-2-
Citroglycerine 97 Editora(a)l p. 5 C-Story p. 6 De winter duurde lang p. 14 les 40 ans des SM et GS p. 32 La Kamitax p. 38 Rémi Julienne p. 44 Kalender / Calendrier 2009 p. 47
-3-
Président / Voorzitter: • Marc Stelleman – rue du Poirier 11 B – 7191 Ecaussines-Lalaing Tél.: 067/33.04.87, gsm: 0477/72.34.71 / e-mail:
[email protected] Ondervoorzitter / Vice-Président: • Paul Depoorter, Diksmuidse Heerweg 394, 8200 St.Andries-Brugge. Tel.: 050/39.74.60, gsm: 0477/41 25 85 / e-mail:
[email protected] • Jean-Marc Ancion, Rue Vinave 67 - 4460 Grâce-Hollogne. Tél.: 04/233.49.61, gsm 0475/52.78.46 /
[email protected] Penningmeester / trésorier: • Wouter Couché Serpentsstraat 119, 9700 Oudenaarde-Eine. Tel.: 055/30 47 90, Fax: 055/30 47 70 / e-mail:
[email protected] Secretaris / Secrétaire: • Walther Apers, Savooistraat 128, 9600 Ronse.
[email protected] Tel.: 055/30.40.50, gsm: 0475/800.845 Redactie / Redaction Citroglycerine: • Marc Roelandt, Rédacteur en chef / Hoofdredacteur d’Overschielaan 29 - 1850 Grimbergen. Tel. & fax: 02/269.86.48, gsm: 0472/903.908 / e-mail:
[email protected] • Günther H. Götzfried, redacteur /
[email protected] gsm: 0478/377.976 mail uw teksten naar / envoyez vos textes à:
[email protected] Ontwerp en opmaak / Création et mise en page: • Leo Van de Velde Tel.: 0486 96 56 56 / e-mail:
[email protected] Clubshop: • Annie Verstraete
[email protected] gsm: 0479/39.57.40 Website: www.dssmclub.be • Vincent De Potter, webmaster, Oude Houtlei 142, 9000 Gent. Tel.: 0476/31.87.29 /
[email protected] Technisch raadgever / Conseiller technique • fr. Carl Dufays: Tél.: 071/52 21 34 ou gsm: 0479/202 602 /
[email protected] • nl. Gunter Temmerman: Tel.: 015/41 91 97 (‘s avonds) /
[email protected] Regionale verantwoordelijken / Responsables régionaux: • Antwerpen: Günther Götzfried, 03/449 11 56 (
[email protected]) • Brabant: Marc Roelandt, 02/269 86 48 (
[email protected]) • Hainaut-Namur: Carl Dufays, 071/52 21 34 • Liége-Luxembourg: Jean-Marc Ancion, 04/233 49 61 (
[email protected]) • Limburg: Jurgen Stelten, 011/66 28 50 (
[email protected]) • Oost-Vlaanderen: Vincent De Potter, 0476/31.87.29 (
[email protected]) • West-Vlaanderen: Paul Depoorter, 050/39 74 60 (
[email protected]) Het jaarlijks lidgeld voor 2009 bedraagt 40 Euro, na 1 juli 20 Euro. Te storten op KBC rek.nr.: 738-1113031-75 van DS/SM Club Belgium. La contribution annuelle pour 2010 s’élève à 40 euros (20 euros dès le mois de juillet) à verser au compte du KBC: 738-1113031-75 du DS/SM Club Belgium. IBAN: BE05 7381 1130 3175 / BIC: KREDBEBB Overname van artikels toegestaan mits bronvermelding. De artikels in Citroglycerine verbinden slechts de schrijvers ervan. Reproduction d’articles possible en mentionnant la source. Les articles dans le Citroglycerine n’engagent que leurs auteurs. Wie doet wat / qui fait quoi spécifiquement? Classic Car Insurance: Walther Apers (
[email protected]) Réprésentati(e)ion FBVA : Marc Roelandt (
[email protected]) Réprésentati(e)ion l’ABCC: Marc Roelandt (
[email protected]) & Paul Depoorter (
[email protected]) Registre/registratie Chapron: Vincent De Potter / De Potter Vincent (
[email protected]) Registre/registratie SM: Marc Roelandt (
[email protected]) & Annie Verstraete (
[email protected])
-4-
Marc Stelleman
Editoriaal Lorsque j’écris ces quelques lignes, nous sommes le 13 mai 2010 et il fait froid ! Et je ne peux m’empêcher de penser au superbe week-end que nous avons passé à Zolder. Je suis très heureux d’avoir pu rencontrer un grand nombre de nos membres lors de cette manifestation.
Wanneer ik deze enkele lijntjes neerschrijf, zijn we de 13 de mei, en is het behoorlijk koud ! En ik zit hier na te denken over het prachtige weekend dat wij in Zolder mochten beleven. Ik was ook blij daar zoveel leden te hebben gezien op dat evenement.
Ceci est non seulement un grand moment de plaisir pour chacun mais c’est aussi (et on l’oublie top souvent) une importante forme de reconnaissance pour les organisateurs. D’après moi, ils ont accompli un travail remarquable et, par là-même, ils forcent notre respect. On n’imagine pas l’investissement que cela représente. Je voudrais, en notre nom à tous, remercier Marc Roelandt pour les heures incalculables passées au service de ce beau projet Citroën Story. J’en profite également pour remercier les membres qui ont accepté de prêter leur voiture pour le musée. Et puisqu’on en est aux remerciements, je souhaite aussi remercier toutes celles et tous ceux qui nous organisent de magnifiques événements tout au long de l’année. C’est dit !
Dit is niet enkel een groot moment van plezier voor iedereen, maar ook (en dit wordt maar al te vaak vergeten) een belangrijke uiting van erkentelijkheid voor de organisatoren. Naar mijn mening hebben zij voor een merkwaardig resultaat gezorgd, dat ons respect afdwingt. Wij kunnen ons moeilijk voorstellen welke inspanning hiervoor nodig was. En daarom wil ik ook in aller naam, Marc Roelandt bedanken voor de ontelbare uren die hij heeft opgeofferd voor dit mooie project Citroën Story. Ik mag ook niet de leden vergeten te bedanken die hun auto hebben uitgeleend voor het museum. Tot slot wil ik iedereen in het algemeen bedanken, die erin slagen om zulke mooie evenementen in mekaar te steken in de loop van het jaar ! Dit is daarmee gezegd.
Maintenant, tournons vers l’avenir. Le week-end à Spa et toutes les autres activités nous attendent avec impatience. Nous serons tous de la partie, j’espère. Bonne lecture.
Nu moeten we naar de toekomst kijken. Het weekend in Spa en alle andere activiteiten staan ons nog (met veel ongeduld) te wachten. Wij zullen er allemaal bij zijn, hopelijk. Verder nog veel leesplezier !
Marc Stelleman
Marc Stelleman
-5-
Opdracht geslaagd ! Verleden jaar is het idee gerijpt om voor 2010 af te stappen van de klassieke Jumble , namelijk een meeting voor alle liefhebbers van oude Citroënvoertuigen, ingericht door de koepel ABCC van de belgische clubs. De uitdaging die werd aangegaan bestond erin : • een internationaal weekend te organiseren op een circuit • waar alle liefhebbers van Citroën en Panhard de kans zouden hebben zelf te rijden op circuit • en waar ook de echtgenoten en kinderen er plezier zouden aan beleven. Daarvoor werd een comité opgericht, rond Dieter Pétré (ondervoorzitter ACI) en Guido Dries (contactpersoon met het circuit Zolder), dat in juni een dossier indiende bij de ACI. Eens de erkenning als Evenement van het Jaar op zak, met de belofte van subsidies, werd het project voorgelegd aan Citroën Belux, die op haar beurt haar volledige steun verleende. Ondertussen was de ploeg van acht enthoesiaste mensen van verschillende clubs begonnen aan het uitdokteren van het programma, met deze drie richtlijnen : • ook de Panhardclubs erbij betrekken • niet enkel voor oude Citroëns uit de clubs, maar ook de recente Citroëns • het Citroënnet in België en Luxemburg erbij betrekken. Gaanderweg werden verschillende leuke ideeën erin verwerkt : • een museum voor de oude types • een salon met auto’s uit het begin van de jaren ‘70 • een showroom met actuele modellen • slalom rijden met de nieuwe DS3 • vier rallyauto’s van de verzameling van Citroën • meerijden op het circuit met gekende vroegere piloten De nodige publiciteit werd gevoerd met een website in vier talen, persmededelingen van Citroën Belux, artikels voor tijdschriften in vier talen. Een promotieploeg was aanwezig op de volgende beurzen om inschrijvingen te ronselen : Maastricht, Parijs, Antwerpen, Gent en Essen. En hoe verliep het weekend zelf ? Dankzij het mooie weer hadden wij toch een ruime opkomst, volgens de organisatie Zolder werden op de twee dagen 1.621 auto’s en 6.752 bezoekers geteld. Aangezien er op zaterdag géén lawaai mocht gemaakt worden, was het nogal kalmpjes, met een gezellige barbecue ’s avonds. Dit werd ruimschoots goedgemaaakt op zondag, waar werkelijk alle types auto’s op het circuit konden meerijden van 10 uur ’s morgens tot 17 uur ’s avonds, met als afsluiter een bijzondere parade van SM’s en GSsen , en voor de deelnemers een bijzondere prent van Clovis, door Robert Opron gehandtekend. De afwezigen hebben weer eens ongelijk gehad !
-6-
let the beast go!
Diane, DS, GS, yes yes!
Traction avant, vue de l’arrière
- 13 -
C-luchtmatras?
The C-family…
C-bbq
C-santé!
C-surprise
C-vélo?
Citroën Story – Circuit de Zolder les 24 et 25 avril 2010
Un weekend sympa! C’était l’évènement Citroën de l’année, à ne pas manquer. Nous avions donc décidé d’y participer. Après avoir bichonné notre DSuper5, nous avons rassemblé un minimum de matériel de camping avant de prendre la route vers Zolder, sous un soleil radieux. A notre arrivée au circuit, plusieurs membres du club avaient déjà pris possession des lieux et installé ce qui allait devenir notre camp de base pour le week-end. Grâce au concours de chacun, notre « territoire » ne manquait de rien : tables, chaises, tonnelles, drapeaux, barbecues, boissons et vivres à volonté ! La journée du samedi a été relativement calme. Chacun a pris le temps de déambuler à son aise dans l’enceinte du circuit pour admirer les nombreux modèles exposés sur le parking, sur l’esplanade ainsi que ceux restés au camping. C’est ainsi que nous avons pu constater que certains Citroënnistes ne manquent pas d’imagination avec, par exemple, une Traction et sa jolie roulotte en bois ou encore une 2CV et sa petite caravane colorée. Nous avons également croisé un mini type H pour enfant ainsi que deux mécaniciens Citroën en herbe (voir photos). Une bourse de pièces (et autres articles) s’était installée dans les paddocks, le long du circuit. Des essais de la nouvelle DS3 étaient également possibles, le long d’un tracé de type slalom. Les enfants n’étaient pas en reste puisque des activités avaient été prévues pour eux : grimage, châteaux gonflables, karting, jeux vidéo. Nous avons également passé quelques temps en haut des gradins pour admirer le passage de voitures sur le circuit ; les vitesses atteintes variant selon les types de véhicules et les pilotes. Tout le monde ne pouvait évidemment pas rivaliser avec Bruno Thiry ! Notre groupe avait décidé spontanément que cet évènement serait placé sous le signe de la détente. La météo estivale qui nous a accompagnés durant le week-end n’a fait que renforcer cet air de vacances. C’est ainsi que, tout en dégustant l’apéritif, nous avons préparé un délicieux barbecue. Certains de nos membres en sont de véritables spécialistes; c’est ainsi que Claude et Benjamin devraient se voir décerner une toque d’argent car la cuisson était parfaite. La soirée du samedi s’est prolongée dans la bonne humeur autour de quelques bons verres. Certains d’entre nous ont même été jusqu’à pousser la chansonnette et à faire la farandole au café du coin.
- 11 -
Le réveil du dimanche matin a, par conséquent, été plus difficile pour certains que pour d’autres et un ou deux cafés serrés ont été nécessaires avant le démarrage de la journée, qui s’est révélée très animée. L’activité qui réjouissait le plus de monde était, bien entendu, les tours de circuit. Petits et grands ont pris beaucoup de plaisir à rouler sur ce circuit, sous les regards des visiteurs du dimanche. Certains ont eu quelques petites frayeurs. La vitesse en a grisé plus d’un et les pneus de certaines voitures ont pris un fameux coup de vieux en l’espace de quelques tours !!! La bourse, les paddocks, les parkings, le musée, les jeux……. Tout était bien entendu de nouveau accessible durant la journée du dimanche, qui a fait le plein de visiteurs. Nos spécialistes du barbecue ont de nouveau été mis à l’ouvrage et nous avons donc remis le couvert pour notre groupe qui s’était étoffé de quelques participants supplémentaires, qui avaient eu l’excellente idée de nous préparer une délicieuse salade de pâtes et quelques légumes frais. Y’a pas à dire, tout le monde s’est régalé. Mais on le sait, le temps passe vite lorsque l’on s’amuse et en fin d’après-midi, nous avons donc dû démonter notre campement. Une petite photo souvenir avec les derniers participants avant de prendre la route du retour s’imposait ! D’un avis général, nous avons donc passé un agréable weekend sous le soleil, délicieux préambule aux prochaines vacances……Enfin, pas tous : certaines personnes ont probablement dû terminer le week-end sur les genoux. En effet, l’organisation de cet évènement a requis beaucoup de volontaires chargés de faire tourner la boutique. Merci et bravo à eux pour leur dévouement. Je ne voudrais pas terminer ce petit article sans mentionner le fait que, à l’occasion de cet évènement Citroën de l’année, Marc Roelandt avait fait une infidélité à son habituelle SM et l’avait troquée pour un nouveau destrier. Nous verrons, lors des prochaines sorties du club, s’il ne s’agissait que d’une brève aventure…………… Myriam et Luc
Citroën Story
Salon des années 1970 Quelle ne fut pas notre surprise quand Marc, notre président, nous demanda d’exposer notre DSpécial de 1974 lors du Citroën story à Zolder les 24 et 25 avril! Deux jours de gloire pour concrétiser deux ans de rénovation mécanique et carrosserie! Deux ans pendant lesquels mon huile de bras et mon acharnement d’heureux propriétaire, les bons soins et les conseils de Freddy Vanhemelen ont permis à ce “crapaud” de se transformer en...déesse. Nous voilà donc partis le vendredi, veille de la manifestation, accompagnés par notre garagiste ange-gardien. Caprice de star: panne le long de l’autoroute, pourquoi? Nous nous posons encore la question. Seuls les doigts experts de Freddy, secouant certains fils, lui ont redonné la pêche. Trois heures de route pour faire 150 kilomètres, il nous semblait que tous les travaux autoroutiers étaient concentrés sur ce tronçon. Enfin, dépôt de la vedette, accompagnée de cinq autres (SM,2 GS,Dyane,Ami 8 break) sur le tapis rouge. Rien que ça! Le retour vers chez nous fut nettement plus rapide:1 heure 30, c’était bien plus normal. Samedi matin, bon pied bon oeil, nous avons repris la route vers Zolder,en autre DS ...la 3.
Cette journée fut un peu décevante par manque d’activités mais le soleil nous permit d’oublier les temps morts. Elle se termina par une agréable soirée en compagnie d’une dizaine de Citroënistes convaincus, installés aussi à l’hôtel :quand on partage la même passion,comment s’ennuyer? Le dimanche fut bien plus animé:vente de pièces, miniatures, exposition des nouveaux modèles DS3-C3. Les contemporaines jouxtaient les ancêtres:quel merveilleux tableau:toutes pouvaient parader sur le circuit. Les plus beaux modèles du Conservatoire y tournèrent aussi:DS,SM, ZX rallye raid, Xsara WRC, C4 WRC avec au volant les pilotes Thiry, Duwez, Droogmans et Vanbellingen. 40 GS et SM représentaient la célébration de leurs 40 ans. Les enfants et les jeunes n’étaient pas oubliés:châteaux gonflables, karting, slaloms en DS 3, parcours 4X4,... Voilà vraiment un bon week-end sous l’égide des deux chevrons. Nous avons donc repris notre “bébé”, très fiers d’avoir pu participer, même modestement, à cette organisation en n’oubliant pas ceux qui nous ont permis d’arriver là. Merci Marc et Freddy! Anick et Francis Regnier
- 12 -
C-équipe
C-chicane
C-cabrio
- 18 -
De winter duurde lang. Hij duurde lang, de winter, voor velen te lang, te koud, te donker…. voor de familiedag op 28 februari hoopten we op een straaltje zon, een graadje meer maar het werd ijdele hoop. Niet alleen was het koud en nat maar bovendien dienden we ons schrap te zetten tegen een ware stormwind. Maar, we lieten ons niet door “een beetje“ wind uit het lood slaan. We hadden voor de noodzakelijke ingrediënten gezorgd die onlosmakelijk met de familiedag van de club verbonden zijn : een programma speciaal voor de kinderen en de kleinkinderen en als afsluiter pannenkoeken à volonté !! Hydrodoe, het educatief water-doe-park in Herentals heeft hopelijk onze kleinsten weten te boeien en misschien hebben zelfs ouders en grootouders er ook nog iets van opgestoken. Achteraf hoorden we dat de Franstalige versie niet zo goed was uitgewerkt maar de enthousiaste en lachende gezichten op de foto’s (zie ook onze website) laten toch vermoeden dat iedereen het naar z’n zin had . Na al dat water en het trotseren van de gure weersomstandigheden buiten zorgden hete koffie met zelfgebakken !! pannenkoeken voor een meer dan welkome verwarming en in onze sfeervolle locatie was het weldra een gezellige drukte. Heel leuk was ook dat er verschillende leden aanwezig waren die we nog niet veel hadden mogen verwelkomen of die we een hele tijd niet meer hadden gezien. Altijd weer een prettig weerzien. Graag willen we Chris De Vlaeminck een extra dank-je-wel zeggen voor het bakken. Hij is erin geslaagd om in een tijdspanne van ca. 3 uur een 300-tal pannenkoeken te bakken die niet de kans kregen af te koelen. Aan calorieën werd niet gedacht en de stemming was zoals we van onze Citroën-familie gewend zijn: gemoedelijk, warm en vriendschappelijk. Dank aan alle deelnemers en aanwezigen want niets is zo plezant als iets organiseren en zien dat iedereen met een goed gevoel weer naar huis vertrekt. Afspraak alvast volgend jaar !! Veel tijd om na te genieten van onze familiedag kregen we niet want het volgende weekend, 5, 6 en 7 maart was het weer alle hens aan dek voor de “National Classic Car” -beurs in Antwerp Expo op de Jan van Rijswijcklei te Antwerpen. Ook deze beurs is een jaarlijks terugkerende klassieker op de agenda van onze club. Gelukkig had ook nu weer Günther alle nodige voorbereidingen voor zijn rekening genomen en dienden we enkel voor de praktische uitvoering te zorgen. Aansluitend op het uitgebreide artikel dat Günther in de twee laatste edities van onze Citroglycerine geschreven had over de DS PRESTIGE zou het uiteraard de kers op de taart worden om zo een exclusief exemplaar te kunnen tentoonstellen op onze stand. Toen de familie van der Laan zich bereid verklaarde om hun wagen ter beschikking te stellen kon Günther zijn geluk niet op. Op een koude maar zonnige winterse zaterdag gingen we met z’n drieën richting Borgloon om de diva op te halen. Ik zie het nog zo voor me : met Walter achter het stuur, het enige dat eraan ontbrak was een echte chauffeurspet, en Günther statig op de achterbank schreed zij tegen een gezapig tempo over ’s lands oudste snelweg.
- 14 -
Antwerpen
- 15 -
Toen ik ergens halverwege plotseling twee handen door het dak zag steken dacht ik dat Walter gek geworden was maar als ik wat dichterbij kwam rijden zag ik dat het Günther was die vanop de achterbank naar me zat te zwaaien met op zijn gezicht een lach die boekdelen sprak. Natuurlijk, ik had over het hoofd gezien dat het open dak in een prestige niet boven de bestuurder zit maar boven de achterbank … (Walter was bij thuiskomst gelukkig niet gekker dan anders …) Van zodra we zekerheid hadden dat de DS PRESTIGE een plaatsje zou krijgen op onze stand konden we bij onze leden op zoek gaan naar een SM want ook dat is ondertussen een niet geschreven wet : we zijn de DS SM Club en we doen er in Antwerpen alles aan om steeds een DS én een SM ten tonele te voeren. Zeker dit jaar want voor hen die het nog niet weten : de SM viert in 2010 haar 40ste verjaardag !
Antwerpen
Om er geen al te grote kakafonie aan kleuren van te maken en de DS donkergroen met grijs dak is, zou een grijze SM het mooiste passen in het geheel. Wij wisten dat Mathieu Van Lindt, één van onze nieuwste leden en ook een citrofiel in hart en nieren, de trotse bezitter is van zo een grijze schoonheid en met een gevoel van : een neen hebben we en een ja kunnen we krijgen heb ik Mathieu gebeld met de directe vraag of zijn SM op de stand mocht staan. Toen we van Mathieu een positief antwoord kregen was de moeilijkste hindernis genomen en konden we met een opgelucht gevoel de verdere voorbereidingen treffen. Dit evenement is telkens weer team-work. Günther zorgde voor het verbale gedeelte en Walter voor de praktische uitvoering. Kalifa is een krak in het poetsen en laten blinken van de auto’s. Jean zorgde ook dit jaar weer op zaterdag voor de bemanning van de stand, een taak die op vrijdagnamiddag en zondag door Marc werd waargenomen. Op zondag zorgden Frederik en zijn vriendin voor twee paar extra helpende handen bij het opruimen. Speciaal van Brugge afgezakt naar Antwerpen !! Dat doet deugd. Zonder woorden weten wat je aan mekaar hebt. De oudjes en de jeugd die mekaar aanvullen en leren van mekaars kennis en ervaring. Mooi mooi mooi. Maar, vooraleer we gingen opruimen hadden we nog 3 dagen beursgebeuren voor de boeg. Ik durf het bijna niet luidop te zeggen, maar
- 21 -
dat is het enige Citroën-weekend waarbij we stiekem hopen dat het weer niet zo goed is…. En of het door het weer kwam of niet laat ik in het midden, maar het was weer reuze gezellig. Op vrijdag naar goede gewoonte veel Nederlandse bezoekers, op zaterdag de die-hard auto-fans en op zondag de families. Zovele mensen die langskwamen. Vertrouwde gezichten, nieuwe gezichten, leden, niet-leden, leden in spe…. (hopelijk).
Zondag 28 maart werd als datum geprikt en laat dat nu juist de dag zijn dat het zomeruur inging… zou dit de belofte van mooi weer inhouden ???? Om eens te hervallen in een (goede) oude gewoonte leek het ons leuk om de dag te starten in en vanuit een Citroën garage. Daarna hadden we een rondrit door de streek gepland met aansluitend een bezoek aan het vlasmuseum in Kortrijk en een warme maaltijd als afsluiter.
Zekerheden zoals Gilbert Vermaercke, ons oudste clublid (83 ondertussen !!) die we ook nu weer steevast op zaterdagochtend als eerste mochten verwelkomen en verassende ontmoetingen met leden waarmee we voor het eerst kennismaken. Prachtig ook hoe sommige bezoekers “onze” DS “ontdekten”. Op het eerste zicht een “gewone” DS tot ze de “speciallekes” ontdekten (schuifdak boven de achterbank, glazen afscheiding tussen bestuurder en achterbank…..) en je de bewondering op de gezichten kon lezen. Dit jaar eindigde de beurs voor ons niet echt op zondagavond want aan het terugrijden van de auto’s hebben we ook nog enkele mooie uren beleefd. Een gezellige babbel met de familie van der Laan buiten op het terras op één van de schaarse zonnige ochtenden tot nog toe. En, niet alleen een gezellige babbel, maar tevens ook een vruchtbare want er
Kortrijk
Door het lobbywerk van Paul DP werden we bij garage Vandenberghe in Deerlijk op zondagochtend met open deuren ontvangen. De familie Vandenberghe is al sinds 45 jaar en twee generaties Citroën dealer en heeft met dochter Stephanie een waardige bedrijfsleidster die op een vakkundige manier de familiezaak runt welke in de loop der jaren uitgegroeid is tot een modern bedrijf dat aan alle eisen van de hedendaagse Citroën-rijder weet te voldoen. Met koffie en chocoladebroodjes binnen handbereik konden we genieten van de oude DS’en buiten op de parking en de nieuwe DS3 binnen in de showroom. Een verschil van om en bij de 50 jaar, enkel gescheiden door een dubbele glazen wand…..
werden al plannen gesmeed voor volgend jaar……. (daar horen jullie beslist nog van). Samen met Mathieu de video bekeken over het ICCCR in Chevetogne….. Herinneringen ophalen, met het gevolg dat we pas in de kleine uurtjes in ons bed lagen…. Ook nu weer dank aan allen die meehielpen om ervan te maken wat het geworden is !!!!
Na de letterlijk en figuurlijk warme ontvangst door de familie Vandenberghe voerde een nauwkeurig uitgewerkt roadbook ons via de meest pittoreske plekjes van de streek naar onze eindbestemming van die dag, nl. het Vlasmuseum van Kortrijk. Het plan om ergens halverwege, op een idyllische plaats, aan de rand van een natuurpark een pitstop te houden werd letterlijk omvergeblazen want zomeruur en meteorologische lente ten spijt zaten ook nu de weergoden niet op dezelfde golflengte.
Op onze rondrit door Antwerpen vorig jaar vertelde Gauthier dat hij graag ook wel eens zo’n dagje zou organiseren en dat er bij hem in de buurt ook wel het één en het ander te zien was. Dit gesprek was niet in dovemansoren beland en toen we afspraken dat we wel een handje zouden toesteken begonnen de losse gedachten vaste vorm te krijgen.
Het bezoek aan het vlasmuseum was een leerrijke ervaring en een ware sprong in het verleden, terug naar onze jeugd, die van onze ouders en van onze voorouders. Zovele dingen die we ons nog konden herinneren. Wat is alles op korte tijd toch zo enorm veel veranderd, wat hebben onze ouders en voorouders toch hard gewerkt. Hoe is het mogelijk dat na één of twee generaties de wereld zo veranderd is….
- 17 -
Kortrijk -9-
Zo’n levensechte confrontatie met het verleden geeft toch stof tot nadenken : gaat het niet allemaal een beetje te snel, willen we niet teveel ??? Was het vroeger slechter ??? Misschien, maar is het dan nu zoveel beter ??? Hoe zal het zijn voor onze kinderen en kleinkinderen ??? Veel tijd om lang stil te staan bij al deze vragen was er niet want na het bezoek wachtte ons een lekkere, gezellig maaltijd als afsluiter van deze geslaagde dag. De opkomst was niet overdreven groot, het weer niet wat we hadden gehoopt, maar allen die aanwezig waren hebben ervan genoten en zij die er niet waren hebben wat gemist !! Gauthier, ik weet dat je je veel tijd en moeite getroost hebt om deze mooie dag voor ons te organiseren. Bedankt daarvoor, we hebben ervan genoten en we weten het echt te waarderen. Dit is ook wat de club nodig heeft, jonge mensen die zich mee inzetten voor ons voortbestaan. Tegen de tijd dat ons tijdschrift ter perse gaat bereikt ons het droeve nieuws dat Gauthier een hartverscheurende keuze heeft moeten maken en zijn DS van de hand heeft gedaan. De kans dat hij daardoor geen lid zou blijven van de club is echter klein want tegen dat het jaar om is, mist hij zijn DS zo verschrikkelijk hard dat hij zich weer een ander exemplaar aanschaft ……. nietwaar Gauthier ??? Ook de paasklokken slaagden er niet in een beetje lente mee te brengen op hun terugweg van Rome dus werden de extra verlofdagen maar gebruikt voor de klussen die reeds lang op uitvoering lagen te wachten.
- 22 -
Een weekje verlof afsluiten met een dagje Essen leek ons geen slecht idee en op zondag 11 april volgden we de aanwijzingen van onze GPS-dame richting Essen voor een bezoek aan “Die Klassik Weltmesse : Techno Classica Essen”. Voor de internationale promotie van Citroën Story later die maand was Marc er reeds de eerste dag, en hadden we afgesproken om op zondag samen met Guido de CitroënStory-infostand te bemannen. Bij aankomst meldden we ons in de “Citroën Strasse” waar we op een warme “gemütliche” manier ontvangen werden door de aanwezigen van de diverse Duitse Citroën Clubs. “Citroën-Strasse” (letterlijk Citroënstraat) staat voor één heel grote stand waar acht verschillende clubs samen een prachtig Citroën-geheel vormen. Aan eten en drinken geen gebrek en een constant komen en gaan van bezoekers. Walter had juist het hazepad gekozen om de rest van de beurs te ontdekken toen ik flarden van een gesprek opving over “speciaal” bezoek. Bij navraag bleek ik inderdaad goed gehoord te hebben : Robert Opron himself zou op zondag nogmaals een bezoek brengen aan de Citroën stand. Misschien doet die naam voor de DS-rijders onder ons niet direct een belletje rinkelen maar hij was de man die voor Citroën verantwoordelijk was voor de vormgeving van de GS, de CX en ok de SM. Geboren op 22 februari 1932, was hij één van de meest invloedrijke en succesvolle Europese auto-ontwerpers van
de 2e helft van de vorige eeuw. Na enige tijd voor Simca te hebben gewerkt kwam Opron in 1962 in dienst van Citroën, waar hij onder leiding van Flaminio Bertoni (verantwoordelijk voor onder meer de Traction Avant, de 2CV en de Ami 6) het vak leerde. Na diens dood in 1964 werd Opron hoofd van de ontwerpafdeling van Citroën, waar hij tekende voor modellen als de Citroën GS (een middenklasser, auto van het jaar 1971), de Dyane (een moderne versie van de 2CV, bedoeld als concurrent van de succesvolle Renault 4), de CX (opvolger van de ID/DS) en de SM. Zo kwam het dat we totaal onverwacht oog in oog stonden met deze voor ons toch wel legendarische figuur. Een ietwat afstandelijke maar niettemin innemende, vriendelijke man die ondanks zijn leeftijd nog een grote “joi de vivre” uitstraalt. Dit unieke moment werd natuurlijk op foto gezet en toen ik Walter naast hem zag zitten deed dat beeld me denken aan zo’n foto van een jongetje dat voor het eerst de Sint ontmoet. Onze dag kon in ieder geval niet meer stuk. Voor we het goed en wel in de gaten hadden werd de sluiting aangekondigd en na een flinke wandeling terug naar de auto reden we Essen uit richting “Belgiën”. Na zo een mooie, verassende dag leek het zelfs niet erg dat het de volgende dag maandag en dus werkdag was…. De twee weken die volgden was het de figuurlijke stilte voor de storm want reeds enkele maanden, sinds oktober 2009 meer bepaald, was bekend dat “Citroën Story” het
Essen
- 20 -
C-story
International Event of the Year 2010 zou worden en dat dit zou doorgaan op zaterdag 24 en zondag 25 april 2010 op het circuit van Zolder. Aangezien Marc Roelandt van bij de start deel uitmaakte van de organisatie konden we via hem de vorderingen van het tot stand komen van het gebeuren vanop afstand mee volgen. En geloof me, het was geen “piece of cake” Er is heel hard gewerkt met heel wat hindernissen, onverwachte problemen, onvoorziene omstandigheden en vooral veel vooroordelen die het hoofd moesten geboden worden.
beetje vakantie. En als dan eindelijk de zon schijnt….. Het werd een zalig weekend, en niet alleen door het mooie weer… Wel heb ik een beetje spijt dat ik het niet heb aangedurfd om m’n kans te wagen om met een echte rally-piloot het circuit op te gaan. Het is nochtans iets wat bovenaan op mijn verlanglijstje staat….. Niettegenstaande er heel wat afgeraced is op het circuit zijn er gelukkig geen ongelukken gebeurd. Op enkele lekke banden en afgesleten remblokken na is iedereen zonder kleerscheuren het weekend doorgekomen.
Door de korte tijdspanne om de organisatie rond te krijgen en de op het eerste zicht niet zo geschikte datum (kamperen eind april ?? in België ??) werd er vooral heel sceptisch naar uitgekeken.
De betrachting om 40 SM’s en 40 GS’en samen te brengen ter gelegenheid van hun beider 40ste verjaardag is niet gelukt, maar laat dat de uitdaging worden voor binnen vijf of zelfs tien jaar.
Vanaf de maandag werd er dagelijks gegoogeld naar de berichtgeving van het KMI om de weersverwachting op de voet te volgen want het werd met niet zoveel woorden gezegd maar het weer zou een heel belangrijke factor worden voor het al dan niet welslagen van het evenement. En, hoe beter de verwachtingen dag na dag werden, hoe meer het ook bij ons begon te kriebelen.
De Story is geschreven…, voor even…. Annie
Toen ik op zaterdagochtend nog snel naar de bakker reed en een “vreemde eend” de snelweg richting Hasselt zag opdraaien gaf dat zo’n kinderlijk prettig gevoel dat ik eens terug thuis de afwas heb laten staan en zo snel mogelijk ook wou vertrekken. Zoals het nemen van de trein altijd een beetje reizen is, is voor ons het zien van een heleboel Citroëns samen altijd een - 21 -
A la découverte du lin.
Dans un précédent numéro du Citroglyclérine, j’avais déjà exposé mon avis (controversé par certains mais les articles n’engagent évidemment que leurs auteurs) quant à cette appellation. Je campe sur mes positions : je n’adhère toujours pas au label DS qui, selon moi, ne devrait s’appliquer qu’à un modèle véhiculant le look, l’image et l’esprit de son ancêtre.
Le label DS sera dorénavant octroyé aux modèles qui auront un « Distinctive Sign » m’a-t-on expliqué chez un autre concessionnaire et je comprends donc mieux à présent pourquoi Citroën a décidé d’utiliser ce label. Mais parmi les DSistes « originaux » que nous sommes, je ne suis pas la seule à ne pas trouver de point commun avec les modèles que nous aimons tant ressortir une fois le beau temps revenu, mis à part, peut-être, la palette de couleurs. D’autre part, la campagne publicitaire pour cette DS3 que nous livrent actuellement nos écrans de télévision et nos journaux est très claire : non à la nostalgie !!!!! Trouvezvous que ce slogan nous corresponde ? Allez, j’arrête là mes commentaires personnels qui, je le répète, n’engagent que moi. La fin des hostilités a sonné ! Je suis même persuadée que la nouvelle DS3 va connaître un véritable succès. D’ailleurs, on commence à en croiser pas mal sur nos routes et c’est tant mieux pour Citroën.
Néanmoins, comme je l’ai déjà écrit dans ce même article précédent, je trouve cette voiture très belle et j’apprécie énormément son look sport et racé, ainsi que, tout particulièrement, son côté personnalisable à souhait, avec ses innombrables combinaisons de couleurs de carrosserie, de toit, de rétroviseurs, de jantes, ses différentes selleries et séries d’options…….1000 combinaisons sont possibles, paraît-il !!!!
Revenons à notre balade. Un convoi hétéroclite se met en route et c’est ainsi que sept DS, deux SM, une GS, une ZX, une XM et une C5 Tourer se suivent sur un parcours d’une cinquantaine de kilomètres en passant entre autres, par Vichte, Ruien, Escanaffles, Bossuit et Courtrai. Gauthier et Annie ont même prévu un délicieux en-cas fait maison lors d’un arrêt à proximité des écluses et du vieux petit pont « Sint Pietersbrugje ».
Luc et moi avions décidé de répondre à l’invitation de Gauthier Decavel et de participer à la balade qu’il nous proposait dans les environs de Courtrai. Le point de départ du dimanche 28 mars était fixé au Garage Van Den Berghe à Deerlijk où nous avons eu droit à un copieux petit-déjeuner. Le temps consacré à ce petit-déjeuner était aussi l’occasion d’admirer la nouvelle DS3, exposée dans le show-room. Dans son invitation, Gauthier nous invitait effectivement à découvrir cette nouvelle venue chez Citroën et à déterminer si elle méritait ou non l’appellation DS, si chère à nos yeux.
- 22 -
Courtrai
- 23 -
Le trajet nous fait découvrir quelques endroits connus dans la région : - la maison de campagne de l’écrivain Streuvels, aujourd’hui transformée en musée - la centrale d’électricité thermique à charbon de Ruien - la sucrerie d’Escanaffles - le canal qui va de Courtrai à Bossuit (construit au 19ème siècle) - etc … Nous terminons notre course à Courtrai, dans l’enceinte du Musée national du Lin, où nous avons reçu –rare privilègel’autorisation de stationner nos voitures. Les clients du restaurant où nous prendrons notre repas en fin de journée ne se sont d’ailleurs pas fait prier pour profiter du spectacle. La visite du musée était particulièrement intéressante. Ce musée, abrité dans une ancienne ferme, a ouvert ses portes en 1982 et a déjà accueilli plus d’un million de visiteurs dont certains très illustres comme Georges Bush, Margaret Thatcher ou encore Michaël Gorbatchev. Et depuis ce 28 mars, d’autres, un peu moins célèbres, comme les membres du DS Club. Notre passionné guide francophone commence par nous rappeler que le lin était déjà cultivé en Egypte il y a 3000 ans (les morts étaient enveloppés dans du lin) et que les utilisations sont multiples (tissus, plaques de « bois », cordes, huiles, savons…..). Quand on sait qu’une tonne de plante ne produit que 110 kg de fibres, on comprend mieux que le prix du lin soit élevé. Si la culture du lin et donc l’industrie linière ont été très importantes dans cette région à la fin du 19ème siècle et au début du 20ème siècle, c’est non seulement grâce aux nombreux champs et à la qualité du sol (qui doit être très riche car le lin épuise la terre) mais aussi et surtout grâce à l’eau de la Lys qui joue un rôle crucial pour le rouissage du lin. Ce procédé de rouissage est expliqué plus loin. Un agriculteur ne pouvait pas se contenter de cultiver du lin. En effet, le lin épuise tellement le sol qu’il ne pouvait être semé qu’une fois tous les sept ans sur la même parcelle. De nos jours, on ne cultive pratiquement plus de lin dans cette région et il ne reste qu’environ 5000 familles belges qui continuent à vivre de la production du lin, mais principalement en Wallonie, dans le Hainaut et le Namurois. Le musée retrace toute la vie du lin entre 1850 et 1920 au travers de différents « tableaux » : du semis en avril à la moisson en juillet, en passant par le sarclage, l’égrenage, le rouissage, le broyage, le teillage, le séchage….. Nous nous promenons donc dans le musée, en nous arrêtant à chaque stade de la fabrication. Un peu comme au Musée Grévin, des personnages particulièrement naturels présentent les diverses étapes de la
production du lin. Mais contrairement à Paris, ces personnages ne sont pas en cire mais bien en fibres. Les vêtements qu’ils portent sont des costumes originaux retrouvés dans les anciennes fermes avoisinantes. Une première scène nous montre deux hommes en train de semer le lin, un à la main et l’autre à l’aide d’un outillage appelé « violon hollandais ». Plus loin, des femmes sont occupées à enlever les mauvaises herbes dans les champs. Ensuite, c’est la moisson : des hommes arrachent les plants de lin, puis les égrènent à l’aide de maillets ou de peignes. Si le lin est arraché et non coupé c’est pour obtenir les plus longues tiges possibles : plus la fibre sera longue, plus son prix de vente sera élevé. Nous arrivons ensuite à une importante étape : le rouissage, c’est-à-dire le décollement de la fibre du lin de son écorce. Pour cela, les hommes rassemblaient le lin en bottes qui étaient placées dans d’immenses bacs en bois qui étaient euxmêmes plongés dans la Lys pour un séjour de trois semaines,
à une température oscillant entre 16 et 18°C. Les bactéries présentes dans l’eau du fleuve « mangeaient » l’écorce dont il fallait se débarrasser pour atteindre la fibre. Sur une longueur de 25 km, ces bacs étaient présents sur les deux rives de la Lys, provoquant une pollution relativement importante et une entrave à la navigation fluviale. C’est pour cette raison principalement que le rouissage dans les eaux du fleuve a été totalement interdit à partir de 1943. En remplacement des bacs, des bunkers ont alors été construits et remplis d’eau chauffée à 30 °C ; permettant de réduire la durée du rouissage à 3 jours. Les coûts de cette méthode étant importants, on en est revenu au rouissage sur pré. Le lin est simplement déposé dans les prés; l’humidité et les bactéries des sols permettant aussi la réalisation de cette phase de rouissage. L’étape suivante est le teillage, qui consiste à détacher les filaments de fibres en cassant la partie extérieure de la plante. Cette manipulation nécessite un véritable savoir-faire qui se transmet de génération en génération et ne s’apprend pas dans les écoles ! Au bout de ce parcours, on obtient donc enfin la précieuse fibre.
pas retenu le nom) mais aussi des célébrités comme Dirk Frimout, Eddy Merckx ou encore Briek Schotte (également un coureur cycliste) dans un univers où l’on n’aurait jamais pensé les croiser. Après cette longue et enrichissante visite, nous avions tous bien mérité un bon repas. Potage St Germain, rôti de porc fumé, croquettes de pommes de terre et légumes variés……..parmi lesquels chicons braisés et fagots de haricots verts lardés …. Bizarre, nous ne sommes pourtant pas à Asse….. ☺ Bravo et merci à Gauthier d’avoir organisé SA première sortie. C’était vraiment une très chouette journée. Myriam et Luc
La seconde partie du musée est dédiée à la dentelle et aux vêtements réalisés en lin. De très nombreux et magnifiques ouvrages en dentelle sont exposés. Pour la présentation des vêtements, le musée a choisi de retracer le parcours de toute une vie, où tous les personnages portent des vêtements (en lin, bien sûr) de circonstances : naissance, baptême, communion, mariage, vie de tous les jours (mais d’une autre époque), ….. pour terminer sur une touche moins gaie : des malades à l’hôpital et un mourant sur son lit de mort. Un dernier mot à propos du musée : les personnages rencontrés sont pour la plupart des « BV » (bekende vlamingen), c’est-àdire des flamands connus, voire célèbres. On y retrouve par exemple des personnages politiques régionaux (dont je n’ai
- 26 -
Garage Dirk
OOSTERLINCK NV
Zuidleiestraat 2, 9880 Aalter T: 09 / 374 52 02 F: 09 / 374 59 88
[email protected] Volledige restauratie met originele onderdelen Restauration complète avec des pièces d’origine - 27 -
Denk reeds aan 2012 ! ICCCR YORKSHIRE Pensez à l’avenir: 2012 !
Nous vous invitons à venir nombreux en Grande-Bretagne pour le prochain International Citroën Car Clubs Rally qui se déroulera dans le Yorkshire du 16 au 19 août 2012, sur quatre jours ! Tous les modèles , de toutes les années de production de Citroën, et tous les passionnés, sont les bienvenus. Rejoignez-nous pour le Grand Evénement Citroën Britannique !
Wij nodigen jullie uit om naar Groot-Brittannië te komen, om deel te nemen aan de volgende International Citroën Car Clubs Rally, die plaats vindt in Yorkshire van 16-19 augustus 2012, gedurende vier volledige dagen! Alle modellen en productiejaren van Citroën, en alle liefhebbers, zijn welkom om deel te nemen aan deze grote Britse Citroën-gebeurtenis!
“Le monde selon Citroën”: en lien avec la Marque , le tout dans le cadre exceptionnel du Yorkshire avec son hospitalité si particulière. • Musée Citroën : toutes les Citroën de construction anglaise fabriquées à l’usine de Slough ou produites à Javel en conduite à droite( RHD ) et des Citroën très rares, appartenant à des propriétaires Britanniques • Exposition – par modèle- de tous les véhicules Citroën • Autojumble et stands marchands • Cuisine typique du Yorkshire et bières anglaises • Service autobus à impériale de collection • Concours d’Elégance et autres remises de prix • Défilés et présentation des véhicules • Visites des sites touristiques et culturels de la région • Assistance technique, atelier et dépannage • Yorkshires-fanfares • Divertissements: pendant la journée et les soirs
De wereld van Citroën: alles wat te maken heeft met het merk, en dit in het unieke Yorkshire met zijn gekende lokale gastvrijheid! • Citroën Museum : met alle Engelse Citroëns en alle ongewone Citroëns van britse eigenaars • Tentoonstelling van alle Citroëns, gegroepeerd volgens model • Auto-jumble en standhouders • Yorkshire-gerechten en -bieren • Service van dubbeldek-bussen • Concours d’ Elegance en andere prijzen • Parades en presentatie van de auto’s • Rondritten naar lokale bezienswaardigheden • Technische steun, ateliers en pechverhelping • Yorkshire fanfares • Entertainment: overdag en ’s avonds
Il y aura un camping gratuit sur le site même, du mercredi 15 au lundi 20 août 2012 . En plus, il y a un bon choix d’hôtels et de Bed&Breakfast dans les alentours. Nous invitons tous les clubs Citroën à réserver un stand gratuit pour faire la publicité de leur club: cet événement est pour les clubs Citroën dans le monde entier! Les spécialistes et les commerçants peuvent réserver des stands à l’intérieur ou à l’extérieur. Nous annoncerons les tarifs aussitôt que possible. Il y aura un escompte pour ceux qui s’inscriront à ‘avance. Vous pouvez vous enregistrer par la poste, par e-mail ou par le site Web, soit en personne pendant les grands événements Citroën. Visitez notre site Web régulièrement pour les mises à jour en plusieurs langues.
Gratis kamperen kan op de site zelf: camping is beschikbaar vanaf woensdag 15 augustus tot maandag 20 augustus. Alternatief is er in de omgeving een uitgebreide keuze van hotels en B&B’s. Wij nodigen alle Citroënclubs uit om gratis expositieruimte te reserveren om hun club te promoten. Dit evenement is voor Citroënclubs wereldwijd! De specialisten en de handelaren kunnen stands binnen of buiten reserveren. Wij zullen zo spoedig mogelijk de tarieven aankondigen, er zal een korting zijn voor vroege reservaties. Inschrijvingen worden aanvaard per post, per e-mail of via de website, of persoonlijk tijdens grote evenementen. Bezoek regelmatig onze website voor updates in verscheidene talen.
www.icccr2012.org.uk - 28 -
André Lefebvre and the cars he created for Voisin and Citroën Onlangs heb ik dit boek aangeschaft, over het leven van een gepassioneerd automobielingenieur. Naar aanleiding van de viering van 50 jaar DS, kwam de nederlander Gisbert-Paul Berk tot de vaststelling dat er nog geen biografie bestond, of zelfs maar een uitgebreid artikel, over André Lefebvre. Deze Lefebvre was gefascineerd door het uitvinden van oplossingen voor de eerste vliegtuigen, en haalde zijn diploma bij de Ecole Supérieure de l’Aéronautique et de Construction Mécanique. Met dit diploma op zak ging hij dan werken voor de vliegtuigbouwer Gabriel Voisin, in de periode voor, tijdens en na de eerste wereldoorlog. Wegens de crisis in de sector van de luxewagens begin jaren dertig, was hij verplicht uit te kijken naar een andere job ... enkele maanden bij Renault (een vergissing) en de rest van zijn loopbaan bij Citroën. Een aantal principes uit de luchtvaart, zoals gebruik van lichtgewicht materialen, laag zwaartepunt, goede gewichtsverdeling en en gunstige aerodynamiek vinden we terug in de ontwerpen die hij maakte voor Citroën : de Traction Avant, de 2 PK, de TUB en HY, de DS. Wanneer ik het volledige boek zal uitgelezen hebben, kom ik hierop nog zeker terug, in het nummer van augustus. Als voorproefje een foto van de Voisin C6 Course, en een oude ID.
Garage Richard ... de enige op schaal 1:2 Herinner u een kort artikeltje in de Citroglycerine van augustus 2008, over de Citroën “dekor” garage die was tentoongesteld in de brasserie “De oude statie” in Nieuwerkerken (Limburg). Wel in het franse tijdschrift Citroën Revue (maart 1995) vond ik een artikeltje over de makers van deze fraaie en uitzonderlijke attractie. Twee nederlanders, Frans Pister en Jorgen Polman, verzamelaars van kermismolen auto’s en oud speelgoed, hebben drie maand gewerkt aan het ontwerpen en uitvoeren van een oude Citroën garage, op schaal 1:2. Zij zijn dus vertrokken van de schaal van de auto’s die zij in hun bezit hadden, namelijk een DS cabriolet van het merk Méline, een een Traction cabriolet, om de rest er rond te bouwen. Stel u de garage niet enkel voor als vier buitenmuren, maar binnen is er een heuse weergave van een werkplaats met het nodige gereedschap. En buiten staan twee benzinepompen klaar. Op de verschillende beurzen werden poppen gebruikt die kinderen voorstelden, en ter gelegenheid van een voorstelling op CitroMobile in Utrecht, werden er ook affiches gemaakt met echte kinderen ; een meisje zit in de DS die net een tankbeurt heeft gehad, en de jongen met behoorlijk wat zwarte vegen over zijn gezicht, veegt met een doekje de achterzijde van de wagen schoon.
Wat valt hierbij onmiddellijk op ? Het achterste spoor is veel smaller dan het voorste ! Uitgeverij : Veloce Publishing Ltd - www.veloce.co.uk richtprijs : 19,99 £ e-mail :
[email protected]
- 29 -
Les 40 ans des Citroën SM et GS ... CITROËN SM … une GT hors normes. Présentée en première mondiale au salon de Genève 1970, la SM a immédiatement suscité l’interrogation. Après les Traction et DS, comment le constructeur du Quai de Javel allai-il arriver à venir défier les constructeurs les plus réputés dans le monde du coupé de haut de gamme ? La Créative Technologie était déjà à l’ordre du jour dans les bureaux d’études de la Marque. Dans les faits, la Citroën SM reprend une architecture proche de celle de la DS (moteur avant, traction, suspension, hydraulique) en y ajoutant quelques ingrédients propres à transfigurer l’auto : une motorisation V6 et une étonnante direction en sont les principaux. La motorisation V6, de 2,7 litres de cylindrée, a été développée en collaboration avec Maserati. 170 chevaux, une vitesse maximale de 220 km/h plaçaient la SM dans la cour des grands de l’époque. Une évolution ultérieure, avec une cylindrée de 3 litres et une boîte de vitesses automatique lui ouvriront d’autres horizons, comme les Etats-Unis.
aux conditions météo médiocres en faisaient une reine de la route... que certains mirent à profit pour réaliser de longs parcours à des moyennes inavouables aujourd’hui. Construite à 12.920 exemplaires entre 1970 et 1975, la SM fait partie de ces modèles sui ravissent leurs propriétaires… d’autant plus que ses performances et son comportement font d’elle une voiture très actuelle et utilisable au quotidien sans contrainte particulière.
CITROËN GS … une renommée internationale méritée.
La direction assistée à rappel asservi, ou Diravi, très directe avec son rappel en ligne droite automatique, en a surpris plus
d’un au départ avant d’être considérée par beaucoup comme un must, donnait à la voiture une vivacité digne d’une voiture de course » et une facilité de manœuvre étonnante pour une voiture de 4,89 m de long. Quelques équipements rehaussaient encore le positionnement de la SM : un volant réglable en hauteur et en profondeur, des projecteurs directionnels, la climatisation en sont quelquesuns des plus marquants. Enfin, sa suspension hydraulique, synthèse exceptionnelle entre confort et comportement routier, lui donnait une avance sur ses concurrentes directes qui ne brillaient pas vraiment dans ces deux domaines. Si tenue de cap et son insensibilité
Second événement majeur de l’année 1970, après le lancement de la SM, le public du Salon de Paris découvre la GS, vedette incontestée de cette manifestation. Elle sera rapidement couronnée « Voiture de l’année 1971 » par un jury de journalistes hautement spécialisé. Le succès commercial de la GS (1.1874.754 exemplaires de 1970 à 1981), puis de la GSA (565.009 véhicules de 1979 à 1987) atteste de la réussite commerciale de ce modèle qui réalisera une carrière internationale de premier plan. La recette pour un tel succès : une voiture de gamme moyenne,
- 30 -
5 places, bien adaptée aux besoins de l’époque. Construite dans l’usine ultramoderne de Rennes-la-Janais, en Bretagne, la synthèse réalisé par ses concepteurs est idéale. La GS est dotée d’un style moderne et aérodynamique, d’une mécanique inédite 4 cylindres à plat et d’un volume habitable très étudié. Pour couronner le tout, elle est munie de la suspension hydraulique qui lui confère un confort et un comportement routier que ses concurrentes sont incapables de proposer. Comme le mentionnait un journaliste de l’époque : « Avec la GS, Citroën a mis dans le mille ». Quelques autres caractéristiques en font un modèle en avance sur son temps : on peut retenir les 4 freins à disque ou bien son volume de coffre de 465 litres (710 pour la version break). Quelques originalités signent l’origine du modèle : son frein de parking avec une tirette implantée au centre de la planche de bord ou son compteur de vitesse rotatif dans une lucarne dotée d’une loupe.
Sa longue carrière sera jalonnée de multiples évolutions, de carrosserie (break, restylage majeur pour devenir GSA) ou mécaniques (cylindrée, boîte à 5 rapports, transmission C-Matic) et même une éphémère version Birotor, construite à 847 exemplaires en 1974 et 1975. Proposée à un prix en rapport avec ses prestations, le succès commercial est immédiat et les cadences de production augmentent pour honorer les commandes venues d e nombreuses contrées. (Source : dépliant du Service du Patrimoine – Rétromobile 2010).
Le GS Club de France fête les 40 ans de la SM et de la GS les 13 – 14 -15 août, au circuit de THENAY (Loire et Cher, entre Orléans et Tours). Tarifs : Voiture + occupants + camping 45 € (jusque fin juin, après : 50 €) Entrée simple : 5 € www.gsclubdefrance.com
- 31 -
Mentalist Ons clublid W. Vanden Berghen uit Halle (eerste eigenaar van een DS 23 Pallas 1974) stuurde mij een uitknipsel uit een frans blaadje « TV Grandes chaînes ». Het gaat over de serie « Mentalist » op TV1. Daarin vraagt een lezeres of Patrick Jane niet zou rondrijden in een goede oude Citroën DS … en het antwoord is : Inderdaad, Françoise, de mentalist Patrick Jane rijdt met een DS 21 Pallas. Een eis van de acteur Simon Baker die door te kiezen voor een franse mytische wagen, eer wou betonen aan Columbo en zijn Peugeot 403. MENTALIST est une série télévisée américaine créée par Bruno Heller et diffusée depuis le 23 septembre 2008 sur le réseau CBS. La série est diffusée en français en France depuis le 20 avril 2009 sur TPS Star et depuis le 6 janvier 2010 sur TF1, en Belgique depuis le 9 mai 2009 sur BeTV ainsi que sur La Une depuis le 10 septembre 2009.Cette série de fiction policière met en scène une équipe du California Bureau of Investigation (CBI) dirigée par Teresa Lisbon. Ils enquêtent sur des crimes, en particulier sur le cas de John le Rouge, tueur en série qui signe toujours ses meurtres par une émoticône dessinée
De Flandriens
Dans l’épisode 16 de la première saison, lorsque Jane et Van Pelt se retrouvent seuls et discutent à propose de Rigsby, juste après que Van Pelt ne prononce la phrase “Voilà la liste de tes clients”, on peut voir un écran d’ordinateur sur lequel figurent divers noms, dont ceux de James Dean, Allan Davis et Megan Fox. Patrick Jane roule en voiture française qui est la vénérable Citroën DS en hommage à la série Columbo qui roulait en Peugeot 403.
avec le sang de ses victimes sur les murs. La femme et la fille de Patrick Jane ont été tuées par John le Rouge. Patrick Jane est la vedette de la série ; il dispose d’un sens très fin de la psychologie humaine et de son mental (hypnose, programmation neurolinguistique...). Il ne s’agit pas d’un pouvoir, il était prestidigitateur (il use de cet art dans certains épisodes), plus précisément un mentaliste (ce qui lui vaut d’être aussi un incroyable manipulateur). Clins d’œil
Op Canvas werd een serie reportages getoond, die hulde bracht aan de generatie van de echte noeste wielrenners die bekend staan als de flandriens… en de onvermijdelijke supporters. Deze foto heeft niets te maken met DS … het is maar een Dyane .. maar toch de moeite waard ! Een Flandrien is een wielrenner die een wielerwedstrijd hard maakt door voortdurend te kiezen voor de aanval en te blijven rijden totdat hij oververmoeid de streep bereikt. De term is ontstaan tijdens de Vlaamse wielerkoersen van het interbellum toen de wielrenners een voortdurend gevecht moesten leveren tegen de slecht aangelegde kasseien van de Vlaamse wegen. Briek Schotte is het voorbeeld van de echte flandrien …
- 32 -
Rijdende romantiek Sinds maart kunt u voor maatwerk van Christophe Coppens ook terecht in zijn salon Princess in Antwerpen . Citroën moet al niet meer overtuigd worden : ook de nieuwe DS3 werd door Coppens namelijk van een feeëriek maatwerk in tule, kant en parels voorzien. Tot 26 juni te ontdekken in een tijdelijke concept store in de Brusselse Louizagalerij, aan de ingang van de Louizalaan. (uit Weekend Knack) zie www.princess.be
La seule DS a quatre volants ! Quatre enfants peuvent s’amuser en meme temps dans cette voiture. En dépit des quatre volants, ces voitures de manège ne roulent qu’à gauche ! Les enfants ont toujours aimé conduire la voiture de leur père et par consequent, au cours des années 50 à 70, on pouvait voir ces voitures sur de nombreux manages. La DS de la marque parisienne Méline en est un exemple. C’est une voiture en métal avec le pare-chocs chromé et de nombreux enjoliveurs. La marque existe toujours et produit des voitures kitsch peu réalistes pour les manèges. La voiture métallique très robuste, fabriquée par les établissements
F. Gue, carrossier à Limoges, constitue un autre exemple des années 50. Elle est loured comme du plomb et a 4 petits volants . Elle mesure 2 m de long et 0,90 m de large. La Monteilhet, du village du Puy-en-Velay, est un modèle connu. C’est une voiture en plastique avec des doubles chevron à l’avant et à l’arrière. Plusieurs styles d’enjoliveurs furent utilises au fil des années, mais elles portent toujours le logo de la sociéte. Cette voiture évolua comme les varies Citroën, mais la DS Monteilhet du troisième type se vit cependant très rarement sur les manèges.
l’Attestation de date de véhicule de collection Vous avez besoin d’en savoir plus sur l’identification de votre véhicule Citroën datant d’avant 1991 pour les raisons suivantes : - vérifier les éléments d’identification de votre véhicule (châssis, coque, carrosserie, moteur), la carrosserie d’origine, le nombre de places assises ; - corriger les données non concordantes entre les plaques et la carte grise du véhicule ; - retrouver la date exacte de commercialisation pour de besoins administratifs ou historiques ; - obtenir une carte grise de collection. Cette recherche s’effectue dans les mains courantes de production sur la base des numéros qu vous nous fournissez. Documents demandés : - copie de la carte grise/et ou du document de cession (tout document administratif prouvant que vous êtes bien le propriétaire du véhicule) ; - la copie du contrôle technique si besoin ; - photo de la voiture et des plaques de châssis ainsi que des numéros trouvés sur la voiture (coque, carrosserie, moteur …) si vous souhaitez une confirmation de ceux-ci ; Le règlement de 40 euros par véhicule à chercher pour frais administratifs à envoyer par chèque ou virement bancaire à l’ordre d’Automobiles Citroën. Vous recevrez : - une attestation officielle du Constructeur indiquant les informations confirmées par le fichier véhicule ; - une copie de la notice de PV des Mines. Renseignements complémentaires : Tél : 00 32 1 56 50 80 22 e-mail :
[email protected]
- 33 -
Fabrice et Marc Hermans,, deux frères hollandais, ont réuni une collection exceptionnelle de jouets Citroën. 7600 miniatures exposées à Maastricht, c’est grand ! Les affaires de passion pour Citroën ont souvent un parfum d’histoire de famille. “Nous sommes quasiment nés dans une DS!” Chez les Hermans, le virus a été contracté par le papa, inconditionnel de la marque depuis 50 ans. Aujourd’hui, il conduit une C6 dont le style ne lasse pas d’étonner. En 1963, c’était une ID 19. Et tandis que Fabrice, alors bébé, profitait du bercement moelleux de la suspension hydraulique, Marc, son frère aîné, recopiait au crayon les lignes de l’incroyable berline. Pas surprenant de retrouver les deux frères, quelques années plus tard, se lancer dans la plus formidable des collections.
Les 7.600 modèles réduits y trônent, classés non par année ou modèle mais par fabricant. « Les milliers de gens qui passent chaque jour devant l’exposition avec leur Caddie ne sont pas passionnés comme nous, souligne Fabrice Hermans, mais les jouets ne laissent personne indifférent. Les enfants bien sûr sont émerveillés. Je suis surpris de voir la réaction des femmes. Elles sont très intéressées, davantage que les hommes ! ». Il arrive parfois qu’un visiteur, découvrant la collection Hermans, exhume un petit bijou de son grenier, comme ce monsieur qui a proposé un magnifique modèle de camion en bois. Ici, rien n’est à vendre. « Le but est simplement de partager notre passion pour les voitures miniatures, et pour Citroën », résument les frères Hermans. Source : CMagazine n° 10 – Mai 2009
“Nous avons commence il y a 34 ans, lorsque j’ai découvert pour mon anniversaire une magnifique Traction Avant 15-Six 1939 Solido. Les autres ont suivi, naturellement …”, se souvient l’un des frères Hermans. Aujourd’hui, la collection compte 7.600 miniatures et est probablement la plus importante d’Europe, si ce n’est du monde ! Les miniatures de la collection Hermans sont à l’échelle 1/20 jusqu’au 1/220; le plus fort contingent étant représenté par des modèles au 1/43. L’ensemble constitue une formidable revue d’effectif. Tout ce que Citroën a pu produire, plus ou moins directement dans son histoire, en partant de la Type A jusqu’à la nouvelle C5, a sa place en vitrine. Certains exemplaires sont des raretés, à l’instar des fameux jouets Citroën fabriqués par l Marque entre 19221 et 1935. “Parmi les modèles les plus rares, confie Fabrice Hermans, nous avons une C4 commerciale des jouets Citroën qui possède des panneaux fermés. Il nous a fallu plus de 30 ans pour l’acquérir !” Comment les dénichent-ils ? En écumant les magasins de jouets miniatures, les brocantes et les bourses de collectionneurs tells que le traditionnel Citromobile d’Utrecht, la grand-messe citroëniste des clubs hollandais. Une quête sans fin. “A Paris, nous ne perdons jamais l’occasion d’aller farfouiller au marché aux puces chez des spécialistes comme Sherpereel, ou de frequenter le salon Rétromobile. Et puis il y a les sites de vente et d’enchères sur Internet qui sont devenu s incontournables.” Les prix, ont le sait, ne sont pas forcément miniatures eux. Un coupé Rosalie Citroën a ainsi attaint la somme record de 15.600 euros lors d’une vente aux enchères, en 2007 en France ! Les frères Hermans ne sont pas prêts à toutes les folies. Ils peuvent toutefois compter sur un budget alloué par Q-Park, la société du lieu où la collection est exposée à Maastricht. Un centre commercial. Voilà l’endroit choisi. Etonnant, non ? Les visiteurs longent les vitrines aménagées à la sortie des escalators qui relient le parking à l’aire marchande ! Impssible de rater le spectacle. L’exposition est habilement mise en scène par Marc Hermans, architecte de métier. 50 mètres de vitrine blindée sous alarme permanente, tendus dans un espace avec air conditionné.
- 34 -
Small is Beautifull. A story about a big collection.
- 35 -
Eddy Wuyts en mijn wrak Een traag stervende, in het slijk langzaam doorzakkende “DS”, vlak naast de spoorweg, op 500 meter van het Station van Sint Katelijne-Waver. Lijn Antwerpen in de richting Brussel ! Daar staat mijn oude roestende DS… En zij kreeg bezoek : van Eddy Wuyts. Jaren geleden heb ik nog eens het verhaal in CITROglycerine geschreven over mijn DS, toen nog niet zò verroest, en toch al héél langzaam in het slijk zakkende auto. Toen heb ik ook een foto van de vorige eigenaar erbij gepubliceerd. En ook een foto van mijn schoonbroer Schorsch/Georg uit Bayern bijgevoegd. Hij vond die DS toen sowieso een “wrak”. Deze keer schrijf ik nog eens over hetzelfde onderwerp. Met dezelfde foto’s. Maar, nu 20 jaar later. Omdat het nieuwe verhaal té lief is, té sympathiek is. Eddy Wuyts, uit Lier, Hagenbroeksesteenweg, de man met een DS voor “Ziekenvervoer”, dus een ”Ambulance” in het Frans. Ooit heeft hij nog rondgereden met zijn rood/witte DS met nummerplaat “DS . . .” Nadat ik tijdens de lente van vorig jaar een keer heb gesuggereerd dat ik weer eens naar mijn “auto aan de spoorweg” zou willen gaan. En dan uiteindelijk niet ben gegaan, heeft Eddy Wuyts ongevraagd mijn “droom”-DS opgezocht. En het is nu pas dat hij mij dat vertelde ! Ik mocht namelijk in zijn fotoalbum in kijken. Eddy, beste jongen, ik ben er heel blij met jouw uitstap naar mijn “dode” DS . . .
Zoals ik 15 jaar geleden al met mijn “zondagse” schoenen over hagen en boomstammen en door een mager aangebouwde bos moest stappen om aan mijn auto aan te komen. Maar na die 15 jaar is dat bos wel serieus gegroeid. Doch kun je de DS-lijnen herkennen als je in de trein naar Brussel zit. Je moet wel snel kijken. En dat heeft Eddy allemaal ook meegemaakt. Als ik met goed herinner was Eddy Wuyts met een kennis naar die DS aan het zoeken gegaan. En zonder veel problemen heeft hij de ooit schone, mooie en gezonde DS gevonden. Maar de jaren waren voorbijgegaan en het roest werd actiever en actiever. En dat heeft Eddy dan ook goed met zijn camera opgevangen. Ik voel me daarover toch een beetje veel vereerd, want EDDY IS EEN ZEER GOEDE FOTOGRAAF. Hij bewijst dat in zijn tientallen fotoalbums. En daar staan dan reeds “duizenden” mooie en verzorgde DSsen in vereeuwigd. Nu staat mijn DS ook in zijn album. Het is wel de lelijkste auto in al zijn albums. Een gewone burger zou daar in het voorbijgaan nog niet één kijk naar deze verroeste DS kijken. Eddy denkt daar duidelijk anders over. Dank je Eddy. Voor mij mag je altijd daar naartoe gaan. Je moet daar niet op je kniëen gaan en het “heiligdom” vereren. Die ene mooie foto-reeks uit 2009 is voor mij al voldoende.
- 36 -
Ik laat haar ook eeuwig daar in dat bosje staan. Mogen de treinen nog zo snel voorbijvliegen. Jij mag dan – vandaag ook al – iedere dag naar die DS komen kijken, haar strelen. Maar opletten van die messcherpe kanten aan de verroeste delen : overal is er nu die roest. Ergens, ooit, zal deze DS totaal verdwenen zijn in haar “voorbereid” graf. Dan ligt deze auto in een graf. Naast de spoorweg Antwerpen-Brussel. Men gedenke haar . . . Günther H.Götzfried
- 37 -
Une SM très spéciale pour le cinéma :
la KAMITAX
Pour beaucoup de Citroënistes que nous sommes il semble acquis que le tour du sujet SM a été dit sur cette étonnante Citroën qu’est la SM. Rallyes, Présidentielles, cabriolets et autres quatre portes, cinq ans de production, 12920 exemplaires. En fait pas encore vraiment tout… Chaque année pourtant une nouvelle facette de cet étrange vaisseau automobile refait surface. Cette année encore l’Euro SM Club à travers son président Pierre Philipps a trouvé un modèle doté d’une personnalité inédite utilisant et exploitant les fabuleuses caractéristiques de la « belle ». Après avoir mis en évidence ses qualités de baroudeuse avec la reconstitution du périple Paris/Djamena de la « Coralie » due au regretté journaliste André Costa journaliste à l’Auto Journal (cherchez le paradoxe, avait-il conseillé avant de nous quitter !) Puis l’URIC, ce véhicule d’intervention pour catastrophe chimique (encore en avance sur son temps ! méconnue dans sa robe jaune caldium avec lettrage vert pour ce milieu généralement guindé qui entourait dans les années 70 la SM, il fut donc normal qu’elle (l’URIC) termina sa brève carrière aux oubliettes. (Il n’est jamais bon d’avoir raison trop tôt !) L’année dernière, elle remonta de plusieurs crans vers le prestige qui lui convient à merveille avec la mise en évidence du modèle de l’Ambassadeur de France à Bonn : son Excellence Jean Sauvagnargues. Téléviseur et téléphone embarqués, tablette de travail en loupe d’orme, l’ensemble ne pouvant que s’accommoder de la cocarde lumineuse du tableau de bord et d’un porte drapeau tricolore sur l’aile avant. Quel dommage de n’avoir pu trouver une photo sur route lors de ses nombreux déplacements entre l’Allemagne et Paris bannière au vent filant à 200 km/h vers la capitale ! Cela doit exister mais reste à trouver ! Pour l’année 2003 la réflexion de l’Euro SM Club fut donc très studieuse et pleine d’incertitudes. La question se posait de savoir si le club avait réellement fait le tour du sujet ? N’existait-il plus de par le monde une ou plusieurs « SM » étonnantes ?? En cinq années d’existence, la « belle » nous avait-elle tout donné ? Tous les articles de presse furent relus (ou presque !), les livres publiés n’avaient jamais mis en évidence une perle, un projet non abouti, une évolution même, ou un simple restyling sauf ceux d’Yves Dubernard. Presque rien, la recherche semblait vouée à l’échec. Pourtant, lors d’une nuit longue sur internet Pierre Philipps eu une lueur d’espoir, une série de magazines allemands était cédée par un collectionneur Suisse. Ceux-ci manquant à sa collection, une nouvelle approche était possible ; peut-être qu’une pépite dormait au beau milieu d’un article. Contact fut pris avec le vendeur que accepta la vente du lot, confirmant que plusieurs articles étaient consacrés à la Citroën SM. L’impatience gagnait Pierre que avait trouvé la SM de l’Ambassadeur via un dossier de presse allemand ? Dès la réception des magazines, il dévorait l’ensemble de ceux-ci avec la même ferveur qu’aux premiers jours des recherches !
La pépite était là ; la chance venait de tourner malgré le peu de connaissances de la langue de Goethe, il détenait, et sentais l’inconnue se proposer à lui par une simple photo ! Telle une pépite au fond de l’écuelle ! Une SM inconnue ! De celle de l’Ambassadeur et d’un dossier de presse le club avait pu remonter jusqu’à l’Ambassadeur et au nouveau propriétaire ! Cette fois-ci, d’un article de vulgarisation sur la SM et d’une simple photo, il fallait remonter la trace jusqu’à celle appelée la KAMITAX. Mais laissons raconter à Pierre Philipps cette nouvelle aventure. La « traque » pouvait commencer. Dès le lendemain, faire le tour des amis parlant et pouvant décrypter, voir traduire l’allemand ! Ecrire au journal Oldtimer d’où émanait l’article, contacter les relations publiques Citroën Deutschland voir même informer et questionner le SM Club Allemand. Bref, un plan de recherche était en place, mais les contacts tombaient les uns après les autres. Fax, coups de téléphone, courriers : sans suite. Décidément cette voiture semblait réellement avoir disparu. Si ce n’est que sur le stand de l’Euro SM Club pendant Rétromobile 2003 nous eûmes la visite de M. Sögtropp. Président du SM Club Deutschland. Il connaissait la voiture, et avait rencontré le nouveau propriétaire ! La « recherche » pouvait redémarrer ! Faisant traduire une lettre de premier contact, mais toujours sans réponse au bout d’un mois et comme ne jamais abandonner était la devise, Alain Rosarth, membre éminent de l’Euro SM Club proposa de téléphoner directement au présumé possesseur de la nouvelle inconnue ! Ce qui fut fait et, incroyable dénouement non seulement le contact était réalisé directement avec le détenteur de la voiture d’origine mais il nous confirma qu’elle reposait toujours au sein de sa collection. De plus le nouveau maître de la « Belle » était un Citroëniste convaincu et parlait un excellent français. La première partie de la « mission » était rempli, la SM « inédite » pour Rétromobile 2004 était localisée ! Elle reposait là dans un sous-sol de Munich et nous y étions attendu avec grand plaisir. Le déplacement et le rendez-vous tant attendu furent programmés, les 1700 km devaient être effectués dans la journée, Paris-Munich saucisses « sur le pouce » et MunichParis ! Sur place, prise de photos, appréciation de l’étendue de la restauration, prévision d’un transport sur Paris, définition de la couleur de la peinture, inventaire du matériel restant à trouver car aucun doute il nous fallait présenter cette SM inédite à la Porte de Versailles au Rétromobile 2004. La tâche était ardue, nous avions l’accord de Monsieur Beringer, le nouveau propriétaire, mais « la belle » semblait très fatiguée, moteur cassé, peinture à refaire etc…Pourtant la base semblait bonne, un changement de caisse ne s’avérait pas indispensable et de toute façon, tous étant d’accord, il fallait impérativement respecter la configuration d’origine telle qu’elle avait été réalisée et utilisée pendant toutes ses années d’exploitation. La KAMITAX devait revivre et revenir sous les feux des projecteurs comme son créateur l’avait imaginée dans les années 70.
- 38 -
L’homme qui eut l’idée d’exploiter une SM dans sa Société est Monsieur Ernst Schaller, créateur et directeur de « KA-MITAX KAMERAWAGEN ». Il avait crée vers la fin des années soixante une entreprise de prises de vues cinématographiques spécialisée sur les sujets et mouvements et les déplacements routiers. En fait l’activité évolua très vite vers la réalisation de plans cinéma et des prises de vue de courses automobiles sur piste. Des scènes de conduite à l’aide d’une plate forme remorquée furent par la suite réalisées. La voiture tractrice équipée de 3 boules de remorquage permettait de réaliser des plans films décalés par rapport à l’axe caméra. Ce qui permettait de filmer un véhicule monté sur la plate forme ou l’acteur, en toute sécurité, faisant semblant de conduire, pouvait plus facilement se concentrer sur son texte ou sur son rôle à jouer. De grands réalisateurs et cameramen tels que Tony Imi, Tony White eurent recours à la SM KAMITAX. Des prises de vues pour la télévision furent aussi réalisées particulièrement pour des résultats de courses hippiques (nous aussi n’avions nous en ces années 70 face à un Léon Zitrone volubile, aperçu maintes fois une DS Break nous rapportant les images du tiercé dominical !) La publicité fit aussi appel à la SM KAMITAX pour la campagne de lancement de la Toyota Starlet sur le marché automobile allemand. Il est étonnant de voir cette « grappe » de japonais, caméras et porte-voix aux poings sur la SM KAMITAX réalisant les prises de vues de cette petite japonaise. L’aventure cinématographique au sein de la Société Kamitax commença dès les années 60 par le choix fort judicieux d’une DS. Peu d photos malheureusement existent de cette période, suivra une DS 20 puis une DS 21 break qui fut utilisée pour
le tournage d’un politique-triller avec Burt Lancaster jouant le rôle d’un général ayant en charge la sécurité du président des U.S.A. Puis la SM pris naturellement la relève au sein de la société jusqu’à la fin des années 80, après une carrière bien remplie. Elle fut régulièrement primée par la presse spécialisée comme le support indispensable d’un bon tournage avec prises de vues dîtes ‘en mouvement’. Ainsi la revue « Film & TV Cameraman » lui rendit plusieurs fois hommage en lui réservant plusieurs articles sur les diverses fonctions possibles de « la SM caméra ». Nous avons pu pour Citroscopie et l’Euro SM Club avoir le prêt de l’ensemble des photos et magazines relatant les prestations et possibilités de tournage. Ainsi nous avons pu mieux cerner les diverses facettes de l’exploitation de la SM Kamitax que fut la voiture la plus élaborée pour la prise de vue cinématographique, vidéo ou simplement photographique. Pour réaliser leur tournage plusieurs configurations étaient soumises aux réalisateurs et cameramen. La plus originale étant bien évidemment les deux sièges sur le pavillon de la voiture permettant au réalisateur d’apprécier la « douceur » de la prise de vue. Imaginez-vous l’œil rivé à l’objectif d’une caméra, attaché par une simple ceinture au bout d’une poutre, à 120 km/h, suspendu dans l’espace ! L’impression de vitesse et des risques encourus, devait demander une certaine maîtrise de soi ! De plus, équipé de casque-micro, le réalisateur pouvait tout à loisir donner ses directives au cameraman et simultanément au chauffeur de la SM (diravi entre les mains !) Les sièges sur le pavillon pouvaient aussi tourner le dos à la
- 39 -
route pour les plans de vues pris sur la plate forme arrière. Mais il y avait aussi la possibilité d’installer dans le coffre de la SM une petite plate forme équipée d’un vérin hydraulique avec sièges pour le cameraman et le preneur de son. Pour cela le hayon avait été modifié : seule l’armature étant gardée, la vitre fut enlevée et un assemblage tubulaire servait de support à une petite capote clipée, lorsque les prises de vue n’étaient pas prévues. Cette capote étant elle-même munie d’une petite « lucarne » ou « fenêtre » permettant au chauffeur « d’apprécier » une minuscule vue vers l’arrière. Pensons à tous ceux que se plaignent de ne pas voir grand chose en marche arrière à travers la vitre du hayon de leur SM ! Une autre petite plate forme « plateau » pouvait être tractée par la SM directement accrochée à son pare-chocs arrière équipé ni plus ni moins que de 3 boules de remorquage. L’autre originalité de la « belle kamitax » était d’avoir prévu deux extensions d’évacuations des gaz d’échappement afin de ne pas asphyxier le cameraman ainsi que son preneur de son. Sur le pavillon déjà bien chargé il était possible d’ajouter sur le plateau antidéparant une
parasites. Certains cameramen s’en plaignirent, et la robe de mademoiselle fut refaite ; on lui préféra une teinte plus neutre avec moins d’effets et d’éclat. Ce fût donc un bleu Sigma Effect Peugeot que fut retenu (sans commentaire !) Cela ne l’empêcha pas de continuer sa vie active participant au tournage de nombreux téléfilms. Autre petite anecdote, ce « bizutage » lors d’une tempête de neige sur l’autoroute de Munich ou elle alla pousser une lambineuse BMW qui ne maîtrisait pas très bien les routes verglacées allemandes, la SM devait commencer sa carrière deux heures plus tard ! Etonnement de la marée chaussée lorsque sous le choc deux attaches remorques apparurent sur les pare chocs de la SM ! Cela lui sauva tout de même tout le train avant ! La Citroën à la « suspension fabuleuse » (comme précisé sur le prospectus !) fut rapidement restaurée car les commandes de tournages affluaient. L’Internationalen-Zellvoïd-Industrie était très demandée à Munich et la SM se devait d’être présente. La Société DIEHL-GERMANIA, FINANZGRUPPE, BAVARIA Studios et ALDRICH-PRODUCT-FILM investirent dans la
caméra articulée.
création d’un groupe cinématographique important en une U-S MAJOR PRODUCTION dont l’un des principaux dirigeant était Robert Aldrich avec dans son équipe Burt Lancaster & Richard Widmark. Un des premiers projets retenu sera un thriller politique « TWILINGHT’S LAST GLEAMING » ainsi que « AKTE ODESSA » (le dossier Odessa). Ces films furent tournés dans la région Munichoise avec la participation de la « SM Caméra » suivra avec la Walt Disney productions le film « NIGHT CROSSING » (la grande traversée) l’histoire d’une famille de l’Allemagne de l’Est essayant de s’échapper au-dessus du mur de Berlin en confectionnant une montgolfière. Tiré d’une histoire vraie le film sera tourné en 1982 avec beaucoup de prises de vues nécessitant l’utilisation de la « SM KAMITAX ». Les acteurs principaux étant John Hurt et Beau Bridges, avec une réalisation de Delbert Mann.
Monsieur Schaller n’hésitait pas lors de ces prises de vues à prendre le volant de la SM casque sur les oreilles, gyrophares en marche et haut-parleur en main ! Essayons de nous imaginer un instant la scène sur une autoroute aujourd’hui collectionnant les photos de radars indigestes mis à notre disposition pour notre plus grande sécurité ! D’étonnantes prises de vues ont donc pu être réalisées grâce à cette étonnante et méconnue « SM KAMITAX ». Ne fut-elle pas un jour équipée sur son pavillon de deux drapeaux blancs afin de mieux la situer lors d’une cascade d’un film de guerre avec l’acteur Hardy Kruger. L’half-track perdant le contrôle lors d’une scène de guerre devant venir « mourir » en « plan serré » juste devant la SM ?? On préféra baliser la « petite SM » afin qu’elle ne finisse pas ses jours sous les chenilles du véhicule allemand ! De plus, le brouillard étant persistant, les avions survolant les scènes de tournage avaient des difficultés à repérer les différents véhicules. La SM subit quelques remarques négatives sur sa couleur d’origine, ainsi sa première couleur « brun scarabée » avait la fâcheuse habitude d’émettre quelques reflets
- 40 -
Des moyens financiers durent alors être alloués à l’évolution permanente de l’équipement de la Kamitax. Ainsi pour donner une plus grande sensibilité et surtout une stabilité sans faille aux prises de vues (les problèmes de vibrations étaient les plus difficiles à gérer) huit silent-blocs (de 40 mm pris à une DS break) complémentaires en caoutchouc, furent fixés aux barres
- 41 -
anti-roulis tenant compte des tâches spécifiques demandées à la « SM caméra » Le poids était aussi un gros handicap et il fallu augmenter la pression hydraulique à 160 bars dans le circuit de suspension. Pour des raisons de sécurité la SM lors des prises de vues avec plate forme avant ne devaient pas dépasser les 100 km/h. Quant à la plate forme arrière ou avec la remorque décalée, 125 km/h était acceptable ! La caméra montée sur vérin avait une possibilité de rotation de 160°. Après le réglage manuel de pantographes articulés la hauteur de l’objectif de la caméra pouvait varier d’une position basse de 0,50 m à 1,80 m. Grâce au support extérieur lors de tournage « en parallèle » aucune partie de la voiture caméra ne pouvait s’immiscer dans le champ du plan filmé. Les possibilités de filmer en « figeant » des plans sur voitures (ou vélos…) en mouvement seront ainsi réalisés. Le prospectus d’argumentation de location de la « kamitax » précisait : La SM KA-MI-TAX doit son succès à ses nombreuses particularités. Conditions d’une qualité supérieure de tournage excellent en mouvement. Sécurité et liberté de mouvements pour le caméraman et son assistant. La technique assiste parfaitement la réalisation des idées les plus folles de tournage. Ernst Schaller n’est pas seulement désigner / constructeur de la SM de tournage mais aussi son unique conducteur, sachant résoudre n’importe quelle difficulté, autant que de donner des conseils professionnels concernant des prises de vues de scènes en mouvements tandis qu’il conduit, un système d’interphone le relie du caméraman au conducteur sans aucun geste particulier, ni mégaphone. Le résultat optimum de tournage est aussi dû aux sièges réglables et aux ceintures de sécurité pour le caméraman et l’assistant. Les sièges sont entièrement rotatifs et réglables en hauteur et de côté. Le mouvement de bras de la caméra peut être ajusté à chaque vitesse de la voiture, hydrauliquement sans aucun à coup et rapidement. Il était aussi possible de filmer du haut de la voiture avec l’installation d’une poutre transversale permanent la prise de vue au-dessus d’un cabriolet ou d’un toit ouvrant. Pendant des années la « SM Kamitax » a prouvé sa fiabilité même dans des situations les plus problématiques. Internationalement renommée par les directeurs de production cinématographique et de télévision ainsi que par les cameramen qui l’ont utilisée. Tous furent convaincus qu’elle était la meilleure ! Cet avis enthousiaste s’explique lorsque l’on connaît les particularités de cette voiture. Un atelier spécialisé a adapté l’essieu arrière, hydropneumatique aux besoins de tournages de plans et mouvements. De plus la plate forme avec son système d’amortisseur supplémentaire permettait de positionner la caméra et de la fixer le plus souplement possible. Le puissant moteur Maserati de la SM permettait un déplacement pendant les tournages à de hautes vitesses ou accélérations sur le sujet à filmer. En raison de l’installation ingénieuse et de la conception des supports de maintien du matériel de prises de vues, les positions des caméras les plus extrêmes étaient possibles. Bien que l’expérience de la Société d’Ernst Schaller n’est pas seulement été basée sur la caméra KAMITAX (petite caméra étudiée spécifiquement pour l’équipement de la SM) elle proposait de résoudre tous les problèmes liés aux plans de - 42 -
prises de vues de sujets en mouvements. La SM retenue fut une des premières voitures « injection ». Un filet de couleur doré formant un « V » fut apposé sur le capot permettant ainsi d’axer les caméras (ou le sujet) par rapport à l’axe milieu de la voiture. Un autre filet doré soulignait la ligne latérale de la SM (purement esthétique cette fois-ci ?) Et un autocollant figurant le logo de la Société fut apposé sur chaque portière ainsi que sur quelques supports caméras, le pavillon étant habillé d’un « toit vinyl ». Une seule SM fut ainsi équipé e et vers la fin de sa carrière elle eu le plaisir de voir arriver au sein du parc automobile une « BX » neuve qui, elle aussi sera équipée de supports caméras. La suspension hydropneumatique n’avait pas fini d’être appréciée. Aujourd’hui, la « SM KAMITAX » sauvée de l’oubli après de longues années de service va donc renaître. Remise en état par son nouveau propriétaire M. Beringer et sa société Beringer & Partner, spécialisée dans l’expertise de véhicules anciens et le suivi de restaurations automobiles. La SM sera donc restaurée dans la conformité d’origine de son utilisation. Nul doute qu’après sa présence remarquée sur le stand de l’Euro SM Club au Salon Rétromobile, nous aurons le plaisir de la retrouver dans nos diverses concentrations Citroënistes. Article paru dans Citropolis, et repris avec l’aimable autorisation de son auteur, Pierre PHILIPPS.
Citroën, leidend in milieubewustzijn Citroën speelt al jaren een grote rol in milieuvriendelijke oplossingen, dankzij technologische vernieuwingen : - -
het ontwikkelen van de tweede generatie “Stop & Start” op de C2 en C3 in 2010, met als gevold een verlaging in verbruik tot 12 % in stadsverkeer ! de lancering van een full hybride auto in 2011, de Hypnos.
Chronologische feiten : - in 2000 rolde de 5.000 ste Saxo Electrique van de band ; - in 2006 werd de C4 hybride Hdi getoond, een conceptcar waarin deze techniek wordt gecombineerd met een Hdi-dieselmotor ; - in 2008 introduceerde Citroën de elektrisch aangedreven Berlingo ; - in 2009 kondigde PSA aan dat de nieuwe modellen van de groep voor 95 % recycleerbaar moeten zijn, en dat roetfilters op elke dieselauto worden voorzien . Op het salon van Frankfurt werd de REVOLTe getoond, een conceptcar voorzien van van oplaadbare hybride techniek technologie. De auto is voorzien van een compacte verbrandingsmotor in combinatie met een electromotor, waarbij beiden de wielen kunnen aandrijven. De auto kan ook geheel elektrisch rijden, zonder uitstoot van CO2 dus. In 2010 breidt Citroën haar gamma uit met een nieuwe 100 % elektrische auto, de C-ZERO. Géén verbrandinsgmotor, géén CO2 uitstoot! Deze wagen die samen met Mitsubishi Motor Company werd ontwikkeld, zal vanaf het laatste kwartaal van 2010 verkrijgbaar zijn. Citroën zal eveneens een 1.6 HdiF 90 pk motor introduceren met een uitstoot van 99 gram CO2 op de DS3. Bij een gecombineerde cyclus is de uitstoot van de diesels met roetfilter minder dan 115 gr/km. Bij de benzinemotoren varieert de uitstoot van 136 tot 160 gr/km. Alle vijf leverbare motoren voldoen aan de Euro V norm. In de tweede helft van 2011 verschijnt een dieselhybride op de markt, en een jaar latere en plug-in hybride voor het grote publiek, met een CO2 uitstoot van 50 gr/km.
Garage Snoeckx NV Bredabaan 196 2170 Merksem.
tel.: 03/ 645 95 13 Fax: 03/ 647 32 52
- 43 -
Rémy Julienne koos voor de DS ! In Frankrijk is Rémy Julienne één van de grore regisseurs van stuntscènes van alle soorten. Maar in de eerste plaats was hij zelf een buitengewoon motorcrosser en stuntman zelf. De eerste film uit 1966 waarin hij een DS gebruikte heette Opération San Pietro. Daarvoor heeft hij alle actiescènes volledig zelf geschreven. Het script gaat als volgt : alle ordes van de kerk werken samen om de schurken op te jagen die het beeld van de Pietà hebben gestolen. Deze jacht is natuurlijk een voorwendsel om alle priesters te tonendie met alle soorten vervoermiddelen allerlei stunts uithalen. Zo is er een scène met twee priesters die met een DS een kruispunt oversteken. Een ambulance rijdt de DS aan, die in twee breekt ; de voorste helft blijft gewoon verder rijden. De chauffeur zegt dan tegen zijn passagier : “Kijk eerwaarde, het voordeel van de voorwielaandrijving !” Deze gag kwam zo goed over op het scherm, dat Rémy Julienne besloot de halve DS in het gewone verkeer te laten rijden op de grote laan Cristoforo Colombo die vanuit het centrum van Rome naar zee rijdt. In de film Le Cerveau uit 1967, herhaalt hij deze stunt. Het leven van elke dag is soms de aanleiding om bepaalde stunts met de DS te beleven, die later in een film zullen gebruikt worden. Zo is hij op een bepaalde dag vroeg op weg voor het draaien van een film ; het is nog vroeg en er valt een fijne motregen. Hij ziet te laat een file auto’s die stilstaan voor een gesloten overweg. Hij remt blok en schiet vooruit, in één oogopslag schat hij in wat er zal gebeuren, bukt zich en trekt de jonge mecanicien naast zich naar beneden. Door de snelheid scalpeert de slagboom het dak van de DS, die in het midden op de overweg blijft staan ... Rémy is blij dat hij het er zo goed heeft van afgebracht ... maar dan ziet hij de lichten van een trein die nadert ... in een reflex zet
- 44 -
hij de DS in eerste versnelling en vernielt dan maar de tweede slagboom ! Verloren moeite, want de trein was blijven staan in het station. Een vrachtwagenchauffeur die alles heeft zien gebeuren, raapt het dak op en geeft het terug aan Rémy :” Hierzie, ik denk dat je iets verloren bent !” Dit avontuur zal hernomen worden in de film Le Pacha, waar de break Aronde van Louis de Funès zal onthoofd worden zoals een zachtgekookt eitje, bij het nemen van een spooroverweg. In de film Le Silencieux komt een scène voor waarin Lino Ventura passagier is in een DS, waarvan de chauffeur overleden is maar nog steeds op het gaspedaal duwt. De actie heeft plaats in het gewone verkeer van Parijs, en het was dus nodig om de wagen met nauwkeurigheid te besturen zonder in het gezichtsveld van de camera te komen ... daarvoor bouwde Rémy een lagere bestuurderplaats aan de linker buitenzijde van de DS. Zo kon hij de wagen besturen, terwijl de acteurs zich op het acteren kunnen concentreren. Benzine is dikwijls het probleem in deze stunts : om te kunnen rijden heb je er genoeg nodig, maar dan ook niet te veel om géén brandjes te veroorzaken ... daarom zijn zijn wagens uitgerust met een tank van hooguit twee of vijf liter. Zo worden op een dag twee DSsen voor een restaurant gestolen ... géén nood, ver zijn ze niet geraakt ... de dieven dachten rallywagens te hebben gestolen, omwille van de uitrusting en de rolkooien. Toen ze probeerden bij te tanken, was de verrassing groot : onder het dekseltje géén vulpijp of géén tank te bespeuren ! Een kleine tip tenslotte als je met een DS een andere DS wil rammen, in de flank ter hoogte van de deurstijl : gebruik steeds een kleine springplank, zodat de neus mooi in het midden van de deuren komt ! Anders ramt de DS enkel de kokerbalk, en duwt de andere DS voort.
Benzine is dikwijls het probleem in deze stunts. Om te kunnen rijden heb je er genoeg nodig, maar ook niet te veel om géén brandjes te veroorzaken …
- 45 -
Te koop / A vendre: Citroën C4 1930, Traction Avant 1953 en witte SM 1972 te bezichtigen in Brugge / Inlichtingen bij Paul Verhoye 050/41.39.41 of 0475/25.45.12 SM 1971 met DS 23 motor – zwart lederen interieur, nieuwe banden en veerbollen, géén roest. Wel defect : cardan, lekzak, rotule van de stuurinrichting ; vraagprijs : 4.000 euro ID 19 1966 LHS2 (belge / belgische) Intérieur tissu / stoffen interieur Direction assistée / stuurbekrachting Carrosserie et hydraulique à rénover / koetswerk en hydrauliek te renoveren Prix / prijs : 2.000 euros 02 377 43 57 après 18h00 / na 18u00
[email protected]
- 46 -
Kalender 2010 Calendrier onder voorbehoud van wijzigingen ! - sous réserve de modifications éventuelles !
19 september :
daguitstap Verviers-Luik, “Balade Impéria” (Xavier H.)
10 oktober :
daguitstap naar Zeeland (Marc St.)
20 november :
speciale editie van de Algemene Ledenvergadering
19 septembre :
sortie à Verviers-Liège, “Balade Impéria” (Xavier H.)
10 octobre :
sortie en Zélande (Marc St.)
20 novembre :
édition spéciale de l’assemblée générale des membres
- 47 -
