Klimaatverandering en het verschuiven van soorten in Europa Rob Bugter
Ons klimaat verandert …….
Uit: De toestand van het Klimaat in Nederland 2008. KNMI.
.. en dat heeft consequenties.
Science 333, 1024 (2011)
Kun je voorspellen hoe soorten opschuiven?
Verspreidingspatronen zijn bijvoorbeeld vaak gecorreleerd aan een combinatie van klimaatfactoren Daar kun je dus aan rekenen, als je een goed overzicht van verspreiding en te verwachten veranderingen hebt. Bij voorspellen van klimaatverandering spelen een aantal onzekere factoren mee: o.a. omvang van CO2 emissie, effect op stromingspatronen Daarom: opstellen van verschillende, even waarschijnlijke scenario’s.
Basis meestal: IPCC emissie-scenarios
IPCC Special Report on Emissions Scenarios en IPCC fourth assessment report
Voorspelde effecten voor NW Europa
Bron: BRANCH Interreg project end report annex 2, 2007
KNMI klimaatscenarios
En: meer weersextremen, met name extreme zomerbuien
De koppeling met verspreidingsgebieden Waarnemingen van de Haas, Lepus europaeus
Bron: BRANCH project
Klimaatenvelop Haas Door statistische koppeling met klimaatkenmerken: de huidige zone met geschikt klimaat Bron: BRANCH project
Haas 2020 Voorspelde verandering
SPECIES model op basis van Hadley-A2 scenario. Bron: BRANCH project
Haas 2050 Voorspelde verandering
SPECIES model op basis van Hadley-A2 scenario
Haas 2080 Voorspelde verandering
SPECIES model op basis van Hadley-A2 scenario
Resultaat: soorten reageren verschillend ……. Woelrat Veldmuis Eekhoorn
Hadley A2 scenario, voorspelling 2050
…. en dat is al zichtbaar in populatietrends 180 160 140 120 100 80 60 40 20
19 90 19 92 19 94 19 96 19 98 20 00 20 02 20 04 20 06
0
Indicator group IA Koudeminnend (n=20) Indicator group IB Warmteminnend (n=20) Indicator Neutraal group IC (n=20)
COLD range limit
Gevolgen: kunnen soorten wel opschuiven?
colonization by populations
WARM range limit
shifting ranges
extinction of populations
Soorten die last hebben van versnippering zijn niet in staat hun areaal te verschuiven 12 10 8 6 weinig mobiel mobiel
4 2 0 <0.6 Krimp
- 0.4
+ 0.2
+ 0.6
Uitbreiding Warren et al. 2001
En er is interactie met klimaatstress Geschiktheid klimaat
Verandering abundantie
Max
0
Present situation Case study area Urban
Goch
Goch
Habitat key area Sustainable habitat network Not sustainable habitat network
Venlo
Venlo
Roermond
Roermond
Maastricht
Maastricht Aken
Present habitat
Aken
With Robust Corridor
Future situation with 20% of carrying capacity Case study area Urban area
Goch
Goch
Sustainable Not sustainable Key area
Venlo
Venlo
Roermond
Roermond
Maastricht
Maastricht Aken
Unchanged habitat
Aken
With NEN and Robust corridor
…….. en met weersextremen Extreme rains in 1998
Evaporation deficit (mm) January-Augustus 2003
100
150
200
75mm in 24 uur 100mm in 48 uur
Rietzanger herstelt sneller in habitat met betere samenhang Years until recovery
35 30 25 20 15 10 5 0 strong
intermediate
weak
Network cohesion
Foppen et al. 1999
Verhoging risico invasieve exoten
Klimaatmodel: EBONE project, Metzger et al. 2010
Strategieën voor beter aanpassing
Stuur op condities die de veerkracht van ecosystemen vergroten, probeer niet om een status quo te behouden
Risicospreiding door ecosystemen met een hoge biodiversiteit
Opvangen veranderingen in soortinteracties
Risicospreiding door goede ruimtelijke samenhang op grote schaal
Opvangen verschuiven van soorten en lokaal uitsterven
Bechstein’s vleermuis huidige situatie Case study area
Goch
Urban
Goch
Habitat key area Sustainable habitat network Not sustainable habitat network
Venlo
Venlo
Roermond
Roermond
Maastricht
Maastricht Aken
Huidige habitat
Aken
Met EHS en robuuste verbinding
Bechstein’s vleermuis met hogere draagkracht en ouder geworden bos Case study area
Goch
Urban
Goch
Habitat key area Sustainable habitat network Not sustainable habitat network
Venlo
Venlo
Roermond
Roermond
Maastricht
Maastricht Aken
Habitat autonome ontw.
Aken
Met EHS en RVB
Met dank aan Caire Vos en Anouk Cormont