Notitie
Evaluatie huishoudelijk afval inzamelsysteem Versie 01092011
INHOUD
Samenvatting 1 Inleiding 2 Doel evaluatie 3 Wijziging afvalinzameling 3.1 Bestuurlijke besluitvorming 3.2 Beschrijving wijziging afvalinzameling 3.3 Inwerkingtreding gewijzigde inzameling 4 Gevolgen van de gewijzigde inzameling 4.1 Serviceniveau 4.2 Afvalhoeveelheden 4.3 Ervaringen bewoners 5 Ontwikkelingen 5.1 De Meerlanden, afvalinzamelaar 5.2 Afvalsorteerstation 5.3 Ondergrondse inzameling 5.4 Tussentijdse oplossingen 6 Conclusies en aanbevelingen 6.1 Conclusies 6.2 Aanbevelingen Bijlagen Uitkomst raadplegen bewoners
1
1
Inleiding
In april 2008 heeft de gemeenteraad besloten de inzameling van restafval en GFT te wijzigen. In deze notitie worden de overgang naar de nieuwe inzamelmethode en de gevolgen daarvan op een rijtje gezet.
2
Doel evaluatie
In het collegeprogramma 2010-2014 is in programma 7 – Leefomgeving en volksgezondheid – het volgende opgenomen: Doelstelling Evaluatie huishoudelijk afval inzamelsysteem Activiteit Evaluatie van het nieuw ingevoerde inzamelsysteem van huishoudelijk afval Planning 2011 Wijziging van de afvalinzameling heeft gevolgen voor het serviceniveau en het milieurendement (de hoeveelheden). In deze evaluatie wordt op deze aspecten ingegaan.
3
Wijziging afvalinzameling
3.1
Bestuurlijke besluitvorming
Op 24 april 2008 heeft de gemeenteraad besloten de inzameling van restafval en GFT te wijzigen. Uit diverse varianten heeft de raad, in afwijking van het voorgestelde model, gekozen voor het zogeheten inzamelmodel 3A. Belangrijke uitgangspunten bij deze keuze waren continuering van de gescheiden inzameling van GFT, beperking van het aantal rolemmers aan huis en voortzetting van de wekelijkse inzameling van restafval bij de laagbouw. Samengevat ziet de wijziging van de afvalinzameling er als volgt uit: - laagbouw: wekelijks aan huis ophalen van restafval en GFT (duobak) wordt vervangen door wekelijks aan huis ophalen van restafval met rolemmers (80, 180 of 240 liter) - midden- en hoogbouw: inzameling met inpandige afvalcontainers en uitpandige bovengrondse afvalcontainers wordt vervangen door inzameling met ondergrondse verzamelcontainers voor restafval - gemeentebrede GFT-inzameling vindt plaats met (semi-ondergrondse) 2
verzamelcontainers (GFT dummies) op centrale plaatsen In het niet gekozen voorgestelde model werd voor de laagbouw de gescheiden inzameling van restafval en GFT aan huis met twee aparte rolemmers uitgevoerd. Daarbij waren er verschillende inzamelfrequenties mogelijk: wekelijkse inzameling van restafval en GFT, restafval wekelijks/GFT tweewekelijks, of alternerende inzameling (restafval en GFT om de week). In vervolg op bovenstaande heeft de raad medio 2009 aangegeven nog niet toe te zijn aan een discussie over tarief differentiatie (diftar) op basis van volume, en hiermee de afvalstoffenheffing op basis van één- en meerpersoons huishoudens te continueren. 3.2
Beschrijving wijziging afvalinzameling
Bij de laagbouw is de wekelijkse inzameling van restafval en GFT met de duobak vervangen door de wekelijkse inzameling van restafval met rolemmers, en de inzameling van GFT met verzamelcontainers op centrale plaatsen in de directe woonomgeving. Duobakken werden geleegd met een achterlader, de rolemmers voor restafval
worden met (automatische) zijbelading geleegd. Bij zijbelading staan de rolemmers naast elkaar langs de weg opgesteld, bij duobakken was dat niet noodzakelijk. De duobak had twee compartimenten met een inhoud van 120 liter, één voor restafval en één voor GFT, bij elkaar 240 liter. In de nieuwe situatie hebben huishoudens de keus tussen een rolemmer van 80, 180 en 240 liter. De rolemmers worden één keer per jaar schoongemaakt. Een klein deel van de laagbouw maakt gebruik van verzamelcontainers voor restafval. In een deel van de buitenwijken wordt restafval met vuilniszakken opgehaald. Bij de midden- en hoogbouw vindt inzameling van restafval plaats met ondergrondse verzamelcontainers met een inhoud van 5 m 3. De inwerpopening bestaat uit een trommel met een inhoud van 50 liter (formaat vuilniszak). De inwerpzuiltjes en containers worden drie keer per jaar schoongemaakt. Er zijn 224 ondergrondse verzamelcontainers geplaatst. Op een vijftal locaties was het niet mogelijk een ondergrondse container te plaatsen. Op deze plekken zijn semi-ondergrondse verzamelcontainers voor restafval geplaatst. De GFT-inzameling vindt gemeentebreed plaats met semi-ondergrondse verzamelcontainers (GFT dummies) met een inhoud van 500 liter. Er zijn 249 GFTdummies geplaatst, op centrale plaatsen in de directe woonomgeving. Om vervuiling van de GFT-fractie tegen te gaan zijn de containers afgesloten. Alle bewoners van laagbouwwoningen hebben een sleutel en keukenemmertje voor GFT ontvangen. Bewoners van midden- en hoogbouw kunnen deze bij de gemeente aanvragen. De GFTdummies worden wekelijks geleegd en zes maal per jaar schoon gemaakt.
3
3.3
Inwerkingtreding gewijzigde inzameling
De rolemmer wisseling bij de laagbouw, het vervangen van de duobak door een rolemmer voor restafval, heeft in de maanden maart en april van 2010 plaats gevonden. Het ondergronds plaatsen van de verzamelcontainers voor restafval heeft gefaseerd plaats gevonden, in de periode 2008 tot 2010. De verzamelcontainers voor GFT zijn in de periode zomer 2009 tot zomer 2010 geplaatst.
4
Gevolgen van de gewijzigde inzameling
4.1
Gevolgen voor het serviceniveau
Gemeenten geven met het serviceniveau invulling aan de gewenste mate van toegankelijkheid en laagdrempeligheid van de afvalinzameling. Het serviceniveau heeft betrekking op de keuze voor haal- of brengsystemen, de ophaalfrequentie, de aantallen en dichtheid van brengvoorzieningen, het gebruiksgemak, de openstellingtijden van de milieustraat en dergelijke. De wijziging van de afvalinzameling heeft de volgende gevolgen voor het serviceniveau: (a) laagbouw: verruiming aanbiedmogelijkheid restafval, GFT wegbrengen in plaats van aan huis ophalen (b) midden- en hoogbouw: ongewijzigde aanbiedmogelijkheden restafval en GFT, verhoging gebruiksgemak en verbetering straatbeeld (c) GFT-inzameling: beëindiging aan huis ophalen bij de laagbouw, verruiming mogelijkheden aanbieden (grof) tuinvuil (a) laagbouw De aanbiedmogelijkheden voor restafval zijn verruimd. Huishoudens hadden met de duobak wekelijks een volume van 120 liter tot hun beschikking voor het aanbieden van restafval. In het nieuwe systeem kunnen huishoudens naar behoefte kiezen tussen een rolemmer voor restafval van 80, 180 of 240 liter. Het gebruik
van een rolemmer van 180 of 240 liter betekent een verruiming van de wekelijkse capaciteit voor restafval. Deze extra ruimte kan worden gebruikt voor het aanbieden van klein grofvuil. De meeste huishoudens hebben gekozen voor de formaten 180 en 240 liter, zoals blijkt uit de volgende aantallen: 80 liter 180 liter 240 liter: Totaal
: : :
: 2.919 1.038 4.313
356
4
In het nieuwe systeem wordt GFT niet meer aan huis opgehaald. Huishoudens hadden met de duobak wekelijks een volume van 120 liter voor het aanbieden van GFT, nu vindt de GFT-inzameling plaats met verzamelcontainers. Het niet meer aan huis ophalen van GFT kan worden gezien als een vermindering van het serviceniveau. Aan de andere kant hoeft GFT nu niet meer in of bij huis worden bewaard, en kan deze fractie naar behoefte dagelijks naar één van de verzamelcontainers worden weggebracht. Hiermee wordt eventuele (geur)overlast in of bij huis voorkomen. De GFT-dummies zijn toegankelijk met een sleutel. Alle bewoners van de laagbouw hebben een sleutel en een keukenemmertje ontvangen. (b) midden- en hoogbouw De aanbiedmogelijkheden voor restafval en GFT zijn voor de midden- en hoogbouw ongewijzigd. Inzameling van restafval en GFT vond en vindt plaats met verzamelcontainers. In de nieuwe situatie zijn de bovengrondse verzamelcontainers voor restafval vervangen door ondergrondse containers. Dit heeft een positief effect op het gebruiksgemak en het straatbeeld. Ondergrondse containers zijn minder opvallend (alleen het inwerpzuiltje steekt boven de grond uit) en nodigen minder uit voor het bijplaatsen van afval. De inwerpopening van ondergrondse verzamelcontainers zijn minder hoog dan die van bovengrondse containers, wat bevorderlijk is voor het gebruiksgemak. De containers zijn afgesloten, bewoners hebben een pasje waarmee ze worden geopend. (c) GFT-inzameling De GFT-inzameling vindt gemeentebreed plaats met semi-ondergrondse verzamelcontainers op centrale plaatsen in de gemeente (GFT dummies). Om vervuiling van de GFT-fractie te voorkomen zijn de containers afgesloten. Bewoners van laagbouw hebben een sleutel en een keukenemmertje ontvangen, bewoners van midden- en hoogbouw kunnen deze bij het KCC van de gemeente aanvragen. Op dit moment wordt er bij tien GFT dummies een proef gehouden met een grotere inwerpopening, zodat in de containers ook grotere stukken tuinvuil kunnen worden gedeponeerd. De mogelijkheden om (grof) tuinvuil in te leveren zijn verruimd. Grof tuinvuil kon worden weggebracht naar het afvalsorteerstation, of worden meegegeven met de grofvuilronde. Medio 2010 is een nieuwe dienstverleningsovereenkomst (DVO) in werking getreden. In deze overeenkomst is het jaarlijks rijden van vijf takkenrondes opgenomen. Daarnaast zijn in de herfst van 2010 een tiental bladkorven geplaatst, deels op verzoek van inwoners. De bladkorven zijn goed gebruikt, en er zijn veel positieve reacties over binnengekomen. 4.2
Afvalhoeveelheden
Algemeen Diemen valt in stedelijkheidsklasse 2 (‘zeer stedelijk’). De indeling naar stedelijkheid is gebaseerd op de omgevingsadressen dichtheid in een gemeente, uitgedrukt in het aantal adressen per km2. De mate van stedelijkheid is mede van invloed op de ingezamelde afvalhoeveelheden. In stedelijke gebieden wordt doorgaans meer restafval en minder GFT ingezameld dan in minder stedelijke tot landelijke gebieden. Onderstaande tabel 5
geeft de hoeveelheden restafval en GFT van de afgelopen jaren in Diemen, afgezet tegen de provinciale en landelijke gemiddelden. De afvalinzameling in Diemen wordt gekarakteriseerd door relatief veel restafval en weinig GFT. Daarbij vertonen de hoeveelheden restafval en GFT de afgelopen jaren een dalende lijn. Dit is een landelijke trend, maar de daling in Diemen is sterker. De hoeveelheid
restafval ligt op het gemiddelde van de provincie Noord-Holland maar boven het gemiddelde van gemeenten uit stedelijkheidsklasse 2. De hoeveelheid GFT ligt ruim onder de provinciale en landelijke gemiddelden. Opmerkelijk is dat de totale hoeveelheid huishoudelijk afval (alle afvalstromen opgeteld, inclusief grofvuil) lager dan gemiddeld is. Hoeveelheden afval (kilogram per inwoner) Restafval Gft Totaal
Kg per inwoner GFT Papier Glas Textiel
Dieme n 2007
Diemen 2008
Diemen 2009
306 17 323
300 15 315
278 13 291
Diemen 2010 10 43 18 4,2
Benchmar k NVRD 20091 249 80 329
NoordHolland 2009
Landelij k 2009
Dieme n 2010
271 59 330
235 79 314
263 10 273
LAP-richtlijn stedelijkheidsklas se 2 85 75 23 5
Afvalhoeveelheden na wijziging van de inzamelsystematiek De wijziging van de afvalinzameling bij de laagbouw heeft een ruim jaar geleden plaatsgevonden, in maart/april van 2010, en de aanbiedmogelijkheden bij de midden- en hoogbouw zijn ongewijzigd gebleven. De ervaringsperiode van de nieuwe inzameling is te kort om vergaande conclusies te trekken. Bovenstaande tabel toont het gescheiden afval in kg per persoon ten opzichte van de landelijke doelstellingen. 1
NVRD Benchmark Afvalinzameling, peiljaar 2009 (november 2010). De afvalhoeveelheden betreffen het gemiddelde van gemeenten in de stedelijkheidsklasse 2.
6
Afgaande op de inzamelresultaten in 2010 kan als voorlopige conclusie worden gesteld dat de dalende trend van de hoeveelheden restafval en GFT zich voort lijkt te zetten, zoals uit de volgende tabel blijkt. In deze tabel is eveneens te zien dat ook de scheiding van glas en papier over een reeks van jaren hetzelfde beeld geeft.
Bij de verdere afname van de hoeveelheid restafval speelt een aantal effecten een rol. - landelijke autonome daling aanbod restafval - rolemmerwisseling bij de laagbouw leidt tot ‘opschoning’ van het bestand - instellen toegangscontrole (pasjes) bij ondergrondse verzamelcontainers midden- en hoogbouw - inzameling kunststof verpakkingen Ook de hoeveelheid GFT is verder afgenomen, maar deze fractie is wel schoner dan voorheen. Met het overstappen van een haal- naar een brengsysteem voor GFT bij de laagbouw ligt de verdere afname van de hoeveelheid GFT in de lijn van de verwachting.
Sorteeranalyses Met sorteeranalyses wordt de samenstelling van het huishoudelijk restafval bepaald. Uit vergelijking van sorteeranalyses voor en na de rolemmerwisseling bij de laagbouw blijkt dat het aandeel GFT in het restafval bij de laagbouw is toegenomen, en bij de middenen hoogbouw gelijk is gebleven. In 2010 7
bestond ongeveer 37% van het huishoudelijk restafval uit GFT. In de laagbouw is het percentage GFT een stuk hoger (46%) dan in de midden- en hoogbouw (33%). Het aandeel GFT bij de hoogbouw is normaal te noemen (vergelijk met het landelijk gemiddelde), het aandeel GFT bij de laagbouw is hoog. Aandeel GFT in restafval
2008
2009
20102
Laagbouw Midden- en hoogbouw Totaal
33 % 28 %
35 % 35 % 35 %
46 % 33 % 37 %
Landelijk gemiddeld e3 33 %
Uit een nadere analyse blijkt dat 13 % van alle potentiële GFT in Diemen gescheiden is ingezameld, de overige 87 % bevindt zich in het restafval. De landelijke doelstelling is 55%. Verder blijkt uit de cijfers dat gemiddeld 42 % van het totale ingezamelde restafval afkomstig is van de inzameling met rolemmers. 4.3
Ervaringen bewoners
De invoering van het nieuwe afvalinzamelsysteem is om begrijpelijke reden niet ongemerkt voorbij gegaan. De gebruikelijke problemen met betrekking tot deze systeemwijziging hebben ook in Diemen plaatsgevonden. Het aantal meldingen via ARIS (KCC) , en in de vorm van brieven en e-mails is in de periode rond de invoering fors toegenomen. Deze knelpunten van het eerste uur zijn opgepakt en voor het grootste deel naar tevredenheid opgelost. Het betrof hier voornamelijk de opstellocaties voor de ondergrondse collectoren (restafval) en de bovengrondse dummies voor het in te zamelen GFT. Het aantal meldingen is inmiddels genormaliseerd, en gaan voornamelijk over de gebruiks (on)vriendelijkheid van het GFT-inzamelsysteem of de bedrijfsvoering (container vol, pas werkt niet, vuil naast container). Een deel van de bewoners ondervinden praktische problemen bij het gebruik van de GFT dummies. De dummies hebben het nadeel dat de opening te klein is voor grof (tuin-)afval, en het inwerpen van het keukenafval is onplezierig.
In de burgermonitoring 2010, en op de recente versie van de internetsite “waar staat je gemeente . nl” is te lezen dat de bewoners tevreden zijn over de wijze van afvalinzameling. Er is ten behoeve van de evaluatie onder 185 bewoners een enquête gehouden. Er is bewust voor gekozen deze groep te vragen, omdat dit bewoners zijn die in het “eerste uur” mee hebben gedacht doormiddel van het schrijven van een brief of mailbericht. Deze groep is weliswaar niet representatief, maar heeft wel aangetoond op positief kritische wijze onze organisatie van feedback te voorzien. Ook is in deze groep een naar verhouding juiste verdeling over de wijken en buurten en de diversiteit in inzamelmethodiek te ontlenen. De uitkomst, in absolute cijfers is verwoord in de bijlage “uitkomst raadplegen bewoners”.
60% van de ondervraagden heeft gereageerd, dat zijn 108 reacties. 63 van deze 108 ondervraagden zijn tevreden over het huidige afval inzamelsysteem, 45 van de 108 hebben nog een ontevreden gevoel. Deze ontevredenheid is vooral gebaseerd op de GFT 2
Bron: ‘Sorteeranalyses huishoudelijk restafval 2010 gemeente Diemen’, augustus 2010
3
Bron: ‘Samenstelling huishoudelijk restafval, resultaten sorteeranalyses 2009’ (Agentschap NL, 2010)
8
Inzameling en het gebruik van de GFT dummie.
Van de ondervraagden zeggen 71 van het 108 geen gebruik (meer) te maken van de GFT dummie.
Een enkele klacht betreft het schoonmaken van het rolemmer ten behoeve van het restafval bij de laagbouw. De gewenning was dat de (oude)duobak, vanwege de dubbele functie rest en gft, 10 x per jaar werd schoongemaakt. Volgens het contract wordt de rolemmer 1x per jaar schoongemaakt. De huidige rolemmer is bedoeld voor slechts restafval, waarmee de vervuiling en stank sterk wordt gereduceerd. Doordat het GFT voor een groot deel toch in de restafval rolemmer verdwijnt, ontstaat een onvoorzien probleem.
5
Ontwikkelingen
5.1
De Meerlanden, afvalinzamelaar
5.2
Het contract, de dienstverleningsovereenkomst (DVO) is gestart in 2005 In 2010 is het contract, na uiterst scherpe en uitputtende contractonderhandelingen, opnieuw voor 5 jaar vastgesteld (2015) Het nieuwe afval inzamelsysteem is verwerkt in dit contract De tarieven per onderdeel zijn marktconform en lopen niet uit de pas met vergelijkbare tarieven van bijvoorbeeld aannemers. Ondanks het nieuwe systeem zijn de contractkosten per jaar nagenoeg gelijk gebleven De afvalinzamelaar staat, vastgelegd in het contract(DVO), open voor het invoeren van wijzigingen binnen de contractduur Deze wijzigingen worden op dat moment verrekend per contractonderdeel met bijbehorende verrekenprijs. Bij wijzigingen die op meerdere onderdelen van de bedrijfsvoering betrekking hebben zal in overleg naar verhouding de consequenties worden bepaald. Het aandelenpakket van De Meerlanden heeft tot nu toe, ondank een recente lagere uitkering, geleidt tot een aanzienlijk bedrag aan dividend per jaar. Afvalsorteerstation
Op dit moment wordt gewerkt aan de verbetering van het perron van het afvalsorteerstation. Hierdoor neemt service en het overzicht voor de bewoner toe en neemt de fysieke belasting van de handelingen en de tijdsduur sterk af.
9
5.3
Ondergrondse inzameling
In het huidige systeem zijn de restafvalcontainers voor de hoogbouw en een klein deel van de laagbouw volledig ondergronds geplaatst. Dit op uitdrukkelijke wens van de gemeenteraad. Het straatbeeld wint hierbij aan kwaliteit, en er is een zekere vermindering van zwerfvuil rondom de verzamelcontainers te constateren. Ook een deel van de glas- en papierinzameling is inmiddels ondergronds geplaatst. Binnenkort start een proef met een ondergrondse perscontainer voor kunststofafval. Buiten dat deze opstelling een beter straatbeeld biedt, kan er veel meer volume worden ingeworpen. Om de ontwikkeling van ondergronds van alle inzamelmiddelen een impuls te geven is het wenselijk om vooral bij de grote projecten tegelijkertijd de ondergrondse inzamelmethodiek mee te financieren. Een lopend voorbeeld hiervan is het centrumplan. Vooral bij deze projecten mag het ook niet aan dit type kwaliteit ontbreken.
5.4
Tussentijdse oplossingen
Naar aanleiding van een aantal klachten/opmerkingen, direct na de eerste weken van invoering van het nieuwe systeem, is een extra Diemen Info huis aan huis is verspreid. Een groot deel van de algemene
opmerkingen is in dit informatieblad behandeld. Specifieke opmerkingen, vooral over de locatie van de inzamelpunten of opstelplekken zijn voor het merendeel op maat behandeld. Er is een proef genomen met een grotere (verbeterde) inworp opening van de GFT dummie. Ondanks het feit dat dit een verbetering geeft is op de proeflocaties niet gebleken dat het gebruik fors toeneemt. Het tuinafval kan echter ook bij de grofvuil inzameling gescheiden aangeboden worden. Tevens zijn er extra takkenronden gereden om in het snoei seizoen tuinvuil op te halen. Verder zijn er als proef, met een groot succes bladkorven geplaatst.
6
Conclusies en aanbevelingen
6.1
Conclusies
Diemen ligt is voor een groot deel ingesloten door een verstedelijkt gebied. Ook een groot deel van de wijken en buurten in Diemen worden hierdoor gekenmerkt. Bij de CBS indeling behoort Diemen dan ook tot de categorie stedelijkheidsklasse 2. Daarbij onder scheidt Diemen zich van de omgeving door een aantoonbare hoge kwaliteit in de jaarlijks gemeten kwaliteit van de woonomgeving (schoonheidsgraden). Een gemiddelde woon buurt heeft in Diemen de kwalificatie A, dit is zeer schoon. Een belangrijke bijdrage hier aan is geleverd door het ondergronds brengen van de afvalinzamelpunten, bij met name de hoogbouw. 10
Een ander kenmerk bij een woonomgeving met stedelijkheidsklasse 2 is dat de afvalscheiding van GFT achter blijft bij de landelijke doelstelling. Ook hierbij is de hoogbouw de belangrijkste factor. De inspanning van de inzameling van GFT bij de hoogbouw is dan ook niet rendabel. Ondanks bovenstaande onderscheid Diemen zich ook op dit punt op positieve wijze. De gemiddelde aangeboden hoeveelheid GFT is weliswaar laag, maar de GFT is van een zeer goede kwaliteit, en kan daarom volledig worden verwerkt tot compost of worden vergist. Dit wordt vooral bereikt door het scheiden van GFT bij de laagbouw. Ook de uitkomst van de enquête bevestigt bovenstaande beeld. Vervuiling van het GFT, zoals dit bij de oude inzamelmethodiek veelvuldig voorkwam, betekend dat het GFT als restafval moet worden verwerkt. Om het goede te behouden, de kwaliteit van het GFT, en het te scheiden volume te bevorderen is een verbetering wenselijk. De wijziging van de afvalinzameling heeft ongeveer een ruim jaar geleden plaats gevonden. Met deze korte ervaringsperiode is het nog te vroeg om vergaande conclusies te trekken. Als voorlopige conclusie kan het volgende worden gesteld: 1. ook met de nieuwe inzamelmethodiek lijkt de dalende (landelijke) trend in de hoeveelheden restafval en GFT zich voort te zetten 2. de hoeveelheid GFT in het restafval is nog relatief hoog 3. de hoeveelheid GFT was al laag, is verder afgenomen, maar wel schoner dan bij het oude systeem 4. De GFT dummies bij de hoogbouw worden nauwelijks gebruikt 5. de bewoners ondervinden praktische problemen bij het gebruik van de GFT dummies, deze hebben het nadeel dat de opening te klein is voor grof (tuin-)afval, en het inwerpen van het keukenafval is onplezierig.
6. de verdere afname van de hoeveelheid GFT lijkt vooral het gevolg van een mindere afvalscheiding bij de laagbouw
7. het serviceniveau voor zowel het huis aan huis ophalen van grofvuil als de brengmogelijkheden hiervoor is, landelijk gezien, erg hoog te noemen.
8. er zijn verbeteringen mogelijk voor de inname van GFT afval. 9. de scheiding van Glas, papier en kunststof blijft sterk achter bij de landelijke doelstellingen 10. een belangrijk deel van de collectieve inzamelmiddelen (Glas, papier, kunststof) zijn nog niet ondergronds geplaatst.
Samengevat is het nieuwe inzamelsysteem geaccepteerd, financieel neutraal, visueel aantrekkelijk en praktisch te noemen. Dit wordt voldoende onderbouwd door de raadpleging van de bewoners, en relevante afval inzamelcijfers. Wel is het een uitdrukkelijke wens van de bewoners om, in vervolg op de reeds ingezette weg, de GFT inzameling te verbeteren. De beschikbare gegevens ondersteunen de achtergrond van deze behoefte. Ook kan worden geconcludeerd dat er nog een
11
belangrijk deel van het afval (glas, papier, kunststof) beter kan worden gescheiden. Hierdoor kunnen de kosten van het verbranden worden gereduceerd. Binnen het huidige contract met de afvalinzamelaar zijn deze verbeteringen logistiek en financieel technisch mogelijk.
6.2
Aanbevelingen
Mogelijke verbeteringen: 1. Grofvuilinzameling Het stimuleren van het brengen van afval naar het afvalsorteerstation heeft een positief effect op de inspanning voor het inzamelen van grofvuil. Zowel de behandeling van de melding als de uitvoering van het werkelijk ophalen worden hierdoor verminderd. Dit kan op termijn besparingen opleveren. Voor de bewoner is het voordeel dat het afval direct naar behoefte kan worden afgevoerd, en het afval niet een weekdeel opgeslagen hoeft te worden op eigen erf. Eerder is over de grofvuilinzameling, in het kader van het bezuinigingsboek, het tegen betaling storten van bouw- en sloopafval op het afval sorteerstation en het beperken van het gratis ophalen van grofvuil aan huis benoemd. Ongeacht bovenstaande is een extra inzet voor het ophalen van (grof) tuinvuil noodzakelijk om een hoger gemiddeld volume per bewoner te bereiken. Op dit moment geven veel bewoners aan een belangrijk deel van het tuinafval in de restcontainer te werpen. De reden hiervoor is de kleine inworpopening van de GFT dummie. Door de succesvolle proef met de blad/tuinafvalkorven verder uit te bouwen en het grof tuinvuil gescheiden op te halen is een grote verbetering haalbaar. 2. Verbeteren van/verminderen aantal GFT dummies: Het handhaven van de GFT dummies bij de hoogbouw heeft in volume en kwaliteit nauwelijks betekenis en is relatief duur in de inzamelhandeling. Het verwijderen van deze dummies verdient dan ook de aanbeveling. Ook is deze maatregel al eerder benoemd in het kader van het bezuinigingsboek. Wel kan ten behoeve van de hoogbouw een aantal dummies op centrale plekken in de buurt bij de glas en papiercontainers worden geplaatst. Hierdoor blijft het ook voor de bewoners van de hoogbouw mogelijk hun bijdrage aan deze vorm van afvalscheiding te bieden. Bij de laagbouw is voldoende potentieel aan GFT aanwezig. Door het scheiden bij de laagbouw verder te bevorderen kan het gemiddelde volume per gezin flink worden verhoogd. Nu is een algemene klacht dat het inwerpen in de centrale GFT dummies, een vies karwei is. Een verbetering kan worden bereikt door het bevorderen van het scheiden van het GF(keuken) deel van het afval door het gebruik van afbreekbaar plastic zakjes. Tevens wordt hierdoor de inzamelmethodiek klantvriendelijker. De bij wijze van proef omgebouwde dummies (10 stuks) hebben een grotere inworp opening. Hoewel dit een verbetering oplevert, wordt het echte probleem (tuinvuil) hiermee niet opgelost. Ook zijn de kosten (€ 130,- per stuk) van het ombouwen niet in evenwicht met de verbeterde opbrengst.
12
3. Afvalscheiding, glas, papier, kunststof: Door goede voorlichting, het waar nodig verbeteren van de inzamelmogelijkheden en het stimuleren van het scheiden van deze afvalstoffen is hierin meer efficiëntie te halen en zijn er kosten te besparen.
4. Ondergrondse inzameling: Het is wenselijk om vooral bij de (grote) projecten tegelijkertijd de ondergrondse inzamelmethodiek mee te wegen in de financiering. Hierdoor kan de kwaliteit van de inzameling en tegelijkertijd de visuele kwaliteit van de openbare ruimte sterk worden verbeterd.
13