen om ons heen te kijken. Niet naar de ander, maar vanuit de ander. Vanuit zijn verdriet, haar zorg. Niet van buitenaf, beoordelend, maar van binnenuit, aanvaardend. Waar de ander bidt
om herkenning, mogen wij God helpen dit gebed te verhoren. Het gebed zelf is volop medemenselijkheid. Bidden kan niet zijn een voorkeursbehandeling vragen voor jezelf. Waarom zou God mij moeten helpen en een ander niet? Bidden vraagt solidariteit. ‘Wij’ zeggen in plaats van ‘ik’. Dat ligt al besloten in het ‘Onze’ Vader. Oog hebben voor mensen is geëngageerd raken in het lijden van de wereld. Zo rest nog slechts één, de derde, stap: Vanuit dit luisterend leven wordt de roep tot God geboren. Kyrieleis! Heer ontferm u. Ik zou overspoeld worden door de nood van de wereld, als er niet iemand was om mijn ‘waaroms’ mee te delen. Ons verlangen naar heil, ons strijden voor vrede, ons hunkeren naar gerechtigheid, ons zuchten met alle creatuur, wordt gearticuleerd in een roep tot God, in de kader van zijn Rijk. Immers, al biddend wordt een mens zich bewust, hoezeer hij zelf medesubject is van de geschiedenis en ook hoe begrensd onze krachten en mogelijkheden zijn. Bidden is het leven delen met Hem, die de verdrukten recht verschaft, die de hongerigen brood geeft, gevangenen bevrijdt, gebogenen opricht, vreemdelingen be-
hoedt, wees en weduwe staande houdt (Ps.146). Hier spreekt het referentiekader van het christelijk geloof, de psalmen, de verhalen waarmee ik van kindsaf ben opgegroeid. Zo groeien ook verzet en overgave. Al biddend voel ik mij gedragen. Hier bereikt ook een pastorale theologie haar grens en blijft cirkelen rond een geheim. Projectie, verbeelding? Ik houd het erop, dat de mens daarom Beeld Gods heet (Gen.1:27), dat hij als schepsel een persoonlijke relatie heeft tot zijn Schepper. Gerben Heitink
(Uit: Tussen zeggen en zwijgen. Grondwoorden in het geloofsgesprek. Kampen (Kok) 2003 (2de herziene en uitgebreide druk).
Psalmen in het pastoraat
V
eel mensen hebben wel een of meer psalmen of psalmfragmenten die voor hen van betekenis zijn. Wie werkzaam is in het pastoraat heeft misschien wel voor zichzelf een paar psalmen in het achterhoofd die je zou kunnen gebruiken om een pastoraal gesprek af te sluiten. Toch staan er ook nogal wat psalmen in de bijbel waarmee we moeite hebben. In sommige van deze liederen wordt God gebeden de vijand die de psalmist belaagt en achtervolgt om te brengen of definitief tot zwijgen te brengen. Geen gemakkelijke gebeden! Zulke psalmen riepen bij mij nogal wat vragen op, en ik sta daarin niet alleen. Een zo’n vraag is hoe de psalmist in één adem zijn vertrouwen op God kan uitspreken èn om de dood van zijn vijanden smeken. Een andere vraag die me als pastor bezig hield was of en hoe je zulke psalmen in het pastoraat gebruiken kan. Met deze vragen heb ik een promotie-onderzoek gedaan. De “moeilijke” psalmen Hoe meer ik me verdiepte in een paar van die lastige psalmen, hoe meer mij duidelijk werd hoe psalmisten mensen van vlees en bloed zijn geweest. Echte mensen met hun diep vertrouwen op God, maar ook met hun vragen. Door wat de vijanden doen en laten (en zeggen!) voelt de psalmist zijn leven
bedreigd. Hij is zich zelf niet meer. Daar komt bij dat de vijand ook het godsvertrouwen van de bidder raakt. De psalmist dreigt God kwijt te raken. Deze ervaringen roepen zoveel emoties op dat hij als enige uitweg een gebed ziet. Hij neemt niet het recht in eigen hand, hij reageert niet agressief, maar bidt. God is het laatste adres, maar ook het enige, de Vertrouwde tegen wie alles in gebed genoemd kan worden. Zijn levenservaring heeft de psalmist geleerd dat je bij God alles kwijt kan: vertrouwen en woede, intimiteit en wraak.
Gedeelde ervaringen Is dat nu zo ver bij ons vandaan? Ook nu treffen we in het pastoraat mensen die vreselijke dingen hebben meegemaakt. Mensen die zichzelf niet meer terugkennen, hun geloof zien wankelen. Bidden? Het lukt soms niet meer. Het is alsof je tegen een muur praat, zeggen ze. De “moeilijke” psalmen laten ons zien hoe gelovigen van lang geleden evenals mensen van onze tijd worstelden met heftige emoties. Het is, zo blijkt, niet vreemd om God als een verborgen God te ervaren. Het is niet verkeerd om je woede bij God neer te leggen.
Een derde stem Onder pastores en andere mensen die in het pastoraat werken bestaat een zekere verlegenheid om de bijbel ter sprake te brengen in een gesprek. Zo raakte de bijbel wel eens buiten beeld. Ik pleit in mijn boek ervoor de bijbel mee te laten doen in het gesprek. We kunnen de psalmist als het ware laten mee spreken als een derde stem, die nu eens verwoordt wat pastoranten meemaken, dan weer een tegenstem is voor hen. Een stem die weet wat woede en twijfel is, maar ook weet van vertrouwen, hoe dan ook. Het is mogelijk om op die manier zowel de Schrift als de pastorant recht te doen. Dat vraagt van de pastor een houding van respect voor zijn andere gesprekspartners, die beide hun ervaringen en hun relatie met God meebrengen in het gesprek. Psalmtekst en het levensverhaal werken op elkaar in in een proces dat kan bijdragen aan het vinden van samenhang en zin in een verhaal dat vastgelopen is. Conny Aalbersberg-van Loon
Begin 2004 verschijnt bij het RDC Overijssel/ Flevoland een brochure die is gebaseerd op haarboek - De derde stem en de vierde Stem. Een onderzoek naar het functioneren van Ps.31 en 139 in het pastoraat. en een kleine cursus biedt om vrijwilligers in het pastoraat toe te rusten op de bovengenoemde manier van werken met de bijbel.
Pastorale literatuur Joke Verweerd is schrijfster van verhalenbundels en romans. Recent verscheen van haar hand de verhalenbundel Binnenstebuiten. Een fragment: “Toen ik eenmaal ging opletten, was er veel meer dat niet tot haar doordrong of wat niet landde. Dingen die ze jaren had gedaan wist ze niet meer. Eigenschappen die bij haar hoorden raakte ze kwijt. Lieve gewoonten veranderden. Ze werd afstandelijk, humeurig en vreemd. Geloof me, het duurt lang voor dat je dat ziet als echtgenoot, je ben zo geneigd om overal een excuus voor te zoeken. Je weigert te beseffen dat er iets gruwelijk mis is, voorgoed en onomkeerbaar voortschrijdend. Altzheimer is het woord. Je wilt het niet en je houdt het niet tegen.” Een vraag: Veel van je boeken hebben een pastorale ondertoon, merk ik al lezend. Heb je ook pastorale vrijwilligers in gedachten als je schrijft? Nee, die kan ik er niet bij hebben in mijn hoofd. Dat hoofd heeft namelijk al twee werelden, de reële werkelijkheid en de fictieve. Wel ben ik me bij het schrijven altijd bewust dat mijn werk herkenbaar moet zijn en mededogen moet oproepen. Ik vind de moderne literatuur veelal erg meedogenloos, dat zet de samenleving in een schril en luguber licht. Ergens in mijn werk moet de liefde of de warmte van betrokkenheid zitten. Dat houdt de schepping Gods schepping. Ik weet wel dat er veel mis loopt in mensenlevens, maar zolang de wereld bestaat moet er iets van God te vinden zijn, in een gebeurtenis, in een ervaring, in een ontmoeting met een medemens. Schrijven is speuren en dichterbij komen, ik peuter aan mijn fictieve mensen om te zoeken waar die betrokkenheid bij hen zit. En ik koester het als ik het vind. Dat levert herkenbare mensen op maar ook karakters die diepte hebben, waarin naast verzet en eigenliefde ook ontferming en offerbereidheid te vinden is. Zo kom ik, zonder dat ik dat specifiek beoog, tot pastorale momenten, die lezers kunnen oppikken en verwerken in hun eigen bestaan.
con†act 5
PASTORAAT
De pastor is een vrouw Onder deze titel schreef Ans Kits een boek over vrouwelijke pastores in de r.k.-kerk. Over vrouwen dus die – theologisch en pastoraal hoog opgeleid- een betaalde functie hebben in de vele vormen van pastoraat van A arbeidspastoraat tot Z ziekenhuispastoraat. Veertig van die vrouwen interviewde zij heel uitgebreid en tien van die interviews werkte ze om tot een portret, met citaten uit de andere gesprekken.
D
e portretten en de citaten, laten zien met hoeveel toewijding, inzet, geloof, hoop en vertrouwen vrouwelijke pastores hun werk doen. Hoe ze geven, maar ook ontvangen en genieten van hun werk. Zo vertelt een parochiepastor: ‘Bij de doop van een kindje was ook de overgrootvader aanwezig. Na de doop nam hij het kindje in zijn armen en vroeg om de microfoon. En toen zei hij: ‘Ik heb me de laatste jaren vaak afgevraagd of er nog iets van kerk zou zijn voor mijn kleinkinderen en achterkleinkinderen en ik wist dat niet zo goed, maar nu weet ik het wel: onze kerk heeft toekomst met vrouwen als pastor!’ Toch ‘lijden’ vrouwen soms ook behoorlijk aan hun werk en dat ontstaat vaak door opmerkingen en maatregelen van bovenaf, van de bisschoppen dus en van maatregelen uit Rome. Maar ook de mensen waarmee ze te maken hebben kunnen soms keihard zijn en dan gaat het om mannen, maar ook opvallend vaak om vrouwen en collega’s. En van met name de collega’s is dat moeilijk te accepteren en verwerken. Eén van de vrouwen zegt: ‘Ik was voorbereid op alles! Op mensen die me zouden afwijzen, op roddelpraat, op boze brieven naar het bisdom, maar dat de collega’s die me notabene zelf hadden binnengehaald zó moeilijk zouden doen: daar had ik niet op gerekend en daar kon ik ook helemaal niet mee omgaan.’
Slecht voorbereid En alhoewel de tien portreten het hart van het boek vormen, vind ik juist daarom hoofdstuk vier eigenlijk nog belangrijker! Daaraan werkten een vijftal vrouwen mee met wie het niet zo goed is gegaan. Hun ervaringen zijn triest en soms ook heel onthutsend. Om maar een voorbeeld dat een van hen vertelde te noemen: ‘De school in mijn wijk, die eens in de twee maanden de gezinsviering in de kerk mee voorbereidde, vroeg of ik dat in het vervolg met hen wilde doen. De kinderen zagen me immers regelmatig op school. En of ik dan ook voor wilde gaan in de dienst. Ze brachten het uiterst tactisch en vriendelijk, maar mijn priestercollega reageerde daarop met: ‘Nee, ik laat me door haar de kinderen niet afpakken!’ Daaruit wordt duidelijk dat de komst van vrouwelijke pastores heel slecht voorbereid is op alle fronten. En van dat hoofdstuk kunnen bisdommen, opleidingen, besturen, pastores én vrijwilligers leren wat ze moeten doen om het goed te laten gaan met een vrouwelijke
pastor. Want – ook ruim vijfentwintig jaar na de eerste benoemingen – loopt het nog regelmatig fout als de komst van een vrouwelijke pastor niet goed voorbereid en begeleid wordt. Dat levert niet alleen veel persoonlijk leed op, maar het brengt ook schade toe aan pastoraat en kerk. En mocht er onverhoopt toch echt iets fout zijn gegaan, dan worden suggesties gedaan om daar op een goede manier mee om te gaan en de schade zo veel mogelijk te beperken. Hoofdstuk drie van het boek geeft een korte reflectie op de portretten en de overige interviews. Daarin gaat het over de visie van vrouwen op pastoraat, over roeping en beroep, vrouwenpastoraat, het zelfbeeld van vrouwelijke pastores, de samenwerking met collega’s, het eigene van vrouwelijke pastores. En het gaat over wijding, zending en bevestiging, over spiritualiteit, gebed en bezinning. Soms zijn er geen duidelijke verschillen met mannelijke pastores te benoemen, op andere momenten zijn die er heel duidelijk! Mochten sommige jonge vrouwelijke pastores denken dat zij nog maar aan het begin van de weg staan, als ze het verhaal van Corrie Nelis, een van de eerste vrouwelijke pastores, gelezen hebben zullen ze ontdekken dat er al heel wat pionierswerk door hun eerdere collega’s is verricht.
Niet alleen voor vrouwen Ik vrees dat het boek vooral door vrouwen gelezen is en gelezen wordt en dat vind ik heel jammer, want daarvoor alléén heb ik het niet gemaakt! Hoe komt dat? Omdat het boek door een vrouw geschreven is en het alleen over vrouwen gaat? Ik heb het angstige vermoeden dat dat zo is. Gerard Zuidberg, een invloedrijk parochiepriester, schreef een jaar eerder een boek over ‘De God van de pastor’. Hij interviewde voornamelijk mannelijke pastores waaronder veel priesters. Aan dat boek werden hele studiedagen besteed, ook op bisdommelijk niveau en overal verschenen recensies. Mijn boek werd in een aantal bisdombladen niet eens genoemd. Het bisdomblad van Haarlem weigerde bijvoorbeeld een recensie en die kwam er ook niet toen ik daar de directeur van het DPC op aansprak. Pas meer dan anderhalf jaar later schreef Joke Forceville-van Rossum een leuke recensie toen ze op een andere manier kennis had genomen van het boek. Onlangs verscheen er opnieuw een boek over pastores (mannelijke en vrouwelijke) geschreven door drie docenten van de Katholieke Universiteit Utrecht. De directeur
van het DPC Haarlem schreef daarover persoonlijk een recensie…..
Reacties Gelukkig zijn er ook heel veel goede en positieve reacties. Ik vind het vooral erg leuk om voor vrouwenorganisaties over het boek te vertellen. En misschien is de mooiste reactie wel de volgende: Frans Haarsma, (emeritus hoogleraar pastoraaltheologie) was een van mijn adviseurs en hij vertelde me dat een collega hoogleraar hem gebeld had over het boek van Gerard Zuidberg. Hij maakte zich wat zorgen over het geloof van de geïnterviewde pastores en de toekomst van de kerk. Haarsma adviseerde hem toen mijn boek te lezen waarop de hoogleraar terugbelde en zei: ‘Ik ben weer wat gerustgesteld. Die vrouwen doen het veel beter!’ Ans Kits
Een van de tekeningen van Sophia Reussien uit het boek naar aanleiding van de vraag: ‘Een priester noemt men ook wel eens een ‘man Gods’. Waar denk jij aan als het om vrouwelijke pastores, om jouzelf gaat?’
Aandacht
‘...Al wie door hem bevrijd uit ongastvrije streken naar huis werd heengeleid zal van zijn liefde spreken.’
Dat was het intochtslied! Twee jaar geleden waren ze vertrokken naar een rustiek dorpje met in het midden een lief kerkje. Maar ze voelden zich er niet echt thuis en ook niet echt geaccepteerd; ze bleven allochthonen. En nu zaten ze na de verhuizing terug naar hun eigen stad, weer in hun wijkkerk bij hun eigen dominee, die ook een goede vriend was en zongen de psalm. Ze keken elkaar aan en lachten. Na de dienst vertelden ze de pastor hoe toepasselijk dit lied hun voorkwam. Hij grijnsde breed: “Da’s pastorale aandacht hè.” Natuurlijk had de dominee zoals gewoonlijk zijn liedkeuze aangepast aan lezingen van wat pastoraat is. Om te beginnen: pastoraat is meer dan een ziekenbezoekje of een bloemetje voor een vijfenzeventigplusser. Pastoraat gaat door alle kerkwerk heen. Voor de predikant betekent dit: in gebed, in de preek, in een lied, zonder iets te zeggen kan hebben. Voor de kerkeraadsleden en de bezoekersgroep: ook de gezinsleden van een zieke niet vergeten, een kaartje of telefoontje is soms genoeg. Het catecheseteam en de leiding van de kindernevendienst moeten zich misschien eens afvragen waarom dat ene kind zo stil en teruggetrokken of juist zo rebels is. Wordt het gepest, is er thuis iets mis? En voor heel de gemeente geldt: ook de dominee kan het soms moeilijk hebben! Wat het verhaaltje ook illustreert is dat in de kerk, die toch een uiterst serieuze instelling is, de humor niet mag ontbreken. Humor relativeert, humor kan soms een probleem wat minder zwaar doen lijken. Pastoraat is aandacht, dat houdt in: ogen en oren open, mond heel vaak liever dicht. Kerk op de Korrel bevat een aantal pastorale ervaringen, sommige om met een lach, andere om met een traan te lezen, alle met een historische kern, maar vrij naverteld. Wellicht een aardig vademecum voor beginners in het pastoraat. En voor jeugdwerkers: Misschien is een verhaal, zoals mijn ‘Waar ben ik?’, waar Nette worstelt met het probleem van een alcoholverslaafde moeder, voor dat ene kind aanleiding om ook met haar of zijn pijn naar buiten te komen. Mies Westera-Frank
6 con†act
PASTORAAT
Orpheusrelaties Een moeilijk woord voor een ingewikkelde verhouding. Een man/ vrouw-relatie die stukloopt op innige homoseksuele gevoelens. Een kind dat geconfronteerd wordt met outcoming van één van de ouders. Een gesprek met ds. Anèt Saal, pastor Vrijzinnige Geloofsgemeenschap NPB Gehuwd met een hetero en homoseksuele gevoelens hebben, kan dat? Ja, dat kan, en het komt veel vaker voor dan velen aannemen. Ook in onze tijd, en ondanks het idee dat er heel veel mogelijk is, ondanks het homohuwelijk. Je schreef er een boek over, wie komen aan het woord? Twintig mensen die in een he(tero)-ho(mo)-relatie leven, hetzij als partner, hetzij als volwassen kind. Via diepte-interviews heb ik een beeld geschetst van mogelijkheden en valkuilen in deze ‘Orpheus’relaties. Ruim de helft van de geïnterviewden leefde op het moment van het interview (late jaren ‘80) niet meer met elkaar samen. In 2002 heb ik een aantal van hen opnieuw gesproken en hun gevraagd hoe hun leven verder is gegaan. Toen ontmoette ik ook een ‘ander’ gezin waarvan de (homo)-vader uitgebreid aan het woord komt. Wat gebeurt er in een he-ho-relatie? De homo-partner is -wat betreft intimteit- in wezen niet op de hetero-partner gericht. Wanneer de hetero dit niet weet, wordt het geheim vaak massiever. Verliefdheid op iemand van het eigen geslacht, obsessies, schuldgevoelens naar de partner en naar eventuele kinderen gaan het leven beheersen. En... het verlangen om die lokkende wereld eindelijk te verkennen. Daarmee trekt de relatie nu echt ‘scheef’. Een rampscenario voor de heteropartner, vrijer worden voor de homo-partner. Hoe gaat dit verder? Kan homoseksualiteit binnen een heterohuwelijk een plaats krijgen? De kracht van veel Orpheusrelaties zit in grote kameraadschap tussen beide partners. Zal dat voldoende blijken? Wat moeten de kinderen over homoseksualiteit weten, hoe, en wanneer? Waarom trouwen mensen met homoseksuele of lesbische gevoelens eigenlijk met een heteropartner? Daar kunnen enkele redenenvoor zijn: homo’s en lesbo’s kennen soms weinig aantrekkelijke voorbeelden waarin samenleven anders vorm gegeven wordt dan in een manvrouw-(kind)-model; of de homoseksuele/lesbische gevoelens zijn (nog) niet manifest, worden weggestopt of gebagatelliseerd; of er bestaat een grote behoefte ‘erbij’ te horen, geaccepteerd te worden, geen ‘gedoe’ te hebben, een gezin te vormen. Een homo is nog vaak een buitenbeentje. Waarom schreef je dit boekje? Oorspronkelijk als verwerking van mijn eigen ingewikkelde huwelijk; daarnaast als handreiking voor gespreksgroepen binnen Orpheus.Ten slotte werd me in dit millennium recentelijk gevraagd om het uit te geven, omdat de onwetendheid wat betreft he-ho-relaties nog steeds groot is. ‘Misschien groeit er wat moois uit’ gaat over Orpheus-relaties, vooral gezien vanuit de hetero-partner. He-ho-relaties zijn ingewikkeld, en blijven als tweerelatie (in onze cultuur!) meestal niet bestaan, maar kunnen toch ‘wat moois’ opleveren.
Over homoseksualiteit en geloof is het tijdschrift ‘Vroom& Vrolijk’, dat vier keer per jaar informeert hoe homo’s en lesbo’s met hun geloof omgaan, vieringen organiseren en hulpverlenen aan christenen en moslims die met zichzelf, hun geloofsbeleving of hun omgeving in de knoei raken. Informatie: www.lkp-lesbo-homo-en-kerk.org
De christen en een depressie Een christen kan het moeilijk hebben met een depressie omdat hij zich soms niet alleen verlaten voelt door mensen, maar ook door God. Omdat hij zich van God verlaten voelt en in deze periode weinig steun aan zijn geloof ervaart, kan hij er vaak ook niet toe komen oprecht de bijbel te lezen en te bidden. En dat op een moment dat anderen (pastores, leken, vrijwilligers) zeggen: “Je moet bidden, God kan je immers verlossen van je depressiviteit”. Omdat je dat juist op dit moment niet kunt opbrengen, kan er een schuldgevoel ontstaan waardoor de depressieve gevoelens zullen toenemen. De vraag kan boven komen: ‘Wat is er mis in mijn relatie met God? Is mijn geloof in Hem wel echt geweest?’ Hoewel deze vraag begrijpelijk is, is deze niet terecht. Het gevoel van verlatenheid is een gevolg van je depressieve toestand. Door de depressiviteit kan alles anders beleefd worden, niet alleen in de relatie tot de mensen in je directe omgeving, maar ook in je relatie tot God. Tijdens een depressie is je geest zo verward dat je niet in staat bent de dingen in hun juiste proporties te zien. Tegen beter weten in maak je in zo’n periode ook verwijten naar
mensen die je lief en dierbaar zijn in je directe omgeving. Bij een diepe neerslachtigheid wordt vrijwel alles negatief ervaren. De toekomst lijkt somber en niet meer de moeite waard. In zo’n periode is het daarom soms onvermijdelijk dat het geloof je –tijdelijk- ook niets meer zegt. Het besef dat je aan je geloof niets meer denkt te hebben, kan je in een volslagen isolement plaatsen. Dat kan ook versterkt worden door de houding van anderen christenen die je zeggen: “Nu komt het erop aan of je wel echt gelooft, nu kun je anderen laten zien dat je toch iets hebt waaraan je je kunt vastklampen”. Goedbedoeld (?) maar getuigend van weinig pastoraal inzicht kan de opmerking zijn: “Hoe kun jij nu zo depressief zijn als je gelovig bent, waar is je vertrouwen op God?” Het geloof kan mensen troost geven, het kan mensen op de knieën krijgen, maar ook in uiterste wanhoop de vuisten doen ballen. In gesprekken met mensen die depressief zijn zal de pastor, de vrijwilliger nooit te snel met het geloof als troost moeten komen. Als degene die depressieve gevoelens heeft op dat moment geen steun ervaart uit zijn geloof, kan het belas-
tend zijn als anderen daar te sterke nadruk opleggen. Dat betekent echter niet dat een gesprek over het geloof geen plaats mag hebben. Een christen mag beschikken over een kracht die zijn eigen kracht te boven gaat. Een christen mag leven in het besef van wat God in en door hem kan doen. Medechristenen zullen daarom ook nooit mogen nalaten de ander te wijzen op de genezende kracht van Gods liefde. Ze zullen echter wel moeten oppassen te snel en te algemeen opmerkingen in die richting te maken. Soms kun je maar beter zeggen: “God kent jou al zo lang en zo intensief, Hij zal jou nooit verlaten ook al kun je dat gevoel nu wel hebben”. Vaak is het voldoende te laten merken dat God ‘niet verlaat wat Zijn Hand begon’ en dan kan de opmerking: “Nu jij zelf niet meer kunt bidden, zal ik het voor jou doen” een grote bemoediging zijn voor de depressieve persoon. Vaak is het daardoor mogelijk om samen met de depressieve persoon te bidden. Over pastoraat gesproken! Ton Valkenburg schreef het boek: “Soms moet ik opeens huilen; over mensen met depressies”
con†act 7
PASTORAAT
Zorgvuldige aandacht
O
p bezoek gaan bij iemand, die nog maar korte tijd te leven heeft, is geen vanzelf-sprekend-heid. Het is geen vanzelfsprekenheid voor de bezoeker en ook niet voor de ernstig zieke. Allereerst is het niet voor de bezoeker: je kunt er tegen op zien. Je kunt bang zijn voor vragen die op je afkomen. Je weet niet of je welkom bent en wat ervan je verwacht wordt. Het is ook niet vanzelfsprekend voor de ernstig zieke. Bezoek ontvangen veel energie kosten. Veel kankerpatienten lijden aan een onderschatte vorm van moeheid Bezoek blijft al snel te lang Of er komen al snel teveel bezoekers op een dag. Er zijn veel mensen die onaangekondigd komen op een tijdstip die hen past . Veel mensen vinden het moeilijk om tegen bezoek te zeggen dat ze ze nu ongelegen komen. Een afspraak maken is heel vaak een goede zaak. Er zijn ook veel bezoekers die teveel over derden praten en over zaken die een zieke niet meer bezig houden. Vaak is er behoefte aan rustige en zorgvuldige aandacht. Aandacht voor wat de ander op dit moment bezighoudt. Soms is dat de moeite met het steeds afhankelijker worden, het verval van het lichaam, maar ook zaken als pijn, benauwdheid, moeilijk kunnen praten. Vaak is er verdriet om het afscheid moeten nemen van lieve mensen en de wens om nog een tijdje bij hen te zijn. Vragen naar het waar-
om en allerlei angsten kunnen een rol spelen die soms in dromen zich aandienen. “Ik zag mezelf in de kist liggen en dat maakte me bang,” zei een vrouw die overdag zei: “Ik vind steun in het geloof…” Het belangrijkste is dat al deze vragen uitgesproken en gedeeld kunnen worden. Een bezoeker die zorgvuldig en aandachtig is, kan worden tot een welkome veilige vreemde. Gaan sterven is komen in een onbekend gebied. Ik merk dat er ook behoefte is aan woorden en verhalen die herkenning en steun bieden. “Vooral de herkenning heeft me geholpen,” zei iemand naar aanleiding van mijn nieuwste boek “Voor de laatste tijd.” In het boekje; “Woorden in de stilte” heb ik gezocht naar woorden bij afscheids- momenten waarop het vinden van woorden moeilijk is. Ik heb deze boeken niet kunnen schrijven zonder elke dag weer te luisteren naar hen die weet krijgen van sterven en verlies. Marinus van den Berg Publiceerde o..m. Voor de laatste tijd, samenwerken aan een goede dood; Woorden in de stilte; Afscheid serieus nemen, allen Kok.
‘Ik zal nooit de dag vergeten waarop mijn moeder mij kwam halen om voor een aantal weken thuis te komen rusten. Op mijn billen liet ik mij van de kale trap glijden. Als een bejaarde verliet ik het studentenhuis waar ik met vijf leeftijdgenoten woonde. Mijn moeder startte de auto. We keken elkaar aan. En dachten hetzelfde: zal ik hier ooit nog terugkomen?’ Dit citaat staat op de flaptekst van mijn boek Wie weet morgen. Het is maar goed dat we op dat moment niet wisten dat ik door de ziekte ME elf jaar later nog steeds vriendjes met mijn bed zou moeten zijn. Al die jaren probeerde ik het evenwicht in mezelf te bewaren en me verbonden te blijven voelen met God en mensen. Gaandeweg ontdekte ik dat daar waar ziek en gezond elkaar durven te ontmoeten de wereld pas echt gezond is. Dat ik door loslaten opnieuw vorm kon geven. Met een Minimum aan Energie nog altijd volop kon leven. Ik hoop van harte dat lotgenoten en mensen die om hen heen staan zich in mijn verhaal zullen herkennen. Maar heb mijn boek ook voor hen die leven in die zo totaal andere wereld geschreven. Ook gezonde mensen moeten elke dag
Contact
opnieuw keuzes maken. Worden net als ik met botte opmerkingen geconfronteerd. Dat ik er daarnaast mensen die werken in het pastoraat mee bereik is mijn hartenwens. De steun van pastores en gemeenteleden van de kerk was en is voor mij onmisbaar. Waar veel mensen zeiden: ‘Ach, de ander bedoelde het goed, zeiden predikanten: ‘Wat goedbedoeld, stuitend zul je bedoelen.’ Hij en zij stonden en staan als een ware bondgenoot achter mij. Het maakte dat ik in contact bleef met mezelf. Daardoor hield
ik het vertrouwen in God en mensen. En in de kerk, waar soms net als in de maatschappij vaker over me dan met me gepraat wordt. Een kaartje. Een e-mailtje. Een diepgaand gesprek. Het lijkt zo klein. Maar het is onbeschrijflijk kostbaar. Ik kon er weer mee verder, op weg naar wie weet morgen. Geen mens kan zonder een echte ontmoeting. Geen mens kan zonder contact. Christine van Reeuwijk
“De steun van pastores en gemeenteleden van de kerk was en is voor mij onmisbaar”. INSPIRATIE VOOR MENSEN DIE DOOR DE DIEPTE GAAN
“Soms krijg je vleugels“ “Als jij het zegt, klinkt het anders; je weet waarover je spreekt, je hebt het zelf meegemaakt.” Dit hoor ik regelmatig mensen om me heen zeggen. Daarom ben ik achteraf heel blij en dankbaar dat ik aan het sterke aandringen om een boekje hierover te schrijven, gehoor heb gegeven. In alle herkenbaarheid een handreiking als pastor è n patiënt (maagkanker). Met de hoopvolle titel “Soms krijg je vleugels”. Kennelijk blijkt het in een duidelijke behoefte te voorzien; want binnen een jaar na het verschijnen was zelfs een derde druk nodig. Dit boekje heb ik niet alleen bedoeld voor mensen in vleugellam-geslagen omstandigheden. Maar ook voor familieleden die uiteraard sterk met hen verbonden zijn, en zeker niet in de laatste plaats voor degenen die hen pastoraal en sociaal begeleiden, met name zij die dit als vrijwilligers doen. Wil je echt pastoraat kunnen geven aan mensen die door de diepte gaan, dan moet je met hen méé door dat dal trekken. Het is mij steeds duidelijker geworden dat van vitaal belang zijn: je e i g e n innerlijke, spirituele instelling - èn de mentale, geestelijke steun van anderen om je heen. Zoals wij onze fysieke krachten op peil houden door gezonde voeding en - als het nodig is - door medicijnen, kuren e.d. (in mijn geval heb ik veel baat bij het dr. Houtsmuller-diëet), zo hebben we ook mentaal steeds versterking nodig. Die twee kanten van ons leven beïnvloeden elkaar zelfs heel duidelijk. De mens is een eenheid van lichaam en geest. Terecht staat er in Spreuken 18 : 14 “Geestkracht houdt een mens staande in het lijden“ . Elkaar over en weer die support geven, is onmisbaar: want alleen red je het niet. Zo wordt het bovendien een teken van de ultieme hulp van de Heer. In mijn boekje wil ik mijn ervaringen delen met de lezers. Ik heb getracht die in een ruime schakering op papier te zetten: mijn geloofsbeleving georiënteerd aan bijbelwoorden, afgewisseld met persoonlijke ziekteervaringen, gebeden en gedichten. In de overdenkingen komen aan de orde vragen als: “Komt het kwaad van God?”, “Heeft het lijden een bedoeling?”, “Is wat er geschiedt, de wil van God?” e.d. Niet dat daar altijd pasklare antwoorden voor zijn; niets is irritanter dan goedkope antwoorden en schijn-oplossingen, wanneer je het zo moeilijk hebt; dan liever geen respons, want uit andere bemoedigende bijbelwoorden vond ik dan zelf toch wel weer genoeg houvast om verder te kunnen. Pastorale begeleiders kunnen vooral wat hebben aan hoofdstukken als “Maar géén antwoord”, “Oren gevraagd”, “De naaste omstanders” e.d. De gebeden en de gedichten kunnen, als herkenbare belevingen, met of voor anderen gebruikt worden. Sámen kun je uit de diepte weer wat omhoog trekken. Dick N. Verschoor
8 con†act
PASTORAAT
Klein verdriet, groot verdriet
I
s rouwen bij kinderen en jongeren zo anders dan bij volwassenen? Wanneer ik lezingen geef of met mensen werk in een workshop of training komt steevast het moment dat iemand roept: ‘Maar dat heb ik ook, dat is niet alleen bij kinderen zo!’ Er zijn inderdaad misschien wel meer overeenkomsten dan verschillen wanneer we rouwen bij kinderen en volwassenen vergelijken. Toch is het belangrijk om enig onderscheid te maken.
Kinderen Kinderen zijn volwassenen in spe maar ze zijn nog volop in ontwikkeling. Daarom zijn er verschillen in de manier waarop ze met hun gevoelens omgaan, ze kunnen die bijvoorbeeld nog niet goed onderscheiden en benoemen. Hun denken is nog niet volledig ontwikkeld waardoor ze dingen soms anders begrijpen of zelfs niet begrijpen. Als voorbeeld: een vierjarige weet nog niet dat dood betekent dat iemand nooit meer terugkomt. Zijn referentiekader is het spelen waarbij een vriendje dood neervalt om even later weer op te staan. Ze zijn in eerste instantie dan ook vaak niet zo geschokt door de dood, het zal wel weer overgaan is hun gedachte. Hun ervaring is nog niet groot en dat betekent dat volwassenen de gebeurtenissen goed moeten voorbereiden met hen en dat de informatie moet plaatsvinden vanuit de zienswijze van de kinderen. Dat valt nog niet mee omdat wij veel dingen al zo gewoon vinden dat we ze vergeten te vertellen aan kinderen. Tot slot gedrag. Kinderen uiten hun verdriet vaak via gedrag. Ze worden lastiger of juist veel liever. Ze kunnen aanhankelijker worden, verlatingsangst krijgen en slaapproblemen. Wat ze met hun mond niet kunnen zeggen, zegt hun lichaam: buikpijn, hoofdpijn enz. Wat kinderen nodig hebben om te kunnen rouwen is informatie, niet buitengesloten worden, zoveel mogelijk een rol krijgen zodat ze zich betrokken voelen en steun van mensen om hen heen. Op de website www.in-de-wolken.nl (zie ook pag. 12) zijn brochures te vinden om kinderen te informeren en herinneringsboeken om hen te helpen bij de verwerking.
Jongeren In de beperkte ruimte die ik krijg, kan ik niet zoveel zeggen over jongeren. Voor wie geïnteresseerd is, lees mijn proefschrift ‘Verhalen van rouw’ of het boek dat in 2004 uitkomt bij Kok Kampen ‘Mijn troostende ik’. Bij jongeren vechten de puberteit en het rouwen om voorrang. Daarom hebben jongeren het extra zwaar. Omdat ze niet willen afwijken verbergen ze hun rouw waardoor het lijkt alsof er niks aan de hand is, maar de binnenkant is anders. Ook zijn ze geneigd hun ouder(s) te beschermen waardoor het thuis vaak moeilijk is om te praten over het verlies. Ook zij zijn geholpen met informatie, betrokkenheid en steun van de mensen om hen heen. Het boekje ‘Wie ben ik zonder jou’ is vaak een hulpmiddel evenals het werk- en herinneringsboek ‘Naar een nieuwe horizon’.
En wij, volwassenen? Wij zijn geneigd om jonge mensen te beschermen tegen de boze buitenwereld. Liever hebben we zelf pijn dan dat we jonge mensen zien lijden. Wanneer kinderen en jongeren met verlies te maken krijgen, proberen we de informatie een beetje te verzachten (Opa slaapt voor altijd) maar daar zijn ze niet mee geholpen. Kinderen en jongeren hebben recht op de juiste informatie in woorden die voor hen geschikt zijn maar die niet verhullend zijn. Dat is geen makkelijke opgave en toch is het de beste manier. Dr. Riet J. M. Fiddelaers-Jaspers
Om mensen die te maken hebben met rouwende kinderen en jongeren te informeren en te ondersteunen is In de Wolken ontstaan. (zie pag. 12)
de Liefde en de Dood Door het overlijden van mijn moeder werd ik nu eens niet beroepshalve, maar in het persoonlijke vlak opnieuw, na vele jaren, geconfronteerd met de dood. Mijn moeder was 87, maar ik merkte dat ouderdom de intensiteit van de beleving niet doet afnemen. Juist bewuster, dieper onderging ik haar stervensproces dan toen, veel jonger nog, mijn vader overleed. Maar ook ánders: ik merkte dat ik zelf gerijpt was door veel omgang met de dood, zowel in de persoonlijke sfeer als in het pastoraat. Ik merkte ook dat de dood mij veel minder angst inboezemde dan destijds. Ook was mijn perspectief breder geworden en heeft mijn geloof zich verdiept: ik heb de mystici gelezen en ook de rijkdommen in andere godsdiensten leren kennen. Maar wat ik vooral anders heb ervaren: ik heb oog gekregen voor de mooie, de lichte kant van de dood. Voor de vrede, die van een stervend mens uit kan gaan. Voor het onthecht raken, de aanvaarding, de overgave. En vooral voor de liefde, die over blijft in die laatste dagen. Van dat alles is dit boekje de vrucht: Ik heb mensen die worstelen met de aanvaarding een weggetje willen wijzen om in het reine te komen met de dood. Ik wil dat niet goedkoop doen door te snel naar troost te grijpen. Ik wil de dood recht doen als onderdeel van het leven en de mensen wijzen op de mogelijkheid van een levens-
ken voelen. Dat heb ik gemerkt als predikant én als docent godsdienst: ook jongeren willen nadenken over de dood. In gesprekskringen en rouwverwerkinggroepen kan het dienst doen als leidraad. Het is tevens een geschenkboekje. Misschien kan de kerk het aanbieden aan de betrokken familieleden op de laatste zondag van het kerkelijk jaar. Of een pastoraal medewerkende geeft het als gebaar van meeleven aan iemand, die een maand geleden, of een jaar geleden, of vijf, of.... een geliefde verloor. kunst die tegelijk “stervenskunst” wil zijn. Maar vooral wilde ik mensen troost bieden die de leegte van het gemis ervaren in de eerste maanden, jaren misschien, na het overlijden van een geliefde. Speciaal wijd ik een hoofdstuk aan het nabestaan, dat ik als een nieuwe levenstaak wil zien, en als een wijze van leven waarin de gestorven geliefde als een “trooster” om ons heen is: “als zonlicht om de bloemen”. En opnieuw: de liefde die over blijft. Het boekje is geschreven in korte, afgebroken zinnen en paragrafen, die nooit meer dan één pagina beslaan. Daardoor is het prettig leesbaar voor iedereen. Aansprekende fragmenten van teksten uit de oude wijsheid, bijbel, literatuur en popmuziek zetten boven aan de bladzij de toon. Ouderen én jongeren zullen zich er door aangespro-
In het pastoraat kan het een rol spelen als de pastor zelf misschien even geen woorden vindt. Of er behoefte aan heeft om even woorden van iemand anders te “lenen”. Bijvoorbeeld als mensen voor het laatst bijeen zijn rond het lichaam van de overledene, voor de kist gesloten wordt. Of in de uitvaartdienst als gedicht. Of rond vragen als: Waarom zo jong? Waarom kan ik niet huilen? Wat moet ik met mijn woede? Wat moet ik nog met mijn leven? Waar is God nu? Wat heb ik nu aan het verhaal over de Opstanding? Is het raar dat het voor mij ook niet meer hoeft? Niet in alles zullen pastoranten zich herkennen, maar er is altijd wel een woord, een zinsnede, waardoor iemand wordt geraakt en getroost Wim Jansen
con†act 9
PASTORAAT
Zijn vrouwen ‘anders’ in het pastoraat? Als alle pastorale functies mee worden genomen, dan is het aantal vrouwen dat dit (vrijwilligers) werk inmiddels groter dan het aantal mannen. Zonder nu al te diep op de oorzaken hiervan in te gaan, doet zich natuurlijk wel de vraag voor of je het verschil merkt in het pastoraat of je een vrouw of een man tegenover je hebt zitten (of staan). Op basis van het eerder genoemde onderzoek heeft Ans Kits ook hieraan aandacht gegeven, met als uitkomst deze beschrijving, dus over vrouwelijk pastoraat door vrouwelijke pastors.
D
e vraag die in de loop der jaren vaak gesteld werd is: ‘Oefenen vrouwen hun ambt nu op een andere manier uit dan mannen of niet?’ De meeste vrouwen antwoordden op die vraag meteen volmondig: “Ja, natuurlijk!” maar konden het daarna toch moeilijk concreet maken. Anderen waren wat aarzelender, wisten niet of hun anders-zijn nu met vrouw- of man-zijn te maken had, of toch meer met karakter, met persoonlijkheid. Misschien is ‘anders’ ook een te zwaar woord, is de vraag naar ‘het eigene’ van vrouwelijke pastores een betere. En we wagen het dan om te zeg-
gen: ja, vrouwen hebben iets eigens, zij voegen een andere dimensie toe aan het pastoraat. We noemen een aantal voorbeelden.
lichamelijker * Vrouwen zijn meestal lichamelijker in hun contacten, houden makkelijker een hand vast of slaan een arm om iemand heen. Ze scheppen geen afstand en roepen die ook niet op. Zo kan het gebeuren dat mensen - de ene keer omdat ze verdrietig zijn, de andere keer omdat ze blij zijn een vrouwelijke pastor vastpakken of om de hals vallen. Wederzijds laat men makkelijker gevoelens en emoties zien. Vrouwen hebben een groot meelevend vermogen.
informeler * Vrouwen zijn ook wat gewoner en informeler in hun contacten. Als zij op huisbezoek zijn en iemand is aan het strijken dan wordt er - al pratend - rustig doorgestreken, want een vrouwelijke pastor snapt wel dat het strijkwerk niet door kaboutertjes wordt overgenomen. Een kind zit ook al heel snel op schoot en een fles geven vinden veel vrouwelijke pastores leuk en gezellig om te doen. Ook even helpen met de afwas als iemand daar net mee bezig was, is geen punt.
voor haar gedaan hadden. Dat informele kan ook op heel andere terreinen spelen. Zo wilden de mensen in een verzorgingshuis voor de maandelijkse kerkdienst toch liever de vrouwelijke pastor hebben, want zij was gewoner en niet zo plechtig als de priester, ze maakte niet van die grote gebaren. Als een viering gehouden wordt in een vergaderruimte en niet in de kerk, passen die gebaren en plechtige taal ook niet.
zoeken naar iets nieuws * Omdat vrouwen een aantal dingen niet mogen, moeten ze zoeken naar andere vormen van bijvoorbeeld de liturgie. Dat maakt hen soms creatiever. Vrouwen nemen de mensen die ze voor zich hebben als uitgangspunt en proberen hun vragen te combineren met de grote traditie van de kerk. Ze varen daarbij niet op hun routine, maar zoeken naar iets nieuws. Zo wil een justitiepastor voor vrouwen niet zó maar rozenkransen uitdelen aan gedetineerden die daar om vragen, maar ze maakt er een mooi ritueel van. Ze legt uit dat dat gebedssnoer een christelijk gebedssnoer is, te herkennen aan het kruisje; dat Maria het hart van het gebed is, te herkennen aan de medaille. Met de cirkel die ze vormt van het snoer laat ze zien dat het christelijk geloof bestemd is voor alle volkeren van de wereld en dat de vijf ‘tientjes’ de vijf continenten symboliseren. De drie kralen van het begin staan voor geloof, hoop en liefde en de symbolen daarvan - kruis, anker en hart - zijn ook te vormen met de rozenkrans. En pas nadat ze dat allemaal verteld heeft en ook heeft laten zien, bidt ze een persoonlijk gebed en overhandigt vervolgens de rozenkrans.
sfeergevoelig * Vrouwen zijn sfeergevoeliger, hebben oog voor het detail, voor kleine dingen. Werkkamers van vrouwelijke pastores zien er vaak heel anders uit dan die van de meeste mannelijke collega’s en dat geldt ook nogal eens voor andere kerkelijke ruimtes. Vrouwen zijn attenter, zeggen vaker dankjewel. Een pasbenoemde vrouwelijke pastor bedankte alle mensen en groepen die zich hadden uitgesloofd om haar een goede start te geven met een kaartje en voegde daar haar goede wensen voor Kerstmis en Nieuwjaar aan toe. De mensen stelden dat zeer op prijs, maar haar priestercollega vond het onzin, vond het heel vanzelfsprekend dat mensen dat
geschoolde intuïtie * Vrouwen zeggen ook intuïtiever te zijn dan mannen en ze durven op die intuïtie af te gaan. ‘Geschoolde intuïtie’ noemt iemand dat.
taalgebruik * Taalgebruik is een ander punt. Vrouwen gebruiken andere woorden om iets duidelijk te maken, zijn niet zo nuchter en zakelijk als mannen. Ook de voorbeelden die vrouwen gebruiken zijn anders. Dat geldt voor het voorgaan in de liturgie en in de verkondiging, maar ook op andere terreinen. Iemand kreeg van haar mannelijke collega’s te horen, dat ze het gevoel hadden, dat ze - sinds zij er was in de keuken zaten te vergaderen. Haar taalspel was anders, zij fileerde de problemen.
meer praten * Ook de onderwerpen waar mensen over praten met vrouwelijke pastores willen nog wel eens anders zijn. Mensen praten met vrouwen makkelijker over allerlei lichamelijke kwesties en ook over problemen met hun kinderen. En een priester uit een gecombineerde zorginstelling constateerde enigszins jaloers dat mensen bij zijn vrouwelijke collega’s veel meer praten over allerlei dingen die in het leven van mensen belangrijk waren geweest, over dingen die nog steeds pijn deden of waar men juist heel gelukkig mee was. Bij hem leek het veel meer te gaan over de vraag of het nog geen tijd was voor de sacramenten en of de mensen wel goed geleefd hadden.
hulpvragen * Vrouwen vragen makkelijker om hulp als iets foutloopt. Accepteren die hulp dan ook en voelen zich daardoor niet minder goed of minder sterk. Niet alles zal voor elke vrouwelijke en mannelijke pastor opgaan en er zullen ook dingen zijn die vrouwelijke pastores anders, maar daardoor ook minder goed doen dan mannelijke pastores. De lijst zal ook bepaald niet volledig zijn, maar is misschien wel een aardige aanleiding om over dit onderwerp eens uitgebreid met elkaar in gesprek te gaan. Ans Kits Hebben uw gemeenteleden en parochianen voorkeur voor een vrouw of man als pastor? Durft u ze die vraag écht voor te houden?.
Werken in teamverband Het aantal niet-ambtelijke bezoekers is in de jongste tijd aanmerkelijk gegroeid. Dat is een bemoedigend verschijnsel. In veel plaatsen werkt de ouderling binnen de wijk samen met wijkdiakenen, pastoraal medewerkers, contactpersonen en wellicht andere huisbezoekers. Dit werken in teamverband stelt natuurlijk eigen eisen. De taak van de ouderling is coördinerend en aanvullend. Pastoraat groeit namelijk van onderop, in een spontaan omzien van mensen naar elkaar. Aanvullend voorziet de gemeente in een contactstructuur. Het huisbezoek van een ouderling heeft geen meerwaarde boven dat van een contactpersoon. Wij zijn alle broeders en zusters. Het is dus niet de bedoeling dat de ouderling als ambtsdrager het bezoekwerk van anderen nog eens dunnetjes overdoet. Binnen het team worden daarom afspraken gemaakt over een passende werkverdeling. De ouderling kan, net als de anderen, een sectie voor zijn rekening nemen. Ook kan hem of haar een aantal speciale contacten worden toevertrouwd met mensen die meer dan gewone zorg en aandacht vragen. Voor een goede samenwerking worden enkele malen per seizoen teambijeenkomsten belegd. Daar worden afspraken gemaakt over het bezoekwerk. Leemten in het werk dienen tijdig te worden gesignaleerd. Vragen en noden dienen te worden opgemerkt, uiteraard met inachtneming van het vertrouwelijke karakter van het pastorale werk. Teambijeenkomsten dienen ook ter onderlinge bemoediging. Want bezoekwerk kan mensen zwaar vallen. Daarom is het goed met elkaar te spreken over wat men moeilijk vindt. Ook kan dieper worden ingegaan op vragen over kerk en geloof die in het huisbezoek opkomen. Bepaalde punten komen regelmatig terug: de aandacht voor zieken, het contact met gemeenteleden die elders verpleegd worden, hoe te handelen bij een overlijden, het organiseren van groothuisbezoek en dergelijke. Elementaire zaken van gespreksvoering kunnen aandacht vragen. Op deze wijze krijgt een teambijeenkomst ook een instructief karakter. (fragment uit: Mini-handboek voor de ouderlingen, G. Heitink A. Romein 90 435 0715 6)
10 con†act
PASTORAAT
Wat collega’s hebben aan het IKON-pastoraat Beste collega, Je vroeg me wat je als collega aan het IKON-pastoraat zou kunnen hebben ? Wie zijn we en wat kunnen we? Je komt wel eens mensen tegen die in het heden heel veel last hebben van iets wat in het verleden gebeurd is. Schaamte, woede, angst kunnen ervoor zorgen dat mensen niet zegen wat hen is overkomen. Soms is het ook de te grote nabijheid. Iemand wil zijn of haar verhaal kwijt, maar niet aan jou. Niet omdat ze je niet vertrouwen, maar omdat ze je liever niet zo dichtbij willen laten komen. Ik noem een voorbeeld: een ambtsdraagster belt me op en zegt dat zij slachtoffer is van seksueel misbruik. Daar wil ze met een ‘anomieme’ pastor over praten. Ze wil niet bekend staan als die vrouw waarmee dit en dat is gebeurd. Een anoniem pastoraat als een vrijplaats. We zijn ook een meldpunt voor seksueel misbruik in pastorale relaties. We beschikken over een lijst van vertrouwenspersonen. Niet dat je als collega-pastor direct bij ons aanklopt. Toch kan ik me voorstellen dat je in een situatie komt, waarin je pastoraat en vriendschap niet meer zo goed uit elkaar kunt houden. We kunnen je dan wellicht wat helderheid geven in een ondoorzichtige situatie. Het zal wel eens gebeuren dat iemand je vraagt naar een specifieke zelfhulpgroep of naar een adres om even een paar dagen tot rust te komen. We beschikken over een groot adressenbestand. Soms zijn er mensen die zich niet meer thuis voelen in de kerk, maar nog ergens een lijntje willen hebben. Wij zijn zo’n lijntje. Een aantal mensen hebben geregeld contact met ons omdat ze wel voelen dat we iets met de kerk hebben, maar ook weer niet zo uitgesproken kerk zijn. Ons maandblad Mensen heeft in hun leven een functie. Ze halen er voeding uit en tips voor boeken en weekenden. Soms organiseren we een Ontmoetingsdag rondom een pastoraal thema met een afsluitende viering. Kortom het IKON-pastoraat is een plek waar mensen naar kunnen schrijven, bellen, mailen en waar mensen ter plekke een gesprek met een pastor kunnen voeren. Sinds kort zijn we ook op de website van de IKON. We schrijven een ‘ verhaal van de week’, noemen een ‘boek van de maand’ en geven de tekst van onze radiorubriek Snippers en Mensen. Ik hoop dat je zelf eens die virtuele plek opzoekt en dat je ons in je eigen ‘databestand’ hebt op het moment dat je iemand wilt en kunt doorverwijzen. Het ga je goed, Namens het team, Bram Grandia IKON-pastor
Informatie als pastoraat
O
oit ben ik gepromoveerd op een proefschrift over ‘omroeppastoraat’. Publiek en persoonlijk heette dat boek. Het was nog in de jaren tachtig, de tijd van ds. Alje Klamer (IKON) en ds. Henny Visser (NCRV). Ik vergeleek de vormen van nazorg en pastoraat zoals die bij diverse omroepen in ons land bestonden. Heel wat mensen maakten gebruik van deze vormen van veelal anoniem pastoraat. Als aanvulling op en ook als vervanging van het persoonlijk pastoraat in eigen omgeving leek het mij een zinvolle omroeptaak. Op internet zien we trouwens nieuwe mogelijkheden voor virtueel pastoraat. Neem een site als www.d. Daar kunnen mensen uiting geven aan persoonlijke gevoelens voor dierbaren die zijn overleden. Toch ging ik tijdens mijn werk bij de NCRV steeds meer beseffen hoe kerk en samenleving bezig waren te veranderen. Dat steeds minder mensen naar de kerk gaan, dat mensen dus ook steeds minder horen over de kern van het geloof en de waarden van het christendom – dat deed bij mij de gedachte groeien dat goede informatie bieden ook een pastorale taak is, zeker gelet op de publiek rol van een omroep als de NCRV. De woorden: fatsoen, respect, liefde en vertrouwen, waarmee de NCRV zich wil profileren zijn diepgeworteld in het protestantschristelijk gedachtegoed. Maar dat verband is niet zomaar iedereen (meer) duidelijk. Nu leven we ook met een omroep-
bestel dat ons eisen oplegt. Ik wil het daarom niet mooier maken dan het is, maar ik denk dat de NCRV nog steeds veel te bieden heeft. Persoonlijk ben ik er ook van overtuigd dat de NCRV zich daarin onderscheidt van andere omroepen, zoals EO en KRO. Leerzaam, prikkelend tot nadenken en uitnodigend verder te kijken dan het bekende, eigen wereldje. Voor iedereen, dus ook voor (vrijwillige) pastores biedt het nieuwe televisieprogramma Spiritus op maandagavond een blik op religie, levensbeschouwing en spiritualiteit uit het dagelijks leven. Speels en verrassend biedt het een kijkje op de manier waarop levensbeschouwing uitgedrukt wordt in woorden, gebruiken en beelden. Op straat, in huis, tot in de keuken! Verder zoeken min of meer bekende Nederlanders met de reliwijzer welk geloof het best bij hen past. Die reliwijzer (met een korreltje zout) is ook op internet te vinden. Op donderdagavond geeft de NCRV in Heilig Vuur reportages en gesprekken over geloof en samenleving, gepresenteerd door Jacobine Geel. Intussen wordt serieus nagedacht over andere vormen om het expliciet over geloof en levensbeschouwing te hebben. Daarmee wil ik overigens niet beweren dat programma’s als Netwerk, Rondom Tien of Villa Felderhof niet veel onthullen over mens en samenleving! Datzelfde geldt in wezen voor de radio waar levensbeschouwing in alle programma’s meer of minder nadrukkelijk aan bod komt. Meer specifiek gebeurt dat in Schepper & co, zondagmiddag om 15 uur op 747AM. Het programma biedt actualiteiten over kerk en cultuur,
maar gaat ook nadrukkelijk in op het geloof van mensen. Aan de hand van ‘geloofsartikelen’ worden gasten langs de levensbeschouwelijke meetlat gelegd. Dit levert een boeiende kijk op mensen en hun geloofsbeleving. Min of meer bekende Nederlanders praten op vaak verrassende wijze over God, Jezus, de mens, leven en dood. Willem Barnard was recent te gast, ook Helga Ruebsamen, Iteke Weeda en Arthur Japin. Op zondagochtend zendt de NCRV op dezelfde zender van 9-10 uur uit: Woord op zondag en Te Deum laudamus. Daar zoeken we het bij de bron. In Woord op zondag worden series rond de bijbel verzorgd door mensen als: ds. Fokkelien Oosterwijk, ds. Carel ter Linden en binnenkort, nogal verrassend, de econoom Arjo Klamer, die zo in de sporen van zijn vader treedt. En daarmee is de cirkel rond. Yko van der Goot
con†act 11
PASTORAAT
OVERZICHT LEVERBARE UITGAVEN VOOR EN OVER PASTORAAT Boeken vóór pastores *BIDDEN KUN JE LEREN, Jan Minderhoud, Merweboek, 9071864510, € 5.70 *DAT WAT JE DEELT, sowkerken, BV340-0082, € 6.81 *DE BIJBEL TER SPRAKE BRENGEN, Bukowski, Boekencentrum, 9023913477, € 12.00 *DE CRYPTE IS ONZE KERK, Boomen, Meinema, isbn: 9021137976, € 11.80 *DE DERDE STEM EN DE VIERDE STEM, C. Aalbersberg-van Loon, Narratio, isbn: 9052639175, € 20.00 *DE EEUWIGE GOD ZIJ U EEN WONING, Justus Vermeer, De Groot, isbn: 9061408520, € 49.90 *DE GENADE KAN MEER, A. Louf, Lannoo, isbn: 9020952501, € 16.95 *DE PASTOR IS EEN VROUW, Ans Kits, Narratio, isbn: 9052632359, € 14.00 *DE PASTORALE GEMEENTE, Pelt, Boekencentrum, isbn: 9023909836, € 10.50 *DICHTER BIJ HET ONUITSPREKELIJKE, Gideon van Dam, Ten Have, isbn: 9025953670, € 18.50 *DRAGENDE DELEN, Peterson, Ekklesia, isbn: 9075569017, € 14.75 *EEN MENS DIE MENSEN VERGEZELT, Maarten Blom, Meinema, isbn: 9021138298, € 18.70 *EEN VOORTREFFELIJK WERK, A. Noordegraaf IZB, isbn: 9075535147, € 7.75 *EN DAT IS ZEVEN, Ten Have, isbn 9025952569, € 11.95 *GEDOOPT, GEVORMD, GEZONDEN, Eijk, van en Meijers, Meinema, isbn: 9021138611, € 20.10 *GEEN DAG ZONDER HEM G.W. Tamminga-Visser, Kok, isbn: 9043507482, € 18.90 *GIDS PASTORAAT 1, Heitink, KBS Tabor, isbn: 9024230047, € 16.50 *GIDS VOOR REISGENOTEN, Lindijer, Boekencentrum, isbn: 9023909488, € 15.90 *HELP IK BEN AMBTSDRAGER, N Dijkstra-Algra, Voorhoeve, isbn: 9029712554, € 6.95 *HET GEBED, Ole Kristian Hallesby, Kok, isbn: 9043508225, € 17.50 *HUMOR IN HET PASTORAAT, P. Bukowski, Boekencentrum, isbn: 9023913817, € 7.90 *INFOBOEK ZORG in de gereformeerde gezindte, Stuurgroep Zicht op Zorg, Groen, isbn: 9058292495, € 4.50 *KERK OP DE KORREL, Mies Westera-Franke, Narratio, isbn: 9052631417, € 12.50 *KERNTEKSTEN OVER HET PASTORAAT, Meulen, De Groot Goudriaan, isbn: 9061407869, € 10.50 *LIEFDEVOL OOG EN OPEN OOR, Meulen, van der (red.), Boekencentrum, isbn: 9023906586, € 28.50 *LUISTER WIJZER, Jan Esveldt, Merweboek, isbn: 9071864472, € 3.20 *MATELOOS, Koopmans, drs. F.S.L., e.a., Groen, isbn: 9058291995, € 14.50 *MINI HANDBOEK VOOR DE OUDERLING, G. Heitink, A. Romein, Kok, isbn: 9043507156, € 7.95
*ONTMOETINGEN, Kattenberg, Roelande, Groen, isbn: 905030964X, € 3.95 *OP ZOEK NAAR DE GEEST, Runia, Kok, isbn: 9043502723, € 17.50 *PASTOR IN EEN LERENDE GEMEENTE, sowkerken, isbn: 0006, € 3.18 *PASTORAAL PERSPECTIEF, Ven, Kok, isbn: 9043501409, € 22.00 *PASTORAAT VOOR IEDEREEN, Dijkstra-Algra, Boekencentrum, isbn: 9023907078, € 10.00 *PRAKTISCHE THEOLOGIE, Heitink, Kok, isbn: 9024268486, € 35.20 *RECHT DOOR DE GEMEENTE, Verhoge-van Kooten, Boekencentrum, isbn: 9023908732, € 24.50 *SEKSUEEL MISBRUIK IN PASTORALE RELATIES, sowkerken, isbn: BVB3600030, € 2.72 *TERUG NAAR DE KERN, Hendriks, Kok, isbn: 9024220785, € 19.50 *TIJD IS KOSTBAAR, ‘tHart, Kok, 9043507458, € 8.90 *TUSSEN ZEGGEN EN ZWIJGEN, Gerben Heitink, Kok, augustus 2003, isbn: 9043507113, € 10.50 *VAN HULP EN HEIL, Hans Meissner, Kok, isbn: 9043506931, € 34.90 *VERDER ALS HERDER, Troost, Boekencentrum, isbn: 9023911474, € 9.90 *VERDIEPT PASTORAAT, W.H. Velema, Groen, isbn: 9050309054, € 11.50 *VRIJMOEDIG OP PAD, Veltkamp, Kok, isbn: 9024292808, € 11.00 *VRIJWILLIGER IN DE ZORG, Kok, isbn: 9043504319, € 16.70 *WEID MIJN LAMMEREN, Else Vlug, Gideon, isbn: 9060674707, € 11.23 *WOON HIER ONDER MIJN WOORD, Nico Derksen, Kok, mei 2003, isbn: 9043507555, € 14.90 *ZULLEN WE LEZEN?, Velema, Boekencentrum, isbn: 9023905733, € 11.50 Categoriaal pastoraat *ALS DE DAG ONTWAAKT, Beumer, Ten Have, isbn: 9025951635, € 13.50 *DE CONTEXT EN DE ANDER, Rhijn, van en MeulinkKorf, Boekencentrum, isbn: 9023913841, € 33.50 *DE ONVERMOEDE DERDE, Meulink-Korf en van Rhijn, Meinema, isbn: 9021138212, € 19.90 *DOELTREFFENDE PASTORALE COUNSELING, Gary R. Collings, Gideon, isbn: 9060674650, € 9.55 *GAAT OOK GIJ NAAR MIJN WIJNGAARD, Jan van der Wal, Disk, isbn: BDISK 72, € 6.81 *GENEZING OP HET GEBED?, Teeuw, drs. A.A., Groen, isbn: 905829319X, € 12.50 *JEUGDPASTORAAT IN DE WANDELGANGEN, sowkerken, isbn: BVD160-0005, € 17.50 *KAP EN KOORD IN AMSTERDAM, Hub Crijns, e.a., Narratio, isbn: 9052634629, € 9.00 *KRACHT EN KRUIS, Dr. Riet Bons-Storm, Kok, isbn: 9043501751, € 12.50
*MENSEN ZONDER WERK, sowkerken, isbn: BVB3600021, € 3.40 *OGENBLIK BEWONEN, Mes, Kok, isbn: 9043504467, € 14.10 *OUDEREN ONTMOETEN, Lindijer, Boekencentrum, isbn: 9023904923, € 17.90 *OVER HET BEZOEKEN VAN OUDERE MENSEN, sowkerken, isbn: BVB3600014, € 2.27 *PASTORAAT AAN DEMENTE OUDEREN, sowkerken, isbn: 0026, € 1.82 *PASTORAAT AAN OORLOGSGETROFFEN, sowkerken, isbn: 0024, € 1.82 *PASTORAAT BINNEN EN BUITEN DE KERK, sowkerken, isbn: 0032, € 2.72 *PASTORAAT IN CULTUUR-FILOSOFISCH PERSPECTIEF, Dulk, den en Zock (red.), Meinema, isbn: 9021138336, € 12.90 *PASTORALE DIAGNOSTIEK, Bouwer, Boekencentrum, isbn: 9023900553, € 16.50 *PASTORALE ZORG VOOR JONGE MENSEN, Voorhoeve, isbn: 9029715219, € 16.50 *PENDELEN TUSSEN WERK EN KERK, Hub Crijns e.a., Narratio, isbn: 905263162X, € 9.00 *PIONIEREN TUSSEN WERK EN KERK, Herman Noordegraaf e.a., Narratio, isbn: 9052632626, € 9.00 Ziekten, stoornissen,... *ANGSTEN EN FOBIEËN, Verhagen, drs. P.J., e.a., Groen, isbn: 9050303099, € 12.50 *DEPRESSIVITEIT EN DEPRESSIE (herziene versie), Verhagen, drs. P.J., Groen, isbn: 9058291049, € 13.95 *EENS EEN DIEF, ALTIJD EEN DIEF...!?, Borst, dr. J.C., Groen, isbn: 905030639X, € 12.50 *GEEN LEVEN ZONDER BIJWERKINGEN, Veltkamp, Kok, isbn: 9043504297, € 18.80 *GEZAG, MACHT EN MACHTSMISBRUIK, Belt, T. van den, e.a., Groen, isbn: 9058291987, € 14.00 *HERBERGZAAMHEID, Schans, T. van der, e.a., Groen, isbn: 9050308856, € 12.50 *IEDER MENS EEN VERHAAL (dementie) - herinneringen ophalen, sowkerken, isbn: BVC440-0264, € 2.70 *IEDER MENS IS EEN VERHAAL - bouwstenen, sowkerken, isbn: BVC440-0264, € 2.70 *LEVEN MET BORDERLINE Hegger, Boekencentrum, isbn: 9023913132, € 13.50 *OMGAAN MET DEMENTIE (herz.), Kooten, ds. W.H. van, e.a., Groen, isbn: 9058290824, € 12.50 *OMGAAN MET MENSEN MET DEPRESSIE, sowkerken, isbn: BVB360-0018, € 2.27 *OMGAAN MET PSYCHISCH ZIEKEN, Pols, J.J., e.a., Groen, isbn: 9058291774, € 12.50 *ONGELOFELIJK, Nico van Tellingen, Kok, isbn: 9043506729, € 14.90 *OVER GEVOELIGE MENSEN, Pfeifer, dr. Samuel, Groen, isbn: 9058293823, € 17.50
*PASTORAAT EN ZIEKEN, sowkerken, isbn: 0003, € 2.27 *PASTORAAT ROND ORGAAN & WEEFSEL, sowkerken, isbn: 0029, € 2.27 *PROBLEEM VAN HET LIJDEN, Lewis, Ten Have, isbn: 9025947492, € 9.50 *PSYCHISCHE STOORNISSEN EN BIJBELSE ZIELZORG, Samuel Pfeifer, Groen, isbn: 9050304192, € 13.95 *THUISZORG (herzien), Voskamp-Nagel, Roswitha, Groen, isbn: 9058291251, € 9.50 *WIE WEET MORGEN, Christine van Reeuwijk, Narratio, isbn: 9052632014, € 11.50 *WORD MAAR GAUW WEER BEETJE NIEUW, Kooi-Dijkstra, Voorhoeve, isbn: 9029715545, € 7.50 Relaties, seksualiteit *ADOPTIE, Dorp-Stolk, drs. P.P. van, Groen, isbn: 9050302653, € 9.95 *ALS BANDEN KNELLEN, Meiden, drs. J. van der, Groen, isbn: 9058292444, € 14.50 *ECHTSCHEIDING, ONMOGELIJKE WERKELIJKHEID, J.W.A. van Dommelen, e.a., Groen, isbn: 9050304184, € 12.50 *GEVANGENEN VAN DE LIEFDE, Zoutman, Kok, isbn: 9024278589, € 7.50 *GROEIEN IN EENHEID, Wayne Mack, Gideon, isbn: 906067040X, € 7.25 *HUWELIJK EEN GESCHENK, Stroud, Voorhoeve, isbn: 9029713488, € 8.90 *IN VRIENDSCHAP, Schouten, Voorhoeve, isbn: 9029714247, € 13.50 *KINDERLOOSHEID (nieuwe versie), Dorp, W.G. van, e.a., Groen, isbn: 9058293645, € 12.95 *KRACHT VAN WEERLOZE LIEFDE, Berg, Kok, isbn: 9024292549, € 11.00 *LIEFDE EN SEXUALITEIT, Boekencentrum, isbn: 9023925238, € 6.90 *MAG DE KERK HOMO-LEVENSVERBINTENISSEN ZEGENEN?, Dr. H.L. van der Laan, Groen, isbn: 9058293106, € 12.95 *MENSEN MET EEN VERHAAL, Ton van Oosterhout, SGO Hoevelaken, isbn: 9073715172, € 21.50 *MET PIJN IN HET HART, GESPREKKEN...., Martine van Groningen, Ekklesia, isbn: 9075569114, € 10.50 *MISSCHIEN.. GROEIT ER WAT MOOIS UIT, Anèt Saal, narratio, isbn: 9052632332, € 11.50 *NEE GEEN SEKS DANK JE, Gregory, Voorhoeve, isbn: 9029716932, € 12.50 *SAMEN HET HUWELIJK IN (5e, herziene druk), Eikelboom, drs. P., e.a., Groen, isbn: 905829126X, € 13.95 *STIENEKE EEN KWETSBAAR KIND, Ebel Smidt, Narratio, isbn: 9052630984, € 7.00 *TROUW EN LIEFDE, Vergunst, drs. P.J., e.a., Groen, isbn: 9058292177, € 5.75 *VAN DE ANDERE KANT, Haren, Kok, isbn: 9043504300, € 17.30 *VERRADEN VERTROUWEN, Dr. J.C.Borst, Groen, isbn: 9050306403, € 14.75
*WAAR BEN IK?, Mies Westera-Franke, Narratio, isbn: 905263274X, € 4.50, *WEGGAAN IS VERDERGAAN, Berg, Kok, isbn: 9043501743, € 11.00 Dood, rouw, troost *DE LIEFDE EN DE DOOD, Wim Jansen, Narratio, isbn: 9052633193, € 8.00 *EN TOEN WAS ER VOOR MIJ NIEMAND MEER..., Boekencentrum, isbn: 9023925475, € 3.90 *HET GEMIS VAN ONS KIND, Rob van Raalten, Narratio, isbn: 9052630860, € 8.00 *LEVEN EN STERVEN MET VERWACHTING, Boekencentrum, isbn: 9023925203, € 3.20 *PASTORAAT EN SUÏCIDE, sowkerken, isbn: 0038, € 2.27 *RONDOM DE DOOD, Vlastuin, ds. W. van, Groen, isbn: 9058290794, € 4.50 *RONDOM STERVEN, Wendelmoet van der Meiden e.a., SGO Hoevelaken, isbn: 9073715768, € 12.50 *ROUWEN OM EEN KIND, L.C. Klein-Vuyst, Groen, isbn: 9050307817, € 13.95 *ROUWVERWERKING KAN DAT, Poort, Voorhoeve, isbn: 9029715510, € 7.50 *SUÏCIDE, Wal, dr. J. van der, Groen, isbn: 9050306675, € 9.95 *ZORG RONDOM HET LEVENSEINDE DR 2, Kok, isbn: 904350176X, € 13.60 *ZORGEN IN DE LAATSTE LEVENSFASE, Teeuw, drs. A.A., red., Groen, isbn: 9058291952, € 11.50 Om achter te laten *BINNENSTEBUITEN, Joke Verweerd, Mozaïek, isbn: 9023990757, € 11.00 *BRIEVEN UIT DE HEL, Lewis, Ten Have, isbn: 9025947697, € 12.95 *DE WOESTIJN ZAL BLOEIEN, Henri Nouwen, Lannoo, isbn: 9020936255, € 12.95 *DE ZIEL ONDER DE ARM, G. van Loenen, KBS, isbn: 9061737230, € 14.00 *HOUVAST, Verweerd, Boekencentrum, isbn: 9023916778, € 7.50 *JOIN, Kuipers, Voorhoeve, isbn: 9029715359, € 10.90 *KORT DAGBOEK, Voorhoeve, isbn: 902971364X, € 7.50 *KRUISWEG, Clement, Kok, isbn: 9043500496, € 11.00 *LOSGELOPEN WOORDEN, Burgman, Gooi&Sticht, isbn: 9030409932, € 23.95 *MAG IK ER ZIJN, Ganzevoort, Voorhoeve, isbn: 9029709588, € 10.90 *RAKELINGS NABIJ, Alfred C Bronswijk, Narratio, isbn: 9052632618, € 11.50 *TOT WE ELKAAR IN DE HEMEL TERUGZIEN, Grün, Lannoo, isbn: 9020940775, € 13.50 *WENEN OM HET VERLOREN IK, Polspoel, Gooi&Sticht, isbn: 9030401664, € 19.95 *WOORD VOOR ELKE DAG, Bonhoeffer, Ten Have, isbn: 9025946186, € 12.95 *ZALIG DIE VERDRIET HEBBEN, Nouwen, Ten Have, isbn: 9025952976, € 15.95
Adressen Protestants-christelijke kerkelijke dienstverlening Landelijk Dienstencentrum Samen op Weg-kerken Postbus 8504, 3503 RM Utrecht telefoon (030) 880 18 80 internet www.sowkerken.nl Regionale Dienstencentra Samen op Weg-kerken: de adressen van de negen centra vindt u via de site www.sowkerken.nl (keuzeknop Uw regio op de homepage) of bij adressen op www.kerkboek.nl. Rooms-katholieke kerkelijke dienstverlening Secretariaat Rooms-katholieke kerkprovincie Nederland Postbus 13049, 3507 LA Utrecht telefoon (030) 232 69 19 internet: www.katholieknederland.nl (wijzigt in de loop van 2003 in: www.rkk.nl) Diocesane Pastorale Centra, Diocesane Pastorale Dienstencentra, afdelingen Pastorale Dienstverlening e.d. van de bisdommen: de adressen hiervan kunt u vinden via de websites van de bisdommen; zie de link bisdommen op de site www.rkkerk.nl. IKON-pastoraat Melkpad 25 A 1217 KA Hilversum tel. 035-6215555 e-mail :
[email protected] www.ikon.nl Meer adressen van organisaties die ondersteunen bij pastorale activiteiten zijn te vinden in de adresgids van christelijk Nederland ‘Gelovig Aktief 2004’. con†act met mensen in en rond de kerk en parochie is een blad dat plaatselijke gemeenten en parochies wil aanzetten tot meer en betere communicatie binnen en buiten de kerk. Daartoe verschijnt vier keer een tijdschrift (op papier of digitaal) over zaken als: > PR-ouderling > redactiestatuut > beleid en koers > kerkblad, website, ... > kerkelijke communicatie > computersoftware en > nieuwe media (beamer) et cetera én twee keer een thematische krant, zoals dit jaar over CATECHESE en PASTORAAT. In 2004 staan gepland: LITURGIE en ..... Jaarabonnement € 12,50, abonneren bij Narratio, Postbus 1006, 4200 CA Gorinchem 0183 62 81 88
Genoemde uitgaven zijn te bestellen via www.kerkboek.nl of bij Kerkboek, Postbus 8471, 3503 RL Utrecht. 030 293 68 07 (order boven €45,- gratis, anders €2,50 porto) Veel van de genoemde uitgaven zijn ook aanwezig in de plaatselijke bibliotheek en te leen via www.levobieb.nl
12 con†act IN DE WOLKEN Om mensen die te maken hebben met rouwende kinderen en jongeren te informeren en te ondersteunen is In de Wolken ontstaan. Hier worden materialen ontwikkeld en verspreid zoals brochures en boeken. Het is allemaal te vinden op www.in-de-wolken.nl. De initiatiefnemer, Riet Fiddelaers-Jaspers, is een erkend deskundige op dit terrein. Ze promoveerde in 2003 op het thema Jongeren en rouw. Ze is een veelgevraagd spreker op ouderavonden, scholen, in welzijn- en gezondheidszorg en bij kerken. Ze ontwikkelde de tweejarige opleiding Omgaan met verlies die in oktober 2003 van start is gegaan. Informatie over de opleidingsgroep die in 2004 start is verkrijgbaar bij
[email protected] of 040-2260450. De opleiding gaat over rouw in de volle breedte van kinderen tot en met ouderen.
REGIONALE DIENSTEN CENTRA Bij de negen Regionale Dienstencentra van de Samen op Weg-kerken werken gemeenteadviseurs die gemeenteopbouw in hun pakket hebben. Zij bieden in hun regio verschillende ondersteuningsactiviteiten aan voor vrijwilligers en beroepskrachten in het pastoraat, zoals hiernaast als voorbeeld uiteengezet wordt voor het RDC Zuid-Holland door gemeenteadviseur Anja Bruijkers. Daarnaast gaan de gemeenteadviseurs op verzoek naar gemeenten voor plaatselijke ondersteuning: met een pastoraalteam een plan maken voor het opzetten van (groot) huisbezoek en helpen bij de werving van pastorale medwerk(st)ers. Met een kerkenraad kan een bezinning worden gehouden over doel en opzet van pastoraatsteam. De gemeenteadviseur kan ook gevraagd worden voor een gemeenteavond in het kader van een bepaald onderwerp. Voor de hier genoemde cursussen en vragen op het gebied van pastoraat kan altijd een beroep worden gedaan op ieder RDC.
REGIONALE DOCUMENTATIECENTRA
PASTORAAT
Ondersteuning in de regio Om een beeld te geven van wat er aan ondersteuning wordt geboden vanuit de negen Regionale Diensten Centra, hier een bijdrage uit Zuid-Holland. Soortgelijke ondersteuning kan ook worden verkregen bij de acht Diocesane Pastorale Centra.
V
anuit het RDC Zuid Holland worden pastorale cursussen aangeboden voor diverse doelgroepen. Zo is er De cursus “ De beginnende ouderling”, maar ook beginnende pastorale medewerkers zijn daar welkom. Deze cursus wordt met een regelmaat herhaald. Het gaat in deze basiscursus over de taakomschrijving, het beginnende gesprek, wat is een luisterende houding, hoe ga ik om met kritiek. Maar ook de moeite en de pijn van het werk komt ruimschoots aanbod, want hoe organiseer je pastoraat, met steeds minder mensen.
Daarnaast heeft het RDC toegesneden pastorale cursussen op onderwerpen als pastoraat bij rouw en verdriet/ verliessituaties, pastoraat bij dementie, pastoraat bij chronische zieken, pastoraat bij ouderen.Veelal zijn dit drie dagdelen, waarin wat dieper wordt ingegaan op de specifieke context waarin de bezoeker zich dan bevindt. Zo gaat het bij rouw over de fasen die er zijn in de rouwverwerking en hoe kinderen dat ervaren. Wanneer er plaats vindt van een scheiding tussen mensen, dan komen ook de praktische kanten aan de orde, bijvoorbeeld de manieren van doorverwijzen naar de diaconie of andere instanties om bijvoorbeeld hulp te krijgen bij budgetteren. Er wordt geoefend met gesprekverslagen en ook met rollenspelen om daadwerkelijk in de vingers te krijgen hoe je goed luistert en de juiste open vragen leert stellen. Deze praktijkoefeningen blijken naast de theorie heel leerzaam, want dan ontdek je met elkaar de valkuilen van het gesprek. Wat elke keer weer bij de start van een pastorale cursus opvalt, is de moeite die de beginnende ouderling of pastorale medewerkster heeft met het bidden. We zien er tegenop om hard op te bidden en hoe vind ik de juiste woorden. Daarom is hier door het RDC Zuid Holland ook een cursus Bid met mij voor drie dagdelen gemaakt, waarin ingegaan wordt op de mogelijkheden. Soms komt een kerkenraad of een consistorie vergadering met een verzoek voor één avond rondom bijvoorbeeld “Het geloof ter sprake brengen……”. Dit kan natuurlijk door de eigen predikant van een gemeente gedaan worden, maar iemand van buitenaf kan juist weer een andere inbreng geven! In Zuid – Holland wordt ook door een aantal gemeentes een beroep gedaan op het ondersteunen van de opzet van een groothuisbezoek. Veelal wordt dan met de voorbereidende groep het thema doorgesproken en gezamenlijk wordt daarbij een methode bedacht. De gespreksleiders worden veelal op één avond ingetraind. Juist de ervaring van andere gemeentes komen in het RDC bijeen! Zo is er inmiddels al een hele databank van onderwerpen van groothuisbezoeken met methodes. Het voordeel is dat deze al uitgeprobeerd zijn! Daarnaast geeft het RDC ondersteuning in het meedenken over de opzet in het pastoraat. Het gaat steeds moeizamer omdat er steeds meer vacatures zijn, er te weinig mensen zijn die de kar trekken en hoe kunnen wij dan het pastoraat vormgeven. Zeker ook als gemeentes Samen op Weg gaan, is het goed als er advies van buitenaf gegeven kan worden. Kortom u kunt terecht bij het RDC voor uw vragen rondom het pastoraat. Wel dient u dit ruim van te voren aan te vragen in verband met onze planning, maar dat zult u begrijpen! Anja Bruijkers
Sinds oktober 2002 zijn in de negen Regionale Dienstencentra en het Landelijk Dienstencentrum van de Samen op Weg-kerken documentatiecentra ingericht. Dit is een gezamenlijke activiteit van deze provinciale centra, een twintigtal uitgevers en verzendboekhandel Docete. Hierdoor zijn boeken voor het kerkelijk werk bij deze RDC’s te raadplegen en te beoordelen, maar deze zijn niet voor uitlening beschikbaar. De boeken en methoden worden ontsloten door het gebruik van de website kerkboek.nl. De in deze special genoemde (pastorale) uitgaven van o.a. Samen op Weg-kerken, Groen, Jongbloed, SGO Hoevelaken, Merweboek en Narratio zijn daar in ieder geval aanwezig om in te zien.
Onderdeel van de Regionale Documentatiecentra is de website www.kerkboek.nl. Deze website met daarin veel leverbare boeken op het gebied van geloof en kerkenwerk, is tevens de catalogus van deze centra. Bij de betreffende uitgaven staat een vermelding of de titel aanwezig is bij de Regionale Documentatiecentra en welke vindplaats ze daar hebben (Palstercodering). Indien een uitgave niet meer leverbaar is, maar wel in de centra is in te zien, blijft de titel zichtbaar, echter met de aanduiding ‘uitverkocht’. Via deze website kunnen ook de adressen van de centra, hun openingstijden en adviseurs worden opgezocht. Behalve als catalogus is de website ook een Internetboekhandel die kan worden gebruikt om gewenste titels te bestellen en te laten thuisbezorgen. Voor het thuisbezorgen worden tot een factuurbedrag van € 45,- de portokosten (€ 2,50) in rekening gebracht. Bestellingen boven het genoemde bedrag zijn ‘franco aan huis’. Wie nog niet in het bezit is van een Internetaansluiting kan ook schriftelijk of telefonisch bij deze verzendboekhandel bestellen: www.kerkboek.nl, Postbus 8471, 3503 RL Utrecht, telefoon (030) 293 68 07. Een deel van de opbrengst van deze commerciële activiteiten wordt gebruikt om het aanbod in de documentatiecentra op het gewenste peil te brengen en te houden.
COLOFON
WWW.KERKBOEK.NL
De PASTORAATkrant is een ‘special’ van conTact, tijdschrift over communicatie met mensen in en rondom kerk en parochie, vier nummers + twee kranten per jaar €12,50 REDACTIE: Leen van den Herik PERSONALIA VAN DE AUTEURS p.1 Jaap de Lange is hoogleraar praktische theologie (Prot. Faculteit Brussel), lid van de redactie van het Ouderlingenblad p.2 Anja Bruijkers is gemeenteadviseur RDC Zuid Holland p.3 Hanneke Meulink-Korf is docent pastoraat bij de Universiteit Leiden, vanwege het Hervormd Theologisch Wetenschappelijk Instituut, en familietherapeut. Lammie Stel is geestelijk verzorger in het Beatrixziekenhuis in Gorinchem p.4 Gerben Heitink is emeritus hoogleraar praktische theologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam Conny Aalbersberg-van Loon is auteur van De derde stem en de vierde Stem. Een onderzoek naar het functioneren van Ps.31 en 139 in het pastoraat. Joke Verweerd is schrijfster p.5 Ans Kits is pastor in de rooms katholieke kerk Mies Westera-Franke is emeritus predikant en schrijfster van o.a. kinderbijbels, kinderboeken, musicals en verhalenbundels p.6 Anèt Saal is pastor Vrijzinnige Geloofsgemeenschap NPB Ton Valkenburg is directeur van een verzorgingscentrum voor ouderen p.7 Marinus van den Berg is pastor verpleeghuis Antonius Ijsselmonde te Rotterdam Christine van Reeuwijk leeft al elf jaar met een Minimum aan Energie, schrijfster van columns waarmee ze o.a. de columnistenprijzen van Vrij Nederland en Opzij won Dick Verschoor is emeritus predikant p.8 Riet Fiddelaers-Jaspers is deskundige op het terrein van rouwverwerking bij kinderen en jongeren Wim Jansen is predikant en docent godsdienst p.9 Ans Kits is pastor in de rooms katholieke kerk p.10 Bram Grandia is pastor en lid van het team van het IKON-pastoraat Yko van der Goot is eindredacteur Godsdienst bij de NCRV-radio p.11 Overzicht is ontleend aan kerkboek.nl na opgave van het trefwoord ‘pastor’ p.12 Anja Bruijkers is gemeenteadviseur RDC Zuid Holland REDACTIE-ADRES: conTact, Postbus 1006, 4200 CA Gorinchem telefoon (0183) 62 81 88,
[email protected] www.narratio.nl © Narratio, Gorinchem 2003 Niets uit deze uitgave mag worden gekopieerd of op welke andere wijze ook worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder schriftelijke toestemming van de redactie.