Operatiekwartier. Introductiebrochure studenten. Auteur: Jelle Vermorgen, vroedvrouw werkzaam op het operatiekwartier

Operatiekwartier Introductiebrochure studenten

Auteur: Jelle Vermorgen, vroedvrouw werkzaam op het operatiekwartier

INHOUD Voorwoord 5 1. Inleiding 6 1.1. Belang introductie 6 1.2. Belang mentorschap 6 2. Voorstelling van het operatiekwartier 7 2.1. Architectonisch 2.1.1. Campus Sint- Niklaas - site Moerlandstraat (SM) 7 2.1.1.1. Ligging 7 2.1.1.2. Bureel 7 2.1.1.3. Pré-narcose 7 2.1.1.4. Operatiezalen 8 2.1.1.5. Scrubruimte 8 2.1.1.6. Recovery 8 2.1.1.7. PAZA 8 2.1.1.8. Sterilisatie 8 2.1.2 Campus Sint-Niklaas - site L. De Meesterstraat (SL) 8 2.1.2.1. Ligging 8 2.1.2.2. Bureel 8 2.1.2.3. Pré-narcose 8 2.1.2.4. Operatiezalen 9 2.1.2.5. Scrubruimte 9 2.1.2.6. Recovery 9 2.1.2.7. Sterilisatie 9 3. Multidisciplinair team 11 4. Het operatiekwartier 12 4.1. Hygiënevoorschriften 12 4.1.1. Persoonlijke hygiëne en aandachtspunten 12 4.1.2. Circulatie 12 4.1.3. Kledij 13 5. De meest voorkomende ingrepen 14 5.1. Orthopedie (cluster 1) 14 5.2. Abdominale (cluster 2) 14 5.3. Neurologie (cluster 3) 15 6. De omloopverpleegkundige 6.1. Profiel van de omloopverpleegkundige 6.2. De taak van een omloopverpleegkundige Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

2

16 17

6.2.1. Pré-operatief 17 6.2.2. Per-operatief 17 6.2.3. Post-operatief 17 7. De student(e) in het operatiekwartier 7.1. Stage-uren 18 7.2. Voorbereiding op de stage 18 7.3. Doelstellingen voor de stage 18 7.4. Algemene verwachtingen naar jullie toe 18 7.5. Specifieke verwachtingen naar jullie toe 19 7.5.1. De eerste stagedag 19 7.5.2. De tweede stagedag 19 7.5.3. Na de eerste stageweek 20 7.5.4. Algemeen 20 7.6. Aandachtspunten 20 7.7. Wat mogen jullie van ons verwachten 21 7.8. Evaluatie 21 Besluit 22

Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

3


4

VOORWOORD Beste student(e), Als eerste wensen wij jou van harte welkom op het operatiekwartier! Wij vinden het fijn jou als student(e) te mogen verwelkomen op onze afdeling, het operatiekwartier. In het verleden is het nuttig gebleken, om jou als nieuwe student(e), bij de aanvang van de stage een introductiebrochure aan te bieden. Met deze brochure willen we je wegwijs maken op onze eenheid. Het is een beknopte weergave die je steeds kan raadplegen. Een brochure kan niet allesomvattend zijn, daarom staan zowel de chirurgen, de anesthesisten, de hoofdverpleegkundigen en de verpleegkundigen je graag bij indien je hulp of uitleg nodig hebt. We zijn er ons van bewust dat het operatiekwartier sterk verschilt van een verblijfsafdeling. Het is dan ook in jullie belang deze brochure grondig door te nemen. De brochure is zo opgesteld dat je stap voor stap ons operatiekwartier met al zijn noden leert kennen. Dit is zeker geen eenvoudige opdracht, maar weet dat je er niet alleen voor staat. Elke werknemer in het operatiekwartier zal jou steeds te woord staan indien je vragen hebt en deze zullen er ongetwijfeld zijn! Wij rekenen op een fijne samenwerking, en wensen jou een fijne stage toe!


5

1. Inleiding 1.1.

Belang introductie

De introductie is een korte bijeenkomst waarin afspraken worden gemaakt over een aantal organisatorische en inhoudelijke aspecten. De introductie is voor jullie vaak het eerste daadwerkelijke contact met de afdeling. De introductie gebeurt samen met de stagementor. Een team op een afdeling is een besloten kring van verpleegkundigen waarbij bepaalde gewoonten heersen. Onderling zijn er afspraken gemaakt en wordt er een zekere rangorde gerespecteerd. Het is belangrijk om jullie op de afdeling zo snel mogelijk te informeren over de gewoonten en onderlinge afspraken zodat jullie houding en gedrag hierop kan afgestemd worden. Een introductie is van belang om de integratie van de student(e) te bevorderen. Dit heeft als doel dat jullie op korte termijn niet alleen de leerdoelstellingen kunnen realiseren maar ook aan de verwachtingen van het team kunnen voldoen. Naast het verstrekken van informatie zal een snelle integratie gerealiseerd worden door het scheppen van een sfeer van vertrouwen.

1.2. Belang mentorschap De opleiding tot verpleegkundige of vroedvrouw heeft als doel de student(e) op te leiden tot een bekwaam beroepsoefenaar die zich zowel in het huidige als het toekomstige werkveld kan handhaven. Via het mentorschap wil men dan ook door gezamenlijke inspanningen tussen de onderwijsinstellingen en het ziekenhuis samenwerken aan een kwaliteitsvolle opleiding van de studenten. Hierbij is het belangrijk dat mentoren gevormd en gesteund worden om met de nodige theoretische en praktische kennis het mentorschap te kunnen invullen. Een mentor is een verpleegkundige verbonden aan de afdeling waar de student(e) stage loopt. Hij of zij engageert zich op vrijwillige basis om de rol van mentor te vervullen. Een mentor is een schakelfiguur tussen de student(e) en de afdeling en tussen de student(e) en de stagebegeleider. Een mentor is een ervaren verpleegkundige die de verpleegkundige interventies en problemen welke op de afdeling voorkomen, deskundig behandelt. Een mentor is iemand die open staat voor de behoeften van de student(e) en deze tevens aanvoelt. Een mentor heeft voldoende spontaniteit en vlotheid in het omgaan met jonge mensen. Een mentor is bereid om zich te vormen. De stagementor bewaakt de integratie van de student(e) in het werkveld zonder hem/ haar te beschouwen als extra werkkracht. Hij/zij stimuleert ook de collega’s in het geven van reflectie, heeft een bemiddelende functie tussen de student(e) en het team. De mentor peilt ook naar de stagebeleving van de student, stelt problemen en emoties bespreekbaar. Hij/zij bewaakt het leerproces van de student(e) binnen de vooropgestelde doelstellingen. Hij/zij is ook de onmiddellijke contactpersoon die overleg pleegt met de stagebegeleider omtrent de introductie, beginsituatie, de begeleiding en de evaluatie. Hij/zij houdt de stagebegeleider op de hoogte van elke wijziging van het afdelingsgebeuren. Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

6

2. Voorstelling van het operatiekwartier Binnen AZ Nikolaas is het operatiekwartier over de verschillende campi verdeeld. Zo hebben campus Temse, campus Beveren en campus Hamme een volledig en zelfstandig OK. AZ Nikolaas beschikt over 16 Ok - zalen in Sint – Niklaas, 3 OK - zalen in Temse, 2 OK zalen in Hamme en 2 OK - zalen in Beveren.

2.1. Architectonisch 2.1.1. Campus Sint-Niklaas - site Moerlandstraat (SM) 2.1.1.1. Ligging Het operatiekwartier in campus SM bevindt zich op het 1ste verdiep in straat 739.

2.1.1.2. Bureel Het operatiekwartier in campus SM heeft 1 bureau voor de hoofdverpleegkundigen en één bureau voor de secretaressen en clusterverantwoordelijken. Deze bevinden zich vooraan bij het betreden van het operatiekwartier. Achteraan het operatiekwartier bevinden zich het bureel van de chirurgen en het bureel van de anesthesisten.

2.1.1.3. Pré-narcose De pré - narcose is een zaaltje, kleiner dan de operatiezaal, gelegen juist naast de operatiezaal. Wanneer de patiënt op het operatiekwartier toekomt, wordt hij/zij eerst naar de pré - narcose gereden. Hier kan men de patiënt voorbereiden op een rustige manier. De verpleegkundige kan de patiënt op een rustige manier benaderen en nagaan of alle pre operatieve voorbereidingen werden uitgevoerd. In deze ruimte zal ook een perifeer infuus geprikt worden en de EKG elektroden aangebracht worden.

2.1.1.4. Operatiezalen In campus SM bevinden zich in totaal 9 OK – zalen waarvan 1 spoedzaal. Zaal 1: MKA Zaal 2: Gynaecologie Zaal 3: SPOEDZAAL Zaal 4: Vaat – en thorax chirurgie/Pijnkliniek Zaal 5: Neurochirurgie Zaal 6: Vaat – en thorax chirurgie/Pijnkliniek Zaal 7: Algemene chirurgie Zaal 8: Algemene chirurgie Zaal 9: Urologie Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

7

2.1.1.5. Scrubruimte In de scrubruimte wassen de chirurgen en instrumenterende verpleegkundigen voor de operatie hun handen. Deze ruimte is in onmiddellijke nabijheid van de operatiezaal gelegen. De scrubruimte is voorzien van water, chirurgische zeep, steriele scrubborsteltjes, groot wasbekken, dispenser met alcohol en een voetpedaal om de operatiezaal te betreden.

2.1.1.6. Recovery Eens de ingreep is beëindigd, wordt de patiënt onder begeleiding van de omloopverpleegkundige en de anesthesist naar de recovery gebracht. Deze is gelegen naast het operatiekwartier via een verbinding met een schuifdeur in het operatiekwartier, omdat men bij complicaties snel de anesthesist en de chirurg moet kunnen bereiken. In deze ruimte zal de patiënt continue bewaking krijgen ontwaken uit zijn narcose. De bloeddruk, zuurstofsaturatie en de hartslag worden steeds gecontroleerd.

2.1.1.7. PAZA De PAZA afdeling is de afdeling waar patiënten verblijven die recent geopereerd werden en nog onder invloed zijn van de anesthesie. Patiënten verblijven hier meestal 1 nacht. Patiënten met vaatoperaties, complicaties tijdens de ingreep, zwaar cardiaal belaste patiënten verblijven op de PAZA afdeling.

2.1.1.8. Sterilisatie

2.1.2. Campus Sint-Niklaas - site L. De Meesterstraat (SL) 2.1.2.1. Ligging Het operatiekwartier in campus SL bevindt zich op het 2de verdiep in straat 962. 2.1.2.2. Bureel Het operatiekwartier in campus SL heeft 1 bureau voor de hoofdverpleegkundigen en één bureau voor de secretaressen en clusterverantwoordelijken. Deze bevinden zich vooraan bij het betreden van het operatiekwartier. 2.1.2.3. Pré-narcose De pré - narcose is een zaaltje, kleiner dan de operatiezaal, gelegen juist naast de operatiezaal. Wanneer de patiënt op het operatiekwartier toekomt, wordt hij/zij eerst naar de pré - narcose gereden. Hier kan men de patiënt voorbereiden op een rustige manier. De verpleegkundige kan de patiënt op een rustige manier benaderen en nagaan of alle pré - operatieve voorbereidingen werden uitgevoerd. In deze ruimte zal ook een Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

8

perifeer infuus geprikt worden en de EKG elektroden aangebracht worden. 2.1.2.4. Operatiezalen In campus SL bevinden zich in totaal 7 OK – zalen Zaal 1: Orthopedie Zaal 2: Orthopedie Zaal 3: Orthopedie Zaal 4: Orthopedie Zaal 5: Opthalmologie/narcodontie Zaal 6: Orthopedie Zaal 7: NKO

2.1.2.5. Scrubruimte In de scrubruimte wassen de chirurgen en instrumenterende verpleegkundigen voor de operatie hun handen. Deze ruimte is in onmiddellijke nabijheid van de operatiezaal gelegen. De scrubruimte is voorzien van water, chirurgische zeep, steriele scrubborsteltjes, groot wasbekken, dispenser met alcohol en een voetpedaal om de operatiezaal te betreden. 2.1.2.6. Recovery Eens de ingreep is beëindigd, wordt de patiënt onder begeleiding van de omloopverpleegkundige en de anesthesist naar de recovery gebracht. Op deze campus is recovery geïntegreerd in het operatie – complex. In deze ruimte zal de patiënt continue bewaking krijgen tijdens het ontwaken uit zijn narcose. De bloeddruk, zuurstofsaturatie en de hartslag worden steeds gecontroleerd. 2.1.2.7. Sterilisatie


9

ORGANOGRAM

Operatiekwartier camp

3. Multidisciplinair team

Organogram operatiekwartier

OK-MANAGEMENTTEAM

VERPLEEGKUNDIG OPERATIONEEL DIRECTEUR Henk Cuvelier

OK-MANAGER Dirk De Maeyer

HOOFDVERPLEEGKUNDIGE SM Patrick Ulichnowski

CLUSTERVERANTWOORDELIJKE Paul Martens

HOOFDVERPLEEGKUNDIGE SL Linda De Poorter

CLUSTERVERANTWOORDELIJKE Herbert Van Dorsselaere

CLUSTERVERANTWOORDELIJKE Mario De Vos


10

pus Sint-Niklaas MEDISCH DIRECTEUR Dr. Philip Nieberding

OK-COMMISSIE

Dr. Eef Delombaerde (Medisch diensthoofd OK) Dr. Bart Van Backlé

leden van het OK-Managamentteam, inclusief: • een vertegenwoordiger per chirurgisch discipline; • het medisch diensthoofd anesthesie + 1 anesthesist; • het medisch diensthoofd chirurgisch dagziekenhuis; • de dienstverantwoordelijke sterilisatie.


11

4.

Het operatiekwartier

Het operatiekwartier is een medisch - technische dienst in tegenstelling tot een algemene verpleegafdeling. Het vraagt kennis van zowel anatomie, fysiologie als pathologie. In het operatiekwartier staan de anesthesisten, de chirurgen en de verpleegkundigen dichter bij elkaar, dag en nacht. Men steunt er op ervaring, kennis en vertrouwen. Kortom het is een fascinerende wereld waar men de moderne technologische en medische evolutie kan volgen. In het operatiekwartier loopt er een doelgericht en dynamisch proces. De verpleegkundige is er verantwoordelijk voor een veilige omgeving, waarin het chirurgisch team en de anesthesisten optimaal kunnen werken, waardoor het beste resultaat voor de patiënt bekomen wordt. Aan een operatieverpleegkundige worden grote eisen gesteld, zowel theoretische als praktische. Een combinatie van technisch gespecialiseerde kennis en vaardigheid enerzijds, en anderzijds een sterke deskundigheid in opvang van menselijke problematiek, die deze vergaande medische mogelijkheden met zich mee brengen.

4.1. Hygiënevoorschriften 4.1.1.

Persoonlijke hygiëne en aandachtspunten

     

Van zowel de verpleegkundigen als de studenten die op het operatiekwartier werkzaam zijn worden een aantal aandachtspunten verwacht: De nagels moeten kortgeknipt zijn; Er mag geen nagellak gebruikt worden; Kunstnagels zijn niet toegelaten; Lang haar wordt bijeengehouden; Baarden en snorren zijn verzorgd en kortgeknipt; Juwelen zoals ringen, uurwerken en armbanden zijn verboden.

4.1.2. Circulatie

De toegang tot het operatiekwartier is slechts toegelaten mits aangepast kledij (ok - pak, muts, masker en ok - klompen).


12

4.1.3. Kledij De toegang tot het operatiekwartier is slechts toegelaten mits aangepaste kledij: Ok – pak Broek Voor elke shift wordt een nieuwe broek aangetrokken. Deze zijn te vinden voor de kleedkamers van de mannen en de vrouwen. Deze zijn verkrijgbaar in verschillende maten (XS, S, M, L, XL, XXL,XXXL). Indien deze bevuild is, wordt er een nieuwe broek aangetrokken. Wanneer je buiten het OK komt, wordt een dichtgeknoopte overschort aangetrokken die zich bevinden in de mannen en de vrouwenkleedkamers. Hemd Voor elke shift wordt een nieuw hemd aangetrokken. Deze zijn te vinden voor de kleedkamers van de mannen en de vrouwen. Deze zijn verkrijgbaar in verschillende maten (XS, S, M, L, XL, XXL,XXXL). Indien deze bevuild is, wordt er een nieuw hemd aangetrokken. Wanneer je buiten het OK komt, wordt een dichtgeknoopte overschort aangetrokken die zich bevinden in de mannen en de vrouwenkleedkamers. Muts Bij het betreden van het OK, moet een muts gedragen worden. Het is de bedoeling dat de muts al het haar bedekt. De mutsen zijn beschikbaar in verschillende soorten. Deze zijn aanwezig bij het betreden van het OK. De muts wordt opgezet in de kleedkamer en wordt enkel afgezet buiten het OK. Bij het verlaten van het OK (vb. voor de maaltijd) wordt de muts afgezet. Masker Bij het betreden van de operatiezalen dient een masker opgezet te worden dat de mond en de neus bedekt. Vanaf de steriele tafels worden opgedekt wordt het masker opgezet. Wanneer het verband na de operatie aanwezig is, mag het masker worden afgezet. Tijdens de maaltijd wordt het masker verwijderd en er wordt een nieuw masker aangedaan na de maaltijd. Schoenen Bij het betreden van het OK wordt van iedereen verwacht dat hij/zij goed te reinigen schoeisel draagt. Indien geen specifieke schoenen, draag je overschoenen die frequent worden vervangen wegens een snelle slijtage.


13

5. De meest voorkomende ingrepen 5.1.

Orthopedie (cluster 1)

Orthopedie  Arthroscopie knie  Knie, schouder en heupprothese  Voet chirurgie  Hand chirurgie  … Plastische heelkunde  Abdominoplastie  Baso neus  Borstaugmentatie  …

5.2.

Abdominale (cluster 2)

Urologie  Circumcisie  Prostatectomie  SPS plaatsen  ... Algemene chirurgie  Laprascopische appendectomie  Laprascopische cholecystectomie  Gastric bypass  Lapratomie  ... Vaat en thoraxheelkunde  Port a cath plaatsen of verwijderen  Aneurysma  PTA  Thrombectomie  ...


14

Gynaecologie  Sectio  Vaginale of abdominale hysterectomie  Curettage  ... 5.3.

Neurologie (cluster 3)

Neurochirurgie  Laminectomie  Tumor cerebri resectie  PLIF + schroeven + O – arm  … NKO  Diabolo  Adenoïdectomie  Schildklieroperatie  … MKA  BSOA  4x M3  TPD Ophtalmologie  Strabisme  Cataract  …

Narcodontie  Narcodontie

Pijnkliniek  Proef DCS  Batterij vervangen  Pomp vervangen  …


15

6. De omloopverpleegkundige 6.1.

Profiel van een omloopverpleegkundige

 Motivatie De persoon moet geschikt en gemotiveerd zijn. De persoon moet uit eigen beweging vragen om te werk gesteld te worden op het operatiekwartier, moet dus reeds een zeker inzicht hebben op dit werk, moet weten wat hem/haar te wachten staat en wat van hem/haar verwacht wordt. Motivatie heb je, je krijgt het niet met de tijd!  Verantwoordelijkheidszin De OK - verpleegkundige heeft niet enkel een helpende taak, maar moet ook een reeks zelfstandige taken volbrengen. Hiervoor draagt men verantwoordelijkheid.  Eerlijkheid Fouten maken is menselijk, maar deze moeten steeds gemeld worden.  Zelfdiscipline - arbeidsdiscipline Bijscholing, opleiding van nieuwe collega’s en de begeleiding van studenten.  Collegiaal In een operatiekwartier waar men veel onder druk staat, is een goede teamgeest een must. Het bevordert het arbeidsklimaat.  Goede gezondheid Het is iemand die zowel fysisch als psychisch gezond is, en over voldoende incasseringsvermogen beschikt.  Organisatietalent Inzicht in de werkzaamheden is altijd nodig. Men weet bijzaken van hoofdzaken te onderscheiden, weet prioriteiten te stellen. Kan snel de juiste maatregelen treffen (=flexibiliteit). Moet een zekere rust uitstralen, zeker in levensbedreigende situaties.  Vakkennis Door een basisopleiding van verpleegkunde of vroedkunde te volgen, zal de OK verpleegkundige deze vakkennis opdoen. Hier zijn onder meer anatomie, fysiologie, sterilisatietechniek en steriliteit, instrumentenkennis, technische kennis van apparatuur en technische vaardigheid vereist.


16

6.2. De taak van een omloopverpleegkundige De taak van de omloopverpleegkundige bestaat erin de zaal vóór elke ingreep gebruiksklaar te maken. Dit houdt in grote lijnen het volgende in: 6.2.1. Pré – operatief Orde en hygiëne in de zaal Het materiaal voor de operatie verzamelen Het prikken van een perifeer infuus Installatie van de patiënt op de operatietafel met aandacht voor decubitus – en plexuspreventie Saturatiemeter, EKG, en bloeddrukmeter aanleggen Hulp bieden bij de epidurale anesthesie, de spinale anesthesie en de CSE Zuurstof geven via zuurstofmasker Laryngoscoop, larynxmasker of tube aangeven en vastkleven Afkoeling van de patiënt voorkomen door middel van molton of bair hugger Kocherboog plaatsen Coagulatieplaat kleven Bloedleegte aanleggen Blaaskatheterisatie Steriel openleggen van afdekmaterialen en setten Hulp bieden bij het steriel aankleden van het chirurgisch team Operatiestreek ontsmetten 6.2.2.

Per – operatief Aanschakelen van leidingen, aspiratie, diathermie, camera, boren, … Zorgen voor een gepaste verlichting Toezicht houden op het steriel verloop van de operatie Bevelen van het chirurgisch team uitvoeren Zorgen voor eventuele biopsies Tellen van compressen Administratie uitvoeren Monitoring en parameters controleren Patiënt controleren op huidskleur, pijn, …

6.2.3. Post – operatief Apparatuur uitschakelen De instrumenterende verpleegkundige helpen bij het wegnemen van de steriele doeken Hulp bieden bij het extuberen van de patiënt Hulp bij het vervoer van de patiënt naar de recovery, en helpen verbedden


17

• • •

Informatie doorgeven in verband met per en post – operatieve verzorging aan de recovery verpleegkundige Nazorg materialen De zaal klaarmaken voor volgende ingreep

7. De student(e) in het operatiekwartier 7.1.

Stage – uren

De uurregeling wordt ten laatste 2 weken voor de aanvang van de stage doorgegeven aan de student(e) via de stagementor van de school of de stagementor op dienst via mail. De student(e) loopt gedurende de stage mee met de stagementor en doet zowel M – dienst, D – dienst, A – dienst en L – dienst mee. De studenten doen 36u stage per week. M – dienst: 06.54u – 15.00u D – dienst: 07.45u – 15.51u A – dienst: 12.24u – 20.30u L – dienst: 13.39u – 21.45u 7.2.

Voorbereiding op de stage

Als voorbereiding op de stage is het belangrijk om je cursus van anesthesie en het operatiekwartier na te kijken. Op de eerste dag van de stage wordt er verwacht dat je een pasfoto van jezelf en het getuigschrift van de arbeidsgeneesheer meebrengt. Ook wordt er verwacht dat je je stagedoelstellingen de eerste stagedag meebrengt en overloopt met je stagementor. 7.3.

Doelstellingen voor de stage

Bij de aanvang van de eerste stagedag worden de doelstellingen op papier meegebracht die deze stageperiode bereikt moeten worden. Ook van vorige stages worden de werkpunten aangehaald. Deze technieken kunnen dan verder ingeoefend worden. Deze doelstellingen worden op de eerste stagedag aan de stagementor getoond en blijven op het operatiekwartier aanwezig tot het einde van de stage. 7.4. •

Algemene verwachtingen naar jullie toe Allereerst verwachten we van je dat je zeker op tijd op dienst bent zodat je bij het aanvatten van de ingrepen de totaliteit van de handelingen per ingreep zal kunnen inschatten Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

18

• • •

•

• • • • •

 Je zult de hele dag begeleid worden door je stagementor  Let op een verzorgd voorkomen, en draag geen juwelen in het operatiekwartier  Let op een goede handhygiëne: ontsmet je handen steeds na fysiek contact met de patiënt, na contact met bloed of weefselresten, indien je naar een andere zaal of patiënt gaat, na toiletgebruik, voor je gaat eten…  Aandachtig zijn voor steriliteit: loop niet tussen steriele zones, afblijven van alles wat steriel is afgedekt, bewaar steeds 50cm afstand met het steriele veld bij het aangeven van steriele materialen  Licht alle handelingen naar de patiënt toe, op een eenvoudige en duidelijke manier  Het belangrijkste voor ons is, dat je je eigen leerproces in handen neemt! Dit ligt geheel bij jezelf, we kunnen je er enkel bij begeleiden  Indien je ergens over twijfelt, vraag steeds en tijdig uitleg  Eerbiedig het beroepsgeheim  Toon interesse, neem initiatief, maar blijf je vooral verantwoordelijk gedragen. Stel je leergierig op, stel vragen, vraag gerust eens om feed-back, … Hierdoor zul je kennis opdoen, waar velen je enkel maar om kunnen benijden. En wie weet, heb je al een mooie achtergrond als je in de toekomst start bij ons als nieuwe collega

7.5.

Specifieke verwachtingen naar jullie toe

7.5.1.

De eerste stagedag

Aanbieden van begeleidingsformulier, je verwachtingen en doelstellingen meedelen aan je mentor, hoofdverpleegkundige of begeleidende verpleegkundige. Introductiedag en kijkdag met weinig verwachtingen naar initiatiefname.

7.5.2.

De tweede stagedag

Hulp bieden bij: •  het verbedden van de patiënt •  de basisinstallatie van de patiënt in de zaal •  de voorbereiding van medicatie onder toezicht •  het aanbieden van de steriele materialen •  het aankleden van het chirurgisch team •  het beëindigen van de ingreep: opruimen, verband maken, biopten wegbrengen, …


19

7.5.3.

Na de eerste stageweek

Onder toezicht: •  De patiënt verbedden •  De basisinstallatie van de patiënt in de zaal uitvoeren •  Steriele materialen aanbieden •  Medicatie voorbereiden onder toezicht •  Hulp bieden bij het aankleden van het chirurgisch team •  Medicatie aanrekenen •  Inspelen op het operatieprogramma: patiënten vragen, voorbereiding volgende ingreep, … •  Hulp bieden bij het beëindigen van de ingreep: opruimen, verband maken, biopten wegbrengen,... 7.5.4. Algemeen Initiatiefname naar de gekende technieken en handelingen 7.6. • • • • • • • • • • • • •

Aandachtspunten  Let op een verzorgd voorkomen  Draag geen horloges, armbanden, ringen, …  Werk altijd onder toezicht van een verpleegkundige  Stel je even voor in de zaal, aan de andere verpleegkundigen en aan de chirurgen/anesthesisten  Blijf in de zaal tot aan het einde van de ingreep, en loop zo min mogelijk van de ene zaal naar de andere  Zorg ervoor dat de deuren van de zalen steeds gesloten zijn tijdens de ingreep  Laat een patiënt nooit alleen  Ga gerust een gesprek aan met de patiënt  Wees vriendelijk, maar zeker voorzichtig en tactvol met de uitleg die je geeft aan patiënten  Licht alle handelingen naar de patiënt toe, op een eenvoudige en duidelijke manier  Indien je ergens over twijfelt, vraag steeds en tijdig uitleg! Heb er wel begrip voor dat dit in crisissituaties niet onmiddellijk zal kunnen gebeuren!  Bescherm jezelf tegen bloed, weefselresten, ..., en gebruik wegwerphandschoenen  Aandachtig zijn voor de steriliteit: loop niet tussen steriele zones, afblijven van alles wat steriel is afgedekt bij het aangeven van steriele materialen, blijf op een Introductiebrochure studenten operatiekwartier augustus 2013

20

•

afstand  Indien je iets onsteriel maakt, hoeft dit geen ramp te zijn! Draag je verantwoordelijkheid naar de patiënt toe, en rapporteer dit onmiddellijk!

7.7. • • • • • • 7.8.

Wat mogen jullie van ons verwachten      

Enthousiasme en gedrevenheid Begeleiding op maat van jullie noden Gemotiveerde mentoren Professioneel team van verpleegkundigen/artsen en andere medewerkers Uitvoerig kennis maken met de praktijk & de realiteit van het operatiekwartier Een stage om nooit te vergeten! Evaluatie

Het operatiekwartier heeft een eigen evaluatieformulier. Het is de bedoeling dat deze tussentijdse evaluatie wordt ingevuld door de student(e) zelf en de stagementor. Hierop wordt door de student(e) een zelfreflectie ingevuld aan de hand van de dagelijkse feedbackfiches. De stagementor vult nadien de beoordeling in met eventuele tips naar het einde van de stage toe. Op het einde van de stage wordt een eindevaluatie ingevuld. Hierbij worden verschillende punten beoordeeld met beheerst, goed, voldoende, onvoldoende, niet aanwezig of slecht.


21

Besluit Wij hopen dat je na het doornemen van deze introductiebrochure een duidelijker beeld hebt van onze afdeling. Zoals je waarschijnlijk al gemerkt hebt, kom je in een gans nieuwe wereld terecht waar het vaak hectisch lijkt. Dit maakt misschien een beangstigende indruk op je, maar weet dat het operatieteam er is om je op te vangen en te begeleiden . Zij zullen ervoor zorgen dat je stage je de mogelijkheid geeft om te groeien in het totaalconcept van de patiëntenzorg. Wij hopen dat je een aangename, toffe en vooral leerrijke stage loopt op onze afdeling!

Veel succes!


22

AZ Nikolaas vzw Moerlandstraat 1 - 9100 Sint-Niklaas tel. 03 760 60 60 - fax 03 760 60 70 www.aznikolaas.be - [email protected]

Operatiekwartier. Introductiebrochure studenten. Auteur: Jelle Vermorgen, vroedvrouw werkzaam op het operatiekwartier

Recommend Documents