1
INHOUDSOPGAVE Colofon De OPvoeding is het magazine van de afdeling Pedagogische en Onderwijskundige Wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam Jaargang 3, nummer 4 December 2009 Oplage: 600 Contactgegevens redactie Comenius t.a.v. Redactie OPvoeding Korte Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam
[email protected]
POW 3 4 5 6 8 9 10 12 13 16 18
Voorwoord Nieuw redactielid Academische wereld Uit de praktijk Column OC Onderzoek POW Ver weg Bestuursstudenten Studenten en hun bijbaantjes Apart Column studentenraad FMG
Hoofdredactie Suzan van Alphen Eindredactie Anita Ranzijn Eva Westenberg Vormgeving Remy de Pundert Redactie Nicole Brouwer Nikki Weenink Janneke Mattijssen Rico Klaassen Bos Coverfoto Anita Ranzijn Aan deze uitgave werkten mee: Nynke Annema Henny Bos Liselotte Dikkers Jelka Driehuis Martin Elfsberg Selma Janssen Rob de Klerk Floor van Linschoten Juan Miguel Hidalgo Maldonado Renée Meppelink Gijs van der Poel Laurens Johan Roborgh Pilar Garcia Villen Hanneke Werkhoven
COMENIUS 20 21 22 23 24 27 28 29 30 31
Opmerkelijk nieuws Actieve Leden Uitje OPvoeding mailt met Blik op het werkveld Goede Film Wist je dat…? Beroepenfeest Kerstrecept Prikbord Agenda Puzzel
2
VOORWOORD Buiten is het koud en wordt het sneller donker. Binnen wordt de kachel opgestookt en warme chocolademelk gedronken. Een heerlijk moment om op de bank neer te ploffen en de OPvoeding erbij te pakken! Studeren is leuk. Maar daarnaast zijn er ook veel andere leuke dingen in het leven van een student. Zo blijken er studenten onder ons te zijn met bijzondere bijbaantjes, zijn er studenten die fanatiek sporten en komen buitenlandse studenten een kijkje nemen in onze Amsterdamse studiekeuken. De OPvoeding is zoals altijd erg nieuwsgierig naar onze eigen studenten, en interviewde er een aantal om antwoord te krijgen op al onze brandende studiegerelateerde vragen, en de wat minder studiegerelateerde vragen. Lees mee hoe verschillende studenten hun tijd invullen en hoe zij dit ervaren. Daarnaast is het jullie misschien al opgevallen; de OPvoeding is de laatste tijd steeds meer op zoek naar contact met ‘De Bekende Nederlander’. Dit keer waren we erg benieuwd naar de verhalen van Renk Roborgh, directeur-generaal van Hoger Onderwijs, Beroepsonderwijs, Wetenschap en Emancipatie (een hele mond vol!) en Tischa Neve van het Nederlandse opvoedprogramma ‘Schatjes’. Weer twee goede vangsten, al zeggen we het zelf! Daarnaast verwelkomen we ook een goede vangst binnen eigen kring: de OPvoeding heeft er namelijk een redactielid bij! Lees in deze editie meer over onze nieuwe aanwinst. In ons Comeniusdeel wordt weer uitgebreid aandacht geschonken aan de gezelligheid van afgelopen tijd. Van het heerlijke ‘beroepenfeest’, waarin je verkleed moest gaan als ‘degene die je later wilde worden’, tot het Actieve Leden Uitje waarbij de leden die zich actief inzetten voor Comenius in het zonnetje werden gezet. Was je hier niet bij? Dan hopen we toch wel dat je bij het aanschouwen van de vele foto’s en het lezen van alle gekkigheid, snel op andere gedachten komt en ervoor zorgt dat je het niet nog een keer mist! En hoewel de tentamens nu toch akelig dichtbij komen, staat dit waarschijnlijk ook met dikke letters in je agenda: kerstvakantie! De OPvoeding wenst jullie dan ook twee heerlijke weken toe, met veel gezelligheid! Rest ons nog te zeggen: fijne kerstdagen en een gelukkig Nieuwjaar! En mocht je deze keer wat moeite hebben om in de stemming te komen, dan staat er in deze editie een heerlijk kerstrecept om jezelf helemaal te laten gaan in de keuken. Veel leesplezier, De redactie P.S. Een goede tip of bruikbare feedback is altijd welkom. Stuur een mailtje naar:
[email protected]
3
NIEUWE REDACTIELID Naam: Rico Klaassen Bos Leeftijd: 20 Opleiding: Onderwijskunde, 3e jaar Na mijn vwo-examen heb ik twee maanden gewerkt op een camping in Frankrijk (foto). Na het eerste jaar Pedagogiek besloot ik over te stappen op Onderwijskunde, waarvan ik hoop dit jaar mijn bachelor te halen! Bijbaantje/hobby's: Naast mijn studie werk ik als groepsleider op de buitenschoolse opvang, wat ik al twee jaar met veel plezier en gekkigheid doe. Daarnaast zit ik in het Bestuur en de jeugdcommissie van mijn badmintonvereniging, waar ik vele toernooien organiseer en jeugdspelers train en coach. Toekomst: Na mijn studie wil ik versneld PABO doen, omdat voor de klas staan me toch wel heel leuk lijkt. Daarna wil ik me opwerken om ten slotte directeur van een basisschool te worden. Of wellicht iets heel anders. Hier mag je mij wakker voor maken: Een Swirl. Met kersen!! Mmm.. Raarste gewoonte: Kan alleen in slaap vallen als de tv aan staat. Mijn vakantie: Komende kerstvakantie lekker skiën en snowboarden in Oostenrijk! Maar ik heb me ook opgegeven voor Wipe-Out, dus misschien zit ik wel in Argentinië!
ACADEMISCHE WERELD Zomaar een werkdag Er zijn weinig spectaculaire ontwikkelingen te melden. Dit keer dus maar een overzicht van niet-spectaculaire ontwikkelingen in de vorm van een werkdagverslag. Nu zijn er ook werkdagen waarop ik gekluisterd zit aan de computer. Om ondraaglijke saaiheid te vermijden heb ik dus maar gekozen voor een wat dynamischer dagje. 06.10 uur Over 5 minuten gaat de wekker. Zoals gewoonlijk smoor ik die dus voortijdig de mond. Ook zoals gewoonlijk gaat de kat mij voor de trap af. Hij is in blijde verwachting van een, zeker ’s morgens, smerig stinkend blikje. Verder de gebruikelijke serie voorbereidende werkzaamheden en een fietstochtje (spannend vanwege totaal ontbreken van verlichting). Zoals gebruikelijk vertrekt de trein van 7.17 uur “over ongeveer 5 minuten”. Ik duik in een aantal van de dit jaar voor de scriptieprijs genomineerde scripties. Hoewel ik niet lid ben van de jury, heb ik wel een duidelijke favoriet. 08.20 uur Koffie met Fatih, die al een uurtje aan het werk is. In het kort nemen we de problemen met de nieuwe regeling schakelstudenten door. Dit ‘dossier’ is zeker nog niet gesloten. 08.30 uur Het hoogtepunt van de dag: mail. Pakweg een derde gaat over geld en aanstellingen. Ik weet de helft van de mail weg te werken. De ingewikkelde probeer ik vergeten. 4
08.45 uur Overleg met vijf van de jonge OWI-docenten (zoals ik ze maar noem). Belangrijkste thema’s: werkdruk (met een erg gevarieerd aantal taken is die inderdaad behoorlijk hoog, ik zie niet zo één, twee, drie oplossingen) en de hantering van deadlines in de werkgroepen (conclusie: deadlines zijn deadlines. Mailtje sturen naar alle eerstejaars dat dit echt zo is). 09.30 uur Overleg met een zestal docenten die in het kader van de Basiskwalificatie Onderwijsgevenden (het verplichte UvA scholingstraject waaraan na het afleggen van de nodige proeven van bekwaamheid een diploma wordt verbonden). Er worden afspraken gemaakt over intervisiebijeenkomsten waarbij docenten elkaar onderling feedback geven op hun docentpraktijk. Leuk en nuttig, ook voor het onderwijs zelf! 11.00 uur Gesprek met de gepensioneerde (en zeer gewaardeerde) medewerker die de alumnisite in de lucht houdt. We hebben net de 400ste registratie gevierd. Nogmaals waardering uitgesproken (neem allemaal eens een kijkje op http://pow-alumni.socsci.uva.nl). 12.00 uur Een half uur om moeilijke mails te bestuderen. Een dilemma: de echt moeilijke mails, kosten met 'nazoekdingen', telefoontje en dergelijke, allemaal minstens een uur. Er lukt er één, de rest weer vergeten. 12.30 uur Bijeenkomst scriptiejury. Onder voorzitterschap van Jo Hermanns wordt het innovatieve karakter van de 13 genomineerde scripties besproken. Mijn favoriet wordt door de jury nipt afgewezen voor de eerste drie prijzen. Ik zwijg en lik mijn wonden. 14.00 uur Vergadering van de financiële commissie van de FMG. Dit is een soort klankbordgroep die adviseert over de wijze waarop de facultaire middelen verdeeld worden over de verschillende disciplines van de faculteit. Toch altijd een beetje op hete kolen lopen. De verwachting is natuurlijk dat je een objectieve bijdrage levert aan de totstandkoming van een zo eerlijk mogelijk verdelingsmodel. Aan de andere kant wil je toch eigenlijk liever niet dat die eerlijkheid ten koste gaat van het POW-budget. 15.00 uur Kennismakingsgesprekken met eerstejaars. Deze worden gevoerd door medewerkers van het onderwijsbureau, vooral de studieadviseurs. Ik mag er altijd ook een stuk of 15. Is goed voor mijn 'feeling' voor wat er onder studenten leeft. 16.30 uur Stukje geschreven over de dilemma’s met betrekking tot het schakelprogramma, iets gegeten in de Mensa (zo slecht is het nou ook weer niet), nog een moeilijke mail. Een externe docent ingeleid bij de master Onderwijskunde (en de ‘knoppen’ uitgelegd). 19.35 uur Op weg naar de trein, veel later dan anders. Net op tijd tref ik mijn echtgenote in filmhuis Provadja in Alkmaar. Ikzelf heb een voorkeur voor snelle Amerikaanse films waarin de 'goeien' altijd winnen, maar eens in de zoveel tijd word ik gelukkig verplicht wat zwaardere kost tot mij te nemen. Deze is wel heel zwaar, zo af en toe dwaal ik af naar moeilijke mails. Rob de Klerk
5
UIT DE PRAKTIJK
RENK ROBORGH
Laurens Johan Roborgh - roepnaam Renk – werkt al 12 jaar op het Ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur. Sinds 2005 is hij directeur-generaal van Hoger Onderwijs, Beroepsonderwijs, Wetenschap en Emancipatie. Benieuwd hoe een dag op het Ministerie eruit ziet, vroegen we hem naar zijn dagelijkse bezigheden. Bij binnenkomst in het moderne gebouw van het Ministerie van OCW wordt al snel duidelijk dat we niet zomaar iemand interviewen. De heer Roborgh geeft ons eerst een korte rondleiding door het gebouw. Naast prachtige vergaderzalen met een geweldig uitzicht over Den Haag, zien we onder andere het kantoor van minister Plasterk en de staatssecretarissen. Dat het kantoor van de heer Roborgh in dezelfde gang is en dat vier verdiepingen van het immense gebouw onder zijn leiding vallen, zegt al veel over zijn functie als directeurgeneraal. Hoe bent u bij het Ministerie terecht gekomen? “Ik heb Politieke Wetenschappen en Bestuurswetenschappen gestudeerd in Nijmegen en Leiden en daar ben ik eigenlijk heel lang blijven hangen. Als docent en als onderzoeker heb ik gewerkt in Leiden en Rotterdam en ben ik gepromoveerd op het onderwerp ‘ambtenaren’. In 1997 heb ik een radicale beroepsverandering doorgemaakt. Ik verliet de universiteit en kwam op het Ministerie van OCW terecht als plaatsvervangend directeur. In 2005 ben ik benoemd tot directeur-generaal van Hoger Onderwijs, Beroepsonderwijs, Wetenschap en Emancipatie.”
“VAN DE 35 MILJARD DIE Wat houdt deze functie in? “Onder de minister, staatssecretarissen en de KAN WORDEN UITBESTEED, secretaris-generaal zijn er de directeursVALT 15 MILJARD ONDER generaal die de leiding hebben over de MIJN PORTEFEUILLE” directies op het Ministerie. Ik heb onder andere de directies van het Hoger Onderwijs, Volwasseneneducatie en Emancipatie onder mijn hoede. Van de 35 miljard die het Ministerie van OCW kan uitbesteden, valt 15 miljard onder mijn portefeuille.” Wat zijn uw dagelijkse bezigheden? “Mijn dagen zijn zeer divers en in zo’n grote organisatie als het ministerie moet er veel worden overlegd. Een goed voorbeeld van onze ‘platte organisatie’ is de maandag. Op maandag overleggen we om 9.00 uur met het management team over onze plannen en agendapunten. Om 10.00 uur hebben we een ministerstaf waarin de Minister ons de uitkomst van de Ministerraad van vrijdag verteld en we samen met hem de toekomstige plannen bespreken. Om 11.00 uur gaan we weer met ons management team om de tafel om deze punten uit te werken. Na een pauze geef ik om 13.30 uur onze plannen door aan mijn directies, die op hun beurt deze plannen uit gaan werken en door zullen geven aan de ambtenaren. Een hele organisatie dus.
6
Door de week heen spreek ik met de verschillende directies. Vandaag heb ik bijvoorbeeld zo’n gesprek gehad. Maar daarnaast heb ik vandaag ook gesproken met een lid van het bestuur van een ROC; ik heb overleg gepleegd met de staatssecretaris; een gesprek gehad met iemand van het Ministerie van Volksgezondheid over zorgstudenten; minister Plasterk vervangen; een functioneringsgesprek gehad en aan het eind van de dag stond een interview gepland met het studiemagazine OPvoeding van de Universiteit van Amsterdam. Zoals je kunt zien, een zeer diverse dag! Als directeur-generaal ren ik dus de hele dag op en neer en dat is uiteraard best zwaar. Zelfs op de weg naar huis ben ik nog aan het werk. Volgens het ‘tassensysteem’ lees ik dan verschillende ingekomen stukken uit verschillende tassen, samengesteld door mijn ‘controllers’. Deze stukken variëren van beleidsstukken, artikelen, e-mails tot brieven. Ik moet alles lezen en mijn oordeel geven. Dit kan oplopen tot zo’n 150 stukken per keer. Vooral in het begin is dit erg lastig en kost het je veel tijd, maar op den duur krijg je er een “MIJN ZOON EN routine in.” DOCHTERS ZIJN
“ZELFS OP WEG NAAR HUIS BEN IK NOG AAN HET WERK”
MIJN GROOTSTE
Vindt u uw werk nog wel leuk? CRITICASTERS” “Natuurlijk is het een zware baan en deze week hebben we ook tot midden in de nacht vergaderd over onze begroting. Maar daar ligt juist ook het mooie van mijn functie. Het is voor mij een uitdaging om voor studenten alles goed te regelen. De financiële crisis maakt het er zeker niet makkelijker op, maar ik zie het als een grote uitdaging om alles in goede banen te leiden. Mijn zoon en dochter, die ook beiden studeren, zijn mijn grootste criticasters en dat houdt me scherp. Ik probeer voor hen en voor jullie de studententijd zo leuk mogelijk maken. Het is een tijd die je maar één keer in je leven meemaakt, dus zorg dat je deze once-in-a-life-time ervaring ten volle benut met alle mogelijkheden die je hebt!”
-Waarom is een tweede studie duurder? -Hoe verklaart u de hoge uitval onder studenten? -Is het niveau van de Bachelor-studies te laag?
Deze vragen over actuele onderwerpen hebben we aan de heer Roborgh voorgelegd, wie kan ze immers beter beantwoorden dan de man die er verantwoordelijk voor is? In de volgende editie van OPvoeding vind je het vervolg van ons interview op het Ministerie en het antwoord op deze vragen!
7
COLUMN OC ‘De Opleidingscommissie, bewaker van de kwaliteit.’ Het klinkt als een titel van een goed boek over de Middeleeuwen, maar laat u niet misleiden want middeleeuws kan de Opleidingscommissie (OC) zeker niet genoemd worden. Actief evalueren wij het onderwijs ten behoeve van alle studenten en docenten. Voor degenen die nog nooit van het begrip OC gehoord hebben: elke opleiding heeft een commissie bestaande uit docenten en studenten die samen de kwaliteit van de desbetreffende opleiding in de gaten houden. Door de grote vervlechting van de opleidingen Pedagogische Wetenschappen en Onderwijskunde is er voor gekozen deze twee commissies samen te voegen zodat er één sterk orgaan staat, bestaande uit zes docent- en zes studentleden. Een orgaan dat er niet voor terugdeinst onze opleidingen constant in de gaten te houden. Een onmisbare taak in deze tijd van grote onderwijsvernieuwingen die voor alle studenten merkbaar zullen zijn. Eén van de belangrijkste onderwerpen waar de OC zich op dit moment mee bezig houdt, is het meedenken over een aantal veranderingen die vanaf volgend studiejaar merkbaar zullen zijn. Naar aanleiding van een afspraak die de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten met het Ministerie van OCW heeft gemaakt, wordt er tegenwoordig een groot belang gehecht aan het rendement van een opleiding. Met andere woorden: het percentage studenten dat een studie afmaakt, na eraan begonnen te zijn. Om dat rendement te verbeteren is er aan de UvA een werkgroep in het leven geroepen die onderzoekt hoe dit verbeterd kan worden door een aantal veranderingen in het onderwijs. Vraagstukken als een bindend studieadvies, het schrappen van herkansingen en een nieuwe opbouw van het studiejaar komen hier aan bod. Onvermijdelijk brengt dit veranderingen in onze opleidingen zoals we ze nu kennen. De OC wijst deze wijzigingen niet af, maar zal alle vernieuwingen stuk voor stuk evalueren om te kijken of het de kwaliteit van het onderwijs aantast en probeert daar waar mogelijk de kwaliteit zelfs te verhogen. Juist op dit moment kunnen vakken beter op elkaar aangesloten worden en kan er een kwaliteitsverhoging plaats vinden als nooit tevoren. Als student zul je waarschijnlijk niet vaak direct in contact komen met de OC doordat individuele klachten via de bestuursstudent of de studieadviseur gaan. Dat betekent niet dat jouw mening en inzet er niet toe doen. Als OC houden wij de algemene trend in de gaten en in de maandelijkse vergadering worden alle actuele onderwerpen die wij als studenten en docenten dagelijks tegenkomen besproken en wordt er advies uitgebracht aan onze opleidingsdirecteur Rob de Klerk. Ben je geïnteresseerd in de OC geworden of heb je onderwerpen die volgens jou niet mogen ontbreken in onze vergaderingen, spreek dan een van de onderstaande leden aan. Pedagogische Wetenschappen Machteld Hoeve (docent) Francine Jellesma (docent) Anja Huizink (docent) Alexandra Raymakers (student) Suzanne van Winsen (student) Rozerie Bosma (student)
Onderwijskunde Henny Bos (docent) Bonne Zijlstra (docent) Marijke Metselaar (docent) Sofieke Dirksen (student) Hanneke Werkhoven (student) Karsten van Loon (student) 8
ONDERZOEK POW Een kijkje in de keuken van het onderzoekswerk van een universitair docent Door: Dr. Henny M. Bos Lange tijd is het onderzoek naar lesbisch ouderschap gedomineerd door een ‘design’ waarin kinderen die in lesbische gezinnen opgroeien werden vergeleken met kinderen die in (traditionele) vader-moeder gezinnen opgroeien. Er bestonden (of misschien ook wel ‘bestaan’) vele vooronderstellingen over en bezwaren tegen de opvoeding van kinderen door lesbische moeders of homoseksuele vaders. Zo zouden deze kinderen emotionele en sociale moeilijkheden ondervinden en door afkeurende reacties van leeftijdgenoten sociaal geïsoleerd raken. Ook zouden de verschillende aspecten van de seksuele ontwikkeling (gender-identiteit, gender-rol en seksuele voorkeur) beïnvloed worden doordat kinderen met twee moeders of twee vaders opgroeien. Onderzoeksgegevens ondersteunen deze ideeën echter niet (zie voor overzichtsartikelen: Stacey & Biblarz, 2001). Deze resultaten beperken zich echter voornamelijk op onderzoek onder kinderen en de ‘lesbische babyboom’ zit pas sinds kort in de puberteit; de eerste vrouwen die kinderen kregen in een lesbische relaties, zitten nu thuis met hun pubers. De vraag is natuurlijk: hoe vergaat het de kinderen in deze leeftijdsfase? Hier weten we nog weinig van af en ik vind het dan ook erg spannend en een voorrecht dat ik als ‘co-investigator’ betrokken ben bij een Amerikaans onderzoek dat al 17 jaar een groep van ongeveer 80 lesbische gezinnen en hun ‘kinderen’ volgt (zie voor meer informatie over dit onderzoek: www.nllfs.org). Sinds kort is er binnen het onderzoek naar homo- en lesbisch ouderschap een nieuwe ontwikkeling. Uit onderzoek weten we dat er een enorme verscheidenheid is in de mate waarop kinderen uit lesbische gezinnen te maken krijgen met negatieve opmerkingen of nieuwsgierige vragen. Ook weten we uit onderzoek naar deze kinderen dat een opeenstapeling van dergelijke ervaringen kan doorwerken op het welbevinden van de kinderen. Vraag is echter wat hier aan gedaan kan worden. In de wetenschap dat ook in de Nederlandse samenleving stigmatisering en homo-negativiteit regelmatig voorkomt (Keuzenkamp, Bos, Duyvendak, Hekma, 2006) en dat we dat niet in één, twee, drie uit de wereld kunnen halen, moet er onderzocht worden hoe ouders en andere opvoeders kinderen weerbaar kunnen maken en leren om te gaan met eventuele negatieve reacties. In 1985 stond er op de cover van The Advocate “How can we protect our children against homophobia”. The Advocate is een ‘lesbian & gay magazine’; dus het ‘we’ slaat op homo en lesbische ouders. Meer dan 20 jaar later is er nog maar weinig wetenschappelijk onderzoek naar deze vraag gedaan, en dat is nou net de lijn die ik samen met mijn collega’s verder zou willen gaan uitwerken en onderzoeken (zie ook: Van Gelderen, Gartrell, Bos, & Hermanns, 2009).
Keuzenkamp, S., Bos, D., Duyvendak, J. W., Hekma, G. (2006). Gewoon doen. Acceptatie van homoseksualiteit in Nederland. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau. Stacey, J., & Biblarz, T. J. (2001). (How) Does the sexual orientation of parents matter? American Sociological Review, 66, 159–183. Van Gelderen, L., Gartrell, N., Bos, H. M.W., & Hermanns, J. (2009). Stigmatization and resilience in adolescent children of lesbian mothers. Journal of GLBT Family, 5, 268-279. 9
VER WEG Het bachelorinstituut POW verwelkomde aan het begin van het semester zo'n 11 Erasmusstudenten afkomstig van de POW-uitwisselingsovereenkomsten met partnerinstituten in Europa. De meeste studenten zijn hier één semester op uitwisseling, anderen een heel collegejaar. Hieronder een kort verslag van drie van hen. Pilar Garcia Villen en Juan Miguel Hidalgo Maldonado uit Spanje Pilar Garcia Villen en Juan Miguel Hidalgo Maldonado, beide studerend aan de Universidad de Granada in Spanje studeren een heel collegejaar aan het bachelorinstituut POW. “We are both exchange students from the University of Granada, Spain. We had the opportunity to choose Amsterdam as our new city to make our studies for almost a year under the Erasmus programme, and here we are! Attending to the Universiteit van Amsterdam, experiencing a new world in a totally different place, meeting new customs, people, etc.” “Both of us study in the field of Educational Sciences, although we have courses from other departments as Psychology, Humanities, Social Sciences, etc. The first thing that we could notice as different was the methodology of the lectures, which make use of more technologic resources and also the dynamism by which the lecturers carry them out with more interactive activities, giving the chance to reflex about all the discussions and even we have the opportunity to watch them on Blackboard (we like this option particularly because of the language problems that we may have). We find the guest speakers interesting as well. They give us a close point of view of the issue and talking from their own experience makes it more reliable. In other courses we visit places, as museums, specific buildings, parks, etc. related with the issue that we´re going to discuss at class, so we can talk about it from our own experience. Some courses are divided in lectures and seminars. The latest are like workshops where we deeply study the lectures' topics by examples. In general, we are working and learning a lot from this dynamics courses.” “On the other hand we are pretty impressed because of the buildings and the student stuff. Here everything is huge, cool designed and computerized. We can study with the best and latest technologic resources. There is everything we need to study: full equipped classrooms, library with computers and printers, good study atmosphere, café and restaurant, sofas to seat and relax, etc. It is like a small city within Amsterdam.” “Talking about the city of Amsterdam, it has been a nice surprise to us. We thought that it will be more difficult to get adapted to the customs, the language, timetables, and, of course, to the bikes. But in the end, we have managed to find ourselves here, although the weather is still the most difficult thing. In short, we are very glad to be here and we´re enjoying Amsterdam the best.”
10
Martin Elfsberg uit Zweden Martin Elfsberg is student aan de Universiteit van Stockholm en tijdens dit semester Erasmusstudent aan het Bachelorinstituut POW. Hij leerde Nederlands voordat de colleges begonnen. “Sinds ik hoorde mijn lieve coördinator zei GRACHT, zodat de muren trilden, wist ik dat ik van de Nederlandse wilde leren (het klonk als [$#@rrrraaa$#@tt] voor mijn niet zo gewende Zweedse oren). Dat is het geluid die ik zou willen verrichten! Het Nederlands is heel mooi! En veel plezier voor een Zweedse student om deze taal te studeren! En het is heel leuk in een stad te zijn waar mensen constant zeggen "leuk" rechts en links. “Leuk! Dat is leuk! Heel leuk!" al de tijd. Dat geluid heeft een fantastische vocale plaatsing!” “Ik werk als vocal coach in Stockholm (als ik niet Sociologie studeer). Tijdens een les aan mijn koor leek het mij leuk om het woord ‘leuk’ te oefenen als een demonstratie van waar de klinkers hun plaats in de mond hebben. Het was fantastisch om de 40 enthousiaste Zweedse dames "heeeeeeel leeeeeeeuk" te horen uitroepen. Ik denk ook dat de vele verkleinwoorden typisch Nederlands zijn: beetje, biertje, of de constante "bonnetje erbij?" uit de supermarkt.” “Nou ja, en hoe komt het dat een Zweedse student schrijft in het Nederlands, dat vraagt u? Antwoord: het is zo leuk! Ik volgde een drie weken durende cursus, in augustus. Sinds dan lees ik boeken voor kinderen en ik kijk in woordenboeken tot mijn vingers pijn doen - een beetje. Maar boven alles, mijn zus komt mij over twee weken opzoeken en ze is gek op talen! Zodra ze hoorde dat ik naar Amsterdam zou gaan , ging ze naar de winkel en kocht een Nederlandse cursus, zodat we kunnen spreken Nederlands met elkaar. Hoe het zal gaan valt nog te bezien! Een heel typisch Nederlandse uitdrukking, vind ik, is "nou ja...". Het lijkt alsof de Nederlander altijd die extra ’cool controle’ wil hebben. Wat de Nederlander echt willen zeggen lijkt te zijn: "Geen gelul , ik ga je nu vertellen hoe het echt zit". Althans, zo zegt deze interpretatie iets over mij! Dat is wat maakt het leuk om in het buitenland zijn.”
Wil jij volgend jaar ook via het Erasmusprogramma in het buitenland studeren? Er zijn overeenkomsten met universiteiten in Berlijn, Londen, Leuven, Tübingen, Bologna, Lund, Stockholm, Warsaw, Madrid, Granada, Tallinn, Kopenhagen. Lees de brochure “Studeren in het buitenland POW” die te downloaden is via http://www.student.uva.nl/pw/buitenland.cfm of is af te halen in kamer G0.14 bij Jelka Driehuis, coördinator Internationalisering POW. Inloopspreekuur: dinsdag 12.-14 uur en op afspraak:
[email protected] 11
BESTUURSSTUDENTEN Beste studenten, In november zijn wij, Liselotte Dikkers (bachelor Pedagogische Wetenschappen) en Selma Janssen (Researchmaster Educational Sciences), gestart als bestuursstudenten van respectievelijk het College en de Graduate School of Educational and Pedagogical Sciences. Deze functie is helemaal nieuw, daarom willen wij jullie op deze manier over onze bezigheden informeren. Als bestuursstudent draaien wij mee in het bestuur van ons onderwijsinstituut voor Pedagogische en Onderwijskundige Wetenschappen. Samen met de overige leden van het bestuur, beslissen wij over alle soorten veranderingen binnen onze opleiding. Aankomend jaar zal dit vooral gaan over de nieuwe opzet van de bachelor- en masteropleidingen naar aanleiding van de Nota Studiesucces en de academische PABO die aankomend jaar van start gaat. In de Nota Studiesucces zijn maatregelen beschreven die het rendement van studenten (de snelheid waarmee studenten afstuderen) zouden kunnen vergroten. Eén zo’n maatregel is bijvoorbeeld Blokonderwijs waarbij er niet meer dan twee vakken parallel lopen in een bepaalde periode. Aan ons de taak om mee te denken over de implementatie van de maatregelen en om dit duidelijk naar de studenten over te brengen. Naast de vergaderingen met het bestuur zijn wij ook bij de vergaderingen van de opleidingscommissie. Op deze manier kunnen wij onderwerpen die in de opleidingscommissie spelen, doorkoppelen aan het bestuur en andersom. Naast de functie in het bestuur hebben wij de taak van de OWI-student (Onderwijsinstituutstudent) overgenomen. Wij zijn een aanspreekpunt voor alle studenten indien zij klachten, vragen of suggesties hebben. Dit kan over alles gaan dat met de opleiding te maken heeft. Mocht er iets mis zijn of denk je geweldige ideeën te hebben, kom dan naar ons!
vlnr. Selma Janssen (Graduate School) E-mail:
[email protected] Inloop: GS.17 (dinsdag 11.30-12.30) Telefoon: 020-5251207 (dinsdag) Liselotte Dikkers (College) E-mail:
[email protected] Inloop: GS.17 (maandag 13.00-14.00) Telefoon: 020-5251207 (maandag)
12
STUDENTEN EN HUN BIJBAANTJES Renée Meppelink, derdejaarsstudent Pedagogische Wetenschappen “Volgens mij spaar ik bijbaantjes, want ik heb er inmiddels drie. Ik geef zwemles, werk op de kinderdagopvang en ben mentor van eerstejaarsstudenten POW.” Zwemles “Acht jaar geleden ben ik begonnen met het geven van zwemles bij de zwemvereniging waar ik zelf altijd heb gezwommen. Maar sinds drie jaar geef ik les bij een particuliere zwemschool. Dat houdt in dat er maximaal vijf kindjes in een groepje zitten en dat je zelf mee het water ingaat bij alle lessen, dus ook bij de diploma’s A, B, C en zwemvaardigheid. Er zitten kinderen bij die extra aandacht nodig hebben vanwege bijvoorbeeld een motorische stoornis, ADHD, Syndroom van Down, autisme of angst. Dit laatste sluit natuurlijk goed aan bij mijn studie, daarom vind ik het ook erg leuk om te doen. Ik vind het een enorme uitdaging om kinderen te leren zwemmen, zeker bij de kinderen die de extra aandacht hard nodig hebben.” Kinderdagopvang “Hiermee ben ik begonnen omdat ik me in de zomervakantie verveelde. Omdat ik een invalmedewerkster ben, word ik steeds naar andere vestigingen gestuurd. Daardoor leer ik de kinderen niet goed kennen, wat ik jammer vind. Daarnaast is het een stuk minder uitdagend dan zwemles geven. Wat ik wel leuk vind, is dat ik nu ook in de praktijk zie hoe de ontwikkeling van kinderen verloopt. Ik werk namelijk met baby’s, dreumesen, peuters en basisschoolleerlingen.” Mentor “Het leek mij onwijs leuk om mentor te worden van eerstejaarsstudenten. Als mentor moest ik de eerstejaars op weg helpen en er voor ze zijn als dat nodig was. Veel onderwerpen die in de mentorles aan bod komen zijn heel herkenbaar, omdat ik zelf twee jaar geleden ook in het eerste jaar zat. Ik vind het interessant om te zien hoe veel ik in die twee jaar heb geleerd, en ik vind het leuk dat ik een deel van die kennis weer door kan geven. Inmiddels zit mijn taak als mentor er al weer bijna op, want in het tweede semester gaat mijn taak als mentor over in docentmentor van het propedeuseproject. Dan zal ik een groepje studenten begeleiden die bij mij hun propedeuseproject zullen doen. Nu kijk ik al uit naar mijn taak als docentmentor!” “Al deze bijbaantjes kosten bij elkaar veel tijd, gemiddeld 23 uur in de week. Toch kan ik het goed combineren met mijn studie en houd ik ook nog tijd over om te ontspannen en leuke dingen te doen, alleen slapen schiet er nog al eens bij in…”
13
Nynke Annema, schakelstudente master Forensische Orthopedagogiek “Het zal je niet ontgaan zijn, maar tijdens een universitaire studie kom je vrijwel niet in aanraking met de praktijk. Hoe kunnen wij later beslissingen nemen die van invloed zijn op de praktijk als wij niet weten hoe het eraan toe gaat in de praktijk? Deze vraag heb ik mij vaak gesteld begin dit jaar. En wat doe je in een dergelijk geval… je gaat op zoek naar de praktijk!” “Op dit moment ben ik bezig met het schakelprogramma van de master Forensische Orthopedagogiek. Vorig collegejaar heb ik mijn bachelor Criminologie behaald en mijn keuze viel op deze master, omdat mijn interesse ligt bij jeugd en dan in het bijzonder jeugdcriminaliteit.” Vrijwilliger Stichting Heppie “Tijdens een college werd mij verteld over de Stichting Heppie, dit is een vrijwilligersorganisatie die vakanties en weekenden organiseert voor kinderen die het hard nodig hebben. Als vrijwilliger begeleid je kinderen met uiteenlopende problematiek, zoals kinderen met een ontwikkelingsstoornis, mentale achterstand of kinderen die uit een moeilijke thuissituatie komen. Kortom, een heel diverse doelgroep die alle aandacht verdient. De stichting hecht veel waarde aan gekwalificeerde vrijwilligers en daarom word je goed voorbereid op de vakanties door middel van trainingen en verhalen van ervaren vrijwilligers.” ‘Heppie-gevoel’ “Deze zomer heb ik voor het eerst een vakantieweek meegedraaid en het was een ultieme ervaring die bijna niet met woorden te omschrijven valt. Binnen de stichting noemen ze dit het ‘Heppie-gevoel’. Structuur en positiviteit zijn de kernbegrippen tijdens de vakantieweek. Deze aanpak zorgt ervoor dat kinderen zich volop kunnen ontplooien. Je ziet de kinderen opbloeien en plezier hebben, maar even zo belangrijk kun je de kinderen een gevoel van veiligheid bieden. Je geeft niet alleen de kinderen een geweldige week, maar je leert ook veel over jezelf. Wil je iets meer dan alleen studeren, wil je iets betekenen voor een ander en wil je jezelf echt leren kennen, twijfel dan niet en ervaar ook het ‘Heppie-gevoel’!” Interesse? “Als je geïnteresseerd bent geraakt in deze stichting kun je op dit moment ook kijken naar ‘De Frogers: Helemaal Heppie!’. Zij hebben deze zomer meegelopen met de vakanties en steunen de stichting.”
14
Floor van Linschoten, 21 jaar, derdejaarsstudente Pedagogische Wetenschappen “Toen ik drie jaar geleden in Amsterdam kwam wonen, wilde ik ook graag een bijbaantje naast mijn studie. Verschillend werk heb ik gedaan, van horeca tot werken in een supermarkt en daarnaast bleef ik altijd oppassen.” Nanny “Een jaar geleden werd ik benaderd via het bureau They Care Nanny Solutions. Ze waren (zijn nog steeds!) op zoek naar geschikte ‘nanny’s’ die het leuk vinden om meerdere (mid)dagen bij een gezin op te passen. Nu dacht ik in eerste instantie; hartstikke leuk, maar ik heb niet de tijd om fulltime nanny te zijn en dat is ook niet wat ik eigenlijk wil. Maar dat bleek helemaal niet te hoeven! Je kunt ook bij een gezin één of twee (mid)dagen oppassen, wat jou uitkomt en dan wordt daar een geschikt gezin bij gezocht. Na een intake gesprek werd ik al vrij snel gekoppeld aan een erg leuk gezin waar ik sinds een jaar drie middagen in de week oppas. Daarnaast pas ik ook nog bij twee andere gezinnen op, maar dat gaat niet via het bureau.” Afwisselend werk “Ik vind het super leuk werk, omdat je gewoon (bijna) dagelijks met kinderen aan het werk bent en dat is wat ik erg leuk vind. Het nanny-bureau verzorgt ook cursussen (zoals kinderEHBO) en (ook niet onbelangrijk!) je krijgt erg goed betaald! Ik ben uiteindelijk bij een gezin terecht gekomen, waarvan de vader van het meisje een bekende DJ is, dus regelmatig in het buitenland zit. Ik ga dan soms ook met hen mee; zo ben ik al met ze naar Miami en Ibiza geweest. Dit is natuurlijk ontzettend leuk, vooral ook omdat ik erg goed met het gezin overweg kan. Dit omdat ik daar drie dagen in de week ben en je dus al snel ‘part of the family’ bent. Ik heb het erg naar mijn zin als nanny bij dit gezin en het is ook goed te combineren naast mijn studie. Een ideaal bijbaantje dus!”
15
APART
MACHTELD MULDER
Haar grote passie is atletiek. Vorig jaar werd ze derde op de 800 meter bij de Wereld Jeugd Kampioenschappen in Polen. Daarnaast studeert ze fulltime Pedagogische Wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Gelukkig kon Machteld tussen het sporten en studeren door nog tijd vinden voor een interview met ons. In het kort Machteld Mulder is 20 jaar en woont samen met haar ouders in Wijdenes, een dorpje vlakbij Hoorn. Ze is tweedejaars student aan de UvA. Atletiek beoefent ze al sinds haar twaalfde. En hier blijkt ze al snel erg goed in te zijn.
Prestaties Machteld heeft zich gespecialiseerd in de 800 meter. Deze afstand vindt ze het leukst, omdat hij niet te kort en niet te lang is. Het blijft spannend om naar te kijken. Het leuke aan deze afstand vindt Machteld ook dat er lopers uit veel verschillende werelddelen meedoen: Amerikanen, Europeanen, Afrikanen. Als in 2003 Ton Baltus, voormalig 800 meterkampioen, haar gaat trainen, wordt ze in drie weken klaargestoomd voor het NK Junioren. Daar eindigt ze als 14-jarige meteen op een tweede plaats. In de jaren die daarop volgen, wint ze bij de Ben de A-jeugd meerdere malen de Nederlandse indoor- en outdoortitel. Op Nederlandse wedstrijden gaat het hardlopen Machteld inmiddels zo goed af, dat ze klaar is voor haar volgende uitdaging: internationale wedstrijden. Haar eerste internationale succes behaalt ze in 2005, waar ze tijdens het European Youth Olympic Festival in Lignano een bronzen medaille binnensleept. Vele overwinningen volgen, zoveel zelfs dat het er eigenlijk teveel zijn om allemaal op te noemen. Zo eindigt Machteld in 2007 tijdens het NK in Amsterdam op de eerste plaats bij de vrouwen. Tijdens het EK voor junioren in Hengelo wordt ze derde. En vorig jaar met de Wereld Kampioenschappen voor Junioren in Bydgoszcs, behaalt ze de bronzen medaille met een persoonlijke recordtijd van 2.02,05. Dit is de wedstrijd waar ze tot nu toe het meest trots op is, ze mag zich bij de Junioren namelijk derde van de wereld noemen! Ook dit jaar heeft ze weer erg goede tijden gelopen. Daardoor heeft ze zich geplaatst voor de Europese Kampioenschappen voor neo-senioren (deelnemers in de leeftijdscategorie tot 23 jaar) in Kaunas. 16
Trainen Maar om zo goed te worden moet je natuurlijk veel trainen. Machteld is lid van atletiekvereniging AV Hollandia. Ook is ze aangesloten bij een Noord-Hollands hardloopteam, Team Distance Runners, een groep lopers die afwisselend trainen in Hoorn, Castricum, Heerhugowaard en Schoorl. Machteld traint zeven tot tien keer per week, gemiddeld zo'n twee uur per dag. Studeren Pedagogische Wetenschappen bevalt Machteld zeer goed. Op de vraag waarom ze naast het vele trainen en alle wedstrijden, ook nog voltijd studeert, antwoordt ze dat ze zich anders zo nutteloos voelt. Bovendien vindt ze studeren gezellig door het contact met medestudenten. Atletiek is toch het grootste deel van de tijd een sport die je alleen doet. Het lopen en studeren is volgens Machteld erg goed te combineren. Want er zijn relatief weinig colleges en het belangrijkste wedstrijdseizoen begint pas in mei als de laatste tentamens alweer afgelopen zijn. Daarnaast geeft het rennen in de buitenlucht haar voor en na het leren ontspanning. Daarna is ze weer extra gemotiveerd om aan haar studie te werken, en ligt zij dus niet uitgeteld met een zak chips op de bank. Leuke extra's Machteld heeft niet het gevoel dat ze een echte student is en loopt, zoals ze het zelf zegt, niet elk feestje af. Soms lijkt het haar wel leuk om in een studentenhuis in Amsterdam te wonen. Toch heeft zij gekozen voor een leven als topatleet. En het meedoen aan topsport kent ook leuke extra's. Zo gaat Machteld ieder jaar voor het outdoorseizoen naar het buitenland op trainingstage. Dit jaar gaat ze twee weken naar Portugal. Door de internationale wedstrijden bezoekt ze veel verschillende landen. Zo is ze onder andere al in Litouwen, Italië en China geweest. Een andere leuke bijkomstigheid aan het sporten op hoog niveau is het hebben van sponsors. Zo voorziet Nike haar bijvoorbeeld niet alleen van sportkleding, maar ook van kleding voor in het dagelijkse leven! Toekomst Een groot voorbeeld van Machteld is Ellen van Lange. Deze Nederlandse atlete werd in 1992 Olympisch Kampioen in Barcelona op de 800 meter. De Olympische Spelen ziet zij als de absolute top van wat je kan behalen in de atletiekwereld. Machtelds grote droom is de Olympische Spelen van 2012 in Londen. Tegen die tijd hoopt ze haar bachelor te hebben en zich vol op de Spelen te kunnen richten. Een podiumplaats zou leuk zijn, maar meedoen zou ze al een grote eer vinden! Tekst: Nikki Weenink & Anita Ranzijn
17
COLUMN STUDENTENRAAD FMG
Na anderhalf jaar medezeggenschap (lees: studentenraad) heb ik het idee dat ik nu wel zo'n beetje begrijp hoe de UvA werkt. Dit idee is soms onjuist en soms zelfs gevaarlijk, maar het zorgt er ook voor dat ik me weinig meer verbaas over dingen. Vorig jaar wist ik niet wat ik meemaakte toen ons College van Bestuur (lees: de bazen) had besloten om je voor iedere punt bovenop je normale bachelor extra te laten betalen. Deze 100 euro per studiepunt, Ambitietax in de volksmond geheten, is uiteindelijk na groot protest ten onder gegaan. Nu droomt elk studentenraadslid stiekem van een nieuwe bezetting van Het Maagdenhuis, en anders in ieder geval van spandoeken op het Spui, maar het idee dat de Ambitietax zonder protest gewoon was doorgegaan, vond ik griezelig. Verbazen deed ik me echter niet zo heel lang geleden weer toen de UvA, ditmaal in de persoon van de onderwijsdirecteur Psychologie, had besloten om studenten maximaal 30 punten per semester te laten halen, uitzonderingen konden worden gemaakt. Verbaasd hierover werd ik pas echt toen bleek dat dit al een tijdje een normale gang van zaken was en het nu pas officieel werd gemaakt. Ditmaal had minister Plasterk de UvA echter teruggefloten en is de regel vervolgens weer ingetrokken door de UvA. Waarom dan toch deze maatregelen nodig zijn, heeft te maken met het woord van het moment: 'studiesucces'. Vorige column refereerde ik al naar het 'geldprobleem' dat de UvA heeft en het gevolg is dat wij als studenten sneller moeten afstuderen. Vorig jaar moest de 'excelente' student nog excelleren maar dat bleek toch weer te duur. Maatregelen zoals hierboven besproken zouden hieraan moeten bijdragen en behalve overduidelijke verbeteringen als nieuwe studieadviseurs en kleinere werkgroepen (en misschien dat ze meer studieplekken ook nog wel mee gaan nemen), komen er ook meer 'controversiële' dingen als verplichte aanwezigheid bij alle werkgroepen en het afschaffen van herkansingen. Het staat er echt: het afschaffen van herkansingen. Ik moet heel eerlijk toegeven dat mijn mond niet meteen open viel van verbazing. Ik schrok wel van mijn eigen reactie. Waar ik vroeger meteen begon te schreeuwen bij elk belachelijk plan van de UvA, vind ik het nu soms zelfs een begrijpelijke en goede maatregel. Ik ben een beetje afgestompt geworden met betrekking tot de werkelijkheid. Ik zou me graag weer verbazen over de maatregelen die de UvA voorstelt maar daar heb ik jullie voor nodig. Als er bij Pedagogische Wetenschappen of Onderwijskunde dingen gebeuren die echt niet kunnen, of gewoon vervelend zijn, meld dit alsjeblieft zodat ik ermee aan de slag kan. Gijs van der Poel
18
19
OPMERKELIJK NIEUWS Autistisch kind wil Sint weer naar Spanje zien gaan De Nederlandse Vereniging voor Autisme (NVA) heeft een website opgezet, www.wegmetsint.punt.nl. De vereniging pleit daar voor een Sinterklaasjournaal waarin te zien is dat de goedheiligman ons land weer verlaat. Voor veel autistische kinderen is de spanning die Sinterklaas met zich meebrengt namelijk te veel. Door zo'n afscheid op het Sinterklaasjournaal weten deze kinderen dat ze niet meer bang hoeven te zijn voor verklede volwassenen of zwarte pieten die opeens opduiken. Dit zal voor een hoop rust zorgen bij autistische kinderen.
Door je kinderen ga je op je ouders lijken Als je zelf kinderen krijgt, ga je steeds meer op je ouders lijken. Dat concludeert wetenschapper Freek Bucx van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek door het analyseren van meer dan duizend jongvolwassen, hun ouders en hun eventuele partners. Ook blijken kinderen meer terug te vallen op de opvattingen van hun ouders. Ze gaan hetzelfde denken over gezinsrelaties of de taakverdeling in het huishouden.
Baby's huilen in 'moedertaal' Duitse wetenschappers ontdekten dat nieuwgeborenen huilen op de melodie die typisch is voor hun moedertaal. Het onderzoeksteam kwam tot deze ontdekking door met microfoontjes het gehuil van baby's te registeren en dit gehuil vervolgens met de computer te analyseren.
Leraar moet beter leren rekenen Het gemiddelde rekenniveau in Nederland daalt langzaam. Uit onderzoek van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen is gebleken dat dit komt doordat leraren niet goed genoeg kunnen rekenen. Zij zouden de verschillende rekenstrategieën niet goed onder de knie hebben. Oorzaken hiervan zijn dat leraren op de PABO's al beginnen met een te laag rekenniveau en op de PABO vervolgens te weinig rekenles krijgen. Ook zou er te weinig aan nascholing worden gedaan. De staatssecretarissen Van Bijsterveldt en Dijksma zijn nu hard bezig de lerarenopleidingen te verbeteren en de achterstand in rekenen en taal weg te werken. 20
ACTIEVE LEDEN UITJE Klootschieten met Comenius Vol verwachting stonden we te wachten op het bestuur in het centrum van Amsterdam. Waarom moesten we hier verzamelen en wat gingen we die middag doen? Vandaag werden we beloond voor het harde werk wat we dit studiejaar al voor Comenius hebben gedaan, het Actieve Leden Uitje! Toen iedereen gearriveerd was, kwam er een dame met een ontzettend Amsterdams accent aan ons vragen of wij van Comenius waren. Dan had ze namelijk de juiste groep gevonden om te gaan klootschieten op de wallen. Jawel, klootschieten! Eenmaal opgedeeld in groepen van vijf, kreeg iedere groep een zogenaamde “klotentas” met daarin een vragenlijst over de wallen, pen en gelukkig poncho’s, want het weer zat helaas niet mee. Van iedere groep werd iemand aangewezen als “klotenleider”, die het team op sleeptouw moest nemen. Wie het eerste alle vragen had beantwoord en binnen de tijd op de afgesproken plek was, maakte een goede kans om te winnen. Dus klaar voor de start en…. go! Als een malle ging iedereen druk op zoek naar aanwijzingen voor het beantwoorden van de vragen. Dat was nog best lastig, want probeer maar eens te achterhalen waarom mannen het vroeger liever op de grond deden dan in bed bij een prostituee? En wie er tegenwoordig gevestigd zitten in de Bloedstraat, en meer van dit soort hersenkrakers. Vele van ons kwamen erachter dat “The Red Light District” eigenlijk ook een heel gezellige buurt is. Zo zijn er leuke winkeltjes (bijvoorbeeld in de Warmoesstraat), maar zijn vooral de mensen er erg aardig. En behulpzaam! Zelfs de aanwezige politiemannen maakte alle tijd om te helpen met het beantwoorden van lastige vragen. Na het beantwoorden van de vragen begon de strijd pas echt! Klootschieten op de wallen. Wie de Amsterdamse kloten in zo min mogelijk beurten over de Wallen wist te gooien en uiteindelijk de meeste aantal vragen goed had, mochten zich de winnaars van de dag noemen. Als er twee teams een gelijke score zouden hebben, zou de meest originele naam voor het team de doorslag geven. Dus originaliteit was ook een cruciaal onderdeel van het spel. Eenmaal met een drankje in de kroeg van de schrijver van Baantjer, was het grote moment daar. Wie o wie zou er gaan winnen? Het team ‘Meiden met ballen op de wallen’, ‘De blauwe vrijsters’, ‘De toffe tieten’ of toch ‘De eikeltas’? De winnaars van de dag waren.... De toffe tieten! Bedankt bestuur, voor een zeer geslaagd Actieve Leden Uitje. Het was een topdag! Tekst: Suzan van Alphen 21
OPVOEDING MAILT MET…
TISCHA NEVE
Het televisieprogramma Schatjes is inmiddels alweer even afgelopen. Toch heeft Tischa Neve tijdens de uitzendingen met haar effectieve en inspirerende aanpak in de gezinnen zoveel indruk op ons achtergelaten, dat we graag meer van haar wilden weten. En wat blijkt? Tischa heeft klinische kinder- en jeugdpsychologie aan de Universiteit van Amsterdam gestudeerd! Tegenwoordig is ze kinder- en jeugdpsycholoog, speltherapeut en opvoedcoach. Hoe bent u bij het televisieprogramma Schatjes terecht gekomen? “Ik werkte toen bij bureau jeugdzorg (BJZ) Den Haag en een oud collega van BJZ in Hilversum werd gevraagd door de redactie van Schatjes of ze nog iemand wist die jong, hip en psycholoog was. Zij heeft toen mij aangeraden en na een screentest ben ik het geworden. Ik wilde eigenlijk niet op tv, maar het concept om zo mensen op maat en thuis te kunnen helpen was natuurlijk geweldig en ook om een groot publiek te bereiken en zo hopelijk de drempel tot opvoedhulp vragen verlagen. Dus heb ik het toch maar gedaan en uiteindelijk met super veel plezier.” Wat maakt het beroep van psycholoog zo leuk? “Ik vind het vooral leuk om met en rond kinderen te werken. Ik hou van het unieke en pure van kinderen en ik help hen en hun ouders graag om het samen zo leuk mogelijk te hebben. Mijn werk is heel erg afwisselend en het helpen van anderen is iets wat bij mij past.” U doet en heeft ontzettend veel gedaan op het gebied van kinderen, onder andere trainingen en advies geven aan ouders en kinderen, therapie geven aan gehandicapte kinderen bij Stichting Sam, bij Jeugdzorg gewerkt met criminele jongeren. Wat zijn uw toekomstplannen? “Ja leuk hè allemaal, ik heb nu een eigen bureautje Groot en Klein van waaruit ik van alles doe wat ik leuk vind. Ik ben van plan workshops en lezingen over opvoeden van (bijzondere) kinderen te blijven geven, ik ga waarschijnlijk een boek over opvoeden schrijven en samen met JM magazine (waar ik voor schrijf) ontwikkelen we online opvoedcursussen. Verder begeleid ik een aantal kinderen met een vorm van autisme op hun school, ook ontzettend leuk. Ik ben van plan om me verder te ontwikkelen in de hoek van oplossingsgericht werken. Langzaamaan zal het zich wel een bepaalde weg op gaan richten maar de veelzijdigheid van wat ik nu doe vind ik juist geweldig. En naast dit alles lekker veel tijd doorbrengen met mijn zoontje Dim, nu een half jaar. Daar kan geen werk tegenop!” Heeft u nog tips die u toekomstig afgestudeerde pedagogen kunt meegeven? “Denk breed, dan komen de leukste dingen op je pad. Durf dingen te doen waarvan je niet zeker bent. Volg na je opleiding cursussen en workshops in de richting die je leuk vindt, dat vormt je verder en maakt helder welke kant je passie echt ligt. Loop eventueel met ervaren collega’s mee om van te leren. En vrijwilligerswerk zoals ik doe met het geven van dolfijntherapie aan kinderen met Down Syndroom en ASS leert je ongelofelijk veel en geeft heel veel voldoening!”
22
BLIK OP HET WERKVELD Praktijkavond (Ortho)pedagogiek ‘Blik op het Werkveld’
Als je meer wilt weten over wat je met de opleiding Pedagogische Wetenschappen of Onderwijskunde later kunt, was een bezoek aan de praktijkavond ‘Blik op het Werkveld’ een goede optie geweest. Deze avond werd door Comenius in samenwerking met het NVO (Nederlandse Vereniging voor Pedagogen en Onderwijskundigen) en de VSPVU (studievereniging psychologie en pedagogiek van de VU) georganiseerd. De avond vond plaats op 9 november in café Uilenstede in Amstelveen. Er waren (ortho)pedagogen van uiteenlopende werkvelden bijeengekomen, die vertelden over de inhoud van hun werk en over hun ervaringen in de praktijk. Loes Altena vertelde over werken in het onderwijs, Irene Mol over Jeugdzorg en de GGZ werd gerepresenteerd door Gerdien Welleman. Stuk voor stuk dames die vol passie waren over hun werk. Ook hadden zij nog handige tips voor studenten die in de toekomst als (ortho)pedagoog aan de slag willen. Zo is het volgens Gerdien Welleman bijvoorbeeld heel belangrijk om een netwerk op te bouwen!
Enkele reacties van POW-studenten na afloop van de avond: Annemieke Visser, eerstejaars schakelstudent Orthopedagiek:
"Ik vond de avond een enorme opsteker! Gezellig, interessant en heel informatief. Onder het genot van een drankje heb ik enkele van mijn toekomstmogelijkheden overwogen. Ik raad het iedereen aan." Soumaya Broeders, derdejaars studente Pedagogische Wetenschappen:
“Ik vond het een leuke avond! Ik heb er erg veel van opgestoken en weet nu beter wat ik later zou willen en kunnen met deze opleiding.” Marleen Korf:
“Leuk en blikverruimend!” Irena Hof, masterstudent Orthopedagogiek:
"Veel meer inzicht in het werkveld gekregen. Vooral veel informatie over hoe nu straks na je afstuderen en over de GZ-opleiding"
Tekst Anita Ranzijn
23
GOEDE FILM Precious: Based upon the novel Push by Sapphire Dikke winterjassen zijn uit de kasten gehaald, tegen zessen gaan fietslampjes alweer aan en kerst is in volle aantocht. Wat is nu een mooier moment om het filmhuis of de bioscoop met een extra bezoekje te vereren? Voor deze donkere dagen heeft de redactie een heerlijk dramatische en enigszins educatieve film als tip: Precious-- Based upon the novel Push by Sapphire. Claireece ‘Precious’ Jones (Gabourey Sidibe) is een 16-jarig meisje en moeder van een zoon met het Syndroom van Down . Als Afro-Amerikaanse met zwaar overgewicht in het bikkelharde Harlem (USA) heeft ze het al zwaar. Maar nu is Precious voor de tweede keer zwanger, wederom van haar vader. Op school wil het alles behalve vlotten met medeleerlingen en het schoolwerk zelf lukt ook niet bepaald. Thuis heeft ze een dominerende, schreeuwende moeder die haar emotioneel en fysiek mishandelt. Toch krijgt ze vanuit school de kans om over te stappen naar een alternatieve school. Hier komt ze onder hoede van Miss Rain, een lerares die Precious wel lijkt te begrijpen en haar laat voelen dat ook zij bijzonder is en talenten heeft. Deze schoolverandering lijkt het begin van een nieuwe toekomst voor Precious... Een mooie film, deels gemaakt onder de vleugels van Oprah Winfrey, om weer eens even stil te staan bij alle tieners (en kinderen in het algemeen) die het niet zo goed hebben als wij, Nederlandse studenten. Voor een regenachtige avond zeker de moeite waard, al is het alleen maar om Mariah Carey (als mevrouw Weiss, een maatschappelijk werkster) te zien zoals je haar nog nooit gezien hebt.
Tekst: Nikki Weenink
24
Advertentie
25
26
WIST JE DAT…?
BEROEPENFEEST
… Liselotte met een heel lekkere ‘man’ heeft gezoend? … de pepernoten binnen no-time op waren? … de Zwarte Pieten aan het eind van de avond niet zo zwart meer waren, maar de rest van het feestvolk wel? … Maartje een huisgenoot van Jeroen is? … één van de Sarphati-jongens achter ..... aan zat? … dit waarschijnlijk kwam omdat zij en Rowan er zo leuk uit zagen in hun Chinese pakjes? … Janneke en Lianne de grootste nerds van de avond waren? … Rianne vond dat iedereen, nu ze zo verkleed waren, er erg aantrekkelijk uit zag? … Julie zich erg beschermd voelde door haar homo-ouders? … de DJ niet eens De Jeugd van Tegenwoordig kende?! … het feest een hele fijne afsluiter was voor degenen die hun P hadden gehaald die dag? … Janneke en Eva hun rol als man wel zagen zitten? … Dorine ons geen één keer heeft uitgelegd waar de nooduitgangen waren en ook geen vliegtuigmaaltijden had uitgeserveerd? … ondanks de grote hoeveelheid doktoren, de Mexicaanse griep toch was uitgebroken? … wij ons toch erg veilig voelden met onze persoonlijke Comeniuszuster en – dokter; Françoise en Ruud?
27
KERSTRECEPT Het is bijna kerst en daarom tijd voor lekker eten. Zoals deze heerlijke kerstkransjes. Leuk om in de boom te hangen, maar vooral erg leuk om op te snoepen.
Ingrediënten 250 gr. bloem 165 gr. roomboter 125 gr. basterdsuiker 2 eieren 10 gr. Citroenrasp 3 gr. Bakpoeder Boter voor het invetten van de bakplaat Suiker Amandelschaafsel
Benodigdheden Beslagkom Glazen schaal Garde Koekjes uitsteekvorm (bloem) Appelboor Invetkwastjes
Voorbereiding 1. Vermeng de boter, suiker, citroenrasp en een ei in de beslagkom. Voeg vervolgens de bloem en het bakpoeder toe. 2. Was je handen met koud water en droog ze daarna goed af. Kneed het mengsel met je koude handen tot een soepele bal. 3. Laat het deeg 30 minuten opstijven in de koelkast. Kneed het deeg nu nogmaals en rol het uit tot een dikte van ongeveer 5 mm.
1. 2. 3. 4. 5.
Bereiding Steek de koekjes uit met het vormpje. Met de appelboor kun je vervolgens een gat uitsteken zodat je een echt kransje krijgt. Verwarm de oven voor op 190 graden en vet de bakplaat in met de overgebleven boter. Klop het tweede ei los in de glazen schaal en bestrijk de deegsterren hiermee, bestrooi de bloemen met het amandelschaafsel en de suiker. Bestrijk de bloem-vormpjes met een los geklopt ei. Bestrooi ze met geschaafde amandelen en wat suiker. Bak de kerstkransjes in ongeveer 15 à 20 minuten gaar en goudbruin. Laat ze vervolgens buiten de oven op de bakplaat 10 minuten afkoelen. Daarna kunnen de kerstkransjes verder afkoelen op een rooster.
28
29
AGENDA 6 januari
Nieuwjaarsborrel - Proost! Op een nieuw jaar vol gezelligheid en gekkigheid!
10 januari Wintersport - Comeniusgelazer in de sneeuw 3 februari Reünieborrel wintersport - Gelukkig hebben we de foto's nog! 3 februari Gala - Wist jij dat iedereen er zó uit kon zien?
30
Advertentie
Wil jij kinderen een fantastische dag bezorgen? Ben jij creatief? Werk je klantgericht? En heb je een kindgerichte opleiding op minimaal MBO-niveau afgerond (bijvoorbeeld SPW 3, SPH, CMV, Pedagogiek of PABO) of volg je op dit moment een relevante opleiding en heb je al minimaal 50% van de studiepunten van de totale opleiding behaald? Dan ben jij degene die wij zoeken voor werk in de kinderopvang! Wij hebben vacatures voor:
FLEXKRACHTEN/OPROEPKRACHTEN In de naschoolse – en dagopvang op diverse locaties in Amsterdam. Als groepsleider op een van onze vestigingen begeleid je kinderen in een kinderdagverblijf (leeftijd 0 tot 4 jaar) of in de naschoolse opvang (leeftijd 4 tot 13 jaar). Je moet van kinderen houden en je kunnen inleven in wat zij leuk vinden en wat hen bezighoudt. Je zorgt ervoor dat de dag goed verloopt en stemt de activiteiten af op de leeftijd en vaardigheden van de kinderen. Werken bij De Kleine Wereld is elke dag anders! Dit is de ideale functie om te combineren met een studie, kinderen of een tweede baan. Je kunt werken op de dagen die jou het beste uitkomen en bepaalt zelf hoeveel uur je per week inzetbaar bent. Doordat je op verschillende locaties kunt worden ingezet, is je werk bovendien afwisselend en doe je veel ervaring op. Heb je interesse in een baan bij De Kleine Wereld? Neem dan contact met ons op! Bel 020 4120633 of stuur je CV + motivatie naar
[email protected]
31
OPVOEDING WOORDZOEKER O M O O B T S R E K E J T L E G N E T K
S U E N M U L T R O P S R E T N I W E E
O N D E R Z O E K S P R A C T I C U M R
K U E E S A K I R E M A L N K R A K R S
T L N D J T E I G O L N E E E E P E E T
N S O G N A U E U L S D I L R I P R K B
N E K O E E A M O D U G L E S S E S I O
K E P I T S I R T T S E I R T R L T U R
L E T P L S N R S S E R M E S E F K S R
A D R E O E C S V C E Z A F O V L R R E
B I I S K H R H L E O E F A K N A A E L
AMERIKA APPELFLAP BESTUURSSTUDENT CADEAUTJES ENGELTJE ETEN ETHIEK FAMILIE FEESTMUTS KERSTBAL KERSTBOOM KERSTBORREL KERSTELFJE KERSTKRANSJES KERSTMAN KERSTSHOPPEN KERSTSOK KLOOTSCHIETEN
T E G C T U S A I E I N F T J D P N D I
S V O C U E U T A E F R F R E W S S E E
R R I T N I L R S R T F E E R E U J O F
E E S O I S K F R R R E U T R K Z E P D
K E R S T M A N J O E E N N S E A E I E
B R U I T S L A P E N K I I K I N F L N
C A D E A U T J E T E L G W D H N C I N
D N O V A S R A A J E D U O A T E I E G
L A J O U E D U L O U P S N E E U W M !
KNUFFEL LAJOUEDULOUP LIEFDE MINISTERIE NIEUWJAARSDUIK ONDERZOEKSPRACTICUM OUDEJAARSAVOND OUDEJAARSCONFERENCE POEDERSUIKER ROCKENROLL SKILERAAR SNEEUW SUZANNE UITSLAPEN VERSIERING VRIENDEN WINTERSPORT WINTERTAFERELEN
32