Lesmethodes Voortgezet Onderwijs Zienderogen Kunst Kunstwerk Tekenen in Zicht Plat Vorm Kunst Actief Uit de kunst (basisonderwijs) Arti Palet CKV2 De Bespiegeling
Malmberg Malmberg Lambo Lambo Lambo Delubas ThiemeMeulenhoff ThiemeMeulenhoff Noordhoff uitgevers
Arti – ThiemeMeulenhoff Methode voortgezet onderwijs, vmbo, havo, vwo Boeken in deze serie: - praktijkboek - Kunstboek Inhoud - kunstboeken : o.a. schilderkunst, bouwkunst en vormgeving. - praktijkboeken: aansturen en richten v. d. verbeelding en de rol van het beeldend proces (bedenken, maken en evalueren). Binnen praktijk boek zijn er 3 thema’s per leerjaar. Thema’s waarin opdrachten inhoudelijk en didactisch samenhangen. Wat is de relatie tussen de kunst en praktijkboeken? Het kunstboek loopt niet gelijk met het praktijk boek maar kan worden ingezet: - Gerelateerd aan de thema’s van het praktijkboek met, illustraties en bronnen - Meer los van praktijk boek als afzonderlijke kunstbeschouwing methode, bijvoorbeeld bruikbaar binnen de leerwegen van het VWO. Elk thema heeft 3-delige opzet SMALL : 4 x opdrachten MEDIUM: 2x opdrachten LARGE: 1x opdracht Small: korte, kleine onderzoekjes, leren bepaalde vaardigheden, experimenteren met materiaal of technieken Medium: meer richting afgerond beeldend werk. Ruimte voor onderzoek en maken van keuzes. Large: “kroonjuweel” binnen het thema. De opdracht biedt leerling alle aspecten van een beeldend proces. Zelfstandig onderzoeken en eigen visie op het thema geven. Rol van de docent Daar waar nodig de thema’s onderbouwen met onderwerpen uit het kunstboek.
Palet CKV2 – ThiemeMeulenhoff Voor de tweede fase van het voortgezet onderwijs Boeken in deze serie: - De cultuur van het moderne - Massacultuur Inhoud Afdeling 1: Basis - Politieke en maatschappelijke ontwikkeling - Culturele klimaat Samengaand met afbeeldingen. Goed tijdsbeeld wordt neergezet en met voldoende aanknopingspunten voor de docent om aan te vullen. Afdeling 2: Verdieping Stappenplan voor zelfstandig leren Afdeling 3: Afsluiting Afsluitende opdracht voor de leerling om zelfstandig te maken. Deze opdracht is ook geschrikt om snel een overzicht te geven van all belangrijke items in de cultuur van het moderne. Rol van de Docent Er is voor de docent veel ruimte om zelf informatie aan te vullen, of om te bepalen bepaalde items over te slaan. Ook kan de docent de opdrachten zowel klassikaal houden of individueel geven.
Kunst Actief Auteur: Corien Bögels Uitgever:Lambo Beschikbaar voor ( niveaus); Soorten boeken in serie:
Kunst-Actief, werkboeken deel 1 en deel 2 voor klas 1 en 2 van het VMBO Kunst-Actief, basisboek, onderbouw THV Kunst-Actief, deel 3 en 4, bovenbouw VMBO tekenen/handvaardigheid. Inhoudelijk Opbouw: - Thema’s: - Kunst Actief biedt leerwerkboeken aan waarin praktijk en theorie worden samengebracht. Het is opgebouwd uit twee delen. In het eerste deel ligt de focus op beeldelementen, er is veel ruimte voor het experimenteren met materialen en technieken. In het tweede deel wordt er gefocust op de inhoud en de betekenis van werk. Daarbij speelt het werkproces ook een grote rol. De hoofdstukken beginnen met een stukje theorie, waarbij voorbeelden worden gebruikt uit de kunstgeschiedenis. Daarna komen er meestal wat techniek/ materiaal oefeningen, maar daarna is er ruimte voor eigen ideevorming en de uitwerking ervan. - Niveau: Het boek biedt leerlingen de mogelijkheid om in hun eigen tempo te werken. Ieder hoofdstuk bevat verschillende opdrachten, waarbij een docent ook kan inspelen op de verschillende niveaus in de klas. Snelle leerlingen kunnen vooruit werken en daardoor meer onderzoeken. Ook staan er achterin het boek twee projectopdrachten waarin samenwerken ook centraal staat. Dit biedt uitdaging voor de leerlingen en geeft ook ruimte om samen een langere tijd aan een opdracht te kunnen werken. - Opdrachten Er staan veel uiteenlopende opdrachten in dit boek die zowel beeldende kunst als vormgevingsgericht zijn. De opdrachten worden vaak in meerdere stappen opgebouwd. Het leuke aan dit boek is dat er opdrachten voor veel verschillende technieken en materialen instaan.
Wat is de rol van de docent? Doordat praktijk en theorie in deze methode zo dicht bij elkaar liggen, zijn er voor de docent veel mogelijkheden om inhoud te verwerken in een opdracht. Er wordt niet heel diep ingegaan op de stof, wat natuurlijk ook te maken heeft met de doelgroep, maar de stof biedt wel openingen om de docent het te laten aanvullen en (kritische) vragen aan de leerlingen te stellen over wat ze zien
ZienderOgen Kunst Auteur: Fer Remmers en Henny Engbertsen Uitgever : Malmberg Beschikbaar voor ( niveaus): Vmbo-LMOO- VmboBK/ Vmbo/ Havo/ Vwo Soorten boeken in serie: 2e druk: Praktijkboeken ( tekenen en handvaardigheid), Kunstbeschouwingsboeken. Inhoudelijk - Thema’s: in het Kunstbeschouwingsboek worden als eerste de verschillende verschijningsvormen van kunst belicht: beeldende kunst, mode, architectuur enz. In het tweede deel worden de verschillende beeldaspecten als kleur, licht en ruimte, aan de hand van voorbeelden uit de kunstgeschiedenis uitgelegd. In het derde deel komt er meer verdieping, en staat het kijken naar en het bevragen van kunst centraal. Hierbij kunnen de handvatten die de ll voor het “begrijpen” van kunst die hebben gekregen in de eerste twee delen, worden ingezet. - niveau: In het boek Zienderogen kunst basisbeschouwing, wordt het niveau heel langzaam opgebouwd. De leerlingen worden vanaf het eerste hoofdstuk al “gedwongen” om goed te kijken naar de afbeeldingen/ kunstwerken omdat er in de tekst constant naar verwezen wordt en begrippen vaak aan de hand van de afbeeldingen worden uitgelegd. Door de vele begrippen die worden uitgelegd, vergaren de ll een woordenschat die kunst begrijpelijker maakt. - Opdrachten: De opdrachten in het praktijkboek zijn gericht op tekenen. Er staan opdrachten in die vallen onder thema’s van bepaalde beeldaspecten die worden behandeld. De thema’s in de praktijkboeken overlappen met de onderwerpen die behandeld worden in het theorieboek. Leerlingen worden uitgedaagd om tekenen op verschillende manieren te onderzoeken: in lijn, met collage, vlakken, spelen met perspectief… Welke vragen worden gesteld, en hoe? Ieder hoofdstuk begint met een stuk tekst, en bevat plaatjes van kunst. Aan het einde van ieder hoofdstuk worden er aan de leerlingen vragen voorgelegd, die beantwoord kunnen worden door de tekst goed te lezen. Aan het begin van het boek zijn de antwoorden op de vragen vaak bijna letterlijk te vinden in de tekst, zoals het benoemen van de verschillen tussen 2D en 3D. Maar gaandeweg wordt er steeds meer inzicht en goed kijken van de ll verwacht. Ze moeten leren om met hun eigen ogen, een kunstwerk te bekijken en de betekenis te achterhalen. De vragen worden moeilijker en vereisen meer inzicht, maar ook goed kijken. Denk aan vragen die meer ingaan op de betekenissen van kunstwerken. Wat is de rol van de docent? ZienderOgen kunst biedt best veel vrijheid voor docenten. Er staan veel kleine opdrachtjes in het boek, waarvan sommigen uitgekozen en misschien wel verder gebracht kunnen worden naar een hoger niveau. Doordat het praktijk- en het theorieboek overlappen, is het goed mogelijk om een inhoudelijke lesinleiding te geven ( met voorbeelden uit de kunstgeschiedenis) en de rest van de les in te vullen met een praktische opdracht.
