Verschijnt 14-daags, uitgez. juli en aug. Afgiftekantoor Hasselt 1
21 oktober 1999
nr 14 * tiende jaargang
spin-off voorkomt slijtage een Leuvens lief voor het leven slaviste op dienst vreemdelingenzaken
9
neemt geweld op scholen werkelijk toe?
België-Belqique P.B. 3500 Hasselt 1 12/39
NIEUWS
COLUMN
Bedrijf Op 11 oktober vond in de gebouwen van Tractebel in Brussel een plechtige academische zitting plaats in het kader van de oprichting van de nieuwe Vlerick Leuven Gent Management School. Koning Albert woonde de zitting bij, evenals een groot aantal vertegenwoordigers van het bedrijfsleven. De bedoeling van de nieuwe management-school is MBA-opleidingen aan te bieden waarin wetenschappelijke topkwaliteit, internationalisering, professionalisering en intensieve banden met de bedrijfswereld hoog in het vaandel staan. Tijdens de academische zitting hield professor Herkströter (Amsterdam) een uiteenzetting over Duurzaam Ondernemen, waarin naast bedrijfseconomische principes grote aandacht besteed wordt aan sociale en ecologische overwegingen. De eerste opleidingen in het kader van de Vlerick Leuven Gent Management School beginnen in juli 2000.
Bloedserieus beleeft dit jaar zijn tiende editie. Studenten uit Leuven, Gent en Antwerpen slaan de handen in elkaar om bloedzakjes in te zamelen en, vooral, jongeren te sensibiliseren voor het geven van bloed. Meer in formatie over het Leuvense deel van het programma 1999 vindt u op pagina 9.
Aimé Desaegher
Van op de zijlijn geeft onze columnist zijn hoogstpersoonlijke kijk op de dingen. ‘Bedrijf: [...] 3. alg. ben. voor de als beroep uitgeoefende werkzaamheid in industrie, handel of verkeer, en ook de daarin werkzame personen; 4. (concr.) inrichting voor de uitoefening van een bepaalde tak van indu strie, handel enz., m.n. een grote inrichting (bij ‘bedrijf’ wordt meer gedacht aan het technische, bij ‘onderneming’ aan het economische aspect)’ (Van Dale, p. 280, twaalfde druk nog, ik beken) Ik zit na mijn Van Dale-citaat met een vraagje: heeft u bij het lezen van deze woordenboekomschrijvingen aan het begrip ‘universiteit’ gedacht? Ja? Dan kan ik u de job van woordenboekenmaker aanbevelen; er is duidelijk een markt voor uw product. Nee? Dan kunt u mis schien ook begrip opbrengen voor het tenenkrullend gevoel dat mijn deel is bij het lezen van nogal wat uitlatingen van academische decision makers. ‘De universiteit is een bedrijf’: daar komt het in al zijn eenvoud op neer; ze durven het zelfs letterlijk zo te zeggen. En al wie niet meemarcheert in het leger ‘universiteit = bedrijfs’-denkers heeft het nog altijd niet begrepen, wordt er met dezelfde adem aan toegevoegd. De ‘vrije-markt = vooruitgang’-denkers stigmatiseren hun achterlijke medeburgers graag. De universiteit is géén bedrijf. Ip se dixi. En mijnheer Van Dale ook. De universiteit vertoont in sommige operationele opzichten gelijkenissen met wat een bedrijf doet om zijn doelstelling te bereiken: winst maken. Voilà mijn eerste probleem: het zinnetje ‘De universiteit is een bedrijf’ is hoogstens een metafoor, géén is-gelijk-aan. Probleem twee: welk soort bedrijf bedoelen ze? Hugo Claus is een bedrijfje, mijn slager is een bedrijf en CocaCola is een bedrijf. Je hoeft maar de begrippen te beluisteren die de bedrijfsacademici in de mond nemen en hun keuze is duidelijk: efficiëntie, productiviteit, organisatie, marketing, management... Allemaal ongetwijfeld uitermate nuttig, maar neem nu het bedrijf als ambacht of economische traagheid als waarde? Forget it. Probleem drie: de universiteit is óók een d ierentuin, een theater, een warenhuis, een doolhof, een moeder. Ik bedoel maar: dat bedrijfsdenken is maar één beeld. Gebruik uw verbeelding, dames en heren optellers en aftrekkers, en er zal een andere dan de bedrijf swereld voor u opengaan. ‘Universiteit: 1. algemeenheid; 2. instelling voor hoger wetenschappelijk onderwijs’ (Van Dale, p. 3243)
Verschijningsdata Campuskrant 1999 AB= met alumnibijlage Nr. Verschijningsdatum Teksten indienen vóór
Dit zal u de komende maanden vaker tegenkomen. Het is namelijk het logo van het feestjaar -575 jaar K.U.L euven-, dat in februari 2000 van start gaat en loopt tot het najaar van 2001. In het volgende nummer van Campuskrant leest u meer over het jubileumprogramma.
2 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
15 4 november (AB) 27 oktober 16 18 november 10 november
17 9 december (AB) 1 december Bijdragen dienen ons de dag van de deadline te bereiken, vóór 12 u. sti pt. Suggesties voor artikels of interviews zijn welkom op het redactieadres, minstens (liefst veel eerder) één week voor de deadline. De vaste bijdragen
voor kalenders en vacante mandaten worden twee dagen voor elke deadline ingewacht bij de betrokken diensten, niet bij de redactie van Campuskrant..
GECITEERD
“De Kulak in Kortrijk biedt dit jaar voor het eerst de opleiding biomedische wetenschappen aan. De universiteit heeft daarvoor al dertig inschrijvingen.(...) De biomedische opleiding maakt deel uit van de Faculteit Geneeskunde en wil jonge wetenschappers voorbereiden op de steeds complexer wordende technologie van de medische en klinische onderzoekswereld. Nogal wat studenten kiezen voor die richting nu het aantal vestigingsplaatsen voor (tand)artsen beperkt is. Ook aan de K.U.L euven en het LUC in Diepenbeek kan je biomedische wetenschappen studeren. Daar zijn nu respectievelijk honderd en tachtig studenten ingeschreven.”
21 oktober 1999
Campuskrant
Veertiendaags tijdschrift van de K.U.Leuven Redactie
Ine Van Houdenhove (hoofdredacteur), Ludo Meyvis, Anne-Mie Jaspers Adreswijzigingen Redactiesecretariaat
De Standaard, 24/9/99
Véronique Limbourg t(016)32 41 8 4
“Minister Frank Vandenbroucke gaat in het tweede semester een cursus van dertig uur over sociaal beleid in Europa geven aan de L euvense universiteit. De licentiestudenten uit de politieke en sociale wetenschappen kunnen die als keuzevak nemen, en krijgen dan examen van de in Oxford gedoctoreerde minister van Sociale Zaken en Pensioenen. De minister doet dit onbezoldigd.”
Redactieadres
Dienst Communicatie Oude Markt 13 3000 Leuven t(016)32 40 18 f(016)32 40 1 4 e-mail
[email protected]
Het Volk, 29/9/99
Internetadres
http://www.kuleuven.ac.be/ck/
“Gisteravond werd in de middeleeuwse tuin van het stedelijk museum Vander Kelen-Mertens een gedenkplaat ter ere van professor Maurits Smeyers onthuld. Smeyers was de drijvende en coördinerende kracht achter heel wat cultur ele projecten in het Leuvense.(...) De massale opkomst gisteren voor de onthulling van de gedenkplaat maakte ook meteen de populariteit van Maurits Smeyers duidelijk. De keuze om de gedenkplaat in de tuin van het museum te plaatsen, was snel gemaakt. De Vlies:”De voorbije jaren zijn we hier vaak samengekomen om nieuwe projecten te bespreken.” De gedenkplaat kreeg een plek vlakbij de fontein, die volgens Smeyers ‘het eeuwige leven’ symboliseerde.”
Aan dit nummer werkten mee
Karine Aert, Leen Bockaert, Erik Brusten, Aimé Desaegher, Lieve Dillen, Karl Hendrickx, Geert Op de Beeck, L ieve Quaegebeur, Rik Uytterhoeven, Jeroen Wils. Stuurgroep Campuskrant
Githa Roelans (voorzitter), Jan Bauwens, Hilde Devoghel, Jan De Vuyst, Jan Elen, Bernard Himpens, Jos Huypens, Stephan Neetens, Isabel Penne, Carlos Steel, Paul Thurman, Jos Vaesen, Frans Van Nieuwenhove, Luc Vanquickenborne, Jan Verhaeghe, Marc Waelkens
10 Een Leuvens lief voor het leven ...maar volg eerst het relatieprogramma!
Vormgeving
Total Design Brussel
Het Laatste Nieuws, 5/10/99
“Per 1 september 1999 is het Certificaat Nederlands als Vreemde Taal (CNaVT) ondergebracht bij het Centrum voor Taal en Migratie van de K atholieke Universiteit Leuven en het Universitair Talencentrum Nijmegen van de Katholieke Universiteit Nijmegen. Het CNaVT -een project van de Nederlandse Taaluniewas sinds het begin van de jaren tachtig verbonden aan de Université Catholique de Louvain-La-Neuve. Halfweg dit jaar heeft de Nederlandse Taalunie besloten om de samenwerking met de Université Catholique de Louvain-La-Neuve te beëindigen en het certificaat aan een andere instelling toe te vertrouwen.(...) Het projectteam uit Leuven en Nijmegen heeft de opdracht gekregen om een nieuw examen te ontwikkelen dat in 2002 voor het eerst zal worden afgenomen.(...) Doel van het CNaVT was -en is- om mensen de mogelijkheid te bieden om via een systeem van centrale examinering een internationaal erkend certificaat Nederlands als vreemde taal te behalen.”
Foto’s
Hilde Braet, Jan Loc us, Rob Stevens, Johan Van Cutsem, Dirk Van Gerven
4 Spin-off van de K.U.Leuven
Coverfoto
Alles gesmeerd bij de tribologen
Rob Stevens cartoon
5 Leven na de universiteit
Joris Snaet
Slaviste Muriel Hulpiau
Reclameregie
Dienst Communicatie K.U.L euven, Ine Van Houdenhove, t(016)32 40 18
6 Tot hier en niet verder
Privacy gescand
Oplage
17.500
7 Leven aan de universiteit
Anemoon-projectleidster Annemie Depuydt
Drukwerk
Concentra Uitgeversmaatschappij NV, Hasselt
8 Milieuzorg en communicatie
Verantwoordelijke uitgever
Arenberg II-Campus en buurtbewoners samen rond de tafel
Githa Roelans Oude Markt 13 3000 Leuven
9 Geweld op school
Copyright artikels
Artikels uit deze editie -of delen ervan- kunnen overgenomen worden mits toestemming van de redactie.
Meer geweld of meer klachten?
Persbericht
11 Nostalgia Lovaniensis
Abonnementen
150 fr. tot eind 1999. Afg estudeerden die lid zijn van Alumni Lovanienses krijgen de nummers met alumnibijlage 8 keer per jaar gratis toegestuurd. Zij kunnen zich voor 100 fr. abonneren op de nummers zonder alumnibijlage. Een buitenlands abonnement kost voor alumni 150 fr. tot eind 1999 (anderen 300 fr.). Rekeningnr.: 431-0375 121-89 t.n.v. Dienst Communicatie, Oude Markt 13 te 3000 L euven, met vermelding ‘Thuisabonnement CK’.
12 kuleuven.ac.be
Tien jaar Internet! 14 Cultuur
Plastic???
16 Ad valvas
Het volgende nummer verschijnt op 4 november. Bijdragen -verslagen van raden, nieuwe publicaties, kalenders, korte, informatieve stukjes- dienen ons te bereiken vóór woensdag 27 oktober, 12 u. stipt. Suggesties voor artikels en interviews zijn welkom op het redactie-adres.
Plastic rond uw Campuskrant? We zullen u de details besparen, maar om technische redenen is dit nummer -en het volgende- van Campuskrant in plastic verpakt. Vanaf nummer 16 is de p apieren adreswikkel terug.
21.10.99 C A M P U S K R A N T
3
NIEUWS
Spin-offs van de K.U.Leuven
Alles gesmeerd bij de tribologen Ludo Meyvis
In een aantal industriële sectoren bestaat een duidelijke marktleider. In zo’n geval kan het aangewezen zijn de eigen onderzoeksniche te combineren met de expertise en het ‘gewicht’ van dat bedrijf. “In de sector van de testapparatuur voor slijtage-onderzoek is Falex Corporation de onbetwiste marktleider,” zegt Dirk Drees, postdoctoraal onderzoeker aan het Departement Metaalkunde en Toegepaste Materiaalkunde. “Het bestaat al meer dan 75 jaar, en het is gevestigd in Sugar Grove (Illinois, USA). Falex Corporation maakt gespecialiseerde testapparatuur voor slijtage-onderzoek. Op dat gebied heeft ons departement in de afgelopen tien jaar zijn sporen ruim verdiend.” Dat klopt: en nu is dat onderzoek zelfs het draagvlak van een nieuwe spin-off. Evidente samenwerking
“Mijn doctoraat, onder leiding van professor Jean-Pierre Celis aan het Departement MTM, ging over slijtage bij trillende en glijdende contacten, in combinatie met corrosie. Tijdens een congres waarop ik een lezing gaf, ontmoette ik iemand van het management van Falex Corporation, en dat contact is heel vruchtbaar gebleken.” Professor Celis beaamt dat: “Falex Corporation had nood aan wetenschappelijke ondersteuning, en wij zochten naar commerciële mogelijkheden -die zij uiteraard konden bieden. Samenwerking lag dus voor de hand. Commerciële ervaring in deze sector is echt wel nodig. Slijtage is een ‘product’ dat moeilijk te verkopen is. De meeste bedrijven aanvaarden slijtage als een natuurlijk gegeven, waar volgens hen nauwelijks wat aan te doen is. Ons wetenschappelijk onderzoek in het domein van de tribologie toont echter aan dat er vaak wél iets aan te doen is, als je maar het juiste materiaal op de juiste manier weet in te zetten.” Drees: “Ik wilde al langer de stap naar het bedrijfsleven zetten -zeker nadat ik de cursus Initiatie tot het Ondernemen gevolgd had. Vrij snel ontstond toen het plan om een bedrijf uit te bouwen, samen met Falex Corporation. Dat wilde bovendien een vestiging in Europa openen om van hieruit hun apparatuur te verkopen. Uit de bundeling van onze expertise en onze apparaten is dan uiteindelijk, in juni ‘99, Falex Tribology NV gegroeid. Mijn huidige werk, in het kader van een IWT-project, is trouwens ook gericht op de implementatie van onderzoeksresultaten in een praktische context, in nauwe samenwerking met een Vlaams bedrijf.” Celis: “Tribologie is nog niet zo’n gangbare term. We bedoelen daarmee de wetenschappelijke discipline die onderzoek doet naar wrijving -de oorzaak van slijtage-, slijtage zelf, en smering, gericht op het voorkomen van slijtage. Oorspronkelijk was dat bijna uitsluitend het domein van ingenieurs mechanica. Maar het is al een tijdlang duidelijk dat de inbreng van scheikundigen en materiaalkundigen onmisbaar is.” Drees: “Slijtage-onderzoek kan nog niet met de computer gesimuleerd worden. De modellen zijn nog niet voldoende precies. Je moet dus aan de slag met apparaten waarin twee materialen langs elkaar heen wrijven of rollen. De aard, de vorm van het raakvlak, de gebruikte smering, de werkingsomstandigheden enzovoort zijn maar enkele van de parameters die onderzocht moeten worden. Het gaat om heel complexe data. De testapparatuur levert een bepaald resultaat op, maar daar is een eindgebruiker -zeg maar: een fabrikantniet noodzakelijk iets mee. Het komt op de interpretatie van die resultaten aan, en op de juiste waardering van dat resultaat in het geheel van het productie-systeem. Dié expertise wil Falex Tribology aanbieden.” Celis: “Slijtage verandert wanneer je andere materialen gebruikt. Slijt age is géén materiaaleigenschap, maar een systeemeigenschap. De omschakeling naar een ander materiaal vergt echter vaak een volledige heroriëntatie van de productie-keten, je moet nieuwe leveranciers aantrekken, andere kwaliteitsnormen inbouwen, noem maar op. Het is duidelijk dat een bedrijf dat niet zómaar zal doen, en dat het stevige argumenten wil horen. Daar kan degelijke wetenschappelijke expertise toe bijdragen. Omgekeerd hebben wetenschappers ook bijzonder baat bij wat er leeft in de praktijk.” Juridisch complex
Drees: “We werken op het kruispunt van een aantal heel belangrijke factoren: de samenwerking met Falex Corporation geeft ons toegang tot de meest hoogstaande testapparatuur, en de expertise van Falex Tribology en van het Departement MTM zorgt voor een betrouwbare onderbouw. Falex Tribology zal de apparaten van Falex Corp. verkopen, om op die manier een inkomen te genereren, wat zeker in de opstart-periode nodig zal zijn. Maar onze meerwaarde ligt precies in de expertise.” Celis: “We zijn momenteel bezig met de bouw en inrichting van onze
4 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
bedrijfsruimte in het industriepark van Haasrode. Daar zal het volledige gamma van de Falex-apparatuur opgesteld staan, voor eigen gebruik en onderzoek, maar natuurlijk ook voor demonstraties voor potentiële klanten. Zo’n demonstratie is niet overbodig: het gaat om apparaten die niet bepaald goedkoop zijn. Uiteraard kan niet elke fabrikant zich zulke toestellen veroorloven. Vandaar dat we ook tests uitvoeren op aanvraag. In het labo dat we daar uitbouwen, zal die apparatuur gebruikt worden voor tests die aan de gangbare industriële standaarden voldoen DIN, ASTM, ISO, IP enzovoort.” Drees: “Falex Tribology beschikt over apparatuur die een universiteit zich nauwelijks kan veroorloven. Uiteraard is het Departement MTM een bevoorrechte partner, maar ook andere Dirk Drees en professor Jean-Pierre Celis onderzoekscentra kunnen van onze faciliteiten gebruik maken. En verder willen we gespecialiseerde trainingen en opleidingen verzorgen.” Celis: “Het grote probleem toen we met de oprichting van Falex Tribology wilden beginnen, was ons tekort aan bedrijfskundige voorbereiding. We hadden geen goed zicht op de fiscale, sociaalrechtelijke en andere problemen die bij zo’n oprichting komen kijken. Op dat vlak wil ik een pluim geven aan de mensen van K.U.Leuven Research & Development. Ze hebben ons snel en efficiënt geholpen. De rol van Martin Hinoul, die het Amerikaanse bedrijfsleven heel goed kent, mag zeker in de verf gezet worden. Zonder de hulp van K.U.Leuven R&D zou ons bedrijf er nooit gekomen zijn, daar ben ik zeker van.” Drees: “De samenwerkingsakte tussen Falex Tribology, Falex Corporation én de K.U.Leuven zorgde voor heel wat juridische complexiteit. Ook hier was de inbreng van K.U.Leuven Research & Development -in de persoon van Hans C laes- essentieel. Volgens onze wetgeving dienden bijvoorbeeld de officiële oprichtingsdocumenten uitsluitend in het Nederlands opgesteld te zijn. Dat een Amerikaans bedrijf als Falex Corp. tóch zijn vertrouwen heeft geschonken en zijn handtekening heeft willen zetten, en maar liefst 67% van het oprichtingskapitaal voor zijn rekening neemt, geeft aan dat het onze Amerikaanse partners ernst is.” Celis: “Die 67% kapitaalinbreng bestaat uit het ter beschikking stellen van hun volledige apparatuurgamma. De band t ussen Falex Tribology en de K.U.Leuven zorgt ervoor dat we als onderzoekseenheid over een belangrijk bijkomend arsenaal aan testapparatuur beschikken. We zijn nog maar net vertrokken, maar als begin 2000 onze gebouwen klaar zijn, ben ik e rvan overtuigd dat Falex Tribology een zeer mooie toekomst zal weten op te bouwen.”
[email protected],
[email protected]
LEVEN NA DE UNIVERSITEIT
Slaviste
Muriel Hulpiau Jeroen Wils
Je doet eigenlijk voor niemand goed. De mensen die positief staan tegenover vreemdelingen verwijten ons dat we ze allemaal terugsturen naar hun moederland. Wie tegen vreemdelingen is, beweert dat wij ze hier allemaal toelaten. Soms zijn die verwijten moeilijk te dragen”, zegt Muriel Hulpiau (29), ambtenaar bij de Dienst Vreemdelingenzaken in Brussel. Na haar studie Slavistiek begon ze te werken op de Dienst Asielaanvragen, indertijd “omdat het zo boeiend was de w ereld in mijn bureau te ontmoeten”. Vandaag bekijkt ze de zak en genuanceerder. “Het is vaak moeilijk het werk van me af te zetten.” “Ook in de pers wordt onze dienst vaak negatief bejegend. De media suggereren voortdurend dat wij in negatieve zin bevooroordeeld zijn tegenover de vluchtelingen. Maar die journalisten zouden hier eens moeten komen kijken. Wij werken ook maar binnen een administratie waarin we niet altijd kunnen doen wat we willen.” Muriel werkt nu bijna zeven jaar op de Dienst Vreemdelingenzaken, en kent onderhand het klappen van de zweep. Het internationale karakter van haar beroep heeft misschien zijn oorsprong in haar jeugd, toen ze al interesse had in buitenlandse politiek. Op haar zestiende trok ze met haar moeder naar Rusland en bezocht onder meer Moskou en Sint-Petersburg. “Het was daar toen allemaal nog heel mysterieus, iedereen deed er erg geheimzinnig, het leek of de KGB om elke hoek keek. Maar de cultuur sprak me wel aan. Ik las in die tijd ook boeken van Dostojewski, bovendien was het volop de tijd van de glasnost en de perestrojka en Gorbatsjov lag goed in het westen.” Na haar VSO-humaniora Grieks-wiskunde koos Muriel uiteindelijk voor Slavistiek. “Ik had geen i dee wat ik wilde doen met dat diploma, ik wilde wel graag iets anders dan de anderen. De studie viel mee, al vond ik ze toen w einig algemeen vormend. Maar blijkbaar is de richting tegenwoordig wat aangepast. In de licenties koos ik voor een meer politieke richting, Oost-Europees recht en internationale betrekkingen. Tijdens mijn studies ben ik trouwens nog eens een maand naar Moskou getrokken, net op het moment dat de machtsgreep op Gorbatsjov plaatsvond, in augustus ‘91. Er heerste toen wel een beangstigende sfeer, de bevolking begon te hamsteren, de toestand was erg gespannen.” “Na mijn studies deed ik een paar maanden secretariaatswerk als interimaris. Tot ik van een vr iendin die op de Dienst Vreemdelingenzaken werkte hoorde dat men daar mensen zocht. In juni ‘93 kon ik beginnen op de Dienst Asielaanvragen, het zogenaamde Bureau R. In het begin zaten we nog in het Klein Kasteeltje, in erg primitieve omstandigheden. Het gebouw zat propvol asielzoekers, ik moest me door de massa wringen om naar mijn bureautje te gaan. Bovendien kreeg ik nauwelijks een opleiding. Mijn opdracht was de nieuwe aanvragers in te schrijven, het eerste interview af te nemen en te beslissen over de ontvankelijkheid van de asielaanvraag. Ik moest in het begin vooral de Russen opvangen, later kwamen daar andere nationaliteiten bij.” Drama
Wat vond je zo boeiend aan dat werk? “De wereld komt eigenlijk elke dag in je bureau. Je hebt contact met erg veel verschillende mensen. Ook het contact met de gemeenten, de advocaten en de tolken is dikwijls erg interessant. Je leert bovendien veel over de vaak schrijnende toestanden die de asielzoekers zijn ontvlucht. In het begin vind je natuurlijk alles even erg. De eerste keer dat iemand voor mij begon te wenen, was ik er het hart van in. Sommige verhalen neem je echt mee naar huis. Zeker als het gaat over moeders met kinderen van de leeftijd van mijn eigen dochtertje. Na een tijdje begin je sneller aan te voelen wie de waarheid vertelt en wie niet. Soms merk je duidelijk dat mensen een vooraf ingestudeerd verhaal komen vertellen, zoals zij die via mensensmokkelaars hier terechtkomen. Zoiets voel je meteen. Als er bijvoorbeeld plots een groep van twintig Oekraïners uit dezelfde stad in Brussel arriveren, dan weet je d at er iets mis is. Of als er opeens zwarte vrouwen toekomen die niet eens weten wat ze bij ons komen doen, en zelfs niet in welk land ze zijn t erechtgekomen. Dat zijn vrouwen die waarschijnlijk in de prostitutie terechtkomen. Die zijn ook heel moeilijk te benaderen, ze staan zelf onder zware druk, soms onder bedreiging. Tragisch genoeg moet je die mensen meestal gewoon terug de straat op sturen, terwijl je weet dat er iets grondig mis is.” Wat heb je door je e rvaringen bij Vreemdelingenzaken geleerd over de aanpak van de asielproblematiek? “Dat het heel erg ingewikkeld is. Het is vooral erg moeilijk om de authentie-
ke en de valse asi elaanvragen van elkaar te scheiden. Zo heb je bijvoorbeeld sneller de neiging de verhalen van de ‘intellectuelen’ voor waar aan te nemen, terwijl vaak de stuntelige verhalen van eenvoudige volksmensen veel authentieker zijn. Natuurlijk, ook zij die de waarheid niet vertellen, hebben hun eigen tragiek. Volgens mij vertrekt niemand zomaar uit eigen land. Ook al zijn het andere dan politieke motieven -economische, sociale of medischeachter elk verhaal schuilt een klein drama. Het resultaat blijft natuurlijk voor
iedereen hetzelfde: dat ze hier aan de poort staan en om hulp schreeuwen. Maar onze dienst is er nu eenmaal alleen om mensen politiek asiel te verlenen. Voor alle anderen zou de wetgeving misschien iets anders moeten voorzien. Er moeten alleszins dringend maatregelen genomen worden zodat men de asielprocedure veel sneller kan afhandelen.” Sinds een maand werk je op de Dienst Permanentie van Vreemdelingenzaken. Dat is weekend- en nachtwerk. Waarom heb je daarvoor gekozen? “In de eerste plaats omdat ik op die manier overdag meer tijd heb voor andere dingen. Zo heb ik me nu bijvoorbeeld ingeschreven voor een cursus Italiaans. Bovendien werd de job op Bureau R mentaal nogal zwaar. Het was steeds moeilijker om de problemen van me af te zetten, en ook de negatieve commentaar op onze dienst begon voor mij zwaar door te wegen. Op de Dienst Permanentie heb ik de indruk toch iets nuttigs te kunnen doen. We zijn er vooral voor de politiediensten die ‘s nachts of in het weekend vreemdelingen aantreffen tijdens controles of acties. We kunnen zelfstandig beslissen wat er dan moet gebeuren en die beslissingen moeten onmiddellijk worden uitgevoerd. Dat maakt het wel interessant.” Onhoudbaar
Hoe sta je tegenover de plannen van de regering om een be paalde groep van illegalen die hier al lange tijd verblijft, te regulariseren? “Bepaalde illegalen moeten hier kunnen blijven, bijvoorbeeld om gezondheidsredenen, of omdat ze kleine kinderen hebben. Ik vind het ook goed dat zij die hier illegaal verblijven omdat er in hun land een bur geroorlog woedt, kunnen worden geregulariseerd. Maar ik vind niet dat een illegaal verblijf per definitie beloond moet worden. Ik begrijp ook niet goed hoe de betrokkenen hun illegaal verblijf zullen kunnen bewijzen.” Is naar jouw mening de toestand rond de asielzoekers vandaag de dag onhoudbaar geworden? “Ik denk het wel. De aantallen zijn behoorlijk toegenomen in vergelijking met enkele jaren geleden. Vroeger was het enkele maanden per jaar heel druk, nu is het altijd hectisch. De asielcentra zitten overvol en onze administratie is niet meer voorzien op de toestroom. De spanning bij ons is groot en ook de hiërarchie staat onder druk van de publieke opinie. Daardoor moet ze soms overhaaste beslissingen nemen. Maar gelukkig is de sfeer op onze dienst goed. Bovendien heb ik het gevoel dat ik toch iets kan doen voor die mensen. Als is mijn bijdrage nog zo klein.”
21.10.99 C A M P U S K R A N T
5
NIEUWS
“Privacy gescand”
Tot hier en niet verder Anne-Mie Jaspers
We maken het allemaal wel eens mee: een aanbieding op naam voor ‘De Meest Volledige en Voordelige Reeks Encyclopedieën’ in de bus, een enthousiast telefoontje ter promotie van de allernieuwste tapijtreiniger. ‘Direct marketing’ heet zoiets; en het oogt op het eerste gezicht vrij onschuldig. Maar hoe zit het met onze privacy? Dat was de vraag die Michel Walrave, inmiddels doctor in de Sociale Wetenschappen, zich stelde. Hij formuleerde het antwoord in het boek Privacy gescand?, gebaseerd op zijn doctoraatsonderzoek. Als docent ICT -informatie- en communicatietechnologie-, direct marketing en privacybescherming, weet Walrave waarover hij praat. “De term direct marketing is een vlag die vele ladingen dekt: een verkoopsbrief sturen naar een bepaalde doelgroep, prospecten opbellen of emailen, een telefonische besteldienst ter beschikking stellen, een televisiecommercial uitzenden met telefonische responsmogelijkheid, directe verkoop door middel van een postordercatalogus... Op basis van de verzamelde informatie worden consumentenprofielen samengesteld, die ingepast worden in vooropgestelde doelgroepen.” Listige fabrikanten en ontrouwe klanten
De bedrijfswereld verzamelt en verwerkt een steeds groeiend aantal gegevens over de consument. Door middel van vragenlijsten, coupons en elektronische klantenkaarten proberen bedrijven meer van ons koopgedrag, van onze noden en wensen te leren kennen. Waarom? “Een fabrikant die zijn producten via een distributienet op de markt brengt, heeft geen voeling meer met zijn kopers, in tegenstelling tot de ambachtsman, die zijn klanten kent en dus zijn d iensten kan aanpassen aan hun noden en wensen. Dat verlies aan contact kan alleen worden gecompenseerd door marktonderzoek. Door in te spelen op de vragen van de k lanten, probeert de fabrikant zich te verzekeren van hun trouw. Want ook dat is een typisch hedendaags probleem: er is zo veel keuze en zo weinig verschil tussen de producten onderling dat de overstap van het ene product naar het andere snel gemaakt is. Via direct mailing willen bedrijven dus niet alleen nieuwe klanten winnen, maar ze ook aan h en binden. Door de gegevens te verwerken in databestanden vormt de consumentenmarkt geen anonieme massa meer, maar worden de consumenten persoonlijk identificeerbaar. Het snel, regelmatig en accuraat scannen van
6 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
persoonsgegevens maakt steeds meer gedetailleerde profielen mogelijk.” ‘The right to be left alone’
Het resultaat kan leiden tot een betere service, of een strengere aanwerving van personeel, maar houdt ook een aantal potentiële risico’s in: “ De persoonlijke scanning door overheden en bedrijven door middel van vragenlijsten, psychologische testen, het inpassen van die gegevens binnen bepaalde doelgroepen enzovoorts graaft dieper in het persoonlijke leven dan tot nu toe het geval was. Dat kan resulteren in een grensvervaging tussen wat in het publieke en wat in het private domein thuishoort.” “De vraag naar privacy én hoe ver die gaat, stelt zich tussen haakjes al veel langer dan vandaag: eind vorige eeuw al verweet men de sensatiepers inbreuk te plegen op de privacy door pittige details uit het privéleven van bekende burgers te publiceren. Tot
het midden van deze eeuw bleef men dit probleem enkel associëren met de pers en de overheid, die steeds meer persoonsgegevens over de burgers begon te verzamelen: een extreme visie hierop vind je overigens in Orwells Big Brother.” Sinds enkele decennia is er dus een derde acteur op het toneel verschenen: de bedrijfswereld. Is er ondertussen al een sluitende definitie voor de term ‘privacy’? “We onderscheiden twee dimensies binnen de persoonlijke levenssfeer van de consument: de informationele en de relationele privacy. De informationele privacy betreft het recht om te beslissen aan wie je persoonsgegevens vrijgeeft en voor welke doeleinden die al dan niet gebruikt mogen worden. Op die manier behoud je dus de controle over je persoonsgegevens. Met relationele privacy bedoelt men het recht van een consument om te beslissen of die met een bedrijf wil communiceren, vervolg op pagina 8
LEVEN AAN DE UNIVERSITEIT
Anemoon-projectleidster
Annemie Depuydt Ludo Meyvis
“Ik ben perfect ‘content’”, zegt Annemie Depuydt. Dat is lastig voor uw dienaar, immer op zoek naar een diepte-interview, steeds weer peilend naar verborgen verlangens en onvervulde wensen. Ze verblijft in een k lein bureautje twee hoog achter, in de gebouwen van de AIV. Aan de wand hangen foto’s van haar kinderen, twee jongens en een meisje. Eigenlijk kost het moeite om je te realiseren dat dit het hart is van de grote en drastische ‘herschrijving’ van de administratie van onze universiteit. Annemie Depuydt is projectleidster van Anemoon. Wie daar nog nooit van gehoord heeft, wordt bij deze ontslagen. Ze werd geboren op het Patroonsfeest van de K.U.Leuven, jaargang 1959, in Diksmuide. Haar jeugdjaren bracht ze door in Merkem, een klein dorpje in de Westhoek. Haar vader was middenstander, haar moeder hielp in de zaak. “Ik heb middelbare school gelopen bij de Roesbrugge Dames in Ieper. Zes jaar internaat, bij de nonnen. Dat was een behoorlijk strenge school, maar ik heb er toch prachtige herinneringen aan.”
houding, zelf ontwikkeld, perfect afgestemd op de eigen behoeften, én een centraal systeem, afgestemd op wat de centrale diensten van de universiteit nodig hadden. Dubbel werk dus, dat bovendien vrij los van elkaar bestond.” “De decentrale structuur van de K.U.Leuven levert uiteraard moeilijkheden op voor een centraal initiatief als Anemoon. Zo hadden we er bijvoorbeeld in het begin totaal geen zicht op wié bij bepaalde processen betrokken was. Een lijst van wie iets te maken had met de decentrale financiële administratie? Bestond niet.”
Niet voor de klas
“Toen ik naar Leuven kwam, was mijn eerste gevoel: vrij! Het was even wennen, maar ik voelde me toch al heel snel op mijn plaats. Ik wilde altijd al iets positiefs studeren, geen talen of zo. Uiteindelijk werd het geografie. Ik vond dat programma voldoende breed, en ik heb me nooit beklaagd dat ik die richting gevolgd heb. Het enige probleem was dat zo’n diploma meestal leidt naar een job in het onderwijs, en dàt was bij nader inzien niets voor mij. Ik kon gelukkig nog een aanvullende licentie informatica volgen, een programma van t wee jaar, waarmee ik ook andere wegen uitkon. Daarna belandde ik alsnog in het onderwijs, in de Rega-school, waar ik een jaar lesgegeven heb aan programmeurs. Ik geef eigenlijk wel graag eens occasioneel les, maar niet als voltijdse bezigheid. Daarom was ik heel tevreden toen ik in 1985 aan de K.U.Leuven kon beginnen, bij de AIV.” “In het begin was dat vooral meewerken aan projecten, later meer projectleiding. Het trof me dat systemen soms moeilijk te onderhouden waren. Methodisch te werk gaan om daarin verbetering te brengen is altijd al een stokpaardje van mij geweest. Informatisering was toen in essentie een technische aangelegenheid. Uiteraard werd er wel overlegd met de gebruikers, maar het echte werk werd hoofdzakelijk gedaan door de informaticus. Gebruikers werden minder structureel of formeel bij de projecten betrokken.” Anemoon
“In 1997 rommelde het wat aan de universiteit. Er w as duidelijk nood aan een heel àndere projectaanpak, veel gestructureerder en met veel meer aandacht voor inbreng van de gebruikers. Toen de K.U.Leuven iemand zocht om het Anemoon-project te begeleiden, voelde ik me dan ook meteen geroepen.” “Dat er zoiets bestaat als het Anemoon-project, zal intussen wel bij iedereen bekend zijn. Maar ik twijfel er niet aan dat er nog heel veel collega’s rondlopen die éigenlijk niet weten waarover het gaat. Communicatie vraagt werkelijk blijvende aandacht in een grote en decentrale universiteit. Die werkt niet top-down. Je kunt niet zeggen: ‘Goed jongens, we gaan de zaak hier eens veranderen, hou allemaal maar op met wat je al jarenlang aan het doen bent, wij weten het beter...’ Dat pàkt gewoon niet, zo werkt de universiteit niet. De dagelijkse horizon is die van het eigen departement of in het beste geval de eigen faculteit. Zo moét het ook: onderwijs en onderzoek moeten in alle vrijheid kunnen gebeuren. Maar we mogen niet vergeten dat de universiteit ook een organisatie is, een geheel, waarin soms gewerkt moet worden aan een overkoepelende optimalisering. Dat is wat Anemoon wil: de administratie en de daarbij horende informatiestroom herorganiseren en vooral verbeteren. Maar we kunnen en willen Anemoon zeker niét opleggen. We kunnen de mensen in de faculteiten alleen tonen wat beter kan, en hen uitleggen hoe ze zelf kunnen bijdragen tot die verbetering. Dat betekent dat we heel veel tijd besteden aan communicatie, onder andere door ter plaatse te gaan kijken, en massaal input van de eindgebruikers te vragen. Dat lukt redelijk, maar het kan uiteraard altijd nog beter.” “Anemoon is geconcentreerd op de optimalisering van de administratieve processen. Er wordt overal aan financiële administratie gedaan, aan studentenadministratie, aan personeelsbeheer enzovoort. Probleem was dat die administraties onvoldoende met elkaar konden communiceren, ook al was dat soms heel erg nodig. Dus werd er vaak parallel gewerkt: een lokale boek-
“Mijn werk is uiterst afwisselend. Ik zou het niet anders willen. Ik heb uitdagingen en variatie nodig en op dat vlak kom ik momenteel niks tekort. Soms is dat vermoeiend, maar het is ook héél bevredigend.” Perfect
“Ik probeer mijn werk en mijn privé-leven gescheiden te houden. Dat lukt behoorlijk. Het feit dat ik in L ier woon, niet onmiddellijk in de buurt dus, speelt daar allicht in mee. Dat betekent wel dat ik elke dag heel wat tijd in de auto doorbreng, maar dat beschouw ik als een pluspunt: het is het enige deel van de dag dat werkelijk voor mezelf is.” “Mijn privé-leven is soms even druk als mijn werk. Ik overleef op beide fronten door alles zo goed mogelijk te organiseren. Mijn man en ik begrijpen elkaar schitterend, en we hebben ieder onze taken en verantwoordelijkheden. We hebben ook iemand halftijds in dienst genomen, waardoor we uiteraard nogal wat werk uit handen kunnen geven. Mijn job staat me niet toe dat ik er strikte 9-tot-5 uren op na hou. Toch probeer ik maximaal tijd te maken om thuis te zijn, en d ie tijd ook maximaal te benutten, effectief met de kinderen bezig zijn, quality time, zeg maar.” “De discussie over werkende ouders die te weinig tijd voor hun partner en hun kinderen zouden hebben, gaat aan mij voorbij. Ik vind niet dat ik als vrouw een deel van mijn ambitie heb moeten opofferen voor mijn gezin. Beide zijn voor mij perfect te combineren Je moet tot een aanvaardbaar evenwicht kunnen komen. Dat evenwicht kan bij elk gezin anders liggen en dat moeten we van elkaar respecteren.” “Ik heb een redelijk gevuld sociaal leven, zowel met de vrienden als in het verenigingsleven. Aan sport doen is er niet bij, gewoon geen tijd voor. En allicht ook niet veel zin...” “Waar ik naartoe wil? Och, dat zien we wel. Ook na Anemoon zullen de bloemen nog wel bloeien. Ik heb mijn hele beroepsleven in project-omgevingen doorgebracht, en ik voel me d aar heel goed bij. Het is allemaal niet zo rechtlijnig en voorspelbaar, maar dat maakt het juist boeiend.. Projectwerking maakt het misschien moeilijker om een duidelijke loopbaan in het vooruitzicht te hebben, maar dat neem ik er gr aag bij. Ik wil me goed voelen in wat ik doe, en d at is tot nu toe heel zeker het geval.” “Grote dromen of onvervulde verlangens? Nee, die heb ik niet. Natuurlijk wil je op dagelijks vlak een aantal dingen opgelost zien, maar dat zou ik niet bepaald rubriceren als ‘droom’ of ‘verlangen’. Weet je, ik ben eigenlijk gewoon perfect content...”
21.10.99 C A M P U S K R A N T
7
NIEUWS
Arenberg-II in de kijker
Milieuzorg en communicatie Ludo Meyvis
Op 7 oktober ontmoette de K.U.Leuven een aantal buurtbewoners uit de omgeving van de Arenberg-II Campus. Bedoeling van deze bijeenkomst was een aantal onduidelijkheden op te helderen in verband met de geplande bouw- en verbouwingswerken op deze plek, en vooral met de milieuvergunningsaanvraag.
lector. Tot nu toe gebeurde een deel van die lozingen in de Dijle. Dat zal over een bepaalde tijd afgelopen zijn, wat me een flink winstpunt lijkt.” Investeren voor milieuzor g
“Verder hebben we de bewoners duidelijk willen maken dat de K.U.Leuven geen vijand van het milieu is. Als je onze vroegere, huidige en geplande Professor Vic Goedseels, investeringen op milieu-gebied bekijkt, kom je tot een in mijn ogen indrukAlgemeen Beheerder: “Voor wekkend lijstje. Even samenvatten? Je hebt de strikt milieu-gebonden invesde K.U.Leuven is het van het teringen, met eerst en vooral dus de geplande Aquafin-collector en de bijhogrootste belang dat er in een rende aansluitingen, begroot op 150 miljoen. In die reeks horen ook de maatopen sfeer en in onderling regelen voor de veilige opslag en verwerking van chemisch afval. De investevertrouwen met de buurt ringen daarvoor bedragen meer dan 100 miljoe n.” samengewerkt kan worden. “Daarnaast zijn er maatregelen van landschappelijke aard. Milieuzorg Er zijn enkele communicabetekent immers ook dat je de buurt kansen geeft om van mooi en goed tieve misverstanden onderhouden natuurschoon te genieten. Dat doen we bijvoorbeeld door geweest, maar ik hoop dat onze parken voor iedereen open te stellen, de vijvers en het domein rond het die nu van de baan zijn .” Arenberg-kasteel, de sportvelden enzovoort. De investeringen daarvoor liggen in de orde van 150 tot 200 miljoen. Reken daarbij nog de óók milieuVoor alle duidelijkheid vriendelijke restauraties, in dit concrete geval van het Celestijnenklooster, “Een universiteit doet eigen- waar de nieuwe campusbibliotheek onderdak zal vinden, de Sint-Lambertuslijk niks ànders dan commu- kapel, en verdere werkzaamheden aan het Arenbergkasteel, met onder andeniceren: onderwijs geven is re de herstelling van de watermolen -bouwwerken die alles bij elkaar 600 communicatie, onderzoeks- miljoen zullen kosten. Tel alles samen en je zit ongeveer aan een miljard...” resultaten meedelen via “We nemen milieuzorg zeer ernstig, niet alleen wat de financiële aspecpublicaties of congressen is ten betreft. De mensen van onze Milieudienst ontwikkelen eigen controlecommunicatie. En ook ons mechanismen om te zorgen dat alles veilig en verantwoord gebeurt. Door beleid moet communicatie middel van een soort balans, te v ergelijken met wat een boekhouder doet, als pijler hebben. Vandaar weten we perfect welke gevaarlijke stoffen we in huis hebben, hoe daarmee dat ik er prijs op stelde de omgegaan wordt en wat voor afval dat oplevert. De overheid controleert op algemeen beheerder Vic Goedseels buurtbewoners in alle open- haar beurt onze controle, een dubbele garantie op veiligheid.” heid en heel gedetailleerd in te lichten over de bouwplannen, en over de aan“Communicatie is niet eenvoudig, en ik begrijp de gevoeligheden inzake vraag van een milieuvergunning.” milieu opperbest. Ik hoop dat de buurtbewoners nu inzien dat onze bezorg“Sommige documenten uit die aanvraag wekten bij een aantal buurtbeheid even groot is als de hunne, en dat de K.U.L euven intens met milieuzorg woners enige argwaan. De feiten zijn er echter om die tegen te spreken. Eerst begaan is. Trouwens, het tegendeel zou nogal absurd zijn: onze hele campus en vooral hebben de meeste onderdelen van de aanvr aag te maken met een is gelokaliseerd in dat gebied. Je kunt toch bezwaarlijk veronderstellen dat loutere actualisering, een administratieve herschikking van een toe stand die we onze eigen mensen aan wat voor gevaar dan ook zouden blootstellen?” er al veel jaren is, zónder problemen, mét toezicht van onze eigen milieuOp de Centrale Infolijn, t(016)32 20 00, kunt u terecht met vragen en problediensten en van de overheid. Het enige werkelijk niéuwe onderdeel van de men met betrekking tot de verschillende projecten op de universitaire campus aanvraag behelst de aansluiting van afvalwater op de geplande Aquafin-colHeverlee.
vervolg van pagina 6 maar ook wanneer, waar, hoe en waarover er gecommuniceerd wordt. Dat staat dus voor de mate waarin je bereikbaar wil zijn voor organisaties. Wie daar paal en perk aan wil stellen kan bijvoorbeeld een geen reclame-sticker op zijn deur plakken, of zijn naam laten opnemen in een van de zogenaamde Robinsonlijsten, elektronische lijsten van mensen die geen reclame wensen en die bedrijven gebruiken als filter op hun direct mailing.” “In Privacy gescand probeer ik een voorstel te formuleren voor een privacybeleid. Om een evenwicht te vinden tussen de noodzaak aan informatie en communicatie van de bedrijven enerzijds, en de bescherming van de privacy van de consument anderzijds, moeten zowel technologische, deontologische als wetgevende intiatieven genomen worden.” De consument krijgt het laatste woord
‘Privacy gescand’ bevat de eerste Belgische wetenschappelijke enquête omtrent direct marketing en privacy. Hoe reageert de gemiddelde consument op reclamepost, verkoperstelefoontjes, teleshopping en elektronische klantenkaarten? “Onze resultaten wijzen erop dat consumenten een zekere irritatie ervaren tegenover specifieke vormen van direct marketing, en dat ze bij het verzamelen en gebruiken van hun persoonsgegevens meer transparantie wensen: ze willen beter op de hoogte gebracht worden van het doel van het bestand waarin ze terecht komen. Om tot een goede samenwerking te komen, zouden bedrijven dus wat nieuwsgieriger mogen worden
8 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
naar de wensen en eisen van consumenten in verband met de manier waarop het bedrijf direct met hen communiceert en hoe je het beste omgaat met hun persoonsgegevens. Die kennis zou kunnen leiden tot het verder ontwikkelen van zelfdiscipline in de direct marketing, aangevuld met technologische oplossingen die de consument aangeboden worden om zijn privacy te beschermen. Daarnaast blijft een jur idische bescherming van de privacyrechten noodzakelijk. De overheid en andere organisaties kunnen dan een oogje in het zeil houden en nagaan in welke mate de privacyrechten van consumenten gerespecteerd worden.” Dr. Michel Walrave is verbonden aan de K.U.Leuven, de OU Nederland, de K.U.Brussel en de URL Barcelona. “Privacy gescand?”, Universitaire Pers Leuven, 1999, 484 p., ISBN 90 6186 988 9.
Nieuwsbrief Onderwijs, Aflevering 3
Tientallen artikels, meningen, cijfermateriaal, mededelingen enzovoort werden overzichtelijk samengebracht in de Nieuwsbrief Onderwijs, die intussen al aan zijn d erde aflevering toe is. Begeleide Zelfstudie krijgt veel aandacht, evenals de reorganisatie van de onderwijsondersteunende diensten. http://onderwijsbeleid.rec.kuleuven.ac.be/nieuwsbrief
NIEUWS
“Zeker niet bezuinigen op onderwijs”
Geweld op school
Om na te gaan hoe het zit met de onveiligheidsgevoelens van leerkachten namen Vettenburg en Huybregts enquêtes af in een 100-tal secundaire scholen: “We hebben in de scholen van het jeugdonderzoek bijna 1.500 leerkrachten bevraagd. Er is gepeild naar de mate waarin leerkrachten bang en/of bezorgd zijn, of ze ooit slachtoffer zijn geworden van agressie, of ze weet hebben van soortgelijke feiten bij collega’s en zo meer. In een tweede fase
Erik Brusten
‘Jongeren randen leerkracht aan’. ‘Jongeren gewapend naar school’. Het is maar een greep uit de krantenkoppen van de afgelopen periode. Maar is er ook werkelijk sprake van een toe name van geweld op school? Of nemen veeleer de klachten over probleemgedrag bij jongeren toe? Jeugdcriminologe Nicole Vettenburg voert, binnen de onderzoeksgroep Jeugdcriminologie, een onderzoek uit in opdracht van de Vlaamse minister van Onderwijs. Samen met haar collega Inge Huybregts peilt ze enerzijds naar de mate waarin antisociaal gedrag bij leerlingen voorkomt, en anderzijds naar de onveiligheidsgevoelens die bij leerkrachten leven. Het eerste deel van het onderzoek is geënt op een uitgebreide bevraging van zo’n 5.000 V laamse jongeren, in het kader van het Jeugdonderzoek van de Vlaamse Gemeenschap. Daaruit konden al een aantal voorlopige gegevens over anti-sociaal gedrag bij jongeren worden gedistilleerd. Zo heeft een vijfde van de respondenten zich naar eigen zeggen wel eens schuldig gemaakt aan vandalisme, 22 procent heeft al eens iets gestolen en 17 procent antwoordt positief op de vraag of ze wel eens drugs hebben gebruikt. 12% van de jongeren draagt af en toe een wapen, zoals een stok, dolk of vuurwapen, en 12% w as al eens betrokken bij een serieuze vechtpartij. Volgens Vettenburg zijn er in V laanderen evenwel geen objectieve cijfers beschikbaar om een toename van dit soort gedrag te staven: “Dit grootschalig jeugdonderzoek is het eerste in zijn soort in Vlaanderen. Wij beschikken niet over vergelijkbaar materiaal van vroeger en kunnen dus de in de publieke opinie vrij algemeen aanvaarde stijging van geweld bij jongeren noch bevestigen, noch ontkennen.” Studies over de geregistreerde delinquentie tonen alvast aan dat het aantal pv’s en veroordelingen vrijwel constant blijft en dat geweldpleging daar een vast bestanddeel van uitmaakt. Wel blijken de klachten over het gedrag van jongeren, ook in het onderwijs, toe te nemen. Nicole Vettenburg wijst in dat verband op de zogenaamde crime carroussel, een begrip dat werd gelanceerd door de Deense wetenschapper Kutchinsky. In de samenleving spelen een aantal krachten op elkaar in, waardoor de indruk wordt gewekt dat de onveiligheid toeneemt. Vettenburg: “De media rapporteren spectaculaire delicten. Mede daardoor nemen bij het grote publiek de angstgevoelens toe en lijkt de roep naar orde en controle verantwoord. Zowel politie en gerecht als politici pikken in op de maatschappelijke vraag, en de statistieken volgen.”
zullen we in een beperkt aantal scholen verder kwalitatieve gegevens verzamelen om inzicht te krijgen in de samenhang tussen antisociaal gedrag bij leerlingen en onveiligheidsgevoelens bij leerkrachten. De bedoeling is dat wij daaruit voorstellen kunnen formuleren die dat probleemgedrag en/of die onveiligheidsgevoelens kunnen helpen verminderen.” Het viel de onderzoekers op dat diverse scholen, vooral in meer landelijke gebieden, lieten verstaan dat bij hen niet zo veel geweld voorkomt. “Bij ons is het niet zo erg, wij zitten niet in een grootstad”, waren veel voorkomende opmerkingen. En ook: “als er zich problemen voordoen lossen we die intern op”. Dat laat vermoeden dat de gemiddelde Vlaamse school niet geconfronteerd wordt met ernstige vormen van geweld. Vooralsnog blijft dat beperkt tot scholen in probleemgebieden en tot uitzonderlijke voorvallen. Leerkrachten hebben een moeilijke job, erkent Vettenburg. Hun vraag om waardering, niet enkel financieel maar ook bijvoorbeeld inzake materiële ondersteuning voor hun werk, vindt ze dan ook terecht. Voor beleidsmakers heeft ze alvast een advies: “Je moet zeker niet bezuinigen op onderwijs. Een overheid die preventief denkt investeert maximaal in onderwijs. Als je het daar laat fout gaan en verzieken moet je dat achteraf via andere beleidsdomeinen toch corrigeren...”
Discrimineren of stimuleren?
Volgens Vettenburg is het normaal dat jongeren tussen 12 en 18 jaar problematisch of normovertredend gedrag vertonen: “Dat hoort bij de adolescentiefase, waarin jongeren de grenzen van het toelaatbare aftasten en hierbij af en toe over de schreef gaan. Dit soort gedrag gaat bij de meeste jongeren vanzelf over omdat ze rond de leeftijd van 17 à 18jaar een positieve band met de samenleving hebben ontwikkeld: ze voelen zich aanvaard, hebben een zekere sociale status verworven op school of werk en houden zich meer aan de gevraagde regels omdat ze bij overtreding meer te verliezen hebben. Bij een beperkte groep gaat dit ‘normaal’ probleemgedrag niet over, precies omdat die binding met de samenleving niet tot stand is gekomen. Zij ervaren geen aanvaarding en aantrekking maar wel afwijzing, negatieve opmerkingen en sancties.” Cruciaal in dit bindingsproces is de relatie tussen leerkracht en leerling: “Leerkrachten zijn zich meestal niet bewust van het feit dat ze bepaalde leerlingen discrimineren. Dat werkt dikwijls heel subtiel. De inschatting die een leerkracht maakt van een leerling op basis van d iens kleding, taalgebruik of goede manieren bepaalt ook het gedrag van die leerkracht. Zijn diens verwachtingen hoog dan zal hij of zij meer positief stimuleren, zijn deze laag dan zal er sneller gestigmatiseerd worden. Dit werkt als een zelfvervullende voorspelling.” Van leerkrachten wordt een open, respectvolle en stimulerende houding ten aanzien van alle leerlingen verwacht. Het is echter niet altijd evident om dat -ook in moeilijke klassen- waar te maken. Vettenburg wijst ook op de rol van de directie: “Niemand van de leerkrachten spreekt mij tegen als ik stel dat de relatie tussen leerkracht en leerlingen een afspiegeling is van de houding die de directie aanneemt tegen haar leerkrachten.” Je mag de druk op de scholen niet onderschatten, stelt Vettenburg: “Men verwacht tegenwoordig veel van het onderwijs en de eisen die worden gesteld aan leerkrachten zijn toegenomen. Dat maakt het voor hen vaak ook moeilijker om om te gaan met probleemsituaties of moeilijke jongeren.”
BloedSerieus 1999 Bloed is er altijd te weinig, zo simpel is het. Daarom organiseren de Landbouwkring en Medica in Leuven, de Vlaamse Landbouwkundige Kring in Gent en Aesculapia in Antwerpen, samen met het Rode Kruis Vlaanderen en de Dienst Hematologie van UZ Gasthuisberg, jaarlijks een grootscheepse bloedinzameling -Bloedserieus. In Leuven zijn we toe aan jaargang 10, en d at wordt gevierd -maar de bloedinzamelingen blijven bovenaan het lijstje. Een overzicht: 15 november: verbroederingsquiz t ussen Landbouwkring en Medica, in Alma2 om 21u. 16 november: bloedinzameling in Sporthal De Nayer, Heverlee, en College De Valk, Tiensestraat 41, van 11-19u. ‘s Avonds filmvoorstelling -Psycho van Hitchcock (originele versie)- in het Zoölogisch Instituut, Naamsestraat 59. 17 november: bloedinzameling in Sporthal De Nayer, Heverlee, en College De Valk, Tiensestraat 41, van 11-19u. ‘s Avonds: Triple-Bloedserieus TD in drie Leuvense fuifzalen: Albatros, Samambaïa en Rumba . 18 november: concert in de P ieter De Somer-Aula, Deberiotstraat 2 4, met grote folknamen als Kadr il en Ambrozijn. In het voorprogramma de winnaars van de publieksprijs van het interfacultair songfestival 1999.
21.10.99 C A M P U S K R A N T
9
STUDENTEN
Lezingen relatievorming en seksualiteit
Een Leuvens lief voor het leven Anne-Mie Jaspers
Omdat de universiteit meer wil doorgeven dan vakkennis wordt er jaarlijks een cyclus georganiseerd voor studenten over relatievorming en seksualiteit. Vier avonden lang wordt er gesproken en gedebatteerd over verliefdheid en hoe die kan uitgroeien tot een vaste relatie. Een onderwerp van alle tijden én voor iedereen, want zeg nu z elf: wie heeft er in Leuven geen lief (gehad)?
de neiging hebt de ander te zien zoals je hem of haar wenst -en die past dan natuurlijk perfect bij jou. Door samen te leven op kot leer je de ander toch op een heel andere manier kennen: je ‘ideale partner’ blijkt niet echt ‘s werelds grootste afwasser te zijn, of laat zijn sokken rondslingeren...Dat zijn zaken die de euforie van het verliefd zijn toch wel doorprikken.” “Een studentenrelatie loopt ook minder het gevaar van ‘overhaasting’. Je
De reeks wordt al jarenlang georganiseerd, de laatste twintig jaar onder auspiciën van het Medisch Centrum voor Studenten. Via lezingen, films en debatten komen zowel psychologische, lichamelijke als ethische aspecten van relaties en seksualiteit aan bod. Professor Fons Vansteenwegen, van het Interfacultair Instit uut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen, opent de cyclus met de lezing Van verliefdheid naar relatie. prof. Fons Vansteenwegen Vansteenwegen: “Ik vind het heel belangrijk dat er binnen de universiteit ook aandacht is voor relatie en seksualiteit. Door de steeds hogere eisen die aan ‘vakmensen’ gesteld worden, bestaat immers het gevaar van interessevernauwing: je hebt al je energie nodig om gewoon al op eigen terrein gelijke tred te houden. Daartegenover staat het belang van een goede relatie. Let maar eens op enquêtes over ‘gelukkig zijn’: relatie en gezinsvorming staan altijd bovenaan. Met onze reeks proberen we jonge mensen perspectieven te bieden en hen aan te zetten tot reflectie.” Het zijn dan ook goedgekozen onderwerpen die ter discussie worden aangeboden: zo spreekt antropologe Christiane Timmerman over relatievorming en seksualiteit in de Turkse gemeenschap. Niet alleen boeiend omdat je zo een andere cult uur beter leert kennen, maar zeker ook vanwege de mogelijkheid tot vergelijking. Vansteenwegen: “Je leert jezelf pas echt kennen door vergelijking met de ander. We hebben daarbij veel aan de antropologie te danken: via kennis van andere cultur en krijg je een veel beter inzicht in je eigen cult uur en relaties.” Professor Roger Burggraeve, docent moraaltheologie, benadert het onderwerp meer vanuit filosofisch/theologisch standpunt: “In een tijd waarin ‘veel tegenstrijdige opvattingen heersen’ biedt hij een aantal richtlijnen aan voor het ontdekken van een diepere dimensie in relatievorming en seksualiteit.” Professor Vansteenwegen buigt zich dan weer over de psychologische factoren van verliefdheid, en het uitgroeien van die verliefdheid tot een volwaardige relatie. Het studentenpubliek heeft hier zeker wel boodschap aan: op vier of vijf jaar tijd is de kans groot dat je, temidden van al die andere studenten, een partner vindt. Maar is het universiteitsleven wel een goede basis voor een langdurige relatie? Als student leef je tenslotte in een vrij beschermde wereld: behalve studeren is er niets dat echt ‘moet’, en het eventueel gezamenlijk kotleven is heel wat anders én een stuk romantischer dan het samenwonen in het ‘echte’ leven. Wordt er de partners op die manier geen zand in de ogen gestrooid? Sokken en afwas
Vansteenwegen:”Volgens mij hebben studenten net heel veel kans om iemand met dezelfde interesses te ontmoeten, en dus een e ventuele partner ‘voor het leven’. Een goede relatie kan immers niet bestaan zonder enige gelijkenissen, als er een aan tal overeenkomsten zijn van in het begin, ben je al een heel eind op weg. Daarbij is het zo dat het studentenleven een stuk ‘realistischer’ is geworden. De tijd van de student als flierefluiter is voorbij; daarvoor is de studiebelasting te groot. De doorsnee student heeft tegenwoordig veel minder tijd, je kan dus het studentenleven van nu echt wel zien als voorafbeelding van het ‘harde leven’. Ook zo voor studentenrelaties. Als je verliefd bent, ben je in de war. Je bent op zoek naar ‘de ware’, waardoor je
Programma relatievorming en seksualiteit 27/10 Lezing: Van verliefdheid naar relatie, prof. A. Vansteenwegen, Interfacultair Instituut voor Familiale en Seksuologische Wetenschappen. 3/11 Film: Marius et Jeanette, van Robert Guediguian, ingeleid door prof. Sylvain De Bleeckere, docent kunstfilosofie PHL, met nabespreking. 17/11 Lezing: Een andere kijk op relatievorming en seksualiteit: een Turks perspectief, Christiane Timmerman, antropologe Universiteit Antwerpen en K.U.Leuven.
10 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
leert elkaar beter kennen dan vroeger het geval was, het stramien verliefdverloofd-getrouwd wikkelt zich minder snel af waardoor je, naast je verliefdheid, ook tijd hebt voor reflectie: passen we echt bij elkaar? Binnen een relatie is de vraag ‘kan ik met hem/haar leven’ belangrijker dan de wetenschap dat je van de ander houdt; vraag dat maar aan de relatietherapeuten.” “Kijk, een relatie kan op twee manieren fout lopen. Ten eerste moet je een goede keuze maken. En dan begint het eigenlijk pas: ‘het onderhoud’. Ook dat willen we benadrukken in de lezingenreeks: om er iets van te maken, moet je voldoende tijd en energie in je relatie steken. Met andere woorden: het is er niet, je maakt het...”
23/11 Lezing: Seksualiteit, relatie en levensbeschouwing, prof. Roger Burggraeve, Afdeling Moraaltheologie. Auditorium Zeger Van Hee, De Valk, Tiensestraat 41, op 23/11 in het auditorium naast het auditorium Z. Van Hee, telkens om 20u, gratis.
Info: Medisch Centrum voor St udenten, t(016)32 44 20.
N O S TA L G I A L O VA N I E N S I S
Aflevering 56
Nostalgia Lovaniensis Rik Uytterhoeven
Van rechtsboven, met de wijzers van de klok mee: afbeelding 1 t.e.m. 6.
Deze aflevering is gewijd aan de muziek aan de universiteit... Foto 1 toont het sextet Thebaanse trompetters vóór de academische stoet op het Hogeschoolplein bij de viering van het vijfde eeuwfeest op 28 juni 192 7. De Vlamingen waren toen uit protest afwezig. Ook de studentenfanfare speelde een belangrijke rol. Het huis Thulliez Soeurs kiekte omstreeks 1906 de nog gemengde fanfare -Walen en Vlamingen- met hun instrumenten en hun bonte waaier van hoofddeksels op de binnenkoer van de Société Générale des Etudiants in de Vaartstraat (foto 2). Hetzelfde muziekcorps in 1906 op de uitvaart van kardinaal Goossens te Mechelen (foto 3). Enkele weken later stapte het door Leuven aan het hoofd van een massa studenten die hulde brachten aan Désiré Joseph Mercier (1851-1926), toe n zijn benoeming tot opvolger op de kardinaalstroon bekend raakte. Een prentkaart van deze manifestatie vindt men trouwens in aflevering 18. De Vlaamstalige studentenfanfare, officieel opgericht in 1911, bestond reeds in embryonale vorm bij de viering van de 75jarige Katholieke Universiteit op 9 mei 1909. Ze had een woelig ontstaan achter de rug en lokte bij haar eerste optreden al een fameus incident uit toen ze vóór de trib une met de prominenten tweemaal De Vlaamse Leeuw uitvoerde, waarna de Vlaamssprekende studenten luidskeels scandeerden: “Wij willen Vlaams op de hogeschool!”. Monseigneur Mercier beweerde toen: “ça jamais!”, maar zelfs een kardinaal kan zich vergissen (afbeelding 4). Gerard Iserbyt, preses van de Vlaamse Studentenfanfare aan het begin van de jar en ‘20, beschreef deze ooit als volgt: “De Fanfare van Leuven is de Pallieter van het studentenleven, die veel doet genieten, maar zelf nog meer geniet. Het ideaal van een studentenfanfare ware een muziek dat flinker speelde dan het korps der Gidsen en waarvan de leden trouwer de herhalingen bijwoonden dan dorpscommeren een koffiebal, méér konden drinken dan tempeliers en dan nog even nuchter zouden zijn als versgeboren kinderen, zoeter konden blazen dan Schone Miel, zaliger en harder dan Stroten of Jef Valvekens. Dat ideaal bestaat niet, maar wat er het dichtst bijkomt is zeker: de Leuvense Studentenfanfare.” Foto 5, gi ft van G. Goubert uit Heusden, werd ter beschikking gesteld
11 C A M P U S K R A N T 21.10.99
door het AMVS. Nog een heel ander geluid weerklonk in Ons Leven: Er zijn de Drie Tamboers weerom, studenten, professoren, Wij trekken uit weer met de trom, Heel Leuven moet het horen ... Astek, pandoer, patriotard, En kleine en grote Jannen, Houdt U in acht daar is verraad ! Wij zijn de trom aan ‘t spannen. Want neen, kwajongens zijn we niet maar kniezers ook niet, drommels ! Wij zingen luid ons leutig lied en slaan op onze trommels ! Zo dichtte Jan Valvekens, die in 1919 met Jeroom Leuridan en Leo Scheere als de ‘Dr ie Tamboers’ instond voor ‘Die Excellente Cronicke’. Dat vaak wisselende trio van auteurs hekelde of ridiculiseerde allerhande toestanden aan de universiteit of in de studentenwereld (kaart 6).
NIEUWS
@kuleuven.ac.be
Tien jaar Internet in België Ludo Meyvis
Het Internet in België is 10 jaar jong. In september 1989 legde de K.U.Leuven de eerste internationale en nationale Internetverbindingen. Het Internet van toen kan j e niet vergelijken met het huidige. Alles was academisch gericht, en niet, zoals nu, eerst en vooral op ontspanning, informatie en commercie. We spraken over die pionierstijd met professor Pierre Verbaeten (Departement Computerwetenschappen) en Herman Van Uytven (LUDIT). Professor Pierre Verbaeten
It’s time, rare Fido
Van Uytven: “Als ik 1989 als beginjaar van het Internet neem, wil dat niét zeggen dat er daarvoor geen connectie tussen computers mogelijk was, integendeel. Heel belangrijk was bijvoorbeeld Earn/Bitnet. Bitnet, de Amerikaanse roots van het systeem, ontstond in 1982. De term Bitnet is een acroniem voor Because it’s Time Network, en Earn staat voor European Academic and Research Network. Het ging om een netwerk van grote IBM mainframes. Het was een professioneel systeem, met een inhoud en bediening die duidelijk niét afgestemd waren op de individuele niet-academische Herman van Uytven gebruiker. Maar het was wel al behoorlijk uitgebreid. Op het einde van de jaren ‘80 hadden we ongeveer 2.000 eindgebruikers die via terminals -kent iemand dat woord nog?- op de mainframe van de K.U.Leuven aangesloten waren. En onze mainframe was op zijn beurt gekoppeld aan zowat 3.000 externe mainframes, hoofdzakelijk uit andere universiteiten. Leuven speelde toen een centrale rol: het Rekencentrum -nu: LUDIT- was het hart van het Belgische luik van Earn. Het systeem werd hoofdzakelijk gebruikt voor e-mail, mailing lijsten en het uitwisselen van bestanden.” Verbaeten: “Een ander netwerk was Eunet, ontstaan in 1982. Dat werd gevormd door computers die vooral op Unix draaiden -Unix is een operating system zoals MS-DOS, waar de meeste pc-gebruikers toch wel van gehoord hebben, maar dan veel sterker en uitgebreider. Unix-computers trof -en trefje vooral aan in departementen computerwetenschappen. Opnieuw was Leuven een hoofdrolspeler: Eunet-België werd beheerd vanuit ons Departement Computerwetenschappen. Toepassingen? Vooral e-mail, bestandsuitwisseling en Usenet -de hiërarchie van nieuwsgroepen, inmiddels vele tienduizenden talrijk, en zo’n beetje de alles-kàn-afdeling van de computerwereld. Eunet-België zorgde ook voor mail-contact tussen Eunet en Earn/Bitnet.” “In 1989 werd ook het .be domein gecreeërd. Vanaf dat ogenblik was het mogelijk op beide research netwerken, EARN en Eunet, de uniforme ‘Internet’ adressen voor e-mail te gebruiken. Tegenwoordig is een adres als ‘
[email protected]’ een evidentie, maar toen was het een enorme vooruitgang. Het beheer van het .be domein wordt sinds 1989, dus ook al 10 jaar, op het Departement Computerwetenschappen uitgevoerd onder mijn leiding.” Van Uytven: “Dan had je ook FidoNet (1983). Dat was een netwerk van pc-amateurs, waarbij het toenmalige Kandidatuurcentrum Exacte Wetenschappen (nu het monitoraat) een ondersteunende rol had bij projecten in secundaire scholen.” “Rare was eigenlijk niet zozeer een -werkend- netwerk, maar eerder een lobbygroep die netwerken wou opzetten gebaseerd op het theoretische OSI model. OSI was een communicatieprotocol zoals het tegenwoordig alom gebruikte TCP/IP -dat door de voorvechters van OSI beschouwd werd als een voorbijgaand tussenstadium.” OSI of Internet?
Verbaeten: “Eind jaren ‘80 was het duidelijk dat zowel Earn, Eunet als Fidonet tekortkomingen hadden voor verdere uitbreiding tot een wereldwijd netwerk, waarin naast mainframes en UNIX werkstations ook veel pc’s opgenomen moesten worden. Er ontstond een felle discussie of men nu de ‘Amerikaanse’ Internetweg moest volgen waarvan men wist dat het werkte, of de OSI-weg moest kiezen, die gepromoot werd door de officiële standardisatieorganisaties, maar eigenlijk in hoofdzaak een theoretisch model was, zonder bewijs dat het wel zou werken op grote schaal.” “Ik heb toen nogal heftig campagne gevoerd voor de jonge Internet-protocols, op basis van TCP/IP,” zegt professor Verbaeten. “Onze universiteit heeft daar uiteindelijk voor gekozen. Dat is een gelukkige beslissing geweest. Andere instellingen, die geprobeerd hebben een OSI-netwerk uit te bouwen,
12 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
moesten achteraf van lieverlee afhaken en naar de Internet-standaarden overstappen.” Van Uytven: “De eerste Belgische Internetverbindingen ontstonden zonder veel steun vanuit officiële hoek. Gelukkig was er IBM. Dat sponsorde een project dat EASInet heette -European Academic Supercomputer Initiative-, in navolging van het Amerikaanse NSFnet -National Science Foundation-, een systeem dat een reeks Amerikaanse universiteiten met elkaar verbond. Easinet had twee hoofddoelen: een verbinding realiseren tussen de grote Europese mainframes, om voor zeer zware rekenopdrachten de krachten te kunnen bundelen, en ten tweede ervoor zorgen dat gebruikers vanop hun pc of werkstation toegang konden krijgen tot die supercomputers. In september 1989 werd dan de eerste Belgische verbinding gelegd tussen de mainframe van de K.U.Leuven en een mainframe in Montpellier, via Internet-protocols. Vanaf toen kon men vanuit Leuven aansluiten in Montpellier, en van daaruit kon men verder het Internet op. Het eerste jaar was er dus enkel verbinding mogelijk via een tussenstap te Montpellier. Een ‘echte’ rechtstreekse verbinding met het Internet kwam er pas een jaar later. Om het K.U.L euven Internet rechtstreeks te verbinden met het wereldwijde Internet, was er immers toestemming nodig van het NSFnet. Dat duurde nogal lang, onder andere omdat de administratieve mallemolen toen al even langzaam maalde als nu, maar ook omdat de Koude Oorlog nog niet afgelopen was. We moesten kunnen garanderen dat vijandelijke naties Easinet niet konden misbruiken om toegang te krijgen tot Amerikaanse supercomputers.” Saddam Hussein mist kans
Verbaeten: “Eunet heeft nooit van enige sponsoring kunnen genieten. De kosten voor het gebruik, vooral de kost van telefoonlijnen voor datatransmissie, werden door de gebruikers zelf gedragen. Naast de departementen computerwetenschappen van onze universiteiten behoorden ook de research-afdelingen van grote bedrijven tot de Eunet gebruikers.” “Binnen de K.U.L euven werden eerst het Rekencentrum en het Departement Computerwetenschappen met elkaar verbonden. Twee lokale netwerkjes konden op die manier met elkaar communiceren. In 1991 werd dan beslist om verder uit te breiden, en werden er 4 routers -Internet verkeersregelaarsbesteld. De politiek speelde ons opnieuw parten, deze keer de Golfoorlog: alle routers werden opgeëist door het Amerikaanse leger. Achteraf bleken die routers een paar banale veiligheidslekken te vertonen. Nog een geluk dat Saddam Hussein geen capabele hackers in dienst had toen, of de wereld had er nu anders uitgezien.” “Internet als commerciële omgeving startte door het omvormen van Eunet van een vzw naar een commercieel bedrijf. Vanaf dan, begin 1994,
begon Eunet op professionele basis Internet-diensten aan te bieden aan bedrijven. Tot 1994 werd het Internet enkel gebruikt binnen de academische wereld en binnen enkele bedrijven, voornamelijk uit de computersector. Pas met het ontstaan van het Web en de grafische webbrowsers in 1993-199 4, eerst Mosaic, nadien Netscape, werd het Internet toegankelijk voor iedereen. “Vanaf 1990 sloten de andere Belgische universiteiten -eerst UIA, ULG, UCL en het LUC, nadien de anderen- aan op het Internet via de K.U.Leuven. In 1993 werd Belnet -Belgisch netwerk voor onderwijs-, onderzoeks- en overheidsinstellingen- opgericht en werden de internationale en nationale verbindingen van Leuven naar Brussel overgebracht. En toen begon het wereldwijde Web aan zijn grote opmars...” “Zeggen wij dus te veel met de bewering dat Leuven België geleerd heeft wat Internet is?”
CULTUUR
Programma UUR KULtUUR Sarah Chase: dans
Sarah Chase is een Canadese danseres-choreografe die onder meer samenwerkte met Peggy Baker, Karen Jamieson en Alexander Baervoets. Met de solo’s van
plaats voor een intense ervaring. Terwijl Chase dat verhaal en gelijkaardige ervaringen vertelt, schrijft ze de namen van overledenen in de lucht. Door die choreografische ingreep neemt zij afstand van de intense autobiografische ervaring, die als het ware wordt omgebogen tot een communicatieve act, een persoonlijk contact van de danseres met het publiek. In Lamont Earth Observatory brengt Sarah Chase verschillende elementen samen uit haar verleden. Zo verwerkt ze onder meer filmfragmenten uit haar kindertijd en integreert ze de herinnering aan haar vaders natuurverhalen. Chase toont hier haar interesse voor niet-lineaire verbanden die kunnen worden gelegd tussen de vervormde herinneringen aan de kindertijd, en de emoties en lichamelijkheid als volwassene, een uiting van haar hunker naar een voorbije realiteit. 27 okt., 13u, Vlamingenstraat 83. Elk UUR KULtUUR is gratis. Info: t(016)32 40 09. Fred Hersch: jazz
Tijdens zijn tournee door Sarah Chase komt een soort dans aan bod die in het Belgisch danslandschap nogal ongewoon is. Chase werkt beeldend, en het verhaal en het geheugen zijn haar favoriete thema’s. Terwijl zij een verhaal vertelt, beeldt ze dit tegelijkertijd uit in een dansante gebarentaal, een mengeling van metaforen en abstracte bewegingen. Chase bracht in ‘97 al een niet onopgemerkt bezoek aan Leuven: ze danste toen een solo van de Canadese choreograaf Benoît Lachambre, geïntegreerd in diens L’âne et la bouche. Precies die samenwerking met Lachambre bevatte de kiem voor het recente werk van Chase. In Muzz vertelt Chase hoe ze als achttienjarige haar overgrootmoeder ontmoet, die op dat ogenblik stervende is, en hoe deze vraagt of ze wil dans en. Er is slechts een kleine ruimte voorhanden, geen voorbereiding. Evenmin is er dansbare muziek beschikbaar, enkel de Mondscheinsonate van L. van Beethoven. Het estheticisme van de professionele dans vanop de scène ruimt
AGENDA
concert 21/10 20u Concert Ensemble Piacevole en Alfredo Marcucci, bandoneon, Nico Baltussen en Gudrun Vercampt, viool, Yves Cortvrint, altviool, Luc Dewez, cello en Ludo Joly, contrabas, Timeless Tango, Concertvereniging Lemmensinstituut, Herestraat 53, t(016)23 39 67. 22/10 19u Beiaardbespeling door Marc Van Eyck, universiteitsbeiaard, Mgr. Ladeuzeplein, t(016)32 40 09. 26/10 19u Beiaardbespeling door Twan Bearda, universiteitsbeiaard, Mgr. Ladeuzeplein, t(016)32 40 09. 28/10 20u Concert Pianoduo Kolacny, Andalousische dansen, Concertvereniging Lemmensinstituut, Herestraat 53, t(016)23 39 67. 29/10 19u Beiaardbespeling door Jos D’hollander, universiteitsbeiaard, Mgr. Ladeuzeplein, t(016)32 40 09. 2/11 19u Beiaardbespeling door Luc Rombouts, universiteitsbeiaard, Mgr. Ladeuzeplein, t(016)32 40 09. 3/11 13u UUR KULtUUR, Fred Hersch aan de piano, Museum Theo Vanderwaeteren, de Croylaan 2, Heverlee, t(016)32 40 09 5/11 19u Beiaardbespeling door Koen Van Assche, universiteitsbeiaard, Mgr. Ladeuzeplein, t(016)32 40 09. 9/11 19u Beiaardbespeling door Luc Rombouts, universiteitsbeiaard, Mgr. Ladeuzeplein, t(016)32 40 09. 10/11 13u UUR KULtUUR, An Pierlé ‘Mud Stories’, Wagehuys,Brusselsestraat 63, t(016)32 40 09
14 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .99
Europa maakt de Amerikaanse Fred Hersch, die behoort tot de absolute top van de jazzmuzikanten, een tussenstop in Leuven. Hersch bracht de afgelopen twintig jaar meer dan 15 albums uit en trad op met verschillende jazziconen. The Boston Globe noemde Hersch “a pristine
technician with a poet’s soul”. Hersch verkent de ritmische vorm en het mathematische van de beweging even gracieus als hij het gevoelskarakter van een ‘ bitterzoete’ melodie exploreert. Zijn muziekbenadering drukt complexe emotionele landschappen uit met een minimum aan sentimentaliteit. Hersch is als docent verbonden aan The New England Conservatory of Music -dat verklaart deels waarom hij zijn jazzmuziek onderbouwt met een klassieke sfeer. 3 nov., 13u, Museum Theo Van der Waeteren. Elk UUR KULtUUR is gratis. Info: t(016)32 40 09
CULTUUR
vervolg van pagina 14
Wijziging programmatie UUR
Voor 150 frank naar een concert!
La Petite Bande en Sigiswald dans 21/10 22.30u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Pascale Platel, Stuczaal, E. Van Evenstraat 2D, t(016)20 81 33. 22-23/10 20.30u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival José Montalvo & Dominique Hervieu, Le jardin de io io ito ito, Schouwburg, Bondgenotenlaan 21, t(016)20 81 33. 23-24/10 20.30u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival De Loofblomme vzw, Mouchette, Ons Huis, Goudsbloemstraat 28, t(016)20 81 33. 24-27/10 19u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Futur Présent. François Brice, Solo, Soetezaal, Naamsestraat 96, t(016)20 81 33. 25-27/10 Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Benoît Lachambre, Délire Défait/Undone Delirium, Vlamingenstraat 83, t(016)20 81 33. 25-27/10 Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Futur Présent. Sarah Chase, Muzz & Lamont Earth Observatory, Dansstudio, Naamsestraat 96, t(016)20 81 33. 27-28/10 20.30u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Dana Caspersen, Work for Three, Schouwburg, Bondgenotenlaan 21, t(016)20 81 33. 28/10 22.30u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival De Danser, Stuczaal, E. Van Evenstraat 2D, t(016)20 81 33. nu tot 22/10 20.30u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Jan Decorte, De ONdeRNEMING & Bloet vzw, Bêt Noir, De Appeltuin, Weldadigheidsstraat 72, t(016)20 81 33. nu tot 28/10 18-22u Klapstuk 1999 Internationaal Dansfestival Enrique Vargas / Emilia Romagna Teatro & Teatro de los Sentidos, Oraculos, Arenberg, Naamsestraat 96,
Kuijken Het barokensemble La Petite Bande brengt, onder leiding van Sigiswald Kuijken, al 27 jaar lang muziek met authentieke instrumenten. Wie jonger is dan 30 kan voor een democratisch prijsje vier drempelconcerten bijwonen: één voorpremière van het Kuijken Strijk wartet en drie voorpremières van La Petite Bande. Vóór elk concert geeft Sigiswald Kuijken een toelichting. Op het programma staan strijkkwartetten van Haydn (opus 74 nr.2) en Mozart (KV 589 en 499), cantates van Bach (BWV 9, 9 4, 187 en 36), de Brandenburgse concerten nrs. 1-4 van Bach en Die Sieben letzte Worte unseres Erlösers van Haydn. 21/10, 12/11, 20/1, 10/4 in het auditorium Minnepoort, Dirk Boutslaan 62, 3000 L euven. Toelichting bij het programma door S. Kuijken om 19.15u, aanvang concert om 20u. Toegangskaarten: 150 fr. voor -30, 450 f r. +30. Speciale tarieven voor abonnementen. Info: Karolien Selhorst (Musica) t(011)63 21 6 4, t(011)61 05 11 vanaf 1 nov., Annick Dumalin (CC Leuven) t(016)23 84 27. De drempelconcerten zijn een initiatief van het Cultureel Centrum Leuven, La Petite Bande, Musica (Vlaams Dienstencentrum voor de Muziek) en Muziekactief.
KULtUUR 10/11 Wegens ziekte van één van de acteurs kan het UUR KULtUUR van 10 november -Shakespeare-sonnetten gebracht door Senne en Peter Rouffaer, M. Versteegen en P. Denecker- niet doorgaan. Het optreden wordt verplaatst naar het voorjaar. Op 10 november komt An Pierlé naar Leuven. Zij brengt songs uit haar nieuwe cd Mud Stories. Wagehuys, C.C.L euven, Brusselsestraat 63
tentoonstelling 25/10-20/11 Funerair erfgoed Vier Vlaamse fotografen bezoeken binnen -en buitenlandse begraafplaatsen, KADOC, Vlamingenstraat 39, t(016)32 35 00. nu tot 30/10 Tentoonstelling Rachel Vanderhoven, spirituele kunst (olieverf op doek), Faculty Club, t(016)32 95 00. nu tot 5/11 Tentoonstelling Robert De Wispelaere, UZ Gasthuisberg. nu tot 30/11 Tentoonstelling André Caïmo, UZ St. Pieter. nu tot 5/12 Tentoonstelling De schatkamer van Alamire, Muziek en miniaturen uit Keizer Karels tijd (15001535), Predikherenkerk, t(016)22 45 64. nu tot 17/12 Klassieke schoonheid Werk van beeldhouwer Willy Peeters en grafica Irmine Remue, Faculty Club, t(016)32 95 00.
varia 27/10 15-18u Conferentie over Portugese Literatuur, prof. Urbano Tavares Rodrigues (Portugal), prof. Ana Mafalda Leite (Portugal) en Irene Koenders (België-Vertaler Portugese Literatuur), Erasmushuis, 02.15.
Ziek in uw hoofd? Voor haar voorstelling Ziek in mijn hoofd zoekt Theater DeTerugkeer toneelliefhebbers die zich de komende maanden twee avonden per week (wellicht dinsdag en donderdag) kunnen vrijmaken. De voorstelling is gepland voor eind maart 2000. Op 26 oktober heeft een auditie plaats. Info: Wannes Daemen, t(016)20 71 72 .
21.10.99 C A M P U S K R A N T
15
TAALT IP
Taaltip
Algemeen Belgisch Nederlands? Karl Hendrickx
U hebt hem vast al gezien. Misschien staat hij zelfs al op uw bureau. Hij ziet er heel voornaam uit, is echter niet dikker geworden, heeft een mooi omberkleurig pak aan en zit in een stevige cassette. Ik heb het natuurlijk over de nieuwe Van Dale, die sinds 28 september op de markt is. Inderdaad, hij ziet er gedistingeerd uit, in zijn omberkleurige kaft, verwijzend naar de kleurstof bereid uit de donkerbruine vette aarde van Umbrië in Italië, zoals u kunt lezen bij het lemma ‘omber’ op bladzijde 2231. Wee u als u dacht dat het ordinair zwart was. Ondanks zijn forse uiterlijk, zijn zijn dr ie dikke delen niet in volume toegenomen -een slanke lijn blijft ook voor Van Dale een must. Toch bevat hij zo maar eventjes 8778 nieuwe trefwoorden en 400 bladzijden meer dan de vorige, zalmkleurige editie. Dunner, maar tegelijk steviger papier bood de oplossing om meer woorden te kunnen opnemen, zonder uit te groeien tot een kleine encyclopedie. Het zijn er in totaal meer dan 230 000, het aantal trefwoorden van het nieuwe woordenboek van het Nederlands. De redacteurs, de Leuvense emeritus Guido Geerts en de Nederlander drs. Ton den Boon, mogen terecht trots zijn op hun werk. Hun collega Dirk Geeraerts zorgt er ondertussen voor dat degenen die dat gedoe met omberkleurige kaften en dun papier maar niks vinden, ook terechtkunnen bij een elektronische versie van het woordenboek. De cd-rom van de Grote Van Dale verschijnt binnen een jaar. Wat is nu verder zo nieuw en bijzonder aan de nieuwe editie van het woordenboek? Bij een aantal woorden (een aantal moet u hier lezen als 28 000, bij Van Dale is alles groot) is etymologische informatie toegevoegd, vaak zelfs met het jaartal of de periode waarin het woord voor het eerst opduikt. Ook de uitspraakinformatie is uitgebreid. Voor ons Vlamingen zijn er echter nog een aantal andere, interessante wijzigingen gebeurd. Die worden droogjes vermeld in het laatste zinnetje van de toelichting bij de nieuwe uitgave: “En de kenmerken van de in België gebruikelijke Nederlandse woorden zijn preciezer omschreven”. Inderdaad, een van de be langrijke wijzigingen in de nieuwe Grote Van Dale is de behandeling van het zoge-
LIBIS-Net zoekt informaticus LIBIS-Net is een samenwerkingsverband tussen een 20-tal bibliotheken, gevormd rond DOBIS/LIBIS, het systeem voor bibliotheekautomatisering van de Leuvense Universiteitsbibliotheek. De komende jaren wil LIBIS-Net niet alleen migreren naar AMICUS, de opvolger van DOBIS/LIBIS, maar ook bijkomende systemen ontwikkelen die tegemoetkomen aan de actuele behoeften van haar gebruikers.
noemde Belgische Nederlands. Uit het inleidende zinnetje kan een aan dachtig lezer al heel wat halen: het gaat over “Nederlandse” woorden, woorden die dus onmiskenbaar tot het Nederlands behoren, en in België “gebruikelijk” zijn. De dertiende editie van de Van Dale stelt zich dus al van af de inleiding beschrijvend op: er wordt geen veroordeling of waarschuwing toegevoegd. Het woordenboek schrijft dan ook in de inleiding dat er verschillen bestaan tussen het Nederlands in Nederland en dat in België, “in weerwil van een overgrote mate van overeenkomst”. Dat aspect kwam in de vorige Van Dale minder duidelijk naar voren. Die maakte een onderscheid tussen dialectwoorden in België, die net zoals in dialectwoorden in Nederland het label “gewestelijk” kregen, en woorden die niet-dialectisch waren maar beperkt tot de standaardtaal in België. Met name, volgens de vorige Van Dale, purismen als ‘betoelagen’, leenwoorden als ‘syndikeren’ en gallicismen als ‘wisselstuk’. Met die woorden was dus telkens iets aan de hand, iets mis. De roze Van Dale voegde wel toe dat “meningsverschillen over de status van de elementen in kwestie geenszins uigesloten zijn en dat de gebruikte labels geen veroordeling inhouden”, maar elders in de inleiding was te lezen dat gallicismen enzovoort “geheel in overeenstemming met het normatieve karakter van het woordenboek” ook duidelijk als dusdanig gekwalificeerd waren. Van Dale registreerde dus, liet de keuze aan de t aalgebruiker, maar liet wel in zijn kaarten kijken. De nieuwe Van Dale heeft een andere aanpak gevolgd. In de inleiding staat te lezen dat er, net zoals er verschillen bestaan tussen Brits-Engels en Amerikaans Engels, verschillen zijn tussen het Nederlands dat in Nederland gebruikelijk is en het Nederlands dat in Nederlandstalig België gehanteerd wordt, “in weerwil van een overgrote mate van overeenkomst”. De verschillen zijn er dus en de nieuwe Van Dale probeert vooral de status van die verschillende woorden beter te beschrijven: hoe staan de taalgebruikers nu zelf tegenover die woorden? Daarvoor heeft de nieuwe Van Dale grofweg een grote tweedeling gemaakt: woorden die in België in “verzorgd, standaardtalig gebruik voorkomen” en woorden
de hand van een be staand softwarepakket. Zorgen voor de integratie met andere aanwezige systemen. - Verwerven van kennis van diverse nieuwe technologieën met het oog op concrete implementatie. Deze kennis documenteren en overdragen naar de teamleden. - Overleg plegen met functionele experts voor het bepalen van de systeemvereisten. - In teamverband nieuwe ontwikkelingen en implementaties voorbereiden, realiseren en testen.
Doel van de functie Meewerken aan de uitbouw van een digitale bibliotheekomgeving. Deze omgeving zal in een ee rste fase worden uitgebouwd op basis van een technologisch vernieuwend project, gefinancierd door de Vlaamse Overheid. Het project beoogt de opbouw van een multimediaal bibliotheeksysteem dat complementair aansluit bij reeds bestaande informatiesystemen in bibliotheken. Dit project zal LIBI S-Net in staat stellen om op termijn een digitale bibliotheek te exploiteren.
Profiel - Kandidaten hebben een universitaire opleiding, bij voorkeur informatica, of beschikken over gelijkwaardige ervaring in informatica. - Kandidaten hebben kennis van RDBMS, UNIX, C, HTML (eventueel XML). Kennis van webtechnologieën (Java) en netwerktechnologie is een pluspunt. - Voor deze functie moet men gemotiveerd zijn om de verantwoordelijkheid van een deelproject te dragen en in te staan voor de volledige realisatie ervan. - Kandidaten moeten bereid zijn om in een vlakke organisatie te werken waar communicatie met teamleden een essentieel onderdeel is van hun opdracht.
Opdrachten - Analyseren van behoeften en ontwerpen van toepassingen aan
Wij bieden Een voltijdse tewerkstelling voor onbepaalde duur ten laste van
Voor LIBIS-Net zoeken wij een informaticus (m/v) VB/A/99/40/P BIS
16 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .99
die “een bijzondere waarde” hebben of in een “bijzondere context” voorkomen. Woorden van het eerste type zijn “wijsheidstand” en “fruitsap” en “hesp”. Die woorden worden in de Belgische variant van het Nederlands zo algemeen gebruikt én aanvaard dat van Dale alleen h et label “Belg. Nedl.” gebruikt heeft. Woorden die niet algemeen gebruikt of aanvaard worden, zoals “autostop”, “goesting” en “pateeke” en “lavabo”, krijgen een extra label: “spreektaal” voor “autostop”, “goesting” en “pateeke”, “niet algemeen” voor “lavabo”. “Fruitsap” en “hesp” werd in de vorige Van Dale nog gelabeld als “gewestelijk” (dus dialect) en “wijsheidstand” als “gewestelijk” en “gallicisme”. Woorden als “betoelagen” en “wisselstuk” die in de vorige Van Dale nog veroordeeld werden als purismen en gallicismen, hebben nu respectievelijk als label “weinig gebruikelijk” en “leenvertaling uit het Frans”. Wil dat nu zeggen dat we een “Algemeen Belgisch Nederlands” hebben volgens Van Dale? Ja en neen. De “overgrote mate van overeenkomst” tussen Belgisch en Nederlands Nederlands kan niemand ontkennen en het zou dus al te g ek zijn om van een andere taal te gaan spreken. Maar een aantal elementen die in Belgisch Nederlands algemeen aanvaard en gebruikt zijn, worden nu ook als zodanig opgenomen door Van Dale, met een zuiver beschrijvend label “Belg. Nedl.”, dat sterker benadrukt d at de woorden ook effectief “Nederlands” zijn, en niet alleen “in Belg.” gebruikt worden en dus wat merkwaardig zijn. Woorden die niet algemeen aanvaard zijn, zijn preciezer beschreven door meer labels te gebruiken. Deze nieuwe aanpak kan alleen maar voordelen hebben. Er is een duidelijkere beschrijving van de woordenschat en de houding tegenover de verschillen tussen het Nederlands in België en Nederland is stabieler en volwassener geworden: men aanvaardt dat er bepaalde verschillen zijn die door iedereen erkend en gebruikt worden en die kunnen dan ook zonder meer tot de standaardtaal gerekend worden, zonder dat dit een gevaar oplevert voor de eenheid van het Nederlands. En daar hoort een bonbon, pardon, een praline, bij!
de patrimoniumfinanciering. De graad en het barema waarin men tewerkgesteld zal worden, wordt bepaald op basis van het profiel, de kwalificaties en de relevante ervaring van de kan didaten.
LUDIT zoekt informaticapersoneel Voor LUDIT zoeken wij een beveiligingscoördinator (VB/A/99/39/W/BIS)
Doel van de functie U bent verantwoordelijk voor het uitbouwen van een beveiligingsstrategie voor de informatie- en communicatiesystemen van de K.U.Leuven. U fungeert als coördinator van de beveiligingscel. Profiel U hebt een diploma burgerlijk ingenieur, licentiaat in de informatica, bio-ingenieur, handelsingenieur, licentiaat in de wetenschappen of licentiaat in de economische en de toegepaste economische wetenschappen. Praktische kennis van computernet-
vervolg op pagina 19
A D VA LVA S
http://www.kuleuven.ac.be/doc/gedockal.htm
Onderzoekskalender Item Trefwoord Deadline OF - Onderzoekstoelagen (OT) Intentiebrief Definitief project 29/10/1999 29/02/2000 Koninklijke Academie van België voor Wetenschappen en Schone Kunsten Vlaams Academisch Centrum voor Wetenschap en Kunsten 2000 en 2001 Verblijven voor buitenlandse toponderzoekers in Vlaanderen 29/10/1999 (gewijzigd!) 28/02/2000 Kon. Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten - Prijsvragen Klasse der Schone Kunsten - Prijsvragen afd. Kunstwetenschappen, Kunstkritiek en Musicologie 2000 30/10/1999 Belgian American Educational Foundation: fellowships for research in the USA Biomedical or Biotechnical Research MBA and Similar Management Degrees Fellowships for Research/Study 30/10/1999 The Fulbright Programme: scholarships Graduate study and international legal studies / mid-career journalists 31/10/1999 FWO - Vlaams-Nederlandse Samenwerking Uitwisseling onderzoekers, VNC beurzen, Wetenschappelijke bijeenkomsten 31/10/1999 FWO - Vijfjaarlijkse Prijzen Diverse domeinen 31/10/1999 Kon. Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten - Prijsvragen Klasse der Letteren, Morele en Staatkundige Wetenschappen 2000 31/10/1999
Samenwerking K.U.Leuven met buitenlandse instellingen: beurzen Consejo Superior de Investigaciones Cientificas (Spanje) 31/10/1999 Europees Universitair Instituut Firenze - Jean Monnet Fellowships History and civilization, law, economics, political and social sciences; research in the Robert Schuman Centre 01/11/1999 Samenwerking K.U.Leuven met buitenlandse instellingen: beurzen University of Illinois (at Urbana-Champaign, USA): diverse domeinen 01/11/1999 Zonta International - Amelia Earhart Fellowship Award Aeronautica, astronautica 01/11/1999 K.U.Leuven - OOI-projecten Onderwijsgerichte projecten voor onderzoek, ontwikkeling en implementatie 08/11/1999 (intentie) Nat. Sciences & Engineering Research Council Canada: fellowships Visiting fellows in Can adian Government Laboratories 15/11/1999 EU - Quality of Life: wijziging indiendatums Quality of Life and Management of Living Resources 15/11/1999 15/03/2000 EU - ALTENER Promotion of renewable energy sources in the EU 30/11/1999 Info: Dienst Onderzoekscoördinatie, Naamsestraat 22, 3000 Leuven, t(016)32 40 53.
Een volledig overzicht van alle openstaande onderzoeksprogramma’s en initiatieven is beschikbaar op CWIS: http://www.kuleuven.ac.be/gedoc. Indien u geen toegang heeft tot CWIS kunt u contact opnemen met Karine Aert, Dienst Onderzoekscoördinatie, Naamsestraat 22, 3000 L euven, t(016) 32 40 53, f(0 16) 32 41 98,
[email protected].
Benoemd of onderscheiden
15 okt.: Maria Kovalakova, Wetenschappen, Compositional Heterogenity and Thermal Stability of SAP O-37, promotor prof. A. Stesmans en prof. P. Grobet.
Prof. Hugo Berghmans, verbonden aan het Departement Scheikunde, werd op 29 september 1999 verkozen tot Algemeen Voorzitter van de Koninklijke Vlaamse Chemische Vereniging (KVCV).
15 okt.: Ellen Luyten, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, Analysis of a Rhizobium SP. BR816 Megaplasmed Region that is Involved in Host Range Extension and Symbiotic Efficiency, promotor prof. J. Vanderleyden.
Dokter Kristina Casteels, verbonden aan het Laboratorium van Experimentele Geneeskunde en Endocrinologie, won de Menarini Prijs voor Diabetologie 1998.
Doctoraten 22 sept.: Paul Schoukens, Rechtsgeleerdheid, De sociale zekerheid van de zelfstandige en het Europese Gemeenschapsrecht: de impact van het vrije verkeer van zelfstandigen, promotor prof. D. P ieters.
Begijnhof. 11u Gedachtenisviering voor overleden personeelsleden en hun familie, Sint-Jan-De-Doperkerk, Groot Begijnhof. Opgelet: De gedachtenisviering voor overleden studenten is verplaatst naar woensdag 10/11 om 18.15u in de Begijnhofkerk. Deze datum staat verkeerd vermeld in de academische agenda! Elke dinsdag Zenmeditatie in Begijn hof 16 (19.45u). Elke woensdag en zaterdag (18.15u) en zondag (11u) eucharistieviering in de Begijnhofkerk. Elke twee weken ‘s maandags gebed in de geest van Taizé in de
25/10 22u Gebed in de Geest van Taizé, Jan Stasstraat 2. 27/10 18.15u Viering in de Sint-Jan-DeDoperkerk, Groot Begijnhof, gevolgd door een broodmaaltijd 27/10 20.30u Christen zijn hoezo? ‘Liefde, meer dan vlinders in je buik.’ Kana, in Begijnhof 16. 28/10 20u UP, Eén huis, vele kamers?!, Rondetafelgesprek over verscheidenheid, openheid, informatiedoorstroom en inspraak in de studentenparochie, Jan Stasstraat 2. 1/11 11u Viering van Allerheiligen, SintJan-De-Doperkerk, Groot
21 okt.: Magreet Jongen, Wetenschappen, On the Dynamics of Spin-Glass Models of Neural Networks, promotor prof. D. Bollé. 22 okt.: 16u , Bertrand Andries, Toegepaste Wetenschappen, Wachtrijenmodellen voor doorlooptijdreductie en -controle, promotor prof. L. G elders.
29 sept.: Bernard Grillet, Geneeskunde, Synovial Fluid Gelatinase B (MMP-9): A Marker of Neutrophil Activation in Rheumatic Diseases, promotor prof. J. Dequeker. 30 sept.: Bart Forier, Wetenschappen, Ontwikkeling van nieuwe synthesestrategieën in de organische dendrimeerchemie, promotor prof. G. Hoornaert en prof. W. Dehaen. 1 okt.: Wei Zhu, Wetenschappen, Effects, Uptake and Metabolism of Selected Signalling Peptides in Insects, promotor prof. A. De Loof. 4 okt.: Sofie Vanden Eynde, Wetenschappen, Homogeneous Ethylene-1-Alkene Copolymers: A Study of the Cystallization and Melting Behavior at Ambient and Elevated Pressures, promotor prof. H. Reynaers en prof. V. Mathot. 14 okt.: Jan Caerels, Wetenschappen, Ontwikkeling van een nieuw type fotopyroelektrische A.C.-calorimeter. Studie van de nematisch-smectischA-faseovergang in vloeibare kristallen, promotor prof. J. Thoen en prof. C. Glorieux.
AGENDA
7/11
18 okt.: Choo-Kee Jeffrey Goh, Godgeleerdheid, Particularity and the H ermeneutics of Tradition: A Study of George Lindbeck’s Vision for the Future of the Church and World, promotor prof. T. Merrigan. 20 okt.: Joke De Roover, Wetenschappen, Effect of Environmental Stress on Fructan Metabolism in Cichorium Intybus L., p romotor prof. A. Van L aere.
14 okt.: Francis Turkelboom, Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, On-Farm Diagnosis of Steep-
geloof
land Erosion in Northern Thailand: Integrating Spatial Scales with Household Strategies, promotor prof. K. V lassak.
kapel van de Jan Stasstraat 2 (22-22.45u). Elke maandag, dinsdag en donderdag gezongen psalmgebed in de Begijnhofkerk (18.1518.45u). Meer info: www.kuleuven.ac.be/up
geloof - KULAK 25/10 Over de middag broodmaaltijd, studentenhuis KULAK. 26/10 Over de middag Wereldwinkel, studentenhuis KULAK. 27/10 Spelnamiddag werkgroep kinderen, studentenhuis KULAK.
vervolg op pagina 19
Publicaties Humane Wetenschappen B. Baert, F. Leen en B. Verschaffel (m.m.v. F. Floré), Naar een publicatiebeleid voor de beeldende kunsten. Probleemstelling en beleidssuggesties, ISBN D/1999-32 41-095 , Beleidsstudies, 1, Br ussel, 1999, 48 p. Vanuit de bekommernis om een verantwoord publicatiebeleid over de beeldende kunst in Vlaanderen uit te bouwen, werd aan de auteurs een onderzoeksopdracht gegeven. Het publicatiebeleid moet zowel de kunstproductie en collectievorming in Vlaanderen documenteren, de kunstkriti sche reflectie stimuleren, als de bekendheid van het oeuvre van de in Vlaanderen levende kunstenaars bevorderen. De studie bevat hieromtrent een stand van zaken, uitgangspunten en beleidssuggesties. W. Coudenys, Onedelachtbaren! Het wee rspannige leven van Ivan Nazjivin, Rus, schrijver en emigrant Antwerpen, ISBN 90802681-7-8, Uitgeverij Benerus, 1999, 3 19 p, 800 fr. (+ 100 fr. verzendingskosten) te bestellen bij Benerus vzw, Ballaerstraat 106, 2018 Antwerpen, t(03)237 80 10. In dit boek reconstrueert de slavist Wim Coudenys aan de hand van grondig onderzoek in Russische en westerse archieven het turbulente leven van de in v ergetelheid geraakte Russische schrijver en emigrant Ivan Nazjivin (1874-1940). Nazjivin was een Russisch patriot, een miskend veelschrijver, een kritisch volgeling van Leo Tolstoj en vóór alles een onverbeterlijk polemicus die met bijna alle kopstukken van het Russische culturele leven overhoop lag. Dit boek is echter meer dan alleen maar het levensverhaal van een omstreden schrijver. Het vertelt ook de lotgevallen van een berooide vluchteling die na de Russische revolutie in België terechtkwam en er als geen andere balling zijn gal uitspuwde over het land waar hij en zijn g ezin moesten zien te overleven. Nazjivins drama is in zekere zin ook exemplarisch voor het lot van de Russische emigratie in België in het algemeen. G. Craenen & W. Dewachter, De Belgische Grondwet. Nederlandse en F ranse teksten. La Constitution belge. Versions française et néerlandaise, ISBN 90-334-4344-9, Leuven, Acco, 1999, 61 p., 395 fr.
21.10.99 C A M P U S K R A N T
17
H. Dehennin (ed.), Erycius Puteanus (Honorius van den Born). Sedigh leven, daghelycks Broodt (1639), ISBN 90-72 47425-2, Gent, Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, 1999, 278 p. Teksteditie van de 366 Nederlandstalige epigrammen die de Leuvense hoogleraarhumanist Erycius Puteanus in 1639 publiceerde onder de titel Sedigh Leven, Daghelycks Broodt. De teksteditie (met uitvoerige annotaties en indices) wordt voorafgegaan door een literair-historische inleiding. M. Eyskens, Democratie tussen spin en web. Democratisch samenleven in de kennis- en netwerkmaatschappij, ISBN 90-6186-9870, Leuven, Universitaire Pers Leuven, 1999, 2 44 p., 750 fr. In dit boek spint Mark Eyskens een web van originele gedachten en indringende inzichten, daarbij een eigen terminologie ijkend, rond het reilen en zeilen van de democratie. Een democratie die, in onze post-industriële samenleving, wordt omgewoeld door de aan de gang zijnde informatica- en communicatierevolutie. Eyskens gaat uit van de verkiezingen van 13 juni 1999, w aarvan de bevreemdende uitslag aan veel meer te wijt en is dan alleen maar aan een scheut dioxine in onze wekelijkse kippenbout. Volgens Eyskens is de democratie nooit zo populair geweest maar beleven we een crisis van de representatieve democratie, vooral omdat het beleid erg onpersoonlijk, ingewikkeld en ondoorzichtig is geworden. MEN bestuurt, soms als een spin in een web. Eyskens onderzoekt hoe we verder democratisch kunnen samenleven in een kennis- en netwerkmaatschappij, die van de wereld steeds meer ons dorp maakt. M. Hinoul, Silicon Valley. Een uniek verhaal van talent en technologie, van visie en charisma, van intriges en geld, ISBN 90-6186976-5, L euven, Universitaire Pers Leuven, 1999, 200 p., 695 f r. Silicon Valley is nog altijd een begrip: ondernemerschap, risicobereidheid, technologische innovaties, geld. Ook in Vlaanderen werden en worden pogingen ondernomen om het specifieke klimaat van de Amerikaanse high-techregio te introduceren. Na een inleidend hoofdstuk, waarin de auteur een gesprek heeft met Vlamingen die het in Silicon Valley gemaakt hebben, beschrijft Martin Hinoul het ontstaan en de eigenschappen van vier succesvolle bedrijven uit de Valley: Hewlett-Packard, Intel, Apple, en Oracle. Het zijn deze vier producenten van respectievelijk elektronica, halfgeleiders, computers en software die elk hun onvervangbare bijdrage leveren tot de information highway van vandaag en tot de digital age van het derde millennium. Door deze verhalen voelt de lezer gewoon waarom Silicon Valley zo anders is en waarom deze plek een magnetische aantrekkingskracht blijft uitoefenen. Kan men Silicon Valley kopiëren? Het concept? Zeker! De cultuur? Zeer moeilijk, wellicht onmogelijk! J. Manning en M. van Vaeck (ed.), The Jesuits and the Emblem Tradition, ISBN 2503-50798-0, Imago Figurata, Studies, vol. 1a, Turnhout, Brepols, 1999, 367 p . J. Manning, K. P orteman en M. van Vaeck (ed.), The Emblem Tradition and the Low Countries, Imago Figurata, Studies, vol. 1b, Turnhout, Brepols, 1999, 425 p . Beide volumes bevatten een selectie uit de lezingen die in 1996 te L euven werden gehouden tijdens het vierde internationale embleemcongres. De eerste congresbundel sluit nauw aan bij de recente belangstelling in het onderzoek voor de jezuïetenemblematiek. De t weede congresbundel belicht het embleem in de Nederlanden vanuit Europees perspectief. Overlegcentrum voor Chris telijke Ethiek, Ethische Perspectieven,ISSN 0778-6069, 9de jg, juli 1999 .
vervolg op pagina 19
A D VA LVA S
Korte berichten Inenting tegen griep
Griep kàn gevaarlijk zijn, en is in ieder geval hoogst onaangenaam. Met een inenting loop je 80% minder kans dat je er last van krijg t, en dat zonder noemenswaardige neveneffecten. Ook dit jaar organiseert het Medisch Centrum daarom een aantal vaccinatiesessies. Van 26 tot en met 28 oktober, telkens van 12-13u en van 1819u. Inschrijvingsformulieren zijn verkrijgbaar bij de jaarverantwoordelijken of het Medisch C entrum, Naamsestraat 80, en moe ten worden binnengebracht uiterlijk op vrijdag 22 oktober. De kostprijs van het vaccin (260fr.) moet worden betaald op de dag van de inenting. Info: t(016)32 44 20.
avond. Tijdig reserveren (vanaf 25 oktober) op het nummer (016)32 30 18. Verlichting en banden: 2 en 23 november, 7 december; remmen en ketting: 9 en 30 nov ember, 14 december. De lessen hebben plaats in het Velo-Atelier, in de kelders van Alma2, van 18-20u. Daarna is er tijd om aan je eigen fiets te werken. Fietsherstelplaats
Studenten en personeel kunnen terecht in de fietsherstelplaats in de kelder van alma2 om hun eigen fiets te herstellen. Voor het gebruik van werkbanken en gereedschap betaal je 50 fr. Je kunt ter plaatse goedkope fietsonderdelen kopen. De fietsherstelwerkplaats is elke werkdag (behalve vrijdag) open, van 12-16u, op dinsdag van 12-19.30u. Huur een dienstfiets!
Audities voor Redentiner Osterspiel
Het Redentiner Osterspiel wordt gegarandeerd een van de hoogtepunten van het Feestjaar. Wie als acteur of figurant wil meedoen aan dit m assaspektakel -in samenwerking met de stad Leuven, professionele theatermakers en professoren van de K.U.Leuven- regelt zijn of haar auditie met Isabelle Vanden Hove, t(016)29 33 13, bij voorkeur tussen 17 en 19u. De audities vinden plaats op 21 oktober (10-13 en 17-19u), 22 oktober (17-19u), 26 oktober (13-19 u), 28 okt ober (10-13 en 17-19u), en 29 okt ober (10-13 en 14-19u), telkens in het Maria The resiacollege, Sint-Michielsstraat, lokaal 02.20. Truth, Necessity and Provability
Het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte organiseert van 18 tot 20 november een internationaal colloquium, onder de titel Truth, Necessity and Provability. Info: Secretariaat Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, Kardinaal Mercierplein 2, t(016)32 63 28, f(0 16)32 63 22,
[email protected], http://www.unikonstanz.de/FuF/Philo/Philosophie/Spohn/truth/index.ht ml
Voor personeel en diensten van de K.U.Leuven biedt Velo een ideale oplossing voor dienstverplaatsingen of woon-werkplaatsingen, bijvoorbeeld van station naar kantoor: een dienstfiets huren. De huurprijs per maand bedraagt 300 fr., voor een heel jaar betaal je 2.125 fr. Afhankelijk van het aantal gehuurde fietsen betaal je ook een waarborg van minimum 2.000 fr. per fiets. Info: Velo, t(016)32 30 18, f 016)32 30 15,
[email protected], http://www.kuleuven.ac.be/dsv/studvoor/sic_velo.htm Werkgroep Personeelsmobiliteit
Iedereen binnen het domein kuleuven.ac.be kan zich inschrijven door de boodschap ‘subscribe wgpm’ (zonder aanhalingstekens) met lege subjectregel te sturen naar
[email protected].
Workshop Occupational Health Service
Op 8 en 9 mei 2000 organiseert het ICOH Scientific Committee on Health Services Research and Evaluation in Occupational Health een internationale workshop over The structure and organization of the Occupational Health Service. The impact on the quality of management and the management of quality. Papers kunnen voorgesteld worden tot 31 december 1999 . Info: Section Occupational and Insurance Medicine K.U.Leuven, V. De Keyser, Kapucijnenvoer, 35/5, 3000 Leuven, t(016)33 70 80, f(016)33 69 97,
[email protected]. Experimenten bij dieren
De Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België organiseert op 23 oktober om 10.30u een themavergadering over Experimenten bij Dieren, in het Paleis der Academieën (Ingang B), Hertogsstraat 1, 1000 Br ussel. Prof. A. Houvenaghel geeft een voordracht over Wettelijke, wetenschappelijke en ethische aspecten, en prof. E. Kühn over Het gebruik van proefdieren of alternatieven in het fundamenteel wetenschappelijk onderzoek. Info:Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België, Paleis der Academiën, Hertogsstraat 1, 1000 Br ussel, t(02)550 23 00, f(02)550 23 05. Goedkoper rijden met -25 Abonnement
Als student heb je bij De Lijn recht op een hele reeks voordelen. Met het -25 Abonnement op zak ben je z eker van het goedkoopste vervoermiddel. Je kiest zelf de formule die het beste bij jouw manier van reizen past. Er is een Stadsabonnement, een Abonnement Welbepaalde Reisweg, een Twin Abonnement (de vorige twee samen), en een Netabonnement, voor wie een vaste reisweg heeft die langer is dan 40 km . De Lijn Vlaams-Brabant, t(02)526 28 20 Leer fietsen herstellen
Vanaf 2 november organiseren VELO en SIC een fietsherstelcursus voor studenten. Je betaalt 100 fr. per cursus-
18 C A M P U S K R A N T 2 1 . 1 0 .9 9
Stagiair gezocht
ANEC, de Europese Associatie voor Coördinatie van Verbruiksrepresentatie in Standaardisatie zoekt een stagiair voor zes maanden. Vereisten: universitair diploma, goede communicatieve vaardigheden, computervaardigheden, goede kennis Engels en praktische kennis Frans. Info: Claudia Seybold, ANEC, Tervurenlaan 36/4, 1040 Brussel, t(02)734 24 70, f(02)736 95 52,
[email protected]. Cursus Esperanto
Esperanto 3000 vzw Leuven organiseert op 23 en 2 4 oktober, van 9 tot 17 u een spoedcursus Esperanto. Van 27 oktober tot 3 maart kan je elke woensd ag (behalve in de kerstvakantie) een avondcursus volgen, van 19.30 tot 22u. De cursussen hebben plaats in het Cultureel Centrum “Romaansepoort”, Brusselsestraat 63. Info: t(010)86 01 1 2,
[email protected] Prijs Stichting Jean Bastin
De vierde prijs van de Stichting Jean Bastin v.z.w. zal begin 2002 een studie bekronen met als thema Voorkoming, remediëring en sancties van wanbetaling in de hedendaagse rechtsstaat vanuit juridisch en/of economisch en/of sociologisch en/of historisch oogpunt. Wie wil meedingen naar deze prijs, dient zijn of haar doctoraatsproefschrift in te d ienen ten laatste op 31 augustus 2001. De Stichting kent jaarlijks ook 10 tot 15 studiebeurzen toe ter waarde van 3 .000 euro, voor studies die aan hetzelfde thema gewijd zijn. Info en reglement: Wetenschappelijke Stichting Jean Bastin v.z.w., 19 Rue du Château, B-5 190 Spy, f(071)78 51 81,
[email protected].
A D VA LVA S
vervolg van pagina 16
werken met inbegrip van lokale netwerken, internetwerking, TCP/IP protocol is vereist. Ervaring met besturingssystemen (UNIX, Win9x, Win/NT) is ten zeerste aangewezen. Ervaring met internet toepassingen (DNS, WWW, FTP, TELNET) is wenselijk. Goede communicatieve vaardigheden zijn een pluspunt. U kunt zelfstandig optreden en verantwoordelijkheid opnemen. Wij bieden De geselecteerde kandidaat zal, indien nodig, een aangepaste bijscholing aangeboden krijgen. Wij bieden een voltijdse tewerkstelling voor onbepaalde duur. Medewerker statistische informatieverwerking (VB/A/99/24/P/BIS)
LUDIT, ICRI en het Ministerie van Justi tie hebben een samenwerkingsover eenkomst voor een onderzoek in het kader van het AGORA project. Doel van de fun ctie Zorgen dat de gegevens van de centrale databank omgezet worden in bruikbare statistische informatie en het verzorgen van een accur ate rapportering. Profiel U hebt een universitair d iploma en een bijzondere interesse voor de statistische informatica. Expertise in het
gebruik van SAS en het programmeren in SAS is vereist. U bent vertrouwd met UNIX en/of Windows platformen in een netwerkomgeving. U kunt accur aat rapporteren en hebt goede communicatieve vaardigheden (ook in het Frans). Belangstelling voor een interdisciplinaire werkomgeving is essentieel. Wij bieden Een voltijdse tewerkstelling voor twee jaar. Het project loopt tot 31/03/2001.Het salaris is van universitair niveau en wordt bepaald in functie van de kennis, ervaring en het diploma van de kandidaat. Voor bovenstaande betrekkingen: Selectieproeven - Preselectie op basis van e lementen uit het profiel. - Proeven en/of interviews in verband met bovengenoemde taken. Hoe solliciteren? Stuur uw gemotiveerde sollicitatie met curriculum vitae naar de Personeelsdienst ATP ter attentie van Noor Seghers, Willem de Croylaan 5 4, 3001 Heverlee, t(016)32 22 79, f(016)32 29 98,
[email protected] De kandidaturen moeten binnen zijn op de Personeelsdienst ATP uiterlijk op 10 november 1999.
http://www.kuleuven.ac.be
Vacatures AAP Vacante mandaten van assisterend en bijzonder academisch personeel voor het academiejaar 1999-2000, 10de lijst. De rector van de K.U.L euven maakt bekend dat de onderstaande mandaten vacant worden gesteld. Als u wil solliciteren voor één van deze functies, dient u hiervoor C3-formulieren te gebruiken. Deze kan u aanvragen op de Dienst Academisch Personeel, Krakenstraat 3, 3000 Leuven, t(016)32 40 88 of op het administratief secretariaat van de faculteit. Deze formulieren, één exemplaar per kenmerk, moeten voor 4 november 1999 teruggestuurd worden naar de rector, per adres: Dienst Academisch Personeel, Krakenstraat 3, 3000 Leuven. Als u zich voor meer dan één man daat kandidaat stelt, dient u een lijst bij te voegen waarin u de vacatures waarvoor u solliciteert in volgorde van voorkeur klasseert. Deze lijst wordt enkel aan de decaan van de faculteit bezorgd. Alleen kandidaten die zich tijdens hun universitaire studies hebben onderscheiden, komen in aanmerking.
Kenmerk: 2000/10 50000227/50012895 Functie: halftijds assistent, Departement Economie, vanaf heden voor twee jaar (hernieuwbaar) Diploma: licentiaat economische wetenschappen, master of science in economics Opdracht: assistentie bij onderwijs en onderzoek in het LICOS en in de werkgroep macro-monetaire economie en infor matie-economie; hulp bij begeleiden van eindverhandelingen in deze richting; supervisie bij examens.
pen
Student Iedere vrijdag10-11.30u VTK, Carte Blanche, Celestijnenlaan 200M 06/07, info: t(016)20 00 97. Dit is een kalender met activiteiten van studentenkringen die ook studen ten uit andere richtingen aanbelan gen (geen kaas-en-wijn-avonden of presidiumfeestjes dus, tenzij u half Leuven wil trakteren). Alle informatie plaats en datum niet vergeten!- is welkom op de redactie: Oude Markt 13, t(016)32 41 84, f(016)32 40 14. De deadlines voor Campuskrant leest u op pagina twee.
Kenmerk: 2000/10 50000510/50005878 Functie: voltijds assistent, Afdeling Toegepaste Mechanica en Energieconversie, vanaf heden voor twee jaar (hernieuwbaar) Diploma: burgerlijk ingenieur W.E. Opdracht: laboratoriumoefeningen, begeleiden eindwerken, wetenschappelijk onderzoek. Kenmerk: 2000/10 50000516/50007223 Functie: voltijds assistent, Departement Elektrotechniek (ESAT) vanaf heden voor twee jaar (hernieuwbaar) Diploma: burgerlijk elektrotechnisch, werktuigkundig ingenieur, richting elektrotechniek-energie Opdracht: laboratoria en oefeningen horende bij de verschillende cursussen die verzorgd worden door de onderzoeks groep ESAT/ELEN; uitvoeren van onderzoek i.v.m. Power Quality en de geliberali seerde elektriciteitsmarkt.
Faculteit Geneeskunde Kenmerk: 2000/10 50000620/50003614 Functie: voltijds assistent (of bursaal FLOF), Afdeling Fysiologie, vanaf heden voor twee jaar (hernieuwbaar) Diploma: arts, bio-ingenieur, licentiaat bio-
19
C A M P U S K R A N T 21.10.99
Kenmerk: 2000/10 50000733/50009744 Functie: 25% praktijkassistent, Departement Sport- en bewegingswetenschappen, vanaf 1 december 1999 tot 30 november 2000 Diploma: licentiaat lichamelijke opvoeding + GHSO, groep 2: lichamelijke opvoeding + specialisatie ritmiek Opdracht: onderwijs in de practica expressieve- en ritmische bewegingsvormen in de kandidaturen lichamelijke opvoeding. Kenmerk: 2000/10 50000743/50008281 Functie: voltijds praktijkassistent, Departe ment Revalidatiewetenschappen, vanaf heden tot 30 september 2000 Diploma: licentiaat motorische revalidatie en kinesitherapie Opdracht: verzorgen van assistentie van het onderwijs in het domein van de revalidatie bij locomotorische aandoeningen.
Faculteit Economische en Toegepas-
Faculteit Toegepaste Wetenschap-
28/10 18.30u Mis, kapel KULAK. 28/10 19.30u Broodjes, studentenhuis, KULAK. 28/10 20u Nachtwandeling aan zee, vertrek met de bus aan studentenhuis KULAK. 3/11 18.30u Mis, kapel KULAK. 3/11 19.30u Broodmaaltijd, studentenhuis KULAK 3/11 20.30u Volksdans- & klassieke dansavond, studentenhuis KULAK. 8/11 Over de middag broodmaaltijd, studentenhuis KULAK. 9/11 Over de middag Wereldwinkel, studentenhuis KULAK. 10/11 14u Werkgroep gehandicapten, studentenhuis KULAK. 10/11 14u Werkgroep bejaarden, zaaltje 70x7, Kortrijk. 10/11 18.30u Mis, kapel KULAK. 10/11 19.30u Broodmaaltijd, studentenhuis KULAK. 10/11 20.30u Jan Kerkhofs: ‘Welke toekomst voor welke kerk’, aula PUC, KULAK
Faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie
te Economische Wetenschappen
AGENDA
vervolg van pagina 17
logie of scheikunde, apotheker Opdracht: deelname aan het onderzoek over de rol van de sarco/endoplasmatisch reticulum Ca2+ transport ATPasen aan de hand van een transgeen muismodel; deelname aan de onderwijsopdracht van de Afdeling Fysiologie volgens de interne taakverdeling.
Publicaties vervolg van pagina 17 M. Schiepers, R. L eper, E. D ehaene (eds.), Betrokkenheid in de les Lichamelijke Opvoeding, ISBN 90-334-4337-6, Leuven, Acco, 207 p., 740 fr. Leerlingbetrokkenheid is in het huidig onderwijs een zorg voor elke leraar, dus ook voor de leraar L.O. E en nieuwe visie waarbij de nadruk ligt op zelfstandig werken en samenwerkend leren, maakt het leraren mogelijk om een leeromgeving te creëren waarin leerlingen ruime kansen krijgen om met plezier te leren bewegen. De samenwerking is slechts effectief wanneer alle leden van de groep ‘betr okken’ zijn. De leraar zal deze betrokkenheid gunstig beïnvloeden door de manier waarop hij in relatie treedt met zijn leerlingen en invulling geeft aan zijn lesgeeftaken. Deze werkwijze draagt bij tot de realisatie van het vernieuwde vakconcept LO. J. Simons (red.), Actuele themata uit de psychomotorische therapie. Jaarboek 1999, ISBN 90-334-4331-1, Leuven, Acco, 1999, 142 p., 640 fr. Psychomotorische therapie blijft een actueel werkterrein. In h et Jaarboek 1999 worden een tiental thema’s behandeld. Dit boek richt zich tot hen die via het bewegen de mens proberen te beïnvloeden, namelijk psychomotorisch therapeuten, kinesitherapeuten, danstherapeuten, ergotherapeuten, agogen,.... A. Smets, Le ‘Liber accipitrum’ de Grimaldus: un traité d’autourserie du haut Moyen ¬ge, Nogent-le-Roi: Jacques Laget. Librairie des Arts et Métiers - Editions, 1999, 1 87 p. De ‘Liber accipitrum’ is het op één na oudste bewaarde traktaat over valkenjacht in het Westen. De enige tekstgetuige (Poitiers, médiathèque François Mitterrand, 184 (288)) dateert vermoedelijk uit het einde van de elfde eeuw, maar de tekst zelf is mogelijk nog ouder. Het boek bevat de uitgave van deze Latijnse tekst, met een Franse vertaling, alsook een grondige (voornamelijk lexicografische) studie. Aan het ein-
de vindt de lezer eveneens een fotografische reproductie van de folios die dit traktaat bevatten. J. en M. Smeyers, Misschien het tedere begrijpen. Dichter bij kuns t, ISBN 90-6306397-0, Leuven, Davidsfonds, 1999, 184 p., 1.980 fr. Dit boek beweegt zich op de subtiele raaklijnen tussen poëzie en schilderkunst. Prachtige gedichten van Paul van Ostaijen, Simon Vestdijk, Hugo Claus, Rutger Kopland, Eva Gerlach, Luuk Gruwez... staan er naast onsterfelijke schilderijen van Hans Memling, Antoon van Dyck, Claude Monet, James Ensor, Henri Matisse, Evrard Munch en zoveel anderen. Verschillende generaties dichters tonen ons zo hoe rijk hun dichterlijke palet is en hoe verscheiden de mogelijkheden van de poëtische ontmoeting met het schilderij. Stichting Ons Erfdee l: Fens en Offermans over Claus; De Nederlandse universiteit in overgangsjaren; Volendam Sound; Dichters die zich aan proza wagen; Nieuwe moslims in Nederlandse steden; Alles stad; De Vlamingen in Br ussel na 13 juni 1999; Marsman tussen kosmos en polder; Een oude vorm voor een nieuw museum: S.M.A.K.; Culturele kroniek; Taal- en cult uurpolitieke kroniek, Vlaams-Nederlandse Stichting Ons Erfdeel, 42ste jg., nr 4, september-oktober 1999. Tijdschrift voor Germaanse Filologie, Leuvense Bijdragen, 1999, jg. 88, nr. 1-2. F.G. Droste, Wittgenstein’s world; R. L ievens, Eggaert en de onbekende leek; G. Jacobs, Tense choice in English past reported speech; S. Vandermeeren, Semantische Analyse Deutscher Substantivkomposita; I. Van Caneghem-Ardijns, The meaning of the direct object in a Dutch-speaking child; R. Smith, Compensatory Theories of Umlaut; O. Leys, Metonymie en metafoor. J. Vancoillie en J. Verhoeven, Sociale processen. De eenheid van de soc iologie als een verschil in het veelvoud, ISBN 90-334-43732, Leuven, Acco, 1999, 228 p., 1.250 fr. Om zicht te verwerven op soc iale processen als socialisatie of bureaucratisering moet men deze processen ook van binnen uit beschouwen. Maar dat gebeurt in een eigen, theoretisch uitgebalanceerde taal, dus van buiten uit. Dit boek handelt over de wisselwerking tussen deze twee niveaus. Het laat de resultaten zien van veel uiteenlopend sociologisch werk en ordent de theoretische verscheidenheid die deze inspanningen kenmerkt. Uitgelezen historische, thematische en systematische vergelijkingen zetten het niet-inwisselbare, onderling niet op elkaar afgestemde karakter van verschillende theorieën in de verf. F. Vanhemelryck, Het gevecht met de duivel. Heksen in Vlaanderen, ISBN 90-5826-0313, Leuven, Davidsfonds, 1999, 340 p., 980 fr. Met Het gevecht met de duivel. Heksen in Vlaanderen schreef professor Vanhemelryck een boeiende synthese over een minder fraaie bladzijde uit de Europese geschiedenis. Behalve een wetenschappelijk zeer stevig onderbouwde studie is dit ook het spannende verhaal van het aloude geloof in demonen en heksen, van rechters met morbide fantasieën, van mensonterende repressiemaatregelen en populaire exorcisten... Een honderdtal prachtige gravures, houtsneden, prenten en andere documenten illustreren de heksenmanie van de vijftiende tot de zeventiende eeuw. Als bijlage zijn onder meer een lijst van terechtgestelde heksen, een kaart van Vlaanderen met de plaatsen van terechtstelling en een handig register opgenomen.
STUDENTEN
De Denktank In deze rubriek legt Campuskrant allerlei vragen (van technische, socio-economische, politieke, ethische en filosofische aard) voor aan een denktank van Bijzonder Wijze Mannen en Vrouwen van de K.U.Leuven. Aarzel niet om ook uw vragen en problemen op te sturen naar De Denktank, Cam puskrant, Oude Markt 13, Leuven. “De Belgische regering maakte onlangs een potje van de regularisatie van illegalen,” stelt onze lezer Pedro GomezParra vast. “Aangezien ook ik een legale Belg wil worden vraag ik De Denktank kl aarheid in deze voor buitenlanders verwarrende situatie te scheppen.” Uiteraard kunnen wij (samen met onze regering) niet zomaar toelaten dat elke nitwit Belg wordt en/of wettelijk in ons edel Land der Vaad’ren mag verblijven. Neen, daar zijn criteria voor nodig. Als het van De Denktank afhangt: zeer strènge criteria. We hebben hier enkele eenvoudig hanteerbare voorbeelden van dergelijke criteria opgesomd, waaraan illegalen die in dubio verkeren hun mate van integratie en Belg-zijn kunnen aflezen. Ten eerste: vond u de regeringsaanpak verwarrend? Is uw antwoord ja, dan bent u nog niet bijzonder geïntegreerd! Deze aanpak maakt namelijk deel uit van een volkomen logische Belg-test. Wie zich -zoals die enkele tientallen illegale pechvogels- meteen netjes bij zijn gemeentelijke ambtenaar ging aanmelden valt daarom onherroepelijk àf. De dui zenden die dat niet deden bewijzen daarentegen -zoals het echte Belgen betaamtonze overheid grondig te wantrouwen, wat hen als potentiële landgenoten natuurlijk flink wat extra punten oplevert. Gaan zij bovendien hun probleem bepleiten op
de zitdag van een lokale politicus, dan zijn ze nog een heel eind verder op weg naar het Belg-zijn. Maar de enige correcte en succesvolle manier is en blijft natuurlijk diezelfde politicus in een café tegen het lijf te lopen, hem kort en bondig het probleem uit te leggen en hem vervolgens uw naam en telefoonnummer op de achterkant van een bierkaartje mee te delen. De politi-
cus zal de zaak vervolgens binnen de kortste keren arrangeren. Zoals dat volgens De Denktank trouwens hoort, Nieuwe Politieke Cultuur of geen Nieuwe Politieke Cultuur! Tweede criterium: voeding, een vlak waarop wij geen extreme raszuiverheid eisen: spaghetti, lasagne, sushi, paëlla, pita, hamburgers, borsjt, het kan allemaal best voor wie Belg wil worden. Doch, aan alles zijn er grenzen: immigranten die hardnekkig blijven beweren dat pindakaas, snert of een huzarenslaatje smakelijke gerechten zijn moeten er onherroepelijk uit. Desnoods onder dwang en met een C-130. Idem dito voor onverbeterlijke liefhebbers van Heineken in colaglaasjes. De Liga
voor de Mensenrechten zal het op dit vlak overigens volmondig met ons eens zijn. Derde criterium: intelligentie. Wie een K.U.L euvendiploma kan voorleggen wordt zonder verdere vragen gereguraliseerd en genaturaliseerd. Vijfde criterium: taal. Kandidaat-landgenoten moeten uiteraard een basiskennis van onze taal machtig zijn. Zij zijn met grote onderscheiding geslaagd wanneer ze de volgende veel voorkomende zinnen vlot en in de juiste context kunnen hanteren: 1.” Ik zeg u hier klaar en duidelijk: naar de toekomst toe ziet onze fractie het proces betreffende het Belg worden voor een stuk mogelijks als een grote uitdaging. En onderbreek mij niet, ik heb u daarstraks toch ook niet onderbroken?” 2. “Voeren Vlaams” en/of/et/ou “Fourons Wallons.” 3. “Ik zeg het nog, Frank: de balcirculatie was vandaag niet slecht maar onze afwerking mankeerde. Trouwens, als die bal van Emiel niet tegen de paal gaat zien we hier vandaag een andere match, hé. Maar kom, volgende week is Branko terug, met nog vier matchen te gaan moeten de jongens erin blijven geloven.” 4. “Twee pintjes, drie wittekes en éénen Tu. En een chips paprika voor mevrouw. Da’s dan vier en tien, meneer. Hebt u soms tien frank?” 5. “Transport Van Péeborgh Willy werft met onmiddellijke ingang aan: één senior account managing director underwriter, general assistant IT-sales copywriting supervisor en één truckchauffeur (m/v). Goed voorkomen. SBB met foto.” Bonuscriterium: wie een beetje tegen een voetbal kan trappen en zich nog voor Euro 2000 aanmeldt is sowieso welkom. In de hoop de internationale gemeenschap hiermee van dienst te zijn geweest, verblijven wij. Namens De Denktank, Dr. O. Pollens (Voozitter werkgroep Bio-ethiek) en G. Op de Beeck (secretaris-klerk)
Bouworde vzw
Van weeshuizen bouwen tot ajuinen rooien Anne-Mie Jaspers Sleuven kappen voor het leggen van elektriciteitsdraden. Funderingen graven, verven, voegen, metselen. Nee, dit is geen op slinkse wijze geb rachte reclame voor eventuele nevenactiviteiten mijnentwege; dit zijn slechts enkele van de klussen die de leden van Bouworde vrijwillig uitvoeren in kansarme of getroffen gebieden. Bouworde is een organisatie die met de hulp van vrijwilligers kansar moede bestrijdt, en d at zowel in Vlaanderen als elders in Europa. Naast tal van andere activiteiten -de Telebouworde tijdens het weekeinde, vormingscursussen voor de begeleiders- zijn vooral de bouwkampen tijdens de zomervakanties bekend. Potentiële werkplaatsen worden bezocht en, nadat ze geschikt zijn bevonden, opgenomen in een soort van ‘vacatureblaadje’. Aan de hand van de vermelde gegevens -data, karweien, aantal personen- beslissen de vrijwilligers aan welk kamp ze willen deelnemen. Bouworde telt ook heel wat Leuvense studenten onder haar leden. Ilse Rubbrechts, een licentiate economie die momenteel een Master of Science in Economics volgt, heeft net haar vierde zomerkamp achter de rug. Plaats van arbeid was deze keer Portugal, waar ze hoofdzakelijk ‘op de werf’ stond: sleuven kappen, en voegen. Ilse:”We werken normaal zo’n acht uur per dag. De spreiding van de werkuren hangt van het land af: deze zomer hadden we bijvoorbeeld een langere middagpauze omdat het op dat tijdstip veel te warm w as om te werken. Bij de vorige kampen -het eerste in Sint-Amandsberg, daarna in Roemenië en Polen- lag dat dan weer anders. Maar vooral op plaatsen waar veel werk is, kom je toch wel aan acht à negen uur per dag”. Goed werk
Is het voor een leek haalbaar om gedurende drie weken
acht uur per dag te zwoegen? “Het werk kan heel zwaar zijn, daarom probeer ik altijd verschillende karweien te combineren. Zo heb ik tijdens elk kamp weleens keukendienst, waardoor je toch even op adem kan komen. Voorbije zomer heb ik tussendoor ook aardappelen en ajuinen gerooid.” “Veel hangt trouwens af van de groep: als die goed is, maakt het niet zo veel uit om eens af te zien. Het kamp in Roemenië bijvoorbeeld was fantastisch: niet alleen de groep vrijwilligers viel ongelooflijk goed mee, ook het project zelf was heel boeiend. We hielpen mee aan de opbouw van een weeshuis voor jongeren die ongeveer van onze leeftijd waren, waardoor het direct klikte.” Na het bezoeken van een potentiële werkplaats worden door het bestuur ter plaatse afspraken gemaakt: wat kan er verwezenlijkt worden, welke materialen moeten er aanwezig zijn, waar kunnen de vrijwilligers kost en inwoon genieten? Die zijn trouwens gratis, maar hun vervoers-
20 C A M P U S K R A N T 21.10.99
kosten moeten de deelnemers zelf betalen. Het is dan ook niet evident dat jongeren opteren voor deze bijzondere vorm van vakantie: waarom doet iemand zoiets?! Ilse: “Als het meezit, duurt je vakantie aan de universiteit drie maanden. Daar kan je volgens mij toch wel drie weken van spenderen aan een ‘ goed werk’. Je leert dikwijls toffe mensen kennen binnen de groep, maakt dingen mee die je anders niet zou meemaken en tegelijkertijd doe je iets nuttigs. Ikzelf vind het trouwens in de eerste plaats interessant om de cultuur van je werkplaats te leren kennen, de mensen in hun omgeving te zien. Dat zet me trouwens soms echt wel aan het denken: als ik terugkom van een Oost-Europees land, ben ik aanvankelijk echt gedegouteerd door het materialisme hier.” Bouworde vzw organiseert een cursus interculturele vorming, op 26, 27 en 28 oktober, i.s.m. Iteco. Info: Nele De Winter, t(016)25 91 44 (tijdens de kantooruren)