Controlesystematiek brandveiligheid
Nieuwe controlesystematiek brandveiligheid in de Veiligheidsregio Kennemerland Onderzoek mogelijkheden bij de gemeenten Opbrengsten en financiële paragraaf
Opdrachtgever Veiligheidsregio Kennemerland Afdeling Proactie & Preventie De heer K. Stüsgen Adrianahoeve 2 2131 MN Hoofddorp Opdrachtnemer Overbeeke Advies en TegenWindMee advies Gegevens Versie: Datum: Opgesteld door:
Versie 2.0 3 januari 2014 Alex Overbeeke en Sjirk Meijer
Concept 1.1 gecontroleerd door: Datum:
J. ten Brinke, R. Wevers 30 december 2013
Eindconcept, aangeboden aan: Datum:
K. Stüsgen en J. ten Brinke 3 januari 2014
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
1
Controlesystematiek brandveiligheid
Inhoudsopgave 1
Inleiding .............................................................................................................3 1.1 Opdracht.....................................................................................................3 1.2 Aanpak .......................................................................................................4 2 Brandpreventiecontroles in VRK ........................................................................5 2.1 Werkwijze ................................................................................................... 5 3 De nieuwe controlesystematiek .........................................................................6 4 De nieuwe systematiek invoeren: kan het? ........................................................8 4.1 Liever vandaag dan morgen .......................................................................8 4.2 Communicatie ............................................................................................8 4.3 Uitvoering van controles analoog aan controle bij bouw en milieu ..............9 5 Randvoorwaarden ...........................................................................................10 5.1 Regionale uitvoeringsdiensten (RUD) .......................................................10 5.2 Beheerst starten .......................................................................................10 5.3 Uitgangspunten ........................................................................................11 5.4 Communicatie ..........................................................................................11 6 Opbrengsten en financiële paragraaf ...............................................................12 Bijlage: lijst geïnterviewden.....................................................................................14
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
2
Controlesystematiek brandveiligheid
1 Inleiding In 2012 heeft de VRK onderzoek verricht naar een nieuwe manier van brandveiligheidscontroles. De nieuwe manier van brandveiligheidscontroles heeft als doel: Eigen verantwoordelijkheid van ondernemers benadrukken, Naleefgedrag stimuleren door te bestraffen èn te belonen, Brandveilig leven, met daarin het bevorderen van veiligheidsbewustzijn, structureel en effectief oppakken. Het resultaat van dit onderzoek is samengevat in een rapportage1, waarvan de behandeling in de Bestuurscommissie Openbare Veiligheid van de VRK heeft geleid tot de opdracht om het onderzoek verder aan te scherpen en de mogelijkheid tot invoering in de 10 gemeenten nader te onderzoeken.
1.1 Opdracht Besloten is om opdracht te geven aan de commandant om bij de tien gemeenten de mogelijkheden voor invoering van een nieuw systeem van brandpreventiecontroles nader te onderzoeken; specifiek aandacht te besteden aan de integrale controle bij evenementen en de beschrijving van de opbrengsten van het alternatieve systeem aan te scherpen en te voorzien van een financiële paragraaf. De 2e helft van 2013 is gebruikt om de opdracht van de bestuurscommissie uit te voeren en nader onderzoek is verricht. Voorliggende rapportage bevat het resultaat van dit onderzoek en geeft antwoord op de volgende vragen: 1. Is het mogelijk om een nieuw systeem van brandpreventiecontroles in te voeren in de 10 gemeenten? (hoofdstuk 4) 2. Waarmee moet rekening gehouden worden als tot invoering van een nieuw systeem van brandpreventiecontroles wordt besloten? (hoofdstuk 5) De nieuwe controlesystematiek, het onderwerp van dit onderzoek, richt zich op het reguliere controlewerk, niet zijnde evenementen. Per evenement worden maatwerkafspraken voor brandveiligheid tussen gemeente en VRK gemaakt. Specifieke aandacht voor integrale advisering en controles bij evenementen is aan de orde gekomen in de Regionale evaluatie evenementen 2013 vanuit het Veiligheidsbureau Kennemerland en in een recente pilot evenementenadvisering bij brandweer Kennemerland. Hierover is een aparte notitie opgesteld. De notitie over evenementen wordt apart en gelijktijdig met dit rapport aangeboden aan de Bestuurscommissie Openbare Veiligheid.
1
Onderzoek alternatieve controlesystematiek brandveiligheid in de Veiligheidsregio Kennemerland, Rapport haalbaarheidsonderzoek, versie definitief dd 4 juli 2012 van Overbeeke Advies en Tegenwindmee Advies Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
3
Controlesystematiek brandveiligheid
1.2 Aanpak In de periode tussen september 2013 en december 2013 zijn gesprekken gevoerd met de collega’s bij de gemeenten. Aan deze gesprekken is deelgenomen door medewerkers van de gemeenten en een medewerker van de Veiligheidsregio. De vragen uit de vorige paragraaf zijn als leidraad gebruikt bij deze interviews. In ieder interview met de gemeente is stilgestaan bij de huidige gang van zaken van brandpreventiecontroles (hoofdstuk 2 rapporteert hierover). De interviewgegevens zijn gebruikt voor het opstellen van deze rapportage. In verband met het feit dat de gemeente Uitgeest op dit moment geen preventietaken afneemt van de Veiligheidsregio, is met deze gemeente geen interview afgenomen.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
4
Controlesystematiek brandveiligheid
2 Brandpreventiecontroles in VRK 2.1 Werkwijze 2.1.1 Planning VRK hanteert activiteitenplannen om brandpreventiecontroles jaarlijks te plannen. Een belangrijke factor die bepaalt hoe gecontroleerd wordt is de mate van risico. Conform het gedachtegoed binnen de VRK wordt het systeem van Prevap (preventie activiteiten plan) als onderlegger gebruikt om te bepalen welke controles jaarlijks gedaan worden. VRK legt het jaarlijkse activiteitenplan voor aan de gemeenten. In een aantal gemeenten wordt het activiteitenplan vastgesteld door het college.
2.1.2 Uitvoering VRK voert de brandveiligheidscontroles uit en rapporteert aan de gemeente. In bijna alle gemeenten verzendt de gemeente het controlerapport met brief direct naar de gebouwbeheerder of gebouweigenaar. In twee van de gemeenten is er een tussentijdse werkafspraak om de eerste brief namens de gemeente door de brandweer te laten verzenden. De verdere afhandeling na controle kan verschillen per gemeente maar bij alle gemeenten geldt dat de volledige administratieve afhandeling door de gemeente wordt gedaan. Ook bij een negatief oordeel kan de afhandeling per gemeente verschillen. In de meeste gevallen vindt hercontrole plaats en het navolgende juridische traject doet de gemeente.
2.1.3 Welk beeld komt naar voren uit de interviews? De brandweer voert het controlewerk uit en via de gemeente ontvangt de gebouwbeheerder of de gebouweigenaar het controlerapport met de begeleidende brief van de gemeente. Het verzenden van de eerste brief met het controleresultaat door de gemeente, heeft volgens de meeste geïnterviewden geen toegevoegde waarde: het is de wens dat de brandweer deze 1e brief verzendt. Het jaarlijkse activiteitenplan bepaalt het werkaanbod voor de VRK en de gemeente. In het activiteitenplan is onderscheid te maken in enerzijds standaardcontroles en anderzijds de controles waarvoor meer expertise nodig is en waar maatwerk nodig is. De toegevoegde waarde van de aanwezigheid van de brandweer ligt vooral in de laatste categorie: specifieke situaties waarvoor expertise en maatwerk nodig is. Doordat alle controleactiviteiten planmatig zijn vastgelegd en omdat hiermee het jaarplan volledig is gevuld, kan voor de brandweer in een aantal gevallen de ruimte ontbreken om mee te werken aan eenmalige programma’s van de gemeenten.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
5
Controlesystematiek brandveiligheid
3 De nieuwe controlesystematiek Dit hoofdstuk bevat een korte uitleg over de nieuwe controlesystematiek. Voor meer informatie wordt verwezen naar het rapport2 over dit onderwerp uit 2012. De nieuwe controlesystematiek dient de volgende doelen: eigen verantwoordelijkheid van ondernemers benadrukken, naleefgedrag stimuleren door te bestraffen èn te belonen en brandveilig leven, met daarin het bevorderen van veiligheidsbewustzijn. Om invulling te geven aan deze doelen, wordt de huidige controlesystematiek gemoderniseerd door verbreding van het aantal controle-instrumenten. Het controle-instrument dat gebaseerd is op de gebruiksmelding of de gebruiksvergunning: De meervoudige controle: de inspectie bij meervoudige controle is uitvoerig en gericht op zowel het gebruik als het bouwwerk zelf. De inspecteur maakt hiervoor een afspraak en loopt met de beheerder door het pand en controleert zeer uitgebreid. De basis voor de controle is veelal de gebruiksmelding of de gebruiksvergunning. Gelijkwaardigheden in toepassing van het bouwbesluit hebben ook extra aandacht. Het is een tijdrovende inspectie zowel voor de inspecteur als voor de beheerder. Het primaire doel van deze controle is om ervoor te zorgen dat de brandveiligheid van de bouwwerken in de basis op orde is. Naleving speelt dus zeker mee, maar de meervoudige controle is niet specifiek gericht op het stimuleren van naleefgedrag. Zeker als het gaat om het functioneren van de compartimentering en installaties kunnen er onbewust fouten in een bouwwerk sluipen, omdat dit zeer specialistische kennis betreft. De inspecteur doet verslag door middel van een rapport. Omdat de inspecteur 1 op 1 met de beheerder meeloopt is automatisch sprake van een voorlichtende functie (je zou zelfs kunnen zeggen dat deze controle een opvoedkundige functie heeft). Het controle-instrument dat invulling geeft aan het doel eigen verantwoordelijkheid benadrukken is: Zelfcontrole: periodiek krijgen de beheerders van alle bouwwerken die vallen onder een bepaald regime een vragenlijst opgestuurd met het verzoek om deze in te vullen. Deze lijst bevat vooral zaken omtrent het gebruik van het pand en de (bouwkundige) voorzieningen ten behoeve van het vluchten en de aanwezige blusmiddelen. De lijst is zo opgesteld dat deze een checklist vormt waarmee de beheerder door het gebouw kan lopen. In de checklist wordt een link gelegd met het bedrijfsnoodplan (BHV) van de organisatie en het ontruimingsplan van het bouwwerk. Bij de vragenlijst zit een uitgebreide handleiding en zeker bij de invoering van zelfcontroles zal veel voorlichting nodig zijn. Zo kan het mogelijk zijn dat er een telefonische helpdesk wordt ingericht, waar ondernemers/beheerders hun vragen kwijt kunnen. Het primaire doel van de zelfcontrole is gericht op het nemen van eigen verantwoordelijkheid bij de ondernemers/beheerders. Door voorlichting en jaarlijkse herhaling kan het kennisniveau stijgen en het veiligheidsbewustzijn stijgen. 2
Onderzoek alternatieve controlesystematiek brandveiligheid in de Veiligheidsregio Kennemerland, Rapport haalbaarheidsonderzoek, versie definitief dd 4 juli 2012 van Overbeeke Advies en Tegenwindmee Advies Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
6
Controlesystematiek brandveiligheid
Het controle-instrument dat bedoeld is om naleefgedrag te stimuleren door te bestraffen en te belonen is: De ingevulde vragenlijst uit de zelftest (zie boven) zal bij alle andere inspecties meegenomen worden in de controle, dan zal ook aan de orde komen of de vragenlijst waarheidsgetrouw is ingevuld. Het goed en waarheidsgetrouw invullen van de vragenlijst leidt tot beloning in de vorm van minder inspecties. Steekproefcontrole: deze controle is de opvolger van de reguliere / enkelvoudige controle. De brandweerinspecteur doet bij een bouwwerk een korte inspectie waarbij vooral het gebruik en het vluchten centraal staan. De steekproefcontrole is minder programmatisch gestuurd en mede afhankelijk van het naleefgedrag van een beheerder/ondernemer. Een slecht naleefgedrag leidt tot een hoge kans op een steekproefinspectie en een goed naleefgedrag leidt tot een lage kans op een inspectie. De steekproefinspectie moet leiden tot een stimulans om het naleefgedrag te verbeteren. Het is ook de manier om de ‘cowboy’s’ of de ‘wolven’ die voortdurend slecht naleefgedrag vertonen scherp in de gaten te houden. Leidraad van de steekproefcontrole is een gestandaardiseerde checklist. De inspecteur rapporteert door deze in te vullen. ‘Oog en oor’: een steekproefcontrole kan ook gebeuren op basis van een klacht of signaal van een andere inspecteur van de gemeente of RUD. De VRK, RUD en gemeente werken hierin nadrukkelijk samen. De VRK vervult hier de rol om de collega’s bij gemeenten of RUD bij te scholen en te instrueren, zodat duidelijk wordt hoe op de brandveiligheidsaspecten gelet moet worden. Mocht bij het signaal of de klacht van een collega-inspecteur al duidelijk zijn dat er een verdenking is dat het goed mis is, dan kan het ook leiden tot meteen een interventie controle. Interventiecontrole: dit is een adhoc controle op basis van sterke signalen van andere inspecteurs. Het is ook de controle die op basis van de resultaten van de zelfcontrole, themacontrole of steekproefcontrole uitgevoerd kan worden. De inspectie is vergelijkbaar met de meervoudige controle. Het is uitvoerig en diepgaand en heeft tot doel om misstanden aan te pakken en de onmiddellijke veiligheid te verbeteren. Nacontrole: dit is een controle nadat een handhavingstraject is ingezet met een termijn waarin een afwijking ongedaan moet worden. De nacontrole dient om na te gaan of dit daadwerkelijk is gebeurd. Het controle-instrument dat invulling geeft aan het doel om het veiligheidsbewustzijn te stimuleren in het kader van Brandveilig leven is: Themacontrole: landelijke ontwikkelingen of kenmerken of behoefte van een gemeente kunnen leiden tot het doen van themacontroles. Dit zijn programmatische inspecties op een bepaald thema of op bepaald type bouwwerk. De inspecties staan los van het normale inspectieprogramma. Toch geldt ook bij deze controles dat er altijd even gekeken wordt naar de zelf ingevulde vragenlijst. Het doel van een themacontrole hangt af van het thema. Vaak is het niet gericht op het verbeteren van naleefgedrag maar meer op het wegnemen van bepaalde onveilige situaties. Voor een thema-inspectie - zeker als het gaat om een groter volume - wordt een checklist ontwikkeld die als leidraad en rapportagemiddel voor de inspecteur dient.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
7
Controlesystematiek brandveiligheid
4 De nieuwe systematiek invoeren: kan het? Bij de gemeenten is de vraag gesteld naar de mogelijkheid om de nieuwe systematiek in te voeren. Dit hoofdstuk vat de antwoorden samen op deze vraag. Samengevat: Het blijkt mogelijk om de nieuwe controlesystematiek in te voeren Het is de verwachting dat dit zal leiden tot een verbetering van de brandveiligheid Het idee wordt met enthousiasme begroet.
4.1 Liever vandaag dan morgen Citaten uit interviews met de gemeenten: Wij denken dat de nieuwe controlesystematiek helpt om de verantwoordelijkheid op de goede plek te laten liggen. De steekproeven maken het mogelijk om te weten hoe het ervoor staat en maken het ook mogelijk om de brandveiligheid bij de minder oplettende ondernemers onder controle te laten houden. De nieuwe systematiek past 100 % in het beleid dat de gemeente voorstaat. … …. Het past in het streven om regeldruk te verminderen, de gemeente wil de verantwoordelijkheid van de ondernemer benadrukken en bevestigen. Een aantal gemeenten heeft al ervaring met (onderdelen van) de nieuwe systematiek. De factor naleefgedrag heeft invloed op de controleactiviteiten die plaatsvinden in die gemeenten. Bij milieuonderwerpen gebeurt dit bijvoorbeeld al. De wens is om in het beleid voor toezicht en handhaving het naleefgedrag een plek te geven. Het communicatie-instrument wordt gebruikt in het beïnvloeden van brandveilig leven en kan dan ook als effectief instrument gebruikt worden om brandveiligheid door effectief controleren te verbeteren (eerst communiceren, dan controleren). Doordat de gemeente zich meer richt op standaardcontroles en bij vastgesteld goed naleefgedrag de frequentie van controleren vermindert, wordt tijd vrijgespeeld om de brandweer bij bijzondere controles in de zetten (bijvoorbeeld waar expertise nodig is of bij controles die anderszins afwijken van de standaard). Voor brandweer en gemeente ontstaat daarmee tijd om andere controleinstrumenten in te zetten. In de jaarlijkse activiteitenplannen ontstaat dan ruimte om afspraken over de inzet van de andere controle-instrumenten vast te leggen zodat de verwachtingen van bestuurders / bestuur meegenomen kunnen worden.
4.2 Communicatie Citaat uit een interview met een gemeente: Bij de uitrol bepaalt communicatie het succes, communicatie is een kritische succesfactor. In dit kader is het van belang om goed de taken en de rollen te verdelen: wie doet wat en wie gaat waarover. Een pijler van de nieuwe systematiek is naleefgedrag. Communicatie over brandveiligheid is een kritische succesfactor om naleefgedrag te beïnvloeden. Een aantal gemeenten zet hier actief op in en geeft daarmee al invulling aan een Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
8
Controlesystematiek brandveiligheid
belangrijke pijler van de nieuwe systematiek voor brandveiligheidcontroles. Door de communicatieboodschap onderling goed af te stemmen ontstaat uniformiteit in de boodschap. De uniforme boodschap verheldert bij ondernemers, gebouweigenaren en bij gebouwbeheerders de bedoeling van het brandveiligheidsbeleid binnen de VRK.
4.3 Uitvoering van controles analoog aan controle bij bouw en milieu Citaat uit een interview met een gemeente: Voor milieu is in de gemeente al gestart met het sturen op naleefgedrag: hiervoor is het systeem van de tafel van 11 toegepast. Dit gaat vooral over communicatie. In het verlengde hiervan is het een prima idee om de nieuwe controlesystematiek op te pakken en op die manier naleefgedrag weer een plek te geven in beleid voor toezicht op brandveiligheid en handhaving bij brandveiligheid. Voor bouw en milieu is in de gemeente bekend waar toezicht en handhaving bijzondere aandacht nodig heeft (bijzondere aandacht voor een branche of bij een specifiek object) en waar dat juist minder nodig is. Door naast de bestaande planmatige controles (conform het activiteitenplan) de controle-instrumenten voor brandveiligheid uit te breiden: is voor de gemeenten meer variatie mogelijk voor controle op brandveiligheid en nadere afstemming met het controlesysteem voor andere aandachtsgebieden dan brandveiligheid is mogelijk. Het bovenstaande geldt niet voor alle gemeenten.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
9
Controlesystematiek brandveiligheid
5 Randvoorwaarden Uit de interviews blijkt dat met een aantal zaken rekening gehouden moet worden, indien wordt besloten en indien wordt overgegaan tot implementatie van de nieuwe controlesystematiek.
5.1 Regionale uitvoeringsdiensten (RUD) De gemeenten werken voor vergunningverlening, toezicht en handhaving samen in Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD). De RUD’s kunnen steekproefcontrole, oogen oor functie, interventiecontroles, nacontroles en themacontroles uitvoeren. Dat de gemeenten in RUD’s samenwerken betekent voor de uitrol van de nieuwe controlesystematiek een extra kans, juist omdat in de RUD de uitvoering van de verschillende taken bijeengebracht worden. Een risico dat beheerst moet worden is dat de verschillende RUD’s in de VRK (er bevinden zich 2 in de VRK) verschillend beleid voeren op het punt van de controlesystematiek.
5.2 Beheerst starten In de interviews is aangegeven dat de invoering van de nieuwe controlesystematiek raadzaam is, maar dat de collega’s bij de gemeenten (en vooral diegenen die een taak hebben in de uitvoering) nauw betrokken moeten zijn bij de uitrol van de nieuwe controlesystematiek. Dit proces moet dan gekenmerkt worden door de volgende uitgangspunten: VRK waarborgt de kwaliteit van de controles VRK werkt met vaste aanspreekpunten voor de gemeenten Strakke organisatie Bovenstaande betekent dat er onderlinge overeenstemming moet zijn over de controle-instrumenten en dat deze gereed moeten zijn alvorens tot implementatie wordt overgegaan. In het volgende hoofdstuk wordt ingegaan op de opbrengsten en de financiële consequenties van de nieuwe controlesystematiek. In dat hoofdstuk wordt ook uitgelegd dat de beoogde verandering kostenneutraal is. Bij invoering moet gelet worden op de hoeveelheid handhavingswerk die volgt door invoering van de nieuwe controlesystematiek. Door effectiever toezicht te houden komen situaties met (slecht) naleefgedrag meer in beeld. Hierdoor kan handhavingswerk toenemen. Anderzijds is er ook sprake van een tegengestelde beweging: de nieuwe systematiek leidt tot een verbeterd naleefgedrag zodat tegelijkertijd de tijdsbelasting van handhavingswerk teruggedrongen wordt. Citaat uit een interview met een gemeente: In de gemeente ligt een keiharde besparingsopdracht voor het vergunningenwerk…. … de nieuwe controlesystematiek is inpasbaar als de hoeveelheid handhavingswerk niet oploopt. Maar ondanks een recente inhaalslag op het handhavingswerk wordt nog geen probleem geconstateerd op dat gebied, dus er is enige ruimte.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
10
Controlesystematiek brandveiligheid
Citaat uit een interview met een gemeente: Het is belangrijk om gefaseerd te experimenteren met de nieuwe systematiek. Worden risico’s onaanvaardbaar, dan moet het tijdpad van invoering aangepast worden. De eerste fase zou moeten zijn: controles verminderen daar waar naleefgedrag goed en het risico laag is. Daarover kun je dan actief communiceren (samen met de lokale media). Het gaat erom om nu kleine stappen te zetten en het vertrouwen in controle op brandveiligheid te versterken. Binnen de nieuwe systematiek is het daarvoor nodig dat alle afspraken tussen gemeente en VRK dan ook nagekomen worden. De verandering heeft tijd nodig en die tijd moet ook genomen worden, ook in de operationele handhaving. Het is raadzaam om niet alles tegelijk en overal in te voeren. Bij voorkeur beginnen we in situaties waar de kans op mislukking gering is en de brandveiligheid op peil blijft. Langzaam kunnen ondernemers dan aan het idee wennen. De gedachte dat de controles voor ondernemers eenvoudiger worden zal in de gemeente worden toegejuicht.
5.3 Uitgangspunten Er is nu overeenstemming over de bestaande werkwijze en gelijke uitgangspunten worden gehanteerd. Bij de beoogde verandering is het nodig om deze overeenstemming te behouden en tevens uit te breiden. Na de interviews ontstaat het beeld dat het nu kan zijn dat de gemeenten en de VRK gebruik maken van verschillende bestanden voor de werkvoorraad. Bij invoering van de nieuwe controlesystematiek zal onderzocht moeten worden a) of dit beeld juist is, b) of dit tot manco’s leidt en c) zo ja op welke wijze dit gesynchroniseerd kan worden (met andere woorden dat van dezelfde bronbestanden gebruik gemaakt wordt). In de meeste gemeenten wordt digitalisering en invoering van het nieuwe werken ingevoerd. Ook hierbij geldt dat bij de invoering van de nieuwe controlesystematiek rekening gehouden moet worden met deze veranderingen in de gemeenten. Deze voorwaarde geldt overigens ook als de nieuwe controlesystematiek niet wordt ingevoerd, ook dan moet rekening gehouden worden met de veranderingen in de gemeenten.
5.4 Communicatie Indien wordt overgegaan op de nieuwe controlesystematiek dan is voor dit onderwerp gelijkloop tussen de gemeentelijke diensten en de VRK nodig. Daartoe dient de interne communicatie tussen VRK en de gemeentelijke diensten georganiseerd te zijn. Daarnaast is voorlichting en externe communicatie - communicatie van gemeenten en VRK naar buiten toe - nodig om brandveiligheid en brandveilig leven tussen de oren te krijgen bij gebouwbeheerders, -gebruikers en -eigenaren. Externe communicatie is daarmee een essentieel instrument in de nieuwe controlesystematiek. De communicatieboodschap moet daarom ook de voordelen van de nieuwe controlesystematiek bevatten zoals die er zijn voor gebouwbeheerders, gebouweigenaren en ondernemers.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
11
Controlesystematiek brandveiligheid
6 Opbrengsten en financiële paragraaf De verandering naar de nieuwe controlesystematiek komt erop neer dat bij controles opbrengstgericht werken centraal staat. Een eerdere notitie uit 2012 over dit onderwerp legt uit hoe dit met de bestaande middelen gerealiseerd kan worden. De opbrengsten zijn dat door toepassing van de systematiek de brandveiligheid verhoogd wordt door: eigen verantwoordelijkheid van ondernemers te benadrukken, naleefgedrag te stimuleren door te bestraffen én te belonen, Dit past in het landelijke beleid om brandveilig leven, met daarin het bevorderen van veiligheidsbewustzijn, structureel en effectief op te pakken. Om deze opbrengsten te behalen is het nodig dat het aantal (controle)instrumenten uitgebreid wordt zoals dit is uitgewerkt in de nieuwe controlesystematiek. Het gaat dan om communicatie-instrumenten en andere vormen van controle. In het eerdere onderzoek is geconstateerd dat de opbrengsten van de nieuwe systematiek voor brandveiligheid ondermeer gevonden worden in verbeterd naleefgedrag. Beter naleefgedrag leidt tot ‘minder verkeerde kosten’ en minder onnodige overtredingen omdat gebouwbeheerders en gebouweigenaren door zelfcontrole zelf eventuele manco’s in brandveiligheid ontdekken en dan adequate maatregelen kunnen treffen. Met verkeerde kosten wordt bedoeld dat gebouwbeheerders en gebouweigenaren op basis van onvoldoende kennis en expertise van brandveiligheid of door verkeerde uitleg van regelgeving, investeringen doen die niet of onvoldoende bijdragen aan brandveiligheid. De bewustwording en medewerking van de ondernemers komt niet vanzelf. Hiervoor is een constante investering in voorlichting noodzakelijk. Voorlichting past in Brandveilig Leven en is een noodzakelijke investering om de meer repressief werkende toezichtcontroles minder noodzakelijk te laten zijn. In de nieuwe controlesystematiek vindt een kleiner aantal gerichte controles door gemeente en brandweer plaats. De tijd, die hiermee beschikbaar komt, is inzetbaar voor de noodzakelijke voorlichting op het gebied van brandveiligheid en de introductie van ondermeer zelfcontroles. Dit is een van de opbrengsten in de introductie van de nieuwe controlesystematiek.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
12
Controlesystematiek brandveiligheid
Met het invoeren van de nieuwe controlesystematiek verschuiven de inspanningen van de brandweer. Voor proactie en preventie zijn binnen de VRK 50 fte werkzaam. 26 fte zijn actief op het gebied van controles, wat neerkomt op 32500 uren. In deze formatie zit 2 fte management en 2 fte voor controles bij evenementen. In de bestaande situatie zijn de uren voor controles als volgt verdeeld (inschatting): Aantal uren Themacontrole
1250 Noot 1)
Enkelvoudige controles
13000
Meervoudige controles
8750
Nacontrole
4500
Controles bij evenementen
2500
TOTAAL
30000
Noot 1): op dit moment geldt een tekort aan beschikbare uren voor het uitvoeren van themacontroles Na invoering van de nieuwe controlesystematiek verandert de verdeling van deze uren als volgt (inschatting): Aantal uren Themacontrole
2500 Noot 2)
Interventiecontroles
6500 Noot 2)
Steekproef controles
4000 Noot 2)
Zelfcontroles
1250 Noot 2)
Meervoudige controles
8750
Hercontroles
4500
Controles bij evenementen
2500
TOTAAL
30000
Noot 2): in deze uren zitten de voorlichtingsuren begrepen De nieuwe controlesystematiek heeft geen invloed op het aantal uren dat bestemd is voor controles bij evenementen. Het aantal uren voor hercontroles en voor meervoudige controles verandert ook niet. In financieel opzicht betekent het bovenstaande dat de invoering van de nieuwe controlesystematiek kostenneutraal is. Bij de invoering is vooral aandacht nodig voor het effect van de invoering op de totale kosten naar aanleiding van controles: effectiever toezicht kan enerzijds leiden tot meer handhavingsactiviteiten en extra handhavingskosten en anderzijds leidt voorlichting tot een verbeterd naleefgedrag zodat tegelijkertijd de tijdsbelasting van handhavingswerk vermindert.
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
13
Controlesystematiek brandveiligheid
Bijlage: lijst geïnterviewden Gemeente
Deelnemers
Datum, tijd
Haarlemmermeer Anita Hoogeveen, Frank Soeltaansingh
2 september 2013 14.00 uur
Heemskerk
Gerard Lukken
18 september 2013 9.30 uur
Zandvoort
Onno Gatersleben
19 september 2013 11.30 uur
Bloemendaal
Victor Portanger, Gert de Mooij
19 september 2013 13.30 uur
Haarlem
Arnold Broekmeijer, Ton van Buggenum
23 september 2013 9.30 uur
Heemstede
Sjarig Hendriks, A. Borg
23 september 2013 11.30 uur
Velsen
Kenneth Prosetiko, Lex van Rookhuizen, Paul van Tongeren
25 september 2013 11.00 uur
Haarlemmerliede en Spaarnwoude
Ad Jongmans en J.P. Mendrik
25 september 2013 14.00 uur
Beverwijk
Co Gelaudie en Peter Koese
10 december 2013, 13.00 uur
Rapportage interviews bij gemeenten, versie 2.0, 3 januari 2014
14