emile proper & sabine van den eynden
VALS PROFIEL
I
Even hield Myrthe haar adem in toen ze het lemmet op de gespannen huid zette. Zodra ze de incisie maakte, zou het bloed gaan stromen. De patiënt was binnengekomen met een opgezette buik en haar slijmvliezen waren bleek als papier. Een bloedende tumor in de milt, had Myrthe verondersteld. Henk deelde haar diagnose, maar had vraagtekens gesteld bij Myrthes beslissing direct te opereren, gezien de conditie van de patiënt. Er kriebelde zweet onder haar muts. Ze trok een schouder op en wreef er met haar hoofd tegenaan. Het hielp. Een beetje. ‘Mag ik wat meer licht, Ella?’ De assistente deed wat haar werd gevraagd. Myrthe rechtte haar rug, haalde nog eens adem en sneed de buikwand open. Gelijk begon het bloed te stromen. Dat was zoals verwacht, maar ze schrok toch. Veel bloed. Meer bloed dan het afzuigapparaat aankon. Ze voelde paniek opkomen, terwijl ze toekeek hoe de operatietafel langzaam rood kleurde en Ella het hysterisch gierende afzuigapparaat steeds dieper de wond in duwde. Dit liep helemaal niet zoals ze zich had voorgesteld. Waar was de knappe chirurg gebleven die met uitgekiende precisie dit opgegeven, terminale oude besje wel even zou oplappen? Ze vloekte inwendig in een poging haar paniek om te zetten in daadkracht. Dat hielp. ‘Trek die klem eens wat meer naar achteren,’ commandeerde ze. De deur ging open en het zorgvuldig geföhnde hoofd van Niek, assistent en tevens royalty-expert, verscheen om de hoek. ‘Myrthe, ik heb Boris aan de lijn,’ zei hij met zijn flemende stem waarin altijd lichte ironie doorklonk. Myrthe reageerde niet en ging in haar hoofd de mogelijke oorzaken
9
van de enorme hoeveelheid bloed na. De plas die op de operatietafel was ontstaan, bereikte de rand en bolde op. Daarna won de zwaartekracht het van de viscositeit. Een dun straaltje liep op de grond. Onder de operatietafel ontstond een donkerrode plas. ‘Ik geloof dat het nu niet zo goed uitkomt,’ antwoordde Ella, die niet gerust leek op een goede afloop. ‘We hebben hier even een kwestie.’ Het moest het afzuigapparaat zijn, concludeerde Myrthe. Ze hadden het ding een paar jaar geleden tweedehands gekocht van een ziekenhuis in Dresden. Het moest verstopt zitten. ‘Hij zegt dat het dringend is,’ zei Niek voorzichtig. ‘Staat ons huis op instorten?’ Myrthe pakte Ella de afzuigslang uit handen en trok die van het apparaat. Ze hield haar hand voor de opening: er was nauwelijks zuigkracht. ‘Nee, er staat een huis te koop.’ ‘Dan is het niet dringend.’ Myrthe overwoog of ze zou proberen het afzuigapparaat te repareren – ze hadden er natuurlijk maar één – of met tampons zou werken, zoals Henk al dertig jaar deed. ‘Maar…’ ‘Zeg dat ik hem later bel en breng ons een paar dozen tampons.’ ‘Maar…’ ‘Haal tampons uit de opslag!’ Niek deed wat hem werd gezegd. Ook Ella kwam in beweging en begon met tampons het bloed op te deppen. De stroom was gestopt. Het straaltje veranderde in gestaag gedruppel en hield ten slotte op. Natuurlijk kwam er veel bloed vrij bij het opensnijden van de buik. De milt is een reservoir van bloed. Als die ten gevolge van een tumor is gaan bloeden, dan loopt de hele buikholte vol. Het was dus niet zo gek dat de operatiekamer dreigde te veranderen in de set van een goedkope horrorfilm. Waarom had ze daar niet gelijk aan gedacht? ‘We zitten al over een liter,’ zei Ella, die nauwkeurig bijhield hoeveel tampons ze gebruikte. Myrthe knikte en pakte haar lancet weer. ‘Haal de grote bouvier uit de kennel en maak hem gereed voor een transfusie.’
10
Ella keek geschokt. ‘Die bouvier, maar…’ ‘Begin jij nu ook al met dat gemaar?’ ‘Je kunt toch niet zomaar…’ ‘Het is een noodgeval. Dat begrijpt mevrouw Van Waes best. Vraag of een van de stagiaires je helpt.’ Ella hield haar mond, maar aan haar blik was te zien dat ze deze manier van handelen afkeurde. Myrthe negeerde het en ging verder met de operatie. De tumor zat onmiskenbaar in de milt. Het orgaan was tot enorme proporties opgezwollen en bloedde op verschillende plaatsen. Toch zag het er gunstig uit want de milt kan worden gemist. Anders had ze net zo goed meteen kunnen stoppen met de operatie – een beetje bloed kon ze wel confisqueren, maar een donor voor bijvoorbeeld een lever had ze niet. In feite nam ze nu al een onaanvaardbaar risico. Alhoewel: als ze niet had ingegrepen, dan zou het hoogstens een kwestie van dagen zijn geweest. Ze plaatste klemmen en maakte zich gereed om de milt (opgezwollen tot het formaat van een voetbal) te verwijderen. Het gemak waarmee een lichaam zich aanpast aan – aan alles eigenlijk, bleef Myrthe verbazen. Er bestonden volop fraaie staaltjes van. Zoals de hond die jarenlang diarree had gehad als gevolg van zeventien fopspenen in zijn maag – de baby was intussen opgegroeid tot een flinke meid van negen. Tarzan, de bouvier van mevrouw Van Waes, liet gewillig zijn bloed aftappen en kreeg een biefstuk als beloning. Voor Belle, de elf jaar oude herder op de operatietafel, kwam de redding net op tijd. Ze was even gestopt met ademen, maar tot een hartstilstand kwam het gelukkig niet. Myrthe verborg haar tevredenheid toen Ella zuinigjes toegaf dat het toch wel mooi was dat Belle het leven van haar al even bejaarde bazinnetje nog een tijdje kon opfleuren. Voor Ella’s doen was dit een groot compliment; de moeder van vier opgroeiende jongens was doorgaans niet al te scheutig met lof of vriendelijke woorden. Streng en duidelijk zijn was haar devies. Terwijl Ella de wond hechtte, legde Myrthe de milt behoedzaam op de weegschaal. Die woog ruim twee kilo. Ze trok haar handschoenen uit en pakte haar fototoestel om het ding vast te leggen. Met een schuin oog wierp ze een blik op de monitoren. Zuurstof en hart wa-
11
ren in orde. Geen tekenen dat Belle in shock zou raken. De deur ging open en Niek kwam binnen. ‘Boris heeft nog een paar keer gebeld. Hij is heel boos,’ zei hij terwijl hij naar de tumor op de weegschaal staarde. ‘Je hebt toch gezegd dat ik in een operatie zat?’ ‘Ja, maar het huis is intussen verkocht. En het was een heel bijzonder pand.’ ‘Hoe weet jij dat nou?’ vroeg Myrthe terwijl ze de schaal waarin de tumor lag oppakte met de bedoeling aan die Niek mee te geven. ‘Ik heb even op de website gekeken. Echt een buitenkansje. Wacht, hij staat op mijn telefoon,’ zei Niek terwijl hij met een plotse beweging zijn telefoon uit zijn zak wilde pakken. Zijn elleboog stootte tegen het nierbekken en de tumor viel met een klap op de grond. Het bloed spatte hoog op en droop van het witte meubilair. Een naargeestig gezicht.
12
II
Myrthe waste de sla terwijl Boris fijngehakte kruiden, knoflook en ui mengde met sinaasappelsap, olie en mosterd; een snelle marinade voor de moten vis die hij tijdens zijn lunchpauze had gehaald bij zijn vaste viswinkel in de Utrechtsestraat. De beste van heel Amsterdam, volgens Boris. Myrthe waagde dat nogal eens te betwijfelen. Niet vanwege de kwaliteit van de vis, maar omdat het de enige viswinkel was waar Boris kwam. Veel vergelijk had hij dus niet. Ze had meer dan eens geprobeerd hem dit duidelijk te maken, maar tot dusver zonder succes. Ten slotte was het een running gag in hun relatie geworden. Op feestjes mochten ze hun verschil van inzicht graag breed uitmeten. Hij gaf dan weer eens hoog op van een uitermate exquise gerecht dat alleen lukte als de ingrediënten van de een of andere uitzonderlijk obscure slager, vis- of groenteboer kwamen – of houthandel, indien het gerecht in kwestie op een barbecue zwartgeblakerd diende te worden. Zij betoogde dat een vis van de supermarkt niet alleen smaakvoller, maar toch zeker ook een behoorlijk stuk gezonder was dan een vis die eerst een dag in de volle zon op een markt in Napels had gelegen en vervolgens in twee dagen tijd met een stinkende dieselbak met haperende koeling naar Nederland was gereden door een sigaren rokende Siciliaan. En Boris constateerde dan dat Myrthe geen romantiek kon waarderen en daar bakkeleiden ze dan over door, met de nodige gelegenheidsargumenten van beide zijden en in de regel tot hilariteit van de aanwezigen. Hoe geestig deze cabaretact ook mocht zijn, feit bleef dat Myrthe de haring van de supermarkt uitstekend te eten vond en dat Boris het verdomde zelfs een klein stukje te proeven. In die zin was het eigenlijk helemaal niet grappig.
13
Myrthe sneed snel een paar tomaten, een paprika en wat champignons in grove stukken en vroeg zich af wat voor dressing ze bij de sla zou maken. Boris manoeuvreerde langs haar met handen die dropen van de marinade. In het voorbijgaan schurkte hij even met zijn kruis tegen haar billen aan. Om nog maar eens te onderstrepen dat het een bar smal keukentje was? Of als teken van affectie? Ze keek hem aan, maar hij leek compleet op te gaan in het zorgvuldig wassen van zijn handen. Of trok hij toch even speels een wenkbrauw op? Ze bestudeerde zijn knappe gezicht; hij had donkere wenkbrauwen en wimpers, en een donkere baard, maar zijn hoofdhaar was goudblond en krullend. Dit gaf hem, mede door zijn flinke neus en sterke mannenlijf, het aanzien van een Griekse god. Niet het aanzien van een Griek, want die waren doorgaans niet blond en ook niet 1 meter 89. Boris belichaamde het klassieke ideaal van de goddelijke sportman, zoiets. Intussen stak hij drie pitten aan en liet er nonchalant twee bakpannen op kletteren. Daar goot hij wat olie in en terwijl die warm werd, liet hij een derde pan vollopen met heet water om pasta in te koken. Myrthe deed haar mond open om te beginnen over de gemiste kans van die middag, maar Boris trok de afzuigkap open en maakte ieder gesprek onmogelijk. Myrthe plukte wat bieslook van het plantje op het aanrecht. Ze knipte de steeltjes fijn met een schaartje, strooide het groen over de salade en besloot vervolgens dat ze geen zin had om een vinaigrette te kloppen. Ze draaide zich om en leunde met de armen over elkaar tegen het aanrecht. Dan maar een Portugese dressing. ‘Waar was je vanmiddag eigenlijk zo druk mee?’ vroeg Boris zonder van zijn werk op te kijken. ‘Ik heb een enorme tumor verwijderd bij een oude herder.’ ‘Klinkt ingewikkeld.’ ‘Best wel. Mo vond het natuurlijk belachelijk dat ik het risico wilde nemen met zo’n oude hond, maar van Henk mocht ik het proberen.’ ‘En Henk is de baas.’ ‘Henk weet dat ik het kan.’ ‘En Mo niet?’ ‘Mo durfde het zelf niet aan en dan denkt hij dat niemand het kan.’ ‘Arme Mo,’ zei Boris. Myrthe voelde zich meteen aangevallen. ‘Hoezo, arme Mo?’
14
‘Dat hij altijd maar tegen jou moet opboksen.’ ‘Ik ben heel aardig tegen hem, hoor.’ ‘Dat helpt niet.’ Myrthe ging de tafel dekken. Ze had geen zin om te bakkeleien over haar collega. Ze zag Mo elke dag op haar werk en het klikte nu eenmaal niet tussen hen, hij was eigenlijk in ieder opzicht tegengesteld aan Myrthe: hij was een man, zij een vrouw; hij was precies, zij slordig; hij was afstandelijk, zij warm en fysiek. Telkens als ze hem joviaal op zijn schouder sloeg, kromp hij in elkaar. Ze had lange tijd gedacht dat het kwam door zijn Chinese afkomst, maar zijn zusters en moeder waren veel spontaner en kusten haar al bij de eerste ontmoeting. ‘In ieder geval ging het net bijna mis toen jij belde,’ zei ze in een poging het gesprek weer op gang te brengen nadat ze aan tafel waren gegaan. Boris knikte en nam een hap zonder haar aan te kijken. Hij nam het voor kennisgeving aan. Hij was dus wel kwaad. ‘Uiteindelijk kwam het allemaal goed,’ vervolgde ze. ‘Het is weliswaar geen wiskunde waarbij je er met logisch redeneren altijd wel uit komt, maar toch zie je op een gegeven moment de oplossing zich ontvouwen. Dat blijft me verbazen. Opeens heb je het: zo moet het! De endorfine schiet door je lichaam, alsof je jezelf hebt ingespoten met een dubieus genotsmiddel. Vanaf dat moment is het eigenlijk minder interessant, gewoon een kwestie van nauwkeurig werken.’ Wat zit ik toch te bazelen, dacht Myrthe. Waarom reageert hij niet? Boris rommelde wat met een vork in de sla op zijn bord. ‘Om eerlijk te zijn klinkt het als een tamelijk zinloze operatie,’ zei hij uiteindelijk. Het klonk afgemeten. ‘Hoezo?’ ‘Die hond gaat toch dood.’ ‘Doe niet zo raar.’ ‘Je zei zelf dat het een oud beest was.’ ‘Dan kan ik net zo goed een andere baan zoeken. Of beter nog: zelfmoord plegen.’ ‘Waar slaat dat nou weer op?’ ‘Ik ga toch dood.’ ‘Ja zeg, als we zo gaan beginnen.’
15
‘Jij begint zo. Ik laat alleen maar zien dat het een onzinnig gesprek wordt op deze manier.’ Boris zei niets, maar keek geërgerd naar de tafel, alsof daar het snedige antwoord lag waarmee hij weer de overhand zou krijgen. ‘Heb je geen dressing gemaakt?’ vroeg hij uiteindelijk. ‘Dit leek me een sla waarbij Portugese dressing niet zou misstaan.’ ‘Zijnde?’ ‘Gewoon zelf een beetje olie, azijn, peper en zout over je sla gooien en dan even husselen.’ ‘Ah, liever-lui-dan-moedressing.’ Met een donkere blik wipte Boris de dop van de fles azijn. Hij bekeek het etiket en maakte aanstalten om met zijn duim op de kop van de fles behoedzaam de azijn op de sla te sprenkelen. Maar doordat er een plastic puntje uit de fles stak, kreeg hij geen goede grip. De azijn klokte de fles uit. ‘Verdomme,’ vloekte Boris. Een giechel ontsnapte Myrthe. Boris keek haar kwaad aan terwijl hij met een stuk keukenpapier de azijn van zijn sla probeerde te deppen. Myrthe hield een hand voor haar mond om de grijns op haar gezicht te verbergen. ‘Stomme Portugezen,’ mompelde Boris. Hij prikte een stuk tomaat aan zijn vork, stak het in zijn mond en trok een zuur gezicht. Myrthe proestte het uit, Boris probeerde haar kwaad aan te kijken, maar ze zag dat hij eigenlijk ook moest lachen. Ze pakte een schoon bord uit de kast, schoof de helft van haar sla op het bord en gaf het aan Boris. ‘Ik zal de volgende keer wel weer een vinaigrette kloppen,’ zei ze terwijl ze hem even vastpakte en een kus op zijn hoofd gaf. Boris humde iets onduidelijks. Dat ging alweer beter. ‘Wat was er zo bijzonder aan dat huis?’ vroeg Myrthe, meer om interesse voor te wenden dan omdat het haar werkelijk kon schelen: het huis was toch al verkocht. ‘Honderdtwintig vierkante meter met een tuin op het zuidoosten in een goede buurt voor een goede prijs. De originele deuren en plafonds zaten er nog in, maar de elektriciteit was wel helemaal opnieuw getrokken en er zat al cv en een nieuwe badkamer in.’ ‘Klinkt wel aardig, inderdaad, maar ook als we een afspraak hadden gemaakt, was het nu verkocht.’
16
‘Ik wilde een bod doen.’ ‘Ongezien? Belachelijk.’ ‘Helemaal niet. Het was een koopje.’ ‘Juist daarom. Misschien was er iets grondig mis mee. Heel Amsterdam staat vol met verzakte huizen op rotte palen en met giftanks in de tuin, of ze zijn afgewerkt met een flinke laag asbest.’ ‘Dat zouden ze er heus wel bij hebben gezet op Funda.’ ‘Ik ben niet zo naïef dat ik nog geloof in de goedertierenheid van makelaars. En jij ook niet, trouwens. Ik wil eerst zien waar ik op bied.’ ‘Tijdens zo’n bezoek kun je ook niet zien of er een oude tank in de tuin ligt of dat er asbest achter het behang zit.’ ‘Je kunt wel zien of al die ellende de moeite waard is.’ Het begon nu echt op een ruzie te lijken. ‘Luister, als ik weg kan uit deze huurdump hier, dan ben ik bereid een hoop ellende te accepteren.’ Boris wees demonstratief op de vochtplekken van de laatste lekkage. De geelbruine strepen liepen over de witte latex tot aan de bovenkant van het kozijn, waar een hardnekkige grijsgroene schimmel welig tierde. Het huis was oud en slecht onderhouden, dat vond Myrthe ook. Maar het stond in de Watergraafsmeer, door het overvloedige groen een van de aangenaamste buurten van Amsterdam. De hele zomer hing er een kruidige grasgeur in de lucht, en je kon in tien minuten naar het Amsterdam-Rijnkanaal rennen en de open ruimte voelen. Myrthe hoefde er niet weg. ‘Ook een straat waar drie trams door rijden?’ ‘Achter dubbelglas merk je daar niets van.’ ‘Behalve dat je het raam niet kunt openzetten,’ zei Myrthe. Het klonk bitser dan ze wilde. ‘Wat is dat toch met jou? Wat voor huis moet ik vinden om hiervandaan te komen?’ ‘Precies hetzelfde.’ ‘Dan verandert er dus niets!’ ‘Nee. Ik zit trouwens liever in de rotzooi van een ander, dan in een eigen huis dat gonst van de verborgen gebreken. Daarom vind ik huren zo prettig: dan is het mijn probleem niet.’ ‘Sorry hoor, maar ik vind dit geen plek om met een baby te wonen.’ ‘Die is voorlopig nog niet in de maak, dacht ik.’ Ze keek Boris aan maar die wendde zijn gezicht af.
17
‘Hier hebben we het toch over gehad?’ Boris prikte zijn vork vol sla en stopte die in zijn mond. Terwijl hij kauwde pakte hij de avondkrant. Het gesprek was blijkbaar ten einde. Na het eten deden ze samen de afwas, want de vaatwasser was stuk. Boris vond het zonde om een nieuwe aan te schaffen waarvan het maar de vraag was of die straks wel zou passen in of bij de keuken van hun nieuwe huis. Als je met de juiste blik tegen die redenering aan keek, leek er wel een zekere logica in te zitten. Bovendien had Myrthe geen speciale hekel aan afwassen, en wat maakten ze nu helemaal vies, zo met z’n tweetjes op een dag? Boris wreef het aanrecht droog met een doek terwijl Myrthe espresso maakte. De boiler in het keukenkastje bromde gemoedelijk. Vervolgens installeerden ze zich tegenover elkaar aan tafel en klapten allebei hun laptop open. Boris had nog een lijstje van potentieel interessante woningen gezien en wilde dat Myrthe daar ook even een blik op wierp. Myrthe opende haar browser en surfte naar het lijstje woningen dat hij apart had gezet. Ze klikte werktuigelijk langs de foto’s, tabellen met kerngegevens en wervend bedoelde omschrijvingen. Leken alle woningen in Amsterdam echt zo op elkaar? Ze bladerde nog maar eens door de woningen die ze apart hadden gezet. Saai. Lelijk. Saai en onhandig. Saai, onhandig en lelijk. Of zou het komen doordat werkelijk iedereen zijn huis van top tot teen aankleedde met Ikea-meuk, afgemaakt met een toefje Blokker? ‘Deze is ook leuk!’ Boris, die zich opnieuw op de huizensite had gestort, keek op van zijn laptop. ‘Ik mail je de link.’ ‘Oké.’ Myrthe bewoog wat met haar muis. Mail, mail, mail, waar zat dat programma ook alweer? Na even zoeken vond ze het envelopje en al snel verscheen de mededeling: ‘Berichtkoppen downloaden. Bericht 1 van 33…’ Zeker lang geen e-mail opgehaald, constateerde ze. ‘En? Wat vind je?’
18
‘Even rustig aan, hoor. Hij is nog bezig met het ophalen van de mail.’ ‘O pardon.’ Boris richtte zijn aandacht weer op het scherm. Myrthe keek door haar e-mails. Voornamelijk spam, een nieuwsbrief van de nicht die jaren terug naar Nepal was vertrokken en het thuisfront op de hoogte hield van haar wel, heim- en andere wee, een reünie van de studieclub, mailtje van Schoolbank.nl, mailtje van Ariane, facturen van de sportclub en de telefoonmaatschappij en ja, daar was het mailtje van Boris. Ze klikte de link aan en bekeek de woning. Tja. Niets mis mee. Maar ook niets bijzonders. Ze zuchtte en klikte het venster weer weg. Ze bladerde door de andere mailtjes en gooide de meeste ongezien in de prullenbak. Ariane wilde koffiedrinken. En iemand die haar van school kende, wilde contact met haar. Ze klikte het mailtje open. Van: SchoolBANK Aan: Myrthe Subject: Een nieuwe gebruiker vraagt of je zijn contact wilt worden Beste Myrthe, Een nieuwe SchoolBANK-gebruiker heeft jou uitgenodigd om zijn contact te worden op SchoolBANK. Zijn persoonlijke bericht: Dag Myrthe, Wat leuk dat ik je hier tegenkom. Ik weet niet of je nog weet wie ik ben, maar wij hadden samen scheikunde – 8e en 9e uur op dinsdag. Van meneer Weenk, weet je nog? Die ieder probleem uitlegde door het met een hypotheek te vergelijken. Jammer dat hij niet begreep dat een hypotheek voor zeventienjarigen niet het meest aansprekende voorbeeld was. Maar goed. Ik ben een aantal jaren in het buitenland geweest en heb besloten me nu definitief in Nederland te vestigen. Je kunt over de wereld blijven zwerven, maar langzaamaan vereenzaam je toch. Vandaar dat ik – ook via deze weg – probeer weer wat contacten
19