Projectgroep : TAMM Afstudeerrichting Bouwkunde Maarten Slob 281917 Arend Talsma 280382 Groep 6a Afstudeerbegeleider W. van Barneveld Co-begeleider begeleider H. Haagsma Datum: 30 30-05-2008 2008
Inhoudsopgave
Planning “een dag op de zorgboerderij” ............................................18
Voorwoord .................................................................................................. 3
Personalia van een mogelijke zorgvrager...........................................18
Inleiding ....................................................................................................... 4
Totstandkoming van het ontwerp .............................................................21
Inleiding ....................................................................................................... 4
Definitief Ontwerp .....................................................................................25
Gegevens ..................................................................................................... 5
Omschrijving gebruikers en toepassing .............................................25
Achtergrond informatie............................................................................... 6
Woonhuis ...........................................................................................26
Het gebied............................................................................................ 6
Theehuis .............................................................................................26
Herinrichting Koningsdiep .................................................................. 6
Entree/algemene ruimte .....................................................................26
Het Atelier ........................................................................................... 7
Bed & Brochje....................................................................................27
Opdrachtanalyse ......................................................................................... 8
Opslagruimte ......................................................................................27
Producten volgens plan van aanpak .................................................... 8
Grote stal ............................................................................................28
Gerealiseerde eindproducten ............................................................... 8
Dagverblijf .........................................................................................28
Gebiedsomschrijving ................................................................................... 9
Kleine stal. .........................................................................................29
Natuur, doelstellingen voor het gebied.............................................. 10
Terrein................................................................................................29
Agrarisch, doelstellingen voor het gebied. ........................................ 10
Conclusie ....................................................................................................30
Recreatie, doelstellingen voor het gebied.......................................... 11
Bijlagen.......................................................................................................31
Locatie De Mersken 12.............................................................................. 13
Reflectie .....................................................................................................32
De Dagbesteding ....................................................................................... 15
Het Atelier WWZ...............................................................................32
Visie .................................................................................................. 15
Competenties Arend Talsma ..............................................................33
Doelgroep .......................................................................................... 15
Competenties Maarten Slob ...............................................................36
Wat is een geschikte omgeving voor 55+ers met een lichte depressie? ........................................................................................................... 16 2
Voorwoord Voor u ligt het bouwkundig afstudeerverslag van afstudeergroep TAMM. TAMM staat voor Tamara Westra Arend Talsma Maarten Slob Marloes van der Veen De bouwkundige leden van afstudeergroep TAMM zijn Maarten Slob en Arend Talsma. De verpleegkundige leden zijn Tamara Westra en Marloes van der Veen. Dit afstudeerproject is gerealiseerd in het Atelier, Wonen, Welzijn en Zorg. Dit is het bouwkundig uitgewerkte verslag, de verpleegkunde studenten hebben een eigen eindverslag gemaakt. In dit verslag komt naar voren waar het onderzoek over gaat en staat het proces en het eindontwerp samengevat weergegeven. Onze dank gaat uit naar: - Lies Siegersma, Karus Architecten en Stedenbouw; - Senioren Atelier; - Junioren Atelier; - Henk Haagsma (tweede lezer, tevens begeleider); - Wim van Barneveld (afstudeerbegeleider); - Docenten Academie van Architectuur, Bouwkunde en Civiele Techniek.
3
Inleiding “Een zorgboerderij is een bedrijf waar mensen met een zorg- of hulpvraag een waardevolle dagtaak vinden.” Noord Nederland kent een aantal ontwikkelingen waarbij ook wordt gekeken naar de betekenis van boerderijen en erven. In de eerste plaats gaat het om de schaalvergroting en/of differentiatie in de landbouw en de (daarmee) vrijkomende agrarische bedrijven en erven. Gebouwen krijgen nieuwe functies of blijven lang leeg en raken in verval. In de tweede plaats is sprake van groeiende waardering voor boerderijen en erven. Het zijn de ‘dragers’ van het noordelijke landschap, groene eilanden in een open ruimte. In de derde plaats kun je voor het noorden spreken van vergrijzing in een landelijke omgeving. Veel mensen wonen in kleine en grotere dorpen en minder in steden (met voorzieningen). (J. Postma) Daarnaast is er in de zorg van alles aan de hand. Mensen zijn kritischer over hun toekomstige woonplek, ook als ze ouder zijn en/of met beperkingen moeten leven. Men vraagt maatwerk in een eigen omgeving. Daarnaast ontstaat flexibiliteit omdat zorgbudgetten persoongebonden worden. M.a.w. mensen kunnen steeds meer zelf vorm geven aan hun zorginkoop. En je ziet dat dit steeds meer gebeurt. Ook ondernemers stappen in deze ontwikkelingen. De laatste jaren worden er steeds meer zorgboerderijen opgezet. Alle zorgboerderijen zijn gericht op hulpverlening voor verschillende doelgroepen. Hier kunnen zij een dagbesteding volgen, ook worden korten langdurige woonvormen aangeboden.
babyboomgeneratie van 1946-1970 zal de doelgroep ‘ouderen’ vanaf 2011 nog meer stijgen dan in het afgelopen decennium. Voor het Atelier van de Hanze Hogeschool Groningen hebben twee verpleegkundigen en twee bouwkundigen gewerkt aan het project ‘zorgboerderij te Koningsdiep.’ De opdrachtgever is Lies Siegersma van Karus Architectuur en Stedenbouw te Drachten. De opdracht houdt in dat er voor de boerderij te Koningsdiep een nieuwe functie/bestemming moet worden gezocht, waarbij vrij in keuze staat of de boerderij behouden blijft of gesloopt wordt. Door de deelname van de verpleegkundigen krijgt de boerderij een therapeutische functie en moest er uitgezocht worden welke zorgvragers hun intrek konden nemen in de boerderij. Op basis van analyse is een Programma van Eisen opgesteld betreffende de doelgroep en is de locatie ingericht. Dit heeft geleid tot een Definitief Ontwerp. Vanuit de omgeving wordt gekeken of de boerderij een rol van betekenis kan spelen in het in ontwikkeling zijnde natuurgebied rondom de boerderij. De locatie leent zich uitstekend voor een recreatieve functie voor de toeristen en natuurliefhebbers in de omgeving. In dit verslag komt een nieuwe bestemming voor de locatie aan de Mersken naar voren, het proces en het eindresultaat Bij de onderwerpen wordt verwezen naar de bijlagen. Daar worden keuzes uitgelegd en wordt dieper ingegaan op de onderwerpen.
Uit meerdere onderzoeken die gedaan zijn door het RIVM, blijkt dat de aankomende decennia de vergrijzing steeds meer zal toenemen. Hierdoor zal de groep ouderen met een depressie groter worden. Door de 4
Gegevens
Coördinator Atelier WWZ:
Groepsleden Bouwkunde: Naam: Maarten Slob E-mail:
[email protected] Telefoon: 0611421044 Studentnummer: 281917 Naam: Arend Talsma E-mail:
[email protected] Telefoon: 0621684178 Studentnummer: 280382
Naam: Drs. J. Rozema E-mail:
[email protected] Afstudeerbegeleider: Naam: Ir. L.W. Barneveld E-mail:
[email protected] Lezer: Naam: Ing. H.T. Haagsma E-mail:
[email protected]
Groepsleden Verpleegkunde: Naam: Tamara Westra E-mail:
[email protected] Telefoon: 0642604996 Studentnummer: 270496 Naam: Marloes van der Veen E-mail:
[email protected] Telefoon: 0615555184 Studentnummer: 271226
Opdrachtgever:
Naam: Lies Siegersma E-mail:
[email protected]
5
Achtergrond informatie Het gebied Het gebied Koningsdiep wordt gekenmerkt door het bos- en heidegebied bij Bakkeveen, de Duurswouderheide, het Wijnjeterper Schar de Lippenhuisterheide en Van Oordt’s Mersken. Zowel de bossen als de heidegebieden hebben een recreatieve betekenis. Er zijn diverse wandel- en fietspaden in gesitueerd. De verblijfsvoorzieningen bestaan uit campings en enkele kampeerboerderijen. De meeste horeca- en verblijfsvoorzieningen liggen nabij Bakkeveen. Een belangrijk kenmerk van het gebied is de rust en de ruimte die het uitstraalt. Dit vormt voor een groot deel de kwaliteit van het recreatieve product. Herinrichting Koningsdiep In het stroomgebied van het Koningsdiep wordt de komende jaren vijfhonderd hectare nieuw natuurgebied ingericht. De boeren in het gebied krijgen logischer ontsloten kavels en de waterhuishouding wordt verbeterd. Naast de veranderingen rondom het Koningsdiep, krijgt deze beek zijn vroegere meandering terug en wordt de koppeling tussen de boven-, midden- en benedenloop van het water hersteld. Ook de recreatie in het gebied krijgt een impuls: de bestaande recreatiepunten worden opgeknapt of uitgebreid en nieuwe initiatieven zoals kamperen bij de boer kunnen rekenen op ondersteuning. De herinrichting van het stroomgebied van het Koningsdiep (ook wel Ouddiep en Boorne genoemd) hoort bij het ROM-project voor Zuidoost Fryslân, waarin de provincie een zo breed mogelijk draagvlak probeert te vinden voor de ontwikkeling van het gebied.
Foto: Koningsdiep
6
Het Atelier Het Atelier WWZ is een multidisciplinaire leerwerkomgeving waar studenten en docenten samen met vertegenwoordigers uit de praktijk, werken aan maatschappelijke vraagstukken op het gebied van wonen, welzijn en zorg. Er wordt vanuit verschillende studierichtingen in het Atelier gewerkt. Deze fase in het Atelier waren dat de disciplines: Verpleegkunde, Facility Management, Human Technologie en Bouwkunde/Architectuur. Deze verschillende disciplines en de docenten (experts) van de verschillende opleidingen die hierbij betrokken zijn werken gezamenlijk aan projecten. Het doel is om met studenten van de verschillende disciplines producten van hoog niveau te maken voor externe opdrachtgevers. In het Atelier ben je voor 80% met het eigen product bezig en ben je voor 20% beschikbaar voor de overige disciplines. Projecten 2007-2008 In 2007-2008 wordt er in het Atelier gewerkt aan: Een visie op wonen voor dementerende ouderen; Zorgboerderijen; Verpleeghuis voor chronisch zieke kinderen; Zorgonderneming voor jong dementerenden; Onderzoek over groepswonen. Afbeelding: Organigram Atelier Wonen Welzijn Zorg
7
Opdrachtanalyse Karus Architecten en Stedenbouw heeft, voor boerenvereniging De Alde Delta, ons opdracht gegeven onderzoek te doen naar een nieuwe bestemming voor het leegstaande boerenbedrijf aan de Mersken 12 in Ureterp. Het onderzoek gaat over de mogelijkheden van hergebruik van het boerenerf. De oorspronkelijke functie van de locatie mag komen te vervallen en er wordt gevraagd naar een ontwerp dat in relatie staat met de veranderingen die plaatsvinden in het gebied Koningdiep Het gebied wordt van agrarisch bestemming getransformeerd naar een combinatie van de agrarisch- en natuurgebied. Het gebied rondom het Koningsdiep(beek die dwars door het gebied stroomt) wordt weer terug gebracht naar hoe het er oorspronkelijk uitzag met een natuurlijke meandering van de beek. Vanuit het Atelier, Wonen Welzijn en Zorg (WWZ) wordt er gekeken naar de mogelijkheid om de nieuwe functie van de boerderij te combineren met een zorgfunctie zodat de locatie voor meerdere doeleinden gebruikt kan worden. De agrarische bebouwingen hebben geen monumentale of beeldbepalende waarde. Wel zal er rekening gehouden moeten worden met de landschappelijke ligging in de Ecologische Hoofd Structuur (EHS). Bij de herbestemming c.q. invulling met andere activiteiten hebben we een duidelijke relatie gecreëerd tussen zorg, natuur, recreatie en toerisme.
Producten volgens plan van aanpak: - Gebiedsonderzoek - Marktonderzoek - Programma van eisen (PVE) - Haalbaarheidstudie - Schetsconcept. - Voorlopig ontwerp - Definitief ontwerp Gerealiseerde eindproducten: Bouwkunde: - Plan van aanpak (A4) - Programma van eisen (A4) - Gebiedsonderzoek (A4) - Technische omschrijving bestaand gebouw (A3) - Scenario’s (A4) - Voorlopig ontwerp (A3) - Definitief ontwerp (A3) - Detailboekje (A3) - Toetsing bouwbesluit (A4) Verpleegkunde: - Marktonderzoek (A4) - Regelgeving in de zorg (A4) - De Zorgboerderij (A4) - Degressieve stemmingsstoornis (A4) - Programma van eisen (A4) - Moodbook (A4)
8
Gebiedsomschrijving Bij het onderzoeken van het gebied is er gekeken naar verschillende aspecten die in relatie staan met de locatie aan De Mersken 12 te Ureterp. Zo is er gekeken naar de functie en de kenmerkenvan het gebied. De boerderij ligt in het gebied Koningsdiep. Het gebied dankt zijn naam aan de beek die door het gebied stroomt. Het gebied Koningsdiep is herkenbaar aan zijn beekdallandschap. Het grootste gedeelte van het gebied wordt gebruikt als grasland. De beek het Koningsdiep, dat ook bekend staat onder de namen de Boarn, Ald Djip en Keningsdjip, loopt dwars door dit gebied. Het landinrichtingsgebied Koningsdiep kenmerkt zich door het beekdal met open karakter, de bos- en heidecomplexen bij Beetsterzwaag en Bakkeveen en het coulisselandschap op de zandruggen, de zogenaamde flanken van het beekdal. Dit type landschap heeft een zwak golvend reliëf met singels en houtwallen langs de opstrekkende verkaveling, loodrecht op de binnen- en buitenwegen. De beplanting op de perceelsgrenzen, samen met de aanwezige bossen en bosjes, geven het gebied een besloten karakter. In het gebied komen belangrijke natuurreservaten voor als het bos- en heidegebied bij Bakkeveen, de Duurswouderheide, het Wijnjeterper Schar, de Lippenhuisterheide en Van Oordt’s Mersken. Het grootste deel van deze reservaten is in eigendom bij de natuurorganisaties Staatsbosbeheer, It Fryske Gea en Natuurmonumenten. Al met al is het Koningsdiep één van de best bewaard gebleven beekdalen in Noord-Nederland. Reden genoeg om de waarden van het gebied te behouden en te versterken.
9
In de omgeving van de boerderij zijn verschillende natuurgebieden en bossen. Het dichtstbijzijnde stukje natuurgebied is de Stokersdobbe. Deze dobbe ligt tegen de Mersken aan. Een groot gedeelte van dit gebied is dichtgegroeid met riet en wilgenbos. Achter de dobbe ligt een enkele honderden meters lange boomwal. De Wijnjeterperschar ligt ten zuiden van de boerderij en aan de andere kant van het Koningsdiep. Het bijzondere van de Schar is de grote afwisseling van heidevelden, bossen en schraallandjes die op korte afstand van elkaar voorkomen.
Agrarisch, doelstellingen voor het gebied. De landbouw vormt in Zuidoost Fryslân een belangrijke economische activiteit. Het grootste gedeelte van de agrariërs is werkzaam binnen de melkveehouderij. De boerderij houdt gedeeltelijk zijn agrarische uitstraling en een gedeelte van de kavel kan gebruikt worden als weiland voor omliggende boeren.
Natuur, doelstellingen voor het gebied. Het Koningsdiep stroomt van oost naar west door Opsterland. De beek vormt het snoer waarmee de natuurgebieden in de toekomst aaneengeregen zullen worden. Een strook van in totaal 500 hectare landbouwgrond langs de beek zal worden ingericht als een natuurlijke verbindingszone tussen de natuurgebieden. Tegelijkertijd zal vooral de bovenloop van de beek naar een meer natuurlijke toestand worden teruggebracht. De vele bochten (meanders) die er bijna vijftig jaar geleden uit zijn gehaald, worden hersteld en er zal meer water door de beek stromen. Zo wordt het voortdurende verlies aan natuurlijk gebied sinds ongeveer 1900 voor een deel gecompenseerd. De provincie Fryslân heeft een gebiedskader gemaakt voor het gebied Zuidoost Fryslân voor de periode 2007 tot 2013 (zie bijlage Gebiedsonderzoek).
10
Recreatie, doelstellingen voor het gebied.
Openluchtrecreatie: - Routegebonden; - Dagrecreatie; - Waterrecreatie; - Cultuurrecreatie; - Natuurrecreatie; Verblijfrecreatie; Kwaliteit en organisatie.
Afbeelding gemeente Opsterland
Opsterland staat voor ‘natuur, verblijf en vermaak’. De gemeente is vooral geschikt voor routegebonden recreatievormen als fietsen en wandelen. Het oostelijk deel van de gemeente Opsterland maakt onderdeel uit van de Friese Wouden. De Friese Wouden worden gekenmerkt door verscheidenheid in landschappen. De gemeente beschikt over veel mogelijkheden op het gebied van wandelen en fietsen. In 2001 is een inventarisatie verricht naar het aanbod van fietspaden in de gemeente. In deze studie zijn tevens knelpunten en wensen weergegeven. De gemeente beschikt hiermee over een goed overzicht van het aanbod aan fietspaden. De gemeente Opsterland heeft een toekomstvisie. Hierin wordt aangegeven hoe de toeristische-recreatieve sector zal ontstaan. Het gaat om behoud van het platteland met de natuur, de landschappelijke en de cultuurhistorische waarden. Het aantrekkelijke landschap en de bosrijke omgeving bieden bewoners en bezoekers veelmogelijkheden om te recreëren. Realisering van het beleid van Gemeente Opsterland zal plaatsvinden in de volgende sectoren:
Afbeelding: verbinding van de bestaande fietspaden via de boerderij
Met de recreatieve functie van de boerderij kunnen we een bijdrage leveren aan de openluchtrecreatie en verblijfsrecreatie, die door de gemeente wordt gestimuleerd. Door het verhuren van fietsen en kano’s kunnen mensen goed recreëren in het gebied. 11
Met de mogelijkheden van overnachting op de minicamping of Bêd & Brochje leveren we ook een goede bijdrage aan de vraag naar meerverblijfsrecreatie. Door het in dienst nemen van geschoold personeel kan er een goede kwaliteit en organisatie gegarandeerd worden. De boerderij ligt precies tussen twee bestaande fietspaden: de Merskenreed en ’t Skjer. Via de boerderij en over het Koningsdiep zou dit een ideale verbinding zijn voor een doorgaande fietsroute.
12
Locatie De Mersken 12 Kort omschreven luidde onze opdracht: Een leegstaande boerderij aan De Mersken 12 in Ureterp moet een nieuwe bestemming krijgen. Onderzoek de mogelijkheden en maak een nieuw ontwerp. Door het analyseren van de locatie is het volgende in kaart gebracht: - Staat van de boerderij - Omgeving/gebied - Mogelijkheden Staat van de boerderij (technische omschrijving) De boerderij bestaat uit meerdere gebouwen. Het hoofdgebouw is het voorhuis met erachter een grote veestal en een uitbreiding aan de zuidzijde. Verder is er nog een grote ligboxenstal, een wagenloods en een kleine veestal. Het oorspronkelijke jaartal waarin de boerderij is gebouwd hebben we niet kunnen achterhalen.
De boerderij in begin jaren ‘60
De tekeningen van de eerste verbouwing zijn van 1966. We vermoeden dat de boerderij rond 1960 gebouwd is, in die tijd vond er veel ruilverkaveling plaats. Van oorsprong zijn het voorhuis en de stal gebouwd met een wolfseind. Bij de verbouwing in 1966 is de stal verlengd en opgetopt. In plaats van een wolfseind heeft de stal nu een zadeldak. In 1978 is de uitbouw aan de zuidzijde erbij gekomen. In 1979 is het woonhuis verbouwd. De woning is naar voren verlengd en tevens is het wolfseind komen te vervallen. Het voorhuis heeft nu ook een zadeldak. De kleine stal is in 1982 gebouwd, de bouw van de ligboxenstal was in 1986 en is in 1998 verlengd met een aantal extra ligboxen. De wagenloods is in 1990 gebouwd. De stal heeft een houtconstructie van dekbalkgebinten die steunen op balken in een Nehobo-vloer die weer steunt op stalen kolommen. Het woonhuis heeft houten vloeren en een fundering op staal. 13
Het uiterlijk van de boerderij is niet erg bijzonder, het heeft niet veel uitstraling maar verkeert op wat achterstallig onderhoud na in redelijke staat. Boven op de Nehobo-vloer was voorheen de hooizolder met in het midden een voersilo.
Afbeelding: aanzichten kleine stal
Afbeelding: plattegrond ligboxstal De ligboxenstal staat dwars achter de boerderij. De in 1986 gebouwde stal verkeert buitenwerks in goede staat, Slechts op enkele plaatsen is het metselwerk beschadigd. De inrichting van de stal is verwijderd, de melkput en de machines zijn verdwenen. De stal is op de muren van de melkruimte na leeg. De constructie van de stal is van hout op de uitbreiding in 1998 na. Hier is de constructie van staal.
De kleine stal aan de noordzijde van het hoofdgebouw verkeert in goede staat. De inrichting van de oorspronkelijke stal is er niet meer. Alleen de gierkelder is nog aanwezig. De kleine stal is het eerste gebouw dat vanaf de weg gezien wordt. Het heeft geen mooie uitstraling. De golfplaten op het dak zijn hoogstwaarschijnlijk asbesthoudend, net als de overige golfplaten op de ligboxenstal en de uitbouw aan de boerderij. Vlak achter de kleine stal staat de wagenloods, de stalen omkleding met damwandprofiel rust op een stalen constructie. Onder de wagenloods zit nog een mestkelder voor opslag van mest.
De oppervlakten van de oorspronkelijke bestemming zijn: Woonhuis: 63m2 Stal achter woonhuis 382m2 Loopstal 693m2 Stal kleinvee 200m2 Wagenloods 144m2 Foto: wagenloods
14
De Dagbesteding Visie De zorgboerderij van Koningsdiep is een zorgboerderij liggende in een recreatieve, ecologische omgeving. De boerderij is toegankelijk voor ouderen vanaf 55 jaar met een depressieve stemmingsstoornis. Kenmerkend is de huiselijke sfeer in de boerderij, waarbij mensen respectvol met elkaar omgaan: er wordt geluisterd naar meningen van anderen en iedereen wordt in zijn waarde gelaten. Een ieder heeft de keuze en mogelijkheid om naar eigen inzicht zich terug te trekken in een hiervoor bestemde (prikkelarme) ruimte in de zorgboerderij, waarbij de privacy gewaarborgd wordt en waar veiligheid voor de zorgvragers voorop staat. Er is ruimte voor ontwikkeling en vernieuwing. De organisatie van de hulp is gericht op behoeften/vragen van de zorgvrager en om continuïteit en passende zorg te bieden. Er wordt gehandeld vanuit de rehabilitatiemethode. Deze methode is gericht op het verminderen van beperkingen veroorzaakt door een psychisch lijden. Daarbij hoort het leren leven met beperkingen, aanpassingen en hulpmiddelen. Zorgvragers met een chronisch psychiatrische aandoening hebben ondersteuning nodig bij het optimaal deel kunnen nemen aan het maatschappelijke leven. Toegenomen deelname aan het maatschappelijke leven gaat gepaard met toename van de kwaliteit van leven. Bij de hulpverlening staan de behoeften en vragen van de zorgvrager centraal en wordt zorg geleverd vanuit de belevingswereld van de zorgvrager. Er wordt gehandeld vanuit de belevingswereld van de zorgvrager en de autonomie van de zorgvrager wordt gestimuleerd. Er wordt gewerkt aan de activiteiten in en rondom de zorgboerderij, waarbij een zelfstandige werkhouding en samenwerken noodzakelijk is. Hierbij wordt ondersteuning en begeleiding geboden daar waar nodig is.
Doelgroep In de Zorgboerderij te Koningsdiep komen zorgvragers: 55+ers met een depressieve stemmingsstoornis. Dit is een stoornis van de stemming. Deze is te herkennen aan een aantal symptomen, zoals neerslachtigheid, lusteloos, vermoeidheid, concentratieproblemen, huilen etc. Er is hier geen sprake van gewoon 'in de put zitten'. Een depressie heeft niet één duidelijke oorzaak, maar ontstaat door een combinatie van biologische, sociale en psychische factoren. Soms kan de huisarts de depressie zelf behandelen, soms is dit niet genoeg. Dan moet de psychiater worden ingeroepen. De behandeling van depressie kan verschillen van psychotherapie, soms in combinatie met medicatie, tot een opname in een psychiatrisch ziekenhuis. Het is belangrijk voor de begeleiders op de zorgboerderij te weten dat iedere depressie anders is. Een voorbeeld: de één heeft wel een slaapstoornis en de ander niet. Mensen met een depressie moeten gestimuleerd worden om “leuke” activiteiten te ondernemen. Er zijn een aantal activiteiten waarvan bewezen is dat dit belangrijk is voor een persoon met een depressieve stemmingsstoornis. Dit zijn: contacten met anderen (die de zorgvrager steun biedt en zijn gevoelens accepteert) en activiteiten ondernemen waarvan de zorgvrager weet dat hij hier goed in is en plezier in heeft. Voor een depressief persoon is het moeilijk om een goede balans te vinden tussen spanning en ontspanning. De begeleiders in de zorgboerderij moeten hiervoor waken dat de zorgvrager niet overvraagd wordt en voldoende ontspanning krijgt. De zorgvrager zal zelf moeten aangeven wanneer het hem teveel wordt en de begeleider zal hem hierin steunen.
15
Wat is een geschikte omgeving voor 55+ers met een lichte depressie? Het is bevorderlijk voor licht depressieve mensen om in een lichte ruimte te zijn. Er zijn meerdere onderzoeken die uitwijzen dat licht een positief effect heeft op ons bioritme en daarbij een eventuele depressie. Naar aanleiding van het onderzoek is er besloten dat waar het mogelijk is, zoveel mogelijk ramen te gebruiken. Hierdoor komt er meer daglicht naar binnen, wat de depressie tegengaat. Ook creëer je optisch meer ruimte. Omdat er een oudere doelgroep is de zorgboerderij komt, is het ook van belang om de sfeer in huis daar op af te stemmen. Gebruik van meubelen, kleuren en licht moeten op de juiste manier gebruikt worden. Voor de sfeer, kleuren en meubels wordt er verwijst naar het “Moodbook”. De ruimtes die, volgens de verpleegkundigen (gebaseerd op ervaring en professionaliteit), in de zorgboerderij voor de doelgroep aanwezig moeten zijn, zijn onder andere: -
-
Een rustkamer met eventueel een bed Hier kan de zorgvrager zich terugtrekken wanneer ze even willen rusten en eventueel op bed willen liggen. In deze kamer moet rekening gehouden worden met de leeftijdscategorie. Een hoog/laag bed is noodzakelijk, geen matjes op de vloer waarover uitgegleden kan worden, een stoel waarin gemakkelijk in en uit kan worden gestapt. Gesprekskamer Wanneer men privé gesprekken wil houden, is dit mogelijk in de gesprekskamer.
-
-
-
-
Kantoor Hier kunnen de begeleiders de dossiers van de zorgvragers bijhouden. Hierin wordt beschreven hoe de zorgvrager deze dag heeft gefunctioneerd. Deze ruimte bestaat uit een bureau, twee computers en een kast die op slot kan. De ruimte moet niet aantrekkelijk gemaakt worden. Dit heeft puur een administratieve functie. Woonkamer/Eetkamer Hier kan gezamenlijk gegeten en gezeten worden. Dit bevorderd de sociale interactie tussen de zorgvragers en begeleiding. Dit kan leiden tot minder gevoel van eenzaamheid voor de zorgvragers, in een mate waar zij behoefte aan hebben. Keuken Hier kan gezamenlijk gekookt worden, voor de maaltijd die door de zorgvragers genuttigd wordt of er kan eten bereid worden voor de gasten van het B&B. Ook eventuele broodjes worden gemaakt voor in het thee/koffie huis. Ruime sanitaire voorzieningen Van belang is een hoog toilet voorzien van beugels aan de zijkant. Voor het eventueel douchen van zorgvragers moet er een ruime doucheruimte zijn waar een eventuele douchestoel onder kan. In de gehele doucheruimte moet een antislip coating aanwezig zijn, geen antislip matten voor het valgevaar.
16
Afbeelding: Plattegrond van de ruimte voor dagbesteding bij de kwekerij met de kleuren van het “Moodbook” 17
Planning “een dag op de zorgboerderij”
Personalia van een mogelijke zorgvrager
uitgaande van een maximale bezetting: 10 zorgvragers 3 a 4 man personeel
Naam: Geboortedatum: Leeftijd: Geboorteplaats: Woonplaats: Burgelijke staat: Beroep:
8.30: 8.30-9.00 9.00-10.00 10.00-10.15 10.15-12.00 12.00-12.30 12.30-15.00 15.00-15.15 15.15-17.00 17.00
aankomst groep zorgvragers gezamenlijk starten met de eerste groep (koffiedrinken, taakverdeling) dagbesteding gezamenlijke koffiedrinken indien mogelijk, anders gespreid dagbesteding gezamenlijk lunchen indien mogelijk, anders gespreid dagbesteding gezamenlijk koffiedrinken indien mogelijk, anders gespreid dagbesteding vertrek groep zorgvragers
Openingstijden: Theehuis: 10.00-17.00 B&B: ontbijt 8.30-10.00 Informatiepunt+winkeltje: 9.00-16.00 (niet constant bemand) Kano- en fietsverhuur: 10.15-16.00 Kwekerij: 8.30-16.00 Dieren verzorgen: 8.30-10.00 Schoonmaak kamers van B&B: 10.15-15.00 Werkzaamheden in- en om de boerderij en camping: 8.30-17.00
Bert van der Loon 21-08-1944 63 jaar Ureterp Bakkeveen gehuwd docent Natuurkunde op CSG Liudger te Drachten
Eigen beleving van de gezondheid Dhr. voelt zich over het algemeen wel goed. Dhr. merkt steeds vaker dat hij zich somber voelt en angstig is. Hierdoor heeft dhr. regelmatig huilbuien. Dhr. schaamt zich hiervoor en voelt zich een “mislukkeling”. Dit komt door de aankomende VUT. Dhr. denkt dat hij zich gaat vervelen, hoopt dat het financieel allemaal in orde komt en vindt zich nutteloos dat hij geen bijdrage meer kan leveren in de maatschappij. Twee jaar geleden is dhr. een half jaar thuis geweest i.v.m. een burn-out. Dhr. Heeft hiervoor lichttherapie gehad. Hierna is hij weer aan het werk gegaan en is tevens minder gaan werken. Dhr. Heeft sinds drie maanden anemie en krijgt hiervoor ferrofumaraat. Dhr. rookt een pakje sigaretten per dag. Op de vrijdagavond neemt dhr. een sigaartje om zo het weekend in te luiden. Eten en drinken Dhr. vindt dat hij teveel tussendoortjes eet. Ook kan hij veel snacken. Dhr. houdt erg van zijn borreltje die hij elke avond drinkt (twee op een avond, soms in het weekend drie á vier). Dhr. schat in ongeveer één liter vocht binnen te krijgen per dag. Dhr. is in een half jaar acht kilo aangekomen. Dhr. geeft aan aanleg te hebben om snel “dik” te worden, maar heeft nog nooit een dieet gevolgd.
18
Uitscheiding Dhr. heeft last van obstipatie (harde ontlasting). Hij krijgt hiervoor lactulose. Dhr. heeft regelmatig aambeien. Activiteiten Dhr. sport één keer in de week op de sportschool. Dhr. heeft geen zin om vaker te sporten. Het kost dhr. genoeg energie om op een kleinkind te passen. Dhr. heeft onlangs besloten om te stoppen met dammen, hij beleefde hier geen plezier meer aan. Slapen en rusten Dhr. heeft twee jaar geleden een burn-out gehad en sliep hierbij slecht. Een jaar geleden heeft dhr. een Daymaker (Daglicht wekker) en deze bevalt erg goed. Dit helpt dhr. om een goed bioritme te creëren. Dhr. heeft ’s nachts regelmatig dromen over zijn werk en wordt hierdoor wakker. Vervolgens slaapt hij moeilijk weer in.
Seksualiteit Dhr. heeft een libido verlies. Zijn vrouw vindt dit vervelend en dit heeft een negatieve invloed op hun relatie en op het zelfbeeld van dhr. Verwerken van stress Dhr. is vaak gespannen en trekt zich dan terug op zijn slaapkamer om muziek te luisteren of om een borrel te drinken. Met zijn vrouw kan hij hier niet goed over praten, wel met een vriend. Geloof Dhr. en zijn vrouw zijn katholiek en gaan elke zondag naar de kerk. Zonder dit geloof (en geloof in God) zou dhr. niet zover gekomen zijn. God heeft dhr. al vele malen beschermd, aldus dhr. Dhr. bidt voor- en na het eten. Verwachtingen van dhr. ten aanzien van de boerderij
Waarneming Dhr. heeft een leesbril. Dhr. merkt dat hij minder geconcentreerd is de laatste tijd, onthoudt verhalen van anderen nauwelijks. Dhr. heeft moeite om beslissingen te nemen, hij is dan erg onzeker. Zelfbeleving Dhr. vindt het niet leuk dat hij aangekomen is het afgelopen half jaar. Dhr. heeft een negatief zelfbeeld en is bang dat zijn vrouw hem verlaat. Relatie Dhr. is 40 jaar getrouwd, vier kinderen, één kleinkind. Zijn vrouw heeft er moeite mee dat dhr. naar dagbesteding gaat. Zij vindt dat dhr. niet zo moeilijk moet doen en zichzelf bij elkaar moet rapen en door moet gaan. De collega’s van dhr. zijn niet op de hoogte van de situatie, dhr. vindt het niet nodig om dit te vertellen.
Dhr. moet duidelijk het gevoel hebben zich nuttig te voelen en een bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij of in het bedrijf waarin hij werkt; Dhr. wil graag dagbesteding gaan doen in de zorgboerderij zodat hij ervaring op kan doen met een camping en fietsverhuur. Dhr. wil graag erkenning van zijn “ziek zijn” en denkt dit mede hier te kunnen vinden; Het praten met lotgenoten spreekt dhr. erg aan; Kleur in het gebouw maakt dhr. niet uit; Dhr. wil graag een terugtrekkamertje waar dhr bij onzekerheid/angst heen kan gaan en zijn muziek kan gaan luisteren; Dhr. wil graag de gelegenheid krijgen om te bidden voor en na het eten; Dhr. ziet het zitten om nieuwe mensen te ontmoeten en hoopt zo zijn sociale netwerk uit te breiden.
19
Aandachtspunten voor begeleiding Dhr. moet zijn zelfvertrouwen terug proberen te krijgen. Dit door dhr. te complimenteren hoe hij eruit ziet, wat hij doet, etc. De begeleider moet in de gaten houden hoe dhr. met zijn problemen omgaat en wat de aanleiding geeft dat dhr. naar de terugtrekkamer gaat en muziek gaat luisteren; Erop waken dat dhr. niet overmatig alcohol gebruikt. Dit anders met dhr. bespreken; Dhr. laten inzien dat de keuzes die hij maakt niet zomaar gemaakt worden en dit proces met hem doorlopen; Dhr. laten inzien dat hij zich neerlegt bij de keuzes die hij maakt; Opletten dat dhr. alles rustig aangereikt krijgt, zodat hij zich kan concentreren op één ding. Dhr. uitleggen dat het niet erg is als hij het niet in één keer begrijpt; Dhr. het nut ervan laten inzien dat het belangrijk is om zijn situatie uit te leggen aan de collega’s. Zij zullen dan meer begrip hebben voor de situatie en het is de ziekte die dhr. zo maakt en niet hijzelf.
20
Totstandkoming van het ontwerp Om de bestaande situatie in kaart te brengen is er de “Technische omschrijving bestaande situatie” gemaakt. Dit is deels gemaakt met behulp van bestaande bouwtekeningen uit het archief van de Gemeente Opsterland en door op locatie de staat van het gebouw te bepalen en gedeeltes van het gebouw in te meten. Wat opvalt is dat de tekeningen en de huidige bebouwing niet altijd overeenkomen en dat de tekeningen incompleet zijn. Dit is opgelost door, waar dit nodig was, de gebouwen in te meten. De eerste keuzes die gemaakt moesten worden waren: nieuwbouw of verbouw? Welke doelgroep? Welke recreatieve activiteiten? Om een programma voor de boerderij vast te stellen gebaseerd op een goed onderbouwde keuze is er een brainstormsessie georganiseerd. Hiervoor zijn verschillende experts uitgenodigd.
In de “Technische omschrijving bestaande situatie” is de gesteldheid van de gebouwen beschreven en in “Scenario’s” zijn de verschillende producten geschetst. De gebouwen zijn in redelijk goede staat. Het zou kapitaalvernietiging zijn als er volledig nieuw gebouwd zou worden en de nieuwe functie van de gebouwen past in de bestaande situatie. Naar aanleiding van o.a. het “Gebiedsonderzoek“ is het onderstaande recreatieve programma opgesteld: - Bêd & Brochje; - Theehuis; - Mini-camping; - Kano- en fietsverhuur. Naar aanleiding van o.a. het “Marktonderzoek” is de onderstaande doelgroep bepaald: - 55+ers met een licht depressieve stemmingsstoornis Deze doelgroep heeft als dagbesteding: werkzaamheden in de kwekerij, het theehuis, de dierboerderij en het onderhoud van het natuurgebied in de omgeving.
Afbeelding: schets voor het Theehuis Er zijn twee verschillende scenario’s samengesteld met daarin beschreven de doelgroep, de activiteiten op het terrein en nieuwbouw of verbouw. Deze scenario’s zijn gepresenteerd in de brainstormsessie. Om deze te bespreken. Met behulp van deze brainstormsessie in combinatie met de uitkomsten van de onderzoeken is er een goed programma vastgesteld voor de boerderij. Dit was een goed eindpunt van een fase van onduidelijkheid: Wat doen we met de locatie?
In samenwerking met de verpleegkunde studenten is een ‘Programma van Eisen” opgesteld. Hierin staan o.a. de eisen voor de doelgroep en de recreatieve functies omschreven. Meerdere keren hebben we met elkaar om tafel gezeten, en overleg geboerd, afgewisseld ook met verschillende experts. Uit deze bijeenkomsten zijn verschillende schetsontwerpen gekomen: Uiterlijk van de gebouwen, plattegronden van het Theehuis, B&B en een geschikte inrichting gebaseerd op de doelgroep. Voor de inrichting van het erf zijn er ook verschillende schetsen gemaakt. De uitstraling van de boerderij moet passend zijn in de omgeving, daarom is er gekeken hoe de boerderijen in de omgeving eruit zien en wat de
21
kenmerken zijn. Om de boerderij een traditionele uitstraling te geven is er besloten om het dak van de boerderij te veranderen van een zadeldak naar een rietendak met wolfseinden en uilenborden met de kenmerken van de regio. In het bestaande liggen asbestplaten op de daken, deze moeten allemaal vervangen worden. De schade en het achterstallig onderhoud van het gebouw worden zo veel mogelijk hersteld. Dat geldt voor het schilderwerk, verrotte kozijnen, boeiboorden. Ook het metselwerk is op vele plaatsen beschadigd en de voegen zijn door regenwater op plaatsen uitgeregend. De betonnen kozijnen aan de achterkant worden vervangen door houten kozijnen. Tijdens een bezoek aan de boerderij is er waargenomen dat er een Nehobovloer in de stal ligt. Deze vloer ligt op een hoogte van 1,9m. Deze vloer is nogal bepalend in de constructie van het gebouw. Dit beperkt de vrijheid van de indeling van het gebouw. Het plafond van de begane grond zit te laag om er een verblijfsruimte in te creëren. Daarom is ervoor gekozen om de begane grond als opslag te gebruiken. In eerste instantie hadden we de Bêd & Brochje op de begane grond willen indelen, maar vanwege de Nehobo-vloer is deze verplaatst naar de verdieping. Daar kwamen we het probleem tegen dat de gebintbalken op “hoofdstoot” hoogte zitten. Dit probleem is opgelost door wandschrijven toe te passen, zodat de gebinten boven de Nehobo-vloer niet meer noodzakelijk zijn.
Afbeelding: schets van doorsnede boerderij
Afbeelding: Doorsnede bestaand
Voor de uitbouwen van de boerderij is er gekozen voor een moderne uitstraling, zodat er een duidelijk verschil is in ieder bouwdeel met zijn specifieke functie. Als dakafwerking wordt er zink toegepast op het theehuis. Deze keuze is wel een risico vanwege de combinatie: riet en zink. Rietzuren tasten het zink aan. Daarom wordt het hemelwater dat vanaf het rietendak afwatert naar het zinken dak van te voren opgevangen door koperen dakgoten, zodat de kans op aanraking van het zuur met zink wordt geminimaliseerd. De ligboxenstal krijgt gedeeltelijk een glazen kasdak, omdat hier een kwekerij komt. In de noordzijde van de stal is het zorgdeel gesitueerd. De plaats van het zorgdeel was in het begin nog een probleem. In eerste instantie waren de plannen om het zorgdeel in de boerderij te huisvesten, maar dit was niet mogelijk i.v.m. de beperkte ruimte. Omdat de kwekerij een dagbesteding is, kan dit prima gecombineerd worden en op die manier blijft de dagbesteding toch gescheiden van de recreatieve functie. In samenwerking met de verpleegkundigen zijn we met behulp van schetsen, tot een geschikte indelingen gekomen voor de dagbesteding en het Bêd & Brochje met de in de “PVE” gestelde eisen. Voor de bestaande wagenloods is geen geschikte bestemming gevonden, deze komt om deze reden niet voor in het ontwerp. 22
Bêd & Brochje. De gasten voor het Bêd & Brochje kunnen deze ingang ook prima gebruiken als ingang.
Afbeelding: Lamellen boven de trapingang aan de achterkant Voor de entree van de boerderij is er een gezamenlijke ingang gecreëerd voor de verschillende functies. Het probleem was waar de ingang moest komen? Dit is opgelost door een uitbouw te plaatsen aan het theehuis. Hierdoor komt er een halletje tussen het theehuis en de algemene ruimte, waar ook ruimte is voor de toiletten. Afbeelding: De indeling van het zorgdeel in de kwekerij moet logisch ingedeeld zijn en afgestemd op het “PVE” De schetsontwerpen zijn vastgelegd in het “Voorlopig ontwerp”. Dit ontwerp is in meerdere bijeenkomsten besproken, met senioren uit het Atelier en met de opdrachtgever Lies Siegersma en haar compagnon Karel de Bruin. Door gebruik te maken van deze experts zijn er nieuwe ideeën ontstaan wat betreft het uiterlijk en de inrichting van het gebouw. Grote wijzigingen zijn de muurafwerkingen van het theehuis en de kwekerij. De dakdoorbrekingen in het rietendak zijn ook gewijzigd, dit vanwege de functionaliteit en het uiterlijk van het gebouw. Door het toepassen van balkonvensters zijn er geen uitstekende dakkapellen en is er door het grote glasvlak een mooi uitzicht over het gebied. I.v.m. de brandveiligheid zijn er twee uitgangen voor het Bêd & Brochje gecreëerd. In de oostzijde van het gebouw zit een inpandige trap naar het
Bij het maken van het “Definitief ontwerp” is er rekening gehouden met materiaal gebruik, constructieve uitvoerbaarheid, bruikbaarheid en brandveiligheid. De functies Bêd & Brochje en het Theehuis zijn getoetst op een aantal onderdelen van het bouwbesluit. De toetsing bestaat uit brandveiligheid, bruikbaarheid en er is een EPC-berekening gemaakt.
23
Afbeelding: Om een goed beeld te krijgen het uiterlijk van het gebouw is er een 3d impressies gemaakt van de gebouwen.
24
Definitief Ontwerp De boerderij heeft verschillende functies, deze kunnen in 3 hoofdgroepen worden ondergebracht: - Recreatieve functie; - Zorgfunctie; - Beheerswoning; Omschrijving gebruikers en toepassing Beheergezin wonende in het woonhuis; Doelgroep: 55+ers met licht depressieve stemmingsstoornis; De zorgvragers bestaan uit een groep van maximaal tien personen; De zorgvragers kunnen met eigen vervoer naar de zorgboerderij komen (auto, fiets, taxi, bus, etc.); In de zorgboerderij wordt rekening gehouden met de gebreken van het “ouder worden”; Een Bêd & Brochje, op de verdieping in de stal achter het woonhuis. Drie kamers met gezamenlijk sanitair; Theehuis; Minicamping, tot maximaal vijftien plaatsen; Kwekerij in de grote stal achter de boerderij; Dagverblijf zorgvragers in het voorste gedeelte van de grote stal Kano- en fietsverhuur; Mini boerderij; Fiets- en wandelroute; In de boerderij is een informatiepunt voor gasten (folders, etc.); Er wordt een grote ruimte vrijgehouden voor de parkeerplaats.
25
Woonhuis Het woonhuis voor het beheergezin is gesitueerd in het voorhuis van de boerderij. Het grootste gedeelte van het woonhuis is zoals bestaand. Wel zijn er enkele aanpassingen gemaakt om het wooncomfort te verbeteren, zo is onder andere een extra slaapkamer gecreëerd, ook is er een nieuw toilet en badkamer gemaakt. De tuin aan de noord- en westzijde behoort bij het voorhuis, deze tuin is voor privégebruik van het beheergezin. Het woonhuis is niet meegenomen in de toetsing bouwbesluit omdat er weinig aanpassingen zijn. De nieuwe slaapkamer, douche en toilet voldoen wel aan de eisen voor bruikbaarheid. Theehuis Het theehuis is gevestigd in de uitbouw van de boerderij. Vanuit het theehuis heeft men een mooi uitzicht op de natuur rond het beekje Koningsdiep. Het theehuis heeft een open keuken en een gesloten gedeelte voor opslag. Vanuit de opleiding facilitair management is gekeken wat de beste manier is voor de inrichting van de keuken. Optimaal zou zijn een lang gerekte keuken maar door de beperkte ruimte is dit niet haalbaar en zijn het twee gedeelten geworden met ertussen een ruim looppad. Entree/algemene ruimte Aan de zuid- westzijde is de centrale ingang gecreëerd. Dit is de gezamenlijk ingang voor informatie, het Theehuis en het Bed & Brochje. De buitenkant van deze uitbouw is met zink bekleed zodat de entree opvalt. Als men binnenkomt kan men twee kanten op. De ene ingang is van het theehuis waarnaast nog een zijlicht is gecreëerd zodat men een blik in het theehuis kan werpen. De andere ingang leidt naar de algemene ruimte waar de toiletvoorzieningen gesitueerd zijn en de opgang naar het Bed & Brochje. Ook is in de algemene ruimte een hoek gecreëerd waar men informatie over het gebied en de toeristische attracties in de omgeving kan vinden. In de algemene ruimte kan men doormiddel van een vide tot het dak van de boerderij kijken.
26
Bed & Brochje Via de trap in de algemene ruimte kan het Bed & Brochje bereikt worden. Links van de trap is een zithoek gecreëerd en rechts is een gang die leidt naar de kamers van het Bed & Brochje. De verblijven bestaan uit een mooi ingerichte zit/slaapkamer met eigen ingang. Vanuit het balkonraam is er een prachtig uitzicht over het natuurgebied Koningsdiep. De verblijven hebben gezamenlijke toiletvoorzieningen. De gasten van het Bed & Brochje kunnen voor eten en drinken terecht bij het Theehuis die binnendoor bereikbaar is. Het Bed & Brochje heeft nog een eigen ingang aan de achterkant van de boerderij. Door het plaatsen van lamellen onder dezelfde hoek als het rieten dak blijft de lijn van het dak gelijk. Opslagruimte Onder het Bed & Brochje is een opslagruimte. Deze grote ruimte kan gebruikt worden voor onder andere de fietsen van de fietsverhuur, de kano’s van de kanoverhuur en als garage voor beheergezin. Behalve het aanbrengen van een brandwerend trappenhuis ten behoeve van het Bed & Brochje behoeft deze ruimte weinig aanpassing.
27
Grote stal De grote stal bestaat uit twee gedeelten: de kwekerij en het dagverblijf van de zorgvragers. Dagverblijf Vanuit de studierichtingen Verpleegkunde is bepaald waar een dagverblijf aan moet voldoen, deze eisen zijn vastgelegd in het “Programma van Eisen”. Zo zijn er verschillende ruimten aangegeven die er in het verblijf moeten zitten. Namelijk: - Een rustkamer met eventueel een bed - Gesprekskamer - Woonkamer/Eetkamer - Kantoor - Keuken - Ruime sanitaire voorzieningen Zo zijn er door de Verpleegkundestudenten eisen gesteld waar het ontwerp gecreëerd met een huiselijke sfeer zoals hiernaast staat afgebeeld. Uiteindelijk zijn de volgende ruimten er nog bij gekomen. - Entree/hal - Hal - Technische ruimte - Invalide toilet 1 - Invalide toilet 2 - Invalide douche - Washok - Klompenhok - Kwekerij In de kwekerij worden als dagbesteding door de zorgvragers planten en bomen uit het natuurgebied gekweekt. Deze kunnen dan weer gebruikt worden voor de aanleg en onderhoud van het natuurgebied. Tevens kunnen er producten gekweekt worden die in het theehuis verwerkt en geserveerd kunnen worden.
28
Kleine stal. De kleine stal wordt gebruikt als nachtverblijf voor de dieren. In het achterste gedeelte van de stal kunnen sanitaire voorzieningen voor de gasten van de minicamping gemaakt worden. Dit is niet meegenomen in het ontwerp. Een andere optie zou zijn om een tijdelijke toiletunit op het kampeerveld te creëren aangezien de camping seizoensgebonden is.
Terrein Vanaf de weg wordt meteen gezien dat er bedrijvigheid is. De boerderij met rieten dak, zink en lamellen bekleding springt eruit. Vanaf de weg lokt de boerderij, dit nodigt uit om hier een kijkje te nemen. Aan de noord/voorzijde van de weg bevinden zich de parkeergelegenheid, een ruim dierenverblijf/dierenweide en de minicamping. Vanaf de boerderij is het uitzicht aan de achterzijde: natuur met in de verte een bosrand en het beekje Koningsdiep. Halverwege nog een poel met begroeiing. Vanuit het Theehuis en het Bêd & Brochje is er een mooi uitzicht op het natuurgebied rondom het Koningsdiep.
29
Conclusie Samenvatting opdrachtformulering: Hoofddoelstelling is het ontwikkelen van een functionele bestemming vvoor het boerenbedrijf aan de Mersken 12 in Ureterp. Een bestemming die gerelateerd is aan een zorg- en een recreatieve functie passend in de gebiedsvisie van het Koningsdiep. In de resultaten van onze onderzoeken tonen wij aan dat een combinatie van zorg en recreatie uitstekend samen kunnnen gaan en dat hier ook er vraag naar is. Er kan geconcludeerd worden dat er vraag is naar een zorgfunctie voor 55+ers met een depressieve stemmingsstoornis. Door de vergrijzing zal deze vraag alleen maar verder toenemen. Door zijn gunstige ligging in het landschap en de ontwikkelingen in het gebied is deze locatie een uitgelezen plek voor een recreatieve functie. Door de vele recreatieve mogelijkheden zal de boerderij een sterke aantrekkingskracht kunnen hebben op toeristen en natuurgenieters. Tijdens dit onderzoek is inzicht verkregen in hoe het proces tot stand komt. Door de vrij in te vullen opdrachtformulering moest vooraf veel onderzocht worden. Het voortraject en het ontwikkelproces was nieuw voor ons en was een erg leerzame ervaring.
30
Bijlagen Bouwkunde Plan van aanpak: Totstandkoming en doel van de opdracht Programma van eisen: Eisen waar de ontwerpen aan moeten voldoen, opgesteld door Bouwkundigen en Verpleegkundigen Gebiedsonderzoek: Omschrijving van het gebied Koningsdiep. Technische omschrijving bestaand gebouw: Omschrijving van de gesteldheid van de bestaande gebouwen Scenario’s: Verschillende mogelijkheden voor invulling van de locatie. Hand-out voor de brainstormsessie Voorlopig ontwerp: Voorlopig ontwerp voor de gebouwen Definitief ontwerp: Definitief ontwerp voor de gebouwen Detailboekje: 10 details van de boerderij en de grote stal Toetsing bouwbesluit: Toetsing op brandveiligheid, bruikbaarheid en een EPC-berekening Verpleegkunde Moodbook: Sfeerimpressie van de Zorgboerderij Koningsdiep Rapport Verpleegkunde: Eindrapport van de onderzoeken van de Verpleegkundigen.
31
Reflectie Het Atelier WWZ
Het afstudeertraject heeft er voor ons iets anders uit gezien dan een reguleer afstudeertraject. Door een afstudeerproject in het Atelier uit te voeren hebben wij leren werken in een multidisciplinaire omgeving waar studenten van verschillende stromen samenkomen. Werken in het Atelier betekend zelfstandig werken aan concrete opdrachten en voor externe partijen. Het leuke van een externe opdracht is dat het realistischer is en het een kans tot uitvoering heeft, hierdoor is er toch iets meer overleg en worden keuzes beter doorgedacht en beargumenteerd. Zo was voor ons het afstuderen met twee studenten van de Opleiding HBO Verpleegkunde een erg leerzame ervaring. Waar we normaal met medestudenten van bouwkunde aan projecten werkten die ook enige ervaring hebben met bouwkunde is dit met Verpleegkundestudenten wel omschakelen. Het vergt een hele andere manier van communicatie. Bij bouwkunde is iedereen vrij direct terwijl bij andere disciplines dit moeilijk ontvangen wordt, daar moeten de dingen anders worden gebracht. Anderzijds is het ook erg leerzaam om de gedachten van de andere disciplines mee te nemen in het product. Vanuit verpleegkunde en Human Technology wordt er erg gekeken naar de wensen en eisen van de gebruiker. Wanneer er in de ontwerpfase al rekening gehouden wordt met die wensen en eisen kunnen verdere problemen voorkomen worden. Conclusie Het Atelier is een erg leuke en interessante alternatieve afstudeermogelijkheid omdat het je communicatief versterkt en het eindresultaat van het product naar een hoger niveau gebracht kan worden.
32
Competenties Arend Talsma 1. B01 ontwikkeling projectdefinitie maken van een haalbaarheidstudie Het onderzoek begon voor ons met het onderzoeken naar de mogelijkheden voor de locatie aan de Mersken. Vanuit dit onderzoek bleek al snel wat haalbaar zou kunnen zijn en wat niet. bepalen van de alternatieven en varianten van modellen Door het onderzoek was bekend wat haalbaar was en wat niet. Van daaruit kon verder programma opgesteld worden. Er zijn twee alternatieven gecreëerd de zogenoemde scenario’s. Tijdens een brainstormsessie met verschillende experts is uitvoerig de voor en de nadelen van beide scenario’s besproken wannaar we de beslissing konden met welk scenario verder uitgewerkt zou worden. maken van een programma van eisen Door de samenwerking met de Verpleegkunde studenten hebben we een Programma van eisen opgesteld, normaal kregen we deze aangereikt. Doordat we er nu zelf één moesten opstellen verdiep je meer in de functie van het project en de toekomstige gebruiker, toetsen op bruikbaarheid Het project is getoetst op de bruikbaarheid volgens de regels van het Bouwbesluit. Doordat we in de ontwerpfase al rekening gehouden hebben met deze regels kwamen we tijdens de toetsing niet voor onaangename verrassingen te staan. erkennen van kwaliteiten van de andere disciplines ten dienste van het uiteindelijke programma van eisen. Doordat je in een multidisciplinaire omgeving werkzaam bent wordt je automatisch door de verschillende disciplines gewezen op aspecten die je mee kan nemen in
het proces. Door samen met de verschillende disciplines het programma van eisen door te nemen kan het programma van eisen naar een hoger niveau getild worden. 1. B02 Alternatieven en varianten opstellen en beoordelen in de ontwerpfase erkennen van kwaliteiten van de andere disciplines ten dienste van het uiteindelijke project Gezamenlijk PVE opstellen met de verpleegkundigen Communiceren over de aanpak van het project en wat gebeuren moet om een goed resultaat te bereiken. Overleg over indeling gebouwen/terrein Door vanuit een ander perspectief naar dingen te kijken kunnen er soms betere of andere oplossingen gecreëerd worden. het programma van eisen analyseren, beoordelen op bruikbaarheid en volledigheid en vertalen naar ontwerpcriteria Zie bovenstaand overleggen met (externe) specialisten In brainstormsessies, vergaderingen en overleggen hebben we gebruik gemaakt van: o Andries van den Berg (Lector Ruimtelijke transformaties) o Senioren in het Atelier o Junioren in het Atelier o Lies Siegersma (Ruimtelijke ontwikkeling) o Karel de Bruin (Architect) o Ing. Frouke de Boer o H. Talsma, Directeur Bouwbedrijf o C. Slob Zelfstandig Aannemer varianten ontwikkelen en vastleggen in daartoe geschikte documenten Er zijn verschillende scenario’s geschetst die vastgelegd zijn in een rapport.
33
2. A01 denken in modellen, systemen en processen onderzoek doen Het hele eindonderzoek is een proces, wat begint met een opdracht eindigt in een DO. Dit gaat geleidelijk. Het onderwerp begint heel breed maar in de loop der tijd wordt het steeds concreter met uiteindelijk het eindrapport. Door in een Plan van Aanpak een plan uit te zetten is er een duidelijk systeem hoe we te werk zijn gegaan. vakoverstijgend denken: integreren van kennis, inzicht en vaardigheden in uiteenlopende beroepssituaties Om een goed beeld te krijgen wat de gebruiker nodig heeft, hebben we ons verplaatst in de gebruiker Doordat we het project in verschillende fases besproken hebben met externe experts kon er meer kennis en inzicht in het project worden gebracht. toetsing van vooronderstellingen en randvoorwaarden Het gebouw is ontworpen aan de hand van het PVE, daarbij is rekening gehouden met de bestaande bebouwing incl. constructie. definiëren en analyseren van probleemsituaties Nieuwe bestemming zoeken voor boerenerf Tijdens het proces kom je kleine en grotere problemen tegen, door goed overleg met projectteam en brainstormen over mogelijkheden wordt de beste oplossing gecreëerd Doordat er een nieuwe functie gemaakt gaat worden in een bestaande situatie moet er goed worden nagedacht over hoe de meest functionele invulling gerealiseerd kan worden. Daarnaast moet bekeken worden of dit constructief haalbaar is. 3. A03 projectmatig Projectteamlid Teamlid van de afstudeergroep, bestaande uit 2 bouwkundigen en 2 verpleegkundigen
eigen activiteiten organiseren en uitvoeren volgens een gezamenlijke planning In het plan van aanpak is de organisatie weergegeven en een gezamenlijke planning opgesteld. Daarnaast is in tweetallen gewerkt, bouwkundigen en verpleegkundigen. Door wekelijks de planning erbij te nemen kan er een persoonlijke planning gemaakt worden. Dit wordt niet in een planning verwerkt maar besproken. op basis van deskundigheid taken en activiteiten uitvoeren die een bijdrage leveren aan het beoogde projectresultaat We zijn bezig met een afstudeerproject, het feit dat alle overige credits voor het diploma behaald zijn toont aan dat het met de basis van deskundigheid wel goed zit. door de kennis toe te passen is naar onze mening een goed projectresultaat neergezet. communiceren: overleggen, vergaderen, rapporteren, presenteren, adviseren Vanuit het Atelier treed je regelmatig op als adviseur voor andere projecten. 4. A04 veilig-, duurzaam- en kwaliteitsbewust handelen rekening houden met geldende normen aangaande duurzaam bouwen Door volgens de regels van het bouwbesluit te werken wordt een veilig kwalitatief product geleverd. Natuurproducten gebruiken, zoals riet. Door de bestaande bouw te renoveren/restaureren wordt er niet overbodige gebouwd.
5. SC01 communiceren mondelinge presentatie van bevindingen, projectplanning e.d. Peiling afstuderen. Voortgangspresentatie in het Atelier.
34
Eindpresentatie van het Atelier. Verdediging. hanteren van verschillende gesprekstypen: - adviesgesprek Adviseren van overige junioren in het Atelier. - informerend gesprek Coaching Brainstormsessie Overleg opdrachtgever opstellen van schriftelijke rapportages Onderzoeken vastleggen in de bijlagen toelichten van een bouwtekening Overleg met opdrachtgever Coaching Toelichting voor de verpleegkundigen geven en ontvangen van feedback Overleg met opdrachtgever Coaching Overleg met teamleden Overleg met senioren Overleg met (externe) specialisten
6. SC03 samenwerken actief deelnemen aan vergaderingen, voorzitten, notuleren Als teamlid deelnemen aan de vergadering Notuleren van de vergadering De rol van voorzitter bij een vergadering argumenteren Toepassingen en veranderingen argumenteren samenwerken Samenwerken met de teamleden Samenwerken met andere disciplines
35
Competenties Maarten Slob 7. B01 ontwikkeling projectdefinitie maken van een haalbaarheidstudie In het gebiedsonderzoek hebben we onderzoek gedaan naar de vraag en aanbod in de omgeving. Dit is voornamelijk het verzamelen van informatie en dit afstemmen op ons project. bepalen van de alternatieven en varianten van modellen Voor het uitzoeken van een geschikte bestemming voor het leegstaande boeren erf hebben we verschillende scenario’s opgesteld die haalbaar zijn. Deze hebben we besproken met experts tijdens een brainstormsessie. maken van een programma van eisen In samenwerking met de verpleegkundigen hebben we het programma van eisen opgesteld. Mijn aandeel is het maken van een overzichtelijk programma, waarin alle punten naar voren komen en bouwkundig uitvoerbaar zijn. toetsen op bruikbaarheid Boerderij is getoetst op bruikbaarheid. Door dat ik het bouwbesluit al een beetje ken, houd ik tijdens het ontwerp hier al rekening mee. In een latere fase hebben we het project getoetst op bruikbaarheid. erkennen van kwaliteiten van de andere disciplines ten dienste van het uiteindelijke programma van eisen. Het PVE hebben we gezamenlijk met de verpleegkundigen opgesteld. Zij hebben de kennis van wat de doelgroep nodig heeft. Ook hebben zij een andere kijk op bepaalde zaken, dat het PVE naar een hoger niveau brengt. 1. B02 Alternatieven en varianten opstellen en beoordelen in de ontwerpfase Erkennen van kwaliteiten van de andere disciplines ten dienste van het uiteindelijke project.
Gezamenlijk PVE opstellen met de verpleegkundigen Overleg over indeling gebouwen/terrein Ze hebben een andere kijk op bepaalde zaken Overleg over de aanpak van het project het programma van eisen analyseren, beoordelen op bruikbaarheid en volledigheid en vertalen naar ontwerpcriteria In samenwerking met verpleegkundigen hebben we het PVE opgesteld, daarbij kijk ik automatisch al naar uitvoerbaarheid en de bruikbaarheid. overleggen met (externe) specialisten In brainstormsessies, vergaderingen en overleggen hebben we gebruik gemaakt van: o Andries van den Berg (Lector Ruimtelijke transformaties) o Senioren in het Atelier o Junioren in het Atelier o Lies Siegersma (Ruimtelijke ontwikkeling) o Karel de Bruin (Architect) o Ing. Frouke de Boer o H. Talsma (directeur bouwbedrijf) o C. Slob (zelfstandig aannemer) de varianten ontwikkelen en vastleggen in daartoe geschikte documenten We hebben verschillende scenario’s opgesteld voor de invulling van de gebouwen, dit hebben we vastgesteld in een rapport en dit besproken met verschillende experts. 2. A01 denken in modellen, systemen en processen onderzoek doen Het gehele project is een onderzoek. Vanaf het begin met het uitzoeken van een nieuwe bestemming tot in een latere fase een geschikt ontwerp ontwikkelen voor deze bestemming.
36
vakoverstijgend denken: integreren van kennis, inzicht en vaardigheden in uiteenlopende beroepssituaties Om een goed beeld te krijgen wat de gebruiker nodig heeft, hebben we ons verplaatst in de gebruiker. Door gebruik te maken van andere disciplines en experts toetsing van vooronderstellingen en randvoorwaarden Het gebouw is ontworpen aan de hand van het PVE, daarbij is rekening gehouden met de bestaande bebouwing met zijn constructie. definiëren en analyseren van probleemsituaties Nieuwe bestemming zoeken voor boerenerf Nieuw ontwerp passend maken in de bestaande constructie Tijdens het proces kom je kleine en grotere problemen tegen, door goed overleg met projectteam en brainstormen over mogelijkheden wordt de beste oplossing gecreëerd 3. A03 projectmatig Projectteamlid Teamlid van de afstudeergroep, bestaande uit 2 bouwkundigen en 2 verpleegkundigen eigen activiteiten organiseren en uitvoeren volgens een gezamenlijke planning In het plan van aanpak is de organisatie weergegeven en een gezamenlijke planning opgesteld. Daarnaast is in tweetallen gewerkt, bouwkundigen en verpleegkundigen. Door wekelijks de planning erbij te nemen kan er een persoonlijke planning gemaakt worden. Dit wordt niet in een planning verwerkt maar besproken. op basis van deskundigheid taken en activiteiten uitvoeren die een bijdrage leveren aan het beoogde projectresultaat De ervaringen uit de praktijk tijdens stages, opleidingen en mijn algemene kennis leveren een goede bijdrage aan de eindresultaat van het project.
communiceren: overleggen, vergaderen, rapporteren, presenteren, adviseren Wekelijkse vergadering met coach en teamleden Overleg met verschillende disciplines Presenteren in het Atelier , Peiling en de verdediging Adviseren van andere disciplines in het Atelier 4. A04 veilig-, duurzaam- en kwaliteitsbewust handelen rekening houden met geldende normen aangaande duurzaam bouwen Asbest verwijderen Natuurproducten gebruiken, zoals riet Hergebruik van het bestaande gebouw Regelgeving van het bouwbesluit toepassen zorgt voor een kwalitatief veilig gebouw. 5. SC01 communiceren mondelinge presentatie van bevindingen, projectplanning e.d. Peiling afstuderen Voortgangspresentatie in het Atelier Eindpresentatie van het Atelier Verdediging hanteren van verschillende gesprekstypen: - adviesgesprek Adviseren van overige junioren in het Atelier - informerend gesprek Coaching Brainstormsessie Overleg opdrachtgever opstellen van schriftelijke rapportages Onderzoeken vastleggen in de bijlagen toelichten van een bouwtekening Overleg met opdrachtgever Coaching
37
Toelichting voor de verpleegkundigen geven en ontvangen van feedback Overleg met opdrachtgever Coaching Overleg met teamleden Overleg met senioren Overleg met (externe) specialisten 6. SC03 samenwerken actief deelnemen aan vergaderingen, voorzitten, notuleren Als teamlid deelnemen aan de vergadering Notuleren van de vergadering Voorzitten bij de vergadering argumenteren Toepassingen en veranderingen argumenteren samenwerken Samenwerken met de teamleden Samenwerken met andere disciplines
38