SECUNDAIR ONDERWIJS Onderwijsvorm:
BSO
GRAAD:
TWEEDE GRAAD
LEERJAAR:
EERSTE EN TWEEDE LEERJAAR
Studiegebied:
Goud en juwelen
FUNDAMENTEEL GEDEELTE
Optie:
GOUD EN JUWELEN
Vak(ken):
PV Praktijk goudsmeden-juwelen
Vakkencode:
IT-r
Leerplannummer:
2001/069 (vervangt 2000/021)
15 Lt/w
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 1 vak PV Praktijk goudsmeden - juwelen(1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week)
INHOUD visie .........................................................................................................................................................2 beginsituatie ............................................................................................................................................2 algemene doelstellingen .........................................................................................................................4 leerplandoelstellingen / leerinhouden......................................................................................................6 subvak 1 PV Praktijk Goudsmeden - Juwelen ........................................................................................6 pedagogisch-didactische wenken en timing..........................................................................................12 subvak 1 PV Praktijk Goudsmeden - Juwelen ......................................................................................12 minimale materiële vereisten ................................................................................................................16 evaluatie................................................................................................................................................17 bibliografie.............................................................................................................................................20
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 2 vak PV Praktijk goudsmeden - juwelen(1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week)
VISIE De goudsmid/juwelier moet technisch en praktisch gevormd zijn om een rol te spelen in de wereld van de sieraden en juwelen. - Sieraden en ringen hebben in het leven van de mens steeds een belangrijke rol gespeeld. Door de eeuwen heen hebben deze voorwerpen een belangrijke evolutie ondergaan. - Het beroep van goudsmid is in feite een kunstambacht dat een evolutie qua vormgeving, toegepaste technieken en materialen ondergaan heeft. - De opleiding is gespreid over vier jaar. In de 2de graad worden de fundamenten gelegd om uit te monden in een doorgevoerde opleiding in de 3de graad. - Het beroep van goudsmid/juwelier beperkt zich niet alleen tot het herstellen van sieraden en ringen. De leerling moet ook voorwerpen kunnen ontwerpen en uitvoeren. Een flinke vingervaardigheid is onontbeerlijk. - Naast de technische bagage moet bij de leerling ook sociale gerichtheid aangekweekt worden om later met klanten te kunnen omgaan.
BEGINSITUATIE De studierichting beoogt leerlingen voor te bereiden op het vervaardigen van sieraden en van Juwelen met het benodigde gereedschap en volgens de geëigende methoden in het arbeidsveld. Leerlingenkermerken: gewenste instroom eventueel specifieke leerlingenkermerken Er is geen vereiste voorkennis nodig. De leerling is voldoende handig en creatief. inhoudelijke aansluitingsmogelijkheden op vervolgonderwijs en/of tewerkstelling De leerling kan doorstromen naar de derde graad. De leerling is beperkt inzetbaar voor basismetaalgericht werkzaamheden. Relatie van de specifieke vakken tot de vakken van de basisvorming •
De leerling kent de geometrische figuren die frequent toegepast worden in het beroep
•
De leerling leert rekenvaardigheden in functie van beroepswerkzaamheden
Houdingen •
De leerling heeft zin voor creativiteit en werkt nauwkeurig binnen een aangegeven tijdspanne;
•
leert op een economisch verantwoorde manier omgaan met grondstoffen en Gereedschappen;
•
De leerling is eerlijk, loyaal ten aanzien van de werkgever en volgt de beroepsregels, voorgeschreven door de deontologie van het vak;
•
De leerling heeft zin voor verantwoordelijkheid, orde en netheid;
•
De leerling leert veiligheid-, milieu- en kwaliteitsbewust denken en handelen;
•
De leerling leert teamspirit verwerven.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 3 vak PV Praktijk goudsmeden - juwelen(1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Aansluitend houdt dit het volgende in: •
De beroepsmatige vraagstellingen kunnen herkennen;
•
Een veiligheids-, gezondheids- en milieubewustzijn kunnen vergroten;
In aansluiting op het Pedagogisch Project van het Gemeenschapsonderwijs wordt van de leerlingen verwacht, dat zij onder begeleiding, de volgende attitudes ontwikkelen en /of nastreven: •
beroepsfierheid hebben: opbrengen van de nodige beroepsfierheid;
•
doorzetten: erop gericht zijn een doel te bereiken;
•
flexibel zijn: bereid zijn zich aan te passen aan de wijzigende omstandigheden;
•
imagobewust zijn: aandacht hebben voor impact die het eigen gedrag en voorkomen op anderen kan hebben;
•
kwaliteitsbewust zijn: actief en pro-actief gericht zijn op kwaliteit door zin voor orde en netheid te hebben;
•
loyaliteit betuigen: sterk betrokken zijn op de organisatie, de regels en de afspraken die er gelden;
•
milieubewust zijn: actief en pro-actief gericht zijn op het beschermen van het milieu;
•
welzijnsbewust zijn: actief en pro-actief gericht zijn op veiligheid, gezondheid en hygiëne.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 4 vak PV Praktijk goudsmeden - juwelen(1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week)
ALGEMENE DOELSTELLINGEN •
Het ligt voor de hand dat buiten de psychomotorische ook cognitieve en affectieve doelstellingen nagestreefd worden.
•
De goudsmid/juwelier moet technisch en praktisch gevormd zijn om een rol te kunnen spelen in de wereld van sieraden en juwelen. De motivatie zal verschillend zijn naargelang de vooropleiding, de sociale en culturele herkomst.
•
De leerling moet klanten kunnen voorlichten, begeleiden bij de aankoop van sieraden of juwelen en instaan voor dienst na verkoop.
•
De leerling moet in staat zijn een enig stuk te vervaardigen. De opleiding moet ook de weg open laten om een gespecialiseerde tak binnen te stappen.
•
Het is de bedoeling dat, eenmaal de leerlingen de opleiding tot een goed einde gebracht hebben, zij in staat zullen zijn de werkproblemen zelfstandig op te lossen om te voldoen aan het gestelde beroepsprofiel. Een goede coördinatie tussen de verschillende leervakken zal hierbij een belangrijke rol spelen.
•
De materie leren verwerken tot een nuttig product.
•
De gereedschappen, machines en toestellen op de juiste manier gebruiken en behandelen.
•
De geschikte gereedschappen leren kiezen in verband met noodzakelijke bewerkingen.
•
De verantwoordelijkheid inzake toepassingen van de veiligheidsvoorschriften integreren.
•
Toestellen met veel zorg gebruiken. Gereedschappen met zorg leren gebruiken.
•
Doelmatig inrichten van hun werkpost.
•
Rationeel inrichten van de werkplaats.
•
Gericht zijn op energiebesparing.
•
De hogere gedragsniveaus "toepassen en integreren" bereiken door : training en inoefenen in de problematiek van nieuwe situaties ontwerpen, beoordelen, construeren ...
•
Integratie bereiken na langdurige motivatie, training en inoefenen.
•
De leerlingen met behulp van catalogi of technische documentatie in staat stellen zelfstandig bestellingen te doen en herstellingen of regelingen uit te voeren.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 5 vak PV Praktijk goudsmeden - juwelen(1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Onder toepassing van de juiste gereedschappen en machines en met inachtneming van de geldende voorschriften op het gebied van kwaliteitszorg, welzijnszorg, en milieuzorg, voert hij/zij volgende vaardigheden, ondersteund door kennis en houdingen, uit: 1 De leerling kan een werkplek inrichten; 2 De leerling kan de basistechnieken van het technisch tekenen met het oog op het juweeltekenen en het tekenen van een sieraad toepassen; •
Het normschrift kunnen toepassen;
•
Een technische tekening en schets kunnen maken met het aangepast tekengereedschap en begrijpen;
•
Lijnen, raaklijnen, hoeken en bogen met behulp van passer en lat precies kunnen tekenen;
•
Uit technische tekeningen gegevens, die door de leraar opgevraagd worden, kunnen vinden;
•
Eenvoudige juweel kunnen ontwerpen, schetsen en beschrijven naar de uitvoering toe;
•
Eenvoudige technische tekeningen in functie van het juweel kunnen realiseren binnen de opgegeven tijd;
•
Schaduwen kunnen aanbrengen;
•
Een tekening kunnen inkleuren volgens opgave.
3 De leerling kan met behulp van de gekozen gereedschappen en grondstoffen voorbereidende werkzaamheden uitvoeren; •
Hij/zij kent de gereedschappen en de basiseigenschappen van de grondstoffen;
•
de leerling kent de voornaamste vindplaatsen van de ertsen, die worden vernoemd in het vakgebied en de voornaamste eigenschappen van de ertsen.;
•
de leerling kent de legeringen en hun basiseigenschappen in functie van het gebruik.
4 De leerling kan de basisbewerkingen uitvoeren om sieraden en juwelen te maken: •
verspanende en niet-verspanende bewerkingen, inpassen, smelten en legeren, draad en plaat bewerken, elementaire verbindingstechnieken uitvoeren;
5 De leerling kan traceren, meten en wegen volgens de wettelijk vastgestelde normen; 6 De leerling kan een werkstuk afwerken.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen vak PV Praktijk goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week)
6
LEERPLANDOELSTELLINGEN / LEERINHOUDEN SUBVAK 1 PV PRAKTIJK GOUDSMEDEN - JUWELEN 1ste jaar: lestijden/week 2de jaar: lestijden/week Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen 1
Vijl – en zaagoefeningen
1
Vijl – en zaagoefeningen
1.1
•
Juiste werkmethoden gebruiken
1.1
Meetkundige figuren
•
De gepaste werkhouding aannemen
•
•
Handgereedschappen zoals zaag, vijl en passer kunnen gebruiken
Rechte hoek Rechthoek – vierkant Ovaal - cirkel
•
Inzicht bijbrengen in de werking van het gereedschap
•
Rechte hoek, vierkant en rechte hoek vijlen
•
kunnen een basisvlak bewerken
•
Figuurzagen
1.2
Figuurzagen
•
Zagen volgens een lijn, hoeken, bogen, monogrammen en symbolen
Manueel figuurzagen
1.2
2
3
4
Boren
2
•
Een boring aanbrengen volgens opgegeven nauwkeurigheid
•
Boortoestellen veilig gebruiken
• • •
Boren Tafelboormachine Handboormachine Boormachine met flexibele aanbrenging
Snijden
3
•
Hand – en plaatschaar hanteren
Lijnen en figuren snijden met hand – en plaatschaar
•
Hand – en plaatschaar veilig gebruiken
•
Een Inpasoefening afwerken met de gekende gereedschappen
4
Snijden
Inpasoefening
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen vak PV Praktijk goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
7
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen 5
6
7
8
Warmtebehandelingen
5
Warmtebehandelingen
•
Een blaaspijp veilig gebruiken
•
Uitgloeien van plaat en draad
•
EHBO bij brandwonden toelichten
Smelten
6
Smelten
•
De persoonlijke en algemene veiligheidsvoorwaarden toepassen
•
Smelten en gieten van messing en zilver
•
Wijzen op: Gevaren van aardgas.
•
Elementaire E.H.B.O principes in verband
•
Met brandwonden toelichten.
Plaatbewerkingen
7
Plaat bewerkingen
• • • •
Walsmachine gebruiken Plaat en draad walsen Plooigereedschappen kunnen gebruiken Warmtebehandeling toepassen
• • •
Walsen Plaat en draad Plooien
•
Plaat en draad
• •
Metaal opdiepen Een ronde buis trekken
• •
Plooien van hoeken Opdiepen
•
Opdiepen van bolle figuren
•
Trekken van buizen
Draadbewerkingen
8
Draadbewerkingen
•
Draadtrekgereedschap gebruiken
•
Draadtrekken
•
De trekijzers gebruiken
•
Draad van verschillend profiel trekken
•
De handelingen uitvoeren volgens opgegeven werkgang
• • •
Het trekken van ronde, halfronde en vierkante draad Rekken van draden Draad recht kunnen uitrekken
•
De voordelen van getrokken draad
•
Mogelijkheden ontdekken van getorste draad bij vormgeving
• •
Torsen van draden Torsen van tuce draden en solderen
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen vak PV Praktijk goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
8
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen 9
Soldeertechniek
9
Soldeertechniek
9.1
•
Soldeergereedschappen gebruiken
9.1
Voorbereidende bewerkingen
•
De verschillende opeenvolgende behandelingen bij het solderen opsommen
•
Zuiveren van werkstuk
•
•
Vijlen van soldeervlakken
Soldeertemperaturen en samenstellingen van soldeer opzoeken
•
•
Borase klaarmaken
Techniek van het verwarmen toepassen
•
Techniek van het verwarmen van meerdelige en / of dunne en dikke werkstukken toepassen Veiligheidsvoorschriften bij het gebruik en klaarmaken van zuiveren toepassen
•
Soldeer snijden
•
9.2
• •
Elementaire E.H.B.O. principes in verband met ongevallen met zuiveren toelichten de techniek van het verwarmen toepassen
9.2
Het solderen
• • • • • •
Werkstuk boraseren Plaatsen van soldeer Hitte verdeling tot vloeibaarheid soldeer toepassen Meerdelige werkstukken solderen Dikke en dunne onderdelen tegen elkaar solderen Werkstuk kunnen witkoken
10
Smeedtechniek
10
Smeedtechniek
10.1
•
De mogelijkheden van het smeden opgeven
10.1
Plaat en draad vlaksmeden Rondsmeden van banddeel
•
•
10.2
Kop en banddeel van cachetring smeden
10.2
Smeden van cachetring
10.3
•
Eenvoudige vormen smeden
10.3
Vormsmeden van kopdeel
10.4
•
Op maat een banddeel smeden
10.4
Op maat smeden van banddeel
11
Versieringstechnieken
11
Versieringstechnieken
11.1
•
Creatief versieringstechnieken toepassen
11.1
Versieringstechnieken kunnen zagen en/of vijlen
11.2
•
Vormgeving bespreken, onderscheiden, bespreken en aantonen aan de hand van voorbeelden
11.2
Versieringstechnieken zoeken en leren gebruiken van niet vuurvaste onderdelen
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen vak PV Praktijk goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
9
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen 12
Afwerkingtechnieken
12
Afwerkingtechnieken
12.1
•
Oppervlakken vlakslijpen door middel van …
12.1
Slijpen
12.2
• • • • • •
Doelmatig schuurpapier gebruiken Schuurstokken opwinden Werkstukken afwerken door middel van schuren Polystmolen, borstels en polystvetten gebruiken Nauwkeurige hoogglans onderscheiden en fouten dedecteren Inzicht krijgen in de veiligheidsvoorschriften en gevaren bij het polysten Ultra – son gebruiken
12.2
Schuren
12.3
Polysten
12.4
Afzepen
12.5
Drogen
12.6
Vrije oefening
12.3
12.4
•
12.5
• • • • • • • • • •
Droogtrommel gebruiken Goede en slechte gepolyste werkstukken vergelijken Begrijpen hoe juwelen ontworpen worden Zelfstandig ontwerpen, tekenen en uitvoeren van een eenvoudig zelfstandig juweel Een werkgang gebruiken Het herstellen van een ring opdelen in meerdere stappen Een eenvoudige ring op maat brengen Kunnen zagen volgens een afgetekende lijn De techniek van het ajourzagen Vijlen volgens opgegeven vorm en maten
13
•
Opbouw van een hanger typeren
13
Hanger
13.1
• • •
Metaal smelten Draad en plaat walsen op aangegeven nauwkeurigheid Draad trekken op nauwkeurigheid
13.1
Voorbereidende bewerkingen
•
Smelten
•
Walsen
•
Draadtrekken
13.2
Versieringstechnieken
•
Toepassing van versieringstechnieken
12.6
12.7 12.8
13.2
•
Inzicht krijgen in de versschillende mogelijkheden van de hedendaagse versieringstechnieken. Deze technieken ontladen en toepassen
•
Zelfstandig ontwerpen, tekenen en uitvoeren van een juweel
12.7
Herstellen van eenvoudige herstellingen
12.8
Vijl en zaagoefeningen
•
Zagen van figuren
•
Zagen van ajour
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen vak PV Praktijk goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
10
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen 13.3
13.4 13.5
• • • •
Inzicht krijgen in de vormbaarheid van de verschillende metalen Tangen, opdiep – vervormingsgereedschap correct kunnen gebruiken Gelijkmatig plooien en opdiepen van meerdelige figuren Inzicht krijgen in vormen en soorten baté – technieken
• • •
Opwinden van ogen en beugels Een oog – beugel solderen Inzicht krijgen in vormgeving bij beugels
13.3
Vervormtechnieken
•
Plooien, opdiepen, smeden en plastisch vervormen van plaat en / of draad
13.4
Baté – technieken
•
Plooien en solderen van draad en / of plaat
13.5
Bevestigingssysteem
•
Oog en beugel
14
Ringen
14
Ringen
14.1
•
14.1
Soorten ringen
•
Damesring – herenring
•
Klassiek – modern
•
Commercieel – kunstjuweel
•
Kop – en banddeel
•
Gestampte en gegoten ring
•
Holle ring
• • • • • • • • • • • • •
Inzicht krijgen en eigenschappen kennen van de verschillende soorten ringen Specifieke eigenschappen Een heren – en damesring kunnen opnoemen De verschillende soorten ringen rubriceren Klassieke en moderne ringen van elkaar onderscheiden Inventariseren op basis van de specifieke eigenschappen van het juweel Kunnen vertellen wat een gestampte ring is Een gestampte ring kunnen vervaardigen Een holle ring beschrijven Een eenvoudige mantelring samenstellen Een binnenband plaatsen Beseffen dat afwerken van holle juwelengevaarlijk is Ringen op maat brengen Wijzen op de problemen bij herstellingen met niet vuurvaste onderdelen
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen vak PV Praktijk goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de leerjaar: 15 lestijden/week) Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
11
LEERINHOUDEN
De leerlingen kunnen • • • • • • • • • • •
14.2
Versieringstechnieken
•
Parels
•
Edelstenen
14.3
Gietwerk
•
Herstellingen
14.4
Sierspeld
•
Soorten sierspelden
•
Materiaalkeuze
•
Sluitsystemen
15
Specifieke eigenschappen kunnen samenstellen Onderscheid kennen en kunnen samenstellen Bevestigingssystemen vervaardigen voor een parel Vertellen wat plaatzettingen zijn Eigenschappen van draad beschrijven Eenvoudige plaat en draadzettingen maken Eigenschappen kennen van gegoten juwelen Inzicht krijgen in het gietproces Gegoten juwelen samenstellen en afwerken Voor – en nadelen van gietwerk opnoemen Onderscheid maken tussen de specifieke eigenschappen van sierspelden • “nieuwe” materialen gebruiken • De werking van een hieltje aantonen • De werking van een bolslot en een schuifslot kunnen uitleggen • Een speld en een hieltje vervaardigen • Een bevestigingssysteem solderen Armband
15
Armband
15.1
•
De verschillende soorten armbanden rubriceren
15.1
Soorten armband
15.2
• • • • • • •
De verschillende gebruikte bewegingen rubriceren Een driedelige beweging samenstellen De werking van een slot bespreken De verschillende delen van een slot kunnen tonen De veer vervaardigen Een slot inwerken in de armband De verschillende soorten veiligheidssystemen rubriceren
15.2
Bewegingen
15.3
Sluitsystemen
15.4
Veiligheidssystemen
•
Vervaardigen van een achtje
15.5
•
Eenvoudige herstellingen uitvoeren aan juwelen, armbanden, sluitingen, … en aanverwanten
15.5
Herstellingen
15.6
•
De werkgang bij het herstellen van een juweel kunnen bespreken 15.6
Vrije oefening
14.2
14.3
14.4
15.3
15.4
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 12 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week)
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN TIMING SUBVAK 1 PV PRAKTIJK GOUDSMEDEN - JUWELEN Een leerplan is geen handboek, maar een document dat doelstellingen bevat die de leerkracht continu voor ogen moet hebben, zowel bij de redactie van zijn jaarplan als bij de voorbereiding van zijn lessen. De verschillende soorten van doelstellingen zoals cognitieve affectieve en psychomotorische, worden niet afzonderlijk gerubriceerd omdat ze ook in de praktijk in elkaar verweven zijn, al hebben ze elk hun specifieke eigenheden. Leerplandoelstellingen geven een nadere differentiatie van de einddoelstellingen. Ze geven duidelijk aan wat er in een bepaald leerjaar dient te worden bereikt. De leerplandoelstellingen vormen een tussenschakel tussen de einddoelstellingen en de concreetobserveerbare lesdoelen. Ze zijn het uitgangspunt van de lesdoelstellingen en vormen als het ware een overkoepeling ervan. Een goed geformuleerd leerdoel omvat steeds twee componenten: het gedragsniveau en de (leer) inhoud. In tegenstelling tot de leerplandoelstellingen, worden de lesdoelstellingen geformuleerd in concreet observeerbaar gedrag (inhouds- en gedragsniveau`s). In een lesdoelstelling drukt de leerkracht uit wat hij in een welbepaalde les wil realiseren. Dat moet zeer concreet zijn, zodat het leer- en vormingsproces ( de didactische methode, de leerstof en de media) er goed op afgestemd kunnen worden. • Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren. Fouten van leerlingen individueel verbeteren. Indien blijkt dat een groter aantal leerlingen de handeling verkeerd begrepen heeft, moet deze voor de gehele groep herhaald worden. • De leerkracht voorziet korte en afwisselende opdrachten. Dit stimuleert de werklust van de leerlingen. Parallellisme nastreven tussen technisch tekenen en praktijk. • Begrippen in verband met veiligheid, hygiëne en onderhoud van gereedschappen en machines moeten steeds aan bod komen. • Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen. Dit leerplan geldt voor een lestijdenpakket van 25 weken op schooljaarbasis In het geheel van de leerstofbehandeling staat de praktijkgerichte invulling van de leerstofitems voorop. Dit betekent dat de leerkracht gebruik maakt van concrete documenten en reële situaties. Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese. De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen. Ze bevatten de principes van aanschouwelijkheid, geleidelijkheid en leerlingenmotivatie. Het gebruik van de overheadprojector versterkt de impact op de klassfeer en is nuttig voor het overzichtelijk aanbrengen van leerstof. Een goede coördinatie tussen de verschillende leervakken zal hierbij een belangrijke rol spelen.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 13 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) Nr. 1
Pedagogisch-didactische wenken Vijl – en zaagoefeningen
Timing 100
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen De veiligheidsaspecten verduidelijken met praktische voorbeelden Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen Gericht zijn op planmatig werken Zin voor orde, netheid en veiligheid De vijloefeningen integreren in de toepassingen 2
Boren
25
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Begrippen in verband met veiligheid, hygiëne en onderhoud van gereedschappen en machines moeten steeds aan bod komen De veiligheidsaspecten verduidelijken met praktische voorbeelden Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen Gericht zijn op planmatig werken Zin voor orde, netheid en veiligheid Belang hechten aan de snijcondities van de boor 3
Snijden
25
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen De veiligheidsaspecten verduidelijken met praktische voorbeelden Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen Gericht zijn op planmatig werken Zin voor orde, netheid en veiligheid 4
Inpasoefening Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen Gericht zijn op het onderscheid tussen details en essentie De leraar demonstreert de werkmethode Gericht zijn op planmatig werken Integreren met de andere leerstof
50
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 14 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) Nr. 5
Pedagogisch-didactische wenken Warmtebehandelingen
Timing 25
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Gericht zijn op het onderscheid tussen details en essentie Begrippen in verband met veiligheid, hygiëne en onderhoud van gereedschappen en machines moeten steeds aan bod komen Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen 6
Smelten
25
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Begrippen in verband met veiligheid, hygiëne en onderhoud van gereedschappen en machines moeten steeds aan bod komen Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen 7
Plaat bewerkingen
25
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen Gericht zijn op planmatig werken 8
Draadbewerkingen
25
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen Zin voor orde, netheid en veiligheid 9
Soldeertechniek
50
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen De veiligheidsaspecten verduidelijken met praktische voorbeelden Aandacht vestigen op de juiste lichaamshoudingen Zin voor orde, netheid en veiligheid 10
Smeedtechniek
50
Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren De veiligheidsaspecten verduidelijken met praktische voorbeelden Zin voor orde, netheid en veiligheid 11
Versieringstechnieken Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese. De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen, gericht zijn op het onderscheid tussen details en essentie Zin voor orde, netheid en veiligheid
100
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 15 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) Nr. 12
Pedagogisch-didactische wenken Afwerkingtechnieken
Timing 100
Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese. Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen Het principe van voor- en nadelen Gericht zijn op het onderscheid tussen details en essentie Gericht zijn op planmatig werken Zin voor orde, netheid en veiligheid Telkens het gepaste didactisch materiaal inschakelen De veiligheidsaspecten verduidelijken met praktische voorbeelden 13
Hanger Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese.
50
De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen 14
Ringen Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese.
50
De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen Gericht zijn op het onderscheid tussen details en essentie Zin voor orde, netheid en veiligheid 15
Armband Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese. Gericht zijn op het onderscheid tussen details en essentie De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen Zin voor orde, netheid en veiligheid Het principe van voor- en nadelen Gericht zijn op planmatig werken
50
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 16 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week)
MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN - Draadtrekbank - Set draadtrekijzers ( verschillende profielen) - Set draadtrektangen - Bankschroef - Valhamer + matrijzen - Plaatschaar - Tafelboormachine - Hangboormachine met flexibel - Elektrisch aangedreven slijpmolen - Trouwringapparaat - Werkbank - Polijstmolen met verschillende soorten polijstborstels - Ultrasoon - Droogapparaat - Set vijlen - Set naaldvijlen - Schuifmaat - Meetlat - Maatstok - Rechte passer - Traceernaald - Set tangen: - Metaalschaar - Handschroef - Houten hamer - Zaagbeugel voor goudsmid - Boraxpot - Soldeertang - Soldeerbrander - Soldeersteen - Gietinstallatie - Pincetten - Amarilsteen - Oliesteen - Frezen in verschillende vormen en maten - Graveermachine ( pantograaf ) - Micrometer
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 17 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) - Weegschaal - Toetsgereedschap - Aambeeld en smeedhamer - Set opdiepmateriaal - Set uitkapmateriaal - Profieltas - Set boren - Plaat-en draadwalsmachine - Set stekers: - Lakstok - Smeedstaaf - Ringmaten - Afkookapparaat ( vitriool ) - Smeltbrander - Smeltkroezen + houder
EVALUATIE Onderscheid moet gemaakt worden tussen de evaluatie van het leerproces en de evaluatie van het eindproduct. Bij de procesevaluatie wordt doorlopend gepeild naar de verwerking van het leerproces, met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen, zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren van de leerling. Het verloop van het proces wordt, vooraf, door de leraar uitgetekend. Zij/hij bepaalt • • •
welke de verschillende stappen zijn; welke fouten op elk moment ontoelaatbaar zijn; welke fouten daartegen kunnen gemaakt worden.
Afhankelijk van het resultaat van feedback-momenten (evaluaties na elke opdracht of deelopdracht) wordt het proces verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Productevaluatie gebeurt op het einde van het leerproces (bijvoorbeeld na een hoofdstuk, een opdrachtenreeks, een project, een trimester...). Hierbij wordt nagegaan in hoeverre de leerling de basisdoelstellingen bereikt heeft. Elke evaluatie dient te vertrekken vanuit duidelijke en operationele doelstellingen. Zowel het proces als het product moeten op een zo objectief mogelijke manier geëvalueerd worden. De evaluatie steunt altijd op een vaardigheids- en werkanalyse die het verloop, de verantwoording en de criteria weergeeft van de opdracht. Proces- en productgericht evalueren kan vier aspecten omvatten: • de denkactiviteit (bijvoorbeeld instructies lezen, aantekeningen maken, …). • de motorische handelingen (bijvoorbeeld verbindingen maken, …). • de praktijk-attitudes (bijvoorbeeld nauwkeurig werken, scherp waarnemen, …). • de uitvoeringstijd, waarbij gestreefd wordt naar een haalbaarheid voor 90 % van de leerlingen. Bij de evaluatie zal er in ieder geval rekening gehouden worden met het feit dat het om leerlingen gaat. Onnauwkeurig werken, kleine fouten maken, moet in zekere mate aanvaardbaar zijn. Belangrijk is de evolutie.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 18 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) Daarom zal de lerares/leraar voortdurend de vorderingen van de leerlingen controleren. Indien nodig zal zij/hij meteen remediërend optreden. Bij het begin van iedere praktijkopdracht zal de lerares/leraar (indien nodig aan alle leerlingen afzonderlijk) meedelen welke (sub)doelstellingen tijdens die les moeten bereikt of nagestreefd worden: iedere leerling moet bij het begin van iedere les weten wat van hem tijdens die les verwacht wordt. In het evaluatieproces kunnen 3 stappen onderscheiden worden: • registreren (door middel van een evaluatieschema), • interpreteren (door middel van een vierpuntenschaal), • rapporteren. Registreren Om zo objectief mogelijk te kunnen registreren, wordt voor elke praktijkopdracht (met de daarbij horende gedragsvaardigheden) een evaluatieschema opgesteld. Zo’n schema bevat alle doelstellingen (met de daarbij horende subdoelstellingen) en attitudes die bij de opdracht zullen geëvalueerd worden. Het is niet noodzakelijk om bij alle opdrachten steeds alle mogelijke subdoelstellingen te evalueren. Sommige subdoelstellingen kunnen eventueel weggelaten worden als ze vroeger reeds vaker aan bod kwamen of later ruimschoots aan bod zullen komen. De selectie van de attitudes en de wijze van registratie, wordt in vakgroep overlegd. Bepaalde aspecten zijn objectief meetbaar (bijvoorbeeld een buis op lengte zagen binnen een aangegeven tolerantie), andere aspecten zijn subjectief waarneembaar (bijvoorbeeld een geschikte kleurcombinatie kiezen). De mate waarin een objectief waarneembare doelstelling bereikt werd, kan in het schema aangeduid worden door middel van een twee-puntenschaal: • + : doelstelling bereikt • ! : doelstelling niet bereikt Voor niet objectief meetbare doelstellingen wordt geadviseerd om te werken met een drie puntenschaal: • + : doelstelling bereikt • " : doelstelling niet helemaal bereikt • ! : doelstelling niet bereikt Door het evaluatieschema samen met de opgave ter beschikking van de leerling te stellen, kan de zelfevaluatie bij de leerling sterk aangemoedigd worden.
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 19 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) Interpreteren Door middel van het evaluatieschema controleert de lerares/leraar bij het einde van iedere les in welke mate de leerlingen de vooropgestelde lesdoelstellingen bereikten. Dit wordt kort met iedere leerling individueel besproken. Aan de registraties in het evaluatieschema kunnen verschillende interpretaties gegeven worden. Enkele voorbeelden: +
"
!
(doel bereikt)
(doel niet helemaal bereikt)
(doel niet bereikt)
niveau is voldoende
voldoende maar leemten
niveau onvoldoende
voor verbetering vatbaar
onaanvaardbaar niveau
nagenoeg foutloos
aanvaardbare tekorten
schadelijke fouten
nagenoeg correct
aanvaardbaar aantal lichte of onvergeeflijke fouten detailfouten of leerproces fouten zware inbreuken
volledig
kleine tekorten
onvolledig zware tekorten
behoorlijk, zinvol
storingen, fragmentarisch
onlogische uitvoering
kan het en doet het vrijwel altijd, spontaan en zonder aarzelen
kan het en doet het af en toe, kan het niet, doet het niet of zonder overtuiging, wisselvalling nooit, afwijzend en met tegenzin
Om eenvormigheid te bekomen in verband met de gebruikte interpretatie, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Rapportering Na iedere les (liefst uiterlijk bij het begin van de volgende les) worden de resultaten van het evaluatieschema omgezet op een vierpuntenschaal. Die quotatie wordt in de agenda van de leerling genoteerd, waarbij uiteraard voldoende aandacht moet besteed worden aan een eventueel noodzakelijke remediëring. De omzetting van de (eventueel gewogen) evaluaties kan op verschillende manieren gebeuren. Om eenvormig te kunnen omzetten, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Hoe de omzetting zal gebeuren moet in ieder geval vooraf vastgelegd worden. Dit kan bijvoorbeeld als volgt gebeuren. Heel goed • meer dan 80% van de sub-vaardigheden, subdoelstellingen zijn bereikt • (nagenoeg) foutloos, uitstekend, • enkel + codes • volledig zelfstandig uitgevoerd • vlotte uitvoering, met overtuiging, belangstelling, … Goed • • • • • •
60 à 80 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt veel + en weinig " codes aanvaardbare kwaliteitsverschillen aanvaardbare proces-leerfouten geen schadelijke fouten zichtbare vorderingen
BSO – 2de graad –optie Goud en juwelen 20 vak PV praktijk Goudsmeden – juwelen (1ste leerjaar: 15 lestijden/week, 2de jaar: 15 lestijden/week) Zwak • 50 à 60 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt • alleen een deel van de subdoelen zijn bereikt • weinig + en veel " codes • veel onnodige leerfouten • soms zware schadelijke fouten • geen zichtbare vorderingen Niet goed • minder dan 50% van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt • veel " codes of alleen maar " codes en - codes • veel schadelijke of onvergeeflijke fouten, onlogisch handelingen Het rapportcijfer Naar het rapport toe moeten alle quotaties (vierpuntenschaal – resultaat van remediëring) omgezet worden naar een cijfer. Ook die omzetting moet overlegd worden binnen de vakwerkgroep. Alle ernstige tekorten (cf. diverse evaluatieschema’s) worden steeds vermeld in de rubriek commentaar, waarbij er steeds een duidelijk geformuleerde remediëring moet voorzien worden (geen algemene opmerkingen).
BIBLIOGRAFIE - ART AURA - 20TH Century Jewelry
Schmuck (tijdschrift - Ebner Verlag) Pullée Caroline - Hallord Press
- CURSUS EDELSMEEDKUNST Antwerpen
Storme Patrick Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten
- GRAPHIC DESIGN + Designers
Alan and Isabella Livingston - World of Art
- JAPANESE CONTEMPORARY JEWELRY - Snoeck Ducaju & Zoon - KUNST VAN ALTIMIRA TOT HEDEN - F. Adriaens, P. Baudoin, A. Claerhout, Nederlandse boekhandel, Antwerpen - Amsterdam - EDELSTENEN
K. Hartman, B. Binnewies W.J. Thieme & Cie - Zutphen
- HET GOUD VAN TOETANCHAMON - m.v. Seton - Williams- ICOB - METALEN LEGERINGEN Stichting IVIO voor de Federatie Goud & Zilver - ORNAMENTA Internationale
Schmuckkunst - Prestel
- SIERADEN. Van de late 18de tot Vroeg 20ste eeuw Lydia - Lida Deniel - Spectrum Utrecht Antwerpen - SIERADEN MAKEN
Rod Edwards Gaade Armerongen
- TOVER VAN EDELSTENEN.
Juwelen uit 16de tot 19de eeuw
- VADEMECUM VOOR JUWELIERS & GOUDSMEDEN
J.A. Cuypers en M.TH. Jacobs Stam
Kemperman - Hoboken - WELKE STEEN IS DAT
K.B.
R. Börner - Thieme & Cie - Zutphen
STENEN EN PARELS Elseviers gids van edel – en – sierstenen met 1500 afbeeldingen in kleur Edelstenen - k Hartman, B Binnewies, W.J. Thieme en cie- Zutphen