PARTICIPATIE: ÓÓK IN OOST-GRONINGEN! DOELEN VAN PARTICIPATIEWET ALLEEN TE HALEN ALS RIJK, PROVINCIE, GEMEENTEN, ONDERWIJS EN SOCIALE PARTNERS GEZAMENLIJK AAN DE SLAG GAAN! DE PARTICIPATIEWET IN OOST-GRONINGEN: MINDER WERK, LAGERE PARTICIPATIE EN FINANCIËLE RAMPSPOED Het kabinet wil dat meer mensen met een arbeidsbeperking aan het werk gaan bij reguliere bedrijven. Een doel dat we in de regio volledig onderschrijven. Maar dat we in dit gebied niet gaan halen! Sterker: de Participatiewet leidt tot meer werklozen en tot financiële rampspoed voor gemeenten. Dat komt omdat we op de belangrijkste punten afwijken van het landelijk gemiddelde: er zijn meer mensen met een beperking, er wordt meer gebruik gemaakt van gesubsidieerde banen. Dat komt door de samenstelling van de bevolking. Ook zijn er zijn minder banen, waarvan een groter deel in de sociale werkvoorziening.
KERNCIJFERS OOST-GRONINGEN: MEER MENSEN MET EEN BEPERKING, MINDER BANEN Per 1000 inwoners (15-65 jaar) Gebruik van sociale werkvoorziening Beroep op een Wajong-uitkering Beroep op de bijstand Mensen met een MBO1 of lager Aantal banen (inclusief wsw) Per 1000 banen Aantal banen sociale werkvoorziening Per 1000 kinderen Aantal kinderen met een handicap
Oost-Groningen
Landelijk
29 34
8 20
40 420
31 310
590
730
50
12,5
35
20
DE BEZUINIGING OP DE WSW: IN PEKELA € 260 PER INWONER, IN BLOEMENDAAL € 17
In de regio hebben ruim 3,5 keer zoveel mensen een baan in de sociale werkvoorziening. Dat leidt ertoe dat we over € 35 miljoen minder beschikken dan een gemiddelde regio. Dat kunnen we onmogelijk dragen. De bezuiniging op de Wsw betekent voor Pekela over de periode van 2011-2019 dat er per inwoner €260 minder beschikbaar is. Ter vergelijking: in Amsterdam is dat €53, in Utrecht €29 en in Bloemendaal €17. In 2020 gaat het voor Pekela om €69 en in Bloemendaal om €4. Dat raakt alle burgers in onze gemeenten en leidt tot een enorme verschraling van de overheidsdiensten.
KORTINGSBEDRAG PER INWONER Gemeente 2011-19 2020 Pekela € 260 € 69 Oost-Groningen € 218 € 58 Nederland (gem) € 65 € 18 Amsterdam € 53 € 14 Utrecht € 29 €8 Bloemendaal € 17 €4
1|Participatie: óók in Oost-Groningen [19-12-2013]
Landelijke afspraken over baangaranties leiden in onze regio niet tot voldoende extra banen: er komen 880 banen bij terwijl er 3000 Wsw-banen verdwijnen! Het werk is er niet, terwijl er voor meer mensen banen nodig zijn! Dat leidt ertoe dat grote groepen mensen met een beperking gedwongen thuis zullen zitten. Zonder werk en met een laag inkomen.
DAAR MOETEN WE IETS AAN DOEN We delen de ambitie van het Rijk. Meer mensen met een beperking bij reguliere bedrijven aan het werk. De mensen en bedrijven willen wel: er zijn in onze regio duizenden werkzoekenden die aan de slag willen. En er zijn bedrijven die bereid zijn om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. We moeten echter ook realistisch zijn. Om dit moment zijn de randvoorwaarden voor succes niet aanwezig. De samenstelling van de beroepsbevolking en de zwakke economische structuur staan een goede uitvoering van de Participatiewet in de weg. Daar moeten we iets doen. We hebben daar ook plannen voor. Maar dat lukt ons niet alleen en het lukt ons niet binnen de huidige kaders van de Participatiewet. MIDDELEN EN MOGELIJKHEDEN VOOR EEN SPECIFIEKE SITUATIE We stellen voor om als Rijk, provincie, gemeenten, sociale partners en onderwijs gezamenlijk verantwoordelijkheid te nemen voor de uitvoering van deze plannen. Zodat we elkaar kunnen houden aan de toezeggingen die we doen en de inspanningen die we beloven te leveren. Wat ons betreft voor een periode van vijf jaar. Daarna bepalen we of een specifieke aanpak nog nodig is.
WAT GAAN WE DOEN, WAT HEBBEN WE NODIG Op twee fronten zijn aanvullende en stevige maatregelen nodig: (1) mensen (met een beperking) nog beter voorbereiden op werk en (2) extra werk creëren. Het eerste realiseren we door de Oost-Groninger aanpak van de Trainings- en Diagnosecentra. Het tweede door aanvullende werkgelegenheid in een ontwikkel- en participatiebedrijf en door een economisch investeringsprogramma en afspraken met bedrijven.
1
INVESTERING REGIO: TRAININGS- EN DIAGNOSECENTRA (TDC)
Het TDC is de Oost-Groninger uitvoering van de sociale zekerheid. In nauw overleg met bedrijven worden (potentiële) werkzoekenden en werknemers getraind, geschoold, gediagnosticeerd en geactiveerd om werk te zoeken en werk te vinden. We maken competenties van mensen inzichtelijk en toegankelijk voor bedrijven. We combineren werk en scholing voor jongeren met een lage opleiding en/of een beperking. We begeleiden mensen met een beperking bij reguliere bedrijven en we adviseren bedrijven over het bieden van werk aan mensen met een beperking. De expertise van bedrijven, sociale diensten, sociale werkvoorziening, UWV, regionale onderwijscentra en scholen voor voortgezet onderwijs worden gebundeld en gezamenlijk ingezet.
2|Participatie: óók in Oost-Groningen [19-12-2013]
2
INVESTERING REGIO: ONTWIKKEL- EN PARTICIPATIEBEDRIJF
Extra werkgelegenheid is een kwestie van lange adem. We hebben daarom voorlopig een infrastructuur nodig waarin we aanvullend werk organiseren voor groepen die de arbeidsmarkt nog niet kan opnemen. We bouwen met werkgevers (bovenop het TDC) aan een ontwikkel- en participatiebedrijf waarin we extra werk voor onze werkzoekenden binnenhalen en waar mensen met een beperking aan het werk kunnen en/of werkervaring kunnen opdoen. Bij de uitvoering van het werk gaan we verbindingen aan met reguliere bedrijven. Doel is immers dat de markt het zoveel mogelijk zelf doet. Om een optimale samenwerking tussen publieke en private partijen te borgen, krijgen vertegenwoordigers van werkgevers zeggenschap in dit ontwikkel- en participatiebedrijf. 3
INVESTERING RIJK: VERGOEDING VAN HET BOVENGEMIDDELDE NADEEL OP DE HUIDIGE WSW
De efficiencykorting leidt in onze regio vanwege het grote aantal Wsw-ers tot financiële rampspoed bij gemeenten en tot de onmogelijkheid om andere groepen werkzoekenden te ondersteunen. De bovengemiddelde korting bedraagt in de periode 2011-2019 € 35 miljoen. Deze middelen worden benut om tekorten af te dekken, de ombouw van de bedrijven tot ontwikkelings- en participatiebedrijven vorm te geven en te investeren in de vorming van nieuwe samenwerkingsverbanden met bedrijven en maatschappelijke organisaties.
4
INVESTERING RIJK EN PROVINCIE: VERGOEDING VOOR AANVULLENDE MAATREGELEN
Voor de ontwikkeling van bestaande werkzoekenden en het doorbreken van de cultuur van bijstandsafhankelijkheid hebben we een TDC nodig. De kosten hiervoor bedragen jaarlijks € 3 miljoen. Voor de komende vijf jaar gaat het dus om een bedrag van € 15 miljoen. 5 INVESTERING RIJK EN REGIO: EEN ECONOMISCH INVESTERINGSPROGRAMMA
Zonder extra banen lukt het ons niet om werkzoekenden met en zonder beperking aan de slag te krijgen. Dat betekent dat we in onze regio vol aan de bak moeten om extra werk te genereren. In goed overleg met provincie, VNO/NCW-Noord, NOM en andere partijen ontwikkelen we een economisch investeringsprogramma. Voor een structurele oplossing zijn twee zaken nodig: I.
II.
EEN VERBETERDE INFRASTRUCTUUR IN DE REGIO
Om de economie in de regio te stimuleren is het noodzakelijk om de toegankelijkheid van het gebied te verbeteren. Dat betreft twee terreinen: het verbeteren van de fysieke infrastructuur (spoor en autoweg) en het verbeteren van de ICT-infrastructuur (snel internet in landelijke gebieden). AANSLUITING BIJ DE LANDELIJKE AFSPRAKEN IN HET ENERGIEAKKOORD
In het energieakkoord zijn afspraken gemaakt over extra inspanningen om te komen tot energiebesparing en hernieuwbare energieopwekking. Deze kunnen in deze regio leiden tot een economische impuls door versneld maatregelen te nemen om woningen energiezuiniger te maken en in te zetten op de ontwikkeling van green skills bij werkzoekenden. Daarnaast sluiten we aan bij het innovatieprogramma Gas 2.0 in onze buurregio’s. De ontwikkelingen die zich daarin voordoen bieden kansen om onze beschikbare ruimte te benutten. We denken daarbij vooral aan
3|Participatie: óók in Oost-Groningen [19-12-2013]
de mogelijkheden van het produceren van grondstoffen voor de energie- en chemiesector. We stellen (met advisering van VNO/NCW) een economisch ontwikkelprogramma op, dat omgezet wordt in concrete maatregelen om (op middellange en langere termijn) de structuur van de regio te versterken. Dat vraagt overigens van alle partijen om vasthoudendheid en doorzettingsvermogen. EEN ACTIEVE WERKGEVERSBENADERING
We bouwen met bedrijven verder aan een actieve werkgeversbenadering, waarin we onder andere uitvoering kunnen geven aan de afspraken uit het sociaal akkoord. Samen met werkgevers willen we zicht krijgen op de personeelsbehoefte en de vervangingsvraag. We starten met steun van VNO/NCW een aantal pilots waarin we op basis van deze analyse concrete acties in gang zetten. STIMULEREN RESHORING EN REGIONAAL ECONOMISCH TEAM
Daarnaast investeren we met de provincie in extra (vooral laaggeschoolde) werkgelegenheid. We stellen een aanjager aan die vormen van reshoring stimuleert met behulp van inzet van de sectorfondsen. In nauwe samenwerking en afstemming met provincie en NOM vormen we een bovenlokaal economisch team waarmee we gezamenlijk werkgelegenheid aantrekken. We starten met een ondernemerstafel en met ambassadeurs van en voor sociale ondernemers. RIJKSDIENSTEN
De trend tot centralisering van overheidsdiensten leidt tot verzwakking van de perifere regio’s. We vragen het Rijk deze trend te keren en locatieonafhankelijke diensten in onze regio te vestigen. Hiermee kan de overheid ook een bijdrage leveren aan de opgave om 125.000 banen voor mensen met een beperking te realiseren. De beschikking over ruimte en een groot potentieel aan arbeidskrachten in onze regio en de verwachte landelijke krapte aan personeel maakt dit tot een oplossing waarbij het mes aan twee kanten snijdt. 6
MAATWERK MOGELIJK MAKEN
We hebben ruimte nodig om instrumenten van de Participatiewet in deze regio in te zetten. Dat geldt ook voor de regels op het gebied van het onderwijs. We willen met sociale partners plannen uitwerken waarin we invulling geven aan de afspraken in het sociaal akkoord in onze regio. Op het gebied van onderwijs willen we een pilot uitvoeren waarin we de mogelijkheid krijgen om (met bestaande financiering) leerlingen in het MBO zodanig op te kunnen leiden dat zij wel de beroepscompetenties op niveau 2 of 3 behalen, zonder de verplichting om de algemene vakken te hoeven volgen. Op deze manier kunnen we grotere groepen leerlingen op een hoger beroepsniveau krijgen, zij het met een certificaat in plaats van een diploma.
MET WELK RESULTAAT De komende vijf jaar kunnen we gezamenlijk de volgende resultaten behalen: 700 mensen met een beperking aan het werk (met loonkostensubsidie) Van 5000 mensen zijn de competenties voor bedrijven inzichtelijk Er zijn 3000 werkervaringsplaatsen gerealiseerd Er zijn 1500 werkzoekenden en/of jongeren met een beperking een niveau hoger opgeleid
4|Participatie: óók in Oost-Groningen [19-12-2013]
INSPANNINGEN EN INVESTERINGEN SAMENGEVAT
Gemeenten in de regio
Rijk
Mensen voorbereiden op werk Vorming van TDC Vorming Ontwikkel- en Participatiebedrijf
Vergoeding € 35 miljoen bovengemiddelde korting
Bijdrage €10 miljoen doorontwikkeling TDC
Bijdrage economisch investeringsprogramma (werk naar regio)
Maatwerkmogelijkheden
Ruimte voor plannen bedrijven in de regio
Pilot scholing beroepscompetenties Bijdrage doorontwikkeling TDC van € 1 miljoen per jaar
Provincie
Werk creëren Acquisitie extra werk in Participatiebedrijf (in samenwerking met bedrijven) Regionaal EZ-team Vergroten aantrekkelijkheid van de regio door verbetering infrastructuur (fysiek en digitaal) en kwaliteitsimpuls werkzoekenden Vergoeding ook voor ombouw naar nieuwe organisatievorm (met bedrijven)
Werkgevers
Bijdragen aan/meesturen met TDC het ontwikkel- en Participatiebedrijf
Onderwijs
Uitvoering deel onderwijsprogramma binnen TDC
Investeren in aanjagen van extra (laaggeschoolde) werkgelegenheid. Koppeling met innovatieprogramma Gas 2.0 700 banen voor mensen met een beperking Ondersteuning bij het economisch investeringsprogramma en ontwikkeling werkgeversaanpak
5|Participatie: óók in Oost-Groningen [19-12-2013]