Handleiding - be 9 by ReSound - be 7 by ReSound
Gefeliciteerd met de aankoop van uw nieuwe, volledig digitale hoortoestel van ReSound. ReSounds innovatieve technologie en design en de persoonlijke instelling, geselecteerd door uw audicien, zorgen voor een uitstekende geluidskwaliteit in uw gezinsleven, uw sociale leven en op uw werk.
Uw be by ReSound hoortoestel is aan gepast aan uw persoonlijk gehoorverlies en op uw individuele wensen. Het doel van deze handleiding is om zo snel mogelijk vertrouwd te raken met alle functies van uw hoortoestel. Lees de informatie zorgvuldig door, zodat u door correct gebruik van uw nieuwe be by ReSound alle voordelen van het toestel optimaal kunt benutten.
be by ReSoundTM is een handelsmerk van GN ReSound A/S.
2
Inhoud
Pagina
Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Inhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Uw be by ReSound hoortoestel . . . . . . . . 4 Accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Aan/uit functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 SmartStart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Plaatsen en verwijderen van het toestel . 6-10 Batterij vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Aanvullende informatie batterij . . . . . . . . 12 Waarschuwing over batterijen . . . . . . . . . 13 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Microfoonslangetje . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Oorsmeerfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Voorzorgsmaatregelen bij gebruik . . . . . . 18 Telefoongebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Reparaties en garantie . . . . . . . . . . . . . . 20 Algemene voorzorgsmaatregelen . . . . . . 21 Waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . 22-23 Oplossen van problemen . . . . . . . . . 24-27 Trefwoordenregister . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . 29 Model . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
3
De onderdelen van uw be by ReSound hoortoestel 1. Behuizing 7 6 7 6 2. Geluidsuitgang/Receiver (onder oorsmeerfilter) 3. Oorsmeerfilter 4. Batterijlade 5 5. Microfoonslangetje 6. Microfoon 7. Microfooningangen 3 8. Model en serienummer 1 Inbegrepen accessoires • Etui • Oorsmeerfilter - vervangset 4
8
3 2
5
4 1
Aan/uit functie Uw hoortoestel is voorzien van een aan/uit schakelaar geïntegreerd in de batterijlade. Deze schakelaar heeft 2 functies: • Aan - Het hoortoestel staat aan als de batterijlade volledig gesloten is. Let op: wanneer er geen batterij in de batterijlade zit, dan kan het lijken alsof de batterijlade niet volledig dicht is. • Uit - Het hoortoestel staat uit als de batterijlade open is. Om uw hoortoestel uit te schakelen trekt u zachtjes met uw vingernagel aan het klepje
van de lade en drukt u het zachtjes naar be neden. Schakel het hoortoestel uit indien u het niet draagt, zo beperkt u het verbruik. SmartStart Het is mogelijk dat uw audicien SmartStart heeft geactiveerd. SmartStart biedt u de moge lijkheid om het hoortoestel in het oor te plaatsen zonder hinder te ondervinden van storend fluiten van het toestel. SmartStart vertraagd het inschakelen van het toestel tot 10 seconden na het sluiten van de batterijlade. Gedurende deze tijd hoort u iedere seconde een pieptoon. Uw audicien kan deze functie uitschakelen indien u dit wenst. 5
Plaatsen en verwijderen van het toestel Plaatsen: 1. Bepaal of u een linker of rechter hoor toestel vast heeft. Indien de batterij lade open is, zult u een rode of een blauwe markering zien: • Het hoortoestel met de rode markering is altijd bestemd voor uw RECHTER oor. • Het hoortoestel met de blauwe markering is altijd bestemd voor uw LINKER oor. 6
LINKS (BLAUW) RECHTS (ROOD)
Plaatsen (vervolg) 2. Pak het toestel vast aan de basis, daar waar het microfoonslangetje verbonden is met de batterijlade, met uw wijsvinger bovenaan en uw duim onderaan.
Let erop dat de batterijlade naar boven wijst. Dit is de correcte manier om het toestel te plaatsen.
7
Plaatsen (vervolg) 3. Als u het hoortoestel in de juiste positie vast hebt, duw het dan zachtjes in de gehoorgang, tot het in lijn is met de opening van de gehoorgang. 4. Wanneer het hoortoestel op de juiste wijze in de gehoorgang is geplaatst, plaats dan de microfoon en het slangetje. 5. Duw de microfoon zachtjes achter het gedeelte van het oor dat zich boven de gehoorgang bevindt. 8
6. Als de microfoon goed zit, leg dan het slangetje op zijn plaats.
Plaatsen (vervolg) 7. Deze tekening toont hoe uw hoortoestel eruit moet zien indien het correct geplaatst is in uw gehoorgang. Het is belangrijk dat het microfoonslangetje correct in uw oor zit. Indien het uw oor irriteert, neem dan contact op met uw audicien.
9
Verwijderen: 1. Pak het microfoonslangetje beet in het holle gedeelte van het oor boven de ingang van de gehoorgang. 2. Als u het microfoonslangetje vast hebt, trek er dan zachtjes aan. Het hoortoestel zou uit het oor moeten komen. 3. Telkens als u het hoortoestel uit de gehoorgang neemt, controleert u of het oorsmeerfilter nog aan het hoortoestel zit. Indien niet, neem dan direct contact op met uw audicien. 10
Batterij vervangen Uw be by ReSound hoortoestel beschikt over een waarschuwingsfunctie lage batterijspanning: • Wanneer de batterijspanning daalt tot een bepaald niveau zal het toestel tijdelijk stoppen met het versterken van geluid en zachte piepsignalen uitsturen.
• Verwijder de oude batterij en plaats een nieuwe met de vlakke kant naar boven (de kant waar een ’+’ te zien is). • Een nieuwe batterij wordt geplaatst in de batterijlade waarbij het microfoon slangetje naar boven wijst.
• Deze piepsignalen worden elke vijf minuten herhaald totdat het hoor toestel zich automatisch uitschakelt. 11
Aanvullende informatie batterij • Uw hoortoestel vereist een 10 A batterij voorzien van een gele sticker. De grootte staat vermeld op de sticker op de batterij of op de verpakking. Dit is een standaard zink-lucht batterij. • Plaats de batterij met de vlakke kant naar boven. De vlakke kant heeft een ’+’ teken onder de gele sticker. • Vergeet niet de sticker te verwijderen voordat u de batterijlade dicht doet. 12
Indien de lade niet sluit, haal de batterij er dan uit en probeer het opnieuw. • Indien u het toestel langere tijd niet draagt, verwijder dan de batterij om schade door corroderende batterijen te voorkomen. Zo beperkt u ook het batterij verbruik.
Waarschuwing over batterijen Batterijen bevatten gevaarlijke stoffen en dienen te worden ingeleverd als klein chemisch afval. Dit is voor uw veiligheid en voor het milieu. • Probeer standaard (zink-lucht) batterijen nooit op te laden. Ze kunnen gaan lekken of exploderen.
• Houd batterijen uit de buurt van kinderen en huisdieren. • Laat gebruikte batterijen niet langere tijd in het toestel zitten. Vervang de batterijen direct als u het batterij-leeg signaal hoort.
• Verbrand geen batterijen. • Stop batterijen niet in de mond. Bij het inslikken van een batterij onmiddellijk een arts raadplegen. 13
Onderhoud Houd uw hoortoestel schoon en droog. Anders zult u het misschien vroegtijdig moeten vervangen of het vaker dan nodig moeten laten repareren. Onderhoud van microfoon en de geluidsuitgang wordt in de volgende hoofdstukken behandeld. Reinig het hoortoestel na gebruik met een zachte doek of tissue om vocht of oorsmeer te verwijderen. Controleer het uiteinde dat in uw gehoorgang past op vuil en vervang het oorsmeerfilter desgewenst. 14
Controleer ook de microfoon op vuil en de geluidsuitgang op oorsmeer. Reinig desgewenst. Plaats het hoortoestel elke nacht in een afgesloten houder - zoals het etui dat u gekregen hebt - met de batterijlade open en bij voorkeur met de batterij eruit. De vochtigheid of transpiratie waaraan het toestel werd blootgesteld krijgt de kans om te verdwijnen.
Informeer bij uw audicien welk droogmiddel u het beste kunt gebruiken.
Extra onderhoud Naast het dagelijks onderhoud zou u ook regelmatig de microfoon en de geluidsuitgang moeten controleren en schoonmaken.
de microfoon het geluid kan opvangen. Het microfoonslangetje zal verslijten of verkleuren door gebruik van het hoortoestel. Indien het microfoonslangetje verkleurt of indien het hoortoestel geen geluid of versterking meer geeft, neem dan contact op met uw audicien om het microfoonslangetje te laten vervangen.
Microfoonslangetje Reinig de microfoon en het slangetje door zachtjes te vegen met een zacht, droog doekje. Dit om zeker te zijn dat de microfoon ingangen open blijven en dat 15
Oorsmeerfilter Het oorsmeerfilter bevindt zich op het uiteinde van de geluidsuitgang. Het oorsmeerfilter is ontwikkeld om de kans op het binnendringen van oorsmeer in de geluidsuitgang te verminderen. Het binnendringen van oorsmeer zou een verminderde prestatie van het hoortoestel of schade kunnen veroorzaken. 16
Vervangen van het oorsmeerfilter: 1. Neem het hoortoestel vast met de geluidsuitgang naar beneden. 2. Schuif het oorsmeerfilter in het open gedeelte van de oorsmeerfiltertool. 3. Beweeg het omhoog om het oorsmeerfilter los te maken. Verwijder het oude oorsmeerfilter. 4. Houd de geluidsuitgang van het toestel boven het nieuwe oorsmeerfilter. 5. Duw het toestel op het nieuwe oorsmeerfilter.
6. Schuif het toestel naar voren uit de oorsmeerfiltertool. 7. Het nieuwe oorsmeerfilter zou nu bevestigd moeten zijn. 8. Controleer of het nieuwe oorsmeer filter juist is geplaatst. Het is mogelijk dat u het filter nog wat harder moet aanduwen om zeker te zijn dat hij veilig bevestigd is. Het wordt afgeraden om oorsmeerfilters opnieuw te gebruiken aangezien de filters niet meer op een veilige manier bevestigd worden. 17
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik Neem onderstaande voorzorgs maatregelen in acht om storingen en ongewenste reparaties te vermijden: • Vermijd onmiddellijk contact met vocht zoals hevige regenval of water van de douche. • Dompel het toestel nooit in water of andere vloeistoffen. Dit kan blijvende schade aan het hoortoestel veroorzaken. • Behandel uw hoortoestel met zorg. 18
• Laat uw toestel niet op harde oppervlakken of vloeren vallen. • Leg het hoortoestel niet in de nabijheid van warmtebronnen of in direct zonlicht. Overmatige warmte kan het hoortoestel beschadigen of de behuizing en het microfoonslangetje vervormen. • Probeer nooit zelf het microfoon slangetje om te buigen of de vorm te veranderen. • Forceer de batterijlade niet als deze gesloten is, dit kan schade aan uw hoortoestel veroorzaken.
Telefoongebruik Als u last heeft van nagalm of fluiten tijdens het telefoneren dan kunt u de volgende voorzorgsmaatregelen in acht nemen:
•
Door deze technieken te gebruiken kunt u het fluiten beperken en uw gesprek aangenaam houden.
• Houd de telefoon lichtjes tegen het oor. • Draai de telefoon in verschillende posities om of van het oor tot het fluiten vermindert. • De beste positie zal afhangen van het model van de telefoon die u gebruikt. 19
Reparaties en garantie Indien uw hoortoestel niet goed functioneert, dient het te worden gerepareerd door een bevoegd technicus. Neem daarom contact op met uw audicien. Indien uw toestel nog onder garantie is, kan het toestel terug gestuurd worden naar de fabrikant indien het niet ter plaatse hersteld kan worden.
20
Probeer nooit zelf de behuizing van het hoortoestel te openen, anders vervalt uw recht op garantie. Indien uw hoortoestel gerepareerd dient te worden, neem dan contact op met uw audicien.
Algemene voorzorgsmaatregelen • Laat uw toestellen niet liggen in de zon, bij een open vuur of in een hete, geparkeerde auto. • Draag uw toestellen niet tijdens het douchen of zwemmen, in de regen of in een erg vochtige omgeving, zoals een sauna.
• Draag uw toestellen niet tijdens het aanbrengen van cosmetica, zoals parfum of aftershave, haarlak en zonnebrandmiddel. Als dit in de toestellen terecht komt, kunnen deze beschadigd raken.
• Als uw toestel vochtig is geworden, plaatst u het in een droogdoosje met een droogmiddel. U kunt hiervoor terecht bij uw audicien. 21
Waarschuwingen • Raadpleeg uw huisarts als u een vreemd voorwerp in uw gehoorgang aantreft, als u huidirritatie ondervindt of als u last heeft van overmatig oorsmeer bij het dragen van uw hoortoestel. • Indien uw gehoorgang op een of andere manier vervormd is door een medische ingreep bestaat er een kans dat het hoortoestel te diep ingebracht kan worden. Raadpleeg uw huisarts op voorhand. 22
• Verschillende soorten straling, bijvoorbeeld van NMR, MRI of CT scanners kunnen uw hoortoestel beschadigen. Draag uw hoortoestel daarom niet tijdens deze of soort gelijke scanprocedures. • Andere soorten scanners (inbraak alarm, bewegingsmelders, radio apparatuur, mobiele telefoons, etc.) bevatten minder straling en beschadi gen uw hoortoestel niet. Ze kunnen echter wel tijdelijk de geluidskwaliteit van hoortoestellen beïnvloeden of vreemde geluiden veroorzaken.
• Draag uw hoortoestel niet in mijnen of andere explosieve ruimten, tenzij deze ruimten zijn vrijgegeven voor het gebruik van hoortoestellen. • Laat uw hoortoestellen niet dragen door anderen. Dit kan schadelijk zijn voor hun gehoor.
• Hoortoestellen moeten gebruikt worden zoals ingesteld door uw audicien. Gebruik met sterk afwijkende instellingen kan mogelijk tot extra gehoorverlies leiden.
• Omdat het een elektrisch instrument betreft, moet bij kinderen en bij geestelijk gehandicapten altijd worden toegezien op een correct gebruik. 23
Oplossen van problemen SYMPTOOM
Oorzaak
Mogelijke oplossing
Geen geluid
• • • •
• • • •
Toestel is uitgeschakeld Lege batterij Batterij verkeerd geplaatst Verstopt oorsmeerfilter
• Defecte receiver • Defecte microfoon of microfoonslangetje 24
Toestel inschakelen Batterij vervangen Batterij op juiste wijze plaatsen Raadpleeg uw audicien of indien uw audicien u instrueert het oorsmeerfilter zelf te vervangen, vervang het oorsmeerfilter • Raadpleeg uw audicien • Raadpleeg uw audicien
Onduidelijk, vervorming
• Lege batterij • Microfoonslangetje niet optimaal aangepast • Hoortoestel beschadigd • Verstopt oorsmeerfilter
• Batterij vervangen • Raadpleeg uw audicien • Raadpleeg uw audicien • Raadpleeg uw audicien of indien uw audicien u instrueert het oorsmeerfilter zelf te vervangen, vervang het oorsmeerfilter
25
Oplossen van problemen SYMPTOOM
Oorzaak
Mogelijke oplossing
Hoortoestel fluit
• Hoortoestel onjuist geplaatst • Microfoon onjuist geplaatst • Bij telefoongebruik
• Opnieuw plaatsen • Opnieuw plaatsen • Telefoongebruik opnieuw bekijken • Raadpleeg uw audicien
• Hoortoestel niet optimaal ingesteld Niet hard genoeg
26
• Hoortoestel niet goed geplaatst • Microon niet goed geplaatst
• Opnieuw plaatsen • Opnieuw plaatsen
• Verstopt oorsmeerfilter
• Hoortoestel niet optimaal ingesteld • Teveel oorsmeer • Verandering in gehoor
• Raadpleeg uw audicien of, indien uw audicien u instrueert het oorsmeerfilter zelf te vervangen, vervang het oorsmeerfilter • Raadpleeg uw audicien • Raadpleeg uw huisarts • Raadpleeg uw audicien
Raadpleeg uw audicien bij overige problemen. 27
Trefwoordenregister Aan/uit functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Algemene voorzorgsmaatregelen . . . . . . . 21 Batterijlade . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Batterij vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11, 24 Garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Kleurcodering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Lage batterijspanning . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Model . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Oorsmeerfilter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16, 17 Oplossen van problemen . . . . . . . . . . . 24-27 28
Plaatsen van het toestel . . . . . . . . . . . . . . 6-9 Reinigen microfoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Reinigen toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14-17 SmartStart . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 Telefoongebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Verwijderen van het toestel . . . . . . . . . . . . . 10 Voorzorgsmaatregelen bij gebruik . . . . . . . 18 Waarschuwing over batterijen . . . . . . . . . . . 13
Technische gegevens Maximale Output (2cc Coupler/ IEC 60118-7)
Uw be by ReSound
be 9 by ReSound / BE900
109 dB SPL (Typical)
Ontvangen model
be 7 by ReSound / BE700
109 dB SPL (Typical)
Uw audicien zal uw model aanduiden.
be 9
be 7
Handtekening van de audicien
29
30
Gooi uw oude hoortoestel niet zomaar weg. Raadpleeg hiervoor uw audicien.
31
Vragen met betrekking tot de EU Medische richtlijn 93/42/EEC dienen te worden gericht aan GN ReSound A/S.
16647702-NL 08.07 Rev. A
Internationaal Hoofdkantoor GN ReSound A/S Lautrupbjerg 9 DK-2750 Ballerup, Denmark Tel.: +45 45 75 11 11 Fax: +45 45 75 11 19 www.gnresound-group.com www.bebyresound.com Nederland GN ReSound Postbus 85 6930 AB WESTERVOORT Tel.: 026 3195000 Fax: 026 3195001
[email protected] www.gnresound.nl www.bebyresound.nl
België GN ReSound N.V. Technologiestraat 65 1082 Brussel Tel. +32 2 229 34 60 Fax +32 2 229 34 69
[email protected] www.gnresound.com www.bebyresound.be