Informatiebrochure Opleiding Zorg voor kinderen met diabetes mellitus
© St. Antonius Academie, Nieuwegein Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze (hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enig andere manier) zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de St. Antonius Academie te Nieuwegein.
Inhoudsopgave
1. Inleiding
4
2. Uitgangspunten
5
3. Opzet en structuur
6
4. Leerinhoud
7
5. Toelatingseisen
9
6. Aanvang en duur
10
7. Vrijstellingenbeleid
11
8. Organisatieafspraken
12
9. Praktijkveld
13
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
1. INLEIDING In deze informatiebrochure wordt u geïnformeerd over de uitgangspunten, inhoud, opzet en structuur van de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus` wordt aangeboden en verzorgd door de St. Antonius Academie. Daarnaast wordt ingegaan op een aantal organisatorische aspecten zoals toelatingsvoorwaarden, vrijstellingenbeleid, kosten en betalingsvoorwaarden. De brochure wordt gepubliceerd op de website www.antoniusacademie.nl Mocht u na het lezen van deze brochure nog vragen hebben over de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ dan kunt u contact opnemen met de St. Antonius Academie. Visie op leren en onderwijs Leren en werken worden in de St. Antonius Academie niet los van elkaar gezien. Bij het leren en het onderwijs is de professionele beroepspraktijk steeds het uitgangspunt. Het leren van de professionals en het onderwijs dat daarvoor plaats vindt richt zich op het verwerven van competenties: kennis, vaardigheden en attitude (dit alles in relatie tot de persoonskenmerken van de professional). Het leren en het onderwijs vindt vanuit een maximale samenhang plaats. Samenhang tussen de theorie en praktijk en tussen de verschillende onderdelen van ieder afzonderlijk opleidingsprogramma. Kernwaarden voor opleiden, ontwikkelen en onderzoek binnen de academie zijn: • Professionele beroepspraktijk als uitgangspunt. • Leren en werken. • Lerende organisatie. • Competentiegericht leren. • Interne en externe consistentie. • Ambitie en vooruitstrevendheid. • Innovatie. • Transparantie. De St. Antonius Academie voert sinds 2007 de opleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ uit. Hiervoor worden vakbekwame docenten ingezet, die werkzaam zijn in diabeteszorg aan kinderen. Verpleegkundigen die deelnemen aan de opleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ zijn werkzaam in één van de volgende organisaties in de gezondheidszorg: • Algemeen ziekenhuis: verpleegafdelingen en/of poliklinieken. • Categoraal ziekenhuis. • Thuiszorgorganisatie. Meer informatie vindt u op de website: www.antoniusacademie.nl In deze informatiebrochure wordt de student in de persoonsvorm zij of haar beschreven. Hiervoor kan ook hij of zijn gelezen worden.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
4
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
2. UITGANGSPUNTEN Bij de uitvoering van de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ gelden de volgende uitgangspunten: • De opleiding neemt de beroepspraktijk als vertrekpunt. • De beroepscompetenties1,2 van de gespecialiseerde verpleegkundige zijn het uitgangspunt van de opleiding. • De leerplannen sluiten aan op de initiële opleiding tot verpleegkundige. • De leerplannen richten zich op het verwerven van generieke en specifieke beroepscompetenties, die in samenhang met elkaar worden geleerd. • De leerplannen hebben een modulaire3 opzet. • Toetsing vindt plaats door middel van een Proeve van Bekwaamheid. • In de opleidingen krijgt de beroepsontwikkeling van de student als zelfstandig werkend gespecialiseerd verpleegkundige prominente aandacht. Naast het volgen van een volledige opleiding is het ook mogelijk enkele modulen naar keuze te volgen. Op basis van eerder verworven competenties kan aan studenten vrijstellingen worden verleend.
1
Een beroepscompetentie is afgeleid van het beroepsdeelprofiel van de gespecialiseerde verpleegkundige (Vereniging voor Verpleegkundigen en Verzorgenden Nederland (V&VN) en/of de betreffende beroepsvereniging). Een beroepscompetentie beschrijft de kennis, vaardigheden en het gedrag van de student, in relatie tot persoonskenmerken. Een beroepscompetentie is contextafhankelijk. 2 Indien er geen beroepsdeelprofiel beschikbaar is dan zullen de beroepscompetenties van de betreffende beroepsbeoefenaar worden afgeleid van beroepscompetenties van vergelijkbare beroepsbeoefenaren. 3 Een module is een afgeronde leereenheid, bestaande uit één of meerdere leeropdrachten voor thuis, in het academie en in de praktijk en omvat één of meerdere toetsopdrachten. St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
5
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
3. OPZET EN STRUCTUUR Modulen Het leerplan van de opleiding is onderverdeeld in modulen. Een module is een afgeronde leereenheid met een beperkte tijdsduur, die een inzichtelijk geheel van onderwijsleersituaties vormen en waarmee een onderdeel van de vereiste kwalificaties verworven kan worden. Elke module is duidelijk gerelateerd aan één taakgebied en één of meer competenties. De module is voor de student, docent en begeleider een handleiding bij het leren. Modulen hebben zoveel mogelijk een zelfstandige status. De modulaire structuur van de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ garandeert een opleidingssituatie waarbij: • maximaal aangesloten wordt op de werksituaties in het ziekenhuis; • een maximale flexibiliteit van de organisatie van het onderwijs mogelijk is; • een ruim vrijstellingsbeleid mogelijk is. Zelfstandigheid en verantwoordelijkheid Het is van belang dat iedere student een grote mate van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid toont ten aanzien van het eigen leerproces. Bij het doorlopen van de opleiding wordt dan ook een actieve opstelling verwacht van de student. De leeractiviteiten vragen een gedegen voorbereiding en uitvoering. Met name studenten die niet bekend zijn met deze vorm van opleiden moeten in het begin van de opleiding meer tijd besteden aan het indelen van studietijd en het bepalen van hun leergedrag. Begeleiding hierin door docenten en begeleiders in de academie en in de praktijk behoort tot de mogelijkheden.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
6
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
4. LEERINHOUD De inhoud van de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ is ondergebracht in de volgende vijf modulen: • • • • •
Module 1 Module 2 Module 3 Module 4 Module 5
Het chronisch zieke kind. Methodische beroepsuitoefening. Zelfmanagement en voorlichting aan kinderen. Kwaliteitszorg en Deskundigheidsbevordering. Bedrijfsvoering, beleid en beheer.
De modulen 1, 3, 4 en 5 zijn generiek. Dat betekent dat de leer- en toetsopdrachten kunnen worden uitgevoerd voor verschillende verpleegkundige vervolgopleidingen tegelijk. De St. Antonius Academie kiest er echter vooralsnog voor deze modulen per opleiding uit te voeren. In de toepassing zijn deze modulen altijd specifiek, omdat de student zorgsituaties uit de eigen beroepspraktijk als uitgangspunt neemt. Module 2 is een specifieke module. De leer- en toetsopdrachten worden specifiek uitgevoerd voor de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ en worden specifiek toegepast in de eigen beroepspraktijk. Module 1: Het chronisch zieke kind Bijna alle gespecialiseerde verpleegkundigen zien in hun beroepspraktijk de groep zorgvragers met een chronische aandoening toenemen. Daarom biedt de St. Antonius Academie deze generieke module aan alle gespecialiseerde verpleegkundigen aan. In de uitvoering wordt deze module specifiek omdat de student de leer- en toetsopdrachten bij een kind van het eigen specialisme toepast. In deze module, die gericht is op zorgvrager gebonden taken, staan de volgende twee thema’s centraal: • De visie op chronisch zieken, de prevalentie en gevolgen van chronische ziekten. • De ontwikkeling van het kind. De module wordt afgesloten met een praktijktoets, waarbij de student een nieuwsbrief maakt. Module 2: Methodische beroepsuitoefening In deze specifieke module per opleiding staan de diagnose, specifieke behandeling en zorgverlening van de betreffende doelgroep zorgvragers centraal. De drie leeropdrachten omvatten de volgende thema’s: • Pathofysiologie, diagnose en behandeling diabetes mellitus type 1. • Pathofysiologie, diagnose, behandeling en complicaties diabetes mellitus type 2. • Capita selecta. Deze module wordt afgesloten met een kennistoets en een praktijktoets, waarin de specifieke zorgverlening aan een kind met diabetes mellitus centraal staat. Module 3: Zelfmanagement en voorlichting aan kinderen De gespecialiseerd verpleegkundige heeft een belangrijke rol in het bevorderen van zelfmanagement, preventie en educatie. Om te komen tot zelfmanagement moet het kind en zijn ouders bewust zijn van de oorzaken en gevolgen van zijn ziekte, moeten zij in staat zijn verantwoordelijkheid te nemen voor het gedrag en moeten zij gemotiveerd zijn deze verantwoordelijkheid te dragen. Om een kind en zijn ouders hierbij te ondersteunen geeft de gespecialiseerd verpleegkundige voorlichting over zaken die gerelateerd zijn aan de gezondheidsproblematiek of behandeling. Dit St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
7
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
heeft tot doel om het kind de ziekte te laten integreren in zijn dagelijkse leven en de ziekte of de gevolgen daarvan, samen met zijn ouders, zelf te managen Binnen de gespecialiseerde zorg zijn communicatie en voorlichting erg belangrijk. De module richt zich op de verschillende onderdelen van voorlichting: informatie, instructie, educatie en begeleiding. De vaardigheden met betrekking tot zelfmanagement en voorlichting worden getraind met behulp van een trainer-acteur. In de module, die gericht is op zorgvragergebonden taken, staan de volgende thema’s centraal: • Zelfmanagement • Voorlichting. De module wordt afgesloten met een praktijktoets, waarbij de student een voorlichtingsgesprek uitvoert. Module 4: Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering Kwaliteitszorg en deskundigheidsbevordering blijven actueel omdat de beroepspraktijk voortdurend aan verandering onderhevig is. Kwaliteitszorg staat binnen zorginstellingen hoog op de agenda. Jaarlijks worden onderzoeken gepubliceerd waarmee zorginstellingen soms de publiciteit halen, in positieve maar ook in minder positieve zin. Iedere gespecialiseerd verpleegkundige is medeverantwoordelijk voor het kwaliteitsbeleid van haar zorginstelling. Van gespecialiseerd verpleegkundigen wordt verwacht dat zij daar een bijdrage aan leveren en dat zij bijdragen aan de professionalisering van hun eigen beroepsgroep. Het bijhouden van de eigen deskundigheid is een eigen verantwoordelijkheid van beroepsbeoefenaren. In de module, die gericht is op professiegebonden taken, staan de volgende thema’s centraal: • Kwaliteitszorg en Deskundigheidsbevordering: De competenties • Kwaliteitszorg en Deskundigheidsbevordering: Het werkplan De module wordt afgesloten met een praktijktoets. Module 5: Bedrijfsvoering, beleid en beheer De gespecialiseerd verpleegkundige levert een belangrijke bijdrage aan het beleid en beheer van materiële en financiële middelen, personele zorg en de organisatie van de werkzaamheden. Hierbij kan het gaan om toepassing van methoden, technieken, producten, materialen en registratie- en rapportagesystemen. Een goed beleid en beheer is een belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van het team en het uiteindelijk leveren van goede kwaliteit van zorg. Steeds vaker voeren gespecialiseerd verpleegkundigen min of meer zelfstandig een verpleegkundig spreekuur uit en vervullen zij een consultfunctie voor ander beroepsbeoefenaren. Een gespecialiseerd verpleegkundige is veelal lid van een multidisciplinair team. Vanuit haar eigen deskundigheid en verantwoordelijkheid neemt zij in dit team een centrale positie in. Samen met andere professionals werkt zij aan het verzamelen van informatie over de zorgvrager, het stellen van verpleegkundige en gezamenlijke diagnoses en beoogde resultaten, de planning en uitvoering van interventies en de evaluatie van zorg. In deze module, die gericht is op organisatie- en professiegebonden taken, staan de volgende vier thema’s centraal: • Bedrijfsvoering, beleid en beheer. • Verpleegkundig spreekuur. • Consult verlenen. • Multidisciplinair samenwerken. De module wordt afgesloten met een praktijktoets, waarin de multidisciplinaire samenwerking centraal staat.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
8
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
5. TOELATINGSEISEN Om te worden toegelaten tot de Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ gelden de volgende toelatingsvoorwaarden: • De student staat in het BIG register ingeschreven als verpleegkundige. • De student heeft gedurende de opleiding een leerarbeidsovereenkomst met een zorginstelling of beschikt voor de duur van de opleiding of stage over een stage- of leerplek zodat zij zich in de praktijk kan bekwamen en kan voldoen aan de eisen voor het behalen van de Proeve van Bekwaamheid. (zie verder Hoofdstuk 9: Praktijkveld). • De student moet gedurende de opleiding minimaal 24 uur per week binnen het specialisme ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ werkzaam zijn. Werkt de student minder dan 24 uur, neem dan contact op met de opleider/adviseur voor overleg. • De student is computer- en internetvaardig.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
9
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
6. AANVANG EN DUUR De opleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ start eenmaal per jaar. De duur van de praktijkleerperiode bedraagt 7 maanden. De praktijkleerperiode kan in overleg met de praktijkinstelling worden verlengd. De leeractiviteiten in de academie zijn gepland in 15 lesdagen. Dit is inclusief toetsing en exclusief zelfstudie en praktijkuren.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
10
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
7. VRIJSTELLINGENBELEID De student kan voor onderdelen van de opleiding vrijstelling aanvragen. Vrijstelling kan verleend worden voor één of meerdere competenties en de daarbij behorende modulen en proeven van bekwaamheid. Vrijstelling wordt verleend op basis van eerder verworven competenties. De verantwoordelijk leidinggevende van de zorginstelling en de opleider/adviseur van de St. Antonius Academie besluiten hierover. Bij het bepalen van de vrijstelling spelen de volgende vragen een rol: • Welke kennis en vaardigheden heeft de student paraat met betrekking tot de competentie? • Welke diploma’s, getuigschriften en (deel)certificaten heeft een student reeds in haar bezit? • Welke praktijkervaring heeft de student opgedaan? Procedure aanvragen vrijstellingen De student dient een gemotiveerd schriftelijk verzoek tot vrijstelling in bij de opleider/adviseur van de St. Antonius Academie en stuurt een kopie aan de verantwoordelijk leidinggevende van de eigen zorginstelling. In dit verzoek moet weergegeven worden voor welke onderdelen van de opleiding vrijstelling wordt aangevraagd en op grond van welke argumenten dit gebeurt. Wanneer volledige vrijstelling wordt gevraagd voor een competentie of module, moet een kopie van het (deel)certificaat worden bijgevoegd. 1. Het verzoek tot vrijstelling moet uiterlijk één maand voordat met de opleiding wordt gestart ingediend zijn. 2. De opleider/adviseur van de St. Antonius Academie beoordeelt met de contactpersoon van de zorginstelling het verzoek aan de hand van de bovenstaande vraagstelling. 3. De student wordt schriftelijk door de opleider/adviseur van de St. Antonius Academie geïnformeerd over de beoordeling van het verzoek. Uitzonderingen De opleider/adviseur van de St. Antonius Academie en de contactpersoon van de zorginstelling overleggen zonder tussenkomst van de student over eventuele vrijstellingen, als de student daarvoor al een relevante verpleegkundige vervolgopleiding heeft gevolgd. Informatie over de eventuele vrijstelling in deze situatie kan in eerste instantie bij de zorginstelling verkregen worden.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
11
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
8. ORGANISATIE AFSPRAKEN Inschrijving • Inschrijving vindt plaats via de leidinggevende van de zorginstelling waar de student de opleiding gaat volgen. • Inschrijving bij de opleiding vindt plaats op volgorde van ontvangst van de inschrijfformulieren. • Inschrijving voor de opleiding geschiedt als een volledig ingevuld inschrijfformulier (inclusief pasfoto en kopie BIG registratie) is ingeleverd. De inschrijfformulieren zijn te verkrijgen via de website van de St. Antonius Academie: www.antoniusacademie.nl Het maximum aantal studenten per startmoment bedraagt 25. Indien er nog plaats is op een bepaald startmoment, blijft inschrijving mogelijk tot aan de startdatum. Om de student zo goed mogelijk voor te bereiden op het volgen van de opleiding neemt de contactpersoon van de zorginstelling in het geval van late inschrijving telefonisch contact op met de St. Antonius Academie. De leidinggevende van de zorginstelling mailt of faxt de gegevens van de student altijd vóór de startdatum van de opleiding. Annuleringsvoorwaarden Er kunnen zich natuurlijk omstandigheden voordoen waardoor een reeds ingeschreven student toch niet aan de vervolgopleiding kan deelnemen. Hiervoor hanteert de Antonius Academie de volgende annuleringsregeling. Tot vier weken voor de aanvang van de opleiding kan er geannuleerd worden. Er worden dan alleen administratiekosten in rekening gebracht, te weten € 25,--. Na deze termijn worden de volledige opleidingskosten in rekening gebracht.
Opleidingskosten De kosten voor de opleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’ staan vermeld op de website van de St. Antonius Academie. De opleidingskosten zijn exclusief de volgende zelf aan te schaffen leermiddelen: • De ontwikkeling van het kind van Frank C. Verhulst. Assen: Van Gorcum (2008). ISBN: 978 90 232 4121 8. Kosten € 28,75 (prijsstelling 2010). Aanbevolen literatuur: • Luisteren naar kinderen. De Gordonmethode. Dr. Thomas Gordon. Baarn: Tition (2005). ISBN 978.90.4390.7583. Kosten € 19,95 (prijsstelling 2010). • Motiverende gespreksvoering. William R. Miller. Ekklesia (2006). Kosten € 25,90 (prijsstelling 2010).
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
12
Informatiebrochure Verpleegkundige Vervolgopleiding ‘Zorg voor kinderen met diabetes mellitus’
9. PRAKTIJKVELD Diversiteit in praktijkvelden Zoals in de Inleiding al is aangegeven kan het praktijkveld van de student heel divers zijn. Leerwerkplek Studenten die deelnemen aan de Verpleegkundige Vervolgopleiding `Zorg voor kinderen met diabetes mellitus` dienen te beschikken over een relevante leerwerkplek, waar zij het geleerde met behulp van leer- en toetsopdrachten kunnen toepassen. Op deze leerwerkplek dient de student alle leer- en toetsopdrachten van de opleiding te kunnen behalen. Als een student op haar leerwerkplek een bepaalde leer- en/of toetsopdracht niet kan behalen, dan wordt van de werkgever verwacht dat zij de student een vervangende leerplek aanbiedt, waar deze opdrachten wel behaald kunnen worden. Welke leerplek daarvoor het meest geschikt is en hoe lang deze leerstage moet duren, is afhankelijk van de inhoud van de betreffende leeren/of toetsopdracht. Overleg met en advies van de opleider/adviseur van de St. Antonius Academie is altijd mogelijk. Begeleiding in de praktijk Bij de uitvoering van leer- en toetsopdrachten in de praktijk dient de student te worden begeleid door een (werk)begeleider. Immers alleen dan kan beoordeeld worden of zelfstandige uitvoering van taken ook verantwoord is en kan een student tijdig bijgestuurd worden. Afhankelijk van het zelfstandigheidsniveau van de student is deze begeleiding direct of in toenemende mate meer indirect. (Werk)begeleiders zijn bij voorkeur verpleegkundigen of assistenten die opgeleid zijn in hetzelfde specialisme als dat van de student. (Werk)begeleiders hebben een dubbelrol: zij begeleiden enerzijds het leren van de student in de praktijk (toepassing) en anderzijds beoordelen zij de uitgevoerde praktijktoetsen.
St. Antonius Academie Nieuwegein, december 2010
13