Jaargang 4 nr 2 – april 2013 | de Marktbrief is een uitgave van de Hervormde wijkgemeente 2, Veenendaal
Groei
Van de redactie We hebben het genoegen Marktbrief nummer 11 te presenteren. Het thema van dit nummer is ‘Groei’. Groei in je (geestelijk) leven, groei in je kennis en kunde; het komt allemaal aan de orde. Verder hebben we een uitgebreid interview met ds. F. Wijnhorst, onze predikant die afscheid heeft genomen en ondertussen met zijn gezin naar Katwijk is verhuisd. Met de andere rubrieken die u van ons gewend bent, is het weer een gevarieerd nummer geworden. Veel leesplezier toegewenst. Namens de redactie, Adriaan Quakkelaar
Groeien in geloof ‘Je moet goed eten, want anders groei je niet’, zeggen we tegen onze kinderen. Voor het gemak vergeten we dat zuurstof ook erg belangrijk is. Maar dat is zo vanzelfsprekend! Zuurstof en zonlicht: planten kunnen niet zonder.
Wil je doorgroeien in je functie of naar een andere baan, schrijf je dan in voor…, zo maken scholen en opleidingen reclame voor hun aanbod. Voor het groeien van mensen tot volwassenheid zijn andere mensen belangrijk. Met een oma of een vader of een jeugdleidster heb je een goede
band. Je deelt veel met haar, je ziet hoe zij leeft en je onthoudt bepaalde uitspraken van haar. Zo zelfs, dat wanneer je zelf in een bepaalde situatie komt ineens zo’n uitspraak van haar te binnen schiet. Soms hoor je het ook bij een weduwe. Jarenlang is ze getrouwd geweest. Nu staat ze alleen ervoor. Wanneer ze een keus moet maken, zegt ze: ‘Mijn man zou zeggen…’. In Joh. 15 vertelt Jezus iets wat van belang is voor het groeien in geloof. Ranken groeien, bloeien en dragen vrucht, wanneer ze in de wijnstok blijven. Hij is de Wijnstok en wij zijn ranken. Willen we groeien en vrucht dragen, dan moeten wij als volgelingen van Jezus met Hem verbonden blijven. Jezus, noemt dat ‘in Hem blijven en Hij in ons blijven’ of ‘in Hem blijven en Zijn woorden in ons blijven’. Je hebt dan zo’n band met Jezus, dat je je herinnert hoe Hij geleefd heeft en wat Hij gezegd heeft. In je leven vraag je je af: ‘Wat zou Jezus gedaan hebben of wat zou Hij gezegd hebben?’ Zijn woorden zijn als zuurstof voor ons leven. Maar wanneer kom je nu ‘in’ Jezus? Dat gebeurt bij onze doop. Of beter: de doop onderstreept dat we in Hem gebracht zijn. Jezus belooft ons bij de doop dat Hij ervoor zorgt dat Zijn levenssappen (vergeving, vernieuwing, groeien in liefde) ons hele leven doortrekken. De betekenis van de doop wordt ons telkens verteld en verkondigd in Zijn Woord. Wie in Jezus is, gaat vrucht dragen. Maar om mooie volle vruchten te krijgen, moet er gesnoeid en
uitgedund worden. Alles wat verstikt of in de weg zit voor de groei, moet eraf en eruit. Snoeien doet groeien. Snoeien doet wel pijn. Bij groeien horen ook groeipijnen. Snoeien: door woorden uit de Bijbel, die als een spiegel voor je geplaatst worden en jou vragen je gedrag te veranderen. Snoeien: levenssituaties kunnen zo pijnlijk zijn, dat je je afvraagt: Here Jezus, waarom? Waarom laat U het toe? Jaren later wijzen anderen jou – omdat je ondanks de pijn in Jezus bleef - op vrucht in jouw leven! Een rank los van de Wijnstok draagt geen vrucht en wordt daarom weggegooid. Zo ook een volgeling van Jezus zonder levende verbinding met Hem. Groeien in geloof is een afhankelijk leven, want je hangt aan de Wijnstok. En het is een ontvankelijk leven: bij U, Heer, is de Levensbron! Het is waar wat kinderen ons voorzingen: ‘Lees je Bijbel, bid elke dag…..dat je groeien mag!’ Elke dag Zijn woorden als zuurstof inademen (Bijbellezen en gebed) en uitademen (gebed én gedrag). In zo’n afhankelijk en ontvankelijk leven rijpt de vrucht van de Geest, tot eer van de Drie-enige God. Nico Belo Tip: lees Joh. 15:1-8 en zing ‘Laat m’ in U blijven, groeien, bloeien’ (Op Toonhoogte 231)
Kinderpagina Los de rebus op en maak het liedje af.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Dit liedje ken je vast wel, maar begrijp jij wat ze bedoelen? Word je zo groot als een reus als je de Bijbel leest en bidt? Wat gaat er groeien? Schrijf eens op wat jij denkt.
Interview “Dit is niet het werk van mij alleen, maar van vele medearbeiders…” Onze wijkpredikant ds. F. Wijnhorst heeft met zijn gezin inmiddels afscheid genomen van de Hervormde gemeente van Veenendaal om zijn bediening voort te zetten in Katwijk. Wij stelden hem een aantal vragen:
Thema van dit nummer is ‘Groei’. Wat verstaat u onder ‘geestelijke groei’ of ‘groeien in geloof’? Hebt u deze groei in de gemeente geconstateerd? Bij ‘geestelijke groei’ of ‘groeien in geloof’ moet ik gelijk denken aan het appèl van Petrus aan het eind van zijn brief. Hij schrijft: Maar groei in de genade en kennis van onze Heere en Zaligmaker Jezus Christus (2 Petrus 3: 18). Dat wil zeggen dat je Jezus steeds meer en steeds beter leert kennen. Dat je steeds meer en meer onder de indruk komt van Zijn liefde en genade. Kortom: dat Hij steeds meer voor je
gaat betekenen. Hoe meer en beter je Jezus en Zijn genade leert kennen, des te meer krijg je er oog voor dat je niet leeft zoals God het bedoelt. Jezus heeft dat volmaakt voorgeleefd. Hoe meer en beter je Jezus leert kennen, des te groter wordt Hij voor jou, des te kleiner word je zelf. Geestelijke groei of groeien in geloof betekent dan: Hij moet meer worden, ik echter minder. (Joh. 3: 30). Ik ben ontzettend dankbaar dat ik dat in afgelopen jaren bij meerdere gemeenteleden heb mogen ontdekken. Groeien brengt ons bij het beeld van de Wijnstok (= Jezus) en de ranken (= gemeenteleden). Het
gaat erom dat we (als rank) ingeënt zijn in Jezus (de Wijnstok). Dan stromen zijn sappen/krachten in ons. Dan dragen we meer vrucht. Dan worden we liefdevoller, geduldiger, zachtmoediger, vergevingsgezinder, enz. (zie Gal. 5: 22). Het gaat dus niet om godsdienstige bla, bla, bladeren. Die zien er misschien prachtig uit. Maar die hebben geen waarde. Het gaat om vruchten! Overigens…laten we beseffen, met het oog op onszelf, met het oog op anderen: vruchten hebben tijd nodig om te rijpen. Soms lange tijd. Dat vraagt geduld. Dat vraagt gebed. In de achterliggende jaren, waarin u predikant was van onze wijkgemeente is er groei te zien geweest: meer activiteiten, meer kerkgangers… We mogen God hiervoor dankbaar zijn . Hebt u een vermoeden wat uw rol/bijdrage in die groei is geweest? Ik hoop dat ik een soort tuinman mocht zijn. Een tuinman die oog had voor de braakliggende stukjes grond in de tuin van de kerk. Die braakliggende stukjes grond zijn in de afgelopen jaren ‘bewerkt’ door allerlei activiteiten. Niet als doel in zichzelf. Maar opdat door die activiteiten meer en meer jongeren en ouderen een plekje in de tuin van de kerk mochten vinden om daar tot geestelijke groei te komen. Overigens…(dat is geen valse bescheidenheid, dan meen ik uit de grond van m’n hart) dit is niet het werk van mij alleen, maar van vele medearbeiders met mij. En…het is uiteindelijk God, Die de groei geeft. Hem alleen de eer voor Zijn zegen
over de periode waarin wij hier mochten werken! Werken in een gemeente doet wat met mensen. Als u terugkijkt, bent u zèlf dan ergens in gegroeid? Zo ja, waarin? Toen ik hier kwam ontdekte ik veel braakliggende terreinen. Dan ben je geneigd (althans ik wel) dat zelf wel even aan te pakken. God heeft me – meer dan in vorige gemeenten – duidelijk gemaakt: zonder Mij, kan jij niets! Dan maakt je enorm afhankelijk van God. Wat wilt U dat ik doe? Hoe wilt U dat ik hier werk? Wat vindt U goed met het oog op deze gemeente? Zo is het werk rondom de Oude Kerk weer een goede leerschool geworden voor de wijkgemeente waarheen we geroepen zijn, die nu bijna 4 jaar vacant is en waar heel veel te doen is. Het is niet: ik doe dat wel even. Het is ook niet: ik doe m’n best en Jezus doet dan wel de rest. Het is zelfs niet: Jezus doet veel en ik mag iets aanvullen. Het is: Jezus doet alles en ik mag me door Hem laten gebruiken. Hebt u met het oog op de toekomst voor onze wijkgemeente tips voor ‘groeien’? En is er een gebied waar we als gemeente aan moeten werken om verder te ‘groeien’? Bij ‘groeitips’ kom ik terug op de tekst waarmee ik 1 oktober 2006 intrede heb gedaan. Dat was ‘een foto van de pasgeboren christelijke gemeente’ (Hand. 2: 42). Ik heb toen gezegd: je moet je, persoonlijk en als gemeente, aan deze foto blijven spiegelen. Lijk ik/lijken wij daar nog op?! Op die foto worden vier trekken vertoont, die ook
in 2013 vertoond moeten worden, wil er sprake zijn van groei. Het gaat dan om volharden in de leer van de apostelen. Denk aan trouw onder de prediking aanwezig zijn. Zelf thuis intensief in de Bijbel lezen. Het gaat vervolgens om volharden in de gemeenschap. Denk aan naar elkaar omzien. Met elkaar meeleven (kaartje sturen!). Elkaar bijstaan in moeilijke tijden. In de derde plaats gaat het om het volharden in het breken van het brood. Denk aan de gezamenlijke maaltijden die rond de feestdagen en op andere momenten (maaltijdkring!) plaatsvinden. Maar vanzelf denk ik vooral aan de avondmaalsviering waarin we één mogen zijn met Jezus en één met elkaar. Tenslotte om het volharden in de gebeden. Bidden tijdens de erediensten. Bidden op de gebedskring. Bidden in de binnenkamer. Die vier ‘groeitips’ blijven gelden. Tot de dag waarop Jezus komt! In uw gezin zijn in de afgelopen jaren mooie, maar ook moeilijke dingen geweest. Hoe kijkt u hierop terug? Bij de mooie dingen in ons gezin denk ik vooral aan het huwelijk van Arjo. Natuurlijk hebben we veel gebeden of hij, ondanks zijn handicap, toch een vrouw mocht vinden met wie hij zijn leven kon delen. Tegelijk besef je dat de kans aanwezig is, dat hij alleen blijft. Daarom hebben we ook gebeden of hij de krachten mocht ontvangen om eventueel alleen door het leven te gaan. Heerlijk om dan te ervaren dat God veel meer doet dan wij bidden of denken. We zijn enorm dankbaar voor
de vrouw – Imke – die hij uit Gods hand heeft mogen ontvangen. Bij de moeilijke dingen denk ik vooral aan het moment waarop Henri in het ziekenhuis lag en we van de dokter te horen kregen dat die dag waarschijnlijk zijn laatste dag op aarde zou worden. Het beeld dat Alie hem op schoot nam, zodat hij in de armen van z’n moeder zou ontslapen, staat nog steeds op mijn netvlies. Ook toen heeft God veel meer gedaan dat wij hebben gebeden of hebben gedacht. We hebben een machtige hemelse Vader. We zijn enorm dankbaar dat we nog steeds voor ‘ons zonnetje in huis’ mogen zorgen. Welke herinnering uit de afgelopen jaren maakt u het meest dankbaar/blij? Ik vind het lastig om iets te noemen omdat er vele herinneringen zijn, die me dankbaar maken. Als ik nu zondags op de kansel sta, zie ik gemeenteleden die destijds nooit in
de kerk kwamen. Als ik het avondmaal mag bedienen, zie ik gemeenteleden die destijds nooit naar de viering kwamen. Als ik zie dat de ‘Oude’ Kerk enorm is verjongd door jongeren en kinderen. Met enorm veel dankbaarheid denk ik terug aan de belijdenisdiensten. Veel ‘oudere’ en veel ‘jongere’ gemeenteleden hebben hun ja – woord aan Jezus mogen geven. Als dan gemeenteleden bij wijze van spreken met hun rollator
naar het knielbankje komen, dan geeft dat een brok in de keel. Wie ben ik, hemelse Vader, dat U mij hebt willen gebruiken om voor deze gemeenteleden een wegwijzer te mogen zijn. ‘Geestelijke groei’ of ‘groeien in het geloof’. Ik heb zes en een half jaar mogen zaaien. Ik heb – Goddank! –
vruchten mogen zien. Ongetwijfeld niet alle vruchten. Dat hoeft ook niet. Als ik in verband met ‘groei’ mag eindigen met een gedicht, dan citeer ik graag de woorden van Adriaan Roland Holst: Ik zal de halmen niet meer zien noch binden ooit de volle schoven, maar doe mij in de oogst geloven, waarvoor ik dien…
Wie groeit, die bloeit Leerlingen en studenten worden al van jongs af aan bekend gemaakt met stimulansen. Goed je best doen en er uit halen wat er in is; dat heeft iedereen wel eens gehoord. Het belangrijkste middel om je in de maatschappij te redden is goed onderwijs. Maar die ontwikkeling houdt niet op bij het behalen van een diploma. Tijdens je loopbaan wordt alles op alles gezet om je blijvend te laten groeien en bloeien. Veel werkgevers ontwikkelen personeelsbeleid om hun werknemers aan zich te binden. Een werkgever is gebaat bij gemotiveerde medewerkers die betrokken zijn op hun werk en hun werkgever. De andere kant is natuurlijk dat medewerkers ook bij moeten blijven met hun vakgebied. Denk aan een verpleegkundige die moet leren werken met een nieuwe infuuspomp, of een monteur van een autogarage die zich richt op een speciaal automerk. Ons werk geeft ons natuurlijk niet alleen een dak boven ons hoofd en voedsel, maar ook het gevoel dat we ergens bij horen. Daarnaast willen we zelf vaak ook doorgroeien in ons werk en nieuwe vaardigheden ontwikkelen. Maar hoe doe je dat? Tips om meer uit je werk te halen - Blijf zitten waar je zit. Wie langer bij dezelfde werkgever in dienst is, heeft veel meer kans op doorontwikkeling binnen de eigen organisatie. Jophoppen is leuk als je veel bedrijven wilt zien, in weinig tijd. Voor echte verdiepende groei moet je langer op je plek blijven. - Volg een cursus timemanagement. Meer uit je tijd halen is geen doel op zich, maar leidt wel tot meer ruimte binnen je werk. Tijd voor andere dingen dus.
-
-
-
-
-
-
Laat je om- of bijscholen. Inzetten van nieuwe of andere kennis zorgt er voor dat je werk beter bij je persoonlijke eigenschappen past en verbetert direct je prestaties. Behaal een diploma. Specifieke kennis van een nieuwe ontwikkeling of onderwerp, zorgt er voor dat uitbreiding van je takenpakket tot je mogelijkheden behoort. Leg je groei vast. Een mooie manier is om dat via een Persoonlijk Ontwikkelingsplan te doen. Bouw aan je porfolio door je ontwikkeling met competenties te omschrijven. Zet je motivatie op een rij. Wat vind je nu echt belangrijk om te groeien? Is dat omdat je meer loon in het vooruitzicht hebt, of omdat je meer capaciteiten hebt? Vraag om gesprek. Communicatie met een leidinggevende zet je mogelijkheden op een rij en geeft je duidelijkheid. Wil je persoonlijke groei? Ga dan na of je een gedeelde visie hebt met het bedrijf waarvoor je werkt. Zo niet, ga dan op zoek naar een nieuwe uitdaging. Wees realistisch. Beloning van groei is belangrijk. Helaas is een salarisverhoging niet altijd mogelijk, maar bijvoorbeeld een betere werkplek wel. Bespreek de mogelijkheden met je werkgever, zodat jouw inzet van groei beloont wordt.
Amanda Herrera de Gier
Geef de pen door… Mijn naam is Jasperina Draaisma en ik woon samen met mijn man Tonny, zoon Justin (16) en dochter Jasmijn (14) in het PWA park. Inmiddels “kerken” we nu zo’n dertien jaar in de Oude Kerk.
Naast mijn gezin en de administratie van het bedrijf van mijn man (binnenvaart) houd ik me bezig met vrijwilligerswerk. Bij het Vrijwilligers Netwerk Veenendaal help ik voornamelijk mensen die een extra steuntje in de rug nodig hebben met het vinden van vrijwilligerswerk. Daarnaast draai ik mee in een team dat mensen helpt met zelfredzaamheid thuis. Het gaat hierbij om kwetsbare mensen zoals mensen met een licht verstandelijke of lichamelijke beperking of mensen met een psychiatrische achtergrond. Verder help ik twee keer per maand bij een koffieochtend voor ouderen, dat is vooral erg gezellig. Deze taken geven me veel voldoening. Zo probeer ik anderen tot zegen te zijn. Tijd en aandacht is een van de kostbaarste geschenken die je een ander kan geven. Dat zie ik als een opdracht van God.
In het kerkenwerk doe ik mee met het catecheseteam. De contacten met de andere catechesementoren vind ik waardevol. Ik vind het heel leuk en leerzaam om samen met de jongeren uit onze gemeente te praten over wat hen bezig houdt en wat de Bijbel daarover zegt. In deze maatschappij is het voor christelijke jongeren niet makkelijk om hun geloof uit te dragen. Mag ik daarom meteen van de gelegenheid gebruik maken u te vragen of u een plekje in uw gebed wil reserveren voor onze jongeren?
Groei
Ik vind de gemeente van de Oude Kerk een actieve en betrokken gemeente. We voelen ons er thuis.
Ik geef de pen door aan: Mw. Adri Bos.
Jasperina Draaisma
Hoe kun je aankijken tegen persoonlijke groei, bijvoorbeeld in het gezin of op het werk? Als je een gezin hebt, wil je graag dat je kinderen succesvol zijn. Als je manager bent van een afdeling wil je succes behalen met je medewerkers. Een mens is volgens de Bijbel echter geneigd tot alle kwaad. Hoe kunnen we dan toch positieve denkbeelden hanteren en hoe kijken we aan tegen al die positieve opvoedkundige en managementmethoden om dat succes te behalen? Die zijn dan toch gedoemd om te falen? De Bijbel roept je op om je gedachten te vullen met positieve zaken. Dat is leren denken vanuit de hemel: "Bedenkt de dingen, die boven zijn, niet die op de aarde zijn." (Kolossensen 3:2)
Het is belangrijk dat we onze gedachten onder de autoriteit van het Woord brengen en onze hoofden niet laten vullen met gedachten die gebaseerd zijn op leugens. In het volgende Bijbelgedeelte (direct na dat gedeelte over bezorgdheid!) vinden we een goede lijst met positieve dingen, waarvan Paulus ons aanspoort om daarop onze aandacht te richten: "Voorts, broeders, al wat waar, al wat waardig, al wat rechtvaardig is, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, al wat deugd heet en lof verdient, bedenkt dat." (Filippensen 4:8) Hoe kun je omgaan samen met de leden uit je gezin of als manager van een afdeling met methoden die geluk en voorspoed moeten brengen en met de goeroes die ze prediken? Stephen Covey (1932-2012), zelf zo’n goeroe, heeft een treffende tweedeling gemaakt: Hij heeft het over de
pragmatische en de principiële levenshouding. In de pragmatische levenshouding wordt succes afgemeten aan persoonlijke prestaties, status en vaardigheden om de omgang met anderen soepeler te laten verlopen. In de principiële levenshouding gaat het om integriteit, nederigheid, trouw, gematigdheid, moed, rechtvaardigheid, geduld, ijver, eenvoud, bescheidenheid. Het mag duidelijk zijn dat het in veel tegenwoordig gehanteerde opvoedkundige en managementmethoden vooral gaat om pragmatisch en snel resultaat te boeken. Dat is ook wel de tijdgeest. Echter, in het ergste geval doet het onecht aan en geloven je kinderen en de medewerkers je niet. Ze zeggen ja en amen en duiken een tijdje totdat het weer is overgewaaid.
De principiële levenshouding kan je rechtstreeks aan de Bijbelse waarden koppelen. Als christenopvoeder en christenmanager is het zaak om authentiek in je geloof te staan en die waarden toe te passen in principieel handelen. Mijn overtuiging is dat de principiële levenshouding de juiste is. Die staat weliswaar niet voor snel
succes en winst, maar brengt je ook niet in de verleiding van het snelle resultaat en het grote geld. Sterker nog, de behaalde resultaten zullen van blijvende waarde zijn, de relaties verbeteren en een diepere vorm van geluk en bevrediging brengen. Adriaan Quakkelaar
Film- en boekentips Groeien kun je op verschillende manieren. Dit thema komt divers aan de orde in onderstaande boeken en films.
Boeken Janne IJmker, Achtendertig nachten
In de roman van Janne IJmker groeit de hoofdpersoon naar de aanvaarding van haar doodsvonnis. Zij is zichzelf gaan zien als een gekwelde vrouw met berouw. Maart 1767. Elsjen Roelofs wacht in het gevang van Emmen op haar berechting. In deze eenzaamheid wordt haar dochter geboren en meteen bij haar weggenomen. Ze vraagt om papier en inkt voor het schrijven van een terugblik op haar leven. Voor haar kleine meisje, dan weet tenminste nog iemand wie zij is geweest. Achtendertig nachten lang kijkt ze terug. Hoe kon het gebeuren dat ze uitgroeide tot wie ze nu is? Wie is deze vrouw die haar man ombracht? De schuldvraag is niet gemakkelijk te beantwoorden.
Clara Asscher-Pinkhof, Danseres zonder benen Het wegvallen van een echtgenoot was het begin voor Clara Asscher om uit te groeien tot een talentvolle kwetsbare en tegelijk sterke vrouw. Met zes jonge kinderen bleef ze achter toen haar man op jeugdige leeftijd overleed. Hierdoor noemt ze zichzelf een danseres zonder benen. In de oorlog wordt ze met haar gezin en familie weggevoerd naar Westerbork en Bergen-Belsen. Als door een wonder werd ze bevrijd en bereikt ze Israël. Maar dit betekent niet de definitieve vrede waar zij zo voor pleitte.
Francine Rivers, De roep van de sjofar De sjofar is de ramshoorn in Israël, die op Grote Verzoendag oproept tot inkeer en bekering. Francine Rivers beschrijft in deze roman een proces van groeiend inzicht bij personen: om te veranderen en te groeien moet je een keuze maken.
Hij lijkt de perfecte dominee voor Centerville Christian Church. Terwijl Paul geniet van zijn nieuwe positie, ziet zijn vrouw Eunice met toenemende bezorgdheid dat het in de kerk steeds meer draait om geld, bezoekersaantallen en succes. Hoe maakt ze dit Paul duidelijk? En hoe lang kan naast de kerk hun huwelijk nog stand houden, nu ze steeds meer uit elkaar groeien? Lauren F. Winner, Vrouw zoekt God Heel mooi te lezen is wat ‘groeien in het geloof’ inhoudt bij Lauren Winner. Openhartig en met humor vertelt Lauren over de geestelijke zoektocht in haar leven. Als dochter van een joodse vader en christelijke moeder wordt ze heen en weer geslingerd tussen twee religies en werelden: Christendom en Jodendom. Ze beslist echt Jood te worden, maar er blijft een leegte in haar leven, tot ze ontdekt wie Jezus Christus voor haar is. Dan wordt het pas echt ingewikkeld.
W. Verboom, Het bevindelijke nest Ook bij W. Verboom is het mooi te lezen wat ‘groeien in het geloof’ inhoudt. Wim Verboom neemt je mee naar het Friese dorp Kollum waar hij in de vijftiger jaren van de vorige eeuw opgroeide. Met liefde en humor vertelt hij over het gezin en de plaats van de evangelisatie waar zijn vader voorganger van was. De “eigenaardigheden” van het bevindelijke milieu, waar de verborgen omgang met God centraal staat, worden hier positief beschreven, zonder de schaduwkanten te verbloemen. Vanuit dankbaarheid voor deze nestwarmte beschrijft Wim Verboom de ontwikkeling van zijn eigen geloofsbeleving.
Films Deze keer drie films die gebaseerd zijn op waargebeurde verhalen. Het gaat hierbij om groeien in het omgaan met een handicap, groeien naar een besluit om niet toe te geven aan intimidatie en terreur én groeien in het besef dat je geroepen bent om je stem te verheffen tegen het onrecht van slavernij. The King’s Speech Albert George, door vrienden en familieleden Bertie genoemd, is de zoon van koning George V. Hij wordt door zijn echtgenote, Elisabeth naar een eigenzinnige spraakcoach Lionel Logue gestuurd, omdat hij stottert. Na de dood van zijn vader en het afstand doen van de troon door zijn broer wordt Albert de nieuwe koning. Zeer tegen zijn zin omdat hij nog steeds stottert. Hoe slaat hij zich door belangrijke optredens heen? Groot Brittannië verklaart in 1939 de oorlog aan Duitsland. Lukt het hem dan ook om volk en Britse troepen aan te moedigen? Des hommes et des dieux
Het speelt zich af in Algerije, rond 1995. Acht Cisterciënzer monniken van middelbare leeftijd of ouder wonen samen in een klein klooster, in harmonie met de moslimbevolking om hen heen. Vader Luc is arts en verzorgt dagelijks zo’n 150 mensen. Christian heeft het meeste contact met de buitenwereld en fungeert als een soort sociaal werker voor het dorp.
De monniken leven van het land en worden uitgenodigd op plaatselijke feesten. Dit verandert wanneer moslim-extremisten steeds meer geweld plegen in de regio. De monniken krijgen de raad om te vertrekken. Maar na lang beraad beslissen ze te blijven. Een besluit dat extreme gevolgen zal hebben.
Amazing grace William Wilberforce, een 18e eeuwse politicus, ontmoet predikant John Newton, een voormalige kapitein van een slavenboot. Newton spoort Wilberforce aan zijn leven te wijden aan de afschaffing van de slavernij. Slavenhandel brengt welvaart en rijkdom. Alle pogingen van Wilberforce stranden daarom op politieke onwil. Ziek en gedesillusioneerd keert hij na enkele jaren terug naar het platteland. Daar ontmoet hij Barbera. Door zijn liefde voor haar vindt hij nieuwe kracht om zijn strijd voort te zetten. Marike Belo
Geestelijke groei in vijf stadia Om ons te helpen onze groei als christen beter te begrijpen, spreekt de Bijbel over vijf stadia op weg naar geestelijke volwassenheid, die vergelijkbaar zijn met de verschillende stadia van lichamelijke ontwikkeling. Onze geestelijke ontwikkeling begint net als in het natuurlijke met de babyjaren en zo kun je verder groeien naar kindertijd, tienerjaren, zoonschap en vaderschap.
Baby
Als baby kun je nog geen vast voedsel verdragen. Je moet sterker worden door de zuivere melk van het woord (1 Petr. 2:2). Je hebt de neiging om alles op te eten wat in de buurt komt. Als jonge christen ben je hongerig naar het woord en kun je makkelijk misleid worden. Grote verantwoordelijkheden zijn nog niks voor baby's.
Tip van Paulus: Blijf geen baby, maar word volwassen. (1 Kor. 14:20) Kindertijd Als kind ben je nieuwsgierig en leergierig. Je ontdekt dat je een eigen wil hebt en probeert die door te drijven. Je hebt nog veel begeleiding nodig, maar je wil dat niet. Je denkt dat je al ver genoeg gegroeid bent en dat jou niet gezegd hoeft te worden wat je moet doen. Je leert de Vader beter kennen en het verschil tussen goed en kwaad. Door te dienen, leer je gehoorzaamheid en verantwoording te dragen. N.B Blijf niet altijd een kind! Zorg voor goede voeding en goed onderwijs, zodat je groeien zult. In onze Bijbelvertaling staat steeds kinderen , maar het Grieks heeft drie verschillende woorden voor kinderen: nepios (baby), paidion(kinderen van 4-12 jaar) en teknon (tieners/jong volwassenen). Bijvoorbeeld: Vlak voordat Jezus de discipelen zou verlaten, noemde Hij hen : ‘Kinderen…’(Joh 13:33). Het woord dat hier gebruikt wordt is ‘teknon’. Tieners en jongvolwassenen Je ontwikkelt je identiteit. Je wilt zelfstandig denken en voor volwassen aangezien worden, nog voor dat het zover is. Zonder juiste begeleiding zul je gaan rebelleren, zoals: Opstandig zijn: je wilt leider zijn en een ander hoeft je niet te vertellen wat je moet doen of laten. Kijk eens in de Bijbel bij Mirjam en Aäron. (Num. 12:1-11)
Een (belangrijke) positie hebben is belangrijker dan een plaats waar je kunt dienen. Kijk eens naar de discipelen in Luk.22:24 en Joh. 13:4-17. Je kunt ook een onafhankelijke geest hebben: je gaat van gemeente naar gemeenste, van leraar naar leraar. Zodra er moeilijkheden zijn, ga je er vandoor. Goed om te weten: Je kunt deze fase niet overslaan. Blijf niet in deze fase steken, want dan wordt het een probleem.
Zonen en dochters * De Romeinen en Grieken hadden de gewoonte om hun kinderen op te laten voeden door een pedagoog. Wanneer je als tiener er voor klaar was, werd er een ceremonie gehouden om je de autoriteit en verantwoordelijkheid te geven, die een zoon toekomt. In de Joodse cultuur vond deze ceremonie plaats op 30 jarige leeftijd, de leeftijd waarop je ook priester mocht worden. De vader boog zich over de zoon en zei: Dit is mijn zoon in wie ik een welbehagen heb. Jezus volgde dit patoon ook. Hij groeide op, leerde de Vader steeds meer kennen en wachtte op de voor Hem bestemde tijd. Hij leerde gehoorzaamheid en groeide in wijsheid. Op 30 jarige leeftijd werd Hij gedoopt en sprak de Vader dezelfde woorden. *Zonen en dochters, zijn allen die door de Geest Gods geleid worden. (Rom 8:14) *God zegt jou dat je volwassen bent en zet je vrij in jouw bediening. * (zie kader) *Deze aanstelling krijg je meer op basis van betrouwbaarheid, dan op basis van begaafdheden of theologische kennis. N.B. Je eigenbelang is niet belangrijk, maar het belang van de ander en de gemeente.
Vaderschap Geestelijk groeien gaat niet vanzelf. Je moet er voor kiezen. Lees wat Paulus hiervan zegt in 1 Tim. 4:7-8 Groeitips: 1. tijd met God doorbrengen 2. Bijbel lezen 3. regelmatig vasten 4. regelmatig tijd voor rust nemen 5. de stilte zoeken 6. rekenschap afleggen 7. actief deel uitmaken van een kerk *Je kent de Vader, Zijn hart, Zijn bedoelingen en plannen. * Je verlangt andere kinderen verder op te voeden, te trainen en toe te rusten tot volwassen zonen en dochters. * Persoonlijke eer en belang betekenen minder voor je. N.B. Vaders kunnen oud (Paulus), maar ook jong (Timotheüs) zijn.
Marjon van Holland (N.a.v. een seminar door Jan Pool Boekentip: Droom in uitvoering)
Markt Recepten Lekker dessert: Appel Crumble Ingrediënten voor 6 personen: 4 appels, geschild, zonder klokhuis en in schijfjes 100 gram donkerbruine basterdsuiker 125 gram bloem 150 gram kristalsuiker 1 theelepel kaneelpoeder
¼ theelepel zout 1 ei, geklopt
30 gram boter, gesmolten Bereidingswijze: 1 De oven voorverwarmen op 190°C/gasstand 5.
2
In een vierkante ovenschaal van 23 cm de appelschijfjes met basterdsuiker mengen. In een grote kom meel, kristalsuiker, kaneel en zout mengen. In een kleine kom ei en gesmolten boter opkloppen en door het meelmengsel roeren. Gelijkmatig over de appels verdelen. 30-40 minuten in de voorverwarmde oven bakken tot de bovenkant goudbruin en krokant is. Serveertip: Lekker met kaneelijs! Eet smakelijk!
Colofon De Marktbrief is een initiatief van de wijkgemeente rondom de Oude Kerk aan de markt van Veenendaal en verschijnt 3 keer per jaar. U kunt reageren op de inhoud via het emailadres:
[email protected]