Hoort bij Raadsvoorstel 52 - 2012 Veranderingen op 1 januari 2012 In 2012 worden op het terrein van financiën, zorg en sociale Zekerheid verschillende veranderingen van kracht waar veel mensen mee te maken krijgen. Zo verandert bijvoorbeeld de kinderopvangtoeslag, wordt de basiszorgverzekering soberder en gaan boetes voor snelheidsovertredingen omhoog. Verwacht wordt dat de gevolgen van de verschillende veranderingen, effect zullen hebben op de kosten van het bestaande beleid van de Gemeente. Er zal vaker (toename in aanvragen) een groter beroep (stijging van kostenposten) op de bestaande inkomensondersteunende regelingen worden 1 gedaan. Het gaat hierbij om zowel de categoriale regelingen, als de individuele Bijzondere Bijstand . Wat de precieze effecten zijn op de regelingen is vooraf niet te benoemen. Gelet op de vele wijzigingen en de onmogelijkheid om eventuele reacties van mensen hierop te voorspellen, wordt in onderstaand overzicht een poging gedaan aan te geven waar effecten worden verwacht. Nb. In de kaders wordt aangegeven het specifieke Helmondse beleid wanneer dat van toepassing is. Financiën Toeslagen Mensen met een laag inkomen kunnen van de overheid een bijdrage krijgen in de kosten van de huur, de kinderen of de zorgverzekering. In 2012 zijn deze toeslagen als volgt veranderd. - De huurder krijgt bij een huur boven €366,37, minder huurtoeslag. - De kinderopvangtoeslag wordt lager. De kinderopvangtoeslag wordt gekoppeld aan het aantal uren dat ouders werken, waarbij wordt uitgegaan van de uren van de ouder die het minst werkt. - Het kindgebonden budget voor mensen met 1 of 2 kinderen gaat iets omhoog. Voor het 1e kind maximaal €1.017 per jaar. Voor het 2e kind maximaal €461 per jaar. Hoeveel het precies is, hangt af van het gezinsinkomen. Bij meer dan 2 kinderen krijgt men voor het 3e en volgende kind minder kindgebonden budget. - Voor de Zorgtoeslag is de maximale inkomensgrens verlaagd. Alleenstaanden krijgen geen zorgtoeslag meer als het inkomen hoger is dan €35.059. Voor partners is dat €51.691. - Evt. kan teruggang in huurtoeslag voor mensen met een minimum inkomen worden gecompenseerd door Individuele Bijzondere Bijstand voor woonkosten. n.b. Het effect van verlaging kinderopvangtoeslag kan zijn dat de prikkel om te -blijven- werken voor (alleenstaande) ouders met jonge kinderen kan afnemen Belastingtarieven Per 1 januari wijzigen de belastingtarieven. De inflatiecorrectie voor 2012 leidt tot een bijstelling, van bedragen die daarvoor in aanmerking komen, met 1,7%. De fiscale wijzigingen en belastingtarieven betreffen onder andere de tarieven in box 1, 2 en 3 van de inkomstenbelasting, heffingskortingen, zorgkosten. Voor de loonbelasting onder meer spaarloon en levensloopregeling en bijtelling auto van de zaak. Kosten reisdocumenten Voor een paspoort daalt het max. tarief iets (€48,73), net als het maximum tarief van de Nederlandse identiteitskaart daalt voor aanvragers boven 14 jaar (€40,05). Het jeugdtarief (tot en met 13 jaar) voor een identiteitskaart stijgt naar €30. Volledig overzicht van de kosten voor paspoort en identiteitskaart. 1
Indien een kostensoort om een inhoudelijke reden uit het pakket is verwijderd is in het algemeen geen verlening van bijzondere bijstand voor dergelijke kosten mogelijk. Het gaat hierbij om de volgende kostensoorten: Fysiotherapie: enkele aandoeningen geschrapt van chronische lijst en No-show tweedelijns GGZ zelf betalen. Als een budgettaire reden of een reden omtrent de reikwijdte van de Zvw wordt aangevoerd voor de pakketbeperking, bestaat afhankelijk van het gemeentelijk beleid ruimte voor het verlenen van bijzondere bijstand. Hierbij gaat het om: - Fysiotherapie: de eerste 20 behandelingen niet vergoed (budgettair); - Stoppen met roken-programma geschrapt (reikwijdte); - Dieetadvisering geschrapt (budgettair); - Maagzuurremmers (behalve voor chronisch gebruik) geschrapt (reikwijdte); - Aanpassingsstoornis geschrapt (budgettair); - Eigen bijdrage tweedelijns GGZ (budgettair); - Eigen bijdrage bij verblijf geneeskundige GGZ (budgettair); - Aantal zittingen eerstelijnspsycholoog verlaagd (budgettair); - Eigen bijdrage eerstelijns GGZ verhoogd (budgettair); - Eigen bijdrage internetbehandelingstraject (budgettair).
Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
1
Zorg De vergoedingen uit de ziektekostenverzekering veranderen. Het kabinet moet bezuinigen om de overheidsuitgaven weer op orde te krijgen. Ook de gezondheidszorg zal moeten bijdragen aan de beheersing van de uitgaven. Veranderingen in het basispakket Fysiotherapie Verzekerden van 18 jaar en ouder betalen meer (de eerste 20) behandelingen zelf. Dat waren er 12. Het gaat hier om behandelingen voor aandoeningen die op de zogenaamde chronische lijst staan. Deze lijst wordt ingekort, omdat vergoeding voor sommige chronische aandoeningen stopt. Voor de aandoeningen die worden geschrapt is gekozen omdat niet vaststaat dat de behandeling effectief is. Zorg wordt alleen vergoed als de effectiviteit van de behandeling wetenschappelijk is aangetoond. Het College voor Zorgverzekeringen onderzoekt dit. Vanaf 1 januari 2012 vervalt de vergoeding vanuit het basispakket voor de volgende aandoeningen: - wervelfractuur als gevolg van osteoporose; - reumatoïde artritis of chronische reuma; - chronische artriden; - spondylitis ankylopoetica (morbus Bechterew); - reactieve artritis; - juveniele (idiopatische) chronische artritis; - myocard-infarct; - status na coronary artery bypass-operatie (CABG); - status na percutane transluminale coronair angioplastiek (PTCA); - status na hartklepoperatie; - status na operatief gecorrigeerde congenitale afwijkingen. Voor alle verzekerden, ongeacht de leeftijd kan een eventuele vergoeding enkel via een aanvullende verzekering afhankelijk van de polis die is afgesloten. - Collectief Aanvullende Verzekering voor Minima (CAV) kent een gemaximeerde vergoeding voor fysiotherapie - Individuele Bijzondere Bijstand voor Bijzondere kan verstrekt wanneer er geen sprake is van deelname aan de CAV of wanneer de CAV onvoldoende dekking biedt. Geestelijke gezondheidszorg Eerstelijnspsychologen (gezondheidszorgpsychologen) kunnen (kortdurende) hulp bieden bij allerlei lichte psychische en/of sociale problemen. De eerste 5 consulten bij een eerstelijns psycholoog worden vergoed. Dat zijn er nu 8. Verder wordt voor verzekerden de eigen bijdrage: - verhoogd naar € 20 per consult; - voor een internetbehandelingstraject (E-health) € 50. De aanvullende zorgverzekering kan afhankelijk van de polis de kosten (deels) vergoeden. Voor behandeling of diagnostiek in de tweedelijns GGZ (Geestelijke Gezondheidszorg voor mensen met zwaardere psychische klachten zoals ADHD, depressie of een angststoornis) en verblijf in een GGZ-instelling wordt een eigen bijdrage ingevoerd voor cliënten van 18 jaar of ouder. Per kalenderjaar € 100,- voor behandelingen tot 100 minuten en € 200,- voor behandelingen die langer dan 100 minuten duren. In de volgende situaties hoeft geen eigen bijdrage te worden betaald: - jonger dan 18 jaar; - bij een crisisbehandeling (DBC); - bij onvrijwillige opname op basis van de wet BOPZ; - bij "bemoeizorg". Behandeling van aanpassingsstoornissen worden niet meer vergoed vanuit het basispakket. Door relatief lichte stoornissen niet meer te vergoeden, kan het basispakket behouden blijven voor vergoeding van zwaardere aandoeningen. Eigen bijdrage bij verblijf in een GGZ-instelling Voor verblijf in een GGZ-instelling komt een aparte eigen bijdrage. Die geldt voor alle verzekerden van 18 jaar en ouder. De eigen bijdrage gaat in vanaf de tweede maand van verblijf in een GGZ-instelling Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
2
en bedraagt € 145,- per maand. Dit komt boven op de eigen bijdrage voor behandeling tijdens verblijf in de GGZ-instelling. - Collectief Aanvullende Verzekering voor Minima (CAV) kent een gemaximeerde vergoeding voor Geestelijke gezondheidszorg. - Individuele Bijzondere Bijstand voor Bijzondere kan verstrekt wanneer er geen sprake is van deelname aan de CAV of wanneer de CAV onvoldoende dekking biedt. Veranderingen rond maagzuurremmers Maagzuurremmers gaan uit het basispakket, met uitzondering voor patiënten die maagzuurremmers chronisch gebruiken en voor maagzuurremmers in injectievorm (gelet op de hoge prijs). Ook als de arts ze voorschrijft is geen vergoeding mogelijk bij gebruik korter dan 6 maanden. Stoppen-met-roken-programma Dit verdwijnt uit het basispakket. De kosten van ondersteunende geneesmiddelen worden niet meer vergoed. Voor vergoeding komen nog wel in aanmerking: korte stopadviezen die huisartsen, medischspecialisten, klinisch-psychologen en verloskundigen geven als onderdeel van gebruikelijke zorgcontacten; intensieve begeleiding (individueel of in een groep) van deze zorgverleners die gericht is op gedragsverandering. Dieetadvies Dit wordt alleen nog vergoed bij COPD, diabetes en in geval van een vasculair risico, als zorg in samenhang en in onderling overleg tussen zorgaanbieders wordt geleverd (multidisciplinaire gecoördineerde zorg). - Collectief Aanvullende Verzekering voor Minima (CAV) kent een gemaximeerde vergoeding voor dieetadvisering - Individuele Bijzondere Bijstand voor Bijzondere kan verstrekt wanneer er geen sprake is van deelname aan de CAV of wanneer de CAV onvoldoende dekking biedt. Overige veranderingen in de Zorg Mondzorg: Vrije tarieven Vanaf 1 januari 2012 worden de tarieven van tandartsen, orthodontisten, mondhygiënisten en tandprothetici niet meer landelijk door de overheid vastgesteld, maar door de aanbieder mondzorg bepaalt. Tegelijkertijd komt er meer duidelijkheid over behandelingen, kwaliteit, service en tarieven van de tandheelkundige praktijk. De overheid (Nederlandse Zorgautoriteit) heeft een nieuwe lijst met tandheelkundige behandelingen vastgesteld die voor alle tandheelkundig zorgverleners gelijk is. Elke behandeling is opgebouwd uit één of meer codes, een beschrijving en toelichting. Het gaat hier om een driejarig experiment. Wat kan men verwachten Op de praktijkwebsite en/of in de praktijk van uw zorgaanbieders in de mondzorg vindt u: - informatie over de praktijk en de geboden service; - overzicht van de verschillende behandelingen; - informatie over de deskundigheid van in de praktijk werkzame medewerkers, zodat u weet wie u behandelt en wie wat (welke behandelingen) mag uitvoeren; - een tarievenlijst voor de behandelingen. Tandartsen, orthodontisten, mondhygiënisten en tandprothetici zijn verplicht om voor behandelingen die duurder zijn dan € 150,- een offerte aan te bieden. Hiermee kunt u de kosten bij andere zorgverleners vergelijken. Met al deze informatie heeft u een beter inzicht in de verschillende behandelmogelijkheden, de service en de kosten van de behandelingen, en kunt u beter kiezen. Via allesoverhetgebit.nl kunt u informatie vinden over de invoering van vrije prijzen in de mondzorg en de consequenties voor u als patiënt. - Collectief Aanvullende Verzekering voor Minima (CAV) kent een gemaximeerde vergoeding voor tandheelkunde - Individuele Bijzondere Bijstand voor Bijzondere kan verstrekt wanneer er geen sprake is van deelname aan de CAV of wanneer de CAV onvoldoende dekking biedt.
Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
3
Farmacie: Vrije tarieven De tarieven van apothekers worden niet meer landelijk door de overheid vastgesteld per 1 januari 2012. In 2012 gaat het om de volgende veranderingen: - introductie van vrije prijzen. De overheid stelt niet langer een tarief vast voor van geneesmiddelen; - onderscheid in activiteiten/prestaties die apotheekhoudenden bieden en in rekening mogen brengen. Bijvoorbeeld een inhalatie-instructie aan mensen met longgeneesmiddelen of het uitgeven van geneesmiddelen in de apotheek; - ook andere zorgaanbieders dan apothekers mogen in 2012 zorg die niet meteen gekoppeld is aan de aflevering van een receptgeneesmiddel leveren. Receptgeneesmiddelen mogen op grond van de wetgeving in Nederland alleen door apothekers of apotheekhoudend huisartsen geleverd worden. De overige prestaties mogen ook worden geleverd door andere zorgaanbieders. Voor prestaties (www.nza.nl) geldt dat er kwaliteitseisen gesteld worden. 2 Enkele geneesmiddelen vallen onder (financiering van de) ziekenhuiszorg, maar blijven wel gewoon in het basispakket. Voor vragen kan men contact opnemen met de behandelend arts of ziekenhuis. Persoonsgebonden budget Om er voor te zorgen dat het Persoonsgebonden budget (PGB) ook in de toekomst behouden kan blijven, neemt dit kabinet een aantal maatregelen. Het kabinet investeert deze kabinetsperiode € 500 miljoen extra in het PGB. Desondanks is het noodzakelijk om nieuwe voorwaarden te stellen aan het PGB om een extra overschrijding van € 700 miljoen in 2015 te voorkomen. Om de verwachte forse stijging van de PGB-uitgaven in lijn te brengen met de beschikbare AWBZ middelen worden een aantal maatregelen getroffen. Nieuwe voorwaarden PGB Vanaf 1 januari 2012 geldt een aantal nieuwe voorwaarden voor het PGB - alleen mensen met een "verblijfsindicatie" kunnen nog kiezen voor een Persoonsgebonden budget. Voor deze budgethouders wordt het PGB met 5% verhoogd; - nieuwe budgethouders moeten een zorgplan overleggen aan het zorgkantoor met hun PGB inzet; - nieuwe budgethouders kunnen het geld uit hun PGB niet meer besteden aan de kosten van bemiddelingsbureaus. Bestaande budgethouders mogen dat (maximale bedragen) nog wel als het bemiddelingsbureau beschikt over het keurmerk van het Keurmerkinstituut; - om fraude met het PGB tegen te gaan, wordt een aparte bankrekening voor het PGB verplicht en mogen betalingen aan zorgverleners uitsluitend nog via de bank plaatsvinden. De aparte bankrekening is niet verplicht (wel geadviseerd) voor budgethouders met een indicatie zonder verblijf, omdat voor hen het PGB uiterlijk op 1 januari 2014 komt te vervallen. Nieuwe cliënten met een indicatie "zorg zonder verblijf" kunnen via het Zorgkantoor in bijzondere gevallen een ‘Vergoedingsregeling persoonlijke zorg’ krijgen. Ook hier is sprake van een budget. Gevolgen voor PGB (AWBZ) Uiterlijk per 1 januari 2014 is er geen Persoonsgebonden budget mogelijk zonder verblijfsindicatie. Geïndiceerde AWBZ-zorg voor functies "persoonlijke verzorging" en/of "verpleging" is altijd Zorg in natura. Voor de functie "begeleiding" kan men terecht bij de gemeente op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Bij een herindicatie in 2013 gaat men eerder naar de Wmo. Via de categoriale regeling van de gemeente worden minima tot de vastgestelde inkomensgrenzen gecompenseerd in de kosten van de eigen bijdrage voor Wmo- en Awbz-zorg. Mantelzorgcompliment Sinds 1 april 2007 kan als blijk van waardering een mantelzorgcompliment worden aangevraagd voor mantelzorgers. Met ingang van 2012 wordt de hoogte van het mantelzorgcompliment verlaagd van € 250 naar (max.) € 200. Inkomensafhankelijke bijdrage: Zorgverzekeringswet (Zvw) Vanaf 1 januari 2012 zijn de percentages voor de berekening van de bijdrage Zvw verlaagd en is het maximumbijdrage-inkomen verhoogd: Het hoge percentage is 7,1% (was 7,75% in 2011); het lage percentage is 5% (was 5,65% in 2011). Het maximumbijdrage-inkomen is € 50.064 (was € 33.427 in 2011). Meer info bij de Belastingdienst. 2
Cimzia, Enbrel, Humira, Remicade, Simponi, Orencia, Kineret en Stelara
Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
4
- Compensatie- verplicht eigen risico Het verplicht eigen risico voor verzekerden vanaf 18 jaar gaat van € 170 (2011) naar € 220 (2012). Met de regeling compensatie eigen risico wordt in bepaalde gevallen het verplicht eigen risico gecompenseerd. Voor de compensatie wordt gekeken naar gegevens die geregistreerd staan bij de zorgverzekeraar en het CAK. Rechthebbenden krijgen in september 2012 automatisch bericht van het CAK (www.cak.nl). De compensatie eigen risico gaat van € 56 (2011) naar € 85 (2012). WTCG De ministerraad heeft ingestemd met aanpassing van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg). Het wetsvoorstel is nog in behandeling bij de Tweede en Eerste Kamer. Door de tegemoetkoming vanaf 2012 inkomensafhankelijk te maken, blijft deze bestaan voor mensen die haar het meest nodig hebben. De tegemoetkoming vervalt voor: - paren met een gezamenlijk inkomen boven € 35.100 - alleenstaanden met een inkomen boven € 24.570 Sociale zekerheid Minimumloon, bijstand en uitkeringen Per 1 januari stijgen de minimumlonen met 0,79%. Het minimumloon stijgt naar €1446,60 bruto pm. Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan omhoog. De verhogingen hangen samen met de stijging van het wettelijk minimumloon. Ook de bijstand en uitkeringen voor oudere werkloze werknemers (IOAW) en oudere voormalige zelfstandigen (IOAZ) stijgen. Veranderingen in de Wet werk en bijstand Mensen met een bijstandsuitkering krijgen meer verplichtingen om werk te zoeken. Vanaf 1 januari 2012 moeten bijvoorbeeld jongeren tot 27 jaar eerst 4 weken zelf actief op zoek gaan naar werk en een opleiding voordat zij een uitkering of ondersteuning kunnen aanvragen. Ouders en inwonende kinderen moeten voortaan gezamenlijk 1 uitkering, de gezinsuitkering, aanvragen. Onderstaande info is te vinden op website van VWS Bijstand geeft een overzicht van maatregelen. Met ingang van 1 januari 2012 is de Wet werk en bijstand (WWB) veranderd. Er gelden nieuwe regels voor mensen die een bijstandsuitkering aanvragen én voor mensen die al een bijstand hebben. Uitgaven -individuele- Bijzondere Bijstand zullen stijgen: - (gelet op motie Sterk) kosten voor zorgpremie(s) moeten verstrekken indien er meer dan 3 premiebetalende gezinsleden zijn in één huishouden met WWB - door -vaak aanzienlijke- inkomensachteruitgang zal schuldenproblematiek toenemen en de schuldhulpverlening en kosten bewindvoering toenemen - om niet met de financiële gevolgen van de huishoudtoets te maken te krijgen, zullen gezinsleden eerder verhuizen en daardoor toename kosten voor woonkostentoeslag. Wat is er nieuw in 2012? Dit zijn de wijzigingen in de Wet werk en bijstand: 1. De Wet investeren in jongeren (WIJ) wordt afgeschaft. 2. Jongeren die bijstand aanvragen moeten eerst vier weken op zoek naar werk. 3. Nieuw is de gezinsuitkering. Wie horen er bij het gezin? 4. Er komt een inkomenstoets voor het hele gezin. 5. Het hele gezin krijgt één gezamenlijke bijstandsuitkering. 6. De gemeente kan een tegenprestatie voor de bijstand vragen. 7. Mensen zonder sollicitatieplicht mogen korter naar het buitenland. 8. Er komt een landelijke inkomensgrens voor enkele regelingen voor minima. 9. Er komen strengere eisen voor vrijstelling van de sollicitatieplicht voor alleenstaande ouders. 10. Er komt een nieuwe regeling voor vrijlating van inkomsten voor alleenstaande ouders. 1. Wat gebeurt er met de WIJ? De WIJ, de Wet investeren in jongeren, wordt per 1 januari 2012 afgeschaft. Jongeren beneden 27 jaar met een uitkering al dan niet met een werkleeraanbod (zoals een werkstage of opleiding) gaan per 1 januari 2012 over naar de bijstand (WWB). Jongeren waarvan het werkleeraanbod doorloopt in 2012 mogen dit afmaken, als re-integratievoorziening WWB. Bestaande (aanvullende) uitkeringen voor jongeren lopen in 2012 door op grond van de WWB en niet meer op grond van de WIJ. Het recht op uitkering kan echter wijzigen gelet op de nieuwe regels voor ‘gezin’. En er komt een huishoudinkomenstoets waarbij alle gezinsleden en ook hun vermogen meetellen mee voor de bijstandsuitkering. Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
5
2. Wat is een zoekperiode voor jongeren? Jongeren van 18 tot 27 jaar vallen in 2012 onder de Wet werk en bijstand en kunnen recht hebben op een bijstandsuitkering. Vanaf 2012 mogen zij pas een bijstandsuitkering aanvragen nadat zij eerst vier weken actief naar werk hebben gezocht. Deze zoekperiode van vier weken gaat in op de dag van aanmelding bij het UWV WERKbedrijf. Bij het ontvangen van WW dient vier weken voordat de WW-uitkering eindigt de bijstandsuitkering te worden aangevraagd. De laatste vier weken van de WW gelden dan als zoekperiode voor de bijstand. Wat te doen tijdens de zoekperiode? Men moet naar werk zoeken en aangeboden werk aannemen. Vanaf 1 juli 2012 wordt ook gekeken naar mogelijkheden om (door overheid gefinancierd) onderwijs te volgen of af te maken. Pas als naar oordeel van de gemeente voldoende is aangetoond dat werk en opleiding niet lukt kan na vier weken een aanvraag voor een bijstandsuitkering worden ingediend. De uitkering gaat in vanaf de eerste dag van de zoekperiode. Bij onvoldoende inzet kan de gemeente de uitkering verlagen of afwijzen. Wat gebeurt er na de zoekperiode? De gemeente maakt met de aanvrager een plan van aanpak en stuurt dit toe. Hierin staat: - hoe de kansen op betaald werk vergroot kunnen worden, zoals een cursus of een werkstage; - wat de gemeente daarbij eist en verwacht, en; - hoe de gemeente daarbij gaat helpen. 3. Wie hoort er in 2012 bij het gezin? Nieuw in 2012 in de WWB is het begrip ‘gezin’. Een gezin is degene die -eventueel samen met partner, kinderen en/of (een van) de ouders- in één huis woont. Leeftijd en aantal gezinsleden maakt niet uit. Een gezin kan maar één gezinsuitkering krijgen. Men kan een gezin vormen met: - uw partner; - uw kind(eren), minderjarig of meerderjarig; - de meerderjarige partner(s) van uw meerderjarige kind(eren). - uw vader en/of moeder. Men moet gezamenlijk de bijstandsuitkering aanvragen. Inkomsten van alle gezinsleden tellen mee. Overige situatie(s) van een gezinsuitkering Men krijgt ook een gezinsuitkering als met iemand een gezamenlijke huishouding wordt gevoerd: men woont met een ander in dezelfde woning en zorgt voor elkaar. Men kan met broer, zus, grootmoeder, neef of een vriend of vriendin een gezamenlijke huishouding voeren. Voorwaarde is wel dat met enkel één ander volwassen persoon wordt samengeleefd. Als er een derde volwassen persoon in huis woont, niet zijnde hun kind of ouder, dan krijgt die persoon – als dat nodig is – apart bijstandsuitkering. Wie tellen niet mee als gezinslid? Voor de bijstand worden familieleden (en hun inkomsten) niet als gezinslid meegerekend als: - een gezinslid dat zorgbehoevend is; - een thuiswonend kind van 18 jaar of ouder dat door overheid gefinancierd onderwijs volgt, of studiefinanciering (WSF) of een tegemoetkoming scholieren (WTOS) krijgt of kan krijgen. En dat in totaal minder dan € 1.059,49 per maand aan inkomsten heeft. - een thuiswonend voormalig pleegkind van 18 jaar of ouder. - huisgenoten die bij u een kamer of etage huren of waarmee u in een studentenhuis woont. 4. Wat is de huishoudinkomenstoets? De huishoudinkomenstoets houdt in dat de inkomsten van alle gezinsleden met wie de bijstand wordt aangevraagd, meetellen voor de bijstandsuitkering. Men krijgt één bijstandsuitkering voor alle personen van het gezin of gezamenlijke huishouding. Als gezinsleden al andere inkomsten hebben, worden die van de gezinsuitkering afgetrokken. Het gaat dan bijvoorbeeld om inkomsten uit: - betaald werk; - AOW en een eventueel aanvullend pensioen; - WW-uitkering; - WAO- of WIA-uitkering Welke inkomsten tellen niet mee? Naast de bijstandsuitkering mag het gezin inkomsten behouden (tellen niet mee bij huishoudinkomenstoets): - voor gezinsleden van 27 jaar of ouder: 25% van de inkomsten uit een betaalde (deeltijd)baan tot maximaal € 192,- per maand voor maximaal zes maanden; - voor alleenstaande ouders van 27 jaar of ouder met kinderen jonger dan twaalf jaar: 12,5% van inkomsten uit betaalde (deeltijd)arbeid tot maximaal € 120,- per maand voor max. 30 maanden; - inkomsten van kinderen tot 16 jaar; - inkomsten van kinderen van 16 en 17 jaar tot maximaal € 827,- per maand per kind;
Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
6
-
inkomsten van thuiswonende kinderen van 18 jaar of ouder die onderwijs volgen dat door de overheid is gefinancierd, of die studiefinanciering of een tegemoetkoming scholieren (WTOS) (kunnen) krijgen. Deze inkomsten tellen niet mee als het totaal van deze inkomsten (incl eventueel baantje) niet hoger is dan € 1.059,49 per maand; - inkomsten uit een Wajonguitkering tellen niet mee als in het gezin of bij een alleenstaande ouder ook een of meer meerderjarige kinderen wonen; - een bedrag van € 18,80 per maand als oudedagsvoorziening voor mensen van 65 jaar of ouder. Overgang met een gezinsuitkering? Een gezin dat op 31 december 2011 twee of meer bijstandsuitkeringen heeft blijft analoog aan het oude recht tot 1 juli 2012 de uitkeringen houden, ook als er tussentijds wijzigingen zijn. Per 1 juli 2012 wordt de uitkering -indien nodig- aangepast aan de nieuwe gezinsregels en huishoudinkomenstoets. 5. Is er in 2012 per gezin maar één bijstandsuitkering mogelijk? Alle gezinsleden krijgen vanaf 2012 samen één gezinsuitkering tot maximaal 100% van het nettominimumloon (1 januari 2012 € 1.336.42 per maand). Maar soms is het mogelijk om een persoon niet tot het gezin te laten rekenen. Dat kan bij een ouder, kind, broer of zus die verzorgd moet worden. Deze persoon kan dan op verzoek een eigen bijstandsuitkering krijgen. Het zorgbehoevende gezinslid kan verzoeken niet als gezinslid te worden meegerekend als die: - een geldige (CIZ) indicatie heeft zorg uit de AWBZ (niet de Wmo) voor tien uur of meer per week voor persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding of (voortgezet) verblijf. - géén persoonsgebonden budget (PGB) voor deze zorg ontvangt. De zorg mag ook niet (helemaal) worden vergoed door de verzekeraar; en - voor ten minste tien uur per week worden verzorgd door een van de ouders of een van de kinderen. Daarnaast mag het familielid ook worden verzorgd door een professionele zorgverlener, bijvoorbeeld door de wijkverpleging of door een verzorgingshuis. De gemeente bepaalt of uw familielid gelet op deze voorwaarden in aanmerking komt voor een eigen bijstandsuitkering. 6. Wat is een tegenprestatie? Vanaf 2012 kan de gemeente van mensen met een bijstandsuitkering, een IOAW- of IOAZ-uitkering, ook als er sprake is van een deeltijdbaan, een tegenprestatie verlangen door het verrichten van onbetaalde werkzaamheden die nuttig zijn voor de samenleving. De gemeente moet hier invulling aan geven uitgaande van de volgende voorwaarden: - werkzaamheden voor een paar uur per dag of per week; - werkzaamheden voor enkele weken of maanden, dus niet voor lange tijd; - geen werk zijn waarvoor u eigenlijk betaald moet worden (dus geen ‘gewone baan’); - Het hoeven geen werkzaamheden te zijn waarmee u uw kansen op betaald werk vergroot; - de werkzaamheden mogen uw kansen op betaald werk ook niet in de weg zitten; - het moet werk zijn dat u in staat bent om te doen. Dus geen werk dat u vanwege uw gezondheid of om een andere reden niet kunt of mag doen; De gemeente mag ook een tegenprestatie verlangen van iemand die mantelzorg verleent aan een huisgenoot, zolang men in staat is om de tegenprestatie te combineren met deze zorgtaken. 7. Hoe lang mag u in 2012 met een bijstandsuitkering in het buitenland verblijven? Bijstandsontvangers tot 65 jaar mogen vanaf 2012 maximaal vier weken per jaar naar het buitenland. Bijstandsontvangers van 65 jaar of ouder met een aanvullende inkomensvoorziening (AIO) mogen dertien weken per jaar naar het buitenland. 8. Wat gebeurt er met de regelingen voor mensen met een minimuminkomen? Gemeenten kunnen tot 2012 zelf bepalen welke inkomensgrens er geldt voor regelingen voor mensen met een laag inkomen. Voor de regelingen is vanaf 2012 de inkomensgrens maximaal 110% van de bijstandsnorm. Hoger mag niet, lager wel. Deze inkomensgrens van 110% geldt o.a. voor: - de langdurigheidstoeslag; - categoriale bijzondere bijstand aan speciale groepen als mensen met een chronische ziekte of beperking en ouderen en mensen met schoolgaande kinderen; - de gemeentelijke collectieve aanvullende zorgverzekering met een bijdrage in de premiekosten; en - verschillende voorzieningen op sociaal en cultureel gebied. De inkomensgrens van 110% van de bijstandsnorm geldt niet voor de individuele bijzondere bijstand. Hiervoor mag iedere gemeente ook in 2012 een eigen inkomensgrens vaststellen. 9. Moeten alleenstaande ouders met jonge kinderen altijd solliciteren? Alleenstaande ouder met jonge kinderen kunnen voor de bijstandsuitkering (of een IOAW- of IOAZuitkering) tijdelijk ontheffing van de sollicitatieplicht krijgen voor een periode van maximaal vijf jaar. Zij hoeven geen werk aan te nemen. Om hun kansen op werk te vergroten zijn zij wel verplicht een Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
7
opleiding of cursus te volgen of stage te lopen. Hiervoor wordt met de gemeente een plan van aanpak gemaakt. Men moet zelf de ontheffing aanvragen en aan de volgende voorwaarde voldoen: - alleenstaande ouder. - jongste kind is jonger dan vijf jaar. - de volledige zorg voor dit kind. 10. Vrijlating inkomsten uit betaald werk Inkomsten uit arbeid naast de bijstandsuitkering kunnen voor gerechtigden van 27 jaar of ouder deels (25% tot max. € 192,- per maand) worden vrijgelaten voor een periode van 6 maanden. Voor alleenstaande ouders is er een afzonderlijke nieuwe regeling, waarbij voor maximaal 30 maanden achter elkaar 12,5% van de inkomsten mag worden behouden tot max. € 120 p.m. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: - alleenstaande ouder. - jongste kind is jonger dan twaalf jaar. - volledige zorg voor dit kind. - het werk vergroot de kans op een baan - men heeft al zes maanden maximaal 25% van de inkomsten mogen houden, tot max. € 192 pm. De inkomensvrijlating voor alleenstaande ouders komt in plaats van de vrijlatingsregeling van twee heffingskortingen (de vermeerdering van de alleenstaandeouderkorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting). Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Op 1 januari 2012 houdt de inkomensregeling voor kunstenaars op te bestaan. Kunstenaars met onvoldoende inkomsten kunnen vanaf die datum, net als mensen uit andere beroepsgroepen, een beroep doen op de Wet werk en bijstand.
Hoort bij Raadvoorstel 52 - 2012
8