Focus! ! Magazine van Fier.fm over facilitaire activiteiten | jaargang 2 – nr 2 2013
Digitale versie? Scan hier:
1 november
Generaties (lang) leren
€ 13.695
Facilitaire kosten /werkplek/jaar
met inspiratie van o.a. Dr. Aart
Bontekoning
Anders werken in het Gouvernement Provincie Limburg | Bert Jongen
Van sportman tot facility manager van het internationale circusfestival Bram van der Weide
Bent u erbij?
Schrijf in voor ons congres van 1-11-’13 en maak kans op circus toegangskaarten voor de première van 21-12-’13!
Focus! Magazine | Pagina 2
VAN DE REDACTIE Fier generaties
Tijdens de oriëntatie van het congresthema van dit jaar, viel ons oog op de volgende tip voor het overbruggen van de generatiekloof op de werkvloer: ‘door verschillende generaties met elkaar te laten werken blijft de organisatie voorop lopen in de markt, terwijl wel de kernwaarden van de organisatie behouden blijven en werkprocessen worden gevolgd.’ Tja, dat wisten wij (onbewust) al langer. Onze organisatie voorziet in alle vier de te onderscheiden generaties; van babyboomer tot de generatie Y. Mede daardoor mogen wij dit jaar ons fier-jarig bestaan fieren. Keken mensen in eerste instantie nog vreemd op bij het benoemen van onze samenstelling, zijn zij nu vooral geïnteresseerd in de dagelijkse praktijk. Een voorbeeld voor vele andere teams? Wij zijn er fier op en presenteren u dan ook met trots ons jubileumnummer; editie 4!
Fier.fm
------------------------------------------------------------
COLOFON
Focus! Magazine is een uitgave van Fier.fm uit Amsterdam. Heeft u opmerkingen of vragen over (de inhoud van) dit magazine? Neem dan contact met ons op via:
[email protected] of Fier.fm, Postbus 424, 2400 AK Alphen a/d Rijn of 020-6713120. Redactieteam: Sheryl Limburg, Froukje Terpstra, Pieter Buis en Remko Oosterwijk. Medewerking van: Erick Wuestman, Annelotte Vos, Madelon de Graaf, Koos Groenewoud, Bram van der Weide, Bert Jongen, Jos Nijhof en Sander Zielman. Druk: Multicopy Alphen a/d Rijn. Oplage: 600 exemplaren.
Focus! Magazine | Pagina 3
INHOUD Congres 1 november 2013
14
Kengetallen kantoor
20
Vooraankondiging
€13.695 per werkplek per jaar
Anders werken in het Gouvernement
8
Provincie Limburg Bert Jongen
Van sportman tot FM’er van het internationale circusfestival Bram van der Weide
EN VERDER
2 6 7 10 11 12 16 18 21 22 23 27
Colofon
Projecten om in te lijsten
Column Remko Oosterwijk
MBO Facilitaire Benchmark bestaat 10 jaar!
Gastcolumn Koos Groenewoud
Ontwikkeling van een doorbelasttool
Integraal Accommodatie Management: het model
TOM: The Other Meetingmanner, schudden voor gebruik
De invoering van de NEN-EN-15221-7
Kengetallen hoger beroepsonderwijs
Circulaire economie, hoe duurzaamheid u geld gaat besparen en
waarom dit tot betere prestaties leidt!
Laatste nieuws…
4
Focus! Magazine | Pagina 4
Vanaf deze editie van Focus! Magazine starten wij met een serie interviews met mensen die geen FM functie hebben maar wel met alle aspecten van ons vakgebied te maken hebben.
VAN SPORTMAN TOT FACILITY MANAGER VAN HET INTERNATIONALE CIRCUSFESTIVAL
Bram van der Weide
Als jonge jongen verzorgde hij de paarden van Circus Toni Boltini en daarmee was zijn interesse voor het circus gewekt. Maar zijn ouders vonden dat hij een vak moest leren en dus werd hij sportleraar. Op jonge leeftijd werd hij de stem van ‘Langs de lijn’ bij de wegraces in de motorsport en verkreeg hij nationale bekendheid. Hij was verantwoordelijk voor de bouw van ‘Het Arsenaal’ in Vlissingen, werd directeur van het evenementencomplex de Americahal in Apeldoorn en daar organiseerde hij zijn eerste Kerstcircus. Zoals hij zelf zegt, is hij nu algemeen directeur van het eerste en enige Internationale circusfestival in Nederland, dat in december 2013 voor de 18e keer in Enschede wordt gehouden. Wij spraken met Bram van der Weide, die zijn rol als directeur vergelijkt met die van een facility manager van een bijzondere organisatie.
THEORIE EN PRAKTIJK | Onlangs mocht hij een presentatie geven voor studenten van de fm opleiding van Saxion. Op een vraag van een student wat binnen hun opleiding veranderd zou moeten worden antwoordde Bram: “Jullie missen de dagelijkse weerbarstigheid van de praktijk. Ik geef een voorbeeld. Als directeur ben ik verantwoordelijk voor alle aspecten binnen, wat jullie de NEN norm noemen (NEN 2748 red.). Van huisvesting tot ict systemen en van schoonmaak tot in- en verkoop. Maar ik draag ook een verantwoordelijkheid voor het welzijn van de dieren die in mijn circus optreden. Dieren die onlosmakelijk verbonden moeten blijven aan het circus. Haal je een clown weg dan is er geen circus meer, dit geldt ook voor de dieren.
Op een dag bleek een aantal kamelen van rododendrons te hebben gegeten. Foute boel, de bladeren zijn erg giftig. Dus naar de dierenarts met het spul. Gelukkig kwam het goed. Of die dag dat er een tijger (een volwassen dier) naar de dierenarts moest. Hup, in mijn auto met de dompteur. Moest je de gezichten zien van de mensen naast ons voor de stoplichten!” “Improviseren is een belangrijk aspect in mijn vak. En dat geldt ook voor jullie in de toekomst als facilitaire medewerker. De kunst is om goed rond te kijken en jouw plannen steeds weer opnieuw onder de loep te nemen. Geen dag is hetzelfde. Elke keer als ik naar het terrein rijd waar het circus wordt opgebouwd, kijk ik of de bebording juist is, zijn er geen obstakels waardoor de route voor de mensen problemen gaat opleveren. Wegwerkzaamheden houden geen rekening met festivals als de onze. Natuurlijk stemmen wij veel af met de instanties. Het festival wordt in de winter georganiseerd, dus de grond kan bevroren zijn, het kan glad zijn, er kan sneeuw liggen. Hierop moet in anticiperen en je maatregelen nemen.”
Hooggeëerd publiek," Bram van der Weide heet u van harte welkom! Speciaal voor u heeft Bram zes toegangskaarten beschikbaar gesteld voor de Première op 21 december 2013 om 20.00 uur. Bent u de 44e, 88e of 132e inschrijver voor ons congres dan ontvangt u twee kaarten voor een festival dat u niet mag missen.
Focus! Magazine | Pagina 5 belangrijke factor. En je moet uiteraard kennis van de markt hebben, de ontwikkelingen volgen. Op basis hiervan kun je innoveren en voor de ontwikkelingen uitlopen. Het is toch fantastisch dat er artiesten bij mij hebben opgetreden die na die tijd wereldberoemd zijn geworden, bij Cirque du Soleil zijn gaan werken of een prijs in Monaco hebben gewonnen?
VAN BUITEN NAAR BINNEN | Voordat de TIPS VOOR HET VAKGEBIED | Persoonlijke voorstellingen beginnen, is er al bijna een jaar aandacht voor de klant zorgt voor binding. Klanten van voorbereidingen voorbij. Na afloop evalueer komen terug als zij het naar hun zin hebben. Wees je de acht dagen en de 18 voorstellingen. Hoe is niet te passief, speel tijdig in op ontwikkelingen. De het organisatorisch verlopen, zijn er problemen waardering volgt dan vanzelf. Geen dag is hetzelfde, geweest met het door ons ontworpen accepteer dit en handel er naar. Wees klant van je reserveringssysteem, hoe zijn de artiesten eigen organisatie. Staat iets je niet aan, doe er iets ontvangen etc. etc. Deze"
uit het
aan en wacht niet tot Veel van onze artiesten komen evaluatie leg je vast en is"
morgen of dat een voormalige Rusland en de deelrepublieken. Zo het startpunt voor het"
ander het ook ziet en kwam er een artiest uit Verweggistan met een volgende festival.
er naar handelt. kartonnen doos. Na opening in Enschede bleek heb Ik kijk voortdurend van" hij er een kleuren tv in gestopt te hebben. Ik
hem
Blijf de regie in handen hem meegenomen naar de Mediamarkt en buiten naar binnen. Ik"
houden. Doe de dingen laten zien dat wij die ook hebben.
beschouw mijzelf als klant"
die je moet doen (en van mijn eigen organisatie en benader deze dan iets extra’s) , dan heeft niemand iets te klagen en ook als zodanig. Als mij iets niet aanstaat, zul je succes hebben worden diezelfde dag maatregelen genomen. Mensen willen vermaakt worden in een sfeervolle omgeving. Ontzorging is een nieuw begrip in jullie wereld, maar bij staat deze al jaren aan de top. En ja, dan krijg je te maken met onvoorziene uitgaven. Maar als jouw klanten hiervan kunnen genieten, doe die investering dan. Je krijgt er heel veel voor terug.
DE SKILLS ZIJN VERGELIJKBAAR | Bram van der Weide blijkt een bevlogen spreker die in achttien jaar veel heeft meegemaakt. Aan tafel met de KGB in Rusland of bij Prins Reinier van Monaco en nu Prins Albert, hij blijft zichzelf. Cijfert zichzelf weg voor het publiek en de artiesten. Deze maken de festivals. Toch vragen wij naar eventuele overeenkomsten en verschillen tussen zijn rol als directeur en een facility manager bij bijvoorbeeld een gemeente. “ Beiden moeten niet contactarm zijn, immers communiceren, het hebben van netwerken is een enorme pré om je zaken te organiseren. Toen het “ IJzeren Gordijn” er nog was, kwam je alleen maar bij de artiesten (of hun managers) via je netwerk. Creativiteit zoals ik al zei, is een
Het Internationale Circusfestival in Enschede staat dit jaar gepland van 21 tot en met 29 december. De locatie: Go Planet Expohall, naast het stadion van FC Twente in Enschede.
Focus! Magazine | Pagina 6
Projecten om in te lijsten
Fier.fm muur van trots
e rs van d dewerke e m essen* e c ir o a r KWIS p et facilit e m d * n n e ij z m a n S rincipe’* ie Fr yslâ ‘BOTeR-p Provinc bracht volgens het e huidige situatie. d ge n in kaart krijgen in elijkheid en is ee inzicht te uid . om meer eleid tot meer d g g rbeterin t voor ve Dit heeft t gewees n u p k e vertr , , wensen klachten
: n e
s s n e e c g ro storin *KWIS p eken en tieverzo informa ving,
Beschrij ng rincipe: ting, Rolverdeli p R e T O h c li **B e o T , ving Omschrij
Op een interactieve wijze zijn samen met facilitaire specialisten van de Gemeente Helmond processen beschreven welke als basis dienden voor de communicatie richting gebruikers (via intranet t.b.v. duidelijk- heid), en leveranciers (bij aanbestedingen). Tevens hebben de beschrijvingen gediend als inspiratie voor verbeteringen.
Wellan
tcollege had behoefte aa n zowel algemeen in zicht (totale organisatie) al detail inzich s aan meer t (per locati e) in het kader van de prestaties va n facilitaire activiteiten . Daarom is gekozen om ee uit te voeren n vergelijking op basis van de MBO Faci litaire Benchmark methodiek. Fier.fm heef t het verzamelen , analyseren en rapporteren van de gegevens on dersteund.
Fie
r.fm heeft voor he t Openbaar Ministerie een onde
rzoek uitgevoerd naar het nut, noodzaak en richting van de facilitaire dienstverlening bin nen het OM. De uit komsten van het onderzoek wo voor het verder sta rden gebruikt als input ndaardiseren en uniformeren van de facilitaire diens tverlening. Uiteindelijk moet dit tot reductie va n de facilitaire kosten en verbetering va n de facilitaire dienstve rle proces leiden. In jun ning aan het primaire i 2013 is het onde rzoek naar wederzijdse tevredenheid afgero nd.
.
.
Focus! Magazine | Pagina 7
COLUMN
Wilt u als eerste het laatste nieuws rondom ons congres? @fierfmcongres of via facebook fierfmcongres
(Net)werken In 1967 werden door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, bureau ODRP, regionale werkgroepen van gemeenten opgericht met als doel kennis te brengen en delen op de aspecten van ‘Interne Zaken’. Naast onderwerpen op het gebied van post en archief werden ook de ontwikkelingen op andere aspecten van interne ondersteuning als de bodedienst besproken. Het netwerken is ontstaan.
Volg ons op
Vragen over de NEN-‐EN-‐15221? Mail de experts!
[email protected]
Door de jaren heen zijn deze bijeenkomsten, altijd met veel trouwe
deelnemers, verworden tot werkgroepen die zich met veel meer thema’s bezig gingen houden. Eind jaren tachtig werden de eerste lezingen gegeven over een nieuw fenomeen dat uit Amerika was komen overwaaien, Facility Management. Hiermee werden de thema’s breder en meer integraal besproken en uitgewerkt. Alle groepen konden rekenen op een hoge opkomst al werden de vergaderingen steeds meer beperkt tot twee volle dagen per jaar (er waren groepen die zes keer per jaar een dagdeel bij elkaar kwamen). Deze groepen vonden dit ook wel weer te gortig, hoewel de bijeenkomsten zeer zinvol bleken te zijn. Eén van deze groepen, het Facilitair Overleg grote gemeenten Zuid, nam het initiatief tot een eerste vergelijkend benchmarkonderzoek naar de facilitaire kosten, hetgeen uiteindelijk leidde tot de realisatie van de NEN 2748. Dit jaar wordt het vijftiende onderzoek naar de trends en kosten van facility management bij gemeenten gepresenteerd. Door de jaren heen hebben bijna alle gemeenten deelgenomen aan de netwerkbijeenkomsten en of de benchmarks. De laatste jaren zien wij een afnemende belangstelling voor deze initiatieven. Het is interessant om te kijken wat de oorzaak hiervan is. Frappant is dat bijna alle deelnemers het belang van de bijeenkomsten en het onderzoek onderschrijven en toejuichen. Er moet dus een andere reden zijn. En als wij die reden hebben achterhaald, ligt de oplossing ook nabij.
Liefde gaat door de maag wegens succes een herhaling op 8 oktober a.s. Fier.fm organiseerde in het voorjaar samen met Sodexo in het Restaurant van de Toekomst in Wageningen een interactieve themabijeenkomst over nut en noodzaak van restauratieve voorzieningen. Het recent verschenen onderzoek van VENECA, de branchevereniging van Nederlandse Cateringorganisaties, ‘Liefde gaat door de maag’ was de rode draad tijdens de bijeenkomst. 8 oktober wordt deze dag nogmaals georganiseerd speciaal voor specialisten uit het onderwijs. Aanmelden?
[email protected]
Maar niet alleen ‘onze’ bijeenkomsten en onderzoeken hebben te lijden onder een tanende belangstelling. Het lijkt een landelijke, ik durf te stellen internationale, aangelegenheid te zijn. Is de druk in de organisaties zo groot dat geen tijd meer is voor kennisdeling? Hebben de bezuinigingen dit teweeg gebracht? Laten we in de najaarsbijeenkomsten elkaar in de ogen kijken en samen zoeken naar" een oplossing. Want Kennis is Macht. Netwerken is de sleutel tot succes.
Remko Oosterwijk sinds 1967 een betrokken deelnemer
Focus! Magazine | Pagina 8
Het Gouvernement aan de Maas, de formele benaming van het provinciehuis Limburg, onderging de afgelopen maanden een ware metamorfose. De kantorenstructuur met bronsgroenkleurige wanden maakte plaats voor glazen wanden die letterlijk en figuurlijk voor de nodige transparantie zorgen. De verbouwing maakt onderdeel uit van het project ‘Anders Werken.’
Anders Werken in het Gouvernement Vier jaar geleden verzocht de directie aan de afdeling Facilitair om mee te denken over een nieuw huisvestingsconcept. Het gebouw bood weliswaar 1029 werkplekken, maar dat bleek onvoldoende om aan de groeiende vraag te voldoen. Veel parttimers beschikten over een eigen werkplek, stagiaires hadden een werkplek nodig en ook het aantal externe ingehuurde medewerkers steeg. Daarbij kwam dat de ruimte per werkplek met bijna 13 vierkante meter aan de ruime kant was. Op dat moment was duidelijk dat er een reorganisatie in de lucht hing, maar nog geenszins bekend was wat dat voor het aantal toekomstige werknemers zou betekenen. FUNCTIONEEL | Om die impasse te doorbreken werd een functioneel huisvestingsbeleid ontwikkeld. Het accent daarbij lag op het aantal werkplekken nieuwe stijl, ongeacht of deze bestemd zouden zijn voor een provinciale ambtenaar of beschikbaar zou kunnen komen voor verhuur aan derden. De nieuwe werkomgeving diende aan een aantal doelstellingen te voldoen: 1. Samenwerken binnen (ook over afdelingen heen) en buiten de organisatie mogelijk te maken; 2. Flexibel zijn waarbij ingespeeld kan worden op krimp en groei en de steeds veranderende activiteiten;
3. Identiteit geven op organisatie- en afdelingsniveau en transparant zijn naar externen; 4. Aantrekkelijk zijn voor medewerkers; 5. Duurzaamheid; 6. De huisvesting dient (kosten) efficiënt te worden opgezet.
ONAFHANKELIJK | Om een onafhankelijk advies in te winnen werd de opdracht na aanbesteding gegund aan Royal Haskoning. Dat bureau leverde in juni 2010 een lijvig rapport op waarin de verschillende aspecten aan bod kwamen. Om de overgang naar een nieuw concept niet te frustreren en vanwege interne weerstand tegen Het Nieuwe Werken (HNW) werd gekozen voor een modulaire opzet onder de noemer Anders Werken. Het grote verschil tussen HNW en Anders Werken zit in de fasering in tijd. Meer
traditionele afdelingen maken gebruik van het focusmodel waarbij gang- en tussenwanden transparanter worden, maar de kantoorindeling vrij klassiek is (scenario een). Scenario twee is een groeimodel waarbij afdelingen projectmatiger werken en scenario drie is een
open community model.
FORSE INVESTERING | Het prijskaartje dat aan de verbouwing hing was niet gering: ruim € 55 miljoen. Veel geld in een tijd van bezuinigingen en minder ambtenaren. Toen het conceptplan uitlekte naar de regionale pers en het in december 2010 de opening van de voorpagina werd, was het lot beslecht. De directie en Gedeputeerde Staten lieten meteen weten dat er nog geen
Focus! Magazine | Pagina 9 enkele besluitvorming had plaatsgevonden. Daarmee belandde het plan voorlopig in de ijskast.
Het leeuwendeel van de noodzakelijke investering, ruim twintig miljoen euro, heeft overigens betrekking op installaties. Het Gouvernement heeft geen koeling hetgeen in de zomer vaak leidt tot hoge binnentemperaturen en tropenroosters. Wie ooit het kenmerkende gebouw aan de Maas heeft bezocht, weet dat het aanbrengen van technische installaties in het langgerekte gebouw, geen sinecure is.
voor : lichte lunchmaaltijd) begin januari 2011 haar deuren. Het was vanaf dag één een groot succes. Het bij-effect was dat veel weerstand tegen Het Nieuwe Werken werd weggenomen.
’T LAB | Het tweede grote
project was de verbouwing van de voormalige bedrijfsgarage en het daarboven gelegen laboratorium. Beiden verloren hun functie en het gebouw lag leeg. Voor dit deel werd ook een nieuw concept ontwikkeld. ’t Lab is inmiddels bijna twee jaar in gebruik met verschillende vergaderruimten en een grote werkruimte waar met name
projectteams (in- en extern) PRANDIUM | Om toch voortgang gebruik van maken. De te boeken werd uit gereserveerde gebruikerstevredenheid scoort middelen de verbouwing van het hoog tot zeer hoog.
personeelsrestaurant gerealiseerd. Dat was niet meer TOEKOMSTVAST LIMBURG | Op van deze tijd en modernisering 1 juli 2013 was fase 1 van stond al een aantal jaren op de Toekomstvast Limburg een feit. planning. Er werd een eigentijds Het doel van dit project is om concept ontwikkeld waarbij het projectmatiger te werken restaurant werd omgetoverd tot (matrix-gedachte), slagvaardiger een eigentijdse ontmoetingsplek in te spelen op de veranderende met restaurant maar ook een behoefte uit de samenleving en heuse koffiebar waar je met minder ambtenaren: Van de gedurende de hele dag ook een 980 fte dienen er op 1 januari broodje kunt kopen of een latte 2017 185 fte te verdwijnen machiato kunt bestellen. Na een zonder gedwongen ontslagen. Die verbouwing van drie maanden omslag vergt een opende het Prandium (Latijns cultuurverandering. Om dat
proces te faciliteren zijn alle ambtenaren in het weekend van 22/23 juni intern verhuisd naar hun nieuwe werkplek. Fase twee van deze gigantische operatie is de interne verbouwing waarbij de kantoorcellen plaatsmaken voor transparante gangen. Die operatie liep van 24 juni tot 1 september waarbij wekelijks vier gangdelen werden verbouwd. De nieuwe clusters konden zelf bepalen waar de tussenwanden kwamen. Sommige clusters kiezen voor een meer traditionele indeling. Andere clusters opteren juist voor meer flexplekken. Anders Werken is begonnen. Ruimtegebrek heeft plaatsgemaakt voor meer ruimte. Ruimte die ook verhuurd kan worden aan ketenpartners.
Bert Jongen is senior gebouwen/ adjunct clustermanager Facilitaire Dienstverlening bij de Provincie" Limburg en" is nauw" betrokken" bij het" project" Anders" Werken.
Focus! Magazine | Pagina 10
De MBO Facilitaire Benchmark bestaat 10 jaar! De MBO Facilitaire Benchmark bestaat dit jaar tien jaar. Dat heugelijke feit mag niet aan voorbij gegaan worden. Daarom zijn de resultaten van deze tien jaar aan onderzoek naast elkaar gezet. Hieronder worden enkele resultaten gepresenteerd. Belangrijk om hierbij te vermelden is dat deze puur informatief worden gepresenteerd uit historisch perspectief en dat niet op zoek is gegaan naar verklaringen. m2bvo per gewogen deelnemer per boekjaar 15,0 10,0 6,1
9,0 9,1 9,2 9,0 9,4 9,0 9,1 9,0 9,8
9,1
5,0 0,0
15.034.490 m2bvo in database onderzoek over 10 jaar waarvan
78% eigendom en 22% huur 72% belegen (>10jr) en 28% jong (<10jr) Huisves6ngskosten per m2bvo per boekjaar
€ 16
€ 150
per m2bvo zijn de gemiddelde schoonmaakkosten
€ 50
€ 100
€ 104 € 107 € 104 € 103 € 97 € 92 € 100 € 100 € 78 € 85
€ 101
2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012
Gem.
€ -‐
Gemiddelde kosten in € per gewogen deelnemer van de afgelopen tien jaar per NEN 2748 activiteit
54 Consumptieve diensten
|
85
107
Risicobeheersing
| Documentmanagement |
509
ICT
Focus! Magazine | Pagina 11
GASTCOLUMN Het managen van verwachtingen begint met managen van je eigen verwachtingen In deze tijd van crisis waar alles onder druk staat, worden veelal (te) hoge eisen aan mensen en instanties gesteld. Facility managers weten daar alles van. Servicegericht als zij zijn lopen zij vaak op hun tenen om het maximale te kunnen leveren. Niet voor niets is de afgelopen drie jaren een begrip als hospitality met een sterke opmars bezig.
De verwachtingen bij vragende partijen zijn hoog. Maar wat is reëel? Wat mag je vragen, wat mag je eisen? Kortom, hoe manage je de verwachtingen? Al in 2007 schreef ik voor Facility Portal over dit onderwerp de column ‘Verwachtingen’. Het was een column over opdrachtgevers (van klant, gast, afnemer, consument of patiënt) en verwachtingen die we hebben van opdrachtnemers (winkelier, restaurateur, leverancier, fabrikant of zorgverlener). Die verwachting houdt minimaal in dat de afgesproken producten en/of diensten op tijd en volgens afspraak worden geleverd; uiteraard tegen de afgesproken prijs, de juiste specificatie en volgens het bijbehorende kwaliteitsniveau. Nu veel bedrijven en instellingen het water aan de lippen staat, krijgt die column uit 2007 wel extra zeggingskracht.
Nou zit dienstverlening in mijn genen – en wie mij kent weet dat ten zeerste. En daarbij komt ook: ik ben een mensen-mens. Je zou kunnen zeggen dat het bij mij om mensen en klanten gaat. Jos Burgers, een veelgevraagde spreker, zegt daarover: “Klanten zijn ook vaak mensen …” Uiteraard heb ik het nodige meegemaakt als het gaat om (slechte) dienstverlening want het blijft mensenwerk. Sinds kort hangt nu op mijn werkkamer een mooi ‘tegeltje’ met de tekst: “Don’t blame people for disappointing you. Blame yourself for expecting too much.”
Ondanks mijn liefde voor dienstverlening en de schat aan ervaringen wil ik nu eens op een andere manier kijken naar verwachtingen. Wat verwacht je van relaties? In ons boek ‘Authentieke leiders, echte Leiders’ geef ik 18 aanbevelingen op basis van mijn eigen ervaring, inzicht en visie. Ik ga in deze column in op twee van deze aanbevelingen waar ik zelf grote waarde aan hecht.
Tijdens mijn workshops of presentaties over netwerken heb ik het vaak over ‘terugkoppelen’. Het gaat dan om het terugkoppelen aan iemand die je bijvoorbeeld een (sales)tip of advies heeft gegeven. Als je die niet op de hoogte brengt en houdt, krijg je nooit meer een tip of advies van betrokken relatie. Mijn verwachting is, dat iemand mij tijdig op de hoogte brengt van het resultaat van mijn advies of het leggen van een verbinding. Helaas is dat ook niet altijd het geval. Daar heb ik veel moeite mee. Ik vind het niet kloppen, maar bovendien niet professioneel.
Over agenda-afspraken het volgende. Als je een afspraak moet schrappen, maak dan direct een nieuwe. De reden dat ik hier waarde aan hecht is niet alleen dat het wel zo fatsoenlijk is in combinatie met het feit dat het handig is om het zo te doen, maar ook dat het van grote invloed kan zijn op je relatie met anderen. Dat is het belangrijkste. Een voorbeeld. Ondergetekende had een afspraak met een relatie, maar werd op de dag van de afspraak afgebeld, omdat hij naar een opdrachtgever moest waar problemen waren. Daar heb ik uiteraard alle begrip voor. Mijn contactpersoon gaf aan dat hij een nieuwe afspraak zou (laten) maken, maar deed dit niet. Ik ga niet uit van onwil en wijt het aan de waan van de dag, maar heb er gewoon een vervelend gevoel aan over gehouden. Het is niet attent en in mijn perceptie word ik niet serieus genomen. Dat kan niet de bedoeling zijn. Dus als je onverhoopt een afspraak ‘moet’ verzetten pak dan direct je agenda erbij en maak à la minute een nieuwe afspraak!
Nu even terug naar mijn “Tegeltje” en naar de titel van deze column: “Het managen van verwachtingen, begint met het managen van je eigen verwachtingen.” Als iedereen dezelfde inzichten, kennis, vaardigheden en visie had, zou de wereld er wellicht heel anders uitzien. Helaas is dat niet het geval. Ik heb inmiddels geleerd, dat het heel idealistisch is om er van uit te gaan dat iedereen je inzichten deelt. Ik verwacht dat ook niet (meer) en realiseer mij, dat mijn inzicht over terugkoppelen pas dateert van een jaar of 10 geleden. Maak je eigen verwachtingen kenbaar, spreek mensen aan die zich niet aan gemaakte afspraken houden en – last but not least – realiseer je dat ergernis negatieve energie geeft. Dus “Erger je niet, verwonder je slechts” en begin met het managen van je eigen verwachtingen.
Koos Groenewoud Oprichter van AAA (triple A) Total Facility Management en o.a. ambassadeur van Greenleaf center for Servant-Leadership Europe
*met dank aan Wim Kooyman voor de redactie
Focus! Magazine | Pagina 12
Zoals in de vorige ‘Focus’ te lezen was heeft Madelon de Graaf onderzoek gedaan naar het intern doorbelasten van facilitaire kosten. Binnen het vraagstuk van interne doorbelasting ontstaan regelmatig vragen. Organisaties willen weten welke doorbelast methodiek het best aansluit bij hun organisatie. Daarnaast willen organisaties duidelijkheid over de randvoorwaarden waaraan moet worden voldaan om over te gaan op intern doorbelasten. Madelon wil duidelijkheid scheppen binnen het vraagstuk van interne doorbelasting door middel van een doorbelasttool. Deze doorbelast-tool moet ondersteunen binnen het besluitvormingsproces van intern doorbelasten.
Ontwikkeling van een doorbelasttool Een bijdrage van Madelon de Graaf Het onderzoek ging in februari 2013 van start. De eerste stap binnen het onderzoek was het verdiepen in het onderwerp van intern doorbelasten. Daarnaast zijn de voor- en nadelen van onderzocht. Dit om te vergelijken of het überhaupt verstandig is om de facilitaire kosten intern door te belasten.
Tijdens het onderzoek is informatie verzameld door middel van deskresearch. Daarnaast is een enquête gehouden onder klanten van Fier.fm zodat de huidige situatie bij organisaties in kaart kon worden gebracht. Ook zijn interviews afgenomen om informatie te verzamelen over ‘’Het Nieuwe Werken’’ en de wijze van intern doorbelasten binnen organisaties. Tevens is informatie verzameld tijdens netwerkbijeenkomsten die Fier.fm organiseerde. Hierdoor ontstond de mogelijkheid om resultaten uit het literatuuronderzoek te toetsen met informatie uit de praktijk.
Madelon van der Graaf
RESULTATEN De vorm van de doorbelasttool is een beslisboom. In de beslisboom staan alle keuzemogelijkheden weergegeven. Deze vorm van een tool sluit het best aan bij Fier.fm omdat het concreet advies geeft. Voor de opbouw van de beslisboom is een plaatje van een boom gebruikt.
In de doorbelast-tool zijn randvoorwaarden opgenomen waaraan een organisatie moet voldoen om daadwerkelijk over te gaan op intern doorbelasten. Deze zijn ondergebracht in de stam van de beslisboom. De stam is namelijk de basis van een boom, en zonder een goede basis zou de boom omvallen. De randvoorwaarden vormen de basis van een facilitaire organisatie. Zonder deze basis is de facilitaire organisatie niet in staat om een toegevoegde waarde te leveren door middel van het intern doorbelasten van facilitaire kosten. Eerst moet de basis op orde worden gebracht. Organisaties moeten voldoen aan onderstaande randvoorwaarden voordat zij verdere stappen kunnen nemen binnen de beslisboom.
§ Beschikken over een duidelijk dienstverleningsconcept, waarin de visie van de facilitaire organisatie is beschreven. § Een product- en dienstencatalogus met daarin alle producten en diensten vermeld die de facilitaire organisatie aanbiedt. In de catalogus staat een duidelijke omschrijving van het product of de dienst, met daarbij de bestelprocedure en de leveringsvoorwaarden. § De organisatie moet KSF’s hebben opgesteld, zodat duidelijk is welke zaken belangrijk zijn bij het succesvol uitvoeren van de organisatie strategie. § De organisatie moet KPI’s hebben opgesteld, zodat de uitvoering van de strategie gemeten kan worden.
Focus! Magazine | Pagina 13 §
§
§
§
§
Kosten moeten inzichtelijk zijn, waardoor kosten en opbrengsten van producten en diensten inzichtelijk zijn en op deze kosten gestuurd kan worden. De facilitaire organisatie moet inzicht hebben in de wensen, behoeften en verwachtingen van hun klanten. De klantgerichtheidscan die Fier.fm aanbiedt geeft facilitaire organisaties inzicht in de mate van klantgerichtheid en het verbeter potentieel daarin. De facilitaire organisatie moet beschikken over een Facility Management" Informatie Systeem. Een" FMIS levert stuur-" informatie waarmee de" facilitaire performance" gemanaged kan worden. Accountmanagement moet" ingevoerd zijn binnen de" facilitaire organisatie. Dit" zorgt voor soepel contact" tussen de facilitaire" organisatie en de klant. Er moet vanuit het" management commitment" zijn om intern door te" belasten.
Wanneer aan deze randvoor-" waarden is voldaan kan de" organisatie kijken welke door-" belast methodiek het best" aansluit bij het type organi-" satie. De takken van de door-" belast-tool geven keuzemogelijkheden weer. In de bladeren" van de beslisboom staan de doorbelast methodieken. In de doorbelast-tool wordt aan de hand van de inrichting van" de facilitaire organisatie geadviseerd welke manier van doorbelasten hier optimaal op aansluit. Daarnaast blijkt uit de doorbelast-tool dat organisaties waarbij de interne klant kostenbewust handelt, het intern doorbelasten weinig toegevoegde waarde levert voor de organisatie. Het inzichtelijk hebben van de facilitaire kosten is wel een randvoorwaarde voor het afschaffen van intern doorbelasten. Daarnaast heeft onderzoek plaatsgevonden naar “het nieuwe werken” in combinatie met het intern doorbelasten van facilitaire kosten. “Het nieuwe werken” heeft invloed op het kiezen van de juiste doorbelast methodiek. In de literatuur is nog geen methodiek omschreven die het beste aansluit op het intern doorbelasten van facilitaire kosten. Uit de interviews blijkt dat er gezocht moet worden naar een doorbelast
methodiek waarbij wordt doorbelast per gebruik.
Hieronder staat een aantal problemen die zich voordoen bij het intern doorbelasten binnen ”Het nieuwe werken”: § Werkplek als kostendrager valt weg (wat is een werkplek) § Locatie als kostendrager valt weg (multi locatie gebruik) § Afdelingen zitten door elkaar verweven §
§
Gebruik van projectgroepen (afdelingen werken samen) Continue benutting valt weg (afdelingen willen doorbelast worden per gebruik)
Een doorbelast
tarief dat
aansluit op “Het
nieuwe werken”
is een tarief per
aanwezigheid
binnen het
kantoorpand. Dit
tarief is vast
gesteld per fte.
Wanneer een fte
zijn of haar
toegangspas aanbiedt bij de toegangspoortjes wordt de aanwezigheid van de medewerker geregistreerd. Voor deze doorbelast methodiek is gekozen omdat de doorbelasting per aanwezigheid het gedachtengoed van “het nieuwe werken” stimuleert. Afdelingen worden hierdoor gestimuleerd om te sturen op de aanwezigheid van medewerkers binnen het kantoor.
Intern doorbelasten is een lastig vraagstuk binnen facilitaire organisaties. De beslisboom schept duidelijkheid wanneer organisaties door de bomen het bos niet meer zien op het gebied van doorbelasten. Madelon de Graaf is onlangs afgestudeerd middels dit afstudeeronderzoek naar intern doorbelasten bij Fier.fm aan de Haagse Hogeschool met een 7. Wij danken alle mensen die hieraan een bijdrage hebben geleverd.
De beslisboom ontvangen? Mail ons
[email protected]
vooraankondiging congres
Generaties (lang) leren
1 november 2013 Dagvoorzitter: Jacqueline Bakker
Met inspiratie van onder andere:
Dr. Aart Bontekoning …is organisatiepsycholoog en dé generatie-expert van Nederland. Auteur van diverse boeken en artikelen en veelgevraagd spreker.
Marco Wisse …is directeur bij Vivium Zorggroep Naarderheem en een ervaren manager in de zorg.
Pieter Verhoeve
…is sinds 27 juni 2012 burgemeester van Oudewater en bij zijn benoeming de jongste burgemeester in Nederland.
Speciaal voor u heeft Bram van der Weide zes toegangskaarten beschikbaar gesteld voor de Première op 21 december 2013 om 20.00 uur. Bent u de 44e, 88e of 132e inschrijver voor ons congres dan ontvangt u twee kaarten voor een festival dat u niet mag missen.
Vrijdag 1 november 2013 | 9:30 - 16:30 uur | Theater Hanzehof Zutphen Inschrijven via: www.fier.fm/congres.html
Wie helpt wie? Helpt de babyboomgeneratie de screenagers met het overdragen van hun kennis? Leggen de screenagers de generatie X uit hoe virtuele netwerken gebruikt moeten worden? Is er een generatiekloof of alleen leeftijdsverschil? Leren de generaties van elkaar of moeten ze leren met elkaar omgaan?
In onze samenleving kunnen verschillende generaties getypeerd worden, met wezenlijk andere inzichten, waarden en gedragingen. Wetenschappers onderscheiden: § De protestgeneratie of vroege babyboomgeneratie (1946-1954) § De verloren generatie, generatie X of late babyboomgeneratie (1954-1970) § De pragmatische generatie (1971-1985) § De generatie van screenagers of Einsteingeneratie (vanaf 1985)
Deze generaties kunnen, als ze willen, naast elkaar leven en vooral hun leeftijdgenoten opzoeken. Op het werk kan dat niet: samenwerken is noodzakelijk en gewenst. En leuk? En nuttig? Veel organisaties zijn bezig met de juiste mix van medewerkers aan zich te binden die de gewenste cultuur en kernwaarden uitdragen. Ze zoeken naar de juiste manier van communiceren, de passende arbeidsvoorwaarden, combinaties van werkstijlen en van werkplekken. De vraag is of je dan gebruik kan maken van de generatie-indeling of er minstens rekening mee kan houden. Of creëer je door een eenduidige aanpak uniformiteit en is de individuele aanpak het beste?
Op ons jaarlijks congres willen we met (u) facilitair professionals zoeken naar synergie door generatieverschillen. De inspiratie komt vanuit verschillende sectoren, van verschillende generaties en vanuit theorie en praktijk.
Door Jong en Oud geleerd en gedaan.
Met medewerking van:
Focus! Magazine | Pagina 16
INTEGRAAL ACCOMMODATIE MANAGEMENT
H
E
T
M
O
D
E
L
In ons voorjaarsnummer van Focus (jaargang 2, nr.1-2013) schreven wij dat een speciale werkgroep van Facility Management (FM) en Vastgoed specialisten werkten aan een model voor de problematiek rondom Integraal Accommodatie Management (hierna IAM). Het verheugt ons u in deze editie van Focus de belangrijkste kenmerken van dit model aan u te mogen presenteren. Het volledige rapport van de groep, de visie en de uitwerking rondom dit thema kunt u vinden op de websites van Fier.fm en Yask. Voor u is het document gratis. Wilt u in contact komen over het model dan kunt u dit doen bij Froukje Terpstra en Remko Oosterwijk van Fier.fm (
[email protected]) of William Tomà van Yask (
[email protected]). DE AANLEIDING# In 2011 werd op initiatief van Fier.fm en de gemeenten Heerlen en Zaanstad besloten een speciale werkgroep in het leven te roepen van deskundigen uit de wereld van FM en Vastgoed om te discussiëren over IAM binnen lokale overheden. In Yask werd een partner gevonden die vanuit haar deskundigheid de bijeenkomsten mede vorm en inhoud kon geven. Een vijftiental deskundigen op het gebied van Facility Management en Vastgoed heeft in diverse bijeenkomsten en in wisselende samenstelling gesproken over deze materie en op basis van een in de eerste vergadering vastgesteld scenario gewerkt aan een model op basis waarvan de problematiek rondom IAM zou kunnen worden benaderd. De werkgroep benadrukt dat het resultaat geen wetenschappelijk model is ,maar op basis van hun kennis en kunde en naar hun visie een mogelijke weg de problematiek rondom IAM aan te vliegen. Zij ziet wel mogelijkheden dit model onderwerp
van studie te laten worden en is graag bereid aan een mogelijke onderzoeksopdracht mee te werken. Een opdracht die naar de mening van de werkgroep op WO niveau zou moeten worden uitgevoerd. DE VISIE VAN DE WERKGROEP# De volgende definitie kan geformuleerd worden ten aanzien van (Gemeentelijk) Integraal accommodatiemanagement. De definitie is tot stand gekomen in overleg met de werkgroep.
‘(Gemeentelijk) Integraal accommodatiemanagement is het verwerven, exploiteren, en afstoten van (gemeentelijke) accommodaties* optimaal passend binnen de (gemeentelijke) doelstellingen.’# *Aan het begrip accommodaties (gebouwd/ongebouwd) kan per organisatie verschillend vorm en inhoud worden gegeven.
In de volgende figuren is de definitie van integraal accommodatiemanagement in de oude (vaak bestaande) en nieuwe situatie weergegeven:
Figuur 1: Oude- en nieuwe situatie integraal accommodatiemanagement
Focus! Magazine | Pagina 17 Werd FM in het verleden alleen betrokken in de beheerfase van IAM (gebouwen en terreinen), in deze uitwerking worden de processtappen naast elkaar gezet met het oog om FM in alle fasen te betrekken. Bovendien wordt benadrukt dat het een cyclisch proces betreft.
Wij beperken ons in dit artikel tot de hoofdlijnen van het proces. De volledige uitwerking van deze stappen met voorbeelden treft u in het uitgewerkte stuk aan. Deze uitwerking is in de praktijk getest in een actuele omgeving en op basis
Figuur 2: Stappenplan besluitvorming Integraal Accomodatiemanagement
De werkgroep beoogt met deze visie" zowel de horizontale als verticale" integratie vorm te geven. Zij benadrukt dat het resultaat van" de discussies in eerste instantie" bedoeld was voor de gemeentelijke" omgeving, maar uiteindelijk blijkt" het model multi toepasbaar te zijn" en is dus door een breder publiek te" gebruiken. HET MODEL IN VOGELVLUCHT# Het model dat wordt beschreven is" een hulpmiddel voor elke organisatie" die met IAM te maken heeft, om tot een evenwichtige besluitvorming te komen. Het is een open model: een denkpatroon in stappen, bepaald qua inhoud door de organisatie. Het eindresultaat geeft een beeld waar de organisatie staat en welke stappen ondernomen moeten worden om tot het beoogde resultaat te komen.
daarvan aangepast zodat u een beeld krijgt van een realistische uitwerking. VOOR WIE BESTEMD?" Waar de aanleiding binnen de gemeentelijke overheid lag, is de werkgroep er van overtuigd dat door de neutrale benadering die zij heeft gekozen, dit model voor alle organisaties die meerdere objecten hebben, kan worden toegepast. Of u nu werkzaam bent binnen FM of Vastgoed, bij beheer en onderhoud, de werkgroep stelt met nadruk dat het initiatief om het model toe te passen belangrijker is dan de keuze wie verantwoordelijk is. Integraliteit is het sleutelwoord: van initiatief tot het uiteindelijke beheer en de uitvoering.
Voortdurend worden de invullers van het model gevraagd om keuzes te maken: oneerlijke keuzes leveren een oneerlijk resultaat op. Het model levert dus geen objectief oordeel op over de stand van de organisatie in relatie tot het te bereiken doel, maar helpt de realisatie daarvan." Er is voor een logische opbouw gekozen waarbij de IST situatie leidend is en bepalend voor de weg die gevolgd moet worden naar de gewenste SOLL situatie. Daarbinnen is veel flexibiliteit, echter met de kanttekening dat een objectieve benadering een belangrijke randvoorwaarde is. De ervaring van de werkgroepleden is dat nog steeds te veel naar een situatie/oplossing gedacht en geschreven wordt, terwijl dit model de meest objectieve benadering voorstaat. Naleving van dit principe zal uiteindelijk resulteren in het resultaat dat het v.l.n.r.: Jack Theunissen (Gemeente Heerlen), John Bakkum (Gemeente beste aansluit bij de ambities van uw organisatie. Zaanstad), William Tomà (Yask), Remko Oosterwijk (Fier.fm), Piet Het model is vertaald in de processtappen zoals opgenomen in figuur twee.
Liefting (Gemeente Haarlemmermeer), Theo Michielsen (adviseur), Paul Lenssen (Gemeente Heerlen). Ontbreken op foto: vertegenwoordigers Gemeente Zaanstad en Capelle a/d IJssel en Froukje Terpstra (Fier.fm)
Focus! Magazine | Pagina 18
TOM – the other meetingmanner
Schudden voor g e b r u i k Nederland heeft een vergadercultuur. En hoewel de meeste gebouwen beschikken over voldoende ruimten om te overleggen of te sparren wordt jaarlijks voor honderdduizenden euro’s extern vergaderd op de hei in hotelkamers of andere vergaderlocaties. Hierdoor worden de eigen ruimten vaak niet volledig benut en worden dubbele kosten gemaakt. Daarnaast kun je je afvragen of deze veelal traditionele ruimten intern en extern wel effectief zijn en het proces van een vergadering optimaal ondersteunen. Zijn onze vergaderingen überhaupt wel effectief en leveren deze datgene op wat de organisator voor doel had? Naar aanleiding van deze vragen is bij provincie Overijssel onderzoek verricht en in overleg met de groep procesfacilitators een nieuw vergaderconcept ontwikkeld. Wij spraken met Jos Nijhof en Sander Zielman, bedenkers en initiatiefnemers van ‘het andere’ vergaderen bij de provincie Overijssel. DE AANLEIDING | “De grootste winst die je als organisatie kunt boeken, is als medewerkers hun werkprocessen opnieuw doordenken en verbeteren met behulp van goede TOOLs die je als organisatie beschikbaar stelt. Dat is de kracht van TOOL oftewel The Other Office Life; het andere kantoorleven dat de provincie Overijssel in 2006 introduceerde.” Hiermee was Overijssel één van de eerste overheden in Nederland
die HNW introduceerde. Voor verschillende werkprocessen zijn verschillende TOOLs beschikbaar: werkplekken en faciliteiten die optimaal zijn afgestemd op een bepaalde activiteit. Ondanks al die verschillende typen faciliteiten bleef er slechts één type vergaderkamer beschikbaar. “Alsof vergaderen één type activiteit is waarvoor je een tafel met daaromheen stoelen nodig hebt. Wij liepen er tegenaan
dat deze traditionele ruimten minder geschikt zijn voor samenwerkactiviteiten als creëren, reflecteren en presenteren. Wij hebben op dit moment ruim zeventig grote projecten lopen waarin al deze activiteiten voorkomen. In onze visie zou het het een enorme winst betekenen als we dit optimaal zouden kunnen gaan ondersteunen. We hebben bij de provincie een groep facilitators die de kennis en kunde hebben om
Focus! Magazine | Pagina 19 groepen te faciliteren om hun doelen scherp te krijgen en te realiseren. ‘Schudden voor gebruik’ noemen zij zichzelf. Zij hebben ons geholpen om scherp te krijgen welke faciliteiten daarvoor nodig zijn. Mede op basis daarvan hebben wij een samenwerkconcept ontwikkeld.” De initiatiefnemers , nauw betrokken bij het Nieuwe Werken bij de provincie, ontwikkelden een eenvoudige maar doeltreffende vorm om bijeenkomsten te faciliteren waarbij de behoefte aan externe vergaderruimte fors werd gereduceerd in de eigen omgeving. Zij noemden dit TOM: The Other Meetingmanner. DE OPLOSSING | Zou het mogelijk zijn bijeenkomsten en vergaderingen leuk, inspirerend en doeltreffend te maken? Waar collega’s naar toe komen, op een prettige manier samenwerken en weer enthousiast vandaan komen. Volgens de initiatiefnemers kon dat. Een leeg staande etage werd getransformeerd naar een nieuwe vleugel waar voor elke overlegvorm een oplossing werd geboden.
Bij TOM staat activiteit gerelateerd samenwerken centraal. Afhankelijk van de activiteit- bijvoorbeeld inspireren, creëren, presenteren, reflecteren of beslissen- kies je de plaats waar dit het beste kan plaatsvinden. Die plek is zodanig toegerust dat het resultaat snel en effectief bereikt kan worden. Je stapt binnen in een wereld die compleet verschilt van de rest van het provinciehuis. Dit versterkt het gevoel dat je de hei op gaat in je eigen huis. De omgeving wil prikkelen door contrasten
in inrichting, vormen en kleuren. Er zijn ruimtes die gericht zijn op contact, interactie, zintuiglijkheid met low-tech oplossingen. Deze ruimtes zijn door hun inrichting geschikt voor inspiratie, creatie, reflectie en groepsactiviteiten. De andere ruimtes hebben meer een hightech uitrusting en uitstraling en zijn door hun opstelling geschikt voor activiteiten als presenteren, overleggen en beslissen. “We hebben niet alles in huis gehaald.
De opstelling binnen en ruimte is flexibel en de deelnemers bepalen zelf hoe zij deze gaan inzetten. Zijn er stoelen te weinig, dan zijn er klapstoelen in de nabijheid. Sensoren pikken dan het signaal op dat er extra mensen in de ruimte zitten en de klimaatinstallatie voegt dan extra zuurstof toe aan de ruimte. Na afloop wordt de gebruikte ruimte weer netjes achter gelaten door de gebruikers. Verfrissingen en koffie zijn op de etage
Kostbare en snel verouderende technische faciliteiten als een Group decision room kun je beter extern huren dan in huis halen.” Al met al is een rijk aanbod aan ruimten en faciliteiten ontstaan die de organisatie in staat stelt samenwerking nog leuker, sneller en beter te maken.
aanwezig. Magneten in de kamers maakt het mogelijk iets op te hangen. Smartborden zijn niet meer weg te denken in moderne vergaderruimten en deze zijn hier dus ook aanwezig. Flipovers worden daarmee overbodig en papierverbruik wordt hiermee zo veel mogelijk teruggedrongen.
HOE WERKT HET? | Initiatiefnemers voor een bijeenkomst wordt gevraagd na te denken over het te bereiken doel van een vergadering, het aantal mensen en de vorm waarop vergaderd gaat worden. Hierbij wordt een passende ruimte gezocht en gereserveerd. In het begin van het project was er een actieve technische ondersteuning, nu redt men zich grotendeels zelf.
KOSTEN EN BATEN | Een investering voor dit plan juist in een tijd van recessie en crisis leek nauwelijks haalbaar, maar de argumenten van de initiatiefnemers waren zo overtuigend dat de directie akkoord ging. Met de realisatie van het nieuwe vergadercentrum en op basis van de ervaringen kan na één jaar gebruik
Focus! Magazine | Pagina 20 geconcludeerd worden de dat investering van ruim zeven ton binnen zeven jaar terug verdiend kan worden, omdat de kosten voor extern vergaderen met de helft zijn gereduceerd. Los daarvan worden ook veel reistijd en –kosten uitgespaard. Maar het belangrijkste is dat de bijeenkomsten nu constructiever zijn en sneller concrete resultaten kunnen opleveren. Er wordt meer planmatig gewerkt en er wordt tijd bespaard doordat vergaderingen efficiënter en effectiever worden. De resultaten waar het bij samenwerken om gaat zijn dus beter.
Het intensieve gebruik van de etage is het bewijs voor het succes.
WETENSWAARDIGHEDEN | Kunstgras is goedkoper dan vloerbedekking en aangezien Overijssel toonaangevend is op het terrein van kunstgras, treft u in bepaalde ruimtes geen vloerbedekking aan maar kunstgras. Bent u toch een beetje op de hei.
Uit een onderzoek van TNO blijkt dat staand vergaderen tot 35% tijdsbesparing oplevert.
TOT SLOT | Schudden voor gebruik als titel komt wat vreemd over. Maar het bewust nadenken voor u iets gaat ondernemen, of dit nu vergaderen is of wat anders- nadenken over uw doelenrendeert. Dat is de praktijk van deze casus bij de provincie Overijssel. Dus: schudden voor gebruik.
Bron: benchmarkonderzoek MKFA van Fier.fm binnen kantooromgevingen in Nederland over boekjaar 2012 o.b.v. NEN 2748
KENGETALLEN
29
m 2 b v o
kantoor
wordt per fte gebruikt in een kantoor. In de profit sector ligt dit gemiddelde op 20 m2bvo en binnen de non-profit op zo’n 35 m2bvo
1fte : 1werkplek
Huisvesting
Diensten en middelen ICT
FM
€ 2 , 6 5 Gemiddelde besteding gast in bedrijfsrestaurant per dag
Focus! Magazine | Pagina 21
In februari 2013 ben ik begonnen met mijn afstudeeropdracht bij Fier.fm. De vraag die centraal stond was: ‘Welke elementen moeten aangepast worden in het huidige benchmarkproces om in de toekomst een benchmark volgens de NEN-EN-15221-7 te kunnen realiseren?’ Na zes maanden onderzoek bestaande uit literatuuronderzoek, interviews en enquêtes heb ik de opdracht kunnen afronden. Ik wil u graag vertellen met welke resultaten ik in juli mijn diploma Facility Management van de Hogeschool Inholland in ontvangst mocht nemen.
De invoering van de NEN-‐EN 15221-‐7 Een bijdrage van Annelotte Vos Een groot deel van de klanten van Fier.fm heeft deelgenomen aan de enquête die ik heb opgesteld betreffende de NENEN-15221-7. Graag wil ik deze mensen danken voor hun medewerking. Mede dankzij u heb ik een goed advies kunnen opstellen. In dit artikel wil ik u niet alleen vertellen wat de aanleiding is geweest en hoe het onderzoek tot stand is gekomen maar ook wat de bevindingen zijn geweest. HET ONDERZOEK
De Europese benchmarknorm, de NEN-EN-15221-7, is eind 2012 gepubliceerd. Met de publicatie van deze norm is de normenreeks NEN-EN-15221 voor Facility Management compleet. Door de publicatie van de Europese normen zullen de normen die nationaal conflicteren ingetrokken moeten worden. Voor Nederland geldt dit voor de NEN 2748 en de NEN 2745. Als strategisch facility management adviesbureau voert Fier.fm benchmarkonderzoeken uit in opdracht van haar klanten. Deze benchmarkonderzoeken zijn gebaseerd op de NEN 2748. De publicatie van de Europese norm zorgt ervoor dat de benchmarkonderzoeken gebaseerd op de NEN 2748 niet meer voldoen aan de eisen die op dit moment in de geldende norm gesteld worden.
Annelotte Vos
In de eerste fase van het onderzoek heb ik gekeken naar hoe de omgeving van Fier.fm staat tegenover de NEN EN 15221-7.
Deze omgeving bestond voor dit onderzoek onder andere uit de klanten, de potentiële klanten, de brancheverenigingen, de aanbieders van facilitaire diensten, de opleidingsinstituten op het gebied van facilitair management en de concurrenten van Fier.fm. Door middel van interviews en enquêtes is onderzocht hoe het facilitaire werkveld rond Fier.fm om gaat met het publiceren en het functioneel inzetten van de Europese norm. Uit onderzoek blijkt dat het facilitaire werkveld niet veel aandacht besteedt aan deze norm. Daarentegen is een selectie die wel bezig is met deze normen zoals de NFC-Index, de concurrenten van Fier.fm en een groot deel van de klanten van Fier.fm. Uit onderzoek blijkt dat het merendeel van de ondervraagden in de toekomst wil benchmarken met de NEN 2748 en de NEN-EN-15221-7.
Op basis van deze uitkomsten is de procesverandering voor zowel Fier.fm als de klant beschreven. Fier.fm streeft als commerciële organisatie naar een goede marktpositie. De mening van de klant staat daarin centraal. Om te kunnen benchmarken volgens de NEN 2748 en de NEN-EN-15221-7 zal Fier.fm in het voor- en eindtraject van hun benchmarkproces veranderingen moeten doorvoeren. Voor de klanten idem dito. Zij zullen eerst ook meer kennis moeten hebben van de Europese norm om vervolgens te kunnen werken met de resultaten in de rapportages.
Fier.fm volgt de planning van de NFC-Index. In deze planning staat benoemd dat de adviesbureaus in 2014, dat wil zeggen over boekjaar 2013, hun gegevens aanleveren bij de NFC-Index volgens de Europese norm. Om dit doel te behalen zal Fier.fm op korte termijn de stappen die het mogelijk maken de procesen de productverandering te realiseren, moeten zetten. Een procesverandering gebeurt niet in een keer. Het is een traject dat in termijnen tot stand komt. Twee componenten die al snel naar voren komen bij een verandering zijn communicatie en marketing. Als laatste fase voor het
Focus! Magazine | Pagina 22 beantwoorden van de centrale vraag zijn deze componenten in kaart gebracht. DE AANBEVELINGEN Na de eerste maanden, die in het teken stonden van veel onderzoek, was het aan mij om Fier.fm een aantal aanbevelingen te geven over de procesveranderingen ten aanzien van het benchmarken volgens de Europese normen. Ik heb ervoor gekozen aanbevelingen te doen op basis van vijf thema’s: kennis, innovatie, kennisdeling, communicatie en marketing. Het gaat hier te ver om de aanbevelingen die ik heb geschreven tot in de puntjes in een alinea aan u te vertellen. In onderstaande tekst staan de grote lijnen van de aanbevelingen beschreven. Op het gebied van kennis wordt aanbevolen dat de eigenaren van Fier.fm hun kennis over de Europese normen verder gaan verrijken en deze te delen met de klanten en het facilitaire werkveld doormiddel van interactieve communicatie. Innovatie betekent dat aanbevolen wordt de inhoudelijke veranderingen tussen de NEN 2748 en de NEN-EN-15221 dermate helder in kaart te brengen dat de productverandering tot stand kan komen. Om te voldoen aan de wensen van de NFC-Index wordt geadviseerd komend jaar het benchmarkproces zo in te richten dat de deelnemers van de benchmarkonderzoeken hun data aan kunnen leveren volgens de NEN 2748. Na verder
onderzoek zal moeten blijken welke aanvullende data nodig is om zowel een rapportage te maken volgens de NEN 2748 als de NEN-EN 15221-7. De onderwerpen waar het advies mee afsluit zijn communicatie en marketing. Aanbevolen wordt de communicatie zo in te richten dat de klanten van Fier.fm op de hoogte zijn van de ontwikkelen rond de benchmarkonderzoeken. Niet alleen de huidige klanten maar ook de potentiele klanten zijn geïnteresseerd in benchmarken volgens de Europese normen. De marketing op de juiste wijze afstemmen, kan ervoor zorgen dat de onderzoeken nog meer deelnemers krijgen. De titel van het onderzoek is ‘De invoering van de NEN-EN 15221-7, een kans voor Fier.fm?’ Deze vraag beantwoord ik met een ‘Ja’. Fier.fm is een vooruitstrevende organisatie met potentie om zich te ontwikkelen. Belangrijk is dat niet alleen Fier.fm openstaat voor veranderingen maar dat ook de meerderheid van de geënquêteerde klanten van Fier.fm hebben laten weten hier zeker toekomst in te zien.
Annelotte Vos is onlangs afgestudeerd middels dit afstudeeronderzoek naar de NEN-EN-15221-7 bij Fier.fm aan Hogeschool Inholland met een 7. Wij danken alle mensen die hieraan een bijdrage hebben geleverd.
B r o n : b e n c h m a r k o n d e r z o e k H B O F a c i l i t a i r e B e n c h m a r k v a n F i e r. f m o v e r b o e k j a a r 2 012 o . b . v. N E N 2 74 8
K E N G E T A L L E N 7 3% 62% 66 Hoger beroepsonderwijs
Aandeel verhuur aan derden
m2bvo per s t u d e n t
15% Aandeel facilitaire kosten volgens de NEN 2748 in totale concernkosten
Openingsuren p e r w e e k
van de studenten s t u d e e r t v o l t i j d
Huisvesting
Facilitaire kosten per student per jaar
Diensten en middelen
€1.841
ICT
FM
Focus! Magazine | Pagina 23
Circulaire Economie Hoe duurzaamheid u geld gaat besparen en waarom dit tot betere prestaties leidt! Vastgoed en facility management zijn grootverbruikers van grondstoffen, materialen en producten. En zijn grote afval-producenten. Dit kost jaarlijks veel geld en het zorgt voor uitputting van onze aarde en haar grondstoffen. De nieuwe principes vanuit de circulaire economie gaan u helpen om uw duurzame doelstellingen te behalen als facility manager, tegen lagere kosten.
Karakteristieken van de circulaire economie die een grote impact gaan hebben op facility management: § Substantieel lagere investeringen. § Een betere prestatie van de producten en diensten die u gebruikt. § Een stimulans voor duurzaamheid en slimmer omgaan met grondstoffen.
HOE DIT WERKT? §
§
§
§
Producenten blijven eigenaar van hun producten. U gaat betalen voor het vruchtgebruik. U wordt ontzorgd door leveranciers die de verantwoordelijkheid nemen en houden voor de prestaties van hun product. Lagere Life Cycle Cost. Met als gevolg lagere beheer en onderhoud kosten voor u als facility manager of vastgoed beheerder. Aangezien de producent eigenaar blijft en zelf de dupe is bij slechte prestaties zal hij bij het ontwerp rekening houden met de lange termijn en dus insteken op producten die minder kosten maken tijdens de levensduur. Beheer en onderhoud worden verdisconteerd in transparante prijzen voor vruchtgebruik en (energie)prestatie. U weet dus waar
§
u aan toe bent en kunt uw partners selecteren op basis van deze transparantie. Slimme producenten die ontwerpen en produceren op basis van lange levensduur, lage onderhoud- en energiekosten en hergebruik van materialen, zullen door hun lage vruchtgebruik kosten, positief opvallen en als winnaar geselecteerd worden. Dit stimuleert de markt richting duurzame productie en houdt uw kosten laag. Producten worden aan het eind van hun technische levensduur opgehaald door de producent. Deze zal proberen ze met zo weinig mogelijk aanpassingen opnieuw in te zetten tot 1e klas presterende producten. En onderdelen die niet herbruikbaar zijn worden gedemonteerd tot grondstoffen die wél weer een tweede of zevende leven krijgen.
Binnen de circulaire economie worden producten ingezet als dienst waarvoor wordt betaald. Om bovenstaande aspecten te realiseren is een kanteling in gedrag noodzakelijk. Dit wordt gestimuleerd door anders om te gaan met het eigenaarschap van grondstoffen en producten. In de huidige economie draait het met name om bezit van producten en het verhandelen ervan. In de circulaire economie draait het om het gebruik. Het eigendom blijft bij de producent. Producenten leveren de dienst zitten (voorheen het verkopen van een stoel) en de dienst geïsoleerde daglichtdoorlating (voorheen het verkopen van een kozijn met dubbel glas). U koopt geen nieuwe gevels meer, maar u laat aannemers de verantwoordelijkheid nemen voor het
waterdicht en goed geïsoleerd beïnvloeden van uw binnenklimaat. Datzelfde doet u met uw installaties. Hierin is het al wat meer gebruikelijk dat installateurs naast de levering ook onderhoud bieden, waarbij afgerekend wordt op de prestaties en niet meer op het aantal strekkende meters buizenstelsel of benodigd stroomdraad.
In activiteiten gerelateerde werkomgevingen, die vaak geassocieerd worden met Het Nieuwe Werken, is het al vanzelfsprekend dat (bijna) niemand meer een eigen werkplek heeft. De ideeën rondom de circulaire economie liggen hiermee in lijn. U wilt uw mensen gebruik kunnen laten maken van de werkomgeving maar u hebt geen behoefte aan het bezitten van de bureaus of armaturen. Binnen de facilitaire wereld gaat deze omslag een enorme impact hebben, zo is de verwachting van de Stichting Circulaire Economie. Het hele concept van ontwikkeling, bouw en beheer gaat er fundamenteel anders uitzien. Als representant van de gebruikers blijft u als facility manager de regie voeren, maar het eigendom, het bezit, blijft bij de leveranciers.
WAAROM IS ER BEHOEFTE AAN
DEZE NIEUWE ECONOMIE? Grondstoffen schaarste. We gebruiken als samenleving te veel grondstoffen om genoeg over te houden voor volgende generaties. Bepaalde belangrijke materialen zijn al schaars. Zo is binnen 10 jaar de belangrijkste grondstof voor LED verlichting op. De circulaire economie gaat uit van slim gebruik en hergebruik van grondstoffen, bij voorkeur biologisch verantwoord en het in de kringloop houden van zowel technische als bio-based materialen en producten.
Focus! Magazine | Pagina 24 Haperende economie. ‘Dé huidige crisis’ bestaat in werkelijkheid uit een veelvoud aan verstoringen, die direct van invloed zijn op ons dagelijks leven. Zo blijft de bouw krimpen, is de werkeloosheid hoog, staan er veel gebouwen leeg (waarvoor herbestemmingen nu ‘te duur’ zijn) en groeit de sociale armoede in woonwijken waar corporaties en gemeentes niet (meer) in staat zijn de sociale cohesie te faciliteren. En dit terwijl er veel behoefte is aan nieuwe oplossingen en verbeteringen. De circulaire economie heeft hier aandacht voor en is juist gericht op het nieuw leven brengen in bestaande systemen. Met oog voor vakmanschap en
kwaliteit,vanuit een gezonde dynamiek en passie voor het toevoegen van waarde, meer dan financieel alleen. Goede ideeën en initiatieven die geen steun vinden vanuit een haperende overheid. De overheid maakt een terugtrekkende beweging en geeft steeds vaker toe het ook niet allemaal te weten. Er is een sterk groeiende onderstroom aan initiatieven vanuit zichzelf organiserende burgers. Particulieren en bedrijven zien kansen, vaak met grote maatschappelijke meerwaarde, die wel
een steun in de rug van de overheid zouden kunnen gebruiken (of zijn). Toch weten dergelijke partijen elkaar nog onvoldoende te vinden. En voor samenwerking staan de huidige systemen, gebaseerd op bestaande principes, oude processen en regelgeving, nog vaak als een ‘Berlijnse Muur’ dwars over de route. Bestaande organisatie culturen en manieren van werken zijn niet ingesteld op noodzakelijke afstemmingen met partijen buiten de eigen kring. Dit zal snel moeten veranderen. De circulaire economie staat voor participatie vanuit stakeholders en werkt middels co-creatie en multidisciplinaire aanpakken
aan maximalisering van meerwaarde. (Dit is geheel anders dan winstmaximalisatie!) Perverse Prikkels houden de bestaande structuren overeind. Zonder dat wij ons dit doorgaans bewust zijn dragen huidige systemen niet bij aan de beoogde doelen, sterke nog zij werken vaak contraproductief. ‘Zo doen we dat al jaren’ gewenning heeft hier veel invloed op. Het voorbeeld, wat in het licht van de circulaire economie, vaak in dit kader wordt besproken gaat over wasmachines.
Producenten moeten goedkope wasmachines maken om in zo groot mogelijke aantallen in de winkels verkocht te kunnen worden. De levensduur is hierdoor korter dan technisch mogelijk. De kosten voor gebruik zijn eveneens hoger dan feitelijk nodig. De drijfveer ‘goedkoop zijn’ is een perverse prikkel. Immers, het staat haaks op duurzaamheid, lange levensduur, hergebruik van materialen, zo laag mogelijk energieverbruik, laag watergebruik enzovoort. Een lage prijs in de winkel is meestal ook contraproductief ten opzichte van lage Life Cycle Cost. Een soort van pennywise, pound foolish effect dus. Maar ook milieu foolish en consument foolish. Zonder dat de consument zich dit bewust is. Want ook bij het verkopen van nieuwe onderdelen vaart de producent wel, in tegenstelling tot de consument. Deze krijgt te maken met extra kosten, tijdverlies en ergernis. En het milieu wordt extra belast met economisch verkeer en (onnodig) afval. Binnen de Stichting Circulaire Economie ruimen we bestaande perverse prikkels op en brengen er gezonde impulsen voor terug. Rekening houdend met het slim omgaan met grondstoffen en het eerlijk en schoon verdelen van werk en waarde. En met de inzet en betrokkenheid van de stakeholders, opdat er in ieder aspect sprake is van maatschappelijke meerwaarde.
Van bezit naar vruchtgebruik. Eén van de patronen in deze nieuwe economie is de kanteling van bezit naar gebruik. U koopt de wasmachine niet meer. U gaat alleen betalen voor de wasbeurten, incl. stroom, water en onderhoud. De machine blijft van de producent, die u een faire prijs berekent op basis van een zo lang mogelijk gebruik van zijn machine. Prijzen worden berekend op basis van Life Cycle Cost principes.
Deze verschuiving van bezit naar vruchtgebruik kunnen we toepassen op veel producten binnen het facilitaire domein.
Focus! Magazine | Pagina 25 Dit heeft een aantal grote voordelen: 1. Honorering op basis van vruchtgebruik maakt het voor de gebruiker transparant wat hij betaalt, gerekend over de hele levensduur. En hij kan de juiste partner selecteren op basis van dat totaalbeeld, waardoor betere (wellicht duurder in productie, maar goedkoper op termijn) producten zullen worden verkozen. 2. De producent blijft verantwoordelijk en zit zelf opgezadeld met eventuele falende prestaties. Want, kostbaar onderhoud, snelle vervanging van onderdelen en een hoog energieverbruik komen voor zijn rekening. Hij zal daarom zelf geprikkeld worden om tot een beter product te komen. 3. De producent zal vanuit dit bewustzijn en de beloning op “excellentie in prestatie”, gestimuleerd worden slimmer te ontwerpen, met het oog op een langere levensduur. Wat, in het geval van een wasmachine, de prijs per wasbeurt positief beïnvloedt en het milieu verder ontlast. 4. Aan het eind van de product gebruikswaarde is het de verantwoordelijkheid van de producent om de machine/stoel / tafel/gevelpartij terug te halen. Hij heeft er dus belang bij, om zijn product slim uit elkaar te kunnen halen in separate onderdelen / grondstoffen en deze te hergebruiken of her in te laten zetten. 5. De schaars wordende grondstoffen blijven zo in de technische of biologische kringloop. Daarmee voorkomen we verdere schaarste en uitputting van ons ecosysteem. 6. Een van de achterliggende principe is dat grondstoffen door schaarste meer waard worden, waardoor slim hergebruik een groot economisch voordeel gaat opleveren. Mede doordat grondstoffen niet telkens opnieuw hoeven te worden gewonnen. 7. Als gebruikers betalen we uiteindelijk minder dan we nu
gewend zijn, omdat onder de invloed van Life Cycle Cost bewustzijn, de diensten omgerekend goedkoper zijn dan het verhandelen van de onderliggende producten en materialen. 8. Gebruikers kunnen binnen de circulaire economie beschikken over producten met een excellente prestatie, zonder te hoeven investeren. Dit kan nu helpen om de stilgevallen economie weer aan te zwengelen. In dit geval zonder de negatieve bijwerkingen van het bestaande lineaire systeem van grondstoffen winnen, maken, verbruiken, weggooien en/of verbranden. Daar waar u in bovenstaande uitleg wasmachines voor ogen hield staat de Stichting Circulaire Economie voor het op een vergelijkbare manier ontwikkelen van complete gebouwen, renovaties, kantoorinterieurs etc.
Het vruchtgebruik principe is in essentie niet nieuw en u kent ongetwijfeld zelf al voorbeelden. Bij een van onze leden (Mud Jeans) kunt u al spijkerbroeken leasen! (Lease a Jeans) Het ‘betalen voor gebruik’ principe bestaat inmiddels ook rondom bijvoorbeeld muziek (Spotify) en auto’s (Green Wheels en SnappCar). Dit zijn bekende voorlopers van de nieuwe economie. Het is aan u en ons om opvolging te geven aan deze mooie voorbeelden en zo de economie te kantelen. Multidisciplinaire samenwerking. Om deze kantelingen te bewerkstelligen, is het noodzakelijk dat georganiseerd wordt op basis van deze nieuwe uitgangspunten. Van product en project ontwikkeling tot samenstellingen van aanbieders in creatieve coalities. Bij deze waarde ketens vormt het bewustzijn rondom een hoger gelegen gemeenschappelijk doel de essentie. Nieuwe integrale totaal oplossingen zijn nodig, waarbij grensverleggend te werk dient te worden gegaan. Denken in life cycle ketens i.p.v. productieketens, binnen het organisatiedomein, is waar het om draait. Binnen de Stichting Circulaire Economie
organiseren we deze waarde ketens in een netwerkverband. We werken met Thema Cirkels waarin bepaalde aspecten worden uitgediept, zoals grondstoffenbeheer, verdienmodellen, interieur, bouwen & onderhouden en de lerende organisatie. Telkens zo samengesteld dat er een multidisciplinaire groep werkt aan het thema, bestaand uit verschillende soorten stakeholders en experts. Onder leiding van telkens twee van onze SCE coaches. Zodra er zich een project aandient betrekken we kenniswerkers uit relevante Thema Cirkels in, wederom een multidisciplinair samengestelde, Project Cirkel. Hierin participeren de opdrachtgever, gebruikers, experts en ontwerpers, die gezamenlijk werken aan het ontwikkelen van de meest optimale oplossing binnen de criteria van de circulaire economie. Ter illustratie: De Stichting Circulaire Economie (SCE) heeft een project in voorbereiding waarin wij met een tiental SCE partners een complete Het Nieuwe Werken activiteiten gerelateerde werkomgeving realiseren. Puur op basis van circulaire economie uitgangspunten. Dat wil zeggen o.a. betalen voor 1e klas ergonomisch zitcomfort in plaats van het kopen van de stoel. Deze partners werken samen in een Project Cirkel en werken in cocreatie deze casus uit tot keiharde afspraken over vruchtgebruik en terugname van alle producten en materialen (meubels, archiefsysteem, vloerbedekking etc.) na beëindiging van de waarde voor de opdrachtgever / gebruiker. Stichting Circulaire Economie. De Stichting Circulaire Economie wil in dit krachtenveld van goede ideeën en noodzakelijke kantelingen in handelen, de motor zijn die Circulaire Projecten initieert en tot een waardevol einde brengt. Het brengt partijen bij elkaar, ontwikkelt nieuwe kennis en inzichten, maar is bovenal de aanjager in de omslag van praten over, naar DOEN! Fier.fm speelt hierin een rol als de partij die vanuit haar benchmark ervaring zal
Focus! Magazine | Pagina 26 registreren welke voordelen meetbaar en aantoonbaar zijn binnen het facility management domein. Kenmerkend voor de circulaire economie is het redeneren vanuit kringlopen. Geïnspireerd op ecologische kringlopen in de natuur. Naast de biologische kringloop en de technische kringloop, zoals ook bekend uit de Cradle 2 Cradle filosofie, heeft de SCE de ‘mens gerelateerde kringkoop’ geïntroduceerd. Wetend dat de mens een centrale rol speelt in het adopteren van ontwikkelingen (of juist niet). En dat bij het ontwikkelen van integrale oplossingen voor complexe problemen empathie, betrokkenheid, bewustwording, vakmanschap, expertise, creativiteit en samenwerkend vermogen van cruciaal belang zijn. Allen kenmerken van mensen, waar geen machine, systeem, blauwdruk, regel of protocol iets aan kan veranderen. U als facility manager en/of gebouwbeheerder kunt ook uw handschoen oppakken, binnen deze culturele omslag in het benaderen van bezit en gedrag. Fier.fm en de leden van de Stichting Circulaire Economie bieden u daarbij graag een helpende hand.
Met dank aan Erick Wuestman. Voorzitter Stichting Circulaire Economie en adviseur in organisatiecultuur verandering en innovatieve huisvestingsconcepten. www.circulaire-economie.info
FM in SAP Self
Self Service Service Portal Regieorganisatie FMIS
PDC Reserveren in Outlook
Outlook-integratie
CAD-integratie
Monitoring CAD Services Facility Management en SAP
www.Prequest.nl
Focus! Magazine | Pagina 27
Laatste nieuws… Heeft u het genoteerd?
13 sept 17 sept 20 sept 25 sept
Eerste klantgericht- heidsscan in uitvoering
Platform FM
Cursus Organisatiegericht huisvesten In samenwerking met Pandion Advies
Strategisch Beraad Provincies heeft Fier.fm een klantgerichtheidsscan
Rondetafel MBO Facilitaire Benchmark ontwikkeld en recent op de markt
(MBO-Raad, Woerden) gebracht. De interesse is groot; een eerste 26 sept Werkgroep Gelderland/Flevoland scan wordt momenteel al uitgevoerd bij
(Brummen) een gemeente en een aantal andere 27 sept Rondetafel HBO Facilitaire Benchmark organisaties hebben aangegven deze op 27 sept Strategisch Beraad Noord-Oost (Borne) korte termijn te willen afnemen. De scan is 1 okt
Cursus Value Engineering, waarde creatie specifiek bedoeld om in een quick-scan
binnen FM analyse aan facilitaire bedrijven inzicht te 2 okt
Themabijeenkomst MKFA - Hostmanship verschaffen in de mate van klantgericht4 okt
Werkgroep Limburg & Zuid (Heerlen) heid en het verbeterpotentieel daarin. Met 8 okt
Cursus Meer met minder: de spanning de resultaten van de scan zijn facilitaire
tussen FM en organisatie bedrijven (op een snelle wijze) in 8 okt
Themabijeenkomst voor het onderwijs staat om stappen te zetten in het
Liefde gaat door de maag (Restaurant klantgerichter maken van de
van de toekomst, Wageningen) facilitaire dienstverlening. Daardoor 28 okt Cursus Leiderschap voor FM-ers wordt beter aangesloten op de klant (Nijmegen) behoeften en zal de klanttevredenheid 29 okt Cursus Leiderschap voor FM-ers toenemen. Meer informatie via:
(Nijmegen) www.fier.fm 30 okt Nieuwe werkgroep Mobiliteits management (Schiphol) 1 nov
Jaarlijks Fier.fm congres (Zutphen)
7 nov
Cursus Professionaliteit in facilitaire
dienstverlening (Nijmegen) …wij samen met Schoolfacility in het najaar een 14 nov Werkgroep Utrecht/West startbijeenkomst organiseren voor een benchmark in het
Voortgezet Onderwijs?
Wist u dat…
…ook dit jaar de NFC Onderwijsindex wordt gepubliceerd met behulp van de benchmarkresultaten van Fier.fm?
… een aantal van onze cursussen geadopteerd is door de academy van FMM? (cursusdagen: 17 sept en 28-29 okt)?
Groeten uit
www.linkedin.com/in/veroniquevangent
Belgie !
russel en de de KUB te B ë, gi om el B s co menwerken Fier.fm, Pro Gent gaan sa te ten n en ee v ie em L St. laamse G V e d r Hogeschool oo v k g is de e benchmar voorbereidin an v ar een facilitair ja n n. Fier! . Na bijna ee ing verkrege n eu te realiseren st er d nanciële on benodigde fi
Magazine
van
F i e r. f m o v e r
facilitaire
activiteiten
|
jaargang
2
–
nr 2
2 013