Nanuru, MH (Anna) Onderwerp: Bijlagen:
FW: Jaaverslag en begroting Rekenkamer Oost Nederland aanbiedingsbrief jaarverslag '12 begroting '14 RKON Ov.pdf; Jaarverslag 2012 Rekenkamer Oost.pdf; Ontwerpbegroting 2014 Rekenkamer Oost.pdf
Van: Claudio F.M. Bruggink rmailto:
[email protected]
Verzonden: vrijdag 24 mei 2013 15:36 Aan: Sluis, JP van der (Jan Peter) Onderwerp: Jaaverslag en begroting Rekenkamer Oost Nederland Geachte heer van der Sluis, beste Jan Peter, Bijgevoegd zijn ons jaarverslag 2012 en de begroting 2014. Wij verzoeken u om deze samen met de aanbiedingsbrief door te sturen naar PS, de Commissaris van de Koning, GS en de provinciesecretaris. Alvast hartelijke dank voorde medewerking. Vriendelijke groet, Claudio Bruggink Secretaris-directeur
Rekenkamer Oost-Nederland Achter de Muren Zandpoort 6 » 7411 GE Deventer ® T 0570-665800 « M 06-51865795 « www.rekenkameroost.nl * PROVINCIALE STATEN VAN OVERUSSEL Reg.nr. p 5 / J i o 1 b / Uk>S D
0 nt
Routing
2 7 MEI 2013
a.d.
Bijl.:
Provinciale Staten van Overijssel T.a.v. Griffie, mevrouw R. Wiggers Postbus 10078 8000 GB Zwolle Deventer, 23 mei 2013 Betreft: Rekenkamer Oost-Nederland: Jaarverslag 2012 en Begroting 2014 Geachte leden van de Provinciale Staten van Overijssel, Hierbij bieden wij u gelijktijdig het jaarverslag 2012 en de begroting 2014 aan van de Rekenkamer Oost-Nederland. Het bestuur van de Rekenkamer heeft op grond van artikel 16 van haar gemeenschappelijke regeling het jaarverslag 2012 vastgesteld. De Staten worden gevraagd een eventuele zienswijze aan het bestuur mee te geven. Verder heeft het bestuur op grond van artikel 15 van de gemeenschappelijke regeling Rekenkamer Oost-Nederland de ontwerpbegroting 2014 vastgesteld. Ook hier worden de Staten in de gelegenheid gesteld hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren te brengen. Wij zijn graag bereid om de inhoud van het jaarverslag en de begroting toe te lichten in de commissie die beide documenten behandeld. Voor vragen ter voorbereiding daarop kunt u zich wenden tot ondergetekende. Met vriendelijke groet, Namens het bestuur van de Rekenkamer Oost-Nederland
Claudio Bruggink Secretaris-directeur
Cc:
- Commissaris van de Koning, mevrouw drs. A.Th.B. Bijleveld-Schouten - Gedeputeerde Staten - Provinciesecretaris, de heer H.A. Timmerman
Achter de Muren Zandpoort 6 ● 7411 GE Deventer ● T (0570) 66 58 00 ● F (0570) 64 97 02 I www.rekenkameroost.nl ● E
[email protected]
Jaarverslag 2012
Colofon De Rekenkamer Oost-Nederland is een onafhankelijk orgaan dat onderzoek doet naar de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van het gevoerde bestuur van de provincies Gelderland en Overijssel. De bestuursleden van de Rekenkamer zijn: de heer P. van Dijk (voorzitter), de heer drs. R.S. de Heus EMIA RO (plv. voorzitter) en mevrouw mr. Th.O.J. Lucardie. De secretarisdirecteur is de heer drs. C.F.M. Bruggink RO.
Rekenkamer Oost-Nederland Achter de Muren Zandpoort 6 7411 GE Deventer Telefoon: 0570 – 66 58 00
[email protected] www.rekenkameroost.nl Twitter: @RekenkamerOost
Jaarverslag 2012
Deventer, mei 2013
Leeswijzer
2
In dit jaarverslag verantwoordt het bestuur van de Rekenkamer zich over het gevoerde beleid in 2012. Na het voorwoord komen in hoofdstuk 1 de rekenkameronderzoeken aan de orde waar aan is gewerkt en besteden we aandacht aan de onderwerpselectie. Vervolgens gaan we in hoofdstuk 2 in op enkele aspecten van de strategie en de bedrijfsvoering. In hoofdstuk 3 wordt de staat van baten en lasten besproken. Eerst treft u een overzicht van de realisatie ten opzichte van de budgetten, gevolgd door een toelichting. In hoofdstuk 4 wordt dit gedaan voor de balans. Hoofdstuk 5 geeft de grondslagen en toelichtingen aan van waardering en resultaatsbepaling. In hoofdstuk 6 tot slot is de verklaring van de accountant bij de jaarrekening en het voorstel van het bestuur voor de resultaatsbestemming opgenomen.
Jaarverslag 2012
Voorwoord
3
Als het terugkijken en evalueren tot de kerntaken van een Rekenkamer behoort, dan mag er iets worden verwacht van een jaarverslag van deze instantie. Dat is ook nu het geval, want in 2012 hebben we ons als Rekenkamer getracht innoverend in te zetten voor de taak, die we als opdracht van de Staten en vanuit de wet hebben gekregen. Die vernieuwing kreeg gestalte in de opzet en uitwerking van de onderzoeken, maar ook in de presentatie naar en het contact met de Staten. Om een voorbeeld te noemen: het gesprek dat we in de zomer organiseerden met Statenleden over een mogelijk onderzoek naar grondbeleid was vernieuwend en inspirerend. Daarmee kwamen we als Rekenkamer dichter bij de Statenleden en benadrukken we het duale karakter van het provinciale bestuur waarbinnen wij opereren. Maar dat vroeg en vraagt om veel aandacht voor goede communicatie.
Jaarverslag 2012
We hebben in 2012 aandacht besteed aan onderzoeken die nog doorliepen vanuit 2011 als aan vier nieuwe onderwerpen. In 2011 zijn ook de rapporten behandeld zonder eerst hoor en wederhoor te plegen met de Colleges van Gedeputeerde Staten, dit als nadrukkelijk uitvloeisel van de evaluatie na de eerste 6-jarige periode van bestaan van de Rekenkamer. Dit betrof een pilot en inmiddels hebben we daarop een evaluatie uitgevoerd en daarover gaan we in contact met het presidium, met de procedurecommissie en de Colleges van Gedeputeerde Staten en griffies van de provincies. Een ander gevolg van de grote evaluatie - bezuinigingen - kreeg ook gestalte door proactief dynamiek te creëren in het personeelsbestand. Ofwel: de omvang verkleinen, meer tijdelijke contracten en verjonging tot stand brengen. En dat is gebeurd. De reductie is tot stand gekomen. Daarmee gaat de Rekenkamer mee in het financiële wel en wee van de provinciale begrotingen, maar bedacht moet wel worden, dat de organisatie daarmee wel stevigheid verliest. Overigens meent het bestuur toch ook met dankbaarheid voor ieders inzet te mogen vaststellen dat de kwaliteit tenminste behouden is gebleven. Een kwestie, die bij de voortduur aandacht vraagt, is hoe een onderzoek in de Staten wordt gepresenteerd en afgehandeld. De Rekenkamer is geen partij in de Staten en dus moeten de Staten zelf voor een dictum als besluittekst bij de bespreking van een
onderzoek zorgen. In het afgelopen jaar is daar geen vaste structuur in de procedure voor aangegeven geweest en wellicht zouden de griffies hier een stap in kunnen zetten. Daaraan verbonden is de vraag naar het hoe en wanneer van een follow-up op een Statenbesluit over de aanbevelingen van een onderzoek. Natuurlijk doet de Rekenkamer ook follow-uponderzoek, maar dat kan niet de hoofdtaak worden. Het is in de eerste plaats de taak van de Staten zelf om te zorgen voor een besluit, waarin die follow-up geborgd is. Het bestuur van de Rekenkamer biedt u met genoegen deze terugblik aan, in het besef dat de Rekenkamer vooral betekenis wint voor de Staten door goede wederzijdse input. Moge dit jaarverslag daartoe dienen! Namens het bestuur van de Rekenkamer Oost-Nederland,
Piet van Dijk voorzitter Deventer, mei 2013 4
Claudio Bruggink secretaris-directeur
Jaarverslag 2012
Inhoudsopgave
Leeswijzer ........................................................................................2 Voorwoord ......................................................................................3 1
Rekenkameronderzoeken .....................................................6 1.1 1.2 1.3
2
Strategie en bedrijfsvoering ............................................... 14 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
5 Jaarverslag 2012
3
Onderzoeken 2012 .....................................................................................6 Bestuurlijke behandeling rapporten 2011 .............................................. 10 Onderwerpselectie .................................................................................. 13
Uitvoeren strategische koers .................................................................. 14 Pilot Bestuurlijk hoor en wederhoor ....................................................... 15 Follow-up Rekenkameronderzoek .......................................................... 15 Samenwerking en informatie-uitwisseling.............................................. 16 Interne organisatie .................................................................................. 17
Staat van baten en lasten ................................................... 19 3.1 3.2
Staat van baten en lasten........................................................................ 19 Toelichting staat van baten en lasten ..................................................... 21 3.2.1 3.2.2
4
Baten ..................................................................................................21 Lasten .................................................................................................21
Balans................................................................................. 24 4.1
Toelichting op de balans ......................................................................... 24
5
Grondslagen van waardering en resultaatbepaling ............. 26
6
Overige gegevens ............................................................... 30 6.1 6.2
Bijlage 1:
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant ........................... 30 Voorstel voor resultaatsbestemming...................................................... 33 Toelichting jaarrekening posten ............................................................. 35
1
Rekenkameronderzoeken
In dit hoofdstuk gaan we in op onze kernactiviteit, het verrichten van onderzoek. In de eerste paragraaf behandelen we de onderzoeken waar we in 2012 aan hebben gewerkt. Daarna gaan we kort in op de bestuurlijke afhandeling van verschillende rapporten die merendeels in 2011 zijn uitgevoerd. Tot slot behandelen de activiteiten die we hebben verricht om tot het onderzoeksprogramma 2013 te komen.
1.1 6
Onderzoeken 2012
Jaarverslag 2012
De Rekenkamer heeft in 2012 aan zes onderzoeksthema’s gewerkt: 1. Effectiviteit actieplan recessie 2. Follow-up treasury, onderuitputting en reserves & voorzieningen 3. Schriftelijke Statenvragen 4. Effectiviteit Subsidies Overijssel 5. Grondverwerving 6. Toezicht op gemeentelijke financiën
Ad 1. Effectiviteit actieplan Recessie Het rapport behandelde de vraag of “het actieplan recessiemaatregelen van de provincies Gelderland en Overijssel drie jaar na de start ervan effectief is en wat kan daarvan geleerd worden?”. Meer over de aanpak kunt u lezen in het onderzoeksplan van oktober 2011. De hoofdconclusie in beide onderzoeken was dat de aanpak van de provincies voortvarend is geweest, maar op enkele punten beter had gekund. Voor Gelderland concludeerden we onder meer dat de beoogde werkgelegenheidseffecten (korte termijn doel) te hoog waren ingeschat en deels in 2009-2010 zijn gerealiseerd. Ook de voortgangsinformatie aan PS had zorgvuldiger gekund. Voor Overijssel gaven we aan dat er geen (meetbare) maatschappelijke effecten (zoals werkgelegenheid) waren geformuleerd, dat de administratie van de verschillende projecten onvolkomenheden
vertoonde Ook hier was de voortgangsinformatie een aandachtspunt. Voor een volledig overzicht van de conclusies en aanbevelingen verwijzen we naar de rapporten op onze site. Behandeling van rapporten in PS Overijssel Het rapport is op 20 juni 2012 gepubliceerd met een eerste behandeling in Statencommissie van 26 september. GS hebben aangegeven met een schriftelijke reactie op het rapport te komen. Vervolgens zal het rapport opnieuw in de commissie worden geagendeerd. Dit heeft nog niet plaatsgevonden. Gelderland Op 30 mei 2012 werd het rapport voor Gelderland gepubliceerd waarna op 20 juni de behandeling in de commissie MIE plaats vond en op 26 juni in de PS vergadering. Daarbij is een amendement aangenomen waardoor de aanbevelingen van de Rekenkamer zijn overgenomen en bij een eventuele herhaalde inzet het economische effect van projecten leidend te laten zijn bij de projectkeuze. Gedeputeerde Bieze geeft in de commissie namens GS aan de aanbevelingen van harte over te nemen: “het is belangrijk lering te trekken uit het rapport en de bijzondere situatie waarin het recessieplan tot stand kwam”.
Ad 2. Follow-up treasury, onderuitputting en reserves & voorzieningen 7 Jaarverslag 2012
Het rapport “Driemaal budgetrecht: beheren, besteden en bestemmen” betreft een follow-up onderzoek naar Treasury, Onderbesteding en Reserves en voorzieningen. Het rapport is in april 2012 aangeboden aan beide Staten en geeft een actueel beeld van de ontwikkelingen op de drie genoemde financiële terreinen in de periode 2009-2011. Het onderzoek heeft op alle onderdelen verbeterpunten opgeleverd. Behandeling van rapporten in PS Overijssel Het rapport is op 18 april 2012 gepubliceerd en op 30 mei 2012 volgde behandeling in de commissie Financiën op de Statencommissiedag. Op 30 november ’12 heeft GS een uitgebreide reactie op het rapport gestuurd aan PS. In Statenvoorstel PS/2013/59 van 23 januari 2013 stelt GS aan PS voor om de aanbevelingen uit het rapport over te nemen. Er is nog geen behandeling in PS geweest. Gelderland Het rapport is op 25 april 2012 gepubliceerd en op 16 mei 2012 behandeld in de commissie ABF. Na behandeling in de PS vergadering van 30 mei 2012 hebben PS besloten om de aanbevelingen uit het rapport over te nemen.
Ad 3. Schriftelijke Statenvragen De Rekenkamer heeft eind 2012/begin 2013 een quickscan uitgevoerd naar het PSinstrument schriftelijk vragenrecht in de provincies Gelderland en Overijssel. Het onderzoek stond niet in het onderzoeksprogramma 2013 maar kwam naar boven in de fractiegesprekken. In ons streven om goed aan te sluiten bij de wensen van de Staten hebben we dit onderzoek opgepakt. Bovendien is het vernieuwend omdat we niet eerder één van de onderzoeksinstrumenten van PS onder de loep hebben genomen. Voor beide provincies is de conclusie dat dit instrument nog bewuster kan worden ingezet. Ook de conclusie dat Statenleden tevreden zijn over de beantwoording, maar wellicht nog meer vervolgstappen kunnen nemen was van toepassing voor beide provincies. Voor Gelderland kwamen we daarnaast tot de conclusie dat meer alertheid op tijdige beantwoording van Statenvragen wenselijk is. En voor Overijssel dat meer alertheid op de status van de schriftelijke Statenvragen en de procedure rondom uitstelberichten wenselijk is. Behandeling van rapporten in PS Overijssel Het rapport is op 5 februari 2013 gepubliceerd en is op 3 april 2013 in de Statencommissie Kwaliteit openbaar bestuur besproken en voor kennisgeving aangenomen. 8 Jaarverslag 2012
Gelderland Het rapport is op 5 februari 2013 gepubliceerd waarna behandeling in de commissie ABF op 6 maart plaatsvond. Op 20 maart 2013 is in de PS-vergadering besloten het rapport voor kennisgeving aan te nemen.
Ad 4. Effectiviteit subsidies Overijssel Halverwege 2012 zijn we gestart met een onderzoek naar het zicht op de doeltreffendheid van subsidies. Oorspronkelijk waren we van plan om het onderzoek voor beide provincies uit te voeren. Omdat de provincie Gelderland intern al een onderzoek naar het inzicht in de effecten van subsidies was gestart, hebben we het onderzoek voor Gelderland in eerste instantie opgeschort in afwachting van deze resultaten. Vanwege de overlap in de focus en het feit dat de resultaten hiervan eind 2012 openbaar werden én zouden worden besproken in de Gelderse Staten, hebben we besloten het onderzoek alleen voor Overijssel uit te voeren. De provincie Overijssel heeft in 2011 € 473 mln. subsidie verstrekt. Het is voor de provincie van belang te weten of de verstrekte subsidie heeft geleid tot de boogde (maatschappelijke) doelen. Hoe meer kennis over de doeltreffendheid van subsidies hoe beter onderbouwd keuzes omtrent het continueren, aanpassen of opheffen van subsidies kunnen worden gemaakt. Wij hebben onderzocht in welke mate de provincie zicht heeft op de effecten en doeltreffendheid van langlopende subsidieregelingen.
De hoofdconclusie is dat de provincie beperkt zicht heeft op de doeltreffendheid van subsidies. Hiermee voldoet zij niet aan de wettelijke norm om eens in de vijf jaar de effecten en doeltreffendheid van subsidies in de praktijk te onderzoeken (artikel 4:24 Awb.). Als gevolg daarvan spelen de uitkomsten van evaluaties een beperkte rol in de besluitvorming over het al dan niet doorgaan met een subsidie. Wel beschikt de provincie over veel evaluatief materiaal en heeft zij bij diverse subsidie-regelingen een beleidstheorie. Hiermee is de provincie op de goede weg, maar voldoet zij nog niet aan de wettelijke norm. Daarnaast constateerden we dat de provincie sturings- en beheersingsinformatie over subsidies niet tijdig, juist en volledig uit de administratie kan genereren. Volgens de provincie is dit aandachtspunt vanaf 2013 verholpen. Op 6 maart 2013 hebben we het rapport ‘Effecten van subsidies in beeld?’ gepubliceerd en op 20 maart gepresenteerd. De presentatie is voor het eerst opgenomen en via www.rekenkameroost.nl als webcast beschikbaar gesteld aan belangstellenden. In de toekomst willen we vaker webcasts via onze website aanbieden. Over de resultaten van de politieke behandeling informeren wij u in de jaarrekening 2013.
Ad 5. Grondverwerving
9 Jaarverslag 2012
We werken aan een onderzoek naar de provinciale aanpak grondverwerving. De focus van dit onderzoek ligt op de wijze waarop de provincies Gelderland en Overijssel grond aankopen en of dit op efficiënte, effectieve en legitieme wijze gebeurt. Met het onderzoek willen we mogelijke verbeterpunten op dit terrein aandragen aan PS en GS. De keuze voor dit thema is in belangrijke mate voortgekomen uit een bijeenkomst met Statenleden over grondbeleid medio 2012. Meer over de aanpak kunt u lezen in het onderzoeksplan van november 2012, welke op onze website te vinden is. Het onderzoek zal naar verwachting in juni 2013 worden gepubliceerd. De politieke behandeling zal in 2013 plaatsvinden en de resultaten van de behandeling presenteren we in het jaarverslag ’13.
Ad 6. Toezicht op gemeentelijke financiën De Rekenkamer werkt momenteel aan een onderzoek naar het provinciale toezicht op de gemeentefinanciën, toegespitst op de gemeentelijke grondexploitaties. Wij willen met dit onderzoek inzicht geven in de wijze waarop de provincies Gelderland en Overijssel vorm en inhoud geven aan hun rol als toezichthouder op de gemeentefinanciën. Daarbij spitsen we ons, gezien de huidige actualiteit, toe op de invloed van de gemeentelijke grondexploitaties op het geheel van de gemeentefinanciën. De keuze voor dit thema is in belangrijke mate voortgekomen uit een bijeenkomst met Statenleden over grondbeleid medio 2012. Het onderzoeksplan kunt u terugvinden op onze site. Publicatie van het onderzoek zal naar verwachting in juni 2013 plaatsvinden. De resultaten van de politieke behandeling presenteren we in ons jaarverslag ’13.
1.2
Bestuurlijke behandeling rapporten 2011
In 2011 zijn er meerdere onderzoeken uitgevoerd die in 2012 bestuurlijk zijn behandeld. In het jaarverslag ’11 konden we derhalve geen compleet beeld geven van de bestuurlijke behandeling van deze rapporten in de PS-commissie en eventueel de Statenvergadering. In de commissiebehandeling zijn we aanwezig om waar nodig (technische) vragen te beantwoorden. De politiek-bestuurlijke behandeling vindt plaats tussen de leden van de Provinciale Staten en met Gedeputeerde Staten. Wij geven kort weer hoe de bestuurlijke behandeling voor de volgende vier rapporten verliep. 1. 2. 3. 4.
Verkenning Krimp Effectiviteit bedrijventerreinen (On)verantwoord wachten op jeugdzorg Kosten van jeugdbescherming en jeugdreclassering
Ad 1. Verkenning Krimp Het rapport “Met het oog op morgen; verkenning van de rol van de provincie in het krimpbeleid” is gepubliceerd in december ’11.
10 Jaarverslag 2012
De hoofdboodschap was dat Provinciale Staten aan zet zijn om de provinciale rol in het krimpbeleid te verduidelijken. Dat kunnen PS doen door een integrale bestuurlijke visie over demografische krimp op te stellen. Deze visie kan vervolgens een kader bieden voor de provincie en haar partners (gemeenten, maatschappelijke organisaties, burgers) om beleid te ontwikkelen en zo goed voorbereid te zijn op de toekomstige gevolgen van krimp. Behandeling van rapporten in PS Overijssel Rapport is besproken tijdens de vergadering van de commissie duurzame RO op 18 januari 2012. GS hebben aan PS een notitie toegezegd, waarin op het rapport zou worden gereageerd. Vervolgens zou op basis van deze beide documenten het Presidium een statenvoorstel aan PS ter vaststelling voorleggen. De GS-reactie is nog niet opgesteld. Op 23 januari 2013 is er een Statenvoorstel ingediend waarin wordt voorgesteld om alle aanbevelingen van de Rekenkamer over te nemen. De besluitvorming daarover wachten we af. Gelderland Op 14 april 2012 is het rapport behandeld in de commissie ROW en op 25 april in Provinciale Staten. Naar aanleiding van de discussie kwamen GS op 24 oktober 2012 met een Statennotitie om zo de provinciale inzet bij krimp van de bevolking uiteen te zetten. Deze statennotitie is tevens de GS reactie op het voorstel van de Provinciale Staten (PS2011-890) over de besluitvorming met betrekking tot ons rapport “Met het oog op morgen”. De kern was dat via de Ontwikkelagenda van de Omgevingsvisie (PS2012-469) GS het gesprek aangaan met de partners en de regio. GS willen de nieuwe
Regiocommissies hierin betrekken. De Omgevingsvisie is voor GS het centrale instrument om het vraagstuk van krimp verder op te pakken.
Ad 2. Effectiviteit bedrijventerreinen Het eindrapport “Bedrijventerreinen in de steigers” is in maart 2012 gepubliceerd. Het onderzoek was het resultaat van de samenwerking van de rekenkamer met een aantal gemeentelijke rekenkamers. De hoofdconclusie is dat het vernieuwde Gelderse en Overijsselse beleid voor de planning en herstructurering van bedrijventerreinen goed in de steigers is gezet, maar dat de uitvoering onder druk staat. Daarmee neemt het risico toe dat de gewenste effecten van het gevoerde beleid niet of beperkt gehaald zullen worden. Behandeling rapporten in PS Overijssel Op 12 maart 2012 is het rapport gepubliceerd en daarna is het 18 april 2012 behandeld op de Statencommissiedag. Naar aanleiding van die behandeling heeft GS in juni een schriftelijke reactie naar PS gezonden. Op 10 oktober 2012 is het rapport aan de orde geweest in PS en heeft PS besloten kennis te nemen van het rapport.
11 Jaarverslag 2012
Gelderland Net als voor Overijssel is het rapport voor Gelderland op 12 maart gepubliceerd. Het onderzoek is op 20 juni 2012 behandeld in de commissie MIE en op 12 september 2012 is in de commissie MIE opnieuw gesproken over het onderzoek bedrijventerreinen. Dit maal stond de reactie van GS centraal . Vervolgens heeft PS op 26 september 2012 besloten de aanbevelingen uit het rapport voor kennisgeving aan te nemen.
Ad 3. (On)verantwoord wachten op Jeugdzorg De Rekenkamers van Amsterdam, Den Haag, de Randstad en Oost-Nederland hebben onderzoek gedaan naar de kwaliteit van de rapportages over het aantal kinderen dat (on)verantwoord langer dan negen weken wacht op jeugdzorg. De hoofdconclusie was dat de omvang en de ernst van de wachtlijstproblematiek in de rapportages van de provincies en stadsregio’s te weinig zichtbaar is. Het is aannemelijk dat het aantal kinderen dat onverantwoord wacht groter is dan gerapporteerd. De politiek wordt hierdoor onvoldoende geïnformeerd over kinderen die lang moeten wachten op de juiste zorg. In maart 2012 is het onderzoek gepubliceerd. Behandeling rapporten in PS Overijssel Dit onderzoek is op 30 mei 2012 in de commissie Culturele infrastructuur en Monumentenzorg-Jeugdzorg. Er vindt een inhoudelijk debat plaats over het rapport en de reactie van het IPO. Twee partijen brengen een voorstel in niet alleen ter kennis te
willen nemen, maar de conclusies en aanbevelingen te willen overnemen. Dit voorstel wordt door de Staten overgenomen. Op 20 juni 2012 is het in de PS vergadering behandeld. In de commissie was afgesproken de aanbevelingen integraal over te nemen. Dit is volgens PS in het statenvoorstel niet goed verwoord. Hierop is een amendement opgesteld en aangenomen om de aanbevelingen integraal over te nemen. Gelderland Dit onderzoek is op 11 april 2012 in de commissie Landelijk gebied, Cultuur en Jeugdzorg behandeld. Op 25 januari 2012 is het in de PS vergadering behandeld en is unaniem de motie aangenomen om de aanbevelingen van de rekenkamer over te nemen.
Ad 4. Kosten van jeugdbescherming en jeugdreclassering De Rekenkamer Oost-Nederland is betrokken geweest bij een onderzoek van de Algemene Rekenkamer (ARK). Het betrof een onderzoek naar o.m. de kostendekkendheid van de gehanteerde normprijzen voor de jeugdbescherming en jeugdreclassering. De provincies en grootstedelijke regio’s financieren de bureaus jeugdzorg en de landelijke werkende instellingen die voor de uitvoering verantwoordelijk zijn, middels één brede doeluitkering. De provincies en de BJZ/LWI vallen onder de bevoegdheid van de provinciale rekenkamers.
12 Jaarverslag 2012
De ARK draagt de verantwoordelijkheid voor het rapport en heeft deze u begin december 2011 doen toekomen. De kernconclusies van het rapport waren dat de vastgestelde normprijs in het kader van de uitvoeringsafspraken de uitkomst is van onderhandelingen en niet noodzakelijkerwijs de weergave is van reële gegevens. De ARK stelde vast dat o.m. de provincies over onvoldoende gegevens beschikken om de kostprijzen per justitiële maatregel te kunnen bepalen. De ARK doet aanbevelingen hoe de administraties zouden moeten worden ingericht zodat wel per maatregel een kostprijs berekend kan worden. Op dit moment is bij ons onbekend of deze verbeteringen in de administratie door GS zijn opgepakt en doorgevoerd. Het rapport is toegestuurd aan alle provincies. Behandeling rapporten in PS Overijssel Het rapport (PS/2011/1067) was een ingekomen stuk op de Statenvergadering van 7 maart 2012 en is voor kennisgeving aangenomen. Gelderland Op 14 maart 2012 is het rapport behandeld in de commissie LCJ en er werd besloten een initiatiefvoorstel tot instelling van een Commissie Monitoring Jeugdzorg in te brengen in de daaropvolgende PS vergadering. In de PS vergadering van 28 maart 2012 werd besloten conform het voorstel. De commissie zal uiterlijk 1 januari 2014 rapporteren aan PS.
1.3
Onderwerpselectie
Naast het uitvoeren van onderzoeken is ook het zoeken nieuwe onderzoeksonderwerpen een continue proces voor de Rekenkamer. De nieuwe onderwerpen hebben deels betrekking op 2013 omdat het onderzoeksprogramma hier ruimte geeft voor nadere invulling. De onderwerpselectie heeft echter vooral betrekking op 2014 e.v. Onderzoeken die naar ons idee de meeste toegevoegde waarde hebben voor PS, leggen we vast in onze jaarlijkse onderzoeksprogrammering. Belangrijke criteria voor de onderbouwing van de keuze hebben betrekking op het maatschappelijk belang en de financiële risico’s. We vormen ons een helder beeld van de relevante onderwerpen door onder mee de planning & control documenten te bestuderen, de nieuwspublicaties in kranten en (lokale) radio en televisie, twitter van Statenleden en Gedeputeerden en het bijwonen van commissie- en Statenvergaderingen. Ook keuzes van collega provinciale of gemeentelijke Rekenkamers volgen we. Verschillende thema’s die onderzoekswaardig zouden kunnen zijn, werken we uit in korte verkenningen bedoeld voor het interne afwegingsproces. Voor meer inzicht in ons afwegings- en keuzeproces verwijzen we naar ons onderzoeksprogramma 2013.
13
Van groot belang is ook de opinie van de verschillende fracties in de Staten. Ook in 2012 hebben we met alle fracties gesproken over onder meer wensen met betrekking tot Rekenkameronderzoek. Van alle wensen, gecombineerd met onze eigen ideeën en verkenningen, maken we lijst die uiteindelijk input is voor de onderwerpskeuze die door het bestuur van de Rekenkamer wordt gemaakt.
Jaarverslag 2012
In zowel Gelderland als Overijssel hebben we in 2012 afgestemd met onder meer de auditafdeling (incl. art. 217a onderzoeken) om mogelijke overlap tussen onderzoeken te voorkomen of daar zo efficiënt mogelijk gebruik van te maken. Ook onderhouden we contacten met bijvoorbeeld de provinciale SER, het Trendbureau Overijssel en de Gelderse Raad voor de Omgevingsbeleid (PRO).
2
Strategie en bedrijfsvoering
We behandelen achtereenvolgens de implementatie van onze strategische koers (2.1), de pilot bestuurlijk hoor en wederhoor (2.2), de follow-up van Rekenkameronderzoeken (2.3), de samenwerking en informatie-uitwisseling (2.4) en de interne organisatie en bedrijfsvoering (2.5).
2.1 14
Uitvoeren strategische koers
Jaarverslag 2012
In het jaarverslag van vorig jaar hebben we u meegenomen in de strategische koers van de Rekenkamer. De kern daarvan was om met onze onderzoeken zo goed mogelijk aan te sluiten bij de wensen van Staten. De onderzoeken zelf richten zich in toenemende mate op de effecten van provinciaal beleid op de samenleving. Bovendien willen we met onze onderzoeken ook verrassen en dus is vernieuwing in aanpak en vorm ook belangrijk. Uiteindelijk is de strategie gericht op een goede doorwerking van onze onderzoeken. Die doorwerking is lang niet altijd makkelijk te bepalen en van veel factoren afhankelijk. Het is belangrijk meer zicht te krijgen op de mate van doorwerking en daarmee ook op de meerwaarde van deze Rekenkamer. Het startpunt daarbij is na te gaan in hoeverre de Rekenkamer besluitvormingsprocessen (over de thematiek in de onderzoeken) beïnvloedt. Wij werken aan een model om de doorwerking nog meer handen en voeten te geven en willen daarover ook graag met u het gesprek aangaan. Wat we in het kader van doorwerking onder andere hebben gedaan is het online enquêteren van de Statenleden na afloop van de bestuurlijke behandeling van een Rekenkamerrapport. Vorig jaar meldden wij u dat de fractiegesprekken hiervoor in de plaats komen. We hebben echter gemerkt dat dit te veel tijd in beslag neemt tijdens deze gesprekken. Daarom willen we naar een combinatie toe van beide: 1. Via de digitale enquête (na best. behandeling en op efficiënte wijze dus waar mogelijk enkele onderzoeken samen pakken). 2. Via de fractiegesprekken om waar nodig meer verdiept feedback van u te ontvangen.
De implementatie van de bezuinigingen op de Rekenkamer liggen op koers conform de keuzes die we hebben gemaakt en verwoord in onze begroting 2013. De gevolgen hiervan op de personele bezetting van de Rekenkamer hebben wij verantwoord onder paragraaf 2.5. In 2013 wordt een beperkt vervolgonderzoek naar de verbetering van de betekenis van de Rekenkamer voor de Staten van Gelderland en Overijssel uitgevoerd. Wij zullen uiteraard alle medewerking en informatie leveren die nodig is om Provinciale Staten een goed beeld te geven van de stappen die we als Rekenkamer hebben gezet en de resultaten die zijn behaald.
2.2
Pilot Bestuurlijk hoor en wederhoor
Het bestuurlijk hoor en wederhoor stelt GS in gelegenheid een reactie te geven op de conclusies en aanbevelingen van de Rekenkamer. De Rekenkamer heeft daarna de mogelijkheid om een nawoord als reactie op GS op te stellen. Het geheel wordt integraal opgenomen in het eindrapport van de Rekenkamer. Van 2005 tot en met 2010 maakte bestuurlijk hoor en wederhoor onderdeel uit van het onderzoeksprotocol van de Rekenkamer Oost-Nederland.
15 Jaarverslag 2012
In de evaluatie van de Rekenkamer in 2010 hebben PS de Rekenkamer verzocht om haar onderzoeksrapporten direct aan PS aan te bieden, zonder voorafgaand bestuurlijk hoor en wederhoor bij GS (het ambtelijk hoor en wederhoor stond niet ter discussie). Het doel hiervan was om het initiatief voor de behandeling van een rapport meer bij PS te leggen en het debat met GS te verlevendigen. Het bestuur van de Rekenkamer heeft het verzoek van PS zorgvuldig afgewogen en besloot in 2011 te starten met een tweejarige pilot om bestuurlijk hoor en wederhoor niet toe te passen. Begin 2013 hebben we een interne evaluatie uitgevoerd naar de effecten van het afschaffen van het bestuurlijk hoor- en wederhoor op de procesgang en de wijze van bespreking van Rekenkamerrapporten in 2011 en 2012. . In deze interne evaluatie zijn de ervaringen van PS en GS nog niet meegenomen. Om tot een compleet beeld te komen en van daaruit voorstellen te formuleren over mogelijke aanpassingen in het bestuurlijke besluitvormingsproces van Rekenkamerrapporten, stellen wij voor zo spoedig mogelijk een gesprek te arrangeren met het presidium in Overijssel, de procedurecommissie in Gelderland en de beide colleges van Gedeputeerde Staten. Uiteraard zorgen we voor een goede aansluiting met de evaluatiecommissie van de Rekenkamer die in dezelfde periode haar korte onderzoek uitvoert (zie par. 2.1).
2.3
Follow-up Rekenkameronderzoek
In hoeverre geven GS uitvoering aan de besluiten van PS over de aanbevelingen uit de rapporten van de Rekenkamer Oost-Nederland? Dat is een vraag die van belang is voor
de Staten en voor onszelf. Hiervoor voeren we met enige regelmaat follow-up onderzoeken uit; wat is er gedaan met de aanbevelingen? Daarbij kiezen we er soms voor om ook de actuele ontwikkelingen mee te nemen in het onderzoek, zoals bijvoorbeeld bij het follow-up onderzoek 3x budgetrecht. Uit efficiencyoverwegingen kunnen wij niet voor PS voor elk onderzoek een follow-up uitvoeren en u daarover informeren. Tegelijkertijd is het wel ons streven om dat voor u voor elk onderzoek te weten te komen. Het is GS bekend, of zou bekend moeten zijn, wat zij met de aanbevelingen hebben gedaan. Wij stellen dan ook voor dat PS van Overijssel en PS van Gelderland aan hun beider colleges van GS vragen eenmaal per jaar in kaart te brengen wat er met de aanbevelingen uit onze rapporten is gedaan. Wij hebben concrete ideeën hoe een dergelijke uitvraag gestalte zou moeten krijgen en denken daar dan ook graag met u mee. En uiteraard zouden we dan ook graag een afschrift van de GS-inventarisatie ontvangen ter verwerking in ons jaarverslag en die mogelijk ook aanleiding zou kunnen vormen om alsnog capaciteit vrij te maken voor een eigenstandig follow-up onderzoek. We horen graag uw standpunt over de door ons voorgestelde werkwijze.
2.4
16
Samenwerking en informatie-uitwisseling
Jaarverslag 2012
We communiceren met regelmaat formeel en informeel met de (fracties in) Staten van beide provincies. In het najaar van 2012 hebben we de fracties ontmoet voor een informeel gesprek. Daarbij kwamen recent afgeronde, lopende en nieuwe onderwerpen ter sprake. Verder hebben we waar mogelijk en afhankelijk van de agenda Commissieen Statenvergaderingen bijgewoond of bekeken/beluisterd via de webcam. In verschillende onderzoekstrajecten hebben we Statenleden meer in het onderzoeksproces betrokken. Met name bij de focusbepaling van het onderzoek en, waar nodig tussentijds bespreken van onderzoeksresultaten. Dit was onder meer het geval bij de onderzoeken naar grondverwerving en financieel toezicht op gemeenten en schriftelijke statenvragen. Het is de bedoeling om ideeën vanuit PS die van belang zijn voor het onderzoek zo goed mogelijk te kennen en waar nodig en mogelijk een plek te geven in het onderzoek. Op deze wijze willen we zo goed mogelijk aansluiten bij de informatiebehoefte van de Staten vanuit de gedachte dat dat het gebruik en daarmee het rendement van het onderzoek toe zal nemen. Waar nodig zochten we het contact met Gedeputeerde Staten en/of de Commissaris van de Koningin. Op ambtelijk niveau hebben we regelmatig contact met o.m. de provinciesecretarissen. Bij de uitvoering van onderzoeken is er een vast ambtelijk contactpersoon en bij de start en na de politieke behandeling van de onderzoeken houden we een informatiesessie met de betrokken ambtenaren over het procesverloop en de onderzoeksresultaten. We volgen de provincie, provinciale politici, media ed. actief op twitter. Ook vanuit de Rekenkamer twitteren we, ondersteunend aan de belangrijke momenten zoals de start
en publicatie van onderzoeken en de politieke behandeling. Onze site houden we up-todate waarbij onder meer de politieke besluitvorming in beeld wordt gebracht met links naar beslisdocumenten en de webuitzendingen. Met de vijf provinciale rekenkamers en de gemeentelijke rekenkamers in de provincie hebben we ook in 2012 regelmatig contact gehad en afgestemd. Wij zijn lid van de Nederlandse Vereniging van Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR) en nemen deel aan verschillende themagerichte samenwerkingsverbanden.
2.5
Interne organisatie
De Rekenkamer bestaat uit het bestuur en het onderzoeksteam. Het bestuur bestaat uit 3 leden. Het onderzoeksteam had in 2012 nog een formatie van 6,94 fte. De bezetting daarvan wisselde het afgelopen jaar echter sterk mede ingegeven door een actief personeelsbeleid gericht op het creëren van meer dynamiek in het personeelsbestand met het oog op de uiteindelijke reductie naar 5,8 fte zoals is aangegeven in de begroting 2013.
17 Jaarverslag 2012
Een onderzoeker werd voor de duur van een jaar, later nog met een half jaar verlengd, gedetacheerd bij de Rekenkamer Arnhem. Medio 2013 beëindigt deze detachering. In het eerste kwartaal van 2012 namen verder twee medewerkers afscheid van de Rekenkamer. De onderzoekscapaciteit daalde daarmee van vijf naar twee onderzoekers. Om het forse hiaat in onderzoekscapaciteit op te vangen is er voor gekozen om twee onderzoekers aan te stellen op tijdelijke contractbasis. Deze twee medewerkers zijn in het tweede kwartaal 2012 aan de slag gegaan waarmee de continuïteit gegarandeerd was. Als gevolg van zwangerschapsverlof en het feit dat een andere medewerker in het vierde kwartaal gedurende vier maanden voor de provincie Gelderland projectmatige werkzaamheden verricht, is er op uitzendbasis een management-assistente aangetrokken om de continuïteit te kunnen waarborgen. In 2012 hebben we een student van de Universiteit Nijmegen een stageplek aan kunnen bieden binnen het onderzoek naar recessiebeleid. De student gaf een waardevolle bijdrage aan de uitvoering en rondde de stage succesvol af. Verder benaderde een medewerker van de provincie Gelderland ons met het verzoek om te ondersteunen bij de opzet en uitvoering van een onderzoek. Deze medewerker heeft succesvol bijgedragen aan het onderzoek naar subsidies in Overijssel. Wij staan derhalve open voor medewerkers van de provincies Gelderland en Overijssels wanneer zij in het kader van competentieontwikkeling en het versterken van onderzoeksvaardigheden, op projectbasis mee willen draaien binnen het onderzoeksteam van de Rekenkamer. In die zin zou de Rekenkamer, mede ingegeven door haar unieke positionering, als een interessant tijdelijk alternatief kunnen dienen voor provinciaal talent. Dit alles natuurlijk binnen onze schaal en mogelijkheden. Tegelijkertijd kunnen wij profiteren van de diepgaande materiekennis die binnen het ambtelijk apparaat aanwezig is. Essentieel is wel dat de onafhankelijkheid gewaarborgd
blijft. Dit doen we onder meer door de betreffende ambtenaar/onderzoeker niet de eigen provincie te laten onderzoeken. Naast de vaste formatie maken we gebruik van externe deskundigheid waar dat nodig is. Dit vindt soms plaats vanuit een expertrol, soms vanuit de inhuur van capaciteit en ook regelmatig als extern klankbord in het kader van onze eigen kwaliteitsborging. In 2012 hebben we meer externe expertise aangetrokken dan vooraf was ingeschat. Dit komt door de eerder genoemde dynamiek in het personeelsbestand in combinatie met de aard en complexiteit van de uit te voeren onderzoeken. Voor de Rekenkameronderzoeken naar recessie, grondverwerving en toezicht gemeentelijke financiën is externe deskundigheid ingehuurd. Met alle medewerkers van de Rekenkamer zijn gesprekken gevoerd conform de jaargesprekscyclus van de provincie Gelderland. In een kennisintensieve organisatie als deze Rekenkamer, krijgt opleiding veel aandacht. Ook in 2012 zijn er diverse trainingen en opleidingen gevolgd. Een voorbeeld is een interviewtraining voor de onderzoeksfunctie. Verder is het landelijke congres van de NVRR bezocht.
18 Jaarverslag 2012
3
Staat van baten en lasten
In dit hoofdstuk treft u de staat van baten en lasten met toelichting die is gebaseerd conform de geldende richtlijnen.
3.1
Staat van baten en lasten
Tabel 1 Baten 2012
19
Bijdragen provincies
Jaarverslag 2012
Budget 2012
Realisatie 2012
Verschil 2012
Realisatie 2011
Bijdrage provincie Gelderland
382.895
382.895
0
375.387
Bijdrage provincie Overijssel
382.895
382.895
0
375.387
BTW bijdrage prov. Gelderland
67.570
59.214
8.356
62.125
BTW bijdrage prov. Overijssel
67.570
59.214
8.356
62.125
900.930
884.219
16.712
875.024
Totaal
Tabel 2 Lasten 2012 Budget 2012
Realisatie 2012
Verschil 2012
Realisatie 2011
39.418
37.543
1.875
36.989
498.170
323.240
174.930
496.723
Reis- en verblijfskosten
30.345
29.711
634
26.601
Opleiding, vorming en training
25.000
10.029
14.972
12.481
0
1.280
-1.280
0
592.933
401.803
191.130
572.794
75.162
154.297
-79.135
54.571
0
82833
-82.833
0
Bestuursvergoedingen Salarissen vast personeel
Advertentiekosten werving personeel Subtotaal Bestuur en Personeel
Externe deskundigen Uitzendkrachten
Subtotaal Inhuur
75.162
237.130
161.968
54.571
2.815
2.712
103
2.637
683
204
479
753
27.397
27.089
308
26.499
500
546
-46
490
31.395
30.552
843
30.379
3.714
4.063
-349
3.859
413
786
-373
883
Onderhoudskosten
2.352
3.427
-1.075
1.427
Telefoonkosten
4.177
5.587
-1.410
5.841
10.656
13.863
-3.207
12.010
8.000
14.201
-6.201
11.793
17.000
7.123
9.877
15.962
541
204
337
505
Contributie en lidmaatschappen
2.024
1.895
129
1.975
Aanschaf ICT en telefonie
3.790
13.028
-9.238
2.228
31.355
36.451
-5.096
32.463
Kantoorbenodigdheden
4.000
3.866
134
4.213
Uitbesteden administratie
8.448
8.448
0
8.282
Accountantskosten
4.988
6.009
-1.021
9.750
Subtotaal Kantoor
17.436
18.323
-887
22.245
0
-92
92
-230
Algemene uitgaven
6.853
7.061
-208
3.602
Subtotaal Overig
6853
6969
-116
3.372
135.140
118.428
16.712
124.250
Bedrijfsreserve
0
0
0
0
Onverdeeld resultaat
0
20.701
-20.701
22.940
Subtotaal Reserves
135.140
139.129
-3.989
147.190
Totaal
900.930
884.219
16.712
875.024
Energielasten Verzekeringen Huren Onroerende zaak belasting Subtotaal Huisvesting
Schoonmaakkosten Beveiliging
Subtotaal Servicekosten
Onderhoud computerapparatuur Extern drukwerk Boeken
20
Subtotaal Informatievoorziening
Jaarverslag 2012
Bankkosten
BTW-compensatiefonds
3.2
Toelichting staat van baten en lasten
3.2.1
Baten
De Rekenkamer Oost-Nederland wordt, zoals afgesproken in de WGR Rekenkamer OostNederland, ieder voor de helft gefinancierd door de provincies Overijssel en Gelderland. De Rekenkamer betaalt BTW over de door haar ingekochte leveringen en diensten. Op grond van de zogeheten transparantiemethode kan deze BTW door de provincies geclaimd worden bij het BTW compensatiefonds. Dit betekent per saldo dat het beschikbaar gestelde budget geheel ten goede kan komen aan activiteiten van de Rekenkamer. Voor de beide provincies verloopt de BTW verrekening budgetneutraal. De hiervoor beschreven werkwijze is terug te voeren op de besluiten die daarover zijn genomen door de Provinciale Staten van de provincie Overijssel (kenmerk PS/2006/80, 23 januari 2006) en door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland (zaaknummer 2006-001079, 17 januari 2006).
3.2.2 21
Lasten
Jaarverslag 2012
In de staat van baten en lasten worden de uitgaven (realisatie) afgezet tegen de begrote budgetten van 2012. De cijfers worden van een toelichting voorzien wanneer: • er sprake is van een afwijking van 10% meer of minder ten opzichte van het budget (bij verschillen die minder bedragen dan € 500,- wordt geen toelichting gegeven); • of wanneer de afwijking meer is dan € 50.000,-. Alle gerealiseerde bedragen zijn exclusief BTW. De BTW is apart gespecificeerd. Hieronder volgen de posten waar de afwijking wordt toegelicht. Bestuur en personeel Salarissen vast personeel Er is minder uitgegeven dan begroot door de dynamiek in het personeelsbestand. Zie voor een uitgebreide beschrijving par. 2.5. Opleidingen Door de opleidingen waar mogelijk intern en groepsgewijs uit te voeren worden kosten bespaard. De Rekenkamer is een kennisintensieve organisatie waar het opleidingsbudget in de toekomst belangrijk zal blijven. Inhuur Externe deskundigen De Rekenkamer heeft in 2012 alle onderzoek uitgevoerd door en onder directe regie van het onderzoeksteam van de Rekenkamer. Inhuur vindt alleen plaats als dat noodzakelijk
is voor specifieke kennis of capaciteit. De belangrijkste waren de onderzoeken naar recessiebeleid, follow-up financiën provincies en grondbeleid en toezicht gemeenten. Mede door de tijdelijke vermindering van de eigen onderzoekscapaciteit hebben we meer budget in kunnen zetten voor externe inhuur om zo de continuïteit te waarborgen. Uitzendkrachten Door het vertrek van twee onderzoekers zijn er tijdelijk twee nieuwe onderzoekers geworven. Tevens is er ter vervanging tijdens zwangerschapsverlof een uitzendkracht ingehuurd. De inhuurperiode hiervan is echter verlengd doordat een van de managementassistentes tijdelijk gedetacheerd is bij de provincie Gelderland. Servicekosten Onderhoudskosten In 2012 zijn de onderhoudskostenlicht gestegen vanwege extra uitgaven voor het interieur. Telefoonkosten Het afnemen van telefonische interviews t.b.v. onderzoeken hebben bijgedragen aan incidentele extra kosten.
22
Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur Er is in 2012 meer ondersteuning vanuit de ICT helpdesk nodig geweest dan voorheen door onder meer een toename van storingen van de laptops en de incidentele installatiekosten van nieuwe laptops.
Jaarverslag 2012
Extern drukwerk De kosten voor het drukwerk zijn flink afgenomen. Het afgelopen jaar zijn vrijwel alle rapporten, zoals ook het streven is, digitaal verzonden. Dit is één van de budgettaire aanpassingen naar aanleiding van de korting op het budget. Aanschaf ICT en telefonie In 2012 bleken laptops regelmatig storingen te vertonen. Vervangingsinvesteringen waren noodzakelijk waardoor in 2012 meer is uitgegeven dan was begroot. Kantoor Accountantskosten Er is incidenteel extra accountant advies nodig geweest waardoor de kosten hoger uitkomen dan was voorzien. Reserves Bedrijfsreserve (overschot/tekort) De Rekenkamer heeft een bedrijfsreserve voor o.m. niet voorziene, onderzoeksgerelatereerde, kosten, zaken en investeringen in ICT, telefonie en kantoorinrichting voor zover deze niet uit de lopende begroting bekostigd kunnen worden. In 2012 is er geen afboeking noodzakelijk geweest op deze reserve.
BTW-compensatiefonds Het te declareren bedrag voor BTW teruggave via de provincies (budget neutraal) hangt direct samen met uitgavenposten waar BTW wordt over betaald moet worden en is lager dan was begroot. Onverdeeld resultaat Het onverdeelde resultaat van de Rekenkamer over 2012 bedraagt € 20.701,-.
23 Jaarverslag 2012
4
Balans
Tabel 3 Balans per 31 december 2012 Activa BNG Postbank Nog te ontvangen bedr. Vooruitbetaalde bedragen Debiteuren Totaal
2012
2011
247.510
252.847
4.926
7.000
31.155
38.642
9.010
8.095
25.679
0
318.280
306.584
Passiva
2012
2011
Crediteuren
133.410
215.651
Nog te betalen bedragen
136.157
39.981
Onverdeeld resultaat
20.701
22.940
Bedrijfsreserve
28.013
28.013
318.280
306.585
24 Jaarverslag 2012
4.1
Toelichting op de balans
Hieronder worden enkele posten van de balans toegelicht. Crediteuren (passiva) Het gaat voornamelijk om de personeelskosten van het vierde kwartaal die nog betaald moeten worden aan de provincie Gelderland. Transitoria (passiva) De nog te betalen kosten zijn hoger omdat enkele onderzoeken in 2012 doorlopen in 2013 en daar nog kosten aan verbonden zijn. Transitoria (activa) Het gaat om nog te ontvangen bedragen waarvan de teruggave over het vierde kwartaal van de BTW van de beide provincies het meest substantieel zijn. Onverdeelde resultaat Deze post is gelijk aan het resultaat van de staat van baten en lasten.
Bedrijfsreserve De bedrijfsreserve is conform de richtlijnen van de provincie Gelderland. De bedrijfsreserve is bedoeld voor onvoorziene risico’s en de aanschaf van computerapparatuur, telefonie en meubilair en extra onderzoeksgerelateerde activiteiten voor zover daar in de exploitatie geen ruimte voor. In 2012 was het noodzakelijk de bedrijfsreserve te gebruiken. De verwachting is dat de kans op gebruik van de reserve zal toenemen als gevolg van budgetreductie van de Rekenkamer.
25 Jaarverslag 2012
5
Grondslagen van waardering en resultaatbepaling
Inleiding De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft. Deze voorschriften zijn eveneens van toepassing op de Rekenkamer Oost-Nederland.
26 Jaarverslag 2012
Grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening In de jaarrekening is onderscheid gemaakt tussen algemene en specifieke grondslagen van waardering en resultaatsbepaling. De specifieke grondslagen betreffen enerzijds grondslagen zoals opgenomen in de ‘Financiële verordening Gelderland 2003’ (vastgesteld door Provinciale Staten) en de ‘Uitvoeringsregeling Financiële Verordening Gelderland 2003’ (nadere uitwerking van de financiële verordening door Gedeputeerde Staten). Anderzijds betreft het grondslagen die niet als zodanig zijn vastgelegd, maar de afgelopen jaren volgens de bestendige gedragslijn zijn gehanteerd. Algemene uitgangspunten De begrotingscijfers bestaan uit de primaire begroting en alle door het bestuur van de Rekenkamer Oost-Nederland goedgekeurde begrotingswijzigingen betreffende het verslagjaar. Het stelsel van baten en lasten is van toepassing. Baten en lasten worden tot het brutobedrag verantwoord. Onder baten en lasten vallen ook de over het eigen vermogen berekende bespaarde rente. De jaarrekening geeft, volgens normen die voor de provincie en dientengevolge voor de Rekenkamer Oost-Nederland als aanvaardbaar worden beschouwd, een zodanig inzicht dat een verantwoord oordeel kan worden gevormd over de financiële positie en over de baten en lasten. De jaarrekening en de toelichtingen geven getrouw, duidelijk en stelselmatig de baten en lasten van het begrotingsjaar, evenals het saldo ervan weer. De jaarrekening geeft
tevens een getrouw, duidelijk en stelselmatig inzicht in de financiële positie aan het einde van het begrotingsjaar. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke. Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. 27 Jaarverslag 2012
Activa Vaste activa Alle vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Materiële vaste activa met economisch nut. Alle investeringen met een economisch nut - dit zijn verhandelbare dan wel middelen genererende investeringen - worden geactiveerd, tenzij sprake is van een ideaalcomplex. Vlottende activa Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Liquide middelen en overlopende posten. Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen. Passiva Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer. Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Specifieke grondslagen Investeringen, waardering activa en afschrijving. Financiële verordening Gelderland 2003 De provincie Gelderland hanteert de volgende afschrijvingstermijnen voor investeringen met een economisch nut: • geactiveerde kosten van agio en disagio: 5 jaar; • bedrijfsgebouwen: 40 jaar; • renovatie, restauratie en aankoop bedrijfsgebouwen: 20 jaar; • veiligheidsvoorzieningen in bedrijfsgebouwen, telefooninstallaties en kantoormeubilair: 10 jaar; • zware transportmiddelen, aanhangwagens, personenauto’s, lichte motorvoertuigen en technische hulpmiddelen: 5 jaar; • automatiseringsapparatuur en –programmatuur: 3 jaar; • bijdragen aan activa in eigendom van derden: 15 jaar. Op gronden en terrein wordt niet afgeschreven. Kosten verbonden aan het afsluiten van geldleningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht. 28 Jaarverslag 2012
De materiële vaste activa met economisch nut met een verkrijgingsprijs lager dan € 25.000,- worden niet geactiveerd, met uitzondering van gronden en terreinen die altijd worden geactiveerd. Uitvoeringsregeling Financiële Verordening Gelderland 2003 Activa worden annuïteitsgewijs afgeschreven. Op nieuwe activa wordt afgeschreven als op 30 juni van het jaar meer dan de helft van het begrote bedrag voor het nieuwe activum is uitgegeven. Het daaraan gerelateerde afschrijvingsbedrag wordt gebaseerd op: de begrote investering als nog niet het gehele begrote bedrag is uitgegeven; de werkelijke investering als geen bedragen meer worden uitgegeven. De uitgaven tot en met 30 juni worden op 1 juli vastgesteld. Rente Bestendige gedragslijn De jaarlijkse rente is berekend volgens de renteomslagmethodiek. De systematiek van renteomslag is als volgt. De rente die wordt omgeslagen betreft rente van opgenomen langlopende geldleningen, de toevoeging van rente of inflatiecorrectie aan reserves en voorzieningen (bespaarde rente) en de rente over het financieringstekort.
Alle reserves en voorzieningen krijgen een inflatiecorrectie teneinde de geplande activiteiten te kunnen blijven realiseren. Over het totaal aan reserves en voorzieningen wordt een rentevergoeding berekend tegen een rentepercentage dat gebaseerd is op de kapitaalmarkttarieven van het afgelopen jaar. Het verschil tussen deze rentevergoeding en de inflatiecorrectie wordt toegevoegd aan de reserve ‘Egalisatiefonds reserves en voorzieningen’. De rente over het financieringstekort betreft een renteberekening over het verschil tussen de stand van de bestemmingsreserves en de boekwaarde van de vaste activa. Dit verschil wordt vervolgens vermenigvuldigd met een rentepercentage – afgeleid van geldmarkttarieven – en geeft het rentebedrag. Over een beperkt aantal reserves en voorzieningen zijn specifieke voorschriften voor rentetoerekening bepaald door het Rijk c.q. de Europese Commissie. Het verschil met de toegerekende inflatiecorrectie wordt gecorrigeerd op de overrente die is toegerekend aan het ‘Egalisatiefonds reserves en voorzieningen’. De som van bovenstaande drie elementen (rente langlopende geldleningen, bespaarde rente en rente financieringstekort) wordt omgeslagen over de vaste activa. Vervolgens komt deze rente ten laste van functies, kostenplaatsen en activa. Met de op balansdatum lopende rente van opgenomen en verstrekte langlopende geldleningen is rekening gehouden. 29 Jaarverslag 2012
6
Overige gegevens
In dit hoofdstuk is in de eerste paragraaf de verklaring van de accountant bij de jaarrekening 2011 van de Rekenkamer opgenomen. Wijzigingen in accountantswetgeving hebben geleid tot een aanpassing van de accountantsverklaring die nu controleverklaring wordt genoemd. Vervolgens is in de tweede paragraaf een voorstel voor de resultaatsbestemming beschreven.
6.1
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
30
Aan: het bestuur van de Rekenkamer Oost Nederland
Jaarverslag 2012
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de op pagina 19 tot en met 29 opgenomen jaarrekening 2012 van Rekenkamer Oost Nederland te Deventer gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2012 en de staat van baten en lasten over 2012 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de Rekenkamer Oost Nederland is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven, en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balans-mutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting, en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen en provinciale verordeningen zoals door de Provincie Gelderland in het Statenbesluit PS2004-907 is bevestigd. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van zowel de baten en lasten als de activa en passiva, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten
bevat en voor de naleving van de relevante wet- en regelgeving, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 217, tweede lid van de Provinciewet. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder het Besluit accountantscontrole provincies en gemeente. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.
31 Jaarverslag 2012
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controleinformatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van zowel de baten en lasten als de activa en passiva, alsmede het voor de naleving van de wet- en regelgeving relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zij, maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de Rekenkamer Oost Nederland. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving, van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de Rekenkamer Oost Nederland heeft gemaakt, en een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% van de totale lasten. Deze goedkeuringstolerantie is door de Provinciale Staten Gelderland in haar vergadering van 26 januari 2005 vastgesteld. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van de Rekenkamer Oost Nederland een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2012 als van de activa en passiva per 31 december 2012 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balans-mutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen waaronder provinciale verordeningen.
Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften van regelgevende instanties Op grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 217 lid 3 onder d Provinciewet melden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. De hiervoor vermelde tekst van de controleverklaring is voorzien van de naam van onze accountantspraktijk en de naam van de accountant, echter zonder persoonlijke handtekening. Wij verzoeken u deze tekst van de controleverklaring zonder persoonlijke handtekening op te nemen in de openbaar te maken jaarstukken. Wij sluiten één exemplaar bij van de controleverklaring voorzien van een originele handtekening. Dit exemplaar is ten behoeve van uw eigen archief. Tevens bevestigen wij u ermee akkoord te gaan dat het afschrift van onze controleverklaring zonder persoonlijke handtekening wordt openbaar gemaakt, mits de opgemaakte jaarrekening ongewijzigd wordt vastgesteld door het bestuur. Openbaarmaking van de controleverklaring is slechts toegestaan tezamen met deze jaarrekening. Indien u de jaarstukken en de verklaring opneemt op Internet, dient u te waarborgen dat de jaarrekening goed is afgescheiden van andere informatie op de Internet-site. Afscheiding kan bijvoorbeeld plaatsvinden door de jaarrekening in nietbewerkbare vorm als een afzonderlijk bestand op te nemen of door een waarschuwing op te nemen indien de lezer de jaarstukken verlaat ("u verlaat de beveiligde, door de accountant gecontroleerde jaarrekening"). 32 Jaarverslag 2012
Een exemplaar van de jaarstukken dient te worden ondertekend door het Bestuur. Deze jaarstukken dienen te worden vastgesteld in een vergadering van het Bestuur en de vaststelling dient te worden genotuleerd. Overigens wijzen wij erop dat, indien tot de vergadering van het bestuur omstandigheden blijken die aanpassing van de jaarstukken noodzakelijk maken, een dergelijke aanpassing nog vóór de vergadering van het Bestuur moet worden gemaakt op grond van het bepaalde in artikel 2:362 lid 6 BW en artikel 2:392 lid 1 letter g BW. Uiteraard vervalt in die situatie onze bovengenoemde toestemming. Hoogachtend, Eshuis, Registeraccountants
Drs. M.H.W. Schaepers RA
6.2
Voorstel voor resultaatsbestemming
Het rekeningresultaat 2012 voor resultaatbestemming bedraagt € 20.701,-. Het bestuur van de Rekenkamer stelt voor dit rekeningresultaat conform het besluit Begroting en Verantwoording, ieder voor de helft, toe te voegen aan de Algemene Reserves van de provincies Gelderland en Overijssel.
33 Jaarverslag 2012
Bijlagen
34
Jaarverslag 2012
Bijlage 1: Toelichting jaarrekening posten Onder de jaarrekeningposten worden de volgende onderdelen gevat: Bestuur en Personeel Bestuursvergoedingen en kosten
Salarissen vast personeel
Opleidingen
Reis- en verblijfkosten personeel 35 Jaarverslag 2012
-
Vergoedingen Toelagen Consignaties Bruto salaris Sociale lasten/premies Secundaire arbeidsvoorwaarden Eenmalige toelagen Overwerk Gratificaties Overige personeelskosten Cursussen Seminars Opleidingen Dienstreizen Woon-werkverkeer
-
Inhuur extra capaciteit projecten Uitbesteding onderzoeken
-
Gas, water, licht Brand-/inboedelverzekering Aansprakelijkheidsverzekering
-
Schoonmaak pand binnen en buiten
-
Vaste telefonie Mobiele telefonie
Advertentiekosten werving personeel Inhuur Externe deskundigen Uitzendkrachten Huisvesting Energielasten Verzekeringen Huren Onroerende zaak belasting Servicekosten Schoonmaakkosten Beveiliging Telefoonkosten Onderhoudskosten
Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur Extern drukwerk Boeken
-
Vakliteratuur Abonnementen
-
Laptops, server, netwerk etc. Telefooncentrale, vaste telefoons, mobiele telefoons
-
Papier- en schrijfwaren Postzegels Kantoormachines Kantoormeubelen (kasten, stoelen ed.) Verlichting Financiële administratie Personele administratie Jaarrekening controle rekenkamer
Bankkosten Overig Overige opbrengsten
-
Te betalen rente
-
Algemene kosten
-
Nagekomen claim van het BTWcompensatiefonds Tuinonderhoud, huishoudelijke zaken
Reserves BTW compensatie Bedrijfsreserve (overschot/tekort)
-
Onverdeeld resultaat
-
Contributie lidmaatschappen Aanschaf automatiseringsapparatuur Aanschaf telefonieapparatuur
Kantoor Kantoorbenodigdheden
Aanschaf meubilair Uitbesteding administratie aan prv. Gelderland Accountantskosten
36 Jaarverslag 2012
Te betalen BTW Bedrijfsreserve rekenkamer, max. 5% tot. Budget Saldo van baten en lasten
Ontwerpbegroting 2014
Colofon De Rekenkamer Oost-Nederland is een onafhankelijk orgaan dat onderzoek doet naar de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van het gevoerde bestuur van de provincies Gelderland en Overijssel. De bestuursleden van de Rekenkamer zijn: de heer P. van Dijk (voorzitter), de heer drs. R.S. de Heus EMIA RO (plv. voorzitter) en mevrouw mr. Th.O.J. Lucardie. Secretarisdirecteur is de heer drs. C.F.M. Bruggink RO.
Rekenkamer Oost-Nederland Achter de Muren Zandpoort 6 7411 GE Deventer Telefoon: 0570 – 66 58 00
[email protected] www.rekenkameroost.nl Twitter: @RekenkamerOost
Ontwerpbegroting 2014
Deventer, mei 2013
Inhoudsopgave
1
Inleiding ...............................................................................3
2
Begroting 2014 .....................................................................4 2.1 2.2
3
Balans 2014 ..........................................................................9 3.1
Bijlage 1:
2
Toelichting baten .......................................................................................6 Toelichting lasten .......................................................................................7
Toelichting balans ................................................................................... 10 Toelichting begrotingsposten ................................................................. 11
Ontwerpbegroting 2014
1
Inleiding
Via deze begroting wordt PS inzicht gegeven in de wijze waarop de Rekenkamer de haar toegekende middelen voor 2014 zal gaan aanwenden. De bijdrage per provincie aan de Rekenkamer bedraagt € 322.415. Ook is de financiële ontwikkeling tot en met 2017 aangegeven.
3 Ontwerpbegroting 2014
In de begroting 2013 heeft het bestuur van de Rekenkamer Oost-Nederland de taakstelling zoals is vastgesteld door Provinciale Staten van Gelderland en Overijssel verwerkt. De bezuiniging is in drie jaar verwerkt. Dit betekent dat voor de jaren 20132015 het budget is bepaald. De begroting 2014 is daarmee gelijk aan hetgeen in de meerjarenbegroting 2013 over 2014 is opgenomen. Wel zijn er op enkele posten kleine verschuivingen geweest mede op basis van de inzichten die we hebben verkregen uit het jaarverslag 2014. Het totaalbudget is uiteraard ongewijzigd. De begroting legt de nadruk op een verantwoorde financiële planning en is minder geschikt om een vooruitblik te geven van de beleidsmatige visie van de Rekenkamer. Het jaarlijks onderzoeksprogramma van de Rekenkamer leent zich daar beter voor, omdat daarin de keuze voor de onderzoeksonderwerpen aan de orde komt en daarmee ook de jaarplanning. De onderzoeksprogrammering 2014 is in december 2013 beschikbaar. De procedure voor de vaststelling van de ontwerpbegroting 2014 is als volgt. Het bestuur van de Rekenkamer accordeert de ontwerpbegroting. Deze ontwerpbegroting wordt ter inzage gelegd en algemeen verkrijgbaar gesteld. Provinciale Staten van Gelderland en Overijssel kunnen bij de Rekenkamer hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen. De eventuele zienswijzen worden bij de ontwerpbegroting gevoegd waarna het bestuur van de Rekenkamer tot een definitieve vaststelling van de begroting komt. De definitieve begroting wordt toegezonden aan de beide provincies en aan het ministerie van Binnenlandse Zaken uiterlijk voor 15 juli as.. In hoofdstuk 2 komt de begroting 2014 en de toelichting daarop aan de orde. In bijlage 1 is een toelichting op de inhoud van de begrotingsposten te vinden. De balans 2014 en de toelichting op de balans komen ten slotte in hoofdstuk 3 aan de orde.
2
Begroting 2014
Baten
4
€
€
€
€
€
2013
2014
2015
2016
2017
Bijdrage Provincie Gelderland Provincie Overijssel
324.253 324.253
322.415 322.415
333.108 333.108
339.770 339.770
346.566 346.566
BTW-Compensatie Provincie Overijssel Provincie Gelderland Totaal
57.069 57.069 762.644
56.745 56.745 758.320
58.627 58.627 783.470
59.800 59.800 799.139
60.996 60.996 815.122
Ontwerpbegroting 2014
Lasten Bestuur en Personeel
€
€
€
€
€
2013
2.014
2015
2016
2017
Bestuursvergoedingen en -kosten Salarissen vast personeel Reis en verblijfskosten personeel Advertentiekosten werving personeel Opleidingen
40.206 445.497 27.500 0 17.820
41.010 434.459 28.000 0 17.378
41.831 441.572 28.560 0 17.663
42.667 448.898 29.131 0 17.956
43.520 457.876 29.714 0 18.315
Subtotaal
531.023
520.847
529.626
538.652
549.425
Externe deskundigen Uitzendkrachten
41.769 0
50.569 0
62.104 0
65.302 0
66.992 0
Subtotaal
41.769
50.569
62.104
65.302
66.992
2.871 697 27.945
2.928 711 28.504
2.987 725 29.074
3.047 740 29.655
3.108 754 30.249
500
510
520
531
541
32.013
32.653
33.306
33.972
34.652
Schoonmaakkosten Beveiliging Onderhoudskosten Telefoonkosten
3.788 422 1.500 3.000
3.864 430 1.530 3.060
3.941 439 1.561 3.121
4.020 448 1.592 3.184
4.100 457 1.624 3.247
Subtotaal
8.710
8.884
9.062
9.243
9.428
7.000 6.000 300 1.500 2.957
5.313 4.800 300 1.530 3.016
5.419 4.500 306 1.561 3.076
5.528 4.200 312 1.592 3.138
5.638 3.900 318 1.624 3.201
17.757
14.959
14.862
14.770
14.681
3.404 0 4.224
3.404 0 4.224
3.472 0 4.308
3.542 0 4.395
3.612 0 4.483
Inhuur
Huisvesting Energielasten Verzekeringen Huren Onroerende zaak belasting Subtotaal Servicekosten
5 Ontwerpbegroting 2014
Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur Extern drukwerk Boeken Contributie lidmaatschappen Aanschaf ICT en telefonie Subtotaal Kantoor kantoor benodigdheden Aanschaf meubilair Uitbesteding administratie Prv. Gld. Accountantskosten Subtotaal
4.240
4.325
4.411
4.499
4.589
11.868
11.953
12.192
12.435
12.684
Overig Onverdeeld resultaat Onttrekking aan bedrijfsreserve Bedrijfsreserve toevoeging BTW-compensatie Algemene uitgaven
114.539 4.965
113.490 4.965
117.254 5.064
119.599 5.166
121.991 5.269
Subtotaal
119.504
118.455
122.318
124.765
127.260
762.644
758.320
783.470
799.139
815.122
Totaal
2.1
Toelichting baten
De provincies Gelderland en Overijssel hebben afgesproken ieder voor de helft bij te dragen aan de financiering van de Rekenkamer. Dit betekent in 2014 een bijdrage van € 322.415 per provincie.
6 Ontwerpbegroting 2014
De Rekenkamer Oost-Nederland heeft met beide provincies afspraken gemaakt over de verrekening van de BTW. De Rekenkamer brengt de betaalde BTW in rekening bij beide provincies. De provincies krijgen de betaalde BTW gecompenseerd middels het BTWcompensatie-fonds waardoor deze regeling de provincies per saldo niets kost. Gelderland koos ervoor om het budget van de Rekenkamer voorafgaand aan het kalenderjaar te verhogen met de te verwachten BTW-verrekening (zaaknummer 2006001079). Overijssel koos voor een BTW-verrekening achteraf (kenmerk MI/2006/97) waardoor een budgetverhoging ter grootte van de geschatte BTW niet noodzakelijk is. Voor 2014 is de BTW-verrekening ingeschat op € 56.745 per provincie. De begroting van de Rekenkamer wordt geïndexeerd volgens de systematiek van de provincie Gelderland.
2.2
Toelichting lasten
De begrotingsposten worden voorzien van een toelichting waar dat relevant is. Indien de begroting 2014 substantieel afwijkt van de begroting 2013 wordt de oorzaak van de afwijking aangegeven. De genoemde posten zijn excl. BTW. Het te compenseren BTW-bedrag wordt als totaal apart onder de lasten vermeld. Bestuur en personeel Salarissen personeel De formatie van de Rekenkamer ontwikkelt zich als volgt. Functie 2012 2013 2014 Onderzoekers 5 4 3,8 Management0,94 0,94 0,8 assistente Secretaris-directeur 1 1 1 Totaal 6,94 fte 5,94 fte 5,6 fte Aantal formatieplaatsen in fulltime-equivalent (fte).
2015 3,8 0,8 1 5,6 fte
De taakstelling van de beide Staten heeft geleid tot een formatiereductie van in totaal 1,34 fte in 2014. Voor 2014 en verder betekent dit een formatie van in totaal 5,6 fte.
7 Ontwerpbegroting 2014
Inhuur Externe deskundigen De eigen formatie is onvoldoende om de deskundigheden voor handen te hebben die nodig zijn om onderzoek te verrichten en adviezen te geven over het zeer diverse takenpalet van de provincies. Het daarom noodzakelijk om budget te reserveren voor het inhuren van specifieke deskundigheid. Huisvesting Voor energie, verzekeringen, huren en onroerende zaakbelasting wordt een prijsindexatie van 2% toegepast. Servicekosten Voor de servicekosten wordt een prijsindexatie van 2% toegepast. Informatievoorziening Extern drukwerk Rapporten worden zoveel mogelijk digitaal verstuurd aan Provinciale Staten. Op aanvraag en voor het archief van de Rekenkamer wordt een beperkt aantal exemplaren gedrukt. Aanschaf ICT en telefonie Bij investeringen in ICT en telefonie worden de afschrijvingstermijnen van de provincie Gelderland gehanteerd.
Kantoor Aanschaf meubilair De aanschaf van meubilair zal volgens de richtlijnen van de investeringen van de provincie Gelderland in beginsel eenmaal per tien jaar plaatsvinden. Gezien de geringe omvang van de investeringen (ICT, telefonie en meubilair) worden zij niet op de balans geplaatst, maar direct ten laste van de exploitatie gebracht. Er worden de komende jaren geen omvangrijke vervangingsinvesteringen verwacht. Reserves BTW-compensatie De beide provincies hebben de mogelijkheid om de door de Rekenkamer betaalde BTW terug te vorderen bij het BTW-compensatiefonds (zie par.2.1). De te declareren BTW voor het jaar 2014 wordt geschat op € 113.490. Bedrijfsreserve Jaarlijks wordt geschat welk bedrag ten laste van de exploitatie kan worden gebracht ten behoeve van de te vormen bedrijfsreserve. De bedrijfsreserve mag maximaal 3% van het jaarbudget omvatten. De bedrijfsreserve wordt voornamelijk gevormd ten behoeve van onverwachte uitgaven in het kader van de bedrijfsvoering. In 2014 is geen toevoeging of onttrekking aan de bedrijfsreserve begroot.
8 Ontwerpbegroting 2014
3
Balans 2014
€ Activa
€
€
€
€
2013
2014
2015
2016
2017
Debiteuren BNG Postbank Transitoria Overig
0 127.694 5.000 28.635
0 114.089 5.000 28.373
0 115.153 5.000 29.314
0 116.629 5.000 29.900
0 118.512 5.000 30.498
Totaal
161.329
147.461
149.467
151.529
154.009
9
€
Ontwerpbegroting 2014
Passiva Transitoria Bedrijfsreserve Crediteuren Onverdeeld resultaat Totaal
€
€
€
€
2013
2014
2015
2016
2017
133.816 22.513 5.000
119.948 22.513 5.000
121.954 22.513 5.000
124.016 22.513 5.000
126.496 22.513 5.000
161.329
147.461
149.467
151.529
154.009
3.1
Toelichting balans
Activa Debiteuren De Rekenkamer kent over het algemeen geen debiteuren. Nog te betalen vorderingen van bijv. de provincie zijn opgenomen bij de transitoria. BNG De Bank Nederlandse Gemeenten is als sluitpost salderend bepaald. ING Er wordt uitgegaan van een saldo van € 5.000. Transitoria Deze balanspost betreft het laatste kwartaal BTW-bedrag van 2013. De Rekenkamer verrekent deze vordering in het eerste kwartaal van 2014 met de provincie Overijssel. De provincie Gelderland kent een andere BTW-systematiek (zie par2.1). Passiva
10
Bedrijfsreserve De bedrijfsreserve is bedoeld voor (onverwachte) investeringen in de bedrijfsvoering van de Rekenkamer.
Ontwerpbegroting 2014
Crediteuren Er is een klein (vast) bedrag aan crediteuren opgenomen. Nog te betalen schulden aan de provincie Gelderland zijn opgenomen bij de transitoria. Transitoria Het betreft hoofdzakelijk de schuld aan de provincie Gelderland inzake de salariskosten over het vierde kwartaal van 2014.
Bijlage 1: Toelichting begrotingsposten De begrotingsposten (lasten) bevatten de volgende onderdelen. Bestuur en Personeel Bestuursvergoedingen en -kosten
Salarissen vast personeel
Reis en verblijfskosten personeel Advertentiekosten werving personeel 11 Ontwerpbegroting 2014
Opleidingen Inhuur Externe deskundigen
Huisvesting Energielasten Verzekeringen Huren Onroerende zaak belasting Servicekosten Schoonmaakkosten Beveiliging Onderhoudskosten Telefoonkosten Informatievoorziening Onderhoud computerapparatuur
Vergoedingen Toelagen Consignaties Bruto salaris Sociale lasten/premies Secundaire arbeidsvoorwaarden Eenmalige toelagen Overwerk Gratificaties Overige personeelskosten Dienstreizen Woon-werkverkeer Personeelsadvisering Advertentiekosten Cursussen,Seminars Opleidingen Inhuur extra capaciteit projecten Uitzendkrachten Uitbesteding onderzoeken Gas, water, licht Brand-/inboedelverzekering Aansprakelijkheidverzekering
Schoonmaak pand binnen en buiten Tuinonderhoud Huisvesting Vaste telefonie Mobiele telefonie
Extern drukwerk Boeken Contributie lidmaatschappen Aanschaf ICT en telefonie
Kantoor Kantoor benodigdheden Aanschaf meubilair Uitbesteding administratie Prv. Gld. Accountantskosten
12
Rapporten,flyers,omslagen e.d.
Laptops Server Netwerk etc. Mobiele telefonie/PDA Papier, enveloppen en postzegels etc. Verlichting Kantoormeubelen Financiële administratie Personele administratie Jaarrekening controle Rekenkamer
Ontwerpbegroting 2014