Mechatronica
Onderwijs- en examenregeling 2015 – 2016
Betrokken academies Opleiding Datum vaststelling academiedirectie AE&I Datum advies opleidingscommissie AE&I Datum instemming academieraad AE&I
AE&I Mechatronica 14 juli 2015 25 maart 2015 13 juli 2015
pagina 2 van 37
Inhoudsopgave
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Over de Onderwijs- en examenregeling Voor wie is deze OER? Hoe lees je de OER? Aan welke regels moet de OER voldoen? Hoe lang is de OER geldig? Begrippen in de OER
5 5 5 5 5 6
2 2.1 2.2
Competenties van de opleiding en beroepseisen Welke competenties beheers je aan het einde van de opleiding? Beroepseisen
7 7 7
3 3.1 3.2 3.2.1 3.2.2 3.3 3.4 3.5
Toelating tot de opleiding Welke vooropleiding moet je gedaan hebben? Als je niet aan de eisen voldoet Je hebt wel een havo-, vwo- of mbo 4-diploma, maar niet het juiste profiel Je hebt geen havo-, vwo- of mbo 4-diploma De taaleis Extra eisen Moet je verplicht werken naast je opleiding?
8 8 8 8 8 8 9 9
4 4.1 4.2 4.2.1
Studiebegeleiding Begeleiden van studenten Hoe begeleiden wij je? De opleiding registreert de gesprekken
10 10 10 10
5 5.1 5.2 5.3 5.3.1 5.3.2 5.4 5.4.1 5.5 5.5.1 5.5.2 5.5.3 5.6 5.6.1 5.6.2 5.7 5.8 5.8.1 5.8.2
Toetsen, tentamens en examens Wat is het examenprogramma? Welke informatie krijg je bij de start van de onderwijseenheid? Wat is een tentamen? Mondelinge toetsen Wanneer kun je een aangepaste toets aanvragen? Moet je je inschrijven voor een toets? Als je je te laat inschrijft? Welke regels gelden er als je een toets maakt? Neem je legitimatie mee Als het alarm afgaat Gelden er meer regels? Wat gebeurt er als je je niet aan de regels houdt? Welke maatregelen kan de examencommissie nemen? Een gesprek met de examencommissie Hoe controleren wij plagiaat? Hoe beoordeelt de examinator je toets? Welke beoordeling krijg je voor een toets? Wanneer behaal je een tentamen?
11 11 11 11 12 12 12 12 12 12 12 13 13 13 13 13 13 14 14
OER M 2015-2016
pagina 3 van 37
5.8.3 5.8.4 5.9 5.10 5.11 5.12 5.13 5.13.1 5.13.2 5.13.3 5.13.4 5.13.5 5.14 5.14.1 5.14.2 5.14.3 5.15 5.15.1 5.15.2 5.15.3 5.15.4 5.16 5.17
Hoe berekenen we je tentamencijfer? Voorwaarden compensatie Wanneer krijg je je beoordeling? Als je je toets wilt inkijken Hoe vaak mag je een toets doen? Hoe lang bewaren we tentamens en beoordelingen? Vrijstelling vragen voor een toets Wat moet er in je verzoek staan? Wanneer beslist de examencommissie? Als je geen diploma, getuigschrift, akte of verklaring hebt Wanneer kun je geen vrijstelling vragen? Ben je het niet eens met de examencommissie? Hoe lang is een beoordeling of vrijstelling geldig? Beoordelingen die je behaalt tijdens de propedeutische fase Beoordelingen die je behaalt tijdens de postpropedeutische fase Wil je dat je beoordeling langer geldig is? Wanneer krijg je een getuigschrift of verklaring? Getuigschrift van de propedeuse Getuigschrift van de Associate degree Getuigschrift van de bachelor Als je stopt met de opleiding zonder getuigschrift Welke titel krijg je na de opleiding? Wanneer slaag je cum laude?
14 14 15 15 15 15 16 16 16 16 16 16 16 16 17 17 17 17 17 17 17 18 18
6 6.1 6.1.1 6.2 6.3
Verzoek aan de examencommissie of in beroep gaan Heb je een verzoek aan de examencommissie? Waar stuur je je verzoek naartoe? Onvoorziene omstandigheden Ben je het niet eens met een beslissing?
19 19 19 19 20
7 7.1 7.1.1 7.2 7.3 7.3.1 7.3.2 7.3.3 7.3.4 7.4 7.5 7.5.1 7.5.2 7.5.3 7.5.4 7.5.5 7.5.6 7.5.7 7.6 7.7
De voltijd bacheloropleiding Hoe is de opleiding opgebouwd? Welke afstudeerrichting kun je kiezen? In welke taal is deze opleiding? Met welke vooropleiding kun je vrijstelling krijgen? Je hebt een WEB-diploma Je hebt een vwo-diploma Je hebt een Associate degree Je hebt een andere vooropleiding Wanneer krijg je een voorlopig en een definitief advies over je opleiding? Wanneer moet je stoppen met de opleiding? Als je je voor 1 februari hebt ingeschreven voor de opleiding Als je de propedeuse niet behaalt in twee jaar Een gesprek met de examencommissie Behaal je te weinig studiepunten door persoonlijke omstandigheden? Wat gebeurt er als je moet stoppen met de opleiding? Ben je het niet eens met onze beslissing? Bijzondere situaties Als de inhoud van jouw opleiding verandert Kan de vorm van een toets veranderen?
21 21 21 21 21 22 22 22 22 22 22 22 22 22 23 23 23 23 24 24
OER M 2015-2016
pagina 4 van 37
7.8 7.8.1
De volgorde van je onderwijseenheden Wanneer heb je recht op studievoortgangsgarantie?
24 25
8 8.1 8.2 8.3 8.4
Het maken en aanpassen van de OER Hoe maken we de OER? Ieder studiejaar krijg je een nieuwe OER Soms moeten we de OER eerder aanpassen Waar vind je de OER?
26 26 26 26 27
Bijlage 1
Begrippenlijst
28
Bijlage 2
WHW-artikelen
35
Bijlage 3
Competenties
37
Examenprogramma
38
Bijlage 4
OER M 2015-2016
pagina 5 van 37
1
Over de Onderwijs- en examenregeling Dit is een Onderwijs- en examenregeling (OER). In een OER staat informatie over het onderwijs en de examens. Je leest welke rechten en plichten er gelden binnen jouw opleiding.
1.1
Voor wie is deze OER? Dit is de OER van de opleiding(en) van Avans Hogeschool (brinnummer 07GR) hieronder. Deze OER geldt voor het studiejaar 2015-2016. Naam opleiding
Academie(s)
CROHO-nummer
Mechatronica
AE&I
30026
Titel na de opleiding (afkorting) B Sc
De regels in de OER gelden voor: Alle studenten die zijn ingeschreven voor het studiejaar 2015-2016 en studeren aan een opleiding hierboven. Met studenten bedoelen we ook extranei. Dit zijn studenten die alleen examens doen en geen onderwijs volgen. Het College van Bestuur. De academiedirectie(s). De examencommissie. De medewerkers van de opleiding(en).
1.2
Hoe lees je de OER?
1.3
Als we het hebben over ‘we’, dan bedoelen we Avans Hogeschool en de opleidingen die staan bij 1.1. Met ‘je’ bedoelen we jou, als student of extraneus van Avans Hogeschool. En als we ‘hij’ schrijven, dan bedoelen we ook ‘zij’.
Aan welke regels moet de OER voldoen? De OER moet voldoen aan de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW) en het Kaderstellend beleid voor het opleidingsspecifiek studentenstatuut van Avans. Dit beleid bestaat uit de documenten hieronder. Je vindt ze op iAvans. De Handreiking voor het opstellen van een Onderwijs- en examenregeling. Het Format voor het opstellen van een Onderwijs- en examenregeling. Hoe we de OER maken, lees je in hoofdstuk 8.
1.4
Hoe lang is de OER geldig? De OER 2015-2016 is geldig tot 1 september 2016. Is de OER 2015-2016 op 1 september 2015 nog niet gereed? Dan geldt de OER 2014-2015 totdat de nieuwe OER gereed is.
OER M 2015-2016
pagina 6 van 37
1.5
Begrippen in de OER Ieder begrip in deze OER proberen wij in de tekst uit te leggen. Als er toch begrippen in de OER staan die je niet kent, dan kun je in de begrippenlijst kijken voor een uitleg. Je vindt de begrippenlijst in bijlage 1.
OER M 2015-2016
pagina 7 van 37
2
Competenties van de opleiding en beroepseisen In dit hoofdstuk lees je welke competenties je beheerst aan het einde van de opleiding. Als er voor jouw opleiding beroepseisen gelden, dan lees je die ook in dit hoofdstuk.
2.1
Welke competenties beheers je aan het einde van de opleiding? Avans Hogeschool wil dat je over bepaalde competenties beschikt als je afstudeert. Hiermee bedoelen we dat je over bepaalde kennis, vaardigheden en bepaald gedrag beschikt die je kunt toepassen in het beroep waarvoor we je opleiden. Welke competenties bij jouw opleiding horen, lees je in bijlage 3. We hebben de competenties vergeleken met de Dublin Descriptoren. Hiermee zorgen we er onder meer voor dat onze opleidingen op Associate degree- en bachelorniveau zijn. Daarmee zijn de getuigschriften vergelijkbaar met getuigschriften van andere hogescholen.
2.2
Beroepseisen Dit geldt niet voor jouw opleiding.
OER M 2015-2016
pagina 8 van 37
3
Toelating tot de opleiding In dit hoofdstuk lees je aan welke eisen je moet voldoen als je een opleiding wilt doen die hoort bij deze OER.
3.1
Welke vooropleiding moet je gedaan hebben? Als je een opleiding wilt doen van Avans Hogeschool, dan moet je een havo-diploma, vwodiploma of mbo 4-diploma hebben. Je moet ook het juiste profiel en de juiste vakken hebben gedaan op de middelbare school. Wat dit precies betekent, lees je in de inschrijvingsvoorwaarden van Avans Hogeschool. Deze vind je op iAvans bij Studentinfo. Avans Hogeschool houdt zich aan de afspraken in de Lissabon conventie. Dit betekent dat wij getuigschriften van andere hogescholen erkennen.
3.2
Als je niet aan de eisen voldoet Wat je moet doen als je niet aan de eisen voldoet, hangt af van de diploma’s die je hebt.
3.2.1
Je hebt wel een havo-, vwo- of mbo 4-diploma, maar niet het juiste profiel Je hebt een havo-diploma, vwo-diploma of mbo 4-diploma, maar je hebt op de middelbare school niet het juiste profiel gedaan of de juiste vakken gevolgd. Dan verzoek je de academiedirectie of je deel kunt nemen aan het deficiëntieonderzoek. De academiedirectie zal alleen aan je verzoek tegemoet komen, als er zwaarwegende redenen zijn waardoor je niet kunt voldoen aan de juiste vooropleidingseisen van het voorgezet onderwijs. Met het onderzoek moet je aan kunnen tonen dat je dezelfde kennis en vaardigheden hebt als studenten die het profiel of de vakken op de middelbare school wél hebben gedaan. Je voldoet dan toch aan de Regeling Aanmelding en Toelating in het Hoger Onderwijs (3 april 2014).
3.2.2
Je hebt geen havo-, vwo- of mbo 4-diploma Als je geen havo-, vwo- of mbo 4-diploma hebt en je bent 21 jaar of ouder, dan kun je een toelatingsonderzoek aanvragen. De academiedirectie doet het toelatingsonderzoek of laat het doen. Ze onderzoekt of je de kennis en vaardigheden hebt die nodig zijn voor de opleiding. Ze onderzoekt of je het Nederlands goed beheerst. Als de opleiding gegeven wordt in een andere taal, dan toetsen ze of je die taal goed beheerst. Ze onderzoekt of je wiskunde goed beheerst. Let op: Heb je een buitenlands diploma? En kun je met dit diploma in het land waar je het hebt behaald naar een school voor hoger onderwijs? Dan kun je een toelatingsonderzoek aanvragen. Je leeftijd maakt niet uit.
3.3
De taaleis Als je een opleiding van Avans Hogeschool wilt doen, moet je de Nederlandse taal voldoende beheersen om de opleiding te kunnen volgen. Als je geen Nederlander of Vlaming bent, moet je voldoen aan een van deze taaleisen: Je hebt het staatsexamen NT2 Programma II behaald. En je beheerst het Nederlands op taalniveau B2 van het Europees Referentie Kader.
OER M 2015-2016
pagina 9 van 37
Je hebt het CNaVT1-certificaat PAT of PTHO behaald. Als je niet aan deze taaleisen voldoet kan de academiedirectie na een ander soort onderzoek beslissen dat je het Nederlands goed genoeg beheerst.
3.4
Extra eisen Voor jouw opleiding gelden geen extra eisen.
3.5
Moet je verplicht werken naast je opleiding? Als je de voltijdopleiding volgt, dan hoef je niet te werken tijdens de opleiding.
OER M 2015-2016
pagina 10 van 37
4
Studiebegeleiding Iedere student van Avans Hogeschool krijgt begeleiding tijdens de opleiding. In dit hoofdstuk lees je meer over deze begeleiding.
4.1
Begeleiden van studenten Avans Hogeschool begeleidt iedere student tijdens de opleiding. We houden ons hierbij aan de regels in het Kader voor matching van Avans. Je vindt dit document op iAvans. De
4.2
volgende studenten kunnen extra begeleiding krijgen: Studenten die naast hun opleiding aan topsport doen. Studenten met een functiebeperking. Studenten die horen bij een minderheid of een kwetsbare groep. We bedoelen groepen waarvan we weten dat ze minder naar hbo-opleidingen gaan dan andere Nederlanders.
Hoe begeleiden wij je? Als student heb je een studiebegeleider die met jou een aantal gesprekken plant over je studieresultaten. Hieronder lees je hoeveel gesprekken dat zijn. Als je een voltijdopleiding volgt, heb je tijdens de propedeutische fase minstens één gesprek per periode met je studiebegeleider. Tijdens de postpropedeutische fase heb je één of meer gesprekken per studiejaar.
4.2.1
De opleiding registreert de gesprekken De opleiding registreert wat er met je is besproken. We houden ons hierbij aan de regels van de Regeling Bescherming persoonsgegevens studenten. Deze regeling staat in het Studentenstatuut. Je vindt dit statuut op iAvans.
OER M 2015-2016
pagina 11 van 37
5
Toetsen, tentamens en examens Om je getuigschrift te behalen, moet je aan alle eisen van het examenprogramma voldoen. In dit hoofdstuk lees je meer over hoe dit is opgebouwd.
5.1
Wat is het examenprogramma? Je bachelor bestaat uit twee examens: het propedeutisch examen en het afsluitend examen. Je behaalt een examen als je alle onderwijseenheden hebt afgerond. Dit samenhangend geheel van onderwijseenheden noemen we het examenprogramma. Welke onderwijseenheden er zijn, vind je in het examenprogramma in bijlage 4. Je sluit een onderwijseenheid af met een tentamen. Tentamens bestaan uit een of meer toetsen. Zie voor een schematisch overzicht de begrippenlijst in bijlage 1.
5.2
Welke informatie krijg je bij de start van de onderwijseenheid? Als
5.3
een onderwijseenheid begint, stellen we de volgende informatie beschikbaar: Waar de onderwijseenheid over gaat. Welke vakken, stages en practica je moet volgen en wat deze onderdelen inhouden. Hoeveel studiepunten je kunt behalen voor de onderwijseenheid. Welke toetsvorm we gebruiken. Welke beoordelingscriteria en -normen we gebruiken. Of het tentamen uit meerdere toetsen bestaat. We laten je in dat geval weten wat voor soort toetsen het zijn en in welke volgorde je ze moet doen. Het moment waarop je toetsen moet maken of opdrachten moet inleveren. Welke deelnameverplichting er is voor onderdelen van het onderwijs. Welke hulpmiddelen je mag gebruiken.
Wat is een tentamen? Iedere onderwijseenheid sluit je af met een tentamen. Dit tentamen kan uit een of meer toetsen bestaan. Een examinator of meer examinatoren toetsen en beoordelen jouw kennis, inzicht en/of vaardigheden. Dit zijn meestal de docenten van je opleiding. Je levert je papers, werkstukken, verslagen en eindscripties veelal (uitsluitend) digitaal in. Of dit ook van toepassing is bij jouw onderwijseenheid lees je in de informatie die je bij de start van de onderwijseenheid krijgt. Avans Hogeschool gebruikt onder andere de volgende toetsvormen: een assessment schriftelijke of mondelinge toets een studietaak of een studieopdracht een werkstuk praktische oefeningen presentatie een scriptie een onderzoeksverslag een stageverslag stageopdrachten practica of veldwerk
OER M 2015-2016
pagina 12 van 37
5.3.1
Mondelinge toetsen Een mondelinge toets doe je alleen, tenzij de examencommissie anders beslist. Een mondelinge toets is openbaar. De examencommissie mag in bijzondere situaties beslissen dat een mondelinge toets niet openbaar is.
5.3.2
Wanneer kun je een aangepaste toets aanvragen? Je kunt in de volgende gevallen vragen of je toetsen mag doen op een manier die voor jou het meest passend is: je hebt een functiebeperking je bent een topsporter Je legt je vraag voor aan de decaan. De decaan adviseert de examencommissie. De examencommissie neemt de beslissing. Als er een andere bijzondere situatie is waardoor je een toets op een andere manier wilt doen, moet je de examencommissie hiervoor toestemming vragen. Hoe je dit doet, staat in hoofdstuk 6 van deze OER.
5.4
Moet je je inschrijven voor een toets? Je moet je op tijd inschrijven voor een toets. Via het jaarrooster laten we je weten vanaf en tot wanneer je je kunt inschrijven. Meer informatie vind je in de Toetsregeling op iAvans. De week waarin de toetsen zijn en de week waarin studietaken en opdrachten moeten worden ingeleverd bij de opleiding, worden uiterlijk aan het begin van de studieperiode waartoe ze behoren, schriftelijk bekend gemaakt.
5.4.1
Als je je te laat inschrijft? Ben je te laat met inschrijven en wil je toch meedoen? Dan gelden tot een week voorafgaande aan de toets deze regels: Als het gaat om een schriftelijke toets die je tegelijk met andere studenten maakt, betaal je € 20 administratiekosten als je je inschrijft. Als je je in één keer voor meerdere toetsen van één onderwijseenheid inschrijft, betaal je € 20 administratiekosten voor dit cluster van toetsen.
5.5
Welke regels gelden er als je een toets maakt? Hieronder lees je aan welke regels je je moet houden als je een toets maakt.
5.5.1
Neem je legitimatie mee Als een schriftelijke toets maakt, moet je je legitimeren. De regels die hiervoor gelden, vind je in de Toetsregeling van Avans Hogeschool. Deze regeling vind je op iAvans. Zonder legitimatie mag je niet meedoen aan de toets.
5.5.2
Als het alarm afgaat Als het alarm afgaat tijdens een toets moet je zo snel mogelijk naar buiten. Je toets wordt niet nagekeken en telt niet mee. Dit geldt ook als je je werk al hebt ingeleverd. Je mag de toets zo snel mogelijk opnieuw maken. Binnen 24 uur na de noodsituatie lees je op Blackboard waar, wanneer en hoe laat de nieuwe toets is.
OER M 2015-2016
pagina 13 van 37
5.5.3
Gelden er meer regels? Op iAvans vind je de Toetsregeling van Avans Hogeschool. Hierin lees je welke regels nog meer gelden.
5.6
Wat gebeurt er als je je niet aan de regels houdt? Houd je je niet aan de regels die gelden voor het maken van toetsen, of pleeg je fraude of plagiaat? Dan zal de examinator, surveillant of examencommissie het volgende doen: Als een examinator of surveillant voor of tijdens een tentamen vaststelt dat je je niet aan de regels houdt, dan kan hij beslissen dat je niet mee mag doen met het tentamen of dat je het tentamen niet af mag maken. De examencommissie beslist later welke maatregelen zij neemt. De examinator kan ook ná de toets vaststellen dat je je niet aan de regels hebt gehouden. Hij moet dit melden aan de examencommissie. Zij beslist later welke maatregelen zij neemt.
5.6.1
Welke maatregelen kan de examencommissie nemen? De examencommissie kan een of meer van de volgende maatregelen nemen. Je toets wordt niet nagekeken. Je krijgt geen beoordeling. Als je toets al is nagekeken, kan de examencommissie beslissen dat je beoordeling niet geldig is. Je moet de toets opnieuw maken. Je mag maximaal een jaar niet meedoen met een of meer toetsen. Je moet een extra tentamen doen voordat je een getuigschrift krijgt. Hoe dit tentamen eruitziet, beslist de examencommissie. Je krijgt geen getuigschrift voor je propedeuse of bachelor. De examencommissie kan het College van Bestuur vragen te beslissen dat je moet stoppen met je opleiding. De examencommissie kan beslissen dat de toets niet geldig is. Je moet de toets dan opnieuw maken.
5.6.2
Een gesprek met de examencommissie Voordat de examencommissie een maatregel neemt, wil ze eerst met jou praten. Dit noemen we het hoorrecht. Na het gesprek neemt de examencommissie een beslissing en krijg je hierover een brief of mail. De examencommissie informeert ook de academiedirectie. In hoofdstuk 6 lees je wat je moet doen als je het niet eens bent met de beslissing van de examencommissie.
5.7
Hoe controleren wij plagiaat? De werkstukken die je inlevert moet je uploaden op Blackboard. Wij vergelijken alle werkstukken met elkaar en controleren ze op plagiaat. Door het inleveren van het werkstuk geef je hiervoor toestemming. Je mag je werkstuk er niet tegen beveiligen.
5.8
Hoe beoordeelt de examinator je toets? De examinator beoordeelt je toets als volgt: Hij beoordeelt of je de leerdoelen hebt behaald die bij de onderwijseenheid horen. Hiervoor gebruikt hij beoordelingscriteria en een beoordelingsnorm. Deze zijn vooraf vastgesteld. De beoordelingscriteria geven aan waarop je wordt beoordeeld. De beoordelingsnorm geeft aan hoe de beoordeling van de toets moet worden berekend.
OER M 2015-2016
pagina 14 van 37
5.8.1
Heeft de examinator een toets nagekeken? Dan analyseert hij de toets. Concludeert hij achteraf dat de beoordelingsnorm niet klopt? Dan vraagt hij de examencommissie toestemming om de beoordelingsnorm te veranderen. De nieuwe beoordelingsnorm mag niet nadeliger voor je zijn dan de eerste beoordelingsnorm. Een deskundige die niet bij Avans werkt, kan de examinator adviseren over jouw beoordeling. Een deskundige die niet bij Avans werkt, kan jou alleen beoordelen als de examencommissie hem als examinator heeft aangewezen.
Welke beoordeling krijg je voor een toets? Je examinator kan jouw toets als volgt beoordelen: Met een cijfer van 1 tot en met 10. o We ronden cijfers voor toetsen af met één cijfer achter de komma. o Een 5,5 is een voldoende. Een 5,4 is een onvoldoende. Met een zeer goed, goed, ruim voldoende, voldoende, onvoldoende of zeer onvoldoende Met een voldaan of niet voldaan. Hieronder zie je hoe de beoordelingen zich tot elkaar verhouden. 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1
5.8.2
Zeer goed Goed
Voldaan
Ruim voldoende Voldoende Onvoldoende Niet voldaan Zeer onvoldoende
Wanneer behaal je een tentamen? Je kunt een tentamen behalen op de manieren hieronder. De academiedirectie beslist per onderwijseenheid welke manier geldt. Je hebt voor alle toetsen een 5,5 of hoger behaald. Je hebt een voldoende of hoger behaald. Je hebt de beoordeling ‘voldaan’ gekregen. Het gewogen gemiddelde van alle toetsen die worden beoordeeld met een cijfer, is een 5,5 of hoger. Geen enkele toets is lager dan een 4. Wanneer er sprake is van een woordbeoordeling moet deze minstens voldoende of voldaan zijn.
5.8.3
Hoe berekenen we je tentamencijfer? Voor tentamens die uit meer dan één toets bestaan, berekenen we het gemiddelde. Hierbij tellen woordbeoordelingen niet mee. Als niet alle toetsen even zwaar meetellen, berekenen we het gewogen gemiddelde. In het examenprogramma in bijlage 4 zie je in de kolom ‘Weging’ hoe zwaar jouw toetsen meetellen.
5.8.4
Voorwaarden compensatie Dit geldt niet voor jouw opleiding.
OER M 2015-2016
pagina 15 van 37
5.9
5.10
Wanneer krijg je je beoordeling? Je krijgt je beoordeling binnen drie weken nadat je de toets hebt gedaan. De opleiding zet jouw beoordeling en studiepunten in Osiris. Wij houden ons hierbij aan de regels van de Regeling Bescherming persoonsgegevens studenten. Deze regeling is een onderdeel van het Studentenstatuut. Je vindt dit statuut op iAvans.
Als je je toets wilt inkijken
Vanaf de dag dat je je beoordeling krijgt, heb je vier weken de tijd om de beoordeling van de toets in te kijken. Hiervoor gelden de volgende regels: Je kijkt de toets in tijdens het inzagemoment dat in je rooster staat. Als er geen inzagemoment in je rooster staat, maak je een afspraak met je docent om de toets in te zien. Na het inzagemoment is het resultaat van de toets definitief. Bereid je je voor op een toekomstige toets? Dan mag je de vragen en opdrachten van eerdere toetsen inkijken. En je mag de beoordelingsnorm zien waarmee de examinator de cijfers heeft bepaald. Hiervoor gelden de volgende regels: Je kunt de toets inzien tijdens het inzagemoment voor de studenten die de toets al hebben gemaakt. Je meldt bij de docent dat je de toets wilt inzien en vraagt aan de docent wanneer het inzagemoment is.
5.11
Hoe vaak mag je een toets doen?
5.12
Per studiejaar heb je twee kansen om een toets te behalen. De eerste kans is in de onderwijsperiode waarin we de onderwijseenheid aanbieden. Je mag alleen een herkansing doen als je voor een toets een 5,4 of lager haalde. Of als je beoordeling een onvoldoende, een zeer onvoldoende of ‘niet voldaan’ was. Als je niet meedoet met de eerste kans, dan mag je wel meedoen met de tweede kans. Je hebt dan geen recht op een extra kans. In bijzondere situaties kan de examencommissie je hier toch toestemming voor geven. Hoe je toestemming vraagt, lees je in hoofdstuk 6. Als je een toets meer dan één keer maakt geldt je hoogste beoordeling. Alle laatste herkansingen van de propedeutische fase vinden voor de zomervakantie plaats, uiterlijk in week 11 van periode 4.
Hoe lang bewaren we tentamens en beoordelingen?
Toetsopgaven met bijbehorende beoordelingscriteria en normering (antwoordmodellen) bewaren we vier jaar. Beoordelingen bewaren we minimaal zeven jaar. Jouw beoordeelde toetsen en de beoordelingen die daarbij horen, bewaren we twee jaar. Als je een vraag of een klacht hebt gestuurd over de toets, dan bewaren we je toets zo lang je vraag of klacht wordt behandeld. Eindwerkstukken die een voldoende hebben gekregen, bewaren we zeven jaar. Getuigschriften en cijferlijsten bewaren we 50 jaar.
OER M 2015-2016
pagina 16 van 37
5.13
Vrijstelling vragen voor een toets Je kunt vrijstelling vragen voor een toets. Je stuurt hiervoor een verzoek naar de examencommissie. Hoe je het verzoek moet insturen, lees je in hoofdstuk 6.
5.13.1
Wat moet er in je verzoek staan? Schrijf in je verzoek waarom je vrijstelling wilt krijgen en stuur de volgende bewijsstukken mee: Kopie van een diploma, getuigschrift, akte of verklaring waarmee je aantoont dat je aan de eisen van de toets voldoet. Kopie van de lijst met kwalificaties die hoort bij dat diploma, getuigschrift, die akte of verklaring. Kopie van een lijst met documenten die je hebt bestudeerd. Bijvoorbeeld studieboeken, readers of collegeteksten. Andere bewijsstukken waaruit blijkt dat je vrijstelling zou moeten krijgen.
5.13.2
Wanneer beslist de examencommissie? De examencommissie beslist binnen vier weken nadat ze je verzoek hebben gekregen of je vrijstelling krijgt. Je krijgt hierover een brief of mail. De examencommissie bewaart een kopie van de beslissing in je dossier. Krijg je de vrijstelling? Dan staat in Osiris dat je vrijstelling hebt voor de toets.
5.13.3
Als je geen diploma, getuigschrift, akte of verklaring hebt Als je geen diploma, getuigschrift, akte of verklaring hebt waarmee je aantoont dat je vrijstelling kunt krijgen, dan kan je de examencommissie vragen of je een vervangende opdracht mag maken. Je krijgt vrijstelling als je een voldoende behaalt voor deze toets. Je krijgt hierover een brief of mail. En in Osiris staat dat je vrijstelling hebt voor de toets.
5.13.4
Wanneer kun je geen vrijstelling vragen? Je kunt geen vrijstelling vragen voor een afstudeeropdracht. Je kunt geen vrijstelling vragen voor een toets die je al een keer hebt gemaakt.
5.13.5
Ben je het niet eens met de examencommissie? In hoofdstuk 6 lees je wat je moet doen als je het niet eens bent met de beslissing van de examencommissie.
5.14
Hoe lang is een beoordeling of vrijstelling geldig? Hoe lang een beoordeling of vrijstelling geldig is, hangt af van het moment waarop je de beoordeling of de vrijstelling krijgt. Let op: hieronder hebben we het over beoordelingen. Precies hetzelfde geldt voor vrijstellingen.
5.14.1
Beoordelingen die je behaalt tijdens de propedeutische fase Beoordelingen die je behaalt tijdens de propedeutische fase blijven geldig zolang je bent ingeschreven als student bij Avans Hogeschool. Let op: stop je een tijdje met de opleiding vanwege persoonlijke omstandigheden zoals omschreven in 7.5.5? Dan kan de examencommissie beslissen dat jouw beoordelingen weer geldig zijn als je verder gaat met je
OER M 2015-2016
pagina 17 van 37
opleiding. Neem hiervoor contact op met de examencommissies. Hoe je dit doet, lees je in hoofdstuk 6. 5.14.2
Beoordelingen die je behaalt tijdens de postpropedeutische fase Beoordelingen voor toetsen die je behaalt in het tweede, derde of vierde studiejaar van de opleiding zijn zes jaar geldig. We berekenen dit vanaf de datum dat je de beoordeling van de laatste toets van de onderwijseenheid hebt gekregen. Heb je nog niet alle toetsen van een tentamen behaald? Dan zijn de toetsen die je wel hebt behaald zes jaar geldig. We berekenen deze zes jaar voor iedere toets apart. Haal je de beoordeling in september, oktober, november, december of januari? Dan is de beoordeling zes jaar geldig vanaf 1 februari. Haal je de beoordeling in februari, maart, april, mei, juni, juli of augustus? Dan is de beoordeling zes jaar geldig vanaf 1 september. De beoordelingen die ouder zijn dan zes jaar, kunnen dus op twee momenten in het jaar vervallen.
5.14.3
Wil je dat je beoordeling langer geldig is? Als je wilt dat je beoordeling langer geldig is, dan stuur je een verzoek naar de examencommissie. Hoe je dit doet, lees je in hoofdstuk 6. De beoordeling moet wel voldoende zijn.
5.15
Wanneer krijg je een getuigschrift of verklaring?
Hieronder lees je wanneer je een getuigschrift of verklaring krijgt. 5.15.1
Getuigschrift van de propedeuse Je krijgt het getuigschrift van de propedeuse als de examencommissie vaststelt dat je alle tentamens van de propedeutische fase hebt behaald. Bij het getuigschrift krijg je ook de cijferlijst die daarbij hoort. De cijfers op je cijferlijst zijn afgerond op hele cijfers.
5.15.2
Getuigschrift van de Associate degree Dit geldt niet voor jouw opleiding.
5.15.3
Getuigschrift van de bachelor Je krijgt het getuigschrift van de bachelor als de examencommissie vaststelt dat je alle tentamens van de postpropedeutische fase hebt behaald. Bij het getuigschrift krijg je een cijferlijst en een supplement. Een supplement is een bijlage waarin informatie staat over de opleiding die je hebt gedaan. Je krijgt ook een Engels supplement dat voldoet aan de regels van Unesco/Cepes en de Vereniging Hogescholen.
5.15.4
Als je stopt met de opleiding zonder getuigschrift Stop je met de opleiding en heb je geen recht op een getuigschrift? Dan kun je de examencommissie vragen om een verklaring waarin staat welke tentamens je hebt behaald. Hoe je dit doet, lees je in hoofdstuk 6.
OER M 2015-2016
pagina 18 van 37
5.16
Welke titel krijg je na de opleiding? Welke titel je behaalt voor de opleiding lees je in hoofdstuk 1.
5.17
Wanneer slaag je cum laude? Wil je cum laude afstuderen voor deze bacheloropleiding? Dan moet je aan de eisen hieronder voldoen. Let op: met cijferlijst bedoelen we de cijferlijst die je krijgt bij je getuigschrift. Het gewogen gemiddelde van alle cijfers op je cijferlijst is een 8,0 of hoger. Als er op je cijferlijst een vrijstelling of de beoordeling ‘voldaan’ staat, beslist de examencommissie hoe deze meetelt voor je gemiddelde. Er staat geen cijfer lager dan een 7,0 op je cijferlijst. Je hebt minstens een 8,0 behaald voor je afstudeeropdracht. Je hebt nooit fraude gepleegd tijdens de opleiding.
OER M 2015-2016
pagina 19 van 37
6
Verzoek aan de examencommissie of in beroep gaan In dit hoofdstuk lees je wat je moet doen als je een verzoek hebt voor de examencommissie. Ook lees je wat je moet doen als je het niet eens bent met een beslissing van de examencommissie of een examinator.
6.1
Heb je een verzoek aan de examencommissie? In de andere hoofdstukken van deze OER lees je wanneer je een verzoek naar de examencommissie kunt sturen. Je mag bijvoorbeeld een verzoek sturen over de volgende onderwerpen: Je wilt dat jouw toets of tentamen opnieuw wordt beoordeeld. Je bent niet aangemeld voor een toets. Toch wil je meedoen. Je wilt een vrijstelling. Je meldt je te laat aan voor een toets. Toch vind je dat je geen boete hoeft te betalen, omdat je er niets aan kon doen. Je wilt een toets op een andere manier doen. Je wilt een extra kans voor een toets. Je wilt afwijken van de vaste volgorde van de onderwijseenheden. Je hebt een functiebeperking en je wil de toets op een voor jou passende manier doen. Je doet aan topsport. Daarom wil je de toets op een voor jou passende manier of een ander moment doen. Je hebt een klacht over de manier waarop je een toets moest doen, of over de examinator. Zit deze examinator ook in de examencommissie? Dan mag hij over deze situatie niet meebeslissen. Je hebt toestemming nodig om een minor te volgen die je zelf samenstelt, die niet in Avans minorcatalogus staat of die niet in het aanbod van ‘Kies op Maat’ staat.
Let op: je moet binnen zes weken na de gedraging of het voorval je verzoek aan de examencommissie hebben gedaan. 6.1.1
Waar stuur je je verzoek naartoe? Een verzoek aan de examencommissie stuur je naar
[email protected]. Binnen vier weken nadat de examencommissie je verzoek heeft ontvangen, krijg je een brief of mail met de beslissing van de examencommissie. Hierna mag je niet nog eens een verzoek sturen over hetzelfde onderwerp.
6.2
Onvoorziene omstandigheden Als zich onvoorziene omstandigheden voordoen, die in de OER vastgelegd hadden moeten zijn, dan beslist de examencommissie daarover. Zij overlegt dit zoveel mogelijk met de academiedirectie(s). De examencommissie legt verantwoording af over haar beslissing aan de academiedirectie(s). Je krijgt een brief of mail waarin staat wat de examencommissie heeft beslist en waarom. Er staat ook in wat je kunt doen als je het niet eens bent met deze beslissing. En voor wanneer je dit moet doen.
OER M 2015-2016
pagina 20 van 37
6.3
Ben je het niet eens met een beslissing? Als je het niet eens bent met een beslissing van de examencommissie of een examinator, dan kun je in beroep gaan bij het College van Beroep voor de Examens. Je moet dit doen binnen zes weken na de datum die op de brief of mail van de beslissing staat. Hoe je in beroep gaat en hoe het College van Beroep voor de Examens jouw beroep behandelt, lees je in het Reglement van orde van het College van Beroep voor de Examens. Je vindt dit document op iAvans bij Studentinfo.
OER M 2015-2016
pagina 21 van 37
7
De voltijd bacheloropleiding Dit hoofdstuk gaat over jouw bacheloropleiding. Je doet de volgende voltijdopleiding: Naam opleiding Mechatronica
7.1
Academie(s) AE&I
Major Mechatronica
Hoe is de opleiding opgebouwd? Voor deze opleiding moet je 240 studiepunten behalen. Dit kan in vier jaar. Eén studiepunt is hetzelfde als 28 studiebelastingsuren. Eén studiejaar is 42 weken. In één studiejaar kun je 60 studiepunten behalen. Dit zijn 1.680 studiebelastingsuren. Eén studiejaar bestaat uit vier onderwijsperiodes. Periode 1 start in september. Je kunt 15 studiepunten per onderwijsperiode behalen. Dit zijn 420 studiebelastingsuren. In bijlage 4 vind je het examenprogramma van jouw opleiding. Je opleiding is als volgt opgebouwd: Je volgt verplichte onderwijseenheden die bij de competenties van je opleiding horen. Dit noemen we de major. Je behaalt hiervoor 210 studiepunten. Je kiest zelf onderwijseenheden. Deze onderwijseenheden hoeven niet bij je opleiding te horen. Je behaalt hiervoor 30 studiepunten. Deze onderwijseenheden noemen we een minor. Wanneer heb je toestemming nodig voor een minor? Je hebt toestemming nodig van de examencommissie in de situaties hieronder. De examencommissie controleert of de minor van bachelorniveau is. De minor staat niet in de Avans minorcatalogus. De minor staat niet in het aanbod van ‘Kies op Maat’. Je wilt zelf een minor samenstellen.
7.1.1
Welke afstudeerrichting kun je kiezen? Je kunt in deze opleiding geen afstudeerrichting kiezen.
7.2
In welke taal is deze opleiding? De voertaal van jouw opleiding is in de regel Nederlands. Onderdelen van het onderwijs kunnen in een andere taal worden verzorgd, zoals het Engels. Dit doen we omdat we het belangrijk vinden dat je de beroepsvaardigheden verwerft in een andere taal of dat je je een andere taal eigen maakt door die taal te spreken, lezen en te schrijven. In het examenprogramma in bijlage 4 zie je per onderwijseenheid en per toets van welke taal of talen gebruik wordt gemaakt.
7.3
Met welke vooropleiding kun je vrijstelling krijgen? Hieronder lees je met welke vooropleiding je vrijstelling kunt krijgen en waarvoor.
OER M 2015-2016
pagina 22 van 37
7.3.1
Je hebt een WEB-diploma Je krijgt geen vrijstelling als je een WEB-diploma hebt.
7.3.2
Je hebt een vwo-diploma Je krijgt geen vrijstelling als je een vwo-diploma hebt.
7.3.3
Je hebt een Associate degree Je krijgt geen vrijstelling als je een Associate degree hebt.
7.3.4
Je hebt een andere vooropleiding Deze paragraaf geldt niet voor jouw opleiding.
7.4
Wanneer krijg je een voorlopig en een definitief advies over je opleiding? In de propedeutische fase krijg je twee keer een advies over je opleiding. De examencommissie bekijkt hiervoor de resultaten van je tentamens. Uiterlijk een half jaar nadat je bent gestart, krijg je een voorlopig advies. Een jaar nadat je bent gestart, krijg je een definitief advies. De examencommissie gebruikt het definitieve advies om te beslissen of je wel of niet mag doorgaan met de opleiding. Hoe dat werkt, lees je bij 7.5. Ben je in periode 1 gestart met de opleiding? Dan krijg je voor 1 februari een voorlopig advies en voor 1 september een definitief advies.
7.5
Wanneer moet je stoppen met de opleiding? De examencommissie mag beslissen dat je moet stoppen met de opleiding als ze vindt dat je niet geschikt bent voor de opleiding. Dit noemen we een bindende afwijzing. Het aantal studiepunten dat je hebt behaald, is bepalend. Wij moeten je voldoende studiebegeleiding hebben gegeven. In hoofdstuk 4 en in het Kader voor matching lees je wat we hiermee bedoelen.
7.5.1
Als je je voor 1 februari hebt ingeschreven voor de opleiding De examencommissie beslist dat je moet stoppen met je opleiding als je aan het einde van je eerste studiejaar te weinig studiepunten hebt behaald. We berekenen daarvoor hoeveel studiepunten er op 31 augustus in Osiris staan. Heb je minder dan 52 studiepunten behaald? Dan heb je er te weinig. Bij de berekening van het aantal studiepunten tellen de studiepunten van alle behaalde tentamens en toetsen mee. Als je vrijstellingen hebt, tellen we de studiepunten daarvan mee. We houden bij het uitbrengen van de bindende afwijzing rekening met je persoonlijke omstandigheden.
7.5.2
Als je de propedeuse niet behaalt in twee jaar Je moet de propedeuse binnen twee jaar behalen. Als je je voor 1 februari hebt ingeschreven voor de opleiding, dan beslist de examencommissie uiterlijk 31 augustus van het tweede studiejaar of je moet stoppen met je opleiding. Ze gebruikt hiervoor het aantal studiepunten dat in Osiris staat. We houden hierbij rekening met je persoonlijke omstandigheden.
7.5.3
Een gesprek met de examencommissie Als de examencommissie van plan is te beslissen dat je moet stoppen met de opleiding, laat ze dat aan je weten in een brief of mail. De examencommissie nodigt je uit voor een gesprek.
OER M 2015-2016
pagina 23 van 37
Dit noemen we het hoorrecht. In het gesprek krijg je de kans om uit te leggen waarom je te weinig studiepunten hebt behaald. Daarna neemt de examencommissie een definitieve beslissing. 7.5.4
Behaal je te weinig studiepunten door persoonlijke omstandigheden? Als je te weinig studiepunten behaalt, kan dat komen door persoonlijke omstandigheden. De examencommissie kan beslissen dat zij twaalf maanden wacht met haar beslissing of je moet stoppen met de opleiding. Als er kans is dat je door persoonlijke omstandigheden te weinig studiepunten behaalt, moet je dit vertellen aan de decaan van je opleiding. Hij gaat vertrouwelijk met jouw verhaal om. De decaan adviseert de examencommissie. Met welke persoonlijke omstandigheden houden we rekening? Ziekte. Functiebeperking. Zwangerschap. Bijzondere omstandigheden in je familie. Lidmaatschap van de opleidingscommissie, de Medezeggenschapsraad of de Academieraad. Bestuurlijk werk voor Avans Hogeschool. Lidmaatschap van het bestuur van een actieve studentenorganisatie of een actieve maatschappelijke organisatie. Deze organisatie heeft volledige rechtsbevoegdheid. In de Faciliteitenregeling bestuurlijk actieve studenten staat aan welke voorwaarden het lidmaatschap of bestuurlijk werk moet voldoen. Je vindt de regeling op iAvans.
7.5.5
Wat gebeurt er als je moet stoppen met de opleiding? Als de examencommissie beslist dat je moet stoppen met de opleiding, dan schrijven we je uit bij de opleiding en ben je vanaf het begin van de maand na de beslissing geen student meer van deze opleiding. We geven je zoveel mogelijk een passend studieadvies mee. Als je uitgeschreven bent gelden de volgende regels voor jou: Je kunt je niet meer als student of als extraneus inschrijven voor deze opleiding bij Avans Hogeschool. Je kunt je niet meer inschrijven voor een andere variant van dezelfde opleiding. Met varianten bedoelen we de voltijdvariant, de deeltijdvariant, de duale variant of de Associate degree. Na een jaar kun je je wel weer opnieuw inschrijven bij de opleiding waarmee je moest stoppen. Maar alleen als de academiedirectie het aannemelijk vindt dat je bij een nieuwe start wel genoeg studiepunten kunt behalen voor deze opleiding. Je moet daarvoor goede argumenten hebben. Je hebt bijvoorbeeld intussen ergens anders gestudeerd, of je hebt werkervaring opgedaan. Als de academiedirecteur je toestemming geeft om je weer in te schrijven, dan gelden bij je nieuwe inschrijving weer alle regels over stoppen met de opleiding. Als je wéér moet stoppen, dan kun je niet nog eens na een jaar toelating vragen.
7.5.6
Ben je het niet eens met onze beslissing? In hoofdstuk 6 lees je wat je moet doen als je het niet eens bent met de beslissing van de examencommissie.
7.5.7
Bijzondere situaties Als je je voor 1 februari (start periode 1) of 1 september (start periode 3) uitschrijft voor je opleiding, dan krijg je geen definitief studieadvies en ook geen bindende afwijzing.
OER M 2015-2016
pagina 24 van 37
7.6
Ben je gestart in periode 1 bij de voltijdvariant van de opleiding en stap je voor 1 februari over naar de deeltijdvariant of de duale variant? Dan passen we de regels voor deeltijdstudenten of duale studenten toe op jouw situatie. Als je in periode 3 bent gestart en stap je voor 1 september over, dan passen we ook de regels voor deeltijdstudenten of duale studenten toe. Ben je gestart in periode 1 bij de voltijdvariant van de opleiding en stap je na 1 februari over naar de deeltijdvariant of duale variant? Dan passen we de regels voor voltijdstudenten toe op jouw situatie. Als je in periode 3 bent gestart, dan geldt hetzelfde als je overstapt na 1 september.
Als de inhoud van jouw opleiding verandert Wij vernieuwen onze opleidingen. Dit betekent dat wij de inhoud van onderwijseenheden veranderen en dat wij onderwijseenheden vervangen. Wat betekent dit voor jou? Heb je een onderwijseenheid gevolgd die nu vernieuwd is of die nu niet meer in de opleiding hoort? En heb je de toets of toetsen van die onderwijseenheid nog niet behaald? Dan krijg je nog twee kansen om ze toch te behalen. We bieden hiervoor geen onderwijs aan. Haal je de toets of toetsen van de oude onderwijseenheid niet? Dan moet je meedoen met de vernieuwde of nieuwe onderwijseenheid.
7.7
Kan de vorm van een toets veranderen? Als je een toets moet herkansen, dan moet deze herkansing dezelfde vorm hebben als de eerste toets. Dit geldt alleen als de herkansing in hetzelfde studiejaar is. De toetsvorm kan alleen veranderen als de examencommissie en de student hiermee akkoord zijn.
7.8
De volgorde van je onderwijseenheden Je volgt de onderwijseenheden per studiejaar van de opleiding zoals ze worden aangeboden. Je moet deze volgorde aanhouden, omdat er toelatingseisen voor bepaalde onderwijseenheden gelden. Alleen met toestemming van de examencommissie mag je hiervan afwijken (zie hoofdstuk6). Hieronder lees je per studiejaar welke regels gelden. Studiejaar 1 (propedeuse) Je mag altijd beginnen met de onderwijseenheden van het eerste studiejaar. Studiejaar 2 Je mag beginnen met de onderwijseenheden van het tweede studiejaar als je 52 of meer studiepunten van het eerste studiejaar hebt gehaald. Studiejaar 3 In de eerste helft van het derde studiejaar ga je op stage. Je mag met de stage beginnen als je het volgende hebt gehaald: de propedeuse; 45 of meer studiepunten van het tweede studiejaar. Je mag pas beginnen met de onderwijseenheden in de tweede helft van het derde studiejaar als je de stage hebt gehaald.
OER M 2015-2016
pagina 25 van 37
Studiejaar 4 Je volgt in de eerste helft van het vierde studiejaar een minor. Je mag met de minor beginnen als je voldoet aan de toelatingseisen voor de minor. De opleiding die de minor aanbiedt, bepaalt deze eisen. Je mag in de tweede helft van het vierde studiejaar beginnen met afstuderen als je het volgende hebt gehaald: de propedeuse; alle onderwijseenheden van het tweede studiejaar; alle onderwijseenheden van het derde studiejaar; 18 of meer studiepunten van de minor. 7.8.1
Wanneer heb je recht op studievoortgangsgarantie? Studievoortgangsgarantie betekent dat als je niet kunt deelnemen aan onderwijseenheden in de verplichte volgorde, dat wij je in dat studiejaar onderwijseenheden aanbieden waarmee je minimaal 40 studiepunten kunt behalen. De voorwaarde is dat je aanwezig was bij de onderwijseenheid die je niet hebt behaald of dat je afwezig was met een goede reden.
OER M 2015-2016
pagina 26 van 37
8
Het maken en aanpassen van de OER In dit hoofdstuk lees je hoe we de OER maken. Je leest ook hoe we ervoor zorgen dat de OER altijd overeen komt met de afspraken over je opleiding.
8.1
Hoe maken we de OER? De academiedirectie maakt de OER op basis van het Kaderstellend beleid voor het opleidingsspecifiek studentenstatuut. Dit beleid bestaat uit twee delen: Het Format voor het opstellen van een Onderwijs- en examenregeling. Met dit document maakt de academiedirectie deze OER. De Handreiking voor het opstellen van een Onderwijs- en examenregeling. In dit document staat wat de academiedirectie met het Format moeten doen.
8.2
Ieder studiejaar krijg je een nieuwe OER Ieder studiejaar maken wij een nieuwe OER. Deze OER vind je bij Studentinfo op iAvans. We maken de OER op de volgende manier: Ieder jaar evalueert de academiedirectie de OER. Ook de opleidingscommissie doet dit. Haar resultaten stuurt ze naar de academiedirectie. Als het nodig is, past de academiedirectie de OER aan. Ze gebruikt hierbij de adviezen van de opleidingscommissie en de examencommissie. Het nieuwe concept stuurt de academiedirectie naar de opleidingscommissie. De opleidingscommissie geeft een advies over het concept. De academiedirectie beslist wat zij met dit advies doet. Hierna kijkt het Leer- en Innovatiecentrum of het concept klopt met het Kaderstellend beleid voor het opleidingsspecifiek studentenstatuut. De academiedirectie stelt de definitieve OER vast. De academieraad moet hiermee instemmen. Dit doet zij zoals staat in het Medezeggenschapsreglement Academieraden Avans Hogeschool. De academiedirectie zorgt ervoor dat de studenten en medewerkers voor 1 september weten dat er een nieuwe OER is.
8.3
Soms moeten we de OER eerder aanpassen Soms moeten we de OER tijdens een studiejaar aanpassen. We mogen dit alleen doen als dit niet nadelig is voor onze studenten. We passen de OER op de volgende manier aan: De academiedirectie past de OER aan. Zij bespreekt de aanpassing met de opleidingscommissie. Hierna kijkt het Leer- en Innovatiecentrum of de aanpassing klopt met het Kaderstellend beleid voor het opleidingsspecifiek studentenstatuut. De academiedirectie stelt de definitieve OER vast. De academieraad moet hiermee instemmen. Dit doet zij zoals staat in het Medezeggenschapsreglement Academieraden Avans Hogeschool. De studenten en medewerkers van de opleiding krijgen een overzicht waarop staat wat we hebben aangepast.
OER M 2015-2016
pagina 27 van 37
8.4
Waar vind je de OER?
Je vindt de OER bij Studentinfo op iAvans en op Blackboard van je opleiding. Deze OER is een onderdeel van het Studentenstatuut van Avans Hogeschool. In dit statuut staan de belangrijkste rechten en plichten van onze studenten.
OER M 2015-2016
pagina 28 van 37
Bijlage 1
Begrippenlijst
Academie
Organisatorische eenheid binnen de hogeschool waarin het onderwijs voor een of meer opleidingen wordt verzorgd of voor programma’s binnen opleidingen.
Academiedirectie
Het orgaan binnen de organisatie van de hogeschool dat is belast met de leiding van een academie, voor zover daartoe bevoegdheden door het College van Bestuur zijn gemandateerd.
Academieraad
De medezeggenschapsraad van de academie. Deze deelraad bestaat uit medewerkers en studenten van de academie. De Academieraad oefent tegenover de Academiedirectie het instemmingsrecht en het adviesrecht uit, voor zover het aangelegenheden betreft die de academie aangaan (WHW artikel 10.25).
Afstudeerrichting
Een deel van de bacheloropleiding dat zich richt op een specifiek onderdeel van het beroep of de beroepsuitoefening. Niet van toepassing bij major/minorstructuur.
Associate degree
Een tweejarige opleiding met een afgebakend programma van ten minste 120 studiepunten (EC) dat wordt afgesloten met de wettelijke graad Associate degree. (WHW artikel 7.8a)
Avans Medezeggenschapsraad (AMR)
De medezeggenschapsraad als bedoeld in artikel 10.35 WHW. Deze raad bestaat uit medewerkers en studenten en is bevoegd tot bespreking van alle aangelegenheden die Avans Hogeschool betreffen.
Bachelor
Een vierjarige opleiding met een afgebakend programma van ten minste 240 studiepunten (EC). De aanduiding Bachelor is een graad die aangeeft dat iemand een complete beroepsgerichte opleiding heeft afgerond aan een hogeschool of een basisopleiding heeft voltooid aan een universiteit.
Cohort
Een cohort bestaat uit de studenten die per 1 oktober voor de eerste keer zijn ingeschreven in de propedeutische fase van een opleiding.
College van Beroep voor het Hoger Onderwijs
Een landelijk College van Beroep voor het Hoger Onderwijs, gevestigd in 's-Gravenhage, zoals bedoeld in artikel 7.64 WHW.
College van Beroep voor de Examens (COBEX)
Een aan de hogeschool verbonden beroepscollege voor studenten, aspirant-studenten, voormalige studenten en extraneï, zoals bedoeld in artikel 7.60 WHW.
College van Bestuur (CvB)
Bestuur van de Stichting Avans dat tevens het instellingsbestuur is van Avans Hogeschool.
OER M 2015-2016
pagina 29 van 37
CROHO
Het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs is een systematisch geordende verzameling van gegevens met betrekking tot de opleidingen die door de instellingen voor hoger onderwijs verzorgd worden.
Cum laude
Met lof (latijn).
Deeltijd
Deeltijdonderwijs is hoger onderwijs 1. dat gedurende minder dan 7 maanden gegeven wordt; 2. van 7 maanden of langer dat minder dan 16 klokuren of 19 lesuren per week wordt gegeven; 3. dat gegeven wordt aan studenten voor wie het volgen van onderwijs niet de voornaamste bezigheid is.
EVC
Erkenning van Verworven Competenties. EVC maakt je werkervaring meetbaar. Kennis en vaardigheden (competenties) die je hebt ontwikkeld tijdens je werk. Een examencommissie kan op grond van elders verworven competenties vrijstellingen toekennen.
Eindwerkstuk
Met eindwerkstuk wordt ook bedoeld: een afstudeerwerkstuk, een portfolio, een beroepsproduct, een (reeks van) tentamen(s) ter afsluiting van een competentie, artikel, een artistieke prestatie, of iets dergelijks.
Examen
Het geheel van tentamens van de propedeutische fase of van de postpropedeutische fase.
Examencommissie
De examencommissie wordt ingesteld door het College van Bestuur. De examencommissies is het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze vaststelt of een student voldoet aan de voorwaarden die de Onderwijsen examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van een graad.
Examinator
Een door de examencommissie aangewezen persoon die belast is met de het maken, afnemen en beoordelen van tentamens.
Examenprogramma
OER M 2015-2016
pagina 30 van 37
Een opleiding is een samenhangend geheel van onderwijseenheden. Het examenprogramma bestaat uit een geheel van de tentamens van de onderwijseenheden van een opleiding. Elke onderwijseenheid wordt afgesloten met een tentamen. Een tentamen kan uit één of meer toetsen bestaan. Omdat de examencommissie beslissingen kan nemen op het niveau van ‘toetsen’ zijn toetsen het uitgangspunt bij het schrijven van de OER. Extraneus
Degene die conform artikel 7.32 e.v. WHW is ingeschreven aan Avans Hogeschool. Deze inschrijving als extraneus (examenstudent) geeft uitsluitend recht op het afleggen van tentamens en examens.
Fraude
Fraude is een vorm van bedrog; de zaken worden anders voorgesteld dan ze zijn, door mondeling, op papier of digitaal een onjuiste weergave te geven van de werkelijkheid.
Graad
De graad Associate degree wordt verleend als de student is geslaagd voor een Associate degree programma. De graad Bachelor wordt verleend als de student is geslaagd voor een bacheloropleiding met een omvang van 240 studiepunten. De graad Master wordt verleend als de student is geslaagd voor een Master opleiding.
Hoger beroepsonderwijs
Onderwijs dat gericht is op de overdracht van theoretische kennis en op de ontwikkeling van vaardigheden in nauwe aansluiting op de beroepspraktijk.
Hoger onderwijs
Wetenschappelijk onderwijs en hoger beroepsonderwijs.
Kandidaat
De student of extraneus die deelneemt aan een tentamen of examen.
KOM
Kies Op Maat. Dit is een aanbod van minoren van een aantal samenwerkende hogescholen.
Matching
Het proces dat expliciet aandacht geeft aan de bewustwording van de student in het eerste jaar. Onderzocht wordt of er een “fit” is tussen de student en de gekozen opleiding. Het proces kent drie fasen;
OER M 2015-2016
match‐0 (intake), match‐mid (halverwege leerjaar 1)
pagina 31 van 37
match‐1 (aan het einde van leerjaar 1). In een persoonlijk advies wordt aan de student geadviseerd of er een match is tussen student en opleiding. De fasen zijn gekoppeld aan het VSA en BSA.
Major
Een samenhangend geheel van onderwijseenheden van de bacheloropleiding dat opleidt tot een geëxpliciteerd beroepsprofiel, met een omvang van minimaal 180 en maximaal 210 studiepunten. Binnen een major kunnen keuzemogelijkheden worden aangeboden. Verschillende majors van een opleiding kunnen gezamenlijke onderwijseenheden bevatten.
Minor
Een samenhangend geheel van één of meer onderwijseenheden van de bacheloropleiding met een totale omvang van 30 studiepunten. Een minor kan betrekking hebben op verbreding of verdieping van competenties die in de major aan de orde zijn of op nieuwe competenties waaronder doorstroomkwalificaties voor een masteropleiding.
Nominale (studie-)duur
De duur van de opleiding zonder vrijstellingen en zonder studievertraging.
EP-Nuffic
Het EP-Nuffic is de Nederlandse organisatie voor internationale samenwerking in het hoger onderwijs.
Onderwijseenheid (OE)
Een samenhangend geheel van de leerstof dat zowel presentatie, verwerking als toetsing omvat. Iedere onderwijseenheid wordt afgesloten met een tentamen (WHW artikel 7.3).
Opleiding
Een hbo-bacheloropleiding is volgens de WHW een samenhangend geheel van onderwijseenheden, gericht op de verwezenlijking van welomschreven doelstellingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden waarover degene die de opleiding voltooit dient te beschikken (artikel 7.3. WHW) met een nominale omvang van 240 studiepunten. Een bacheloropleiding van Avans Hogeschool is een hboopleiding in de zin van de WHW, die als zodanig door het College van Bestuur is benoemd en die opleidt tot het niveau van beginnend beroepsbeoefenaar in het betreffende titeldomein. Een opleiding binnen Avans Hogeschool kan op meerdere locaties worden aangeboden.
Opleidingscommissie
Het adviesorgaan van de opleiding, bestaande uit vertegenwoordigers van studenten en docenten van de opleiding conform artikel 10.3c. van de WHW, dat
OER M 2015-2016
pagina 32 van 37
advies uitbrengt aan de Academieraad en aan de Academiedirectie over de inhoud en kwaliteit van (de uitvoering van) de OER. Periode
Het schooljaar is opgedeeld in vier onderwijsperioden. Een periode bestaat uit tien weken. Periode 1 start in september. Periode 4 kan uit elf weken bestaan. De periodes staan in het jaarrooster. Het jaarrooster kun je vinden op iAvans.
Plagiaat
Het overnemen van andermans werk zonder correcte bronvermelding. Hierbij wordt een werk gepubliceerd of vermenigvuldigd zonder vermelding van de oorspronkelijke auteur, waarbij de pleger van het plagiaat het doet voorkomen alsof dit zijn eigen oorspronkelijke werk is.
Postpropedeutische fase
Het gedeelte van de opleiding dat volgt na de propedeutische fase. In de voltijdse bacheloropleiding heeft de postpropedeutische fase een nominale duur van drie studiejaren en een omvang van 180 studiepunten. De nominale duur van de postpropedeutische fase van een deeltijdse of duale opleiding kan langer zijn dan drie jaar. De nominale duur van de postpropedeutische fase van de Associate degree is één jaar en deze fase heeft een studielast van 60 studiepunten. In sommige opleidingen wordt de term hoofdfase gebruikt als synoniem voor postpropedeutische fase.
Practica / praktische oefening
Hieronder wordt verstaan: het maken van scripties en werkstukken, het uitvoeren van onderzoeksopdrachten, het deelnemen aan veldwerk en excursies, het doorlopen van stages, het deelnemen aan andere onderwijsleeractiviteiten die zijn gericht op het bereiken van specifieke handelingsvaardigheden.(WHW artikel 7.13d, toelichting)
Propedeutische fase
Iedere opleiding kent een propedeutische fase. Deze omvat het eerste gedeelte van de opleiding en heeft in de voltijd- en duale opleiding een nominale duur van één studiejaar en een omvang van 60 studiepunten. De nominale duur van de propedeutische fase van een deeltijdopleiding kan langer zijn dan één studiejaar; (WHW artikel 7.8).
Student
Degene die conform artikel 7.32 e.v. WHW is ingeschreven aan Avans Hogeschool. Overal waar student staat kan ook studente gelezen worden.
OER M 2015-2016
pagina 33 van 37
Studiebegeleiding
Systeem van begeleiding van de student gericht op het voorkomen van studieproblemen en het tijdig signaleren van studieproblemen en het ondersteunen bij het oplossen hiervan. Ook is studiebegeleiding gericht op het onderzoeken van de match tussen studenten en opleiding en het ondersteunen bij de gevolgtrekking hiervan. Hiertoe worden in ieder geval individuele gesprekken gevoerd, eventueel aangevuld met groepsles of andere activiteiten.
Studiejaar
Het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daarop volgende jaar (WHW artikel 1.1).
Studielast
De studielast voor een studiejaar bedraagt 60 studiepunten voor voltijd- en duale opleidingen. 60 studiepunten zijn identiek aan 1.680 uren studie. De studielast van iedere bacheloropleiding is 240 studiepunten, en van iedere Associate degree 120 studiepunten. Waar in het Kader wordt gesproken over ‘het behalen van x studiepunten’ wordt bedoeld het verkrijgen van een voldoende beoordeling voor een tentamen van een onderwijseenheid met een studielast van x studiepunten.
Studiepunt
De studielast van de opleiding en van elke onderwijseenheid wordt uitgedrukt in studiepunten. Eén studiepunt is gelijk aan 28 uren studie (WHW artikel 7.4, 7.4b). Het studiepunt voldoet aan de eisen van het European Credit Transfer System (ECTS).
Tentamen
Een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de kandidaat met betrekking tot een onderwijseenheid, alsmede de beoordeling van de uitslag van dat onderzoek (WHW artikel 7.10). Een tentamen kan uit een of meer toetsen bestaan.
Toets
Een toets is een onderzoek naar kennis en/of vaardigheden en/of attitude. Er is een veelheid aan toetsvormen. Vanouds bekend zijn het werkstuk, de schriftelijke en de mondelinge toets. Voorbeelden van wat recentere toetsvormen zijn de casustoets, het groepsassessment en de portfoliobespreking. Een toets is een onderdeel van een tentamen.
Voltijd
Voltijdonderwijs betekent onderwijs dat ten minste 16 klokuren of 19 lesuren per week en gedurende minstens 7 maanden wordt gegeven aan studenten voor wie het volgen van onderwijs de voornaamste bezigheid is.
OER M 2015-2016
pagina 34 van 37
WEB
Wet Educatie en Beroepsonderwijs; dit is de wetgeving voor het beroepsonderwijs. Tot 1996 werd de aanduiding middelbaar beroepsonderwijs (mbo) gebruikt voor deze categorie opleidingen.
Weken
Met ‘weken’ worden ‘onderwijsweken’ bedoeld zoals opgenomen in het Avans-jaarrooster (zie iAvans). De weken die geen onderwijsweken zijn, tellen niet mee voor de periode die in de OER is aangegeven. De weken in de zomervakantie zijn hierop een uitzondering als het gaat om de verzoeken aan de examencommissie. Met de examencommissie heeft het CvB afspraken gemaakt over bereikbaarheid. Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek; Staatsblad 1992, 593 en alle bijbehorende wijzigingen.
WHW
OER M 2015-2016
pagina 35 van 37
Bijlage 2
WHW-artikelen
De wetsartikelen van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) geven de basis geven voor deze OER. In deze tabel vind je terug welk artikelen uit de WHW van toepassing zijn bij welke artikelen in de OER. Nr.
Hoofdstuk
1
Over de Onderwijs- en examenregeling
2
Competenties van de opleiding en beroepseisen
2.1
art.7.13 lid 2 c
3
Toelating tot de opleiding
3.1
art. 7.24, 7.25 en 7.28
3.2.1
art. 7.25
3.2.2
art. 7.29
3.3
art. 7.28
3.3
Gedragscode internationale student hoger onderwijs
3.4
art. 7.26a
3.5
art. 7.27
4
Studiebegeleiding
5
Toetsen, tentamens en examens
OER M 2015-2016
Paragraaf
Artikel in de WHW n.v.t.
art. 7.34 lid 1 e , art. 7.13 lid 2 u 5.1
art. 7.3, 7.8 en 7.10
5.2
art. 7.13 lid 2
5.3
art. 7.3, 7.10 lid 1 en 7.12c
5.3.1
art. 7.13 lid 2 n
5.3.2
art. 7.13 lid 2 l en lid 2 m
5.4
n.v.t.
5.5
n.v.t.
5.6
art. 7.12b
5.7
n.v.t.
5.8
n.v.t.
5.9
art. 7.13 lid 2 o
pagina 36 van 37
6
5.10
art. 7.13 lid 2 p en lid 2 q
5.11
art. 7.13 lid 2 h en lid 2 j
5.12
n.v.t.
5.13
art. 7.12b lid 1 d en 7.13 lid 2 r
5.14
art. 7.13 lid 2 k
5.15
art. 7.11
5.16
art. 7.11
5.17
n.v.t.
Verzoek aan de examencommissie of in beroep gaan
art. 7.59 lid 4, 7.60, 7.1 en 7.62
De opbouw van de hoofdstukken van alle opleidingsvarianten (voltijd, deeltijd, duaal en de Ad’s) zijn hetzelfde. Als voorbeeld is hoofdstuk zeven opgenomen. 7
15
Opleidingsgeboden hoofdstuk
Het maken en aanpassen van de OER
OER M 2015-2016
art 7.13 lid 2 i 7.1
art. 7.4, 7.4b, 7.7, 7.8 en 7.13
7.2
art. 7.2
7.3
n.v.t.
7.4
art. 7.8b
7.5
art. 7.8b
7.6
n.v.t.
7.7
n.v.t.
7.8
7.13 lid 2 h art. 7.13, 7.14, 10.3c en 10.20
pagina 37 van 37
Bijlage 3
Competenties
BEHOREND BIJ DE BACHELOR OF ENGINEERING De competenties waarover de afgestudeerde van de Bachelor of Engineering beschikt zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Analyseren Ontwerpen Realiseren Beheren Managen Adviseren Onderzoeken Professionaliseren
Een uitgebreide beschrijving van deze competenties is te vinden op http://www.hboengineering.nl/doc/BoE_profielbeschrijving_lowres.pdf Naast de bachelorcompetenties gelden voor elke hbo-opleiding ook (een uitwerking van) de algemene hbo-kwalificaties of Dublin-descriptoren: Algemene hbo-kwalificaties Dublin-descriptoren 1. Brede professionalisering 1. Knowledge & understanding 2. Multidisciplinaire integratie 2. Applying knowledge & understanding 3. (Wetenschappelijke) toepassing 3. Making judgements 4. Transfer en brede inzetbaarheid 4. Communication 5. Creativiteit & complexiteit in handelen 5. Learning Skills 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid 9. Basiskwalificatie voor managementfuncties 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid
OER M 2015-2016
Examenprogramma Voltijd M AE&I collegejaar 2015-2016 SP: studiepunten OE: Onderwijseenheid NC: niet compensabel / C: compensabel
NL: Nederlands EN: Engels
Voorbereidend op periode 2 TMME-CAD-M-3D TMME-STA-STE-1 TMME-DYN-1 MBO Proftaak en themamodulen TMME-PROFINDMBO TMME-HBOVA-1 TMME-BEST-1 TMME-ELC1-NET TMME-CAD-
Overig TMME-WISK-1MBO 1.2 vt M 15-16 AE&I HAVO + VWO Proftaak en themamodulen TMME-PROF-2A-IND TMME-HBOVA-2 TMME-EL-AANDR-1 TMME-CAD-M-2D-1 TMME-WP-1
Proftaak en themamodulen TMME-PROF-2A-IND TMME-HBOVA-2
Taal toets
NL NL NL NL NL
NL NL NL NL NL
NC
NL
NL
1 2 1 2 2 1
CAD-M 1: 3D
1 5,5 NC
NL-EN NL
Statica en sterkteleer 1 Dynamica 1
2 5,5 NC 3 5,5 NC
NL-EN NL
5,5 5,5 5,5 5,5 5,5 5,5
NL
NL
NL NL NL NL
NL NL NL NL
NL
NL
15 Proftaak 1: Individueel MBO HBO-vaardigheden 1 Besturingstechniek 1 Electric circuits 1-netwerktheorie CAD-E
1 1 2 2 1
5,5 5,5 5,5 5,5 5,5
NC NC NC NC NC
CAD-M 1: 3D Statica en sterkteleer 1 Dynamica 1
1 5,5 2 5,5 3 5,5
NC NC NC
Wiskunde 1 voor MBO
2 5,5
Proftaak 2a: Individueel HBO-vaardigheden 2 Elektrische aandrijvingen 1 CAD-M 2: 2D Werkplaats 1
3 1 2 1 2
Inleiding SW-ontwerp PLC 1 Machineonderdelen 1 Materiaalkunde 1
1 2 1 2
1.2 Aspirant aandrijftechnicus
Overig TMME-INLSW-ONTW TMME-PLC1 TMME-MACH-OND-1 TMME-MAT-KUNDE-1 MBO
NC NC NC NC NC
15 Proftaak 1: Groep Proftaak 1: Individueel HBO-vaardigheden 1 Besturingstechniek 1 Electric circuits 1-netwerktheorie CAD-E
1.1 Aspirant besturingstechnicus
Voorbereidend op periode 2 TMME-CAD-M-3D TMME-STA-STE-1 TMME-DYN-1
Taal OE
1.1 Aspirant besturingstechnicus
NC/C
Proftaak en themamodulen TMME-PROF-1-GR TMME-PROF-1-IND TMME-HBOVA-1 TMME-BEST-1 TMME-ELC1-NET TMME-CAD-
Toets
Minimum score
Onderwijseenheid
SP toets
Code 1.1 vt M 15-16 AE&I HAVO + VWO
SP onderwijseenheid
Cohort 2015 Voltijd M jaar 1 in collegejaar 2015-2016
NL-EN NL NL-EN NL NL
NL
NC
NL
NL
5,5 5,5 5,5 5,5 5,5
NC NC NC NC NC
NL NL NL NL
NL NL NL NL
NL
NL
5,5 5,5 5,5 5,5
NC NC NC NC
NL-EN NL NL-EN NL-EN
NL NL NL NL
NL NL
15
1.2 Aspirant aandrijftechnicus
15 Proftaak 2a: Individueel HBO-vaardigheden 2
3 5,5 NC 1 5,5 NC
NL NL
TMME-EL-AANDR-1 TMME-CAD-M-2D-1
Elektrische aandrijvingen 1 CAD-M 2: 2D
2 5,5 NC 1 5,5 NC
NL
NL
NL
NL
Overig TMME-INLSW-ONTW TMME-PLC1 TMME-MACH-OND-1 TMME-MAT-KUNDE-1 TMME-WISK-2MBO
Inleiding SW-ontwerp PLC Machineonderdelen 1 Materiaalkunde 1 Wiskunde 2 voor MBO
1 2 1 2 2
NL-EN NL NL-EN NL-EN NL
NL NL NL NL NL
5,5 5,5 5,5 5,5 5,5
NC NC NC NC NC
Pagina 1 van 4
1.3 vt M 15-16 AE&I Proftaak en themamodulen
1.3 Aspirant systeemintegrator
15
TMME-PROF-2B-GR
Proftaak 2b: Groep
1 5,5 NC
NL
TMME-PROF-2B-IND
Proftaak 2b: Individueel
2 5,5 NC
NL
NL
TMME-HBOVA-3
HBO-vaardigheden 3
1 5,5 NC
NL
NL
TMME-GRAF-PORG TMME-TECH-ENG1
Grafisch programmeren Technical English 1
2 5,5 NC 1 5,5 NC
Project 3a: Individueel Werkplaats 2: CAM
1 5,5 NC 1 5,5 NC
Electric circuits 2 Statica en sterkteleer 2 Wiskunde: differentiëren Vrije invulling 1
1 2 2 1
VLD 5,5 5,5 VLD
Proftaak 3b: Groep Proftaak 3b: Individueel HBO-vaardigheden 4 Industriële robot applicatie Foutanalyse & statistiek Dynamica 2 Werkplaats 3: CNC
1 2 1 3 2 2 1
5,5 5,5 5,5 5,5 5,5 5,5 5,5
Wiskunde: integreren SLO 1
Proftaak en themamodulen
NL-EN NL NL-ENNL-EN
1.3 Industial robotengineer
TMME-PROF3A-IND TMME-WP-2-CAM Overig TMME-EL-CIR-2 TMME-STA-STE-2 TMME-WISK-DIF TMME-VRIJ-1 1.4 vt M 15-16 AE&I Proftaak en themamodulen TMME-PROF-3B-GR TMME-PROF-3B-IND TMME-HBOVA-4 TMME-IND-ROBOT TMME-FOUTAN-STAT TMME-DYN-2 TMME-WP-3-CNC
NL
1.4 Industrial robot engineer
Overig TMME-WISK-INT TMME-SLO1 Totaal SP jaar 1
NL
NL
NL
NL
NC NC NC NC
NL NL-EN NL NL
NL NL NL NL
NC NC NC NC NC NC NC
NL NL NL NL NL NL
NL NL NL NL NL NL
NL
NL
2 5,5 NC 1 VLD NC
NL NL
NL NL
15
60
Besturingsengineer 1 EIME-OBJPR-1T EIME-OBJPR-1P
Object georiënteerd programmeren 1 theorie Object georiënteerd programmeren 1practicum
Netwerken voor M TMME-NTMT TMME-NTMP
Taal toets
NL-EN NL
1 5,5 NC
NL-EN NL
2 5,5 NC 1 5,5 NC
NL
NL
NL
NL
2 5,5 NC 2 5,5 NC
NL
NL
NL
NL
4 Portaalrobot - theorie voor M Portaalrobot - practicum voor M
Niet gekoppeld onderwijs 2.1
5 English 1 Vrije invulling Bedrijfskunde 1 CoDiSi
Elektronica voor M TMME-ELMT TMME-ELMP
2 5,5 NC
3
Machine drive & control
TMXX-COMENG1B2 TMME-VINVB1 TMXX-BDKU1 TMME-CDS 2.2 vt M 15-16 AE&I
Taal OE
3
Netwerken voor M - theorie Netwerken voor M - practicum
TMME-POROBMT TMME-POROBMP
NC/C
Toets
Minimum score
Onderwijseenheid
SP toets
Code 2.1 vt M 15-16 AE&I
SP onderwijseenheid
Cohort 2014 Voltijd M jaar 2 in collegejaar 2015-2016
1 1 1 2
5,5 5,5 5,5 5,5
NC NC NC NC
NL-ENNL-EN NL NL NL NL NL NL
3 Elektronica voor M - theorie Elektronica voor M - practicum
Elektrische aandrijvingen
2 5,5 NC 1 5,5 NC
NL-EN NL NL
NL
3
TMME-ELEKAT
Elektrische aandrijvingen - theorie
2 5,5 NC
NL
NL
TMME-ELEKAP
Elektrische aandrijvingen - practicum
1 5,5 NC
NL
NL
NL
NL
Besturingsengineer 2 TMME-TESTALG
6 Testen algemeen Object georiënteerd programmeren 2Theorie Object georiënteerd programmeren 2Practicum
EIME-OPJPR-2T EIME-OBJPR-2P EIME-EMBPOGR
1 5,5 NC 1 5,5 NC 2 5,5 NC
Embedded programming Niet gekoppeld onderwijs 2.2
EIME-INLREGT TMXX-BDKU2
2 5,5 NC
NL-EN NL NL-EN NL NL-EN NL
3 Inleiding Regeltechniek Bedrijfskunde 2
2 5,5 NC 1 5,5 NC
NL-EN NL NL NL
Pagina 2 van 4
2.3 vt M 15-16 AE&I Machine ontwerpen 1
6
TMWK-PCRONT1
Procesresultaat 1 (met W)
1 5,5 NC
NL
TMME-PDRONT1
Productresultaat 1 (met W)
3 5,5 NC
NL
NL
TMXX-ZAVER
Zakelijke verslaglegging
1 5,5 NC
NL
NL
1 5,5 NC
NL
NL
TMME-METH-ONTW
Methodisch ontwerpen Machine Vision & Control
NL
5
TMME-MVCT-TH
Machine Vision C++ - theorie
2 5,5 NC
NL-EN NL
TMME-MVCT-PR TMME-MVCT-PRJ
Machine Vision C++ - practicum Machine Vision C++ - project
1 5,5 NC 2 5,5 NC
NL-EN NL
Niet gekoppeld onderwijs 2.3 TMME-SYSD1M TMME-MAT-KUNDE-2 2.4 vt M 15-16 AE&I
Systeemdynamica 1 Materiaalkunde 2 Machine ontwerpen 2
TMWK-PCRONT2 TMWK-PDRONT2 TMWK-MACO2 Motion Control
2 5,5 NC 2 5,5 NC
NL NL
NL NL
1 5,5 NC 3 5,5 NC 2 5,5 NC
NL NL
NL NL
NL-EN NL
6 Motion Control - theorie Motion Control - practicum
Niet gekoppeld onderwijs 2.4 TMXX-COMENG2BR TMXX-SLO3 TMME-VINVB2 Totaal SP jaar 1
NL
6 Procesresultaat 2 (met E of W) Productresultaat 2 (met E of W) Machineonderdelen 2
TMME-MOTCT TMXX-MOTCP
NL
4
3 5,5 NC 3 5,5 NC
NL
NL
NL
NL
3 English 2 SLO 3 Vrije invulling 2 M
1 5,5 NC 1 VLD NC 1 VLD NC
NL-ENNL-EN NL NL NL NL
60
Stage
Taal toets
Taal OE
NC/C
Toets
Minimum score
Onderwijseenheid
SP toets
Code 3.1-3.2 vt M 15-16 AE&I
SP onderwijseenheid
Cohort 2013 Voltijd M jaar 3 in collegejaar 2015-2016
30
TMXX-ORSTA
Stagevoorbereiding
TMXX-
Stage
1 VLD NC 29 5,5 NC
NL NL NL-EN NL
2 5,5 NC 3 5,5 NC 1 5,5 NC
NL-EN NL NL-EN NL
3.3 vt M 15-16 AE&I Mechatronica Basis TMME-DUUR-MACHV TMME-DIGSIGBT TMME-DIGSIGBP
6 Duurzaamheid en machineveiligheid Digitale signaalbewerking-theorie Digitale signaalbewerking-praktijk
Keuze uit MPD, DIA of Construeren Differentiatie MPD DMPD-CONSTPRI DMPD-NAUPOS DMPD-PROJ-1
NL-EN NL
9 Constructieprincipes Nauwkeurig Positioneren Project DMPD 1
3 5,5 NC 3 5,5 NC 3 5,5 NC
NL-EN NL NL-EN NL
Geavanceerd PLC programmeren Industriële Automatiseringsarchitectuur Project DDIA 1
3 5,5 NC 3 5,5 NC 3 5,5 NC
NL-EN NL
Experimentele Mechanica 1 Project Construeren 1
3 5,5 NC 3 5,5 NC
NL-EN NL NL-EN NL
Servo- en regeltechniek High-tech materialen Realtime/embedded SW Engineering Project DMPD 2
3 3 3 6
NC NC NC NC
NL-EN NL NL-EN NL NL-EN NL NL-EN NL
Datacommunicatie voor M
2 5,5 NC
NL-EN NL
DIA-SEN-ACT DIA-SCADA-HMI
Toegepaste Regeltechniek Theorie Toegepaste Regeltechniek Practicum Industriële Sensoren en Actuatoren SCADA en HMI
2 2 3 3
NL-EN NL-EN NL-EN NL-EN
DIA-PROJ-2
Project DDIA 2
3 5,5 NC
NL-EN NL
Differentiatie DIA DIA-PLC-PROG DIA-IAA DIA-PROJ-1
NL-EN NL NL-EN NL
Differentiatie Construeren (W)
3.4 vt M 15-16 AE&I Keuze uit MPD, DIA of Construeren Differentiatie MPD DMPD-SERVO DMPD-HTMAT DMPD-RTSWENG DMPD-PROJ-2
15 5,5 5,5 5,5 5,5
Differentiatie DIA M-specifiek DIA-DAT-COM algemeen TMET-TRETECTH TMET-TRETECPR
5,5 5,5 5,5 5,5
NC NC NC NC
NL NL NL NL
NL-EN NL
Pagina 3 van 4
Differentiatie Construeren (W) M-specifiek: Constructieleer voor M
3 5,5 NC
NL-EN NL
High-tech materialen Experimentele Mechanica 2
3 5,5 NC 3 5,5 NC
NL-EN NL NL-EN NL
6 5,5 NC
NL-EN NL
algemeen: DMPD-HTMAT
Project Construeren 2 Totaal SP jaar 1
60
Taal toets
30
Taal OE
Minor naar keuze
NC/C
Toets
Minimum score
Onderwijseenheid
SP toets
Code 4.1-4.2 vt M 15-16 AE&I
SP onderwijseenheid
Cohort 2012 Voltijd M jaar 4 in collegejaar 2015-2016
NL NL
NL NL
NC
4.3-4.4 vt M 15-16 AE&I Afstuderen TMXX‐AFSTV TMXX‐AFSTP Totaal SP jaar 1
30 Afstudeervoorbereiding Afstudeerproject
1 VLD NC 29 5,5 NC 60
Pagina 4 van 4