Dyslexiebeleid Het Spoor Dyslexiebeleid voor de IB’er en leerkracht
Ter voorkoming van- en begeleiding bij leesproblemen en dyslexie
Jenaplanschool Het Spoor Stationslaan 3 3701 EN Zeist
1
Inhoud Dyslexiebeleid Het Spoor Inleiding:………………………………………………………………………………………………………………….3 - Onze visie op het leesonderwijs - Doelen - Signalering - Leerling-bespreking - Groepsplan of handelingsplan - Dossiervorming Procedure bij vermoeden dyslexie………………………………………………………………………….6 Handelingsadviezen voor de leraar ……………………………………………………………………..10 Groep 1 ………………………………………………………………………………………………………………….14 Groep 2 ………………………………………………………………………………………………………………….15 Groep 3 ………………………………………………………………………………………………………………….17 Groep 4 ………………………………………………………………………………………………………………….20 Groep 5 ………………………………………………………………………………………………………………….22 Groep 6 ………………………………………………………………………………………………………………….24 Groep 7 ………………………………………………………………………………………………………………….26 Groep 8 ………………………………………………………………………………………………………………….28 Bijlage dyslexiepas…………………………………………………………………………………………………30 Bijlage zelfcorrectietraining……………………………………………………………………………………31 Checklist dyslexie nieuwe leraar Procedure dyslexie voor ouders Tips voor ouders Bruikbare webbased leerstof voor ouders Powerpointpresentatie Dyslexie voor ouders Artikel “Lezen voor ouders” Artikel “Ouders betrekken bij taal-leesonderwijs”
2
Inleiding. Onze visie op het leesonderwijs. Onze samenleving is in hoge mate een kennissamenleving. Kennis, die je je vooral eigen maakt via het gesproken en het geschreven woord. Het vermogen om de geschreven taal te kunnen ontcijferen is een voorwaarde voor een volwaardige deelname aan die samenleving. Vandaar, dat wij veel waarde hechten aan goed taalonderwijs, waarin veel ruimte is vrijgemaakt voor het onderdeel ‘lezen’. Op Het Spoor is een grote variatie van leesvormen aanwezig Al vanaf groep 1 laten we de kinderen kennis maken met (prenten-)boeken en leggen we de relatie tussen de geschreven en de gesproken tekst. Zo hebben de kinderen van groep 1-2 al een boekenkring waarbij ze een boek uit hun hoofd al “voorlezen” en vanaf groep 3 lezen ze voor tijdens de “leeskring” Ook in de daar op volgende leerjaren besteden we veel aandacht aan het lezen van boeken, waarbij het voorlezen vanzelfsprekend een belangrijke plaats inneemt. Niet alleen de technische leesvaardigheid is immers van belang, maar zeker ook het leesplezier! We streven naar een doorgaande ontwikkeling in de leesvaardigheid van onze leerlingen en komen als leerkrachten zoveel mogelijk aan de onderlinge verschillen tegemoet. Zo houden we bij de aanschaf van nieuwe boeken rekening met de verschillende niveaus, die er in een groep bestaan. Vanaf groep 4 tot en met groep 6 nemen de kinderen deel aan het Voortgezet technisch Lezen, groepslezen en duolezen zijn de belangrijkste werkvormen Ook hierbij wordt het leesaanbod afgestemd op het AVI-niveau. Doelen. Bij het geven van leesonderwijs streven we naar de volgende doelen: De leerlingen beleven plezier aan het (voor)lezen van boeken. De leerlingen bereiken het beheersingsniveau van AVI per jaargroep (Midden en Eind) De leerlingen begrijpen de gelezen tekst. De leerlingen zijn in staat om de gelezen tekst te interpreteren. Voor alle groepen geldt, dat we de leesmotivatie van de leerlingen proberen te verhogen door veel (voor) te lezen. Daarnaast hebben we de afgelopen jaren de voorraad groepsleesboeken aanzienlijk uitgebreid . En inmiddels is een ruime schoolbibliotheek ontstaan. Signalering. In groep 2 vindt dit plaats door middel van observatie en registratie. In de loop van het schooljaar 2005/2006 zijn we begonnen met de invoering van de toets Taal voor kleuters en de toets Rekenen voor kleuters, beiden ook van CITO. Deze toetsen worden alleen afgenomen bij risicoleerlingen. De gegevens van deze onderzoeken zijn terug te vinden in de groepsmap, in het kinddossier en middels de screening “preventief signaleren dyslexie”. Een toekomstig leesprobleem is mogelijk bij de volgende kleuters: kinderen die moeite hebben met rijmen, kinderen die moeite hebben met het onthouden van opzegversjes, kinderen die moeite hebben met het onthouden van de dagen van de week en het onthouden van kleuren, kinderen die moeite hebben met auditieve opdrachten ( bijvoorbeeld het klappen van lettergrepen)
3
-
kinderen die nog geen belangstelling hebben voor letters en woorden,allochtone kinderen (op onze school een te verwaarlozen factor), erfelijkheid
In groep 3 worden leesproblemen doorgaans op 4 manieren vastgesteld (terug te zien in het meerjarenoverzicht / kindvolgsysteem op de eerste pagina in de kinddossiers). In de eerste plaats naar aanleiding van observaties/signalering van de leerkracht tijdens de lessen. Hierbij wordt gelet op de volgende deelgebieden: de kennis van de globaalwoorden, de beheersing van de analyse – synthese (visueel en auditief), de letterkennis, de mate van woordbeeldherkenning, de manier van lezen (spellend of radend) In de tweede plaats door middel van de Herfstsignalering, omstreeks oktober/november In de derde plaats naar aanleiding van de controletaken van de methode Veilig Leren Lezen: De leerling heeft moeite met de globaalwoorden; De leerling heeft moeite met de analyse – synthese (visueel en auditief); De leerling heeft moeite met de letterkennis; De leerling scoort onvoldoende op de toets; De leerling blijft spellend of radend lezen; De leerling heeft moeite met de woordbeeldherkenning In de vierde plaats naar aanleiding van de DMT toets of AVI – toets. De leerling heeft een achterstand ten opzichte van de gemiddelde leerling; De leerling scoort onvoldoende op de toets; De leerling blijft spellend of radend lezen; De leerling heeft moeite met de woordbeeldherkenning Leerling-bespreking. Naar aanleiding van de diverse toetsen vinden leerling-besprekingen plaats tussen leerkracht (en IB’er, indien dit nodig is). In deze besprekingen wordt met name gekeken of er sprake is van een achterstand of een leesprobleem. Er wordt een individueel HP opgesteld, met een evaluatiemoment na 8 weken) Indien dit onvoldoende vooruitgang boekt, vindt er eventueel een nader onderzoek plaats door een deskundige van bijvoorbeeld Giralis/Opdidakt of Eduniek (CED). Vanwege de grootte van onze school en de daaraan gerelateerde formatie is er geen Remedial Teacher aanwezig. Zoals in het schoolplan staat omschreven hebben we ervoor gekozen de leerling-hulp via de groepsleerkracht te organiseren. Na ongeveer 6-8 weken vindt de evaluatie plaats van het handelingsplan. Groepsplan of handelingsplan. We gebruiken hiervoor een standaard formulier. Op dit formulier wordt aangegeven: de probleemstelling ( beginsituatie) het leerdoel ( wat willen we bereiken met onze leerhulp) de leerinhoud (welke middelen worden er ingezet) de methodiek ( hoe bieden we de hulp aan : auditief, visueel e.d.) de organisatie ( waar en wanneer vindt de extra hulp plaats) de evaluatie Aan de ouders wordt gevraagd in te stemmen met dit handelingsplan. Met name in gevallen waarin de extra hulp thuis plaatsvindt, is dit een goed middel om de ouders op de hoogte te brengen van hetgeen hun kind moet doen. Afgesproken is dat alle
4
individuele HP van leerlingen met een vermoeden van dyslexie door ouders worden ondertekend (in het kader van pedagogisch partnerschap). Na een periode van 6 tot 8 weken wordt het handelingsplan geëvalueerd, bijvoorbeeld door de afname van een toets. De datum van deze evaluatie staat op het handelingsplan vermeld.. Wat we willen bereiken met het een groeps - / handelingsplan. Het schrijven van een plan voor extra hulp gebeurt vanuit de volgende doelstellingen: het effectief inzetten van extra leesbegeleiding; het bewust maken van de wijze waarop er wordt gelezen en het leren omgaan met een leesprobleem; het vrijmaken van extra tijd om te lezen; het bevorderen van de letterkennis en de woordbeeldherkenning; het automatiseren van hoog-freqentiewoorden; het verminderen of beperken van de leesachterstand en zodoende het beperken van het leesprobleem; het lezen op het gewenste (AVI-)niveau, verhogen van de vaardigheidsscore (DMT) Dossiervorming Van alle zorgleerlingen bestaat een apart dossier. Hierin bevindt zich alle relevante informatie betreffende de leerling, zoals observaties, oudergespreksverslagen, onderzoeken, hansdelingsplannen e.d. Daarnaast zijn er aanvullingen vanuit het LeerlingVolgSysteem, de meerjarenregistratie, waarin de leerresultaten zijn terug te vinden. Het dossier wordt aan het eind van twee schooljaren doorgegeven aan de nieuwe leerkracht en besproken bij de leerlingenoverdracht. Dit gebeurt ook volgens een vast format van overdracht. Hierdoor beschikt de leerkracht direct over de gegevens die zorgen voor een goede voortgang.
5
Procedure bij vermoeden dyslexie Dyslexie betekent letterlijk: niet kunnen lezen. De term komt uit het latijn, waarbij dys staat voor ‘niet goed functioneren’ en lexis voor ‘taal of woorden. Officieel wordt dyslexie in Nederland aangeduid als: ‘…..een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau’ (SDN, 2008). Bij dyslexie gaat lezen, spellen en ook schrijven, gezien de leeftijd en het onderwijsniveau, veel te moeizaam, terwijl iemand meestal wel een gemiddelde intelligentie heeft. Er is alleen sprake van dyslexie als er geen andere oorzaken zijn die de leesproblemen kunnen verklaren. Bij dyslexie kunnen zowel lees- als spellingsproblemen voorkomen, maar deze komen ook los van elkaar voor. De problemen zijn hardnekkig, d.w.z. dat de problemen blijven bestaan ook na intensieve instructie en oefening. In z’n algemeenheid tref je in school verschillende gradaties van dyslexie aan. Je ziet milde vormen van dyslexie, die lastiger op te sporen zijn, tot zeer ernstige vormen van dyslexie, die wellicht elke leerkracht en ouder direct herkent. Gevolg voor het lezen en spellen Problemen die zich voor kunnen doen bij het lezen zijn een traag leestempo (spellend lezen) en/of een hoog leestempo met veel fouten (radend lezen). In een eerdere fase kunnen er problemen zijn met het onthouden van de letters en de bijbehorende klank (het automatiseren), het uiteenrafelen van een woord in losse klanken (hakken) en het samenvoegen van losse klanken tot een woord (plakken). Problemen bij het spellen kunnen zich uiten in basale spellingfouten (omkeringen zoals bijvoorbeeld de b/d) als gevolg van automatiseringstekort, beperkt onthouden van spellingregels en beperkt weten hoe en wanneer spellingregels toegepast dienen te worden. Veelal is het schrijftempo laag en is het handschrift moeilijk leesbaar. Dyslexie beperkt zich niet altijd tot lezen en spellen. Bijkomende (mogelijke) problemen zijn een trage verwerkingssnelheid van (talige) informatie, het beperkt onthouden van meervoudige instructies, moeilijk onthouden of ophalen van namen uit het geheugen. Ook beperkingen in de auditieve en/of visuele perceptie, de spraak-taalproductie, de motorische vaardigheden en algehele automatiseringsproblemen komen voor. Deze beperkingen kunnen leiden tot een gebrekkige aandacht en concentratie, wisselende resultaten en negatieve emoties. Leesmoeilijkheden op school Op Het Spoor hanteren wij een aantal werkvormen en toetsen om leesproblemen te voorkomen en op te sporen. Indien een leesprobleem wordt geconstateerd bij een leerling wordt er een diagnose gesteld en vervolgens wordt een begeleidingstraject uitgezet door middel van een handelingsplan. Dit traject wordt in dit protocol nader uitgewerkt. Om tot een doorgaande lijn te komen binnen de school wat betreft signalering, diagnostisering en begeleiding wordt gebruik gemaakt van de volgende 3 uitgangspunten: -
-
Alarmering; met als doel het voorkomen van achterstanden in het leerproces of het groter worden ervan. (middel: toetsen) Afstemming; met als doel ervoor te zorgen dat ons onderwijsaanbod en de behoeften van de leerling op leergebied ( en ook op sociaal-emotioneel gebied) zo goed bij elkaar aansluiten. Hulpverlening; met als doel het opsporen en wegwerken van achterstanden.
6
Vanaf groep 3, in sommige gevallen al eerder, kunnen de eerste signalen van leesmoeilijkheden op school herkend worden. De school start bij een dergelijk signaal met zowel extra instructie als extra oefentijd in het lezen, vaak in groepjes. De leerling wordt nauwlettend gevolgd in het vorderingsniveau op het gebied van lezen (en eventueel spellen). Heeft de verlengde instructie en extra oefentijd onvoldoende effect, dan wordt voor de leerling een individueel handelingsplan opgesteld, of opgenomen in een groepsplan. Groepsplan of handelingsplan. We gebruiken hiervoor een standaardformulier. Op dit formulier wordt aangegeven: de probleemstelling ( beginsituatie) het leerdoel ( wat willen we bereiken met onze leerhulp) de leerinhoud (welke middelen worden er ingezet) de methodiek ( hoe bieden we de hulp aan : auditief, visueel e.d.) de organisatie ( waar en wanneer vindt de extra hulp plaats) de evaluatie Aan de ouders wordt gevraagd in te stemmen met dit handelingsplan. Met name in gevallen waarin de extra hulp thuis plaatsvindt, is dit een goed middel om de ouders op de hoogte te brengen van hetgeen hun kind moet doen. Na een periode van 6 tot 8 weken wordt het handelingsplan geëvalueerd, bijvoorbeeld door de afname van een toets. De datum van deze evaluatie staat op het handelingsplan vermeld. Op de toetskalender staan deze momenten aangegeven. ( zie bijlage) Wat we willen bereiken met het opstellen van een groeps - / handelingsplan. Het schrijven van een plan voor extra hulp gebeurt vanuit de volgende doelstellingen: het effectief inzetten van extra leesbegeleiding; het bewust maken van de wijze waarop er wordt gelezen en het leren omgaan met een leesprobleem; het vrijmaken van extra tijd om te lezen; het bevorderen van de letterkennis en de woordbeeldherkenning; het automatiseren van hoog-freqentiewoorden; het verminderen of beperken van de leesachterstand en zodoende het beperken van het leesprobleem; het lezen op niveau. Leren werken met het computerprogramma Kurzweil 3000 Nader onderzoek De school kan een leerling aanmelden om een onderzoek te doen naar dyslexie als de leerling op tenminste drie opeenvolgende momenten bij de CITO toetsen behoort tot de laagste 10 % (lage V of E niveau) voor lezen, of een vergelijkbaar resultaat voor spellen en lezen, terwijl in de tussenliggende periodes extra begeleiding/oefening heeft plaats gevonden van 3 keer per week 20 minuten naast het reguliere onderwijs. Daarnaast moet de leerling minimaal twee voltallige jaren leesonderwijs hebben gehad. Het onderzoek kan dus op z’n vroegst aangevraagd worden vanaf halverwege groep 4. Onderzoek kan bij Giralis/Opdidakt (betaalt school) of bij een extern onderzoeksbureau voor vergoede dyslexiezorg (betaalt de zorgverzekering van de ouders) De eisen die aan de extra begeleiding worden gesteld zijn vastgelegd in het Masterplan Dyslexie. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een orthopedagoog en/of een GZ-psycholoog. In overleg met de ouders neemt de leerkracht contact op met het onderzoeksbureau. Er moeten papieren worden ingevuld door de ouders en ook door de leerkracht. De leerkracht bouwt een dossier op met toetsgegevens, leerlingvolgsysteem, meerjarenregistratie en oudergespreksformulieren. Het complete dossier met formulieren van ouders en leerkracht wordt opgestuurd naar het onderzoeksbureau. Zodra het onderzoeksbureau deze gegevens heeft ontvangen en ingezien, neemt het onderzoeksbureau contact op met de ouders. De ouders worden uitgenodigd voor een intakegesprek. In dit gesprek wordt een besluit genomen: wel of geen onderzoek. Als er
7
wel een onderzoek gaat plaatsvinden, wordt er een afspraak gemaakt. Het onderzoek vindt plaats op school of bij het onderzoeksbureau (dit verschilt per onderzoeksbureau). Het dyslexieonderzoek wordt afgelegd, vaak in combinatie met een WISC test (intelligentieonderzoek) Na het onderzoek duurt het enkele weken voordat het verslag af is. Het verslag wordt besproken met de orthopedagoog die het onderzoek heeft afgenomen, de leerkracht, de IB’er en de ouders. Aan de hand van de aard van de uitslag van het onderzoek heeft het kind wel of geen recht op vergoede (na)behandeling. Bovenstaande geldt voor een onderzoek voor ernstige enkelvoudige dyslexie; de ernstigste vorm van dyslexie. Alleen deze vorm van dyslexie wordt vergoed door de zorgverzekeraar. Let wel als een kind is aangenomen door het onderzoeksbureau en er komt geen ernstige enkelvoudige dyslexie uit, wordt wel het onderzoek vergoed, maar komt het kind niet in aanmerking voor (vergoede) behandeling. Dan rest er nog een grote groep dyslectische kinderen die niet in aanmerking komen voor vergoed onderzoek of vergoede behandeling. Deze kinderen kunnen ook bij andere bureaus door ouders worden aangemeld. Het onderzoek verloopt op dezelfde wijze en mag ook alleen door een geregistreerde psycholoog/orthopedagoog worden afgenomen. Reden voor een onderzoek kan zijn: om de hulp beter op de leerling te kunnen afstemmen, voor het zelfvertrouwen van de leerling of voor het voortgezet onderwijs. Dyslexieverklaring Is een dyslexieverklaring eenmaal afgegeven, dan blijft deze altijd geldig, dyslexie is immers een levenslange aandoening. Het kan wenselijk zijn om onderdelen van de dyslexiepas aan te passen aan de veranderde omstandigheden in opleiding of studieloopbaan, bijvoorbeeld bij de overgang naar het voortgezet onderwijs. Vergoeding Sinds 2009 is er een tijdelijke wettelijke regeling waarin de vergoeding door zorgverzekeraars op de behandeling van dyslexie is vastgelegd. De regeling wordt vermoedelijk aan het einde van dit jaar geëvalueerd, waarna besloten wordt of de regeling omgezet kan worden in een definitieve regeling. De zorgverzekeraar vergoed alleen de behandeling op ernstige dyslexie (4%), en alleen in de gevallen waar volledig volgens het protocol dyslexie gehandeld is door de school, de leerling en de ouders. Vergoeding van een behandeling vindt daarnaast alleen plaats als er uitsluitend sprake is van dyslexie (enkelvoudig). De verzekeraar gaat ervan uit dat met eventuele bijkomende stoornissen de kans op een succesvolle behandeling minder is. Zijn er dan ook andere leer- of gedragsstoornissen in het geding, dan gaat de verzekeraar niet over tot vergoeding.
www.lbrt.nl De vergoede behandeling
8
De behandeling bestaat uit 40 -60 behandelingen van een uur per week, door een behandelaar van buiten de school. Zowel de school als de ouders werken daarnaast samen om de geleerde stof in te oefenen. Ouders staat het vrij om een behandelaar te kiezen. De school werkt samen met de schoolbegeleidingsdienst. Deze dienst kan een behandelaar afvaardigen, die de leerling op school behandelt. Na de vergoede behandeling Als de behandeling afgerond is wordt door de externe behandelaar in samenspraak met de leerling, de ouders en de school een individueel vervolgtraject afgesproken. Het is mogelijk dat afgesproken wordt dat de leerling extra tijd krijgt voor toetsen of bepaalde toetsen niet in zijn geheel gemaakt hoeven te worden. Het is ook mogelijk dat de leerling baat heeft bij ondersteunende technologie, als voorleessoftware en spellingscorrectie. Geschikte dyslexie software is op school aanwezig. Ook wordt afgesproken op welke wijze de school de leerling extra blijft ondersteunen bijvoorbeeld door verlengde instructie (zie ook hieronder). De behandeling op school Indien de leerling niet voor vergoede behandeling in aanmerking komt, wordt de behandeling binnen de school vormgegeven, volgens de uitgangspunten van het dyslexieprotocol. De school werkt met methodes die bewezen effect hebben, voor zowel lezen als spelling. De school besteed 3 x 20 minuten per week extra aan de leerling met dyslexie in groepjes of individueel. Dit gebeurt onder leiding van de leerkracht of RT’er (als de school die heeft). Vanaf het moment van de diagnose kan de leerling in aanmerking komen voor de speciale dyslexiesoftware.
9
Handelingsadviezen voor de leraar Maatregelen nemen om de dyslectische leerling te stimuleren, te compenseren en dispenseren hebben als doel een optimaal leerklimaat voor de leerling te scheppen. Toetsen Bij toetsen (zowel methode gebonden, als de CITO toetsen) kunnen compenserende en dispenserende maatregelen worden genomen. De adviezen van CITO wijken af van de adviezen uit het dyslexieprotocol (Masterplan dyslexie). De directeur van de school is de eindverantwoordelijke, en neemt de beslissing welke maatregelen getroffen kunnen worden. Voor Het Spoor zijn de volgende afspraken gemaakt: -Dyslexie kent verschillende verschijningsvormen, en ook de mate van dyslexie kan verschillen tussen diverse leerlingen. De compenserende en dispenserende maatregelen worden dan ook per leerling individueel vastgesteld. In de praktijk kan dit betekenen dat dyslectische leerlingen in dezelfde klas niet dezelfde compenserende en dispenserende ‘rechten’ hebben. -De compenserende en dispenserende maatregelen die worden getroffen, zijn altijd in overeenstemming met de adviezen uit de dyslexieverklaring. (Bijvoorbeeld: als in de dyslexieverklaring aanbevolen wordt om een ‘spiekboekje’te gebruiken, wordt dit toegestaan). -Als compenserende en dispenserende maatregelen worden getroffen bij oefening, dan ook bij toetsen. -De compenserende en dispenserende maatregelen worden onder verantwoordelijkheid van de IB’er individueel met de leerling afgesproken. De afspraken worden vastgelegd op een zg. dyslexiepas (zie bijlage).
Stimuleren • Vertrouwensrelatie opbouwen door begrip te tonen, vergelijken van prestaties met vorige prestaties (niet te vergelijken met de andere leerlingen). • Vaak en duidelijk feedback geven over zijn/haar vorderingen. • Duidelijk zijn in wat je van de leerling verwacht. • Positieve verwachtingen uitspreken over de toekomst. • Corrigeer toetsen of verslagen met potlood of groene pen (niet met een rode pen). • Pre-teaching toepassen waar mogelijk • Laat dyslectische leerling samen werken met een goede lezer. • Laat niet corrigeren door de dyslectische leerling zelf (deze ziet vaak niet wat gecorrigeerd dient te worden). • Opdrachten via compensatie en dispensatie beter haalbaar maken voor de leerling. Compenseren (visueel ondersteunen, extra tijd geven, software enz. Dit ook bij toetsing!) Leerling voert de lees en/of spellingtaak zelf uit, maar de taak wordt verlicht:
• •
Individueel controleren of de leerling de instructies/vraagstelling juist heeft begrepen. Geef extra tijd bij toetsen (evt. vroeger laten beginnen en/of langer laten werken).
10
•
• • • • •
•
•
• •
Gebruik grotere letters, bij voorkeur lettertype ‘Dyslexie” of anders lettertype “Verdana”. Stem dit af met de leerling, niet iedere leerling heeft baat bij grotere letters en ander lettertype. Bij het verbeteren van spellingsfouten de juiste spellingsstrategie opschrijven en/of bespreken en woorden niet systematisch laten overschrijven. Spellingsregels zeer expliciet aanbrengen (kaart): uitgesproken spellingsdidactiek (strategieën). (Visueel ondersteunen) De leerling mag een kaart met de spellingsregels bijhouden tijdens de toets / het dictee (mits opgenomen in de dyslexieverklaring). Gebruik van een spelling- en grammaticachecker/woordenboek toelaten Langere instructies opsplitsen in een aantal korte instructies, hierbij wordt nagegaan dat de leerling de ‘rode draad’ niet verliest en worden de opdrachten kernachtig geformuleerd. ‘Stampwerk’ zoveel mogelijk vermijden; onderzoek mogelijkheden voor dispensatie of bij het stampwerk de logische verbanden expliciet aanbrengen en gebruik maken van ezelsbruggetjes (bijvoorbeeld bij topografie, gebruik maken van steunkaart). De klas zo stil mogelijk houden, wanneer dit door de aard van de opdracht niet lukt, gebruik van koptelefoon toelaten of toelaten de taak in een rustig lokaal af te maken. Geen oefeningen vooraan op het bord laten maken (tenzij voorbereid). Inzet van ondersteunende technologie zoals Word, Sprint of Kurzweil. Inzet van deze middelen is zinvol vanaf de dyslexie verklaring, de inzet hiervan heeft een remediërend effect.
Dispenseren Leerling krijgt ontheffing van (deel) van de opdracht: • •
• • • • •
• •
Niet hardop moeten voorlezen in de klas of heel beperkt én alleen indien de leerling vooraf (thuis) heeft kunnen oefenen. Dictee slechts gedeeltelijk laten meemaken (bijvoorbeeld alleen de in de les behandelde moeilijke woorden laten invullen) en meer tijd geven om te controleren. Alleen regelwoorden beoordelen, geen klankwoorden of weetwoorden Schriftelijk toetsen (bijvoorbeeld gedeeltelijk) vervangen door mondelinge toetsing. Leesopdrachten voor thuis beperkt houden: kortere verhalen, een gedeelte van het boek, een boek met een laag leesniveau maar toch aangepaste inhoud... Leesopdracht vervangen door een bespreking van een film, toneel, een ‘gesproken’ boek (luisterboek) Vaardigheid alleen beoordelen als dat onderwerp van toetsing is, bijv. geen spellingsfouten aanrekenen in andere vakken. Ze eventueel wel aanduiden en verbeteren (met groen of potlood). Herhaalde fouten één keer fout rekenen. In taalvakken spelling voor een beperkt percentage laten meetellen.
Methodische aanpak en toetsing Handleiding en materialen bij MethodeEstafette (volg de instructies) Ralfi-lezen; lezen op een betekenisvolle en motiverende manier: http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/RALFIhandleiding.pdf Connect lezen klanken en letters (start groep 3); http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/Draaiboek_Connect_klanken _en_letters.pdf; Connect vloeiend lezen (eind groep 3 en groep 4) http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/Connect_Vloeiend_Lezen.pd f; Herfstsignalering VLL
11
Zelf-correctie training (zie artikel Willemen; Stellen en niet vergeten correct te spellen) Bijvoorbeeld; wat zijn de 5 grootste spellingsmoeilijkheden. Retentietraining (zie artikel Anneke Smits: als spelling niet lukt toch spelling leren) alleen voor kinderen die minder intelligent zijn Handleiding en materialen van Veilig Leren Lezen Protocol Leesproblemen en dyslexie Zelfstandig Spellen Methode Spelling in de Lift Blokboeken van Ayo Didact Map DMT en AVI (een orthodidactisch programma bij het voortgezet technisch lezen in het basis- en (voortgezet speciaal onderwijs) door Luc Koning Voorspel Pre-teaching / voorschotbenadering / preventieve screening dyslexie kleuterbouw BLOON
Materialen Spellingskaarten waar spellingsregels op staan (bijvoorbeeld Braams) Spellingsmapje met spellingsregels (ringboekje van de methode, staat ook op de website) Lees –en oefenboekjes op alle AVI-niveaus Koptelefoon ter bevordering van de concentratie Flitskaartjes Boeken • Paternotte, A. (redactie) (2009), Houvast bij leesproblemen en dyslexie. Leidraad voor ouders. Bilthoven: Oudervereniging Balans. • Cauffmann, L., & Van Dijk, D. J. (2009). Handboek oplossingsgericht werken in het onderwijs. Amsterdam: Boom Onderwijs. • Gijsel, M., Scheltinga, F., Druenen, M. v., & Verhoeven, L. (2011). Protocol Leesproblemen en Dyslexie. Groep 3. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands. • Loonstra, J., & Braams, T. (2010). Omgaan met Dyslexie. Antwerpen - Apeldoorn: Garant. • Pameijer, N., Van Beukering, T., & De Lange, S. (2009). Handelingsgericht werken: een handreiking voor het schoolteam. Leuven: ACCO. • Scheltinga, F. G. (2011). Protocol Leesproblemen en Dyslexie groep 5-8. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands. • Smits, A., & Braams, T. (2006). Dyslectische kinderen leren lezen. Amsterdam: Boom. • Stichting Dyslexie Nederland. (2008). Dyslexie. Diagnose en behandeling van dyslexie. Bilthoven: Stichting Dyslexie Nederland. • Willemen, M. B. (2002). Leren stellen en niet vergeten correct te spellen. Tijdschrift voor Remedial Teaching, 22-25. • Digitale boeken met Yoleo Computerprogramma’s / software voor groep 3 t/m 8 * Veilig Leren Lezen software * Taalzee * Taalfanfare * Klankie * Kurzweil 3000 vanaf groep 7/8 * Sprint Plus * Synthesekikker (OWG) * Flitskikker (OWG) * Woordkasteel (www.woordkasteel.com) gratis download programma * www.digischool.nl gratis download overhoorprogramma’s * www.spreekbeurt.pagina.nl * Dragon dictation (gratis te downloaden in light versie)
12
* Amis * WRTS * BLOON Productinformatie: www.lexima.nl; www.optelec.nl; informatie over programma’s als Kurzweil 3000, Klankie, readingpen, Sprint, Alpha smart, daisyspelers, spraakprogramma Dragon, woordenhaai www.dedicon.nl informatie over gesproken boeken, onafhankelijk advies over ondersteunende technologie. Overige: www.ezelsbrug.nl (vele handige ezelsbruggetjes voor school) www.clevy.nl (overzichtelijk toetsenbord voor kinderen met USB-aansluiting) Streefniveau en Doorlopende leerlijnen taal en rekenen:
http://
[email protected]: Deze site biedt een uitwerking van de kerndoelen voor het basisonderwijs over de verschillende leerjaren, met inhouden, activiteiten voor leraar en leerling en doorkijkjes uit de praktijk.
KWALITEITSKAART Algemeen www.taalenrekenen.nl biedt handvatten voor de invoering van de referentieniveaus taal en rekenen. U vindt er onder andere informatie over het wetgevingstraject, beschrijvingen, duidingenvan de betekenis van de referentieniveaus voor leraren en schoolleiders en veel gestelde vragen.
www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/taal-en-rekenen biedt informatie over de invoering vande referentieniveaus taal en rekenen in de verschillende onderwijssectoren (van po tot en met mbo).
www.onderwijsinspectie.nl: Op deze site zijn de rapporten Basisvaardigheden rekenen-wiskunde in het basisonderwijs en Basisvaardigheden taal in het basisonderwijs gratis te downloaden.
www.schoolaanzet.nl:biedt informatie voor iedereen die werkt aan kwaliteit in het primair onderwijs. Op de site staat onder andere informatie over taal, rekenen, opbrengstgericht werken en conferenties.
www.thuisintaalenrekenen.nl: biedt ouders oefenmateriaal en praktische tips waar mee ze kinderen kunnen ondersteunen in de vakken taal en rekenen.
13
Groep 1 datum afname
doel/resultaat
Actie
aanvang groep 1
stimuleren geletterdheid middels activiteiten die aansluiten bij de tussendoelen beginnende geletterdheid
mei/juni
afname eigen observatielijst invullen signaleringslijst, eventueel bespreken met intern begeleider
einde schooljaar
overdracht naar de volgende groep
werken aan de hand van de tussendoelen activiteiten uit de werkmap fonemisch bewustzijn interactief voorlezen afname kleutertoetsen CITO bij risicoleerlingen en/of in overleg met ouders checken letterkennis (min. 7 letters) welke leerlingen hebben specifieke ondersteuning nodig?
De taalontwikkeling start bij ons vanaf groep 1, dat wil zeggen vanaf het moment dat de kinderen bij ons op school komen. In de eerste twee schooljaren bereiden wij de kinderen voor op het leesproces. Dit gebeurt door de kinderen op allerlei manieren kennis te laten maken met boeken, teksten, letters en woorden. Hierbij wordt de relatie gelegd tussen de gesproken taal en de geschreven taal, zonder dat de kinderen echt willen leren lezen. Het is meer een verkenning van dit leergebied. Wij doen dit op een georganiseerde wijze, middels driewekelijkse projecten. Daarin staat een rijk gevulde kijktafel centraal. Er wordt dan aan de volgende onderdelen aandacht besteed: Ordenen in tijd Onthouden en terugvertellen van verhalen De relatie tussen geschreven en gesproken taal Relatie oorzaak en gevolg De opbouw en functie van boeken Opzeggen van een rijmpje of versje Het nazeggen van woorden en zinnen Het aanbieden van begrippen als eerste, voorste, middelste, laatste (zowel visueel als auditief) Auditieve analyse en synthese Auditieve en visuele discriminatie Het rijmen van woorden (eindrijm en beginrijm) De koppeling van klank en teken, d.m.v. de lettermuur Het herkennen van letters en woorden Het schrijven van de eigen naam Het (na)schrijven of stempelen van nieuwe letters en/of woorden Overig: werken aan de hand van de tussendoelen (TULE doelen http://tule.slo.nl/) interactief voorlezen; risicoleerlingen worden overgedragen aan de hand van het overdrachtsformulier signaleringslijsten van dyslexieprotocol voor Beginnende Geletterdheid invullen. Ouders worden in principe geïnformeerd tijdens de reguliere oudergespreksrondes (2 x per jaar), tenzij een leerling al in groep 1 een zorgleerling is, dan worden zonodig tussentijds afspraken gepland.
14
Groep 2 datum afname
doel/resultaat
actie
augustusdecember
DAGELIJKS stimuleren geletterdheid middels activiteiten die aansluiten bij de tussendoelen beginnende geletterdheid
november
januari-juni
mei einde schooljaar
gericht aanbod verrijken voor leerlingen met onvoldoende klankbewustzijn en letterkennis invullen signaleringslijst van protocol dyslexie afname eigen observatielijst bespreken met intern begeleider
aanbod verrijken voor leerlingen met onvoldoende klankbewustzijn en letterkennis extra begeleiding bieden middels preteaching: instructie kern 1 (en kern 2) VLL (alleen voor de risicokinderen, gegeven door een leerkracht van Het Spoor) en doorverwijzen naar de logopediste voor voorschotbehandeling. afname eigen observatielijst invullen signaleringslijst eventueel bespreken met intern begeleider overdracht naar de volgende groep
werken aan de hand van de tussendoelen activiteiten uit de werkmap fonemisch bewustzijn interactief voorlezen
afname CITO Taal voor kleuters/Rekenen voor kleuters of Dyslexieprotocol voor beginnende geletterdheid bij risicoleerlingen in overleg met de ouders
begeleiding van risicoleerlingen starten en vastleggen risicoleerlingen: groepje van max. 5 leerlingen één nieuwe letter per week
welke leerlingen hebben specifieke ondersteuning nodig? Overdrachtsformulier. De taalontwikkeling start bij ons vanaf groep 1, dat wil zeggen vanaf het moment dat de kinderen bij ons op school komen. In de eerste twee schooljaren bereiden wij de kinderen voor op het leesproces. Dit gebeurt door de kinderen op allerlei manieren kennis te laten maken met boeken, teksten, letters en woorden. Hierbij wordt de relatie gelegd tussen de gesproken taal en de geschreven taal, zonder dat de kinderen echt willen leren lezen. Het is meer een verkenning van dit leergebied. Wij doen dit op een georganiseerde wijze, middels driewekelijkse projecten. Daarin staat een rijk gevulde kijktafel centraal. Er wordt dan aan de volgende onderdelen aandacht besteed: Ordenen in tijd Onthouden en terugvertellen van verhalen De relatie tussen geschreven en gesproken taal Relatie oorzaak en gevolg
15
-
De opbouw en functie van boeken Opzeggen van een rijmpje of versje Het nazeggen van woorden en zinnen Het aanbieden van begrippen als eerste, voorste, middelste, laatste (zowel visueel als auditief) Auditieve analyse en synthese Auditieve en visuele discriminatie Het rijmen van woorden (eindrijm en beginrijm) De koppeling van klank en teken, d.m.v. de lettermuur Het herkennen van letters en woorden Het schrijven van de eigen naam Het (na)schrijven of stempelen van nieuwe letters en/of woorden
Overig: Pre-teaching: groepje van max 5 leerlingen Fase 1: identificatie van klanken en letters (passieve letterkennis) Fase 2: manipulatie van klanken/letters (analyseren/synthetiseren: steeds ondersteund door letterkaartjes) maak de leeshandeling duidelijk Fase 3: klankletterkoppelingen aanleren: schakel zoveel mogelijk zintuigen in. Voor deze groep doe je meer dan met de gehele klas. Doel is dat de risicoleerlingen sterker starten in groep 3 dan de rest van de klas. Risicoleerlingen worden door de leerkracht doorverwezen naar de logopediste om eventueel te starten met voorschotbehandeling werkmap fonemisch bewustzijn tussendoelen beginnende geletterdheid Als signaleringstoets wordt Dyslexieprotocol voor beginnende geletterdheid afgenomen. instructie kerntaak 1 (en 2) Veilig leren lezen
16
Groep 3 datum afname
doel/resultaat
actie
elke week
90 min per dag lezen (inclusief leesinstructie, technisch lezen, opdrachten veilig leren lezen) + een uur verlengde instructie per week voor zwakke lezers vastleggen beginsituatie aan de hand van toetsresultaten
Methode VLL zwakke lezers: dagelijks 10 a 15 min extra instructie en hardop lezen in een klein groepje met de leerkracht, daarnaast connectlezen
begin (week 13) van het schooljaar
september t/m herfst
extra ondersteuning risicolezers
meetmoment 1: herfstsignalering NOVEMBER
afname letterkennis synthesewoorden wisselwoorden zinnen lezen
afnamecontroletaak 1, VLL. welke leerlingen hebben verlengde instructie nodig? zwakke lezers opnemen in het groepsplan signalen dyslexie vastleggen in FUS op ouderavond informeren over lezen en het einddoel van groep 3! Ouders informeren over leesvaardigheid van de leerling. Connectlezen http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/ Connect_Vloeiend_Lezen.pdf
Interventieperiode 1
Meetmoment 2 JANUARI
Interventieperiode 2
elementaire leeshandeling oefenen ouders inlichten connect lezen inzetten Cito-spelling M3 DMT leeskaart 1 en 2 afname AVI M3
Let op leerlingen die aangeleerde grafemen niet 100%beheersen en/of daar veel tijd voor nodig hebben en l.l. die bij afgeleide of nieuwe woorden veel fouten maken groepsplan evalueren en bijstellen instructietijd voor zwakke lezers: dagelijks 15 min extra + thuis oefenen werken aan letterkennis leessnelheid mkm structuurrijtjes oefenen
Norm: 80% behaalt een I, II of III score Norm: 80% AVI M3 behaald, Het Spoor neemt AVI alleen af bij lage III, IV of V score op DMT. evaluatie groepsplannen/handelingsplannen en opstellen van nieuwe plannen oudergesprek zie interventieperiode 1
17
Groep 3 datum afname
doel/resultaat
actie
Interventieperiode 3
volledige letterkennis en leessnelheid
Meetmoment 4 Eindsignalering JUNI
CITO spelling E3 DMT kaart 1,2 en 3 AVI E3
Interventieperiode 4
automatisering van het leesproces
zwakke lezers krijgen uitbreiding van instructietijd op de volgende gebieden: letterkennis klankgroepen mkm-woorden (leestempo verhogen) boekjes kiezen Norm: 80% behaalt een I, II of III score Norm: 80% AVI E3 behaald, Het Spoor neemt AVI alleen af bij lage III, IV of V score op DMT. zwakke lezers dagelijks uitbreiding van instructietijd; connect lezen Overdrachtsformulier
overdracht
de groep in kaart overdragen aan volgende leerkracht In groep 3 wordt er gestart met het aanvankelijk en voortgezet technisch lezen aan de hand van de methode Veilig Leren Lezen. (2e maanversie 2005 )
Daarnaast worden alle leerlingen bij de aanvang van het nieuwe schooljaar middels een schriftelijke en warme mondelinge overdracht onderling besproken. Wanneer er kinderen zijn die al kunnen lezen, bijvoorbeeld op AVI –M3 niveau, dan krijgen zij extra verbreding naast de klassikale leerstof. Daarnaast wordt er geoefend in: decodeervaardigheden; fonetisch benoemen van letters; gebruik van Spreekbeeld (ondersteuning d.m.v. gebaren) klankzuivere mkm woorden ontsleutelen; klankzuivere mkm woorden ontsleutelen, maar dan zonder eerst de afzonderlijke letters te benoemen (= directe synthese) Ook ICT heeft inmiddels zijn plek gekregen in het technisch leesonderwijs. De softwareprogrammas Veilig Leren Lezen, Taalzee en Taalfanfare wordt dagelijks ingezet voor de gewone leesoefeningen en voor extra oefening voor kinderen die moeite hebben met lezen. Na de eerste 3 kernen van Veilig Leren Lezen (omstreeks oktober) wordt de Herfstsignalering ( ELLO ) afgenomen. Het gaat hierbij om de volgende vaardigheden: - Koppeling letter / klank (grafeem / foneem ) toets letterkennis-grafemen - Koppeling klank / letter ( foneem / grafeem ) toets letterkennis-fonemen - Bekende, afgeleide en nieuwe woorden lezen toets woorden lezen - Korte tekst met bekende letters lezen toets tekst lezen
18
Het verdient de voorkeur, dat deze toets door de leerkracht zèlf wordt afgenomen. Overig: Beginsituatie vastleggen mbv toetsen VLL of DMT of AVI; Resultaten worden steeds opgenomen in Esis; Ouders worden vanaf start groep 3 betrokken bij leesvaardigheid en ontvangen advies voor oefening thuis. Voor in de vakantie of om extra te oefenen is een goed programma: Lezen van het boek Vos en Haas door Sylvia van den Heede, samen met de werkbladen uit: http://archief.vakcommunity.nl/digischool_vo/taalpilots/attachments/237 0822/110630_Vakantiewerkschrift_Vos_en_Haas_-_kort_%28site%29.pdf Zwakke lezers laten lezen mbv connect lezen klanken en letters: http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/Draaiboek_Connect_klanken_e n_letters.pdf Alle leerlingen gaan in principe over naar de volgende groep, de leesvaardigheid alleen speelt daar geen rol in (bijv. dyslexie gaat niet over door een doublure). Uitvallers worden opgenomen in een groepsplan, wordt tevens geëvalueerd; overdracht naar de volgende leerkracht:de groep in kaart + beslissing over begeleiding (overdrachtsformulier en groepsplannen); signalen voor dyslexie en oudergesprekken vastleggen in FUS (FUS blijft in de zorgmap).
19
Groep 4 datum afname
doel/resultaat
Actie
elke week
30 min per dag lezen, daarnaast nog een uur verlengde instructie per week voor zwakke lezers (TOTAAL=7x30 min lezen)
zwakke lezers: twee keer per week instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau
begin van het schooljaar
beginsituatie ligt vast aan de hand van formulier de groep in kaart van groep 3
Meetmoment 1 OKTOBER
Afname AVI 2009
Interventieperiode 1
Doelgericht werken: alle leerlingen eind groep 4 : AVI E4 Connect vloeiend lezen
Meetmoment 2 JANUARI
Afname toetsen: Cito spelling M4 DMT AVI M4
Interventieperiode 2
Doelgericht werken: alle leerlingen eind groep 4 AVI E4. Vanaf Midden groep 4 kan gestart worden met RALFI lezen.
Meetmoment 3 JUNI
Afname spelling E4 DMT AVI
breng de groep in kaart zwakke lezers: handelingsplan oudergesprek zwakke lezers: 2x per week 30 min dir. instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau verder: dagelijks thuis lezen, boekjes naar keuze! lezen met cd tutorlezen boekjes naar keuze Norm: 80% behaalt een I, II of III score Norm: 80% AVI M4 behaald, Het Spoor neemt AVI alleen af bij lage III, IV of V score op DMT. breng de groep in kaart zwakke lezers/spellers: groepsplan evalueren en bij-/opstellen oudergesprek Voor interventie kiezen uit Connect Vloeiend lezen (t/m eind groep 4) of RALFI lezen (t/m groep 8)
Norm: 80% behaalt een I, II of III score Norm: 80% AVI E4 behaald, Het Spoor neemt AVI alleen af bij lage III, IV of V score op DMT.
20
overdracht
de groep in kaart overdragen aan volgende leerkracht
groepsplan voor spelling en lezen overdragen overdrachtsformulier
In deze groep neemt het begrijpend lezen een steeds belangrijkere plaats in. Natuurlijk wordt er nog veel aandacht besteed aan de technische leesvaardigheid, maar het is nu meer een voorwaarde om te komen tot het begrijpend lezen. Voor het voortgezet technisch lezen heeft Het Spoor de nieuwe methode Estafette aangeschaft. Ook wordt er dagelijks geoefend met behulp van de computer met de programma’s als Veilig Leren Lezen, Taalzee, Taalfanfare en Woordkasteel. We proberen de technische vaardigheid op peil te houden door dagelijks onder begeleiding van de leerkracht in groepen, in duo’s en of individueel te lezen. Ook wordt er met individuele leerlingen apart leesinstructie gegeven. Overig: beginsituatie ligt vast; Ouders betrekken vanaf start zorg over leesvaardigheid. Zij ontvangen advies over oefeningen thuis. Voor zwakke lezers vindt interventie plaats dmv Connect vloeiend lezen in groep 4 http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/Connect_Vloeiend_Lezen.pdf alle uitvallers worden opgenomen in groepsplan voor spelling en lezen, wordt met ouders besproken en tevens geëvalueerd; overdracht naar de volgende leerkracht: de groep in kaart lezen, groepsplannen spelling en lezen; dyslexieonderzoek door externen mogelijk vanaf M4 na 3 keer lage V CITO score (oude E score) voor spelling of lezen EN interventie van minimaal 10 weken 3 keer per week 20 minuten(zie eisen bij procedure dyslexie); signalen voor dyslexie en oudergesprekken vastleggen in FUS (FUS blijft in de zorgmap!).
21
Groep 5 datum afname
doel/resultaat
Actie
elke week
30 min per dag voortgezet technisch lezen 10 min per dag stillezen verschillende typen tekst
zwakke lezers/spellers: twee keer per week instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau
+ verlengde instructie/pre teaching voor zwakke lezers / spellers begin van het schooljaar
beginsituatie ligt vast aan de hand van formulier de groep in kaart van groep 4
Meetmoment 1 OKTOBER
Afname AVI
Interventieperiode 1
Doelgericht werken: alle leerlingen eind groep 5: AVI E5
Meetmoment 2 JANUARI
Afname toetsen: AVI DMT Cito spelling M5 Cito begrijpend lezen
Interventieperiode 2
Tussenmeting APRIL
Alleen zwakke lezers/spellers: AVI DMT
breng de groep in kaart zwakke lezers: neem ook DMT af groepsplan oudergesprek zwakke lezers: 2x per week 30 min dir. instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau verder: Ralfi lezen dagelijks thuis lezen, boekjes naar keuze! lezen met cd tutorlezen boekjes naar keuze breng de groep in kaart zwakke lezers/spellers: Bij voorkeur ook testen op woordenschat en begrijpend luisteren Onderzoek leesproces/spellingsproces handelingsplan evalueren en bij-/opstellen oudergesprek Norm: Min. 80% AVI M5 beheerst Spelling, DMT en begrijpend lezen: min. 80% scoort I, II of III zie interventieperiode 1 handelingsplan evalueren en bij-/opstellen
22
PI-dictee (zonodig, eventueel) Meetmoment 3 JUNI overdracht
Afname spelling E5 AVI DMT de groep in kaart overdragen aan volgende leerkracht
Norm: Min. 80% AVI E5 beheerst Spelling 80% scoort I, II, III groepsplan voor spelling en lezen overdragen
Overig: beginsituatie ligt vast; hoe en wanneer ouders betrekken (gedeelde verantwoordelijkheid/ wat thuis oefenen?); alle uitvallers worden opgenomen in een groepsplan voor spelling en lezen; alleen als er echt geen clustering mogelijk is wordt er een individueel handelingsplan opgesteld; groepsplan en evt. hp wordt met ouders besproken en tevens geëvalueerd; overdracht naar de volgende leerkracht: de groep in kaart lezen, groepsplan spelling en lezen; signalen voor dyslexie en oudergesprekken vastleggen in FUS (FUS blijft in de zorgmap!). Tips ralfi lezen: www.ralfilezen.nl; http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/RALFIhandleiding.pdf
23
Groep 6 datum afname
doel/resultaat
Actie
elke week
20 min per dag voortgezet technisch lezen 10 min per dag stillezen verschillende typen tekst
zwakke lezers/spellers: twee keer per week instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau
+ verlengde instructie/pre teaching voor zwakke lezers / spellers
Zwakke lezers: aanleren van strategieën, werken aan woordenschat (zie document lezen) Zwakke spellers: aanleren van strategieën voor zelfcorrectie (zie document spelling)
begin van het schooljaar
beginsituatie ligt vast aan de hand van formulier de groep in kaart van groep 5
Meetmoment 1 OKTOBER
Afname AVI
Interventieperiode 1
Doelgericht werken: alle leerlingen eind groep 6: AVI E6
Meetmoment 2 JANUARI
Afname toetsen: AVI DMT Cito spelling M6 Cito begrijpend lezen
breng de groep in kaart zwakke lezers: neem ook DMT af groepsplan oudergesprek zwakke lezers: 2x per week 30 min dir. instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau verder: Ralfi lezen dagelijks thuis lezen, boekjes naar keuze! lezen met cd tutorlezen boekjes naar keuze breng de groep in kaart zwakke lezers/spellers: Bij voorkeur ook testen op woordenschat en begrijpend luisteren Onderzoek leesproces/spellingsproces groepsplan evalueren en bij-/opstellen oudergesprek Norm: Min. 80% AVI M6 beheerst Spelling, DMT en begrijpend lezen: min. 80% scoort I, II,
24
Interventieperiode 2
Tussenmeting APRIL
Alleen zwakke lezers/spellers: AVI DMT PI-dictee (zonodig, eventueel)
Meetmoment 3 JUNI
Afname spelling E6 AVI DMT
overdracht
de groep in kaart overdragen aan volgende leerkracht
III zie interventieperiode 1 groepsplan evalueren en bij-/opstellen
Norm: Min. 80% AVI E6 beheerst Spelling en DMT 80% scoort I, II, III groepsplan voor spelling en lezen overdragen
Overig: beginsituatie ligt vast; hoe en wanneer ouders betrekken (gedeelde verantwoordelijkheid/ wat thuis oefenen?); alle uitvallers worden opgenomen in een groepsplan voor spelling en lezen; alleen als er echt geen clustering mogelijk is wordt er een individueel groepsplan opgesteld; groepsplan en evt. hp wordt met ouders besproken en tevens geëvalueerd; overdracht naar de volgende leerkracht:de groep in kaart lezen, groepsplan spelling en lezen; signalen voor dyslexie en oudergesprekken vastleggen in FUS (FUS blijft in de zorgmap!). eerst stimuleren, dan starten met dispenseren en compenseren tips ralfi lezen: www.ralfilezen.nl; en http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/RALFIhandleiding.pdf
25
Groep 7 datum afname
doel/resultaat
Actie
elke week
12 min per dag voortgezet technisch lezen onderhouden 10 min per dag stillezen verschillende typen tekst
zwakke lezers/spellers: twee keer per week instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau
+ verlengde instructie/pre teaching voor zwakke lezers / spellers
Zwakke lezers: aanleren van strategieën, werken aan woordenschat Zwakke spellers: aanleren van strategieën voor zelfcorrectie (zie document spelling) Engels preventief ondersteunen Inzet compensatie d.m.v ICT
begin van het schooljaar
Beginsituatie ligt vast aan de hand van formulier de groep in kaart van groep 6
Meetmoment 1 OKTOBER
Afname AVI
Interventieperiode 1
Doelgericht werken: alle leerlingen eind groep 7: AVI E7
Meetmoment 2 JANUARI
Afname toetsen: AVI DMT Cito spelling M7 Cito begrijpend lezen
breng de groep in kaart zwakke lezers: neem ook DMT af groepsplan oudergesprek zwakke lezers: 2x per week 30 min dir. instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau verder: Ralfi lezen dagelijks thuis lezen, boekjes naar keuze! lezen met cd tutorlezen boekjes naar keuze breng de groep in kaart zwakke lezers/spellers: Bij voorkeur ook testen op woordenschat en begrijpend luisteren Onderzoek leesproces/spellingsproces groepsplan evalueren en bij-/opstellen
26
oudergesprek Norm: Min. 80% AVI M7 beheerst Spelling, DMT en begrijpend lezen: min. 80% scoort I, II, III zie interventieperiode 1 groepsplan evalueren en bij-/opstellen
Interventieperiode 2
Tussenmeting APRIL
Alleen zwakke lezers/spellers: AVI DMT PI-dictee (zonodig, eventueel)
Meetmoment 3 JUNI
Afname spelling E7 AVI DMT
overdracht
de groep in kaart overdragen aan volgende leerkracht
Norm: Min. 80% AVI E7 beheerst Spelling en DMT 80% scoort I, II, III groepsplan voor spelling en lezen overdragen
Overig: beginsituatie ligt vast; hoe en wanneer ouders betrekken (gedeelde verantwoordelijkheid/ wat thuis oefenen?); alle uitvallers worden opgenomen in een groepsplan voor spelling en lezen; alleen als er echt geen clustering mogelijk is wordt er een individueel handelingsplan opgesteld; hp wordt met ouders besproken en tevens geëvalueerd; overdracht naar de volgende leerkracht:de groep in kaart lezen, handelingsplannen spelling en lezen; signalen voor dyslexie en oudergesprekken vastleggen in FUS (FUS blijft in de zorgmap!). eerst stimuleren, dan dispenseren en compenseren; Tips RALFI lezen: www.ralfilezen.nl en http://masterplandyslexie.nl/public/files/documenten/RALFIhandleiding.pdf .
27
Groep 8 datum afname
doel/resultaat
Actie
elke week
12 min per dag voortgezet technisch lezen onderhouden 10 min per dag stillezen verschillende typen tekst
zwakke lezers/spellers: twee keer per week instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau
+ verlengde instructie/pre teaching voor zwakke lezers/spellers
zwakke lezers: aanleren van strategieën, werken aan woordenschat zwakke spellers: aanleren van strategieën voor zelfcorrectie Engels preventief ondersteunen i.v.m overgang po-vo Inzet compensatie d.m.v ICT
begin van het schooljaar
Beginsituatie ligt vast aan de hand van formulier de groep in kaart van groep 8
Meetmoment 1 OKTOBER
Afname AVI
Interventieperiode 1
Doelgericht werken: alle leerlingen eind groep : AVI Plus
Meetmoment 2 JANUARI
Afname toetsen: AVI DMT Cito spelling M8 Cito begrijpend lezen
breng de groep in kaart zwakke lezers: neem ook DMT af groepsplan oudergesprek zwakke lezers: 2x per week 30 min dir. instructie door de leerkracht op hoogste instructieniveau verder: Ralfi lezen dagelijks thuis lezen, boekjes naar keuze! lezen met cd tutorlezen boekjes naar keuze breng de groep in kaart zwakke lezers/spellers: Bij voorkeur ook testen op woordenschat Onderzoek leesproces/spellingsproces groepsplan evalueren en bij-/opstellen oudergesprek
28
Interventieperiode 2
Tussenmeting APRIL Meetmoment 3 JUNI
Alleen zwakke lezers/spellers: AVI DMT PI-dictee (zonodig, eventueel) Afname spelling E8 AVI DMT
Norm: Min. 80% AVI Plus beheerst Spelling, DMT en begrijpend lezen: min. 80% scoort I, II, III zie interventieperiode 1 groepsplan evalueren en bij-/opstellen
Norm: Min. 80% AVI Plus beheerst Spelling en DMT 80% scoort I, II, III overdracht Individueel overdragen aan VO groepsplan voor spelling en lezen overdragen * Exacte planning CITO Toets Taal en Rekenen is nog niet bekend. Overig: beginsituatie ligt vast; hoe en wanneer ouders betrekken (gedeelde verantwoordelijkheid/ wat thuis oefenen?); alle uitvallers worden opgenomen in een groepsplan voor spelling en lezen; alleen als er echt geen clustering mogelijk is wordt er een individueel handelingsplan opgesteld; groepsplannen en evt.hp wordt met ouders besproken en tevens geëvalueerd; overdracht naar het voortgezet onderwijs: groepsplannen spelling en lezen; http://www.overgangpovo.nl/Algemeen/Supplementen/Dyslexie/ signalen voor dyslexie en oudergesprekken vastleggen in FUS (FUS blijft in de zorgmap!). eerst stimuleren, dan dispenseren en compenseren; Tips ralfi lezen: www.ralfilezen.nl.
29
Bijlage
Dyslexiepas van: Klas: Geldig: Compenserende faciliteiten: Toetsen: extra tijd voor toetsen schriftelijke toetsen zoveel mogelijk maken op de computer toetsen met een vergroot lettertype gebruiken toetsen voorlezen inhoud beoordelen, niet de dyslectische fouten geen leestoetsen afnemen Zaakvakken: naast schriftelijke toetsen regelmatig afname van mondelinge toetsen (minimaal eenmaal op 2 toetsen) mogelijkheid van voorbereiden van toetsvragen met de leerkracht mogelijkheid pre-teachen van zaakvakken thuis Spelling: Ik mag gebruik maken van een spiekboekje voor spelling. Ik mag de spellingcontrole inzetten op de computer. Ik krijg het woordpakket mee naar huis om te oefenen. Ik krijg een aangepast woordpakket voor het dictee. Rekenen: samenwerken met een maatje om vragen te stellen Ik mag gebruik maken van een spiekboekje voor rekenen. kladpapier gebruiken bij rekenen rekenmachine gebruiken bij rekenen minimum programma werk in stukjes door het gebruik van een dagtaak instructietafel voor extra uitleg Overig: Mijn werk wordt niet gecorrigeerd met een rode pen. Mijn werk wordt niet nagekeken door medeleerlingen. Mijn huiswerk wordt gecontroleerd voor het mee gaat. Aangepaste hoeveelheid werk
Hulpmiddelen: aparte beoordeling op het rapport voor lezen en spelling laptop/computer/ daisy speler
30
Bijlage
Zelfcorrectietraining Stappenplan bij het schrijven van een verhaal / opstel 1. Ik lees mijn verhaal goed door, van het begin tot het einde. Heb ik misschien woorden vergeten? 2. Ik kijk of ik alle hoofdletters en punten op de goede plaats heb staan. 3. Zie ik regelwoorden met de letterzetter zoals petten en rokken? Heb ik ze goed geschreven? 4. Zie ik regelwoorden met de letterdief zoals ramen en muren. Heb ik ze goed geschreven? 5. Mijn moeilijke spellingafspraken zijn woordjes met g of ch en woordjes met au of ou. Zie ik woorden die hierbij horen? Deze woorden zoek ik op in het opzoekboekje, ringboekje spelling, woordenboek of ik vraag ze aan de juf. Heb ik ze goed geschreven? 6. Vreemde moeilijke woorden die ik bijna nooit schrijf zoek ik op in het woordenboek of ik vraag ze aan de juf.
31