Evaluatietechnieken ter objectivatie
van de gevolgen van een whiplashtrauma prof. dr. Gaëtane Stassijns fysische geneeskunde en revalidatie Universitair ziekenhuis Antwerpen Universiteit Antwerpen
Algemene doelstelling in verzekeringsgeneeskunde
Komen tot een objectief oordeel over de patiënt
Neurofysiologisch onderzoek
Triaxiaal bewegingsonderzoek van de CWZ
Worksimulator
Wat leert een EMG? • 1. Is er een letsel? – Bv Betrokkene vermeldt na weg werkongeval met oplopen van whiplashtrauma persisterend gevoel van krachtsverlies in de rechter arm hetgeen haar verhindert haar job als koerier verder uit te voeren. – letsel of antalgisch gedrag?
Wat leert een EMG? • 2. Waar ligt het letsel? – Bv Na val motorrijder nekpijn en krachtsverlies rechter arm: Is er letsel? Zo ja? Radiculaire aantasting, wortelavulsie, plexuslijden, perifeer zenuwletsel – welke zenuw(en)? – Sensibel vs motorisch?
– waar in de aangetaste zenuw?
Wat leert een EMG? • 3. Hoe uitgebreid is het letsel?
– Bv Na een trauma met oplopen van C6 lijden, formuleert betrokkene een zeer uitgesproken klachtenpatroon en krachtsverlies – Geleidingsonderzoek • amplitudo
– NaaldEMG: • Denervatie • Objectivatie van de graad van uitval
Wat leert een EMG? • 4. Draagt het trauma bij tot het letsel?
– Bv Patiënt met voorafbestaand C7 lijden geeft na wegongeval toename van uitstraling in de arm aan, gaat het hier om voorafbestaande toestand of om bijkomende pathologie – differentiatie mogelijk tussen • recent lijden • chronisch nog actief lijden • oud lijden/sequellen
Wat leert een EMG? • 5. Is het letsel gestabiliseerd?
– Is er verdere recuperatie te verwachten ? – Kan er sprake zijn van consolidatie? • 6. Is er nood aan hulpmiddelen of orthesen? – nood aan orthese ?vb na ernstig zenuwletsel – nood aan een automatische wagen of
aanpassingen aan het huis/werkpost?
Neurofysiologisch onderzoek
Triaxiaal bewegingsonderzoek van de CWZ
Worksimulator
Wat leert een triaxiaal bewegingsonderzoek van de CWZ (Zebris)?
Bv Na whiplashtrauma toont betrokkene een sterke beperking van de bewegingsmogelijkheden van de
nek in alle richtingen. Moet ik dit als een objectief gegeven beschouwen?
Hoe ziet het triaxiaal bewegingsonderzoek van de CWZ er uit?
Electronische gradenboog
Wat leert een triaxiaal bewegingsonderzoek van de CWZ (Zebris)?
A/ Zijn er reproduceerbare bewegingsafwijkingen cervicaal?
B/ Presteert de betrokkene consistent?
Zijn er reproduceerbare bewegingsafwijkingen cervicaal? •
reproduceerbare functiebeperking (deceleratie) dmv oa.hoeksnelheid (graden/sec)
AP FLEXION: velocity graph – deg/s Ante/retro f lexion, deg/s 60 50 40 30 20 10 0 -10 -20 -30 -40 s
-50 0
2 f lexion
4
6
8
10
12
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
34
36
38
40
42
Zijn er reproduceerbare bewegingsafwijkingen cervicaal? •
Bewegingsamplitudo in flexie, extensie,
lateroflexie en rotatie (in graden) AP FLEXION: mobility graph - deg ROM: avg
Ante/retro f lexion, deg
deg
Ante/retro f lexion, deg FL
FL
FL
60
60
60
40
50
70
40
40
20
30
20
0
20
-20
10
0
0 -10
EXT
-20
80.8 -52.2 #1
-40 EXT
s 0
1
2
3
4
-20 -30 -40 -50 EXT
s 0
5
ROM: single deg FL 60 40 20 0 -20 EXT 80.9 81.6 79.8 80.9 -51.9 -51.8 -53.0 -52.1 #1
2 f lexion
4
6
8
10
12
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
Zijn er reproduceerbare bewegingsafwijkingen cervicaal? • Gekoppelde bewegingen
ROTATION
Associated lateral bending
Rotation, deg
Lateral f lexion, deg
R
R
60
40
40 20
20
0 -20
0
-40
-20
-60
-40
L
s 0
1
2
3
4
5
L
s 0
1
2
3
4
5
Zijn er reproduceerbare bewegingsafwijkingen cervicaal? ROTATION Rotation, deg
• Abnormale bewegingen
R 60 40 20 0 -20 -40 -60 L
s 0
1
2
3
4
5
Ante/retro f lexion, deg FL 15 10 5 0 -5 EXT
s 0
1
2
Associated AP flexion
3
4
5
Presteert de betrokkene consistent? • standaarddeviatie <3.0 AP FLEXION
CWZ-OT
Ante/retro f lexion, deg
ROM: single
FL
CWZ-NT prim bew ° gemiddelde°
std dev
prim bew ° gemiddelde°
std dev
deg FL flexie
40 40
52,6
61,8
5,8
flexie
57,1
68,5
59,3
63,1
55,0
63,1
69,9
20
20
0
0
39,6
37,7
44,5
43,2
-20
43,9
43,4
extensie
-20
rotatie R
EXT
EXT
52.6 68.5 63.1 63.1 -36.0 -39.6 -44.5 -43.9 #1
s 0
2
4
6
8
10
36,0
58,9
41,0
64,2
3,5
3,4
extensie
rotatie R
63,7
68,4
61,5
70,6
1,9
rotatie L
prim bew °
gemiddelde°
std dev
lateroflexie L
flexie
52,6 68,5 63,1 63,1
61,8
5,8
74,9
74,5
77,1
75,0
70,2
35,6
41,1
2,4
62,6
0,8
71,5
5,1
36,2
1,3
49,3
2,3
63,7 39,7
2,9
lateroflexie R
34,3
38,6
37,5
41,2
35,9
43,2
37,2
48,1
5,7
62,3 73,9
75,4
lateroflexie R
62,8
64,4 65,0
rotatie L
40,1
60,3
47,5
0,6
lateroflexie L
46,5
46,6
47,9
47,3
50,3
47,9
52,6
Presteert de betrokkene consistent? •
onregelmatige hoeksnelheden Ante/retro f lexion, deg/s
AP FLEXION: velocity graph – deg/s
60 50 40 30 20 10 0 -10 -20 -30 -40 s
-50 0
2 f lexion
4
6
8
10
12
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
34
36
38
40
42
Ante/retro f lexion, deg/s 40 30 20 10 0 -10 -20 -30 -40
s 0
2 f lexion
4
6
8
10
12
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
34
36
Presteert de betrokkene consistent? • wisselende amplitudo’s (deg) Ante/retro f lexion, deg FL 70 60 50 40 30 20 10 0 -10 -20 -30 -40 -50 EXT
s 0
2 f lexion
4
6
8
10
5
6
12
14
16
18
20
22
24
26
28
30
32
Lateral f lexion, deg R 30
20
10
0
-10
-20
-30 L
s 0
1 lateral
2
3
4
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
Neurofysiologisch onderzoek
Triaxiaal bewegingsonderzoek van de CWZ
worksimulator
Wat leert een worksimulator (WS)? • Bv Betrokkene vermeldt krachtsverlies in rechter
arm na whiplashtrauma waardoor het werk als havenarbeider niet kan hervat worden. Aan de hand van EMG kon geen neurogeen lijden aan de basis van het krachtsverlies worden vastgesteld. Antalgisch? Beperkte medewerking? Objectiveren?
Wat leert een worksimulator?
Wat leert een worksimulator?
Evaluatie van kracht en uithouding
Is het verlies consistent?
Wat leert een worksimulator ? • Objectiveerbaar krachtsverlies?
• Hoe uitgebreid is dat verlies? • Aangedane tov niet aangedane zijde • Bij ingrepen in de voorgeschiedenis bv thv
schouder : beperkt onderzoek en eventueel enkel isometrisch
Wat leert een worksimulator ? • Statisch en dynamisch • Veel bewegingen kunnen getest worden BL: grijpkracht, flexie arm, pro/supinatie, 2 of 3 pinch greep, polsflexie en -extensie, schouder endo en exorotatie, abductie en anteflexie, OL: knie flexie/extensie, enkel dorsi- en plantair flexie • Meerwaarde: geeft daardoor idee van arbeidsmogelijkheden
Protocol WS: Is er krachtsverlies en is het verlies consistent? Statische test : 5 maximale kracht Statische test 6 sec Statische test bepalen 50%
Dynamsiche test Dynamsiche test uithouding
Isometrisch: vijf maximale piekwaarden Hand Grip – Isometric -Bar graph
Right = Involved Right = Dominant
left= Involved Right = Dominant
CV = 41.9%
Isometrisch: drie krachtmetingen 6 sec Hand Grip – Isometric – Line graph
Dynamisch: krachtmetingen 10 sec Hand Grip -dynamic -power
consistent = 50% Isometrisch gemiddelde
= 50% Isometrisch gemiddelde
= 50% Isometrisch gemiddelde
= 150% Isometrisch Maximum
inconsistent
Dynamisch: uithouding- endurance
Hand Grip –– Dynamic - endurance
= 50% Isometrisch gemiddelde
= 50% Isometrisch gemiddelde van gezonde zijde
Besluit: welke onderzoeken kunnen helpen bij objectivateren van klachten en beperkingen na whiplash?
Objectiveren van krachtsverlies?
WS en EMG
Objectiveren van voosheid en uitstraling?
EMG
Objectiveren van bewegingsbeperking van CWZ?
Zebris