www.researchportal.be - 23 Nov 2015 23:48:05
Onderzoeksprojecten (14500 - 15000 van 29735) Inzicht in de mechanopathogenese van hersenkneuzingen en brugvene scheuren met het oog op het verbeteren van hoofdbescherming KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Experimentele Neurochirurgie & -anatomie
Onderzoekers: • Jan Ivens • Bart Depreitere • Nele Famaey • Gracia Umuhire Musigazi
Inzicht in de ontwikkeling van de hematopoietische niche in het beenmerg: een stap naar de absolute homing. KU Leuven Abstract: Hematopoietische stamcellen (HSC) zijn multipotente cellen die aanleiding geven tot alle soorten bloedcellen. Zij hebben onbeperkte delingscapaciteit en blijven functioneel gedurende het hele leven. Na veel onderzoek uitgevoerd te hebben op deze cellen, worden ze vandaag dagelijks gebruikt bij de behandeling van patiënten met kanker en andere bloed-gerelateerde aandoeningen. Verschillende observaties suggereren dat ze ook andere cellen kunnen maken, naast bloedcellen, wat ze nog meer veelbelovende maakt. Maar, aangezien HSCs zeldzame cellen zijn, wordt hun klinische gebruik geconfronteerd met een wegblokkade. Bovendien is hun functie na transplantatie afhankelijk van hun plaatsing in geschikte locaties in het beenmerg, genoemd de niche. Eenmaal goed gehomed, prolifereren en differentiëne ze naargelang de behoeften van het lichaam.Er is een groeiende interesse in het begrijpen van deze niches aangezien blijkt dat de niche de functie van HSC reguleert. Het is ook gebleken dat de verbeter Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Catherine Verfaillie • Satish Khurana
inzicht in de oorzaken en gevolgen van verhoogde niveaus van biodiversiteit. Een case studie op basis van nemathoden van verschillende diepzeehabitats onder contrasterende productiviteitsregimes Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoek willen we waarom de nemathode de biodiversiteit neemt toe in de diepzee te begrijpen, en voor dat we het belangvan meer leefgebieden heterogenititeit en hoe nematode biodiversiteit is gerelateerd aan berhoogde niveaus van trofische diversiteit te onderzoeken. We gaan naar veld, laboratorium en experimenteel werk te gebruiken om te anticiperen op potentiële variabele die van invloed zijn inde nematode communautaire structuur te identificeren. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Ann Vanreusel
Inzicht in de operationele, strategische en politieke implicaties van de Nationale Genetic Database Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Criminologie, Strafrecht en Sociaalrecht
Onderzoekers: • Tom Vander Beken
Inzicht in de progressie van paroxysmale naar persisterende voorkamerfibrillatie. KU Leuven Abstract: Voorkamerfibrillatie (VKF) is de meest voorkomende ritmestoornis. VKF is progressief van karakter en komt initieel meestal paroxysmaal voor maar later persisterend. De behandeling van VKF is meer succesvol voor paroxysmale vormen dan voor persisterende. Daarom is het van groot klinisch belang om een onderscheid te kunnen maken tussen patiënten met een "reversibel" substraat voor VKF ten opzichte van een "onomkeerbaar" substraat, waarbij elke behandeling een grote kans op falen heeft. Het doel van dit project im om de veranderingen in functie en morfologie van het atrium te bestuderen gedurende de progressie van paroxysmale naar persisterende VKF. We willen nieuwe beeldvormingsmodaliteiten identificeren die kunnen dienen als voorspellende factoren voor deze progressie en deze verder correlleren met histologische en cellulaire verandering door VKF. We zullen hiervoor nieuwe echocardiografische en MRI technieken gebruiken ineen schapenmodel van VKF en bij patiënten die hartchirurgie onder Organisaties: • Cardiologie
Onderzoekers: • Jan Bogaert • Rik Willems • Karin Sipido • Filip Rega • Jens-Uwe Voigt
Inzicht in de reactiviteit en moleculaire interacties tussen lanthanidehoudende polyoxometalaten en proteïnen. KU Leuven Abstract: Normal 0 21 false false false NL-BE X-NONE X-NONE Selectieve hydrolysevan amidebindingen in proteïnen is één van de belangrijkste procedures inanalytische biochemie, biotechnologie en moderne proteomica. De kinetischeinertheid van de peptide binding, met een geschatte halfwaardetijd tussen 250en 600 jaar bij fysiologische condities, zorgt er echter voor dat dit nogsteeds een uitdagende manipulatie is. Onze preliminaire studies hebbenaangetoonddat naast selectieve hydrolyse van hen egg white lysozyme in deaanwezigheid van [Ce(αPW11O39)2]10-,verschillende andere Ce(IV), Zr(IV) and Hf(IV)-gesubstitueerde POMs in staatzijn om proteïnen efficiënt te hydrolyseren onder milde condities. Dezeresultaten leveren proof of principle voor ons concept waarbijregioselectieve metalloproteasen werden ontworpen door de moleculaireherkenning van de POM component, gelijkaardig aan deze bij enzymen, tecombineren met dehydrolytische activiteit van het
geïncorporeerde Lewis zuremetaal kation. Hoe Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Tatjana Vogt
Inzicht in de rol van DSCAM in thymus ontwikkeling. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo Genetica van Auto-immuniteit
Onderzoekers: • Adrian Liston • Susan Schlenner
Inzicht in de specifieke rol van pectine bij de structuurwijziging van plantgebaseerde levensmiddelendispersies tijdens processing en digestive. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Marc Hendrickx
Inzicht in functie en evolutie van de mechanica van het middenoor van vogels via hoog realistische eindige elementen modellering en systeem identificatie. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project wordt de mechanica van het middenoor van vogels onderzocht. Bedoeling is te begrijpen hoe dit oor, dat slechts uit één gehoorbeentje bestaat tegenover de drie beentjes in zoogdieren, er toch in slaagt geluid op een efficiënte manier over te dragen en tegelijk om te springen met de grote statische drukverschillen waarmee vogels kunnen te maken hebben. Het onderzoek zal inzicht geven in de functionele evolutie van dit orgaan, en zal fundamentele inzichten leveren die nuttig zijn bij de ontwikkeling van gehoorprothesen. Organisaties: • Biofysica en Biomedische Fysica
Onderzoekers: • Joris Dirckx • Peter Aerts
Inzicht in glutengevoeligheid: De rol van gluten en koolhydraten in de voeding in het ontstaan van gastrointestinale symptomen bij personen diegeen coeliakie hebben. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Jan Tack • Jessica Biesiekierski
Inzicht in het belang van tumor cel metabolisme voor de initiële stadiabotmetastasen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Groep Biomedische Wetenschappen
Onderzoekers: • Gertrudis Carmeliet • N. N.
Inzicht in plasma- TiO2 katalysator interactie voor de omzetting van broeikasgassen. Universiteit Antwerpen Abstract: Atomaire simulaties zijn van essentieel belang om een beter inzicht te krijgen in zaken zoals bijvoorbeeld plasmakatalyse en de groei van koolstofnanobuisjes. Gedurende dit onderzoek zullen krachtveldparameters ontwikkeld worden op basis van DFT-berekeningen zodat het mogelijk is dergelijke systemen en reacties op atomair niveau te bestuderen met moleculaire dynamica en zo een beter fundamenteel inzicht te verkrijgen. Organisaties: • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Annemie Bogaerts • Erik C L Neyts • Stijn Huygh
Inzicht in plasma-TiO2 katalysator interactie voor de omzetting van broeikasgassen. Universiteit Antwerpen Abstract: Atomaire simulaties zijn van essentieel belang om een beter inzicht te krijgen in zaken zoals bijvoorbeeld plasmakatalyse en de groei van koolstofnanobuisjes. Gedurende dit onderzoek zullen krachtveldparameters ontwikkeld worden op basis van DFT-berekeningen zodat het mogelijk is dergelijke systemen en reacties op atomair niveau te bestuderen met moleculaire dynamica en zo een beter fundamenteel inzicht te verkrijgen. Organisaties: • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Annemie Bogaerts • Erik C L Neyts • Stijn Huygh
Inzicht in spieren en botten anabole weerstand bij veroudering: is er stress bij betrokken? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Inspanningsfysiologie
Onderzoekers: • Peter Hespel • Louise Deldicque • Ralph Manders • Sreeda Chalil
Inzicht van de functionaliteit van suiket in ontbijtkoek KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Levensmidd.- & Microb. Technol.
Onderzoekers: • Jan Delcour • Lore Redant
Inzicht verwerven in het fenomeen van de "nieuwe vrijwilliger" in vergelijking met het traditionele vrijwilligerstype. Universiteit Antwerpen Abstract: Net als de rest van de samenleving is de sector van vrijwilligerswerk onderworpen aan de processen van culturele diversificatie. Steeds meer vervaagt het traditionele beeld van de jeugdwerkvrijwilliger onder de druk van de recente maatschappelijke transformaties. Zowel in de wetenschappelijke literatuur als in de vaktaal komt men de term "nieuwe vrijwilliger" tegen, hetgeen naar de vrijwilliger verwijst met een compleet nieuwe set van motivaties, waarden en verwachtingen. De bedoeling van dit onderzoek, dat in samenwerking met de Stedelijke Jeugddienst Antwerpen wordt georganiseerd, ligt in de exploratie en in zowel theoretische als empirische onderbouw van het fenomeen van de nieuwe vrijwilliger. Wat beweegt deze mensen, wat hopen ze te vinden en welke obstakels komen ze tegen op de weg naar de realisatie van deze hopen ? Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans
IOB Evaluatie 'directe financiering NGO's'. Universiteit Antwerpen Abstract: Deelname aan de referentiegroep ter advisering van de directeur IOB ter ondersteuning van de kwaliteit van het onderzoek en de terugkoppeling van onderzoeksresultaten. Organisaties: • Ontwikkeling: processen, actoren en beleid
Onderzoekers: • Nadia Molenaers
IOB-evaluatie van het Nederlands beleid met betrekking tot de Arabische regio (2009-2013). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Min. Buitenlandse Zaken (NL). UA levert aan Min. Buitenlandse Zaken (NL)de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ontwikkeling: processen, actoren en beleid
Onderzoekers: • Nadia Molenaers
IOFm/07/005 Christ Frauke. KU Leuven Abstract: Ontwikkeling van nieuwe anti-HIV geneesmiddelen gericht tegen cofactoren, inzonder LEDGF/p75. Organisaties: • Moleculaire Virologie en Gentherapie
Onderzoekers: • Zeger Debyser • Frauke Christ
IOF mandaat Debora Dumont / Inge Smolders Universiteit Hasselt Abstract: IOF-mandaten zijn mandaten van onbepaalde duur voor postdoctorale onderzoekers die een structurele ondersteuning bieden bij de valorisatie van de onderzoeksresultaten van een onderzoeksinstituut of groep. De functie van een IOF-mandaat is ingebed in de structuur van een onderzoeksinstituut of groep en kan afhankelijk van de noden van het aanvragende instituut of groep, variëren tussen het profiel van een business developer tot een medewerker wiens research expertise onontbeerlijk is om dienstverlening naar bedrijven te faciliteren. Bij de aanvraag en evaluatie van een dergelijk mandaat, wordt aangegeven in welke zin de mandaathouder impact heeft op de valorisatieoutput van het instituut, te zien in functie van het faciliteren van dienstverlening en samenwerking met bedrijven, of bij het oprichten van een spin-off. Organisaties: • Fysiologie • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Pieter STINISSEN • Inge SMOLDERS
IOF-mandaat Jan Van Den Bergh
Universiteit Hasselt Abstract: IOF-mandaten zijn mandaten van onbepaalde duur voor postdoctorale onderzoekers die een structurele ondersteuning bieden bij de valorisatie van de onderzoeksresultaten van een onderzoeksinstituut of groep. De functie van een IOF-mandaat is ingebed in de structuur van een onderzoeksinstituut of groep en kan afhankelijk van de noden van het aanvragende instituut of groep, variëren tussen het profiel van een business developer tot een medewerker wiens research expertise onontbeerlijk is om dienstverlening naar bedrijven te faciliteren. Bij de aanvraag en evaluatie van een dergelijk mandaat, wordt aangegeven in welke zin de mandaathouder impact heeft op de valorisatieoutput van het instituut, te zien in functie van het faciliteren van dienstverlening en samenwerking met bedrijven, of bij het oprichten van een spin-off. Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Karin CONINX • Jan VAN DEN BERGH
IOF mandaat van Mieke Haesen Universiteit Hasselt Abstract: Het doel van het project is het realiseren van diverse valorisatietrajecten op basis van de know-how van EDM. Meer specifiek wordt een aanbod van diensten uitgebouwd voor derden (bedrijven of andere organisaties), uitgaande van de methodologische en wetenschappelijktechnologische expertise van de Human-Computer Interaction (HCI) groep van EDM. De expertise op het vlak van "User-Centred Software Engineering" (UCSE) benaderingen - meestal kortweg vertaald als Gebruikersgerichte Software-ontwikkeling - gaat samen met reeds verworven en groeiende wetenschappelijke en technologische know-how op het vlak van interactieve systemen (mobiele en context-gevoelige toepassingen, 3D en multimodale interactie, multitouch interactie, collaboratieve systemen, serious games, interactieve visualisatie, immersieve en grafisch rijke omgevingen,...). Organisaties: • Expertisecentrum voor Digitale Media • Expertisecentrum voor Digitale Media
Onderzoekers: • Karin CONINX • Frank VAN REETH • Kris LUYTEN • Mieke HAESEN
iOLED. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TC Elektrotechniek (ESAT) Gent-Aalst
Onderzoekers: • Peter Hanselaer • Youri Meuret
IOLOS: Integrated optical logic and memory using ultrafast micro-ring bistable semiconductor lasers. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De vakgroep fotonica is, onder promotorschap van prof. Jan Dankaert, betrokken bij een Europees STREP-project (Specific targeted researchprojects) binnen het 6de kaderprogramma van de EU. het project draagt de naam IOLOS (Integrated Optical Logic and Memory using ultrafast Micro-ring bistable Semiconductor Lasers) en is bedoeld om een optisch geheugen en een optisch schakelelement te ontwikkelen die de basis zouden kunnen vormen van een toekomstige optische computer. De elementen waarmee men dit probeert te doen zijn geminiaturiseerde halfgeleiderlasertjes die een ringvormige structuur hebben. Het VUB team zal mee instaan voor de theoretische modellering van deze microlasertjes, en ook de experimentele karakterisatie van lasers die door andere partners in het consortium gefabriceerd worden. Organisaties: • Toegepaste Natuurkunde en Fotonica
Onderzoekers: • JAN DANCKAERT
Ionen analysen 2006-2007. Universiteit Antwerpen Abstract: Op verschillende plaatsen in Vlaanderen worden de daggrenswaarden van PM10-stof overschreden. Het uitvoeren van chemische karakterisatie van fijn stof (PM10) zal informatie geven over de samenstelling en de herkomst van het PM10-stof. Het project "Chemische karakterisatie van PM 10 in Vlaanderen" start in de tweede helft van 2006 en loopt gedurende 1 jaar. Elke 6de dag zullen er op 6 locaties in Vlaanderen (Aarschot, Borgerhout, Hasselt, Houtem, Mechelen en Zelzate) filters bemonsterd worden op fijn stof. Een van de drie componenten van dit project is de bepaling van wateroplosbare ionen op kwartsvezelfilters. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Rene Van Grieken
Ionic transport in solids: electrical analysis in combination with ESR. KU Leuven Abstract: welke de hoogste energie densiteit vertonen. Een groot probleem is echter de vermindering van deze energieopslag- densiteit na enkele ladings/ontladings cycli. Deze afname is te wijten aan het voorkomen van chemische reacties aan de batterij-elektrode.Zeer weinig is geweten over deze capaciteitsafname bij vaste stof-batterijen, nochtans erg aantrekkelijk omwille van hun hogere energiedensiteit. Gedurende dit doctoraat zullen we kijken naar mogelijke chemische reacties aan de elektroden van vaste-stofbatterijen en wat de invloed hiervan is op de prestatie. Hierbij trachten we de capaciteitsafname bij de volgende generatie batterijen te beperken. Organisaties: • Afdeling Halfgeleiderfysica
Onderzoekers: • Andre Stesmans • Brecht Put
Ionische vloeistoffen als solventen voor de synthese en verwerking van PPTA. KU Leuven Abstract: Poly-parafenyleen tereftalamide (PPTA) is het meest gekend voor zijn enorm hoge treksterkte. Deze synthetische vezel wordt daarom gebruikt in toepassing waar grote stevigheid gewenst is: persoonlijke bescherming, composietmaterialen, automobielindustrie en sportuitrusting. De enorm hogetreksterkte van PPTA valt deels toe te wijzen aan de grote hoeveelheid intermoleculaire waterstofbruggen. Deze waterstofbruggen zorgen er echter voor dat het polymeer niet oplosbaar is in klassieke organische solventen wat de synthese en spinning van het polymeer bemoeilijkt. In het huidige industriële proces wordt PPTA gesynthetiseerd door een condensatiepolymerizatie van de monomeren tereftaloylchloride en para-fenyleendiamine in een onconventioneel solventmengsel van N-methylpyrrolidon en calciumchloride (NMP/CaCl2). NMP is echter teratogeen en deze stof werd recentelijk door de EU op de lijst van substances of very high concern geplaatst. Dit betekent dat de EU zal proberen het gebruik van NMP te v Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Wim Dehaen • Koen Binnemans • Sven Dewilde
Ionische vloeistoffen met thermomorf gedrag. KU Leuven Abstract: Ionic liquids (ILs) are solvents that consist entirely of ions. They have special properties such as a negligible vapor pressure and an intrinsic electrical conductivity. Ionic liquids can be divided into hydrophilic ionic liquids which are totally miscible with water and hydrophobic ionic liquids which are immiscible with water. Ionic liquids can also showa temperaturedependent miscibility with water. Some IL/solvent mixtureshave an upper critical solution temperature (UCST). They form one homogeneous phase above the UCST and phase-separate below this temperature. Other IL/solvent mixtures have a lower critical solution temperature (LCST). They form one homogeneous phase below the LCST and phaseseparate above this temperature. This project is about the development of solvent extraction systems for the separation of metal ions, based on non-fluorinated ionic liquids with an UCST. Intense stirring can be avoided during extraction by the formation of a homogeneous phase above the UCST. Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Koen Binnemans • Daphne Depuydt
Ionische vloeistoffen voor de absorptie van koolstofdioxide op membranen KU Leuven Abstract: Koolstofdioxide (CO2), een vaak voorkomend broeikasgas dat geëmitteerd wordt door huishoudens en industrie, kan gecapteerd en hergebruikt worden in verschillende toepassingen. Vooraleer men het gas kan capteren, moet men het echter eerst scheiden van de andere uitlaatgassen, zoals stikstofgas of methaan.Eén manier om dit te doen is via scheidingsmembranen. Een nieuw en veelbelovend type van membranen zijn de Supported Ionic Liquid Membranes (SILMs). SILMs bestaan uit een poreus materiaal dat geïmpregneerd is met ionische vloeistoffen (ILs). ILs zijn nieuwe ionische solventen, bestaande uit anionen en kationen, die ondermeer gassen op een reversiebele wijze kunnen oplossen. Wanneer een mengsel van gassen in contact komt met het membraan, zal enkel CO2 goed oplossen in de ionische vloeistoffen en door het membraan kunnen. De andere gassen blijven achter.Dit doctoraatsproject had als doel efficiënte ionische vloeistoffen te synthetiseren voor de scheiding van koolstofdioxide via SILMs. He Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Koen Binnemans • Sandra Hojniak
IPA CERP grant (824:AAI-RF). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Klinische Psychologie
Onderzoekers: • Patrick Luyten
iPad naar de digitale wereld in de klas: effecten van een professionaliseringstraject voor de integratie van tabletpc's in TSO en BSO Universiteit Gent Abstract: Het voorliggend onderzoeksvoorstel sluit aan bij het iPad-project ingediend door CVO het Perspectief. Het project heeft als doel het gebruik van iPads te introduceren bij leraren secundair onderwijs om vervolgens het potentieel van deze nieuwe technologie te verkennen als didactische tool in onderwijsleerprocessen. Hiervoor wordt een interventie vooropgesteld waarbij lerarenteams ondersteund worden om hun curriculum te (her)ontwerpen en te implementeren in hun klaspraktijk. Om de resultaten van dit project te meten stellen we een ontwerpgericht onderzoek voor. Hieronder beschrijven we deze onderzoeksmethodiek en gaan we achtereenvolgens in op de onderzoekscontext, de geplande interventie, de vooropgestelde doelen, het onderzoeksopzet, de onderzoeksplanning en tenslotte meer informatie over de vraag tot financiering Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Johan van Braak
"I Promessi sposi" als "hypotekst": "verderzettingen" in proza en herwerkingen voor operalibretti. Vrije Universiteit Brussel Abstract: -I Promessi sposi als "hypotekst": "verderzettingen" in proza en herwerkingen voor operalibretti 1.Algemene inleiding Niet toevallig worden Alessandro Manzoni's I Promessi sposi (1840) beschouwd als de eerste echte moderne Italiaanse roman. Na enkele interpretaties van het recent doorgedrongen Angelsaksisch prozamodel, is Manzoni er als eerste in geslaagd, mede door de invoering van nieuwe narratieve parameters, de lectuur van een literair meesterwerk toe te laten aan een bredere laag van de bevolking. In zijn traktaat Del Romanzo storico uitte hij zijn standpunt met betrekking tot de soms hevige debatten tussen Klassieken en Modernen en wees hij tevens op de noodzakelijke aanwezigheid van historische realiteit in het nieuwe en veelbesproken genre "roman". Daarenboven heeft Manzoni aan de hand van een scherpe
kritiek op de geschetste periode in I Promessi sposi zijn stempel gedrukt op het groeiend proces van Italiaans collectief bewustzijn. Door zijn jarenlange zoektocht naar een algemeen aanvaarde linguïstische norm is Manzoni erin geslaagd zijn literair project te koppelen aan welbeschouwde ideeën met betrekking tot de moderne samenleving. De inspanningen die hij leverde om zijn roman te zuiveren van taalkundige onnauwkeurigheden (bv. archaismen, barbarismen en dialectismen) hebben een belangrijke rol gespeeld in de zoektocht naar een taalkundige realiteit die kon tegemoetkomen aan de noden van een moderne samenleving. Gedurende eeuwen worstelde Italië immers met het probleem van een grote afstand tussen de geschreven cultuurtaal en de omgangstaal. Naast de verspreiding van deze onontkenbare waarden op literair en sociaal vlak hebben I Promessi sposi ook gefungeerd als "hypotekst" voor een uitgebreid aantal artistieke werken in de periodes vlak na de twee publicaties van de roman (1827-1829 en 1840). In de eerste plaats dient aandacht besteed te worden aan de auteurs die, mede dankzij het enorme succes van het meesterwerk, een nieuwe narratieve context gecreëerd hebben rond bepaalde inhoudelijke aspecten van de intrige. Zo baseerden Giovanni Rosini, Antonio Balbiani en Luigi Gualtieri hun "verderzettingen" op de avonturen van de twee verloofden, evenwel zonder het succes van hun model te evenaren. Daarnaast vervullen ook andere romanschrijvers, die de belangrijkste vernieuwingen van de Manzoniaanse poëtica in hun werken integreerden zonder noodzakelijkerwijze terug te vallen op inhoudelijke hernemingen, een cruciale rol in de geschiedenis van de 19e eeuwse Italiaanse roman: hier kan men Bazzoni, Guerazzi en Rovani aanhalen. Maar de invloed van I Promessi sposi beperkt zich niet uitsluitend tot "verderzettingen" in proza: in een periode van de eerste jaren na de uitgave van de Ventisettana tot op heden werd het succesverhaal door een vijftiental opera's vertolkt. Tenslotte mag een heterogene groep artiesten waarvan de creaties zich op de roman geïnspireerd hebben, niet over het hoofd gezien worden (werken voor theater, films, zelfs beeldromans en figuratieve realisaties). 2.Aflijning van het studieobject Het voorgestelde doctoraatsproject betreft, op methodologisch vlak, een intertekstueel onderzoek, dat zal worden ingekaderd in een genreproblematiek. In de eerste plaats worden de romans tot voorwerp genomen, die men traditioneel beschouwt als "verderzettingen" van I Promessi sposi. Ondanks het feit dat deze werken het sterkst onderworpen geweest zijn aan de meest uiteenlopende directe invloeden van Manzoni's roman, zijn ze ten onrechte vergeten door de literatuurstudie. Daar waar ze bij hun eerste uitgave geloofd werden in apologetische recensies, worden ze vandaag nauwelijks nog in beschouwing genomen door moderne onderzoekers, die zich beperken tot enkele oppervlakkige aanhalingen in literaire naslagwerken (enkel La Monaca di Monza van Giovanni Rosini genoot van enkele beperkte autonome kritische beschouwingen). Hun auteurs hadden zich voorgenomen de inhoud van hun model verder uit te bouwen door een bepaalde episode van de roman aan de basis te leggen van een nieuw verhaal, of door de lezer een proleptische of een analeptische vertelling aan te bieden die bijkomende informatie kon verschaffen over de gebeurtenissen beschreven door Manzoni. Het betreft eveneens historische romans: La Monaca di Monza van Giovanni Rosini (1829), L'Innominato van Luigi Gualtieri (1860) en I Figli di Renzo Tramaglino e di Lucia Mondella van Antonio Balbiani (1872-73). Ondanks evidente paratekstuele aanwijzigingen, die de bedoeling van deze werken om zich te meten met hun hypotekst duidelijk naar voor brengen, bestaan tot op heden geen gegronde studies die zowel de linguïstische als de thematische aanknooppunten tussen de romans analyseren. Pretenderen de literaire waarde van deze werken te minimaliseren door hen eenvoudigweg te classificeren onder de rubriek "verderzettingen" zou zonder twijfel gelijkstaan aan een miskenning van hun intrinsieke waarde. Het tweede deel van het project zal op grondige wijze de vormelijke en inhoudelijke aspecten van de reducties van I Promessi sposi voor de opera belichten. In tegenstelling tot de aangehaalde historische romans gaat het in deze gevallen bijna uitsluitend om herwerkingen in versvorm. Ook hun doelstellingen naar het publiek toe zijn verschillend: daar waar de "verderzettingen" in proza in de eerste plaats streven naar een verder uitdiepen van de plot, proberen de libretti aan de hand van een herwerking van cruciale episodes de inhoud van de roman eerder compact aan het publiek voor te stellen. Tot op heden is onvoldoende onderzoek verricht naar de complexe verbanden tussen I Promessi sposi en deze teksten; zelfs de bibliografie van de primaire bronnen, vaak verwaarloosd omwille van het eerder hybride literaire genre waartoe ze behoren, dient dringend vervolledigd te worden. 3.Doelstellingen en verloop van het onderzoek A. "Verderzettingen" in proza Vooreerst stelt zich het probleem van de bepaling van een gemeenschappelijke noemer waaronder de onderzochte romans geclassificeerd zouden kunnen worden. Zoals aangehaald, worden deze vaak als "verderzettingen" beschouwd, ook daar waar de auteurs zelf hun werken anders definiëren: Balbiani spreekt over een "seguito", Gualtieri over een "commento". In deze context dient opgemerkt te worden dat de term "verderzetting" niet alleen een stilistische imitatie van de hypotekst impliceert, maar eveneens een beredeneerde overname van de intrige en de ideologie van de auteur. Verder onderzoek zal uitmaken of het gebruik van deze definitie kan worden gegrond. Punt 1 van dit project vermeldt het onbetwistbaar belang van de taalkundige vernieuwingen die Manzoni doorvoerde ten gunste van de literaire productie in Italië na de eenmaking. In het literair-comparatief onderzoek zullen we ons dan ook moeten afvragen hoe men de weerslag van deze veranderingen terugvindt, rekening houdend met morfologische, syntactische, orthografische en lexicale karakteristieken, evenals met de overname van terugkerende stijlprocédés, dialectale varianten, plurilinguïsme, linguïstische "polyfonie", enz. Een derde, niet minder belangrijk deel van het onderzoek, zal bestaan uit een analyse van de thematische aspecten die hypotekst en hypertekst met elkaar verbinden. Na vastgesteld te hebben welke episodes hernomen werden, zal het nodig zijn te verifiëren of men te maken heeft met een eenvoudige 'herneming'; of met een 'nabootsing' sui generis (aanpassing van gebeurtenissen uit I Promessi sposi aan de intrige van de nieuwe vertelling); of nog met een 'vervolg' (cfr. Gérard Genette; een bepaalde episode in de hypertekst is dan een supplement dat bijkomende informatie verschaft ten opzichte van het origineel). Uiteindelijk zal een comparatieve analyse van de thematische aspecten meer duidelijkheid brengen over de globale houding van de schrijvers-"verderzetters" ten opzichte van de fundamentele elementen van het Manzoniaans meesterwerk, zoals de historische samenhang, de religiebenadering van de schrijver of nog de sociale status van de personages. Ondanks het feit dat de romans in kwestie naar traditionele maatstaven als historische romans geklasseerd worden, zijn zij in een tijdspanne van verscheidene decennia gepubliceerd: La Monaca di Monza verscheen in 1829, bijna onmiddellijk na de eerste uitgave van I Promessi sposi in 1827, L'Innominato van Gualtieri werd in 1860 gedrukt en in 1872-1873 zagen I figli di Renzo Tramaglino e di Lucia Mondella het levenslicht, een roman die al bijna tot de "Scapigliatura" mag gerekend worden. Daarenboven gaat het om een periode die in het bijzonder getekend werd door niet te verwaarlozen historische veranderingen. Van fundamenteel belang is bijgevolg het nauwkeurig bepalen in welke mate de evolutie van het politiek en sociaal klimaat in het Italië van de 19e eeuw het verband tussen I Promessi sposi en de hierop gebaseerde teksten beïnvloed heeft. In het tweede luik van het onderzoek omtrent de genrekarakteristieken van deze romans zal overgegaan worden tot een analyse van de positie die de "verderzetters" innemen tegenover de historische roman als dusdanig. Manzoni belichtte op duidelijke wijze zijn visie in het reeds geciteerde Del romanzo storico. Het zal dan ook van aanzienlijk belang zijn na te gaan wat het standpunt van de "verderzetters" was in de debatten rond de verhouding tussen historische werkelijkheid en literaire creatie. Hiernaast moet onderzocht worden in welke mate de historische gebeurtenissen waarop Manzoni de aandacht vestigde al dan niet hernomen geweest zijn. Binnen dit kader dient een uitdiepend onderzoek gevoerd naar de historische waarde van de aangehaalde gebeurtenissen, of met andere woorden: stemt de versie van de auteur overeen met wetenschappelijke bronnen die de beschreven periode belichten? B. Reducties tot operalibretti Wat de uitdieping van de operateksten betreft, zal het allereerst noodzakelijk zijn een exacte en volledige bibliografie van deze werken op te stellen. Door het gebrek aan auteursrechten in de periode waarin de meeste van deze opera's opgevoerd werden en het bijkomend probleem van de vaak onvolledige informatie in de huidige catalogi, is het beeld van de auteurs en/of coauteurs, van het exacte aantal herwerkingen, van de publicatiedata en zelfs van de locaties waar de overgebleven exemplaren bewaard worden tot op heden erg fragmentair. Mijn licentieverhandeling toont aan dat een analyse van de inhoudelijke aspecten van de libretti toelaat duidelijke verschillen waar te nemen tussen de werken die zich baseerden op de eerste uitgave van I Promessi sposi en diegene die de definitieve uitgave van 1840 als beginpunt namen. Door een aanvullend onderzoek naar de vormelijke aspecten zullen we een meer globaal beeld verkrijgen van deze herwerkingen in versvorm en kunnen nagaan of ook hier sprake is van merkbare verschillen die verband houden met de publicatiedatum van hun literair model. Tenslotte zal het nuttig zijn na te gaan of de linguïstische invloeden en de keuze van de hernomen episodes in de herwerkingen voor operalibretti
eerder traditioneel "genregebonden" zijn, of dat eerder typisch inhoudelijke en taalkundige componenten uit I Promessi sposi in het licht gezet worden (een analoge problematiek geldt voor de "verderzettingen" in proza). 4.Bibliografie - Alice DI STEFANO, "I Promessi sposi" cantano, in Rassegna della letteratura italiana, 1998 (CII), n. 2 (juli-december 1998), pp. 484-499. - EAD., "Addio umil casetta..." (canta Renzo), in Sincronie, V, n. 10 (juli-december 2001), pp. 151-174. - Anne-Christine FAITROP-PORTA, "I Promessi sposi". Riduzioni teatrali, Firenze, Leo S. Olschki Editore, 2001. - Lia FAVA GUZZETTA, L'età romantica e il romanzo storico in Italia, Roma, Bonacci, 1988. - Gérard GENETTE, Palimpsestes: la littérature au second degré, Paris, Seuil, 1982. - Alessandro MANZONI, Del romanzo storico e, in genere, dei componimenti misti di storia e d'invenzione, in Edizione nazionale ed europea delle opere di Alessandro Manzoni (vol.14), a cura di Giancarlo Vigorelli, Milano, Centro nazionale di studi manzoniani, 2000. - Antonia MAZZA TONUCCI, Fortuna di un personaggio, in Vita e processo di Suor Virginia Maria de Leyva Monaca di Monza, a cura di Umberto Colombo, Milano, Garzanti, 1985, pp.873-924. Organisaties: • Centrum voor Literatuur- en Cultuurwetenschappen • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • Ann PEETERS • DIRK VANDEN BERGHE
I Promessi Sposi als 'hypotekst': 'verderzettingen' in proza en herwerkingen voor operalibretti. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project neemt in de eerste plaats vanuit een intertekstueel oogpunt de romans tot voorwerp die men traditioneel beschouwt als "verderzettingen" van Manzoni's I Promessi sposi. Ondanks het feit dat deze werken sterker onderworpen geweest zijn aan directe invloeden van Manzoni's roman, zijn ze ten onrechte vergeten door de literatuurstudie. Daar waar ze bij hun eerste uitgave geloofd werden in apologetische recensies, worden ze vandaag nauwelijks nog in beschouwing genomen door moderne onderzoekers, die zich beperken tot enkele oppervlakkige aanhalingen in literaire naslagwerken (enkel La Monaca di Monza van Giovanni Rosini genoot van enkele beperkte autonome kritische beschouwingen). Hun auteurs hadden zich voorgenomen de inhoud van hun model verder uit te bouwen door een bepaalde episode van de roman aan de basis te leggen van een nieuw verhaal, of door de lezer een proleptische of een analeptische vertelling aan te bieden die bijkomende informatie kon verschaffen over de gebeurtenissen beschreven door Manzoni. Het gaat ook hier om historische romans: La Monaca di Monza van Giovanni Rosini (1829), L'Innominato van Luigi Gualtieri (1860), alsook I Figli di Renzo Tramaglino e di Lucia Mondella en Lasco il bandito della Valsassina van Antonio Balbiani (1870 en 1872-73). Ondanks evidente paratekstuele aanwijzigingen, die de bedoeling van deze werken om zich te meten met hun hypotekst duidelijk naar voor brengen, bestaan tot op heden geen gegronde studies die zowel de linguïstische als de thematische aanknooppunten tussen de romans analyseren. Pretenderen de literaire aspecten van deze werken te minimaliseren door hen eenvoudigweg te classificeren onder de rubriek "verderzettingen" zou zonder twijfel gelijkstaan aan een miskenning van hun intrinsieke waarde. Het tweede deel van het project belicht de vormelijke en inhoudelijke aspecten van de reducties van I Promessi sposi voor de opera. In tegenstelling tot de aangehaalde historische romans gaat het in deze gevallen bijna uitsluitend om herwerkingen in versvorm. Ook hun doelstellingen naar het publiek toe zijn verschillend: daar waar de "verderzettingen" in proza in de eerste plaats streven naar een verder uitdiepen van de plot, proberen de libretti aan de hand van een herwerking van cruciale episodes de inhoud van de roman eerder compact aan het publiek voor te stellen. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • Ann PEETERS • DIRK VANDEN BERGHE
IPROS. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Medicinale Chemie
Onderzoekers: • Piet Herdewyn
IRC/DRC governance sectorstrategie analyse. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds ODI. UA levert aan ODI de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ontwikkeling: processen, actoren en beleid
Onderzoekers: • Tom De Herdt
IRCP-SVA onderzoeksconsortium Universiteit Gent Abstract: De combinatie van kwantitatief en kwalitatief toenemen van beleidsgericht en fundamenteel-wetenschappelijk onderzoek heeft ervoor gezorgd dat de organisatorische grenzen van het onderzoek binnen het consortium in zijn huidige vorm bereikt zijn. De facto is er onvoldoende ruimte en coördinatie om een volgende stap te kunnen zetten in de wetenschappelijke ontwikkeling van het consortium: het grondig voorbereiden en zelf leiden van grotere projecten (zoals bv. de Europese kaderprogramma's, GOA's). Daarnaast laat de huidige situatie evenmin toe om grote databases en longitudinale studies te conceptualiseren en op te starten (via kanalen als HERCULES), hoewel de inhoudelijke meerwaarde hiervan zeer groot zou zijn en belangrijke en essentiële stap voor de verdere doorgroei van het consortium. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Tom Vander Beken
IRE-1? signalisatie binnenstebuiten: onderzoek naar activatoren en effectoren van het IRE-1? eiwit Universiteit Gent Abstract: IRE-1? is een darm- en longepitheelspecifieke isovorm van IRE-1, een eiwit dat centraal staat in de ?unfolded protein response? (UPR). Voor IRE-1? zijn er echter weinig specifieke functies beschreven, behalve een rol in mucine productie. Dit onderzoek richt zich op een gedetailleerde reconstructie van de signalisatie van IRE-1?, gebruikmakend van onder meer endogene tagging en eiwit interactiestudies.
Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Kris Gevaert • Sophie Janssens • Sven Eyckerman
IRISnet II:Analyse van internationale best practices met betrekking tot glasvezel breedband communicatienetwerken in een stedelijk milieu. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In Europe overwegen vele steden om te investeren in breedband optische netwerken. Dit rapport werd besteld door het Centrum voor Informatica van het Brussels Hoofdstedelijk gewest in het kader van het nadenken over de toekomst van het bestaande breedband netwerk IRISNET. Het rapport start van de assumptie dat de belangrijkste doelstelling van een toekomstig IRISNET II nog steeds het verbinden van administratieve en publieke sites zal zijn in een volledig geconvergeerd breedband netwerk. Echter, gezien vele steden een rol spelen in het stimuleren van fibre to the home (FTTH) netwerken, zal deze studie ook deze evoluties bespreken. Dit rapport omvat een literatuurstudie over fibre networks in steden, de onderliggende doelstellingen, de mogelijke business modellen en de rol van de overheid. Daarnaast worden vijf casestudies uitgevoerd die representatief zijn voor wat er gebeurd in Europese steden. Deze cases staan op zichzelf, maar dienen ook als voorbeeld in de meer algemene delen van het rapport. De terms of reference van dit rapport omvatten het uitzetten van best practices met betrekking tot fibre netwerken in Europa. Organisaties: • Studies van Media Informatie en Tele-Communicatie • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • CAROLINE PAUWELS • PIETER BALLON • Leo VAN AUDENHOVE
IRIS: Pathogenese, klinische en volksgezondheid aspecten. Universiteit Antwerpen Abstract: De pathogenese, de klinische manifestaties en de volksgezondheidsaspecten van het Immuun Reactivation Inflammatory Syndrome (IRIS) zullen onderzocht worden. In Oeganda en Ethiopië zal onderzocht worden hoe frequent sputum negatieve longtuberculosepatiënten ten gevolge van IRIS, sputum positief kunnen worden en wat de effecten van IRIS zijn op de gezondheidsdiensten en de therapietrouw van de patiënt. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Robert Colebunders • Anali Conesa Botella
Ironie in de hedendaagse Franse roman na 1980 Universiteit Gent Abstract: Dit project onderzoek de impact van ironie in de hedendaagse Franse literatuur. Het betreft een onderzoek naar vorm en strategieen gebruikt door een steeds frequenter voorkomende schrijftrant. Het project onderzoekt zowel individuele teksten, als groepen auteurs (ihb les éditions de Minuit) en stelt zich voor tot een classificatie te komen. Organisaties: • Vakgroep Frans
Onderzoekers: • Pierre Schoentjes
Irreversibiliteit en efficiëntie in kleinschalige systemen Universiteit Hasselt Abstract: In tegenstelling tot de microscopische basiswetten van de fysica, die symmetrisch zijn onder tijdsomkeer, worden de meeste macroscopische fenomenen gekarakteriseerd door irreversibel gedrag. Vrij recent werden exacte uitdrukkingen voor de entropieproductie en thermodynamische efficiëntie opgesteld. Met dit project willen we nagaan hoe deze resultaten toegepast kunnen worden op kleinschalige systemen zoals twee-dimensionale kwantumstippen, klassieke Coulomb clusters, foto-elektrische en elektro-chemische devices. Bij dergelijke systemen zijn fluctuaties prominent aanwezig, en bepalen ze in grote mate de eigenschappen ervan. Tegelijkertijd wordt het verschil tussen reversibiliteit en irreversibiliteit kleiner. Daarnaast zijn dergelijke systemen ook veelbelovend vanuit het standpunt van efficiëntie aangezien men eenvoudiger de verliezen t.g.v. irreversibiliteit kan aanpakken. Een hoofddoel van dit project is om experimentele systemen voor te stellen en via computersimulaties de condities na te gaan waaronder de effecten van irreversibiliteit en de efficiëntie in kleinschalige systemen experimenteel kunnen geobserveerd worden. Organisaties: • Theoretische Fysica
Onderzoekers: • Bart CLEUREN • Christian VAN DEN BROECK
Irreversibiliteit en efficiëntie in kleinschalige systemen Universiteit Hasselt Abstract: In tegenstelling tot de wetten van de basismicroscopie in de fysica, die symmetrisch zijn voor tijdsomkering, worden de meeste macroscopische fenomenen gekenmerkt door irreversibel gedrag. Recent zijn er nauwkeurige uitdrukkingen voor de entropieproductie en thermodynamische efficiëntie voorgesteld. In dit project willen we onderzoeken hoe deze resultaten kunnen toegepast worden op systemen op kleine schaal zoals tweedimensionale kwantumdots, klassieke Coulomb clusters, foto-elektrische en elektrochemische instrumenten. In dergelijke systemen zijn fluctuaties zeer bekend en bepalen zelfs grotendeels hun eigenschappen. Tegelijkertijd wordt het verschil tussen reversibiliteit en irreversibiliteit kleiner. Maar deze systemen zijn ook veelbelovend vanuit het standpunt van efficiëntie doordat de verliezen te wijten aan irreversibiliteit gemakkelijker kunnen aangepakt worden. Het hoofddoel van dit project is om experimentele systemen voor te stellen en aan de hand van computersimulaties te bepalen onder welke voorwaarden de effecten van irreversibiliteit en efficiëntie in systemen op kleine schaal experimenteel kunnen geobserveerd worden. Organisaties: • Theoretische Fysica
Onderzoekers:
• Bart CLEUREN • Christian VAN DEN BROECK
Irreversibiliteit en efficiëntie in kleinschalige systemen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Bart Partoens • Veaceslav Misco
IRRK2 Phosphatases Confimation. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoeksgr_Neurobio_en Gentherapie
Onderzoekers: • Veerle Baekelandt
IRSES-OIL&SUGAR . KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Jean-Pierre Celis
Irses Replay. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai
ISAIF10 conferentie (10th International Symposium on Experimental and Computational Aerothermodynamics of Internal Flows) 4-7 juli 2011. Vrije Universiteit Brussel Abstract: ISAIF10 conferentie (10th International Symposium on Experimental and Computational Aerothermodynamics of Internal Flows) 4-7 juli 2011. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR
Is ATP13A2 a lysosomal lipid flippase that effects alpha-synuclein membrane interactions? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo voor Cellulaire Transportsystemen
Onderzoekers: • Veerle Baekelandt • Peter Vangheluwe
Is auxine betrokken in de groeiremming van Arabidopsis thaliana bladeren in response op droogtestress? Universiteit Antwerpen Abstract: De rol van het groeiregulerende plantenhormoon auxine in de respons op abiotische stress zoals droogte is tot nu toe nauwelijks onderzocht. Op basis van microarraydata hebben we aanwijzingen dat de expressie een 45-tal auxineresponsgenen specifiek is voor delende cellen en sterk wordt beïnvloedt door droogte. In dit project zullen mutanten van deze genen worden geïsoleerd en getest voor hun effect op groei in optimale en droogtecondities. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Gerardus Beemster
Is biculturalisme een voor-of nadeel voor het schoolsucces van minderheden? Een multi-methode benadering. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Sociale en Culturele Psychologie
Onderzoekers: • Karen Phalet • Batja Gomes de Mesquita
i-SCOPE Europees project Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Interoperable Smart City diensten via een Open Platform voor stedelijke ecosystemen Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • WOLFGANG DE MEUTER
Is decentralisatie van activering in de bijstand doelmatig? Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Cornelius Van den Bosch • Karel Neels
Is de GABA (A) receptor een therapeutisch doelwit voor de behandeling van het Fragiele X-Syndroom ? Universiteit Antwerpen Abstract: Het fragiele X syndroom is de meest voorkomende vorm van erfelijke mentale retardatie. In onze onderzoeksgroep werd consistente onderexpressie aangetoond van de delta-subeenheid van de gamma-aminoboterzuurreceptor A in hersenen van fragiele X knock-out muizen, een gevalideerd diermodel voor het fragiele X syndroom. GABAA-receptoren zijn de voornaamste inhiberende receptoren in de hersenen betrokken bij (psychische) angst, depressie, epilepsie, insomnia en leer en geheugen, processen die ook bij fragiele X patiënten verstoord zijn. Dit project tracht, gebruik makend van moleculaire technieken, een beter inzicht te verwerven in de rol van de GABAA-receptor in het fragiele X syndroom. Tevens willen we onderzoeken of de GABAA-receptor een geschikt doelwit is voor de therapeutische behandeling van dit syndroom. Er zijn reeds een aantal geneesmiddelen op de markt die specifiek inwerken op de GABAA-receptor. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Charlotte D'Hulst
Is de GABA (A) receptor een therapeutisch doelwit voor de behandeling van het Fragiele X-Syndroom ? Universiteit Antwerpen Abstract: Het fragiele X syndroom is de meest voorkomende vorm van erfelijke mentale retardatie. In onze onderzoeksgroep werd consistente onderexpressie aangetoond van de delta-subeenheid van de gamma-aminoboterzuurreceptor A in hersenen van fragiele X knock-out muizen, een gevalideerd diermodel voor het fragiele X syndroom. GABAA-receptoren zijn de voornaamste inhiberende receptoren in de hersenen betrokken bij (psychische) angst, depressie, epilepsie, insomnia en leer en geheugen, processen die ook bij fragiele X patiënten verstoord zijn. Dit project tracht, gebruik makend van moleculaire technieken, een beter inzicht te verwerven in de rol van de GABAA-receptor in het fragiele X syndroom. Tevens willen we onderzoeken of de GABAA-receptor een geschikt doelwit is voor de therapeutische behandeling van dit syndroom. Er zijn reeds een aantal geneesmiddelen op de markt die specifiek inwerken op de GABAA-receptor. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Charlotte D'Hulst
Is de GABA(A) receptor een therapeutische target voor behandeling van het fragiele X syndroom ? Universiteit Antwerpen Abstract: Het fragiele X syndroom is de meest voorkomende vorm van mentale retardatie. Behalve aan een mentale achterstand leiden de patienen ook aan gedragsproblemen, zoals hyperactiviteit en contacstoornissen, epilepsie en een verhoogde prikkelbaarheid. De gedragsproblemen kunnen in de praktijk even belastend voor de patient en zijn directe omgeving zijn als de mentale achterstand. Wij hebben in fragiele X diermodellen een onderexpressie van het GABA systeem bij de vlieg ontdekt. GABA receptoren zijn de belangrijkste inhiberrende receptoren in het brein, en een gebrek daaraan is volledig in lijn met de symptomen waargenomen bij patienten. Interesant is dat de farmacologie van de GABA receptor uitvoerig bestudeerd is: er zijn een groot aantal drugs in de handel die inwerken op het GABA systeem. Doel van dit onderzoek is op diermodellen te testen of de GABA receptor een geschike target is de gedragsproblemen en de epilepsy geassocieert met het fragiel X sydroom te behandelen. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy
Is de GABA-A receptor een therapeutische target voor het fragiele X syndroom ? Universiteit Antwerpen Abstract: Recent vonden wij differentiële expressie van de the delta subunit van de -aminobutyric acid type A (GABAA) receptor in de hersenen van de fragiele X knockout muis, een diermodel voor de meest frequente vorm van familiaire mentale retardatie. GABAA receptors spelen moelijk een rol in anxiety, epilepsie, en leer- geheugenprocessen Diverse drugs binden aan de receptor. Dit project beoogt ons inzicht in de rol van de GABAA receptor in het fragiele X syndroom op te helderen gebruik makend van moleculaire technieken. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy
Is de GABA-A receptor een therapeutische target voor het fragiele X syndroom ? Universiteit Antwerpen Abstract: Recent vonden wij differentiële expressie van de the delta subunit van de ?-aminobutyric acid type A (GABAA) receptor in de hersenen van de fragiele X knockout muis, een diermodel voor de meest frequente vorm van familiaire mentale retardatie. GABAA receptors spelen moelijk een rol in anxiety, epilepsie, en leer- geheugenprocessen Diverse drugs binden aan de receptor. Dit project beoogt ons inzicht in de rol van de GABAA receptor in het fragiele X syndroom op te helderen gebruik makend van moleculaire technieken. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Frank Kooy
Is de onset-rime structuur van belang in het impliciete en expliciete klankbewustzijn van jonge kinderen? Een crosslinguïstische studie bij Engelstalige en Nederlandstalige kleuters en beginnende lezers. Universiteit Antwerpen Abstract: Deze studie onderzoekt of onsets en rimes eenheden zijn in het klankbewustzijn van jonge kinderen. De onset-rime hypothese is algemeen aanvaard maar bijna exclusief gebaseerd op Engelstalig onderzoek. Recente experimenten in het Nederlands vonden geen evidentie voor deze hypothese. Om na te gaan of taalverschillen verantwoordelijk zijn voor deze dissociatie wordt een cross-linguïstische vergelijking gemaakt met Engelstalige en Nederlandstalige kleuters en beginnende lezers. Taken die het impliciete en expliciete klankbewustzijn meten worden gebruikt (b.v. geheugentaak versus segmentatietaak). Organisaties: • CENTRUM VOOR PSYCHOLINGUISTIEK • Centrum voor Computerlinguïstiek en Psycholinguïstiek (CLiPS)
Onderzoekers: • Jules Frans Daems • Dominiek Sandra • Heike Martensen
Is de sociale controle "gendered"? Een empirisch onderzoek naar de verschillen tussen jongens en meisjes in het anticiperen en het werkelijk ervaren van schaamtegevoelens met betrekking tot jeugddelinquent gedrag KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Leuvens Instituut vr Criminologie (LINC)
Onderzoekers: • Stefaan Pleysier • Johan Put • Arne De Boeck
Is de thuisverpleegkunde in Vlaanderen (BelgiË) klaar voor de toekomst? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Ziekenhuis- en Verplegingswet.
Onderzoekers: • Philip Moons • Kristel De Vliegher
iSEED-Innovation on stability, spectral and energy efficiency in DSL.(in afwachting van goedkeuring IWT-dossier) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het innovatieproject iSEED (IWT funding) heeft als doelen: 1.het reduceren van het vermogenverbruik van DSL-lijnen (ADSL en VDSL2 in het bijzonder); 2.de ontwikkelde SELT meetmogelijkheden gevoelig te verbeteren (Single Ended Line Testing); 3.het stabiliseren en verbeteren van de kwaliteit van DSL-lijnen; 4.het gevoelig verhogen van de DSL bitsnelheden door het aanwenden van common mode signalen. Telecommunicatie operatoren voor lokale toegangsnetwerken, digitale hoge definitie televisie aanbieders en ISP-providers in het bijzonder kunnen met de methodes die ontwikkeld worden in het iSEED project over het klassieke telefoonnetwerk (POTS-PSTN) met hoger bitrates en hogere kwaliteit diensten aanbieden zonder dat het koperen kablelnetwerk dient aangepast of vervangen te worden (degelijk alternatief voor FTTH of kabletelevisie via coax). Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Is een alomvattende, patiënt-specifieke zacht-weefsel envelope nodig in knie-modellen? Een gevalideerde computer tool voor het beantwoorden van deze vraag. KU Leuven Abstract: Om de prestaties op lange termijn van een totale knie arthroplastie (TKA) in een specifieke patiënt te kunnen evalueren, is het noodzakelijk omhet knie gedrag in vivo te bepalen tijdens dagelijkse activiteiten.Vandaag de dag zijn verschillende technieken beschikbaar om de biomechanica van de knie gedeeltelijk te analyseren, zoals gebeurt bij in vivoen in vitro testen. Ook in de literatuur is heel wat informatie beschikbaar. Er is echter geen eenvormig en geïntegreerd instrument beschikbaardat het volledig biomechanische gedrag van een TKA in een specifieke patiënt kan voorspellen.Het belangrijkste doel van het project is het ontwikkelen en valideren van een innovatief computer model dat gebruikt kan worden om in vivo het volledige biomechanische gedrag van een TKAin een specifieke patiënt te bepalen, vertrekkend van knie morfologie en kinematica tijdens dagelijkse activiteiten. Dit instrument kan dan worden toegepast om, voor die patiënt, spanningen, rekken en contactdrukkenin het impl Organisaties: • Afdeling Biomechanica
Onderzoekers: • Jozef Vander Sloten • Bernardo Innocenti • Silvia Pianigiani
Is endoplasmatisch reticulum stress fuctioneel betrokken bij inflammatoire darmziekten? Universiteit Gent Abstract: Inflammatoire darmziekten (IBD) zijn chronische inflammatoire aandoeningen die de darmmucosa aantasten. Een belangrijk kenmerk van IBD is toegenomen epitheliale celdood, wat leidt tot een verstoring van de intestinale barrière en ongecontroleerde influx van antigenen en aanhoudende ontstekingsreacties. Recent werd IBD in verband gebracht met een dysfunctionele unfolded protein response (UPR), de adaptieve cellulaire reactie die optreedt ten gevolge van stress in het endoplasmatisch reticulum (ER). De UPR induceert cytoprotectieve pathways, hoewel
het bij langdurige ER stress aanleiding geeft tot geprogrammeerde celdood. Tot op heden is niet geweten of de UPR bijdraagt tot IBD pathogenese. Eerdere data van onze onderzoeksgroep tonen aan dat ER stress genexpressie profielen sterk gestegen zijn in biopten van patiënten met IBD. We wensen in deze projectaanvraag na te gaan of we de ontwikkeling van darminflammatie in diermodellen ook geassocieerd is met verhoogde ER stress genexpressie profielen en of we dit kunnen tegengaan door het interfereren met de UPR. Organisaties: • Vakgroep Inwendige ziekten
Onderzoekers: • Debby Laukens • MARTINE DE VOS
Is er een trade-off tussen adequate inkomensbescherming en het bevorderen van zelfstandigheid in bijstandsstelsels? Over de optimale combinatie van empowerment, voorwaardelijkheid en sancties. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoeksproject sluit aan bij een uitgebreide literatuur rond de evolutie van welvaartstaten. De focus van het project ligt op ontwikkelingen binnen bijstandstelsels, in een Europees comparatief perspectief. Enerzijds wordt ingegaan op de implementatie van de activeringsrationale in bijstandstelsels. Hoe is dit in de verschillende Europese landen uitgevoerd? Hoe heeft dit de situatie van bijstandsgerechtigden beïnvloed? Welke gevolgen heeft dit gehad naar de generositeit van de welvaartstaat, en naar uitkomsten? Hierbij zal ook aandacht gaan naar nieuwe manieren om activering en uitkomsten van activering te meten. Anderzijds wordt gekeken naar de invloed van de financiële crisis en de daaropvolgende schuldencrisis op de Europese bijstandstelsels en welvaartstaten. Welke mechanismen spelen hier, welke factoren zijn relevant bij het bepalen van de invloed van een onverwachte economische schok op de bodem van de welvaartstaat? Er wordt onder andere gekeken naar ernst van de crisis, publieke opinie, framing van de welvaartstaat en eerdere evoluties binnen bijstandstelsels. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Ive Marx • Sarah Marchal
Is er toekomst voor de hermeneutische wending in de theologie? Een historisch- en systematisch-theologisch onderzoek naar de theologie van Edward Schillebeeckx (1914-2009) en zijn hedendaagse receptie. KU Leuven Abstract: Het werk van Edward Schillebeeckx (1914-2009) markeert de overgang van een premoderne, neothomistische theologie naar een laatmoderne, hermeneutische theologie. Het opzet van dit project is zowel historisch-theologisch as sytematisch-theologisch: (a) het wenst de hermeneutische wending in het werk van Schillebeeckx na te gaan en (b) vervolgens de relevantievan deze theologie te onderzoeken. Een dualiteit in het werk van Schillebeeckx zal dienen als leessleutel. Schillebeeckx werk is ten diepste getekend door twee intuïties: een scheppingstheologische (de wereld is van God) en een hermeneutische (traditie kan enkel herwonnen worden in relatie tot de actuele context). Beide intuïties worden samen gehouden door de idee van de negatieve contrastervaring: ervaringen van lijden en onrecht die ex negativo het verlangen van mensen naar heelheid openbaren. Deze contrastervaringen hebben Schillebeeckx in staat gesteld om hedendaagse situatie en christelijke traditie te correleren en zo ee Organisaties: • OE Systematische Theologie & Religiewet.
Onderzoekers: • Lieven Boeve • Leo Kenis • Frederiek Depoortere
Is het tijd om Hepatitis A controle wereldwijd te maken? Universiteit Antwerpen Abstract: Is het tijd om Hepatitis A controle wereldwijd te maken? Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Pierre Van Damme
Is in de mijn iedereen zwart? Materiële cultuur en het dagelijkse leven van Limburgse mijnwerkers, 1900-1960. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het betreft een onderzoek naar de alledaagse handelingen van Limburgse mijnwerkersgezinnen in de periode 1900-1960. Het is verrassend vast te stellen dat het fundamentele proces van versnelde ontwikkeling op het vlak van consumptie en levensstandaard slechts weinig werd onderzocht. Onderhavig projectvoorstel wil net onderzoeken hoe Belgische arbeidersgezinnen die snelle veranderingen beleefd hebben: betekenisgeving aan die "consumptierevolutie" staat dus centraal. De verhouding tussen arbeidersgezinnen, objecten, sociale relaties en bijhorende wisselende associaties worden blootgelegd. De alledaagsheid, die vaak verborgen blijft achter allerlei deuren, wordt hier blootgelegd aan de hand van drie deelvragen. Primo de wooncultuur (inrichting en uitrusting van de mijnwerkerswoningen), die een uitgelezen middel is om een licht te werpen op de aspiraties en wereldbeelden van de bewoners. Secundo staan we stil bij de persoonlijke intimiteit: kledij en kapsels zijn veelzeggend over de manier waarop mensen zich voorstellen naar de buitenwereld toe. Tertio belichten we eet- en feestcultuur, (nieuwe) tradities die in de mijngemeenschap gevierd werden en die kunnen opereren als een constructieve bouwsteen in de werking en de identiteit van een gemeenschap. Dit onderzoek legt voornamelijk de nadruk op het gebruik van foto's als unieke historische bron in de studie naar verborgen, banale praktijken, die bijdragen tot inzicht in actuele problemen. Organisaties: • Geschiedenis
Onderzoekers: • Joeri JANUARIUS • PETER SCHOLLIERS
Is inteelt en inteelt fitness-nadeel geassocieerd met epigenetische regulatie? een case study met Daphnia als modelsysteem
KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Luc De Meester • Mieke Jansen
Islam in de Europese jeugdliteratuur Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het is de bedoeling na te gaan op welke manier moslims en de islam worden beschreven in recente Europese jeugdliteratuur. Het tekstcorpus bestaat uit een vijftigtal jeugdboeken die in de jaren tachtig en negentig (1980-2000) in het Nederlands, Engels, Duits of Frans verschenen zijn en moslims en de islam in een Europees land thematiseren. Omdat de studie interdisciplinair is en met een brede waaier van sociologische, psychologische, ethische, poli-tieke en economische problemen uit de menswetenschappen te maken heeft, is het noodzakelijk een multidisciplinaire aanpak te hanteren. De analyse houdt rekening met de leeftijdsgroep waarvoor de boeken bedoeld zijn en met de maatschappelijke situatie van de moslims onder de migranten in verschillende Europese landen. De werkhypothese luidt dat de manier waarop moslims worden beschreven duidelijke verschillen vertoont bij autochtone en bij allochtone auteurs. Centraal staat de vraag op welke manier de jeugdromans van autochtone en allochtone auteurs culturele en wereldbeschouwelijke diversiteit benaderen en welke ethische normen zij vooronderstellen en(of) propageren. Organisaties: • Germaanse Talen
Onderzoekers: • Margrit MULLER Heidy
Islamisme en democratie: Analyse van de ideologie en de sociale actie van islamistische organisaties. Een vergelijkende studie van Libanon en Marokko Universiteit Gent Abstract: Op basis van de civil society theorie wil dit onderzoek nagaan onder welke voorwaarden en op welke wijze islamistische organisaties een constructieve bijdrage leveren tot de democratisering van de Arabische wereld. De studie wil dit bereiken door zich te concentreren op de interrelatie tussen het discours en de sociale actiepatronen van deze bewegingen en democratiseringsprocessen in de Arabische wereld, en meer bepaald Libanon en Marokko. Organisaties: • Vakgroep Studie van de derde wereld
Onderzoekers: • Sami Zemni
Islamitische identiteiten in Vlaanderen (1964-heden). Universiteit Antwerpen Abstract: Vanuit een pragmatisch-linguïstisch, cultuurhistorisch en etnografisch perspectief bestudeert dit project publiek toegankelijk en geëliciteerd discours dat geproduceerd wordt door Vlaamse moslims. Dit gebeurt met het oog op de analyse van islamitische politieke zelfbeelden zoals die zich sinds 1964 ontwikkelen binnen islamitische gemeenschappen in Vlaanderen. Organisaties: • Antwerps Centrum voor Pragmatiek (IPrA Research Center)
Onderzoekers: • Jozef Verschueren • Marie-Claire Foblets • Henk de Smaele
Islamitische interpretaties als hefbomen bij de emancipatie van moslima's. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoek zal worden nagegaan in hoeverre jonge moslimvrouwen in Vlaanderen op zoek gaan naar religieuze antwoorden op moderne, Westerse samenlevingsproblemen. Wat zijn de middelen en strategieën die zij gebruiken om allereerst te interpreteren en vervolgens hun persoonlijke interpretarie(s) draagkracht te geen ? Dit onderzoeksproject schenkt aandacht aan vrouwen en hun rol in het vormgeven van nieuwe verhoudingen binnen de islamitische Sunni orthodoxie, een onderwerp dat ook in opinievormingen aangaande islam een rol speelt. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES) • Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman • Sonja Spee
Islamonderricht in het gemeenschapsonderwijs: wat staat er op het spel? Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • EduBROn
Onderzoekers: • Gracienne Lauwers
Is Latijn discourse-configurationeel? Informatiestructuur, woordvolgorde, en het potentieel tot structurele ambiguïteit. Universiteit Gent Abstract: Het project onderzoekt of Latijn kan worden beschouwd als een (discourse-)configurationele taal, en dus of er bij het analyseren van de Latijnse syntaxis rekening moet worden gehouden met structurele ambiguïteit. Om dit te testen wordt een corpusgebaseerd experiment uitgevoerd dat nagaat of informatiestructuur een statistisch betere predictor is voor lineaire woordvolgorde of voor (structurele) syntactische positie. Organisaties: • Vakgroep Nederlandse taalkunde
Onderzoekers: • Liliane Haegeman
Is lexicale selectie een competitief proces? Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft als doel na te gaan of lexicale selectie verloopt via een competitief of non-competitief proces. Hierbij zal gebruik worden gemaakt van verscheidene paradigma's. (e.g., prent-woord interferentie taken, prentbenoeming) en onderzoeksmethoden (e.g., reactietijdtaken, het meten van oogbewegingen). Organisaties: • Vakgroep Experimentele psychologie
Onderzoekers: • Robert Hartsuiker
Is meer competitie in de banksector altijd optimaal Universiteit Gent Abstract: Deregulering, technologische vooruitgang en desintermediatie hebben geleid tot een toename van (potentiële) competitie in de financiële sector. De marktstructuur in de banksector heeft naast directe effecten op de prijszetting van bankproducten, ook verscheidene indirecte effecten. Hoe beïnvloedt meer bankcompetitie de langetermijnrelaties tussen banken en ondernemingen? Beïnvloedt de bankmarktstructuur de effectiviteit van het monetaire beleid? Welk effect heeft bankcompetitie op conjunctuurcycli? Organisaties: • Vakgroep Financiële economie
Onderzoekers: • Rudi Vander Vennet
Is meer ook beter? Onderzoek naar het effect van de uitbreiding van de praktijkervaring in de Specifieke Lerarenopleiding. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoek wil het effect nagaan van de uitbreiding van de praktijkervaring in de specifieke lerarenopleiding, georganiseerd aan universiteiten en centra voor volwassenenonderwijs. Veranderingen in zowel het denken als het handelen van de student-leraar worden op een kwantitatieve (vragenlijsten) en kwalitatieve (interviews) wijze in kaart gebracht. We betrekken niet alleen studenten maar ook docenten en vakleraren uit secundaire scholen bij het onderzoek. Organisaties: • EduBROn • Expo-Eco
Onderzoekers: • Elke Struyf
Iso-alpha-zuren als sleutelelementen voor gezondheidsgunstige eigenschappen van bier Universiteit Gent Abstract: Er is toenemende wetenschappelijke evidentie dat gezondheidsgunstige eigenschappen van bier dienen toegeschreven te worden aan biologische activiteiten van hop-afgeleide bestanddelen in bier. De betrachting van dit project betreft de karakterisering van de elementen, geassocieerd aan de eigenschappen van de bierbitterstoffen, iso-alfa-zuren, die specifieke gezondheidsgerelateerde karakteristieken van bier bepalen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Denis De Keukeleire
isoflavonen in borstweefsel : endocrien werkzame stoffen? Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Wim Van Criekinge
Isoflavonen in borstweefsel : endocrien werkzame stoffen ? Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Wim Van Criekinge
Isolatie en karakterisatie van cardiale stamcellen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Cardiologie
Onderzoekers: • Stefan Janssens • Jens-Uwe Voigt • Ann Sophie Walravens
Isolatie en karakterisatie van hepatische progenitorcellen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Groep Biomedische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tania Roskams • Kathleen Van den Eynde
Isolatie en karakterisatioe van induceerbare virulentiegenen van Salmonella Vrije Universiteit Brussel Abstract: Genen verantwoordelijk voor de pathogeniciteit van de facultatief intracellulaire bacterie Salmonella zullen geÔsoleerd worden. Recent onderzoek heeft aangetoond dat een aantal virulentiegenen van Salmonella niet constitutief tot expressie komen, maar geÔnduceerd worden bij contact met de gastheer. Wij zullen ons hierop baseren voor de isolatie van nieuwe virulentiegenen bij Salmonella. RNA zal geextraheerd worden uit Salmonella cellen geisoleerd uit verschillende organen van geinfecteerde proefdieren en de geinduceerde genen zullen afgezonderd worden door "subtractieve cloning". Als alternatief zal mutagenese met transposons die genfusies genereren worden getest. Om specifieke virulentiegenen te identificeren zullen alleen de genen die niet uitgedrukt worden onder standaard groeicondities en die niet in het genoom van de verwante bacterie Escherichia coli voorkomen verder onderzocht worden. Deze zullen door gerichte in vitro mutagenese of door transposon insertie geïnactiveerd worden en de interactie van de resulterende mutanten met hun gastheer zal in detail onderzocht worden. Interessante nieuwe virulentiegenen zullen gesequeneerd worden en verder onderzocht. Dit werk kan bijdragen tot de ontwikkeling van nieuwe diagnostica en vaccins. Organisaties: • Biologie • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • JEAN-PIERRE HERNALSTEENS • HENRI DE GREVE
Isolatie, identificatie en functionele karakterisatie van bioactieve metabolieten en quorum sensing systemen in diatomeeën Universiteit Gent Abstract: Het algemene doel van dit project betreft de isolatie, identificatie en functionele karakterisatie van secundaire metabolieten van diatomeeën en hun rol als quorum sensing systemen en als antimicrobiële/quorum sensing verstorende chemische verbindingen. Methoden voor de bioassay-geleide isolatie, opzuivering, structuuropheldering en synthese van bioactieve verbindingen geproduceerd door diatomeeën zullen worden ontwikkeld. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Norbert De Kimpe
Isolatie, karakterisatie en functionele analyse van MSX homeobox genen. Universiteit Antwerpen Abstract: De MSX genfamilie is een familie van homeoboxgenen die betrokken zijn bij de embryonale ontwikkeling van verschillende species. In de mens zijn op dit ogenblik 2 MSX genen (MSX1 en MSX2) gekend, terwijl in de muis reeds 3 Msx genen (Msx1-3) werden geïsoleerd. Dit project beoogt de isolatie en karakterisatie van het humane MSX3 gen en eventuele additionele MSX genen om zo de exacte functie van deze genen en hun mogelijke betrokkenheid bij humane ziektes te achterhalen. Organisaties: • Centrum medische genetica • Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen - overige
Onderzoekers: • Wim Wuyts
Isolatie van embryonale stamcellen bij het rund. Universiteit Gent Abstract: Een innovatieve benadering zal gevolgd worden om embryonale stamcellen (ESC) bij het rund te isoleren. Daartoe gaan we verschillende embryo?s creëren: (1) ?giant? blastocysten om de invloed van het aantal cellen na te gaan, (2) in vivo embryo?s aangezien deze cellen meer pluripotentie eigenschappen vertonen, en (3) embryo?s in diapauze. Daarnaast wordt ook de invloed van extrinsieke factoren zoals de cultuur condities, geëvalueerd. Organisaties: • Vakgroep Verloskunde, voortplanting en bedrijfsdiergeneeskunde
Onderzoekers: • Ann Van Soom
Isolatie van uit de miltzenuw vrijgestelde chromogranine A en B -afgeleide neuropeptiden bij het varken en hun biochemische en functionele karakterisatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Isolatie van uit de miltzenuw vrijgestelde chromogranine A en B -afgeleide neuropeptiden bij het varken en hun biochemische en functionele karakterisatie. Organisaties: • Nefrologie • Neurofarmacologie
Onderzoekers: • Etienne Nouwen
Isolation, Characterization and Manipulation of Human amniotic fluid derived mesenchymal stem cells KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Jan Deprest • Jaan Toelen • Silvia Zia
Isoleren en beperken van JavaScript aan de cliëntzijde KU Leuven Abstract: In hedendaagse web applicaties betwist niemand de belangrijke rol vanJavaScript als een cliënt-zijde programmeertaal. JavaScript kan het Webomzetten in een levendige, dynamische en interactieve ervaring voor deeindgebruiker. Helaas kan JavaScript ook worden gebruikt om gevoeligeinformatie te stelen en krachtige functionaliteit te misbruiken.Slordige validatie van invoer kan een web applicatie kwetsbaar maken,
waardoorkwaadaardige JavaScript code in een JavaScript uitvoeringsomgeving van eenweb applicatie kan lekken, waar het leidt totonopzettelijke uitvoering van code.Een anders veilige web applicatie kan opzettelijk JavaScript van een derdepartij invoegen. Deze derde partij kan op zijn beurt onbetrouwbare of zelfskwaadaardige JavaScript beschikbaar maken, wat leidt tot de opzettelijkeuitvoering van onbetrouwbare code.In zowel het opzettelijkeals onopzettelijke geval, verkrijgt onbetrouwbareJavaScript code die terecht komt in de JavaScript Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Frank Piessens • Steven Van Acker
ISOMAP voor wavelet-distributie gebaseerde beeldclassificatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft het samenvoegen van het ISOMAP algoritme voor niet-lineaire reductie met twee bestaande hyperspectrale analyse technieken: Textuur classificatie door geodetische afstandsberekeningen tussen wavelet distributies, en pure pixel extractie voor ontmengen van beelden. De eerste techniek is recent ontwikkeld bij het Visielab, waar de tweede een volledig nieuwe aanpak voor een bestaand probleem zal opleveren. Organisaties: • Visielab
Onderzoekers: • Rob Heylen
Isometrische handknijpkrachtoefeningen: een nieuw nietfarmacologischmiddel in de behandeling van hogebloeddruk? KU Leuven Abstract: Hypertension is a global disease (public health) with asignificant societal and economic burden.This project willprovidedetailled information on the efficacy and workingmechanisms of a new highly accessible treatment option,i.e. isometric handgrip exercise (rehabilitation), in theprevention and management of high blood pressure bothin the short and longer-term (compliance). Organisaties: • Cardiovasc. en Respiratoire Revalidatie
Onderzoekers: • Lucien Vanhees • Véronique Cornelissen
Isotopenanalyse van Cu, Fe en Zn in volbloed, serum en lumbaal vocht via multi-collector ICP - massaspectrometrie: een nieuwe benadering om inzicht te verwerven in het metabolisme en om metaal-gerelateerde aandoeningen te diagnoticeren. Universiteit Gent Abstract: De isotopische samenstelling van Cu, Fe en Zn zal worden bepaald in volbloed, serum en cerebrospinaal vocht via multi-collector ICPmassaspectrometrie (MC-ICP-MS). Hiervoor zullen nieuwe en verbeterde analytische methoden worden ontwikkeld. De mogelijkheden voor i) het verstrekken van inzicht in het metabolisme van transitiemetalen en ii) diagnose van ziektes zullen worden beoordeeld. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Joris Delanghe • Frank Vanhaecke • Patrick Santens
Isotopengeologie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Reconstructie van laatglaciale en holocene klimaatsveranderingen in de zuidelijke hemisfeer aan de hand van een merentransect doorheen Zuid Chili (CHILT) Organisaties: • Geologie
Onderzoekers: • EDWARD KEPPENS
Isotopisch onderzoek via de combinatie van laser ablation met single-collector en multi-collector ICP-massaspectrometrie Universiteit Gent Abstract: Ontwikkeling van analytische methodes op basis van de combinatie van deep-UV ArF* excimeer laser ablatie (LA) met single-collector of multi-collector ICP-massaspectrometrie (ICP-MS) voor toepassing in real-life problemen, waaronder de bepaling van de platina-groep elementen (PGMs) in Pb schrijven, verkregen via fire assay behandeling van de stalen, via LA-ICPMS met isotopendilutie (ID) als kalibratiemethode, quasi niet-destructieve isotopische analyse van kostbare stalen, ruimtelijk geresolveerde isotopoische analyse en 2-D en 3-D chemische beeldvorming. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
ISP/13/07TS. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Walter Luyten • Carlos Dotti • Liesbet Temmerman
iSPEC: Intelligente SuPer-Elastische Clouds. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Wouter Joosen • Eddy Truyen
Is perceived stress associated with susceptibility to upper respiratoryillness in early adolescents? KU Leuven Abstract: Het is ondertussen gemeengoed dat er een relatie bestaat tussen stress en een slechte gezondheid. Dat neemt niet weg dat er nog permanent onderzoek verricht wordt om de mogelijke oorzaken van de correlatie te identificeren. De bevestiging van dit fenomeen bij een jonge populatie is een belangrijk onderzoeksdoel, juist omdat deze potentiele doelgroep gewend is om zich een levensstijl aan te meten die de gezondheid verbeterd.In Peru werd er een longitudinale studie over een periode van twee jaar (2006-2007) verricht bij een adolescente groep met als doel een betekenisvolle correlatie vast te stellen tussen stress en de aanleg tot het opdoen van een verkoudheid. Het onderzoek verzamelde data van 214 pre adolescenten van hoge en lage sociaal economische achtergronden uit Lima. De aangepaste zelf-rapportering werd gebaseerd op de volgende enquêtes: Wisconsin Upper Respiratory Symptom Survey, the Stressful Events Inventory for Pre-Adolescents, Positive and Negative Affect Schedule for Childr Organisaties: • OG Gezondheidspsychologie
Onderzoekers: • Omer Van den Bergh • Wim Van Den Noortgate • Liliana Odette Casuso Ferrand
Is PFKFB4 een metabool 'checkpoint' voor de tolerogeniciteit van 1,25(OH)2D3-gemoduleerde dendritische cellen? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Chantal Mathieu • Constantia Gysemans
ISSFLOW - Intelligent Structuring Systems for Complex Flowing Products. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Moleculair Design en Synthese
Onderzoekers: • Wim De Borggraeve
Is the sky really the limit? De (toegevoegde) waarde van teledetectie in de GIS-analyse van een archeologische field survey Universiteit Gent Abstract: Verfijning van geo-archeologische methodologie via toepassing van een reeks methodes van kartering, analyse en interpretatie op origineel en secundair remote sensing materiaal uit de 'potenza valley survey' (C. Italië, Marche). IS the sky really the limit? De (toegevoegde) waarde van teledetectie in de GIS-analyse van een archeologische field survey. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Frank Vermeulen
Is verval van recht een algemeen rechtsbeginsel? Een juridisch grondslagenonderzoek Universiteit Gent Abstract: Het verval als beëindigingsgrond van een recht of een rechtshandeling is een rechtsfiguur die in meerdere takken van het privaatrecht een uiteenlopende invullen krijgt. In dit onderzoek wordt de draagwijdte, de rol en de functie van deze rechtsfiguur bestudeerd en nagegaan of deze rechtsfiguur een algemeen karakter kan toegemeten worden en als algemeen rechtsbeginsel kan erkend worden. Organisaties: • Vakgroep Burgerlijk Recht
Onderzoekers: • Annelies Wylleman
iSWITCH KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Johan Hofkens
Italiaanse linguïstiek. Universiteit Antwerpen Abstract: Italiaanse linguïstiek. Organisaties: • Centrum voor grammatica, cognitie en typologie
Onderzoekers: • Dieter Vermandere
ITEA 05023 ESNA-BE : European sensor network architecture
Vrije Universiteit Brussel Abstract: The emerging technology of wireless sensor networks creates new opportunities for innovative applications, but poses new technical challenges for constructing such applications. The ESNA (European sensor network architecture) project makes development of wireless sensor network applications more effective by providing a standard architecture, technology and application-development guidelines, as well as proof-of-concept implementations. ESNA establishes wireless sensor networks as a technology discipline serving business needs. This is done in three ways: 1.By exploring and modelling detailed application requirements that drive technology development, 2.By exploring and further develop technologies for sensor network applications; and 3.By exploring methodology and business aspects of sensor networks. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • KRIS STEENHAUT
ITEA 06043 3DT-BE: 3D-TESTBENCH-BE (in kader EUREKA programma ITEA 2 en in kader van IWT-080061 van BARCO) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het innovatiedoel van het project is het creëren van een proefversie van een intelligent, groot en interactief visualisatieplatform dat alle belanghebbenden betrokken in technische reviews van complexe producten, zoals die van de automobiel- en ruimtevaartindustrieën, toelaat om meerdere gegevenstypes, uit verschillende bronnen te bekijken en de betekenis (concepten) achter de gegevens te manipuleren zonder noodzakelijke toegang te hebben tot de originele gegevensbronnen. Een dergelijke visualisatie- en manipulatieplatform, waaraan de naam Multidisciplinaire Semantische Muur (of SemWall) gegeven werd, zal met eigenschappen worden uitgerust om het niveau van abstractie van het denken en samenwerken tussen multidisciplinaire belanghebbenden op verscheidene manieren te verhogen. Het project poogt niet een geïntegreerde (commerciële) en gebruiksklare SemWall te ontwikkelen maar zal zich beperken tot het creëren van de aanvankelijke sleuteltechnologie en het identificeren van de bijpassende natuurlijkste HMI technieken. Het project zal uiteindelijk in een onderzoeksdemonstratiesyteem (=pilootversie) van de SemWall resulteren. Organisaties: • Toegepaste Mechanica
Onderzoekers: • CHRISTIAN LACOR • DEAN VUCINIC
ITEA 08005 DIY-SE: Doe-Het-Zelf Omgevingsbewuste Belevingen Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het Doe-Het-Zelf Omgevingsbewuste Belevingen project (DiYSE) heeft tot doel om alledaagse mensen in staat te stellen om op een gemakkelijke wijze toepassingen te creëren, op te zetten en te controlen in hun omgevingsbewust leefomgevingen en in de publieke Internet-ofThings ruimte. Op die manier is het mogelijk om omgevingsbewuste diensten en 'slimme' objecten in te schakelen voor zeer gepersonaliseerde, sociale, interactieve en natuurlijke ervaringen thuis en in de stad. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica • Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • ROBERT MEERSMAN • Jos PIERSON • WOLFGANG DE MEUTER • An JACOBS
ITEA SERKET : securisation keeps threats (zie ook IWT 282 LACOR/VUCINIC) Vrije Universiteit Brussel Abstract: SERKET behandelt het onderwerp van veiligheid van plaatsen en openbare gebeurtenissen door een innovatieve softwarebenadering te ontwikkelen waar verspreide gegevens die uit afzonderlijke apparaten komen automatisch worden gecoreeleerd en geanalyseerd om het veiligheidspersoneel van de juiste informatie te voorzien. De abalyse van de beschikbare technologieën toont aan dat het knelpunt van veiligheid van openbare plaatsen niet het hardwaredeel van het toezicht is, maar eerder de analyse in real-time en correlatie van de gegevens die door de diverse sensoren worden verstrekt is. Zij wijzen ook op het gebrek aan een globeel beheer van bedreigingen en voor de mensen en hun omgevingen. Het is dus noodzakelijk om meer "intelligentie" in veiligheidssystemen in te voeren. Aangezien het spectrum van bedreigingen vergroot en bijgevolg veiligheidssystemen complexer worden, wordt het bereiken van goede prestaties met deze kritieke systemen een nieuwe uitdaging. SERKET heeft als doel verder te gaan dan de status van de technologie door kwesties te behandelen met betrekking tot de evolutie van veiligheid die gezien werd als een verzameling van geïsoleerde voorzieningen, gadegeslagen door een bewaker, tot een geïntegreerd systeem door het promoten van "Complexe Event Pricessing" (CEP) technologie die de homogene verwerking toelaar van gegevens en informatie die als gebeurtenissen worden beschouwd. Het is daarom een alomvattende en universele oplossing voor de gegevensfusie. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
ITEC KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Informatica
Onderzoekers: • Erik Duval
Iteratief leren van model en regelaar voor sterk niet-lineaire systemen. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: In dit project beperken we ons tot systemen met één enkele ingang om zo de complexiteit van de te ontwikkelen technieken beheersbaar te houden. De ontwikkeling van identificatiemethoden en niet-lineaire modelstructuren zal voornamelijk uitgevoerd worden door ELEC-VUB. De ontwikkeling van controlestructuren en ontwerpmethoden zal voornamelijk uitgevoerd worden door PMA-KULeuven. Uiteraard gebeuren beide ontwikkelingen in nauwe samenwerking. Identificatie van lokale niet-lineaire modellen [ELEC-VUB] Doel: het identificeren van benaderende niet-lineaire modellen die toelaten om een verbeterde ingang te berekenen vanuit de waargenomen uitgang: verbetering ingang =NL^-1(fout uitgang) Vragen: * Rechtstreekse identificatie van het inverse model >< inverteren van het geïdentificeerde model? * Selectie van gepaste modelstructuur en identificatiemethode * Is het ingangssignaal voldoende rijk om het model te identificeren? Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • JOANNES SCHOUKENS
Iteratieve en multirooster methoden voor golf en verstrooiingsproblemen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project stelt voor om numerieke en wiskundige methoden te ontwikkelen voor golf en verstrooiingsproblemen die schaalbaar zijn tot een groot aantal onbekenden. Het doel is om het mogelijk te maken dat realistische problemen in hun volle dimensionaliteit en complexiteit gesimuleerd worden. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Wim Vanroose
Iteratieve methoden voor deterministische micro/macro problemen. Universiteit Antwerpen Abstract: Vele systemen in wetenschap en technologie zijn goed onderzocht op het niveau van de individuen b.v.: atomen, moleculen, bacteriën. In dit project willen we numerieke en wiskundige methoden ontwikkelen om het macroscopische en collectieve gedrag van een grote hoeveelheid individuen te voorspellen. We gebruiken de micro/macro techniek die het gedrag van individuen overbrengt naar het macro niveau. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Wim Vanroose
Iteratieve methoden voor lineaire en niet-lineaire Schrodingervergelijkingen. Universiteit Antwerpen Abstract: De doelstelling van dit project is om efficiënte computationele methoden te ontwikkelen, gebaseerd op moderne iteratieve Krylov methoden, om lineaire en niet-lineaire Schrödingervergelijkingen op te lossen. Dit zal het mogelijk maken om in de theoretische behandeling over te gaan van de benaderende 2D beschrijving naar de realistische 3D beschrijving. Deze methoden zullen worden toegepast op concrete fysische problemen: het oplossen van de niet-lineaire tijdsafhankelijke en tijdsonafhankelijke Ginzburg-Landau vergelijking voor de studie van de votexstructuur en -dynamica in mesoscopische supergeleiders en het oplossen van de Schrödingervergelijking voor realistische kwantumstippen. Organisaties: • Toegepaste wiskunde en numerieke analyse
Onderzoekers: • Wim Vanroose • Bart Partoens • Milorad Milosevic
Iteratieve ontvangers voor digitale communicatie Universiteit Gent Abstract: In de meeste hedendaagse communicatiesystemen wordt informatie (spraak, video, data, audio, ?) op een digitale manier verstuurd. Om de informatie aan de ontvangerzijde op een betrouwbare wijze te kunnen recontrueren, kan men foutcorrigerende codes gebruiken. Verder, om betrouwbare reconstructie mogelijk te maken, is het noodzakelijk om de kanaalparameters (propagatietijd, impulsantwoord, faseverschuiving, ?) te schatten. De optimale methoden voor decodering en estimatie van de parameters zijn echter veel te complex voor praktisch gebruik. Daarom is er nood aan suboptimale technieken met een goede performatie en aanvaardbare complexiteit. In dit project zal onderzoek uitgevoerd worden naar goede foutcorrigerende codes en iteratieve algoritmes voor decodering en schatting van de kanaalparameters. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Heidi Steendam
Iteratieve (turbo) estimatie en detectie in de context van mobiele digitale communicatie tussen meerdere gebruikers over kanalen met meerdere in- en uitgangen Universiteit Gent Abstract: Het voorgestelde onderzoek beoogt de ontwikkeling en de studie van turbo-algoritmes voor estimatie en detectie in de context van draadloze multi-user transmissie over MIMO kanalen met multipad fading. De verschillende onderdelen (synchronisatie, detectie, egaliastie, ? ) van de ontvanger wisselen onderling 'zachte' informatie uit om de gezamenlijke performatie te verbeteren. Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Marc Moeneclaey
Iteratieve (turbo) estimatie en detectie in de context van mobiele digitale communicatie tussen meerdere gebruikers over kanalen met meerdere in- en uitgangen
Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van dit project is de iteratieve (turbo) verwerking, die succesvol is gebleken voor decodering van krachtige foutcorrigerende codes, maar uit te bereiden naar andere functies van de ontvanger (synchronisatie, egalisatie, ...), en dit principe toe te passen in de context van mobiele digitale communicatie tussen meerdere gebruikers over kanalen met meerdere in- en uitgangen Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Marc Moeneclaey
Iteratieve (turbo) estimatie en detectie in de context van mobiele digitale communicatie tussen meerdere gebruikers over kanalen met meerdere in- en uitgangen Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van dit project is de iteratieve (turbo) verwerking, die succesvol is gebleken voor decodering van krachtige foutcorrigerende codes, maar uit te bereiden naar andere functies van de ontvanger (synchronisatie, egalisatie, ...), en dit principe toe te passen in de context van mobiele digitale communicatie tussen meerdere gebruikers over kanalen met meerdere in- en uitgangen Organisaties: • Vakgroep Telecommunicatie en informatieverwerking
Onderzoekers: • Marc Moeneclaey
ITESLA. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - ELECTA
Onderzoekers: • Ronnie Belmans • Dirk Van Hertem
ITN-ABC. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Lab voor Neuro- en Psychofysiologie
Onderzoekers: • Rufin Vogels
ITN-ADAPT-r. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Architectuur Sint-Lucas
Onderzoekers: • Johan Verbeke
ITN-MagnIM. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Functionele Materialen
Onderzoekers: • Omer Van der Biest
ITN-STEEP. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Computerwetenschappen Kulak
Onderzoekers: • Patrick De Causmaecker
ITP 2014: zuivel productie Universiteit Gent Abstract: ITP2014 ITP2014: Zuivel Productie NITP2014PR002 DGOS/VLIR-UOS Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Veerle Fievez
ITP : Internationaal trainingsprogramma 2001: "Medical imaging, radiation therapy and nuclear medicine" Vrije Universiteit Brussel Abstract: Nucleaire geneeskunde is een tak van de medische beeldvorming die gebruikmaakt van kleine hoeveelheden radioactief materiaal voor diagnose en bepalen van de ernst van of behandeling van een verscheidenheid van ziekten. Organisaties: • Elektronica en Informatica • Elektriciteit
Onderzoekers: • RONALD VAN LOON • JAN CORNELIS
ITP : Internationaal trainingsprogramma 2002: "Medical imaging, radiation therapy and nuclear medicine : 4 months of practical training in medical physics and radiation protection. Vrije Universiteit Brussel Abstract: ITP : Internationaal trainingsprogramma 2002: "Medische beeldvorming, therapie van de straling en nucleaire geneeskunde: 4 maanden stage in medische fysica en stralingsbescherming" Organisaties: • Elektronica en Informatica • Elektriciteit
Onderzoekers: • RONALD VAN LOON • JAN CORNELIS
iTRACE. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Herman Goossens
It's a men's world. Een narratief onderzoek naar detentiebeleving en gevangeniscultuur bij mannelijke gedetineerden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoeksproject exploreert 'mannelijkheid' als copingstrategie bij uitstek voor mannelijke gedetineerden, door het belang van gender in hun discours over (1) de (criminele) levensloop en (2) de detentiebeleving te bestuderen. Deze vraagstelling integreert twee belangrijke lacunes: het ontbreekt in België aan een genderperspectief op criminaliteit en aan afdoende onderzoeke over het gevangenisleven. Aangezien gevangenissen omschreven worden als ultramasculiene settings, is mannelijkheidsgeoriënteerd penologisch onderozke relevant en noodzakelijk. Een verkenning van de tenetiebeleving en de aard en oorsprong van een hypermannelijke gevangeniscultuur en gevangenishiërarchie dringt zich op. Dit onderzoeksproject heeft zowel fundamentele als empirische aspiraties. Ten eerste beoogt het een conceptuele evaluatie van de notie 'hegemonische mannelijkheid' en van Messerschmidt's theorie van 'crime as structured action'. Ten tweede wil het empirische inzichten over detentiebeleving, gevangeniscultuur en gevangenishiërarchie vanuit een mannelijkheidsperspectief ontwikkelen, toetsten en verdiepen. Daartoe worden (1) participerende observaties bij mannelijke langgestraften gecombineerd met (2) een narratieve analyse van het discours over hun levensverhaal en de diverse aspecten verbonden aan hun detentiebeleving. Dit onderzoeksopzet moet toelaten om de beperkte internationale genderinzichten over gevangeniscultuur, gevangenishiërarchie en variaties in detentiebeleving te verdiepen en tegelijk vanuit Belgische detentiecontext een originele en fundamentele bijdrage te leveren aan de academische discussie ter zake. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • KRISTEL BEYENS
ITTP, Beoordelen, tutoriale structuren en initiële lerarenopleiding van stagiair studenten binnen de onderwerpen Politieke/Civiele Onderwijs, Sociale/Culturele Studies en Geschiedenis in Europa - een vergelijkende studie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het project is gericht op het produceren van een vergelijkende studie over beginselen, structuren en normen van de initiële opleiding voor docenten in de onderwerpen politieke/burgereducatie, sociale/culturele studies en geschiedenis in Europa. Organisaties: • Lerarenopleiding • Metajuridica
Onderzoekers: • HERLINDA VAN LOOY • MACHTELD DE METSENAERE
IT verzekering case studies. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een opdracht tussen enerzijds UA en anderzijds ISACA, de internationale beroepsfederatie van IT governance en audit professionals. UA levert aan ISACA vijf case studies rond IT audit en assurance. Organisaties: • Beleidsinformatica
Onderzoekers: • Steven De Haes
IUAP 7/26 Stad en samenleving in de Lage Landen (ca. 1200-ca. 1850). De ?condition urbaine?: tussen veerkracht en kwetsbaarheid Universiteit Gent Abstract: Geïnspireerd door de uitdagingen van de hedendaagse urbanisering, onderwerpt het IAP 'City & Society' het concept van ?stedelijke veerkracht? voor de casus van de Lage Landen. aan een kritische analyse. Drie onderzoekslijnen staan hierbij centraal: (1) de milieuuitdagingen van het stedelijke leven: veerkracht en nooddruft; (2) stedelijke geheugens; (3) stedelijke gemeenschapsvorming: inclusie en exclusie. Deze thema?s worden vanuit een uitdrukkelijk internationaal en interdisciplinair perspectief benaderd (visuele en literaire cultuur, archeologie, geografie,?). Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Marc Boone
IUAP netwerk: 'Paracrine en transcriptioneel control van embryogenese in gewervelde dieren.
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Developmental biology aims at describing and understanding the complex and highly connected regulatory pathways that determine the pattern and form of the embryo and later establish its organ systems. It integrates many disciplines including molecular biology, genetics, morphology, and the study of signal transduction pathways and regulation of gene expression. The complexity and multidisciplinarity of this field, the simultaneous need for more than one model organism, and the use of ever improving technologies, require a dense context of know-how, which in the US, UK and Germany, is often available within one institute. As an alternative, we propose here a strong collaborative interaction between young teams from different Belgian universities to strengthen their work in the field of developmental biology and to try to remain competitive at an international level. Furthermore, the network will develop strong interactions with the EMBL in Heidelberg (The Developmental Biology Program) not only at the technical level (access to sophisticated equipment) but also at the conceptual level (meetings, visits of scientists, collaborations on specific questions). The aims of this research program are: 1) To explore the mechanisms involved in the development of selected tissues and organs. We will focus on the formation and patterning of the three germ layers during gastrulation, on the development of the central nervous system (CNS) and on the organogenesis of the pancreas and pituitary. 2) To investigate the role of particular transcription factors (homeobox, zinc finger, helix-loop helix factors) and signalling pathways and modulators thereof (TGFb, Wnt, Eph/ephrin and proteoglycans) in the development of these tissues and organs. 3) To explore the genetic and/or molecular interactions, be they synergistic or antagonistic, between the different signalling pathways and their signal transduction components (including transcription factors). 4) To ensure access for each participant to three vertebrate animal model systems, i.e. zebrafish, frog (Xenopus) and mouse, each providing specific experimental advantages. In addition, interaction with the EMBL will give access to the well-studied invertebrate Drosophila system. 5) To exchange and transfer technology and know-how between the different groups, which have complementary expertise in various techniques. The progress in developmental biology in recent years has been remarkable. The identification and functional characterisation of novel genes that are essential for normal development are proceeding at a very fast pace. Comparison between the genomes of C. elegans, Drosophila and man shows conservation of many regulatory genes and signalling pathways components and has led to the identification of a great number of genes. The challenge is now is to decipher the function and the mechanism of action of all these genes during embryogenesis and in the adult. It is clear that developmental biology will have a profound impact in the next decade notably on medicine with the potential of developing effective new therapies, such as tissue regeneration and production from stem cells of specific human cell types for transplantation. We expect that, by generating new basic information, the present project will contribute significantly to that goal. Organisaties: • Biologie
Onderzoekers: • Luc LEYNS
IUAP - PIA V/09 Universiteit Gent Abstract: Onderzoek van de transformatie in urbane en rurale context binnen het Romeinse Rijk. Interdisciplinaire archeologische benadering van de overgang van de laat-Romeinse Oudheid naar de Vroege Middeleeuwen. Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Frank Vermeulen
IUAP/V - DWTC Universiteit Gent Abstract: Studie van netwerken en toepassingen voor mobiele gebruikers inclusief de fysische laag. Ondersteuning en beheer van dienstkwaliteit (Qos), ontwikkeling van nieuwe multimediatoepassingen, ontwerp van antennes, studie van modulatie en codering, ontwerp van terminals. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Piet Demeester
IUAP VI Universiteit Gent Abstract: De activiteiten van dit fotonicanetwerk zijn georganiseerd rond verschillend thema's: 1. nanostructuren en metamaterialen 2. nieuwe lichtbronnen 3. optische informatieverwerking - componenten 4. klassieke en quantumoptica - systeemconcepten 5. fotonisch (bio)sensoren Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Roeland Baets
IUAP VI Universiteit Gent Abstract: De bedoeling van het project is innovatieve nano-chemische methodes te ontwikkelen voor de synthese van geavanceerde anorganische materialen. Dit werk omvat zowel fundamenteel onderzoek naar begrip en controle van de synthese van precursoren (de zogenoemde bouwstenen), als meer toegepast onderzoek naar processing van materialen met een complexe vorm. Organisaties: • Vakgroep Vaste-stofwetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Poelman
IUC Matchmaking 2012 Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUC with Mekelle University Ethiopia, subproject ‘Land degradation and rehabilitation at the scale of the Geba catchment’ Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Geert Baert
IUC with Moi University Kenya, subproject ‘Agriculture and Biotechnology’ Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Geert Haesaert • Geert Baert
IUS : Activity programme 2008 (2de fase - jaar 1) : van de Universidad Central de Marta Abreu de Las Villas (UCLV)-Cuba. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Programmatie van partnerprogramma's, jaarprogramma's en activiteitenprogramma's Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • EDILBERT VAN DRIESSCHE
IUS : Activity programme 2010 (2de fase - jaar 3) : van de Universidad Central de Marta Abreu de Las Villas (UCLV)-Cuba. Vrije Universiteit Brussel Abstract: programmering partner programma's, jaarprogramma's en activiteitenprogramma's Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • EDILBERT VAN DRIESSCHE
IUS: International collaboration on reproductive health research: challenges and issues in Sub-Sahara Afrika Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de Landbouwuniversiteit van Sokoine (Tanzania) Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de Mekelle University, Ethiopië Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse Universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de Universiteit van Cochabamba (Bolivia) Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de Universiteit van Nairobi Universiteit Gent
Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de universiteit van Saint-Louis en Benguate State Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de Universiteit van Zimbabwe Universiteit Gent Abstract: De institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beparkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met de University Marta Abreu de Las villas, Santa Clara, Cuba Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: Partnerprogramma met Hanoi University of Technology Universiteit Gent Abstract: De Institutionele Universitaire Samenwerking (IUS) omhelst een brede samenwerking op lange termijn tussen enerzijds een beperkt aantal universiteiten uit het Zuiden en anderzijds de Vlaamse Universiteiten, gericht op de institutionele ontwikkeling in ruime zin van de universiteit in het Zuiden. Organisaties: • Directie Onderzoeksaangelegendheden
Onderzoekers: • Dirk De Craemer
IUS: PHASE I (jaar 1 partnerprogramma 2013-2018):for Intitutional University cooperation between Universidad de Oriente (Sede Mella), Cuba Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een IUS-partnerprogramma is een langetermijnverbintenis die team effort en een diepgaand partnerschap veronderstelt tussen Vlaamse universiteiten en hogescholen, en een universiteit in één van de partnerlanden van VLIR-UOS. Deze universiteit wordt niet beschouwd als een geïsoleerde begunstigde, maar wel als een belangrijke betrokkene op het vlak van universitaire ontwikkelingssamenwerking op landenniveau.
Het IUS-partnerprogramma bestaat uit een samenhangend geheel van projecten rond een overkoepelend thema met daarbinnen een aantal afgebakende wetenschappelijke kerngebieden die bijdragen tot nationale prioriteiten rond ontwikkelingssamenwerking.
Behalve onderzoek, onderwijs en dienstverlening ondersteunt het programma ook institutionele versterking van de partneruniversiteit voor wat betreft het beheer van de universiteit en ondersteunende diensten zoals ICT, bibliotheekbeheer of financieel beheer.
De inhoud van het programma hangt af van de noden, op basis van de prioriteiten in de landenstrategie van VLIR-UOS en het strategisch plan van de partneruniversiteit, gelinkt aan de interesses en expertise die de Vlaamse instellingen kunnen bieden. Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
IUS: Phase out Partner Programme van de Universidad Central de Marta Abreu de Las Villas (UCLV)-Cuba. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Een IUS-partnerprogramma is een langetermijnverbintenis die team effort en een diepgaand partnerschap veronderstelt tussen Vlaamse universiteiten en hogescholen, en een universiteit in één van de partnerlanden van VLIR-UOS. Deze universiteit wordt niet beschouwd als een geïsoleerde begunstigde, maar wel als een belangrijke betrokkene op het vlak van universitaire ontwikkelingssamenwerking op landenniveau.
Het IUS-partnerprogramma bestaat uit een samenhangend geheel van projecten rond een overkoepelend thema met daarbinnen een aantal afgebakende wetenschappelijke kerngebieden die bijdragen tot nationale prioriteiten rond ontwikkelingssamenwerking. Behalve onderzoek, onderwijs en dienstverlening ondersteunt het programma ook institutionele versterking van de partneruniversiteit voor wat betreft het beheer van de universiteit en ondersteunende diensten zoals ICT, bibliotheekbeheer of financieel beheer. De inhoud van het programma hangt af van de noden, op basis van de prioriteiten in de landenstrategie van VLIR-UOS en het strategisch plan van de partneruniversiteit, gelinkt aan de interesses en expertise die de Vlaamse instellingen kunnen bieden. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • EDILBERT VAN DRIESSCHE
IUS: Prepartnerprogramma : van de Universidad de Oriente (UO)-Cuba Vrije Universiteit Brussel Abstract: IUS: Prepartnerprogramma : van de Universidad de Oriente (UO)-Cuba: samenwerkingsprogramma voor studenten in België en Cuba Organisaties: • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI
IUS programma met de Sokoine University of Agriculture, Tanzania. Universiteit Antwerpen Abstract: IUS programma met de Sokoine University of Agriculture, Tanzania. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Luc D'Haese
IVA-Vlaned. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Spin-off & Innovatie
Onderzoekers: • Rudi Cuyvers
IVIS Lumina II Bioluminescentiecamera voor proefdieronderzoek Universiteit Gent Abstract: De IVIS Lumina II is een bioluminescentiecamera die luciferase-getransfecteerde cellen in proefdieren (muizen) kan detecteren. De detectie is gebaseerd op de lokale omzetting van ingespoten luciferine tot licht. Gevoelige detectie van metastasen (ook in het beenmerg) is de belangrijkste toepassing in het kankeronderzoek. De methode laat ook toe de evolutie van kankerverspreiding binnen eenzelfde dier te monitoren. Organisaties: • Vakgroep Radiotherapie en Experimenteel Kankeronderzoek
Onderzoekers: • Marc Bracke • Franki Speleman • Olivier De Wever
IVM International programme "Passages, transitional spaces for the 21st-century city". Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Centrum voor Stadsontwikkeling
Onderzoekers: • Maarten Van Acker
IVOR Implementing Victim-Oriented Reform of the criminal justice systemin the European Union. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Leuvens Instituut vr Criminologie (LINC)
Onderzoekers: • Ivo Aertsen
IWT/090930/LBO. Witloof KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Bart Nicolai
IWT-120767-LA-BERENGEUR. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract
Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Nadine Buys
IWT haalbaarheidsstudie : Digitale Lijnsimulator. Implementatie van modellisaties en DSP-technieken in een real-time digitale lijnsimulator, toegepast op telecommuniecatienetwerken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van de haalbaarheidsstudie behandelt de realiseerbaarheid van een real-time digitale transmissielijnsimulator geschikt voor het ontwerpen, karakteriseren en testen van hoogwaardige datacommunicatie-apparatuur. De lijnsimulator zal het transmissielijngedrag nabootsen m.b.v. een programmeerbaar digitaal filter. Hiervoor worden krachtige Digital Signal Processing (DSP)-chips aangewend. Het belastingseffect van een transmissielijn op telecommunicatieapparatuur wordt eveneens in de simulator ingebouwd door gebruik te maken van programmeerbare analoge impedantienetwerken. Door de simulator bi-directioneel te ontwerpen kan deze eveneens ingezet worden om bi-directionele datacommunicatie-apparatuur te karakteriseren en te testen. Bovendien laat deze structuur toe om reflecties, dewelke onstaan op slecht getermineerde transmissielijnen, te simuleren, evenals overspraak. Indien men meerdere lijnsimulatoren cascadeert, zal dit toelaten een accurate beschrijving te geven van de koppeling van reële transmissielijnen. Deze situatie treft men frequent aan in telefonienetwerken en is door gebruik te maken van meerdere simulators eveneens nabootsbaar. De haalbaarheidsstudie is enerzijds gericht op de modellisatie van een transmissielijn en anderzijds op de implementatie van het model m.b.v. ultra-snelle DSP-technologie. Het eerste deel van de studie betreft het onderzoek naar geschikte transmissielijn modellen met een minimaal aantal parameters. De regelbaarheid van het model, om accuraat een transmissielijn te kunnen beschrijven voor elk willekeurig lijntype en voor elke lijnlengte, dient onderzocht te worden. Het tweede deel van de studie dient na te gaan met welke technologieën de modellen als digitale filters geïmplementeerd kunnen worden. In eerste instantie is dit de toepasbaarheid onderzoeken van ultra-snelle DSP technologie. In tweede instantie dient getoetst te worden hoe de analoge in-en uitgangssignalen zo zuiver mogelijk en met een zeer groot dynamisch bereik en bandbreedte naar digitale informatie kunnen omgevormd worden en omgekeerd. De belangrijkste gegevens in het onderzoek zijn de real-time simuleerbaarheid van een bidirektionele transmissielijn, de overspraak, het dynamisch bereik, de ruisinvloed en de generatie van reflecties en lijnimpedanties. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
IWT-LBO-BACTERIËLE PATHOGENEN. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling Gentechnologie
Onderzoekers: • Rob Lavigne
IWT Opvangbeurs voor 12 maanden, Joke Belza. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voorbereiding van IWT beurs aanvraag Organisaties: • Geologie
Onderzoekers: • Philippe CLAEYS
IWT Opvangbeurs voor 12 maanden, Kevin Stadler. Vrije Universiteit Brussel Abstract: IWT Opvangbeurs voor 12 maanden, Kevin Stadler. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • LUC STEELS
IWT Opvangbeurs voor 9 maand, Cleo Goyvaerts: Immunomodulation by lentiviral targeting of transgenes to dendritic cells. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Antitumor immuuntherapie waarbij lentivirale vectoren (LVs) in situ toegediend worden, bleek reeds succesvol in verscheidene muismodellen. Deze vaccinatie strategie heeft tot doel dat de LVs tumor geassocieerde antigenen afleveren aan de professionele antigen presenterende cellen van het lichaam, de zogenaamde dendritische cellen (DCs), opdat deze vervolgens een efficiënte antitumor immuunrespons induceren. De vertaling van preklinische studies naar klinische toepassingen verloopt echter moeizaam. Dit is voornamelijk het gevolg van het potentieel van LVs om een brede waaier aan zowel delende als niet delende cellen te transduceren. Vanuit therapeutisch standpunt is dit mogelijk nadelig omdat zogenaamde "off-target" transductie een negatieve invloed kan hebben op de gewenste immunologische uitkomst. Daarenboven brengt deze wijdverspreide infectie een verhoogd risico op insertionele mutagenese met zich mee. Om de bioveiligheid (en mogelijk de efficiëntie) te verhogen is het daarom noodzakelijk om LVs te ontwikkelen die enkel de doelwitcel transduceren. Daarom stellen we in het eerste deel van dit project de Nanobody (Nb) display technologie voor. Deze strategie laat de pseudotypering toe van LVs met een fusogeen maar bindingsdefectief envelop proteïne (VSV.GS) in combinatie met een DC - specifiek Nb. Aangezien er verschillende DC subtypes bestaan en het algemeen aanvaard is dat het subtype en zijn activatie bepalend zijn voor het type immuunrespons, zullen we ook gebruik maken van verschillende DC subtype specifieke Nbs. In een tweede deel willen we de transgen expressie in de DCs de-targeten door gebruik te maken van RNA interferentie (RNAi). Zowel de transductionele targeting als RNAi gebaseerde de-targeting kunnen mogelijks antwoord bieden op volgende vragen: (1) is de activatie van DCs alleen voldoende om een efficiënte immuunrespons op te wekken,(2) welk DC subtype is hiervoor dan het meest geschikt, (3) is kruispresentatie belangrijk voor de inductie van tumor antigen-specifieke immuun responsen? In conclusie willen we in dit project het potentieel van LVs als algemeen bruikbare kant-en-klare anti-kanker immunotherapeutica vervolledigen. Organisaties: • Fysiologie
Onderzoekers: • KRISTIAAN THIELEMANS
IWT-opvangmandaat Geert Beckers. Universiteit Antwerpen Abstract: IWT-opvangmandaat Geert Beckers. Organisaties: • Dierenecologie
Onderzoekers: • Erik Matthysen • Geert Beckers
IWT-opvangmandaat Noor Remmerie. Blue native gel electrophoresis separation of protein complexes. Universiteit Antwerpen Abstract: IWT-opvangmandaat Noor Remmerie. Blue native gel electrophoresis separation of protein complexes. Organisaties: • Plantengroei en -ontwikkeling
Onderzoekers: • Henri Van Onckelen • Noor Remmerie
IWT-opvangmandaat Tim Vermeiren. Universiteit Antwerpen Abstract: IWT-opvangmandaat Tim Vermeiren. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Patrick Meire
IWT Overbruggingsbeurs (4 maanden): Titel wordt later aangevuld Vrije Universiteit Brussel Abstract: Nanobody loaded and coated microbubbles: a tool for molecular imaging Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • Tony LAHOUTTE • Sophie HERNOT
IWT Overbruggingsbeurs (4 maanden): Titel wordt later aangevuld Vrije Universiteit Brussel Abstract: Doctorandus Koen Meeussen is momenteel binnen mijn onderzoeksgroep aangesteld op een doctoraatsbeurs, gefinancierd door het vierjarig IWT SBO project 'Monitoring Quality of End-of-Life Care (MELC) Study'. Deze aanstelling loopt af op 31 augustus 2010. Bij deze wens ik een aanvraag in te dienen voor een predoctoraal opvangmandaat met een looptijd van vier maanden (1 sept 2010 - 31 dec 2010) zoals beschreven in het reglement van de Facultaire Navorsingscommissie (art A.2), teneinde Drs Koen Meeussen in de mogelijkheid te stellen zijn doctoraat 'Monitoring Quality of Care at the End of Life' af te werken. De onderzoeker heeft in de voorbije 4 jaar origineel en baanbrekend onderzoek opgezet en uitgevoerd met een vier-jaar durende continue registratie van levenseindezorg in België via het een representatief netwerk van huisartsen. Daarnaast heeft hij prof dr Lieve Van den Block (Huisartsgeneeskunde) ondersteund in de opstart en uitvoering van een Europese studie in dit kader. Aan het eind van zijn reguliere aanstellingsperiode, zal hij 5 van de beoogde 6 A1 papers voor zijn proefschrift hebben afgewerkt en ingediend bij internationale peer-reviewed tijdschriften. Eén paper is reeds gepubliceerd in the British Journal of General Practice [IF:2.442], en één in BMC Public Health [IF:2.223] wat onlangs de quotering "highly accessed" heeft gekregen. Twee papers zijn gesubmit en in review bij respectievelijk the European Journal of Public Health [IF:2.313], en the Journal of Pain and Symptom Management [IF:2.324]. Een vijfde artikel is vergevorderd en zal eind augustus 2010 ingediend worden bij the Journal of the American Medical Association (JAMA). Verder is Koen Meeussen ook co-auteur van een A1 paper gepubliceerd in the Journal of Pain and Symptom Managment [IF:2.324] en van een A1 paper gesubmit bij Medical Care [IF:3.241]; eerste auteur van een Nederlandstalige publicatie in Huisarts Nu, en eerste auteur van een hoofdstuk in het boek "Living and Dying Well: palliative and end-of-life care for older people" uitgegeven door Oxford University Press (in press). De bijkomende 4 onderzoeksmaanden zijn gewenst om de papers en doctoraat af te kunnen ronden tegen eind december 2010. Organisaties: • Medische Sociologie
Onderzoekers: • LUC DELIENS
IWT Overbruggingsbeurs (9 maanden): Titel wordt later aangevuld Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aan de hand van het induceerbare model voor verlies van eilandvaten toonden we aan dat deze niet nodig zijn voor behoud van betacelmassa. Bovendien bleken de bloedvaten niet belangrijk voor proliferatie of insuline inhoud van de betacellen. Naast deze belangrijke bevindingen hebben we ook aanwijzingen voor een gewijzigd metabolisme van de betacellen in afwezigheid van bloedvaten. Verder lijken bloedvaten ook belangrijk voor het behoud en de ordening van de endocriene cellen binnenin het eiland. Deze laatste observaties moeten echter nog kracht bijgezet worden met extra experimenten. Deze experimenten zullen plaatsgrijpen in de komende maanden waarna we eind dit jaar de gebundelde resultaten zullen versturen voor publicatie. De voortzettingsperiode zal vervolgens gebruikt worden om de vragen van de review te beantwoorden en ondertussen ook mijn proefschrift klaar te maken. Organisaties: • Medische Biochemie
Onderzoekers:
• Henry HEIMBERG
IWT SBO 130008: AdLit Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Communicatiewetenschappen
Onderzoekers: • Martin Valcke • Olivier Cauberghe
IWT SBO 130033: SAFE-PEDRUG Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Farmacologie, Toxicologie en Biochemie
Onderzoekers: • Jan Van Bocxlaer • Freddy Mortier • Siska Croubels • Ann Raes
IWT SBO 130039: BIOLEUM Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Guy Marin • Wout Boerjan • Wolter Prins
IWT-SBO-ALAMIRE-POLYPHONY. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling ESAT - PSI
Onderzoekers: • Luc Van Gool
IWT Speerpunt project : Flanders High Performance Computing lab. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project maakt deel uit van de Flanderes ExaScience Lab, een van de Intel onderzoekslaboratia in Europa. Het lab, een samenwerking tussen alle Vlaamse universiteiten, IMEC en Intel, wordt gefinancierd door het IWT en Intel. Het lab voort onderzoek naar High Performance Computing voor Exascale systemen, gebruik makend van Space Weather voorspelling als applicatie aandrijver. Binnen het Exascience lab, focust de Software Talen lab op nieuwe programmamodellen, technieken en taal runtime ondersteuning voor exascale computing. Organisaties: • Software Language Lab • Informatica en Toegepaste Informatica • Elektronica en Informatica
Onderzoekers: • Tom VAN CUTSEM • WOLFGANG DE MEUTER • PETER SCHELKENS
IWT-TBM-DYSL-X. KU Leuven Abstract: DYSL-X: A game based tool for early risk detection of dyslexia in preschoolers. Organisaties: • OE Gezins- en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • Pol Ghesquière • Ann Goeleven • Jan Wouters
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2004. Universiteit Antwerpen Abstract: Inventarisatie en systematisering van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting; opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2005. Universiteit Antwerpen Abstract: Inventarisatie en systematisering van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting; opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers:
• Jean Vranken
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2006. Universiteit Antwerpen Abstract: Inventarisatie en systematisering van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting; opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2007. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het inventariseren en systematiseren van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting en het opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2008. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het inventariseren en systematiseren van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting en het opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2009. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het inventariseren en systematiseren van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting en het opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2010. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het inventariseren en systematiseren van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting en het opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Danielle Dierckx
Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting 2011. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is het inventariseren en systematiseren van bestaand materiaal over armoede en sociale uitsluiting en het opsporen en aanvullen van lacunes. Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Danielle Dierckx
Jaarlijks Congres "European Macrophage and Dendritic Cell Society (EMDS)" - 22-24 September 2011. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Jaarlijks Congres "European Macrophage and Dendritic Cell Society (EMDS)" - 22-24 September 2011. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • PATRICK DE BAETSELIER • GEERT RAES
Jaarlijkse enquête gehouden bij Belgische ondernemingen en gewijd aan financiering van KMO's. Universiteit Antwerpen Abstract: In elk van de volgende drie jaar zal een schriftelijke enquête worden afgenomen onder Belgische KMO's met als doel het in kaart brengen van de KMO-financiering vanuit vraagperspectief. In de enquête KMO-financiering zal aandacht worden besteed aan de beschikbaarheid van financiering, de evolutie in de kredietrelatie tussen bank en onderneming, het gebruik van diverse financieringsmiddelen en overheidsmaatregelen, de kennis inzake ratings en de houding ten aanzien van financiering met eigen middelen. Elk jaar zullen enkele vragen worden toegevoegd die inspelen op de actualiteit en recente evolutie binnen het domein van de KMO-financiering. Organisaties: • Accountancy en financiering
Onderzoekers: • Eddy Laveren
Jaarlijkse meeting van de Belgian Association for Psychological Sciences (BAPS) Louvain-La-Neuve 28/5/2013 Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Jaarlijkse meeting van de Belgian Association for Psychological Sciences (BAPS) Louvain-La-Neuve 28/5/2013 Organisaties: • Experimentele en Toegepaste Psychologie
Onderzoekers: • Eva VAN DEN BUSSCHE
Jaarverslag karakterisering in de variaties van het Engels Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Vertalen, Tolken en Communicatie
Onderzoekers: • Bernard De Clerck
'Jack The Bear': Een comparatieve analyse van de innovaties in het contrabasspel van Jimmie Blanton. Universiteit Antwerpen Abstract: Jimmie Blanton wordt algemeen beschouwd als één van de primaire innovators van het contrabasspel in de jazz. Er is tot op heden echter nog nooit getracht precies en systematisch vast te stellen op welke vlakken hij vernieuwend was. Dit artistiek onderzoek wil vanuit een sterke nexus theorie – praktijk komen tot een grondig begrip van de innovatieve aspecten in het contrabasspel van Blanton om zo de lacunes in te vullen die momenteel hierrond nog heersen. Organisaties: • Media, beleid en cultuur (MPC)
Onderzoekers: • Alexander Dhoest
Jacques-Nicolas Lemmens (1823-1881) en de stichting van de Ecole de Musique religieuse de Malines. Universiteit Antwerpen Abstract: Jacques-Nicolas Lemmens (1823-1881) was niet alleen een beroemd organist, maar ook de stichter van de École de Musique religieuse de Malines: een historisch personage dat in de loop van de tijd onderhevig is geweest aan een zekere mystificatie. Dit onderzoek focust op Lemmens' motivaties om in 1879 een school voor religieuze muziek op te richten en wil deze stichting in een ruimere politieke, historische en artistieke context plaatsen. Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Bruno Blondé
Jacques-Nicolas Lemmens: leven en werk van een Belgisch organist, gezien vanuit de 19e-eeuwse orgelpraktijk en met focus op de École d'Orgue basée sur le plain-chant romain (1862). Universiteit Antwerpen Abstract: Jacques-Nicolas Lemmens (1823-1881) wordt algemeen beschouwd als een sleutelfiguur voor de ontwikkeling van de orgelmuziek in de 19e eeuw: zijn invloed als pedagoog, virtuoos en componist reikte tot ver buiten de landsgrenzen. In schril contrast met zijn roem staat de beperkte informatie die er over hem te vinden is. Een diepgravend artistiek onderzoek naar zijn betekenis en invloed, samen met de kadering van zijn werk binnen de Europese orgelcontext, en met focus op zijn École d'Orgue basée sur le plain-chant romain (1862) kan een belangrijke bijdrage leveren tot het praktijkonderzoek naar de 19e-eeuwse orgelmuziek in België. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Henk de Smaele
Jain inferentietheorieën in het licht van de moderne logica Universiteit Gent Abstract: Dit project heeft als doel concepten over inferentie en contextuele redenering in Jainisme te onderzoeken door het uitgeven, vertalen en bestuderen van Prabhâcandra?s Prameyakamalamârtanda (11e E.), ?De zon voor de lotussen van het kenbare?. Deze studie zal gevoerd worden binnen de dialoog tussen theorieën over redenering in het klassieke India en hedendaagse Westerse ontwikkelingen in interactieve en dynamische logica?s. Organisaties: • Vakgroep Talen en Culturen van Zuid- en Oost-Azië
Onderzoekers: • Eva De Clercq
James Thomsons The Seasons (1730-46) en Genettes theorieën over para- en hypertekstualiteit Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt een grondige interdisciplinaire studie van James Thomsons The Seasons en de verschillende soorten tekstualiteit die dit werk in het leven roept. Onderzoek naar de drukcultuur, receptiestudie én een rigoureuze toepassing van Genettes theorieën over para- en hypotekstualiteit zullen toelaten een subtiel kader te ontwerpen waarbinnen Thomsons transpositie en transformatie van vroegere teksten moeten begrepen worden. Organisaties: • Vakgroep Engels
Onderzoekers: • Sandro Jung
Japan en de Europese Unie na de Koude Oorlog: van Economisch Conflict naar Politiek Bondgenootschap KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Japanse Studies Leuven
Onderzoekers: • Willy Vande Walle • Dimitri Vanoverbeke
• Nicholas Peeters
Japanse Attitudes towards Sir Frederic Leith Ross' Plans for Monetary Reform in China, 1935 KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Japanse Studies Leuven
Onderzoekers: • Willy Vande Walle • Yukiko Yokohata
Jean Linden, crossmediaal figuur in de negentiende eeuw Universiteit Gent Abstract: Het voorgestelde project heeft betrekking op de deelcollectie herbarium Plantentuin, meer bepaald op het herbarium van Jean Linden. Planten worden in vaak moeilijke omsandigheden verzameld, gedroogd en opgeslagen met het oog op bewaring als onderzoekmateriaal en als referentiemateriaal. Deze gedroogde planten worden vervolgens opgeslagen in herbaria waar ze beschikbaar zijn voor onderzoekers. De herbaria zijn bij een breed publiek nauwelijks gekend en zijn slechts beperkt toegankelijk voor niet-wetenschappers. Dit project dient als voorbeeldproject voor de ontsluiting van een unieke deelcollectie met historisch-(horti)culturele waarde: de collectie van Jean Linden. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Paul Goetghebeur
Je krijgt niet altijd wat je ziet: Individuele verschillen in de manier waarop adolescenten opvoeding percipiëren en het verband met aanpassing Universiteit Gent Abstract: Hoewel opvoeding een belangrijke rol speelt in de aanpassing van adolescenten, zijn de effecten van opvoeding soms klein. In dit project onderzoeken we de hypothese dat aanpassing van adolescenten sterker wordt beïnvloed door hun percepties van opvoeding dan door oudergerapporteerde of geobserveerde opvoeding. Verder gaan we na of de persoonlijkheid van adolescenten hen meer of minder vatbaar maakt voor opvoeding. Organisaties: • Vakgroep Ontwikkelings-, persoonlijkheids- en sociale psychologie
Onderzoekers: • Bart Soenens
Je kunt je familie niet kiezen maar hoe kies je je carrièrepad? Het linken van familiaal kapitaal en carrièrepaden van familieleden van de volgende generatie. Een "family business" studie. Universiteit Hasselt Abstract: In de literatuur over familiebedrijven is het concept "family capital" gebruikt om te verklaren waarom familiebedrijven beter presteren dan niet-familiebedrijven en hoe familiebedrijven op een strategische wijze waarde creëren en behouden over de tijd. Carrière-intenties en beslissingen/-keuzen van familieleden uit de volgende generatie, zowel binnen als buiten het familiebedrijf, hebben weinig aandacht gekregen in het bestaande family business onderzoek. De redenen waarom opvolgers in het bedrijf komen, alsook de intenties van familieleden van de volgende generatie, zijn bestudeerd. Echter, zeer weinig studies hebben gefocust op het reële gedrag van familieleden van de volgende generatie met betrekking tot carrièrebeslissingen en -keuzes. Geaccumuleerd family capital, dat voor het doel van deze studie zowel menselijke als sociale elementen bevat, is in voorgaande literatuur vooral bestudeerd op het organisatieniveau. Echter, als family capital, zoals sociaal kapitaal, een resource is die beschikbaar is voor actoren, hoe gebruiken familieleden dan family capital in hun carrières? Lin (2000) stelt voor dat de analyse van sociaal kapitaal (als een element van family capital) zowel op macro (groep, organisatie, gemeenschap) als op micro (individu) niveau kan gebeuren. In de voorliggende studie is de onderzoeker geïnteresseerd in het individuele familielid als een actor van familiaal kapitaal. De continuïteit van familiebedrijven garanderen is geïdentificeerd als één van de grote obstakels voor vele familiebedrijven. Als enkel de carrièrepaden van opvolgers worden onderzocht, wordt de ervaring van andere familieleden, die gelijkaardige socialisatieprocessen doormaken maar een ander carrièrepad kiezen, genegeerd. Echter, de accumulatie en het gebruik van family capital door familieleden kan de carrièrekeuzen van alle familieleden (zowel de opvolgers als diegene die een andere keuze maken) beïnvloeden. Deze studie maakt gebruik van de social capital literatuur, de human capital literatuur, carrièretheorie en de family business literatuur. Een collectieve casestudy strategie wordt gebruikt. De data wordt geanalyseerd met behulp van de "Critical Incident Technique". Acht gevalstudies worden uitgewerkt waarbij elke gevalstudie een individu betreft. De onderzoekster ambieert een significante bijdrage te leveren aan het family business domein door de toepasbaarheid van de family capital lens te vergroten. Ook wordt een bijdrage geambieerd aan de bestaande carrièreliteratuur, maar dan in de context van familieleden met een achtergrond in familiebedrijven. Organisaties: • Governance • Kenniscentrum voor Ondernemerschap en Innovatie
Onderzoekers: • Frank LAMBRECHTS
Jespo Spo(o)rt Aan Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Jespo vzw' hebben voor het project ' Jespo Spo(o)rt Aan' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • MARC THEEBOOM
Jeugd en leiding aanvaarden. KU Leuven Abstract: Wat verwachten jongeren anno 2012 van werk en vooral, wat verwachten zevan hun leidinggevende? Een belangrijke vraag, immers heel wat sectorenin Nederland hebben moeite om goed gekwalificeerde jonge werknemers te vinden, te boeien en te binden. Daarbij wordt regelmatig in de media gesproken over nieuwe eisen en verwachtingen die de jeugd heeft (generationY). Steeds wordt daarbij aangegeven hoezeer de jeugd
van tegenwoordig verschilt van vorige generaties. Ook wat betreft de verwachtingen van werk en leiding. Is dat zo? En waarin verschillen starters op de huidige arbeidsmarkt van vorige generaties? In dit onderzoek gaan we na wat jongeren anno 2012 en 2013 in Nederland verwachten van hun leidinggevenden. En we gaan na bij leidinggevenden en HRM managers, of zij echt zoveel verschillen zien met eerdere generaties. De kern van het onderzoek is erop gericht in kaart te brengen wat jongeren verwachten van leidinggevenden; wanneer aanvaarden zij leiding? En welke praktijken, zowel voor HRM Organisaties: • OE Arbeids- & Org.psych. & Opleid.kunde
Onderzoekers: • Martin Euwema
Jeugdonderzoekplatform: jeugdmonitor in Brussel Universiteit Gent Abstract: De Brusselse JOP-monitor is een grootschalig surveyonderzoek, dat de levensomstandigheden, de leefwereld en het gedrag van scholieren tussen 12 en 18 jaar in het Nederlandstalige secundaire onderwijs in Brussel onderzoekt (N=2.513). Thema?s die daarbij aan bod komen zijn: het schoolwelbevinden, antisemitisme, delinquentie, de ideale levensloop, drank- en drugsgebruik, consumptieafhankelijkheid, onveiligheidsgevoelens en participatie aan het verenigingsleven. Organisaties: • Vakgroep Sociale agogiek
Onderzoekers: • Nicole Vettenburg
Jeugdwerk dat werkt. De lerende samenleving als uitdaging voor de publieke rol van het jeugdwerk KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Educatie en Samenleving
Onderzoekers: • Jan Masschelein • Maarten Simons • Evelyne Eeckhout
Job Crafting developed from the perspective of the Job Demands-Resources Model and Self-Determination Theory KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Arbeids- & Org.psych. & Opleid.kunde
Onderzoekers: • Hans De Witte • Anja Van den Broeck • Els Vanbelle
Job crafting uitgewerkt op basis van het job demands-resources model ende zelfdeterminatie theorie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Arbeids- & Org.psych. & Opleid.kunde
Onderzoekers: • Hans De Witte
Job insecurity moderators: implications for employee well-being and performance KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Arbeids- & Org.psych. & Opleid.kunde
Onderzoekers: • Hans De Witte • N. N.
Johan Daisne (1912-1978). Tussen magie en werkelijkheid KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Literatuur en Cultuur Leuven
Onderzoekers: • Dirk De Geest • N. N.
John Dewey's Philosophy of Education and Its Implications in Societal Life KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Educatie, Cultuur en Samenleving
Onderzoekers: • Jan Masschelein • Toji Kuriakose Puthenkaduppil
John Henry Newmans theologie van de geschiedenis: de 'Theological Imaginary' KU Leuven Abstract: Dit project heeft tot doel John Henry Newmans theologie van de (kerk-)geschiedenis kritisch te onderzoeken.
Newmans belangstelling voor de geschiedenis van de kerk (en het belang hiervan voor zijn persoonlijk religieuze ontwikkeling en zijn theologie) is algemeen bekend. Er bestaat echter geen omvattende studie over Newmans opvatting m.b.t. de plaats diede studie van de kerkgeschiedenis moet innemen in de theologie # d.w.z.de rol die de discipline van kerkgeschiedenis zou kunnen / zou moeten spelen bij de ontwikkeling van een verantwoorde theologische Weltanschauung. Dit project beoogt een viervoudige doelstelling: (i) een analyse van de wijze waarop Newman de kerkgeschiedenis beoefent met bijzondere aandacht voor zijn benadering van de Kerkvaders; (ii) een analyse van Newmans theorie over de doctrinele ontwikkeling met bijzondere aandacht voor de rol die hierin gespeeld wordt door de religieuze verbeelding; (iii) een analyse van de wijze waarop Newmans beoefening van de kerkg Organisaties: • OE Systematische Theologie & Religiewet.
Onderzoekers: • Johan Leemans • Terrence Merrigan • Christopher Cimorelli
Joint graduate programmes and research based education in biosciences for food. Universiteit Gent Abstract: Dit project is een samenwerkingsverband tussen 5 Vietnamese instituten met de volgende strategieën: netwerk gebaseerde postgraduaat training van studenten, opleiding en bijscholing van personeel, verbeteren van onderzoeksfaciliteiten en vorming van een platform voor alle betrokkenen binnen en rond het netwerk. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
Joint PRODEX-10 project: FluoCells & BIOREACTOR Vrije Universiteit Brussel Abstract: De doelstelling is de ontwikkeling van een dynamische proteomics platform en zijn gebruik op-baan voor drie specifieke microzwaartekracht onderzoeksthema's op basis van eukaryotische celtypen: de gist Saccharomyces cerevisiae, Candida albicans en menselijke osteoblast cellen. Organisaties: • Elektronica en Informatica • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • HICHEM SAHLI • ROGER VOUNCKX • LODE WYNS • RONNIE WILLAERT
Jonge mensen met complexe en intense noden ondersteunen en includeren (ENABLIN). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Eerstelijns - en interdisciplinaire zorg Antwerpen (ELIZA)
Onderzoekers: • Jozef Lebeer
Jongeren desist-from-crime: een kwalitatief onderzoek naar jong-volwassenen met een jeugdbeschermingsverleden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In de hedendaagse criminologie trad recent het debat rond "desistance-from-crime" of de beëindiging van criminele carrières op de voorgrond. Dit project wenst na te gaan wat de dynamiek van het "desistance from crime"-proces is en wat de plaats is van de justitiële interventie binnen dit proces? De probleemstelling wordt vertaald in twee concrete onderzoeksvragen die het onderzoek structureren: (1) Hoe verloopt volgens (voormalige) jeugddelinquenten het proces van desistance en delinquentie? En (2) Hoe zien (voormalige) jeugddelinquenten de plaats en impact van de justitiële interventies in het proces van "desistance-from-crime"? Dit onderzoeksvoorstel betreft een kwalitatief empirisch onderzoek naar het "desistance from crime" proces van jong volwassenen met een verleden in de jeugdbescherming. Verder bouwend op de verzamelde cohorte gegevens (gerechtelijke, individuele en sociale) van een geplaatste jongeren (2001-2003) in het kader van recent onderzoek staat in dit onderzoeksvoorstel, naast een analyse van desistance/persistance, vooral de bevraging (via diepte-interviews) van jongvolwassenen uit de bestudeerde cohorte centraal. De doelstelling van dit onderzoek is om op deze wijze inzicht te verkrijgen in de betekenis van en ervaring met de jeugdbeschermingsmaatregelen, het verloop en de kenmerken van het proces van "stoppen met criminaliteit" en de rol van interventies binnen dit proces. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • JENNEKE CHRISTIAENS • Els DUMORTIER
Jongerenen de sociale bevoorrading van cannabis: drugstransacties onder adolescenten Universiteit Gent
Abstract: In dit onderzoek wordt - a.d.h.v. interviews met 150 cannabisgebruikers tussen 11 en 18 jaar - nagegaan of en hoe de cannabismarkt voor jongeren als een uitbreiding van andere jongerenactiviteitn in adolescente sociale netwerken functioneert, hoe de spelers zich gedragen, welke de relaties zijn met de leveranciers en/of verkopers van cannabis, en hoe de adolescenten interageren met de grote drugsmarkt. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Tom Decorte
Jongeren en 'harde' vechtsporten. Een analyse van de visies en ervaringen bij jongeren, trainers en vechtsportdeskundigen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Sinds de jaren '80 is er een trend van 'verharding' merkbaar binnen een aantal vechtsporten. Aangezien vechtsporten een grote populariteit vertonen bij jongeren, kan de vraag worden gesteld in welke mate jonge vechtbeoefenaars omgaan met deze 'verharding'. Diverse vragen kunnen hierbij gesteld worden. Waarom beoefenen jongeren deze vechtsporten? Hoe gaan jongeren om met gevaarlijke vechttechnieken? Hoe gaan zij om met conflicten? Is er volgens hen een vormende waarde aan het beoefenen van deze vechtsporten? Voelen zij de noodzaak om zich te leren verdedigen? Zien zij vechtsporten als een sport of als een levenswijze? Enzovoort. Naast een analyse van de ervaringen van jongeren met vechtsporten is ook een studie van het begeleidingsproces van jongeren in de vechtsporten noodzakelijk. Het is immers bekangrijk inzicht te verwerven over de wijze waarop er met jongeren wordt omgegaan binnen de vechtsporten. Concreet zal zich dit hier ondermeer vertalen in een analyse van de visie van vechtsporttrainers en -coaches op het begeleiden van jongeren. Tenslotte zal ook gepeild xorden naar de visie van vechtsportdeskundigen hierover. Organisaties: • Sportbeleid en -management
Onderzoekers: • MARC THEEBOOM
Jongeren, geschiedenisleraren en het nationale verleden. Onderzoek naarde representatie van en de opvattingen over het nationale verleden bij leerlingen en leraren: een inhoudelijke, methodologische en strategischeverkenning. KU Leuven Abstract: Vanuit de vaststelling dat in heel wat Westerse landen overheden veel belang hechten aan een gedeelde kennis van het nationale verleden i.f.v. burgerschap en sociale cohesie, doet dit project onderzoek naar narratieven over het nationale verleden bij leerlingen en leraren, en naar hun opvattingen over het belang van aandacht voor het nationale verleden. Drie doelstellingen staan centraal: 1) Inhoudelijk stelt het de analyse voorop van de narratieven over het nationale verleden van leerlingen en leraren, en van hun opvattingen over het belang van geschiedenisonderwijs over het nationale verleden. 2) Methodologisch stelt het project verdere verkenning voorop van onderzoeksmethodologie. Voor de dataverzameling wordt gewerkt met essay-opdrachten, vragenlijsten en semi-gestructureerde interviews. Analyse van de data gebeurt via een grounded theory approach, met behulp van kwalitatieve software (NVivo). Strategisch moet het project de nodige knowhow en inzichten opleveren om uit te monden in Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch. • SLO Letteren Leuven
Onderzoekers: • Lieven Verschaffel • Katelijne Wils • Karel Van Nieuwenhuyse • Fien Depaepe
Jongerengroepen en het openbaar vervoer Universiteit Gent Abstract: De Federale Politie heeft verzocht om een actiegericht onderzoek naar de problematiek van verschillende vormen van overlast op het openbaar vervoer. Bedoeling is dat een fenomeenanalyse en dadergroepanalyse omtrent het fenomeen wordt uitgevoerd. Dit wordt aangevuld met een odnerzoek naar onveiligheidsbeleving, onder meer bij gebruikers van het openbaar vervoer en via sleutelinformanten. Na een grondige evaluatie van politionele initiatieven, in binnen- en in buitenland, zullen aanbevelingen worden geformuleerd om het fenomeen aan te pakken. Organisaties: • Vakgroep Strafrecht en criminologie
Onderzoekers: • Gert Vermeulen • Jenneke Christiaens
Jongeren tussen opleiding en werk in Brabantse en Vlaamse steden, 1500-1800: sociale, culturele en economische aspecten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vele stedelijke jongeren - vooral maar niet uitsluitend jongens - verlieten tijdens de vroegmoderne periode het ouderlijk huis om in het atelier van een ambachtsmeester een opleiding te krijgen, met als doel zelf een geschoolde ambachtsman te worden en in de hoop zich ooit als zelfstandige meester te kunnen vestigen. Het is evident dat het leerlingstelsel impact had op vele verschillende gebieden van het sociale en culturele leven, en dat ht tevens belangrijke consequenties had voor het functioneren van stedelijke economieën. Doel van de promotors is licht te werpen op de sociale, culturele en economische dimensies van het leerlingstelsel en de veranderingen die daarin plaatsvonden tijdens de vroegmoderne periode, met bijzondere aandacht voor de vraag welke de consequenties waren van het samenvallen, zowel ruimtelijk als temporeel, van leren, werken en wonen. Organisaties: • Communicatiewetenschappen • Pedagogiek en Orthopedagogiek • Geschiedenis
Onderzoekers: • FRANKY SIMON • CATHARINA LIS • HUGO SOLY • Bert DE MUNCK
Jongeren tussen opleiding en werk in Brabantse en Vlaamse steden, 1500-1800: sociale, culturele en economische aspecten. Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Vele stedelijke jongeren - vooral maar niet uitsluitend jongens - verlieten tijdens de vroegmoderne periode het ouderlijk huis om in het atelier van een ambachtsmeester een opleiding te krijgen, met als doel zelf een geschoolde ambachtsman te worden en in de hoop zich ooit als zelfstandige meester te kunnen vestigen. Het is evident dat het leerlingstelsel impact had op vele verschillende gebieden van het sociale en culturele leven, en dat ht tevens belangrijke consequenties had voor het functioneren van stedelijke economieën. Doel van de promotors is licht te werpen op de sociale, culturele en economische dimensies van het leerlingstelsel en de veranderingen die daarin plaatsvonden tijdens de vroegmoderne periode, met bijzondere aandacht voor de vraag welke de consequenties waren van het samenvallen, zowel ruimtelijk als temporeel, van leren, werken en wonen. Organisaties: • Centrum voor de Pre-industriële Productieprocessen en Arbeidsverhoudingen • Pedagogiek en Orthopedagogiek
Onderzoekers: • FRANKY SIMON • CATHARINA LIS • HUGO SOLY
Jongerenwerkloosheid: theorie, beleid en de realiteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het probleem van jongerenwerkloosheid blijft zeer actueel en dient in de huidige socio-demografische context nog meer aandacht te krijgen. Dit onderzoek wil via een kwanttatieve analyse van de reële trajecten die jongeren op diverse arbeidsmarkten doorlopen, een beleidsanalyse en een inventarisering van de theorie, het probleem van jongerenwerkloosheid diepgaand analyseren. De kwantitatieve analyse van trajecten die Brusselse jongeren maken naar en opde arbeidsmarkt vormt het belangrijkste onderdeel van dit onderzoek. In deze analyse wordt ervoor geopteerd een serie van verschillende statuten in rekening te brengen sinds deze jongeren bij de officiële bemiddelingsinstantie zijn ingeschreven. Hiervoor wordt een specifieke techniek van sequentieanalyse toegepast, Optimal Matching analyse (OMA). Ik opteer ervoor om de regio van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest als case nader te bestuderen via deze methode om zo een typologie van de trajecten die jongerenwerkloosheid ook nader bekeken vanuit een theoretisch perspectief. Een inventarisering en vergelijking van bestaande theorieën kadert het probleem op macro niveau. Dit krijgt een aanvulling door het gevoerde beleid gericht op jongeren te inventariseren en bestuderen naar effecten via een literatuuronderzoek en diepte interviews bij nationale en internationale experten en beleidsvoerders op de verschillende niveaus. Organisaties: • Sociologie • Sociaal Onderzoek
Onderzoekers: • Jan VAN BAVEL • JACQUES VILROKX • MARJOLEIN GEENS
Jongeren zonder papieren. Universiteit Antwerpen Abstract: Jongeren zonder papieren. Organisaties: • Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman
Jong geweld. Een onderzoek naar de omstandigheden en de drijfveren van geweld bij jongeren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De centrale onderzoeksvraag in dit onderzoek betreft: 'Hoe en waarom plegen minderjarigen geweldsdelicten?' Waarbij het onderzoek zich toespitst op twee dimensies, zijnde het profiel van de jonge dader en zijn drijfveren (1), alsook de omstandigheden waarin deze delicten plaatsvinden. Een antwoord op deze onderzoeksvraag wordt in dit onderzoek gezocht aan de hand van enerzijds een kwantitatieve streekproefgewijze dossieranalyse (jeugdrechtbanken Antwerpen en Brussel); en anderzijds een kwalitatieve bevraging (diepte-interviews) van de jongeren zelf, die voor geweldsfeiten geplaatst werden in gesloten instellingen. De originaliteit van voorliggend onderzoek ligt in het zoeken naar de achterliggende motieven die jongeren zelf aangeven als doorslaggevend bij het plegen van interpersoonlijk geweld. Deze nog onbestudeerde materie kan leiden tot belangrijke nieuwe inzichten op criminologisch, sociologisch, pedagogisch en zelfs psychologisch vlak. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • JENNEKE CHRISTIAENS
Joodse identiteit in de DDR(-literatuur). Universiteit Antwerpen Abstract: Joodse identiteit in de DDR(-literatuur). Organisaties: • Literatuurwetenschap • Instituut Joodse Studies
Onderzoekers: • Vivian Liska
Joodse Natie – Zionistische Staat – Goddelijke Wet: De Kritische Politieke Theologie van de Joodse Dialogische Filosofie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit. Organisaties: • Instituut Joodse Studies
Onderzoekers: • Vivian Liska • Arthur Cools • Dennis Baert
JOP-monitor Antwerpen-Gent Universiteit Gent Abstract: De JOP-monitor Antwerpen-Gent is een grootschalig surveyonderzoek, dat de levensomstandigheden, de leefwereld en het gedrag van scholieren tussen 12 en 18 jaar in het secundaire onderwijs in Antwerpen en Gent onderzoekt. Thema?s die daarbij aan bod komen zijn onder meer: schoolwelbevinden, toekomstperspectief, antisemitisme, delinquentie, onveiligheidsgevoelens en participatie aan het verenigingsleven. Organisaties: • Vakgroep Sociale agogiek
Onderzoekers: • Maria De Bie
JORNT SPIT KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • Jozef Vanden Broeck
Josephson gekoppelde supergeleidende multi-lagen als controleerbare meta-materialen Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project behelst de studie van het propageren van hoog frequente electromagnetische golven in gelaagde supergeleiders, dewelke beschouwd kunnen worden als meta-materialen vanwege hun anisotrope di\"{e}lektrische eigenschappen. Zij hebben niet alleen een laag verlies, compacte structuur, en niet-lineaire eigenschappen, maar bovendien laten deze structuren een unieke controle toe over de propagatie van de electromagnetische golven, die niet in gewone materialen aangetroffen wordt. Tevens worden Quantum meta-materialen beschouwd in een ketting van identieke supergeleidende ladings-qubits in een supergeleidend resonant systeem. In zo 'n medium worden de eigenschappen van het systeem bepaald door coherente quantum dynamica, wat leidt tot een interessante fysische processen. Organisaties: • Theorie van de gecondenseerde materie
Onderzoekers: • Golibjon Berdiyorov
Jozef Guislain (1797-1860) en de armen van geest. Een biografie als caleidoscoop van het ontstaan van de psychiatrie in BelgiË Universiteit Gent Abstract: Deze biografie van Jozef Guislain schetst leven en werk van de pionier van de Belgische psychiatrie. Aandacht gaat uit naar Guislain en Guislain-instituut, de ontwikkeling van de moderne psychiatrie, de evolutie van de ziekenzorg en de relatie religie-geneeskunde. Hoofdpersonage wordt gepositioneerd in het internationale veld van de psychiatrische geschiedenis en in de Belgische politieke, sociale en cultuurgeschiedenis. Organisaties: • Vakgroep Nieuwste geschiedenis
Onderzoekers: • Gita Deneckere • Jurgen Pieters
Jozef Guislain (1797-1860) en de armen van geest. Een biografie als caleidoscoop van het ontstaatn van de psychiatrie in België Universiteit Gent Abstract: Deze biografie van Jozef Guislain schetst leven en werk van de pionier van de Belgische psychiatrie. Aandacht gaat uit naar Guislain en Guislain-instituut, de ontwikkeling van de moderne psychiatrie, de evolutie van de ziekenzorg en de relatie religie-geneeskunde. Hoofdpersonage wordt gepositioneerd in eht internationale veld van de psychiatrische geschiedenis en in de Belgische politieke, sociale en cultuurgeschiedenis. Organisaties: • Vakgroep Nieuwste geschiedenis
Onderzoekers: • Gita Deneckere
JPI URBAN EUROPE-INCUBATOR. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Architectuur Sint-Lucas
Onderzoekers: • Johan Verbeke • Burak Pak
Judith Butler revisited: gender en seksualiteit in het werk van Edith Wharton en Djuna Barnes Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek wil nagaan welk potentieel de vernieuwende theorie van Judith Butler biedt voor het cultuurhistorisch onderzoek naar 'gender' en 'seksuele identiteit' (voornamelijk vanuit psychoanalytisch perspectief), door haar theorie toe te passen op de romans van Edith Wharton (laat-Victoraanse literatuur) en Djuna Barnes (modernistische literatuur) en zo aan een kritische analyse te onderwerpen. Organisaties: • Vakgroep Engels
Onderzoekers: • Maryse Demoor • Gert Buelens
Junior College Module Geschiedenis. KU Leuven
Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Cultuurgesch. vanaf 1750 Leuven
Onderzoekers: • Katelijne Wils
Junior college Taal. KU Leuven Abstract: Junior College is een initiatief van de KU Leuven en KU Leuven Kulak omwetenschap op hoog niveau tot in de klas te brengen. Modules rond wiskunde, geschiedenis en taal bieden aan gemotiveerde en getalenteerde leerlingen een interessant programma. Recente academischwetenschappelijke inzichten verdiepen de inhoud van bestaande vakken. De leerlingen worden uitgedaagd om hun intellectuele grenzen te verkennen en hun belangstelling voor wetenschap en onderzoek te exploreren. Ze leren zichzelf, hun interesses en hun eigen potentieel beter inschatten. Junior College wil zo een brug slaan tussen het secundair onderwijs en de universiteit en de studiekeuzebekwaamheid bevorderen.Junior College Taal wil leerlingen van het secundair onderwijs laten kennismaken met literair-wetenschappelijk, taalkundig en communicatiewetenschappelijk onderzoek. Het ontwikkelt hiervoor lesmateriaal dat de leerlingen op school met hun leerkrachtenkunnen doornemen en biedt de leerlingen daarnaast jaarlijks twee unive Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch.
Onderzoekers: • Liesbet Heyvaert • Dagmar Vandebosch
Junior College Wiskunde. KU Leuven Abstract: Het Junior College Wiskunde biedt een uitdagend lessenpakket wiskunde aan aan de derde graad van het secundair onderwijs. Wiskunde heeft vele gezichten en het Junior College Wiskunde wil enkele kanten belichten waarmee de leerlingen nog maar weinig kennisgemaakt hebben. Wiskunde en wiskundige ideeën zitten immers verborgen in heel veel technologische toepassingen. We willen in dit Junior College ook tonen dat wiskunde een levende wetenschap is. Er zijn binnen de wiskunde veel open problemen, waarvan de oplossing een grote impact zal hebben op de wetenschap en de technologie.Voor meer informatie, zie (URL:http://www.kuleuven.be/onderwijs/juniorcollege/jcwiskunde)http://www.kuleuven.be/onderwijs/juniorcollege/jcwiskunde Organisaties: • Afdeling Analyse
Onderzoekers: • Paul G. Igodt • Stefaan Vaes
Junior Visiting postdoctoral fellowship Kadam Santosh Universiteit Gent Abstract: Dit project betreft de synthese van bioactieve verbindingen binnen het project ?Synthese van diaminozuurderivaten met een cyclopropaan- of aziridineskelet en hun toepassing in de synthese van potentieel fysiologisch actieve alfa,gamma-diaminoboterzuurderivaten " (FWO-project G.0018.09N). Problemen die voorkomen in dit project zullen worden aangepakt: (a) ontwikkeling van stereoselectieve synthese van conformationeel beperkte diaminozuurderivaten, (b) asymmetrische synthese van doelverbindingen, (c) ontwikkeling van selectieve ringopeningsreacties van conformationeel beperkte diaminozuurderivaten. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Norbert De Kimpe
Juridisch advies met betrekking tot religieuze tekens in onderwijs. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Vlaamse Overheid - dept. Onderwijs en vorming van de Vlaamse Gemeenschap' hebben voor het project ' Juridisch advies met betrekking tot religieuze tekens in onderwijs. ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Metajuridica
Onderzoekers: • PAUL DE HERT
Juridisch advies omtrent impact van de Europese Unie reglementering op de Vlaamse werkgelegenheidsmaatregelen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Juridisch advies omtrent impact van de Europese Unie reglementering op de Vlaamse werkgelegenheidsmaatregelen. Organisaties: • Internationaal en Europees recht
Onderzoekers: • TONY JORIS
Juridische aspecten van geassocieerde procreatie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het gebruik van vreemd genetisch materiaal in het kader van de reproductieve geneeskunde geeft aanleiding tot heel wat fundamentele rechtsvragen. Een groot aantal van deze vragen blijft tot op heden onbeantwoordt of krijgt in het huidige Belgische recht geen bevredigende oplossing. Het juridisch onderzoek zal aan de hand van fundamenteel en rechtsvergelijkend onderzoek op de diverse rechtsvragen die rijzen naar aanleiding van het gebruik van vreemd genetisch materiaal een passend antwoord formuleren. Het juridisch onderzoek opteert hierbij voor een indeling van de rechtsvragen op basis van de verschillende partijen betrokken in het voortplantingsproces. Het zal achtereenvolgens de rechtsvragen die verband houden met de donoren, acceptoren, kinderen, fertilisatieartsen en de gemeenschap bestuderen en behandelen. Voor het formuleren van oplossingen zal het juridisch onderzoek ondermeer steunen op de resultaten van het psychologisch en ethisch onderzoek. Tevens zal het ook rekening houden met de medische informatie die vanuit het fertilisatiecentrum van het Academisch Ziekenhuis te Jette wordt aangereikt.
Organisaties: • Privaatrecht
Onderzoekers: • ERNA GULDIX
Juridische bijstand, advies en begeleiding bij de opmaak van de voorschriften van het bijzonder plan van aanleg "Noordoost" van de stad Antwerpen Universiteit Gent Abstract: Het verlenen van juridische bijstand, advies en begeleiding in de planopmaakprocedure voor het bijzonder plan van aanleg "Noordoost" van de stad Antwerpen, met bijzondere aandacht voor de redactie van de stedenbouwkundige voorschriften, die leesbaar, coherent, doeltreffend en juridisch doordacht en sluitend dienen te zijn. Organisaties: • Vakgroep Grondslagen en geschiedenis van het recht
Onderzoekers: • Baudewijn Bouckaert
Juridisch en beleidsmatig advies met betrekking tot een omgevingsanalyse voor de pleziervaart Universiteit Gent Abstract: Een omgevingsanalyse van de wetgeving inzake pleziervaartuigen in de ons omringende landen, als basis voor het ontwikkelen van een moderne pleziervaartregelgeving in België. Organisaties: • Vakgroep Internationaal publiekrecht
Onderzoekers: • Frank Maes
Juridische Normering van Online Sociale Netwerken: Case Study naar Data-erabiliteit. KU Leuven Abstract: Social network sites (SNS), such as Facebook, Google+, Netlog, Hyves, Bebo, LinkedIn and Twitter, have captured the attention of millions of users as well as billions of dollars in investment and acquisition. They make use of participatory and collaborative online technologies (also referred to as web 2.0) that transform the way in which individuals interact. An issue that has received growing attention in the context of SNS is their open or closed character, and the ability of users to move or transfer their information when switching between SNS providers. Thisis referred to as data portability. Data portability has received growing attention lately from policy makers, academics and industry actors. Recent discussions have culminated in the proposed introduction in EU legislation on personal data protection of a new legal right to data portability, in close connection with another newly proposed right to be forgotten and to erasure (Articles 17 and 18 Proposal for a Regulat Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch. • OE ICRI / CIR
Onderzoekers: • Joseph Dumortier • Peggy Valcke
Juridische problemen m.b.t. opslaan en gebruiken van beelden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het onderzoek gaat na welke problemen zich stellen door het toenemend gebruik van visuele controle- en identificatiemiddelen, welke de behoeften zijn van de gebruikers en welke de weerslag is op de rechten en vrijheden van de op beeld vastgelegde personen. Opzet vormt het formuleren van specifieke wetgeving. Organisaties: • Rechtsontwikkeling - Rechtsvergelijking - Europees Recht
Onderzoekers: • BARTHOLOME DE SCHUTTER
Juridische studie over de bescherming van, en betaling voor, 'ecosysteemdiensten' Universiteit Hasselt Abstract: In dit project wordt het juridische kader voor de bescherming van en betaling voor eceosysteemdiensten onderzocht. Ecosysteemdiensten zijn de diensten die ecosystemen, zoals bossen en rivieren, ons leveren (voeding, water, hout, klimaatcontrole, bestuiving, zuurstofproductie, recreatie,...). 60% van de ecosysteemdiensten is de voorbije 50 jaren gedegradeerd. Overheden zijn zich meer en meer bewust van het belang van ecosystemen en willen het verlies aan ecosystemen en ecosysteemdiensten tegengaan Organisaties: • Milieueconomie • Milieubiologie • Centrum Overheid en Recht • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Bernard VANHEUSDEN • Natalie BEENAERTS • Steven VAN PASSEL • Kathleen MERTENS • Wendy HENSEN
Juridisch kader inzake beheer van en toegang tot biobanken. KU Leuven Abstract: Onderzoek naar juridisch (wetgevend en contractueel) kader inzake beheer en toegang tot biobanken, i.e. een bank/structuur waarin biologisch (menselijk) materiaal wordt opgeslagen voor gebruik in (biomedisch) wetenschappelijk onderzoek. Organisaties: • C_Farma_zorg
Onderzoekers: • Herman Nys • Nadine Ectors • Isabelle Huys • Michiel Verlinden
Juridisch onderzoek naar de doelstelling van de uitvoering van het ESA project ITT AO 1-7041/11/F/MOS. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Esther van Zimmeren
Juridisch onderzoek naar de verhoudingen tussen de sociale verzekeringen voor de diverse categorieën van de Belgische bevolking. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Vergelijking van de Belgische stelsels van sociale verzekeringen voor diverse bevolkingsgroepen. Organisaties: • Sociaal Recht
Onderzoekers: • GUIDO VAN LIMBERGHEN
Juridisch systeem betreffend bezittingen van publieke overheidsinstanties versus een algemene theorie. Universiteit Hasselt Abstract: Juridisch systeem betreffend bezittingen van publieke overheidsinstanties Organisaties: • Centrum Overheid en Recht
Onderzoekers: • Gunter MAES • Hendrik VUYE
Juridisering van arbeidsongevallen in de westerse industrialiserende wereld Universiteit Gent Abstract: Centraal in dit project staat het proces van juridisering waaraan arbeidsongevallen op het einde van de negentiende eeuw onderhevig waren. De ontwikkelingen in zeven industrialiserende landen worden bestudeerd om op zoek te gaan naar de triggers en catalysatoren van juridisering. Concreet worden de administratieve, gerechtelijke, wetgevende en doctrinaire dimensies van juridisering geanalyseerd. Doel is een beter inzicht te krijgen in de werking van het complexe fenomeen juridisering. Organisaties: • Vakgroep Grondslagen en geschiedenis van het recht
Onderzoekers: • Dirk Heirbaut • Georges Martyn
JuriGenT Hogeschool Gent Abstract: tweetalige juridische termenbank Nederlands-Spaans Organisaties: • Departement Vertaalkunde • Vakgroep Spaans
Onderzoekers: • Carine De Groote • Patricia Vanden Bulcke
Justice & populations, the Belgian experience in international perspective, 1795-2015 Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project breidt de werkingssfeer uit om het thema van de relaties tussen justitie en bevolking vanuit een interdisciplinaire, op langetermijn perspectief aan te pakken, voor de periode van 1795 (einde van het Ancien Régime in België) tot op heden. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • ELISABETH ENHUS
JUSTICE POPULATIONS, THE BELGIAN EXPERIENCE IN INTERNATIONAL PERSPECTIVE, 1795-2015. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Instituut voor de Overheid
Onderzoekers: • Geert Bouckaert
'Just-in-time en Externe Logistiek' KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Japanse Studies Leuven
Onderzoekers: • Dimitri Vanoverbeke • Anton Peersman
JUSTISIGNS - VET in interpreting and justice. KU Leuven
Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG MIDI Antwerpen
Onderzoekers: • Myriam Vermeerbergen
Justitie & Bevolking. De Belgische ervaring in internationaal perspectief, 1795-2015 Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek naar "Justitie in relatie tot de samenleving" is een groeiend domein. Vaak ontbreekt er echter een multidimensionale aanpak binnen de sociale wetenschappen. Bouwend op de ervaringen en resultaten van een vorig IUAP-project over "Justitie & Samenleving" (IUAP P6/01), dat belangrijke lacunes in de kennis van de Belgische nationale gerechtelijke geschiedenis aanpakte vanuit een top-down en institutioneel perspectief, breidt het huidige project de blik verder uit om het thema van de relaties tussen Justitie en bevolkingen te bestuderen vanuit een interdisciplinair lange-termijn perspectief, waarbij de periode van 1795 tot op heden wordt behandeld. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Bruno De Wever
Justitieel welzijnswerk in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : voorbereiding strategisch plan, hulp en dienstverlening aan gedetineerden (en ex-gedetineerden) in de de Brusselse gevangenissen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Justitie / Recht / Criminologie / Gevangenis / Gedetineerden Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • HILDA TUBEX
Justitie en management: de uitdagingen voor de modernisering van justitie (JAM). Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Overheid en Recht
Onderzoekers: • Bernard Hubeau
Justitie en Samenleving: Sociopolitieke justitiegeschiedenis in België (1795-2005) Universiteit Gent Abstract: Een interdisciplinair diepgaand onderzoek van de Belgische justitie op vier vlakken: de evolutie van het beleid van de diverse actoren de collectieve praktijken van de actoren profielen van de collectieve actoren in de wereld van het recht een overkoepelend onderzoek gericht op specifieke periodes van ontstaan en crisis. Zo worden 4 thematische domeinen onderzocht: burgerlijk recht, strafrecht, prosopografie en bronnen. Organisaties: • Vakgroep Grondslagen en geschiedenis van het recht
Onderzoekers: • Dirk Heirbaut • Georges Martyn
Juvenile sustice systems in Europe-current situation, reform developments and good practices. Vrije Universiteit Brussel Abstract: The following proposal is based on an international network which will be established by the Department of Criminology at Greifswald. The aim of the research is to collect knowledge about the legal situation and actual reforms or reform proposals and the practice of the juvenile justice agencies as well as the courts (sentencing practice, development of treatment and educational facilities etc.). It also includes the legal situation and practice in residential care institutions and/or youth prisons. A further focus is put on gathering examples of "good practices" in the field of juvenile justice and juvenile institutions. The research will be divided in two parts: * The first phase (12 months) is dedicated to an overview of the legal situation of juvenile justice systems, the development of reported juvenile delinquency (with special emphasis on problem groups like young migrants, violent and drug offenders etc.), the sentencing practice and the development of community and residential treatment/education facilities in the Member States of the European Union including the new members and candidates for membership of the European Union. We want to collect national reports which will be prepared by domestic contact persons in adherence to the same outline in each country (see the outline below). The national reports will be compared by a European overview which will describe different models of juvenile justice systems and their impact on juvenile delinquency. Therefore we will also include evaluation and recidivism studies as far as they have been conducted in the countries included in the study. * The second phase (12 months) will concentrate on examples of good practices, which will be described in a second national report. They will be evaluated with respect to their practicability (also possibilities of their transfer to other countries) and their efficiency concerning crime reduction and rehabilitating young offenders. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • JENNEKE CHRISTIAENS
Kaarten parken in Vlaanderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het MINA-fonds financiert de uitgaven, ongeacht de aard, tot al wat dienen kan met betrekking tot het beleid van het Vlaamse Gewest inzake de preventie, de bescherming, de administratie, het beheer en de sanering van het leefmilieu, met inbegrip van de watervoorziening, het natuurbehoud en de bos- en groenvoorziening, in de ruime zin, [...]. Het MINA-fonds financiert eveneens de uitgaven van de vergoeding van wildschade in de gevallen bedoeld in artikel 25 van het Jachtdecreet van 24 juli 1991 en van de subsidiëring van de beheerseenheden, zoals bedoeld in artikel 12 van het Jachtdecreet.
Organisaties: • Menselijke Ecologie
Onderzoekers: • David PROOT • LUC HENS • ANN VAN HERZELE
Kaderdienstenovereenkomst project 'Gebruik testopstelling voor vermoeiïngstest prototype koppeling' Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' ATLAS COPCO Airpower nv' hebben voor het project ' Gebruik testopstelling voor vermoeiïngstest proto type koppeling (10E6 cycli aan 1 Hz) in labo vakgroep MEMC.' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • DANNY VAN HEMELRIJCK
Kaderovereenkomst Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' Atlas Copco Airpower NV - Quality Air Division' hebben voor het project ' Framework agreement' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Chemische Ingenieurstechnieken en Industriele Scheikunde
Onderzoekers: • JOERI DENAYER
Kaderovereenkomst ICCS 2009-onderzoek in Vlaanderen (werkingsjaar 2008, 2009 en 2010) Vrije Universiteit Brussel Abstract: Op basis van een representatieve steekproef van 14- (grade 8) en 16- (grade 10) jarige scholieren uit ruim 150 scholen in Vlaanderen, wil het huidige project inzicht verschaffen in de kennis, attituden en vaardigheden die in verband worden gebracht met democratisch burgerschap en de (schoolse) factoren die deze beïnvloeden. Naast een beschrijving en internationale vergelijking van "burgerzin" bij Vlaamse leerlingen uit grade 8, wil dit project aanvullend ook een evolutie schetsen van de democratische attitudes en participatie van Vlaamse jongeren uit grade 10 in vergelijking met eerder representatief onderzoek uit 1999-2000 en 2001-2002. Hiermee willen we ten eerste een aantal lacunes in het politiek socialisatie-onderzoek opvullen en ten tweede inschatten wat de specifieke impact is van het vakoverschrijdende thema "opvoeden tot burgerzin" en het participatiedecreet. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • SASKIA DE GROOF • Sven SANCTOBIN
Kaderovereenkomst ICCS onderzoek 2016 in Vlaanderen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Centrum voor Politicologie
Onderzoekers: • Marc Hooghe • Ellen Claes
Kaderovereenkomst ivm statistisch advies en statistische dienstverlening Universiteit Hasselt Abstract: Deze raamovereenkomst kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds het onderzoeksinstituut Censtat (UHasselt) en anderzijds Mars. Het onderzoeksinstituut Censtat levert aan Mars de onderzoeksresultaten onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Centrum voor Statistiek • Centrum voor Statistiek
Onderzoekers: • Liesbeth BRUCKERS
Kaderovereenkomst & Statements of work Vrije Universiteit Brussel Abstract: De instelling 'VUB' en het ' GE Healthcare Limited' hebben voor het project ' Statements of works ' een overeenkomst afgesloten die kadert in de dienstverleningsopdracht van de instelling. Hierbij kunnen de onderzoeksresultaten worden overgedragen aan het bedrijf, kan een billijke vergoeding worden afgesproken mbt de valorisatie van het onderzoek of kunnen andere afspraken gemaakt worden aangaande intellectuele eigendom, zoals bepaald in de afgesloten overeenkomst. Organisaties: • Medische Beeldvorming en Fysische Wetenschappen
Onderzoekers: • NICO BULS • Johan DE MEY
Kaderovereenkomst UCSIA - Wetenschappelijke en administratieve ondersteuning van de Pastorale Dienst.
Universiteit Antwerpen Abstract: Kaderovereenkomst UCSIA - Wetenschappelijke en administratieve ondersteuning van de Pastorale Dienst. Organisaties: • Universitair beheer en administratie
Onderzoekers: • Johan Vanhoutte
KALLISTO Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt de kosten-effectieve optimalisatie van de waterketen van rivier De Dommel. Dit gebeurt met een innovatieve aanpak waarbij een geintegreerd model wordt opgesteld en toekomstige scenarios worden getoetst op basis van immissies in de rivier. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Wiskunde, Biometrie en Procesregeling
Onderzoekers: • Ingmar Nopens
Kameleon analgetica : ontwikkeling van nieuwe therapeutische verbindingen en strategieën voor de behandeling van chronische, inflammatoire en neuropathische pijnen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Biologie Organisaties: • Scheikunde
Onderzoekers: • DIRK TOURWE
kan een combinatie van de isotiopische analyse van Fe, Cu Zn met behulp van multi-collector inductief gekoppeld plasma-massaspectrometrie en chemometrische analyse worden gebruikt voor de diagnose van metaal - gerelateerde ziekten? Universiteit Gent Abstract: Isotopische analyse van de essentiële transitiemetalen Fe, Cu en Zn in menselijke bloed met multi collector ICP-MS na hun chemische isolatie. Karakterisering van de spreiding van de isotopenverhoudingen van Fe, Cu en Zn in de referentiepopulatie en identificatie van de beïnvloedende factoren. vergelijking van isotopische samenstelling van Fe, Cu en Zn in bloed van de referentiepopulatie met de overeenkomstige waarden in patiëntgroepen. Evaluatie van de mogelijkheden van deze isotopenanalyase als diagnostisch middel. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Frank Vanhaecke
Kan het stimuleren van laaggeschoolde dienstenarbeid bijdragen tot Europese jobgroei ? Universiteit Antwerpen Abstract: Het hoofddoel van het netwerk is het stimuleren van co-operatief onderzoek naar de wijze waarop tewerkstelling van laaggeschoolden kan worden bevorderd, daarbij de valkuil van werkende armen vermijdend. Organisaties: • CENTRUM VOOR SOCIAAL BELEID • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Bea Cantillon
Kan hoge-resolutie optische projectie tomografie van de interactie tussen cryptococci en macrofagen de enigmas in de pathogenese van pulmonaireen cerebrale cryptococcose ontrafelen? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Biomedische MRI
Onderzoekers: • Greetje Vande Velde
Kankercellen en hun stromale micro-omgeving: van genregulatie netwerken tot therapie Universiteit Gent Abstract: Het wordt tegenwoordig algemeen aangenomen dat de tumor en zijn stromale micro-omgeving op verschillende niveaus onderling interageren, leidend tot carcinogenese, invasie en metastatische progressie. Naast de welgekende graduele accumulatie van somatische genetische veranderingen in tumorcellen, wordt het nu ook duidelijk dat genetische en (epi)genomische veranderingen die een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling en/of progressie van (vaste) tumoren, ook voorkomen in stromale cellen en bepalend zijn voor hun pro-tumorigene eigenschappen. ? In dit consortium, het eerste IUAP netwerk ooit dat zich toespitst op de studie van de tumor in zijn totaliteit, bundelen verschillende jonge en gevestigde onderzoeksteams van experten op gebied van kanker, angiogenese en immunologie uit België samen met een Europese partner hun activiteiten en expertise in een multidisciplinaire aanpak om niet alleen nieuwe genen en epigenetische factoren te identificeren in muriene en humane kankers, maar ook hun functionele rol te analyzeren via genetische en farmacologische manipulatie in diermodellen, evenals de nieuwe bevindingen te vertalen naar de ontwikkeling van mogelijks nieuwe therapeutische strategieën. Daartoe zullen de meest geavanceerde speerpunttechnologieën aangewend / ontwikkeld worden. Hierbij kan onderlijnd worden dat verschillende partners van dit consortium reeds in samenwerkingsverband actief zijn en co-publicaties hebben in wetenschappelijke toptijdschriften. Verder heerst een algemene consensus onder alle partners dat dit netwerk elkeens onderzoek aanzienlijk zal stimuleren, niet in het minst omwille van de waaier aan beschikbare spitstechnologieën, maar ook omwille van de multidisciplinaire aanpak welke stimulerend werkt, conceptvernieuwing biedt en uitlokt, en onderzoeksteams samenbrengt die anders vaak te weinig met elkaar interageren (i.e. focus op tumorcel versus focus op stromale cellen). De samenstelling van dit consortium dat onderzoeksgroepen combineert met unieke, complementaire expertise, hoge wetenschappelijke productiviteit, en een gemeenschappelijke interesse en wens om de epi/genetische regulatiemechanismen in kanker te ontrafelen, is dus optimaal afgestemd om de specifieke doelstellingen van het project aan te pakken.
Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Franki Speleman • Bart Lambrecht
Kanker en proactieve geneeskunde. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is de gevolgen op individueel en maatschappelijk niveau nagaan van de inzet van nieuwe technologieën voor het bepalen of beïnvloeden van het risico op kanker en voor de vroegtijdige detectie van kanker. Deze onderzoeksopdracht wil dit thema wetenschappelijk onderbouwd verkennen, met verschillende betrokken doelgroepen. In een mogelijke vervolgfase kunnen aanbevelingen geformuleerd worden aan het Vlaams Parlement. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Guido Van Hal
Kanker en werkhervatting bij patiënten tewerkgesteld in de overheidssector: een analyse van de juridische knelpunten, beleidsaanbevelingen en ontwikkeling van een Q&A voor de doelgroep. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLK. UA levert aan VLK de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Management & Bestuur (M&B)
Onderzoekers: • Ria Janvier
Kanker en zwangerschap: grondige analyse van een internationaal register met focus op borstkanker. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Gynaecologische Oncologie
Onderzoekers: • Frédéric Amant
Kanker en zwangerschap: invloed van prenatale blootstelling aan kankerbehandeling op neurocognitieve ontwikkeling, een magnetische resonantie beeldvormingsstudie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Gynaecologische Oncologie
Onderzoekers: • Frédéric Amant • Dorothée Vercruysse
Kanker -gerelateerde fibroblasten (CAF) Functie in Tumor Uitbreiding en Invasion Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Radiotherapie en Experimenteel Kankeronderzoek
Onderzoekers: • Olivier De Wever
Kanker in de zwangerschap - Effecten van prenatale blootstelling aan kankerbehandeling op de foetale groei en neurocognitieve ontwikkeling. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Gynaecologische Oncologie
Onderzoekers: • Frédéric Amant • Magali Verheecke
Kankeronderzoek Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van het project is de ontwikkeling en evaluatie van nieuwe stationaire fasen voor de scheiding van chirale (antitumorale) componenten m.b.v. capillaire electrochromatografie (CEC). Chiraliteit is een belangrijke eigenschap van een groot aantal geneesmiddelmoleculen. Methoden moeten voorgelegd worden (b.v. eis van FDA) die in staat zijn het enantiomerenmengsel te scheiden. Dit kan b.v. via CEC. In dit project worden nieuwe types van stationaire fasen, speciaal voor CEC toepassingen, geevalueerd. Het handelt om kleine-partikels stationaire fasen, evenals om monolitische kolommen. Deze laatste trachten we zelf te synthetiseren. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • Yvan VANDER HEYDEN • JOHANNA VERBEKE
Kankeronderzoek Vrije Universiteit Brussel
Abstract: Adaptieve klinische testsprogramma voor de gecombineerd immunotherapie gericht tegen kanker-testis antigenen bij patiënten met geavanceerde colorectal kanker Organisaties: • Fysiologie
Onderzoekers: • Bart NEYNS
Kankeronderzoek 'New directions in the therapy of cancer'. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek naar neovascularisatie mechanismen in multiple myeloma als doelwit voor therapeutische interventie. Alhoewel het belang van neovascularisatie bij vaste tumoren al duidelijk is aangetoond, is de kennis hieromtrent bij bloedkankers zeer beperkt. Met dit project wensen wij meer inzicht te verwerven in de moleculaire mechanismen die bij neovascularisatie in MM betrokken zijn. In een eerste luik zal onderzocht worden of MM cellijnen (van zowel humane als muis orgine) in staat zijn de metalloproteïnase (MMP) productie, migratie, proliferatie en lumenvorming van / bij endotheelcellen te stimuleren. Vervolgens zal onderzocht worden welke specifieke factoren met angiogenese inducerende werking door MM cellen worden geproduceerd. Tevens zal nagekeken worden of endotheelcellen in staat zijn de proliferatie van MM cellen te stimuleren. In een tweede luik zal een uniek in vivo MM muis model (5T2), dat in ons laboratorium grondig werd gekarakteriseerd, gebruikt worden om het effect van anti-angiogenese therapie in MM te onderzoeken. Hierbij zal nagekeken worden in hoeverre specifieke MMP-inhibitoren in staat zijn in vivo angiogenese af te remmen. Later zal in dit diermodel eventueel ook het therapeutisch effect van andere angiogenese inhibitoren uitgetest worden. Organisaties: • Immunologie en Microbiologie
Onderzoekers: • BENJAMIN VAN CAMP
Kankerregistratie Provincie Antwerpen voor het Antwerps Kankerregister. Universiteit Antwerpen Abstract: In het (recente) verleden waren de ziekenfondsen de enige aangevers van gegevens voor de kankerregistratie in Vlaanderen. Onvolledigheid, gebrek aan standaardisatie en laattijdigheid waren de belangrijkste tekorten van het kankerregister. Het Project beoogt door een actieve gegevensverzameling, een performant kankerregister uit te bouwen. Doelstelling is de uniforme verzameling en verwerking van een beperkt aantal relevante gegevens uit de dossiers van alle in ziekenhuizen behandelde gevallen van kanker Het uitbouwen van een kwalitatief hoogstaand register betekent een belangrijke bijdrage in de strijd tegen kanker. Een dergelijk register laat toe de oorzaken van kanker verder te bestuderen en de effecten van interventies (preventief en curatief) te evalueren. Organisaties: • Epidemiologie en sociale geneeskunde • Epidemiologie en sociale geneeskunde (ESOC)
Onderzoekers: • Joost Weyler
Kankerstamcellen en therapie-resistentie in pancreas-en endometriumkanker KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Hugo Vankelecom • Matteo Giovanni Maria Boretto
Kan kunst de mens van de technologie redden? Een kunstfilosofische analyse van mediakunst Hogeschool Gent Abstract: Dit postdoctoraal onderzoek beoogt een filosofische analyse van het creatieve en het kritische potentieel van mediakunst. Deze artistieke experimenten met technologie zijn hybride in meerdere betekenissen. (1) Ze mixen allerlei media, genres en kunstvormen. (2) Ze confronteren het virtuele (digitale) met het reële (dagdagelijkse en het publieke). (3) Ze richten zich op het raakvlak tussen kunst en wetenschap (bijv. de zogenaamde postfenomenologie), tussen kunst en politiek (cf. hacktivisme) en tussen kunst en design (cf. creatieve industrieën), enz. Dit brengt ons tot de volgende onderzoeksvragen: • Is het spelenderwijs aftasten van nieuwe technologie geen manier om technologie te ontsluiten en te democratiseren? • Biedt mediakunst een laboratorium dat een radicaal verschillende vorm van onderzoek en kennis evoceert? In hoeverre democratiseert het hybride karakter van mediakunst de andere kunsten? En ten slotte, biedt mediakunst ons uiteindelijk geen unieke cultuurkritiek? Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Theoretische omkadering van de kunstpraktijk • Vakgroep Autonome kunsten
Onderzoekers: • Robrecht Vanderbeeken • Hans Op De Beeck
Kan niet-invasieve hersenstimulatie neuroplastische processen die aangestuurd worden door de Brain Derived Neurotrophic Factor (BDNF) in gezonde en beschadigde hersenen versterken: een nieuwe therapie om herstel na een beroerte te verbeteren. Universiteit Hasselt Abstract: Dit project richt zich op de vraag of transcraniële Direct Current Stimulatie (tDCS) toegepast op de hersenen neuroplasticiteit kan verhogen in gezonde volwassenen en patiënten met een cerebrovasculair accident. Fundamentele inzichten in de mechanismen die deze neuroplasitciteit, reorganisatie, compensatie en plastische veranderingen bewerkstelligen en bevorderen, zijn van essentieel belang om wetenschappelijk-gefundeerde revalidatietherapieën voor het herstel van patiënten met neurodegeneratieve aandoeningen te ontwikkelen. Onze werkingshypothese is dat tDCS, BDNF gemedieerde processen stimuleert, die functionele en structurele plasticiteit aansturen. Humaan BDNF vertoont een nucleotide polymorfisme (Methionine-Valinesubstitutie), dat relatief vaak voorkomt en resulteert in verminderde neuroplasticiteit in Met dragers. In een eerste fase zal het fundamenteel onderzoek bestaan uit een reeks dubbel-blind sham gecontroleerde studies om uit te testen of tDCS tijdens korte en lange -termijn interventies interageert met het BDNF polymorfisme van gezonde volwassenen. Neuroplasticiteit zal worden gekwantificeerd door gedrags-en neurofysiologische metingen samen met functionele en structurele hersenscans. Onze hypothese is dat tDCS zal leiden tot een verbetering van de trainingseffecten in beide groepen, maar de effecten van training zullen bij Val dragers resulteren in een groter trainingseffect en meer structurele veranderingen in de hersenen in
vergelijking met Met dragers. De resultaten van deze fundamentele fase zullen bijdragen aan de inhoud van een klinische studie bij patiënten die lijden aan motorische stoornissen na een cerebrovasculair accident. We verwachten dat tDCS toegepast tijdens conventionele revalidatie als adjuvante therapie zal leiden tot een aanzienlijke verbetering van de motorische functies, met name in Val dragers. In een aanvullende innovatieve module, zullen we een in-vivo tDCS methode voor knaagdieren ontwikkelen, met als doel de onderliggende moleculaire mechanismen zichtbaar te maken. Organisaties: • Revalidatiewetenschappen • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Niels HELLINGS • Raf MEESEN
Kansen en valkuilen voor duurzaam materialenbeheer in Europees recht EU materialenrecht onderzocht. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instituut voor Europees Recht
Onderzoekers: • Geert Van Calster
Kansen op de arbeidsmarkt van tweede-generatie immigranten in België. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project onderzoeken we de arbeidsmarktpositie van tweede generatie migrant aan de hand van survey en administratieve data. We willen ook de determinanten identificeren van deze uitkomsten, en aldus nuttige inzichten verschaffen aan beleidsmakers. Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds NBB. Organisaties: • Centrum voor sociaal beleid Herman Deleeck (CSB)
Onderzoekers: • Ive Marx • Gerlinde Verbist • Vincent Corluy
Kans op toestroming van vervuild grond- en oppervlaktewater vanuit het deelgebied "Steertse Heide" naar het kwetsbare natuurgebied "Grote Meer". Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds INBO. UA levert aan INBO de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Ecosysteembeheer
Onderzoekers: • Rudy van Diggelen
Kantelpunten, biodiversiteit, veerkracht en ecosysteem diensten: vijvers als modelsysteem (TIPPINGPOND). KU Leuven Abstract: In dit project bestuderen we in welke mate biodiversiteit bijdraagt totde veerkracht na verstoring van ecosystemen en de ermee geassocieerde ecosysteemdiensten. We gebruiken daarbij vijverecosystemen en hun planktonische gemeenschappen als model. In een uitgebreide veldstudie langsheeneen eutrofiëringsgradiënt beschouwen we de stabiliteit van vijverecosysteemkenmerken (zowel van specifieke eigenschappen als hun toestand in relatie tot de alternatieve stabiele evenwichten, namelijk heldere / troebele toestand) en relateren die aan de diversiteit van de planktonische gemeenschappen zowel als aan omgevingscondities. Daarnaast voeren we een experiment uit waarbij we planktonische gemeenschappen van verschillendevijvers blootstellen aan een gestandaardiseerde omgevingsverandering ennagaan in welke mate de stabiliteit en veerkracht van de betrokken gemeenschappen gerelateerd is tot hun diversiteit. Dit onderzoek past in eenbreder consortium waarin in Frankrijk, Duitsland en Zweden parallel o Organisaties: • Afd. Ecologie, Evolutie en Biodiv.behoud
Onderzoekers: • Luc De Meester
Kant in the Theological/Religious Space KU Leuven Abstract: The philosophy of Kant is widely acknowledged to have had a major impact on theology. The chief problem Kant faces in his theological/religiousspace is the following: does he reduce religion to morality or vice versa. This question can be rephrased in two ways: loosely, does Kant regard morality as the single explanatory factor in terms of which all that is necessary to religion can be explained? And strictly, does Kant believe religion can be explained away as nothing but a special form or interpretation of morality? To many readers of Kant in the past the answer to our question seems so obvious that for them Kant clearly does reduce religion to morality. But I want to (re)examine Kant#s own claims with an open mind and we will find that the affirmative answer to our question isnot faithful to Kant#s true intentions. In my thesis I want to illustrate how Kant#s religious texts can inform critical debates about a range of religious topics: the problem of theodicy and evil, philosophica Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • André Cloots • N. N.
Kant on Biblical Interpretation KU Leuven Abstract: The provisional title of this dissertation is: #Kant on Biblical Interpretation.# This research project will investigate into the principles of Kant#s philosophical interpretation of the Bible within the boundariesof mere reason, particularly vis-à-vis his concept of #truth# and the proper relation between philosophy and revelation, as well as into the role of
Scriptural exegesis in Kant#s philosophy of religion. Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • Martin Moors • N. N.
Kant's Critique of Pure Reason in light of Baumgarten's Metaphysics KU Leuven Abstract: The project examines the Critique of Pure Reason in light of Kant's lif-long engagement with Baumgarten's Metaphysics in order to reconstruct the main features of the metaphysical sytem that he projected but never achieved. Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • Karin de Boer • Mihaela Vatavu
Kants Kritiek van de zuivere rede in het licht van Baumgartens Metaphysica. KU Leuven Abstract: Dit project onderzoekt Kants Kritiek van de zuivere rede (1781/87) in het licht van zijn langdurige uiteenzetting met Baumgartens Metaphysica. Het project heeft als doel om langs deze weg de belangrijkste kenmerken te achterhalen van het metafysische systeem dat Kant van plan was te ontwikkelen maar feitelijk nooit geschreven heeft. Door dit onderzoek kan de relatie tussen 'kritiek' en 'systeem' in Kants denken op nieuwe wijze begrepen worden. Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • Karin de Boer • Arnaud Pelletier
Kants kritische begrip van een metafysisch systeem: zijn oorsprong, kenmerken en transformatie in de vroege postKantiaanse filosofie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • Karin de Boer
Kants Theory of Imagination in the Critique of Pure Reason KU Leuven Abstract: This project examines the role of imagination in Kant#s Critique of Pure Reason (CPR). In sharp distinction to most commentaries, the project claims that Kant#s account of the imagination in the first Critique can only be understood in light of his sources. While the rationalists assigned the imagination to sensibility, the empiricists connected the imagination to thought. I argue that the accounts of David Hume (1711-1766) and, on the other side, Christian Wolff (1679-1754) and his followers inspired Kant#s view on the pivotal role of the imagination in the productionof both a priori and empirical knowledge. Kant#s resolve is to state that sensibility and the understanding are brought together because of theactivity of the imagination. On his account, the imagination is both empirical and pure, but it is not always clear how Kant conceives of the relation between the various guises of the imagination. This issue has puzzled many commentators, especially with regard to the differences Organisaties: • OE Metafysica, Godsdienst- & Cultuurfil.
Onderzoekers: • Karin de Boer
Kapitaalcontroles in Brazilië, India en China (BICs): naar het einde van het vrij verkeer van kapitaal als mondiale norm? Universiteit Gent Abstract: Dit project wil beoordelen of Brazilië, India en China de neoliberale norm van vrij kapitaalverkeer zullen betwisten. Ten eerste analyseert het project de posities tegenover kapitaalcontroles van verschillende sociale groepen binnen Brazilië, India en China. Ten tweede onderzoekt de studie hoe dit resulteert in respectievelijke nationale posities met betrekking tot regulering van kapitaalcontroles binnen het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Dries Lesage
Kapitaal en kapitaalverrichtingen: een vennootschapsrechtelijke en fiscaalrechtelijke analyse. KU Leuven Abstract: Het kapitaal wordt traditioneel beschouwd als één van de hoekstenen van zowel het Belgisch vennootschapsrecht als fiscaal recht. Hoewel er parallellen zijn, heeft het kapitaal een verschillende doelstelling in beide rechtsdomeinen. Vennootschapsrechtelijk vormt het kapitaal een buffer voor de schuldeisers t.o.v. de aandeelhouders, alsook een maatstafvoor de (economische en politieke) krachtverhoudingen van de aandeelhouders binnen de vennootschap. In het fiscaal recht daarentegen vormt het kapitaal een uitzondering op de regel dat vermogensverschuivingen naar de vennootschap belast zijn, en dat uitkeringen aan aandeelhouders als dividend beschouwd worden. Bovendien is het de afbakening van een deel vanhet vennootschapsfinanciering dat fiscaal als eigen wordt behandeld, endaardoor in principe onderworpen is aan een fundamenteel verschillende fiscale behandeling. De traditionele kapitaalsregels staan onder druk in het vennootschapsrecht en vervagen in het fiscaalrecht (zie onder me Organisaties: • Instituut voor Fiscaal Recht
Onderzoekers: • Axel Haelterman • Maria Wyckaert • Steven Peeters
Kapitaalmobiliteit, financiële kwetsbaarheid en de transitie van Centraal- en Oost-Europese landen naar de EMU. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksvoorstel focusseerdt op de monetaire en financiële risico's voor de 8 Centraal- en Oost-Europese landen (CEEC) in de periode tussen hun toetreding tot de EU en het EMU-lidmaatschap.. Het omvat: 1. Een 'assessment' van de financiële kwetsbaarheid van CEEC. In dit luik onderzoeken we de impact van 'twin deficits' (deficit op de lopende rekening én een budgettair tekort) op de kwetsbaarheid van CEEC voor wisselkoerscrisissen. 2. De doelstelling van het econometrisch luik van dit onderzoek is de sensitiviteit inschatten van budgettaire consolidatie in de 8 CEEC voor buitenlandse kapitaalbewegingen. Het mode van Von Hagen, Hallet and Strauch (2001) kan daarbij als referentiebasis gebruikt worden. Organisaties: • Algemene economie
Onderzoekers: • Jacques Vanneste • André Van Poeck
Karakerisatie van de skeletale stamcel niche in het periosteum om botregeneratie strategieën te bevorderen KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Gertrudis Carmeliet • Nick van Gastel • Guillaume Tournaire
karakerisering van auxine-gereguleerde genen gedurdende de ontwikkeling van wortels bij gerst Universiteit Gent Abstract: de manier waarop planten nieuwe wortels aanleggen zal bepalen hoe het volwassen wortelstelsel opgebouwd is. Het plantenhormoon auxine is hierbij een belangrijke endogene factor maar het werkingsmechanisme is nog onvoldoende gekend. wij hebben HvLAX3, coderend voor transporteiwit, geïdentificeerd als factor betrokken bij de vroege processen van zijwortelvorming. De functie van dit gen zal verder in detail bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Tom Beeckman
Karakter en deugdzaam leven: naar een rehabilitatie van deugden in de visie van de rooms-katholieke kerk op morele opvoeding KU Leuven Abstract: Karakterontwikkeling en deugdzaam leven zijn twee essentiële kenmerken van morele opvoeding. In het verre verleden hebben zowel de katholieke kerk als de Indische traditie hier de nadruk op gelegd. Noch in Gravissimum Educationis (1965) noch in latere documenten van de Congregatie voor Katholieke Opvoeding is er expliciet sprake van deugden. Sedert de zeventiger jaren van de 20ste eeuw werd morele opvoeding vooral waardenopvoeding. In dezelfde lijn vraagt het Indische Report of Parliamentary Standing Committee on Value Education (S.B. Chavan Report, 1999) om de morele erosie in de samenleving te keren door meer aandacht te besteden aan waardenopvoeding in scholen. Het rapport beschouwt waarden als synoniem vandeugden wat aanleiding gaf tot felle discussies met zowel verantwoordelijken van Katholieke scholen als verdedigers van het oude Indische Gurukul opvoedingssysteem. Gezien deze context is het interessant om de Wirkungsgeschichte van Gravissimum Educationis en de documenten van de Organisaties: • OE Theologische en Comparatieve Ethiek
Onderzoekers: • Johan De Tavernier • John Christopher
Karakterisatie en correctie van elektronische instabiliteiten in TEM. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft tot doel de lange en korte termijn instabiliteiten van de elektrische bronnen in een transmissie elektronen microscoop te meten, teneinde de performantie te verbeteren. Een aktieve terugkoppeling zorgt voor een reductie van de instabiliteiten. De focus ligt op het meten van de hoogspanningsbron die een directe invloed heeft op de gemeten energie in EELS. De apparatuur is voldoende fiexibel gekozen zodat ook andere bronnen van instabiliteiten onderzocht kunnen worden. Organisaties: • ELEKTRONENMICROSCOPIE VOOR MATERIAALONDERZOEK (EMAT) • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Johan Verbeeck
Karakterisatie en dynamiek van de metaaltoxiciteit in karpers op basis van genexpressieprofielen. Universiteit Antwerpen Abstract: Vissen worden in aquatische systemen blootgesteld aan metalen via water, voedsel en sediment. Er is echter totnogtoe weinig duidelijkheid over het relatieve belang van de verschillende blootstellingsroutes op de metaalopname en het verband tussen metaalopname, accumulatie en toxiciteit. Daarnaast is het ook belangrijk effecten van metaalaccumulatie bij lagere, ecologisch relevante blootstellingsconcentraties in te schatten. Er is de laatste jaren dan ook een trend naar meer gevoelige eindpunten van toxiciteit, zoals fysiologische en biochemische effecten, die reeds bij lagere concentraties kunnen optreden. Door de vooruitgang op het gebied van moleculaire biologie is het mogelijk geworden om te kijken naar effecten op het meest elementaire niveau van organisatie, namelijk genactivatie. Zo kunnen verschillen in genexpressie tussen blootgestelde en controlepopulaties bepaald worden (subtractive hybridisation, differential expression,') en kunnen aan de hand hiervan de genen geïdentificeerd worden die van belang zijn bij blootstelling aan een bepaald toxicant. Door deze genen aan te brengen op een DNA-array kan in blootstellings-experimenten de genexpressie bepaald worden Deze krachtige meettechniek, die niet selectief naar een welbepaald effect zoekt, maar in feite multipele reacties op het niveau van de genexpressie opspoort, is tot op heden nog maar uiterst zelden toegepast voor toxiciteitskarakterisatie van zware metalen. Nochtans biedt deze nieuwe ontwikkeling bijzonder interessante perspectieven om de effecten van metaalblootstelling te karakteriseren.
In deze studie wordt het relatieve belang van de blootstellingsroutes water en voedsel op de accumulatie en toxiciteit van cadmium bestudeerd. Er wordt daarbij gebruik gemaakt van een combinatie van suppression subtractive hybridisation (SSH) en microarray, waarbij effecten op het niveau van de genexpressie worden bepaald in vier doelorganen (lever, nier, kieuw en darm). Daarnaast worden tevens een aantal effecten op hogere niveaus van biologische organisatie bepaald, zoals verstoring van de plasma ionenbalans, leverschade, groei en mortaliteit. De resultaten van de labostudie zullen ook getoetst worden in veldsituaties, waarbij zowel met `gekooide' als met residente karpers zal worden gewerkt. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Wim De Coen • Hans Reynders
Karakterisatie en dynamiek van de metaaltoxiciteit in karpers op basis van genexpressieprofielen. Universiteit Antwerpen Abstract: Vissen worden in aquatische systemen blootgesteld aan metalen via water, voedsel en sediment. Er is echter totnogtoe weinig duidelijkheid over het relatieve belang van de verschillende blootstellingsroutes op de metaalopname en het verband tussen metaalopname, accumulatie en toxiciteit. Daarnaast is het ook belangrijk effecten van metaalaccumulatie bij lagere, ecologisch relevante blootstellingsconcentraties in te schatten. Er is de laatste jaren dan ook een trend naar meer gevoelige eindpunten van toxiciteit, zoals fysiologische en biochemische effecten, die reeds bij lagere concentraties kunnen optreden. Door de vooruitgang op het gebied van moleculaire biologie is het mogelijk geworden om te kijken naar effecten op het meest elementaire niveau van organisatie, namelijk genactivatie. Zo kunnen verschillen in genexpressie tussen blootgestelde en controlepopulaties bepaald worden (subtractive hybridisation, differential expression,') en kunnen aan de hand hiervan de genen geïdentificeerd worden die van belang zijn bij blootstelling aan een bepaald toxicant. Door deze genen aan te brengen op een DNA-array kan in blootstellings-experimenten de genexpressie bepaald worden Deze krachtige meettechniek, die niet selectief naar een welbepaald effect zoekt, maar in feite multipele reacties op het niveau van de genexpressie opspoort, is tot op heden nog maar uiterst zelden toegepast voor toxiciteitskarakterisatie van zware metalen. Nochtans biedt deze nieuwe ontwikkeling bijzonder interessante perspectieven om de effecten van metaalblootstelling te karakteriseren. In deze studie wordt het relatieve belang van de blootstellingsroutes water en voedsel op de accumulatie en toxiciteit van cadmium bestudeerd. Er wordt daarbij gebruik gemaakt van een combinatie van suppression subtractive hybridisation (SSH) en microarray, waarbij effecten op het niveau van de genexpressie worden bepaald in vier doelorganen (lever, nier, kieuw en darm). Daarnaast worden tevens een aantal effecten op hogere niveaus van biologische organisatie bepaald, zoals verstoring van de plasma ionenbalans, leverschade, groei en mortaliteit. De resultaten van de labostudie zullen ook getoetst worden in veldsituaties, waarbij zowel met `gekooide' als met residente karpers zal worden gewerkt. Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust • Hans Reynders
Karakterisatie en fysiologische functie van redoxcomponenten in de plasmamembraan van hogere planten. Universiteit Antwerpen Abstract: In de plasmamembraan van hogere planten werd de aanwezigheid aangetoond van een aantal specifieke redox componenten, waaronder een b-type cytochroom. De fysiologische functie van deze componenten wordt onderzocht door hun expressie in verschillende weefsels na te gaan en door gebruik van moleculaire technieken voor de over-expressie en gereduceerde expressie van deze eiwitten. Het cytochroom zal onder andere gezuiverd worden en de primaire structuur bepaald. Organisaties: • Plantenfysiologie • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Han Asard • Yves Guisez
Karakterisatie en in vivo validatie van het therapeutisch potentieel van JAK/STAT antagonisten in neuroblastoom Universiteit Gent Abstract: Evaluatie van JAK/STAT signaalweg inhibitoren op neuroblastoom (NB) cellijnen toonde een dramatische reductie in celviabiliteit aan in vergelijking met controle cellen. Verdere karakterisatie van de cellulaire effecten en identificatie van de eigenlijke doelwitten van de geteste compounds kan belangrijke inzichten opleveren in de kritisch verstoorde signaalwegen in NB en kan een fundamentele aanwinst impliceren voor de toekomstige behandeling van NB. Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Franki Speleman
Karakterisatie en modeleren van de initiële groei en stabiliteit van anisotrope Au en Au/Ag nanodeeltjes op atomaire schaal. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Plasma, Laser Ablatie en Oppervlakte-modellering (PLASMANT)
Onderzoekers: • Sara Bals • Erik C L Neyts
Karakterisatie en modellering van beton met hoog volume vliegas - fysico-chemische eigenschappen, microstructuur, duurzaamheid en milieu-impact Universiteit Gent Abstract: De doelstellingen zijn: (1) bepalen van de structurele en duurzaamheidseigenschappen van een hoogperformante betonsamenstelling met een hoog volume (35-70%) poederkoolvliegas (2) het mechanisch en duurzaamheidsgedrag van dit beton te verklaren a.d.h.v. microstructuur en chemische en mineralogische samenstelling (3) het gedrag van vliegasbeton beschrijven door theoretische modellen (4) de reële milieu-impact van
vliegasbeton vergelijken met referentiebetonsoorten via levenscyclusanalyse. Organisaties: • Vakgroep Bouwkundige constructies
Onderzoekers: • Serge Hoste • Nele De Belie
Karakterisatie en modellering van natuurlijke convectie in open cel aluminium schuim Universiteit Gent Abstract: De bedoeling is om open cel metaalschuim zowel thermisch als hydraulisch te karakterizeren voor natuurlijke convectie, onafhankelijk van de omgevingsfactoren. Hiervoor zullen numerieke simulaties op kleine en representatieve volumes uitgevoerd worden. Met behulp van deze karakterizatie wordt het mogelijk om accuraat en plaatsonafhankelijk koelelementen te optimalizeren. Organisaties: • Vakgroep Mechanica van stroming, warmte en verbranding
Onderzoekers: • Marie De Paepe
Karakterisatie en modulatie van de enterische neuroimmune omgeving tijdens endotoxine-geïnduceerde ileus. Universiteit Antwerpen Abstract: Ileus is een klinische entiteit die optreedt na heelkundige manipulaties of bij sepsis, en wordt gedefinieerd als de inhibitie van de motiliteit van de volledige gastro-intestinale tractus. Ileus draagt bij tot het onderhouden en verergeren van sepsis door aantasting van de mucosale barrièrefunctie, waardoor bacteriële translocatie optreedt. Recent werd erkend dat zowel inflammatoire immuuncellen als intestinale neuronen deze motiliteitsstoornissen kunnen beïnvloeden. Doel van dit project is dan ook de karakterisering en modulatie van de neuro-immune spelers in een muizenmodel waarin septische ileus werd geïnduceerd door intraperitoneale injectie van endotoxines. Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Benedicte De Winter • Paul Pelckmans • Sara Nullens
Karakterisatie en optimalisatie van de thermische behandeling van biomassa aangerijkt met zware metalen na fytoremediatie via fytoextractie - valorisatiemogelijkheiden van biomassa Universiteit Hasselt Abstract: De bottleneck voor het toepassen van fytoremediatie is het ontstaan van grote hoeveelheden gecontamineerde biomassa, niet geschikt voor verder gebruik. Een mogelijke valorisatiemethode van de bekome en gepolueerde biomassa is pyrolyse. Via pyrolyse wordt in een labreactor de geoogste biomassa, aangerijkt met zware metalen, in een zuurstof arme atmosfeer snel en kort verhit. Hierdoor wordt er in hoofdzaak drie krakingsproducten gevormd: char, olie en gas. Door het inzetten van verschillende analytische technieken: TGA al of niet gekoppeld met MS en FTIR; GC-MS, Py-GC-MS, HPLC, ICP-AES en element analyse wordt een totaal karakterisatie van de biomassa en van de pyrolyse producten bekomen, wat moet toelaten om pyrolyse parameters al: werktemperatuur, opwarmsnelheid, toevoegsnelheid van biomassa, warmteoverdracht medium optimaal in te stellen naar gelang het beoogde doel. Organisaties: • Toegepaste en Analytische Chemie • Instituut voor Materiaalonderzoek
Onderzoekers: • Jan YPERMAN
Karakterisatie en opwerking van nefaste (enzym)activiteit in afwijkende tarwe/bloem zoals insect-gecontamineerde tarwe/bloem en gekiemde tarwe/bloem Universiteit Gent Abstract: Via deze haalbaarheidstudie wil Nutrex de enzymatische activiteiten identificeren en afzonderen die verantwoordelijk zijn voor de verslechtering van gekiemde tarwe en met insecten (kever) besmette tarwe. Deze enzymatische activiteiten zullen dan via een vervolg project gebruikt worden voor de productie van antilichaam inhibitoren in kamelen. Organisaties: • Vakgroep Gewasbescherming
Onderzoekers: • Guy Smagghe
Karakterisatie en rol van dysbiose in de pathogenese van inflammatoire darmziekten KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • TARGID
Onderzoekers: • Jan Verhaegen • Séverine Vermeire • Paul Rutgeerts • Kathleen Machiels
Karakterisatie en validatie van biologische merkers bij dementie en mild cognitive impairment. Universiteit Antwerpen Abstract: Mild cognitive impairment (MCI) is klinisch syndroom dat zich bevindt op de interface tussen normale veroudering en dementie. MCIpatiënten vertonen cognitieve stoornissen, die echter niet ernstig genoeg zijn om een diagnose van dementie te kunnen stellen. MCI-patiënten hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van een dementie. Door de vergrijzing van de bevolking zal het aantal dementerenden de komende decennia fors toenemen. De ontwikkeling van biologische merkers voor vroegtijdige diagnose van dementie (en met name de ziekte van Alzheimer) is van groeiend belang gezien de toekomstige beschikbaarheid van medicijnen die het ziekteverloop kunnen beïnvloeden. Dit onderzoeksproject beoogt de identificatie van genetische (APOE) en biologische merkers (eiwitten als ß-amyloïd, tau en fosfo-tau in makkelijk toegankelijke lichaamsvochten als lumbaal vocht en ook bloedplasma) met een voorspellende waarde voor de conversie naar dementie bij MCIpatiënten. Ook zal nagegaan worden of en in welke mate deze merkers kunnen differentiëren tussen verschillende vormen van dementie als de ziekte van Alzheimer, frontotemporale dementie, dementie met Lewy bodies en vasculaire dementie. De verschillende patiëntenpopulaties zullen
tevens uitvoerig gedragsmatig, genetisch, neurochemisch en neuropathologisch gekarakteriseerd worden. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Nathalie Le Bastard
Karakterisatie en validatie van biologische merkers bij dementie en mild cognitive impairment. Universiteit Antwerpen Abstract: Mild cognitive impairment (MCI) is klinisch syndroom dat zich bevindt op de interface tussen normale veroudering en dementie. MCIpatiënten vertonen cognitieve stoornissen, die echter niet ernstig genoeg zijn om een diagnose van dementie te kunnen stellen. MCI-patiënten hebben een verhoogd risico op het ontwikkelen van een dementie. Door de vergrijzing van de bevolking zal het aantal dementerenden de komende decennia fors toenemen. De ontwikkeling van biologische merkers voor vroegtijdige diagnose van dementie (en met name de ziekte van Alzheimer) is van groeiend belang gezien de toekomstige beschikbaarheid van medicijnen die het ziekteverloop kunnen beïnvloeden. Dit onderzoeksproject beoogt de identificatie van genetische (APOE) en biologische merkers (eiwitten als ß-amyloïd, tau en fosfo-tau in makkelijk toegankelijke lichaamsvochten als lumbaal vocht en ook bloedplasma) met een voorspellende waarde voor de conversie naar dementie bij MCIpatiënten. Ook zal nagegaan worden of en in welke mate deze merkers kunnen differentiëren tussen verschillende vormen van dementie als de ziekte van Alzheimer, frontotemporale dementie, dementie met Lewy bodies en vasculaire dementie. De verschillende patiëntenpopulaties zullen tevens uitvoerig gedragsmatig, genetisch, neurochemisch en neuropathologisch gekarakteriseerd worden. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Sebastiaan Engelborghs • Nathalie Le Bastard
Karakterisatie en validatie van biologische merkers van dementie en mild cognitieve impairment. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject zal de plaats en de rol van biologische merkers in het diagnostisch proces van MCI en dementie vaststellen en op die manier tegemoet komen aan de toenemende nood voor een vroege, etiologische diagnose van dementie. Het includeren van een grote patiëntenpopulatie (waarvan een substantieel gedeelte een pathologisch confirmeerde diagnose zal hebben), sluit het bestaan van vals-negatieve resultaten uit. Het onderzoeksproject zal tevens toelaten de verschillende ziektegroepen beter te karakteriseren. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Sebastiaan Engelborghs
Karakterisatie en validatie van biologische merkers van dementie en mild cognitive impairment. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft als doel het bepalen van: (1) toegevoegde diagnostische waarde van een gecombineerde analyse van b-amyloïd proteïne(1-42), proteïne tau en Phospho-tau in CSV (met/zonder APOE genotypering) ter discriminatie van de ziekte van Alzheimer van andere dementievormen in 500 klinisch gediagnosticeerde en 100 neuropathologisch geconfirmeerde dementiegevallen; (2) voorspellende waarde van deze gecombineerde biomerkeranalyse voor conversie naar dementie van mild cognitive impairment (n=150). Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Karakterisatie en validatie van biologische merkers van dementie en mild cognitive impairment. Universiteit Antwerpen Abstract: Aangezien de voor dit onderzoeksproject geselecteerde biomerkers de onderliggende neuropathologische processen van diverse neurodegeneratieve dementies weerspiegelen, stellen we voorop dat specifieke biomerkerprofielen een hoge diagnostische waarde hebben, zelfs in preklinische dementiestadia. Deze hypothese zal in het kader van dit onderzoeksproject getoetst worden. Na validatie zullen nieuwe biomerkermodellen worden toegepast in klinisch-diagnostische context. Het onderzoeksproject zal tevens instaan voor een betere karakterisatie van MCI- en dementiepopulaties en zal de voorspellende waarde van biomerkerbepalingen voor conversie naar dementie bij MCI bepalen. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Karakterisatie van 3D binaire objecten. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van het project is de ontwikkeling van een robuuste methode voor karakterisatie van 3D binaire objecten, toegepast op ruwe diamanten. In het bijzonder zullen we ons toespitsen op de ontwikkeling van invariante multischaalrepresentaties van object oppervlakken (manifolds). Hiermee wordt, alvast op wetenschappelijk-technologisch vlak, mogelijk een oplossing geboden voor de problematiek van de 'bloeddiamanten'. Organisaties: • BIOMEDISCHE FYSICA • Visielab
Onderzoekers: • Dirk Van Dyck • Jan Sijbers
Karakterisatie van B-cel functies in multiple sclerose Universiteit Hasselt Abstract: B-cellen spelen een belangrijke rol in de pathogenese van multiple sclerose (MS). Onderzoek heeft zich tot nu toe voornamelijk gericht op de productie van (auto)antilichamen, hoewel er dankzij het recente succes van B-cel depletie in de behandeling van MS steeds meer interesse is voor antigen presentatie door B-cellen. Echter, de antigene targets van de autoreactieve B-cellen blijven grotendeels ongekend en de rol van Bcellen als antigen-presenterende cellen (APC) in MS is nog niet in detail bestudeerd. In een vorige studie werden door ons voor het eerst klonaal
geëxpandeerde B-cellen geïsoleerd uit zowel het ruggenmergvocht (CSV) als het perifere bloed van MS-patiënten. Bovendien konden we reactiviteit van perifere B-cellen tegen intracellulaire autoantigenen en een oligodendroglioma (HOG) cellijn aantonen. Dit project is gericht op een verdere studie van de antilichaam afhankelijke en onafhankelijke B-cel functies in MS. De autoantigenen van de geïsoleerde klonaal geëxpandeerde en autoreactieve B-cellen worden geïdentificeerd door immunoprecipitatie in combinatie met proteomica. De prevalentie en pathologische relevantie van antilichamen gericht tegen deze autoantigenen wordt vervolgens bestudeerd. Verder wordt de capaciteit van perifere B-cellen van MS-patiënten tot activatie van autologe T-cellen middels presentatie van myeline en andere autoantigenen onderzocht. Deze experimenten zullen meer inzicht verwerven in de etiologie van MS, wat noodzakelijk is voor de identificatie van nieuwe therapeutische targets. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Judith FRAUSSEN • Veerle SOMERS
Karakterisatie van biologische merkers bij dementie. Universiteit Antwerpen Abstract: In de hersenen van patiënten met de ziekte van Alzheimer treedt er een opstapeling op van verschillende eiwitten: beta-amyloïd proteïne (Aß), totaal proteïne tau (tau) en de gefosforyleerde variant van tau (P-tau). Aangezien het cerebrospinaal vocht (CSV) in nauw contact staat met de hersenen, kunnen deze eiwitten in het CSV opgespoord worden. In vergelijking met gezonde controlepersonen van dezelfde leeftijd, is er een afname van de Aß concentratie en een toename van de tau en P-tau concentraties in het CSV van patiënten met de ziekte van Alzheimer. De bepaling van CSV concentraties van Aß, tau of P-tau helpt om de ziekte van Alzheimer te discrimineren van normale veroudering of depressie. Het discriminerend vermogen van elke merker afzonderlijk is echter te beperkt om de ziekte van Alzheimer te onderscheiden van andere vormen van dementie. Prof. Dr. Sebastiaan Engelborghs en zijn team stellen voorop dat het discriminerend vermogen van een gecombineerde bepaling van Aß, tau en P-tau in CSV hoog genoeg zal zijn om de ziekte van Alzheimer te onderscheiden van andere vormen van dementie of om Alzheimerpatiënten in een vroeg (preklinisch) ziektestadium te kunnen identificeren. De doelstellingen van dit onderzoeksproject kunnen als volgt worden samengevat: (1) bepalen en valideren van de toegevoegde diagnostische waarde van een gecombineerde bepaling van Aß, tau en P-tau in CSV voor de diagnose van de ziekte van Alzheimer en om de ziekte van Alzheimer te onderscheiden van andere vormen van dementie; (2) het bepalen van de voorspellende waarde van een gecombineerde bepaling van Aß, tau en P-tau in CSV voor conversie naar dementie bij patiënten met milde cognitieve tekorten (MCI); (3) de identificatie van specifieke klinische, gedragsmatige en neuropsychologische symptomen die geassocieerd zijn met bepaalde profielen van biologische merkers. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Karakterisatie van biologische merkers bij dementie en mild cognitieve impairment. Universiteit Antwerpen Abstract: De klinische diagnose van de ziekte van Alzheimer (AD) is gebaseerd op klinische uitsluitingscriteria. Het diagnostische nazicht is tijdrovend en duur en leidt hooguit tot een klinische waarschijnlijkheidsdiagnose. In gespecialiseerde klinische centra wordt op die manier een diagnostische nauwkeurigheid van 68% behaald. Een zekerheidsdiagnose kan slechts gesteld worden door een microscopisch onderzoek van de hersenen. Er is dus nood aan gevalideerde biomerkers die toelaten om met grote nauwkeurigheid een diagnose van AD te stellen. Kenmerkend voor AD is de vorming van eiwitneerslagen in de hersenen. Vermits het cerebrospinaal vocht (CSV) in nauw contact staat met de hersenen, kunnen deze eiwitten (-amyloïd peptide, proteïne tau en gefosforyleerd tau) in CSV bepaald worden. Door gebruik te maken van modellen die op een gecombineerde bepaling van deze eiwitten gebaseerd zijn, wordt een hoge diagnostische nauwkeurigheid van meer dan 80% behaald en kan AD onderscheiden worden van andere vormen van dementie. Aangezien deze modellen nog niet gevalideerd zijn, hebben we een prospectieve studie opgezet waarin patiënten met dementie, milde cognitieve tekorten en gezonde ouderen zullen worden ingesloten. Aangezien A isovormen ook in bloed kunnen worden gemeten, zal de diagnostische nauwkeurigheid van A isovormen voor een diagnose van AD bepaald worden. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Karakterisatie van biologische toxines op spanningsgevoelige K+ kanalen. Universiteit Antwerpen Abstract: Met dit project (samenwerking met prof. Jan Tytgat, KUL) willen we een betere kennis verwerven over de werking van biologische toxines. Dankzij deze toxines zal ook een beter inzicht worden verkregen in de structuur, functie en farmacologie van K+ kanalen. Finaal streven we naar het vinden van toxines die een belangrijke therapeutische en/of fysiologische waarde zullen hebben. In eerste instantie zullen venomen/toxines elektrofysiologisch gescreened worden op alle beschikbare K+ kanalen. Toxines die een hit geven zullen verder worden opgezuiverd en gekarakteriseerd (1). Interessante toxines die innovatief zijn of kunnen leiden tot toepassingen zullen onderworpen worden aan een structuurfunctie analyse (2). 1) Het effect van de toxines zal elektrofysiologisch worden nagegaan met behulp van de voltage-clamp techniek. Uit de analyse van de gemeten K+ stromen wordt het mechanisme (permeatieblok of effect op gating) bepaald en de blokkeringparameters (affiniteit, kineticaeffecten, spanningsafhankelijkheid) verkregen. Interessante toxines zullen onderworpen worden aan een structuur-functie analyse. 2) Het eerste deel van de structuur-functie analyse omvat de mutagenese van potentiële bindingsplaatsen in het kanaal om de specifieke bindingssite van het toxine te achterhalen d.m.v. verschillende farmacologische blokkeringsparameters. Eenmaal de bindingsplaats gekarakteriseerd is kan de betreffende sequentie vergeleken worden met die van andere kanalen waardoor nieuwe potentiële kandidaten kunnen worden gedetecteerd. Het tweede deel van de structuur-functie analyse is de mutagenese van de toxinesequentie waaruit de functionele aminozuren zullen worden bepaald. Bepaling van energetische koppeling tussen aminozuren aan het interactie-oppervlak van de toxine en het kanaal zal gebeuren d.m.v. "mutant cycle analysis". Organisaties: • Moleculaire biofysica, fysiologie en farmacologie
Onderzoekers: • Dirk Snyders • Ivan Kopljar
Karakterisatie van biologische toxines op spanningsgevoelige K+ kanalen. Universiteit Antwerpen
Abstract: Met dit project (samenwerking met prof. Jan Tytgat, KUL) willen we een betere kennis verwerven over de werking van biologische toxines. Dankzij deze toxines zal ook een beter inzicht worden verkregen in de structuur, functie en farmacologie van K+ kanalen. Finaal streven we naar het vinden van toxines die een belangrijke therapeutische en/of fysiologische waarde zullen hebben. In eerste instantie zullen venomen/toxines elektrofysiologisch gescreened worden op alle beschikbare K+ kanalen. Toxines die een hit geven zullen verder worden opgezuiverd en gekarakteriseerd (1). Interessante toxines die innovatief zijn of kunnen leiden tot toepassingen zullen onderworpen worden aan een structuurfunctie analyse (2). 1) Het effect van de toxines zal elektrofysiologisch worden nagegaan met behulp van de voltage-clamp techniek. Uit de analyse van de gemeten K+ stromen wordt het mechanisme (permeatieblok of effect op gating) bepaald en de blokkeringparameters (affiniteit, kineticaeffecten, spanningsafhankelijkheid) verkregen. Interessante toxines zullen onderworpen worden aan een structuur-functie analyse. 2) Het eerste deel van de structuur-functie analyse omvat de mutagenese van potentiële bindingsplaatsen in het kanaal om de specifieke bindingssite van het toxine te achterhalen d.m.v. verschillende farmacologische blokkeringsparameters. Eenmaal de bindingsplaats gekarakteriseerd is kan de betreffende sequentie vergeleken worden met die van andere kanalen waardoor nieuwe potentiële kandidaten kunnen worden gedetecteerd. Het tweede deel van de structuur-functie analyse is de mutagenese van de toxinesequentie waaruit de functionele aminozuren zullen worden bepaald. Bepaling van energetische koppeling tussen aminozuren aan het interactie-oppervlak van de toxine en het kanaal zal gebeuren d.m.v. "mutant cycle analysis". Organisaties: • Moleculaire biofysica, fysiologie en farmacologie
Onderzoekers: • Dirk Snyders • Ivan Kopljar
Karakterisatie van bloed mesenchymale en melkklier epitheliale stamcellen bij het paard. Universiteit Gent Abstract: De isolatie en karakterisatie van paarden mesenchymale en epitheliale stamcellen staat centraal in dit project. Voor beide types gebeurt deze karakterisate zowel fenotypisch als functioneel om te bevestigen dat het echte stamcellen zijn. De niche (of micro-omgeving) zal ook nader bestudeerd worden in vitro. Hierbij zal het effect op de leefbaarheid en differentiatiecapaciteit van de stamcellen telkens geëvalueerd worden. Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende Fysiologie en Biometrie
Onderzoekers: • Gerlinde Van de Walle
Karakterisatie van coderende en niet coderende RNA transcripten en van epigenetische merkers in obesitas, alsook hun rol in gewichtsverlies geinduceerd door gastric bypass chirurgie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Klinische & Experimentele Endocrinologie
Onderzoekers: • Bart Van Der Schueren • Michael Maris
Karakterisatie van de ACR4-AUR1/2-PP2A fosforylatie-module tijdens wortelgroei. Universiteit Gent Abstract: In dit onderzoek gaan we de rol van de ACR4-AUR1/2-PP2A signalisatie-module bestuderen als regulator van celdelingsvlak-oriëntatie en asymmetrische celdeling in de wortel. Meer specifiek zullen we de functie van deze module in wortelontwikkeling analyseren op het niveau van eiwit-eiwit interacties, veranderingen in het fosfoproteoom, en identificatie van synthetische moleculen die interfereren met de ACR4-AUR1/2-PP2A interactie en -signalisatie. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Kris Gevaert
Karakterisatie van de acute en chronische fase van tubulointerstitiële fibrose na renale ischemie reperfusie beschadiging als nieuwe strategie voor preventie, diagnose en behandeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Chronisch nierfalen (Chronic Kidney Disease, CKD), gekenmerkt door een progressief verminderende nierfunctie, vormt een belangrijk probleem in de gezondheidszorg en evolueert op termijn meestal naar chronisch en eindstadium nierfalen, waarbij dialyse en/of niertransplantatie onontbeerlijk zijn. Niettegenstaande de initiële oorzaken van CKD onbekend dan wel zeer divers kunnen zijn, ligt eenzelfde celbiologisch proces aan de basis van alle progressieve nieraandoeningen, met name fibrose. Huidig onderzoeksproject beoogt de studie van zowel de acute (reversibele) als de chronische fase in het ontstaan van tubulointerstitiële fibrose in een model van renale ischemie reperfusie beschadiging, wat de mogelijkheid opent de mechanismen verantwoordelijk voor het ontstaan en verdere ontwikkeling van tubulointerstitiële fibrose beter te begrijpen en aldus in de toekomst strategieën voor therapeutische vroegtijdige interventie en/of protectie te evalueren. Organisaties: • Pathofysiologie
Onderzoekers: • Annelies De Beuf
Karakterisatie van de diversiteit en dynamieken van mariene nematodengemeenschappen via een metagenetische aanpak Universiteit Gent Abstract: In dit project willen we een metagenetische analyse doen van mariene nematodengemeenschappen om de grote groep aan zeldzame nematodensoorten te karakteriseren en hun eventuele fluctuaties in abundanties over ruimtelijke en temporele schaal te begrijpen. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Tom Moens
Karakterisatie van de effecten van het US3 eiwit van alfaherpesvirussen op het cytoskelet en viraal spreiden met het oog op de ontwikkeling van nieuwe antivirale strategieën Universiteit Gent
Abstract: Het US3 kinase van alfaherpesvirussen veroorzaakt veranderingen in het actine cytoskelet die viraal spreiden bevorderen. Doel van het project is om cellulaire ewitten te identificeren die cruciaal zijn voor het initiëren en uitvoeren van de US3-geïnduceerde actine veranderingen en die op die manier nieuwe doelwitten kunnen vormen voor de ontwikkeling van antivirale strategieën. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Herman Favoreel
Karakterisatie van de gereguleerde secretieroute in neuronen van een muismodel voor autisme. KU Leuven Abstract: Autisme is een ontwikkelingsstoornis van het centrale zenuwstelsel. In de meeste gevallen ligt een genetische voorbestemdheid aan de basis van deze ziekte. We hebben recentelijk drie nieuwe kandidaatgenen voor autisme geïdentificeerd, neurobeachin, SCAMPs en amisyne, die alle drie functioneren als negatieve regulatoren van de gereguleerde secretie route. Het doel van dit onderzoek is de karakterisering van de gereguleerde secretie in neuronen van muizen die haploinsufficient zijn voor neurobeachin.Deze muizen vormen een goed model voor (een subgroep van) autistische patiënten waarin verstoorde regulatie van neuronaal vesikel transport betrokken is bij de pathogenese van deze ziekte. Met deze studies hopen we nieuwe inzichten te verwerven in de pathologie van autisme. Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Johannes Creemers • Krizia Tuand
Karakterisatie van de groei, bacteriële populatie en cadmiumresponsen van ccr-gemuteerde Arabidopsis thaliana en het potentieel van de endofyten om de biomassa en fytoremediatie-efficiëntie te verhogen Universiteit Hasselt Abstract: De competitie voor grond voor het telen van gewassen voor biomassa en voedselproductie is een groeiend probleem. Deze kan ingeperkt worden door lignocellulose biomassa (vb. wilg of populier) te telen op minder vruchtbare gronden. In het ideale geval worden deze houtige gewassen gekweekt op marginale bodems (o.a. met cadmium (Cd) verontreinigde bodems). Het decontamineren van deze vervuilde bodems door gebruik te maken van planten (fytoremediatie) kan een extra voordeel bieden. Tijdens de verwerking van lignocellulose biomassa naar zuivere cellulosevezels vormt de recalcitrantie van ligninepolymeren een belangrijke limiterende factor. De verwerking van houtige gewassen kan efficiënter gemaakt worden door genetisch gemodificeerde gewassen met een lager lignine-gehalte (o.a. neergeregulatie van cinnamoyl-CoA reductase (CCR)) te gebruiken. Deze manipulatie kan echter negatieve gevolgen hebben voor de groei en ontwikkeling van de plant en kan invloed hebben op de oplosbare fenolen in het xyleem. In dit project wordt Arabidopsis thaliana gebruikt als modelorganisme. De kennis die met behulp van deze plant bekomen wordt, kan in toekomstige experimenten geëxtrapoleerd worden tot grootschaligere, economisch waardevolle veldtoepassingen waarbij houtige, snel groeiende gewassen gebruikt worden. Als modelcontaminant voor bodems wordt gekozen voor Cd. De volgende 2 doelstellingen worden beoogd in dit project: (1) de karakterisatie van de verschillen op niveau van de plant en zijn geassocieerde bacteriële populatie tussen A. thaliana WT en ccr-mutant en (2) het verbeteren van de biomassaproductie en Cd-opname door gebruikt te maken van groei-bevorderende bacteriën, onderzocht in doelstelling 1. Hiervoor wordt gewerkt met 4 condities: wild type en ccr-mutant al dan niet blootgesteld aan Cd. Tijdens doelstelling 1 worden op het niveau van de plant de groeifasen onderzocht zowel voor de boven (methode van Boyes) als ondergrondse delen (VAP). Verder worden parameters zoals biomassa, activiteit van stressgerelateerde enzymen (spectrofotometrisch), de expressie van genen die instaan voor stressgerelateerde enzymen (rt-PCR), het chlorofylgehalte (spectrofotometrisch) en de Cd-opname (zuur en hitte degradatie, vlam atomaire spectrofotometrie) onderzocht bij planten gekweekt in hydrocultuur. Ook worden de fenolische componenten aanwezig in het xyleem (HPLC, LC-MS-MS) en het ligninegehalte (Klason, thioacidolysis) geanalyseerd. Op het niveau van de bacteriële populatie worden zowel de cultiveerbare als de niet-cultiveerbare bacteriën genotypisch (ARDRA, DGGE) en fenotypisch (colorimetrische testen, Biolog platen) getest. In doelstelling 2 wordt het inoculatieproces van een hydrocultuur geoptimaliseerd waarna een screening van de meest veelbelovende (in vitro) groei-promoverende bacteriën volgt. De beste endofyt wordt hierna geselecteerd voor uitgebreide testen op het niveau van de plant zoals beschreven in doelstelling 1. Het project wordt uitgevoerd in het Centrum voor Milieukunde dat expertise bezit in het gebruik van A. thaliana en ook in onderzoek naar het inzetten van plant-geassocieerde bacteriën om de fytoremediatie-efficientie te verhogen. Daarnaast wordt voor het lignine-gerelateerde stuk samengewerkt met Prof. Dr. Wout Boerjan van de Bioenergie groep (departement Planten Systeembiologie, UGent). Verder is ook een stage gepland in het Instituut voor Agrobiologisch Onderzoek in Galicië (Santiago de Compostella) (IIAG) dat deel uitmaakt van het Spaanse Nationale onderzoeksconcilie (CSIC). Het onderzoek van de genetische samenstelling van de totale bacteriële populatie gebeurt hier onder leiding van Prof. Dr. Petra Kidd. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD • Marijke GIELEN
Karakterisatie van de inhoudsstoffen met anti-malaria activiteit van 4 Congolese medicinale planten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project omvat de karakterisatie van de anti-plasmodiale (anti-malaria) inhoudsstoffen van 4 planten gebruikt in de traditionele geneeskunde van Congo, waarvan de activiteit in vivo bij proef-dieren bevestigd werd, met name Phyllanthus niruri, Cassia occidentalis, Euphorbia hirta en Morinda morindoides. Bedoeling is om nieuwe leads to bekomen voor anti-malaria geneesmiddelen, en een wetenschappelijke basis to geven, met mogelijkheid tot standardisatie, van de lokale peparaten. Organisaties: • Farmacognosie en fytochemie • Farmacognosie, Functionele voeding en Farmaceutische Analyse (NatuRA)
Onderzoekers: • Arnold Vlietinck
Karakterisatie van de in vitro activatievoorwaarden van anti-leukemische T-cellen van leukemiepatiënten gebruikmakend van verschillende types van antigen-presenterende cellen. Universiteit Antwerpen
Abstract: Karakterisatie van de in vitro activatievoorwaarden van anti-leukemische T-cellen van leukemiepatiënten gebruikmakend van verschillende types van antigen-presenterende cellen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman • Evelien Smits
KARAKTERISATIE VAN DE MOLECULAIRE MECHANISMEN WAARMEE JASMONAAT OXYLIPINES GROEI IN ARABIDOPSIS THALIANA REGULEREN Universiteit Gent Abstract: Stress en groeiresponsen worden gemoduleerd door signaaltransductiemechanismen die universeel door verschillende phytohormonen gebruikt te lijken worden en waarbij pleiotrope en specifieke proteïnes betrokken zijn. In dit project zullen we 2 nieuwe eiwitten functioneel karakteriseren die voordien geïsoleerd werden in een ?interactomics? screen en die potentieel betrokken zijn in de jasmonaatsignaalcascades die plantengroei en ?defensie reguleren. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé • Alain Goossens
Karakterisatie van de rol van autofagie in anti-tumor immuniteit KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Labo voor Celdoodonderzoek & Therapie
Onderzoekers: • Patrizia Agostinis • Erminia Romano
Karakterisatie van de rol van de cystine/glutamaat antiporter en andere gliale glutamaattransporters in multiple sclerose: mogelijke link met beta2-adrenerge receptor dysfunctie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Binnen dit project onderzoeken we de betrokkenheid van glutamaattransporters, en in het bijzonder de cystine/glutamaat antiporter of systeem xc-, in de pathology van multiple sclerose. Organisaties: • Farmaceutische Chemie, Analyse van Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis
Onderzoekers: • Ann MASSIE • Guy LAUREYS • Ralph CLINCKERS
Karakterisatie van de rol van MALT1 paracaspase in antivirale signalisatie Universiteit Gent Abstract: MALT1 is een intracellulair protease dat tot op heden vooral werd bestudeerd omwille van zijn rol in antigen geïnduceerde signaaltransductie in lymfocyten bestudeerd. In dit project wensen we echter de rol van MALT1 bij aangeboren immuunresponsen tegen virale infecties te bestuderen. We concentreren ons hierbij op de rol van MALT1 in antivirale signaaltransductie in response op specifieke pathogen herkenningsreceptoren. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert • Lynn Verstrepen
Karakterisatie van de sedimentbodem in ondiep water door middel van hoogfrequente akoestische 'remote sensing'. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Karakterisatie van de sedimentbodem in ondiep water door middel van hoogfrequente akoestische 'remote sensing'. Steve Vandenplas Dit doctoraal onderzoek beoogt methodes te ontwikkelen die op nauwkeurige en betrouwbare wijze informatie verstrekken i.v.m. de morfologie en de struktuur van de zeebodem. De huidig beschikbare akoestische instrumentatie is enkel in staat om empirische gegevens over de sedimentlagen te genereren. Een inverse procedure gebazeerd op een Maximum Likelihood Estimator wordt opgezet om de fysische parameters van de sedimenten te bekomen. De kwaliteit van de geschatte geotechnische parameters afgeleid uit de gemeten akoestische eigenschappen van de sedimenten hangt sterk af van de geldigheid van de aangewende modellen voor de akoestische golfvoortplanting doorheen de sedimenten. Verschillende golfvoortplantingsmodellen worden voorgesteld en uitgewerkt en de geo-akoestiche parameters van de sedimenten afgeleid. De zeebodem beschouwd als een akoestisch systeem is bijzonder complex en de eigenschappen ervan varieren dikwijls zowel in functie van de plaats en de tijd. Modelfouten zijn daardoor onvermijdelijk en het bekomen van degelijke akoestische meetgegevens van de zeebodem is evenmin een eenvoudige taak. Daarom worden de golfvoortplantingsmodellen eerst gevalideerd op laboschaal in een watertank. Experimenten in transmissie en reflectie worden opgezet zowel onder loodrechte als schuine inval. Vervolgens worden de inverse procedures toegepast op de gereflecteerde en verstrooide signalen van de zeebodem. Dit project kan leiden tot krachtige instrumentatie die groot voordeel kan opleveren voor de industrie en de publieke sector: baggerwerken, marine werkzaamheden (mijndetectie), politietaken (vervuiling van het milieu) en nog vele andere toepassingen. Verder onderzoek zal tevens gebeuren in het domein van de decompositiemodellen en de begrensde bundelvoortplanting. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Karakterisatie van de voorwaarden voor in vitro activatie van anti-leukemische T-cellen van leukemiepatiënten gebruikmakend van verschillende types van antigen-presenterende cellen. Universiteit Antwerpen Abstract: Karakterisatie van de voorwaarden voor in vitro activatie van anti-leukemische T-cellen van leukemiepatiënten gebruikmakend van verschillende types van antigen-presenterende cellen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Zwi Berneman • Evelien Smits
Karakterisatie van de werking van biologische toxines op K+ kanalen. Universiteit Antwerpen Abstract: Karakterisatie van de werking van biologische toxines op K+ kanalen. Organisaties: • Moleculaire biofysica, fysiologie en farmacologie
Onderzoekers: • Dirk Snyders • Ivan Kopljar
Karakterisatie van de werking van biologische toxines op K+ kanalen. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project worden de biologische doelwitten bepaald van toxines, geisoleerd uit biologische giffen. Hierbij worden de spanningsgevoelige K+ kanalen als belangrijke target gezien. Tevens wordt de bindingsplaats van deze toxines achterhaald door mutagenese van het kanaal en door wijzigingen aan te brengen in de toxines die meestal peptides zijn. Organisaties: • Moleculaire biofysica, fysiologie en farmacologie
Onderzoekers: • Adam Raes
Karakterisatie van een kandidaat hybride cyclisch nucleotide afhankelijk proteïne kinase/fosfatase in Arabidopsis thaliana en Nicotiana tabacum. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project beoogt door een combinatie van 'state of the art' methodes van genetische analyse en proteoomanalyse de biochemische eigenschappen en de fysiologische rol van een aantal 'splice' varianten van een nieuwsoortig kandidaat hybride cyclische nucleotide afhankelijk proteïne kinase/fosfatase uit hogere planten te vinden. Met name een mogelijke rol in de regulatie van de plant celcyclus wordt onderzocht. Organisaties: • Plantengroei en -ontwikkeling
Onderzoekers: • Luc Roef
Karakterisatie van een nieuw 'stealth' Leishmania fenotype met behulp van monoklonale antistoffen en gen expressie profilering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Gaëlle Boulet
Karakterisatie van een ruptuurgevoelig muismodel voor aorta-aneurysma: op weg naar post-mortem validatie van het risico op aneurysmaruptuur voorspeld door biomechanische computermodellen. Universiteit Gent Abstract: Een abdominaal aorta aneurysma (AAA) is een lokale dilatatie van de aorta die kan leiden tot plots overlijden wanneer een breuk optreedt. Patienten worden geopereerd zodra de aneurysma-diameter 5.5 cm overschrijdt. In dit project willen we onderzieken of numerieke technieken gebruikt kunnen worden om aneurysmaruptuur te karakteriseren en voorspellen in een recent ontwikkeld, ruptuurgevoelig muismodel. Organisaties: • Vakgroep Civiele techniek
Onderzoekers: • Patrick Segers
Karakterisatie van epigenetische controle van kanker-inflammatieprocessen door jumonji-histondemethylases tijdens hypoxia Universiteit Antwerpen Abstract: Therapieresistente metastatische tumoren met een slechte overlevingsprognose worden dikwijls gekenmerkt door een sterk inflammatoir genexpressieprofiel, zuurstof- en voedselschaarste (hypoxie- en hypoglycemie). In dit project zal in macrofagen en diverse kankercelmodellen de invloed worden nagegaan van gecombineerde hypoxie en inflammatie, op NFkB-, Stat3- en HIF-signalisatiemechanismen die inwerken op epigenetische programmering door PML, Jmjd3, LSD1 en SIRT1 chromatine-geassocieerde eiwitten Organisaties: • Proteïnechemie, proteoomanalyse en epigenetische signalisatie (PPES)
Onderzoekers: • Xaveer Van Ostade • Wim Vanden Berghe
Karakterisatie van genen en moleculaire mechanismen betrokken in erfelijke bindweefselziekten en bepaalde vormen van kanker Universiteit Gent Abstract: De algemene doelstelling van dit onderzoek is: (1) een grondig inzicht verwerven in de functie van bepaalde genen in erfelijke bindweefselziekten en sommige vormen van kanker, door onderzoek in humane weefsels en in transgene diermodellen (2) de genetische basis voor de fenotypische variabilteit in deze aandoeningen bestuderen (3) nieuwe therapeutische strategieën ontwikkelen en testen voor deze (en ook meer frequente) aandoeningen door directe interferentie met de onderliggende moleculaire processen. Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Anne De Paepe
Karakterisatie van genetische determinanten die de respons op stemmingsstabilisatoren reguleren KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Patrick Callaerts • Kiliana Bekelaar
Karakterisatie van halfgeleider interfasen dmv niet-lineare optische technieken KU Leuven Abstract: Omdat computers steeds sneller moetenkunnen rekenen en geïntegreerde circuits niet mogen vergrootten,zijn kleinere en meerdere apparaten noodzakelijk. Door deze kleinereapparaten bepalen de oppervlakken en grensvlakken tussenverschillende lagen in deze structuren de prestaties van eencomputer. Daarom moeten we weten welke invloed deze grens- enoppervlakken hebben op de prestaties van het geïntegreerd systeem. In deze thesis kiezen we niet-linearoptische technieken (en meer speficiek frequentieverdubbeling) voorde stude van deze grensvlakken. Onze resultaten tonen aan dat frequentieverdubbeling zeer nuttige informatie oplevert over de eigenschappen van grens- en oppervlakken van nieuwe materiaallagen in halfgeleidersystemen. Bovendien vertoont de techniek potentieel als in-line karakterizatie meting in de halfgeleiderindustrie. Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Thierry Verbiest • Maarten Vanbel
Karakterisatie van herseninflammatie in een epilepsiemodel door middel van longitudinale in vivo PET/MRI beeldvorming. Universiteit Antwerpen Abstract: De neurobiologische processen die uiteindelijk resulteren in epilepsie zijn nog niet volledig begrepen. Het is wel reeds geweten dat hersenbeschadigingen zoals neurotraumata, koortsstuipen, infecties en status epilepticus geassocieerd zijn met het acuut optreden van aanvallen en een hoger risico op het ontwikkelen van epilepsie na een latente periode. Recente studies ondersteunen de hypothese dat herseninflammatie een belangrijke rol speelt in de pathofysiologie van aanvallen en epilepsie. De opzet van deze veelomvattende studie is dat het de meest recente vooruitgang, gemaakt in de niet-invasieve beeldvorming van proefdieren zal gebruiken om herseninflammatie te karakteriseren in een chronisch epilepsiemodel. Het project zal in eerste instantie trachten om dit proces te karakteriseren gebruikmakend van traditionele post-mortem technieken. In een volgende stap zullen in vivo methodes ontwikkeld worden met histologische validatie om herseninflammatie, hersenactiviteit en structurele hersenabnormaliteiten na te gaan. Vervolgens zullen structurele veranderingen in de hersenen samen met inflammatie longitudinaal opgevolgd worden tijdens de ontwikkeling van epilepsie in levende dieren gebruikmakend van PET/MRI beeldvorming. Ten slotte zal het effect nagegaan worden van verschillende farmacologische interventies op de herseninflammatie door middel van PET/MRI beeldvorming. Het project zal dus aanleiding geven tot een beter begrip en karakterisatie van de rol van herseninflammatie in epilepsie, wat een enorme impact zal hebben op de ontwikkeling en evaluatie van nieuwe behandelingen in het veld. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Stefanie Dedeurwaerdere • Halima Amhaoul
Karakterisatie van het akoestisch ingangssignaal van uitlaatsystemen bij verbrandingsmotoren. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geluidproductie bij voertuigen kan worden opgesplitst in 3 delen motorgeluid, rolgeluid en windgeluid. Teneinde het immissieniveau voor de omgeving te beoerken, wordt het motorgeluid gereduceerd door enerzijds omkapseling en anderzijds door een uitlaatsysteem. Een uitgebreide studie, gebaseerd op een zelfontwikkeld computerprogramma (Sound Propagation in Exhaust Systems), heeft aangetoond dat er vanuit de geluidsbron (motor) een niet-lineaire invloed bestaat op de transfertfunctie van het uitlaatsysteem. Het doel van deze studie is in eerste instantie de geluidbron duidelijk te karakteriseren. Daarna zal de invloed ervan op de transfertfunctie van het uitlaatsysteem onderzocht worden teneinde de efficiëntie van de uitlaatsystemen te optimaliseren. Organisaties: • Werktuigkunde
Onderzoekers: • MARC VAN OVERMEIRE
Karakterisatie van het influenza virus polymerase met de unieke antivirale producten T-705 en ribavirine en design van RNA ketenbeëindigende prodrugs KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Virologie en Chemotherapie
Onderzoekers: • Lieve Naesens • Evelien Vanderlinden
Karakterisatie van het naso-oro-pharyngeale microbioom en resistoom in de Europese populatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Herman Goossens • Surbhi Malhotra
Karakterisatie van het onzuiverheidsprofiel van farmaka: een gecombineerde chromatografische en chemometrische benadering. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De karakterisatie van onzuiverheden in een nieuw farmakon is beangrijk omwille van de bescherming van de patiënt tegen ongewenste nevenwerking. Alle stoffen die als onzuiverheid voorkomen in een farmaceutisch bestanddeel met een concentratie van meer dan 0,1 of 01,05% moeten gekarkteriseerd worden. Het betreft de stoffen die onstaan tijdens een synthese, zuiveringen of bewaring. in het beoogde stadium van onderzoek van een farmakon kent men de onzuiverheden nog niet. Het project beoogt de samenstelling van een optimale generische batterij van chromatografische methoden gekoppeld aan chemometrische peak purity technieken en een strategie die toelaat de gegevens autopmatisch te verwerken om het onzuiverheidsprofiel op te stellen. Het project bestaat uit drie delend namelijk: - het verder ontwikkelen van chemometrische peak purity technieken - het ontwerpen van een generische batterij orthogonale chromatografietesten en het valideren ervan - het ontwerpen van een expertsysteem dat toelaat de informatie uit de verschillende chromatogrammen en peak purity testen om te zetten in een onzuiverheidsprofiel. Organisaties: • Analytische Scheikunde en Farmaceutische Technologie
Onderzoekers: • DESIRE MASSART • JOHANNA VERBEKE
Karakterisatie van het p53 netwerk en exploratie van p53-afhankelijke en p53-onafhankelijke moleculaire therapie in neuroblastoom Universiteit Gent Abstract: Neuroblastoom is de meest voorkomende extra-craniale kanker bij kinderen waarbij minder dan 2% van de tumoren een mutatie in p53 vertonen bij diagnose. De studie van p53 en de ontrafeling van p53 signaaltransductiewegen is van groot belang om nieuwe strategieën voor therapeutische interventie te ontwikkelen voor deze agressieve kanker. Diepgaand onderzoek naar de p53 signaaltransductieweg moet toelaten om mogelijke p53-afhankelijke en p53-onafhankelijke moleculair gerichte therapie in neuroblastoma te identificeren. Organisaties: • Vakgroep Pediatrie en genetica
Onderzoekers: • Franki Speleman
Karakterisatie van het recent geïdentificeerde gen verantwoordelijk voor het osteopetrotisch "Incisors Absent" ratmodel. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject zal de karakterisatie nastreven van een recent door ons geïdentificeerd gen dat aan de basis ligt van de verstoorde botafbraak in het osteopetrotisch "incisors absent" ratmodel. Functionele karakterisatie als ook de rol in humane bothomeostase zal onderzocht worden. Dit onderzoek kan de basis vormen voor verder onderzoek naar therapie voor behandeling of preventie van osteoporose op basis van de betrokken metabole weg. Organisaties: • Medische genetica van obesitas en skeletaandoeningen (MGENOS)
Onderzoekers: • Wim Van Hul
Karakterisatie van het unieke moleculaire netwerk dat T cel ontwikkeling ondersteund. Universiteit Gent Abstract: T-lymfocyten ontstaan uit hematopoëtische stamcellen en hun differentiatieproces is afhankelijk van de integratie van verschillende transcriptionele regulatoren waaronder GATA3, TCF1, BCL11B en Notch signalisatie. De kinetiek en expressie niveau?s van deze factoren zijn cruciaal om T cellen te genereren. In dit project onderzoeken we hoe deze factoren interageren om downstream genexpressie te reguleren tijdens normale humane T cel ontwikkeling. Organisaties: • Vakgroep Klinische biologie, microbiologie en immunologie
Onderzoekers: • Tom Taghon
Karakterisatie van hoge-spin transitiemetaalverbindingen met behulp van gesofisticeerde EPR-technieken bij hoge microgolffrequentie. Universiteit Antwerpen Abstract: Met behulp van hoogfrequente (95GHz) EPR-technieken worden welbepaalde families organo-metaalverbindingen bestudeerd. Deze systemen hebben een hoge spin grondtoestand en kunnen zich gedragen als single molecule magnets. De sleutel tot zulk gedrag is de nulveldsplitsing van de energieniveaus (=opsplitsing van de energieniveaus in afwezigheid van een magnetisch veld). Door het aanwenden van hoogfrequente EPR-technieken kunnen de nul-veld opsplitsingen precies geanalyseerd worden. Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Etienne Goovaerts
Karakterisatie van hoge-spin transitiemetaalverbindingen met behulp van gesofisticeerde EPR-technieken bij hoge microgolffrequentie. Universiteit Antwerpen Abstract: Met behulp van hoogfrequente (95GHz) EPR-technieken worden welbepaalde families organo-metaalverbindingen bestudeerd. Deze systemen hebben een hoge spin grondtoestand en kunnen zich gedragen als single molecule magnets. De sleutel tot zulk gedrag is de nulveldsplitsing van de energieniveaus (=opsplitsing van de energieniveaus in afwezigheid van een magnetisch veld). Door het aanwenden van
hoogfrequente EPR-technieken kunnen de nul-veld opsplitsingen precies geanalyseerd worden. Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Etienne Goovaerts
Karakterisatie van hygrische eigenschappen van bouwmaterialen op basis van dynamische metingen en inverse modellering. KU Leuven Abstract: Het vochtgedrag van bouwmaterialen speelt een belangrijke rol in de duurzaamheid van bouwwerken en in de realisatie van een gezond en comfortabel binnenklimaat. Een betrouwbare kwantificatie van vochttransport in bouwmaterialen via numerieke simulaties vereist de kennis van de vochtopslag- en vochttransporteigenschappen. Momenteel zijn deze eigenschappen echter niet gekend voor de volledige verzadigingsschaal. In het midden-saturatiegebied ontbreekt kennis van de hygrische eigenschappen. Bovendien worden ad- en desorptiemetingen vaak samengevoegd en vragen de bestaandemeettechnieken weken tot zelfs maanden van experimenteel onderzoek.In dit project wordt een volledige en efficiënte meetstrategie op basis van dynamische experimenten in combinatie met inverse modellering ontwikkeld. Hiertoe wordt de mogelijkheid om statische metingen te vervangen door dynamische metingen nagegaan. Dynamische metingen vragen een kortere experimentele tijd en zijn veel belovend voor het bekomen van kenniso Organisaties: • Afdeling Bouwfysica
Onderzoekers: • Gustaaf Roels • Hans Janssen • Evy Vereecken
Karakterisatie van interfasen en elektrische gradiënten dmv 3D niet-lineaire optische technieken. KU Leuven Abstract: We gaan een techniek ontwikkelen die elektrische eigenschappen van light emitting diodes (LED) en andere foto-elektrische of fotovoltaische apparaten kan visualiseren. Deze apparaten zijn typisch opgebouwd uit lagen. Het is belangrijk om het grensvlak tussen deze lagen te bestuderen. Aangezien elektrische eigenschappen van een LED van cruciaal belang zijn, bekijken we hoe het elektrisch veldnbsp;verdeeld is tussen deze lagen. Door specifieke niet-lineair optische eigenschappen te combineren met een optische microscoop, is het mogelijk om lagen en de elektrische veld verdeling in 3D te meten. Uit dit onderzoek leren we hoe het elektrisch veld de verschillende lagen in een LED of andere elektrooptische apparaten beïnvloed wordt en hoe deze eigenschappen de prestaties van deze apparaten beïnvloeden. Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Thierry Verbiest • Maarten Vanbel
Karakterisatie van in vivo gegenereerde hepatische cellen uitgaande van volwassen humane huidafgeleide voorlopercellen en evaluatie van hun potentieel gebruik in in vitro veiligheidsstudies van geneesmiddelen en leverziekte Vrije Universiteit Brussel Abstract: Hepatocyten in de lever vertegenwoordigen de centrale plaats waar geneesmiddelen worden gebiotransformeerd. Ze zijn daarom sterk onderhevig aan toxiciteit dat leidt tot zogenaamde druggeïnduceerde leverschade (DILI). DILI is een belangrijke oorzaak van het terugtrekken van geneesmiddelen van de markt. Dit toont aan dat de huidige modellen voor het bepalen van levertoxiciteit niet adequaat werken. Daarom heeft de farmaceutische industrie dringend nood aan nieuwe, bij voorkeur in vitro, test systemen die meer geschikt zijn voor het voorspellen van levertoxiciteit in de mens. Aangezien primaire humane hepatocyten zeer schaars zijn, moeten andere bronnen, zoals stamcellen verkend worden. Hier worden humane huidafgeleide stamcellen voorgesteld. Inderdaad, zoals aangetoond werd in het predoctorale onderzoek van de aanvrager kunnen deze stamcellen (i) gemakkelijk en reproduceerbaar geïsoleerd worden uit postnatale humane huid, (ii) differentiëren in vitro naar hepatocytachtige cellen en (iii) bezitten ze waardevolle immunomodulatorische en -suppressieve eigenschappen. Hierdoor zijn ze niet alleen interessant voor het screenen van nieuwe geneesmiddelen, maar ook voor mogelijke therapeutische applicaties. Daarom zal in het huidige postdoctorale onderzoeksproject the in vivo migratie en hepatische differentiatie eigenschappen van hSKPs onderzocht worden gebruikmakend van een relevant muismodel. Het zal bepaald worden of de zogegeneerde humane hepatische cellen kunnen gebruikt worden voor in vitro veiligheidsstudies. Daarnaast zal, door de immunologische eigenschappen te bepalen tijdens de differentiatie en de effecten van hSKPs na te gaan na transplantatie in een muismodel met leverschade in een eindstadium, hun potentieel voor verdere klinische toepassingen nagegaan worden. Organisaties: • Toxicologie, Dermato-cosmetologie en Farmacognosie
Onderzoekers: • VERA ROGIERS • Joery DE KOCK
Karakterisatie van kristalgroei van metaal-organische roosters met hoek-afhankelijke tweede harmonische verstrooiing. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afd. Moleculaire Visualisatie & Fotonica
Onderzoekers: • Christine Kirschhock • Thierry Verbiest • Monique Van der Veen
Karakterisatie van laat-diagenetische dolomieten: petrografie en geochemie met speciale aandacht voor Sr- en Mgisotopen. KU Leuven Abstract: De wetenschappelijke en economische interesse in koolwaterstofreservoirs gerelateerd aan grof kristallijne dolomiet en zebradolomiet (CCZ), dievaak worden geïnterpreteerd als hydrothermale dolomieten, is de laatstejaren sterk toegenomen. Sr-, Mg- en Fe-isotopenanalyses aan de hand van(LA-)MC-ICP-MS ((Laser Ablation) Multi Collector Inductively Coupled Plasma Mass Spectrometry) zullen gebruikt worden om de oorsprong te achterhalen van de Mg-rijke fluïda die geleid hebben tot de vorming van CCZ-dolomieten. Een groot aantal dolomiettypes zal worden bestudeerd (i.e. zowel gevallen die reeds vroeger werden bestudeerd door het Leuvense team als materiaal van over de ganse wereld, beschikbaar gesteld door collega#s in het kader van collaboratief onderzoek). Een aantal settings zullen geselecteerd worden waar de Mg-rijke fluïda mogelijk kunnen gerelateerd worden aan fluïda die hebben geïnterageerd met ultramafische of mafischegesteenten of hun metamorfe equivalenten. Voor
elke afzetting zal ee Organisaties: • Faculteit Wetenschappen
Onderzoekers: • Rudy Swennen • An De Cleyn
Karakterisatie van metabolisatiewegen voor twee groepen contaminanten (PBDE's en PCB's). Universiteit Antwerpen Abstract: Het voorgestelde project heeft als eerste doel om analytische methoden gebaseerd op vloeistof chromatografie-massaspectrometrie (LCMS) voor de bepaling van metabolieten van polygebromeerde difenyl ethers (PBDE's) en polygechloreerde bifenylen (PCB's) in biologische stalen te optimaliseren en te valideren. Daarnaast beoogt het project de identificatie en voorspelling van de metabolisatie patronen voor PBDE's en PCB's in verschillende top-predatoren. Organisaties: • Toxicologie
Onderzoekers: • Hugo Neels • Adrian Covaci
Karakterisatie van moleculaire mechanismen die hematopoietische reconstitutie van hematopoietische stamcellen verhogen. KU Leuven Abstract: The overarching goal of this proposal is to increase the number of "engrafting hematopoietic stem cells (HSC)" from umbilical cord blood (UCB),whose use is restricted to smaller patients due to the limited number of HSC present in the each unit. To enhance the blood reconstitution ability of a given number of HSC, present within e.g. one unit of UCB, can include developing methods to increase absolute HSC expansion, and/or achieve absolute HSC homing. One way to increase the number of "engraftableHSC" form e.g. UCB, is by increasing the HSC homing efficiency. The advantage of this approach over inducing ex vivo HSC expansion is that HSC will be minimally or not altered. Hence the chance for lineage skewing, late graft failure due to exhaustion of the primitive HSC compartment, or culture induced genetic abnormalities can be minimized. We propose further evaluation of the hypothesis that two "clinically approved" molecules, i.e. TFPI and BMP4, improve HSC homing. Studies will be carried Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Michel Delforge • Catherine Verfaillie • Satish Khurana
Karakterisatie van nanopartikels (NP) gebruikt als vaccins of aanwezig in de voeding met geavanceerde elektrononemicroscopische technieken (nanoTEM). KU Leuven Abstract: Het project heeft tot doel om geschikte methodes te ontwikkelen, evalueren en valideren voor de karakterisering van NM, zodat op die manier een eenduidige en kwaliteitsvolle analyse gewaarborgd wordt. Deze methodes worden uitgewerkt als standard operating protocols (SOPs) voor de karakterisering van metallische en VLP -gebaseerde NM, maar zijn extrapoleerbaar, of kunnen aangepast worden, voor de analyse van NM met vergelijkbare eigenschappen. Deze SOPs beschrijven in detail de verschillende stappen van het proces, zoals de staalvoorbereiding, de opslag van de opgenomen beelden, hun analyse en de weergave van de resultaten.Deze methodes kunnen bijdragen aan:· De indeling en de merking (etikettering) van een vaccin of voedselsupplement als een product gebaseerd op nanotechnologie· De gedetailleerde beschrijving van een vaccin of voedselsupplement gebaseerd op nanotechnologie· De risico-inschatting van het gebruik van vaccins of voedselsupplementen op basis van nanopartikels· De besch Organisaties: • Afdeling MeBioS
Onderzoekers: • Jeroen Lammertyn • N. N.
Karakterisatie van nanostructuren met behulp van gevorderde elektronenenergiespectrometrie en -filtering. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project heeft tot doel het ontwikkelen van een methodiek voor een gelijktijdige bepaling van zowel de elektronische als atomaire structuur, de scheikundige samenstelling en de chemische speciatie van nanoconfiguraties. De hiervoor noodzakelijke experimenteeropstellingen zijn in EMAT gelijktijdig beschikbaar in twee verschillende transmissie elektronenmicroscopen, maar de registratie, optimalisatie en interpretatie van de resultaten vraagt een geïntegreerde aanpak vanuit verschillende onderzoeksdomeinen. De beoogde structuren spelen in vele nieuwe materialen een zeer belangrijke rol zodat dit fundamenteel basisonderzoek bovendien tal van nieuwe technologische mogelijkheden opent. De te verwerken experimentele data sets zullen afkomstig zijn van twee hoge resolutie transmissie elektronenmicroscopen (HRTEM) (3000F ARP, CM30 UT) beide uitgerust met een veldemissiebron (FEG) en een elektronen energieverlies spectroscopische CCD detector (EELS) met energiefilter (EF). Het eerstgenoemde toestel bevat bovendien een hoge resolutie scanning transmissie eenheid (STEM) en energie-dispersieve Xstralen detectie (EDX). Beide toestellen bieden de mogelijkheid tot het werken met een nanoprobe, waardoor spectroscopische informatie van extreem kleine volumes kan verkregen worden. De nadruk van het huidige project ligt op de optimalisatie van het verwerven en interpreteren van de EELS resultaten in combinatie met de andere technieken. De fijnstructuur van de EELS spectra geeft informatie over de bindingstoestand en de coördinatie van de atomen en maakt het mogelijk de chemische toestand en omgeving, de zgn. speciatie, van het atoom te bepalen. Om de beoogde extreme details te bereiken, moet de omgeving van de toestellen worden geoptimaliseerd om externe storingen zo veel mogelijk uit te schakelen. De mogelijkheid om al deze informatie rechtstreeks op digitale wijze vast te leggen via verschillende detectoren en CCD camera's impliceert bovendien een sterk verbeterde kwantitatieve output. Om dit project tot een goed einde te brengen worden drie verschillende expertisedomeinen aan de UA samengebracht, met name de hoge resolutie beeldvorming en EELS detectie (EMAT) en de interpretatie i.v.m. chemische speciatie (MiTAC) in materiaalkunde en het onderzoek naar beeld- en dataverwerking (Visielab). Binnen het kader van dit project zullen drie experimentele modelsystemen worden onderzocht met het oog op de optimale performantie van de verschillende mogelijkheden. Een eerste systeem zijn dunne films van La1-xSrxMnO3 (CMR materiaal) waarin, onder welbepaalde omstandigheden, verschillende valentietoestanden van de Mn+ ionen kunnen ontmengen op nanometerschaal. Deze ontmenging kan enkel zichtbaar gemaakt worden via de verschillen in fijnstructuur van de EELS spectra (ELNES) van deze verschillende toestanden. Een tweede systeem betreft diamantachtige koolstoffilms (DLC) vervaardigd d.m.v. plasma geassisteerde chemische damp depositie (PE-CVD). In deze films
moet een onderscheid gemaakt worden tussen de verschillende vormen waarin de koolstofbindingen kunnen voorkomen, en dit afhankelijk van de plasmavoorwaarden. Ook hier zorgt vooral het ELNES signaal voor de nodige informatie. In het derde modelsysteem zullen nanoprecipitaten in een gekende silicium of germanium matrix worden gekarakteriseerd. Deze precipitaten zijn gekend uit hoge resolutieopnamen, maar de structuur kon tot op heden niet ondubbelzinnig worden vastgelegd vermits er geen informatie beschikbaar is over de lokale aanwezigheid van onzuiverheden zoals zuurstof. Opnieuw zal de nanoprobe EELS hierbij de doorslag geven, waarbij meteen ook de coördinatie kan verkregen worden waardoor een correcte structuur kan opgesteld worden. In een later stadium zullen de ontwikkelde methoden en verworven know-how, mogelijkheden openen voor de studie van nano-configuraties en grensvlakken in materialen die afwijken van deze modelsystemen. Organisaties: • ELEKTRONENMICROSCOPIE VOOR MATERIAALONDERZOEK (EMAT) • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers • Joseph Van Landuyt • Paul Scheunders • Pierre Van Espen
Karakterisatie van neurochemische merkers voor dementie. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is de karakterisatie van neurochemische merkers bij patiënten met diverse vormen van dementie (n=500). Daartoe zullen de verschillende neurotransmittersystemen (adrenerg, noradrenerg, serotonerg, dopmainerg en cholinerg) uitvoerig neurochemisch, genetisch en neuropathologisch gekarakteriseerd worden en vervolgens gecorreleerd worden met fenotypische (cognitieve- en gedragsstoornissen) kenmerken van de patiëntenpopulatie. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Sebastiaan Engelborghs
Karakterisatie van neuroinflammatie in een epilepsiemodel door middel van longitudinale in vivo PET/MRI beeldvorming. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Translationele Neurowetenschappen (TNW)
Onderzoekers: • Stefanie Dedeurwaerdere
Karakterisatie van nieuwe autoantilichaam-targets in reumatoïde artritis Universiteit Hasselt Abstract: Binnen het Biomedisch Onderzoeksinstituut (BIOMED) werden nieuwe autoantilichaam merkers voor reumatoïde artritis (RA) geïdentificeerd met behulp van serologische antigen selectie (SAS). Het doel van dit project is de verdere karakterisatie van de meest belovende autoantilichamen en hun corresponderend antigen. Dit zal meer inzicht verschaffen in de biologische relevantie van de autoantilichamen in het onderliggende ziekteproces van RA. Er zal voornamelijk gefocust worden op de autoantilichamen die enerzijds de hoogste sensitiviteit vertonen in RA en anderzijds terug te vinden zijn in RA-patiënten die seronegatief zijn voor de twee merkers die momenteel in de diagnostiek gebruikt worden: reumafactor en antilichamen gericht tegen cyclische citrullineerde peptiden. Voor vele kandidaat autoantilichamen is het corresponderende in vivo antigen target niet gekend omdat het om zogenaamde 'mimotopen' gaat: epitopen die de structuur van het echte in vivo antigen nabootsen. Aan de hand van immunohistochemische en proteomics technieken zal de identiteit en weefselexpressie van deze mimotopen achterhaald worden. Ten slotte zullen ook de effecten van RA autoantilichamen bestudeerd worden in een diermodel voor RA: collageen-geïnduceerde artritis (CIA). Preliminaire experimenten in dit diermodel hebben reeds aangetoond dat passieve transfer van antilichamen gericht tegen UH-RA.21 een significante verergering van de ziekte tot gevolg had. In dit project zal de biologische, artritogene en mogelijk causale rol van deze autoantilichamen in vivo verder bestudeerd worden. Het bestuderen van ziektemerkers in RA draagt bij tot een goede kennis van de onderliggende pathogenese van RA, noodzakelijk om nieuwe therapeutische targets te identificeren. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Veerle SOMERS • Klaartje SOMERS
Karakterisatie van nieuwe autoantilichaam-targets in reumatoïde artritis Universiteit Hasselt Abstract: Op het Biomedisch Onderzoeksinstituut van de Universiteit Hasselt voerden we onlangs een high-throughput autoantilichaam profilering aanpak uit om noodzakelijke nieuwe ziekte markers voor reumatoïde artritis (RA) te identificeren, wat resulteerde in de identificatie van 14 nieuwe auto-antilichaam markers voor RA. Het doel van dit project is om de kenmerken te bepalen van de meest interessante auto-antilichamen en hun doel antigenen om meer inzicht te geven in de biologische betekenis van deze auto-antilichamen in de onderliggende RA ziekteprocessen. Wij richten ons op de auto-antilichaam markers met de hoogste gevoeligheid bij RA en deze die voornamelijk voorkomen bij RA patiënten die serologisch negatief zijn voor de 2 diagnostisch toegepaste RA markers. Aangezien sommige van de auto-antilichaam targets mimotopen encoderen, wordt de identiteit en weefsel expressie van de overeenkomstige in vivo antigenen eerst bepaald door de toepassing van immunohistochemische en proteomics technieken. voor een van de auto-antilichaam targets UH-RA.21, wijzen bovendien de eerste experimenten op een ziekte-verergerend effect van passieve overdracht van antilichamen tegen UH-RA.21 in de collageen-geïnduceerde artritis (CIA). In dit project onderzoeken we verder de effecten van de RA auto-antilichamen in het CIA-inductie en exacerbatie. De opheldering van de rol van deze nieuwe autoantilichamen in RA is belangrijk om een beter inzicht te krijgen in de onderliggende etiologie van RA wat een instrumetn is voor de identificatie van nieuwe therapeutische targets. Organisaties: • Immunologie - Biochemie • Biomedisch Onderzoeks Instituut
Onderzoekers: • Veerle SOMERS
Karakterisatie van nieuwe biomerkers voor het bepalen van de veiligheid van microbiciden Universiteit Gent Abstract: Vaginale microbiciden worden ontwikkeld ter preventie van HIV. Tot voor kort maakten studies die de veiligheid van microbiciden nagaan gebruik van colposcopie om de mate van epitheliale disruptie in de genitale tractus na te gaan en van vaginale uitstrijkjes om de vaginale microbiota te karakteriseren. Recente studie suggereren dat deze methoden onvoldoende zijn om schade vast te stellen. Deze studie heeft tot doel nieuwe biomerkers te bepalen welke toelaten de veiligheid van vaginale microbiciden vast te stellen. Organisaties: • Vakgroep Uro-gynaecologie
Onderzoekers: • Marleen Temmerman
Karakterisatie van Notch gemedieerde humane intrathymus T cel differentiatie Universiteit Gent Abstract: T-cellen spelen een cruciale rol in het immuunsysteem en daarom is het van klinisch belang om hun ontwikkeling beter te begrijpen. Tijdens dit ontwikkelingsproces spelen Notch receptor-ligand interacties een essentiële rol en een strikte regulatie hiervan is belangrijk voor optimale T-cel differentiatie, alsook om tumor vorming te verhinderen. Daarom willen we de preciese werking van de Notch pathway ontrafelen. Organisaties: • Vakgroep Klinische biologie, microbiologie en immunologie
Onderzoekers: • Jean Plum • Tom Taghon
Karakterisatie van op connexine43- en pannexinel-gebaseerde hemikanalen als weefselbiomerkers en farmacologische doelwitten in acuut leverfalen: een gecombineerde in vitro-in vivo studie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Connexins and pannexins are the building stones hemichannels, which mediate extracellular communication. Hepatocytes typically express connexin32, though in several liver pathologies, including acute liver failure, they switch to a connexin43-based mode. Compelling evidence underscores a prominent function for connexin43-based hemichannel signalling in liver disease, in casu in acute liver failure, specifically in the process of cell death. On the other hand, pannexin1-based hemichannels were recently found to play a major role in the induction of liver inflammation. These features are the cornerstones of the current project. As such, the project has 3 goals. (i) The first goal is the elucidation of connexin43- and pannexin1-based signalling in cell death and inflammation in the context of acute liver failure. For this purpose, connexin43 and pannexin1 expression will be studied in liver tissue of an animal model of acute liver failure at the transcriptional, translational and activity levels. (ii) The second goal is the testing of novel connexin43 and pannexin1 mimetic peptides, developed as specific inhibitors of connexin43- and pannexin1-based hemichannels, in liver-derived in vitro models for their channel selectivity and their potential to suppress cell death and inflammation. (iii) As a part of the third goal, these compounds will be further scrutinized, whereby their in vivo outcome on pathology-specific readouts in an established animal model of acute liver failure will be evaluated. Overall, this project, which combines fundamental with translational research, is considered of high clinical and pharmaceutical relevance, as it may introduce an innovative strategy for the treatment, and potentially also for the diagnosis, of acute liver failure. Organisaties: • Toxicologie, Dermato-cosmetologie en Farmacognosie
Onderzoekers: • VERA ROGIERS • Tamara VANHAECKE • Mathieu VINKEN
Karakterisatie van plantenparasitaire nematoden en gastheerresistentie in rijstproductie in Tanzania Universiteit Gent Abstract: Dit projectvoorstel wil een analyse uitvoeren van de nematodenproblemen in Tanzaniaanse rijstvelden en vervolgens uitzoeken welke genotypes van Oryza sativa, O. glaberrima en hybriden resistent zijn tegen deze nematoden. Deze resistenties worden daarna onderzocht op biologisch, biochemisch en moleculair vlak. Organisaties: • Vakgroep Moleculaire biotechnologie
Onderzoekers: • Godelieve Gheysen
Karakterisatie van poreuze geomaterialen in 2D en 3D Universiteit Gent Abstract: Optische en fluorescentie microscopie visualiseert poriën in 2D. CT laat de karakterisatie toe van poriën in 3D. Hierdoor is er nood aan een gekalibreerd systeem waar de informatie van beide technieken aan elkaar worden gekoppeld. Door bijkomende fusie met XRF data, kan er een correcte karakterisatie van de geomaterialen worden uitgevoerd op een structurele en chemische wijze. Organisaties: • Vakgroep Geologie en bodemkunde
Onderzoekers: • Patric Jacobs • Veerle Cnudde
Karakterisatie van preklinische biomerkers voor epileptogenese voor de evaluatie van de antiepileptogene eigenschappen van monoaminerge antidepressiva. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Algemeen wordt aangenomen dat neurodegeneratieve en inflammatoire processen cruciaal betrokken zijn bij de pathogenese van TLE. In dit project zal nagegaan worden of preklinische biomerkers voor deze processen kunnen gebruikt worden als biomerkers voor epileptogenese. Simultaan zullen ook de neuroprotectieve, anti-inflammatoire en antiepileptogene potentie van een reeks antidepressiva onderzocht worden. Om na te gaan of het primair werkingsmechanisme van deze farmaca een impact heeft op de antiepileptogene potentie zal een screening uitgevoerd worden met respectievelijk een selectief dopaminerg, serotoninerg en noradrenerg antidepressivum. Er zal hierbij gekeken worden naar differentiële effecten op de geselecteerde biomerkers en neuronale schade. We zullen hiervoor in een eerste fase een microarraystudie uitvoeren op verschillende tijdstippen na een kainaat-geïnduceerde SE. Hierbij zal specifiek gekeken worden naar het expressieniveau van genen die betrokken zijn bij neurodegeneratieve en -inflammatoire processen tijdens de
acute en latente fase van TLE in vergelijking met controleratten. Als proof of principle zullen in deze experimenten ook controle en epileptische ratten geïncludeerd worden waarin een gecombineerde neuroprotectieve/anti-inflammatoire behandeling wordt opgestart. Er zullen hiervoor een aantal antidepressiva gebruikt worden aangezien uit verscheidene preklinische studies is gebleken dat deze farmaca aan dit preferentieel werkingsprofiel beantwoorden. Tot dusver werden de antiepileptogene eigenschappen van antidepressiva nog niet bestudeerd. Wel is duidelijk dat zij, in tegenstelling tot wat in het verleden altijd werd aangenomen, alvast over potent anticonvulsieve eigenschappen beschikken. Er zal hierbij nagegaan worden wat het effect is op het genexpressieniveau in vergelijking met de respectieve controlegroepen. Op basis van deze oriënterende experimenten zullen vervolgens een aantal potentiële biomerkers voor neuroprotectie en anti-inflammatie geselecteerd worden voor verdere studie. In een tweede fase zullen de geselecteerde biomerkers op eiwitniveau bestudeerd worden. Deze ratten zullen aan de hoger beschreven experimentele condities onderworpen worden. In het onthaallabo worden courant een aantal merkers voor neuronale/gliale schade, proinflammatoire mediatoren en neuroprotectieve mediatoren bestudeerd voor de evaluatie van neurodegeneratieve processen volgend op een ischemisch insult en in modellen voor de ziekte van Parkinson. Afhankelijk van de microarryresultaten zullen ofwel deze fysiologische merkers bestudeerd worden ofwel deels nieuwe methodes uitgewerkt worden via ELISA en Western Blot technieken voor de analyse van alternatieve merkers. In elke rat zal ook op histologisch vlak de neuronale schade van de post-SE laesie geëvalueerd worden zodat de biomerkergegevens hieraan kunnen gekoppeld worden. Op basis van deze experimenten zal de neuroprotectieve en anti-inflammatoire potentie van de verschillende antidepressiva - en aldus de impact van de verschillende monoaminerge systemen - geëvalueerd worden. De finale derde fase omvat de opvolging van ratten waarbij gedurende de latentiefase volgend op een kainaat-geïnduceerde SE al dan niet een chronische behandeling met antidepressiva werd opgestart. Er zal hierbij gebruik gemaakt worden van telemetrische electrocorticografische (EEG) analyse in combinatie met 24-uur video analyse om betrouwbare spontane aanvalsdetectie mogelijk te maken. Dergelijke experimentele aanpak zal ons in staat stellen de antiepileptogene eigenschappen van de antidepressiva te kwantificeren. Er zal alzo kunnen nagegaan worden of er een correlatie bestaat tussen het mogelijks antiepileptogeen effect van het antidepressivum en zijn op basis van de hoger beschreven screeningsexperimenten bepaalde 'disease-modifying' eigenschappen. Met andere woorden zullen we finaal kunnen besluiten of een gunstige beïnvloeding van biomerkers voor neuroprotectie en anti-inflammatie inderdaad een predictieve waarde hebben voor het antiepileptogeen karakter van een behandeling. Organisaties: • Farmaceutische Chemie, Analyse van Geneesmiddelen en Geneesmiddelenkennis
Onderzoekers: • Ilse Julia SMOLDERS
Karakterisatie van protectieve HIV-specifieke T cel responsen in HIV-discordante koppels in Dakar, Senegal. Universiteit Antwerpen Abstract: In samenwerking met het laboratorium Virologie van het Centre Hospitalier Universitaire (CHU) Le Dantec in Dakar, Senegal zal een populatie HIV-discordante koppels longitudinaal opgevolgd worden. De rol en de functie van HIV-specifieke T cellen in bescherming tegen HIV infectie zal bestudeerd worden in HIV-seronegatieve partners van HIV-positieve patiënten met gedocumenteerde onbeschermde seksuele blootstelling aan HIV. Organisaties: • Laboratorium voor Microbiologie, Parasitologie en Hygiëne (LMPH)
Onderzoekers: • Luc Kestens • An Tavernier
Karakterisatie van proteine-DNA bindingsinteracties a.d.h.v. vastestofnanoporien. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit werk is de ontwikkeling van een meettoestel waarmee zeer nauwkeurig, snel en goedkoop proteïne-DNA bindingsenergieën kunnen bepaald worden. De bedoeling is niet enkel om PMW's af te leiden, maar ook om coöperatieve bindingsenergieën in functie van de afstand in baseparen tussen verschillende bindingsplaatsen te kunnen bepalen. We hebben nl. reeds aangetoond dat a.d.h.v. deze energieën de methode om scores toe te kennen sterk verbeterd kan worden. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • DANIEL CHARLIER
Karakterisatie van schimmelspecies en mycotoxines die silovoeder contamineren in België. Universiteit Antwerpen Abstract: Geconserveerde ruwvoeders nemen een belangrijk deel in van het rantsoen bij herkauwers. In België vormen geconserveerde ruwvoeders niet alleen de basis voor de wintervoeding maar zijn ze ook significant aanwezig als bijvoedering tijdens het weideseizoen. Diverse ruwvoeders worden geconserveerd o.a. kuilmaIs, gemalen vochtig maIsgraan met een varierende hoeveelheid spil (CCM), gras, bietenpulp, e.a. Gezien het grote aantal van ingekuilde ruwvoeders in het rantsoen speelt de kwaliteit van bet kuilvoeder een belangrijke rol bij de groei, ontwikkeling en productieniveau van de dieren. Contaminatie van kuilvoeders met schimmels on mycotoxinen worden vaak vastgesteld en aangeduid als oorzaak van ziekten en zelfs van sterfte. Tot op heden zijn relatief weinig gegevens beschikbaar die een grondige analyse van de risico's bij schimmel contaminatie toelaten temeer dat de meeste symptomen i.v.m. dergelijke contaminaties aspecifiek zijn (verminderde vruchtbaarheid, daling van de productie, verminderde immuniteit, ca.). Het is m.a.w. vrij moeilijk een verband te leggen tussen een verminderde kwaliteit van het kuilvoeder en de waargenomen symptomon gezien deze ook andeeo oorzaken kunnen hebben. De aanwezigheid van beschimmelde kuildelen betekent niet altijd dat er mycotoxinen worden goproduceerd maar er is duidelijk een verhoogde kans. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Ronny Blust
Karakterisatie van schimmelspecies en mycotoxines die silovoer contamineren in België Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur • Vakgroep Plantaardige Productie
Onderzoekers: • Betty Heremans • Geert Haesaert
Karakterisatie van signaaltransductiewegen die betrokken zijn bij de differentiatie van pluripotente stamcellen tot levercellen.
KU Leuven Abstract: Embryonic stem cells can undergo extensive self-renewing cell divisionsand differentiate into all cell types. The Verfaillie lab developed a protocol to differentiate pluripotent stem cells towards mature hepatocyte-like cells. The protocol uses growth factor cocktails that play a role in liver embryonic development, and directs the cells stepwisethrough primitive streak, mesendoderm, definitive endoderm, and finallyto hepatocyte-like cells. Tgf members play an important role indirecting this differentiation. The purpose of this project is to studythe mechanisms underlying the ability of Tgf family members to fate pluripotent cells towards endoderm. For this study we will knock down different molecules of the Tgf signaling pathway, one by one using esiRNAs, and assessing their effect on endoderm formation and their effect on the other Tgf family members . With this study we hope gain insights into the molecular basis that is underlying ce Organisaties: • Stamcelbiologie en Embryologie
Onderzoekers: • Catherine Verfaillie • Tineke Notelaers
Karakterisatie van specifieke signaaltransductiewegen geactiveerd in humane chondrocyten bij artrose. Analyse van biologische effecten van gentherapie op het fenotype van OA kraakbeen Universiteit Gent Abstract: Met behulp van proteom analyse zullen de chondrocyten uit OA aangetast kraakbeen weefsel van patiënten vergeleken worden met de gezonde delen van het kraakbeen weefsel van dezelfde patiënt en van gezonde controle personen. Karakterisatie van specifieke signaaltransductiewegen geactiveerd in humane chondrocyten bij artrose. Analyse van biologische effecten van gentherapie op het fenotype van OA kraakbeen. Organisaties: • Vakgroep Geneesmiddelenleer
Onderzoekers: • Dieter Deforce
Karakterisatie van toxicologische effecten op het energiemetabolisme na blootstelling aan endocrien verstorende stoffen. Universiteit Antwerpen Abstract: Tijdens dit project zal bestudeerd worden of endocrien verstorende chemicaliën in staat zijn de werking van pancreas-, lever- en vetcellen te verstoren, of ze veranderingen kunnen teweegbrengen in het gehalte aan onder meer insuline, glucagon en leptine en of ze moleculaire mechanismen kunnen induceren die kunnen geassocieerd worden met bepaalde metabole ziekten zoals diabetes, obesitas en/of van cardiovasculaire ziekten. Een beperkte lijst endocrien verstorende stoffen die bekend zijn als milieuverontreinigende chemicaliën zal bestudeerd worden. Dit project beoogt aan te tonen dat deze chemicaliën de energiereserve huishouding van cellen verstoren, meer specifiek door in te grijpen op het glucose en/of lipide metabolisme. Er zal speciale aandacht gaan naar het ophelderen van de actiemechanismen die aan de oorsprong liggen van deze ontregeling. Bovendien zal dit project onderzoeken of het in vitro model in de toekomst als alternatief testsysteem kan gebruikt worden voor het opsporen en toxicologisch karakteriseren van endocrien verstorende stoffen in relatie tot het insuline/glucagon gerelateerd metabolisme. Hierbij wordt gedacht aan het opsporen van een beperkte reeks biomerkergenen die een toxicologisch voorspellende en/of xeno-oestrogene karakteriserende waarde hebben. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Karlijn Van der Ven • Tine Hectors
Karakterisatie van toxicologische effecten op het energiemetabolisme na blootstelling aan endocrien verstorende stoffen. Universiteit Antwerpen Abstract: Tijdens dit project zal bestudeerd worden of endocrien verstorende chemicaliën in staat zijn de werking van pancreas-, lever- en vetcellen te verstoren, of ze veranderingen kunnen teweegbrengen in het gehalte aan onder meer insuline, glucagon en leptine en of ze moleculaire mechanismen kunnen induceren die kunnen geassocieerd worden met bepaalde metabole ziekten zoals diabetes, obesitas en/of van cardiovasculaire ziekten. Een beperkte lijst endocrien verstorende stoffen die bekend zijn als milieuverontreinigende chemicaliën zal bestudeerd worden. Dit project beoogt aan te tonen dat deze chemicaliën de energiereserve huishouding van cellen verstoren, meer specifiek door in te grijpen op het glucose en/of lipide metabolisme. Er zal speciale aandacht gaan naar het ophelderen van de actiemechanismen die aan de oorsprong liggen van deze ontregeling. Bovendien zal dit project onderzoeken of het in vitro model in de toekomst als alternatief testsysteem kan gebruikt worden voor het opsporen en toxicologisch karakteriseren van endocrien verstorende stoffen in relatie tot het insuline/glucagon gerelateerd metabolisme. Hierbij wordt gedacht aan het opsporen van een beperkte reeks biomerkergenen die een toxicologisch voorspellende en/of xeno-oestrogene karakteriserende waarde hebben. Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Karlijn Van der Ven • Tine Hectors
Karakterisatie van toxicologische werkingsmechanismen en effect-evaluatie van perfluorverbindingen bij mariene en estuariene organismen. Universiteit Antwerpen Abstract: Tot nog toe heeft wetenschappelijk (eco)toxicologisch onderzoek zijn aandacht vooral gericht op gechloreerde en gebromeerde organochemicaliën. Fluorverbindingen werden echter veel minder bestudeerd. Nochtans zijn deze stoffen zeer inert en daarom werden ze in het verleden als veilig beschouwd voor mens en milieu. Deze stoffen werden reeds verschillende decennia in enorme hoeveelheden (jaarlijks circa 4500 ton) geproduceerd en kennen wereldwijd uiteenlopende industriële en commerciële toepassingen. Zo worden ze gebruikt als koelmiddel en surfactans en als component van farmaceutische producten, brandvertragers, smeermiddelen, kleefstoffen en insecticiden. Eén specifieke klasse van fluorchemicaliën, met name de perfluorsulfonzuren met perfluorooctaan sulfonzuur (PFOS) als belangrijkste vertegenwoordiger, wordt veelvuldig gebruikt als katalysator in chemische productieprocessen en als industrieel surfactans. Ondanks de massale, wereldwijde productie en verspreiding en het feit dat deze verbindingen weinig tot niet gemetaboliseerd worden, is er weinig geweten over de toxiciteit van perfluorchemicaliën. Er zijn aanwijzingen dat het energiemetabolisme en de ionenbalans verstoord worden en dat peroxisoomproliferatie geïnduceerd wordt bij Rodentia en zoetwater vissen. Informatie over andere biochemische effecten en mogelijke effecten bij verschillende species uit de mariene voedselketen is zeer beperkt.
De centrale doelstellingen van dit project zijn dan ook enerzijds de karakterisatie van de verspreiding van PFOS en aanverwante chemicaliën in aquatische biotopen in Europa en anderzijds het achterhalen van hun toxicologische werkingsmechanismen en de potentiële impact op verschillende mariene en estuariene soorten. Het vroegtijdig opsporen van toxische effecten op moleculair niveau vormt een zeer belangrijk aspect in dit onderzoek. Dankzij recente ontwikkelingen in de gentechnologie kan men effecten (inductie & repressie) op het niveau van messenger RNA bestuderen. Dergelijke PFOS-specifieke genen kunnen mogelijks als biomarker in ecotoxicologische studies worden gebruikt. Meer specifiek bestaat de doelstelling van dit onderzoek uit een aantal facetten: 1)Chemische karakterisatie: het vaststellen van de actuele milieuconcentraties aan perfluorverbindingen in aquatische organismen en bestuderen van bioaccumulerend vermogen doorheen de voedselketen 2)Differentiële genexpressie: isolatie en identificatie van differentieel geëxpresseerde genen in zeebaars na blootstelling aan perfluorooctaan sulfonzuur (PFOS) 3)Gericht biomarker onderzoek: ontwikkelen van suborganismale (biochemische, fysiologische) eindpunten (biomarkers) voor het bepalen van specifieke effecten van fluorochemicaliën 4)Biomonitoring: via een monitoringscampagne zal getracht worden de reële impact van deze verbindingen op mariene en estuariene organismen in te schatten Organisaties: • ECOFYSIOLOGIE EN BIOCHEMIE • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Kristin Van de Vijver
Karakterisatie van toxicologische werkingsmechanismen en effect-evaluatie van perfluorverbindingen bij mariene en estuariene organismen. Universiteit Antwerpen Abstract: Tot nog toe heeft wetenschappelijk (eco)toxicologisch onderzoek zijn aandacht vooral gericht op gechloreerde en gebromeerde organochemicaliën. Fluorverbindingen werden echter veel minder bestudeerd. Nochtans zijn deze stoffen zeer inert en daarom werden ze in het verleden als veilig beschouwd voor mens en milieu. Deze stoffen werden reeds verschillende decennia in enorme hoeveelheden (jaarlijks circa 4500 ton) geproduceerd en kennen wereldwijd uiteenlopende industriële en commerciële toepassingen. Zo worden ze gebruikt als koelmiddel en surfactans en als component van farmaceutische producten, brandvertragers, smeermiddelen, kleefstoffen en insecticiden. Eén specifieke klasse van fluorchemicaliën, met name de perfluorsulfonzuren met perfluorooctaan sulfonzuur (PFOS) als belangrijkste vertegenwoordiger, wordt veelvuldig gebruikt als katalysator in chemische productieprocessen en als industrieel surfactans. Ondanks de massale, wereldwijde productie en verspreiding en het feit dat deze verbindingen weinig tot niet gemetaboliseerd worden, is er weinig geweten over de toxiciteit van perfluorchemicaliën. Er zijn aanwijzingen dat het energiemetabolisme en de ionenbalans verstoord worden en dat peroxisoomproliferatie geïnduceerd wordt bij Rodentia en zoetwater vissen. Informatie over andere biochemische effecten en mogelijke effecten bij verschillende species uit de mariene voedselketen is zeer beperkt. De centrale doelstellingen van dit project zijn dan ook enerzijds de karakterisatie van de verspreiding van PFOS en aanverwante chemicaliën in aquatische biotopen in Europa en anderzijds het achterhalen van hun toxicologische werkingsmechanismen en de potentiële impact op verschillende mariene en estuariene soorten. Het vroegtijdig opsporen van toxische effecten op moleculair niveau vormt een zeer belangrijk aspect in dit onderzoek. Dankzij recente ontwikkelingen in de gentechnologie kan men effecten (inductie & repressie) op het niveau van messenger RNA bestuderen. Dergelijke PFOS-specifieke genen kunnen mogelijks als biomarker in ecotoxicologische studies worden gebruikt. Meer specifiek bestaat de doelstelling van dit onderzoek uit een aantal facetten: 1)Chemische karakterisatie: het vaststellen van de actuele milieuconcentraties aan perfluorverbindingen in aquatische organismen en bestuderen van bioaccumulerend vermogen doorheen de voedselketen 2)Differentiële genexpressie: isolatie en identificatie van differentieel geëxpresseerde genen in zeebaars na blootstelling aan perfluorooctaan sulfonzuur (PFOS) 3)Gericht biomarker onderzoek: ontwikkelen van suborganismale (biochemische, fysiologische) eindpunten (biomarkers) voor het bepalen van specifieke effecten van fluorochemicaliën 4)Biomonitoring: via een monitoringscampagne zal getracht worden de reële impact van deze verbindingen op mariene en estuariene organismen in te schatten Organisaties: • Systemisch Fysiologisch en Ecotoxicologisch Onderzoek (SPHERE)
Onderzoekers: • Wim De Coen • Kristin Van de Vijver
Karakterisatie van Transient Receptor potential (TRP) in humaan endometrium: in health and disease. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Orgaansystemen
Onderzoekers: • Thomas D'Hooghe • Joris Vriens
Karakterisatie van TRPM3, een nieuw hitte-gevoelig ionenkanaal in nociceptors. KU Leuven Abstract: Het aanvoelen van temperatuur is absoluut essentieel voor overleving. Een snelle reactie bij contact met extreem koude of hete voorwerpen is noodzakelijk om mogelijk fatale schade te voorkomen. Bovendien, om een lichaamstemperatuur van ~37 graden te behouden moeten warmteproductie en warmteverlies elkaar in evenwicht houden. Dit vereist een accurate waarneming van de temperatuur in de huid en inwendige organen.In eerder werk werd aangetoond dat verschillende ionenkanalan van de TRP-superfamiliesterk op temperatuur reageren en werken als de thermometers in het menselijk lichaam. De sensor voor extreme hitte was echter niet gekend. In dit project wordt onderzocht of TRMP3 fungeert als de sensor voor extremehitte en voor pijn. Organisaties: • Laboratorium voor Ionenkanaalonderzoek
Onderzoekers:
• Thomas Voets • Joris Vriens
Karakterisatie van T. vivax sialidase als doelwit in de bestrijding van trypanosomiase. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Karakterisatie van T. vivax sialidase als doelwit in de bestrijding van trypanosomiase. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • Stefan MAGEZ
Karakterisatie van VASA-expresserende cellen, afkomstig van humane embryonale stamcellijnen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Uiteenzetting van het voorgestelde project Recent werden mannelijke en vrouwelijke gameten afgeleid van muriene embryonale stamcellen (mESC) (Hübner et al., 2003; Toyooka et al., 2003; Geijsen et al., 2004; Nayernia et al., 2006). Hoewel het onderzoek naar de differentiatie van humane embryonale stamcellen (hESC) tot gameten nog zeer jong is, wordt verwacht dat hESC een vergelijkbare differentiatiecapaciteit bezitten. In de mens is de expressie van VASA beperkt tot de kiemcellen, beginnend in migrerende primordiale kiemcellen tot en met de spermatiden en eicellen (Castrillon et al., 2000). In tegenstelling tot vroegere kiemcelmerkers, zoals DAZL en POU5F1, komt VASA niet tot expressie in hESC, waardoor het een goede merker is voor kiemceldifferentiatie vanuit hESC. Onze onderzoeksgroep slaagde er recent in om verhoogde expressie van VASA teweeg te brengen via een gerichte differentiatie van humane embryonale stamcellen (artikel in voorbereiding). Hierbij werd gebruik gemaakt van twee verschillende differentiatie protocols die werken via een 'embryoid body' aanpak. In het eerste protocol worden bone morphogenetic proteins 4, 7, 8b en 2 (BMP) toegevoegd aan het standaard differentiatiemedium; het tweede protocol maakt gebruik van ditzelfde standaard differentiatiemedium dat door een muriene Sertolicellike cellijn geconditioneerd werd. Dit onderzoek betekende een eerste stap in onze kennis over de differentiatie capaciteit van hESC tot primordiale kiemcellen en gameten. In een volgende stap is het belangrijk om deze VASA-expresserende cellen, afkomstig van hESC te karakteriseren. In een eerste stap willen we de proteïne expressie van de cellen bestuderen. Hiervoor willen we antilichamen gebruiken tegen VASA, POU5F1, C-KIT en SCP-3. Deze proteïnen komen op verschillende momenten tijdens de kiemceldifferentiatie tot expressie en het combineren van de verschillende expressiepatronen kan een inzicht geven in welk stadium van differentiatie de cellen zich bevinden. Zo komt POU5F1 tot expressie van de premigratoire tot de migratoire primordiale kiemcellen (PGCs); start de expressie van VASA en C-KIT in de migratoire primordiale kiemcellen en kan SCP-3 pas gedetecteerd worden in post-migratoire PGCs, als merker van de meiose (Clark et al., 2004). De proteïne-expressie zal geanalyseerd worden door middel van dubbelkleuringen met verschillende combinaties van de 4 antilichamen, in combinatie met fluorochroom-gelabelde secundaire antilichamen, zodat visualisatie met behulp van een confocale microscoop mogelijk is. Als tweede belangrijke karakterisatiestap willen we de methylatiestatus van enkele genen onderzoeken door middel van bisulfiet behandeling en pyrosequencing. Tijdens de gametogenese wordt de DNA-methylatie van de cellen uitgewist en, in functie van het geslacht, ontstaat er een nieuw imprintingspatroon in de gameten (Allegruci et al., 2005). Wij willen nagaan of deze algemene demethylatie optreedt tijdens de differentiatie van hESC naar VASA-expresserende cellen. Hiervoor willen we, naast de methylatie van enkele 'normale' genen, ook de methylatie van de geïmprintte Igf2/H19 locus op de BWS (Beckwith-Wiedemann Syndroom) cluster (chromosoom 11) onderzoeken (Weksberg et al., 2003). De combinatie van de proteïne-expressie en de methylatiestatus van de in vitro gedifferentiëerde humane embryonale stamcellen, moet ons in staat stellen om vrij nauwkeurig de differentiatie status van deze cellen te bepalen. Bovendien zullen we hierdoor een duidelijk beeld krijgen van de differentiatie capaciteit van hESC naar gameten. Organisaties: • Embryologie en Menselijke Genetica
Onderzoekers: • KAREN SERMON • HERMAN TOURNAYE
Karakterisatie van verborgen overervingspatronen in high throughput genomische data met behulp van geavanceerde data mining technieken. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Cognitieve Genetica (COGNET)
Onderzoekers: • Geert Vandeweyer
Karakteriseren van gastheer-pathogeen interacties en biofilmvorming bij patiënten met ventilator-geassocieerde pneumonie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Samir Kumar-Singh • Herman Goossens • Surbhi Malhotra
Karakteriseren van genen en moleculaire mechanismen voor neurodegeneratie van de frontale en temporale hersenkwab (FTLD) door een geïntegreerde aanpak van moleculaire genetica en functionele genomica. Universiteit Antwerpen Abstract: Degeneratie van frontotemporale hersenkwabben (FTLD) vertegenwoordigen de tweede meest frequente oorzaak van dementie in de bevolkingsgroep jonger dan 65 jaar. Erfelijkheid speelt een belangrijke rol in de etiologie van FTLD. Meer dan 50% van familiale FTLD blijft onverklaard door de gekende FTLD-genen. Bovendien wordt de klinische expressie van causale mutaties in gekende FTLD-genen beïnvloed door ongekende factoren. Ook de pathways waarin deze genen actief zijn blijven ongekend. Het doel van dit project is het opsporen van nieuwe genen en pathways die FTLD veroorzaken, het risico erop verhogen, of invloed hebben op de aanvangsleeftijd. Hiervoor zullen we een geïntegreerde strategie toepassen van moleculair genetische en functioneel genomische studies. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Marc Cruts • Christine Van Broeckhoven
Karakterisering en analyse van zwevende stoffen in meerdere werkplaatsatmosferen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds VLIR. UA levert aan VLIR de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • AXES
Onderzoekers: • Pierre Van Espen
Karakterisering en biobeschikbaarheid van organisch materiaal aan de basis van mariene voedselwebben Universiteit Gent Abstract: De hoeveelheid en biobeschikbaarheid van organisch materiaal dat de zeebodem bereikt, wordt beschouwd als een belangrijke structurende factor voor de trofische samenstelling van benthische gemeenschappen. Om de kwaliteit van organisch materiaal nader te bepalen, zal een Victor 3 multilabel reader gebruikt worden. Dit toestel laat toe om verschillende bepalingen van voedselbronnen uit te voeren zoals celkwantificatie, celcondities, enzymatische activiteit, eiwitmetingen. Organisaties: • Vakgroep Biologie
Onderzoekers: • Magda Vincx
Karakterisering en bronnen van koolstofhoudende atmosferische aërosolen Universiteit Gent Abstract: Het onderzoeksproject omvat: (1) ontwikkeling en aanwending van verbeterde monsternemingsprocédés en analysemethoden voor koolstofhoudende atmosferische aërosolen (2) identificatie van nieuwe organische verbindingen in continentale aërosolen (3) gedetailleerde karakterisering van het koolstofhoudende aërosol in Europa en in tropische en evenaarsgebieen (4) brontoewijzing en chemische massa "closure" en (5) inschatten van de directe en indirecte effecten van koolstofhoudende aërosolen op het klimaat. Organisaties: • Vakgroep Analytische chemie
Onderzoekers: • Willy Maenhaut
Karakterisering en bronnen van koolstofhoudende atmosferische aërosolen. Universiteit Antwerpen Abstract: Het project heeft tot doel de fijne deeltjes fractie (aërodynamische diameter < 2 ?m) van atmosferische aërosolen, die van belang zijn voor het klimaat en de gezondheid van mens en dier beter te karakteriseren. De nadruk zal worden gelegd op: 1. gedetailleerde karakterisatie van organische verbindingen die zure groepen bevatten; 2. ontwikkeling van methodologie voor de bepaling van water oplosbare verbindingen, met inbegrip van levoglucosaan en humus-achtige verbindingen; en 3. bepaling van merkerverbindingen voor atmosferische oxidatieprocessen en biomassaverbranding. Organisaties: • Bio-organische massaspectrometrie • Bio-organische massaspectrometrie
Onderzoekers: • Magda Claeys-Maenhaut
Karakterisering en functionaliteit van enzymatisch geproduceerde cacaoboterequivalenten Universiteit Gent Abstract: Cacaoboter (CB) is een belangrijk ingrediënt in chocolade en andere zoetwaren. Er is een toenemende vraag naar chocoladeproducten en doordat de prijs van CB hoog is en het aanbod onzeker en variabel is, moeten alternatieven zoals cacaoboter equivalenten (CBE) worden gevonden. Commerciële en goedkope plantaardige oliën kunnen worden gemodificeerd tot waardevolle producten door middel van enzym gekatalyseerde modificaties. De vetzuren (FA) samenstelling op TAG hoofdketen is de belangrijkste eigenschap van de olie van waaruit wordt gestart. Vrije vetzuren (FFA) kunnen worden gebruikt in dit soort reacties. Omdat voor CBE productie de sn-2 positie, die oliezuur bevat, ongewijzigd moet blijven, wordt een 1,3 specifiek enzym gebruikt voor dat doel. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Koen Dewettinck
Karakterisering en modellering van de variabiliteit in de mechanische eigenschappen van composieten op basis van natuurlijke vezels. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Afdeling PMA
Onderzoekers: • Stepan Vladimirovitch Lomov • Dirk Vandepitte • David Moens • Jan Ivens
Karakterisering en modulatie van de enterische neuroimmune omgeving tijdens sepsis-geïnduceerde ileus. Universiteit Antwerpen Abstract: Ileus is een klinische entiteit die optreedt na heelkundige manipulaties of bij sepsis, en wordt gedefinieerd als de inhibitie van de motiliteit van de volledige gastro-intestinale tractus. Ileus draagt bij tot het onderhouden en verergeren van sepsis door aantasting van de mucosale
barrièrefunctie, waardoor bacteriële translocatie optreedt. Recent werd erkend dat zowel inflammatoire immuuncellen als intestinale neuronen deze motiliteitsstoornissen kunnen beïnvloeden. Doel van dit project is dan ook de karakterisering en modulatie van de neuro-immune spelers in een muizenmodel waarin septische ileus werd geïnduceerd door intraperitoneale injectie van endotoxines. Organisaties: • Laboratorium Experimentele geneeskunde en Pediatrie (LEMP)
Onderzoekers: • Benedicte De Winter • Paul Pelckmans • Sara Nullens
Karakterisering en modulatie van microglia responsen na transplantatie van allogene beenmerg-afgeleide stromale cellen in het centrale zenuwstelsel van immuun-competente muizen. Universiteit Antwerpen Abstract: De korte/lange termijn overleving van allogene beenmerg-afgeleide stromale celtransplanten zal worden bepaald door combinatie van niet-invasieve in vivo imaging technieken, immunohistochemische analyses specifiek voor de verschillende betrokken celtypes en immunologische tests (ELISPOT). De stromale cellen zullen genetisch gemanipuleerd worden ter expressie van neuro-immuun regulerende proteïnen teneinde de microglia responsen te moduleren. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Bart Tambuyzer
Karakterisering en optimalisering van polyesterbuizen voor drinkwatertoepassingen.(IWT onderzoeksmandaat Els VERDONCK)) Vrije Universiteit Brussel Abstract: De bedoeling van het projekt is de eigenschappen van polyesterbuizen te optimaliseren specifiek voor drinkwatertoepassingen. Voornamelijk de contaminatie van het drinkwater door (1) migratie van residuele laagmoleculaire componenten van de kunststof in het water, (2) de permeatie van bodemvervuiling, en (3) de hydrolyse van de kunststof op langere termijn, zullen bestudeerd worden. Er zal gesleuteld worden aan zowel da basisgrondstoffen als het polymerisatiemechanisme, als de produktiemethode. Implcaties van economische aard (optimalisering prijskwaliteitverhouding) zullen nauwgezet in het oog worden gehouden. Er zal gestreefd worden naar een beter en meer systematisch inzicht in de relatie tussen struktuur en eigenschappen van de gebruikte onverzadigde polyesters. Organisaties: • Fysische Scheikunde en Polymeren
Onderzoekers: • BRUNO VAN MELE
Karakterisering en validatie van ApoE-/- Abcc6-/- muizen als een diermodel voor ruptuur van atherosclerotische plaques. Universiteit Antwerpen Abstract: Het ruptureren van atherosclerotische plaques blijft een belangrijke oorzaak van acute cardiovasculaire syndromen en plotse dood. Er is daarom nood aan nieuwe plaquestabiliserende therapieën, maar een geschikt diermodel voor plaqueruptuur is niet voorhanden. We hebben onlangs vastgesteld dat ApoE-/- muizen met een heterozygote mutatie (C1039G+/-) in het fibrilline-1 (Fbn1) gen elastinefragmentatie en arteriële stijfheid vertonen waardoor er acute plaqueruptuur, myocardinfarcten, beroerten en plotse dood optreedt. Hoewel elastinefragmentatie in ApoE-/- Fbn1C1039G+/- muizen plaquerupturen lijkt the bevorderen, zijn er momenteel onvoldoende gegevens die deze stelling staven. Daarom wensen we in dit onderzoeksproject gebruik te maken van een ander muismodel voor elastinedegradatie, namelijk ApoE-/Abcc6-/- muizen. Deze dieren ontwikkelen elastinefragmentatie via een alternatief mechanisme dat steunt op de progressieve mineralisatie van de vaatwand. Na bevestiging van elastinefragmentatie in ApoE-/- Fbn1C1039G+/- muizen heeft het project volgende hoofddoelstellingen: 1) Karakterisering van ApoE-/- Fbn1C1039G+/- muizen voor de ontwikkeling van atherosclerotische plaques en plaquerupturen. 2) Validatie van dit muismodel voor plaquerupturen met bestaande plaquestabiliserende geneesmiddelen (statines). 3) Studie van de effecten van everolimus als een nieuwe plaquestabiliserende therapie. Algemeen kan dit onderzoeksvoorstel meer inzichten verschaffen in de mechanismen van plaqueruptuur. Bovendien zou het project toelaten om potentiële plaquestabiliserende therapieën op een snelle wijze te evalueren op echte klinische eindpunten van plaqueruptuur in muizen. Organisaties: • Fysiofarmacologie (FAR)
Onderzoekers: • Gilles De Keulenaer • Wim Martinet • Bieke Van der Veken
Karakterisering op atomaire schaal van nanostructuren (FinFET) met Atom Probe Tomografie KU Leuven Abstract: The present evolution in semiconductor technologies implies an increasing importance of 3D-structures with nanoscale dimensions. Their development and understanding is intimately linked with the ability to obtain information on their structure, 3D-composition, dopant distribution etc...The latter is a complex task as these structures have nm-scale dimensions and are composed of heterogeneous materials including insulators. In this Ph.D. project we focus on the compositional characterization of 3D-nanostructures using the tomographic atomprobe with a focus on the analysis of FINFET#s (bulk and SOI). Potential extension towards other 3D-structures (nanowires, CNT#s,..) will be considered when appropriate. The atomprobe is an emerging concept geared towards 3D-characterization withsub-nm spatial resolution. However prior to its routine application for3D-semiconductors, many issues still need to be resolved in particular because the FINFET#s represent a very heterogeneous device. The sol Organisaties: • Afdeling Kern- en Stralingsfysica
Onderzoekers: • Wilfried Vandervorst • Ajay Kumar Kambham
Karakterisering van A20 als cellulaire inhibitor van NF-kB afhankelijke genexpressie in respons op T-cel-receptor stimulatie
Universiteit Gent Abstract: De transcriptiefactor NF-kB speelt een regulatorische rol bij immuun responsen, lymfoide differentiatie, groeicontrole en ontwikkeling. Deregulatie van NF-kB activiteit werd waargenomen bij verschillende ziektebeelden. Een aantal cellulaire componenten die de activering van NF-kB kunnen inhiberen werden reeds gekarakteriseerd, waaronder het zinkvinger eiwit A20. Dit onderzoeksproject bestudeert de rol van A20 bij negatieve feedback regulatie van T cel receptor gemedieerde activering van NF-kB. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Karakterisering van ACR4 receptor kinase gemedieerde formatieve celdelingen in de Arabidopsis wortel Universiteit Gent Abstract: Tijdens groei en ontwikkeling hebben meercellige organismen nood aan delingen die aanzet geven tot nieuwe weefsels en organen. In planten steunt de regulatie van deze delingen enerzijds op een complexe transcriptionele regulatie, maar anderzijds werden recent verschillende ligand-receptor-gerelateerde mechanismen beschreven die verantwoordelijk zijn voor cruciale positionele informatie. In dit project wordt voorgesteld om één van die mechanismen, namelijk de ACR4-gemedieerde regulatie van formatieve delingen in de wortel van Arabidopsis thaliana, verder te karakteriseren. Ten eerste, gebruik makend van een aantal gekende factoren zal ACR4 geplaatst worden binnen of parallel met een netwerk van regulatoren. Ten tweede, met behulp van verschillende technieken zal op zoek gegaan worden naar de doeleiwitten van dit membraangeassocieerde receptor kinase. Ten derde, een belangrijke regulerende functie van een dergelijk mechanisme wordt uitgeoefend door het ligand en gebruik makend van verschillende methodes wordt op zoek gegaan naar het ligand. Samen zullen deze drie luiken leiden tot een gedetailleerde karakteriseren van de ACR4-afhankelijke ligand-receptor signalisatie die formatieve delingen in de wortel controleert. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Tom Beeckman
Karakterisering van auxine-geïnduceerde Ca2+ signalisatie via chemische biologie Universiteit Gent Abstract: Auxine is een van de belangrijkste hormonen die plantenontwikkeling sturen. Recent ontdekten we dat calcium een belangrijke rol speel in de regulatie van auxine transport. Hier zullen we een bibliotheek van chemicaliën screenen voor inhibitoren van auxine-geïnduceerde calcium signalisatie. Door de analyse en karakterisering van deze moleculen en hun doelwit-eiwitten zal het mogelijk zijn om het onderliggende proces te ontrafelen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Tom Beeckman • Steffen Vanneste
Karakterisering van bedrukte verpakkingsmaterialen (papier/karton en kunststoffen) voor levensmiddelen: organoleptische en migratieaspecten Universiteit Gent Abstract: De innovativiteit van dit Project zal erin bestaan snelle off-line (massaspectrometrie-gebaseerde elektronische neustechnologie of MSnosetechnolgie en Selected Ion Flow Tube-massaspectrometrie of SIFT-MS) en in-line (convetionele elektronische neus of e-nose) detectiesystemen te onderzoekn en te optimaliseren, specifiek gericht naar geurkrachtige verbindingen uit verpakkingsmaterialen. Teven zullen de ervaringen opgedaan met papier/karton (o.a. met geurarme inkten, drukprocedés, coatings,...) worden uitgebreid naar bedrukte polymere verpakkingen. Ook voor deze polymere dragers zullen snelle analysetechnieken worden ontwikkeld. Zowel het migratieprofiel als het migratiegedrag van niet-vluchtige componenten uit inkten en lijmen zullen gekarakteriseerd en geëvalueerd worden. Er zal ook een beter beeld verkregen worden van wat het effect is van lamineren, bedrukken en andere processen tijdens productie van verpakkingsmaterialen op het migratiegedrag van de uiteindelijke verpakking. Eveneens zal dit TETRA-Project worden uitgebreid naar nieuw ontwikkelde bio-inkten en biolijmen, die stilaan aan marksegment winnen. Op basis van de bekomen resultaten zal een kwaliteitsborgingssysteem worden uitgewerkt, dat implementeerbaar is bij de verpakkingsproducenten. Aan de hand van richtlijnen als onderdeel van een GMP zal getracht worden de verpakkingsproducenten te voorzien van objectieve informatie betreffende het migratiearm en geurarm produceren van innovatieve verpakkingsmaterialen, bestemd voor levensmiddelen. Deze kennistransfer zal echter ook een economische finaliteit hebben voor de voedingsindustrie, aangezien het valorisatietraject zich ook zal toespitsen op deze sector. Organisaties: • Vakgroep Voedselveiligheid en Voedselkwaliteit
Onderzoekers: • Bruno De Meulenaer
Karakterisering van biologisch actieve plantmetabolieten en koolstofhoudende aerosolen met behulp van massaspectrometrische methoden. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project nemen we ons voor om structuuronderzoek verder te zetten aan biologisch actieve plantmetabolieten en koostofhoudende aërolsolen m.b.v. massaspectrometrische methodologie die gebaseerd is op een zachte ionisatietechniek, meer bepaald, elctrospray ionisatie (ES), botsings-geïnduceerde fragmentatie ("collision-induced dissociation", afgekort CID) en tandem massaspectrometrie. Methoden zullen worden ontwikkeld voor het bepalen van de sterkte van niet-covalente drug-haemine interacties, voor de karakterisering van plantmetabolieten in ruwe extracten met een potentiële antimalaria werking, en voor de structuurbepaling van biologisch actieve plantmetabolieten geïsoleerd uit medicinale planten en van polaire organische moleculen in aërosolen. De navorsingen gepland in het kader van dit project houden verband met : 1) Onderzoek over de niet-covalente interactie tussen haemine en plantmetabolieten met potentiële antiplasmodiale activiteit; 2) Structuuropheldering van ongekende biologisch actieve plantmetabolieten, geïsoleerd uit medicinale planten; 3) Structuuropheldering van oxidatieproducten van isopreen in smogkamer- en biogene natuurlijke aërosolen. Organisaties: • Bio-organische massaspectrometrie
Onderzoekers: • Luc Pieters • Magda Claeys-Maenhaut
Karakterisering van circulerende dendritische cellen (DC) in multiple sclerose (MS): bepaling van subtypes en functionaliteit. Universiteit Antwerpen Abstract: Tot op heden is er weinig geweten over de verdeling van myeloïde en plasmacytoïde (pDC) dendritische cellen in de circulatie van MSpatiënten. Om de hypothese te staven dat een verschillende verdeling van DC subtypes en/of functie bijdraagt tot een verstoring van de regulatie van de balans tussen immuniteit en tolerantie, zullen we zowel aantal, fenotype als functie van DC in het perifeer bloed van MS-patiënten en gezonde individuen bepalen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Nathalie Cools
Karakterisering van cis-regulatorische codes en netwerken in Drosophiladoor een combinatie van genetische perturbaties, digitale genexpressie en bioinformatica. KU Leuven Abstract: Genregulatie is onontbeerlijk voor de uitvoering van ontwikkelingsprogramma's, de vorming van cellulaire en evolutionaire diversiteit, en het ontstaan van ziekten. Recente ontwikkelingen in de regulatorische genomica hebben geleid tot nieuwe inzichten in bepaalde aspecten van transcriptionele regulatie, maar de eigenlijke kennis van de genomische cis-regulatorische code en transcriptionele netwerken blijft beperkt. het doel vandit onderzoeksproject is om transcriptionele netwerken en nieuwe aspecten van de syntax en semantiek van de cis-regulatorische logica te ontrafelen. Gebruik makend van oogontwikkeling in de fruitvlieg Drosophila melanogaster en van recente technologische vooruitgang zowel in digitale genexpressie als in Drosophila genetica, tracchten we een compendium op testellen van transcriptoom perturbaties doorheen de ontwikkeling van hetoog. Vervolgens zullen we dit compendium in silico dissecteren om directe regulatorische interacties te voorspellen tussen transcriptiefact Organisaties: • Departement Menselijke Erfelijkheid
Onderzoekers: • Stein Aerts
Karakterisering van Cystinyl aminopeptidase (EC .11.3) met nieuw ontwikkelde angiotensine IV analogen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit onderzoeksproject kadert binnen de ontrafeling van de moleculaire mechanismen die aan de grondslag liggen van de (patho)fysiologie van het renine-angiotensine systeem, welk betrokken is in de bloeddruk en bloedvolume regulatie. Momenteel is onze aandacht vooral gericht op het 3-8 fragment van angiotensine II, Ang IV. Dit peptide medieert afwijkende effecten en het voorkomen van hoge affiniteit-bindingsplaatsen heeft geleid tot het concept van de AT4 receptor (recent gekarakteriseerd als het insuline gereguleerde aminopeptidase, IRAP). Ang IV faciliteert geheugenprocessen en verhoogt de renale natrium en water excretie. Het voorgestelde project bestaat uit drie delen: In deel1 bestuderen we de Ang IV gemedieerde centrale en periphere effecten en de onderliggende moleculaire en cellulaire mechanismen. In deel2 zullen we nieuwe AT4 receptor liganden synthetizeren en karakterizeren, waarmee we niet alleen de selectiviteit t.o.v. andere angiotensine receptoren en aminopeptidasen willen verbeteren doch ook hun stabiliteit. Hiernaast willen we ook fluorescent gemerkte verbindingen aanmaken. In deel3 onderzoeken we het voorkomen en de translocatie van AT4/IRAP in monocyten/macrofagen. Tenslotte willen we methoden ontwikkelen voor de detectie van de gesecreteerde vorm van IRAP als een potentiële bio-merker. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen • Scheikunde
Onderzoekers: • DIRK TOURWE • PATRICK VANDERHEYDEN • GEORGES VAUQUELIN
Karakterisering van de biologische aspecten van progranuline in axonaleregeneratie en frontotemporale kwabdegeneratie, een translationele studie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium voor Neurobiologie (VRC)
Onderzoekers: • Ludo Van Den Bosch • Philip Van Damme • Sander Beel
Karakterisering van de biologische effecten van progranuline in axonaledegeneratie en frontotempoorale kwabdegeneratie/amyotrofische laterale sclerose, een translationele studie KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium voor Neurobiologie (VRC)
Onderzoekers: • Philip Van Damme
Karakterisering van de doelwitgenen van neurogenine 3. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Karakterisering van het doelwitgen Neurogenine 3. Organisaties: • Medische Biochemie
Onderzoekers: • Henry HEIMBERG
Karakterisering van de fysiologische rol van de NF-kB en IFN regulerende eiwitten A20 en DUBA door genetische modificaties in de muis Universiteit Gent
Abstract: A20 en DUBA zijn twee eiwitten die de immuunrespons negatief reguleren, maar de fysiologische rol van deze eiwitten in specifieke weefsels of celtypes is grotendeels ongekend. Het doel van dit project is dan ook de studie naar de functie van A20 en DUBA via het genereren en karakteriseren van conditionele genmodificaties in de muis. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert • Geert van Loo
Karakterisering van de fysiologische substraten van het hepatitis C virus NS3-4A protease en proteoomanalyse van de invloed van NS3 inhibitor(en) op de gastcel Universiteit Gent Abstract: In dit project zullen met nieuwe proteoomanalytische technieken de fysiologische substraten van het HCV NS3-4A protease gakrakteriseerd worden, zowel in vitro als in vivo. Mogelijks zal dit leiden tot de ontdekking van specifieke HCV biomerkers. Daarnaast zullen de nefaste gevolgen van de huidige NS3 remmers proteoomanalytisch bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Geert Leroux-Roels • Kris Gevaert
Karakterisering van de geïnduceerde systemische ziekteresistentie (ISR)door Trichoderma spp. als basis voor de identificatie van stammen met hoog biocontrole-potentieel KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centr. Microbiële en Plantengenetica
Onderzoekers: • Bruno Cammue • N. N.
Karakterisering van de in vivo rol van de MALT1 protease activiteit bij inflammatie en immuniteit Universiteit Gent Abstract: Ongecontroleerde immuun activering kan leiden tot ontsteking en autoimmuniteit. MALT1 is een intracellulair protease dat een sleutelrol vervult bij antigen geïnduceerde signaaltransductie in lymfocyten. De fysiologische rol van MALT1 bij de ontwikkeling van ziektes is echter grotendeels ongekend. Het doel van dit project is dit te bestuderen aan de hand van genetisch gemodificeerde muismodellen. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert • DELPHINE MUYLAERT
Karakterisering van de in vivo rol van de MALT1 protease activiteit bij inflammatie en immuniteit Universiteit Gent Abstract: Lymfocyt activatie speelt een cruciale rol bij de immuunrespons en een defect resulteert in ernstige immuunstoornissen/lymfoma's. Het paracaspase MALT1 is hierbij van speciaal belang, alhoewel het exacte mechanisme waarbij het NF-kB activeert nog ongekend is. Het doel van het project is om dit te onderzoeken via nieuw ontwikkelde conditionele gen targeting muismodellen, (1) MALT1 inactief en (2) MALT1 resistent A20, alsook via MALT1 protease inhibitoren. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Karakterisering van de morfologische, ecofysiologische, celfysiologische en moleculaire respons van baobab (Adansonia digitata L.) op droogtestress. Universiteit Antwerpen Abstract: De Afrikaanse baobab (Adansonia digitata L.) speelt een essentiële socio-economische rol in de rurale levensgemeenschappen van West-Afrika. Bijna alle delen van de boom worden gebruikt, en dit voor een grote verscheidenheid aan toepassingen. Ondermeer in de voeding is de baobab uiterst belangrijk. Zo spelen de bladeren, vruchtpulp en zaden een essentiële rol in de bereiding van traditionele maaltijden en in tijden van schaarste en hongersnood. De bladeren vormen ondermeer een goede bron van eiwitten, vitamine A en calcium, en de vruchtpulp is een uitermate goede leverancier van vitamine C. Ondanks het feit dat de baobab door miljoenen mensen dagelijks gebruikt wordt, is de soort onvoldoende onderzocht en wordt ze momenteel niet volledig benut. Zo wordt de baobab meestal niet actief gekweekt en is de plaatselijke bevolking afhankelijk van variabele weersomstandigheden en wild, niet-verbeterd en "ongekend" plantmateriaal om te voorzien in de voor hen levensnoodzakelijke plantproducten. Het mag dan ook niet verwonderen dat de baobab door het International Plant Genetic Resources Institute geselecteerd werd als belangrijkste en dringendste te domesticeren boomsoort van West-Afrika. De algemene doelstelling van dit project is een algehele beschrijving aan te leveren van de verschillende mechanismen waarover de baobab beschikt om te anticiperen op droogteomstandigheden. In een eerste onderzoeksdeel worden de morfologische adaptatiestrategieën van de boom op verschillende standplaatscondities in kaart gebracht aan de hand van een veldbemonstering. Terzelfdertijd wordt uit verschillende herkomstgebieden zaadmateriaal van de soort verzameld. De zaden zijn nodig om verschillende veld- en laboratoriumproeven op te zetten, die worden gebruikt om de ecofysiologische, celfysiologische en moleculaire respons van de baobab op droogteomstandigheden in kaart te brengen. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson • Sebastiaan De Smedt
Karakterisering van de morfologische, ecofysiologische, celfysiologische en moleculaire respons van baobab (Adansonia digitata L.) op droogtestress.
Universiteit Antwerpen Abstract: De Afrikaanse baobab (Adansonia digitata L.) speelt een essentiële socio-economische rol in de rurale levensgemeenschappen van West-Afrika. Bijna alle delen van de boom worden gebruikt, en dit voor een grote verscheidenheid aan toepassingen. Ondermeer in de voeding is de baobab uiterst belangrijk. Zo spelen de bladeren, vruchtpulp en zaden een essentiële rol in de bereiding van traditionele maaltijden en in tijden van schaarste en hongersnood. De bladeren vormen ondermeer een goede bron van eiwitten, vitamine A en calcium, en de vruchtpulp is een uitermate goede leverancier van vitamine C. Ondanks het feit dat de baobab door miljoenen mensen dagelijks gebruikt wordt, is de soort onvoldoende onderzocht en wordt ze momenteel niet volledig benut. Zo wordt de baobab meestal niet actief gekweekt en is de plaatselijke bevolking afhankelijk van variabele weersomstandigheden en wild, niet-verbeterd en "ongekend" plantmateriaal om te voorzien in de voor hen levensnoodzakelijke plantproducten. Het mag dan ook niet verwonderen dat de baobab door het International Plant Genetic Resources Institute geselecteerd werd als belangrijkste en dringendste te domesticeren boomsoort van West-Afrika. De algemene doelstelling van dit project is een algehele beschrijving aan te leveren van de verschillende mechanismen waarover de baobab beschikt om te anticiperen op droogteomstandigheden. In een eerste onderzoeksdeel worden de morfologische adaptatiestrategieën van de boom op verschillende standplaatscondities in kaart gebracht aan de hand van een veldbemonstering. Terzelfdertijd wordt uit verschillende herkomstgebieden zaadmateriaal van de soort verzameld. De zaden zijn nodig om verschillende veld- en laboratoriumproeven op te zetten, die worden gebruikt om de ecofysiologische, celfysiologische en moleculaire respons van de baobab op droogteomstandigheden in kaart te brengen. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson • Sebastiaan De Smedt
Karakterisering van de propagatie voor geavanceerde MIMO Ultra Wideband systemen Universiteit Gent Abstract: niet beschikbaar Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Wout Joseph
Karakterisering van eerste-wand materialen onder plasma-wand interactie: begrijpen van de fenomenen en modellering Universiteit Gent Abstract: De doelstelling van het project is het begrijpen van het gedrag van wolfraam en wolfraamlegeringen voor ITER en DEMO onder plasmawand interactie fenomenen,door een combinatie van experimentele studies en fundamentele modellering. Het gedrag van W onder thermische schok zal bestudeerd worden,met nadruk op de verandering van de mechanische en fysische eigenschappen. Vervolgens zal het effect van plasma-wand interactie op de eigenschappen onderzocht worden. Tenslotte zal het gedrag na plasma-wand interactie en na neutronenbestraling bestudeerd worden. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste fysica
Onderzoekers: • Guido Van Oost
Karakterisering van eiwit-eiwit interacties in Toll-like receptor (TLR)-geïnduceerde signaalwegen Universiteit Gent Abstract: De moleculaire mechanismen die de immuunrespons tegenover pathogenen initiëren en controleren vormen de focus van dit project. Tolllike receptoren (TLRs) spelen hierbij een cruciale rol door de herkenning van componenten van microbiële oorspong. In dit project zullen we eiwitten indentificeren die interageren met specifieke TLR signaalmolecules (vb. IRAK4) en die een rol spelen bij de TLR-geinduceerde activering van NF-kB gemedieerde genexpressie. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Karakterisering van enterische neuronen tijdens de ontwikkeling van de zebravis, Danio rerio. Universiteit Antwerpen Abstract: De morfologische, neurochemische en elektrofysiologische karakteriseringen van enterische neuronen tijdens de ontwikkeling van de gastro-intestinale tractus van de zebravis worden bestudeerd om neurontypen in het enterisch zenuwstelsel te definiëren. Kennis die noodzakelijk is voor de analyse van functionele veranderingen in het enterisch zenuwstelsel van zebravismutanten gebruikt in het onderzoek van gastro-intestinale ziektebeelden. Organisaties: • Antwerps chirurgisch training, anatomie en onderzoekscentrum (ASTARC)
Onderzoekers: • Luc Van Nassauw
Karakterisering van fase-afhankelijk gereguleerde factoren in het centraal zenuwstelsel van de woestijnsprinkhaan. KU Leuven Abstract: De woestijnsprinkhaan Schistocerca gregaria is alom bekend omwille van zijn opvallende fenotypische plasticiteit (polyfenisme), resulterend in twee extreme verschijningsvormen of fasen. De volledige transitie van desolitaire naar de gregaire fase neemt gewoonlijk meerdere generaties inbeslag. De gedragswijziging die geïnduceerd wordt door bepaalde gregariserende stimuli doet zich echter al voor in enkele uren tijd. Om deze reden is dit inseht een belangrijk modelsysteem voor onderzoek naar plasticiteit op verschillende tijdschalen. Het doel van dit project is het bestuderen van de moleculaire mechanismen die aan de basis liggen van het verwerven en behouden van gregair gedrag. Vooreerst zullen we diverse kandidaatgenen selecteren, gebaseerd op voorafgaande micro-array studies. De expressie van deze genen zal grotendeels worden uitgeschakeld met behulp van RNA interference (RNAi) en het effect van deze knockdown zal verder worden geanalyseerd op het niveau van het gedrag en op genexpres Organisaties: • Afd. Dierenfysiologie en Neurobiologie
Onderzoekers: • Jozef Vanden Broeck • Rik Verdonck
Karakterisering van het primase DnaG van Staphylococcus aureus, een potentieel doelwit voor nieuwe antibiotica. KU Leuven Abstract: De toenemende resistentie van bacteriën voor antibiotica is een grote uitdaging voor de gezondheidszorg. Infecties veroorzaakt door (multi)resistente pathogenen veroorzaken nog steeds ernstig ziekteleed en sterfte. Een groot deel van deze bacteriële infecties wordt veroorzaakt door methicilline-resistente vormen van Staphylococcus aureus (S. aureus) (MRSA). Ondanks de grote impact op de volksgezondheid zijn er de laatste jaren weinig nieuwe antibiotica op de markt gekomen. In ditproject zullen we daarom het primase DnaG van S. aureus beschouwenals een mogelijk doelwit waartegen nieuwe antibiotica kunnen worden ontwikkeld. Omdat de zoektocht naar het moleculair doelwit bij de whole-cell screening-methode in het antibiotica-onderzoek erg moeilijk is, en omdat langs de andere kant veel hits die via de high-throughput screeningmethode (HTS) worden gevonden geen antibacteriële activiteit hebben, zullen we in het eerste deel van dit project een DnaG-knockdownstam aanmaken waarbij genomisch Organisaties: • Laboratorium Virologie en Chemotherapie
Onderzoekers: • Johan Van Lint • Kenneth Segers • Mathias Cobbaut
Karakterisering van het risicoverhogende effect van progranuline missense mutaties aan de hand van in vitro celmodellen Universiteit Antwerpen Abstract: Nulmutaties in progranuline (GRN) werden geïdentificeerd als oorzaak van frontaalkwabdegeneratie (FTLD). Daarnaast werden ook missense mutaties gevonden, maar de bijdrage van deze mutaties tot het risico op neurodegeneratie blijft onduidelijk. In dit project zullen we in vitro celmodellen ontwikkelen die toestaan polymorfismen en pathogene mutaties te onderscheiden, wat belangrijke implicaties heeft voor DNA diagnostiek. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Nathalie Brouwers
Karakterisering van het risicoverhogende effect van progranuline missense mutaties: aanmaak van een Grn knock-in muismodel. Universiteit Antwerpen Abstract: Recent werden nulmutaties, die resulteren in haploïsufficientie, in het progranuline gen (GRN) geïdentificeerd als oorzaak van autosomaal dominante frontaalkwabdegeneratie (FTLD). Naast nulmutaties werden ook verscheidene missense mutaties gevonden in FTLD, maar ook in aanverwante neurodegeneratieve dementies zoals de ziekte van Alzheimer (AD). De bijdrage van GRN missense mutaties tot het risico op neurodegeneratie blijft tot op heden echter onduidelijk. In dit project zullen we het risicoverhogende effect van GRN missense mutaties in vivo onderzoeken aan de hand van een Grn knock-in muismodel voor een geselecteerde missense mutatie. Het effect van de Grn missense mutatie zal gestaafd worden door de knock-in muizen te onderwerpen aan een batterij van gedrags- en cognitieve testen. Voorts zullen we, omdat het verwachte effect van GRN missense mutaties eerder mild is, het gegenereerde muismodel kruisen met bestaande muismodellen voor AD of FTLD om zo na te gaan of GRN missense mutaties het neurodegeneratie fenotype beïnvloeden. Deze analyses zullen in belangrijke mate bijdragen aan het ophelderen van de mechanismen betrokken in GRN gerelateerde neurodegeneratie, en kunnen nieuwe aangrijpingspunten voor nieuwe therapieën opleveren. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Nathalie Brouwers
Karakterisering van het vermoeiingsgedrag van vezelsterkte kunststoffen door versnelde vermoeiingstesten van balk- en plaatvormige composiet proefstukken m.b.v. elektromagnetische shakers. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De voorbije jaren is de belangstelling voor het vermoeiingsonderzoek van vezelversterkte kunststoffen terug sterk toegenomen, omdat meer en meer composietmaterialen gebruikt worden in structurele, dragende onderdelen. Anderzijds vertonen de experimentele labotesten heel wat beperkingen en duurt het heel lang om het vermoeiingsgedrag van één enkel type composietmateriaal te karakteriseren. Tijdens de laatste 'International Conference on Fatigue of Composites' (Kaiserslautern, 2007) was er een algemene consensus onder de deelnemers dat veel snellere testmethodes voor vermoeiing nodig zijn. De doelstellingen van dit project zijn dan ook tweeërlei: (1) karakterisering van het vermoeiingsgedrag van vezelversterkte kunststoffen d.m.v. versnelde vermoeiingsproeven onder uni-axiale en meerassige spanningstoestanden m.b.v. electrodynamische shakers. Balken en platen worden getest bij een welbepaalde resonantiefrequentie en bijhorende resonantiemode, en als er stijfheidsdegradatie optreedt, wordt de shakerfrequentie zodanig bijgestuurd dat het proefstuk in resonantie blijft, (2) de ontwikkeling en het gebruik van inverse methoden om de distributie van de (gedegradeerde) plaatstijfheden te identificeren via de gemeten trillingsmodes en hiermee de calibratie van meerassige schademodellen voor vermoeiing van composietmaterialen mogelijk te maken. Het voorbije jaar werden een aantal verkennende testen uitgevoerd die de haalbaarheid van dit project bewijzen. Organisaties: • Mechanica van Materialen en Constructies
Onderzoekers: • HUGO SOL
Karakterisering van het vermoeiingsgedrag van vezelversterkte kunststoffen door versnelde vermoeiingstesten van balken plaatvormige composiet proefstukken m.b.v. elektromagnetische shakers. Universiteit Gent Abstract: De doelstellingen van dit project zijn tweeërlei: (1) karakterisering van het vermoeiingsgedrag van vezelsterkte kunststoffen d.m.v. versnelde vermoeiingsproeven onder uni-axiale en meerassige spanningstoestanden m.b.v. electrodynamische shakers . Balken en platen worden getest bij een welbepaalde resonantiefrequentie en bijhorende resonantiemode, en als er stijfheidsdegradatie optreedt, wordt de shakerfrequentie zodanig bijgestuurd dat het proefstuk in resonantie blijft, (2) de ontwikkeling en het gebruik van inverse methoden om de distributie van de (gedegradeerde) plaatstijfheden te identificeren via de gemeten trillingmodes en hiermee de calibratie van meerassige schademodellen voor vermoeiing van composietmaterialen mogelijk te maken. Organisaties: • Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen
Onderzoekers:
• Wim Van Paepegem
Karakterisering van immuunresponsen gericht tegen allogene stamcelimplantaten in het centraal zenuwstelsel. Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project onderzoeken we de bijdrage van innate (microglia) en adaptieve (T-cellen) immuunresponsen die bijdragen tot de immunologische afstoting van allogene stamcelimplantaten in de hersenen van immuuncompetente muizen. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Peter Ponsaerts
Karakterisering van innate immuunresponsen in het centraal zenuwstelsel: modulatie tot immunologische acceptatie van allogene celimplantaten. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Instituut voor Vaccin-en Infectieziekten (VAXINFECTIO)
Onderzoekers: • Anne Marie Van Der Linden • Dirk Ysebaert • Peter Ponsaerts • Zwi Berneman • Patrick Pauwels
Karakterisering van natuurlijke fenotypes van tamarinde (Tamarindus indica L.) in West-Afrika en hun ecofysiologische respons op droogte- en zoutstress. Universiteit Antwerpen Abstract: Karakterisering van natuurlijke fenotypes van tamarinde (Tamarindus indica L.) in West-Afrika en hun ecofysiologische respons op droogte- en zoutstress. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson • Katrijn Alaerts
Karakterisering van nieuwe kanker-gerelateerde doelwitgenen van de canonieke Wnt signaaltransductieweg in het spijsverteringsstelsel Universiteit Gent Abstract: We willen nieuwe doelwitgenen identificeren van de canonike Wnt signaaltransductieweg die heel vaak is ontspoord in verschillende kankers. Deze genen zullen worden opgespoord in verschillende organen van transgene kikkervissen (Xenopus) waarin we de Wnt pathway genetisch kunnen manipuleren. Hierna zullen we nagaan of ze ook zijn aangerijkt in menselijke kankers waarin de Wnt pathway is geactiveerd. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Kris Vleminckx
Karakterisering van nieuwe muismodellen voor frontotemporale kwabdegeneratie (FTLD) en amyotrofe laterale sclerose (ALS). Universiteit Antwerpen Abstract: Recent werden geubiquitineerde en N-terminaal getrunceerde vormen van het TAR DNA-bindend eiwit (TDP-43) geïdentificeerd als voornaamste eiwitcomponent van nucleaire en cytoplasmatische inclusies bij patiënten met frontotemporale kwabdegeneratie (FTLD) en amyotrofe laterale sclerose (ALS). Tot nu toe zijn haast alle gekende TDP-43 mutaties geïdentificeerd in patiënten met sporadische en familiale vormen van ALS. Daarnaast veroorzaken mutaties in het valosine bevattend eiwit (VCP) en progranuline (GRN) gen eveneens FTLD, waarbij pathologisch ook TDP-43 positieve inclusies worden aangetroffen. Onze onderzoeksgroep heeft al een aantal transgene muismodellen ontwikkeld voor deze genen om onderzoek te kunnen voeren naar de onderliggende mechanismen van neurodegeneratie of TDP-43 opstapeling bij deze patiënten. De specifieke doelstellingen van dit project bestaan uit de karakterisering van mutant mens TDP-43 (M337V) en mutant mens VCP (R159H) overexpressie muizen als een potentieel FTLD en/of ALS model. Deze muizen zullen zowel op het vlak van gedrag, biochemie en neuropathologie geanalyseerd worden om na te gaan of ze voornamelijk in corticale en/of ruggenmerg motorneuronen neuronaal verlies vertonen en of ze beweging, cognitieve of andere gedragstoornissen ontwikkelen die ernstiger zijn dan bijwt-hTDP-43 of wt-hVCP muizen respectievelijk. Tenslotte zal ook een progranuline knock-out (Grn-/-) x wt-hTDP-43 overexpressie muismodel ontwikkeld worden om de relevantie van Grn verlies te begrijpen t.o.v. een gehumaniseerde TDP-43 achtergrond. Deze muizen kunnen dienen als belangrijk ziektemodel voor FTLD of ALS. Organisaties: • VIB DMG - Neurodegeneratieve Hersenziekten
Onderzoekers: • Christine Van Broeckhoven • Jonathan Janssens
Karakterisering van nieuwe targets voor de behandeling van het Fragiele X Syndroom. Universiteit Antwerpen Abstract: Karakterisering van nieuwe targets voor de behandeling van het Fragiele X Syndroom. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Inge Heulens
Karakterisering van nieuwe targets voor de behandeling van het Fragiele X Syndroom. Universiteit Antwerpen
Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Neurochemie en gedrag
Onderzoekers: • Peter De Deyn • Inge Heulens
Karakterisering van Organische Niet-Lineair Optische Materialen met Automatische Golflengte-Regeling Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Experimentele fysica van de gecondenseerde materie (ECM)
Onderzoekers: • Wim Wenseleers • Jochen Campo
Karakterisering van plant plasmamembraan aquaporine trafficking Universiteit Gent Abstract: Dit postdoctoraal project beoogt het identificeren van moleculaire interactoren van een onderfamilie van plantaardige aquaporins, die hun activiteiten en / of trafficking naar het plasmamembraan (PM) moduleren. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé • Eugenia Russinova
Karakterisering van slijtvaste nitreerlagen op matrijzen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project beoogt de karakterisering van de nitreerprocessen, inclusief voor- en nabehandelingen, voor het aanbrengen van slijtvaste deklagen op matrijzen gebruikt voor de productie van geëxtrudeerde aluminium profielen, en de studie van de invloed van deze lagen op de oppervlaktekwalitiet van de geëxtrudeerde profielen. De slijtvaste lagen worden geproduceerd in de installaties van Corus Duffel, zowel op kleine proefstukken als op matrijzen. Tevens wordt een benchmarking uitgevoerd van nitreerprocessen binnen de afdeling Corus Extrusions. De geproduceerde slijtvaste lagen worden gekarakteriseerd op de META/VUB via metallografisch en oppervlakteanalytisch (hoofdzakelijk met SEM en AES) onderzoek. Vanuit de bevindingen van dit onderzoek worden de procesparameters van het nitreren gestuurd. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis
Onderzoekers: • ANNICK HUBIN • Isabelle VANDENDAEL
Karakterisering van slijtvaste nitreerlagen op matrijzen voor aluminium extrusie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voor de extrusie van aluminiumprofielen worden matrijzen gebruikt. Om de slijtvastheid van de matrijzen te verbeteren worden via een thermisch gasfaze proces nitreerlagen aangebracht. Het contact van het aluminium met het genitreerde matrijsoppervlak brengt onder bepaalde omstandigheden oppervlaktefouten op het aluminiumprofiel teweeg. Dit project beoogt de karakterisering van de nitreerprocessen met de bedoeling de oorsprong van de oppervlaktefouten te achterhalen .Deze studie verloopt in volgende fazen: - Karakterisering van het proces en de nitreerlagen - Karakterisering van de voor- en nabehandelingen en de invloed ervan op de nitreerlagen - Formulering van verbeteringsvoorstellen voor het proces en/of de procedures De specifieke inbreng van Corus in dit onderzoek is de proces- en productkennis, deze van de VUB is de karakteriseringsexpertise. Organisaties: • Metallurgie, Elektrochemie en Materialenkennis
Onderzoekers: • ANNICK HUBIN • Isabelle VANDENDAEL
Karakterisering van somaclonale variatie in Petunia sp. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Plantengroei en -ontwikkeling
Onderzoekers: • Els Prinsen • Ashka Jhaveri
Karakterisering van ST2/IL-33 signaaltransductie en evaluatie van het therapeutisch potentieel van nanobody gemedieerde targeting van IL-33 Universiteit Gent Abstract: Interleukine-33 (IL-33) is een recent geïdentificeerd cytokine dat bindt aan de ST2 receptor en de activiteit van verschillende celtypes die betrokken zijn bij immuniteit reguleert. In dit project zullen we aan de hand van verschillende moleculair biologische technieken en muismodelsystemen het werkingsmechanisme van IL-33 en het therapeutisch potentieel van IL-33 inhibitie bestuderen. Organisaties: • Vakgroep Biomedische Moleculaire Biologie
Onderzoekers: • Rudi Beyaert
Karakterisering van stedelijke morfologie en landgebruik op basis van hoge resolutie remote sensing. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit project bestaat erin een methode te ontwikkelen om stedelijke morfologie op een gedetailleerde, objectieve en generische wijze te beschrijven, uitgaande van hoge resolutie remote sensing data die informatie verstrekken over de tweedimensionale structuur (variatie in bodembedekking) en de hoogtecomponent van de stedelijke omgeving. Informatie met betrekking tot stedelijke bodembedekking zal afgeleid worden uit beeldmateriaal afkomstig van optische hoge resolutie sensoren (type Ikonos, Quickbird). Voor de hoogtecomponent zal beroep gedaan worden op stereoscopische analyse van optische hoge resolutie beelddata of beschikbare LIDAR gegevens. De morfologische karakterisering van het stedelijk weefsel zal worden uitgevoerd op het niveau van homogene stedelijke eenheden (bouwblokken, ingesloten door het stratennetwerk, of delen van bouwblokken), op basis van ruimtelijke maten (spatial metrics), ontleend aan het landschapsecologisch onderzoek, en op basis van nieuwe, nog te definiëren maten (urban metrics), die specifiek ontwikkeld zullen worden om stedelijke structuren optimaal te typeren. Het gebruik van spatial metrics in combinatie met remote sensing data voor de analyse van stedelijke morfologie wordt als erg veelbelovend beschouwd. Totnogtoe werd echter relatief weinig onderzoek rond dit thema verricht, vooral omdat de hoge resolutie data vereist om dit type onderzoek uit te voeren tot voor kort niet voorhanden waren. Een belangrijk element in dit onderzoek, naast de typering van stedelijke morfologie zelf, is de analyse van de relatie tussen verschillende types van stedelijke morfologie, die aan de hand van remote sensing data en spatial metrics kunnen beschreven worden, en diverse vormen van landgebruik, die een eerder functionele betekenis hebben (residentieel, industrieel, commercieel, recreatief landgebruik,...). Het automatisch extraheren van informatie omtrent landgebruik uit remote sensing gegevens vormt inderdaad één van de belangrijkste uitdagingen van het huidig onderzoek rond stedelijke remote sensing en is in sterke mate afhankelijk van het succes waarmee karakteristieke verschillen in stedelijke morfologie, eigen aan bepaalde vormen van landgebruik, aan de hand van beelddata kunnen beschreven worden en, eventueel in combinatie met andere types van gegevens (socio-economische data), aan specifieke vormen van landgebruik kunnen worden gekoppeld. Organisaties: • Geografie
Onderzoekers: • FRANK CANTERS
Karakterisering van stikstofhoudende en zwavelhoudende verbindingen in hernieuwbare en petrochemische fracties met 2 dimensionele gaschromatografie Universiteit Gent Abstract: Typische fossiele en hernieuwbare fracties bevatten een grootte verscheideenheid aan stikstof en zwavelhoudende componenten in zeer lage concentraties. Een betere karakterisering moet toelaten om een beter inzicht te verweken in de reacties van deze componenten en hun rol in biochemische en petrochemische processen. Organisaties: • Vakgroep Chemische proceskunde en technische chemie
Onderzoekers: • Kevin Van Geem
Karakterisering van stralingsgeïnduceerde processen in de DNA suikereenheid: een EMR- en DFT-studie op suikereenkristallen. Universiteit Gent Abstract: Het voorgestelde project beoogt gecombineerd experimenteel en theoretisch onderzoek van stralingsgeïnduceerde processen in suikereenkristallen, met als hoofddoel inzicht te verwerven in de stralingsfysica en -chemie van de deoxyribose-suikereenheid in DNA. Organisaties: • Vakgroep Fysica en Sterrenkunde
Onderzoekers: • Freddy Callens
Karakterisering van sulfidelagen op zilver-koperlegeringen en de hieruit gevormde gekleurde film die na behandeling met atmosferisch plasma ontstaat. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit project is begrijpen waarom er een gele film ontstaat nadat zwart geworden zilver-koperlegeringen met plasma worden gereinigd. Na plasmabehandeling van zilverkoperlegeringen met een zilvegehalte lager dan 97 m% ontstaat er namelijk een gele film waarvan de kleurintensiteit met het kopergehalte toeneemt. Om dit fenomeen te begrijpen zullen zowel sulfidelagen als de gevormde gele film in detail worden bestudeerd. Organisaties: • Elektronenmicroscopie voor materiaalonderzoek (EMAT)
Onderzoekers: • Dominique Schryvers • Koen Janssens
Karakterisering van verschillende tumor-geassocieerde macrofaag subpopulaties en hun bidirectionele interactie met intratumorale lymfocyten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In dit project onderzoek we de eo-localisatie van macrofage subsets en lymfocyte subsets in verschillende tumor types. Door het elimineren van lympfocyte subsets in tumoren testen we hun impact op het gedrag van TAMs. Vice versa, door het elimineren van specifieke TAM subsets in tumoren, kunnen we hun invloed beoordelen op tumor infiltrerende lympfocyte functies en op tumorgroei en verspreiding. Organisaties: • Toegepaste Biologische Wetenschappen
Onderzoekers: • PATRICK DE BAETSELIER
Karakteristaie van het lokaal toegangsnetwerk ten behoeve van verbeterde internet access Vrije Universiteit Brussel Abstract: Nu dat de ADSL technologie voor hoge debiet gegevenscommuncatie in volle opmars is en dat VDSL binnenkort ook zal aangeboden worden, evalueren de operatoren de verschillende scenarios voor de in bedrijfstelling van deze diensten.
De volgende vragen zijn aan de orde: 'Wat is de globale kwaliteit van het netwerk voor de beoogde nieuwe diensten'? Hoeveel klanten kunnen hiermee bediend worden? Wat is de individuele kwaliteit van de dienst? Dient het kabel netwerk herdacht of aangepast te worden? Om hierover een eerste gedacht te kunnen vormen zijn meerdere operatoren begonnen met het uitvoeren van veldtesten. Deze testen geven echter maar een beperkt zicht op het totaal netwerk. Daarom is het noodzakelijk dat de operatoren zouden beschikken over een hulpmiddel dat hen zou toelaten nauwkeurig te voorspellen of een bepaalde lijn geschikt bevonden kan worden voor xDSL toepassingen. Het standpunt van de operatoren met betrekking tot de meetprocedures is dan ook dat slechts aan een enkele zijde toegang tot het netwerk mogelijk moet zijn (centrale), terwijl geen interventies bij de klant thuis benodigd zouden mogen zijn. Dit project behandelt technieken om een bepaalde telefoonlijn te karakteriseren voor xDSL doeleinden en op nauwkeurige wijze de kanaalcapacitiet ervan te schatten. De eerste aanpak steunt op karakterisatie van het netwerk aan de hand van tijdsdomein reflectometrie. De tweede steunt op de enorme beschikbaarheid van modems operatief in de spraakband. Het is de bedoeling te pogen de lijnen te karakterizeren door metingen via deze modems uit te voeren in de spraakband. Alsdus zal gepoogd worden om ook informatie in te winnen voor de hogere frequenties die aangewend worden in xDSL technologie. Organisaties: • Elektriciteit
Onderzoekers: • LEO VAN BIESEN
Karakteristieke glycosylatiepatronen op het oppervlak van het porcien reproductief en respiratoir syndroom virus (PRRSV) en PRRSV-geïnfecteerde cellen en hun betrokkenheid in interacties met siaalzuurbindende lectines van het immuunsysteem Universiteit Gent Abstract: Het porcien reproductief en respiratoir syndroom virus (PRRSV) is een belangrijke pathogeen bij varkens. Het doel van dit onderzoeksproject is zowel de virus-gelinkte glycanen als de invloed van PRRSV infectie op cellulaire glycosylatie te onderzoeken. Verder zal ook de interactie van deze glycanen met siaalzuurbindende immuunsysteem lectines worden bekeken, aangezien deze vaak cruciaal zijn in regulatie van immuunresponsen. Organisaties: • Vakgroep Virologie, parasitologie en immunologie
Onderzoekers: • Hans Nauwynck
Karakteristieken en Perfomantie van Wetenschappelijk Basisonderzoek door Ondernemingen. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Onderzoekseenheid MSI Leuven
Onderzoekers: • Stijn Kelchtermans • Rene Belderbos • Bart Leten • Massimo Riccaboni
Karakteristieke patroonverzamelingen vinden via compressie. Universiteit Antwerpen Abstract: Bestaande patroonvorsingsalgoritmen genereren met gemak zeer grote aantallen patronen, waardoor de resultaten onhandelbaar en niet te interpreteren zijn. In dit project stellen wij voor om algemene technieken te ontwikkelen die compressie gebruiken om kleine karakteristieke patroongroepen te vinden die gezamenlijk de te analyseren gegevens goed beschrijven, en door de gebruiker direct te interpreteren zijn. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals
Karakteristieke patroonverzamelingen vinden via compressie. Universiteit Antwerpen Abstract: Bestaande patroonvorsingsalgoritmen genereren met gemak zeer grote aantallen patronen, waardoor de resultaten onhandelbaar en niet te interpreteren zijn. In dit project stellen wij voor om theorie te ontwikkelen om via compressie karakteristieke patroongroepen uit eender welke databank te extraheren. Dit opdat resultaten voor de gebruiker direct te interpreteren en vooral zeer bruikbaar zijn. Organisaties: • Ontwikkeling database systemen (ADReM)
Onderzoekers: • Bart Goethals • Jilles Vreeken
Karikaturen en karakters Hogeschool Gent Abstract: As opposed to related concepts as irony (Booth 1974) and parody (Hutcheon 1985), caricature largely remains a yet to be studied notion in literary scholarship. This is partly due to the term itself; which stems from pictorial arts, where it has long been the subject of study (Gombrich & Kris 1941). Nevertheless, the word ‘caricatura’ was used, even shortly after its coinage in 17th century Italy, to refer to related phenomena (Barasch 1971). In France, Diderot used both ‘caricature’ and ‘charge’ in his Encyclopédie (1751) as pictorial and literary concepts. After the mid-19th century, when amateur historian and collector Thomas Wright wrote his influential A History of Caricature and Grotesque in Literature and Art (1865), the word took root as a literary concept denoting the satirical-comical characterization in the works of such writers as Dickens and Balzac. The present doctoral thesis aims to give a literary-theoretical description of the concept of caricature in the novel, starting from the observation that,
from its inception in the 18th century on, the novel has been an all too determinate genre. As a relatively new and popular form of art it tries to establish itself in accordance with the prevailing neo-classicist poetics. On the other hand, the enormous formal liberty it provokes leads to what Michaël Bachtin (1934) labelled ‘heteroglossia’, i.e. a coexisting of different varieties of language within one linguistic code. In the use of caricature in the novel elements are to be found rooted in didactic, allegorical and satirical literature; in classical instructions about the humorous oration or learned wit in Aristotle, Cicero and Quintilian; contemporary speculation about the role of imagination and the comical (indebted, once more, to the classics) in essays by Dryden, Akenside and Shaftesbury; the 17th century tradition of theophrastic character writing; the pictorial caricature, most notably the enormous influence of Hogarth’s ‘moral subjects’; the example of Rabelais and Cervantes; the multitude of ‘lower’ genres, such as the burlesque and transvestism, thriving in particular in English theatre. This part of our study does not aim to render an exhaustive description of the historic influence of these traditions on the literary caricature. We would rather focus on uncovering a number of underlying principles that keep reappearing in the implementation of these traditions in the novel. For we must not forget that the use of these ‘lower’ genres in a literary text is often a means, never an end. There always remains, apart from the wit of an author, or the satirical sketch of a character, the question of the function of this device in the overall narrative; in the presentation of the story; in the tale the author wishes to convey to his readership. Questions such as these will be dealt with in a next part of our study where will analyse the internal organisation and narrative functions of caricature in the structure of the novel by focusing on the works of Henry Fielding, Tobias Smollett and Laurence Sterne. For this we will make use of the insights in character description from structural and rhetorical narratology (Hamon; Booth; Phelan; Sternberg). Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten
Onderzoekers:
Karkasclassificatie Universiteit Gent Abstract: rkasclassificatie, logistieke, technische en wetenschappelijke ondersteuning van het Departement Landbouw en Visserij in materies betreffende de indeling van geslachte varkens en runderen Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Stefaan De Smet
Karkasclassificatie 2011 Universiteit Gent Abstract: Sommige slachthuizen zijn verplicht de karkassen van de geslachte runderen die ten minste 8 maanden oud zijn in te delen volgens een indelingsschema dat vastgesteld is door de Europese Unie. Erkende classificeerders voeren de indeling uit. Het slachthuis moet aan de leverancier van de geslachte runderen alle informatie over de indeling en weging bezorgen. De producent van de geslachte runderen kan alle informatie van zijn geslachte runderen krijgen via de website van de vzw IVB. Het departement Landbouw en Visserij controleert de toepassing van de wetgeving en wordt hierin bijgestaan door de vzw Interprofessionele Vereniging voor het Belgisch Vlees (IVB) en de cel Begeleiding Karkasclassificatie (CBKc) van de Universiteit Gent. - De vorming en evaluatie van de classificeerders/indelingsverantwoordelijken - De uitvoering van de certificeringsproef en analyse van de resultaten - Adviesverlening aan het slachthuis Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Stefaan De Smet
Karkasclassificatie 2012 Universiteit Gent Abstract: 1. Opvolging van de wetenschappelijke en praktische evolutie op het gebied van karkasclassificatie 2. Opleiding en permanente vorming van de ambtenaren van het beleidsdomein Landbouw en Visserij 3. Ondersteuning van de evaluaties van classificeerders en toezichthouders runderen 4. Ondersteuning van de evaluaties van classificeerders en toezichthouders van geslachte varkens. 5. Operationeel houden van de testprocedure met het oog op het betrouwbaar en conform verklaren van de inderlingsapparatuur geïnstalleerd in de varkensslachthuizen gelegen in Vlaanderen + de rapportering van de uitgevoerde testprocedures 6. Test van nieuwe methoden en apparaten voor de indeling van geslachte varkens en runderen met het oog op erkenning 7. Ondersteuning bij de ontwikkeling van een referentiemethode voor de bepaling van de conformatie van geslachte varkens 8. Technisch-wetenschappelijke ondersteuning van de ambtenaren van DLV, bevoegd voor de karkasclassificatie 9. Deelname aan de vergaderingen van de CLIP-commissie 10. Optreden als expert voor het Vlaamse Gewest tijdens vergaderingen en controlemissies van de Europese Unie 11. Advisering van DLV betreffende de regelgeving en de controle erop Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Stefaan De Smet
Karkasclassificatie 2014 Universiteit Gent Abstract: Karkasclassificatie 2014 Karkasclassificatie, logistieke, technische en wetenschappelijke ondersteuning van het Departement Landbouw en Visserij in materies betreffende de indeling van geslachte varkens en volwassen runderen. Organisaties: • Vakgroep Dierlijke productie
Onderzoekers: • Stefaan De Smet
Karkaterisering van doelwitgenen van neurogenine 3
Vrije Universiteit Brussel Abstract: Karakterisatie van het doelwitgen neurogenine 3 Organisaties: • Medische Biochemie
Onderzoekers: • Henry HEIMBERG
Karterend inventariserend veldonderzoek Kanaalkruising Sluiskil Universiteit Gent Abstract: Dit project beoogt een paleolandschappelijke en archeologische kartering van een polderlandschap in Zeeuws-Vlaanderen, dat naar aanleiding van de aanleg van een tunnel onder het kanaal Gent-Terneuzen zal verdwijnen. De kartering zal uitgevoerd worden d.m.v. manuele en mechanische boringen in een grid van 30 x 30 m (landschappelijke kartering) of 10 x 10m (archeologische kartering). Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Philippe Crombé
Karteren van plant functie types gebruik makende van de synergie tussen thermale en hyperspectrale beelden. KU Leuven Abstract: In ecologische studies is er een sterke focus op de definiëring van plant functional traits (PFTs). Deze plantengroepen helpen ons een beterinzicht te krijgen in hoe planten beïnvloed worden door en een invloed hebben op hun omgeving. Omgevingsfactoren veranderen de globale distributie van ecosystemen, die op hun beurt de omgeving gaan beïnvloeden. Dit is vooral zo voor de verschillende PFTs. Deze interacties vormen één van de belangrijkste onzekerheden in onze huidige interpretatie van de potentiële invloeden van de klimaatsverandering. Door met remote sensing technieken de spreiding van de verschillende PFTs te karteren, kan men bijdrage aan betere koolstofcyclus-, klimaat- en ecosysteemmodellen. Verschillende studies hebben het potentieel aangetoond van hyperspectrale data voor het karteren van plantensoorten en PFTs, met als grootste beperking de hoge spectrale similariteit tussen de verschillende plantensoorten. Thermaal InfraRood (TIR) beelden daarentegen staan nog maar recent in Organisaties: • Afdeling M3-BIORES
Onderzoekers: • Pol Coppin • Laurent Tits
KASKA - De traditie van de toekomst / de toekomst van de traditie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoek naar de status van Antwerpen als modestad (internationale, creatieve, culturele en economische uitstraling) past in de viering (in 2013) van de 350ste verjaardag van KASKA en de 50ste verjaardag van de modeafdeling. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Henk de Smaele
Kaste, Gemeenschap en Tradities in Karnataka, India Universiteit Gent Abstract: Het veldwerk project onderzoekt de ontwikkeling en het bestaan van een "kastensysteem" in India. In samenwerking met Kuvempu University, Karantaka, India, worden de complexiteiten blootgelegd van een regio van 250 kilometer. Het veldwerk verzamelt de empirische verhalen over het "kastensysteem" die door de lokale bevolking worden overgeleverd. Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende cultuurwetenschappen
Onderzoekers: • Balagangadhara Rao
Kaste, Gemeenschap en Tradities in Karnataka, India (jaar 2) Universiteit Gent Abstract: Onderzoek naar de aard van de Indische samenleving begint meestal met de vooronderstelling dat er een kastenhiërarchie bestaat, dat die bepaalt is door een ideologisch kader of religieuze teksten en dat ze geworteld is in de Hindoe religie. Dit project gaat door veldwerk interviews en enquêtes na of zo een kastenstelsel bestaat als ervaringsrealiteit van zij die in de samenleving van Karnataka leven. Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende cultuurwetenschappen
Onderzoekers: • Balagangadhara Rao
Katakterisering van de schade door chemotherapeutica aan de humane overiële follikel reserve Universiteit Gent Abstract: Verbeterde karaktertherapie heeft geleid tot een significant verhoogde overleving van jonge vrouwelijke patiënten die hun ziekte overwinnen. Het doel van dit prject is om het niveau en het mechanisme te bepalen van de impact van chemotherapie op de ovariële reserve aan primordiale follikels. We zullen menselijk ovarieel weefsel transplanteren in immunodeficiënte muizen om de individuele toxiciteit van chemoherapeutica te bestuderen. Organisaties: • Vakgroep Uro-gynaecologie
Onderzoekers: • Petra De Sutter
Katalysatoren voor duurzame processen ontwikkeld met behulp van High-throughput Experimentation. KU Leuven Abstract: Catalysis plays a central role in the development of sustainable processes, which are of primary importance to enable the present and future worldwide production and use of energy and chemicals while avoiding negative consequences for the environment. This project aims at the investigation and discovery of heterogeneous catalysts for chemical processesof social and industrial relevance: epoxidation reactions, which find application in the production of many fine chemicals, and the conversion of the greenhouse gas carbon dioxide, either to methanol via
photocatalytic reduction or to organic carbonates under supercritical conditions. State#8209;thenbsp;High‑thenbsp;High‑High‑Throughput Experimentation will be used to enable the exploration of large sets of experimental parameters during all stages of the development of the desired catalysts. Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Paolo Pescarmona
Katalytische alkynylering van gehalogeneerde iminen en verdere transformaties van polygehalogeneerde propargylaminen. Universiteit Antwerpen Abstract: Propargylaminen zijn zeer belangrijke bouwstenen voor de organische synthese en fungeren vaak als precursor voor de synthese van andere stikstof-houdende verbindingen zoals allylaminen, pyrrolidinen, oxazolen, pyrrolen en complexe natuurproducten. De ontwikkeling van nieuwe, meer efficiënte synthesen met een grotere functionele groepstolerantie geniet de laaste jaren zeer veel aandacht. De additie van een metaalacetylide aan een imine is één van de meest klassieke wegen naar propargylaminen. Hierbij wordt de relatief hoge aciditeit van het terminale alkyn aangewend om met behulp van een sterke base het metaalacetylide te vormen. Deze sterk basische omstandigheden zijn uiteraard niet compatibel met gefunctionaliseerde iminen, zodat de vorming van het metaalacetylide tot voor kort in een afzonderlijke stap moest gebeuren. Aangezien geen van de „klassieke" transitiemetaal gekatalyseerde alkynyleringen van ,-dichlooraldiminen tot propargylaminen leidde, werd door ons een methodologie ontwikkeld voor de efficiente alkynylering van ,-dichlooraldiminen met alkynen in aanwezigheid van een katalytische hoeveelheid In(OTf)3, waarbij ,-dichloorpropargylaminen bekomen werden in goede rendementen. In dit projectvoorstel zal een uitbreiding van deze In(III)-gekatalyseerde alkynylering uitgewerkt worden waarbij gebruik gemaakt zal worden van niet-enoliseerbare (poly)halogeen aldiminen. In het geval dat In(III) niet de gewenste katalytische activiteit heeft dan zal naar een ander katalytisch systeem gezocht worden. De bekomen gefunctionaliseerde propargylaminen kunnen eventueel, afhankelijk van de stikstofsubstituent, na intramoleculaire nucleofiele substitutie van het omega-halogeen, aanleiding geven tot een grote variëteit aan N-heterocyclische verbindingen. Aangezien bij de 1,2-additie van een alkyn aan het iminen ook een stereogeen C-atoom gevormd wordt zal ook aandacht aan besteed aan de chirale synthese van deze propargyl aminen door toevoegen van chirale lianden aan het katalytische syteem. In een tweede deel zullen in plaats van alkynen, actieve methyleenverbindingen, gekoppeld worden aan de C=N binding met behulp van In(III) katalyse. Op deze wijze zouden nieuwe beta-aminozuren, alfa,beta-diaminozuren en beta-aminoketonen hun intrede doen. In een laatste luik zullen de reeds eerder gesynthetiseerde gehalogeneneerde propartgyl aminen onderworpen worden aan een grondige reactiviteitsstudie. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Kourosch Abbaspour Tehrani • Wim Van Beek
Katalytische alkynylering van gehalogeneerde iminen en verdere transformaties van polygehalogeneerde propargylaminen. Universiteit Antwerpen Abstract: Propargylaminen zijn zeer belangrijke bouwstenen voor de organische synthese en fungeren vaak als precursor voor de synthese van andere stikstof-houdende verbindingen zoals allylaminen, pyrrolidinen, oxazolen, pyrrolen en complexe natuurproducten. De ontwikkeling van nieuwe, meer efficiënte synthesen met een grotere functionele groepstolerantie geniet de laaste jaren zeer veel aandacht. De additie van een metaalacetylide aan een imine is één van de meest klassieke wegen naar propargylaminen. Hierbij wordt de relatief hoge aciditeit van het terminale alkyn aangewend om met behulp van een sterke base het metaalacetylide te vormen. Deze sterk basische omstandigheden zijn uiteraard niet compatibel met gefunctionaliseerde iminen, zodat de vorming van het metaalacetylide tot voor kort in een afzonderlijke stap moest gebeuren. Aangezien geen van de „klassieke" transitiemetaal gekatalyseerde alkynyleringen van ,-dichlooraldiminen tot propargylaminen leidde, werd door ons een methodologie ontwikkeld voor de efficiente alkynylering van ,-dichlooraldiminen met alkynen in aanwezigheid van een katalytische hoeveelheid In(OTf)3, waarbij ,-dichloorpropargylaminen bekomen werden in goede rendementen. In dit projectvoorstel zal een uitbreiding van deze In(III)-gekatalyseerde alkynylering uitgewerkt worden waarbij gebruik gemaakt zal worden van niet-enoliseerbare (poly)halogeen aldiminen. In het geval dat In(III) niet de gewenste katalytische activiteit heeft dan zal naar een ander katalytisch systeem gezocht worden. De bekomen gefunctionaliseerde propargylaminen kunnen eventueel, afhankelijk van de stikstofsubstituent, na intramoleculaire nucleofiele substitutie van het omega-halogeen, aanleiding geven tot een grote variëteit aan N-heterocyclische verbindingen. Aangezien bij de 1,2-additie van een alkyn aan het iminen ook een stereogeen C-atoom gevormd wordt zal ook aandacht aan besteed aan de chirale synthese van deze propargyl aminen door toevoegen van chirale lianden aan het katalytische syteem. In een tweede deel zullen in plaats van alkynen, actieve methyleenverbindingen, gekoppeld worden aan de C=N binding met behulp van In(III) katalyse. Op deze wijze zouden nieuwe beta-aminozuren, alfa,beta-diaminozuren en beta-aminoketonen hun intrede doen. In een laatste luik zullen de reeds eerder gesynthetiseerde gehalogeneneerde propartgyl aminen onderworpen worden aan een grondige reactiviteitsstudie. Organisaties: • Organische synthese
Onderzoekers: • Kourosch Abbaspour Tehrani • Wim Van Beek
Katalytische carbonylering van aziridinen tot nieuwe beta-lactamen als veelzijdige bouwstenen in de heterocyclische chemie Universiteit Gent Abstract: Dit project is gericht op de implementatie van homogene katalyse als een sleutelstap in de synthese van nieuwe heterocyclische verbindingen met biologische relevantie. In het bijzonder zullen gefunctionaliseerde aziridinen geëvalueerd worden als substraten voor een katalytische carbonylering tot de overeenkomstige beta-lactamen. Deze laatste verbindingen zullen dan ingezet worden als nieuwe bouwstenen voor de constructie van een variëteit aan biologisch waardevolle heterocyclische structuren zoals pyrrolidinen, pyrrolidinonen, pyrrolen, oxolanen, piperidinen, and bi- and tricyclische beta-lactamen. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Matthias D'hooghe
Katalytische conversie van cellulose naar glycolaldehyde: een nieuw bio-platform in de chemische industrie KU Leuven Abstract: Biomassa zoals cellulose kan een niet-competitieve en hernieuwbare grondstof vormen voor energie en platformmoleculen in de chemische industrie. Een veelbelovend intermediair uit de verwerking van cellulose is glycolaldehyde. Dit molecule kan eenvoudig omgevormd worden naar producten die vandaag de dag uit de afzetmarkt van ethyleenoxide vloeien, die zijn oorsprong kent in de petrochemie. Het grote
voordeel van glycolaldehyde ten opzichte van ethyleenoxide is dat echter ook nieuwe moleculen gemaakt kunnen worden met een hoge atoomefficientië, waaruit nieuwe mogelijkheden ontstaan. Daarom heeft glycolaldehyde alle eigenschappen om het als een nieuw bio-gebaseerd platformmolecule te beschouwen. Het hoofddoel vandit project is om de verschillende wegen en mogelijke katalysatoren te testen die glycolaldehyde omvormen tot nuttige eindproducten zoals ethyleenglycol en ethanolamines. Na deze 'proof of concept' zal de katalytische conversie van glucose naar glycolaldehyde ook onderzocht worden Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Bert Sels • William Faveere
Katalytische dehydrohalogenaties in heterogene Lewiszure media KU Leuven Abstract: Dehydrohalogenaties spelen een bijzondere rol in de productie van tal van basischemicaliën en gespecializeerde componenten voor o.m. de polymeerindustrie en de batterijindustrie. Er is een nood aan nieuwe concepten om deze reacties met hogere selectiviteit en met minder afvalproductie te laten verlopen. In dit project wordt nagegaan of ionische vloeistoffenhiertoe een bijdrage kunnen leveren. Effecten van samenstelling van de ionische vloeistoffen op de reactiesnelheid worden bestudeerd. Er wordt nagegaan wat de meest efficiënte manier is om het waterstofhalide aan het reactiesysteem te onttrekken. Vaste of opgeloste Lewiszure katalysatoren worden toegevoegd aan de ionische vloeistoffen om de reacties te versnellen. Voor de meest efficiënte systemen wordt ook een gedetailleerde mechanistische studie uitgevoerd. Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Dirk De Vos • Tom Boudewijns
Katalytische eigenschappen van verankerde organotinderivaten. Geïntegreerde karakterisering van de grenslaag- en vloeistofchemie dmv hr-MAS (high resolution Magic Angle Spinning) NMR ea gevorderde NMR technieken. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Dit project stelt zich tot doel: 1) De invloed van de lokale polariteit van aan onoplosbaar polystyreen verankerde dialkatalysatoren te onderzoeken, teneinde hun potentieel als katalysator in transesterificatiereacties te verruimen. 2) Op hr-MAS NMR steunende, vernieuwende methodologiëen te ontwikkelen, om monitoring van katalytische processen rechtstreeks in situ - voor, tijdens en na katalyse - mogelijk te maken. 3) De recycleerbaarheid van verankerde organotin katalysatoren te onderzoeken in enkele geselecteerde transesterificaties. 4) Inzicht te verwerven in de problematiek van het lekken van tin, vanuit de organotinkanker, naar het reactiemidden toe. Organisaties: • Hoge Resolutie NMR Centrum
Onderzoekers: • RUDOLPH WILLEM • MONIQUE BIESEMANS
Katalytische en fysicochemische polymeer bewerkingen in ionische vloeistoffen KU Leuven Abstract: Onderzoekers spelen een belangrijke rol in het ontwerpen van een duurzamere samenleving. Ionische vloeistoffen, zouten die bij een lage temperatuur smelten, zijn een atypische klasse van chemische stoffen die grote technologische vooruitgang kunnen teweeg brengen in verschillende sectoren, zoals in de opslag van energie, het valoriseren van biopolymeren en verschillende scheidingsprocessen. Ionische vloeistoffen zijn gekend alsuitstekende solventen voor cellulose en als katalysatoren voor verschillende reacties. Om die redenen ligt de focus in dit werk op het fysicochemische en katalytische effect van ionische vloeistoffen op verschillende polymeren.In het eerste deel wordt de dehydrochlorinatie van gechloreerde polymeren, zoals poly(vinyl chloride) onderzocht. De verwerking van PVC afval wordt bemoeilijkt door de hoge chloorinhoud van dit polymeer. Verschillende fosfonium ionische vloeistoffen lossen PVC op en katalyseren de reactie bekend als dehydrochlorinatie, het verwijderen van H Organisaties: • Centr. vr Oppervlaktechemie & Katalyse
Onderzoekers: • Dirk De Vos • Daan Glas
Katalytische synthese en ringopening van aziridinen ? nieuwe methoden voor de bereiding van waardevolle stikstofhoudende doelverbindingen Universiteit Gent Abstract: Dit project focust op de synthese van nieuwe, biologisch waardevolle chinolinederivaten. Hiertoe worden nieuwe synthesebenaderingen geëvalueerd, o.a. het gebruik van katalytische hydroformylering en de synthese en aanwending van aziridine-chinolinehybriden. De nieuwe verbindingen worden tevens op hun bioactiviteiten getest, in het bijzonder m.b.t. hun antimalaria-activiteit en hun antimicrobiële activiteit. Organisaties: • Vakgroep Duurzame Organische Chemie en Technologie
Onderzoekers: • Matthias D'hooghe
KATARSIS Universiteit Gent Abstract: Onderzoekscoördinatie en begeleiding rond sociale en culturele integratie binnen Europa, met klemtoon op verstedelijking. Organisaties: • Vakgroep Vergelijkende cultuurwetenschappen
Onderzoekers: • Hendrik Pinxten
Katholieke Bijbelstudies na Trente: Franciscus Toletus & Cornelius a Lapide KU Leuven Abstract: Dit proefschrift beoogt een bijdrage te leveren aan het onderzoek naar de katholieke bijbelstudies in de tweede helft van de zestiende en het eerste deel van de zeventiende eeuw; het is een terrein dat in het moderne onderzoek grotendeels werd verwaarloosd. Steunend op recente
studies echter (Delville, Wicks, François, O'Malley) wil mijn onderzoek vooral inzoomen op het bijbelse werk van kardinaal Franciscus Toletus en Cornelius a Lapide, beiden jezuïeten. Door het inleiden, vertalen en analyseren van een deel van hun commentaar op het Johannesevangelie (nl. Joh 17), hoop ik meer klaarheid te brengen in een weinig belicht onderzoeksterreinen vooral aan te tonen hoe katholieke Bijbelcommentatoren poogden om historische en Bijbelhumanistische verworvenheden te integreren in een hermeneutiek die tegelijk ook trouw wilde blijven aan het magisterium en detraditie van de Kerk. Organisaties: • OE Geschiedenis van Kerk en Theologie
Onderzoekers: • N. N. • Wim François
Katholieke dialoogschool: een nieuw paradigm voor katholieke secundairescholen in de Verenigde Staten: theoretische, empirische en pastorale perspectieven. KU Leuven Abstract: De demografie van het katholiek onderwijs in de Verenigde Staten is in sterke mate aan het veranderen. Deze nieuwe culturele context daagt met name katholieke secundaire scholen uit om hun traditionele plaats als centra van katholieke vorming te herdenken en te vernieuwen. Dit project wil onderzoeken in welke mate het model van de katholieke dialoogschool mogelijkheden biedt voor hedendaagse Amerikaanse, katholieke, secundaire scholen. De methodologie van dit project omvat een analyse van de socio-culturele context van Amerikaanse katholieke scholen, een kritisch onderzoek naar verschillende benaderingen van de institutionele identiteit van deze scholen, een empirisch onderzoek naar de heersende opvattingen van Amerikaanse secundaire scholen inzake identiteit, geloof en dialoog; en een theologische reflectie op de fundamenten van de katholieke dialoogschool en de beschrijving van het model zelf. Organisaties: • OE Pastoraaltheol. en Empirische Theol.
Onderzoekers: • Didier Pollefeyt • Michael Richards
Katholieke Territoria in een suburbaan landschap. Religie en verstedelij België, 1945-1975. KU Leuven Abstract: Dit project bestudeert hoe, in een context van industrialisering, verstedelijking en secularizering, de Belgische Katholieke Kerk trachtte om een religieuze aanwezigheid te verzekeren in het snel groeiende voorstedelijke landschap in België in de naoorlogse periode (1945-1975). Het project is opgevat als een vierjarig doctoraatstraject, en is gestructureerdvolgens vier onderzoekslijnen die overeenkomen met opeenvolgende stappen in de onderzoeksactiviteiten: 'Expertise', 'Territorium','Beleid Discours' en 'Strategie'. De centrale hypothese van ditproject is dat de ontwikkeling van Katholieke infrastructuur (kerken, scholen, zorginstellingen, lokalen voor middenveld) moet beschouwd wordenals een impliciete vorm van stedenbouw die fundamenteel heeft bijgedragen aan de decentrale ruimtelijke ontwikkeling van België. Verder zal ditonderzoek ook toelaten om de kerkelijke overheden te positioneren in een spanningsveld tussen planning en pragmatiek aan de ene kant, en tussennbsp;innovatie en t Organisaties: • Architectuur Sint-Lucas
Onderzoekers: • Jan De Maeyer • Sven Sterken
KBVR - reisbeurs 2006 Universiteit Gent Abstract: Studieproject in het Leids Universitair Medisch Centrum bij Professor Albert de Roos met als bedoeling kennis te verwerven in het domein van de cardiale beeldvorming door CT en MRI, meer bepaald het aanleren van scantechnieken, cardiale anatomie en een brede waaier cardiovasculaire pathologieën. Organisaties: • Vakgroep biochemie
Onderzoekers: • Koenraad Verstraete
KeiCoole Kids op de school. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Klinische Psychologie
Onderzoekers: • Patrick Luyten
kengetallen varkens Universiteit Gent Abstract: kengetallen varkens Economische en technische kengetallen in het moderne varkensbedrijf coordinator Thomas Moore hogeschool - vzw KILTO Organisaties: • Vakgroep Toegepaste biowetenschappen
Onderzoekers: • Dirk Fremaut
Kenmerken en positie van niet-formele educatie in Vlaanderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Informeel leren en niet-formele educatie kennen een stijgend belang in het discours over levenslang en levensbreed leren. Deze tendens is te merken in de theorievorming, het onderzoekswerk en de educatieve praktijk. In Vlaanderen is de sector van het sociaal-cultureel werk voor
volwassenen een van de belangrijkste aanbieders van niet-formele volwasseneneducatie. Binnen deze sector zijn, sinds 2003, dertien regionale volkshogescholen actief. Ze kregen de roepnaam Vormingplus mee. Zij zorgen in Vlaanderen en Brussel voor de uitbouw, spreiding, coördinatie en communicatie van het niet-formeel educatief werk. Binnen dit onderzoek worden de evoluties en kenmerken van niet-formele educatie binnen de volkshogescholen in kaart gebracht en geanalyseerd. Een literatuurscreening diept het begrip 'niet-formele educatie' uit en toetst het aan het huidige volkshogeschoolwerk. Een documentanalyse gaat de eigenschappen en positie(s) van de volkshogescholen na. Een delphi-onderzoek met medewerkers uit de verschillende volkshogescholen resulteert in suggesties om de positionering en legitimering van de volkshogescholen in Vlaanderen te versterken Organisaties: • Agogiek • Educatiewetenschappen
Onderzoekers: • Rudy MACHIELS • Tom VANWING
Kenmerk- en verstoringsspecificiteit van fenotypische expressie bij Tribolium. Universiteit Antwerpen Abstract: Kenmerk- en verstoringsspecificiteit van fenotypische expressie bij Tribolium. Organisaties: • Dierenecologie • Dierenecologie
Onderzoekers: • Erik Matthysen
Kenmerkselectie met het oog op bijkomende klassen. Universiteit Antwerpen Abstract: Kenmerkselectie met het oog op bijkomende klassen. Organisaties: • ALGEBRA-MEETKUNDE/LABORATORIUM INTELLIGENTE SYSTEMEN • Algebra, meetkunde en ISLAB
Onderzoekers: • Alain Verschoren • Wendy van Olmen
Kenneth Burkes leesmethode in het spanningsveld tussen de 'intrinsieke' en 'extrinsieke' benadering van literatuur Universiteit Gent Abstract: Dit onderzoek beoogt een analyse van de leesmethode van Kenneth Burke tegen de achtergrond van het spanningsveld tussen 'intrinsic' en 'extrinsic approaches'. Op basis van een corpus aan voorbeeldlezingen, waarbij Burkes analyse van een aantal literaire teksten wordt geconfronteerd met lezingen door generatiegenoten als Brooks, Richards en Girard, probeer ik aan te tonen op welk econcrete manier hij met dit spanningsveld omgaat en hoe het zijn denken heeft beïnvloed. Organisaties: • Vakgroep Nederlandse literatuur
Onderzoekers: • Jurgen Pieters
Kennisbasis voor ontvouwde liaisons in de secretie route (KUL-Spa). KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Laboratorium Moleculaire Bacteriologie
Onderzoekers: • Anastassios Economou
Kenniscirculatie in de Lage Landen. Stromen van technische kennis in het westelijk kerngebied van de Lage Landen tussen ca. 1400 en 1700. Universiteit Antwerpen Abstract: Doel van dit project is te onderzoeken, hoe de circulatie van technische kennis in de Late Middeleeuwen en het begin van de Nieuwe Tijden (c. 1400-1700) verliep, in welke mate de omvang of wijze van kenniscirculatie veranderingen onderging en waardoor deze veranderingen (of de afwezigheid ervan) kunnen worden verklaard. Er wordt daarbij gefocust op de steden Haarlem en Rotterdam in het Noorden, en Antwerpen en Gent in het Zuiden. Wat de sectoren aangaat, zal het onderzoek zich concentreren op de lakenbereiding (ververs, droogscheerders, persers), de houtbewerking (timmerlieden, schrijnwerkers, kuipers, scheepstimmerlui) en de edelsmeedkunst (goud- en zilversmeden). Organisaties: • Centrum voor stadsgeschiedenis
Onderzoekers: • Bruno Blondé • Bert De Munck • Peter Stabel
Kenniscreatie en kenniscirculatie in de Oostenrijkse Nederlanden: de runderpestepizoötie van 1769 - 1785 in het hertogdom Brabant en het graafschap Vlaanderen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Bert De Munck • Tim Soens • Filip Van Roosbroeck
Kenniscreatie en kenniscirculatie in de Oostenrijkse Nederlanden: de runderpestepizoötie van 1769 - 1785 in het hertogdom Brabant en het Graafschap Vlaanderen. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Power in History - Centrum voor Politieke Geschiedenis
Onderzoekers: • Bert De Munck • Tim Soens • Filip Van Roosbroeck
Kennis door aanbidding: De epistemologische fundering van liturgische theologie KU Leuven Abstract: De basis van dit project is het geloof dat door samen te aanbidden, mensen een soort van kennis vergaren dat niet kan worden omschreven als gaande over iets. Deze kennis lijkt eerder te gaan door iets en kan niet gescheiden worden van zijn context in het aanbidden. Ondanks het centraal belang van aanbidden in Christelijke praktijken is er, tot op de dag van vandaag geen diepgaande studie geweest naar de verschillende dimensies van deze soorten kennis in het veld van liturgische studies. Dit project tracht eer te doen aan de ervaring van diegenen die deelnemen in liturgische (of rituele) viering door de filosofische fundering van hedendaagse liturgische studies te onderzoeken. Om dit te doen moeten de vooronderstellingen van liturgische theologen in verband met de aard van de kennis in vraag gesteld worden en daarnaast moet de filosofische basisvan hun gedachten onderzocht worden. Het project zelf zal interdisciplinair zijn en omvat het werk van zowel theologen als filosofen met Organisaties: • OE Pastoraaltheol. en Empirische Theol.
Onderzoekers: • Joris Geldhof • Trevor Maine
Kennis- en praktijkcentrum voor incubatie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds iMinds. UA levert aan iMinds de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Engineering Management
Onderzoekers: • Johan Braet
Kennis en toepassing van evidence-based richtlijnen in de verslavingszorg. Universiteit Antwerpen Abstract: Het doel van dit onderzoek is om richtlijnen te ontwikkelen voor de behandeling van middelengerelateerde stoornissen (legaal en illegaal). Organisaties: • Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)
Onderzoekers: • Bernard Sabbe
Kennisgebaseerde technieken ter ondersteuning van hergebruik in verticale markten. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het doel van dit onderzoeksproject is het ontwikkelen van technieken die een instantiatieprocede voor raamwerken ondersteunen, steunend op een bidirectionele, actieve link tussen domeinmodel en delta-analyses enerzijds en raamwerk en raamwerkinstantiaties anderzijds. Organisaties: • Informatica en Toegepaste Informatica
Onderzoekers: • THEO D'HONDT
Kennisgedreven en componentgebaseerde netwerkarchitectuur voor applicaties met hoge kwaliteitseisen Universiteit Gent Abstract: Hedendaagse telecommunicatie-operatoren concentreren zich op het aanbieden van multimediale diensten via hun bestaand netwerk. Men stelt echter vast dat de kwaliteit door de gebruikers ervaren soms te wensen overlaat. Dit onderzoek heeft tot doel om een nieuw netwerkparadigma te ontwikkelen die het mogelijk maakt om de kwaliteit vna multimediale diensten te garanderen door autonoom acties te ondernemen als er problemen ontstaan. Organisaties: • Vakgroep Informatietechnologie
Onderzoekers: • Filip De Turck
Kennisgedreven sturing van plantfysiologische processen in de sierteelt ter bevordering van plantkwaliteit Universiteit Gent Abstract: De rode draad doorheen het project is het gebruik van stuurlicht (LED-belichting) en plantenhormonen in de sierteelt. Het onderzoeksluik richt zich op: (1) bewaring en transport; (2) wortelvorming van stek en afharding van weefselteelplanten; (3) vertakking en (4) pigmentatie van blad/bloem. Naast het onderzoeksluik is er een valorisatie- en doorstromingsluik en de opstart van het Kennisplatform Plantenfysiologie.
Organisaties: • Vakgroep Plantaardige productie
Onderzoekers: • Marie-Christine Van Labeke
Kennis in Perspectief: epistemologische studie van complexe dynamische systemen met een bijdrage tot de ontwikkeling van een actuele transcendentale wetenschapsfilosofie Universiteit Gent Abstract: Onderzoek vanuit de complexe dynamische systeem-theorie, van de verhouding tussen ontologie - epistemologie, meerbepaald van de context-specifieke aard van kennis: (i) literatuurstudie van de organisationele aspecten van levende systemen, binnen ruimtelijke en temporele condities, parallel aan die van cognitieve processen, (ii) uitwerking van een inherent perspectivistische epistemologie, (iii) analyse van het intentioneel karakter ervan binnen een fenomenologisch en/of transcendentaal wetenschapsfilosofisch kader. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Gertrudis Van de Vijver
Kennisoverdracht in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: lokaal leren enregionale kennisstromen. KU Leuven Abstract: Dit project wordt uitgevoerd in opdracht van het Brussels HoofdsedelijkGewest. Het is een samenwerking tussen KULeuven (campus Brussel) en de ULB. De focus van het project is het in kaart brengen van de kennisbasis(in termen van O&O, innovatie, octrooien en bibliometrie) binnen de regio en de kennisinteracties met actoren binnen en buiten de regio. Vanuiteen regionaal innovatie systeem oogpunt wordt rekening gehouden met eenevolutief karakter van de kennisbasis. De interacties met actoren buiten de regio worden geografisch in kaart gebracht, dit zowel vanuit een theoretisch als vanuit een empirisch oogpunt. Het project loopt in nauwe samenwerking met het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse (BISA). Organisaties: • Onderzoeksgroep GIC Brussel
Onderzoekers: • Jan Van Hove • Peter Teirlinck
Kennisoverdracht tijdens de Macedoonse renaissance weerspiegeld in het Florilegium Coislinianum. KU Leuven Abstract: The Coislin Anthology (named after one of its principal manuscript witnesses, Paris, Coisl. 294) is a monumental anonymous anthology that was compiled in the Macedonian Renaissance of Byzantium (9/10th century). Whereas the original copy of the florilegium has not been preserved, no less than three different recensions have come down to us. The books of thecompilation are arranged alphabetically and deal with a broad range of topics. Critical editions have been made of Letters Alpha, Bêta, Gamma, Êta, Thêta, Epsilon and Psi: all of them have been prepared within the Institute for Early Christian and Byzantine Studies, in which the Coislinflorilegium in particular and Byzantine anthological literature in general have been a main research interest since 2006.While being an anthology, the Coislin florilegium nonetheless functioned as a finished Byzantine literary product that reflects the intellectual and cultural interests of the society in which it was produced. The society in question Organisaties: • OG Griekse Studies Leuven
Onderzoekers: • Peter Van Deun • Reinhart Ceulemans