Handleiding 2015-2016 Op volle kracht verder.
Informatie voor begeleiders van groepjes en voor ouders van Vormelingen. Overal waar ouder(s) geschreven wordt kan ook verzorgers gelezen worden. Dit is enkel gedaan om de leesbaarheid te bevorderen. Begeleiders: zijn de ouders welke zich opgegeven hebben om een groepje vormelingen te begeleiden in het project. Informatie voor begeleiders van groepjes en voor ouders van Vormelingen. In deze handleiding is gebruik gemaakt van icoontjes welke ook in het project gebruikt worden om aan te geven met wie delen van het project doorgenomen worden:
Deze opdracht wordt met de eigen ouder gedaan
Deze opdracht wordt in het groepje gedaan
Als aanvulling op deze handleiding kunt u als ouders/begeleiders ook gebruik maken van : http://zandtovenaar.rkk.nl/ Het is handig per onderdeel de handleiding te raadplegen.
Inleiding en Paspoort In het project vind je van blz. 3 tot en met blz. 7 een inleiding over het ontstaan van het Christendom. Het is de bedoeling dat de ouders dit zelf met hun vormeling doornemen en de dobbelsteen in elkaar zetten. Deze kan vervolgens gebruikt worden tijdens de groepsbijeenkomsten en bij de thuisopdrachten. De kinderen kunnen samen met de ouders thuis het paspoort invullen, een ontwerp maken voor het wapen en een spreuk bedenken. Wanneer de Vormheer komt voor de kennismaking zal het paspoort ondertekent worden. Op sommige scholen wordt een wapen in het groot gemaakt tijdens de handvaardigheidsles en vervolgens in de kerk opgehangen. Waarom een paspoort in een vormselproject? Wanneer je op reis gaat moet je je kunnen identificeren. Met het ontvangen van het h. vormsel geef je ook aan dat je op reis wilt, maar dan op de weg van Jezus. Met dit paspoort geef je aan wie je bent en wat je wilt. Dit paspoort wordt mede ondertekend door de pastor en de vormheer. Bekijk je eigen paspoort. Daarop staat het Nederlandse wapen en de spreuk JE MAINTIENDRAI In 1544 erfde de jonge graaf Willem van Nassau de bezittingen van zijn achterneef René van Chalons, waaronder het prinsdom Oranje. Het geslacht Chalons voerde als wapenspreuk: `Je maintiendrai Chalons'. Prins Willem van Oranje, zoals hij zich na de erfenis mocht noemen, nam dit devies over, maar verving Chalons door Nassau: `Je maintiendrai Nassau'. Dat wil zoveel zeggen als: ik zal mijn huis Nassau handhaven, ik zal opkomen voor de rechten van mijn geslacht. Op verschillende afbeeldingen van de prins is dit devies ook vermeld. In later jaren liet hij het `Nassau' helemaal weg, en werd de spreuk eenvoudig `Je maintiendrai'. De nakomelingen van de prins hielden deze spreuk ook, ook als ze zelf een eigen wapenspreuk voerden. Sinds 1813 is het de wapenspreuk van Nederland en komt het dus overal voor waar het rijkswapen is afgebeeld, dus ook op een Nederlands paspoort.
Ook kun je wijzen op het wapen van de gemeente of een familiewapen. Uit het gesprek moet in ieder geval duidelijk worden dat mensen een wapen en tekst zoeken wat bij hun karakter en instelling hoort. Dus niet een afbeelding van hun favoriete voetbalclub of idool (kan wel als detail). Voorbeelden van wapensymbolen en teksten zijn: Leeuw – macht en sterk Zon - warmte Duif – vrede Havik - gevechten Eikenblad – macht Kruis – christendom Wanneer dit besproken is, kunnen de kinderen hun eigen wapen ontwerpen. TIP; maak eerst een schets
Hoofdstuk 1. Blz. 8 Thuisopdracht blz. 9 t/m blz. 11 Blz. 9: Op weg naar mijn vormsel Ik word gevormd door het leven! Op het internet of uit boeken kunnen de kinderen uitdrukkingen vinden waarin het woord ,,vorm” of ,, vormen” voorkomen, en de betekenis daarvan. Voorbeelden: - In vorm zijn -Vervormen - in een andere vorm gieten Je kunt het ook visualiseren door: - samen kleien – samen met brooddeeg iets maken samen werken. Opdracht blz. 10: Schrijf in de blokjes door welke mensen je tot nu toe gevormd bent, thuis, op school en in de kerk. Dit kan ook met behulp van foto’s. Mogelijke antwoorden: Vader – Moeder – Zus – Broer – Familie – Leerkrachten – Pastoor of pastoraal medewerker. Oplossing puzzel blz. 11 Troost Levenszin Hulp Vergeving Moed Hoop
Richting Verklaring
Houvast Vrede
Groepsopdracht blz. 12 t/m blz. 16 Blz. 12 ik leef vanuit de sacramenten Sacramenten zijn tekens ingesteld door Christus en aan de kerk toevertrouwd waardoor wij hulp (= genade ) van God ontvangen. Antwoorden blz 12: Bijv. een hand, aai, kus geven. Bijv. een bloemetje geven. Bijv. ringen, trouwen Blz. 13, 14, 15 De zeven sacramenten Het knipvel (blz. 16) knippen, samen met de kinderen de sacramenten doorlezen en de juiste plaatjes erbij plakken. Voordien of aansluitend (ligt aan het tijdstip groepsbijeenkomt) is er samen (groepsouders begeleiden) een bezoek aan de kerk waar de pastor verdere uitleg geeft in de vorm van een rondleiding, dag en tijdstip rondleiding kerk staat vast (zie tijdschema). Oplossing puzzel blz. 17: Weet je nog wat sacramenten zijn? Sacramenten zijn tekens ingesteld door Christus en aan de kerk toevertrouwd waardoor wij hulp (= genade ) van God ontvangen.
Hoofdstuk 2. Blz. 18 Groepsopdracht blz. 19 t/m blz. 26 Blz. 19 en 20. Lees samen (beurtelings) met de kinderen de tekst en maak de opdrachten. Aanvullende info; Op zoek naar de Heilige Geest De vier elementen; Aarde Water Lucht vuur Verwijs bij de uitleg van de vier elementen naar de illustratie op de voorkant van de map. In de Griekse filosofie worden de oerelementen als volgt omschreven: De aarde is een ontvangend element, de moeder die voedt en doet leven. Water is levensbron, middel tot reiniging en vernieuwing. Het oervuur is het gesmolten magma dat vanuit de diepe lagen van de aarde naar de oppervlakte komt. De adem heeft universeel de betekenis van geboorte, van levensbeginsel. In het middelpunt leeft de mens zoekend naar de bron, naar het begin van alles.
Blz. 21, 22 en 23: Aarde Lees eerst samen de tekst. Aarde is een van de elementen. Waarom is aarde eigenlijk een element? Je moet terug in de geschiedenis om dit te begrijpen. Het is allemaal begonnen met de filosofie van ons bestaan. Wat is belangrijk voor het leven op aarde. Enkele filosofen uit de oudheid geloofden in bepaalde krachten die ervoor zorgden dat alles bleef doorgaan. Deze krachten werden door de vier elementen beïnvloed. Voor de aarde kwam dat op het volgende neer. De aarde geeft de planten alles wat ze nodig hebben om te groeien. De aarde is stevig en je kunt erop staan. Je kunt een gat in de grond graven en oneindig doorgaan zonder aan het einde te komen. Je valt niet van de wereld af. De aarde absorbeert water. Is het niet een wonder? Ze konden het allemaal niet verklaren, dus het moest wel bijzonder zijn. Het feit bij voorbeeld dat de aarde zwaartekracht kent is pas voor het eerst door Newton beschreven in de 17de eeuw. In onze 21ste eeuw weten we heel veel meer maar er zijn nog veel dingen die we niet echt begrijpen. Hoe is de aarde ontstaan? Er zijn vele theorieën. De verschillende culturen hebben allen hun eigen kijk op de zaak. De christelijke kerken geloven dat God de aarde heeft gemaakt zoals we lezen in het scheppingsverhaal. Tijdens het lezen van de bijbelverhalen kunnen illustraties uit bijv. de jongerenbijbel getoond worden.
Blz. 22: Noem eens voorbeelden van de kracht van aarde “We hebben zojuist het verhaal gelezen over hoe God de aarde schiep. Dit staat helemaal in het begin van de bijbel. Kijk nog eens wat er staat bij de derde dag. Hier zie je al een voorbeeld van de kracht van aarde.” Wat is nu de kracht van aarde: - de aarde brengt planten, bomen, vruchten voort; Maar ook zou geantwoord kunnen worden: - mens en dier kunnen er wonen; - met materiaal wat de aarde voortbrengt kunnen bijv. huizen gebouwd worden; - de aarde kan ook verwoestend zijn denk maar aan een aardbeving. Je kunt er op staan, zwaartekracht, bergen. Misschien komen kinderen wel met nog andere, verrassende antwoorden. Aan het einde van de bijeenkomst kun je tuinkers of radijs zaaien, zo wordt er enigszins gevisualiseerd wat de kracht van aarde is, bij de volgende bijeenkomsten kun je dit dan weer laten zien. Blz. 23: Collage, plak/tekenopdracht Laat de kinderen plaatjes plakken/tekenen, wat de kracht van aarde is (plaatjes uit tijdschriften, reisgidsen van bergen vulkanen, plaatjes van internet enz.). Je kunt het ook digitaal doen en dan uitprinten. Blz. 24 t/m 26: Lucht Lees eerst samen de tekst (blz.25) en maak daarna de opdrachten. Lucht is heel belangrijk in onze levens. We ademen het, maar we vliegen er ook doorheen. Maar wij zijn niet de enige wezens die lucht gebruiken. Alle dieren en planten hebben met lucht te maken. Kan jij je voorstellen hoe het zou zijn om zonder lucht te leven? Wij kunnen dat niet! Blz. 25 Opdracht Voorwaarden om te kunnen leven: mogelijke antwoorden zijn:‘adem’, ‘lucht’, ‘levensadem’; Vanuit het scheppingsverhaal bekeken is het de levensadem van God die de mens tot een levend wezen maakt, en vervolgens heeft de mens uiteraard ook water, voedsel, enz. nodig. Als uitleg kan verwezen worden naar mond op mond beademing; leven inblazen. Net als God dat deed.
Uitdrukkingen/ spreekwoorden: buiten adem zijn; ademloos toekijken; de adem inhouden; luchtje scheppen; gat in de lucht springen; geen wolkje aan de lucht; wind in je haren Voorbeelden van de kracht van lucht: Denk aan je adem, maar ook aan de wind buiten? Mogelijke antwoorden: het geeft leven: je krijgt letterlijk lucht, windhoos/tornado, windenergie, (een frisse) wind geeft nieuwe energie; wind houd je helder en wakker. Blz.26: Collage, plak/tekenopdracht Laat de kinderen plaatjes plakken/tekenen, wat de kracht van aarde is; plaatjes uit tijdschriften, reisgidsen , internet, zweefvliegtuig, windmolens, luchtballon, enz. Thuisopdracht Blz. 27 t/m 31: Water Iedereen weet wat water is. We kunnen het uit de kraan laten stromen om het te drinken of om iets schoon te maken. Maar wist je dat bijna 70 procent van de aarde bedekt is met water? En dat we zonder water niet zouden kunnen leven? Misschien denk je er niet aan, maar water is een van de belangrijkste dingen op aarde. Maar waarom hebben we water dan nodig? Wat is water eigenlijk precies? Blz. 28 van het project: lees eerst samen de tekst Opdracht: de kracht van water “Denk eens aan je eigen dagelijks leven: waarvoor gebruik je water?” Mogelijke antwoorden: om te wassen, bij het koken, om schoon te maken. Dat zijn voorbeelden van de kracht van water uit je dagelijks leven. Vervolgens: “Kijk nu nog eens naar het verhaal; wat is in het verhaal de kracht van water? Je zou kunnen zeggen: ‘schoon worden’. Maar het gaat hier om iets anders dan letterlijk schoon worden? Hier wordt ‘schoon worden’ in figuurlijke zin gebruikt? Wat zou bedoeld worden?” Mogelijke antwoord: ‘wat fout is gegaan in je leven en waar je spijt van hebt spoel je van je af; je mag opnieuw beginnen’. Op dit antwoord zijn vele variaties mogelijk. Kracht van water kan ook zijn, golven, overstroming, energie opwekken. Blz. 28 t/m 30;opdrachten maken. Blz. 31 Collage, plak/tekenopdracht Laat de kinderen plaatjes plakken/ tekenen, wat de kracht van water is (plaatjes uit tijdschriften, reisgidsen , internet,van zee, regen, kraan, enz.
Thuisopdracht blz.32 t/m blz. 35: Vuur Vuur heeft een belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van onze cultuur. Zoals archeologische vondsten hebben aangetoond heeft de mensheid zolang hij al bestaat het vuur gekend. Het begon met het gebruik van vuur uit natuurlijke bronnen. Deze vuren waren op een natuurlijke wijze ontstaan. Bijvoorbeeld een onweersflits die in een boom slaat waarbij de boom begint te branden of een vulkaan die met zijn gloeiende magma de omgeving in de brand zet. Later ontdekte de mens zelf een manier om vuur te maken. Ze maakten gebruik van wrijvings-warmte. Wrijvingswarmte ontstaat als je twee dingen snel over elkaar wrijft. Wrijf maar eens met je handen over elkaar. Ze worden dan warm. In vroegere tijden sloeg men twee brokken vuursteen tegen elkaar. Door de wrijvingswarmte sprongen gloeiende vonken van de steen. Zo lukte het om een hoopje droge bladeren in brand te steken. Blz. 33 lees eerst samen de tekst. Toelichting bij “Het Pinksterverhaal” Misschien heb je wel eens een film gezien die begint met een indrukwekkende gebeurtenis, waarnaar men teruggaat in de tijd. De kijker kan dan zien wat er allemaal aan dat indrukwekkende moment vooraf is gegaan. Wij doen net zoiets. Want zo dadelijk gaan we een verhaal lezen dat wel bekend staat als het Pinksterverhaal; een hele bijzondere indrukwekkende gebeurtenis, waarin de kracht van vuur een grote rol speelt. Hiervoor echter was er al een heleboel gebeurd. Daarover hoor je later meer… maar nu eerst dus “Het Pinksterverhaal” Opdracht blz. 33 Kracht van vuur; mogelijke antwoorden; de leerlingen raakten in vuur en vlam(warm gevoel) ze wilden het verhaal verder vertellen. Men kan ook denken aan;warmte, het binnenste van de aarde, verbranden, Blz. 35 Collage, plak/tekenopdracht Laat de kinderen plaatjes plakken/ tekenen, wat de kracht van vuur is; plaatjes uit tijdschriften, reisgidsen , internet, van vuur, zon, warmte, vulkaan enz.
Hoofdstuk 3. Blz 35 groepsopdracht blz. 36 t/m blz. 49 Jezus en de heilige Geest Blz. 37 en 38; De kinderen hebben thuis het pinksterverhaal gelezen, maak samen de opdrachten. Antwoorden: Oerelementen: Aarde - Lucht – Water - Vuur. In het scheppingsverhaal hoorden we hoe God ook gebruik maakt van de oerelementen, te weten aarde ( stof, klei ) en lucht ( adem ) ‘Hoe zat dat ook alweer?’: Mogelijk antwoord: God schiep de mens uit aarde en blies hem de Levensadem in de neus. Vervolgens lazen we in het verhaal over de doop van Jezus hoe Johannes gebruik maakte van het oerelement water. Waarom gebruikte Johannes eigenlijk water? ‘En had dat ook iets met God te maken?’: Deze vraag is ingewikkeld: er kan beter de vraag gesteld worden: ‘Hoe kwam God ter sprake in het verhaal?’ Mogelijke antwoorden: Johannes helpt God; als Jezus gedoopt wordt, zegt God: ‘Jij bent mijn enige zoon, de man naar Mijn hart’. Ten slotte hoorden we in het Pinksterverhaal hoe Gods Geest als helpende kracht verscheen in vuur (en trouwens ook in wind ) ‘Hoe gebeurde dat?’: Mogelijk antwoord: het leek wel of Maria en de leerlingen vuur om zich heen kregen. En een stevige storm waaide door het huis. Blz. 38 antwoorden Wat gebeurt er namelijk met hen als de H. Geest als vuur en wind over hen komt ‘Hoe voelen ze zich : Antwoord: warm en enthousiast ‘En wat gaan ze vervolgens doen: Mogelijk antwoord: Ze gaan naar buiten en vertellen aan iedereen wat hen in vuur en vlam heeft gezet. Ze gingen het verhaal rondvertellen. Blz. 39: de kaart van Israël in de tijd van Jezus.
Deze kaart staat groter afgebeeld in de jongerenbijbel. De kinderen kunnen na ieder verhaal iets kleuren of iets omcirkelen, bijv. de Jordaan blauw kleuren of ‘de geboorteplaats van Jezus’ omcirkelen. Ook kunnen de kinderen evt. de kaart vergelijken met hoe Israël er nu uit ziet. Blz. 40 t/m blz. 45: Wat aan pinksteren vooraf ging Lees samen met de kinderen de teksten en maak de opdrachten Bij blz. 40: ‘Wat was er zo bijzonder aan zijn geboorte?’ Vele antwoorden mogelijk. Bijvoorbeeld kan verwezen worden naar de omstandigheden rond Jezus’ geboorte: de stal, de kribbe, dat er herders en koningen bij waren. Ook kan een meer ‘theologisch’ antwoord gegeven worden, zoals: ‘God zond zijn Zoon naar de aarde’ of ‘Bijzonder is dat Jezus Gods Zoon is’. Bij blz. 41: ‘Wat vind je van Jezus’ gedrag?’: laat de kinderen hun eigen mening opschrijven. Wat zou Jezus bedoelen met : ,,Wist je dan niet dat ik bij mijn vader moest zijn? Mogelijk antwoord: ‘Jezus wilde dicht bij God zijn, zijn hemelse Vader’ Bij blz. 42; ‘Kun je begrijpen waarom vele mensen Jezus volgden?’ Mogelijk antwoord: ‘Jezus maakte indruk op hen’ of ‘Ze vonden Jezus bijzonder. Bij blz. 43; Kun je je indenken waarom Zacheüs zo blij was? Mogelijk antwoord: ‘Er was iemand die echt om hem gaf’ Bij blz. 44; Ken je misschien nog andere verhalen waarin Jezus iets doet voor een ander? Mogelijke antwoorden: Jezus die een blinde geneest; Jezus die een verlamde man helpt; Jezus die een vrouw redt, die mensen willen stenigen; Jezus die het doodzieke dochtertje van Jaïrus beter maakt; vele antwoorden mogelijk. Bij blz. 45; Wat is volgens jou ‘Barmhartigheid’?
Mogelijke antwoorden: ‘dat je hart uitgaat naar de ander en je de ander gaat helpen’, ‘dat je iemand helpt omdat je met hem/haar begaan bent (medelijden hebt)’. Kun je zelf ook een voorbeeld van barmhartigheid bedenken? Vele antwoorden mogelijk. Twee dingen zijn van belang: a) je hart wordt geraakt om wat de ander overkomt; b) je gaat er iets aan doen. Wat vind je ervan dat Jezus vaak een verhaal vertelde om mensen iets te leren? antwoord: Zo wordt het duidelijker voor de mensen.
Thuisopdracht blz. 46 t/m blz. 48 Lees samen het paasverhaal en maak de opdrachten Blz. 48. Wat is er eigenlijk zo bijzonder aan Pasen? Mogelijk antwoord: ‘De leerlingen en Maria waren bedroefd omdat Jezus dood was, maar na 3 dagen was hij weer in leven’ of: ‘Met Pasen vieren we dat Jezus opstond uit de dood’; vele varianten in antwoorden mogelijk. ‘Pinksteren is de dag waarop…” Mogelijk antwoord: ‘Pinksteren is de dag waarop Maria en de leerlingen van Jezus geholpen worden door de heilige Geest; ze worden enthousiast en warm van binnen; ze krijgen nieuwe moed om over Jezus en God te vertellen’; vele varianten in antwoorden mogelijk. . 49; vul de tijdbalk in, je kunt je eigen geboortejaar ook vermelden.
Hoofdstuk 4. Blz. 50 Thuisopdracht blz. 51 t/m blz. 53; Lees eerst samen de tekst.: Hoe de geest werkt in de mensen en in je zelf. Lees voor de kloosterdag de tekst van blz. 52 en 53. De antwoorden op blz. 53 geef je pas ná de kloosterdag. Bij blz. 53: ‘Wat vind je zo bijzonder aan Franciscus van Asisi?’ Antwoord: eigen mening Beschrijving van de personen, vermeld op blz. 54. Moeder Teresa (1910-1997) Ze werd geboren in Macedonië en vertrok op haar achttiende naar India om als non voor de armen te gaan werken. In 1950 stichtte ze een eigen religieuze orde met de armenzorg als speciale opdracht. Vooral haar werk in Calcutta verwierf internationale bekendheid. Ze kreeg in 1979 de Nobelprijs voor de Vrede. Moeder Teresa overleed op 5 september 1997 in Calcutta. In 2003 werd moeder Teresa zalig verklaard door Johannes-Paulus II. Maximiliaan Kolbe (1894-1941) was een van de martelaren van het nazi-regime in Duitsland. Hij stond bekend om zijn grote liefde voor Maria. Hij werd opgepakt door de bezetter om zijn stellingname tegen het godloze nazisme. In het concentratiekamp Auschwitz, waar hij zijn leven offerde , plaatsvervangend voor een tot de hongerdood veroordeelde vader van een gezin met kinderen. Dit geschiedde op 14 augustus 1941. Tijdens deze stervenstijd was Maximiliaan Kolbe een rots in de branding voor zijn negen medelotgenoten. Ook in deze korte ondraaglijke periode heeft Maximiliaan gedaan wat hij als priester doen moest. In 1971 werd hij zalig gesproken en op 10 oktober 1982 werd hij door paus Johannes Paulus II heilig verklaard. De ter dood verklaarde man in wiens plaats Maximiliaan stierf, was bij de heiligverklaring aanwezig. De 15-jarige Marre Wieffer (1987-2003) uit Borne was een sportieve, vrolijke tiener, toen ze op 23 april 2003 het bericht kreeg dat ze een inoperabele tumor in haar hersenstam had. Ondanks dit vreselijke nieuws, ging zij niet bij de pakken neer zitten. Zij wilde heel graag iets betekenen voor de arme kinderen in Afrika. De actie “Marre voor Afrika” was een inspiratiebron voor vele activiteiten en inzamelingen, waaraan Marre voor zover haar gezondheid het toeliet zoveel mogelijk deelnam. In augustus vertrok Marre, met haar ouders, haar twee zusjes en 24 koffers naar Rwanda. Daar kon ze dan eindelijk doen wat ze zo graag wilde; spullen uitdelen aan zoveel mogelijk kinderen aldaar. Verder had ze geld ingezameld waarmee een school voor staatkinderen is gefinancierd. Deze school is naar haar vernoemd: Ecole Marre Maria. Eenmaal terug in Nederland ging het erg snel achteruit met Marres gezondheid, op 23 september 2003 overleed ze. Haar zusjes zijn vastberaden haar actie voor de kinderen van Afrika voort te
zetten. (www.marrewieffer.nl) Martin Luther King (1929 - 1968) Amerikaans dominee en burgerrechtenactivist, Nobelprijswinnaar voor de vrede in 1964. Martin Luther King werd geboren in Atlanta, in de Verenigde Staten. Hij heeft een zeer belangrijk rol gespeeld in de strijd voor gelijkberechtiging van de negers in de Verenigde Staten van Amerika. Vanaf het midden van de jaren vijftig tot zijn dood, maakte hij actief deel uit van de Burgerrechten Beweging. Hij was overtuigd van een geweldloze aanpak in zijn strijd tegen de blanke overheersing. In een hotelkamer in Memphis, Tennessee op 4 april 1968 werd hij vermoord.
De opdracht op blz. 55 De bedoeling is dit op één A4 te maken. Enkele voorbeelden van mensen die zich op hun eigen manier hebben ingezet of zich inzetten voor de medemens: Titus Brandsma Peerke Donders Rigoberta Menchu Tum (Guatemala), Bisschop Romero (San Salvador) Mensen die werken in ontwikkelingslanden zoals Irene en Marian Tieberink. Marja van Leeuwen, geraakt door de ramp in Azië en als hulpverlener naar Sri Lanka is gevlogen, om aldaar een weeshuis op te richten. Mensen uit de parochie zoals een pastor, diaken, pastoraal werker, koster, vrijwilliger, etc. Een zuster van de St. Nicolaasstichting. ......
Groepsopdracht blz. 56 tot en met 57 Vul samen met de kinderen de vragen in, geef eerst een voorbeeld van jezelf. Blz. 57: Goede eigenschappen van jezelf Aan welke goede eigenschappen zou jij in de toekomst willen werken? In de trant van: Ik vind …… een goede eigenschap, maar ik merk dat ik het moeilijk vind, want laatst nog gebeurde er ……. (bepaalde situatie noemen) en toen lukte het me niet om …….. (goede eigenschap) te zijn. Daarom wil ik in de toekomst er aan werken om meer …….. (goede eigenschap)
Hoofdstuk 5. Blz. 58 Groepsopdracht blz. 59 t/m blz. 62 De symboliek van het vormsel. Dit hoofdstuk zal de pastor in de kerk samen met de kinderen doornemen. Vooraf lezen de kinderen in de groep de teksten door. Verder zal er de laatste week aandacht besteed moeten worden aan de vormselviering.
Het doornemen van de viering. Taken verdelen. Oefenen met de personen die moeten voorlezen.
In de vormselviering wordt heel vaak Handelingen van de Apostelen, hoofdstuk 8, vers 14 - 17 gelezen als 1e lezing. Het is goed om deze lezing samen met de kinderen te lezen en te bespreken. Blz. 63. Hier kun je nog iets invullen voor jezelf met betrekking tot je vormsel.
Veel succes met het project. Voor nadere informatie kunt u contact op nemen met de bij u bekende contactpersonen van de school (leden werkgroep vormsel of contactpersoon) of uw parochiesecretariaat.